Comparaison NL / FR

| Word Word (citation)

Nederlands (NL)

Français (FR)

Titre
24 OKTOBER 2025. - Besluit van het Verenigd College van de Gemeenschappelijke Gemeenschapscommissie tot wijziging van het besluit van het Verenigd College van de Gemeenschappelijke Gemeenschapscommissie van 21 maart 2018 houdende het administratief statuut en de bezoldigingsregeling van de ambtenaren en stagiairs van de bicommunautaire Dienst voor Gezondheid, Bijstand aan Personen en Gezinsbijslag van de Gemeenschappelijke Gemeenschapscommissie van Brussel-Hoofdstad
Titre
24 OCTOBRE 2025. - Arrêté du Collège réuni de la Commission communautaire commune modifiant l'arrêté du Collège réuni de la Commission communautaire commune du 21 mars 2018 portant le statut administratif et pécuniaire des fonctionnaires et stagiaires de l'Office bicommunautaire de la santé, de l'aide aux personnes et des prestations familiales de la Commission communautaire commune de Bruxelles-Capitale
Informations sur le document
Info du document
Tekst (277)
Texte (277)
TITEL I. - Wijzigingen aan het besluit van het Verenigd College van de Gemeenschappelijke Gemeenschapscommissie van 21 maart 2018 houdende het administratief statuut en de bezoldigingsregeling van de ambtenaren en stagiairs van de bicommunautaire Dienst voor gezondheid, bijstand aan personen en gezinsbijslag van de Gemeenschappelijke Gemeenschapscommissie van Brussel-Hoofdstad
TITRE I. - Modifications de l'arrêté du Collège réuni de la Commission communautaire commune du 21 mars 2018 portant le statut administratif et pécuniaire des fonctionnaires et stagiaires de l'Office bicommunautaire de la santé, de l'aide aux personnes et des prestations familiales de la Commission communautaire commune de Bruxelles-Capitale
Artikel 1. In het besluit van het Verenigd College van de Gemeenschappelijke Gemeenschapscommissie van 21 maart 2018 houdende het administratief statuut en de bezoldigingsregeling van de ambtenaren en stagiairs van de bicommunautaire Dienst voor gezondheid, bijstand aan personen en gezinsbijslag van de Gemeenschappelijke Gemeenschapscommissie van Brussel-Hoofdstad, worden het woord "directieraad" telkens vervangen door het woord "Directieraad".
Article 1er. Dans l'arrêté du Collège réuni de la Commission communautaire commune du 21 mars 2018 portant le statut administratif et pécuniaire des fonctionnaires et stagiaires de l'Office bicommunautaire de la santé, de l'aide aux personnes et des prestations familiales de la Commission communautaire commune de Bruxelles-Capitale, les mots "conseil de direction" sont chaque fois remplacés par les mots "Conseil de direction".
Art.2. In artikel 2, § 1, van hetzelfde besluit worden de volgende wijzigingen aangebracht:
  1° de bepaling onder 6° wordt aangevuld met de bepaling onder d), luidende:
  "d) elke overheidsdienst die deel uitmaakt van een andere staat van de EU of een Europese instelling;";
  2° de bepaling onder 8° wordt vervangen als volgt:
  "8° "Werkdagen": het geheel van kalenderdagen, met uitsluiting van de zaterdagen, de zondagen, de wettelijke feestdagen, 8 mei, 2 november, 15 november en 26 december;";
  3° de bepaling onder 9° wordt vervangen als volgt:
  "9° "De functionele chef": de ambtenaar die, onder de verantwoordelijkheid van de hiërarchische meerdere van een ambtenaar of stagiair, een rechtstreekse gezagsrelatie heeft ten aanzien van deze laatste bij de dagelijkse uitoefening van zijn ambt;";
  4° in de bepaling onder 10° worden de woorden "De ambtenaar aan wie de leidend ambtenaar" vervangen door de woorden "de ambtenaar aan wie de directeur-generaal";
  5° de bepaling onder 13° wordt vervangen als volgt:
  "13° "De kennisgeving": het gebruik van één van de volgende middelen voor de overdracht van bijzondere informatie:
  a) ofwel door de afgifte tegen een gedateerd en getekend ontvangstbewijs;
  b) ofwel door een aangetekende zending naar het laatste meegedeelde adres. Het versturen van de aangetekende zending mag - onverminderd enige andere bepaling - elektronisch.
  Het versturen via elektronische aangetekende zending, met of zonder ontvangstbewijs, wordt als equivalent beschouwd indien dit gebeurt op een aantoonbare wijze en indien de authenticiteit en de integriteit van de inhoud van de communicatie worden gewaarborgd;
  c) ofwel door het versturen van een document via elektronische weg naar het aan het HRM opgegeven e-mailadres of de opgegeven e-mailadressen;";
  6° paragraaf 1 wordt aangevuld met de bepalingen onder 15°, 16, 17° en 18°, luidende:
  "15° "wettelijk tweetalig": in het bezit zijn van een certificaat van taalkennis op basis van artikel 12 van het koninklijk besluit van 8 maart 2001 tot vaststelling van de voorwaarden voor het uitreiken van de bewijzen omtrent de taalkennis voorgeschreven bij artikel 53 van de wetten op het gebruik van de talen in bestuurszaken samengevat op 18 juli 1966, na geslaagd te zijn voor het in dit artikel vermelde examen of ervoor vrijgesteld te zijn omdat het diploma dat toegang geeft tot functies van niveau A of B bewijst dat de tweede taal de voertaal was van het genoten onderwijs.
  Dit geldt eveneens voor de houder van een certificaat van taalkennis niveau 1/A of niveau 2+/B op basis van artikel 7 van bovengenoemd koninklijk besluit van 8 maart 2001.
  Dit geldt eveneens voor de houder van een certificaat van taalkennis op basis van artikel 9, § 2, eerste lid, van bovengenoemd koninklijk besluit van 8 maart 2001.
  16° "sluitingsdag": een wettelijke feestdag en 8 mei, 2 november, 15 november en 26 december;
  De sluitingsdagen die samenvallen met een zaterdag of een zondag, worden ambtshalve gecompenseerd door een verlof van 27 december tot en met 31 december;
  17° "directeur-generaal en adjunct-directeur-generaal": respectievelijk de leidend ambtenaar en de adjunct-leidend ambtenaar, zoals bedoeld in de Ordonnantie;
  18° "persoonlijk dossier": het fysieke of gedigitaliseerde dossier met alle documenten die nodig zijn om het profiel van de ambtenaar of stagiair op te stellen en zijn rechten, met name financiële rechten, vast te stellen. Daartoe bevat dit dossier onder meer administratieve en financiële informatie, documenten met betrekking tot de evaluatie van de prestaties van de ambtenaar of stagiair en informatie over zijn loopbaan".
Art.2. Dans l'article 2, § 1er du même arrêté, les modifications suivantes sont apportées :
  1° le 6° est complété par le d) rédigé comme suit :
  "d) tout service public qui fait partie d'un autre Etat de l'UE ou d'une institution européenne ;" ;
  2° le 8° est remplacé par ce qui suit :
  "8° "Jours ouvrables" : l'ensemble des jours calendrier, à l'exclusion des samedis, des dimanches, des jours fériés, du 8 mai, du 2 novembre, du 15 novembre et du 26 décembre ;" ;
  3° le 9° est remplacé par ce qui suit :
  "9° "Le chef fonctionnel" : le fonctionnaire qui, sous la responsabilité du supérieur hiérarchique d'un fonctionnaire ou stagiaire, a un rapport d'autorité directe avec ce dernier dans l'exercice quotidien de ses fonctions ;" ;
  4° au 10°, les mots "l'agent auquel le fonctionnaire dirigeant" sont remplacés par les mots "le fonctionnaire auquel le directeur général" ;
  5° le 13° est remplacé comme suit:
  "13° "La notification": l'utilisation d'un des moyens suivants pour transmettre une information particulière:
  a) soit la remise d'un document contre accusé de réception, daté et signé ;
  b) soit l'envoi d'un document, par lettre recommandée à la dernière adresse communiquée. L'envoi du courrier recommandé peut-sans préjudice de toute autre disposition- se faire par voie électronique.
  L'envoi par courrier recommandé électronique, avec ou sans accusé de réception, est considéré comme équivalent s'il est effectué de manière démontrable et si l'authenticité et l'intégrité du contenu de la communication sont garanties ;
  c) soit l'envoi d'un document par voie électronique à l'adresse ou aux adresses e-mail renseignées à la GRH ;" ;
  6° le paragraphe 1er est complété par les 15°, 16°, 17° et 18° rédigés comme suit :
  "15° "Bilingue légal": le fait d'être en possession d'un certificat de connaissances linguistiques sur base de l'article 12 de l'arrêté royal du 8 mars 2001 fixant les conditions de délivrance des certificats de connaissances linguistiques prévues à l'article 53 des lois sur l'emploi des langues en matière administrative coordonnées le 18 juillet 1966, après avoir réussi l'examen visé à cet article ou après en avoir été dispensé parce que le diplôme donnant accès aux fonctions de niveau A ou B prouve que la deuxième langue était la langue de l'enseignement reçu.
  Cela vaut également pour le titulaire d'un certificat de connaissances linguistiques 1/A ou niveau 2+/B sur base de l'article 7 de l'arrêté royal du 8 mars 2001 précité.
  Cela vaut également pour le titulaire d'un certificat de connaissances linguistiques basé sur l'article 9, § 2, 1er alinéa de l'arrêté royal du 8 mars 2001 précité.
  16° "jour de fermeture": un jour férié légal, et les 8 mai, 2 novembre, 15 novembre et 26 décembre ;
  Les jours de fermeture qui coïncident avec un samedi ou un dimanche sont compensés d'office par un congé du 27 décembre au 31 décembre inclus ;
  17° "directeur général et directeur général adjoint" : respectivement le fonctionnaire dirigeant et le fonctionnaire dirigeant adjoint, tel que mentionnés dans l'Ordonnance ;
  18° "dossier individuel " : le dossier physique ou numérisé reprenant l'ensemble des documents nécessaires à la constitution du profil du fonctionnaire ou du stagiaire et à la détermination de ses droits, notamment pécuniaires. A ce titre, ce dossier reprend entre autres des éléments administratifs, pécuniaires, des documents relatifs à l'évaluation des prestations du fonctionnaire ou du stagiaire et des éléments liés à sa carrière".
Art.3. In artikel 2, § 3, van hetzelfde besluit worden de volgende wijzigingen aangebracht:
  1° in de Nederlandse tekst, wordt het woord "notificatie" vervangen door het woord "kennisgeving";
  2° in de Nederlandse tekst, wordt het woord "eerste" ingevoegd tussen de woorden "vanaf de" en "dag volgend";
  3° de woorden "in artikel 198 bedoelde feestdag" worden vervangen door het woord "sluitingsdag";
  4° In de Franse tekst worden de woorden "plus prochain jour ouvrable" vervangen door de woorden "premier jour ouvrable suivant";
  5° tussen het eerste en tweede lid wordt een lid ingevoegd, luidende:
  "Wanneer dit besluit een termijn bepaalt die ingaat op de datum van de kennisgeving en deze wordt uitgevoerd overeenkomstig artikel 2, § 1, 13°, c), van dit besluit, wordt deze termijn berekend vanaf de derde dag na de verzending van het (de) document(en) langs elektronische weg naar het (de) aan het HRM doorgegeven e-mailadres(sen).".
Art.3. Dans l'article 2, § 3 du même arrêté, les modifications suivantes sont apportées :
  1° dans le texte néerlandais, le mot "notificatie" est remplacé par le mot "kennisgeving" ;
  2° dans le texte néerlandais, le mot "eerste" est inséré entre les mots "vanaf de" et "dag volgend" ;
  3° les mots "férié visé à l'article 198" sont remplacé par les mots "de fermeture" ;
  4° dans le texte français, les mots "plus prochain jour ouvrable" sont remplacés par les mots "premier jour ouvrable suivant" ;
  5° un alinéa rédigé comme suit est inséré entre les alinéas 1 et 2 :
  " Lorsque le présent arrêté prévoit un délai à dater d'une notification et que celle-ci est effectuée conformément à l'article 2, § 1er, 13°, c) du présent arrêté, ce délai est calculé à partir du troisième jour qui suit l'envoi du ou des documents par voie électronique à l'adresse ou aux adresses e-mail renseignées à la GRH.".
Art.4. In artikel 5 van hetzelfde besluit worden de volgende wijzigingen aangebracht:
  1° in paragraaf 1, worden de woorden "per activiteitdomein," opgeheven;
  2° in paragraaf 2, tweede lid, worden de woorden "aan het Algemeen Beheerscomité" ingevoegd tussen de woorden "legt het voor" en "ten laatste";
  3° in paragraaf 2, derde lid, wordt aangevuld met de volgende zin:
  "Voor de nieuwe posten wordt budgettair de jaarkost voorzien.".
Art.4. Dans l'article 5 du même arrêté, les modifications suivantes sont apportées:
  1° dans le paragraphe 1er, les mots "par domaine d'activité," sont abrogés ;
  2° dans le paragraphe 2, alinéa 2, les mots "au Comité général de gestion" sont insérés entre les mot "le soumet" et "au plus tard" ;
  3° au paragraphe 2, l'alinéa 3 est complété par la phrase suivante :
  "Les nouveaux postes sont budgétisés en année pleine.".
Art.5. In artikel 7 van hetzelfde besluit wordt het eerste lid opgeheven.
Art.5. Dans l'article 7 du même arrêté, l'alinéa 1er est abrogé.
Art.6. In artikel 8 van hetzelfde besluit wordt het woord "negen" vervangen door het woord "dertien".
Art.6. Dans l'article 8 du même arrêté, le mot "neuf" est remplacé par le mot "treize".
Art.7. In artikel 9 van hetzelfde besluit worden de volgende wijzigingen aangebracht:
  1° in paragraaf 2 wordt het derde lid vervangen als volgt:
  "De rangen worden verdeeld onder de niveaus als volgt:
  1° in niveau A, zeven rangen, namelijk A1, A2, A2-deskundige, A3, A4, A4+ en A5;
  2° in niveau B, twee rangen, namelijk B1 en B2;
  3° in niveau C, twee rangen, namelijk C1 en C2;
  4° in niveau D, twee rangen, namelijk D1 en D2.".
  2° in paragraaf 3 wordt het tweede lid vervangen als volgt:
  "Volgende graden worden opgericht:
  1° in rang A5: directeur-generaal;
  2° in rang A4+: adjunct directeur-generaal ;
  3° in rang A4: directeur-diensthoofd;
  4° in rang A3: directeur;
  5° in rang A2-deskundige: eerste attaché-deskundige, eerste ingenieur-deskundige, eerste geneesheer-deskundige;
  6° in rang A2: eerste attaché,
  7° in rang A1: geneesheer, ingenieur, attaché;
  8° in rang B2: eerste assistent;
  9° in rang B1: assistent;
  10° in rang C2: eerste adjunct;
  11° in rang C1: adjunct;
  12° in rang D2: eerste klerk
  13 ° in rang D1: klerk.".
Art.7. Dans l'article 9 du même arrêté, les modifications suivantes sont apportées:
  1° au paragraphe 2, l'alinéa 3 est remplacé par ce qui suit :
  "Les rangs sont répartis entre les niveaux comme suit :
  1° au niveau A, sept rangs, à savoir A1, A2, A2 expert, A3, A4, A4+ et A5 ;
  2° au niveau B, deux rangs, à savoir B1 et B2 ;
  3° au niveau C, deux rangs, à savoir C1 et C2 ;
  4° au niveau D, deux rangs, à savoir D1 et D2.".
  2° au paragraphe 3, l'alinéa 2 est remplacé par ce qui suit :
  "Les grades suivants sont créés :
  1° au rang A5 : directeur général ;
  2° au rang A4+ : directeur général adjoint ;
  3° au rang A4 : directeur-chef de service ;
  4° au rang A3 : directeur ;
  5° au rang A2 expert : premier attaché expert, premier ingénieur expert, premier médecin expert ;
  6° au rang A2 : premier attaché ;
  7° au rang A1 : médecin, ingénieur, attaché ;
  8° au rang B2 : premier assistant ;
  9° au rang B1 : assistant ;
  10° au rang C2 : premier adjoint ;
  11° au rang C1 : adjoint ;
  12° au rang D2 : premier commis;
  13° au rang D1 : commis.".
Art.8. In boek II, titel I, hoofdstuk II van hetzelfde besluit, wordt het opschrift van afdeling 2 vervangen als volgt:
  "Afdeling 2. - Opdrachten en taken van de directeur-generaal en de adjunct-directeur- generaal".
Art.8. Dans le livre II, titre Ier, chapitre II du même arrêté, l'intitulé de la section 2 est remplacé par ce qui suit :
  "Section 2. - Des missions et tâches du directeur général et du directeur général adjoint".
Art.9. In artikel 10 van hetzelfde besluit worden de volgende wijzigingen aangebracht:
  1° in de eerste lid, worden de woorden "leidend ambtenaar" vervangen door het woord "directeur-generaal";
  2° in het eerste lid wordt de bepaling onder 1° vervangen als volgt:
  "1° leidt de Dienst en zorgt voor zijn goede werking en de coördinatie van het geheel van de directies en diensten en van hun activiteiten, binnen het kader van de doelstellingen gedefinieerd in de beheersovereenkomst en onder het gezag van het Algemeen Beheerscomité;".
Art.9. Dans l'article 10 du même arrêté, les modifications suivantes sont apportées :
  1° à l'alinéa 1er, les mots "fonctionnaire dirigeant" sont remplacés par les mots "directeur général" ;
  2° à l'alinéa 1er, le 1° est remplacé comme suit :
  "1° sous l'autorité du Comité général de gestion, dirige l'Office et assure son bon fonctionnement et la coordination de l'ensemble des directions et services et de leurs activités, ce dans le cadre des objectifs définis par le contrat de gestion ;".
Art.10. Artikel 11 van hetzelfde besluit wordt vervangen als volgt:
  "De directeur-generaal en de adjunct-directeur-generaal werken een billijke en evenwichtige verdeling van de verantwoordelijkheden uit; deze verdeling wordt ter goedkeuring aan het Verenigd College voorgelegd.
  De adjunct-directeur-generaal oefent bovendien de in artikel 10 bepaalde opdrachten en taken van de directeur-generaal uit, wanneer deze afwezig of verhinderd is.".
Art.10. L'article 11 du même arrêté est remplacé comme suit :
  "Le directeur général et le directeur général adjoint élaborent une répartition équitable et équilibrée des responsabilités ; cette répartition est soumise pour accord au Collège réuni.
  Le directeur général adjoint exerce en outre les missions et les tâches du directeur général, définies à l'article 10, en cas d'absence ou d'empêchement de celui-ci.".
Art.11. In artikel 12 van hetzelfde besluit wordt het eerste lid vervangen als volgt:
  "De directeur-generaal en de adjunct-directeur-generaal kunnen, binnen de beperkingen van hun bevoegdheden bedoeld in dit besluit, hun bevoegdheden geheel of gedeeltelijk delegeren aan de ambtenaren van niveau A en B die zij aanwijzen.".
Art.11. Dans l'article 12 du même arrêté, l'alinéa 1er est remplacé par ce qui suit :
  "Le directeur général et le directeur général adjoint peuvent, dans la limite de leurs compétences visées par le présent statut, déléguer leurs compétences, en tout ou en partie, aux fonctionnaires de niveaux A et B qu'ils désignent.".
Art.12. In artikel 13 van hetzelfde besluit worden de woorden "leidend ambtenaar" vervangen door het woord "directeur-generaal".
Art.12. Dans l'article 13 du même arrêté, les mots "fonctionnaire dirigeant" sont remplacés chaque fois par les mots "directeur général".
Art.13. In artikel 14 van hetzelfde besluit worden de volgende wijzigingen aangebracht:
  1° in het vijfde lid wordt de tweede zin opgeheven;
  2° het artikel wordt aangevuld met een lid, luidende:
  "Er is minstens een lid van de Directieraad van dezelfde taalrol als de ambtenaar of stagiair aanwezig. Er is ook steeds:
  - ofwel een wettelijk tweetalig lid van de Directieraad aanwezig;
  - ofwel een wettelijk tweetalig persoon ter ondersteuning van de Directieraad aanwezig.".
Art.13. Dans l'article 14 du même arrêté, les modifications suivantes sont apportées :
  1° A l'alinéa 5, la deuxième phrase est abrogée ;
  2° l'article est complété par un alinéa rédigé comme suit :
  "Au moins un membre du Conseil de direction ayant le même rôle linguistique que le fonctionnaire ou le stagiaire est présent. De plus, il y a toujours:
  - soit un membre bilingue légal du Conseil de direction ;
  - soit une personne bilingue légale pour assister le Conseil de direction.".
Art.14. In artikel 15 van hetzelfde besluit worden de volgende wijzigingen aangebracht:
  1° het eerste lid wordt vervangen als volgt:
  "De Directieraad wordt voorgezeten door de directeur-generaal.";
  2° wordt tussen het eerste en het tweede lid een lid ingevoegd luidende:
  "Indien de directeur-generaal en de adjunct-directeur-generaal verhinderd zijn, wordt de Directieraad voorgezeten door het personeelslid van de Dienst dat overeenkomstig artikel 17 van de Ordonnantie door het Algemeen Beheerscomité is aangewezen.".
Art.14. Dans l'article 15 du même arrêté, les modifications suivantes sont apportées :
  1° l'alinéa 1er est remplacé par ce qui suit :
  " Le Conseil de direction est présidé par le directeur général." ;
  2° un alinéa rédigé comme suit est inséré entre les alinéas 1 et 2 :
  "En cas d'empêchement du directeur général et du directeur général adjoint, le Conseil de direction est présidé par le membre du personnel de l'Office désigné par le Comité général de gestion, conformément à l'article 17 de l'Ordonnance.".
Art.15. In artikel 16 van hetzelfde besluit worden de volgende wijzigingen aangebracht:
  a) § 1 wordt vervangen als volgt:
  "De gezamenlijke raad van beroep van de Diensten van het Verenigd College en van de instellingen van openbaar nut van de Gemeenschappelijke Gemeenschapscommissie, opgericht en georganiseerd bij de artikelen 18 tot 22/4 van het besluit van het Verenigd College van de Gemeenschappelijke Gemeenschapscommissie van 5 juni 2008 houdende het administratief statuut en de bezoldigingsregeling van de ambtenaren en stagiairs van de Diensten van het Verenigd College van de Gemeenschappelijke Gemeenschapscommissie van Brussel-Hoofdstad, die bevoegd is voor de beroepen inzake stage, evaluatie, proefperiode, verlof, afwezigheden, disponibiliteit wegens ambtsontheffing in het belang van de dienst, schorsing in het belang van de dienst en tuchtregeling, is ten opzichte van het personeel van de Dienst in deze zaken bevoegd.";
  b) § 4 wordt vervangen als volgt:
  "De regels bedoeld in de artikelen 18 tot en met 22/4 van het besluit van het Verenigd College worden voor de toepassing op de personeelsleden van de Dienst aangepast zoals aangegeven in de artikelen 17 tot en met 21/3 van onderhavige tekst.".
Art.15. Dans l'article 16 du même arrêté, les modifications suivantes sont apportées :
  a) le § 1er est remplacé comme suit :
  "La chambre de recours commune aux Services du Collège réuni et aux organismes d'intérêt public de la Commission communautaire commune, créée et organisée par les articles 18 à 22/4 de l'arrêté du Collège réuni de la Commission communautaire commune du 5 juin 2008 portant le statut administratif et pécuniaire des fonctionnaires et stagiaires des Services du Collège réuni de la Commission communautaire commune de Bruxelles-Capitale, compétente pour les recours en matière de stage, d'évaluation, de période d'essai, de congés, d'absences, de disponibilité par retrait d'emploi dans l'intérêt du service, de suspension dans l'intérêt du service et de régime disciplinaire, est compétente à l'égard du personnel de l'Office pour les recours en ces matières." ;
  b) le § 4 est remplacé par ce qui suit :
  " Pour leur application à l'égard du personnel de l'Office, les règles visées aux articles 18 à 22/4 de l'arrêté du Collège réuni sont adaptées comme il est indiqué aux articles 17 à 21/3 du présent texte.".
Art.16. Artikel 17 van hetzelfde besluit wordt vervangen als volgt:
  "In artikel 19, § 5, van het besluit van het Verenigd College:
  1° moeten de woorden "zoals voorzien in artikel 18, § 3, 2° " gelezen worden als volgt:
  "zoals voorzien in artikel 18, § 3, 2°, van het besluit van het Verenigd College";
  2° moeten de woorden "zoals voorzien in artikel 18, § 3, 3° " gelezen worden als volgt:
  "zoals voorzien in artikel 18, § 3, 3°, van het besluit van het Verenigd College".".
Art.16. L'article 17 du même arrêté est remplacé par ce qui suit :
  " A l'article 19 § 5 de l'arrêté du Collège réuni :
  1° les mots " comme prévu à l'article 18, § 3, 2° " doivent se lire comme suit :
  "comme prévu à l'article 18, § 3, 2° de l'arrêté du Collège réuni" ;
  2° les mots " comme prévu à l'article 18, § 3, 3° " doivent se lire comme suit :
  " comme prévu à l'article 18, § 3, 3° de l'arrêté du Collège réuni".".
Art.17. Artikel 18 van hetzelfde besluit, gewijzigd bij artikel 1 van het besluit van 21 november 2019, wordt vervangen als volgt:
  "Art. 18. In artikel 20 van het besluit van het Verenigd College:
  1° moeten, in het eerste lid, de woorden "In de in artikel 66/9, § 3 bedoelde gevallen" gelezen worden als volgt:
  "In de in artikel 85, § 2, van onderhavige tekst bedoelde gevallen";
  2° moeten, in het tweede lid, 1°, de woorden "met inachtneming van de maximumtermijnen bedoeld in artikel 66/3." gelezen worden als volgt:
  "met inachtneming van de maximumtermijnen bedoeld in artikel 79 van onderhavige tekst bedoelde gevallen".".
  3° moeten, in het tweede lid, 1° de woorden "Artikel 66/9 is van toepassing" gelezen worden als volgt:
  "Artikel 85 van onderhavige tekst is van toepassing"".
  4° in het derde lid moeten de woorden "binnen de termijn voorzien in artikel 19, § 7" gelezen worden als volgt:
  "binnen de termijn voorzien in artikel 19, § 7, van het besluit van het Verenigd College".
Art.17. L'article 18 du même arrêté, modifié par l'article 1er de l'arrêté du 21 novembre 2019, est remplacé par ce qui suit :
  "Art. 18. A l'article 20 de l'arrêté du Collège réuni:
  1° à l'alinéa 1er,les mots "Dans les cas visés à l'article 66/9, § 3 " doivent se lire comme suit :
  "Dans les cas visés à l'article 85, § 2 du présent texte" ;
  2° à l'alinéa 2, 1° les mots " pour les périodes maximales visées à l'article 66/3" doivent se lire comme suit :
  " pour les périodes maximales visées à l'article 79 du présent texte".".
  3° à l'alinéa 2, 1°, les mots " L'article 66/9 est d'application " doivent se lire comme suit :
  "L'article 85 du présent texte est d'application "."
  4° à l'alinéa 3, les mots " dans le délai prévu à l'article 19, § 7" doivent se lire comme suit :
  " dans le délai prévu à l'article 19, § 7 de l'arrêté du Collège réuni".
Art.18. Artikel 19 van hetzelfde besluit wordt vervangen als volgt:
  "In artikel 21 van het besluit van het Verenigd College:
  1° moeten, in het eerste lid, de woorden "in artikel 80 bedoelde" gelezen worden als volgt:
  "in artikel 101 van onderhavige tekst bedoelde";
  2° moeten, in het eerste lid, de woorden "voorzien in artikel 19, § 7" gelezen worden als volgt:
  "voorzien in artikel 19, § 7, van het besluit van het Verenigd College";
  3° moeten, in het eerste lid, de woorden "in artikel 78, § 2, eerste lid, voorziene" gelezen worden als volgt:
  "in artikel 100, § 2, eerste lid, van onderhavige tekst voorziene";
  4° in het tweede lid moeten de woorden "Onverminderd artikel 19, § 4" gelezen worden als volgt:
  "Onverminderd artikel 19, § 4, van het besluit van het Verenigd College".".
Art.18. L'article 19 du même arrêté est remplacé par ce qui suit :
  "A l'article 21 de l'arrêté du Collège réuni :
  1° à l'alinéa 1er, les mots "visés à l'article 80" doivent se lire comme suit :
  "visés à l'article 101 du présent texte" ;
  2° à l'alinéa 1er, les mots "prévu à l'article 19 § 7" doivent se lire comme suit :
  "prévu à l'article 19 § 7 de l'arrêté du Collège réuni" ;
  3° à l'alinéa 1er, les mots "prévues à l'article 78, § 2, alinéa 1er" doivent se lire comme suit :
  "prévues à l'article 100, § 2, alinéa 1er du présent texte" ;
  4° à l'alinéa 2, les mots " Sans préjudice de l'article 19, § 4" doivent se lire comme suit :
  " Sans préjudice de l'article 19, § 4 de l'arrêté du Collège réuni".".
Art.19. Artikel 20 van hetzelfde besluit, gewijzigd bij artikel 2 van het besluit van 21 november 2019, wordt vervangen als volgt:
  "Art. 20. In artikel 21/1 van het besluit van het Verenigd College:
  1° moeten, in het eerste lid, de woorden "in artikel 96/1, zevende lid" gelezen worden als volgt:
  "in artikel 122, zevende lid, van onderhavige tekst".
  2° moeten, in het tweede lid, de woorden "in artikel 19, § 7" gelezen worden als volgt:
  "in artikel 19, § 7, van het besluit van het Verenigd College".".
Art.19. L'article 20 du même arrêté, modifié par l'article 2 de l'arrêté du 21 novembre 2019, est remplacé par ce qui suit :
  " Art. 20. A l'article 21/1 de l'arrêté du Collège réuni :
  1° à l'alinéa 1er les mots "à l'article 96/1, alinéa 7 " doivent se lire comme suit:
  "à l'article 122, alinéa 7 du présent texte." ;
  2° à l'alinéa 2, les mots " à l'article 19, § 7" doivent se lire comme suit :
  "à l'article 19 § 7 de l'arrêté du Collège réuni".".
Art.20. Artikel 21 van hetzelfde besluit wordt vervangen als volgt:
  "Art. 21. In artikel 22 van het besluit van het Verenigd College:
  1° moeten, in het eerste lid, de woorden "in de artikelen 164, eerste en tweede lid, en 213, eerste lid, bedoelde" gelezen worden als volgt:
  "in de artikelen 191, eerste en tweede lid, en 249, eerste lid, van onderhavige tekst bedoelde".
  2° moeten, in het tweede lid, de woorden "in artikel 19 § 7 voorziene" gelezen worden als volgt:
  "in artikel 19, § 7, van het besluit van het Verenigd College voorziene".".
Art.20. L'article 21 du même arrêté est remplacé par ce qui suit :
  "Art. 21. A l'article 22 de l'arrêté du Collège réuni :
  1° à l'alinéa 1er, les mots " visés aux articles 164, alinéa 1er et 2, et 213, alinéa 1er" doivent se lire comme suit :
  " visés aux articles 191, alinéa 1er et 2, et 249, alinéa 1er, du présent texte".
  2° à l'alinéa 2, les mots "prévu à l'article 19 § 7" doivent se lire comme suit :
  "prévu à l'article 19 § 7 de l'arrêté du Collège réuni".".
Art.21. Er wordt een artikel 21/1 ingevoegd, luidende:
  "Art. 21/1. In artikel 22/1 van het besluit van het Verenigd College:
  1° moeten, in § 1, de woorden "bedoeld in artikel 133" telkens gelezen worden als volgt:
  "bedoeld in artikel 169 van onderhavige tekst";
  2° moeten, in §§ 1 en 2, de woorden "in artikel 22/3 bedoelde" telkens gelezen worden als volgt:
  "in artikel 22/3 van het besluit van het Verenigd College bedoelde";
  3° moeten, in § 2, de woorden "bedoeld in artikel 152, § 1" telkens gelezen worden als volgt:
  "bedoeld in artikel 179, § 1, van onderhavige tekst".".
Art.21. Il est inséré un article 21/1, rédigé comme suit :
  "Art. 21/1. A l'article 22/1 de l'arrêté du Collège réuni :
  1° au § 1er, les mots " visée à l'article 133" doivent chaque fois se lire comme suit :
  "visée à l'article 169 du présent texte" ;
  2° aux § 1er et 2, les mots " visée à l'article 22/3" doivent chaque fois se lire comme suit :
  " visée à l'article 22/3 de l'arrêté du Collège réuni" ;
  3° au § 2, les mots "visée à l'article 152, § 1er" doivent chaque fois se lire comme suit :
  " visée à l'article 179, § 1er du présent texte".".
Art.22. Er wordt een artikel 21/2 ingevoegd, luidende:
  "Art. 21/2. In artikel 22/3, laatste lid, van het besluit van het Verenigd College moeten de woorden "artikel 18, § 3, 1° " gelezen worden als volgt:
  "artikel 18, § 3, 1°, van het besluit van het Verenigd College".
Art.22. Il est inséré un article 21/2, rédigé comme suit :
  "Art. 21/2. A l'article 22/3, dernier alinéa, de l'arrêté du Collège réuni, les mots " l'article 18, paragraphe 3, 1° " doivent se lire comme suit :
  " l'article 18, paragraphe 3, 1° de l'arrêté du Collège réuni." ;
Art.23. Er wordt een artikel 21/3 ingevoegd, luidende:
  "Art. 21/3. In artikel 22/4 van het besluit van het Verenigd College moeten de woorden "voorzien in artikel 19, § 7" gelezen worden als volgt:
  "voorzien in artikel 19, § 7, van het besluit van het Verenigd College.".
Art.23. Il est inséré un article 21/3, rédigé comme suit :
  "Art. 21/3. A l'article 22/4 de l'arrêté du Collège réuni, les mots " prévu à l'article 19, § 7" doivent se lire comme suit :
  " prévu à l'article 19, § 7 de l'arrêté du Collège réuni".".
Art.24. In artikel 22/1 van hetzelfde besluit, ingevoegd bij het besluit van 4 juli 2024, worden de volgende wijzigingen aangebracht:
  a) in de Nederlandse tekst worden de woorden "de HRM" telkens vervangen door de woorden "het HRM";
  b) in § 1, eerste lid, worden de woorden "op voorwaarde dat de ambtenaar gedurende de periode van twaalf maanden voorafgaand aan het verzoek ten minste over zes maanden dienstanciënniteit beschikt" vervangen door de woorden "op voorwaarde dat de ambtenaar op de dag dat hij zijn verzoek indient gedurende ten minste twaalf maanden in dienst is bij de Dienst en gedurende ten minste zes maanden in dienstactiviteit is geweest van de twaalf maanden voorafgaand aan de indiening van het verzoek";
  c) 2° in § 1, tweede lid, 1°, worden de woorden "aanpassing van de werktijdregeling of het uurrooster" vervangen door de woorden "aanpassing, hetzij van de werktijdregeling, hetzij van het uurrooster, hetzij van de werktijdregeling en het uurrooster";
  d) in § 1, tweede lid, wordt de bepaling onder 3° vervangen als volgt:
  "3° gezinslid: elke persoon die samenwoont met de ambtenaar krachtens een attest van gezinssamenstelling ten vroegste opgesteld op de 10e werkdag voorafgaand aan de indiening van het verzoek om een flexibele werkregeling";
  e) in § 1, tweede lid, wordt de bepaling onder 6° vervangen als volgt:
  "6° de verantwoordelijke:
  a) de directeur-diensthoofd van de directie waarvan de ambtenaar afhangt die de aanvraag indient, indien deze geen mandaathouder is;
  Indien deze directie geen ambtenaar met een graad van deze rang telt of indien de betrokken dienst geen deel uitmaakt van een directie, moet de ambtenaar met de hoogste rang binnen deze laatste als verantwoordelijke worden beschouwd.
  Indien, in het kader van de toepassing van het voorgaande lid, meerdere ambtenaren een gelijkwaardige rang hebben, wordt de ambtenaar die onder hen als de hiërarchische meerdere wordt beschouwd, als verantwoordelijke beschouwd.
  b) de directeur-generaal van de Dienst, indien de aanvrager een mandaathouder met een graad van rang A4 of A4+ is;
  In geval van afwezigheid of van verhindering van de directeur-generaal van de Dienst moet de Minister worden beschouwd als de verantwoordelijke van de mandaathouder die de aanvraag indient voor de behandeling van de ingediende aanvraag.
  c) de Minister, indien de aanvrager de directeur-generaal van de Dienst is.";
  f) in § 1 worden het derde en vierde lid opgeheven;
  g) § 3, vierde lid, wordt aangevuld met een bepaling onder 5°, luidende:
  "5° een attest van gezinssamenstelling ten vroegste opgesteld op de 10e werkdag voorafgaand aan de indiening van het verzoek om een flexibele werkregeling, indien dit gevraagd wordt voor zorgdoeleinden voor een gezinslid van de ambtenaar.";
  h) in § 4, laatste lid, worden de woorden "leidend ambtenaar" vervangen door het woord "directeur-generaal";
  i) in § 4, vijfde lid, worden de woorden "tweede lid, 6° " vervangen door de woorden "tweede lid, 6°, a)";
  j) § 4 wordt aangevuld met drie leden, luidende:
  "In afwijking hiervan voert de directeur-generaal van de Dienst, indien de aanvrager een ambtenaar met een graad van rang A4 is, als verantwoordelijke de procedure uit. De adjunct-directeur-generaal van de Dienst geeft vervolgens een advies over het ingediende verzoek, volgens de in het eerste lid uiteengezette modaliteiten met betrekking tot de functionele chef van de verzoekende ambtenaar.
  In afwijking hiervan voert de directeur-generaal van de Dienst, indien de ambtenaar die het verzoek indient de adjunct-directeur-generaal is, als verantwoordelijke de procedure uit, zonder dat overleg of het uitbrengen van een advies vereist is.
  In afwijking hiervan voert de Minister, indien de ambtenaar die het verzoek indient de directeur-generaal van de Dienst is, als verantwoordelijke de procedure uit, zonder dat overleg of het uitbrengen van een advies vereist is.";
  k) § 5 wordt aangevuld met twee leden, luidende:
  "In afwijking van het vierde en vijfde lid is, indien de betrokken ambtenaar een mandaathouder is met een graad van rang A4 of A4+, de Minister als enige bevoegd om beroepen te behandelen, onder dezelfde voorwaarden als die welke zijn bepaald in het vierde en vijfde lid betreffende de Directieraad.
  In afwijking van het vierde en vijfde lid is, indien de betrokken ambtenaar de directeur-generaal van de Dienst is, het Verenigd College als enige bevoegd om beroepen te behandelen, onder dezelfde voorwaarden als die welke zijn bepaald in het vierde en vijfde lid betreffende de Directieraad.";
  l) in paragraaf 7 wordt het eerste lid vervangen als volgt:
  " De ambtenaar heeft het recht om de flexibele werkregeling vroegtijdig te beëindigen om terug te keren naar zijn oorspronkelijke werkregeling, mits de verantwoordelijke hiermee instemt.";
Art.24. Dans l'article 22/1 du même arrêté, inséré par l'arrêté 4 juillet 2024, les modifications suivantes sont apportées :
  a) dans le texte néerlandais, les mots "de HRM" sont chaque fois remplacés par les "het HRM" ;
  b) au § 1er, alinéa 1er, les mots " à condition que le fonctionnaire ait au moins six mois d'ancienneté de service durant la période de 12 mois précédant la demande" sont remplacés par les mots "à condition que le fonctionnaire soit entré en service au sein de l'Office depuis au moins 12 mois au jour où il introduit sa demande et qu'il ait été en activité de service pendant au moins 6 mois sur les 12 mois qui précède l'introduction de la demande" ;
  c) au § 1er, alinéa 2, 1°, les mots "d'une adaptation du régime de travail ou de l'horaire de travail" sont remplacés par les mots "d'une adaptation, soit du régime de travail, soit de l'horaire de travail, soit du régime de travail et de l'horaire de travail" ;
  d) au § 1er, alinéa 2, le 3° est remplacé par ce qui suit :
  " 3° membre du ménage : toute personne cohabitant avec le fonctionnaire aux termes d'un certificat de composition de ménage produit au plus tôt le 10ème jour ouvrable qui précède l'introduction de la demande d'une formule souple de travail." ;
  e) au § 1er, l'alinéa 2, 6° est remplacé par ce qui suit :
  " 6° Le responsable :
  a) le directeur-chef de service de la direction dont dépend le fonctionnaire demandeur, si ce dernier n'est pas mandataire ;
  Si cette direction ne comporte pas de fonctionnaire titulaire d'un grade de ce rang ou si le service concerné ne fait pas partie d'une direction, le fonctionnaire disposant du rang le plus élevé au sein de ces derniers doit être considéré comme le responsable.
  Si, dans le cadre de l'application de l'alinéa précédent, plusieurs fonctionnaires disposent d'un rang équivalent, le fonctionnaire qui parmi ceux-ci est considéré comme le supérieur hiérarchique est considéré comme étant le responsable.
  b) le directeur général de l'Office, si le demandeur est un mandataire titulaire d'un grade du rang A4 ou A4+ ;
  En cas d'absence ou d'empêchement du directeur général de l'Office, le Ministre doit être considéré comme étant le responsable du mandataire demandeur pour le traitement de la demande introduite.
  c) le Ministre, si le demandeur est le directeur général de l'Office.".
  f) au § 1er, les alinéas 3 et 4 sont abrogés ;
  g) le § 3, alinéa 4, est complété par un 5°, libellé comme suit :
  " 5° un certificat de composition de ménage produit au plus tôt le 10ème jour ouvrable qui précède l'introduction de la demande d'une formule souple de travail, si cette dernière est demandée afin de s'occuper d'un membre du ménage du fonctionnaire." ;
  h) au § 4, dernier alinéa, les mots "fonctionnaire dirigeant" sont à chaque fois remplacés par les mots "directeur général" ;
  i) au § 4, alinéa 5, les mots " alinéa 2, 6° " sont remplacés par les mots " alinéa 2, 6°, a)" ;
  j) le § 4 est complété par trois alinéas rédigés comme suit :
  "Par dérogation, si le demandeur est un fonctionnaire titulaire d'un grade du rang A4, le directeur général de l'Office diligente la procédure, en tant que responsable. Le directeur général adjoint de l'Office remet alors un avis quant à la demande introduite, selon les modalités fixées à l'alinéa 1er concernant le chef fonctionnel du fonctionnaire demandeur.
  Par dérogation, si le fonctionnaire demandeur est le directeur général adjoint, le directeur général de l'Office diligente la procédure, en tant que responsable, sans qu'une consultation ou remise d'avis ne soit requise.
  Par dérogation, si le fonctionnaire demandeur est le directeur général de l'Office, le Ministre diligente la procédure, en tant que responsable, sans qu'une consultation ou remise d'avis ne soit requise." ;
  k) le § 5 est complété par deux alinéas rédigés comme suit:
  "Par dérogation aux alinéas 4 et 5, si le fonctionnaire concerné est un mandataire titulaire d'un grade du rang A4, ou A4+, le Ministre est seul compétent pour connaitre des recours, selon les mêmes modalités que celles prévues aux alinéas 4 et 5 concernant le Conseil de direction.
  Par dérogation aux alinéas 4 et 5, si le fonctionnaire concerné est le directeur général de l'Office, le Collège réuni est seul compétent pour connaitre des recours selon les mêmes modalités que celles prévues aux alinéas 4 et 5 concernant le Conseil de direction." ;
  l) au paragraphe 7, l'alinéa 1er est remplacé par ce qui suit :
  "Le fonctionnaire a le droit de mettre anticipativement fin à la formule souple de travail afin de revenir à ses modalités de travail de départ, moyennant accord du responsable." ;
Art.25. In artikel 23 van hetzelfde besluit wordt het vierde lid vervangen als volgt:
  "Wanneer een betrekking vacant wordt verklaard voor kandidaten van beide taalrollen, dient de selectiecommissie te bestaan uit vertegenwoordigers van de beide taalrollen. Daarnaast dient een lid van de selectiecommissie wettelijk tweetalig te zijn.".
Art.25. Dans l'article 23 du même arrêté, l'alinéa 4 est remplacé par ce qui suit:
  "Lorsqu'un poste est déclaré vacant pour des candidats des deux rôles linguistiques, la commission de sélection doit être composée de représentants des deux rôles linguistiques. En outre, un membre de la commission de sélection doit être bilingue légal.".
Art.26. In artikel 24, tweede lid, van hetzelfde besluit worden de woorden ", de secretarissen, de eventueel aanwezige vakbondswaarnemers en iedereen die aanwezig is gedurende de werkzaamheden van de selectiecommissie" ingevoegd tussen de woorden "van de selectiecommissies" en "zijn gebonden tot".
Art.26. Dans l'article 24, alinéa 2 du même arrêté, entre les mots "commission de sélection" et "sont liés", sont inséré les mots ", les secrétaires, les éventuels observateurs syndicaux présents et toute autre personne présente lors des travaux de la commission de sélection".
Art.27. In artikel 25 van hetzelfde besluit wordt tussen het vierde en het vijfde lid een lid ingevoegd, luidende:
  "De evaluatiecommissie dient te bestaan uit vertegenwoordigers van de beide taalrollen. Daarnaast dient een lid van de evaluatiecommissie wettelijk tweetalig te zijn.".
Art.27. Dans l'article 25 du même arrêté, un alinéa rédigé comme suit est inséré entre les alinéas 4 et 5 :
  "La commission d'évaluation doit être composée de représentants des deux rôles linguistiques. En outre, un membre de la Commission de sélection doit être bilingue légal.".
Art.28. In hetzelfde besluit wordt een artikel 25/1 ingevoegd, luidende:
  "Art. 25/1. De leden van de evaluatiecommissie, de secretarissen en iedereen die aanwezig is gedurende de werkzaamheden van de evaluatiecommissie zijn gebonden tot geheimhouding omtrent de beraadslagingen en besluiten alsmede aangaande alle informatie waarvan zij kennis houden hebben gekregen bij de uitvoering van hun opdracht.".
Art.28. Dans le même arrêté, il est inséré un article 25/1 rédigé comme suit:
  "Art. 25/1. Les membres de la commission d'évaluation, les secrétaires et toute autre personne présente lors des travaux de la commission d'évaluation sont liés par le secret en ce qui concerne les délibérations et les décisions ainsi que toutes les informations dont ils auraient eu connaissance dans l'exercice de leur mission.".
Art.29. In artikel 36 van hetzelfde besluit worden de volgende wijzigingen aangebracht:
  1° de woorden "het geval dit vereist" worden vervangen door de woorden "de ernst van het geval".
  2° in de Franse tekst wordt het woord "l'exigence" vervangen door de woorden "la gravité".
Art.29. Dans l'article 36 du même arrêté, les modifications suivantes sont apportées :
  1° les mots "Toute contravention" sont remplacés par les mots "Tout manquement" ;
  2° dans le texte français, le mot "l'exigence" est remplacé par les mots "la gravité".
Art.30. In artikel 39, § 2, tweede lid, van hetzelfde besluit worden de woorden "leidend ambtenaar" vervangen door het woord "directeur-generaal".
Art.30. Dans l'article 39, § 2, alinéa 2 du même arrêté, les mots "fonctionnaire dirigeant" sont remplacés par les mots "directeur général".
Art.31. In artikel 40 van hetzelfde besluit worden de volgende wijzigingen aangebracht:
  1° het eerste lid, waarvan onderhavige tekst paragraaf 1 zal vormen, wordt vervangen als volgt:
  " § 1. Van deze titel kan, op schriftelijk verzoek van de belanghebbende en op verslag van de Directieraad, worden afgeweken door het Algemeen Beheerscomité.".
  2° tussen het eerste en tweede lid wordt een paragraaf 2 ingevoegd, luidende:
  " § 2. Indien de belanghebbende een mandaathouder is, kan de Minister, op schriftelijk verzoek van de belanghebbende, afwijkingen op deze titel verlenen.".
  3° in het tweede lid, dat § 2, tweede lid, geworden is, worden de woorden "niet- uitvoerend" opgeheven;
  4° paragraaf 2 wordt aangevuld met een derde lid, luidende:
  "De mandaathouder kan geen toelating verkrijgen om een functie van bestuurder uit te oefenen in een beheersorgaan van een publiek- of privaatrechtelijke vennootschap of van een vereniging zonder winstoogmerk waarvan het maatschappelijk doel onder de bevoegdheid valt van de uitgeoefende mandaatfunctie.".
Art.31. Dans l'article 40 du même arrêté, les modifications suivantes sont apportées:
  1° l'alinéa 1er, dont le texte actuel formera le paragraphe 1er est remplacé par ce qui suit :
  " § 1er. Des dérogations au présent titre pourront, sur demande écrite de l'intéressé et sur rapport du Conseil de direction, être accordées par le Comité général de gestion.".
  2° un paragraphe 2 rédigé comme suit est inséré entre les alinéas 1 et 2:
  " § 2. Si l'intéressé est un mandataire, des dérogations au présent titre pourront, sur demande écrite, être accordées par le Ministre.".
  3° à l'alinéa 2, devenu § 2, alinéa 2, les mots "non exécutif " sont abrogés ;
  4° le paragraphe 2 est complété par un alinéa 3 rédigé comme suit:
  "Le mandataire ne peut obtenir l'autorisation d'exercer une fonction d'administrateur dans un organe de gestion d'une société de droit public ou privé ou d'une association sans but lucratif dont l'objet social entre dans le champ des compétences de la fonction à mandat exercée.".
Art.32. Artikel 41 van hetzelfde besluit wordt vervangen als volgt:
  "Art. 41. § 1. Het in artikel 40 bedoelde schriftelijk verzoek wordt bij de functionele chef ingediend, door middel van een modelformulier dat door het HRM wordt verstrekt. De functionele chef geeft een gemotiveerd advies.
  De verzoeker wordt in kennis gesteld van de beslissing van het Algemeen Beheerscomité.
  § 2. Indien de belanghebbende een mandaathouder is, moet het schriftelijk verzoek zoals bedoeld in artikel 40 ingediend worden bij de Minister.
  De verzoeker wordt in kennis gesteld van de beslissing van de Minister.".
Art.32. L'article 41 du même arrêté est remplacé par ce qui suit:
  "Art. 41. § 1er. La demande écrite visée à l'article 40 est introduite auprès du chef fonctionnel, à l'aide d'un formulaire type, fourni par la GRH. Le chef fonctionnel donne un avis motivé.
  Le demandeur est informé de la décision du Comité général de gestion.
  § 2. Si l'intéressé est un mandataire, la demande écrite visée à l'article 40 est introduite auprès du Ministre.
  Le demandeur est informé de la décision du Ministre.".
Art.33. In hetzelfde besluit wordt een artikel 41/1 ingevoegd, luidende:
  "Art. 41/1. § 1. De in artikel 39 bedoelde toestemming kan worden ingetrokken.
  § 2. De toestemming tot cumulatie wordt ambtshalve opgeschort wanneer de ambtenaar afwezig is wegens ziekte, wegens een arbeidsongeval, wegens een ongeval op weg van of naar het werk of wegens een beroepsziekte, wanneer hij in disponibiliteit is wegens uitputting van zijn ziektekapitaal of werkt volgens het stelsel van de verminderde prestaties wegens medische redenen.
  Indien de arbeidsgeneesheer oordeelt dat de beroepsactiviteit waarvoor cumulatie werd verleend kan bijdragen tot het genezingsproces, vindt geen opschorting van de toestemming tot cumulatie plaats.".
Art.33. Dans le même arrêté, il est inséré un article 41/1 rédigé comme suit :
  "Art. 41/1. § 1er. L'autorisation visée à l'article 39 peut être retirée.
  § 2. L'autorisation de cumul est suspendue d'office si le fonctionnaire est absent pour cause de maladie, d'accident de travail, d'accident sur le chemin du travail ou de maladie professionnelle, s'il est en disponibilité suite à l'épuisement de ses jours de congé de maladie ou travaille selon le régime de prestations réduites pour raisons médicales.
  Si le médecin du travail estime que l'activité professionnelle pour laquelle le cumul a été accordé peut contribuer au processus de guérison, l'autorisation de cumul n'est pas suspendue.".
Art.34. Artikel 43 van hetzelfde besluit wordt vervangen als volgt:
  " Voor rekrutering sluiten de directeur-generaal en de directeur-generaal van het directoraat-generaal Rekrutering en Ontwikkeling van de Federale Overheidsdienst Beleid en Ondersteuning en/of de directeur-generaal van de Gewestelijke Overheidsdienst Brussel Openbaar Ambt een samenwerkingsprotocol af met de Dienst.
  De directeur-generaal van het directoraat-generaal Rekrutering en Ontwikkeling van de Federale Overheidsdienst Beleid en Ondersteuning en/of de directeur-generaal van de Gewestelijke Overheidsdienst Brussel Openbaar Ambt organiseren de selecties en spelen een beslissende rol in de manier waarop ze worden uitgevoerd.".
Art.34. L'article 43 du même arrêté, est remplacé par ce qui suit :
  "Pour le recrutement, le directeur général et le directeur général de la Direction générale Recrutement et Développement du Service Public Fédéral Stratégie et Appui et/ou le directeur général du Service public régional Bruxelles Fonction publique concluent un protocole de collaboration avec l'Office.
  Le directeur général de la Direction générale Recrutement et Développement du Service Public Fédéral Stratégie et Appui et/ou le directeur général du Service public régional Bruxelles Fonction publique organisent les sélections et jouent un rôle déterminant dans leur déroulement.".
Art.35. Artikel 45, eerste lid, 4° van hetzelfde besluit wordt vervangen als volgt:
  "4° houder zijn van een diploma of studiegetuigschrift dat overeenkomt met het niveau van de te verlenen graad, houder zijn van een getuigschrift van vaardigheden die buiten het diploma verworven zijn en die toegang verlenen tot de functie waarvoor de selectie georganiseerd wordt overeenkomstig de tabel in bijlage bij onderhavig besluit, of houder zijn van een instapkaart bekomen ten gevolge van proeven voor een kwalitatieve selectie die nagaan of de kandidaat beschikt over de basisvaardigheden en cognitieve vaardigheden die vereist worden op een hoger niveau dan datgene waar hij krachtens zijn diploma('s) of zijn studiegetuigschrift(en) aanspraak op kan maken.".
Art.35. L'article 45, alinéa 1er, 4° du même arrêté est remplacé comme suit :
  "4° être porteur d'un diplôme ou certificat d'études en rapport avec le niveau du grade à conférer, ou être porteur d'un certificat ou d'un titre de compétences acquises hors diplôme donnant accès à la fonction pour laquelle la sélection est organisée selon le tableau annexé au présent arrêté, ou être porteur d'une carte d'accès obtenue suite à une série d'épreuves de sélection qualitative qui vérifie si le candidat dispose des compétences de base et aptitudes cognitives qui sont exigées au niveau supérieur à celui auquel il peut prétendre en vertu de son ou ses diplôme(s) ou de son ou ses certificat(s) d'études.".
Art.36. In artikel 47 van hetzelfde besluit worden de volgende wijzigingen aangebracht:
  1° in het eerste lid worden de woorden "leidend ambtenaar" vervangen door het woord "directeur-generaal";
  2° in het eerste lid in de Nederlandse tekst, worden de woorden "de HRM" vervangen door de woorden "het HRM";
  3° in de bepaling onder 4° worden de woorden "bevordering door" ingevoegd voor de woorden "overgang tot een hoger".
Art.36. Dans l'article 47 du même arrêté, les modifications suivantes sont apportées:
  1° à l'alinéa 1er, les mots "fonctionnaire dirigeant" sont remplacés par les mots "directeur général" ;
  2° à l'alinéa 1er, dans le texte néerlandais, les mots "de HRM" sont remplacés par les mots "het HRM" ;
  3° au 4° les mots "promotion par" sont insérés avant le mot "accession".
Art.37. In artikel 48 van hetzelfde besluit worden de volgende wijzigingen aangebracht:
  1° in het eerste lid worden de woorden "in de graden van de rangen A1, A2, B1" vervangen door de woorden "in de graden van de rangen A1, A2, A2-deskundige, B1";
  2° in het tweede lid, 1°, worden, in de bepaling onder a), de woorden "rang A2" vervangen door de woorden "rang A2-deskundige";
  3° in het tweede lid, 1°, wordt de bepaling onder b) vervangen als volgt:
  "b) rang A2: eerste attaché".
  4° in het tweede lid, 1°, wordt een bepaling onder c) wordt ingevoegd, luidende:
  "c) rang A1: geneesheer, ingenieur, attaché;".
Art.37. Dans l'article 48 du même arrêté, les modifications suivantes sont apportées:
  1° à l'alinéa 1er, les mots " aux grades des rangs A1, A2, B1" sont remplacés par les mots " aux grades des rangs A1, A2, A2 expert, B1" ;
  2° à l'alinéa 2, 1°, au a) les mots "rang A2" sont remplacés par les mots "rang A2 expert" ;
  3° à l'alinéa 2, 1°, le b) est remplacé par ce qui suit:
  "b) rang A2 : premier attaché".
  4° à l'alinéa 2, 1°, un c) est inséré, rédigé comme suit :
  "c) rang A1 : médecin, ingénieur, attaché;".
Art.38. In hetzelfde besluit wordt een artikel 48/1 ingevoegd, luidende:
  "Art. 48/1. Onverminderd enige andere toelatingsvoorwaarde dient de kandidaat, om toegelaten te worden tot een selectie van eerste attaché, te beschikken over drie jaar nuttige ervaring in voltijdsequivalenten in één of meerdere functie(s) overeenkomend met een functie van niveau A.
  § 2. Onverminderd enige andere toelatingsvoorwaarde dient de kandidaat, om toegelaten te worden tot een selectie van eerste attaché-deskundige, te beschikken over:
  - zes jaar nuttige ervaring in voltijdsequivalenten in één of meerdere functie(s) overeenkomend met een functie van niveau A;
  - en indien hij tevens een team dient te leiden, drie jaar nuttige leidinggevende ervaring in voltijdsequivalenten in één of verschillende functie(s).".
Art.38. Dans le même arrêté, il est inséré un article 48/1 rédigé comme suit :
  "Art. 48/1. § 1er. Sans préjudice de toute autre condition d'admissibilité, le candidat à la sélection de premier attaché doit pouvoir attester de trois années équivalent temps plein d'expérience utile dans une ou plusieurs fonction(s) correspondant à une fonction de niveau A.
  § 2. Sans préjudice de toute autre condition d'admission, le candidat à la sélection de premier attaché-expert doit pouvoir attester de :
  - six années d'expérience utile équivalent temps plein dans une ou plusieurs fonction(s) correspondant à une fonction de niveau A;
  - et s'il doit diriger aussi une équipe trois années d'expérience utile équivalent temps plein dans l'exercice d'une ou de plusieurs fonction(s) de gestion d'équipe.".
Art.39. In hetzelfde besluit wordt een artikel 48/2 ingevoegd, luidende:
  "Art. 48/2. De vergelijkende selectie wordt georganiseerd volgens een systeem dat, naar vorm en inhoud, de nodige waarborgen biedt inzake gelijke behandeling, verbod van willekeur, onafhankelijkheid en onpartijdigheid.".
Art.39. Dans le même arrêté, il est inséré un article 48/2 rédigé comme suit:
  "Art. 48/2. La sélection comparative est organisée selon un système qui, dans sa forme et son contenu, offre les garanties nécessaires en matière d'égalité de traitement, d'interdiction de l'arbitraire, d'indépendance et d'impartialité.".
Art.40. In hetzelfde besluit wordt een artikel 48/3 ingevoegd, luidende:
  "Art. 48/3. Voorafgaand aan de vergelijkende selectie wordt een functiebeschrijving opgesteld. De Directieraad legt de functiebeschrijvingen vast, op voorstel van de directeur-generaal of de adjunct directeur-generaal en het HRM.
  De vereiste kwalificaties worden aan iedere functiebeschrijving toegevoegd. Er dient onder kwalificaties te worden verstaan, het geheel van kennis en vaardigheden die vereist zijn om de functie uit te oefenen.".
Art.40. Dans le même arrêté, il est inséré un article 48/3 rédigé comme suit :
  "Art. 48/3. Une description de fonction est élaborée avant la sélection comparative. Le Conseil de direction établit les descriptions de fonction sur proposition du directeur général ou du directeur général adjoint et de la GRH.
  Les qualifications requises sont jointes à chaque description de fonction. Il y a lieu d'entendre par qualifications, l'ensemble des connaissances et aptitudes requises pour exercer la fonction.".
Art.41. Artikel 49 van hetzelfde besluit wordt vervangen als volgt:
  "Art. 49. § 1. Elke vacature wordt minstens gepubliceerd in het Belgisch Staatsblad en op de website van de Dienst en preciseert de uiterste termijn voor indiening van de kandidaatstellingen.
  § 2. Er wordt een selectiereglement opgesteld door de verantwoordelijke van het HRM, waarin de modaliteiten betreffende de selectieprocedure worden vastgesteld.
  Bij zijn afwezigheid wordt het opgesteld onder de verantwoordelijkheid van de ambtenaar van het HRM van niveau A in dienstactiviteit met de hoogste rang. meerdere ambtenaren een gelijkwaardige rang hebben, ligt deze verantwoordelijkheid bij degene met de hoogste graadanciënniteit.
  Het selectiereglement wordt als bijlage bij de gepubliceerde vacature gevoegd. Het selectiereglement bepaalt minstens:
  - voor zover de aard van de betrekking het vereist, de bijzondere toelaatbaarheidsvoorwaarden, zoals omschreven in artikel 46;
  - elk voor de toegang tot de selectieprocedure vereist diploma, studiegetuigschrift, ervaringsbewijs of toegangsbewijs;
  - de datum waarop aan de voorwaarden voldaan moet zijn;
  - de soort, het aantal en de modaliteiten van de proeven;
  - het aantal punten dat aan de volledige selectie, aan iedere proef en desgevallend aan de onderdelen ervan wordt toegekend;
  - het maximale aantal laureaten.
  Het selectiereglement regelt desgevallend ook:
  - een mogelijke voorselectie, naargelang het aantal kandidaten;
  - de regels voor de rangschikking;
  - de geldigheidsduur van de wervingsreserve;
  - het verlies en het behoud van een plaats in de reserve;
  - de mogelijkheid om een bijkomende proef te organiseren voor de invulling van een bijkomende vacature voor een vergelijkbare betrekking.".
Art.41. L'article 49 du même arrêté est remplacé par ce qui suit:
  "Art. 49. § 1er. Chaque offre d'emploi est publiée au moins au Moniteur belge et sur le site web de l'Office et précise la date limite de l'introduction des candidatures.
  § 2. Un règlement de sélection est établi par le responsable de la GRH, fixant les modalités de la procédure de sélection.
  En son absence, il est établi sous la responsabilité du fonctionnaire de la GRH de niveau A en activité de service disposant du rang le plus élevé. Si plusieurs fonctionnaires disposent d'un rang équivalent, cette responsabilité incombe à celui disposant de l'ancienneté de grade la plus importante.
  Le règlement de sélection est joint en annexe à l'offre d'emploi publiée. Le règlement de sélection prévoit notamment :
  - pour autant que la nature de la fonction l'exige, les conditions d'admissibilité spécifiques, telles que décrites à l'article 46 ;
  - tout diplôme, certificat d'études, certificat d'expérience ou certificat d'accès requis pour l'admission à la procédure de sélection ;
  - la date à laquelle les conditions doivent être remplies ;
  - les types, le nombre et les modalités des épreuves ;
  - le nombre de points attribués à l'ensemble de la sélection, à chacune des épreuves et, le cas échéant, à leurs subdivisions ;
  - le nombre maximal de lauréats.
  Le règlement de sélection réglemente également le cas échéant :
  - Une présélection éventuelle, en fonction du nombre de candidats ;
  - Les règles de classement ;
  - La période de validité de la réserve de recrutement ;
  - La perte et la conservation d'une place dans la réserve ;
  - La possibilité d'organiser une épreuve supplémentaire pour pourvoir un poste vacant supplémentaire pour un poste similaire.".
Art.42. Artikel 50 van hetzelfde besluit wordt vervangen als volgt:
  "Art. 50. § 1. De selectiecommissie bestaat uit:
  1° de directeur-generaal van het directoraat-generaal Rekrutering en Ontwikkeling van de Federale Overheidsdienst Beleid en Ondersteuning of desgevallend de Gewestelijke Overheidsdienst Brussel Openbaar Ambt of zijn afgevaardigde, voorzitter;
  2° op voorstel van de directeur-generaal, ten minste twee bijzitters gekozen onder de personeelsleden van de Dienst, die ten minste dezelfde rang hebben als de te vervullen functie en die beschikken over de kwalificaties of de beroepservaring die relevant is voor de functiebeschrijving van de te vervullen functie, of onder externe personen die op grond van hun ervaring bijzonder gekwalificeerd zijn.
  In afwijking van de bepaling onder 2° mag, indien de selectie betrekking heeft op een te vervullen betrekking in niveau A, ten minste één van de bijzitters niet in dienst zijn bij de Dienst.
  3° ten minste één plaatsvervanger voor elk lid van de selectiecommissie. De plaatsvervangers wonen alle hoorzittingen met de kandidaten en de beraadslagingen van de selectiecommissie bij;
  4° desgevallend, de ambtenaar die de hiërarchische meerdere zal zijn van de persoon die de vacante betrekking zal bekleden.
  § 2. Een toelage wordt toegekend aan de leden van de selectiecommissie als ze geen personeelsleden van de Dienst of de Diensten van het Verenigd College zijn.
  Deze toelage bedraagt 25 EUR per vergadering van de selectiecommissie, zonder dat de 30 vergaderingen die aanleiding geven tot deze toelage per jaar mogen overschreden worden.
  Deze toelage is onderworpen aan de gezondheidsindex van september 2017 en volgt de evolutie van die gezondheidsindex, in overeenstemming met de wet van 1 maart 1977 houdende inrichting van een stelsel waarbij sommige uitgaven in de overheidssector aan het indexcijfer van de consumptieprijzen van het Rijk worden gekoppeld.
  § 3. De voorzitter van de selectiecommissie zorgt ervoor dat het aantal vergaderingen beperkt blijft tot wat strikt noodzakelijk is voor het goede verloop van de betreffende selecties.
  § 4. De leden van de selectiecommissie, de eventuele waarnemers van de vakbonden en eenieder die aanwezig is gedurende de werkzaamheden van de selectiecommissie zijn gehouden tot een geheimhoudingsplicht omtrent de beraadslagingen en beslissingen alsmede aangaande elke inlichting waarvan zij kennis zouden hebben gekregen bij de uitvoering van hun opdracht.".
Art.42. L'article 50 du même arrêté est remplacé par ce qui suit:
  "Art. 50. § 1er. "La commission de sélection comprend :
  1° le directeur général de la Direction générale Recrutement et Développement du Service public fédéral Stratégie et Appui ou, le cas échéant, du Service Public régional Bruxelles Fonction Publique, ou le délégué correspondant, Président ;
  2° sur proposition du directeur général, au moins deux assesseurs choisis parmi les membres du personnel de l'Office, de rang au moins égal à l'emploi à pourvoir et dotés d'une qualification ou d'une expérience professionnelle en lien avec la description de fonction de l'emploi à pourvoir ou parmi des personnalités extérieures particulièrement qualifiées en raison de leur expérience.
  Par dérogation au 2°, si la sélection concerne une poste à pourvoir dans le niveau A, au moins un des assesseurs ne peut pas être occupé par l'Office ;
  3° au moins un suppléant pour chaque membre de la commission de sélection. Les suppléants assistent à l'ensemble des auditions des candidats et aux délibérations de la commission de sélection ;
  4° le cas échéant, le fonctionnaire appelé à être le supérieur hiérarchique de la personne qui occupera le poste vacant à pourvoir.
  § 2. Une allocation est accordée aux membres de la commission de sélection s'ils ne sont pas membres du personnel de l'Office ou des Services du Collège réuni.
  Cette allocation s'élève à 25 EUR par réunion de la commission de sélection, sans pouvoir excéder 30 réunions donnant lieu à cette allocation par an.
  Cette allocation est liée à l'indice santé du mois de septembre 2017 et suit l'évolution dudit indice santé, conformément à la loi du 1er mars 1977 organisant un régime de liaison à l'indice des prix à la consommation du Royaume de certaines dépenses dans le secteur public.
  § 3. Le président de la commission de sélection veille à ce que le nombre de réunions soit limité à ce qui est strictement nécessaire au bon déroulement des sélections considérées.
  § 4. Les membres de la commission de sélection, les observateurs éventuels des syndicats et toute personne présente lors des travaux de la commission de sélection sont tenus à une obligation de confidentialité concernant les délibérations et les décisions ainsi que toutes les informations dont ils auraient eu connaissance dans l'exercice de leurs fonctions.".
Art.43. In boek II, titel IV, hoofdstuk I van hetzelfde besluit wordt een afdeling 3bis ingevoegd, die het artikel 50/1 omvat, ingevoegd, luidende:
  "Afdeling 3bis. - De rangschikking van de laureaten
Art.43. Dans le livre II, titre IV, chapitre 1er du même arrêté, il est inséré une section 3bis, comprenant l'article 50/1, rédigée comme suit :
  "Section 3bis. - Du classement des lauréats
Art. 50/1. De laureaten van de selectieprocedure worden door de selectiecommissie gerangschikt.
  De benoemde overheid is gehouden door de rangschikking van de laureaten.".
Art. 50/1. Les lauréats de la procédure de sélection sont classés par la commission de sélection.
  L'autorité investie du pouvoir de nomination est liée par le classement des lauréats.".
Art.44. In boek II, titel IV, hoofdstuk I, van hetzelfde besluit worden de afdeling 4 en de afdeling 5, onderafdelingen 1 tot 4, die de artikelen 51 tot en met 60 bevatten, opgeheven.
Art.44. Dans le livre II, titre IV, chapitre I du même arrêté, la section 4 et la section 5, sous-sections 1 à 4, comportant les articles 51 à 60 inclus sont abrogés.
Art.45. In boek II, titel IV, hoofdstuk I, afdeling 5 van hetzelfde besluit wordt het opschrift van onderafdeling 5 vervangen als volgt:
  "Afdeling 4. - Over de samenstelling en de raadpleging van de wervingsreserve en van de wervingsreserves van de andere overheden".
Art.45. Dans le livre II, titre IV, chapitre I, section 5 du même arrêté, l'intitulé de la sous-section 5 est remplacé par ce qui suit :
  "Section 4. - De la constitution et de la consultation des réserves de lauréats et des réserves de lauréats des autres autorités".
Art.46. In artikel 61 van hetzelfde besluit worden de volgende wijzigingen aangebracht:
  1° in paragraaf 1:
  a) worden in het eerste lid de woorden "generieke module" vervangen door het woord "selectieprocedure";
  b) wordt het tweede lid opgeheven;
  2° in paragraaf 2:
  a) worden in het eerste lid de woorden "twee jaar" vervangen door de woorden "een jaar";
  b) wordt in het tweede lid het woord "Minister" vervangen door de woorden "directeur-generaal";
  c) worden in het tweede lid de woorden "de afgevaardigd bestuurder van SELOR" vervangen door de worden " de directeur-generaal van het directoraat-generaal Rekrutering en Ontwikkeling van de Federale Overheidsdienst Beleid en Ondersteuning ";
  d) In de Franse tekst worden de woorden "le délai des réserves" vervangen door de woorden "la durée de validité des réserves".
  3° paragraaf 3 wordt opgeheven.
Art.46. Dans l'article 61 du même arrêté, les modifications suivantes sont apportées:
  1° dans le paragraphe 1er :
  a) à l'alinéa 1er, les mots "du module générique" sont remplacés par les mots " d'une procédure de sélection" ;
  b) l'alinéa 2 est abrogé;
  2° dans le paragraphe 2 :
  a) à l'alinéa 1er, les mots "deux ans" sont remplacés par les mots "un an" ;
  b) à l'alinéa 2, le mot "Ministre" est remplacé par les mots "directeur général" ;
  c) à l'alinéa 2, les mots "L'administrateur délégué de SELOR" sont remplacés par les mots " Le directeur général de la Direction générale Recrutement et Développement du Service public fédéral Stratégie et Appui " ;
  d) dans le texte français, à l'alinéa 2, les mots "le délai des réserves" sont remplacés par les mots "la durée de validité des réserves".
  3° le paragraphe 3 est abrogé.
Art.47. Artikel 62 van hetzelfde besluit wordt vervangen als volgt:
  "Art. 62. De directeur-generaal kan voor een aanwerving, een beroep doen op de wervingsreserves samengesteld overeenkomstig artikel 61 of die het directoraat-generaal Rekrutering en Ontwikkeling van de Federale Overheidsdienst Beleid en Ondersteuning en/of de Gewestelijke Overheidsdienst Brussel Openbaar Ambt voor zichzelf of een andere overheid heeft samengesteld en onder een andere overheid vallen, op voorwaarde dat deze overheid daarvoor toestemming verleend. Er kan toepassing gemaakt worden van aanvullende bijzondere toelaatbaarheidsvoorwaarden zoals bedoeld in artikel 46.
  Naargelang het geval kan de directeur-generaal, in overleg met de directeur-generaal van het directoraat-generaal Rekrutering en Ontwikkeling van de Federale Overheidsdienst Beleid en Ondersteuning of de directeur-generaal van de Gewestelijke Overheidsdienst Brussel Openbaar Ambt, beslissen een aanvullende selectieproef te organiseren.".
Art.47. L'article 62 du même arrêté est remplacé par ce qui suit :
  "Art. 62. Le directeur général peut, pour un recrutement, faire appel aux réserves de lauréats constituées conformément à l'article 61 ou aux réserves de lauréats qui relèvent d'une autre autorité et constituées par la Direction générale Recrutement et Développement du Service public fédéral Stratégie et Appui et/ou le Service Public régional Bruxelles Fonction publique, pour lui-même ou pour une autre autorité moyennant l'accord de cette autorité. Cet appel peut être assorti des conditions spécifiques visées à l'article 46.
  Selon le cas, le directeur général, en concertation avec le directeur général de la Direction générale Recrutement et Développement du Service public fédéral Stratégie et Appui ou le directeur général du Service Public régional Bruxelles Fonction publique, peut décider d'organiser une épreuve de sélection additionnelle.".
Art.48. In artikel 63 van hetzelfde besluit worden de woorden "Het Algemeen beheerscomité kan" vervangen door de woorden "De directeur-generaal en de directeur-generaal van de Diensten van het Verenigd College kunnen".
Art.48. Dans l'article 63 du même arrêté, les mots "Le Comité général de gestion peut" sont remplacés par les mots "Le directeur général et le directeur général des Services du Collège réuni peuvent".
Art.49. In boek II, titel IV, hoofdstuk I, afdeling 5 van hetzelfde besluit wordt het opschrift van onderafdeling 6 vervangen als volgt:
  "Afdeling 5. - Modaliteiten voor de toelating van de laureaten".
Art.49. Dans le livre II, titre IV, chapitre I, section 5 du même arrêté, l'intitulé de la sous-section 6 est remplacé par ce qui suit :
  "Section 5. - Des modalités d'admission des lauréats".
Art.50. In hetzelfde besluit worden in de Nederlandse tekst van de artikelen 64 en 65 het woord "geslaagde" telkens vervangen door het woord "laureaat" en het woord "geslaagden" telkens vervangen door het woord "laureaten".
Art.50. Dans le même arrêté, dans le texte néerlandais, dans les articles 64 et 65, le mot "geslaagde" est à chaque fois remplacé par le mot "laureaat" et le mot "geslaagden" est à chaque fois remplacé par le mot "laureaten".
Art.51. In artikel 64, § 2, tweede lid van hetzelfde besluit, in de Nederlandse tekst, worden de woorden "de HRM" vervangen door de woorden "het HRM".
Art.51. A l'article 64, § 2, alinéa 2 du même arrêté, dans le texte néerlandais, les mots "de HRM" sont remplacés par les mots "het HRM".
Art.52. In boek II, titel IV, hoofdstuk I, afdeling 5 van hetzelfde besluit wordt het opschrift van afdeling7 vervangen als volgt:
  "Afdeling 6. - Oproep tot indiensttreding van de laureaten".
Art.52. Dans le livre II, titre IV, chapitre I, section 5 du même arrêté, l'intitulé de la sous-section 7 est remplacé comme suit:
  "Section 6. - De l'appel en service des lauréats".
Art.53. In artikel 66 van hetzelfde besluit worden de volgende wijzigingen aangebracht:
  1° het eerste en het tweede lid worden vervangen als volgt:
  "Het HRM roept de geselecteerde laureaat op tot indiensttreding. Het HRM stelt een maximumtermijn vast voor zijn indiensttreding.
  Indien de laureaat de betrekking niet binnen de vastgestelde termijn invult, roept het HRM de volgende in de rangschikking op.";
  2° in het derde lid wordt in de Nederlandse tekst het woord "geslaagde" vervangen door het woord "laureaat";
  3° In het laatste lid, in de Nederlandse tekst, worden de woorden "de HRM" vervangen door de woorden "het HRM".
Art.53. Dans l'article 66 du même arrêté, les modifications suivantes sont apportées :
  1° les alinéas 1 et 2 sont remplacés par ce qui suit:
  "La GRH appelle en service le lauréat sélectionné. La GRH fixe un délai maximum pour son entrée en service.
  Si le lauréat retenu n'occupe pas le poste dans les délais fixés, la GRH fait appel au suivant dans le classement.".
  2° dans le troisième alinéa, dans le texte néerlandais, le mot "geslaagde" est remplacé par le mot "laureaat" ;
  3° au dernier alinéa, dans le texte néerlandais, les mots "de HRM" sont remplacés par les mots "het HRM".
Art.54. In de Franse versie van boek II, titel IV, hoofdstuk II, van hetzelfde besluit worden de woorden "personnes handicapées" en "personne handicapée" telkens vervangen door respectievelijk "personnes en situation de handicap" en "personne en situation de handicap", behalve in artikel 67.
Art.54. Dans le livre II, titre IV, chapitre II du même arrêté, les mots "personnes handicapées" et "personne handicapée" sont chaque fois respectivement remplacés par les mots "personnes en situation de handicap" et "personne en situation de handicap", sauf à l'article 67.
Art.55. In artikel 67 worden de volgende wijzigingen aangebracht:
  1° de woorden "de zes volgende instellingen" worden vervangen door de woorden "de zeven volgende instellingen";
  2° 4° wordt vervangen als volgt: " de Franse Gemeenschapscommissie";
  3° 5° wordt vervangen als volgt: "de Dienst";
  4° er wordt een bepaling onder 7° ingevoegd luidende: "Actiris".
Art.55. Dans l'article 67 du même arrêté, les modifications suivantes sont apportées:
  1° les mots "les six organismes suivants" sont remplacés par les mots "les sept organismes suivants" ;
  2° le 4° est remplacé par " la Commission communautaire française" ;
  3° le 5° est remplacé par "l'Office" ;
  4° un point 7° est rajouté, rédigé comme suit "7° Actiris".
Art.56. In artikel 69, eerste lid, van hetzelfde besluit worden de volgende wijzigingen aangebracht:
  1° de woorden "leidend ambtenaar" worden vervangen door het woord "directeur-generaal";
  2° het woord "Actiris" wordt opgeheven.
Art.56. Dans l'article 69, alinéa 1er, du même arrêté, les modifications suivantes sont apportées :
  1° mots "fonctionnaire dirigeant" sont remplacés par les mots "directeur général" ;
  2° les mots "à Actiris," sont abrogés.
Art.57. In artikel 70 van hetzelfde besluit worden de volgende wijzigingen aangebracht:
  a) in paragraaf 1 worden de woorden "de afgevaardigd bestuurder van SELOR" vervangen door de woorden "de directeur-generaal van het directoraat-generaal Rekrutering en Ontwikkeling van de Federale overheidsdienst Beleid en Ondersteuning";
  b) in paragraaf 2 worden de woorden "leidend ambtenaar" vervangen door het woord "directeur-generaal".
Art.57. Dans l'article 70 du même arrêté, les modifications suivants sont apportées :
  a) au paragraphe 1er, les mots " à l'Administrateur délégué du SELOR" sont remplacés par les mots " au directeur général de la Direction générale Recrutement et Développement du Service public fédéral Stratégie et Appui " ;
  b) au paragraphe 2, les mots "fonctionnaire dirigeant" sont remplacés par les mots "directeur général".
Art.58. Artikel 72 van hetzelfde besluit, gewijzigd bij het besluit van 4 juli 2024, wordt opgeheven.
Art.58. L'article 72 du même arrêté, modifié par l'arrêté du 4 juillet 2024, est abrogé.
Art.59. In artikel 73 van hetzelfde besluit, worden de volgende wijzigingen aangebracht:
  1° het eerste lid wordt vervangen als volgt:
  "De geslaagde die in dienst wordt geroepen, wordt tot de stage toegelaten door de directeur-generaal of adjunct-directeur-generaal, die hem voorlopig aanstelt in de betrekking waarvoor hij in dienst werd geroepen.";
  2° artikel 73 wordt aangevuld met een lid, luidende:
  "De geslaagde die in dienst wordt geroepen kan tijdelijk worden tewerkgesteld in een betrekking die verschilt van die waarvoor hij in dienst is geroepen, indien het belang van de dienst dat vereist.".
Art.59. A l'article 73 du même arrêté, les modifications suivantes sont apportées :
  1° l'alinéa 1er est remplacé comme suit :
  " Le lauréat appelé en service est admis au stage par le directeur général ou le directeur général adjoint qui l'affecte provisoirement à l'emploi pour lequel il a été appelé en service." ;
  2° l'article 73 est complété par un alinéa rédigé comme suit :
  " Le lauréat appelé en service peut être affecté provisoirement à un emploi différent de celui pour lequel il a été appelé en service si l'intérêt du service le requiert".
Art.60. Artikel 74 van hetzelfde besluit wordt vervangen als volgt:
  "Art. 74. De directeur-generaal of de adjunct directeur-generaal kan de dienstaanwijzing wijzigen van de stagiair in het belang van de dienst".
Art.60. L'article 74 du même arrêté est remplacé par ce qui suit :
  "Art. 74. Le directeur général ou le directeur général-adjoint peut modifier l'affectation du stagiaire dans l'intérêt du service.".
Art.61. In hetzelfde besluit wordt een artikel 74/1 ingevoegd, luidende:
  "Art. 74/1. De laureaat die in dienst wordt geroepen, wordt vrijgesteld van de stage en onmiddellijk benoemd in zijn wervingsgraad indien hij de drie volgende voorwaarden vervult:
  - op het ogenblik van de publicatie van de vacante betrekking, op basis van een arbeidsovereenkomst, op ononderbroken wijze sinds minstens twee jaar in voltijdsequivalenten bij dezelfde directie of de dienst tewerkgesteld zijn;
  - sinds minstens twee jaar in voltijdsequivalenten zijn toegewezen aan de dezelfde functie als die waarvoor hij aangesteld werd in het kader van zijn bovengenoemde arbeidsovereenkomst;
  - minstens een evaluatievermelding "gunstig" verkregen hebben.".
Art.61. Dans le même arrêté, il est inséré un article 74/1 rédigé comme suit :
  "Art. 74/1. Le lauréat appelé en service est dispensé de stage et est immédiatement nommé dans son grade de recrutement s'il remplit les trois conditions suivantes :
  - au moment de la publication de la vacance d'emploi, être sous contrat de travail de manière ininterrompue depuis au moins deux années équivalent temps plein auprès de la direction ou du service dans laquelle ou lequel l'emploi est à pourvoir ;
  - être affecté depuis au moins deux années équivalent temps plein dans la même fonction que celle à laquelle il était désigné dans le cadre de son contrat de travail susmentionné ;
  - avoir obtenu une mention d'évaluation au moins "favorable".".
Art.62. Artikel 75 van hetzelfde besluit wordt vervangen als volgt:
  "Art. 75. § 1. De stage is bedoeld om de stagiair optimaal te integreren in zijn directie, in de Dienst en in het openbaar ambt in het algemeen. Daartoe duidt de directeur-generaal, in overleg met de hiërarchische meerdere van de stagiair, het personeelslid aan dat bevoegd is voor de stagebegeleiding, hierna de "stagebegeleider" genoemd, en dit volgens de taalrol van de stagiair.
  Indien de stagebegeleider niet van dezelfde taalrol is als de stagiair dient hij houder te zijn van een certificaat van slagen voor het taalexamen over de functionele kennis voor de evaluatie, bedoeld in artikel 43ter, § 7, eerste lid, van de gecoördineerde wetten op het gebruik van de talen in bestuurszaken samengevat op 18 juli 1966 of voor een ander taalexamen dat hem vrijstelt van bovengenoemd examen.
  De directeur-generaal duidt eveneens een vervangend stagebegeleider aan volgens de modaliteiten bepaald in het eerste en tweede lid. In geval van afwezigheid van de stagebegeleider voor een periode van twintig of meer opeenvolgende werkdagen buiten de verloven voorzien in artikel 190, 1°, worden de directeur-generaal, de stagiair en de vervangende stagebegeleider op de hoogte gebracht door het HRM zodat de vervangende stagebegeleider de stagebegeleider zal vervangen gedurende deze afwezigheid. Gedurende deze periode beschikt de vervangende stagebegeleider over dezelfde bevoegdheden als de stagebegeleider. Deze periode verloopt overeenkomstig artikel 82, § 2, tweede tot en met vierde lid.
  § 2. het HRM waakt over het goede verloop van de stage. Hiertoe kan het deelnemen aan alle stagegesprekken.".
Art.62. L'article 75 du même arrêté est remplacé par ce qui suit :
  "Art. 75. § 1er. Le stage vise à permettre l'intégration optimale du stagiaire au sein de sa direction, de l'Office et de la fonction publique en général. A cet effet, le directeur général désigne, en concertation avec le supérieur hiérarchique du stagiaire, le membre du personnel chargé de l'accompagnement du stage, nommé ci-après "l'accompagnateur de stage", selon le rôle linguistique du stagiaire.
  Si l'accompagnateur de stage n'est pas du même rôle linguistique que le stagiaire, il doit être titulaire d'un certificat de réussite de l'examen linguistique sur les connaissances fonctionnelles d'évaluation visées à l'article 43ter, § 7, alinéa 1er, des lois sur l'emploi des langues en matières administratives, coordonnées le 18 juillet 1966 ou d'un autre examen linguistique qui le dispense de l'examen précité.
  Le directeur général désigne également "l'accompagnateur de stage remplaçant" selon les modalités prévues aux alinéas 1 et 2. En cas d'absence de l'accompagnateur de stage pendant une période égale ou supérieure à vingt jours ouvrables consécutifs en dehors des congés visés à l'article 190,1°, la GRH informe le directeur général, le stagiaire et l'accompagnateur de stage remplaçant que ce dernier remplacera l'accompagnateur de stage pendant son absence. Pendant cette période, l'accompagnateur de stage remplaçant dispose des mêmes compétences que l'accompagnateur de stage. Cette période se déroule conformément à l'article 82, § 2, alinéas 2 à 4.
  § 2. La GRH veille au bon déroulement du stage. A ce titre, elle peut participer à tous les entretiens de stage.".
Art.63. Artikel 77 van hetzelfde besluit wordt vervangen als volgt:
  "Art. 77. De stagebegeleider pleegt voorafgaand aan het eerste stagegesprek overleg met het HRM.
  Indien de stagebegeleider niet de functionele chef is van de stagiair, pleegt de stagebegeleider eveneens voorafgaand aan het eerste stagegesprek overleg met de functionele chef van de stagiair.".
Art.63. L'article 77 du même arrêté est remplacé par ce qui suit :
  "Art. 77. L'accompagnateur de stage se concerte préalablement au premier entretien de stage avec la GRH.
  Si le chef fonctionnel n'est pas l'accompagnateur de stage, l'accompagnateur de stage se concerte préalablement au premier entretien de stage également avec le chef fonctionnel du stagiaire.".
Art.64. Artikel 78 van hetzelfde besluit wordt vervangen als volgt:
  "Art. 78. De stagebegeleider maakt de verslagen zoals bedoeld in de artikelen 82, § 2 en 83.
  De stagebegeleider kan beslissen dat bijkomende opleidingsactiviteiten vereist zijn, in overleg met:
  - het HRM en;
  - de functionele chef indien hij niet de stagebegeleider is en;
  - desgevallend met de vervangende stagebegeleider.
  Het HRM legt het model van het stageverslag vast.".
Art.64. L'article 78 du même arrêté est remplacé par ce qui suit :
  "Art. 78. L'accompagnateur de stage rédige les rapports visés aux articles 82, § 2 et 83.
  L'accompagnateur de stage peut décider que des formations complémentaires sont nécessaires, en concertation avec :
  - la GRH et;
  - le chef fonctionnel s'il n'est pas l'accompagnateur de stage et ;
  - le cas échéant avec l'accompagnateur de stage remplaçant.
  La GRH arrête le modèle du rapport de stage.".
Art.65. Artikel 79 van hetzelfde besluit wordt vervangen als volgt:
  "Art. 79. De duur van de stage voor de stagiairs van de niveaus A en B komt overeen met een jaar in voltijdse dienst.
  De duur van de stage voor de stagiairs van de niveaus C en D komt overeen met zes maanden in voltijdse dienst.".
Art.65. L'article 79 du même arrêté est remplacé par ce qui suit :
  "Art. 79. La durée du stage équivaut pour les stagiaires des niveaux A et B à une année à temps plein.
  La durée du stage équivaut pour les stagiaires des niveaux C et D à 6 mois à temps plein.".
Art.66. Artikel 80 van hetzelfde besluit wordt vervangen als volgt:
  "Art. 80. De perioden van afwezigheid gedurende de stage hebben een verlenging van de stage tot gevolg in evenredige mate zodra de stagiair, buiten de verloven zoals bedoeld in artikel 190, 1°, het equivalent van meer dan tien gewettigde werkdagen, in één of meerdere malen, afwezig is, zelfs als de stagiair in dienstactiviteit is.
  Tijdens de perioden van afwezigheid behoudt de belanghebbende zijn hoedanigheid van stagiair.
  Hij behoudt zijn hoedanigheid van stagiair eveneens tot de datum waarop een definitieve beslissing omtrent zijn benoeming of ontslag wordt genomen.".
Art.66. L'article 80 du même arrêté est remplacé par ce qui suit :
  "Art. 80. Les périodes d'absence en cours de stage entraînent une prolongation de celui-ci à due concurrence dès que le stagiaire compte, en dehors des congés visés à l'article 190, 1°, l'équivalent de plus de dix jours ouvrables d'absence en une ou plusieurs fois dûment justifiés, même si le stagiaire est dans la position d'activité de service.
  Pendant les périodes d'absence, l'intéressé conserve sa qualité de stagiaire.
  Il conserve également celle-ci jusqu'à la date où une décision définitive de nomination ou de licenciement est prise.".
Art.67. In artikel 81 van hetzelfde besluit worden de volgende wijzigingen aangebracht:
  1° het eerste lid wordt aangevuld met een zin, luidende:
  "Er vinden gedurende elke stageperiode minstens twee stagegesprekken plaats.";
  2° tussen het eerste en het tweede lid worden twee leden ingevoegd, luidende:
  "De stagebegeleider pleegt voorafgaand aan elk stagegesprek overleg met het HRM.
  Indien de stagebegeleider niet de functionele chef is van de stagiair, pleegt de stagebegeleider voorafgaand aan elk stagegesprek eveneens overleg met de functionele chef van de stagiair.".
  3° het tweede lid wordt opgeheven.
Art.67. Dans l'article 81 du même arrêté, les modifications suivantes sont apportées:
  1° L'alinéa 1er est complété par une phrase rédigée comme suit :
  "Au moins deux entretiens de stage ont lieu pendant chaque période de stage." ;
  2° deux alinéas rédigés comme suit sont insérés entre les alinéas 1 et 2:
  "L'accompagnateur de stage se concerte préalablement à chaque entretien de stage avec la GRH.
  Si le chef fonctionnel n'est pas l'accompagnateur de stage, l'accompagnateur de stage se concerte préalablement à chaque entretien de stage également avec le chef fonctionnel du stagiaire.".
  3° l'alinéa 2 est abrogé.
Art.68. In artikel 82 van hetzelfde besluit worden de volgende wijzigingen aangebracht:
  1° in paragraaf 2, eerste lid, worden de woorden "binnen de vijftien dagen" ingevoegd tussen de woorden "desgevallend" en "zijn opmerkingen";
  2° In paragraaf 2, eerste lid, in de Nederlandse tekst, worden de woorden "de HRM" vervangen door de woorden "het HRM";
  3° In paragraaf 2, tweede en derde lid worden de volgende wijzigingen aangebracht:
  a) het tweede lid wordt vervangen als volgt:
  "In geval van afwezigheid, moet de stagebegeleider bij terugkeer een verslag opstellen over de periode waarin hij effectief toezicht heeft gehouden op de stage. Indien laatstgenoemdeniet terug is vóór het stagegesprek voorzien in artikel 83, maakt de vervangende stagebegeleider het eindverslag op basis van de verslagen waarover hij beschikt en door bij de hiërarchie van de stagiair informatie in te winnen over de prestaties van laatstgenoemde tijdens de periode waarin de stagebegeleider afwezig is. Bij gebrek aan voldoende informatie moet deze periode worden beschouwd als aanleiding gevend tot een gunstige beoordeling van de stagiair.";
  b) in het derde lid:
  a) wordt het woord "tien" vervangen door het woord "twintig";
  b) worden de woorden " § 2, tweede lid" vervangen door de woorden " § 1, derde lid".
  c) in het laatste lid:
  a) worden de woorden "Wanneer de stagebegeleider de dienst hervat" vervangen door de woorden "Indien de stagebegeleider de dienst hervat voordat het stagegesprek voorzien in artikel 83 plaatsvindt";
  b) worden de woorden "vereisten van § 1" vervangen door de woorden "vereisten voorzien in onderhavige paragraaf";
  c) in de Nederlandse tekst, worden de woorden "de HRM" vervangen door de woorden "het HRM".
Art.68. Dans l'article 82 du même arrêté, les modifications suivantes sont apportées:
  1° dans le paragraphe 2, alinéa 1er, les mots "dans un délai de quinze jours" sont insérés entre les mots "y ajouter" et "ses observations" ;
  2° dans le paragraphe 2, alinéa 1er, dans le texte néerlandais, les mots "de HRM" sont remplacés par les mots "het HRM" ;
  3° dans le paragraphe 2, alinéas 2 et 3, les modifications suivantes sont apportées:
  a) l'alinéa 2 est remplacé par ce qui suit:
  "En cas d'absence, l'accompagnateur de stage est tenu à son retour de rédiger un rapport relatif à la période pendant laquelle il a effectivement supervisé le stage. Si ce dernier n'est pas de retour avant l'entretien de stage prévu à l'article 83, l'accompagnateur de stage remplaçant rédige le rapport final de stage sur pied des rapports à sa disposition et en s'informant auprès de la hiérarchie du stagiaire quant aux prestations de ce dernier durant la période d'absence de l'accompagnateur de stage. A défaut d'informations suffisantes disponibles, cette période devra être considérée comme donnant lieu à une appréciation favorable du stagiaire." ;
  b) à l'alinéa 3 :
  a) le mot "dix" est remplacé par le mot "vingt" ;
  b) les mots " § 2, alinéa 2" sont remplacés par les mots " § 1er, alinéa 3" ;
  c) au dernier alinéa :
  a) les mots "Lorsque l'accompagnateur de stage reprend du service," sont remplacés par les mots "Si l'accompagnateur de stage reprend du service avant l'entretien prévu à l'article 83" ;
  b) les mots "aux conditions du § 1er" sont remplacés par les mots "aux conditions visées au présent paragraphe " ;
  c) dans le texte néerlandais, les mots "de HRM" sont remplacés par les mots "het HRM".
Art.69. In artikel 83, eerste lid, van hetzelfde besluit worden de volgende wijzigingen aangebracht:
  1° de woorden "indien de stagebegeleider niet de functionele chef is." worden ingevoegd tussen de woorden "functionele chef." en "Hij voegt";
  2° in de Nederlandse tekst, worden de woorden "de HRM" vervangen door de woorden "het HRM".
Art.69. Dans l'article 83 alinéa 1er du même arrêté, les modifications suivantes sont apportées :
  1° les mots "si l'accompagnateur de stage n'est pas le chef fonctionnel." sont insérés entre les mots "chef fonctionnel." et "Il y ajoute" ;
  2° dans le texte néerlandais, les mots "de HRM" sont remplacés par les mots "het HRM".
Art.70. Artikel 85 van hetzelfde besluit wordt vervangen als volgt:
  "Art. 85. § 1. De stagebegeleider overhandigt het eindverslag aan de directeur-generaal of de adjunct-directeur-generaal.
  Indien het eindverslag over het geheel van de stage gunstig is, stelt de directeur-generaal of de adjunct directeur-generaal de benoeming van de stagiair voor aan het Algemeen Beheerscomité.
  Indien het eindverslag ongunstig is stelt de directeur-generaal:
  - ofwel aan het Algemeen Beheerscomité een eenmalige verlenging, voor een maximumtermijn zoals bedoeld in artikel 79, voor. Deze verlenging is niet hernieuwbaar. De directeur-generaal stelt de stagiair in kennis van dit voorstel, met inbegrip van de mogelijkheid om in beroep te gaan;
  - ofwel aan het Algemeen Beheerscomité het ontslag wegens ongeschiktheid tot het uitoefenen van de functie voor. De directeur-generaal stelt de stagiair in kennis van dit voorstel, met inbegrip van de mogelijkheid om in beroep te gaan.
  In geval van verlenging van de stage wordt de stagiair geëvalueerd volgens de regels van de initiële stage.
  § 2. De stagiair beschikt over een termijn van vijftien dagen, te rekenen vanaf de kennisgeving om per aangetekend schrijven een beroep in te dienen tegen de beslissing genomen krachtens de eerste paragraaf bij de in artikel 16 bedoelde raad van beroep. Het beroep werkt opschorsend.
  Indien geen beroep werd ingediend binnen de hierboven gestelde termijnen of indien de beslissing om de stagiair te ontslaan wegens ongeschiktheid tot het uitoefenen van de functie wordt genomen in navolging van een beroep bij de raad van beroep, wordt het ontslag definitief.".
Art.70. L'article 85 du même arrêté est remplacé par ce qui suit:
  "Art. 85. § 1er. L'accompagnateur du stage transmet le rapport final au directeur général ou, en son absence, au directeur général adjoint.
  Si le rapport final relatif à l'ensemble du stage est favorable, le directeur général ou le directeur général adjoint propose la nomination au Comité général de gestion.
  Si le rapport final est défavorable, le directeur général :
  - Soit, propose au Comité général de gestion une prolongation unique, pour une période maximale visée à l'article 79. Cette prolongation n'est pas renouvelable. Le directeur général informe le stagiaire de cette proposition, y compris de la possibilité de recours ;
  - Soit, propose au Comité général de gestion le licenciement pour inaptitude à l'exercice de la fonction. Le directeur général informe le stagiaire de cette proposition, y compris de la possibilité de recours.
  En cas de prolongation du stage, le stagiaire est évalué selon les règles du stage initial.
  § 2. Le stagiaire dispose d'un délai de quinze jours à compter de la notification pour introduire, par courrier recommandé, un recours contre la décision prise en vertu du § 1, auprès de la chambre de recours visée à l'article 16. Le recours est suspensif.
  Si aucun recours n'a été introduit dans les délais mentionnés ci-dessus ou si la décision de licencier le stagiaire pour inaptitude à l'exercice de la fonction est prise à la suite d'un recours devant la chambre de recours, le licenciement est définitif.".
Art.71. In hetzelfde besluit wordt een artikel 85/1 ingevoegd, luidende:
  "Art. 85/1. Als de stagiair in de loop van de stage een ernstige fout begaat waardoor elke professionele samenwerking tussen de overheid en de stagiair onmiddellijk en definitief onmogelijk wordt, roept de directeur-generaal, of bij zijn afwezigheid de adjunct directeur-generaal, binnen de vijf werkdagen nadat hij kennis genomen heeft van de handeling die een ernstige fout uitmaakt, de stagiair op om hem in zijn verweer te horen.
  De oproepingsbrief vermeldt de feiten die de stagiair ten laste worden gelegd, de normen waarop deze feiten een inbreuk vormen, het feit dat er voorzien wordt zijn stage vroegtijdig te beëindigen, het recht om zich door een verdediger naar keuze te laten bijstaan, met uitzondering van de personen die zich moeten uitspreken over de feiten die hem ten laste worden gelegd.
  Een proces-verbaal wordt opgesteld en in aanwezigheid der partijen ondertekend.
  Na de hoorzitting stelt de stagebegeleider een verslag op. Dat verslag kan de vroegtijdige beëindiging van de stage voorstellen.
  De definitieve beslissing wordt genomen door de benoemende overheid. Deze laatste doet uitspraak binnen de vijf werkdagen na de hoorzitting. De stagiair wordt in kennis gesteld van deze beslissing binnen vijf werkdagen.".
Art.71. Dans le même arrêté, il est inséré un article 85/1 rédigé comme suit :
  "Art. 85/1. Si le stagiaire commet, au cours du stage, une faute grave qui rend immédiatement et définitivement impossible toute collaboration professionnelle entre l'administration et le stagiaire, le directeur général, ou en son absence le directeur général adjoint, convoque le stagiaire dans les cinq jours ouvrables suivant la connaissance de l'acte constitutif de la faute grave afin d'entendre sa défense.
  La lettre de convocation mentionne les faits reprochés au stagiaire, les normes auxquelles ces faits font entorse, le fait qu'il est prévu de mettre fin à son stage de manière anticipée et le droit d'être assisté par un défenseur de son choix, à l'exception des personnes qui doivent donner leur avis sur les faits qui lui sont reprochés.
  Un procès-verbal est établi et signé en présence des parties.
  Après l'audition, l'accompagnateur de stage rédige un rapport. Ce rapport peut proposer la fin anticipée du stage.
  La décision finale est prise par l'autorité investie du pouvoir de nomination. Cette dernière rend sa décision dans les cinq jours ouvrables suivant l'audition. Le stagiaire est informé de cette décision dans un délai de cinq jours ouvrables.".
Art.72. In hetzelfde besluit wordt een artikel 85/2 ingevoegd, luidende:
  "Art. 85/2. De stagiair wordt in kennis gesteld van de beslissing tot ontslag wegens ongeschiktheid tot het uitoefenen van een functie door de benoemende overheid.
  De ontslagen stagiair geniet een vergoeding wegens ontslag, die overeenkomt met een bezoldiging van drie maanden. Deze vergoeding omvat ook de toelagen en premies die de stagiair verkreeg voorafgaand aan zijn ontslag.
  Het tweede lid is niet van toepassing in de volgende gevallen:
  a) in het geval van een vroegtijdige beëindiging van de stage, zoals voorzien in artikel 85/1;
  b) indien de stagiair in verlof is voor het voltooien van een stage;
  c) indien de stagiair een geschorste arbeidsovereenkomst bij een andere werkgever lopen heeft.".
Art.72. Dans le même arrêté, il est inséré un article 85/2 rédigé comme suit:
  "Art. 85/2. La décision de licenciement pour inaptitude à l'exercice d'une fonction est notifiée au stagiaire par l'autorité investie du pouvoir de nomination.
  Le stagiaire licencié bénéficie d'une indemnité de départ équivalente à trois mois de rémunération. Cette indemnité comprend également les indemnités et les primes que le stagiaire percevait avant son licenciement.
  Le deuxième alinéa ne s'applique pas dans les cas suivants :
  a) en cas de fin anticipée du stage telle que prévue à l'article 85/1 ;
  b) si le stagiaire est en congé pour accomplir un stage ;
  c) si le stagiaire a un contrat de travail en cours avec un autre employeur qui a été suspendu.".
Art.73. In artikel 87 van hetzelfde besluit worden de woorden "leidend ambtenaar" vervangen door het woord "directeur-generaal".
Art.73. Dans l'article 87 du même arrêté, les mots "fonctionnaire dirigeant" sont remplacés par les mots "directeur général".
Art.74. In artikel 89 van hetzelfde besluit wordt het woord "verzuimen" vervangen door het woord "weigeren".
Art.74. Dans l'article 89 du même arrêté, le mot "s'abstiennent" est remplacé par le mot "refusent".
Art.75. In boek II van hetzelfde besluit wordt het opschrift van titel V vervangen als volgt:
  "TITEL V. - Het onthaal en de opleiding"
Art.75. Dans le livre II du même arrêté, l'intitulé du titre V est remplacé par ce qui suit :
  "TITRE V. - De l'accueil et de la formation".
Art.76. In boek II van hetzelfde besluit, wordt tussen het titel V en artikel 90 een hoofdstuk 1 ingevoegd, luidende: "Hoofdstuk 1. Algemene bepalingen".
Art.76. Dans le livre II du même arrêté, il est inséré, entre le titre V et l'article 90, un chapitre 1er rédigé comme suit : "Chapitre 1er. Dispositions générales".
Art.77. In artikel 91 van hetzelfde besluit worden de volgende wijzigingen aangebracht:
  1° in de Nederlandse tekst wordt het woord "vorming" vervangen door het woord "opleiding";
  2° het tweede lid wordt opgeheven.
Art.77. Dans l'article 91 du même arrêté, les modifications suivantes sont apportées:
  1° dans le texte néerlandais, le mot "vorming" est remplacé par le mot "opleiding" ;
  2° l'alinéa 2 est abrogé.
Art.78. Artikel 92 van hetzelfde besluit wordt vervangen als volgt:
  "Het onthaal, de opleiding en de beroepsinschakeling van personen met een handicap kunnen in samenwerking met de erkenningsinstellingen zoals bedoeld in artikel 67 worden georganiseerd.".
Art.78. L'article 92 du même arrêté est remplacé comme suit :
  "L'accueil, la formation et l'intégration professionnelle des personnes en situation de handicap peuvent être organisés en collaboration avec les organismes d'agrément visés à l'article 67."
Art.79. In artikel 93 van hetzelfde besluit worden de volgende wijzigingen aangebracht:
  1° in de Nederlandse tekst van het eerste lid wordt het woord "vorming" vervangen door het woord "opleiding";
  2° het tweede lid wordt opgeheven.
Art.79. Dans l'article 93 du même arrêté, les modifications suivantes sont apportées:
  1° dans le texte néerlandais, le mot "vorming" est remplacé par le mot "opleiding"
  2° l'alinéa 2 est abrogé.
Art.80. In hetzelfde besluit wordt een artikel 93/1 ingevoegd, luidende:
  "Art. 93/1. Het HRM is gehouden:
  1° het onthaal van de nieuwe personeelsleden te organiseren;
  2° het opleidingstraject op te stellen voor elke ambtenaar, met uitsluiting van de mandaathouders, in samenwerking met zijn hiërarchie;
  3° een voorstel tot opleidingsplan op te stellen, dat ter goedkeuring wordt voorgelegd aan de Directieraad overeenkomstig artikel 93/2, § 2;
  4° de opleidingen te organiseren.".
Art.80. Dans le même arrêté, il est inséré un article 93/1 rédigé comme suit:
  "Art. 93/1. La GRH est tenue :
  1° d'organiser l'accueil des nouveaux membres du personnel ;
  2° d'établir un trajet de formation individuel pour chaque fonctionnaire, à l'exclusion des mandataires, en collaboration avec sa hiérarchie ;
  3° d'établir une proposition de plan de formation, qui sera soumise pour approbation au Conseil de direction conformément à l'article 93/2, § 2 ;
  4° d'organiser les formations.".
Art.81. In hetzelfde besluit wordt een artikel 93/2 ingevoegd, luidende:
  "Art. 93/2. § 1. Een opleidingsplan wordt om de twee jaar opgesteld. Dit plan omvat:
  1° de te bereiken algemene doelstellingen van de opleiding, in lijn met de beheersovereenkomst van de Dienst;
  2° de prioriteiten voor het komende jaar;
  3° de te voorziene opleidingen naar inhoud, vorm en duur;
  4° het al dan niet verplichte karakter van de verschillende opleidingen;
  5° de te voorziene middelen voor ieder van de opleidingsdoelstellingen, eventueel met inbegrip van een maximaal opleidingsbudget per ambtenaar, dienst of directie;
  6° een evaluatie van het vorige opleidingsplan.
  § 2. Het opleidingsplan wordt goedgekeurd door de Directieraad op voorstel van de directeur-generaal.
  Het wordt ter overleg aan de vakorganisaties voorgelegd voor zijn inwerkingtreding.".
Art.81. Dans le même arrêté, il est inséré un article 93/2 rédigé comme suit :
  "Art. 93/2. § 1er. Un plan de formation est établi tous les 2 ans. Ce plan comprend :
  1° les objectifs généraux de la formation qu'il faut atteindre, en lien avec le Contrat de gestion de l'Office ;
  2° les priorités pour l'année à venir ;
  3° les formations à prévoir en ce qui concerne le contenu, la forme et la durée ;
  4° le caractère obligatoire ou non des différentes formations ;
  5° les moyens à prévoir pour chacun des objectifs de la formation en incluant éventuellement un budget de formation maximum par fonctionnaire, service ou direction ;
  6° une évaluation du plan de formation précédent.
  § 2. Le plan de formation est approuvé par le Conseil de direction sur proposition du directeur général.
  Il est soumis à la concertation avec les organisations syndicales avant son entrée en vigueur.".
Art.82. In hetzelfde besluit wordt een artikel 93/3 ingevoegd, luidende:
  "Art. 93/3. Het HRM vertrouwt de opleidingsprogramma's toe aan interne of externe opleiders.".
Art.82. Dans le même arrêté, il est inséré un article 93/3 rédigé comme suit :
  "Art. 93/3. La GRH confie les programmes de formation à des formateurs internes ou externes.".
Art.83. In hetzelfde besluit wordt een artikel 93/4 ingevoegd, luidende:
  "Art. 93/4. De inschrijving van de ambtenaar voor een opleiding impliceert zijn formele verbintenis om de opleiding te volgen, ongeacht of het gaat om een vrijwillige dan wel om een opgelegde opleiding.
  Als de ambtenaar in de onmogelijkheid verkeert om de opleiding bij te wonen, moet hij onmiddellijk zijn afwezigheid verantwoorden bij het HRM.".
Art.83. Dans le même arrêté, il est inséré un article 93/4 rédigé comme suit :
  "Art. 93/4. L'inscription du fonctionnaire à une formation implique son engagement formel à suivre la formation, que celle-ci soit choisie à l'initiative du fonctionnaire ou qu'elle lui soit imposée.
  Si le fonctionnaire est empêché d'y assister, il doit immédiatement communiquer la justification de son absence à la GRH.".
Art.84. In hetzelfde besluit wordt een artikel 93/5 ingevoegd, luidende:
  "Art. 93/5. De bepalingen van onderhavige titel zijn eveneens van toepassing op de stagiairs.".
Art.84. Dans le même arrêté, il est inséré un article 93/5 rédigé comme suit :
  "Art. 93/5. Les dispositions du présent titre s'appliquent également aux stagiaires.".
Art.85. In boek II, titel V van hetzelfde besluit wordt een hoofdstuk II ingevoegd, getiteld:
  "HOOFDSTUK II - Het verloop van de opleiding".
Art.85. Dans le livre II, titre V du même arrêté, il est inséré un chapitre II intitulé :
  "CHAPITRE II - Le déroulement de la formation".
Art.86. In hoofdstuk II, ingevoegd door artikel 85, wordt een eerste afdeling ingevoegd, getiteld:
  "Afdeling 1. De doorlopende beroepsopleiding".
Art.86. Dans le chapitre II, inséré par l'article 85, il est inséré une section 1ère intitulée :
  "Section 1re. La formation professionnelle continuée".
Art.87. Artikel 94 van hetzelfde besluit wordt vervangen als volgt:
  "Art. 94. § 1. De doorlopende beroepsopleiding is de opleiding die:
  1° tot doel heeft de aanpassing van de ambtenaar aan de evolutie van de organisatie, de technieken en de werkomstandigheden te vergemakkelijken en de beroepsbekwaamheid te behouden of te verbeteren;
  2° in verband staat met de huidige functie van de ambtenaar;
  3° wordt voorgesteld door het HRM of door de hiërarchie van de ambtenaar, of aangevraagd wordt door de ambtenaar.
  De kosten verbonden aan de doorlopende beroepsopleiding worden gedragen door de Dienst voor zover de ambtenaar de in artikel 93/4 bepaalde voorwaarden in acht neemt.
  Het HRM of de hiërarchie van de ambtenaar kan hem opleggen bepaalde van deze opleidingen te volgen, op voorwaarde dat deze overeenkomen met de doelstellingen die in het kader van de evaluatiecyclus zijn gedefinieerd.
  Na advies van het HRM wordt de opleiding toegekend of geweigerd door de directeur-generaal. Deze opleiding kan geheel of gedeeltelijk worden geweigerd.
  § 2. Er wordt een dienstvrijstelling verleend in het geval dat de doorlopende beroepsopleiding plaatsvindt tijdens de diensturen.
  Als bovengenoemde opleiding buiten de diensturen plaatsvindt, wordt hiervoor een compensatie per uur voorzien met een maximum van vijftien dagen per kalenderjaar voor een ambtenaar die voltijds werkt. De compensatie per uur wordt verminderd naar rato van de werktijdregeling van de ambtenaar op de eerste dag van de opleiding."
Art.87. L'article 94 du même arrêté est remplacé par ce qui suit :
  "Art. 94. § 1er. La formation professionnelle continuée est la formation qui :
  1° a pour objectifs de faciliter l'adaptation du fonctionnaire à l'évolution de l'organisation, des techniques et des conditions de travail et de maintenir ou d'améliorer la qualification professionnelle ;
  2° est en lien avec la fonction actuelle qu'exerce le fonctionnaire ;
  3° est proposée par la GRH ou par la hiérarchie du fonctionnaire, à l'exclusion des mandataires, ou est demandée par le fonctionnaire.
  Les frais de formation professionnelle continuée sont supportés par l'Office pour autant que le fonctionnaire respecte les conditions précisées à l'article 93/4.
  La GRH ou la hiérarchie du fonctionnaire, à l'exclusion des mandataires, peut lui imposer de suivre certaines de ces formations, à condition que celles-ci soient en rapport avec les objectifs définis dans le cadre du cycle d'évaluation.
  Après avis de la GRH, la formation est accordée ou refusée par le directeur général. Cette formation peut être refusée totalement ou partiellement.
  § 2. Une dispense de service est accordée dans le cas où la formation professionnelle continuée se déroule pendant les heures de service.
  Lorsque la formation susmentionnée a lieu en dehors des heures de service, elle donne lieu à une compensation horaire de maximum quinze jours par année civile pour un fonctionnaire exerçant ses prestations à temps plein. La compensation horaire est réduite au prorata en fonction du régime de travail du fonctionnaire au premier jour de la formation.".
Art.88. In hoofdstuk II, ingevoegd door artikel 85, wordt een tweede afdeling ingevoegd, getiteld:
  "Afdeling 2. De vrijwillige diplomagerichte of certificerende beroepsopleiding".
Art.88. Dans le chapitre II, inséré par l'article 85, il est inséré une section 2 intitulée:
  "Section 2. De la formation professionnelle volontaire diplômante ou certifiante".
Art.89. Artikel 95 van hetzelfde besluit wordt vervangen als volgt:
  "Art. 95. § 1. De vrijwillige diplomagerichte of certificerende beroepsopleiding is de opleiding die door de ambtenaar wordt aangevraagd die:
  1° hem toelaat zijn loopbaan te ontwikkelen in verband met de functie die de ambtenaar momenteel uitoefent of in de toekomst bij de Dienst of bij de Diensten van het Verenigd College van de Gemeenschappelijke Gemeenschapscommissie zou kunnen uitoefenen;
  2° tot een certificaat of diploma betreffende professionele competenties leidt, die desgevallend ook buiten de Dienst of de Diensten van het Verenigd College van de Gemeenschappelijke Gemeenschapscommissie gevaloriseerd kunnen worden.
  De vrijwillige diplomagerichte of certificerende beroepsopleiding is geen recht.
  § 2. De kosten van de vrijwillige diplomagerichte of certificerende beroepsopleiding worden gedragen door de ambtenaar. De directeur-generaal kan beslissen geheel of gedeeltelijk tussen te komen in de kosten van de opleiding op gemotiveerde vraag van de ambtenaar. Bij de beoordeling van de aanvraag kan worden gebruikgemaakt van dezelfde criteria die zijn voorzien in artikel 96/1, § 2, alsook het criterium van de kosten van de opleiding.
  Bij tussenkomst van het HRM in de kosten van de opleiding wordt een gedeelte teruggevorderd indien de ambtenaar de dienst verlaat en wanneer de volgende cumulatieve voorwaarden vervuld worden:
  1° de ambtenaar is van niveau A;
  2° de opleiding bereikt minstens 80 uren of de opleiding bereikt een waarde hoger dan het bruto geïndexeerd maandinkomen binnen de weddeschaal A101 zonder geldelijke anciënniteit;
  3° de opleiding vloeit niet voort uit een wettelijke of reglementaire verplichting voor de betrekking die de ambtenaar bekleedt.
  Het bedrag van de terugvordering bedraagt:
  - 80 % van de opleidingskosten in geval van vertrek van de ambtenaar in het eerste jaar na tussenkomst in de kosten van de opleiding;
  - 50 % van de opleidingskosten in geval van vertrek van de ambtenaar in het tweede jaar na tussenkomst in de kosten van de opleiding;
  - 20 % van de opleidingskosten in geval van vertrek van de ambtenaar in het derde jaar na tussenkomst in de kosten van de opleiding.".
Art.89. L'article 95 du même arrêté est remplacé par ce qui suit :
  "Art. 95. § 1er. La formation professionnelle volontaire diplômante ou certifiante est la formation demandée par le fonctionnaire qui :
  1° lui permet de développer sa carrière par rapport à la fonction qu'il occupe actuellement ou qu'il pourrait occuper à l'avenir à l'Office ou dans les Services du Collège réuni de la Commission communautaire commune;
  2° peut conduire à un certificat ou à un diplôme concernant des compétences professionnelles qui peuvent, le cas échéant, être également valorisées en dehors de l'Office ou des Services du Collège réuni de la Commission communautaire commune.
  La formation professionnelle volontaire diplômante ou certifiante n'est pas un droit.
  § 2. Les frais de la formation professionnelle volontaire diplômante ou certifiante sont à charge du fonctionnaire. Le directeur général peut décider de contribuer en tout ou en partie aux coûts de la formation sur demande motivée du fonctionnaire. Pour l'évaluation de la demande, les mêmes critères que ceux prévus à l'article 96/1, § 2 peuvent être utilisés, ainsi que le critère du coût de la formation.
  Une partie des coûts de formation est récupérée par la GRH lorsque le fonctionnaire quitte le service et aux conditions cumulatives suivantes :
  1° le fonctionnaire est au niveau A ;
  2° la formation atteint au moins 80 heures ou la valeur de la formation dépasse le revenu mensuel brut indexé correspondant à l'échelle de traitement A 101 sans ancienneté pécuniaire ;
  3° la formation ne résulte pas d'une obligation légale ou réglementaire pour le poste occupé par le fonctionnaire.
  Le montant de la récupération est de:
  - 80 % des coûts de formation si le départ du fonctionnaire a lieu au cours de la première année suivant l'intervention dans les coûts de la formation ;
  - 50 % des coûts de formation si le départ du fonctionnaire a lieu au cours de la deuxième année après l'intervention dans les coûts de la formation ;
  - 20 % des coûts de formation si le départ du fonctionnaire a lieu au cours de la troisième année après l'intervention dans les coûts de la formation.".
Art.90. Artikel 96 van hetzelfde besluit wordt vervangen als volgt:
  "Art. 96. In het kader van de vrijwillige diplomagerichte of certificerende beroepsopleiding, kan de ambtenaar die zijn prestaties voltijds verricht een opleidingsverlof verkrijgen van maximaal vijftien dagen, verdeeld in halve of volle dagen, per kalenderjaar. Het opleidingsverlof wordt verminderd naar rato van de werktijdregeling van de ambtenaar op de eerste dag van de opleiding.
  Dit verlof kan de tijd die hij besteedt aan het bijwonen van hoorcolleges, lessen, eventuele werkcolleges, examens of studietijd, dekken.
  Dit opleidingsverlof wordt verstrekt op basis van een document van de instelling die de opleiding organiseert en wordt onderworpen aan een validatie door de directeur-generaal.
  Als de ambtenaar voortijdig stopt met de opleiding, komt er op dat ogenblik een einde aan het recht op opleidingsverlof verleend voor de betreffende opleiding.".
Art.90. L'article 96 du même arrêté est remplacé par ce qui suit :
  "Art. 96. Dans le cadre de la formation professionnelle volontaire diplômante ou certifiante, le fonctionnaire exerçant ses prestations à temps plein peut obtenir un congé de formation de maximum quinze jours, fractionnables par demi-jour, par année civile. Le congé de formation est réduit au prorata en fonction du régime de travail du fonctionnaire au premier jour de la formation.
  Ce congé peut couvrir le temps où il assiste à des conférences, des cours, des travaux dirigés, des examens ou du temps d'étude.
  Ce congé est alloué sur base d'un justificatif fourni par l'organisme de formation et fait l'objet d'une validation par le directeur général.
  Si le fonctionnaire abandonne prématurément la formation, le droit au congé de formation pour la formation concernée prend fin à ce moment.".
Art.91. In hetzelfde besluit wordt een artikel 96/1 ingevoegd, luidende:
  "Art. 96/1. § 1. De ambtenaar richt een verzoek tot opleiding tot het HRM, met het advies van zijn hiërarchie.
  § 2. Bij de beoordeling van de aanvraag wordt rekening gehouden met:
  1° het verband tussen de opleiding en de beheersovereenkomst van de Dienst;
  2° het verband tussen de opleiding en de operationele doelstellingen van de dienst of de directie waar de ambtenaar werkzaam is;
  3° het verband tussen de opleiding en de doelstellingen verbonden aan de functie van de ambtenaar;
  4° de continuïteit van de dienst;
  5° het belang van de dienst.
  Daarnaast kunnen volgende omstandigheden een impact hebben op de beoordeling van de aanvraag:
  1° het verloop van vorige opleidingen afgelegd door de ambtenaar;
  2° de termijn waarbinnen de opleiding zou plaatsvinden;
  3° de waarde die de opleiding zou teweegbrengen voor de Dienst;
  4° de kwaliteit van de opleiding en de bekendheid van de instelling die opleiding organiseert;
  5° of de ambtenaar reeds een vrijwillige diplomagerichte of certificerende beroepsopleiding heeft gevolgd;
  6° de anciënniteit van de ambtenaar.
  § 3. Na advies van het HRM wordt de opleiding toegekend of geweigerd door de directeur-generaal. De opleiding kan geheel of gedeeltelijk worden geweigerd.".
Art.91. Dans le même arrêté, il est inséré un article 96/1 rédigé comme suit :
  "Art. 96/1. § 1er. Le fonctionnaire adresse sa demande de formation à la GRH avec l'avis de sa hiérarchie.
  § 2. Lors de l'évaluation de la demande, il est tenu compte des éléments suivants:
  1° le lien entre la formation et le contrat de gestion de l'Office ;
  2° le lien entre la formation et les objectifs opérationnels du service ou de la direction où le fonctionnaire travaille ;
  3° le lien entre la formation et les objectifs liés à la fonction du fonctionnaire ;
  4° la continuité du service ;
  5° l'intérêt du service.
  En outre, les circonstances suivantes peuvent avoir un impact sur l'évaluation de la demande :
  1° le déroulement des formations précédentes suivies par le fonctionnaire ;
  2° la période pendant laquelle la formation aurait lieu ;
  3° la valeur que la formation apporterait à l'Office ;
  4° la qualité de la formation et la réputation de l'établissement qui l'organise ;
  5° si le fonctionnaire a déjà reçu une formation professionnelle volontaire diplômante ou certifiante;
  6° l'ancienneté du fonctionnaire.
  § 3. Après avis de la GRH, la formation est accordée ou refusée par le directeur général. Cette formation peut être refusée totalement ou partiellement.".
Art.92. In hetzelfde besluit wordt een artikel 96/2 ingevoegd, luidende:
  "Art. 96/2. De cumulatie van het opleidingsverlof voorzien in artikel 96 en de compensatie per uur voorzien in artikel 94, § 2, mag de twintig werkdagen per kalenderjaar niet overschrijden voor een ambtenaar die zijn prestaties voltijds verricht.".
Art.92. Dans le même arrêté, il est inséré un article 96/2 rédigé comme suit :
  "Art. 96/2. Le cumul du congé de formation visé à l'article 96 et de la compensation horaire visée à l'article 94, § 2 n'est autorisé qu'à hauteur de vingt jours maximum par année civile pour un fonctionnaire exerçant ses prestations à temps plein.".
Art.93. In boek II, titel VI, hoofdstuk I van hetzelfde besluit wordt een afdeling 1 ingevoegd, getiteld:
  "Afdeling 1. Algemene bepalingen, actoren en definities".
Art.93. Dans le livre II, titre VI, chapitre I du même arrêté, il est inséré une section 1ère intitulée:
  "Section 1re. Disposition générales, acteurs et définitions".
Art.94. Artikel 97 van hetzelfde besluit wordt vervangen als volgt:
  "Art. 97. De evaluatie heeft tot doel het werk van de ambtenaar in de functie die hij vervult doorlopend te beoordelen aan de hand van de functiebeschrijving en de doelstellingen die bepaald werden tijdens het functiegesprek en het of het (de) functioneringsgesprek(ken).
  Zij is verplicht voor alle ambtenaren.".
Art.94. L'article 97 du même arrêté est remplacé par ce qui suit :
  "Art. 97. L'évaluation a pour but d'apprécier de manière continue le travail effectué par le fonctionnaire dans la fonction qu'il exerce par référence à la description de cette fonction et aux objectifs fixés lors de l'entretien de fonction et du ou des entretien(s) de fonctionnement.
  Elle revêt un caractère obligatoire pour tout fonctionnaire.".
Art.95. In hetzelfde besluit wordt een artikel 97/1 ingevoegd, luidende
  "Art. 97/1. Voor de toepassing van onderhavig hoofdstuk moet worden verstaan onder:
  1° Functiebeschrijving: de tekst die gedetailleerd omschrijft wat van de ambtenaar verwacht wordt bij de uitoefening van zijn functie en die wordt vastgesteld overeenkomstig artikel 48/3;
  2° Evaluatiedossier: het dossier op basis waarvan de evaluatie wordt uitgevoerd. Het maakt deel uit van het persoonlijk dossier van de ambtenaar;
  3° Functiegesprek: het gesprek tussen de evaluator en de ambtenaar dat een evaluatiecyclus inluidt;
  4° Functioneringsgesprek: elk tussentijds gesprek tussen de evaluator en de ambtenaar tijdens de evaluatiecyclus;
  5° Evaluatiegesprek: het gesprek tussen de evaluator en de ambtenaar dat een evaluatiecyclus afrondt en leidt tot de toekenning van een gemotiveerde vermelding;
  6° Evaluator: de persoon die tot de evaluatie overgaat;
  7° Doelstellingen: elke prestatie-, ontwikkelings- of gedragsdoelstelling die door de evaluator aan de ambtenaar wordt toegewezen tijdens een functie- of functioneringsgesprek;
  8° Bezoldiging: elke wedde, elk loon of elke vergoeding die een wedde of loon vervangt, rekening houdend met verhogingen of verminderingen door schommelingen van de spilindex van de consumptieprijzen. De bezoldiging die in aanmerking moet worden genomen is de bezoldiging die verschuldigd is voor volledige prestaties, desgevallend de haard- of standplaatstoelage inbegrepen, rekening houdend met verhogingen of verminderingen door schommelingen van de spilindex van de consumptieprijzen.".
Art.95. Dans le même arrêté, il est inséré un article 97/1 rédigé comme suit :
  "Art. 97/1. Pour l'application du présent chapitre, il y a lieu d'entendre par :
  1° Description de fonction : le texte qui détaille ce qui est attendu du fonctionnaire dans l'exercice de sa fonction et qui est déterminé à l'article 48/3 ;
  2° Dossier d'évaluation : le dossier sur base duquel s'effectue l'évaluation. Il fait partie du dossier individuel du fonctionnaire ;
  3° Entretien de fonction : l'entretien entre l'évaluateur et le fonctionnaire qui ouvre un cycle d'évaluation ;
  4° Entretien de fonctionnement : tout entretien intermédiaire entre l'évaluateur et le fonctionnaire au cours du cycle d'évaluation ;
  5° Entretien d'évaluation : l'entretien entre l'évaluateur et le fonctionnaire qui clôture un cycle d'évaluation et débouche sur l'attribution d'une mention motivée ;
  6° Evaluateur : la personne qui procède à l'évaluation ;
  7° Objectifs : tout objectif de prestation, de développement ou de comportement assigné par l'évaluateur au fonctionnaire au cours d'un entretien de fonction ou de fonctionnement ;
  8° Rémunération : tout traitement, salaire ou indemnité tenant lieu de traitement ou de salaire, compte tenu des augmentations ou des diminutions dues aux fluctuations de l'indice-pivot des prix à la consommation. La rémunération à prendre en considération est celle qui est due pour des prestations complètes, en ce compris le cas échéant l'allocation de foyer ou de résidence, compte tenu des augmentations ou des diminutions dues aux fluctuations de l'indice-pivot des prix à la consommation.".
Art.96. Artikel 98 van hetzelfde besluit wordt vervangen als volgt:
  "Art. 98. § 1. De directeur-generaal beslist wie, van de hiërarchisch meerdere of de functionele chef van de te evalueren ambtenaar, in principe als evaluator aangewezen moet worden.
  § 2. De evaluator wijst binnen de eerste vijftien dagen van de evaluatiecyclus een plaatsvervanger aan die hem kan vervangen als hij meer dan drie opeenvolgende maanden afwezig is.
  § 3. Indien er een wijziging van evaluator plaatsvindt gedurende de evaluatiecyclus, raadpleegt de evaluator die tijdens de gehele evaluatieperiode niet als evaluator van de geëvalueerde ambtenaar werd aangewezen de (de) vorige evaluator(en) van de ambtenaar voor het evaluatiegesprek. Van deze raadpleging wordt een vermelding toegevoegd aan het evaluatiedossier.
  Indien de evaluator de ambtenaar niet of niet gedurende de hele evaluatieperiode onder zijn gezag had, raadpleegt hij de hiërarchisch meerdere en de functionele chef van de ambtenaar voor het evaluatiegesprek. Van deze raadpleging wordt een vermelding toegevoegd aan het evaluatiedossier.
  § 4. De evaluator raadpleegt desgevallend de functionele chef van de ambtenaar voordat de functie-, functionerings- en evaluatiegesprekken plaatsvinden. Van deze raadpleging wordt een vermelding toegevoegd aan het evaluatiedossier.
  § 5. De evaluator kan geen evaluatie uitvoeren zonder eerst een gepaste opleiding te hebben gevolgd.
  Een stagiair kan geen evaluatie uitvoeren.
  Een ambtenaar die de vermelding "onvoldoende" of "onder voorbehoud" krijgt bij zijn evaluatie, kan niet worden aangesteld als evaluator. Dit geldt eveneens voor de evaluator die aan het einde van zijn vorige evaluatieperiode de doelstelling verbonden aan zijn hoedanigheid van evaluator niet heeft behaald.
  De evaluator moet benoemd zijn in een hoger niveau als de te evalueren ambtenaar. Indien deze ambtenaar van niveau A is, moet de evaluator benoemd zijn in een graad die overeenkomt met een hogere rang dan deze van de te evalueren ambtenaar.
  De evaluator is:
  - van dezelfde taalrol als de te evalueren ambtenaar of;
  - houder van een taalcertificaat op basis van artikel 10bis van het koninklijk besluit van 8 maart 2001 tot vaststelling van de voorwaarden voor het uitreiken van de bewijzen omtrent de taalkennis voorgeschreven bij artikel 53 van de wetten op het gebruik van de talen in bestuurszaken samengevat op 18 juli 1966 of;
  - houder van een taalcertificaat dat hem vrijstelt van de proeven van bovengenoemde taalcertificaat.
  § 6. Indien de hiërarchisch meerdere of de functionele chef aangewezen als evaluator krachtens § 1 niet aan de voorwaarden van § 5 voldoet, wijst de directeur-generaal een personeelslid aan als evaluator die voldoet aan de volgende voorwaarden:
  1° benoemd zijn in een hoger niveau dan de te evalueren ambtenaar. Indien deze ambtenaar van niveau A is, dient de ambtenaar aangeduid als evaluator benoemd te zijn in een graad die overeenkomt met een hogere rang dan deze van de te evalueren ambtenaar;
  2° bij voorkeur werkzaam zijn op dezelfde dienst als de te evalueren ambtenaar;
  3° voldoen aan de voorwaarden van § 5.".
Art.96. L'article 98 du même arrêté est remplacé par ce qui suit :
  "Art. 98. § 1er. Le directeur général décide qui, du supérieur hiérarchique ou du chef fonctionnel du fonctionnaire évalué, est en principe l'évaluateur.
  § 2. L'évaluateur désigne un suppléant dans les quinze premiers jours du cycle d'évaluation qui pourra le remplacer en cas d'absence de plus de trois mois consécutifs.
  § 3. S'il y a un changement d'évaluateur en cours de cycle, l'évaluateur qui n'a pas été désigné comme évaluateur du fonctionnaire évalué pendant toute la période d'évaluation, consulte le(s) évaluateur(s) précédent(s) du fonctionnaire avant l'entretien d'évaluation. Une mention de cette consultation est ajoutée au dossier d'évaluation.
  Si l'évaluateur n'a pas eu le fonctionnaire sous son autorité ou ne l'a pas eu sous son autorité pendant toute la période d'évaluation, il consulte le supérieur hiérarchique et le chef fonctionnel du fonctionnaire avant l'entretien d'évaluation. Une mention de cette consultation est ajoutée au dossier d'évaluation.
  § 4. L'évaluateur consulte le cas échéant le chef fonctionnel du fonctionnaire avant les entretiens de fonction, de fonctionnement et d'évaluation. Une mention de cette consultation est ajoutée au dossier d'évaluation.
  § 5. L'évaluateur ne peut effectuer une évaluation sans avoir suivi au préalable une formation appropriée.
  Le stagiaire ne peut effectuer une évaluation.
  Le fonctionnaire ayant une évaluation avec mention " insuffisant " ou " avec réserve " ne peut pas être désigné comme évaluateur. Il en est de même pour l'évaluateur qui, à la fin de la durée de sa période d'évaluation précédente, n'a pas atteint l'objectif lié à sa qualité d'évaluateur.
  L'évaluateur doit être nommé dans un niveau supérieur au fonctionnaire à évaluer. Si ce fonctionnaire est de niveau A, l'évaluateur doit être nommé à un grade relevant d'un rang supérieur au fonctionnaire à évaluer.
  L'évaluateur est :
  - du même rôle linguistique que le fonctionnaire à évaluer ou ;
  - titulaire d'un certificat linguistique prévu à l'article 10bis de l'arrêté royal du 8 mars 2001 fixant les conditions de délivrance des certificats de connaissances linguistiques prévus à l'article 53 des lois sur l'emploi des langues en matière administrative coordonnées le 18 juillet 1966 ou ;
  - titulaire d'un certificat linguistique qui le dispense des épreuves du certificat linguistique susmentionné.
  § 6. Si le supérieur hiérarchique ou le chef fonctionnel désigné comme évaluateur de principe en vertu du § 1er ne remplit pas les conditions du § 5, le directeur général désigne un fonctionnaire comme évaluateur qui remplit les conditions suivantes :
  1° être nommé dans un niveau supérieur au fonctionnaire à évaluer. Si ce fonctionnaire est de niveau A, le fonctionnaire désigné comme évaluateur doit être nommé à un grade relevant d'un rang supérieur au fonctionnaire à évaluer ;
  2° travailler de préférence dans le même service que le fonctionnaire évalué;
  3° remplir les conditions du § 5.".
Art.97. In hetzelfde besluit wordt een artikel 98/1 ingevoegd, luidende:
  "Art. 98/1. De evaluatie gebeurt op basis van een evaluatiedossier.
  Dit dossier bevat:
  1° de functiebeschrijving;
  2° het verslag van het functiegesprek;
  3° het verslag van alle functioneringsgesprekken;
  4° de meldingen van de raadplegingen voorzien in artikel 98, §§ 3 en 4;
  5° het evaluatieverslag en de vorige evaluatieverslagen;
  6° de documenten over gunstige of ongunstige vaststellingen en beoordelingen die tijdens een functioneringsgesprek zijn bezorgd en besproken;
  7° de eventuele beslissing van de raad van beroep;
  8° elk document dat de ambtenaar aan zijn dossier toegevoegd wil zien.
  Het HRM bepaalt het model van het evaluatiedossier, zoals bedoeld in het tweede lid.
  Het evaluatiedossier is toegankelijk voor de ambtenaar, zijn hiërarchische meerdere, zijn functionele chef en het HRM, die allemaal gehouden zijn tot geheimhouding.
  Het evaluatiedossier maakt deel uit van het persoonlijk dossier van de ambtenaar. Alle elementen van het evaluatiedossier worden opgesteld in de taal van de ambtenaar. Geen enkel element mag in een andere taal worden toegevoegd, behalve op verzoek van de ambtenaar of met zijn akkoord.
  De volgende elementen van het evaluatiedossier van de ambtenaar worden bewaard tot 5 jaar na de datum waarop de ambtenaar de wettelijke pensioenleeftijd heeft bereikt:
  - de functiebeschrijving van de ambtenaar, zoals bedoeld in het tweede lid, 1° ;
  - het evaluatieverslag van de ambtenaar, evenals zijn eerdere evaluatieverslagen, zoals bedoeld in het tweede lid, 5° ;
  - de eventuele beslissing van de raad van beroep, zoals bedoeld in het tweede lid, 7°.
  De documenten van het evaluatiedossier, vermeld in het tweede lid, 2° tot 4° en 6°, worden bewaard gedurende 5 jaar vanaf het moment dat de evaluatievermelding waarop zij betrekking hebben niet langer vatbaar is voor beroep. Na het verstrijken van deze termijn worden deze documenten uit het evaluatiedossier verwijderd.
  De documenten die op verzoek van de betrokken ambtenaar overeenkomstig het tweede lid, 8°, in het evaluatiedossier zijn opgenomen, worden bewaard gedurende een periode die wordt beoordeeld op basis van de vereisten van het geval.
  In alle gevallen moeten de documenten in het in het tweede lid genoemde evaluatiedossier worden verwijderd of geanonimiseerd zodra ze niet langer nodig zijn voor de doeleinden van het personeelsbeheer waarvoor ze zijn opgesteld, zelfs als de hierboven genoemde bewaartermijnen nog niet zijn verstreken.".
Art.97. Dans le même arrêté, il est inséré un article 98/1 rédigé comme suit :
  "Art. 98/1. L'évaluation s'effectue sur la base d'un dossier d'évaluation.
  Ce dossier comporte :
  1° la description de fonction ;
  2° le rapport de l'entretien de fonction ;
  3° le rapport de chaque entretien de fonctionnement ;
  4° les mentions des consultations prévues à l'article 98, §§ 3 et 4 ;
  5° le rapport d'évaluation ainsi que les précédents rapports d'évaluation ;
  6° les documents portant sur les constatations et appréciations favorables ou défavorables transmises et discutées lors d'un entretien de fonctionnement ;
  7° l'éventuelle décision de la chambre de recours ;
  8° tout document que le fonctionnaire souhaite voir ajouté à son dossier.
  La GRH fixe le modèle du dossier d'évaluation visé à l'alinéa 2.
  Le dossier d'évaluation est à disposition du fonctionnaire, de son supérieur hiérarchique, de son chef fonctionnel et de la GRH qui sont tous tenus à la confidentialité.
  Le dossier d'évaluation fait partie du dossier personnel du fonctionnaire. Tous les éléments du dossier d'évaluation sont rédigés dans la langue du fonctionnaire. Aucun élément ne peut être ajouté dans une autre langue, sauf à la demande du fonctionnaire ou avec son accord.
  Les éléments suivants du dossier d'évaluation du fonctionnaire sont conservés jusqu'à ce que 5 ans se soient écoulés depuis la date à laquelle le fonctionnaire a atteint l'âge légal de la retraite :
  - la description de fonction du fonctionnaire, telle que visée à l'alinéa 2, 1° ;
  - le rapport d'évaluation du fonctionnaire ainsi que ses précédents rapports d'évaluation, tels que visés à l'alinéa 2, 5° ;
  - l'éventuelle décision de la chambre de recours, telle que visée à l'alinéa 2, 7°.
  Les documents du dossier d'évaluation repris à l'alinéa 2, 2° à 4° et 6° sont conservés pendant 5 ans à partir du moment où la mention d'évaluation à laquelle ceux-ci se rapportent n'est plus susceptible de recours. Une fois ce délai expiré, ces documents sont supprimés du dossier d'évaluation.
  Les documents repris dans le dossier d'évaluation à la demande du fonctionnaire concerné conformément à l'alinéa 2, 8° sont conservés selon une durée appréciée au regard de l'exigence du cas.
  Dans tous les cas, les documents du dossier d'évaluation repris à l'alinéa 2 doivent être supprimés ou anonymisés dès qu'ils ne sont plus nécessaires aux fins de gestion du personnel pour lesquels ils ont été établis, quand bien même les périodes de conservation prévues ci-avant n'ont pas encore été dépassées.".
Art.98. In hetzelfde besluit wordt een artikel 98/2 ingevoegd, luidende:
  "Art. 98/2. De ambtenaar kan bij de gesprekken die georganiseerd worden in het kader van de evaluatieprocedure voorzien in onderhavig hoofdstuk om de aanwezigheid verzoeken van een waarnemer naar keuze. "
Art.98. Dans le même arrêté, il est inséré un article 98/2 rédigé comme suit :
  "Art. 98/2. Le fonctionnaire peut demander la présence d'un observateur de son choix aux entretiens organisés dans le cadre de la procédure d'évaluation prévue au présent chapitre.".
Art.99. In boek II, titel VI, hoofdstuk I van hetzelfde besluit wordt een afdeling 2 ingevoegd, getiteld:
  "Afdeling 2. Het verloop van de evaluatiecyclus".
Art.99. Dans le livre II, titre 6, chapitre 1er du même arrêté, il est inséré une section 2 intitulée :
  "Section 2. Du déroulement du cycle d'évaluation".
Art.100. Artikel 99 van hetzelfde besluit wordt vervangen als volgt:
  "Art. 99. § 1. De evaluatieperiode vangt aan op 1 januari van een even jaar, het aanvangsjaar genoemd.
  De evaluatieperiode loopt echter:
  1° vanaf de benoeming van de ambtenaar;
  2° vanaf de bevordering van de ambtenaar;
  3° vanaf de mobiliteit, de overplaatsing, de externe overplaatsing, de wedertewerkstelling, de wedertewerkstelling na afschaffing van de betrekking of na wijziging van de dienstaanwijzing;
  4° de eerste dag volgend op een afwezigheid waardoor het functiegesprek niet heeft kunnen plaatsvinden binnen de termijn voorzien in artikel 99/1, § 1, tweede lid;
  5° de dag volgend op het einde van een evaluatiecyclus zoals zoals voorzien in artikel 100/2.
  § 2. Behoudens in de gevallen voorzien in artikel 100/2 bedraagt de evaluatieperiode twee kalenderjaren en eindigt deze op 31 december van het eerste oneven jaar dat volgt op het aanvangsjaar, het evaluatiejaar genoemd.
  Echter, voor wat betreft de evaluatiecyclus voorzien in § 1, tweede lid, 1°, 2°, 3° en 4° :
  - indien de evaluatiecyclus aanvangt gedurende een even jaar, eindigt deze op 31 december van het eerstvolgende oneven jaar. De hierop volgende evaluatieperiode verloopt conform § 1, eerste lid, behoudens in de gevallen voorzien in artikel 100/2;
  - indien de evaluatiecyclus aanvangt gedurende een oneven jaar, bedraagt de eerste evaluatieperiode 365 dagen. De hierop volgende evaluatieperiode vangt aan op de dag na het einde van deze evaluatieperiode en eindigt op 31 december van het eerste oneven jaar dat daarop volgt, behalve in de gevallen voorzien in artikel 100/2.
  § 3. Er liggen minstens zes maanden tussen het functiegesprek en het evaluatiegesprek. De uitoefening van een functie gedurende minder dan zes maanden geeft geen aanleiding tot een evaluatievermelding.".
Art.100. L'article 99 du même arrêté est remplacé par ce qui suit :
  "Art. 99. § 1er. La période d'évaluation débute le 1er janvier d'une année civile paire, nommée l'année de départ.
  Toutefois, le cycle d'évaluation commence :
  1° à la nomination du fonctionnaire ;
  2° à la promotion du fonctionnaire ;
  3° à la suite d'une mobilité, d'une mutation, d'une mutation externe, d'une réaffectation, d'une réaffectation après la suppression d'un emploi ou d'un changement d'affectation ;
  4° le premier jour suivant une absence en raison de laquelle l'entretien de fonction n'a pas pu avoir lieu dans le délai prévu à l'article 99/1, § 1, deuxième alinéa ;
  5° le lendemain de la fin d'un cycle d'évaluation tel que prévu à l'article 100/2.
  § 2. Sauf dans les cas prévus à l'article 100/2, la période d'évaluation est de deux années civiles et se termine le 31 décembre de la première année impaire qui suit l'année de départ, nommée l'année d'évaluation.
  Toutefois, pour le cycle d'évaluation visé au § 1er, alinéa 2, 1°, 2°, 3° et 4° :
  - si le cycle d'évaluation débute pendant une année paire, il se termine le 31 décembre de la première année impaire suivante. La période d'évaluation suivante est conforme au § 1er, alinéa 1er, exception faite des cas visés à l'article 100/2 ;
  - si le cycle d'évaluation débute pendant une année impaire, la première période d'évaluation est de 365 jours. La période d'évaluation suivante démarre le lendemain de la fin de la première période d'évaluation et se termine le 31 décembre de la première année impaire qui suit, exception faite des cas visés à l'article 100/2.
  § 3. Un minimum de 6 mois doit séparer l'entretien de fonction de l'entretien d'évaluation. L'exercice d'une fonction pendant moins de 6 mois ne donne pas lieu à une mention d'évaluation.".
Art.101. In hetzelfde besluit wordt een artikel 99/1 ingevoegd, luidende:
  "Art. 99/1. § 1. Bij het begin van elke evaluatieperiode heeft de evaluator een functiegesprek met de ambtenaar waarin de te behalen doelstellingen bepaald worden op basis waarvan de evaluatie zal plaatsvinden, en dit aan de hand van de functiebeschrijving.
  Het functiegesprek vindt plaats binnen de dertig dagen na aanvang van de evaluatiecyclus.
  De in het voorgaande lid bedoelde termijn wordt met maximaal 30 dagen verlengd in geval van afwezigheid van de ambtenaar.
  § 2. Er zijn vier types te behalen doelstellingen:
  1° prestatiedoelstellingen (kwalitatieve en kwantitatieve);
  2° ontwikkelingsdoelstellingen;
  3° gedragsdoelstellingen (aan te nemen houding);
  4° desgevallend, de kwaliteit van de evaluaties die de ambtenaar heeft uitgevoerd, als hij daarmee belast is.
  Binnen dertig dagen na het functiegesprek schrijft de evaluator een verslag van het functiegesprek. Dat verslag wordt ondertekend door de ambtenaar en de evaluator, bezorgd aan het HRM en de ambtenaar en toegevoegd aan het evaluatiedossier. Als de ambtenaar het verslag van het functiegesprek niet tekent voor ontvangst, stuurt het HRM het hem aangetekend op.
  Binnen de vijftien dagen die volgen op de ontvangst van het verslag van het functiegesprek kan de ambtenaar er zijn opmerkingen aan toevoegen en deze overmaken.".
Art.101. Dans le même arrêté, il est inséré un article 99/1 rédigé comme suit :
  "Art. 99/1. § 1er. Au début de chaque période d'évaluation, l'évaluateur a un entretien de fonction avec le fonctionnaire au cours duquel sont précisés les objectifs à atteindre sur lesquels l'évaluation se fera, ce en rapport avec la description de fonction.
  L'entretien de fonction doit avoir lieu dans les trente jours qui suivent le début du cycle d'évaluation.
  Le délai prévu à l'alinéa précédent est prolongé de maximum 30 jours en cas d'absence du fonctionnaire.
  § 2. Les objectifs à atteindre sont de quatre ordres :
  1° de prestation (qualitative et quantitative) ;
  2° de développement;
  3° de comportement (attitude à adopter) ;
  4° le cas échéant, la qualité des évaluations réalisées par le fonctionnaire, si celui-ci en est chargé.
  Dans les trente jours qui suivent l'entretien de fonction, l'évaluateur rédige un rapport d'entretien de fonction. Ce rapport, signé par le fonctionnaire et l'évaluateur, est transmis à la GRH ainsi qu'au fonctionnaire et versé au dossier d'évaluation. Si le fonctionnaire ne signe pas pour réception le rapport d'entretien de fonction, celui-ci lui est envoyé par lettre recommandée par la GRH.
  Dans les quinze jours qui suivent la réception du rapport d'entretien de fonction, le fonctionnaire peut y ajouter ses remarques et les transmettre.".
Art.102. In hetzelfde besluit wordt een artikel 99/2 ingevoegd, luidende:
  "Art. 99/2. § 1. Behoudens de gevallen voorzien in artikel 100/2, vindt tijdens de evaluatiecyclus minstens één functioneringsgesprek plaats.
  Er kunnen andere functioneringsgesprekken plaatsvinden tijdens de beoordelingscyclus binnen de vijftien dagen na het verzoek van de evaluator of de ambtenaar.
  § 2. Het functioneringsgesprek bevat minstens een overzicht van de prestaties van de ambtenaar in verband met de te bereiken doelstellingen en kan ook een aanpassing van zijn individuele doelstellingen inhouden en/of de uitvoering van ontwikkelingsacties.
  § 3. Binnen de dertig dagen na het functioneringsgesprek schrijft de evaluator een verslag van het functioneringsgesprek. In de gevallen voorzien in artikel 100/2 wordt de termijn vastgelegd op vijftien dagen.
  Dat verslag wordt ondertekend door de ambtenaar en de evaluator, bezorgd aan het HRM en de ambtenaar en toegevoegd aan het evaluatiedossier.
  Als de ambtenaar het verslag van het functioneringsgesprek niet tekent voor ontvangst, stuurt het HRM het hem aangetekend op.
  Binnen de vijftien dagen na ontvangst van het verslag van het functioneringsgesprek kan de ambtenaar er zijn opmerkingen aan toevoegen en overmaken.".
Art.102. Dans le même arrêté, il est inséré un article 99/2 rédigé comme suit :
  "Art. 99/2. § 1er. Au cours du cycle d'évaluation, au minimum un entretien de fonctionnement a lieu, exceptés les cas prévus à l'article 100/2.
  Au cours du cycle d'évaluation, d'autres entretiens de fonctionnement peuvent avoir lieu dans les quinze jours à dater de la demande de l'évaluateur ou du fonctionnaire.
  § 2. L'entretien de fonctionnement contient au minimum un bilan sur les prestations du fonctionnaire au regard de ses objectifs à atteindre et peut, par ailleurs, porter sur une adaptation de ses objectifs individuels et/ou la mise en place d'actions de développement.
  § 3. Dans les trente jours qui suivent l'entretien de fonctionnement, l'évaluateur rédige un rapport d'entretien de fonctionnement. Dans les cas prévus à l'article 100/2, le délai est porté à quinze jours.
  Ce rapport, signé par le fonctionnaire et l'évaluateur, est transmis à la GRH ainsi qu'au fonctionnaire et versé au dossier d'évaluation.
  Si le fonctionnaire ne signe pas pour réception le rapport d'entretien de fonctionnement, celui-ci lui est envoyé par lettre recommandée par la GRH.
  Dans les quinze jours qui suivent la réception du rapport d'entretien de fonctionnement, le fonctionnaire peut y ajouter ses remarques et les transmettre.".
Art.103. In boek II, titel VI, hoofdstuk I, van hetzelfde besluit wordt een afdeling 3 ingevoegd, getiteld:
  "Afdeling 3. De afsluiting van de evaluatiecyclus".
Art.103. Dans le livre II, titre VI, chapitre I du même arrêté, il est inséré une section 3 intitulée :
  "Section 3. De la clôture du cycle d'évaluation".
Art.104. Artikel 100 van hetzelfde besluit wordt vervangen als volgt:
  "Art. 100. § 1. Aan het einde van elke evaluatieperiode heeft de evaluator een evaluatiegesprek met de ambtenaar.
  Het evaluatiegesprek vindt plaats binnen de laatste vijfenveertig dagen van de evaluatiecyclus.
  In het geval voorzien in artikel 100/2, § 1, vindt het evaluatiegesprek plaats binnen de laatste vijftien dagen van de evaluatieperiode.
  In het geval voorzien in artikel 100/2, § 2, vindt het evaluatiegesprek plaats binnen de laatste dertig dagen van de evaluatieperiode.
  § 2. Binnen de dertig dagen na het evaluatiegesprek schrijft de evaluator een evaluatieverslag en geeft hij de vermelding "gunstig", "onder voorbehoud" of "onvoldoende", met een grondige motivering op basis van objectieve feiten en elementen.
  De evaluator houdt rekening met de onvoorziene of onafhankelijke omstandigheden die de gehele of gedeeltelijke realisatie van de doelstellingen zoals bedoeld in artikel 99/1 onmogelijk hebben gemaakt voor de verlening van een vermelding.
  De ambtenaar wordt van die evaluatie in kennis gesteld met ontvangstbewijs.
  De ambtenaar ondertekent het evaluatieverslag en kan binnen de vijftien dagen na de kennisgeving van het verslag zijn opmerkingen neerschrijven en ze aan de evaluator bezorgen. Deze termijn wordt opgeschort als de ambtenaar het slachtoffer is van een arbeidsongeval, een ongeval op weg naar het werk of een beroepsziekte.
  Het evaluatieverslag, ondertekend door de evaluator, wordt onmiddellijk verzonden naar het HRM en de ambtenaar en toegevoegd aan het evaluatiedossier. Als de ambtenaar het verslag van het evaluatiegesprek niet voor ontvangst tekent, stuurt het HRM het hem aangetekend op.
  § 3. Wanneer de vermelding "gunstig" wordt toegekend kan de evaluator de Directieraad voorstellen hieraan de vermelding "uitstekend" toe te voegen.
  De Directieraad neemt hieromtrent een beslissing binnen de zestig dagen.".
Art.104. L'article 100 du même arrêté est remplacé par ce qui suit :
  "Art. 100. § 1er. A la fin de chaque période d'évaluation, l'évaluateur a un entretien d'évaluation avec le fonctionnaire.
  L'entretien d'évaluation a lieu dans les quarante-cinq derniers jours du cycle d'évaluation.
  Dans le cas prévu à l'article 100/2 § 1er, l'entretien d'évaluation a lieu dans les quinze derniers jours du cycle d'évaluation.
  Dans le cas prévu à l'article 100/2 § 2, l'entretien d'évaluation a lieu dans les trente derniers jours du cycle d'évaluation.
  § 2. Dans les trente jours de l'entretien d'évaluation, l'évaluateur rédige un rapport d'évaluation et attribue la mention "favorable", "avec réserve" ou "insuffisant" accompagnée d'une motivation étayée sur des faits et éléments objectifs.
  L'évaluateur tient compte des circonstances imprévisibles ou indépendantes, qui ont rendu impossible la réalisation totale ou partielle des objectifs visés à l'article 99/1 pour l'attribution d'une mention.
  Cette évaluation est notifiée avec accusé de réception au fonctionnaire.
  Le fonctionnaire signe le rapport d'évaluation et peut consigner ses commentaires dans les quinze jours de la notification dudit rapport et les transmettre à l'évaluateur. Ce délai est suspendu si le fonctionnaire est victime d'un accident de travail, d'un accident sur le chemin du travail ou d'une maladie professionnelle.
  Le rapport d'évaluation, signé par l'évaluateur, est immédiatement transmis à la GRH, au fonctionnaire, et versé au dossier d'évaluation. Si le fonctionnaire ne signe pas pour réception le rapport d'évaluation, celui-ci est envoyé par lettre recommandée par la GRH.
  § 3. Si la mention "favorable" est attribuée, l'évaluateur peut proposer au Conseil de direction d'ajouter la mention "excellent".
  Le Conseil de direction prend une décision dans les soixante jours.".
Art.105. In hetzelfde besluit wordt een artikel 100/1 ingevoegd, luidende:
  "Art. 100/1. De ambtenaar die zijn functie niet effectief heeft uitgeoefend gedurende minstens een jaar, behoudt zijn laatste evaluatie. Indien de ambtenaar nooit eerder werd geëvalueerd, ontvangt hij de evaluatievermelding "gunstig".
  Behalve in de gevallen voorzien in het eerste lid, krijgt de ambtenaar die om welke reden dan ook niet werd geëvalueerd een gunstige evaluatie. Indien hij bewust weigert om te worden geëvalueerd, ontvangt hij de evaluatievermelding "ongunstig".
  Na afloop van zijn stage krijgt de benoemde stagiair ambtshalve een gunstige evaluatie.
  Dit artikel is niet van toepassing op de gevallen voorzin in artikel 100/2.".
Art.105. Dans le même arrêté, il est inséré un article 100/1 rédigé comme suit :
  "Art. 100/1. Le fonctionnaire qui n'a pas exercé de manière effective sa fonction pendant un an au moins conserve sa dernière évaluation. Si le fonctionnaire n'a jamais été évalué, il reçoit une mention d'évaluation "favorable".
  Hormis les cas visés à l'alinéa 1er, le fonctionnaire qui n'a pas été évalué pour quelle que raison que ce soit, reçoit une évaluation favorable. S'il a refusé délibérément d'être évalué, il reçoit une mention d'évaluation "insuffisant".
  A l'issue de son stage, le stagiaire nommé reçoit d'office une évaluation favorable.
  Cet article n'est pas applicable aux cas visés à l'article 100/2.".
Art.106. In hetzelfde besluit wordt een artikel 100/2 ingevoegd, luidende:
  "Art. 100/2. § 1. Wanneer de vermelding "onvoldoende" wordt toegekend, wordt de daaropvolgende evaluatiecyclus teruggebracht tot zes maanden effectieve prestaties, ongeacht de arbeidsregeling. Elke twee maanden vindt een functioneringsgesprek plaats.
  § 2. Wanneer de vermelding "onder voorbehoud" wordt toegekend, wordt de daaropvolgende evaluatiecyclus teruggebracht tot een jaar effectieve prestaties, ongeacht de arbeidsregeling. Elke drie maanden vindt een functioneringsgesprek plaats.".
Art.106. Dans le même arrêté, il est inséré un article 100/2 rédigé comme suit :
  "Art. 100/2. § 1er. En cas d'attribution d'une mention "insuffisant", le cycle d'évaluation qui suit est réduit à 6 mois de prestations effectives, quel que soit le régime de travail. Un entretien de fonctionnement a lieu tous les deux mois.
  § 2. En cas d'attribution d'une mention "avec réserve", le cycle d'évaluation qui suit est réduit à un an de prestations effectives, quel que soit le régime de travail. Un entretien de fonctionnement a lieu tous les trois mois.".
Art.107. In boek II, titel VI, hoofdstuk I van hetzelfde besluit wordt een afdeling 4 ingevoegd, getiteld:
  "Afdeling 4. De beroepsprocedure".
Art.107. Dans le livre II, titre VI, chapitre I du même arrêté, il est inséré une section 4 intitulée :
  "Section 4. De la procédure de recours".
Art.108. Artikel 101 van hetzelfde besluit wordt vervangen als volgt:
  "Art. 101. De dag nadat de termijn zoals bedoeld in artikel 100, § 2, vierde lid, is verstreken, beschikt de ambtenaar die het niet eens is met de vermelding die hem werd toegekend over een termijn van vijftien dagen om per aangetekende brief een opschorsend beroep in te dienen bij de raad van beroep zoals bedoeld in artikel 16.
  De nieuwe evaluatieperiode gaat in op de dag nadat de raad van beroep zijn beslissing aan de ambtenaar heeft meegedeeld en eindigt overeenkomstig artikel 99 § 2, tweede lid.".
Art.108. L'article 101 du même arrêté est remplacé par ce qui suit :
  " Art. 101. Le lendemain de l'échéance du délai prévu à l'article 100, § 2, alinéa 4, le fonctionnaire qui est en désaccord avec la mention qui lui est attribuée, dispose d'un délai de 15 jours pour introduire un recours suspensif par lettre recommandée auprès de la chambre de recours visée à l'article 16.
  Le nouveau cycle d'évaluation commence à courir le lendemain du jour où la chambre de recours a communiqué sa décision au fonctionnaire et se clôture conformément à l'article 99 § 2, alinéa 2.".
Art.109. In hetzelfde besluit wordt een artikel 101/1 ingevoegd, luidende:
  "Art. 101/1. De raad van beroep heeft beslissingsbevoegdheid. Hij neemt zijn beslissing overeenkomstig artikel 16, 17 en 19".
Art.109. Dans le même arrêté, il est inséré un article 101/1 rédigé comme suit :
  "Art. 101/1. La chambre de recours dispose d'une compétence de décision. Elle rend sa décision conformément aux articles 16, 17 et 19.".
Art.110. In boek II, titel VI, hoofdstuk I van hetzelfde besluit wordt een afdeling 5 ingevoegd, getiteld:
  "Afdeling 5. De gevolgen van de vermelding "onvoldoende" en "onder voorbehoud" voor de loopbaan van de ambtenaren".
Art.110. Dans le livre II, titre VI, chapitre I du même arrêté, il est inséré une section 5 intitulée :
  "Section 5. Des conséquences des mentions "insuffisant" et "avec réserve" pour la carrière des fonctionnaires".
Art.111. Artikel 102 van hetzelfde besluit wordt vervangen als volgt:
  "Art. 102. De periode waarvoor de ambtenaar de vermelding "onder voorbehoud" of "onvoldoende" krijgt, wordt niet in aanmerking genomen voor de berekening van de graadanciënniteit vereist voor het bekomen van een hogere weddeschaal met toepassing van de functionele loopbaan.".
Art.111. L'article 102 du même arrêté est remplacé par ce qui suit :
  "Art. 102. La période pendant laquelle le fonctionnaire porte la mention "avec réserve" ou "insuffisant" n'est pas prise en compte pour le calcul de l'ancienneté de grade requise pour obtenir une échelle de traitement supérieure par référence à la carrière fonctionnelle.".
Art.112. In hetzelfde besluit wordt een artikel 102/1 ingevoegd, luidende:
  "Art. 102/1. § 1. De ambtenaar die voor twee opeenvolgende evaluatiecycli vermeldingen "onvoldoende" krijgt, wordt door het Algemeen Beheerscomité, op voorstel van de Directieraad, beroepsongeschikt verklaard.
  § 2. De ambtenaar die in de loop van drie opeenvolgende evaluatieperiodes twee vermeldingen "onvoldoende" behaalt, wordt door het Algemeen Beheerscomité, op voorstel van de Directieraad, beroepsongeschikt verklaard.
  § 3. De verklaring van beroepsongeschiktheid wordt opgeschort in geval van een beroep tegen een vermelding zoals bedoeld in artikel 101.
  § 4. De verklaring van beroepsongeschiktheid leidt tot het ambtshalve ontslag van de ambtenaar wegens beroepsongeschiktheid door de benoemende overheid.".
Art.112. Dans le même arrêté, il est inséré un article 102/1 rédigé comme suit :
  "Art. 102/1. § 1er. Le fonctionnaire qui obtient au cours de deux cycles d'évaluation consécutifs, des mentions "insuffisant"" est déclaré inapte professionnellement par le Comité général de gestion, sur proposition du Conseil de direction.
  § 2. Le fonctionnaire qui obtient au cours de trois cycles d'évaluation consécutifs, deux mentions "insuffisant" est déclaré inapte professionnellement par le Comité général de gestion, sur proposition du Conseil de direction.
  § 3. La déclaration d'inaptitude professionnelle est suspendue en cas de recours contre une mention, comme visé par l'article 101.
  § 4. La déclaration d'inaptitude professionnelle entraîne le licenciement d'office du fonctionnaire pour inaptitude professionnelle par l'autorité investie du pouvoir de nomination.".
Art.113. In hetzelfde besluit wordt een artikel 102/2 ingevoegd, luidende:
  "Art. 102/2. De ambtenaar die wegens beroepsongeschiktheid wordt ontslagen geniet een vergoeding wegens ontslag.
  Deze vergoeding is gelijk aan twaalf maal de laatste maandbezoldiging van de ambtenaar, indien hij minstens twintig jaar dienstanciënniteit heeft, aan acht maal of zes maal deze bezoldiging naargelang de ambtenaar tien jaar dienstanciënniteit of minder dan tien jaar dienstanciënniteit heeft.".
  Voor de toepassing van onderhavig artikel wordt onder de anciënniteit van een ambtenaar de periode verstaan gedurende welke hij in dienstactiviteit is geweest sinds zijn indiensttreding bij de Dienst.
  In afwijking van het vorige lid wordt de anciënniteit van een ambtenaar die in dienst is getreden bij de Dienst via externe mutatie, mobiliteit of overdracht vanuit een andere federale of gefedereerde entiteit eveneens de periode verstaan bij de werkgever voorafgaand aan de externe mutatie, mobiliteit of overdracht naar de Dienst en waarin hij zich in de administratieve stand van dienstactiviteit bevond. Onder vorige werkgever wordt verstaan alle werkgevers die elkaar zonder onderbreking hebben opgevolgd via mutatie, mobiliteit of overdracht.".
Art.113. Dans le même arrêté, il est inséré un article 102/2 rédigé comme suit :
  "Art. 102/2. Une indemnité de départ est accordée au fonctionnaire licencié pour inaptitude professionnelle.
  Cette indemnité est égale à douze fois la dernière rémunération mensuelle du fonctionnaire si celui-ci compte au moins vingt années d'ancienneté, à huit fois ou à six fois cette rémunération, selon que le fonctionnaire compte dix ans d'ancienneté ou moins de dix ans d'ancienneté .
  Pour l'application du présent article, l'ancienneté d'un fonctionnaire s'entend de la période durant laquelle il a été en activité de service depuis son entrée en service au sein de l'Office.
  Par dérogation à l'alinéa précédent, l'ancienneté d'un fonctionnaire entré en service au sein de l'Office par mutation externe, par mobilité ou par transfert d'une autre entité, fédérale ou fédérée, s'entend également de la période durant laquelle il a été en activité de service depuis son entrée en service auprès de l'employeur précédent la mutation externe, la mobilité ou le transfert vers l'Office. Par employeur précèdent, il faut entendre tous les employeurs qui se sont succédés sans interruption par mutation, mobilité ou transfert.".
Art.114. De artikelen 103 en 104 van hetzelfde besluit worden opgeheven.
Art.114. Les articles 103 et 104 du même arrêté sont abrogés.
Art.115. In artikel 105 van hetzelfde besluit wordt het woord "doeleinden" vervangen door de woorden "doelstellingen zoals deze werden opgenomen in de beheersovereenkomst van de Dienst".
Art.115. Dans l'article 105 du même arrêté, les mots "et repris dans le contrat de gestion de l'Office" sont insérés entre les mots "du mandat" et "sont atteints".
Art.116. In artikel 106 van hetzelfde besluit worden de volgende wijzigingen aangebracht:
  1° Het tweede lid wordt aangevuld met de volgende zin:
  "Voor het evaluatiegesprek van de mandaathouder van rang A4 en A4+, wint de commissie het advies in van de mandaathouder van rang A5.";
  2° In het derde lid worden de woorden "zoals vervat in de beheersovereenkomst van de Dienst" ingevoegd tussen de woorden "zijn mandaat" en "werden opgedragen";
  3° In het vierde lid worden de woorden "zoals vervat in de beheersovereenkomst van de Dienst" ingevoegd tussen de woorden "de doelstellingen" en "gedeeltelijk";
  4° In het vijfde lid worden de woorden "zoals vervat in de beheersovereenkomst van de Dienst" ingevoegd tussen de woorden "de doelstellingen" en "niet of in zeer geringe mate";
  5° in het zesde lid van de Nederlandse tekst wordt het woord "objectieven" vervangen door het woord "doelstellingen";
  6° in het zevende lid worden de woorden "bij aangetekend schrijven" opgeheven.
Art.116. Dans l'article 106 du même arrêté, les modifications suivantes sont apportées :
  1° l'alinéa 2 est complété par la phrase suivante :
  "Avant l'entretien d'évaluation du mandataire de rang A4 et A4+, la commission recueille l'avis du mandataire de rang A5." ;
  2° l'alinéa 3 est complété par les mots "et qui sont repris dans le contrat de gestion de l'Office." ;
  3° à l'alinéa 4, les mots "repris dans le contrat de gestion de l'Office" sont insérés entre les mots "les objectifs" et "ont été" ;
  4° à l'alinéa 5, les mots "repris dans le contrat de gestion de l'Office" sont insérés entre les mots "les objectifs" et "n'ont pas" ;
  5° dans l'alinéa 6 du texte néerlandais, le mot "objectieven" est remplacé par le mot "doelstellingen" ;
  6° à l'alinéa 7, les mots "par lettre recommandée à la poste" sont abrogés.
Art.117. Artikel 107 van hetzelfde besluit wordt vervangen als volgt:
  "Art. 107. § 1. Een eerste evaluatie vindt plaats twee jaar na het begin van het mandaat.
  Indien bij deze evaluatie de vermelding "ongunstig" wordt gekozen vindt een bijkomende evaluatie plaats zes maanden na deze eerste evaluatie. Als de bijkomende evaluatie van de mandaathouder ongunstig is, wordt zijn mandaat definitief beëindigd en kan hij niet deelnemen aan een nieuwe toekenningsprocedure voor de mandaatbetrekking die hij bekleedt of voor een mandaatbetrekking van een hogere rang.
  § 2. Een tweede evaluatie vindt plaats zes maanden voor het einde van het mandaat.
  Indien aan het einde van deze tweede evaluatie de mandaathouder de vermelding "gunstig" bekomt, dan kan het Verenigd College zijn mandaat alleen een keer verlengen zonder dat er wordt overgegaan tot een nieuwe toekenningsprocedure voor de mandaatbetrekking die hij bekleedt. De mandaathouder stelt, bij de hernieuwing van zijn mandaat, een beheersplan op zoals bedoeld in artikel 142, tweede lid, dat rekening houdt met de te bereiken doelstellingen vastgeslteld door de overheid en opgenomen in de beheersovereenkomst van de Dienst.
  Indien de mandaathouder de vermelding "voldoende" bekomt, dan wordt zijn mandaat niet verlengd maar kan hij deelnemen aan een nieuwe toekenningsprocedure voor de mandaatbetrekking die hij bekleedt of voor een mandaatbetrekking van een hogere rang.
  Indien de mandaathouder de vermelding "ongunstig" bekomt, dan wordt zijn mandaat definitief beëindigd en kan hij niet deelnemen aan de nieuwe toekenningsprocedure voor het mandaat dat hij bekleedt of voor een mandaat van een hogere rang.
  § 3. Het einde van het mandaat vindt plaats op de eerste dag van de maand die volgt op de toekenning van de vermelding "ongunstig".
  In geval van beroep bij het Verenigd College eindigt het mandaat op de eerste dag van de maand die volgt op de beslissing in beroep.".
Art.117. L'article 107 du même arrêté est remplacé par ce qui suit :
  "Art. 107. § 1er. Une première évaluation a lieu deux ans après le début du mandat.
  Au cas où cette évaluation se termine par la mention "défavorable", une évaluation complémentaire a lieu après les six mois qui suivent cette première évaluation. Si la mention attribuée au mandataire à l'issue de l'évaluation complémentaire est défavorable, son mandat prend fin définitivement et il ne peut participer à une nouvelle procédure de désignation au poste de mandat qu'il occupe ou à un poste de mandat d'un rang supérieur.
  § 2. Une seconde évaluation a lieu six mois avant la fin du mandat.
  Si, à l'issue de cette seconde évaluation, la mention attribuée au mandataire est "favorable", le Collège réuni peut renouveler son mandat une seule fois sans qu'il soit procédé à une nouvelle procédure de désignation au poste de mandat qu'il occupe. Le mandataire établit, à l'occasion du renouvellement de son mandat, un plan de gestion tel que visé à l'article 142, alinéa 2, qui tient compte des objectifs à atteindre fixés par l'autorité et repris dans le contrat de gestion de l'Office.
  Si la mention attribuée au mandataire est "satisfaisant", son mandat n'est pas renouvelé mais il peut participer à la nouvelle procédure de désignation au poste de mandat qu'il occupe ou à un poste de mandat d'un rang supérieur.
  Si la mention attribuée au mandataire est "défavorable", son mandat prend fin définitivement et il ne peut participer à la nouvelle procédure de désignation au poste de mandat qu'il occupe ou à un poste de mandat d'un rang supérieur.
  § 3. La fin du mandat a lieu le premier jour du mois qui suit l'octroi de la mention "défavorable".
  En cas de recours auprès du Collège réuni, la fin de mandat a lieu le premier jour du mois qui suit la décision en recours.".
Art.118. In artikel 108 van hetzelfde besluit worden de volgende wijzigingen aangebracht:
  1° het eerste lid wordt aangevuld met de volgende zin: "Het beroep werkt schorsend.".
  2° in het derde lid van de Nederlandse tekst worden de woorden "het verhoor" vervangen door de woorden "de hoorzitting ";
  3° in het vierde lid van de Nederlandse tekst wordt het woord "verhoor" vervangen door het woord "hoorzitting".
Art.118. Dans l'article 108 du même arrêté, les modifications suivantes sont apportées :
  1° l'alinéa 1er est complété par la phrase suivante :"Le recours est suspensif." ;
  2° dans l'alinéa 3 du texte néerlandais, les mots "het verhoor" sont remplacés par les mots "de hoorzitting" ;
  3° dans l'alinéa 4 du texte néerlandais, le mot "verhoor" est remplacé par le mot "hoorzitting".
Art.119. In artikel 114 van hetzelfde besluit worden de volgende wijzigingen aangebracht:
  1° het eerste lid wordt vervangen als volgt:
  "Iedere betrekking van rang D2, C2, B2, A2, A2-deskundige of A3, die openstaat of binnen de eerstvolgende zes maanden vrijkomt, kan door het Algemeen Beheerscomité vacant worden verklaard, alvorens zij kan worden toegekend bij wege van bevordering door verhoging in graad.".
  2° tussen het eerste en tweede lid wordt een lid ingevoegd, luidende:
  "Er wordt een functiebeschrijving vastgesteld overeenkomstig artikel 48/3.".
Art.119. Dans l'article 114 du même arrêté, les modifications suivantes sont apportées :
  1° l'alinéa 1er est remplacé par ce qui suit :
  "Tout emploi de rang D2, C2, B2, A2, A2 expert ou A3, non occupé ou qui cessera d'être occupé dans les six mois à venir, peut être déclaré vacant par le Comité général de gestion, avant qu'il ne puisse être conféré par voie de promotion par avancement de grade.".
  2° un alinéa rédigé comme suit est inséré entre les alinéas 1 et 2 :
  "Une description de fonction est établie conformément à l'article 48/3.".
Art.120. In artikel 115 van hetzelfde besluit worden de volgende wijzigingen aangebracht:
  1° In het eerste lid, in de Nederlandse tekst, worden de woorden "de HRM" vervangen door de woorden "het HRM";
  2° het tweede lid wordt vervangen als volgt:
  "In aanmerking komen alleen de aanspraken van de ambtenaren die binnen de twintig dagen vanaf de eerste werkdag die volgt op die van de kennisgeving van de vacature hun sollicitatie ter kennis van de directeur-generaal brengen.".
  3° het derde lid wordt opgeheven.
Art.120. Dans l'article 115 du même arrêté, les modifications suivantes sont apportées :
  1° à l'alinéa 1er, dans le texte néerlandais, les mots "de HRM" sont remplacés par les mots "het HRM" ;
  2° l'alinéa 2 est remplacé par ce qui suit :
  "Seuls sont pris en considération les titres des fonctionnaires qui, dans un délai de vingt jours, à dater du 1er jour ouvrable suivant celui de la notification de la vacance d'emploi, portent leur candidature à la connaissance du directeur général.".
  3° l'alinéa 3 est abrogé.
Art.121. In artikel 116 van hetzelfde besluit wordt zesde lid opgeheven.
Art.121. Dans l'article 116 du même arrêté, l'alinéa 6 est abrogé.
Art.122. In artikel 117, tweede lid, van hetzelfde besluit worden de woorden "en het Algemeen Beheerscomité niet instemt met de door de directieraad voorgestelde volgorde, moet het zijn beslissing omstandig met redenen omkleden" vervangen door de woorden ", kan het Algemeen Beheerscomité afwijken van het voorstel".
Art.122. Dans l'article 117, alinéa 2 du même arrêté, les mots " motive sa décision de manière circonstanciée, s'il ne suit pas le classement proposé." sont remplacés par les mots " peut décider de ne pas suivre la proposition".
Art.123. In artikel 118 van hetzelfde besluit, aangevuld bij het besluit van 21 november 2019, worden de volgende wijzigingen aangebracht:
  1° in het eerste lid, worden de woorden "door het SELOR georganiseerde vergelijkende selectie" vervangen door de woorden "vergelijkende selectie georganiseerd in samenwerking met het directoraat-generaal Rekrutering en Ontwikkeling van de Federale Overheidsdienst Beleid en Ondersteuning";
  2° in het tweede lid wordt het woord "geslaagde" telkens vervangen door "laureaat".
Art.123. Dans l'article 118 du même arrêté, complété par l'arrêté du 21 novembre 2019, les modifications suivantes sont apportés:
  1° à l'alinéa 1er, les mots "par le SELOR" sont remplacés par les mots "en collaboration avec la Direction générale Recrutement et Développement du Service public fédéral Soutien et Appui" ;
  2° à l'alinéa 2, dans le texte néerlandais, le mot "geslaagde" est chaque fois remplacé par le mot "laureaat"
Art.124. In artikel 119 van hetzelfde besluit worden de volgende wijzigingen aangebracht:
  1° in paragraaf 2 worden de woorden "de evaluatie" vervangen door de woorden "minstens de vermelding";
  2° in paragraaf 4 worden de woorden "afgevaardigd beheerder van het SELOR bepaalde datum" vervangen door de woorden "beheerder van de procedure bepaalde datum en ten laatste de dag voor de eerste proef.";
  3° in § 4, wordt tussen het eerste en tweede lid een lid ingevoegd, luidende:
  "Met de beheerder van de procedure wordt het personeelslid van het HRM bedoeld dat de bevoegdheid heeft om de datum vast te stellen waarop aan de voorwaarden voor deelname moet zijn voldaan.".
Art.124. Dans l'article 119 du même arrêté, les modifications suivantes sont apportées :
  1° dans le paragraphe 2, les mots "comme dernière évaluation, l'évaluation" sont remplacés par les mots "au minimum, lors de sa dernière évaluation, la mention" ;
  2° dans le paragraphe 4, les mots "délégué du SELOR" sont remplacés par les mots "de la procédure et au plus tard la veille du jour de la première épreuve." ;
  3° au paragraphe 4, un alinéa rédigé comme suit est inséré entre les alinéa 1 et 2:
  "L'administrateur de la procédure s'entend du membre du personnel de la GRH disposant du pouvoir de fixer la date pour laquelle les conditions de participation doivent être remplies.".
Art.125. Artikel 120 van hetzelfde besluit wordt vervangen als volgt
  "Art. 120. § 1. De proeven voor overgang naar niveau A worden verdeeld in drie schiftingsreeksen.
  Elke proef van elke reeks waarvoor de kandidaat minstens 60% van de punten heeft behaald, is geslaagd.
  Voor elke geslaagde proef van elke reeks is het resultaat geldig zonder beperking in de tijd.
  § 2. De eerste proevenreeks wordt georganiseerd door het directoraat-generaal Rekrutering en Ontwikkeling van de Federale Overheidsdienst Beleid en Ondersteuning. De proeven van die reeks zijn bedoeld om de bekwaamheid van een ambtenaar om te functioneren op niveau A te beoordelen.
  Alleen de laureaten van de eerste proevenreeks kunnen aan de tweede proevenreeks deelnemen.
  § 3. De tweede reeks bestaat uit drie proeven die bedoeld zijn om de kennisverwerving te beoordelen. Elk van de drie proeven bestaat erin een opleiding te volgen en te slagen voor een examen in verband met die opleiding.
  De Directieraden van de Dienst en de Diensten van het Verenigd College zijn verantwoordelijk voor de gezamenlijke opstelling van het programma van elke proef van deze reeks en voor de organisatie ervan.
  Elk examen voor elke cursus waarmee het slagen kan worden vastgesteld, is de verantwoordelijkheid van een jury van buiten de Dienst of de Diensten van het Verenigd College.
  Alleen de laureaten van de eerste proef van deze reeks mogen deelnemen aan de tweede proef van deze reeks.
  Alleen de laureaten van de tweede proef van deze reeks mogen deelnemen aan de derde proef van deze reeks.
  § 4. De derde reeks is een vergelijkende selectie voor een bepaalde functie. Ze wordt georganiseerd in samenwerking met het directoraat-generaal Rekrutering en Ontwikkeling van de Federale Overheidsdienst Beleid en Ondersteuning, dat de selectie geheel of gedeeltelijk kan toevertrouwen aan de Dienst.
  Ze is alleen toegankelijk voor de laureaten van de tweede proevenreeks.
  De vergelijkende selectie kan verschillende proeven omvatten, waarvan de eerste een schiftingsproef kan zijn.
  § 5. De vergelijkende selectie eindigt met een rangschikking van de kandidaten die geschikt zijn bevonden om de functie uit te oefenen. De laureaten worden gerangschikt volgens de in het geheel van de proeven van de derde proevenreeks behaalde punten en volgens de door deze rangschikking bepaalde volgorde benoemd.".
Art.125. L'article 120 du même arrêté est remplacé par ce qui suit :
  "Art. 120. § 1er. Les épreuves d'accession au niveau A se répartissent en trois groupes à caractère éliminatoire.
  Chaque épreuve de chaque groupe est réussie lorsque le candidat obtient au moins 60% des points.
  Pour chaque épreuve de chaque groupe, la réussite est valable sans limitation de temps.
  § 2. Le premier groupe d'épreuves est organisé par la Direction générale Recrutement et Développement du Service public fédéral Stratégie et Appui. Les épreuves de ce groupe visent à évaluer la capacité d'un fonctionnaire à fonctionner au niveau A.
  Seuls les lauréats du premier groupe d'épreuves peuvent participer au deuxième groupe d'épreuves.
  § 3. Le deuxième groupe comprend trois épreuves qui visent à évaluer l'acquisition de connaissances. Chacune des trois épreuves consiste dans le suivi d'une formation et la réussite d'un examen y relatif.
  Les Conseils de direction de l'Office et des Services du Collège réuni sont chargés d'établir, conjointement, le programme de chacune des épreuves de ce groupe ainsi que de les organiser.
  L'examen de chaque cours permettant d'établir la réussite est assuré par un jury externe à l'Office ou aux Services du Collège réuni.
  Seuls les lauréats de la première épreuve de ce groupe peuvent participer à la deuxième épreuve de ce groupe.
  Seuls les lauréats de la deuxième épreuve de ce groupe peuvent participer à la troisième épreuve de ce groupe.
  § 4. Le troisième groupe est une sélection comparative par rapport à une fonction déterminée. Elle est organisée en collaboration avec la Direction générale Recrutement et Développement du Service public fédéral Stratégie et Appui qui peut en confier tout ou partie à l'Office.
  Elle n'est accessible qu'aux lauréats du deuxième groupe d'épreuves.
  La sélection comparative peut comprendre plusieurs épreuves dont la première peut être éliminatoire.
  § 5. La sélection comparative se conclut par un classement des candidats reconnus aptes à exercer la fonction. Les lauréats sont classés en fonction des points obtenus sur l'ensemble des épreuves du troisième groupe d'épreuves et nommés dans l'ordre établi par ce classement.".
Art.126. Artikel 121 van hetzelfde besluit wordt vervangen als volgt:
  "Art. 121. § 1. De vergelijkende selecties voor overgang naar niveau B of C omvatten een algemene proef en een specifieke proef.
  De specifieke proef kan bestaan uit verschillende subproeven, waarvan de eerste een schiftingsproef kan zijn.
  § 2. Alleen de kandidaat die slaagt voor de algemene proef kan aan de specifieke proef deelnemen.
  § 3. Om te slagen moeten de kandidaten minstens 60% van de punten behalen voor elke proef.".
Art.126. L'article 121 du même arrêté est remplacé par ce qui suit :
  "Art. 121. § 1er. Les sélections comparatives d'accession aux niveaux B ou C comportent une épreuve générale et une épreuve spécifique.
  L'épreuve spécifique peut comprendre plusieurs sous-épreuves dont la première peut être éliminatoire.
  § 2. Seul le candidat qui réussit l'épreuve générale peut participer à l'épreuve spécifique.
  § 3. Pour réussir, les candidats doivent obtenir au moins 60% des points pour chacune des épreuves.".
Art.127. In artikel 122 van hetzelfde besluit worden de volgende wijzigingen aangebracht:
  1° in het eerste, vierde, vijfde tot en met zevende en tiende lid van de Nederlandse tekst wordt het woord "geslaagde" telkens vervangen door het woord "laureaat";
  2° het tweede lid wordt vervangen als volgt:
  "De directeur-generaal wijst de ambtenaar aan die, naargelang van de taalrol van de laureaat, het toezicht op de proefperiode uitoefent. Artikel 98, § 5, tweede tot en met vijfde lid, en § 6, is van toepassing.".
  3° het derde lid wordt vervangen als volgt:
  "De ambtenaar belast met het toezicht op de proefperiode organiseert minimaal een gesprek gedurende de eerste maand van de proefperiode, gedurende de derde en gedurende de zesde maand van de proefperiode. Hij kan besluiten tot bijkomende gesprekken. Hij stelt de verslagen van deze gesprekken op en maakt ze over aan het HRM en de laureaat.".
  4° het achtste lid wordt opgeheven.
Art.127. Dans l'article 122 du même arrêté, les modifications suivantes sont apportées :
  1° aux alinéas 1er, 4, 5 à 7 et 10 du texte en néerlandais, le mot "geslaagde" est à chaque fois remplacé par le mot "laureaat" ;
  2° l'alinéa 2 est remplacé par ce qui suit:
  "Le directeur général désigne le fonctionnaire qui, selon le rôle linguistique du lauréat, assure la supervision de la période d'essai. L'article 98, § 5, deuxième à cinquième alinéa inclus, et § 6 est d'application.".
  2° l'alinéa 3 est remplacé par ce qui suit:
  "Le fonctionnaire chargé de la supervision de la période d'essai organise au minimum des entretiens dans le premier mois de la période d'essai et à l'issue du troisième et du sixième mois. Il peut décider d'entretiens supplémentaires. Il rédige les rapports de ces entretiens et les transmet à la GRH et au lauréat.".
  3° l'alinéa 8 est abrogé.
Art.128. In artikel 125 van hetzelfde besluit worden de woorden "leidend ambtenaar" vervangen door het woord "directeur-generaal".
Art.128. Dans l'article 125 du même arrêté, les mots "fonctionnaire dirigeant" sont remplacés par les mots "directeur général".
Art.129. In artikel 126 van hetzelfde besluit, vervangen bij het besluit van 14 september 2023, worden de volgende wijzigingen aangebracht:
  1° in de eerste paragraaf, eerste lid, worden de woorden "en 200" vervangen door de woorden "en 104";
  2° in dezelfde paragraaf wordt tussen het eerste en het tweede lid een lid ingevoegd, luidende:
  "Aan de graden van eerste assistent, eerste adjunct en eerste klerk zijn de weddeschalen 200 verbonden.";
  3° in paragraaf 2, laatste lid, wordt het woord "200" vervangen door "104";
  4° In paragraaf 2, worden de woorden "een evaluatie "gunstig"" telkens verplaatst door de woorden "een evaluatievermelding minstens "gunstig"" .
Art.129. Dans l'article 126 du même arrêté, remplacé par l'arrêté du 14 septembre 2023, les modifications suivantes sont apportées :
  1° au paragraphe 1er, alinéa 1er, les mots "et 200" sont remplacés par les mots "et 104" ;
  2° au même paragraphe 1er, entre les alinéas 1 et 2, il est inséré un alinéa rédigé comme suit:
  "Aux grades de premier assistant, premier adjoint et de premier commis sont attachées les échelles de traitement 200." ;
  3° au paragraphe 2, dernier alinéa, le mot "200" est remplacé par le mot "104" ;
  4° au paragraphe 2, le mot "évaluation" est à chaque fois remplacé par les mots "mention d'évaluation au moins".
Art.130. In boek II, titel VIII van hetzelfde besluit wordt hoofdstuk III vervangen als volgt:
  " HOOFDSTUK III. - Bevordering tot de graden van de rangen D2, C2, B2, A2, A2-deskundige en A3".
Art.130. Dans le livre II, titre VIII du même arrêté, l'intitulé du chapitre III, est remplacé par ce qui suit :
  " CHAPITRE III. - De la promotion aux grades des rangs D2, C2, B2, A2, A2 expert et A3".
Art.131. Artikel 127 van hetzelfde besluit wordt vervangen als volgt:
  "Kunnen worden bevorderd door het Algemeen Beheerscomité tot de graad van directeur van rang A3, de ambtenaren met de graden van attaché van rang A1, van eerste attaché van rang A2 en van eerste attaché-deskundige van rang A2-deskundige, zodra hun niveauanciënniteit minstens zes jaar bedraagt.
  Relevante werkervaring kan eveneens vereist worden wanneer de aard van de voor de bevordering naar rang A3 opengestelde betrekking dit rechvaardigt.".
Art.131. L'article 127 du même arrêté est remplacé par ce qui suit :
  "Peuvent être promus par le Comité général de gestion au grade de directeur du rang A3, les fonctionnaires titulaires des grades d'attaché du rang A1, de premier attaché du rang A2 et de premier attaché expert du rang A2 expert, comptant une ancienneté de niveau de six ans au moins.
  Une expérience professionnelle pertinente peut également être requise lorsque l'emploi ouvert à la promotion dans le rang A3 le justifie.".
Art.132. Artikel 128 van hetzelfde besluit wordt vervangen als volgt:
  "Art. 128. § 1. Kunnen worden bevorderd door het Algemeen Beheerscomité tot de graad van eerste attaché-deskundige van rang A2-deskundige, de ambtenaren die minstens zes jaar graadanciënniteit hebben als attaché van rang A1 of minstens drie jaar graadanciënniteit hebben als eerste attaché van rang A2 of minstens zes jaar graadanciënniteit hebben als attaché van rang A1 en eerste attaché van rang A2 samen.
  Daarnaast dienen de ambtenaren die tevens een team zullen leiden, te beschikken over drie jaar leidinggevende relevante ervaring in voltijdsequivalenten in één of meerdere verschillende functie(s).
  § 2. Kunnen worden bevorderd door het Algemeen Beheerscomité tot de graad van eerste attaché van rang A2, de attachés van rang A1 die minstens drie jaar graadanciënniteit hebben.
  § 3. Relevante werkervaring kan eveneens vereist worden wanneer de aard van de betrekking opgesteld voor bevordering in de rangen zoals bedoeld in de eerste en tweede paragraaf dit rechtvaardigt.".
Art.132. L'article 128 du même arrêté est remplacé par ce qui suit :
  "Art. 128. § 1er. Peuvent être promus par le Comité général de gestion au grade de premier attaché expert de rang A2 expert les fonctionnaires qui comptent au moins six années d'ancienneté de grade en tant qu'attaché de rang A1 ou au moins trois années d'ancienneté de grade en tant que premier attaché de rang A2 ou au moins six années d'ancienneté de grade en tant qu'attaché de rang A1 et premier attaché de rang A2 ensemble.
  En outre, les fonctionnaires qui dirigeront une équipe doivent pouvoir attester d'une expérience utile en gestion d'équipe de trois années équivalent temps plein dans une ou plusieurs fonctions.
  § 2. Peuvent être promus par le Comité général de gestion au grade de premier attaché de rang A2 les attachés du rang A1 qui comptent au moins trois années d'ancienneté de grade.
  § 3. Une expérience professionnelle pertinente peut également être requise lorsque la nature de l'emploi ouvert à la promotion dans les rangs visés aux §§ 1 et 2 le justifie.".
Art.133. In hetzelfde besluit wordt een artikel 128/1 ingevoegd, luidende:
  "Art. 128/1. Kunnen worden bevorderd tot de graad van eerste assistent van rang B2, de ambtenaren die minstens negen jaar graadanciënniteit als assistent van rang B1 hebben.".
Art.133. Dans le même arrêté, il est inséré un article 128/1 rédigé comme suit :
  "Art. 128/1. Peuvent être promus au grade de premier assistant de rang B2 les fonctionnaires qui comptent au moins neuf années d'ancienneté de grade en tant qu'assistant de rang B1.".
Art.134. In hetzelfde besluit wordt een artikel 128/2 ingevoegd, luidende:
  "Art. 128/2. Kunnen worden bevorderd tot de graad van eerste adjunct van rang C2, de ambtenaren die minstens negen jaar graadanciënniteit als adjunct van rang C1 hebben.".
Art.134. Dans le même arrêté, il est inséré un article 128/2 rédigé comme suit :
  "Art. 128/2. Peuvent être promus au grade de premier adjoint de rang C2 les fonctionnaires qui comptent au moins neuf années d'ancienneté de grade en tant qu'adjoint de rang C1.".
Art.135. In hetzelfde besluit wordt een artikel 128/3 ingevoegd, luidende:
  "Art. 128/3. Kunnen worden bevorderd tot de graad van eerste klerk van rang D2, de ambtenaren die minstens negen jaar graadanciënniteit als klerk van rang D1 hebben.".
Art.135. Dans le même arrêté, il est inséré un article 128/3 rédigé comme suit :
  "Art. 128/3. Peuvent être promus au grade de premier commis de rang D2 les fonctionnaires qui comptent au moins neuf années d'ancienneté de grade en tant que commis de rang D1."
Art.136. In artikel 129 van hetzelfde besluit worden de volgende wijzigingen aangebracht:
  1° in het eerste lid worden de woorden "van rang A2 of A3" vervangen door de woorden "van rang D2, C2, B2, A2, A2-deskundige of A3 ";
  2° in het eerste lid wordt de woorden "minstens de" ingevoegd tussen de woorden "met" en "vermelding".
Art.136. Dans l'article 129 du même arrêté, les modifications suivantes sont apportées :
  1° à l'alinéa 1er, les mots "de rang A2 ou A3" sont remplacés par les mots "de rang D2, C2, B2, A2, A2 expert ou A3 " ;
  2° à l'alinéa 1er, les mots "au moins" sont insérés entre les mots "évaluation" et "favorable".".
Art.137. In artikel 130 van hetzelfde besluit worden de volgende wijzigingen aangebracht:
  1° in het eerste lid worden de woorden "127 en 128" vervangen door de woorden "127 tot en met 128/3";
  2° in het eerste lid worden de woorden "Dienst gelden" vervangen door de woorden "Dienst gelden, zoals bedoeld in de artikelen 127, 128, 128/1, 128/2, 128/3 en 129";
  3° in het eerste lid wordt het woord "SELOR" vervangen door de woorden "het directoraat-generaal Rekrutering en Ontwikkeling van de Federale Overheidsdienst Beleid en Ondersteuning ";
  4° in het derde lid worden de woorden "dat in" vervangen door de woorden "dat minstens op de website van de Dienst en in".
Art.137. Dans l'article 130 du même arrêté, les modifications suivantes sont apportées :
  1° à l'alinéa 1er, les mots "127 et 128" sont remplacés par les mots "127 à 128/3 inclus" ;
  2° à l'alinéa 1er le mot "l'Office" est remplacé par les mots "l'Office visées aux articles 127, 128, 128/1,128/2, 128/3 et 129" ;
  3° à l'alinéa 1er, les mots "du SELOR" sont remplacés par les mots "de la Direction générale Recrutement et Développement du Service public fédéral Soutien et Appui " ;
  4° à l'alinéa 3, les mots "au moyen d'un avis publié au Moniteur belge" sont remplacés par les mots "au moyen au minimum d'un avis publié sur le site internet de l'Office et au Moniteur belge ".
Art.138. Artikel 131 van hetzelfde besluit wordt vervangen als volgt:
  "Art. 131. Wanneer een betrekking openstaat overeenkomstig artikel 130, moeten de toelaatbaarheidsvoorwaarden, zoals bedoeld in de artikelen 127, 128, 128/1, 128/2, 128/3 en 129 vervuld zijn voor het verstrijken van de vereiste termijn voor het indienen van de kandidaatstelling.
  De kandidaten die niet voldoen aan de voorwaarden worden uitgesloten van de bevorderingsprocedure bij gemotiveerde beslissing van het HRM.
  Het HRM controleert de geldigheid van de kandidaatstellingen.".
Art.138. L'article 131 du même arrêté est remplacé par ce qui suit :
  "Art. 131. Lorsque l'emploi est ouvert conformément à l'article 130, les conditions d'admissibilité visées aux articles 127, 128, 128/1, 128/2, 128/3 et 129 doivent être remplies à l'expiration du délai requis pour poser sa candidature.
  Les candidats qui ne satisfont pas aux conditions sont exclus de la procédure de promotion par décision motivée de la GRH.
  La GRH vérifie la validité des candidatures.".
Art.139. In artikel 133 van hetzelfde besluit worden de volgende wijzigingen aangebracht:
  1° het vijfde lid wordt opgeheven;
  2° het zesde lid wordt vervangen als volgt:
  "Het mandaat wordt uitgeoefend in het kader van een tijdelijk statutair dienstverband. Het verschaft geen enkel recht op een vaste benoeming in de desbetreffende functie. ";
  3° het artikel wordt aangevuld met een lid, luidende:
  "Indien de mandaathouder, op het moment van zijn aanwijzing, vastbenoemd is bij de Dienst, kan de betrekking waarin hij vastbenoemd is vacant worden verklaard nadat de mandaathouder na zijn eerste evaluatie de vermelding "gunstig" of "voldoende" heeft gekregen. Intussen kan die betrekking alleen worden ingevuld door een contractuele aanwerving of door middel van de uitoefening van een hogere functie.".
Art.139. Dans l'article 133 du même arrêté les modifications suivantes sont apportées :
  1° l'alinéa 5 est abrogé;
  2° l'alinéa 6 est remplacé par ce qui suit :
  "Le mandat s'exerce dans le cadre d'une relation statutaire temporaire. Il ne donne aucun droit à une nomination définitive à la fonction qu'il confère." ;
  3° l'article est complété par un alinéa rédigé comme suit :
  "Si le mandataire est, au moment de sa désignation, nommé à titre définitif au sein de l'Office, l'emploi dans lequel il est nommé à titre définitif peut être déclaré vacant après que le mandataire a obtenu à l'issue de la première évaluation la mention "favorable" ou "satisfaisant". Il ne peut être pourvu entre-temps à cet emploi que par un engagement contractuel ou au moyen de fonctions supérieures".
Art.140. In artikel 134 van hetzelfde besluit worden de woorden ", rekening houdend met de lopende beheersovereenkomst van de Dienst" ingevoegd tussen de woorden "Algemeen Beheerscomité" en "de doelstellingen".
Art.140. Dans l'article 134 du même arrêté, les mots "en tenant compte du contrat de gestion en cours" sont insérés après les mots "durant ce mandat".
Art.141. In artikel 135, § 3 van hetzelfde besluit, gewijzigd bij het besluit van 4 juli 2024, worden de volgende wijzigingen aangebracht:
  1° het eerste lid wordt vervangen als volgt:
  "De mandaathouder oefent zijn taak voltijds uit, tenzij indien deze laatste een flexibele werkregeling geniet overeenkomstig artikel 22/1.";
  2° de volgende wijzigingen worden aangebracht in het tweede lid:
  a) in de bepaling onder 1° worden de woorden "en de zorgen in geval van ernstige ziekte betreft" vervangen door de woorden ", de zorgen in geval van ernstige ziekte en mantelzorg betreft, overeenkomstig artikel 190, 17° ";
  b) de bepaling onder 2° wordt aangevuld met de woorden "overeenkomstig artikel 190, 8°, 12° et 13° ;";
  c)de bepaling onder 3° wordt aangevuld met de woorden ",overeenkomstig artikel 190, 8° ;";
  d) in de bepaling onder 4° worden de woorden "of een proefperiode" opgeheven;
  e) de bepaling onder 4° wordt aangevuld met de woorden ", overeenkomstig artikel 190, 15° ;";
  f) de bepaling onder 5° wordt aangevuld met de woorden ", overeenkomstig artikel 190, 9° ;";
  g) de bepaling onder 6° wordt aangevuld met de woorden ", overeenkomstig artikel 190, 14° ;";
  h) de bepaling onder 7° wordt aangevuld met de woorden ", overeenkomstig artikel 190, 10° ;";
  i) de bepaling onder 8° wordt aangevuld met de woorden ", overeenkomstig artikel 190, 6° en 19° ;";
  j) de bepaling onder 9° wordt vervangen als volgt:
  "9° geen toelating krijgen om voltijds afwezig te zijn voor een periode van lange duur voor persoonlijke aangelegenheden, overeenkomstig artikel 244, 3° ;";
  k) de bepaling onder 11° wordt aangevuld met de woorden ", overeenkomstig artikel 190,3° ;";
  l) de bepaling onder 12° wordt opgeheven.
Art.141. Dans l'article 135, § 3du même arrêté, modifié par l'arrêté du 4 juillet 2024, les modifications suivantes sont apportées:
  1° l'alinéa 1er est remplacé par ce qui suit :
  " Le mandataire exerce sa tâche à temps plein sauf si ce dernier bénéficie d'une formule souple de travail conformément à l'article 22/1.".
  2° les modifications suivantes sont apportées à l'alinéa 2 :
  a) au 1°, les mots "et les soins en cas de maladie grave" sont remplacés par les mots ", les soins en cas de maladie grave et l'aidant proche, conformément à l'article 190, 17° ;" ;
  b) le 2° est complété par les mots "conformément à l'article 190, 8°, 12° et 13° " ;
  c) le 3° est complété par les mots "conformément à l'article 190, 8° " ;
  d) le 4°, les mots "ou une période d'essai" sont abrogés ;
  e) le 4° est complété par les mots "conformément à l'article 190, 15° ;" ;
  f) le 5° est complété par les mots "conformément à l'article 190, 9° ;" ;
  g) le 6° est complété par les mots " conformément à l'article 190, 14° ;" ;
  h) le 7° est complété par les mots "conformément à l'article 190, 10° ;" ;
  i) le 8° est complété par les mots "conformément à l'article 190, 6° et 19° ;" ;
  j) le 9° est remplacé par ce qui suit :
  "9° l'autorisation de s'absenter à temps plein pour une période de longue durée pour raisons personnelles, conformément à l'article 244, 3° ;" ;
  k) le 11° est complété par les mots "conformément à l'article 190, 3° ;" ;
  l) le 12° est abrogé.
Art.142. Artikel 137 van hetzelfde besluit wordt vervangen als volgt:
  " § 1. Het mandaat duurt vijf jaar.
  § 2. Naast de gevallen voorzien in artikel 107 neemt het mandaat vroegtijdig een einde in geval van:
  1° schorsing in het belang van de dienst voor meer dan zes maanden;
  2° ononderbroken afwezigheid wegens langdurige ziekte van meer dan zes maanden;
  3° terugzetting in graad;
  4° ambtshalve ontslag;
  5° afzetting;
  6° vrijwillig ontslag;
  7° inruststelling.
  Behoudens in het geval van een vrijwillig ontslag neemt het mandaat een einde op de eerste dag van de maand die volgt op de maand waarin de mandaathouder zich bevindt in één van de gevallen voorzien in het eerste lid.
  In geval van vrijwillig ontslag door de mandaathouder, is een opzegging van zes maanden vereist. Deze termijn kan verkort worden in onderling akkoord tussen de mandaathouder en het Verenigd College.".
Art.142. L'article 137 du même arrêté est remplacé par ce qui suit :
  " § 1er. La durée du mandat est de cinq ans.
  § 2. Outre les cas prévus à l'article 107, le mandat prend fin de manière anticipée en cas :
  1° de suspension dans l'intérêt du service pendant plus de six mois ;
  2° d'absence ininterrompue pour cause de maladie de longue durée de plus de six mois ;
  3° de rétrogradation;
  4° de démission d'office;
  5° de révocation;
  6° de démission volontaire ;
  7° de mise à la retraite.
  Sauf en cas de démission volontaire, le mandat prend fin le premier jour du mois suivant celui au cours duquel le titulaire du mandat se trouve dans l'un des cas prévus au premier alinéa.
  En cas de démission volontaire du mandataire, un préavis de six mois est requis. Ce délai peut être réduit de commun accord entre le mandataire et le Collège réuni.".
Art.143. In artikel 138 van hetzelfde besluit worden de volgende wijzigingen aangebracht:
  1° in de Nederlandse tekst van het tweede lid worden de woorden "hebben die " vervangen door de woorden "en die";
  2° het derde lid wordt vervangen als volgt:
  "Onder leidinggevende ervaring wordt verstaan ervaring inzake het beheer van een team van minstens tien personen in een overheidsdienst of in een organisatie uit de privésector in een administratieve, juridische, boekhoudkundige context, een dienst human resources of een dienst verbonden aan de bevoegdheden van de Gemeenschappelijke Gemeenschapscommissie.";
  3° tussen het derde en vierde lid wordt een lid ingevoegd, luidende:
  "De kandidaat dient te voldoen aan de in het eerste of tweede lid opgenomen ontvankelijkheidsvoorwaarden op de laatste dag van de termijn voorzien in artikel 139, § 1, tweede lid, 1°. ".
Art.143. Dans l'article 138 du même arrêté, les modifications suivantes sont apportées:
  1° dans l'alinéa 2 du texte en néerlandais, les mots "hebben die" sont remplacés par les mots "en die" ;
  2° l'alinéa 3 est remplacé par ce qui suit :
  "Par expérience dans une fonction dirigeante, on entend l'expérience en matière de gestion d'une équipe d'au moins dix personnes dans un service public ou dans une organisation du secteur privé dans un contexte administratif, juridique, budgétaire, un service de ressources humaines ou un service rattaché aux compétences de la Commission communautaire commune." ;
  3° un alinéa rédigé comme suit est inséré entre l'alinéa 3 et 4 :
  "Le candidat doit remplir les conditions de recevabilité énoncées aux alinéas 1 ou 2 le dernier jour du délai prévu à l'article 139, § 1er, alinéa 2, 1° ".
Art.144. In artikel 139 van hetzelfde besluit worden de volgende wijzigingen aangebracht:
  1° in de paragraaf 1 worden de woorden "ten minste" vervangen door de woorden "minstens op de website van de Dienst en";
  2° paragraaf 4 wordt opgeheven.
Art.144. Dans l'article 139 du même arrêté, les modifications suivantes sont apportées:
  1° au paragraphe 1er, le mot "moins" est remplacé par les mots "minimum sur le site internet de l'Office et" ;
  2° le paragraphe 4 est abrogé.
Art.145. In artikel 141, § 1, vierde lid, van hetzelfde besluit worden de woorden "per aangetekend schrijven" opgeheven.
Art.145. Dans l'article 141, § 1er, alinéa 4 du même arrêté, les mots "par lettre recommandée" sont abrogés.
Art.146. In artikel 145, § 2, lid 1 van hetzelfde besluit wordt het woord "ofwel" opgeheven.
Art.146. Dans l'article 145, § 2, alinéa 1er du même arrêté, le mot "soit" est abrogé.
Art.147. In boek II van hetzelfde besluit, wordt het opschrift van titel IX vervangen als volgt:
  "TITEL IX. - Dienstaanwijzing, overplaatsing, externe overplaatsing, en wedertewerkstelling".
Art.147. Dans le livre II du même arrêté, l'intitulé du titre IX est remplacé par ce qui suit:
  "TITRE IX. - De l'affectation, de la mutation, de la mutation externe, et de la réaffectation".
Art.148. In artikel 149 van hetzelfde besluit worden de volgende wijzigingen aangebracht:
  1° in het tweede lid worden de woorden "het Algemeen Beheerscomité" vervangen door de woorden "de directeur-generaal of door de adjunct directeur-generaal".
  2° het artikel wordt aangevuld met een lid, luidende:
  "De directeur-generaal of de adjunct directeur-generaal kan de aanwijzing wijzigen in het belang van de dienst.".
Art.148. Dans l'article 149 du même arrêté, les modifications suivantes sont apportées:
  1° à l'alinéa 2, les mots " le Comité général de gestion" sont remplacés par les mots " le directeur général ou le directeur général adjoint" ;
  2° l'article est complété par un alinéa rédigé comme suit :
  "Le directeur général ou le directeur général adjoint peut modifier l'affectation dans l'intérêt du service.".
Art.149. In artikel 150 van hetzelfde besluit, gewijzigd bij het besluit van 4 juli 2024, worden de volgende wijzigingen aangebracht:
  1° in paragraaf 1 van de Nederlandse tekst wordt het woord "personeelslid" vervangen door het woord "ambtenaar";
  2° in paragraaf 1 worden de woorden "op initiatief" en "of" opgeheven;
  3° in paragraaf 1 worden de woorden "dat geen mandaathouder is" ingevoegd tussen de woorden "van een personeelslid" en "naar een ander".
  3° paragraaf 2 wordt opgeheven;
  4° in paragraaf 3, eerste lid, worden de woorden "voor de vrijwillige overplaatsing" ingevoegd tussen de woorden "oproep" en "kan worden";
  5° in paragraaf 3, eerste lid, in de Nederlandse tekst, worden de woorden "de HRM" vervangen door de woorden "het HRM";
  6° in paragraaf 3, tweede lid, in de Nederlandse tekst, wordt de woorden "de HRM" vervangen door de woorden "het HRM";
  7° in de paragraaf 3 worden de leden 3 en 4 vervangen als volgt:
  "De kandidaatstellingen moeten schriftelijk worden ingediend bij de directeur-generaal. Een afschrift ervan wordt tegelijkertijd toegestuurd aan het HRM. Het HRM onderzoekt in welke mate aan de ingediende kandidaatstellingen, die het gevolg zijn van een interne oproep, gevolg kan worden gegeven; daartoe vergelijkt het HRM het profiel van de kandidaat met de functiebeschrijvingen van de vacante betrekkingen en legt het betrokken mandaathouder diensten een lijst voor met kandidaten van wie het profiel overeenstemt met de functiebeschrijving van deze betrekking.
  De mandaathouder van de betrokken diensten of zijn afgevaardigde, bijgestaan door het HRM, selecteert de kandidaat die het best aan de vereisten van de functie beantwoordt en stelt de overplaatsing van de gekozen kandidaat voor aan het Algemeen Beheerscomité.".
  8° in paragraaf 4, vierde lid wordt de eerste zin vervangen als volgt:
  "Voorafgaand aan de beslissing, genomen door het Algemeen Beheerscomité, wordt de ambtenaar gehoord door de Directieraad waar hij zich mag laten bijstaan door de persoon van zijn keuze, met uitzondering van elke persoon die gevraagd wordt een advies uit te brengen over de ten laste gelegde feiten.".
Art.149. Dans l'article 150 du même arrêté, modifié par l'arrêté du 4 juillet 2024, les modifications suivantes sont apportées :
  1° dans le paragraphe 1er du texte néerlandais, le mot "personeelslid" est remplacé par le mot "ambtenaar" ;
  2° au paragraphe 1er, les mots "à l'initiative" et "ou" sont abrogés;
  3° au paragraphe 1er, les mots "non-mandataire" sont insérés entre les mots "d'un fonctionnaire" et "vers un autre".
  3° le paragraphe 2 est abrogé;
  4° au paragraphe 3, alinéa 1er, les mots "à la mutation volontaire" sont insérés entre les mots "interne" et "peut être" ;
  5° au paragraphe 3, alinéa 1er, dans le texte néerlandais, les mots "de HRM" sont remplacés par les mots "het HRM" ;
  6° au paragraphe 3, alinéa 2, dans le texte néerlandais, les mots " de HRM" sont remplacés par les mots "het HRM" ;
  7° au paragraphe 3, les alinéas 3 et 4 sont remplacés par ce qui suit:
  "Les candidatures doivent être introduites par écrit auprès du directeur général. Une copie est envoyée simultanément à la GRH. La GRH examine dans quelle mesure il peut être donné suite aux candidatures introduites résultant de l'appel interne; à cet effet, elle compare le profil des candidats avec les descriptions de fonction des emplois vacants et soumet au mandataire concerné, une liste de candidats dont le profil correspond à la description de fonction de cet emploi.
  Le mandataire du service concerné ou son délégué, assisté de la GRH, sélectionne le candidat qui correspond le mieux aux exigences de la fonction et propose la mutation du candidat retenu au Comité général de gestion".
  8° au paragraphe 4, alinéa 4, la première phrase est remplacée par la phrase suivante:
  "Préalablement à la décision prise par le Comité général de gestion, le fonctionnaire est entendu par le Conseil de direction et peut se faire accompagner par la personne de son choix, à l'exception de toute personne appelée à exprimer un avis sur les faits reprochés.".
Art.150. In artikel 151 van hetzelfde besluit worden de volgende wijzigingen aangebracht:
  1° in paragraaf 2, eerste lid, wordt het woord "SELOR" vervangen door het woord "het directoraat-generaal Rekrutering en Ontwikkeling van de Federale Overheidsdienst Beleid en Ondersteuning ";
  2° in paragraaf 2, derde lid, wordt het woord ""gunstige"" vervangen door de woorden "minstens een "gunstige"";
  3° in paragraaf 3, eerste lid worden de woorden "middels een bericht dat gepubliceerd wordt" vervangen door de woorden "minstens middels een bericht dat gepubliceerd wordt op de website van de Dienst en".
  4° in paragraaf 3, lid 2 worden de woorden "in het Belgisch Staatsblad" opgeheven.
Art.150. Dans l'article 151 du même arrêté, les modifications suivantes sont apportées :
  1° dans le paragraphe 2 alinéa 1er, les mots "du SELOR" sont remplacés par les mots "de la Direction générale Recrutement et Développement du Service public fédéral Soutien et Appui" ;
  2° dans le paragraphe 2, alinéa 3, le mot ""favorable"" est remplacé par les mots "au moins favorable"
  3° dans le paragraphe 3, alinéa 1er, les mots "au moyen d'un avis publié au Moniteur belge" sont remplacés par les mots "au moins au moyen d'un avis publié sur le site web de l'Office et au Moniteur belge." ;
  4° Dans le paragraphe 3, alinéa 2, les mots "au Moniteur belge" sont abrogés.
Art.151. In hetzelfde besluit wordt een artikel 151/1 ingevoegd, luidende:
  "Art. 151/1. Wanneer de betrekking overeenkomstig artikel 151 openstaat, controleert het HRM de toelaatbaarheid van de kandidaatstellingen.
  De toelaatbaarheidsvoorwaarden zoals bedoeld in artikel 151 moeten vervuld zijn voor het verstrijken van de vereiste termijn voor het indienen van de kandidaatstelling.
  De kandidaten die niet voldoen aan de voorwaarden, worden uitgesloten van de procedure bij beslissing van het HRM.".
Art.151. Dans le même arrêté, il est inséré un article 151/1 rédigé comme suit :
  "Art.151/1. Lorsque l'emploi est ouvert conformément à l'article 151, la GRH vérifie l'admissibilité des candidatures.
  Les conditions d'admissibilité visées à l'article 151 doivent être remplies à l'expiration du délai requis pour poser sa candidature.
  Les candidats qui ne satisfont pas aux conditions sont exclus de la procédure par décision de la GRH.".
Art.152. In artikel 152 § 4 van hetzelfde besluit worden de woorden "door de Minister" vervangen door de woorden "door het Algemeen Beheerscomité".
Art.152. Dans l'article 152 § 4 du même arrêté, les mots "par le Ministre" sont remplacés par les mots "par le Comité général de gestion".
Art.153. In artikel 153 van hetzelfde besluit wordt het eerste lid vervangen als volgt:
  "Art. 153. Wedertewerkstelling is de aanwijzing van een ambtenaar in een andere betrekking van zijn graad binnen de Dienst volgend op:
  1° de afschaffing van de betrekking waarvoor hij werd aangewezen;
  2° de verklaring van medische ongeschiktheid voor de uitoefening van zijn functie.".
Art.153. Dans l'article 153 du même arrêté, l'alinéa 1er est remplacé par ce qui suit :
  "Art. 153. La réaffectation est la désignation d'un fonctionnaire dans un emploi de son grade à l'Office, consécutivement à :
  1° la suppression de son emploi à l'endroit où il est affecté ;
  2° une déclaration d'inaptitude médicale pour l'exercice de sa fonction".
Art.154. In artikel 155 van de Franse versie van hetzelfde besluit worden de woorden "d'une personne handicapée" vervangen door de woorden "d'une personne en situation de handicap".
Art.154. Dans l'article 155 du même arrêté, les mots "d'une personne handicapée" sont remplacés par les mots "d'une personne en situation de handicap".
Art.155. In artikel 158, eerste lid van hetzelfde besluit worden de woorden "artikel 23" vervangen door de woorden "artikel 23, vierde lid".
Art.155. Dans l'article 158, alinéa 1er du même arrêté, les mots "alinéa 2" sont remplacés par les mots "alinéa 4".
Art.156. In artikel 159 van hetzelfde besluit worden de woorden "op zijn verzoek geen nieuwe aanwijzing noch overplaatsing" vervangen door de woorden "geen vrijwillige overplaatsing".
Art.156. Dans l'article 159 du même arrêté, les mots "à sa demande ni une nouvelle affectation, ni un transfert" sont remplacés par les mots "une mutation volontaire".
Art.157. In artikel 162, lid 1, 2° van hetzelfde besluit wordt het woord "wervingsgraad" vervangen door de woorden "graad van rang 1".
Art.157. Dans l'article 162, alinéa 1er, 2° du même arrêté, les mots "de recrutement" sont remplacés par les mots "de rang 1".
Art.158. Artikel 164 van hetzelfde besluit wordt vervangen als volgt:
  "Art. 164. § 1. De tuchtprocedure kan slechts slaan op feiten die door de in artikel 169 bedoelde overheid vastgesteld werden binnen de zes maanden voorafgaand aan de datum waarop de procedure aanvangt. De tuchtprocedure neemt een aanvang wanneer de oproeping om te worden gehoord aan de betrokken ambtenaar werd verzonden.
  Indien verschillende tuchtinbreuken gepleegd werden, die elk een afzonderlijke inbreuk uitmaken, door eenheid van doel en verwezenlijking verenigd zijn, begint de termijn van zes maanden te lopen daags na het laatste feit, op voorwaarde dat er niet meer dan zes maanden zijn verlopen tussen twee inbreuken. In ieder geval, kan geen straf worden opgelegd wegens inbreuken die meer dan één jaar voor het instellen van de tuchtprocedure vastgesteld werden door de in artikel 169 bedoelde overheid.
  In geval van strafvordering, wordt de tuchtvordering niet later ingesteld dan zes maanden nadat het orgaan dat bevoegd is om de tuchtprocedure op te starten over voldoende informatie beschikt om de noodzaak te beoordelen om de tuchtprocedure in te stellen. Het is aan dit orgaan om zich te informeren over de stand van de strafvordering.
  § 2. De tuchtprocedure kan geschorst worden indien de feiten die het voorwerp uitmaken van een tuchtprocedure eveneens het voorwerp uitmaken van een strafvordering en indien er twijfel bestaat over:
  1° het bewijs van de feiten;
  2° de schuld van de betrokkene.
  Het is aan de tuchtoverheid om zich te informeren over de stand van de strafvordering. Indien de tuchtoverheid voldoende duidelijkheid heeft over de zaken omschreven in het eerste lid, wordt de tuchtvordering verdergezet.
  De strafvordering doet geen afbreuk aan de mogelijkheid van de tuchtoverheid om een tuchtstraf uit te spreken. Indien een opgelegde tuchtstraf onverenigbaar blijkt te zijn met een latere in kracht van gewijsde getreden strafrechtelijke uitspraak, moet de tuchtoverheid de opgelegde tuchtstraf intrekken en dit met terugwerkende kracht vanaf de datum dat de tuchtstraf is opgelegd.".
Art.158. L'article 164 du même arrêté est remplacé par ce qui suit :
  "Art. 164. § 1er. La procédure disciplinaire ne peut porter que sur des faits constatés par l'autorité visée à l'article 169 dans les six mois précédant la date d'ouverture de la procédure. La procédure disciplinaire débute lorsque la convocation à l'audience est envoyée au fonctionnaire concerné.
  Si plusieurs infractions disciplinaires ont été commises, chacune constituant une infraction distincte, qui sont unies par l'unité de but et de réalisation, le délai de six mois commence à courir le lendemain de la dernière infraction, à condition qu'il ne se soit pas écoulé plus de six mois entre les infractions. En tout état de cause, aucune sanction ne peut être infligée pour des infractions constatées par l'autorité visée à l'article 169 plus d'un an avant l'engagement de la procédure disciplinaire.
  En cas de procédure pénale, la procédure disciplinaire ne peut être intentée au-delà des six mois qui suivent le moment où l'organe compétent pour initier la procédure disciplinaire dispose des informations suffisantes lui permettant d'apprécier la nécessité d'engager une procédure disciplinaire. C'est à cet organe de s'informer de l'état de la procédure pénale.
  § 2. La procédure disciplinaire peut être suspendue si les faits qui font l'objet de la procédure disciplinaire font également l'objet d'une procédure pénale et s'il existe des doutes concernant :
  1° la preuve des faits ;
  2° la culpabilité de la personne concernée.
  Il appartient à l'autorité disciplinaire de s'enquérir de l'état de la procédure pénale. Si l'autorité disciplinaire a suffisamment de clarté sur les questions décrites à l'alinéa 1er, l'action disciplinaire est poursuivie.
  La procédure pénale n'affecte pas la capacité de l'autorité disciplinaire à prononcer une sanction disciplinaire. Si une sanction disciplinaire imposée s'avère incompatible avec un jugement pénal définitif ultérieur, l'autorité disciplinaire doit révoquer la sanction disciplinaire imposée et ce, avec effet rétroactif à partir de la date à laquelle la sanction disciplinaire a été imposée.".
Art.159. De artikelen 167 en 168 van hetzelfde besluit worden opgeheven.
Art.159. Les articles 167 et 168 du même arrêté sont abrogés.
Art.160. Artikel 169 van hetzelfde besluit wordt vervangen als volgt:
  "Art. 169. De directeur-generaal is bevoegd voor de toepassing van onderhavige afdeling. De directeur-generaal kan deze bevoegdheid delegeren aan één of twee ambtenaren van een hogere rang dan deze van de vervolgde ambtenaar.
  Als de vervolgde ambtenaar de directeur-generaal of de adjunct-directeur-generaal is, is de Minister bevoegd voor de toepassing van onderhavige afdeling.".
Art.160. L'article 169 du même arrêté est remplacé par ce qui suit :
  "Art. 169. Le directeur général est compétent pour l'application de la présente section. Le directeur général peut déléguer cette compétence à un ou deux fonctionnaires d'un rang supérieur à celui du fonctionnaire poursuivi.
  Si le fonctionnaire poursuivi est le directeur général ou le directeur général adjoint, le ministre ou son délégué est compétent pour l'application de la présente section.".
Art.161. In hetzelfde besluit wordt een artikel 169/1 ingevoegd, luidende:
  "Art. 169/1. § 1 De tuchtprocedure start door een oproeping gericht aan de ambtenaar door de in artikel 169 bedoelde overheid. Deze oproepingsbrief informeert de ambtenaar over de feiten die hem ten laste worden gelegd en over het feit dat een tuchtprocedure tegen hem wordt opgestart.
  § 2. De oproepingsbrief vermeldt:
  1° de ten laste worden gelegd feiten;
  2° het recht van de ambtenaar om zijn standpunt met alle passende middelen te doen kennen;
  3° de geschonden normen;
  4° de in artikel 157 bepaalde tuchtstraffen;
  5° dat er een dossier ter beschikking is gesteld betreffende de ten laste gelegde feiten;
  6° de mogelijkheid om zich te laten bijstaan door een persoon naar keuze;
  7° de mogelijkheid om bijkomende onderzoeksmaatregelen te vragen.
  De vervolgde ambtenaar en de in artikel 169 bedoelde persoon mogen zich laten bijstaan door een persoon van hun keuze, met uitzondering van elke persoon die gevraagd wordt een advies uit te brengen over de ten laste gelegde feiten. De vervolgde ambtenaar mag zich evenmin laten bijstaan door om het even welke persoon die op een andere manier tussenkomt in de procedure.
  § 3. Het tuchtdossier wordt geïnventariseerd en gevoegd bij de oproeping gericht aan de vervolgde ambtenaar.
  § 4. Als de vervolgde ambtenaar, hoewel regelmatig opgeroepen, zonder geldige reden niet verschijnt of zich niet laat vertegenwoordigen, wordt hij een tweede maal opgeroepen. Indien de vervolgde ambtenaar ook de tweede maal niet verschijnt of zich niet laat vertegenwoordigen, spreekt de in artikel 169 bedoelde persoon zich uit op basis van de stukken in het dossier, zelfs als de vervolgde persoon een geldige reden kan inroepen voor zijn niet-verschijning of niet-vertegenwoordiging.".
Art.161. Dans le même arrêté, il est inséré un article 169/1 rédigé comme suit :
  "Art. 169/1. § 1er. La procédure disciplinaire débute par une convocation adressée au fonctionnaire par l'autorité visée à l'article 169. Cette convocation informe le fonctionnaire des faits qui lui sont reprochés et du fait qu'une procédure disciplinaire est engagée à son encontre.
  § 2. La lettre de convocation doit indiquer:
  1° les faits reprochés ;
  2° le droit du fonctionnaire de faire connaître son point de vue par tous les moyens appropriés ;
  3° les normes violées ;
  4° les sanctions disciplinaires prévues à l'article 157 ;
  5° qu'un dossier a été mis à disposition concernant les faits reprochés ;
  6° la possibilité d'être assisté par une personne de son choix ;
  7° la possibilité de demander des mesures d'investigation.
  Le fonctionnaire poursuivi et la personne visée à l'article 169 peuvent être assisté d'une personne de leur choix, à l'exception de toute personne appelée à exprimer un avis sur les faits reprochés. Le fonctionnaire poursuivi ne peut pas non plus être assisté par toute personne intervenant à un autre titre dans la procédure.
  § 3. Le dossier disciplinaire est inventorié et joint à la convocation adressée au fonctionnaire poursuivi.
  § 4. Si, bien que régulièrement convoqué, le fonctionnaire poursuivi s'abstient, sans excuse valable, de comparaître ou de se faire représenter, il est convoqué une seconde fois. Si le fonctionnaire poursuivi s'abstient une deuxième fois de comparaître ou de se faire représenter, la personne visée à l'article 169 se prononce sur la base des pièces du dossier, même si la personne poursuivie peut se prévaloir d'excuses valables pour sa non-comparution ou sa non-représentation.".
Art.162. In hetzelfde besluit wordt een artikel 169/2 ingevoegd, luidende:
  "Art. 169/2. § 1. Het tuchtdossier omvat het volgende:
  - de oproeping;
  - elk document dat en elke inlichting die de administratie heeft ontvangen in verband met de feiten die de vervolgde ambtenaar ten laste worden gelegd;
  - elke tuchtstraf die niet geschrapt is;
  - elk document ingediend door de vervolgde ambtenaar of zijn verdediger;
  - elk document opgemaakt door de administratie tijdens de tuchtprocedure of bezorgd aan de administratie door een derde;
  - het resultaat van elke eventuele onderzoeksmaatregel.".
  § 2. Het tuchtdossier vermeld in de eerste paragraaf wordt ter beschikking gesteld van de personen en leden van de volgende organen:
  - de overheid die bevoegd is om een voorstel van tuchtstraf op te stellen, overeenkomstig de artikelen 169 en 169/3;
  - de leden van de overheid die bevoegd is om de tuchtstraf uit te spreken, overeenkomstig artikel 170;
  - de leden van de raad van beroep, zoals bedoeld in artikel 16, indien beroep wordt ingesteld tegen de beslissing genomen door de in het vorige punt bedoelde overheid;
  - de vervolgde ambtenaar.
  Deze mensen zijn gebonden aan een geheimhoudingsplicht.
  § 3. Het tuchtdossier wordt uit het persoonlijk dossier van de ambtenaar gewist zodra de daarop betrekking hebbende tuchtstraf wordt gewist overeenkomstig artikel 171.
  Indien de aan de ambtenaar opgelegde tuchtstraf bestaat uit het ambtshalve ontslag of de afzetting, wordt het tuchtdossier uit het individueel dossier van de betrokken ambtenaar geschrapt zodra deze de pensioenleeftijd heeft bereikt.".
Art.162. Dans le même arrêté, il est inséré un article 169/2 rédigé comme suit :
  "Art. 169/2. § 1er. Le dossier disciplinaire comprend les éléments suivants :
  - la convocation ;
  - tout document et toute information parvenus à l'administration en rapport avec les faits mis à charge du fonctionnaire poursuivi ;
  - toute sanction disciplinaire non radiée;
  - tout document déposé par le fonctionnaire poursuivi ou par sa défense ;
  - tout document produit par l'administration en cours de procédure disciplinaire ou communiqué à celle-ci par un tiers ;
  - le résultat de toute mesure d'investigation éventuelle.
  § 2. Le dossier disciplinaire mentionné au § 1er est mis à disposition des personnes et membres des organes suivants :
  - l'autorité compétente pour rédiger une proposition de sanction disciplinaire, conformément aux articles 169 et 169/3;
  - les membres de l'autorité compétente pour prononcer la sanction disciplinaire, conformément à l'article 170;
  - les membres de la chambre de recours, visée à l'article 16, si un recours est introduit contre la décision prise par l'autorité visée au point précédent;
  - le fonctionnaire poursuivi.
  Ces personnes sont tenues à un devoir de confidentialité.
  § 3. Le dossier disciplinaire est supprimé du dossier individuel du fonctionnaire dès que la sanction disciplinaire y afférente est radiée conformément à l'article 171.
  Si la sanction disciplinaire infligée au fonctionnaire consiste en une démission d'office ou en une révocation, le dossier disciplinaire est supprimé du dossier individuel du fonctionnaire concerné lorsque ce dernier a atteint l'âge de la pension.".
Art.163. In hetzelfde besluit wordt een artikel 169/3 ingevoegd, luidende:
  "Art. 169/3. § 1. De persoon zoals bedoeld in artikel 169 hoort de vervolgde ambtenaar over de hem ten laste gelegde feiten en desgevallend ook de getuigen en gaat over tot elke andere onderzoeksmaatregel.
  Van de hoorzitting wordt een proces-verbaal opgemaakt. De vervolgde ambtenaar ontvangt het proces-verbaal en geeft het binnen een termijn van zeven dagen terug. Als hij kenbaar te maken bezwaren heeft, geeft hij het proces-verbaal met een bijgevoegde geschreven nota terug.
  § 2. Na te hebben kennisgenomen van de eventuele opmerkingen van de vervolgde ambtenaar of na het tuchtdossier te hebben geanalyseerd overeenkomstig artikel 169/1 § 4, stelt de persoon zoals bedoeld in artikel 169 de ambtenaar in kennis van welke tuchtstraf hij ten aanzien van hem van plan is voor te stellen, en bezorgt hij het voorstel aan de overheid die bevoegd is om de straf uit te spreken.".
Art.163. Dans le même arrêté, il est inséré un article 169/3 rédigé comme suit :
  "Art. 169/3. § 1er. La personne visée à l'article 169 entend le fonctionnaire poursuivi sur les faits qui lui sont reprochés et, le cas échéant, les témoins, et procède à toute autre mesure d'investigation.
  Un procès-verbal de l'audition est établi. Le fonctionnaire poursuivi reçoit le procès-verbal et le restitue dans un délai de sept jours. S'il a des objections à présenter, il restitue le procès-verbal accompagné d'une note écrite.
  § 2. Après avoir pris connaissance des éventuelles observations du fonctionnaire poursuivi ou après avoir analysé le dossier disciplinaire conformément à l'article 169/1, § 4, la personne visée à l'article 169 notifie à l'agent la peine disciplinaire qu'il entend proposer à son égard et transmet la proposition à l'autorité compétente pour prononcer la peine.".
Art.164. In artikel 171, § 2, van hetzelfde besluit wordt het tweede lid vervangen als volgt:
  "De periode van uitwissing gaat in op de dag waarop de opgelegde tuchtstraf definitief is geworden en de ambtenaar ervan in kennis is gesteld.
  "Een tuchtstraf is definitief wanneer de raad van beroep zoals bedoeld in artikel 16 geen beroep tegen deze sanctie heeft ontvangen vóór het verstrijken van de termijn voorzien in artikel 172, eerste lid, of, indien de raad van beroep een beroep tegen deze sanctie heeft ontvangen binnen de termijn voorzien in artikel 172, eerste lid, wanneer die laatste desgevallend de ambtenaar een tuchtstraf oplegt.".
Art.164. Dans l'article 171, § 2 du même arrêté, l'alinéa 2 est remplacé par ce qui suit :
  " Le délai de radiation prend cours à partir du jour où la sanction disciplinaire infligée est devenue définitive et a été notifiée au fonctionnaire.
  Une sanction disciplinaire est définitive quand la chambre de recours visée à l'article 16 n'a pas été saisie d'un recours contre cette sanction avant l'échéance du délai prévu à l'article 172 alinéa 1er ou, si la chambre de recours a été saisie d'un recours contre cette sanction dans le délai prévu à l'article 172 alinéa 1er, quand cette dernière inflige, le cas échéant, une sanction disciplinaire au fonctionnaire.".
Art.165. In artikel 172 van hetzelfde besluit worden de volgende wijzigingen aangebracht:
  a) in het eerste lid van de Nederlandse tekst wordt het woord "voorgesteld" vervangen door het woord "uitgesproken";
  b) in het eerste lid van de Nederlandse tekst worden de woorden "het voorstel" vervangen door de woorden "de beslissing";
  c) het tweede lid wordt opgeheven.
Art.165. Dans l'article 172 du même arrêté, les modifications suivantes sont apportées :
  a) à l'alinéa 1er du texte néerlandais, le mot "voorgesteld" est remplacé par le mot "uitgesproken" ;
  b) à l'alinéa 1er du texte néerlandais les mots "het voorstel" sont remplacés par les mots "de beslissing" ;
  c) l'alinéa 2 est abrogé.
Art.166. De artikelen 173 tot en met 176 van hetzelfde besluit worden opgeheven.
Art.166. Les articles 173 à 176 inclus du même arrêté sont abrogés.
Art.167. In boek II, titel XI van hetzelfde besluit wordt het opschrift van hoofdstuk I vervangen als volgt:
  "HOOFDSTUK I. - Algemene bepalingen ".
Art.167. Dans le livre II, titre XI du même arrêté, l'intitulé du chapitre I est remplacé par ce qui suit :
  "CHAPITRE Ier. - Dispositions générales".
Art.168. Artikel 177 van hetzelfde besluit wordt vervangen als volgt:
  "Art. 177. § 1. De ambtenaar kan in zijn functie worden geschorst wanneer het belang van de dienst dat vereist.
  § 2. De overheid kan de ambtenaar eveneens de mogelijkheid ontzeggen om zijn aanspraak op bevordering en het recht op verhoging in weddeschaal te laten gelden en hem aan een vermindering van zijn wedde onderwerpen in de volgende gevallen:
  a) wanneer de ambtenaar strafrechtelijk vervolgd wordt;
  b) wanneer de ambtenaar tuchtrechtelijk vervolgd wordt wegens een ernstige fout, waarbij de ambtenaar op heterdaad is betrapt of waarvoor er afdoende aanwijzingen zijn.
  De in het eerste lid bedoelde vermindering van wedde mag evenwel niet meer bedragen dan deze bedoeld in artikel 23, vierde lid, van de wet van 12 april 1965 betreffende de bescherming van het loon der werknemers. De ambtenaar krijgt gewaarborgd een maandelijkse wedde waarvan het nettobedrag minstens gelijk is aan het bedrag van het leefloon zoals bepaald krachtens de wet van 26 mei 2002 betreffende het recht op maatschappelijke integratie. ".
Art.168. L'article 177 du même arrêté est remplacé par ce qui suit :
  "Art. 177. § 1er. Le fonctionnaire peut être suspendu de ses fonctions si l'intérêt du service l'exige.
  § 2. L'autorité peut également priver le fonctionnaire de la faculté de faire valoir ses titres à la promotion, son droit à l'avancement barémique et lui imposer une réduction de son traitement dans les cas suivants :
  a) lorsqu'il fait l'objet de poursuites pénales ;
  b) lorsqu'il fait l'objet d'une poursuite disciplinaire en raison d'une faute grave pour laquelle il y a flagrant délit ou des indices probants.
  La réduction de traitement visée à l'alinéa 1er ne peut cependant pas être supérieure à celle visée à l'article 23, alinéa 4, de la loi du 12 avril 1965 sur la protection de la rémunération des travailleurs. Il est garanti au fonctionnaire un traitement mensuel dont le montant net égale au moins le montant du revenu d'intégration, tel qu'il est fixé en vertu de la loi du 26 mai 2002 concernant le droit à l'intégration sociale.".
Art.169. Artikel 179 van hetzelfde besluit wordt vervangen als volgt:
  "Art. 179. § 1. Behoudens in het geval voorzien in het tweede lid, kan de schorsing in het belang van de dienst alleen worden voorgesteld door de directeur-generaal.
  Indien de betrokken ambtenaar de directeur-generaal of de adjunct-directeur-generaal is, kan de schorsing in het belang van de dienst alleen worden voorgesteld door de Minister.
  § 2. Behoudens in het geval voorzien in het tweede lid, kan de schorsing in het belang van de dienst alleen worden uitgesproken door het Algemeen beheerscomité.
  Indien de betrokken ambtenaar de directeur-generaal of de adjunct-directeur-generaal is, kan de schorsing in het belang van de dienst alleen worden uitgesproken door het Verenigd College.".
Art.169. L'article 179 du même arrêté est remplacé par ce qui suit :
  "Art. 179. § 1er. Sauf dans le cas prévu à l'alinéa 2, la suspension dans l'intérêt du service ne peut être proposée que par le directeur général.
  Si le fonctionnaire concerné est le directeur général ou le directeur général adjoint, la suspension dans l'intérêt du service ne peut être proposée que par le Ministre.
  § 2. Sauf dans le cas prévu à l'alinéa 2, la suspension dans l'intérêt du service ne peut être prononcée que par le Comité général de gestion.
  Si le fonctionnaire concerné est le directeur général ou le directeur général adjoint, la suspension dans l'intérêt du service ne peut être prononcée que par le Collège réuni.".
Art.170. Artikel 180 van hetzelfde besluit wordt vervangen als volgt:
  "Art. 180. De schorsing in het belang van de dienst kan slechts worden uitgesproken nadat de betrokken ambtenaar door de in artikel 179, § 1, bedoelde overheid gehoord is. De ambtenaar wordt minstens 5 dagen voor de hoorzitting opgeroepen, door middel van een kennisgeving en moet tijdens deze termijn toegang hebben tot de stukken van het dossier. De oproeping vermeldt de feiten waarop de procedure is gestoeld en bepaalt uitdrukkelijk dat de in artikel 179, § 2, bedoelde overheid overweegt de ambtenaar te schorsen in het belang van de dienst.
  De betrokken ambtenaar en de in artikel 179, § 2, bedoelde persoon mogen zich laten bijstaan door een persoon van hun keuze, met uitzondering om het even welke persoon die op een andere manier tussenkomt in de procedure.
  Indien de ambtenaar wegens overmacht niet kan worden gehoord, kan hij zich door een persoon van zijn keuze laten vertegenwoordigen, met uitzondering van de in het voorgaande lid uitgesloten personen.
  In geval van hoogdringendheid, kan afgeweken worden van de in het eerste lid voorziene hoorzitting. De betrokken ambtenaar kan dan voorlopig geschorst worden. Deze voorlopige schorsing moet bevestigd worden na het houden van een hoorzitting in de zin van het eerste lid. Deze hoorzitting moet zo snel mogelijk plaatsvinden en met inachtneming van de rechten van de verdediging. ".
Art.170. L'article 180 du même arrêté est remplacé par ce qui suit :
  "Art. 180. La suspension dans l'intérêt du service ne peut être prononcée qu'après que le fonctionnaire concerné a été entendu par l'autorité visée à l'article 179, § 1erLe fonctionnaire est convoqué, par notification, au moins cinq jours avant l'audition et doit avoir accès pendant cette durée aux pièces du dossier. La convocation énonce les faits sur lesquels se fonde la procédure et prévoit expressément que l'autorité visée à l'article 179, § 2, envisage de suspendre le fonctionnaire dans l'intérêt du service.
  Le fonctionnaire concerné et la personne visée à l'article 179, § 1er, peuvent se faire assister par une personne de leur choix, à l'exception de toute personne intervenant à un autre titre dans la procédure.
  Si le fonctionnaire ne peut être entendu pour cas de force majeure, il peut se faire représenter par la personne de son choix, à l'exception des personnes exclues à l'alinéa précédent.
  En cas d'urgence, l'audition prévue au premier alinéa peut être supprimée. Le fonctionnaire concerné peut alors être suspendu provisoirement. Cette suspension provisoire doit être confirmée après la tenue d'une audition au sens de l'alinéa 1er. Cette audition doit avoir lieu dans les meilleurs délais et dans le respect des droits de la défense.".
Art.171. In artikel 181 van hetzelfde besluit worden de volgende wijzigingen aangebracht:
  1° het eerste lid wordt vervangen als volgt:
  "De ambtenaar wordt binnen de tien werkdagen die volgen op de in artikel 180 bedoelde hoorzitting in kennis gesteld van de beslissing, zo niet wordt deze geacht te zijn ingetrokken.".
  2° het artikel wordt aangevuld met een derde lid luidende:
  "Als de in artikel 180 bedoelde hoorzitting wordt geschrapt overeenkomstig artikel 180, vierde lid, wordt de ambtenaar in kennis gesteld van de beslissing binnen de vijf werkdagen, te rekenen vanaf de beslissing genomen door de bevoegde overheid krachtens artikel 179, § 2.".
Art.171. Dans l'article 181 du même arrêté, les modifications suivantes sont apportées :
  1° l'alinéa 1er est remplacé par ce qui suit :
  "La décision est notifiée au fonctionnaire dans les dix jours ouvrables suivant l'audition visée à l'article 180, à défaut de quoi la décision est réputée révoquée.".
  2° l'article est complété par un alinéa 3 rédigé comme suit :
  "Si l'audition visée à l'article 180 est supprimée, conformément à l'article 180, alinéa 4, la décision est notifiée au fonctionnaire dans un délai de cinq jours ouvrables à compter de la décision prise par l'autorité compétente en vertu de l'article 179 § 2.".
Art.172. In het opschrift van hoofdstuk IV van boek II, titel XI van hetzelfde besluit worden de woorden "en gevolgen" opgeheven.
Art.172. Dans l'intitulé du chapitre IV du livre II, titre XI du même arrêté, les mots "et des effets" sont abrogés.
Art.173. Artikel 182 van hetzelfde besluit wordt vervangen als volgt:
  "Art. 182. De schorsing in het belang van de dienst wordt uitgesproken voor een periode van ten hoogste zes maanden.
  Deze termijn kan worden verlengd met zesmaandelijkse termijnen in geval van strafrechtelijke vervolging tot maximaal zes maanden nadat de overheid in kennis werd gesteld van de strafrechtelijke uitspraak, de minnelijke schikking in strafzaken of de seponering.".
Art.173. L'article 182 du même arrêté est remplacé par ce qui suit :
  "Art. 182. La suspension dans l'intérêt du service est prononcée pour une période de six mois au plus.
  Ce délai peut être prolongé par périodes de six mois en cas de procédure pénale, jusqu'à un maximum de six mois après que l'autorité a été informée du prononcé pénal, de la transaction pénale ou du classement sans suite.".
Art.174. Artikel 183 van hetzelfde besluit wordt opgeheven.
Art.174. L'article 183 du même arrêté est abrogé.
Art.175. In artikel 184 van hetzelfde besluit worden de volgende wijzigingen aangebracht:
  1° het woord "183" wordt vervangen door de woorden "177, § 2,";
  2° het eerste lid wordt aangevuld met de volgende zin:
  "Het beroep werkt evenwel niet opschorsend en moet worden ingediend binnen een termijn van twintig dagen te rekenen vanaf de kennisgeving van de beslissing, ofwel persoonlijk, ofwel door een persoon van zijn keuze, bij de in artikel 16 bedoelde raad van beroep.".
  3° het tweede lid wordt opgeheven.
Art.175. Dans l'article 184 du même arrêté, les modifications suivantes sont apportées :
  1° le mot "183" est remplacé par les mots "177 § 2" ;
  2° l'alinéa 1er est complété par la phrase suivante :
  "Le recours n'est toutefois pas suspensif et doit être formé dans un délai de vingt jours à compter de la notification de la décision, soit en personne, soit par une personne de son choix, auprès de la chambre de recours visée à l'article 16.".
  3° L'alinéa 2 est abrogé.
Art.176. Artikel 185 van hetzelfde besluit wordt vervangen als volgt:
  "Art. 185. De schorsing in het belang van de dienst, alsmede de maatregelen zoals bedoeld in artikel 177, § 2, eindigen ambtshalve:
  1° wanneer de schorsingstermijn van zes maanden afloopt zonder dat deze werd verlengd in het geval voorzien in artikel 182, § 1, tweede lid;
  2° wanneer, voor dezelfde feiten als deze waarvoor de ambtenaar in het belang van de dienst werd geschorst, een tuchtstraf wordt opgelegd;
  3° wanneer, voor dezelfde feiten als deze die het voorwerp uitmaakten van de schorsing in het belang van de dienst, geen tuchtstraf werd voorgesteld aan de ambtenaar in het kader van een tuchtprocedure.".
Art.176. L'article 185 du même arrêté est remplacé par ce qui suit :
  "Art. 185. La suspension dans l'intérêt du service et les mesures visées à l'article 177, § 2, prennent fin d'office :
  1° lorsque la période de six mois de suspension expire sans être prolongée dans le cas prévu à l'article 182, § 1, alinéa 2 ;
  2° lorsqu'une sanction disciplinaire est imposée pour les mêmes faits que ceux pour lesquels le fonctionnaire a été suspendu dans l'intérêt du service ;
  3° lorsqu'aucune sanction disciplinaire n'a été proposée au fonctionnaire dans le cadre d'une procédure disciplinaire pour les mêmes faits que ceux qui ont fait l'objet de la suspension dans l'intérêt du service.".
Art.177. Artikel 186 van hetzelfde besluit wordt vervangen als volgt:
  "Art. 186. § 1. Indien een tuchtschorsing wordt opgelegd, vindt die schorsing plaats met terugwerkende kracht. In dit geval wordt de duur van de schorsing in het belang van de dienst, op de duur van de tuchtschorsing aangerekend.
  Het bedrag van de tijdens de schorsing in het belang van de dienst ingehouden wedde wordt afgetrokken van het bedrag van het verlies van wedde dat gepaard gaat met de tuchtstraf die leidt tot de inhouding van wedde. Als het bedrag van de ingehouden wedde hoger is dan het bedrag van het verlies van wedde dat gepaard gaat met de tuchtstraf die leidt tot de inhouding van wedde, wordt het verschil door de overheid aan de ambtenaar terugbetaald.
  Indien als tuchtstraf een inhouding van wedde wordt opgelegd, heeft die terugwerkende kracht voor het bedrag van de in het kader van de schorsing in het belang van de dienst opgelegde inhouding. In dit geval wordt het bedrag van de in het kader van de schorsing in het belang van de dienst opgelegde inhouding verrekend met het bedrag van de als tuchtstraf opgelegde inhouding van wedde.
  § 2. Indien de ambtenaar buiten vervolging wordt gesteld, zijn dossier geseponeerd wordt of wanneer de strafrechtelijke of tuchtrechtelijke vrijspraak kracht van gewijsde heeft gekregen, worden de beslissingen die genomen werden krachtens artikel 177, § 2 inzake de vermindering van de wedde en inzake de ontzegging van het recht verhoging in weddeschaal nietig verklaard.".
Art.177. L'article 186 du même arrêté est remplacé par ce qui suit :
  "Art. 186. § 1er. Si une suspension disciplinaire est infligée, elle a effet rétroactif. Dans ce cas, la durée de la suspension dans l'intérêt du service est imputée sur la durée de la suspension disciplinaire.
  Le montant du traitement retenu pendant la suspension dans l'intérêt de service est déduit du montant de la perte de traitement liée à la sanction disciplinaire entrainant une retenue de traitement. Si le montant du traitement retenu est plus important que le montant de la perte de traitement liée à la sanction disciplinaire entrainant une retenue de traitement, l'autorité rembourse la différence au fonctionnaire.
  Si une retenue de traitement disciplinaire est infligée, elle a un effet rétroactif pour le montant de la retenue infligée dans le cadre de la suspension dans l'intérêt du service. Dans ce cas, le montant de la retenue infligée le cas échéant dans le cadre de la suspension dans l'intérêt du service est imputé sur le montant de la retenue disciplinaire infligée.
  § 2. Si le fonctionnaire n'est plus poursuivi, que son dossier est classé ou que l'acquittement pénal ou disciplinaire a acquis force de chose jugée, les décisions prises en vertu de l'article 177, § 2, concernant la réduction de traitement et la privation du droit à l'avancement barémique sont annulées.".
Art.178. In hetzelfde besluit wordt een artikel 188/1 ingevoegd, luidende:
  "Art. 188/1. Voor de toepassing van onderhavige titel wordt een stagiair gelijkgesteld met een ambtenaar, tenzij anders is bepaald.".
Art.178. Dans le même arrêté, Il est inséré un article 188/1 rédigé comme suit :
  "Art. 188/1. Pour le présent titre, le stagiaire est assimilé à un fonctionnaire, sauf disposition contraire.".
Art.179. In artikel 189 van hetzelfde besluit, gewijzigd bij het besluit van 4 juli 2024, worden de volgende wijzigingen aangebracht:
  1° tussen het tweede en derde lid worden drie leden ingevoegd, luidende:
  "Onder dienstvrijstelling moet worden verstaan, de toestemming die de ambtenaar heeft gekregen om voor onbepaalde duur afwezig te zijn tijdens de diensturen met behoud van al zijn rechten.
  De directeur-generaal kan overeenkomstig het arbeidsreglement dienstvrijstellingen van collectieve aard toekennen.
  De deelname van de ambtenaar aan een georganiseerde werkonderbreking van het werk wordt gelijkgesteld met een periode van dienstactiviteit. Hij heeft evenwel geen recht op zijn wedde.".
  2° het laatste lid wordt opgeheven.
Art.179. Dans l'article 189 du même arrêté, modifié par l'arrêté du 4 juillet 2024, les modifications suivantes sont apportées :
  1° trois alinéas rédigés comme suit sont insérés entre les alinéas 2 et 3 :
  "Par dispense de service, il y a lieu d'entendre l'autorisation accordée au fonctionnaire de s'absenter pendant les heures de service pour une durée déterminée avec maintien de tous ses droits.
  Le directeur général peut accorder des dispenses de service de nature collective, ce conformément au règlement de travail.
  La participation du fonctionnaire à une cessation concertée du travail est assimilée à une période d'activité de service. Il n'a pas droit toutefois à son traitement.".
  2° le dernier alinéa est abrogé.
Art.180. In artikel 190 van hetzelfde besluit worden de volgende wijzigingen aangebracht:
  1° de inleidende zin van het eerste lid wordt vervangen als volgt: "Onverminderd enige andere bepaling krijgt de ambtenaar in dienstactiviteit verlof onder meer:";
  2° in het eerste lid, 1° worden de woorden "en op de feestdagen, omstandigheidsverlof en uitzonderlijk verlof" vervangen door de woorden ", op de sluitingsdagen en voor omstandigheidsverlof";
  3° in hetzelfde lid, 15°, worden de woorden "bij een andere openbare dienst" vervangen door de woorden "voor een andere betrekking bij een overheidsdienst, zoals bepaald in artikel 2, § 1, 5° en 6° ";
  4° in hetzelfde lid wordt een bepaling onder19° ingevoegd, luidende:
  "19° in het kader van de vierdagenweek en het halftijds werken vanaf 50 of 55 jaar.".
  5° het tweede lid wordt opgeheven.
Art.180. Dans l'article 190 du même arrêté, les modifications suivantes sont apportées:
  1° à l'alinéa 1er, la phrase introductive, est remplacée par ce qui suit :"Sans préjudice de toute autre disposition, le fonctionnaire en activité de service obtient des congés, notamment : " ;
  2° à l'alinéa 1er, 1°, les mots "et jours fériés, de circonstances et exceptionnels" sont remplacés par les mots "jours de fermeture et de circonstances" ;
  3° au même alinéa, 15°, les mots "auprès d'un autre service public" sont remplacés par les mots "pour un autre emploi auprès d'un autre service public, tel que défini à l'article 2, § 1er, 5° et 6° " ;
  4° au même alinéa, il est inséré un 19°, rédigé comme suit :
  "19° dans le cadre de la semaine de quatre jours et du travail à mi-temps à partir de 50 ou 55 ans.".
  5° L'alinéa 2 est abrogé.
Art.181. Artikel 191 van hetzelfde besluit wordt vervangen als volgt:
  "Art. 191. De ambtenaar kan in beroep gaan bij de in artikel 16 bedoelde raad, wanneer hij niet akkoord gaat met een beslissing inzake verlof betreffende de volgende gevallen:
  1° de jaarlijkse vakantie;
  2° het verlof voor werkzaamheden bij een politieke groep die erkend is in een wetgevende vergadering van de Staat, van een Gemeenschap of een Gewest, respectievelijk bij de voorzitter van een van die groepen.
  Een ambtenaar met een graad van rang A2 of hoger kan, naast de gevallen voorzien in het eerste lid, de in artikel 16 bedoelde raad aanzoeken, wanneer hij niet akkoord gaat met een beslissing inzake verlof betreffende de volgende gevallen:
  1° de verminderde prestaties wegens persoonlijke aangelegenheden;
  2° de vierdagenweek en het halftijds werken vanaf 50 of 55 jaar;
  3° de loopbaanonderbreking.
  De ambtenaar beschikt, voor het indienen van zijn beroep, over een termijn van vijftien dagen vanaf de datum waarop hij in kennis werd gesteld van de beslissing hem.".
Art.181. L'article 191 du même arrêté est remplacé par ce qui suit :
  "Art. 191. Le fonctionnaire peut introduire un recours auprès de la chambre visée à l'article 16, lorsqu'il est en désaccord avec la décision concernant les cas suivants :
  1° le congé annuel ;
  2° le congé pour exercer une activité auprès d'un groupe politique reconnu d'une assemblée législative fédérale, communautaire ou régionale ou auprès du président de l'un de ces groupes.
  Le fonctionnaire avec un grade de rang A2 ou supérieur peut, outre les cas prévus au premier alinéa, saisir la chambre visée à l'article 16 s'il n'est pas d'accord avec une décision de congé concernant les cas suivants :
  1° les prestations réduites pour convenances personnelles ;
  2° La semaine de quatre jours et du travail à mi-temps à partir de 50 ou 55 ans ;
  3° l'interruption de carrière.
  Le fonctionnaire dispose, pour introduire son recours, d'un délai de quinze jours, à partir de la date à laquelle la décision lui a été notifiée.".
Art.182. In boek II, titel XII, hoofdstuk II van hetzelfde besluit wordt het opschrift van afdeling 2 vervangen als volgt:
  "Afdeling 2. - Verloven voor jaarlijkse vakantie, op de sluitingsdagen, en omstandigheidsverlof".
Art.182. Dans le livre II, le titre XII, chapitre II du même arrêté, l'intitulé de la section 2 est remplacé par ce qui suit :
  "Section 2. - Des congés annuels de vacances, jours de fermeture, et de circonstances".
Art.183. In artikel 193 van hetzelfde besluit worden de volgende wijzigingen aangebracht:
  1° het eerste lid wordt aangevuld met de volgende zin:
  "Zij worden toegekend door de functionele chef of de hiërarchisch meerdere.";
  2° het artikel wordt aangevuld met het volgende lid:
  "In geval van ambtsneerlegging heeft de ambtenaar het recht om zijn nog resterende verlof op te nemen zonder dat hem dat kan worden geweigerd om redenen van dienstbelang. In onderling akkoord kan de ambtenaar zijn nog resterend verlof laten uitbetalen.".
Art.183. Dans l'article 193 du même arrêté, les modifications suivantes sont apportées :
  1° l'alinéa 1er est complété par la phrase suivante:
  "Ils sont accordés par le chef fonctionnel ou le supérieur hiérarchique." ;
  2° l'article est complété par l'alinéa suivante:
  "En cas de cessation de ses fonctions, le fonctionnaire a le droit de prendre les congés restants sans pouvoir se le voir refuser pour des raisons de service. De commun accord, le fonctionnaire peut se faire payer les congés restants".
Art.184. In artikel 196 van hetzelfde besluit worden de volgende wijzigingen aangebracht:
  1° in het eerste lid, 2° wordt de bepaling onder a) vervangen als volgt:
  "a) om een stage te vervullen voor een andere betrekking bij een overheidsdienst, zoals bedoeld in artikel 190, 15° ;";
  2° in het eerste lid, 2°, d), worden de woorden "zoals bedoeld in artikel 240, 2° " vervangen door de woorden "zoals bedoeld in artikel 190, 19° ".
  3° in het eerste lid, 2°, e), worden de woorden "zoals bedoeld in artikel 240, 1° " vervangen door de woorden "zoals bedoeld in artikel 190,19° ".
  4° in het eerste lid, 2°, h), worden de woorden ", eerste lid" opgeheven;
  5° het eerste lid, 2°, wordt aangevuld met een bepaling onder i), luidende:
  "i) voor verminderde prestaties om medische redenen, zoals bedoeld in artikel 190, 7°. ";
  6° het eerste lid wordt aangevuld met een bepaling onder 3°, luidende:
  "3° wanneer de ambtenaar in non-activiteit of in disponibiliteit is geplaatst.";
  7° het tweede lid wordt vervangen als volgt:
  "Het berekende aantal verlofdagen bedraagt een hele of een halve dag. Dit aantal wordt afgerond naar de hogere halve of hele dag.".
Art.184. Dans l'articles 196 du même arrêté, les modifications suivantes sont apportées :
  1° à l'alinéa 1er, 2° le a) est remplacé comme suit:
  "a) pour accomplir un stage pour un autre emploi auprès d'un service public, tel que visé à l'article 190, 15° " ;
  2° à l'alinéa 1er, 2°, d), les mots " visé à l'article 240, 2° " sont remplacés par les mots "visé à l'article 190, 19° " ;
  3° à l'alinéa 1er, 2°, e), les mots " visé à l'article 240, 1° " sont remplacés par les mots " l'article 190, 19° " ;
  4° à l'alinéa 1er, 2°, h) les mots ", alinéa 1er" sont abrogés;
  5° l'alinéa 1er, 2° est complété par un i) rédigé comme suit:
  "i) pour prestations réduites pour raisons médicales, tel que visé à l'article 190, 7° "." ;
  6° L'alinéa 1er est complété par le 3° rédigé comme suit :
  "3° lorsque le fonctionnaire a été placé dans la position administrative de non-activité ou de disponibilité." ;
  7° L'alinéa 2 est remplacé comme suit :
  "Le nombre de jours de congé est calculé en demi-jour ou un jour complet. Ce nombre est arrondi au demi-jour ou au jour complet supérieur.".
Art.185. Artikel 197 van hetzelfde besluit wordt vervangen als volgt:
  "De jaarlijkse vakantie zoals bedoeld in artikel 192 wordt geschorst, volgens de modaliteiten bepaald in het arbeidsreglement, indien de ambtenaar door ziekte of ongeval verhinderd is zijn functie normaal uit te oefenen.".
Art.185. L'article 197 du même arrêté est remplacé par ce qui suit :
  "Le congé annuel visé à l'article 192 est suspendu, selon les modalités prévues par le règlement de travail, si le fonctionnaire est empêché d'exercer normalement ses fonctions pour cause de maladie ou d'accident.".
Art.186. In artikel 198 van hetzelfde besluit worden de volgende wijzigingen aangebracht:
  1° het eerste lid, vervangen bij het besluit van het Verenigd College van 21 november 2019, wordt vervangen als volgt:
  "De ambtenaar werkt niet op sluitingsdagen zoals bedoeld in artikel 2, § 1, 16°. ";
  2° het tweede en derde lid worden opgeheven.
  3° het vierde lid wordt vervangen als volgt:
  "Bij ambtsneerlegging vóór 27 december, heeft de ambtenaar recht op een aantal verlofdagen gelijk aan het aantal sluitingsdagen die samenvielen met een niet-werkdag in de periode dat hij nog in dienst was. Deze kunnen onder dezelfde voorwaarden als het jaarlijks vakantieverlof worden opgenomen.".
Art.186. Dans l'article 198 du même arrêté, les modifications suivantes sont apportées :
  1° l'alinéa premier, remplacé par l'arrêté du Collège réuni du 21 novembre 2019, est remplacé par ce qui suit :
  "Le fonctionnaire ne travaille pas les jours de fermeture visés à l'article 2, § 1er, 16°. " ;
  2° les alinéas 2 et 3 sont abrogés ;
  3° l'alinéa 4 est remplacé par ce qui suit :
  "En cas de cessation de ses fonctions avant le 27 décembre, le fonctionnaire a droit à un nombre de jours de congé égal au nombre de jour de fermeture qui coïncidaient avec un jour non-ouvrable au cours de la période où il était encore en service. Ceux-ci peuvent être pris aux mêmes conditions que le congé annuel de vacances".
Art.187. Artikel 199 van hetzelfde besluit, laatstelijk gewijzigd bij het besluit van 4 juli 2024, wordt vervangen als volgt:
  "Art. 199. Het omstandigheidsverlof, zoals bedoeld in artikel 190, 1°, wordt toegekend, binnen de hierna vastgestelde perken, naar aanleiding van de hieronder vermelde gebeurtenissen:
  1° naar aanleiding van een huwelijk of inschrijving in het bevolkingsregister van het contract van wettelijke samenwoning:
  a) van de ambtenaar: 4 werkdagen;
  b) van een kind van de ambtenaar, de echtgenoot van de ambtenaar, zijn echtgenoot of zijn samenwonende partner: 2 werkdagen.
  c) van een broer, een zus, een schoonbroer, een schoonzus, de vader, de moeder, de schoonvader, de tweede echtgenoot van de moeder, de schoonmoeder, de tweede echtgenote van de vader, een kleinkind van de ambtenaar: 1 werkdag;
  2° naar aanleiding van:
  a) de geboorte van een kind van wie de afstamming langs de zijde van de ambtenaar vaststaat: 20 werkdagen.
  Om voor dit omstandigheidsverlof in aanmerking te komen, moet de ambtenaar een verklaring overleggen waaruit de beweerde afstamming blijkt.
  Bij ontstentenis genieten de volgende personen datzelfde verlof, in volgorde van prioriteit:
  - de ambtenaar die wettelijk samenwoont met de persoon van wie de afstamming is vastgesteld en bij wie het kind zijn hoofdverblijfplaats heeft en niet is verbonden door een band van bloedverwantschap die leidt tot een huwelijksverbod waarvoor geen ontheffing kan verleend worden;
  - de ambtenaar die gedurende een ononderbroken periode van drie jaar voorafgaand aan de geboorte op permanente en affectieve wijze samenwoont met de persoon met wie de afstamming is vastgesteld en met wie het kind zijn hoofdverblijfplaats heeft en niet is verbonden door een band van bloedverwantschap die leidt tot een huwelijksverbod waarvoor geen ontheffing kan verleend worden.
  Slechts één ambtenaar heeft recht op bovengenoemd bedoelde verlof, ter gelegenheid van de geboorte van hetzelfde kind.
  Het bewijs van samenwoning en hoofdverblijfplaats wordt geleverd door middel van een uittreksel uit het bevolkingsregister.
  Het recht op moederschapsverlof sluit voor dezelfde ouder het recht op dit verlof uit.
  Dit verlof kan niet worden gecombineerd met adoptieverlof, zoals bedoeld in de artikelen 203 en 204 van onderhavig besluit.
  b) de geboorte van een kleinkind van de ambtenaar, ofwel van de echtgenoot of de samenwonende partner van de ambtenaar: 1 werkdag.
  3° naar aanleiding van een overlijden wordt een omstandigheidsverlof toegekend naargelang de verwantschap:
  a) het overlijden van de echtgenoot of de samenwonende partner van de ambtenaar: 10 werkdagen;
  b) het overlijden van een kind van de ambtenaar of van zijn echtgenoot of samenwonende partner: 10 werkdagen;
  c) het overlijden van een pleegkind van de ambtenaar of van zijn echtgenoot of samenwonende partner in het kader van langdurige pleegzorg op het moment van het overlijden of in het verleden: 10 werkdagen;
  d) het overlijden van de vader, moeder, stiefmoeder, stiefvader, schoonzoon of schoondochter van de ambtenaar, de echtgenoot of de samenwonende partner: 4 werkdagen;
  e) het overlijden van de pleegvader of pleegmoeder van de ambtenaar in het kader van langdurige pleegzorg op het moment van het overlijden: 4 werkdagen;
  f) het overlijden van een bloed- of aanverwant van de ambtenaar, de echtgenoot of de samenwonende partner, in om het even welke graad, maar onder hetzelfde dak wonend als de ambtenaar: 2 werkdagen;
  g) het overlijden van een bloed- of aanverwant in de tweede graad van de ambtenaar of van zijn echtgenoot of samenwonende partner, een overgrootouder of een achterkleinkind, maar niet onder hetzelfde dak wonend als de ambtenaar: 1 werkdag;
  h) het overlijden van een pleegkind van de ambtenaar of van zijn echtgenoot of samenwonende partner in het kader van kortdurende pleegzorg op het moment van het overlijden: 1 werkdag.
  Indien de gebeurtenis zich voordoet tijdens een periode van deeltijdse arbeid, wordt de duur van het verlof in evenredige mate verminderd.
  De verlofdagen voorzien in het eerste lid, 2°, b) en 3°, g) kunnen opgesplitst worden in halve dagen.".
  Voor de toepassing van onderhavig artikel wordt de persoon met wie de ambtenaar wettelijk samenwoont, zoals geregeld in het burgerlijk Wetboek gelijkgesteld met de echtgenoot van de ambtenaar.
  Voor de toepassing van onderhavig artikel wordt bedoeld met de samenwonende partner van de ambtenaar de persoon met wie de ambtenaar onder hetzelfde dak samenwoont in een gemeenschappelijke huishouding, zonder met laatstgenoemde te zijn gehuwd of wettelijk samen te wonen.
  De ambtenaar die een omstandigheidsverlof wil genieten naar aanleiding van een gebeurtenis vermeld in onderhavig artikel en die zijn samenwonende partner betreft, moet eerst een attest van de gezinssamenstelling voorleggen dat ten vroegste werd opgesteld op de 10e werkdag voorafgaand aan de indiening van de verlofaanvraag.
Art.187. L'article 199 du même arrêté, modifié en dernier lieu par l'arrêté du 4 juillet 2024, est remplacé par ce qui suit :
  "Art. 199. Le congé de circonstances, visé à l'article 190, 1°, est accordé, dans les limites fixées ci-après, à l'occasion des évènements suivants :
  1° suite à un mariage ou à l'inscription au registre de la population du contrat de cohabitation légale :
  a) du fonctionnaire : 4 jours ouvrables ;
  b) d'un enfant du fonctionnaire, de son conjoint ou de son partenaire cohabitant : 2 jours ouvrables ;
  c) d'un frère, d'une soeur, d'un beau-frère, d'une belle-soeur, du père, de la mère, du beau-père, du second mari de la mère, de la belle-mère, de la seconde femme du père, d'un petit-enfant du fonctionnaire : 1 jour ouvrable ;
  2° suite à :
  a) la naissance d'un enfant dont la filiation est établie à l'égard du fonctionnaire : 20 jours ouvrables.
  Pour pouvoir prétendre à ce congé de circonstance, le fonctionnaire doit produire une attestation établissant la filiation revendiquée.
  A défaut, les personnes suivantes bénéficient de ce congé, par ordre de priorité :
  - le fonctionnaire qui cohabite légalement avec la personne à l'égard de laquelle la filiation est établie et chez laquelle l'enfant a sa résidence principale, et qu'ils ne soient pas unis par un lien de parenté entraînant une prohibition de mariage dont ils ne peuvent être dispensés
  - le fonctionnaire qui, depuis une période ininterrompue de trois ans précédant la naissance, cohabite de manière permanente et affective avec la personne à l'égard de laquelle la filiation est établie et chez laquelle l'enfant a sa résidence principale, et qu'ils ne soient pas unis par un lien de parenté entraînant une prohibition de mariage dont ils ne peuvent être dispensés.
  Un seul fonctionnaire a droit au congé visé ci-avant, à l'occasion de la naissance d'un même enfant.
  La preuve de la cohabitation et de la résidence principale est fournie au moyen d'un extrait du registre de la population.
  Le droit au congé de maternité exclut pour un même parent, le droit au présent congé.
  Ce congé n'est pas cumulable avec le congé d'adoption, tel que visé aux articles 203 et 204 du présent arrêté.
  b) la naissance d'un petit-enfant, soit du fonctionnaire, soit du conjoint ou du partenaire cohabitant du fonctionnaire : 1 jour ouvrable ;
  3° suite à un décès, un congé de circonstances est accordé suivant le lien de parenté :
  a) le décès du conjoint ou du partenaire cohabitant du fonctionnaire : 10 jours ouvrables;
  b) le décès d'un enfant du fonctionnaire ou de son conjoint ou partenaire cohabitant : 10 jours ouvrables ;
  c) le décès d'un enfant placé auprès du fonctionnaire ou de son conjoint ou partenaire cohabitant dans le cadre d'un placement de longue durée au moment du décès ou dans le passé : 10 jours ouvrables ;
  d) le décès du père, de la mère, de la belle-mère, beau-père, du beau-fils ou de la belle-fille du fonctionnaire, du conjoint ou du partenaire cohabitant : 4 jours ouvrables ;
  e) le décès du père d'accueil ou de la mère d'accueil du fonctionnaire dans le cadre du placement de longue durée au moment du décès : 4 jours ouvrables ;
  f) le décès d'un parent ou allié, à quelque degré que ce soit, du fonctionnaire, de son conjoint ou de son partenaire cohabitant, habitant sous le même toit que le fonctionnaire : 2 jours ouvrables ;
  g) le décès d'un parent ou allié au deuxième degré du fonctionnaire, de son conjoint ou de son partenaire cohabitant, un arrière grand-parent ou un arrière petit-enfant, n'habitant pas sous le même toit que le fonctionnaire : 1 jour ouvrable ;
  h) le décès d'un enfant placé auprès du fonctionnaire ou de son conjoint ou partenaire cohabitant dans le cadre du placement de courte durée au moment du décès : 1 jour ouvrable.
  Si l'événement se produit au cours d'une période de travail à temps partiel, la durée du congé est réduite à due concurrence.
  Les congés prévus à l'alinéa 1er, 2°, b) et 3°, g) peuvent être fractionnés en demi-jours.".
  Pour l'application du présent article, la personne avec laquelle le fonctionnaire cohabite légalement, comme régi par le Code civil, est assimilée au conjoint du fonctionnaire.
  Pour l'application du présent article, le partenaire cohabitant du fonctionnaire vise la personne avec laquelle le fonctionnaire vit ensemble sous le même toit en formant un ménage commun, sans être marié ou cohabiter légalement avec cette dernière.
  Le fonctionnaire qui souhaite bénéficier d'un congé de circonstances suite à la survenance d'un événement repris au présent article et qui concerne son partenaire cohabitant doit préalablement fournir un certificat de composition de ménage produit au plus tôt le 10ème jour ouvrable avant la demande de congé.
Art.188. In artikel 200 van hetzelfde besluit, laatstelijk gewijzigd bij het besluit van 4 juli 2024, worden de volgende wijzigingen aangebracht:
  1° het vierde lid, 4° wordt vervangen als volgt:
  "4° de volledige werkverwijdering zoals bedoeld in het zevende lid.".
  2° het vierde lid, 5° wordt vervangen als volgt:
  "5° het zorgverlof, zoals bedoeld in artikel 190, 18°. ".
  3° In het vijfde lid worden de volgende wijzigingen aangebracht:
  1° in de Nederlandse tekst worden de woorden "maximaal twee weken verlengd" vervangen door de woorden "maximaal twee weken";
  2° de zin "De bezoldiging voor deze verlenging van de postnatale rust mag niet meer dan één week bestrijken." wordt opgeheven;
  4° het laatste lid wordt vervangen als volgt:
  " Onderhavig artikel is van toepassing in geval van een miskraam, op voorwaarde dat de zwangerschap minimaal honderdtachtig dagen heeft geduurd vanaf de conceptie.".
Art.188. Dans l'article 200 du même arrêté, modifié en dernier lieu par l'arrêté du 4 juillet 2024, les modifications suivantes sont apportées :
  1° l'alinéa 4,4° est remplacé comme suit :
  "4° l'écartement complet du travail visé à l'alinéa 7.".
  2° l'alinéa 4, 5° est remplacé comme suit :
  "5° le congé d'aidant visé à l'article 190, 18°. ".
  3° Dans l'alinéa 5, les modifications suivantes sont apportées :
  1° dans le texte néerlandais, les mots "maximaal twee weken verlengd" sont remplacés par les mots "maximaal twee weken" ;
  2° la phrase "La rémunération due pour cette prolongation du congé postnatal ne peut couvrir plus d'une semaine." est abrogée;
  4° le dernier alinéa est remplacé comme suit :
  "Le présent article s'applique en cas d'accouchement d'un enfant sans vie, pour autant que la grossesse ait duré un minimum de cent-quatre-vingts jours à dater de la conception. ".
Art.189. In artikel 201 van hetzelfde besluit worden de woorden "leidend ambtenaar" telkens vervangen door het woord "directeur-generaal".
Art.189. Dans l'article 201 du même arrêté, les mots "fonctionnaire dirigeant" sont remplacés chaque fois par les mots "directeur général".
Art.190. In artikel 205, eerste lid, 2°, van hetzelfde besluit wordt het woord "gehandicapt" vervangen door de woorden "persoon met een handicap".
Art.190. Dans l'article 205, alinéa 1er, 2° du même arrêté, le mot "handicapés" est remplacé par les mots "comme étant en situation de handicap".
Art.191. In artikel 205/1, paragraaf 1, van hetzelfde besluit, ingevoegd bij het besluit van 4 juli 2024 worden, in de Nederlandse tekst, de woorden "de HRM" telkens vervangen door de woorden "het HRM".
Art.191. Dans l'article 205/1, paragraphe 1er du même arrêté, inséré par l'arrêté du 4 juillet 2024, dans le texte néerlandais, les mots "de HRM" sont chaque fois remplacés par les mots "het HRM".
Art.192. In artikel 207 van hetzelfde besluit, gewijzigd bij artikel 6 van het besluit van 21 november 2019, worden de volgende wijzigingen aangebracht:
  1° de paragrafen 1 en 2 worden vervangen als volgt:
  " § 1. Het aantal werkdagen, zoals bedoeld in artikel 206, wordt in evenredige mate verminderd, wanneer de ambtenaar tijdens zijn loopbaan:
  1° hetgeen volgt heeft gekregen:
  a) verlof van arbeidsherverdelende aard, zoals bedoeld in artikel 240;
  b) verlof om een stage te vervullen bij een overheidsdienst, zoals bedoeld in artikel 190, 15° ;
  c) verlof om een opdracht te vervullen, zoals bedoeld in artikel 190, 10° ;
  d) verlof om zich kandidaat te stellen bij verkiezingen, zoals bedoeld in artikel 190, 8° ;
  e) verlof voor onderbreking van de beroepsloopbaan, zoals bedoeld in artikel 241;
  f) verlof wegens ziekte of gebrekkigheid, zoals bedoeld in artikel 190, 5°, behalve in geval van een arbeidsongeval, een ongeval op de weg van of naar het werk of een beroepsziekte;
  g) een toelating om voltijds afwezig te zijn voor een periode van lange duur wegens persoonlijke aangelegenheden, zoals bedoeld in artikel 244, 3° ;
  2° : op non-activiteit werd geplaatst wegens ongewettigde afwezigheid.
  Indien het aldus berekende aantal dagen ziekteverlof geen geheel getal vormt, wordt het afgerond naar de onmiddellijk hogere eenheid.
  § 2. Ziekteverlof maakt geen einde aan:
  1° de in de artikelen 240 en 241 bedoelde verloven;
  2° de verminderde prestaties wegens persoonlijke aangelegenheden, zoals bedoeld in artikel 190, 6° ;
  3° de toelating om voltijds afwezig te zijn voor een periode van lange duur wegens persoonlijke aangelegenheden, zoals bedoeld in artikel 244, 3° ;
  De ambtenaar blijft de voor zijn verminderde prestaties verschuldigde wedde ontvangen.";
  2° in paragraaf 4/1, worden de woorden ", eerste lid" opgeheven;
  3° in paragraaf 8, worden de woorden "een toestand van ongewenst seksueel gedrag of pesterijen op het werk erkend" vervangen door de woorden "ieder strafrechtelijk strafbaar feit ".
  4° in paragraaf 8, worden de woorden "plaatshebbend op de werkplek," ingevoegd tussen de woorden "gerechtelijke beslissing." en de woorden "worden geneutraliseerd ".
Art.192. Dans l'article 207 du même arrêté, modifié par l'article 6 de l'arrêté du 21 novembre 2019, les modifications suivantes sont apportées :
  1° les paragraphes 1 et 2 sont remplacés par ce qui suit :
  " § 1er. Le nombre de jours ouvrables, visé à l'article 206, est réduit à due concurrence lorsqu'au cours de sa carrière le fonctionnaire :
  1° a obtenu ce qui suit :
  a) un congé dans le cadre de la redistribution du travail, visé à l'article 240 ;
  b) un congé pour effectuer un stage auprès d'un service public, visé à l'article 190, 15° ;
  c) un congé pour remplir une mission, visé à l'article 190, 10° ;
  d) un congé pour être candidat aux élections, visé à l'article 190, 8° ;
  e) un congé pour interruption de la carrière professionnelle, visé à l'article 241 ;
  f) un congé pour cause de maladie ou d'invalidité, visé à l'article 190, 5°, sauf en cas d'accident de travail ou sur le chemin du travail ou de maladie professionnelle ;
  g) une autorisation de s'absenter à temps plein pour une période de longue durée pour raisons personnelles, visée à l'article 244, 3° ;
  2° a été placé en non-activité en raison d'absence injustifiée.
  Si le nombre de jours de congé de maladie ainsi calculé ne forme pas un nombre entier, il est arrondi à l'unité immédiatement supérieure.
  § 2. Le congé de maladie ne met pas fin :
  1° aux congés visés aux articles 240 et 241 ;
  2° aux prestations réduites pour convenances personnelles, visées à l'article 190, 6° ;
  3° à l'autorisation de s'absenter à temps plein pour une période de longue durée pour des raisons personnelles, visées à l'article 244, 3°.
  Le fonctionnaire continue à percevoir le traitement dû en raison des prestations réduites." ;
  2° au paragraphe 4/1, les mots ", alinéa 1er "sont abrogés;
  3° au paragraphe 8, les mots " par une situation de harcèlement sexuel ou moral" sont remplacés par les mots "par tout fait pénalement répréhensible" ;
  4° au paragraphe 8, les mots "et survenu sur le lieu de travail," sont insérés entre les mots "de justice" et les mots "sont neutralisés".
Art.193. In artikel 208, van hetzelfde besluit worden de volgende wijzigingen aangebracht:
  1° in paragraaf 1, worden het eerste en tweede lid vervangen als volgt:
  "De ambtenaren die houder zijn van een graad die zich bevindt in rang A1 en in de niveaus B, C en D hebben recht op de verminderde prestaties wegens persoonlijke aangelegenheden zoals bedoeld in artikel 190, 6°. Met toestemming van de directeur-generaal, die hierbij rekening houdt met de noodzaak om de goede werking van de dienst te waarborgen, kunnen de houders van een andere graad deze verloven eveneens genieten. De stagiairs worden van dit verlof uitgesloten.
  De ambtenaar moet de helft, vier vijfde of negen tiende van duur van de prestaties volbrengen die hem normaal worden opgelegd. Deze prestaties worden ofwel elke dag ofwel volgens een andere vaste verdeling over de week verricht.".
  2° in paragraaf 1, vierde lid, van de Nederlandse tekst worden de woorden "het betrokken personeelslid" vervangen door de woorden "de betrokken ambtenaar";
  3° in paragraaf 1, vijfde lid, worden de woorden "leidend ambtenaar" vervangen door het woord "directeur-generaal";
  4° in paragraaf 4, eerste lid, 9°, worden de woorden ", eerste lid" opgeheven.
Art.193. Dans l'article 208 du même arrêté, les modifications suivantes sont apportées :
  1° au paragraphe 1er, les alinéas 1 et 2 sont remplacés par ce qui suit :
  "Ont droit aux prestations réduites pour convenances personnelles, visées à l'article 190, 6°, les fonctionnaires titulaires d'un grade situé au rang A1 et aux niveaux B, C et D. Moyennant l'autorisation du directeur général, qui tient compte à cet égard de la nécessité de garantir le bon fonctionnement du service, les titulaires d'un autre grade peuvent également bénéficier de ces congés. Les stagiaires sont exclus de ce congé.
  Le fonctionnaire est tenu d'accomplir la moitié, les quatre cinquièmes ou les neuf dixièmes de la durée de prestations qui lui sont normalement imposées. Ces prestations s'effectuent soit chaque jour, soit selon une autre répartition fixée sur la semaine.".
  2° au paragraphe 1er, alinéa 4 du texte néerlandais, les mots "het betrokken personeelslid" sont remplacés par les mots "de betrokken ambtenaar" ;
  3° au paragraphe 1er, alinéa 5, les mots "fonctionnaire dirigeant" sont remplacés par les mots "directeur général" ;
  4° au paragraphe 4, alinéa 1er, 9°, les mots ", alinéa 1er" sont abrogés.
Art.194. In artikel 210, § 1, van hetzelfde besluit worden de volgende wijzigingen aangebracht:
  1° in het eerste lid worden de woorden "voor een periode van maximum drie maanden" opgeheven.
  2° in het tweede lid wordt de zin "De verminderde prestaties mogen niet meer dan drie opeenvolgende maanden bedragen." ingevoegd tussen de woorden "dit wettigt." en "De bepalingen".
Art.194. Dans l'article 210, § 1 du même arrêté, les modifications suivantes sont apportées :
  1° à l'alinéa 1er, les mots "pour une période de maximum trois mois" sont abrogés ;
  2° à l'alinéa 2, la phrase "Les prestations réduites ne peuvent pas dépasser une période de trois mois consécutifs." est insérée après les mots "le justifie".
Art.195. In artikel 211 van hetzelfde besluit worden de volgende wijzigingen aangebracht:
  1° in paragraaf 1 wordt het tweede lid opgeheven;
  2° in paragraaf 2, tweede lid worden de woorden "tot en met de vierentwintigste maand" ingevoegd tussen de woorden "vierde maand" en "de wedde";
  3° paragraaf 2 wordt aangevuld met een lid, luidende:
  "De ambtenaar zoals bedoeld in artikel 209, eerste lid, 2°, geniet vanaf de vijfentwintigste maand de wedde die overeenkomt met de verminderde prestaties.";
  4° in paragraaf 3, wordt de volgende wijzigingen aangebracht:
  a) het eerste lid wordt vervangen als volgt:
  "De verminderde prestaties om medische redenen worden opgeschort in geval van:
  1° onderbreking van de beroepsloopbaan;
  2° halftijdse vervroegde uittreding;
  3° vrijwillige vierdagenweek;
  4° verminderde prestaties om persoonlijke redenen;
  5° afwezigheid van lange duur om persoonlijke redenen;
  6° verloven in het kader van de moederschapsbescherming;
  7° ouderschapsverlof.".
  b) in het tweede lid wordt het woord "onderbroken" vervangen door het woord "opgeschorst".
Art.195. Dans l'article 211 du même arrêté, les modifications suivantes sont apportées :
  1° dans le paragraphe 1er, l'alinéa 2 est abrogé ;
  2° dans le paragraphe 2, l'alinéa 2, les mots "et maximum jusqu'au vingt-quatrième mois inclus" sont insérés entre les mots "quatrième mois" et "du traitement" ;
  3° Le paragraphe 2 est complété par un alinéa rédigé comme suit :
  "Le fonctionnaire visé à l'article 209, alinéa 1er, 2°, bénéficie à partir du vingt-cinquième mois du traitement dû pour les prestations réduites." ;
  4° les modifications suivantes sont apportées dans le paragraphe 3:
  a) l'alinéa 1er est remplacé par ce qui suit:
  "Les prestations réduites pour raisons médicales prennent fin en cas :
  1° d'interruption de la carrière professionnelle;
  2° de départ anticipé à mi-temps ;
  3° de semaine volontaire de quatre jours ;
  4° de prestations réduites pour convenance personnelle ;
  5° d'absence de longue durée pour raisons personnelles ;
  6° de congés dans le cadre de la protection de la maternité ;
  7° de congé parental.".
  b) dans le paragraphe 3, alinéa 2, le mot "interrompu" est remplacé par le mot "suspendue".
Art.196. In artikel 212, § 3, vierde lid van het zelfde lid worden de woorden "bij een ter post aangetekende brief" opgeheven.
Art.196. Dans l'article 212, § 3, alinéa 4 du même arrêté, les mots "par lettre recommandée à la poste" sont abrogés.
Art.197. In artikel 213 van hetzelfde besluit worden de woorden "leidend ambtenaar" telkens vervangen door het woord "directeur-generaal".
Art.197. Dans l'article 213 du même arrêté, les mots "fonctionnaire dirigeant" sont chaque fois remplacés par les mots "directeur général".
Art.198. In artikel 214 van hetzelfde besluit worden de woorden "districts-, sector-," ingevoegd tussen de woorden "gemeente-," en "provincie-".
Art.198. Dans l'article 214 du même arrêté, les mots "de secteur, de district" sont insérés entre les mots " communales," et "ou européennes".
Art.199. In artikel 215 van hetzelfde besluit worden de volgende wijzigingen aangebracht:
  1° in het eerste lid van de Nederlandse tekst worden de woorden "vrijstelling van dienst" vervangen door de woorden "dienstvrijstelling";
  2° in het eerste lid wordt de bepaling onder 3° vervangen als volgt:
  "3° lid van een districtsraad in het Vlaamse Gewest, de districtsschepenen en de districtsburgemeester uitgezonderd, of lid van een sectorraad in het Waalse Gewest, de voorzitter en de leden van het bureau uitgezonderd;";
  3° het eerste lid wordt aangevuld met een bepaling onder 5°, luidende:
  "5° lid van een bijzonder comité voor de sociale dienst, dat noch gemeenteraadslid noch lid van de raad voor maatschappelijk welzijn is.";
  4° in het tweede lid van de Nederlandse tekst worden de woorden "vrijstelling van dienst" vervangen door het woord " dienstvrijstelling".
Art.199. Dans l'article 215, du même arrêté, les modifications suivantes sont apportées :
  1° à l'alinéa 1er du texte néerlandais, les mots "vrijstelling van dienst" sont remplacés par les mots "dienstvrijstelling" ;
  2° dans le premier alinéa, le 3° est remplacé comme suit :
  "3° membre d'un conseil de district en Région flamande, autres que les échevins de district et le bourgmestre de district, ou les membres d'un conseil de secteur en Région wallonne, autre que les présidents et des membres du bureau;" ;
  3° l'alinéa 1er est complété par un 5° rédigé comme suit :
  "5° membre d'un Comité spécial du service social, qui n'est pas conseiller communal ou membre du conseil de l'action sociale." ;
  4° dans l'alinéa 2 du texte néerlandais, les mots "vrijstelling van dienst" sont remplacés par le mot "dienstvrijstelling".
Art.200. In artikel 216 van hetzelfde besluit worden de volgende wijzigingen aangebracht:
  1° in 1° wordt het woord "of" geschrapt:
  2° in 1° worden de woorden "lid van een districtsraad in het Vlaamse Gewest of van een sectorraad in het Waalse Gewest, dat noch voorzitter of lid van het bureau is" vervangen door de woorden "lid van een districtsraad in het Vlaamse Gewest dat noch districtsburgemeester of - schepen is of lid van een sectorraad in het Waalse Gewest, dat noch voorzitter, of lid van het bureau is, lid van een bijzonder comité voor de sociale dienst, dat noch gemeenteraadslid, noch lid van de raad voor maatschappelijk welzijn is,";
  3° in 2° worden de woorden "lid van het bureau van een districtsraad" vervangen door de woorden "districtsschepen in het Vlaamse Gewest of lid van het bureau van een sectorraad in het Waalse Gewest";
  4° in 3° worden de woorden "voorzitter van een districtsraad in het Vlaamse gewest, of van een sectorraad, in het Waalse Gewest " vervangen door "districtsburgemeester in het Vlaamse gewest of voorzitter van het bureau van een sectorraad in het Waalse gewest".
Art.200. Dans l'article 216 du même arrêté, les modifications suivantes sont apportées :
  1° au 1°, le mot "ou" est abrogé;
  2° au 1°, les mots " membre d'un conseil de secteur, en Région wallonne, ou d'un conseil de district, en Région flamande, qui n'est ni président ni membre du bureau " sont remplacés par les mots " membre d'un conseil de district en Région flamande qui n'est ni bourgmestre de district ou - échevin, ou membre d'un conseil de secteur de la Région wallonne, qui n'est ni président ou membre du bureau, ni membre d'un comité spécial pour le service social, ni membre du conseil communal, ni membre du conseil de l'aide sociale," ;
  3° au 2°, les mots "membre du bureau d'un conseil de district" sont remplacés par les mots "échevin de district en Région flamande ou membre du bureau d'un conseil de secteur en Région wallonne" ;
  4° au 3°, les mots "président d'un conseil de secteur, en Région wallonne, ou d'un conseil de district, en Région Flamande" sont remplacés par les mots " bourgmestre de district, en Région flamande, ou président du bureau d'un conseil de secteur, en Région wallonne".
Art.201. In artikel 217 van hetzelfde besluit worden de volgende wijzigingen aangebracht:
  1° in 2° worden de woorden "voorzitter van een districtsraad in het Vlaamse Gewest of van een sectorraad in het Waalse Gewest" vervangen door de woorden "districtsburgemeester in het Vlaamse Gewest of voorzitter van een sectorraad in het Waalse Gewest";
  2° in 4° worden de woorden "lid van het bureau van districtsraad in het Vlaamse Gewest of van een sectorraad in het Waalse Gewest" vervangen door de woorden "districtsschepen in het Vlaamse Gewest of lid van het bureau van een sectorraad in het Waalse Gewest".
Art.201. Dans l'article 217 du même arrêté, les modifications suivantes sont apportées :
  1° au 2°, les mots " président d'un conseil de secteur en Région wallonne, ou d'un conseil de district en Région flamande" sont remplacés par les mots "bourgmestre de district, en Région flamande, ou président d'un conseil de secteur, en Région wallonne" ;
  2° au 4°, les mots "membre du bureau d'un conseil de secteur en Région wallonne, ou d'un conseil de district en Région flamande" sont remplacés par les mots " échevin de district, en Région flamande, ou membre du bureau d'un conseil de secteur, en Région wallonne".
Art.202. In hetzelfde besluit wordt een artikel 222/1 ingevoegd, luidende:
  "Art. 222/1 Wanneer de ambtenaar die ambtshalve of facultatief met voltijds politiek verlof is, twee jaar afwezig is, kan het Algemeen Beheerscomité beslissen dat de betrekking die de ambtenaar bekleedt, in het belang van de dienst als vacant moet worden beschouwd.".
Art.202. Dans le même arrêté, il est inséré un article 222/1, rédigé comme suit :
  "Art. 222/1 Quand le fonctionnaire, en congé politique d'office ou facultatif à plein temps, est absent depuis 2 ans, le Comité général de gestion peut décider que l'emploi que le fonctionnaire occupait, doit être considéré comme vacant dans l'intérêt du service.".
Art.203. In artikel 223 van hetzelfde besluit wordt het tweede lid vervangen als volgt:
  "Nadat het politiek verlof verloopt, herkrijgt de belanghebbende zijn rechten. Wanneer hij niet in zijn betrekking werd vervangen, bezet hij die betrekking wanneer hij zijn dienst hervat. Indien hij wel werd vervangen, wordt hij:
  1. ofwel aangewezen voor een andere betrekking van zijn directie;
  2. ofwel ambtshalve overgeplaatst naar een betrekking van een andere directie.".
Art.203. Dans l'article 223 du même arrêté, alinéa 2 est remplacé par ce qui suit :
  "A l'expiration du congé politique, l'intéressé recouvre ses droits. S'il n'a pas été remplacé dans son emploi, il réintègre cet emploi lorsqu'il reprend son activité. S'il a été remplacé, il est :
  1. soit affecté à un autre emploi de sa direction ;
  2. soit muté d'office dans un emploi d'une autre direction.".
Art.204. In artikel 231 van hetzelfde besluit worden de woorden "leidend ambtenaar" vervangen door het woord "directeur-generaal".
Art.204. Dans l'article 231 du même arrêté, les mots "fonctionnaire dirigeant" sont remplacés par les mots "directeur général".
Art.205. In hetzelfde besluit wordt een artikel 233/1 ingevoegd, luidende:
  "Wanneer de ambtenaar sinds twee jaar een verlof om een werkzaamheid uit te oefenen bij een erkende politieke fractie geniet, kan het Algemeen Beheerscomité beslissen dat de betrekking die de ambtenaar bekleedt, in het belang van de dienst als vacant moet worden beschouwd.
  De ambtenaar die terugkeert uit zijn verlof om een werkzaamheid uit te oefenen bij een erkende politieke fractie, herkrijgt zijn rechten. Wanneer hij niet in zijn betrekking werd vervangen, bezet hij die betrekking wanneer hij zijn dienst hervat. Indien hij wel werd vervangen, wordt hij:
  1. ofwel aangewezen voor een andere betrekking van zijn directie;
  2. ofwel ambtshalve overgeplaatst naar een betrekking van een andere directie. ".
Art.205. Dans le même arrêté, il est inséré un article 233/1 rédigé comme suit :
  "Lorsque le fonctionnaire bénéficie d'un congé pour exercer une activité auprès d'un groupe politique reconnu depuis deux ans, le Comité général de gestion peut décider que l'emploi que le fonctionnaire occupait doit être considéré comme vacant dans l'intérêt du service.
  Le fonctionnaire qui revient d'un congé pour exercer une activité auprès d'un groupe politique reconnu recouvre ses droits. S'il n'a pas été remplacé dans son emploi, il réintègre cet emploi lorsqu'il reprend son activité. S'il a été remplacé, il est soit :
  1. affecté à un autre emploi de sa direction ;
  2. muté d'office dans un emploi d'une autre direction.".
Art.206. In artikel 234 van hetzelfde besluit wordt tussen het derde en vierde lid een lid ingevoegd, luidende:
  "De ambtenaar die terugkeert uit zijn verlof voor detachering, herkrijgt zijn rechten. Wanneer hij niet in zijn betrekking werd vervangen, bezet hij die betrekking wanneer hij zijn dienst hervat. Indien hij wel werd vervangen, wordt hij:
  1. ofwel aangewezen voor een andere betrekking van zijn directie;
  2. ofwel ambtshalve overgeplaatst naar een betrekking van een andere directie.".
Art.206. Dans l'article 234 du même arrêté, un alinéa rédigé comme suit est inséré entre les alinéas 3 et 4 :
  "Le fonctionnaire qui revient d'un congé pour détachement, recouvre ses droits. S'il n'a pas été remplacé dans son emploi, il réintègre cet emploi lorsqu'il reprend son activité. S'il a été remplacé, il est soit :
  1. affecté à un autre emploi de sa direction ;
  2. muté d'office dans un emploi d'une autre direction.".
Art.207. In het opschrift van afdeling 16 van boek II, titel XII, hoofdstuk I van hetzelfde besluit wordt het woord "andere" opgeheven.
Art.207. Dans l'intitulé de la section 16 du livre II, titre XII, chapitre I du même arrêté le mot "autre" est abrogé.
Art.208. In hetzelfde besluit wordt een artikel 239/1 ingevoegd, luidende:
  "Art. 239/1. Wanneer de ambtenaar op verzoek van een arts in quarantaine wordt geplaatst wordt hem profylactisch verlof verleend indien andere maatregelen zoals telewerk niet mogelijk zijn.".
Art.208. Dans le même arrêté, il est inséré un article 239/1 rédigé comme suit :
  "Art. 239/1. Lorsque le fonctionnaire est placé en quarantaine à la demande d'un médecin, il obtient un congé prophylactique si d'autres mesures telles que le télétravail ne sont pas possibles.".
Art.209. In hetzelfde besluit wordt een artikel 239/2 ingevoegd, luidende:
  "Art. 239/2. De directeur-generaal kan een dienstvrijstelling verlenen aan de ambtenaar in het kader van de bestrijding van een gezondheidscrisis.".
Art.209. Dans le même arrêté, il est inséré un article 239/2 rédigé comme suit :
  "Art. 239/2. Le directeur général peut accorder une dispense de service au fonctionnaire dans le cadre de la lutte contre une crise sanitaire.".
Art.210. In boek II, titel XII, hoofdstuk I, afdeling 18 van hetzelfde besluit, wordt een onderafdeling 1 ingevoegd, die artikel 240 bevat, getiteld:
  "Onderafdeling 1 - Verlof in het kader van de vierdagenweek en het halftijds werken vanaf 50 of 55 jaar".
Art.210. Dans le livre II, titre XII, chapitre I, section 18 du même arrêté, il est inséré une sous-section 1re, comprenant l'article 240, intitulée :
  "Sous-section 1re - Du congé dans le cadre de la semaine de quatre jours et du travail à mi-temps à partir de 50 ou 55 ans".
Art.211. Artikel 240 van hetzelfde besluit wordt vervangen als volgt:
  "Art. 240. § 1. De artikelen 4 tot en met 8 van de wet van 19 juli 2012 betreffende de vierdagenweek en het halftijds werken vanaf 50 of 55 jaar in de openbare sector, en de artikelen 1 tot en met 10 van het koninklijk besluit van 20 september 2012 houdende diverse bepalingen betreffende de vierdagenweek en het halftijds werken vanaf 50 of 55 jaar in de openbare sector, alsook de bepalingen die bovengenoemde bepalingen wijzigen of vervangen, zijn van toepassing, onder voorbehoud van hetgeen bepaald wordt in artikel 190 en in de volgende paragrafen van onderhavig artikel.
  § 2. De ambtenaren van rang A2 of hoger kunnen enkel het verlof, zoals bedoeld in paragraaf 1, genieten met toestemming van de Directieraad, die hierbij rekening houdt met de noodzaak om de goede werking van de dienst te waarborgen.
  De stagiairs worden van dit verlof uitgesloten.
  § 3. De politieke mandaten zoals bedoeld in artikel 214 en volgende worden niet beschouwd als een beroepsactiviteit.
  § 4. De verminderde prestaties wegens medische redenen die het verlof, zoals bedoeld in paragraaf 1, schorsen zijn deze in toepassing van artikel 209.".
Art.211. L'article 240 du même arrêté est remplacé par ce qui suit :
  "Art. 240. § 1er. Les articles 4 à 8 inclus de la loi du 19 juillet 2012 relative à la semaine de quatre jours et au travail à mi-temps à partir de 50 ou 55 ans dans le secteur public, et les articles 1 à 10 inclus de l'arrêté royal du 20 septembre 2012 portant des dispositions diverses concernant la semaine de quatre jours et le travail à mi-temps à partir de 50 ou 55 ans dans le secteur public, ainsi que les dispositions modifiant ou remplaçant les dispositions précitées, sont d'application, sous réserve de ce qui est prévu à l'article 190 et aux paragraphes suivants du présent article.
  § 2. Les fonctionnaires de rang A2 ou plus peuvent uniquement bénéficier du congé visé au paragraphe premier, moyennant l'autorisation du Conseil de direction, qui tient compte de la nécessité de garantir le bon fonctionnement du service.
  Les stagiaires sont exclus de ce congé.
  § 3. Les mandats politiques visés aux articles 214 et suivants ne sont pas considérés comme une activité professionnelle.
  § 4. Les prestations réduites pour raisons médicales qui suspendent le congé visé au paragraphe premier sont celles en application de l'article 209.".
Art.212. In boek II, titel XII, hoofdstuk I, afdeling 18 van hetzelfde besluit wordt een onderafdeling 2, ingevoegd die artikel 41 bevat, getiteld:
  "Onderafdeling 2 - Het verlof voor loopbaanonderbreking".
Art.212. Dans le livre II, titre XII, chapitre I, section 18 du même arrêté, il est inséré une sous-section 2, comprenant l'article 41, intitulée:
  "sous- section2 - Du congé pour interruption de carrière".
Art.213. Artikel 241 van hetzelfde besluit wordt vervangen als volgt:
  "Art. 241. § 1. Overeenkomstig het besluit van het Verenigd College van 16 december 2004 betreffende de onderbreking van de beroepsloopbaan van de personeelsleden van de Diensten van het Verenigd College van de Gemeenschappelijke Gemeenschapscommissie van Brussel- Hoofdstad, geniet de ambtenaar in dienstactiviteit verlof om zijn loopbaan te onderbreken krachtens de herstelwet van 22 januari 1985 onder het stelsel vastgesteld bij het koninklijk besluit van 7 mei 1999 betreffende de onderbreking van de beroepsloopbaan van het personeel van de besturen, alsmede alle bepalingen die deze regeling zouden wijzigen of vervangen, onder voorbehoud van hetgeen bepaald wordt in de volgende paragrafen van onderhavig artikel.
  § 2. Iedere ambtenaar heeft recht op de verloven voor loopbaanonderbreking onder de specifieke stelsels.
  In afwijking hiervan kunnen ambtenaren van rang A2 of hoger het verlof voor loopbaanonderbreking onder het algemene stelsel enkel genieten met de toestemming van de Directieraad, die hierbij rekening houdt met de noodzaak om de goede werking van de dienst te waarborgen.
  De stagairs worden uitgesloten van het verlof voor loopbaanonderbreking onder het algemene stelsel.
  § 3. De ambtenaar die zijn loopbaan gedeeltelijk wenst te onderbreken onder het algemene stelsel, kan dit doen ten belope van een vijfde of de helft van de duur van de prestaties die hem normaal worden opgelegd.".
Art.213. L'article 241 du même arrêté est remplacé par ce qui suit:
  "Art. 241. § 1er. Conformément à l'arrêté du Collège réuni du 16 décembre 2004 relatif à l'interruption de la carrière professionnelle des membres du personnel des Services du Collège réuni de la Commission communautaire commune de Bruxelles-Capitale, le fonctionnaire en activité de service bénéficie d'un congé pour interruption de carrière accordée en vertu de la loi de redressement du 22 janvier 1985 selon le régime fixé par l'arrêté royal du 7 mai 1999 relatif à l'interruption de carrière professionnelle du personnel des administrations ainsi que les dispositions qui viendraient à le modifier ou le remplacer, sous réserve des paragraphes suivants du présent article.
  § 2. Tout fonctionnaire a droit au congé pour interruption de carrière selon les régimes spécifiques.
  Par dérogation, les fonctionnaires de rang A2 ou plus peuvent uniquement bénéficier du congé pour interruption de carrière selon le régime général, moyennant l'autorisation du Conseil de direction, qui tient compte de la nécessité de garantir le bon fonctionnement du service.
  Les stagiaires sont exclus du congé pour interruption de carrière selon le régime général.
  § 3. Le fonctionnaire qui souhaite interrompre sa carrière de manière partielle selon le régime général peut le faire à raison d'un cinquième ou de la moitié de la durée des prestations qui lui sont normalement imposées.".
Art.214. In artikel 244, lid 1, 3° van hetzelfde besluit worden de woorden "Behoudens afwijking door het Algemeen Beheerscomité en op gunstig advies van de directieraad, kan deze afwezigheid" vervangen door de woorden "Deze afwezigheid kan".
Art.214. Dans l'article 244, alinéa 1er, 3° du même arrêté, les mots "Sauf dérogation du Comité général de gestion et sur avis favorable du Conseil de direction, cette absence ne peut" sont remplacés par les mots "Cette absence ne peut".
Art.215. Artikel 250, tweede lid van hetzelfde besluit wordt vervangen als volgt:
  "Op voorstel van de Directieraad neemt de benoemende overheid een beslissing omtrent de in disponibiliteitstelling. De ambtenaar wordt vooraf gehoord door de Directieraad. De ambtenaar wordt minstens tien dagen voor de hoorzitting opgeroepen, doormiddel van een kennisgeving waarin wordt vermeld dat de ambtenaar in disponibiliteit gesteld kan worden. Hij moet tijdens deze termijn toegang hebben tot de stukken van het dossier en mag worden bijgestaan door een persoon van zijn keuze, met uitzondering van de leden van de Directieraad of de benoemende overheid.".
Art.215. L'article 250, alinéa 2, du même arrêté est remplacé par ce qui suit :
  " Sur la proposition du Conseil de direction, l'autorité investie du pouvoir de nomination se prononce sur la mise en disponibilité. Le fonctionnaire est préalablement entendu par le Conseil de direction. Le fonctionnaire est convoqué, par notification, laquelle mentionne que le fonctionnaire peut être mis en disponibilité, au moins dix jours avant l'audition. Il doit avoir accès pendant cette durée aux pièces du dossier et peut être assisté par la personne de son choix, à l'exception des membres du Conseil de direction ou de l'autorité investie du pouvoir de nomination.".
Art.216. In artikel 257 eerste lid van hetzelfde besluit worden de woorden "krachtens artikel 86" ingevoegd tussen de woorden "Het, Algemeen Beheerscomité kan" en "de in disponibiliteit gestelde ambtenaar.
Art.216. Dans l'article 257 alinéa 1er du même arrêté, les mots "en vertu de l'article 86," sont insérés entre les mots "de gestion" et les mots "peut rappeler".
Art.217. In artikel 260, eerste lid, van hetzelfde besluit worden de volgende wijzigingen aangebracht:
  1° de bepaling onder 1° wordt aangevuld met de volgende zin:
  "Deze termijn kan verkort worden in onderling akkoord;";
  2° in de bepaling onder 2° worden de woorden "een periode van zes maanden" vervangen door de woorden "een verlengbare periode van minimum zes maanden en maximaal een jaar.";
  3° in de bepaling onder 4° wordt het woord "andere" opgeheven.
Art.217. Dans l'article 260, alinéa 1er du même arrêté, les modifications suivantes sont apportées :
  1° le 1° est complété par la phrase suivante :
  "Ce délai peut être réduit de commun accord;" ;
  2° au 2°, les mots "de six mois" sont remplacés par les mots " renouvelable de minimum six mois et maximale d'une année" ;
  3° au 4°, le mot "autre" est abrogé.
Art.218. Artikel 261 van hetzelfde besluit wordt opgeheven.
Art.218. L'article 261 du même arrêté est abrogé.
Art.219. In artikel 265 van hetzelfde besluit, gewijzigd bij het besluit van 14 september 2023, wordt de tabel vervangen als volgt:
Art.219. Dans l'article 265 du même arrêté, modifié par l'arrêté du 14 septembre 2023, le tableau est modifié comme suit :
Directeur général A 500 Directeur-generaal A 500
Directeur général adjoint A 410 Adjunct-directeur-generaal A 410
Directeur-chef de service A 400 Directeur-diensthoofd A 400
Directeur A 310 Directeur A 310
 A 300  A 300
Premier attaché A 220 Eerste attaché A 220
 A 210  A 210
  
 A 200  A 200
Premier ingénieur expert A 310 Eerste ingenieur-deskundige A 310
 A 230  A 230
  
 A 220  A 220
Premier médecin expert A 331 Eerste geneesheer-deskundige A 331
 A 231  A 231
  
 A 133  A 133
Premier attaché expert A 230 Eerste attaché-deskundige A 230
 A 220  A 220
Ingénieur A 310 Ingenieur A 310
 A 113  A 113
  
 A 112  A 112
  
 A 111  A 111
Médecin A 331 Geneesheer A 331
 A 133  A 133
  
 A 132  A 132
  
 A 131  A 131
Attaché A 103 Attaché A 103
 A 102  A 102
  
 A 101  A 101
  
Premier assistant B 200 Eerste assistent B 200
Assistant B 104 Assistent B 104
 B 103  B 103
  
 B 102  B 102
  
 B 101  B 101
  
Premier adjoint C 200 Eerste adjunct C 200
Adjoint C 104 Adjunct C 104
 C 103  C 103
  
 C 102  C 102
  
 C 101  C 101
  
Premier commis D 200 Eerste Klerk D 200
Commis D 104 Klerk D 104
 D 103  D 103
  
 D 102  D 102
  
 D 101  D 101
Art.220. In artikel 268 van hetzelfde besluit worden de volgende wijzigingen aangebracht:
  1° in paragraaf 1, eerste lid, worden de woorden "Behoudens strijdige bepalingen komen voor de toekenning van de verhogingen in zijn weddeschaal alleen in aanmerking" vervangen door de woorden "Komen voor de toekenning van de verhogingen in zijn weddeschaal ambtshalve in aanmerking";
  2° in de bepaling onder 3° wordt het tweede lid opgeheven;
  3° de bepaling onder 7° wordt aangevuld met de volgende woorden:
  "of van de Zwitserse Confederatie";
  4° paragraaf 1 wordt aangevuld met een lid, luidende:
  "De duur van de in het eerste lid vermelde diensten wordt vastgesteld door de directeur-generaal of de adjunct directeur-generaal.";
  5° paragraaf 2 wordt aangevuld met een lid, luidende:
  "De duur van de in het eerste lid bedoelde diensten wordt vastgesteld door de directeur-generaal of de adjunct directeur-generaal.";
  6° er wordt een paragraaf 2/1 ingevoegd, luidende:
  " § 2/1. De diensten verricht overeenkomstig § 1, 2° tot en met 4°, die het voorwerp waren van de storting van een beurs, een studiebeurs, een onderzoeksbeurs of die het voorwerp hebben uitgemaakt van een onderzoekscontract kunnen eveneens in aanmerking worden genomen voor de toekenning van de verhogingen in weddeschaal.
  Het belang van de in het voorgaande lid bedoelde in aanmerking komende diensten wordt, na advies van de Directieraad, door de directeur-generaal of de adjunct directeur-generaal bepaald, met name op basis van een getuigschrift afgeleverd door de universiteit.".
  7° in paragraaf 3 van de Franse tekst, lid 1 worden de woorden "et cela pour une durée maximum" vervangen door de woorden "pour une durée maximale";
  8° in paragraaf 3, lid 3, worden de woorden "het Algemeen Beheerscomité" vervangen door de woorden "de directeur-generaal of de adjunct directeur-generaal ";
  9° paragraaf 3 wordt aangevuld met een lid, luidende:
  "Van de in het eerste lid bepaalde maximumduur kan afgeweken worden door de Minister, op advies van de directeur-generaal of de adjunct- directeur-generaal, om te voorzien in de uitvoering van taken die een bijzondere of weinig voorkomende kennis of ruime ervaring op hoog niveau vereisen.".
  10° het artikel wordt aangevuld met een paragraaf 4, luidende:
  " § 4. Voor de waardering van de in paragrafen 2, 2/1 en 3, eerste lid, vermelde in aanmerking komende diensten dienen de ambtenaar en de stagiair een aanvraag in. Indien deze aanvraag werd ingediend binnen de 6 maanden na indiensttreding geldt de overeenkomstige geldelijke anciënniteit vanaf de indiensttreding. Indien de aanvraag 6 maanden na de indiensttreding wordt ingediend, geldt de geldelijke anciënniteit pas vanaf het moment van de aanvraag.";
  11° het artikel wordt aangevuld met een paragraaf 5, luidende:
  " § 5. Bij gedeeltelijke of volledige weigering tot erkenning van de diensten die zouden zijn uitgevoerd, kan beroep ingesteld worden bij de Minister binnen een maand na de kennisname van de weigeringsbeslissing.".
Directeur général A 500 Directeur-generaal A 500
Directeur général adjoint A 410 Adjunct-directeur-generaal A 410
Directeur-chef de service A 400 Directeur-diensthoofd A 400
Directeur A 310 Directeur A 310
 A 300  A 300
Premier attaché A 220 Eerste attaché A 220
 A 210  A 210
  
 A 200  A 200
Premier ingénieur expert A 310 Eerste ingenieur-deskundige A 310
 A 230  A 230
  
 A 220  A 220
Premier médecin expert A 331 Eerste geneesheer-deskundige A 331
 A 231  A 231
  
 A 133  A 133
Premier attaché expert A 230 Eerste attaché-deskundige A 230
 A 220  A 220
Ingénieur A 310 Ingenieur A 310
 A 113  A 113
  
 A 112  A 112
  
 A 111  A 111
Médecin A 331 Geneesheer A 331
 A 133  A 133
  
 A 132  A 132
  
 A 131  A 131
Attaché A 103 Attaché A 103
 A 102  A 102
  
 A 101  A 101
  
Premier assistant B 200 Eerste assistent B 200
Assistant B 104 Assistent B 104
 B 103  B 103
  
 B 102  B 102
  
 B 101  B 101
  
Premier adjoint C 200 Eerste adjunct C 200
Adjoint C 104 Adjunct C 104
 C 103  C 103
  
 C 102  C 102
  
 C 101  C 101
  
Premier commis D 200 Eerste Klerk D 200
Commis D 104 Klerk D 104
 D 103  D 103
  
 D 102  D 102
  
 D 101  D 101
Art.220. A l'article 268, du même arrêté, les modifications suivantes sont apportées :
  1° au paragraphe 1er, l'alinéa 1er, les mots " Sauf dispositions contraires, sont seuls admissibles" sont remplacés par les mots: " Sont admissibles d'office" ;
  2° au 3°, l'alinéa 2 est abrogé ;
  3° le 7° est complété par les mots :
  "ou de la Confédération suisse" ;
  4° le paragraphe 1er est complété par un alinéa rédigé comme suit :
  "La durée des services visés à l'alinéa 1er est fixée par le directeur général ou le directeur général adjoint." ;
  5° le paragraphe 2 est complété par un alinéa rédigé comme suit :
  " La durée des services visés à l'alinéa 1er est fixée par le directeur général ou le directeur général adjoint ." ;
  6° il est inséré un paragraphe 2/1, rédigé comme suit :
  " § 2/1. Les services accomplis conformément au § 1er, 2° à 4° inclus qui ont été sujets au versement d'une bourse, d'une bourse d'étude, d'une bourse de recherche ou qui ont fait l'objet d'un contrat de recherche peuvent être également pris en considération pour l'octroi des augmentations dans l'échelle de traitement.
  L'importance des services admissibles visés à l'alinéa précédent est déterminée par le directeur général ou le directeur général adjoint, après avis du Conseil de direction, notamment sur la base d'une attestation délivrée par l'université." ;
  7° au paragraphe 3 du texte français, alinéa 1er, les mots "et cela pour une durée maximum" sont remplacés par les mots "pour une durée maximale" ;
  8° dans le paragraphe 3, alinéa 3, les mots "Comité général de gestion" sont remplacés par les mots "directeur général ou le directeur général adjoint " ;
  9° le paragraphe 3 est complété par un alinéa rédigé comme suit :
  "Il peut être dérogé à la durée maximale prévue à l'alinéa premier par le Ministre, sur proposition du directeur général ou du directeur général adjoint, pour pourvoir à l'exécution de tâches exigeant des connaissances spécifiques ou rares ou une expérience large de haut niveau ." ;
  10° l'article est complété par un paragraphe 4 rédigé comme suit :
  " § 4. Pour l'évaluation des services entrant en ligne de compte énumérés aux paragraphes 2, 2/1 et 3, premier alinéa, le fonctionnaire et le stagiaire introduisent une demande. Si cette demande a été introduite dans les 6 mois suivant l'entrée en service, l'ancienneté pécuniaire correspondante s'applique à partir de l'entrée en service. Si la demande est introduite au-delà de 6 mois après l'entrée en service, l'ancienneté pécuniaire, ne s'applique qu'à partir du moment de la demande." ;
  11° l'article est complété par un paragraphe 5, rédigé comme suit :
  " § 5. En cas de refus partiel ou total de reconnaitre des services qui auraient été accomplis, un recours peut être introduit auprès du Ministre dans le mois de la prise de connaissance de la décision de refus.".
Art. 220. In artikel 268 van hetzelfde besluit worden de volgende wijzigingen aangebracht:
  1° in paragraaf 1, eerste lid, worden de woorden "Behoudens strijdige bepalingen komen voor de toekenning van de verhogingen in zijn weddeschaal alleen in aanmerking" vervangen door de woorden "Komen voor de toekenning van de verhogingen in zijn weddeschaal ambtshalve in aanmerking";
  2° in de bepaling onder 3° wordt het tweede lid opgeheven;
  3° de bepaling onder 7° wordt aangevuld met de volgende woorden:
  "of van de Zwitserse Confederatie";
  4° paragraaf 1 wordt aangevuld met een lid, luidende:
  "De duur van de in het eerste lid vermelde diensten wordt vastgesteld door de directeur-generaal of de adjunct directeur-generaal.";
  5° paragraaf 2 wordt aangevuld met een lid, luidende:
  "De duur van de in het eerste lid bedoelde diensten wordt vastgesteld door de directeur-generaal of de adjunct directeur-generaal.";
  6° er wordt een paragraaf 2/1 ingevoegd, luidende:
  " § 2/1. De diensten verricht overeenkomstig § 1, 2° tot en met 4°, die het voorwerp waren van de storting van een beurs, een studiebeurs, een onderzoeksbeurs of die het voorwerp hebben uitgemaakt van een onderzoekscontract kunnen eveneens in aanmerking worden genomen voor de toekenning van de verhogingen in weddeschaal.
  Het belang van de in het voorgaande lid bedoelde in aanmerking komende diensten wordt, na advies van de Directieraad, door de directeur-generaal of de adjunct directeur-generaal bepaald, met name op basis van een getuigschrift afgeleverd door de universiteit.".
  7° in paragraaf 3 van de Franse tekst, lid 1 worden de woorden "et cela pour une durée maximum" vervangen door de woorden "pour une durée maximale";
  8° in paragraaf 3, lid 3, worden de woorden "het Algemeen Beheerscomité" vervangen door de woorden "de directeur-generaal of de adjunct directeur-generaal ";
  9° paragraaf 3 wordt aangevuld met een lid, luidende:
  "Van de in het eerste lid bepaalde maximumduur kan afgeweken worden door de Minister, op advies van de directeur-generaal of de adjunct- directeur-generaal, om te voorzien in de uitvoering van taken die een bijzondere of weinig voorkomende kennis of ruime ervaring op hoog niveau vereisen.".
  10° het artikel wordt aangevuld met een paragraaf 4, luidende:
  " § 4. Voor de waardering van de in paragrafen 2, 2/1 en 3, eerste lid, vermelde in aanmerking komende diensten dienen de ambtenaar en de stagiair een aanvraag in. Indien deze aanvraag werd ingediend binnen de 6 maanden na indiensttreding geldt de overeenkomstige geldelijke anciënniteit vanaf de indiensttreding. Indien de aanvraag 6 maanden na de indiensttreding wordt ingediend, geldt de geldelijke anciënniteit pas vanaf het moment van de aanvraag.";
  11° het artikel wordt aangevuld met een paragraaf 5, luidende:
  " § 5. Bij gedeeltelijke of volledige weigering tot erkenning van de diensten die zouden zijn uitgevoerd, kan beroep ingesteld worden bij de Minister binnen een maand na de kennisname van de weigeringsbeslissing.".
Art. 220. A l'article 268, du même arrêté, les modifications suivantes sont apportées :
  1° au paragraphe 1er, l'alinéa 1er, les mots " Sauf dispositions contraires, sont seuls admissibles" sont remplacés par les mots: " Sont admissibles d'office" ;
  2° au 3°, l'alinéa 2 est abrogé ;
  3° le 7° est complété par les mots :
  "ou de la Confédération suisse" ;
  4° le paragraphe 1er est complété par un alinéa rédigé comme suit :
  "La durée des services visés à l'alinéa 1er est fixée par le directeur général ou le directeur général adjoint." ;
  5° le paragraphe 2 est complété par un alinéa rédigé comme suit :
  " La durée des services visés à l'alinéa 1er est fixée par le directeur général ou le directeur général adjoint ." ;
  6° il est inséré un paragraphe 2/1, rédigé comme suit :
  " § 2/1. Les services accomplis conformément au § 1er, 2° à 4° inclus qui ont été sujets au versement d'une bourse, d'une bourse d'étude, d'une bourse de recherche ou qui ont fait l'objet d'un contrat de recherche peuvent être également pris en considération pour l'octroi des augmentations dans l'échelle de traitement.
  L'importance des services admissibles visés à l'alinéa précédent est déterminée par le directeur général ou le directeur général adjoint, après avis du Conseil de direction, notamment sur la base d'une attestation délivrée par l'université." ;
  7° au paragraphe 3 du texte français, alinéa 1er, les mots "et cela pour une durée maximum" sont remplacés par les mots "pour une durée maximale" ;
  8° dans le paragraphe 3, alinéa 3, les mots "Comité général de gestion" sont remplacés par les mots "directeur général ou le directeur général adjoint " ;
  9° le paragraphe 3 est complété par un alinéa rédigé comme suit :
  "Il peut être dérogé à la durée maximale prévue à l'alinéa premier par le Ministre, sur proposition du directeur général ou du directeur général adjoint, pour pourvoir à l'exécution de tâches exigeant des connaissances spécifiques ou rares ou une expérience large de haut niveau ." ;
  10° l'article est complété par un paragraphe 4 rédigé comme suit :
  " § 4. Pour l'évaluation des services entrant en ligne de compte énumérés aux paragraphes 2, 2/1 et 3, premier alinéa, le fonctionnaire et le stagiaire introduisent une demande. Si cette demande a été introduite dans les 6 mois suivant l'entrée en service, l'ancienneté pécuniaire correspondante s'applique à partir de l'entrée en service. Si la demande est introduite au-delà de 6 mois après l'entrée en service, l'ancienneté pécuniaire, ne s'applique qu'à partir du moment de la demande." ;
  11° l'article est complété par un paragraphe 5, rédigé comme suit :
  " § 5. En cas de refus partiel ou total de reconnaitre des services qui auraient été accomplis, un recours peut être introduit auprès du Ministre dans le mois de la prise de connaissance de la décision de refus.".
Art.222. In artikel 280 van hetzelfde besluit wordt de paragraaf 2 vervangen als volgt:
  " § 2. Wanneer de schaal van zijn oude graad behoort tot niveau D en de schaal van zijn nieuwe graad tot niveau C, ontvangt de in § 1 bedoelde ambtenaar in zijn nieuwe graad steeds minstens een jaarlijks wedde die 500 EUR, gekoppeld aan de spilindex 138,01 van de consumptieprijzen, hoger is dan de wedde die hij in zijn oude graad zou hebben genoten.
  Wanneer de schaal van zijn oude graad behoort tot niveau C en de schaal van zijn nieuwe graad tot niveau B, ontvangt de in § 1 bedoelde ambtenaar in zijn nieuwe graad steeds minstens een jaarlijkse wedde die 750 EUR, gekoppeld aan de spilindex 138,01 van de consumptieprijzen, hoger is dan de wedde die hij in zijn oude graad zou hebben genoten.
  Wanneer de schaal van zijn oude graad behoort tot niveau B of C en de schaal van zijn nieuwe graad tot niveau A, ontvangt de in § 1 bedoelde ambtenaar in zijn nieuwe graad steeds minstens een jaarlijks wedde die 1.000 euro, gekoppeld aan de spilindex 138,01 van de consumptieprijzen, hoger is dan de wedde die hij in zijn oude graad zou hebben genoten.
  Wanneer de schaal van zijn oude graad tot rang A2 of A2-deskundige behoort en de schaal van zijn nieuwe graad tot rang A3, ontvangt de in § 1 bedoelde ambtenaar in zijn nieuwe graad steeds minstens een jaarlijks wedde die 1.000 euro, gekoppeld aan de spilindex 138,01 van de consumptieprijzen, hoger is dan de wedde die hij in zijn oude graad zou hebben genoten.
  De toepassing van het eerste, tweede, derde of vierde lid mag niet tot gevolg hebben dat de wedde van de ambtenaar wordt verhoogd tot boven de maximumwedde van de schaal van zijn nieuwe graad of van de schaal van zijn vroegere graad, indien deze hoger is.".
Art.222. Dans l'article 280 du même arrêté, le paragraphe 2 est remplacé comme suit :
  " § 2. Lorsque l'échelle de son ancien grade relève du niveau D et l'échelle de son nouveau grade du niveau C, le fonctionnaire visé au § 1er obtient au moins, à tout moment, dans son nouveau grade un traitement supérieur de 500 euros annuel, lié à l'indice-pivot 138,01 des prix à la consommation, à celui dont il eût bénéficié dans son ancien grade.
  Lorsque l'échelle de son ancien grade relève du niveau C et l'échelle de son nouveau grade du niveau B, le fonctionnaire visé au § 1er obtient au moins, à tout moment, dans son nouveau grade un traitement supérieur de 750 euros annuel, lié à l'indice-pivot 138,01 des prix à la consommation, à celui dont il eût bénéficié dans son ancien grade.
  Lorsque l'échelle de son ancien grade relève des niveaux B ou C et l'échelle de son nouveau grade du niveau A, le fonctionnaire visé au § 1er obtient au moins, à tout moment, dans son nouveau grade un traitement supérieur de 1.000 euros annuel, lié à l'indice-pivot 138,01 des prix à la consommation, à celui dont il eût bénéficié dans son ancien grade.
  Lorsque l'échelle de son ancien grade relève du rang A2 ou A2 expert et l'échelle de son nouveau grade du rang A3, le fonctionnaire visé au § 1er obtient au moins, à tout moment, dans son nouveau grade un traitement supérieur de 1.000 euros annuel, lié à l'indice-pivot 138,01 des prix à la consommation, à celui dont il eût bénéficié dans son ancien grade.
  L'application de l'alinéa 1er, 2, 3 ou 4, ne peut avoir pour effet de porter le traitement du fonctionnaire au-delà du traitement maximum, soit de l'échelle de son nouveau grade, soit de l'échelle de son ancien grade s'il est plus élevé.".
Art. 222. In artikel 280 van hetzelfde besluit wordt de paragraaf 2 vervangen als volgt:
  " § 2. Wanneer de schaal van zijn oude graad behoort tot niveau D en de schaal van zijn nieuwe graad tot niveau C, ontvangt de in § 1 bedoelde ambtenaar in zijn nieuwe graad steeds minstens een jaarlijks wedde die 500 EUR, gekoppeld aan de spilindex 138,01 van de consumptieprijzen, hoger is dan de wedde die hij in zijn oude graad zou hebben genoten.
  Wanneer de schaal van zijn oude graad behoort tot niveau C en de schaal van zijn nieuwe graad tot niveau B, ontvangt de in § 1 bedoelde ambtenaar in zijn nieuwe graad steeds minstens een jaarlijkse wedde die 750 EUR, gekoppeld aan de spilindex 138,01 van de consumptieprijzen, hoger is dan de wedde die hij in zijn oude graad zou hebben genoten.
  Wanneer de schaal van zijn oude graad behoort tot niveau B of C en de schaal van zijn nieuwe graad tot niveau A, ontvangt de in § 1 bedoelde ambtenaar in zijn nieuwe graad steeds minstens een jaarlijks wedde die 1.000 euro, gekoppeld aan de spilindex 138,01 van de consumptieprijzen, hoger is dan de wedde die hij in zijn oude graad zou hebben genoten.
  Wanneer de schaal van zijn oude graad tot rang A2 of A2-deskundige behoort en de schaal van zijn nieuwe graad tot rang A3, ontvangt de in § 1 bedoelde ambtenaar in zijn nieuwe graad steeds minstens een jaarlijks wedde die 1.000 euro, gekoppeld aan de spilindex 138,01 van de consumptieprijzen, hoger is dan de wedde die hij in zijn oude graad zou hebben genoten.
  De toepassing van het eerste, tweede, derde of vierde lid mag niet tot gevolg hebben dat de wedde van de ambtenaar wordt verhoogd tot boven de maximumwedde van de schaal van zijn nieuwe graad of van de schaal van zijn vroegere graad, indien deze hoger is.".
Art. 222. Dans l'article 280 du même arrêté, le paragraphe 2 est remplacé comme suit :
  " § 2. Lorsque l'échelle de son ancien grade relève du niveau D et l'échelle de son nouveau grade du niveau C, le fonctionnaire visé au § 1er obtient au moins, à tout moment, dans son nouveau grade un traitement supérieur de 500 euros annuel, lié à l'indice-pivot 138,01 des prix à la consommation, à celui dont il eût bénéficié dans son ancien grade.
  Lorsque l'échelle de son ancien grade relève du niveau C et l'échelle de son nouveau grade du niveau B, le fonctionnaire visé au § 1er obtient au moins, à tout moment, dans son nouveau grade un traitement supérieur de 750 euros annuel, lié à l'indice-pivot 138,01 des prix à la consommation, à celui dont il eût bénéficié dans son ancien grade.
  Lorsque l'échelle de son ancien grade relève des niveaux B ou C et l'échelle de son nouveau grade du niveau A, le fonctionnaire visé au § 1er obtient au moins, à tout moment, dans son nouveau grade un traitement supérieur de 1.000 euros annuel, lié à l'indice-pivot 138,01 des prix à la consommation, à celui dont il eût bénéficié dans son ancien grade.
  Lorsque l'échelle de son ancien grade relève du rang A2 ou A2 expert et l'échelle de son nouveau grade du rang A3, le fonctionnaire visé au § 1er obtient au moins, à tout moment, dans son nouveau grade un traitement supérieur de 1.000 euros annuel, lié à l'indice-pivot 138,01 des prix à la consommation, à celui dont il eût bénéficié dans son ancien grade.
  L'application de l'alinéa 1er, 2, 3 ou 4, ne peut avoir pour effet de porter le traitement du fonctionnaire au-delà du traitement maximum, soit de l'échelle de son nouveau grade, soit de l'échelle de son ancien grade s'il est plus élevé.".
Art. 223. In artikel 281 van hetzelfde besluit worden de volgende wijzigingen aangebracht:
  1° in het eerste lid worden de volgende wijzigingen aangebracht:
  a) de woorden "of "onder voorbehoud" " worden ingevoegd tussen de woorden ""onvoldoende"" en "blokkeert";
  b) het artikel wordt aangevuld met de woorden "overeenkomstig artikel 100/2.".
  c) de woorden "of stagiair" worden opgeheven;
  2° het tweede lid wordt vervangen als volgt:
  "Als de overheid geen nieuwe vermelding "onvoldoende" of "onder voorbehoud" heeft toegekend aan het einde van de evaluatieperiode, wordt de blokkering evenwel opgeheven.".
Art. 223. Dans l'article 281 du même arrêt, les modifications suivantes sont apportées :
  1° à l'alinéa 1er, les modifications suivantes sont apportées :
  a) les mots "ou "avec réserve"" sont insérés entre les mots " "insuffisant" " et "bloque" ;
  b) l'article est complété par les mots "conformément à l'article 100/2.".
  c) les mots " ou du stagiaire" sont abrogés;
  2° l'alinéa 2 est remplacé comme suit :
  "Toutefois, si l'autorité n'a pas attribué une nouvelle mention " insuffisant " ou "avec réserve" au terme de la période d'évaluation suivante, le blocage est levé.".
Art.225. In hetzelfde besluit wordt artikel 283 vervangen als volgt:
  "De maandwedde is gekoppeld aan de schommelingen van het indexcijfer van de consumptieprijzen overeenkomstig de wet van 1 maart 1977 houdende inrichting van een stelsel waarbij sommige uitgaven in de overheidssector aan het indexcijfer van de consumptieprijzen van het Rijk worden gekoppeld, gewijzigd bij koninklijk besluit nr. 178 van 30 december 1982 en onverminderd artikel 2 van het koninklijk besluit van 24 december 1993 ter uitvoering van de wet van 6 januari 1989 tot vrijwaring van 's lands concurrentievermogen.
  De wedde aan 100 % wordt gekoppeld aan het spilindexcijfer 138,01.".
Art.225. Dans le même arrêté, l'article 283 est remplacé par ce qui suit :
  "Le traitement du mois est lié aux fluctuations de l'indice des prix à la consommation conformément à la loi du 1er mars 1977 organisant un régime de liaison à l'indice des prix à la consommation du Royaume de certaines dépenses dans le secteur public, telle que modifiée par l'arrêté royal n° 178 du 30 décembre 1982 et sans préjudice de l'article 2 de l'arrêté royal du 24 décembre 1993 portant exécution de la loi du 6 janvier 1989 de sauvegarde de la compétitivité du pays.
  Le traitement à 100% est lié à l'indice-pivot 138,01.".
Art. 225. In hetzelfde besluit wordt artikel 283 vervangen als volgt:
  "De maandwedde is gekoppeld aan de schommelingen van het indexcijfer van de consumptieprijzen overeenkomstig de wet van 1 maart 1977 houdende inrichting van een stelsel waarbij sommige uitgaven in de overheidssector aan het indexcijfer van de consumptieprijzen van het Rijk worden gekoppeld, gewijzigd bij koninklijk besluit nr. 178 van 30 december 1982 en onverminderd artikel 2 van het koninklijk besluit van 24 december 1993 ter uitvoering van de wet van 6 januari 1989 tot vrijwaring van 's lands concurrentievermogen.
  De wedde aan 100 % wordt gekoppeld aan het spilindexcijfer 138,01.".
Art. 225. Dans le même arrêté, l'article 283 est remplacé par ce qui suit :
  "Le traitement du mois est lié aux fluctuations de l'indice des prix à la consommation conformément à la loi du 1er mars 1977 organisant un régime de liaison à l'indice des prix à la consommation du Royaume de certaines dépenses dans le secteur public, telle que modifiée par l'arrêté royal n° 178 du 30 décembre 1982 et sans préjudice de l'article 2 de l'arrêté royal du 24 décembre 1993 portant exécution de la loi du 6 janvier 1989 de sauvegarde de la compétitivité du pays.
  Le traitement à 100% est lié à l'indice-pivot 138,01.".
Art.227. In boek III, titel II van hetzelfde besluit wordt het opschrift van hoofdstuk X vervangen als volgt:
  "HOOFDSTUK X. - De graad en de schaal na het mandaat uitgeoefend bij de Dienst of bij de Diensten van het Verenigd College".
Art.227. Dans le livre III, titre II du même arrêté, l'intitulé du chapitre X est remplacé comme suit :
  "CHAPITRE X. - Du grade et de l'échelle après le mandat exercé à l'Office ou aux Services du Collège réuni".
Art.228. Artikel 290 van hetzelfde besluit wordt vervangen als volgt:
  "De ambtenaar van wie het mandaat eindigt, verkrijgt opnieuw de weddeschaal verbonden aan de graad die hij genoot voordat hij zijn mandaat opnam, onverminderd de regels met betrekking tot de gewone functionele loopbaan zoals bedoeld in de artikelen 124 tot 126 van het statuut.".
Art.228. L'article 290 du même arrêté est remplacé par ce qui suit :
  "L'agent dont le mandat prend fin, retrouve l'échelle liée au grade dont il bénéficiait avant son mandat, sans préjudice des règles relatives à la carrière fonctionnelle visées aux articles 124 à 126 du statut.".
Art.229. Artikel 291 van hetzelfde besluit wordt vervangen als volgt:
  " § 1. De mandaathouder van wie het mandaat niet verlengd wordt, die geen evaluatievermelding "ongunstig" heeft gekregen, die geen beroepsinkomen, noch enig verlof geniet dat hem in staat stelt zijn vorige betrekking weer op te nemen en die wordt aangewezen voor een ander mandaat, ontvangt een uittredingsvergoeding.
  De uittredingsvergoeding is gelijk aan de bezoldiging van de mandaathouder voor een periode van zes maanden indien hij één enkel volledig mandaat heeft uitgeoefend, en aan de bezoldiging van de mandaathouder voor een periode van twaalf maanden, indien hij twee of meer volledige mandaten heeft uitgeoefend. Indien hij een volledig mandaat en minstens twee jaar van een tweede mandaat heeft uitgeoefend, is de uittredingsvergoeding gelijk aan de bezoldiging van de mandaathouder voor een periode van negen maanden.
  In afwijking van het eerste lid, ontvangt de mandaathouder die een beroepsinkomen ontvangt uit een deeltijds verrichte activiteit of die werkloosheidsuitkeringen geniet, ook een uittredingsvergoeding.
  In deze gevallen wordt de uittredingsvergoeding overeenkomstig het tweede lid vastgesteld en wordt ze verminderd met, afhankelijk van het geval, het beroepsinkomen of de tijdens de in het tweede lid bedoelde periode ontvangen werkloosheidsuitkeringen. De berekeningen gebeuren op basis van brutobedragen.
  De uittredingsvergoeding voor een functie wordt maandelijks uitbetaald. De begunstigde moet maandelijks, op de laatste werkdag van de maand, en voor de hele in het tweede lid bedoelde periode, een verklaring op eer indienen waarin staat dat hij voor de betrokken maand geen beroepsactiviteit heeft uitgeoefend of dat hij zich bevindt in de voorwaarden voorzien in het derde en vierde lid. Het overeenstemmende maandbedrag wordt aan de begunstigde uitbetaald binnen een termijn van vijf werkdagen volgend op de indiening van zijn verklaring op eer.
  De toelagen, premies en vergoedingen komen niet in aanmerking voor het bepalen van de in onderhavige paragraaf bedoelde bezoldiging.
  § 2. De mandaathouder die na de beëindiging van zijn mandaat de vermelding "gunstig" of "voldoende" krijgt op zijn evaluatie, kan op zijn verzoek outplacement genieten.
  Outplacement dient te worden begrepen als een geheel van diensten en advies aan de in § 1 bedoelde mandaathouder om die te helpen sneller een nieuwe betrekking of beroepsactiviteit te vinden.
  Het outplacement wordt geregeld in een schriftelijke overeenkomst en loopt gedurende zestig uur, gespreid over een periode van ten hoogste twaalf maanden.
  De kosten van het outplacement worden in mindering gebracht van de uittredingsvergoeding.
  Volgende voorwaarden moeten vervuld zijn om outplacement te kunnen genieten:
  1. geen arbeidsovereenkomst gesloten hebben;
  2. geen zelfstandige activiteit in hoofdberoep uitoefenen;
  3. niet in dienst zijn als statutair of contractueel personeelslid van een overheidsdienst.
  De aanvraag voor outplacement moet bij het HRM ingediend worden uiterlijk in de maand die volgt op het einde van het mandaat.
  Het outplacement eindigt zodra een van de voorwaarden zoals bedoeld in het vijfde lid niet langer vervuld is.
  De mandaathouder brengt het HRM op de hoogte van elke wijziging in zijn beroepssituatie.
  § 3. De uittredingsvergoeding en het outplacement als bedoeld in de §§ 1 en 2 zijn eveneens verschuldigd aan de mandaathouder van wie het mandaat vroegtijdig beëindigd werd bij ononderbroken langdurige afwezigheid wegens langdurige ziekte van meer dan zes maanden, op voorwaarde dat ze voldoen aan de voorwaarden zoals vastgesteld in bovengenoemde paragrafen.
  § 4. Geen enkele uittredingsvergoeding en outplacement zijn verschuldigd aan de mandaathouder die de wettelijke pensioenleeftijd bereikt heeft, noch aan een mandaathouder van wie het mandaat onderbroken werd wegens een tuchtstraf, in geval van schorsing in het belang van de dienst gedurende meer dan zes maanden of van een vrijwillig ontslag.".
Art.229. L'article 291 du même arrêté est remplacé par ce qui suit :
  " § 1er . Le mandataire non reconduit qui n'a pas reçu une mention d'évaluation "défavorable", qui ne bénéficie d'aucun revenu professionnel, ni d'un quelconque congé lui permettant de réintégrer son précédent emploi et qui n'est pas désigné pour un autre mandat, perçoit une indemnité de sortie de fonction.
  L'indemnité de sortie de fonction est égale, à la rémunération du mandataire pour une période de 6 mois s'il a effectué un seul mandat complet, et à la rémunération due pour une période de 12 mois s'il a effectué deux mandats complets ou plus. S'il a effectué un mandat complet et les deux premières années d'un second mandat, l'indemnité de sortie de fonction sera égale à la rémunération du mandataire pour une période de 9 mois.
  Par dérogation à l'alinéa 1er, le mandataire qui perçoit un revenu professionnel en raison d'une activité exercée à temps partiel, ou qui bénéficie d'allocations de chômage, perçoit aussi une indemnité de sortie de fonction.
  Dans ces cas, l'indemnité de sortie de fonction est fixée conformément à l'alinéa 2 et est diminuée, selon le cas, du revenu professionnel ou de l'allocation de chômage perçue pendant la période visée à l'alinéa 2. Les calculs sont effectués sur la base de montants bruts.
  L'indemnité de sortie de fonction est payée par mensualité. Le bénéficiaire doit mensuellement, le dernier jour ouvrable du mois, et pour toute la période visée à l'alinéa 2, introduire une déclaration sur l'honneur, établissant que, pour le mois concerné, il n'a pas exercé une activité professionnelle ou qu'il se trouve dans les conditions prévues aux alinéas 3 et 4. La mensualité correspondante est versée au bénéficiaire dans un délai de 5 jours ouvrables suivant le dépôt de sa déclaration sur l'honneur.
  Les allocations, primes et indemnités ne sont pas prises en considération pour la détermination de la rémunération visée au présent paragraphe.
  § 2. A sa demande, le mandataire qui a terminé son mandat avec une évaluation " favorable " ou " satisfaisant ", bénéficie d'un outplacement.
  L'outplacement s'entend comme un ensemble de services et de conseils au titulaire du mandat visé au § 1er afin de renforcer les opportunités de retrouver plus rapidement un emploi ou une activité professionnelle.
  L'outplacement est d'une durée de 60 heures, étalées sur une période de maximum douze mois et fait l'objet d'une convention écrite.
  Le coût de l'outplacement vient en déduction de l'indemnité de sortie de fonction.
  Les conditions suivantes sont requises pour bénéficier de l'outplacement :
  1. ne pas avoir conclu un contrat de travail ;
  2. ne pas exercer une activité principale en tant qu'indépendant ;
  3. ne pas être en service comme agent, statutaire ou contractuel, dans un service public.
  La demande d'outplacement doit être introduite au plus tard dans le mois qui suit la fin du mandat auprès de la GRH.
  L'outplacement prend fin dès qu'une des conditions visées au § 2, alinéa 5, n'est pas remplie.
  Le mandataire informe la GRH de tout changement dans sa situation professionnelle.
  § 3 L'indemnité de sortie de fonction et l'outplacement visés aux §§ 1er et 2 sont également dus au mandataire dont le mandat a pris fin de manière anticipée en cas d'absence ininterrompue pour cause de maladie de longue durée de plus de six mois, à condition de répondre aux conditions fixées par les paragraphes susmentionnés.
  § 4. Aucune indemnité de sortie de fonction ni outplacement ne sont dus au mandataire qui a atteint l'âge légal de la pension, ni au mandataire dont le mandat a été interrompu à la suite d'une sanction disciplinaire, en cas de suspension dans l'intérêt du service pendant plus de six mois ou d'une démission volontaire.".
Art. 229. Artikel 291 van hetzelfde besluit wordt vervangen als volgt:
  " § 1. De mandaathouder van wie het mandaat niet verlengd wordt, die geen evaluatievermelding "ongunstig" heeft gekregen, die geen beroepsinkomen, noch enig verlof geniet dat hem in staat stelt zijn vorige betrekking weer op te nemen en die wordt aangewezen voor een ander mandaat, ontvangt een uittredingsvergoeding.
  De uittredingsvergoeding is gelijk aan de bezoldiging van de mandaathouder voor een periode van zes maanden indien hij één enkel volledig mandaat heeft uitgeoefend, en aan de bezoldiging van de mandaathouder voor een periode van twaalf maanden, indien hij twee of meer volledige mandaten heeft uitgeoefend. Indien hij een volledig mandaat en minstens twee jaar van een tweede mandaat heeft uitgeoefend, is de uittredingsvergoeding gelijk aan de bezoldiging van de mandaathouder voor een periode van negen maanden.
  In afwijking van het eerste lid, ontvangt de mandaathouder die een beroepsinkomen ontvangt uit een deeltijds verrichte activiteit of die werkloosheidsuitkeringen geniet, ook een uittredingsvergoeding.
  In deze gevallen wordt de uittredingsvergoeding overeenkomstig het tweede lid vastgesteld en wordt ze verminderd met, afhankelijk van het geval, het beroepsinkomen of de tijdens de in het tweede lid bedoelde periode ontvangen werkloosheidsuitkeringen. De berekeningen gebeuren op basis van brutobedragen.
  De uittredingsvergoeding voor een functie wordt maandelijks uitbetaald. De begunstigde moet maandelijks, op de laatste werkdag van de maand, en voor de hele in het tweede lid bedoelde periode, een verklaring op eer indienen waarin staat dat hij voor de betrokken maand geen beroepsactiviteit heeft uitgeoefend of dat hij zich bevindt in de voorwaarden voorzien in het derde en vierde lid. Het overeenstemmende maandbedrag wordt aan de begunstigde uitbetaald binnen een termijn van vijf werkdagen volgend op de indiening van zijn verklaring op eer.
  De toelagen, premies en vergoedingen komen niet in aanmerking voor het bepalen van de in onderhavige paragraaf bedoelde bezoldiging.
  § 2. De mandaathouder die na de beëindiging van zijn mandaat de vermelding "gunstig" of "voldoende" krijgt op zijn evaluatie, kan op zijn verzoek outplacement genieten.
  Outplacement dient te worden begrepen als een geheel van diensten en advies aan de in § 1 bedoelde mandaathouder om die te helpen sneller een nieuwe betrekking of beroepsactiviteit te vinden.
  Het outplacement wordt geregeld in een schriftelijke overeenkomst en loopt gedurende zestig uur, gespreid over een periode van ten hoogste twaalf maanden.
  De kosten van het outplacement worden in mindering gebracht van de uittredingsvergoeding.
  Volgende voorwaarden moeten vervuld zijn om outplacement te kunnen genieten:
  1. geen arbeidsovereenkomst gesloten hebben;
  2. geen zelfstandige activiteit in hoofdberoep uitoefenen;
  3. niet in dienst zijn als statutair of contractueel personeelslid van een overheidsdienst.
  De aanvraag voor outplacement moet bij het HRM ingediend worden uiterlijk in de maand die volgt op het einde van het mandaat.
  Het outplacement eindigt zodra een van de voorwaarden zoals bedoeld in het vijfde lid niet langer vervuld is.
  De mandaathouder brengt het HRM op de hoogte van elke wijziging in zijn beroepssituatie.
  § 3. De uittredingsvergoeding en het outplacement als bedoeld in de §§ 1 en 2 zijn eveneens verschuldigd aan de mandaathouder van wie het mandaat vroegtijdig beëindigd werd bij ononderbroken langdurige afwezigheid wegens langdurige ziekte van meer dan zes maanden, op voorwaarde dat ze voldoen aan de voorwaarden zoals vastgesteld in bovengenoemde paragrafen.
  § 4. Geen enkele uittredingsvergoeding en outplacement zijn verschuldigd aan de mandaathouder die de wettelijke pensioenleeftijd bereikt heeft, noch aan een mandaathouder van wie het mandaat onderbroken werd wegens een tuchtstraf, in geval van schorsing in het belang van de dienst gedurende meer dan zes maanden of van een vrijwillig ontslag.".
Art. 229. L'article 291 du même arrêté est remplacé par ce qui suit :
  " § 1er . Le mandataire non reconduit qui n'a pas reçu une mention d'évaluation "défavorable", qui ne bénéficie d'aucun revenu professionnel, ni d'un quelconque congé lui permettant de réintégrer son précédent emploi et qui n'est pas désigné pour un autre mandat, perçoit une indemnité de sortie de fonction.
  L'indemnité de sortie de fonction est égale, à la rémunération du mandataire pour une période de 6 mois s'il a effectué un seul mandat complet, et à la rémunération due pour une période de 12 mois s'il a effectué deux mandats complets ou plus. S'il a effectué un mandat complet et les deux premières années d'un second mandat, l'indemnité de sortie de fonction sera égale à la rémunération du mandataire pour une période de 9 mois.
  Par dérogation à l'alinéa 1er, le mandataire qui perçoit un revenu professionnel en raison d'une activité exercée à temps partiel, ou qui bénéficie d'allocations de chômage, perçoit aussi une indemnité de sortie de fonction.
  Dans ces cas, l'indemnité de sortie de fonction est fixée conformément à l'alinéa 2 et est diminuée, selon le cas, du revenu professionnel ou de l'allocation de chômage perçue pendant la période visée à l'alinéa 2. Les calculs sont effectués sur la base de montants bruts.
  L'indemnité de sortie de fonction est payée par mensualité. Le bénéficiaire doit mensuellement, le dernier jour ouvrable du mois, et pour toute la période visée à l'alinéa 2, introduire une déclaration sur l'honneur, établissant que, pour le mois concerné, il n'a pas exercé une activité professionnelle ou qu'il se trouve dans les conditions prévues aux alinéas 3 et 4. La mensualité correspondante est versée au bénéficiaire dans un délai de 5 jours ouvrables suivant le dépôt de sa déclaration sur l'honneur.
  Les allocations, primes et indemnités ne sont pas prises en considération pour la détermination de la rémunération visée au présent paragraphe.
  § 2. A sa demande, le mandataire qui a terminé son mandat avec une évaluation " favorable " ou " satisfaisant ", bénéficie d'un outplacement.
  L'outplacement s'entend comme un ensemble de services et de conseils au titulaire du mandat visé au § 1er afin de renforcer les opportunités de retrouver plus rapidement un emploi ou une activité professionnelle.
  L'outplacement est d'une durée de 60 heures, étalées sur une période de maximum douze mois et fait l'objet d'une convention écrite.
  Le coût de l'outplacement vient en déduction de l'indemnité de sortie de fonction.
  Les conditions suivantes sont requises pour bénéficier de l'outplacement :
  1. ne pas avoir conclu un contrat de travail ;
  2. ne pas exercer une activité principale en tant qu'indépendant ;
  3. ne pas être en service comme agent, statutaire ou contractuel, dans un service public.
  La demande d'outplacement doit être introduite au plus tard dans le mois qui suit la fin du mandat auprès de la GRH.
  L'outplacement prend fin dès qu'une des conditions visées au § 2, alinéa 5, n'est pas remplie.
  Le mandataire informe la GRH de tout changement dans sa situation professionnelle.
  § 3 L'indemnité de sortie de fonction et l'outplacement visés aux §§ 1er et 2 sont également dus au mandataire dont le mandat a pris fin de manière anticipée en cas d'absence ininterrompue pour cause de maladie de longue durée de plus de six mois, à condition de répondre aux conditions fixées par les paragraphes susmentionnés.
  § 4. Aucune indemnité de sortie de fonction ni outplacement ne sont dus au mandataire qui a atteint l'âge légal de la pension, ni au mandataire dont le mandat a été interrompu à la suite d'une sanction disciplinaire, en cas de suspension dans l'intérêt du service pendant plus de six mois ou d'une démission volontaire.".
Art. 230. Artikel 292 van hetzelfde besluit wordt vervangen als volgt:
  "De ambtenaar en de stagiair hebben recht op de gewaarborgde bezoldiging en de haard- en standplaatstoelagen waarvan het bedrag en de toekenningsvoorwaarden worden beschreven in de artikelen 18 tot en met 20 van het koninklijk besluit van 13 juli 2017 tot vaststelling van de toelagen en vergoedingen van de personeelsleden van het federaal openbaar ambt.".
Art.231. Dans le même arrêté, il est inséré un article 297/1, rédigé comme suit :
  "Art. 297/1. Sauf dispositions particulières, les allocations sont liquidées mensuellement en même temps que le traitement et bénéficient du régime d'indexation.
  Sauf disposition contraire, elles sont rattachées à l'indice pivot 138,01. Leur calcul est réalisé en négligeant la troisième décimale dans le résultat final.".
Art. 231. In hetzelfde besluit wordt een artikel 297/1 ingevoegd, luidende:
  "Art. 297/1. Behoudens bijzondere bepalingen worden de toelagen maandelijks samen met de wedde uitbetaald en genieten ze de indexeringsregeling voor de toelagen.
  Tenzij anders is bepaald, zijn ze verbonden aan de spilindex 138,01. Bij de berekening ervan wordt geen rekening gehouden met de derde decimaal in het eindresultaat.".
Art. 231. Dans le même arrêté, il est inséré un article 297/1, rédigé comme suit :
  "Art. 297/1. Sauf dispositions particulières, les allocations sont liquidées mensuellement en même temps que le traitement et bénéficient du régime d'indexation.
  Sauf disposition contraire, elles sont rattachées à l'indice pivot 138,01. Leur calcul est réalisé en négligeant la troisième décimale dans le résultat final.".
Art.233. In artikel 299 van hetzelfde besluit wordt de paragraaf 2 opgeheven.
Art.233. Dans l'article 299 du même arrêté, le paragraphe 2 est abrogé.
Art.234. In artikel 303 van hetzelfde besluit worden de volgende wijzigingen aangebracht:
  1° in paragraaf 1 wordt het tweede lid opgeheven;
  2° in paragraaf 2 van de Nederlandse tekst worden de woorden "als hij zou benoemd geworden zijn" vervangen door de woorden "als hij benoemd was".
Art.234. Dans l'article 303 du même arrêté, les modifications suivantes sont apportées :
  1° au paragraphe 1er, l'alinéa 2 est abrogé ;
  2° au paragraphe 2 du texte néerlandais, les mots "als hij zou benoemd geworden" sont remplacés par les mots "als hij benoemd zou".
Art.235. In artikel 304 van hetzelfde besluit worden de volgende wijzigingen aangebracht:
  1° in het eerste lid van de Nederlandse tekst, wordt het woord "tweetaligheidspremie" vervangen door het woord "tweetaligheidstoelage";
  2° in het tweede lid, 1°, , wordt het woord "SELOR" vervangen door de woorden "het directoraat-generaal Rekrutering en Ontwikkeling van de Federale Overheidsdienst Beleid en Ondersteuning ";
  3° in het tweede lid, 1° van de Nederlandse tekst worden de woorden "een door" ingevoegd tussen de woorden "taalcertificaat uitgereikt door" en de woorden "de Vlaamse".
Art.235. Dans l'article 304, du même arrêté, les modifications suivantes sont apportées :
  1° à l'alinéa 1er du texte néerlandais, le mot " tweetaligheidspremie" est remplacé par le mot " tweetaligheidstoelage" ;
  2° à alinéa 2, 1°, le mot "SELOR" est remplacé par le mot "la Direction générale Recrutement et Développement du Service public fédéral Stratégie et Appui " ;
  3° à l'alinéa 2,1° du texte néerlandais, les mots "een door" sont insérés entre les mots "taalcertificaat uitgereikt door " et les mots " de Vlaamse".
Art.236. In artikel 305, eerste lid van hetzelfde besluit wordt de bepaling onder 1° vervangen als volgt:
  "1° Overeenkomstig artikel 304, tweede lid, 1°, wordt het bedrag bepaald op basis van de examens zoals bedoeld in de volgende artikelen van bovengenoemd koninklijk besluit van 8 maart 2001:
  Geven aanleiding tot een toelage van 600 euro:
  - artikel 8;
  - artikel 10.
  Geven aanleiding tot een toelage van 2.400 euro:
  - artikel 9, § 2, tweede lid (elementaire kennis);
  - artikel 7, niveau 2/C;
  - artikel 7, niveau 3/D;
  - de combinatie van de volgende taalcertificaten:
  o de artikelen 8 en 10.
  Geven aanleiding tot een toelage van 3.200 euro:
  - artikel 12;
  - artikel 9, § 2, eerste lid (voldoende kennis);
  - artikel 7, niveau 1/A;
  - artikel 7, niveau 2+/B.
Art.236. Dans l'article 305, alinéa 1er du même arrêté, le 1° est remplacé par ce qui suit :
  "1° En application de l'article 304, alinéa 2, 1°, le montant est fixé sur base des examens visés aux articles suivants de l'arrêté royal précité du 8 mars 2001 :
  Donnent lieu à une allocation de 600 euros :
  - l'article 8 ;
  - l'article 10.
  Donnent lieu à une allocation de 2.400 euros:
  - l'article 9, § 2, alinéa deux (connaissances élémentaires) ;
  - l'article 7, niveau 2/C ;
  - l'article 7, niveau 3/D ;
  - la combinaison des certificats linguistiques suivants :
  o les articles 8 et 10.
  Donnent lieu à une allocation de 3.200 euros :
  - l'article 12 ;
  - l'article 9, § 2, alinéa premier (connaissances suffisantes) ;
  - l'article 7, niveau 1/A ;
  - l'article 7, niveau 2+/B.
Art. 236. In artikel 305, eerste lid van hetzelfde besluit wordt de bepaling onder 1° vervangen als volgt:
  "1° Overeenkomstig artikel 304, tweede lid, 1°, wordt het bedrag bepaald op basis van de examens zoals bedoeld in de volgende artikelen van bovengenoemd koninklijk besluit van 8 maart 2001:
  Geven aanleiding tot een toelage van 600 euro:
  - artikel 8;
  - artikel 10.
  Geven aanleiding tot een toelage van 2.400 euro:
  - artikel 9, § 2, tweede lid (elementaire kennis);
  - artikel 7, niveau 2/C;
  - artikel 7, niveau 3/D;
  - de combinatie van de volgende taalcertificaten:
  o de artikelen 8 en 10.
  Geven aanleiding tot een toelage van 3.200 euro:
  - artikel 12;
  - artikel 9, § 2, eerste lid (voldoende kennis);
  - artikel 7, niveau 1/A;
  - artikel 7, niveau 2+/B.
Art. 236. Dans l'article 305, alinéa 1er du même arrêté, le 1° est remplacé par ce qui suit :
  "1° En application de l'article 304, alinéa 2, 1°, le montant est fixé sur base des examens visés aux articles suivants de l'arrêté royal précité du 8 mars 2001 :
  Donnent lieu à une allocation de 600 euros :
  - l'article 8 ;
  - l'article 10.
  Donnent lieu à une allocation de 2.400 euros:
  - l'article 9, § 2, alinéa deux (connaissances élémentaires) ;
  - l'article 7, niveau 2/C ;
  - l'article 7, niveau 3/D ;
  - la combinaison des certificats linguistiques suivants :
  o les articles 8 et 10.
  Donnent lieu à une allocation de 3.200 euros :
  - l'article 12 ;
  - l'article 9, § 2, alinéa premier (connaissances suffisantes) ;
  - l'article 7, niveau 1/A ;
  - l'article 7, niveau 2+/B.
Art.238. In artikel 308 van hetzelfde besluit, worden de volgende wijzigingen aangebracht:
  1° in paragraaf 1, eerste lid, wordt het woord "premie" vervangen door het woord "toelage";
  2° in dezelfde paragraaf, wordt het tweede lid opgeheven;
  3° in paragraaf 2, eerste lid, wordt het woord "mansaatpremie" vervangen door het woord "toelage";
  4° in paragraaf 2, lid 2, wordt het woord "mandaatpremie" vervangen door het woord "mandaatstoelage".
Art.238. Dans l'article 308 du même arrêté, les modifications suivantes sont apportées:
  1° au paragraphe 1er, alinéa 1er, le mot "prime" est remplacé par le mot "allocation" ;
  2° au même paragraphe, l'alinéa 2 est abrogé;
  3° au paragraphe 2, alinéa 1er, les mots "la prime" sont remplacés par les mots "l'allocation" ;
  4° au paragraphe 2, alinéa 2, les mots "la prime mandataire" sont remplacés par les mots "l'allocation de mandat".
Art.239. In artikel 309 van hetzelfde besluit worden de volgende wijzigingen aangebracht:
  1° het tweede lid wordt vervangen als volgt:
  " Indien de ambtenaar in het kader van zijn wachtdienst prestaties moet verrichten, is het stelsel van artikel 310/1 van toepassing.";
  2° het artikel wordt aangevuld met een lid, luidende:
  "In geval van een gezondheidscrisis kan de Minister toepassing maken van de bepalingen betreffende de wachtdiensttoelage die van toepassing is op de Diensten van het Verenigd College.".
Art.239. Dans l'article 309 du même arrêté, les modifications suivantes sont apportées :
  1° l'alinéa 2 est remplacé comme suit:
  " Lorsque le fonctionnaire doit exercer des prestations dans le cadre de sa garde, le régime de l'article 310/1 s'applique." ;
  2° l'article est complété par un alinéa rédigé comme suit :
  "En cas de crise sanitaire, le Ministre peut faire application des dispositions relatives à l'allocation de garde des Services du Collège réuni.".
Art. 239. In artikel 309 van hetzelfde besluit worden de volgende wijzigingen aangebracht:
  1° het tweede lid wordt vervangen als volgt:
  " Indien de ambtenaar in het kader van zijn wachtdienst prestaties moet verrichten, is het stelsel van artikel 310/1 van toepassing.";
  2° het artikel wordt aangevuld met een lid, luidende:
  "In geval van een gezondheidscrisis kan de Minister toepassing maken van de bepalingen betreffende de wachtdiensttoelage die van toepassing is op de Diensten van het Verenigd College.".
Art.240. Dans l'article 310 du même arrêté, modifié par l'arrêté du 14 septembre 2023, les modifications suivantes sont apportées :
  1° aux paragraphes 1er alinéa 1er, et 2 les mots "prime" sont chaque fois remplacés par les mots "allocation" ;
  2° dans le texte néerlandais du paragraphe 1er, le mot "hetzij" est inséré entre les mots "rang A4, A4+ en A5, die" et les mots "titularis zijn" et le mot "en" est abrogé;
  3° dans le paragraphe 2, l'alinéa 2 est abrogé.
Art. 240. In artikel 310 van hetzelfde besluit, gewijzigd bij het besluit van 14 september 2023, worden volgende wijzigingen aangebracht:
  1° in paragraaf 1, eerste lid en paragraaf 2, wordt het woord "premie" vervangen door het woord "toelage";
  2° in de Nederlandse tekst van paragraaf 1 wordt het woord "ofwel" ingevoegd tussen de woorden "rang A4, A4+ en A5, die" en de woorden "titularis zijn" en wordt het woord "en" geschrapt;
  3° in paragraaf 2 wordt het tweede lid opgeheven.
Art. 240. Dans l'article 310 du même arrêté, modifié par l'arrêté du 14 septembre 2023, les modifications suivantes sont apportées :
  1° aux paragraphes 1er alinéa 1er, et 2 les mots "prime" sont chaque fois remplacés par les mots "allocation" ;
  2° dans le texte néerlandais du paragraphe 1er, le mot "hetzij" est inséré entre les mots "rang A4, A4+ en A5, die" et les mots "titularis zijn" et le mot "en" est abrogé;
  3° dans le paragraphe 2, l'alinéa 2 est abrogé.
Art.242. In hoofdstuk IX, ingevoegd door artikel 241, wordt een artikel 310/1 ingevoegd, getiteld:
  "Art. 310/1. § 1. Voor de toepassing van onderhavig hoofdstuk moet onder onregelmatige prestaties worden begrepen, prestaties verricht buiten de normale uurroosters, op verzoek van de directeur-generaal of de adjunct directeur-generaal verricht op een zaterdag, zondag, sluitingsdag of tussen twintig en zes uur.
  Prestaties verricht tussen achttien uur en twintig uur worden gelijkgesteld met onregelmatige prestaties, voor zover deze eindigen om of na tweeëntwintig uur.
  § 2. Onregelmatige prestaties worden gecompenseerd aan de hand van een inhaalrust of aan de hand van een inhaalrust en een financiële compensatie, naargelang de keuze van de ambtenaar.
  Voor wat betreft onregelmatige prestaties verricht op een zaterdag of tussen twintig en zes uur wordt de compensatie als volgt bepaald, per gepresteerd uur:
  1. ofwel een inhaalrust aan 150 %;
  2. ofwel een inhaalrust aan 100 % en een financiële compensatie van 50 % van 1/1976ste van de brutojaarwedde.
  Voor wat betreft onregelmatige prestaties verricht op een zondag, een sluitingsdag of tussen twintig en zes uur van de dag ervoor wordt de compensatie, per gepresteerd uur, als volgt bepaald:
  1. ofwel een inhaalrust aan 200 %;
  2. ofwel een inhaalrust aan 100 % en een financiële compensatie van 100 % van 1/1976ste van de brutojaarwedde.".
Art.242. Dans le chapitre IX, inséré par l'article 241, il est inséré un article 310/1 rédigé comme suit :
  "Art. 310/1. § 1er. Aux fins du présent chapitre, on entend par "prestations irrégulières" : les prestations en dehors des horaires ordinaires de travail, effectuées à la demande du directeur général ou du directeur général adjoint un samedi, un dimanche, un jour de fermeture ou entre vingt heures et six heures.
  Sont assimilées à des prestations irrégulières celles effectuées entre dix-huit heures et vingt heures pour autant qu'elles se terminent à ou après vingt-deux heures.
  § 2. Les prestations irrégulières sont compensées soit par un repos compensatoire, soit par un repos compensatoire et une compensation financière, au choix du fonctionnaire.
  Les prestations irrégulières effectués le samedi ou entre vingt heures et six heures, sont compensées, par heure de prestation, comme suit :
  1. soit un repos compensatoire à 150 %;
  2. soit un repos compensatoire à 100% et une compensation financière de 50% de 1/1976ème du traitement annuel brut.
  Les prestations irrégulières effectués un dimanche, un jour de fermeture ou entre vingt heures et six heures la veille d'un dimanche ou d'un jour de fermeture, sont compensée, par heure de prestation, comme suit :
  1. soit un repos compensatoire à 200% ;
  2. soit un repos compensatoire à 100% et une compensation financière de 100 % de 1/1976ème du traitement annuel brut.".
Art. 242. In hoofdstuk IX, ingevoegd door artikel 241, wordt een artikel 310/1 ingevoegd, getiteld:
  "Art. 310/1. § 1. Voor de toepassing van onderhavig hoofdstuk moet onder onregelmatige prestaties worden begrepen, prestaties verricht buiten de normale uurroosters, op verzoek van de directeur-generaal of de adjunct directeur-generaal verricht op een zaterdag, zondag, sluitingsdag of tussen twintig en zes uur.
  Prestaties verricht tussen achttien uur en twintig uur worden gelijkgesteld met onregelmatige prestaties, voor zover deze eindigen om of na tweeëntwintig uur.
  § 2. Onregelmatige prestaties worden gecompenseerd aan de hand van een inhaalrust of aan de hand van een inhaalrust en een financiële compensatie, naargelang de keuze van de ambtenaar.
  Voor wat betreft onregelmatige prestaties verricht op een zaterdag of tussen twintig en zes uur wordt de compensatie als volgt bepaald, per gepresteerd uur:
  1. ofwel een inhaalrust aan 150 %;
  2. ofwel een inhaalrust aan 100 % en een financiële compensatie van 50 % van 1/1976ste van de brutojaarwedde.
  Voor wat betreft onregelmatige prestaties verricht op een zondag, een sluitingsdag of tussen twintig en zes uur van de dag ervoor wordt de compensatie, per gepresteerd uur, als volgt bepaald:
  1. ofwel een inhaalrust aan 200 %;
  2. ofwel een inhaalrust aan 100 % en een financiële compensatie van 100 % van 1/1976ste van de brutojaarwedde.".
Art. 242. Dans le chapitre IX, inséré par l'article 241, il est inséré un article 310/1 rédigé comme suit :
  "Art. 310/1. § 1er. Aux fins du présent chapitre, on entend par "prestations irrégulières" : les prestations en dehors des horaires ordinaires de travail, effectuées à la demande du directeur général ou du directeur général adjoint un samedi, un dimanche, un jour de fermeture ou entre vingt heures et six heures.
  Sont assimilées à des prestations irrégulières celles effectuées entre dix-huit heures et vingt heures pour autant qu'elles se terminent à ou après vingt-deux heures.
  § 2. Les prestations irrégulières sont compensées soit par un repos compensatoire, soit par un repos compensatoire et une compensation financière, au choix du fonctionnaire.
  Les prestations irrégulières effectués le samedi ou entre vingt heures et six heures, sont compensées, par heure de prestation, comme suit :
  1. soit un repos compensatoire à 150 %;
  2. soit un repos compensatoire à 100% et une compensation financière de 50% de 1/1976ème du traitement annuel brut.
  Les prestations irrégulières effectués un dimanche, un jour de fermeture ou entre vingt heures et six heures la veille d'un dimanche ou d'un jour de fermeture, sont compensée, par heure de prestation, comme suit :
  1. soit un repos compensatoire à 200% ;
  2. soit un repos compensatoire à 100% et une compensation financière de 100 % de 1/1976ème du traitement annuel brut.".
Art.244. Artikel 312 van hetzelfde besluit wordt vervangen als volgt:
  " § 1. Het gebruik van het gemeenschappelijk openbaar vervoer door de ambtenaar en de stagiair om zich van hun woonplaats naar hun werkplaats te begeven, geeft aanleiding tot een terugbetaling, overeenkomstig de artikelen 63, 64 en 65 tot en met 67 van het koninklijk besluit van 13 juli 2017 tot vaststelling van de toelagen en vergoedingen van de personeelsleden van het federaal openbaar ambt, met inbegrip van hun toekomstige wijzigingen, onder voorbehoud van wat bepaald is in de volgende paragraaf van onderhavig artikel.
  § 2. In afwijking van artikel 63, tweede lid en 64, tweede lid, van bovengenoemd koninklijk besluit van 13 juli 2017, is de compenserende vergoeding, zoals bepaald in het eerste lid, 1°, voor ambtenaren en stagiairs met een fysieke belemmering waardoor ze het openbaar vervoer permanent niet kunnen gebruiken, gelijk aan een kilometervergoeding die wordt berekend overeenkomstig de artikelen 74 en 74bis van het koninklijk besluit van 13 juli 2017.
  De berekeningsmethode voor de afegelegde afstand tussen de woonplaats en de werkplaats wordt bepaald door de directeur-generaal of zijn afgevaardigde.
  Behalve in bijzondere omstandigheden die hij bepaalt, vergoedt de directeur-generaal of zijn afgevaardigde geen kosten voor een afstand die groter is dan die tussen de woonplaats en de werkplaats.".
Art.244. L'article 312 du même arrêté est remplacé par ce qui suit :
  " § 1er. L'utilisation par le fonctionnaire et le stagiaire des transports en commun publics pour se rendre de leur domicile à leur lieu de travail, donne lieu à un remboursement, conformément aux articles 63, 64 et 65 à 67 inclus de l'arrêté royal du 13 juillet 2017 fixant les allocations et indemnités des membres du personnel de la fonction publique fédérale, en ce compris ses modifications ultérieures, sous réserve de ce qui est prévu au paragraphe suivant du présent article.
  § 2. Par dérogation aux articles 63, alinéa 2 et 64, alinéa 2, de l'arrêté royal du 13 juillet 2017 précité, l'indemnité compensatoire prévue à l'alinéa 1er, 1°, est égale, pour les fonctionnaires et les stagiaires qui souffrent d'un empêchement physique qui rend impossible l'utilisation des transports en commun publics de manière permanente, à une indemnité kilométrique calculée conformément aux articles 74 et 74bis de l'arrêté royal du 13 juillet 2017.
  Le mode de calcul de la distance parcourue entre le domicile et le lieu de travail est déterminé par le directeur général ou son délégué.
  Sauf circonstances particulières qu'il apprécie, le directeur général ou son délégué ne rembourse pas de frais couvrant une distance excédant celle qui sépare le domicile du lieu de travail.".
Art. 244. Artikel 312 van hetzelfde besluit wordt vervangen als volgt:
  " § 1. Het gebruik van het gemeenschappelijk openbaar vervoer door de ambtenaar en de stagiair om zich van hun woonplaats naar hun werkplaats te begeven, geeft aanleiding tot een terugbetaling, overeenkomstig de artikelen 63, 64 en 65 tot en met 67 van het koninklijk besluit van 13 juli 2017 tot vaststelling van de toelagen en vergoedingen van de personeelsleden van het federaal openbaar ambt, met inbegrip van hun toekomstige wijzigingen, onder voorbehoud van wat bepaald is in de volgende paragraaf van onderhavig artikel.
  § 2. In afwijking van artikel 63, tweede lid en 64, tweede lid, van bovengenoemd koninklijk besluit van 13 juli 2017, is de compenserende vergoeding, zoals bepaald in het eerste lid, 1°, voor ambtenaren en stagiairs met een fysieke belemmering waardoor ze het openbaar vervoer permanent niet kunnen gebruiken, gelijk aan een kilometervergoeding die wordt berekend overeenkomstig de artikelen 74 en 74bis van het koninklijk besluit van 13 juli 2017.
  De berekeningsmethode voor de afegelegde afstand tussen de woonplaats en de werkplaats wordt bepaald door de directeur-generaal of zijn afgevaardigde.
  Behalve in bijzondere omstandigheden die hij bepaalt, vergoedt de directeur-generaal of zijn afgevaardigde geen kosten voor een afstand die groter is dan die tussen de woonplaats en de werkplaats.".
Art. 244. L'article 312 du même arrêté est remplacé par ce qui suit :
  " § 1er. L'utilisation par le fonctionnaire et le stagiaire des transports en commun publics pour se rendre de leur domicile à leur lieu de travail, donne lieu à un remboursement, conformément aux articles 63, 64 et 65 à 67 inclus de l'arrêté royal du 13 juillet 2017 fixant les allocations et indemnités des membres du personnel de la fonction publique fédérale, en ce compris ses modifications ultérieures, sous réserve de ce qui est prévu au paragraphe suivant du présent article.
  § 2. Par dérogation aux articles 63, alinéa 2 et 64, alinéa 2, de l'arrêté royal du 13 juillet 2017 précité, l'indemnité compensatoire prévue à l'alinéa 1er, 1°, est égale, pour les fonctionnaires et les stagiaires qui souffrent d'un empêchement physique qui rend impossible l'utilisation des transports en commun publics de manière permanente, à une indemnité kilométrique calculée conformément aux articles 74 et 74bis de l'arrêté royal du 13 juillet 2017.
  Le mode de calcul de la distance parcourue entre le domicile et le lieu de travail est déterminé par le directeur général ou son délégué.
  Sauf circonstances particulières qu'il apprécie, le directeur général ou son délégué ne rembourse pas de frais couvrant une distance excédant celle qui sépare le domicile du lieu de travail.".
Art.246. Artikel 313 van hetzelfde besluit, gewijzigd bij het besluit van 21 november 2019, wordt vervangen als volgt:
  "Art. 313. § 1. De ambtenaar en de stagiair die zich verplaatsen met een fiets, voor de behoeften van de dienst of die zich minstens vijfmaal per maand per fiets verplaatsen om zich van hun woonplaats naar hun werkplaats te begeven, hebben recht op een fietsvergoeding.
  Onder fiets wordt begrepen:
  1° elk voertuig met 2 of meer wielen dat via pedalen of handgrepen met spierkracht wordt aangedreven of uitgerust is met een elektrische hulpmotor tot 250 W die geen ondersteuning meer biedt vanaf 25 km per uur, of eerder, indien de bestuurder ophoudt met trappen;
  2° elk twee-, drie- of vierwielig voertuig met pedalen, uitgerust met een elektrische hulpaandrijving met als hoofddoel trapondersteuning waarvan de aandrijfkracht wordt onderbroken bij een voertuigsnelheid van maximum 25 km per uur, met uitsluiting van de in 1° vermelde rijwielen . Het nominaal continu maximumvermogen van de elektrische motor bedraagt ten hoogste 1 kW;
  3° elk tweewielig voertuig met pedalen, met uitsluiting van de gemotoriseerde rijwielen, met een elektrische hulpaandrijving met als hoofddoel trapondersteuning waarvan de aandrijfkracht wordt onderbroken bij een voertuigsnelheid van maximum 45 km per uur. De elektrische motor heeft een nominaal continu maximumvermogen van ten hoogste 4 kW.
  Het bedrag van de vergoeding is, per afgelegde kilometer, gelijk aan het bedrag dat jaarlijks voor het gebruik van de fiets van belasting kan worden vrijgesteld door de belastingadministratie. Het bedrag van de fietsvergoeding wordt niet geïndexeerd.
  § 2. De ambtenaar en de stagiair hebben recht op de terugbetaling van het jaarabonnement bij deelfietsenbedrijven die actief zijn op het grondgebied van het tweetalige gebied Brussel-Hoofdstad indien:
  1° zij zich voor de behoeften van de dienst met de fiets moeten verplaatsen of;
  2° zij zich minstens vijfmaal per maand per fiets moeten verplaatsen om zich van hun woonplaats naar hun werk te begeven.
  § 3. De fietsvergoeding voorzien in de eerste paragraaf en de terugbetaling van het jaarabonnement voorzien in de tweede paragraaf kunnen niet gecumuleerd worden.".
Art.246. L'article 313 du même arrêté, modifié par l'arrêté du 21 novembre 2019, est remplacé par ce qui suit :
  "Art. 313. § 1er. Ont droit à une indemnité, le fonctionnaire et le stagiaire qui effectuent des déplacements à bicyclette, dans le cadre des besoins du service, ou qui se rendent au moins cinq fois par mois à bicyclette de leur domicile à leur lieu de travail.
  Par bicyclette, on entend :
  1° tout véhicule à deux roues ou plus qui est actionné grâce à la force musculaire, au moyen de pédales ou de poignées, ou équipé d'un moteur à assistance électrique jusqu'à 250 W n'offrant plus de soutien à partir de 25 km/h, ou plutôt si le conducteur arrête de pédaler ;
  2° tout véhicule à deux, trois ou quatre roues à pédales, équipé d'un mode de propulsion électrique auxiliaire dont le but premier est d'aider au pédalage et dont l'alimentation est interrompue lorsque le véhicule atteint une vitesse maximale de 25 km/h, à l'exclusion des cycles visés au 1°. La puissance nominale continue maximale du moteur électrique s'élève à maximum 1 kW ;
  3° tout véhicule à deux roues à pédales, à l'exception des cycles motorisés, équipé d'un mode de propulsion auxiliaire électrique dont le but premier est d'aider au pédalage et dont l'alimentation est interrompue lorsque le véhicule atteint une vitesse maximale de 45 km/h. Le moteur électrique a une puissance nominale continue maximale de 4 kW.
  Le montant de l'indemnité est égal, par kilomètre parcouru, au montant qui, chaque année, pour l'utilisation de la bicyclette, peut être exonéré d'impôt par l'administration fiscale. Le montant de l'indemnité pour l'utilisation de la bicyclette n'est pas soumis au régime d'indexation.
  § 2. Le fonctionnaire et le stagiaire ont droit au remboursement de l'abonnement annuel à des sociétés de bicyclettes partagées actives sur le territoire de la région bilingue de Bruxelles-Capitale s'ils doivent:
  1° se déplacer à bicyclette pour les besoins du service ou ;
  2° se déplacer en bicyclette au moins cinq fois par mois pour se rendre de leur domicile à leur lieu de travail.
  § 3. L'indemnité bicyclette prévue au paragraphe 1 et le remboursement de l'abonnement annuel prévu au paragraphe 2 ne sont pas cumulables.".
Art. 246. Artikel 313 van hetzelfde besluit, gewijzigd bij het besluit van 21 november 2019, wordt vervangen als volgt:
  "Art. 313. § 1. De ambtenaar en de stagiair die zich verplaatsen met een fiets, voor de behoeften van de dienst of die zich minstens vijfmaal per maand per fiets verplaatsen om zich van hun woonplaats naar hun werkplaats te begeven, hebben recht op een fietsvergoeding.
  Onder fiets wordt begrepen:
  1° elk voertuig met 2 of meer wielen dat via pedalen of handgrepen met spierkracht wordt aangedreven of uitgerust is met een elektrische hulpmotor tot 250 W die geen ondersteuning meer biedt vanaf 25 km per uur, of eerder, indien de bestuurder ophoudt met trappen;
  2° elk twee-, drie- of vierwielig voertuig met pedalen, uitgerust met een elektrische hulpaandrijving met als hoofddoel trapondersteuning waarvan de aandrijfkracht wordt onderbroken bij een voertuigsnelheid van maximum 25 km per uur, met uitsluiting van de in 1° vermelde rijwielen . Het nominaal continu maximumvermogen van de elektrische motor bedraagt ten hoogste 1 kW;
  3° elk tweewielig voertuig met pedalen, met uitsluiting van de gemotoriseerde rijwielen, met een elektrische hulpaandrijving met als hoofddoel trapondersteuning waarvan de aandrijfkracht wordt onderbroken bij een voertuigsnelheid van maximum 45 km per uur. De elektrische motor heeft een nominaal continu maximumvermogen van ten hoogste 4 kW.
  Het bedrag van de vergoeding is, per afgelegde kilometer, gelijk aan het bedrag dat jaarlijks voor het gebruik van de fiets van belasting kan worden vrijgesteld door de belastingadministratie. Het bedrag van de fietsvergoeding wordt niet geïndexeerd.
  § 2. De ambtenaar en de stagiair hebben recht op de terugbetaling van het jaarabonnement bij deelfietsenbedrijven die actief zijn op het grondgebied van het tweetalige gebied Brussel-Hoofdstad indien:
  1° zij zich voor de behoeften van de dienst met de fiets moeten verplaatsen of;
  2° zij zich minstens vijfmaal per maand per fiets moeten verplaatsen om zich van hun woonplaats naar hun werk te begeven.
  § 3. De fietsvergoeding voorzien in de eerste paragraaf en de terugbetaling van het jaarabonnement voorzien in de tweede paragraaf kunnen niet gecumuleerd worden.".
Art. 246. L'article 313 du même arrêté, modifié par l'arrêté du 21 novembre 2019, est remplacé par ce qui suit :
  "Art. 313. § 1er. Ont droit à une indemnité, le fonctionnaire et le stagiaire qui effectuent des déplacements à bicyclette, dans le cadre des besoins du service, ou qui se rendent au moins cinq fois par mois à bicyclette de leur domicile à leur lieu de travail.
  Par bicyclette, on entend :
  1° tout véhicule à deux roues ou plus qui est actionné grâce à la force musculaire, au moyen de pédales ou de poignées, ou équipé d'un moteur à assistance électrique jusqu'à 250 W n'offrant plus de soutien à partir de 25 km/h, ou plutôt si le conducteur arrête de pédaler ;
  2° tout véhicule à deux, trois ou quatre roues à pédales, équipé d'un mode de propulsion électrique auxiliaire dont le but premier est d'aider au pédalage et dont l'alimentation est interrompue lorsque le véhicule atteint une vitesse maximale de 25 km/h, à l'exclusion des cycles visés au 1°. La puissance nominale continue maximale du moteur électrique s'élève à maximum 1 kW ;
  3° tout véhicule à deux roues à pédales, à l'exception des cycles motorisés, équipé d'un mode de propulsion auxiliaire électrique dont le but premier est d'aider au pédalage et dont l'alimentation est interrompue lorsque le véhicule atteint une vitesse maximale de 45 km/h. Le moteur électrique a une puissance nominale continue maximale de 4 kW.
  Le montant de l'indemnité est égal, par kilomètre parcouru, au montant qui, chaque année, pour l'utilisation de la bicyclette, peut être exonéré d'impôt par l'administration fiscale. Le montant de l'indemnité pour l'utilisation de la bicyclette n'est pas soumis au régime d'indexation.
  § 2. Le fonctionnaire et le stagiaire ont droit au remboursement de l'abonnement annuel à des sociétés de bicyclettes partagées actives sur le territoire de la région bilingue de Bruxelles-Capitale s'ils doivent:
  1° se déplacer à bicyclette pour les besoins du service ou ;
  2° se déplacer en bicyclette au moins cinq fois par mois pour se rendre de leur domicile à leur lieu de travail.
  § 3. L'indemnité bicyclette prévue au paragraphe 1 et le remboursement de l'abonnement annuel prévu au paragraphe 2 ne sont pas cumulables.".
Art.248. In artikel 315 van hetzelfde besluit worden de volgende wijzigingen aangebracht:
  1° paragraaf 1 wordt vervangen als volgt:
  " § 1. Aan de sociaal controleurs die als opdracht hebben adviezen uit te brengen in het kader van het beheer van de dossiers voor de toekenning van sociale uitkeringen aan particulieren en daarvoor thuisbezoeken aan deze particulieren moeten brengen, wordt een forfaitaire maandvergoeding voor hun verblijfskosten toegekend.";
  2° ° in de Nederlandse tekst, wordt het woord "consumtieprijzen " vervangen door het woord "consumptieprijzen";
  3° paragraaf 2 wordt aangevuld met drie leden, luidende:
  "Het maximale maandelijkse bedrag wordt toegekend indien de volgende voorwaarde is vervuld: de in § 1 bedoelde sociaal controleurs voeren gedurende dezelfde kalendermaand ten minste twee controles per dag uit gedurende ten minste vijftien werkdagen. In de gevallen zoals bedoeld in paragraaf 3 wordt het minimumaantal controles en/of werkdagen proportioneel verminderd.
  Het aantal vereiste controles per dag wordt afgerond naar 2 als het overeenkomstig het tweede lid verkregen resultaat groter is dan 1,5. Het aantal vereiste controles per dag wordt afgerond naar 1 als het overeenkomstig het tweede lid verkregen resultaat lager dan of gelijk aan 1,5 is.
  Het overeenkomstig het tweede lid vereiste aantal dagen wordt afgerond naar de dichtstbijzijnde eenheid, met een minimum van een dag. Als de hoogste en laagste eenheid even ver van dit getal liggen, wordt dat laatste getal naar beneden afgerond naar de lagere eenheid, met een minimum van een dag.".
  4° het artikel wordt aangevuld met een paragraaf 4, luidende:
  " § 4. De vergoeding kan niet worden gecumuleerd met het voordeel dat voor dezelfde werkdag wordt toegekend in de vorm van een maaltijdcheque.".
Art.248. A l'article 315 du même arrêté, les modifications suivantes sont apportées :
  1° le paragraphe 1er est remplacé par ce qui suit :
  " § 1er. Il est alloué une indemnité forfaitaire mensuelle pour frais de séjour aux contrôleurs sociaux qui ont pour mission de rendre des avis dans le cadre de la gestion des dossiers d'octroi d'allocations sociales aux particuliers entraînant des visites au domicile de ces particuliers." ;
  2° dans le texte néerlandais, le mot "consumtieprijzen " est remplacé par le mot "consumptieprijzen" ;
  3° le paragraphe 2 est complété par 3 alinéas rédigés comme suit :
  "Le montant maximum mensuel est alloué à la condition suivante: au cours d'un même mois calendrier, les contrôleurs sociaux visés au § 1er effectuent au minimum deux contrôles par jour durant minimum quinze jours de travail. Dans les hypothèses visées au paragraphe 3, le nombre minimum de contrôles et/ou de jours ouvrables est réduit proportionnellement.
  Le nombre de contrôles requis par jour est arrondi à 2 si le résultat obtenu conformément à l'alinéa 2 est supérieur à 1,5. Le nombre de contrôles requis par jour est arrondi à 1 si le résultat obtenu conformément à l'alinéa 2 est inférieur ou égal à 1,5.
  Le nombre de jours requis conformément à l'alinéa 2 est arrondi à l'unité la plus proche, avec un minimum d'un jour. Si les unités supérieurs et inférieures sont équidistantes de ce nombre, ce dernier est arrondi à l'unité inférieure, avec un minimum d'un jour.".
  4° l'article est complété par un paragraphe 4, rédigé comme suit :
  " § 4. L'indemnité n'est pas cumulable avec l'avantage octroyé sous forme de titre-repas pour la même journée de travail.".
Art. 248. In artikel 315 van hetzelfde besluit worden de volgende wijzigingen aangebracht:
  1° paragraaf 1 wordt vervangen als volgt:
  " § 1. Aan de sociaal controleurs die als opdracht hebben adviezen uit te brengen in het kader van het beheer van de dossiers voor de toekenning van sociale uitkeringen aan particulieren en daarvoor thuisbezoeken aan deze particulieren moeten brengen, wordt een forfaitaire maandvergoeding voor hun verblijfskosten toegekend.";
  2° ° in de Nederlandse tekst, wordt het woord "consumtieprijzen " vervangen door het woord "consumptieprijzen";
  3° paragraaf 2 wordt aangevuld met drie leden, luidende:
  "Het maximale maandelijkse bedrag wordt toegekend indien de volgende voorwaarde is vervuld: de in § 1 bedoelde sociaal controleurs voeren gedurende dezelfde kalendermaand ten minste twee controles per dag uit gedurende ten minste vijftien werkdagen. In de gevallen zoals bedoeld in paragraaf 3 wordt het minimumaantal controles en/of werkdagen proportioneel verminderd.
  Het aantal vereiste controles per dag wordt afgerond naar 2 als het overeenkomstig het tweede lid verkregen resultaat groter is dan 1,5. Het aantal vereiste controles per dag wordt afgerond naar 1 als het overeenkomstig het tweede lid verkregen resultaat lager dan of gelijk aan 1,5 is.
  Het overeenkomstig het tweede lid vereiste aantal dagen wordt afgerond naar de dichtstbijzijnde eenheid, met een minimum van een dag. Als de hoogste en laagste eenheid even ver van dit getal liggen, wordt dat laatste getal naar beneden afgerond naar de lagere eenheid, met een minimum van een dag.".
  4° het artikel wordt aangevuld met een paragraaf 4, luidende:
  " § 4. De vergoeding kan niet worden gecumuleerd met het voordeel dat voor dezelfde werkdag wordt toegekend in de vorm van een maaltijdcheque.".
Art. 248. A l'article 315 du même arrêté, les modifications suivantes sont apportées :
  1° le paragraphe 1er est remplacé par ce qui suit :
  " § 1er. Il est alloué une indemnité forfaitaire mensuelle pour frais de séjour aux contrôleurs sociaux qui ont pour mission de rendre des avis dans le cadre de la gestion des dossiers d'octroi d'allocations sociales aux particuliers entraînant des visites au domicile de ces particuliers." ;
  2° dans le texte néerlandais, le mot "consumtieprijzen " est remplacé par le mot "consumptieprijzen" ;
  3° le paragraphe 2 est complété par 3 alinéas rédigés comme suit :
  "Le montant maximum mensuel est alloué à la condition suivante: au cours d'un même mois calendrier, les contrôleurs sociaux visés au § 1er effectuent au minimum deux contrôles par jour durant minimum quinze jours de travail. Dans les hypothèses visées au paragraphe 3, le nombre minimum de contrôles et/ou de jours ouvrables est réduit proportionnellement.
  Le nombre de contrôles requis par jour est arrondi à 2 si le résultat obtenu conformément à l'alinéa 2 est supérieur à 1,5. Le nombre de contrôles requis par jour est arrondi à 1 si le résultat obtenu conformément à l'alinéa 2 est inférieur ou égal à 1,5.
  Le nombre de jours requis conformément à l'alinéa 2 est arrondi à l'unité la plus proche, avec un minimum d'un jour. Si les unités supérieurs et inférieures sont équidistantes de ce nombre, ce dernier est arrondi à l'unité inférieure, avec un minimum d'un jour.".
  4° l'article est complété par un paragraphe 4, rédigé comme suit :
  " § 4. L'indemnité n'est pas cumulable avec l'avantage octroyé sous forme de titre-repas pour la même journée de travail.".
Art.250. In hetzelfde besluit wordt bijlage II vervangen door de bijlage gevoegd bij onderhavig besluit.
Art.250. Dans le même arrêté, l'annexe II est remplacée par l'annexe jointe au présent arrêté.
Art. 250. In hetzelfde besluit wordt bijlage II vervangen door de bijlage gevoegd bij onderhavig besluit.
Art. 250. Dans le même arrêté, l'annexe II est remplacée par l'annexe jointe au présent arrêté.
Art.251. Bij de inwerkingtreding van onderhavig besluit genieten de in dienst zijnde klerken, adjuncten en assistenten de weddeschaal die overeenkomt met hun rang, zoals vermeld in de artikelen 129 en 219 van onderhavig besluit, door middel van het volgende schaalomrekeningssysteem:
Art.251. A l'entrée en vigueur du présent arrêté, les commis, adjoints et assistants en service bénéficient de l'échelle de traitement correspondante à leur grade, reprise aux articles 129 et 219 du présent arrêté, par le système de conversion d'échelle suivant :
Art. 251. Bij de inwerkingtreding van onderhavig besluit genieten de in dienst zijnde klerken, adjuncten en assistenten de weddeschaal die overeenkomt met hun rang, zoals vermeld in de artikelen 129 en 219 van onderhavig besluit, door middel van het volgende schaalomrekeningssysteem:
Art. 251. A l'entrée en vigueur du présent arrêté, les commis, adjoints et assistants en service bénéficient de l'échelle de traitement correspondante à leur grade, reprise aux articles 129 et 219 du présent arrêté, par le système de conversion d'échelle suivant :
Anciennes échelles Nouvelles échelles Oude schalen Nieuwe schalen
D 200 D 104 D 200 D 104
C 200 C 104 C 200 C 104
B 200 B 104 B 200 B 104
Anciennes échelles Nouvelles échelles Oude schalen Nieuwe schalen D 200 D 104 D 200 D 104 C 200 C 104 C 200 C 104 B 200 B 104 B 200 B 104
De geldelijke anciënniteit en de anciënniteit verbonden aan de functionele loopbaan verworven door de klerken, adjuncten en assistenten wordt als verworven beschouwd om de weddetrap te bepalen in de weddeschalen gevoegd als bijlage bij onderhavig besluit.
Anciennes échelles Nouvelles échelles Oude schalen Nieuwe schalen
D 200 D 104 D 200 D 104
C 200 C 104 C 200 C 104
B 200 B 104 B 200 B 104
Anciennes échelles Nouvelles échelles Oude schalen Nieuwe schalen D 200 D 104 D 200 D 104 C 200 C 104 C 200 C 104 B 200 B 104 B 200 B 104
L'ancienneté pécuniaire et l'ancienneté liée à la carrière fonctionnelle acquises par les commis, adjoints et assistants seront considérées comme acquises pour la détermination de l'échelon de l'échelle dans les échelles de traitement annexées au présent arrêté.
Art. 252. De vóór de inwerkingtreding van onderhavig besluit van toepassing zijnde procedures op de in artikel 16 van hetzelfde besluit bedoelde raad van beroep blijven van toepassing tot de inwerkintreding van een huishoudelijk reglement overeenkomstig artikel 19, § 1, van het besluit van het Verenigd College van de Gemeenschappelijke Gemeenschapscommissie van 5 juni 2008 houdende het administratief statuut en de bezoldigingsregeling van de ambtenaren en stagiairs van de Diensten van het Verenigd College van de Gemeenschappelijke Gemeenschapscommissie van Brussel-Hoofdstad.
Art. 252. Les procédures applicables à la chambre de recours visée à l'article 16 du même arrêté avant l'entrée en vigueur du présent arrêté restent d'application jusqu'à l'entrée en vigueur d'un règlement d'ordre intérieur conformément à l'article 19, § 1er, de l'arrêté du Collège réuni de la Commission communautaire commune de 5 juin 2008 portant le statut administratif et pécuniaire des fonctionnaires et stagiaires des Services du Collège réuni de la Commission communautaire commune de Bruxelles-Capitale.
Art. 253. De wervingsprocedures, met inbegrip van de wervingsreserves die ervoor vastgesteld werden, waarvoor de betrekking(en) vacant verklaard werden vóór de datum van inwerkingtreding van onderhavig besluit, worden voortgezet op basis van de bepalingen die vóór die datum erop van toepassing waren.
Art. 253. Les procédures de recrutement, y compris les réserves de recrutement constituées à cet effet, pour lesquelles le ou les emplois ont été déclarés vacants avant la date d'entrée en vigueur du présent arrêté sont poursuivies sur la base des dispositions qui leur étaient applicables avant cette date.
Art.255. De procedures voor overplaatsing en externe overplaatsing, waarvoor de betrekking(en) vacant verklaard werd(en) vóór de datum van inwerkingtreding van onderhavig besluit, worden voortgezet op basis van de bepalingen die vóór die datum erop van toepassing waren.
Art. 254. Les procédures de promotions par avancement de grade, pour lesquelles le ou les emplois ont été déclarés vacants avant la date d'entrée en vigueur du présent arrêté sont poursuivies sur la base des dispositions qui leur étaient applicables avant cette date.
Art. 255. De procedures voor overplaatsing en externe overplaatsing, waarvoor de betrekking(en) vacant verklaard werd(en) vóór de datum van inwerkingtreding van onderhavig besluit, worden voortgezet op basis van de bepalingen die vóór die datum erop van toepassing waren.
Art. 255. Les procédures de mutation et de mutation externe, pour lesquelles le ou les emplois ont été déclarés vacants avant la date d'entrée en vigueur du présent arrêté sont poursuivies sur la base des dispositions qui leur étaient applicables avant cette date.
Art. 256. Tuchtprocedures en procedures betreffende de schorsing in het belang van de dienst, lopende op de datum van inwerkintreding van onderhavig besluit, worden voortgezet volgens de bepalingen die vóór die datum erop van toepassing waren.
Art. 256. Les procédures disciplinaires et procédures de suspension dans l'intérêt du service, en cours à la date d'entrée en vigueur du présent arrêté sont poursuivies sur la base des dispositions qui leur étaient applicables avant cette date.
Art.258. Verlof voor verminderde prestaties wegens persoonlijke aangelegenheden, op grond waarvan de personeelslid twee derde of driekwart van de normaal vereiste arbeidstijd vervult, dat reeds vóór de datum van inwerkingtreding van dit besluit werd goedgekeurd, wordt gehandhaafd overeenkomstig de vóór die datum geldende bepalingen. Verzoeken om verlenging van dit verlof worden behandeld overeenkomstig de bepalingen die van toepassing zijn na de datum van inwerkingtreding van onderhavig besluit.
Art.258. Les congés pour prestations réduites pour convenances personnelles, en vertu duquel le membre du personnel accomplit les deux tiers ou les trois quarts du temps de travail normalement requis, déjà approuvés avant la date d'entrée en vigueur du présent arrêté, sont maintenus conformément aux dispositions applicables avant cette date. Les demandes de prolongation de ces congés sont traitées conformément aux dispositions applicables après la date d'entrée en vigueur du présent arrêté.
Art.259. Ambtenaren van rang A2 of hoger die van een verlof genieten in het kader van de vierdagenweek of het halftijds werken vanaf 50 of 55 jaar op datum van inwerkingtreding van onderhavig besluit, blijven dit verlof genieten zonder de toestemming voorzien in artikel 240, § 2 van het besluit van het Verenigd College van de Gemeenschappelijke Gemeenschapscommissie van 21 maart 2018 houdende het administratief statuut en de bezoldigingsregeling van de ambtenaren en stagiairs van de bicommunautaire Dienst voor gezondheid, bijstand aan personen en gezinsbijslag van de Gemeenschappelijke Gemeenschapscommissie van Brussel-Hoofdstad, zoals gewijzigd bij onderhavig besluit, te moeten verkrijgen.
  Aanvragen om deze verloven of verzoeken tot verlenging van deze verloven ingediend na de inwerkingtreding van onderhavig besluit zijn onderworpen aan de toestemming voorzien in artikel 240, § 2, van het besluit van het Verenigd College van de Gemeenschappelijke Gemeenschapscommissie van 21 maart 2018 houdende het administratief statuut en de bezoldigingsregeling van de ambtenaren en stagiairs van de bicommunautaire Dienst voor gezondheid, bijstand aan personen en gezinsbijslag van de Gemeenschappelijke Gemeenschapscommissie van Brussel-Hoofdstad, zoals gewijzigd bij dit besluit.
Art.259. Les fonctionnaires de rang A2 ou supérieur qui bénéficient d'un congé dans le cadre de la semaine de quatre jours ou du travail à mi-temps à partir de 50 ou 55 ans avant la date d'entrée en vigueur du présent arrêté continuent à bénéficier de ces congés sans devoir obtenir l'autorisation prévue à l'article 240, § 2 de l'arrêté du Collège réuni de la Commission communautaire commune du 21 mars 2018 portant le statut administratif et pécuniaire des fonctionnaires et stagiaires de l'Office bicommunautaire de la santé, de l'aide aux personnes et des prestations familiales de la Commission communautaire commune de Bruxelles-Capitale, tel que modifié par le présent arrêté.
  Les demandes de ces congés introduites postérieurement à l'entrée en vigueur du présent arrêté et les demandes de prolongation de ces congés introduites postérieurement à l'entrée en vigueur du présent arrêté, sont soumises à l'autorisation prévue à l'article 240 § 2 de l'arrêté du Collège réuni de la Commission communautaire commune du 21 mars 2018 portant le statut administratif et pécuniaire des fonctionnaires et stagiaires de l'Office bicommunautaire de la santé, de l'aide aux personnes et des prestations familiales de la Commission communautaire commune de Bruxelles-Capitale, tel que modifié par le présent arrêté.
Art. 259. Ambtenaren van rang A2 of hoger die van een verlof genieten in het kader van de vierdagenweek of het halftijds werken vanaf 50 of 55 jaar op datum van inwerkingtreding van onderhavig besluit, blijven dit verlof genieten zonder de toestemming voorzien in artikel 240, § 2 van het besluit van het Verenigd College van de Gemeenschappelijke Gemeenschapscommissie van 21 maart 2018 houdende het administratief statuut en de bezoldigingsregeling van de ambtenaren en stagiairs van de bicommunautaire Dienst voor gezondheid, bijstand aan personen en gezinsbijslag van de Gemeenschappelijke Gemeenschapscommissie van Brussel-Hoofdstad, zoals gewijzigd bij onderhavig besluit, te moeten verkrijgen.
  Aanvragen om deze verloven of verzoeken tot verlenging van deze verloven ingediend na de inwerkingtreding van onderhavig besluit zijn onderworpen aan de toestemming voorzien in artikel 240, § 2, van het besluit van het Verenigd College van de Gemeenschappelijke Gemeenschapscommissie van 21 maart 2018 houdende het administratief statuut en de bezoldigingsregeling van de ambtenaren en stagiairs van de bicommunautaire Dienst voor gezondheid, bijstand aan personen en gezinsbijslag van de Gemeenschappelijke Gemeenschapscommissie van Brussel-Hoofdstad, zoals gewijzigd bij dit besluit.
Art. 259. Les fonctionnaires de rang A2 ou supérieur qui bénéficient d'un congé dans le cadre de la semaine de quatre jours ou du travail à mi-temps à partir de 50 ou 55 ans avant la date d'entrée en vigueur du présent arrêté continuent à bénéficier de ces congés sans devoir obtenir l'autorisation prévue à l'article 240, § 2 de l'arrêté du Collège réuni de la Commission communautaire commune du 21 mars 2018 portant le statut administratif et pécuniaire des fonctionnaires et stagiaires de l'Office bicommunautaire de la santé, de l'aide aux personnes et des prestations familiales de la Commission communautaire commune de Bruxelles-Capitale, tel que modifié par le présent arrêté.
  Les demandes de ces congés introduites postérieurement à l'entrée en vigueur du présent arrêté et les demandes de prolongation de ces congés introduites postérieurement à l'entrée en vigueur du présent arrêté, sont soumises à l'autorisation prévue à l'article 240 § 2 de l'arrêté du Collège réuni de la Commission communautaire commune du 21 mars 2018 portant le statut administratif et pécuniaire des fonctionnaires et stagiaires de l'Office bicommunautaire de la santé, de l'aide aux personnes et des prestations familiales de la Commission communautaire commune de Bruxelles-Capitale, tel que modifié par le présent arrêté.
Art.261. Sociaal inspecteurs die de vergoeding genieten zoals voorzien in artikel 315 van het besluit van het Verenigd College van 21 maart 2018 houdende het administratief statuut en de bezoldigingsregeling van de ambtenaren en stagiairs van de bicommunautaire Dienst voor gezondheid, bijstand aan personen en gezinsbijslag van de Gemeenschappelijke Gemeenschapscommissie van Brussel-Hoofdstad op de dag voor de datum van inwerkingtreding van artikel 248 van onderhavig besluit, blijven ze genieten onder de voorwaarden die van toepassing zijn vóór deze datum.
Art.261. Les inspecteurs sociaux qui bénéficient de l'indemnité prévue à l'article 315 de l'arrêté du Collège réuni de la Commission communautaire commune du 21 mars 2018 portant le statut administratif et pécuniaire des fonctionnaires et stagiaires de l'Office bicommunautaire de la santé, de l'aide aux personnes et des prestations familiales de la Commission communautaire commune de Bruxelles-Capitale à la veille de la date d'entrée en vigueur de l'article 248 du présent arrêté continuent à en bénéficier aux conditions applicables avant cette date.
Art. 261. Sociaal inspecteurs die de vergoeding genieten zoals voorzien in artikel 315 van het besluit van het Verenigd College van 21 maart 2018 houdende het administratief statuut en de bezoldigingsregeling van de ambtenaren en stagiairs van de bicommunautaire Dienst voor gezondheid, bijstand aan personen en gezinsbijslag van de Gemeenschappelijke Gemeenschapscommissie van Brussel-Hoofdstad op de dag voor de datum van inwerkingtreding van artikel 248 van onderhavig besluit, blijven ze genieten onder de voorwaarden die van toepassing zijn vóór deze datum.
Art. 261. Les inspecteurs sociaux qui bénéficient de l'indemnité prévue à l'article 315 de l'arrêté du Collège réuni de la Commission communautaire commune du 21 mars 2018 portant le statut administratif et pécuniaire des fonctionnaires et stagiaires de l'Office bicommunautaire de la santé, de l'aide aux personnes et des prestations familiales de la Commission communautaire commune de Bruxelles-Capitale à la veille de la date d'entrée en vigueur de l'article 248 du présent arrêté continuent à en bénéficier aux conditions applicables avant cette date.
Art. 262. Aanvragen voor verlof voor loopbaanonderbreking of verzoeken om verlenging daarvan die vóór de datum van inwerkingtreding van onderhavig besluit zijn ingediend, worden behandeld overeenkomstig de bepalingen die vóór die datum erop van toepassing waren.
Art. 262. Les demandes d'un congé pour interruption de carrière, ou les demandes de prolongation de ce congé soumises avant la date d'entrée en vigueur du présent arrêté sont traitées conformément aux dispositions qui leurs étaient applicables avant cette date.
Art.264. Het personeelslid dat op de dag vóór de inwerkingtreding van onderhavige bepaling een tweetaligheidstoelage genoot na het verkrijgen van een certificaat van talenkennis op grond van artikel 9, § 1, van het koninklijk besluit van 8 maart 2001 tot vaststelling van de voorwaarden voor het uitreiken van de bewijzen omtrent de taalkennis voorgeschreven bij artikel 53 van de wetten op het gebruik van de talen in bestuurszaken samengevat op 18 juli 1966 en dat het genot van deze toelage verliest of voor wie het bedrag van deze toelage overeenkomstig artikel 305 van het statuut, zoals gewijzigd bij onderhavig besluit, wordt verlaagd, blijft deze toelage genieten gedurende twee jaar na de datum van inwerkingtreding van onderhavige bepaling.
  Na die termijn geniet het de toelage waarop het aanspraak kan maken overeenkomstig de van kracht zijnde statutaire bepalingen.
Art.264. Le membre du personnel bénéficiant à la veille de l'entrée en vigueur de la présente disposition d'une allocation de bilinguisme consécutive à l'obtention d'un certificat de connaissance linguistique sur la base de l'article 9, § 1er de l'arrêté royal du 8 mars 2001 fixant les conditions de délivrance des certificats de connaissances linguistiques prévus à l'article 53 des lois sur l'emploi des langues en matière administrative coordonnées le 18 juillet 1966 et qui perd le bénéficie de cette allocation ou voit son montant réduit conformément à l'article 305 du statut tel que modifié par le présent arrêté continue d'en bénéficier pendant deux années à dater de l'entrée en vigueur de la présente disposition.
  Passé ce délai, il bénéficie de l'allocation à laquelle il peut prétendre conformément aux dispositions statutaires en vigueur.
Art. 264. Het personeelslid dat op de dag vóór de inwerkingtreding van onderhavige bepaling een tweetaligheidstoelage genoot na het verkrijgen van een certificaat van talenkennis op grond van artikel 9, § 1, van het koninklijk besluit van 8 maart 2001 tot vaststelling van de voorwaarden voor het uitreiken van de bewijzen omtrent de taalkennis voorgeschreven bij artikel 53 van de wetten op het gebruik van de talen in bestuurszaken samengevat op 18 juli 1966 en dat het genot van deze toelage verliest of voor wie het bedrag van deze toelage overeenkomstig artikel 305 van het statuut, zoals gewijzigd bij onderhavig besluit, wordt verlaagd, blijft deze toelage genieten gedurende twee jaar na de datum van inwerkingtreding van onderhavige bepaling.
  Na die termijn geniet het de toelage waarop het aanspraak kan maken overeenkomstig de van kracht zijnde statutaire bepalingen.
Art. 264. Le membre du personnel bénéficiant à la veille de l'entrée en vigueur de la présente disposition d'une allocation de bilinguisme consécutive à l'obtention d'un certificat de connaissance linguistique sur la base de l'article 9, § 1er de l'arrêté royal du 8 mars 2001 fixant les conditions de délivrance des certificats de connaissances linguistiques prévus à l'article 53 des lois sur l'emploi des langues en matière administrative coordonnées le 18 juillet 1966 et qui perd le bénéficie de cette allocation ou voit son montant réduit conformément à l'article 305 du statut tel que modifié par le présent arrêté continue d'en bénéficier pendant deux années à dater de l'entrée en vigueur de la présente disposition.
  Passé ce délai, il bénéficie de l'allocation à laquelle il peut prétendre conformément aux dispositions statutaires en vigueur.
Art. 265. De op de datum van inwerkingtreding van onderhavig besluit reeds samengestelde wervingsreserves blijven geldig en raadpleegbaar gedurende de periode die werd bepaald vóór de inwerkingtreding van dit besluit. De geldigheidsduur ervan kan ook worden verlengd overeenkomstig de bepalingen die van toepassing waren vóór de inwerkingtreding van onderhavig besluit.
Art. 265. Les réserves de recrutement déjà constituées à la date d'entrée en vigueur du présent arrêté restent valables et consultables pour la durée prévue avant l'entrée en vigueur du présent arrêté. La durée de validité de celles-ci peut également être prolongée conformément aux dispositions applicables avant l'entrée en vigueur du présent arrêté.
Art.267. In afwijking van artikel 195, 2° en 3°, van onderhavig besluit, mag de vermindering van de bezoldiging, voorzien vanaf de 25e maand verlof wegens verminderde prestaties om medische redenen, ten vroegste plaatsvinden vanaf de 25e maand die volgt op de inwerkingtreding van deze bepaling.
  Tot die datum genieten de betrokken personeelsleden, bij wijze van afwijking, van een bezoldiging berekend overeenkomstig artikel 211, § 2, tweede lid, van het statuut, zoals gewijzigd door onderhavig besluit.
Art.267. Par dérogation à l'article 195, 2° et 3°, du présent arrêté, la réduction de rémunération prévue à partir du 25ème mois de congé pour prestations réduites pour raisons médicales ne peut intervenir, au plus tôt, qu'à partir du 25ème mois qui suit l'entrée en vigueur de cette même disposition.
  Jusqu'à cette date, les membres du personnel concernés bénéficient, par dérogation, d'une rémunération calculée conformément à l'article 211 § 2, alinéa 2 du statut, tel que modifié par le présent arrêté.
Art. 267. In afwijking van artikel 195, 2° en 3°, van onderhavig besluit, mag de vermindering van de bezoldiging, voorzien vanaf de 25e maand verlof wegens verminderde prestaties om medische redenen, ten vroegste plaatsvinden vanaf de 25e maand die volgt op de inwerkingtreding van deze bepaling.
  Tot die datum genieten de betrokken personeelsleden, bij wijze van afwijking, van een bezoldiging berekend overeenkomstig artikel 211, § 2, tweede lid, van het statuut, zoals gewijzigd door onderhavig besluit.
Art. 267. Par dérogation à l'article 195, 2° et 3°, du présent arrêté, la réduction de rémunération prévue à partir du 25ème mois de congé pour prestations réduites pour raisons médicales ne peut intervenir, au plus tôt, qu'à partir du 25ème mois qui suit l'entrée en vigueur de cette même disposition.
  Jusqu'à cette date, les membres du personnel concernés bénéficient, par dérogation, d'une rémunération calculée conformément à l'article 211 § 2, alinéa 2 du statut, tel que modifié par le présent arrêté.
Art. 268. Bevorderingsprocedures door overgang naar het hogere niveau waarvoor de betrekking(en) vacant werd(en) verklaard vóór de datum van inwerkingtreding worden voortgezet op basis van de bepalingen die vóór die datum erop van toepassing waren.
Art. 268. Les procédures de promotion par accession au niveau supérieur, pour lesquelles le ou les emplois ont été déclarés vacants avant la date d'entrée en vigueur du présent arrêté sont poursuivies sur la base des dispositions qui leur étaient applicables avant cette date.
Art.270. Voor de toepassing van artikel 139, 3° van onderhavig besluit, moeten de evaluatievermeldingen die aan mandatarissen zijn toegekend in het kader van een vorig mandaat binnen de Dienst vóór de datum van inwerkingtreding van onderhavige bepaling, worden beschouwd als vermeldingen die zijn toegekend in het kader van een eerste evaluatie in de zin van diezelfde bepaling.
Art.270. Pour l'application de l'article 139, 3° du présent arrêté, les mentions d'évaluation attribuées à des mandataires dans le cadre d'un précédent mandat au sein de l'Office antérieurement à la date d'entrée en vigueur de cette disposition doivent être considérés comme des mentions attribuées dans le cadre d'une première évaluation au sens de cette même disposition.
Art. 270. Voor de toepassing van artikel 139, 3° van onderhavig besluit, moeten de evaluatievermeldingen die aan mandatarissen zijn toegekend in het kader van een vorig mandaat binnen de Dienst vóór de datum van inwerkingtreding van onderhavige bepaling, worden beschouwd als vermeldingen die zijn toegekend in het kader van een eerste evaluatie in de zin van diezelfde bepaling.
Art. 270. Pour l'application de l'article 139, 3° du présent arrêté, les mentions d'évaluation attribuées à des mandataires dans le cadre d'un précédent mandat au sein de l'Office antérieurement à la date d'entrée en vigueur de cette disposition doivent être considérés comme des mentions attribuées dans le cadre d'une première évaluation au sens de cette même disposition.
Art.271. § 1. Onverminderd de volgende paragrafen, treedt onderhavig besluit in werking op 1 januari 2026.
Art.271. § 1er. Sans préjudice des paragraphes suivants, le présent arrêté entre en vigueur le 1er janvier 2026.
Art. 271. § 1. Onverminderd de volgende paragrafen, treedt onderhavig besluit in werking op 1 januari 2026.
  § 2. De artikelen 93 tot 95 en 97 tot 118 van onderhavig besluit, treden in werking op 1 januari 2026, maar uitsluitend voor de evaluatiecycli die vanaf die datum worden opgestart.
  § 3. Artikel 96 van onderhavig besluit treedt in werking op de eerste dag van de maand volgend op het verstrijken van een termijn van tien dagen te rekenen vanaf de dag na de publicatie van dit besluit in het Belgisch Staatsblad maar uitsluitend voor evaluatiecycli die vanaf die datum worden opgestart.
Art. 271. § 1er. Sans préjudice des paragraphes suivants, le présent arrêté entre en vigueur le 1er janvier 2026.
  § 2 Entrent en vigueur le 1er janvier 2026, mais uniquement pour les cycles d'évaluation initiés à partir de cette date, les articles 93 à 95 et 97 à 118 du présent arrêté.
  § 3. L'article 96 du présent arrêté entre en vigueur le premier jour du mois suivant l'expiration d'un délai de dix jours à compter du lendemain de la publication au Moniteur belge du présent arrêté, et ce uniquement pour les cycles d'évaluation initiés à partir de cette date.
Art. N2. Bijlage II.
  Niveau A
Art. N2. Annexe II.
  Niveau A
Indice
  Indicie
A300 A310 A400 A410 A500
Augmentations intercalaires
  Tussentijdse verhogingen
1x1 1.505,00
  17x2 1.505,00
1x1 1.455,00
  17x2 1.455,00
17x2 1.384,00 17x2 1.455,00 17x2 1.384,00
00 31.970,00 35.626,00 40.626,00 42.615,00 48.281,00
01 33.475,00 37.081,00 40.626,00 42.615,00 48.281,00
02 33.475,00 37.081,00 42.010,00 44.070,00 49.665,00
03 34.980,00 38.536,00 42.010,00 44.070,00 49.665,00
04 34.980,00 38.536,00 43.394,00 45.525,00 51.049,00
05 36.485,00 39.991,00 43.394,00 45.525,00 51.049,00
06 36.485,00 39.991,00 44.778,00 46.980,00 52.433,00
07 37.990,00 41.446,00 44.778,00 46.980,00 52.433,00
08 37.990,00 41.446,00 46.162,00 48.435,00 53.817,00
09 39.495,00 42.901,00 46.162,00 48.435,00 53.817,00
10 39.495,00 42.901,00 47.546,00 49.890,00 55.201,00
11 41.000,00 44.356,00 47.546,00 49.890,00 55.201,00
12 41.000,00 44.356,00 48.930,00 51.345,00 56.585,00
13 42.505,00 45.811,00 48.930,00 51.345,00 56.585,00
14 42.505,00 45.811,00 50.314,00 52.800,00 57.969,00
15 44.010,00 47.266,00 50.314,00 52.800,00 57.969,00
16 44.010,00 47.266,00 51.698,00 54.255,00 59.353,00
17 45.515,00 48.721,00 51.698,00 54.255,00 59.353,00
18 45.515,00 48.721,00 53.082,00 55.710,00 60.737,00
19 47.020,00 50.176,00 53.082,00 55.710,00 60.737,00
20 47.020,00 50.176,00 54.466,00 57.165,00 62.121,00
21 48.525,00 51.631,00 54.466,00 57.165,00 62.121,00
22 48.525,00 51.631,00 55.850,00 58.620,00 63.505,00
23 50.030,00 53.086,00 55.850,00 58.620,00 63.505,00
24 50.030,00 53.086,00 57.234,00 60.075,00 64.889,00
25 51.535,00 54.541,00 57.234,00 60.075,00 64.889,00
26 51.535,00 54.541,00 58.618,00 61.530,00 66.273,00
27 53.040,00 55.996,00 58.618,00 61.530,00 66.273,00
28 53.040,00 55.996,00 60.002,00 62.985,00 67.657,00
29 54.545,00 57.451,00 60.002,00 62.958,00 67.657,00
30 54.545,00 57.451,00 61.386,00 64.440,00 69.041,00
31 56.050,00 58.906,00 61.386,00 64.440,00 69.041,00
32 56.050,00 58.906,00 62.770,00 65.895,00 70.425,00
33 57.555,00 60.361,00 62.770,00 65.895,00 70.425,00
34 57.555,00 60.361,00 64.154,00 67.350,00 71.809,00
3559.060,0061.816,00
Indice
  Indicie
A300 A310 A400 A410 A500
Augmentations intercalaires
  Tussentijdse verhogingen
1x1 1.505,00
  17x2 1.505,00
1x1 1.455,00
  17x2 1.455,00
17x2 1.384,00 17x2 1.455,00 17x2 1.384,00
00 31.970,00 35.626,00 40.626,00 42.615,00 48.281,00
01 33.475,00 37.081,00 40.626,00 42.615,00 48.281,00
02 33.475,00 37.081,00 42.010,00 44.070,00 49.665,00
03 34.980,00 38.536,00 42.010,00 44.070,00 49.665,00
04 34.980,00 38.536,00 43.394,00 45.525,00 51.049,00
05 36.485,00 39.991,00 43.394,00 45.525,00 51.049,00
06 36.485,00 39.991,00 44.778,00 46.980,00 52.433,00
07 37.990,00 41.446,00 44.778,00 46.980,00 52.433,00
08 37.990,00 41.446,00 46.162,00 48.435,00 53.817,00
09 39.495,00 42.901,00 46.162,00 48.435,00 53.817,00
10 39.495,00 42.901,00 47.546,00 49.890,00 55.201,00
11 41.000,00 44.356,00 47.546,00 49.890,00 55.201,00
12 41.000,00 44.356,00 48.930,00 51.345,00 56.585,00
13 42.505,00 45.811,00 48.930,00 51.345,00 56.585,00
14 42.505,00 45.811,00 50.314,00 52.800,00 57.969,00
15 44.010,00 47.266,00 50.314,00 52.800,00 57.969,00
16 44.010,00 47.266,00 51.698,00 54.255,00 59.353,00
17 45.515,00 48.721,00 51.698,00 54.255,00 59.353,00
18 45.515,00 48.721,00 53.082,00 55.710,00 60.737,00
19 47.020,00 50.176,00 53.082,00 55.710,00 60.737,00
20 47.020,00 50.176,00 54.466,00 57.165,00 62.121,00
21 48.525,00 51.631,00 54.466,00 57.165,00 62.121,00
22 48.525,00 51.631,00 55.850,00 58.620,00 63.505,00
23 50.030,00 53.086,00 55.850,00 58.620,00 63.505,00
24 50.030,00 53.086,00 57.234,00 60.075,00 64.889,00
25 51.535,00 54.541,00 57.234,00 60.075,00 64.889,00
26 51.535,00 54.541,00 58.618,00 61.530,00 66.273,00
27 53.040,00 55.996,00 58.618,00 61.530,00 66.273,00
28 53.040,00 55.996,00 60.002,00 62.985,00 67.657,00
29 54.545,00 57.451,00 60.002,00 62.958,00 67.657,00
30 54.545,00 57.451,00 61.386,00 64.440,00 69.041,00
31 56.050,00 58.906,00 61.386,00 64.440,00 69.041,00
32 56.050,00 58.906,00 62.770,00 65.895,00 70.425,00
33 57.555,00 60.361,00 62.770,00 65.895,00 70.425,00
34 57.555,00 60.361,00 64.154,00 67.350,00 71.809,00
3559.060,0061.816,00
Indice
  Indicie
A200 A210 A220 A230
Augmentations intercalaires
  Tussentijdse verhogingen
17x2 1.111,00 17x2 1.384,00 3x1 697,00
  14x2 1.384,00
1x1 698,00
  1x1 696,00
  1x1 697,00
  1x2 1.420,00
  13x2 1.384,00
00 29.071,00 29.202,00 34.697,00 35.161,00
01 29.071,00 29.202,00 35.394,00 35.859,00
02 30.182,00 30.586,00 36.091,00 36.555,00
03 30.182,00 30.586,00 36.788,00 37.252,00
04 31.293,00 31.970,00 36.788,00 37.252,00
05 31.293,00 31.970,00 38.172,00 38.672,00
06 32.404,00 33.354,00 38.172,00 38.672,00
07 32.404,00 33.354,00 39.556,00 40.056,00
08 33.515,00 34.738,00 39.556,00 40.056,00
09 33.515,00 34.738,00 40.940,00 41.440,00
10 34.626,00 36.122,00 40.940,00 41.440,00
11 34.626,00 36.122,00 42.324,00 42.824,00
12 35.737,00 37.506,00 42.324,00 42.824,00
13 35.737,00 37.506,00 43.708,00 44.208,00
14 36.848,00 38.890,00 43.708,00 44.208,00
15 36.848,00 38.890,00 45.092,00 45.592,00
16 37.959,00 40.274,00 45.092,00 45.592,00
17 37.959,00 40.274,00 46.476,00 46.976,00
18 39.070,00 41.658,00 46.476,00 46.976,00
19 39.070,00 41.658,00 47.860,00 48.360,00
20 40.181,00 43.042,00 47.860,00 48.360,00
21 40.181,00 43.042,00 49.244,00 49.744,00
22 41.292,00 44.426,00 49.244,00 49.744,00
23 41.292,00 44.426,00 50.628,00 51.128,00
24 42.403,00 45.810,00 50.628,00 51.128,00
25 42.403,00 45.810,00 52.012,00 52.512,00
26 43.514,00 47.194,00 52.012,00 52.512,00
27 43.514,00 47.194,00 53.396,00 53.896,00
28 44.625,00 48.578,00 53.396,00 53.896,00
29 44.625,00 48.578,00 54.780,00 55.280,00
30 45.736,00 49.962,00 54.780,00 55.280,00
31 45.736,00 49.962,00 56.164,00 56.664,00
32 46.847,00 51.346,00
33 46.847,00 51.346,00
  
34 47.958,00 52.730,00
Indice
  Indicie
A200 A210 A220 A230
Augmentations intercalaires
  Tussentijdse verhogingen
17x2 1.111,00 17x2 1.384,00 3x1 697,00
  14x2 1.384,00
1x1 698,00
  1x1 696,00
  1x1 697,00
  1x2 1.420,00
  13x2 1.384,00
00 29.071,00 29.202,00 34.697,00 35.161,00
01 29.071,00 29.202,00 35.394,00 35.859,00
02 30.182,00 30.586,00 36.091,00 36.555,00
03 30.182,00 30.586,00 36.788,00 37.252,00
04 31.293,00 31.970,00 36.788,00 37.252,00
05 31.293,00 31.970,00 38.172,00 38.672,00
06 32.404,00 33.354,00 38.172,00 38.672,00
07 32.404,00 33.354,00 39.556,00 40.056,00
08 33.515,00 34.738,00 39.556,00 40.056,00
09 33.515,00 34.738,00 40.940,00 41.440,00
10 34.626,00 36.122,00 40.940,00 41.440,00
11 34.626,00 36.122,00 42.324,00 42.824,00
12 35.737,00 37.506,00 42.324,00 42.824,00
13 35.737,00 37.506,00 43.708,00 44.208,00
14 36.848,00 38.890,00 43.708,00 44.208,00
15 36.848,00 38.890,00 45.092,00 45.592,00
16 37.959,00 40.274,00 45.092,00 45.592,00
17 37.959,00 40.274,00 46.476,00 46.976,00
18 39.070,00 41.658,00 46.476,00 46.976,00
19 39.070,00 41.658,00 47.860,00 48.360,00
20 40.181,00 43.042,00 47.860,00 48.360,00
21 40.181,00 43.042,00 49.244,00 49.744,00
22 41.292,00 44.426,00 49.244,00 49.744,00
23 41.292,00 44.426,00 50.628,00 51.128,00
24 42.403,00 45.810,00 50.628,00 51.128,00
25 42.403,00 45.810,00 52.012,00 52.512,00
26 43.514,00 47.194,00 52.012,00 52.512,00
27 43.514,00 47.194,00 53.396,00 53.896,00
28 44.625,00 48.578,00 53.396,00 53.896,00
29 44.625,00 48.578,00 54.780,00 55.280,00
30 45.736,00 49.962,00 54.780,00 55.280,00
31 45.736,00 49.962,00 56.164,00 56.664,00
32 46.847,00 51.346,00
33 46.847,00 51.346,00
  
34 47.958,00 52.730,00
Indice
  Indicie
A101 A102 A103 A111 A112 A113
Augmentations intercalaires
  Tussentijdse verhogingen
3x1 647,00
  16x2 990,00
3x1 647,00
  16x2 990,00
3x1 647,00
  16x2 990,00
3x1 647,00
  16x2 1.132,00
3x1 647,00
  15x2 1.132,00
3x1 697,00
  14x2 1.384,00
00 22.789,00 24.960,00 27.001,00 27.001,00 30.212,00 33.202,00
01 23.436,00 25.607,00 27.648,00 27.648,00 30.859,00 33.899,00
02 24.083,00 26.254,00 28.295,00 28.295,00 31.506,00 34.596,00
03 24.730,00 26.901,00 28.942,00 28.942,00 32.153,00 35.293,00
04 24.730,00 26.901,00 28.942,00 28.942,00 32.153,00 35.293,00
05 25.720,00 27.891,00 29.932,00 30.074,00 33.285,00 36.677,00
06 25.720,00 27.891,00 29.932,00 30.074,00 33.285,00 36.677,00
07 26.710,00 28.881,00 30.922,00 31.206,00 34.417,00 38.061,00
08 26.710,00 28.881,00 30.922,00 31.206,00 34.417,00 38.061,00
09 27.700,00 29.871,00 31.912,00 32.338,00 35.549,00 39.445,00
10 27.700,00 29.871,00 31.912,00 32.338,00 35.549,00 39.445,00
11 28.690,00 30.861,00 32.902,00 33.470,00 36.681,00 40.829,00
12 28.690,00 30.861,00 32.902,00 33.470,00 36.681,00 40.829,00
13 29.680,00 31.851,00 33.892,00 34.602,00 37.813,00 42.213,00
14 29.680,00 31.851,00 33.892,00 34.602,00 37.813,00 42.213,00
15 30.670,00 32.841,00 34.882,00 35.734,00 38.945,00 43.597,00
16 30.670,00 32.841,00 34.882,00 35.734,00 38.945,00 43.597,00
17 31.660,00 33.831,00 35.872,00 36.866,00 40.077,00 44.981,00
18 31.660,00 33.831,00 35.872,00 36.866,00 40.077,00 44.981,00
19 32.650,00 34.821,00 36.862,00 37.998,00 41.209,00 46.365,00
20 32.650,00 34.821,00 36.862,00 37.998,00 41.209,00 46.365,00
21 33.640,00 35.811,00 37.852,00 39.130,00 42.341,00 47.749,00
22 33.640,00 35.811,00 37.852,00 39.130,00 42.341,00 47.749,00
23 34.630,00 36.801,00 38.842,00 40.262,00 43.473,00 49.133,00
24 34.630,00 36.801,00 38.842,00 40.262,00 43.473,00 49.133,00
25 35.620,00 37.791,00 39.832,00 41.394,00 44.605,00 50.517,00
26 35.620,00 37.791,00 39.832,00 41.394,00 44.605,00 50.517,00
27 36.610,00 38.781,00 40.822,00 42.526,00 45.737,00 51.901,00
28 36.610,00 38.781,00 40.822,00 42.526,00 45.737,00 51.901,00
29 37.600,00 39.771,00 41.812,00 43.658,00 46.869,00 53.285,00
30 37.600,00 39.771,00 41.812,00 43.658,00 46.869,00 53.285,00
31 38.590,00 40.761,00 42.802,00 44.790,00 48.001,00 54.669,00
32 38.590,00 40.761,00 42.802,00 44.790,00 48.001,00  
33 39.580,00 41.751,00 43.792,00 45.922,00 49.133,00  
34 39.580,00 41.751,00 43.792,00 45.922,00   
35 40.570,00 42.741,00 44.782,00 47.054,00  
Niveau B
Indice
  Indicie
A101 A102 A103 A111 A112 A113
Augmentations intercalaires
  Tussentijdse verhogingen
3x1 647,00
  16x2 990,00
3x1 647,00
  16x2 990,00
3x1 647,00
  16x2 990,00
3x1 647,00
  16x2 1.132,00
3x1 647,00
  15x2 1.132,00
3x1 697,00
  14x2 1.384,00
00 22.789,00 24.960,00 27.001,00 27.001,00 30.212,00 33.202,00
01 23.436,00 25.607,00 27.648,00 27.648,00 30.859,00 33.899,00
02 24.083,00 26.254,00 28.295,00 28.295,00 31.506,00 34.596,00
03 24.730,00 26.901,00 28.942,00 28.942,00 32.153,00 35.293,00
04 24.730,00 26.901,00 28.942,00 28.942,00 32.153,00 35.293,00
05 25.720,00 27.891,00 29.932,00 30.074,00 33.285,00 36.677,00
06 25.720,00 27.891,00 29.932,00 30.074,00 33.285,00 36.677,00
07 26.710,00 28.881,00 30.922,00 31.206,00 34.417,00 38.061,00
08 26.710,00 28.881,00 30.922,00 31.206,00 34.417,00 38.061,00
09 27.700,00 29.871,00 31.912,00 32.338,00 35.549,00 39.445,00
10 27.700,00 29.871,00 31.912,00 32.338,00 35.549,00 39.445,00
11 28.690,00 30.861,00 32.902,00 33.470,00 36.681,00 40.829,00
12 28.690,00 30.861,00 32.902,00 33.470,00 36.681,00 40.829,00
13 29.680,00 31.851,00 33.892,00 34.602,00 37.813,00 42.213,00
14 29.680,00 31.851,00 33.892,00 34.602,00 37.813,00 42.213,00
15 30.670,00 32.841,00 34.882,00 35.734,00 38.945,00 43.597,00
16 30.670,00 32.841,00 34.882,00 35.734,00 38.945,00 43.597,00
17 31.660,00 33.831,00 35.872,00 36.866,00 40.077,00 44.981,00
18 31.660,00 33.831,00 35.872,00 36.866,00 40.077,00 44.981,00
19 32.650,00 34.821,00 36.862,00 37.998,00 41.209,00 46.365,00
20 32.650,00 34.821,00 36.862,00 37.998,00 41.209,00 46.365,00
21 33.640,00 35.811,00 37.852,00 39.130,00 42.341,00 47.749,00
22 33.640,00 35.811,00 37.852,00 39.130,00 42.341,00 47.749,00
23 34.630,00 36.801,00 38.842,00 40.262,00 43.473,00 49.133,00
24 34.630,00 36.801,00 38.842,00 40.262,00 43.473,00 49.133,00
25 35.620,00 37.791,00 39.832,00 41.394,00 44.605,00 50.517,00
26 35.620,00 37.791,00 39.832,00 41.394,00 44.605,00 50.517,00
27 36.610,00 38.781,00 40.822,00 42.526,00 45.737,00 51.901,00
28 36.610,00 38.781,00 40.822,00 42.526,00 45.737,00 51.901,00
29 37.600,00 39.771,00 41.812,00 43.658,00 46.869,00 53.285,00
30 37.600,00 39.771,00 41.812,00 43.658,00 46.869,00 53.285,00
31 38.590,00 40.761,00 42.802,00 44.790,00 48.001,00 54.669,00
32 38.590,00 40.761,00 42.802,00 44.790,00 48.001,00  
33 39.580,00 41.751,00 43.792,00 45.922,00 49.133,00  
34 39.580,00 41.751,00 43.792,00 45.922,00   
35 40.570,00 42.741,00 44.782,00 47.054,00  
Niveau B
Indice
  Indicie
B101 B102 B103 B104 B200
Augmentations intercalaires
  Tussentijdse verhogingen
1x1 465,00
  1x1 172,00
  1x1 1.142,00
  4x2 536,00
  1x1 364,00
  1x1 536,00
  6x2 536,00
  3x2 1.071,00
  3x2 536,00
2x1 314,00
  1x1 1.142,00
  4x2 536,00
  1x1 364,00
  1x1 707,00
  6x2 707,00
  3x2 1.172,00
  3x2 707,00
2x1 273,00
  1x1 879,00
  4x2 536,00
  1x1 364,00
  1x1 707,00
  6x2 707,00
  2x1 707,00
  5x2 707,00
2x1 273,00
  1x1 718,00
  1x2 404,00
  16x2 879,00
2x1 273,00
  1x1 718,00
  1x2 404,00
  16x2 879,00
00 16.466,00 18.456,00 21.597,00 22.486,00 22.486,00
01 16.931,00 18.770,00 21.870,00 22.759,00 22.759,00
02 17.103,00 19.084,00 22.143,00 23.032,00 23.032,00
03 18.245,00 20.226,00 23.022,00 23.750,00 23.750,00
04 18.245,00 20.226,00 23.022,00 23.750,00 23.750,00
05 18.781,00 20.762,00 23.558,00 24.154,00 24.154,00
06 18.781,00 20.762,00 23.558,00 24.154,00 24.154,00
07 19.317,00 21.298,00 24.094,00 25.033,00 25.033,00
08 19.317,00 21.298,00 24.094,00 25.033,00 25.033,00
09 19.853,00 21.834,00 24.630,00 25.912,00 25.912,00
10 19.853,00 21.834,00 24.630,00 25.912,00 25.912,00
11 20.389,00 22.370,00 25.166,00 26.791,00 26.791,00
12 20.753,00 22.734,00 25.530,00 26.791,00 26.791,00
13 21.289,00 23.441,00 26.237,00 27.670,00 27.670,00
14 21.289,00 23.441,00 26.237,00 27.670,00 27.670,00
15 21.825,00 24.148,00 26.944,00 28.549,00 28.549,00
16 21.825,00 24.148,00 26.944,00 28.549,00 28.549,00
17 22.361,00 24.855,00 27.651,00 29.428,00 29.428,00
18 22.361,00 24.855,00 27.651,00 29.428,00 29.428,00
19 22.897,00 25.562,00 28.358,00 30.307,00 30.307,00
20 22.897,00 25.562,00 28.358,00 30.307,00 30.307,00
21 23.433,00 26.269,00 29.065,00 31.186,00 31.186,00
22 23.433,00 26.269,00 29.065,00 31.186,00 31.186,00
23 23.969,00 26.976,00 29.772,00 32.065,00 32.065,00
24 23.969,00 26.976,00 29.772,00 32.065,00 32.065,00
25 24.505,00 27.683,00 30.479,00 32.944,00 32.944,00
26 24.505,00 27.683,00 31.186,00 32.944,00 32.944,00
27 25.576,00 28.855,00 31.893,00 33.823,00 33.823,00
28 25.576,00 28.855,00 31.893,00 33.823,00 33.823,00
29 26.647,00 30.027,00 32.600,00 34.702,00 34.702,00
30 26.647,00 30.027,00 32.600,00 34.702,00 34.702,00
31 27.718,00 31.199,00 33.307,00 35.581,00 35.581,00
32 27.718,00 31.199,00 33.307,00 35.581,00 35.581,00
33 28.254,00 31.906,00 34.014,00 36.460,00 36.460,00
34 28.254,00 31.906,00 34.014,00 36.460,00 36.460,00
35 28.790,00 32.613,00 34.721,00 37.339,00 37.339,00
36 28.790,00 32.613,00 34.721,00 37.339,00 37.339,00
37 29.326,00 33.320,00 35.428,00 38.218,00 38.218,00
Niveau C
Indice
  Indicie
B101 B102 B103 B104 B200
Augmentations intercalaires
  Tussentijdse verhogingen
1x1 465,00
  1x1 172,00
  1x1 1.142,00
  4x2 536,00
  1x1 364,00
  1x1 536,00
  6x2 536,00
  3x2 1.071,00
  3x2 536,00
2x1 314,00
  1x1 1.142,00
  4x2 536,00
  1x1 364,00
  1x1 707,00
  6x2 707,00
  3x2 1.172,00
  3x2 707,00
2x1 273,00
  1x1 879,00
  4x2 536,00
  1x1 364,00
  1x1 707,00
  6x2 707,00
  2x1 707,00
  5x2 707,00
2x1 273,00
  1x1 718,00
  1x2 404,00
  16x2 879,00
2x1 273,00
  1x1 718,00
  1x2 404,00
  16x2 879,00
00 16.466,00 18.456,00 21.597,00 22.486,00 22.486,00
01 16.931,00 18.770,00 21.870,00 22.759,00 22.759,00
02 17.103,00 19.084,00 22.143,00 23.032,00 23.032,00
03 18.245,00 20.226,00 23.022,00 23.750,00 23.750,00
04 18.245,00 20.226,00 23.022,00 23.750,00 23.750,00
05 18.781,00 20.762,00 23.558,00 24.154,00 24.154,00
06 18.781,00 20.762,00 23.558,00 24.154,00 24.154,00
07 19.317,00 21.298,00 24.094,00 25.033,00 25.033,00
08 19.317,00 21.298,00 24.094,00 25.033,00 25.033,00
09 19.853,00 21.834,00 24.630,00 25.912,00 25.912,00
10 19.853,00 21.834,00 24.630,00 25.912,00 25.912,00
11 20.389,00 22.370,00 25.166,00 26.791,00 26.791,00
12 20.753,00 22.734,00 25.530,00 26.791,00 26.791,00
13 21.289,00 23.441,00 26.237,00 27.670,00 27.670,00
14 21.289,00 23.441,00 26.237,00 27.670,00 27.670,00
15 21.825,00 24.148,00 26.944,00 28.549,00 28.549,00
16 21.825,00 24.148,00 26.944,00 28.549,00 28.549,00
17 22.361,00 24.855,00 27.651,00 29.428,00 29.428,00
18 22.361,00 24.855,00 27.651,00 29.428,00 29.428,00
19 22.897,00 25.562,00 28.358,00 30.307,00 30.307,00
20 22.897,00 25.562,00 28.358,00 30.307,00 30.307,00
21 23.433,00 26.269,00 29.065,00 31.186,00 31.186,00
22 23.433,00 26.269,00 29.065,00 31.186,00 31.186,00
23 23.969,00 26.976,00 29.772,00 32.065,00 32.065,00
24 23.969,00 26.976,00 29.772,00 32.065,00 32.065,00
25 24.505,00 27.683,00 30.479,00 32.944,00 32.944,00
26 24.505,00 27.683,00 31.186,00 32.944,00 32.944,00
27 25.576,00 28.855,00 31.893,00 33.823,00 33.823,00
28 25.576,00 28.855,00 31.893,00 33.823,00 33.823,00
29 26.647,00 30.027,00 32.600,00 34.702,00 34.702,00
30 26.647,00 30.027,00 32.600,00 34.702,00 34.702,00
31 27.718,00 31.199,00 33.307,00 35.581,00 35.581,00
32 27.718,00 31.199,00 33.307,00 35.581,00 35.581,00
33 28.254,00 31.906,00 34.014,00 36.460,00 36.460,00
34 28.254,00 31.906,00 34.014,00 36.460,00 36.460,00
35 28.790,00 32.613,00 34.721,00 37.339,00 37.339,00
36 28.790,00 32.613,00 34.721,00 37.339,00 37.339,00
37 29.326,00 33.320,00 35.428,00 38.218,00 38.218,00
Niveau C
Indice
  Indicie
C101 C102 C103 C104 C200
Augmentations intercalaires
  Tussentijdse verhogingen
1x1 505,00
  2x1 202,00
  11x2 627,00
  3x2 940,00
  3x2 627,00
3x1 546,00
  11x2 627,00
  3x2 1.253,00
  3x2 627,00
3x1 566,00
  11x2 627,00
  3x2 1.253,00
  3x2 627,00
2x1 314,00
  1x1 1.031,00
  4x2 536,00
  1x1 364,00
  1x1 707,00
  12x2 707,00
2x1 314,00
  1x1 1.031,00
  4x2 536,00
  1x1 364,00
  1x1 707,00
  12x2 707,00
00 14.628,00 16.052,00 17.143,00 19.981,00 19.981,00
01 15.133,00 16.598,00 17.709,00 20.295,00 20.295,00
02 15.335,00 17.144,00 18.275,00 20.609,00 20.609,00
03 15.537,00 17.690,00 18.841,00 21.640,00 21.640,00
04 15.537,00 17.690,00 18.841,00 21.640,00 21.640,00
05 16.164,00 18.317,00 19.468,00 22.176,00 22.176,00
06 16.164,00 18.317,00 19.468,00 22.176,00 22.176,00
07 16.791,00 18.944,00 20.095,00 22.712,00 22.712,00
08 16.791,00 18.944,00 20.095,00 22.712,00 22.712,00
09 17.418,00 19.571,00 20.722,00 23.248,00 23.248,00
10 17.418,00 19.571,00 20.722,00 23.248,00 23.248,00
11 18.045,00 20.198,00 21.349,00 23.784,00 23.784,00
12 18.045,00 20.198,00 21.349,00 24.148,00 24.148,00
13 18.672,00 20.825,00 21.976,00 24.855,00 24.855,00
14 18.672,00 20.825,00 21.976,00 24.855,00 24.855,00
15 19.299,00 21.452,00 22.603,00 25.562,00 25.562,00
16 19.299,00 21.452,00 22.603,00 25.562,00 25.562,00
17 19.926,00 22.079,00 23.230,00 26.269,00 26.269,00
18 19.926,00 22.079,00 23.230,00 26.269,00 26.269,00
19 20.553,00 22.706,00 23.857,00 26.976,00 26.976,00
20 20.553,00 22.706,00 23.857,00 26.976,00 26.976,00
21 21.180,00 23.333,00 24.484,00 27.683,00 27.683,00
22 21.180,00 23.333,00 24.484,00 27.683,00 27.683,00
23 21.807,00 23.960,00 25.111,00 28.390,00 28.390,00
24 21.807,00 23.960,00 25.111,00 28.390,00 28.390,00
25 22.434,00 24.587,00 25.738,00 29.097,00 29.097,00
26 22.434,00 24.587,00 25.738,00 29.097,00 29.097,00
27 23.374,00 25.840,00 26.991,00 29.804,00 29.804,00
28 23.374,00 25.840,00 26.991,00 29.804,00 29.804,00
29 24.314,00 27.093,00 28.244,00 30.511,00 30.511,00
30 24.314,00 27.093,00 28.244,00 30.511,00 30.511,00
31 25.254,00 28.346,00 29.497,00 31.218,00 31.218,00
32 25.254,00 28.346,00 29.497,00 31.218,00 31.218,00
33 25.881,00 28.973,00 30.124,00 31.925,00 31.925,00
34 25.881,00 28.973,00 30.124,00 31.925,00 31.925,00
35 26.508,00 29.600,00 30.751,00 32.632,00 32.632,00
36 26.508,00 29.600,00 30.751,00 32.632,00 32.632,00
37 27.135,00 30.227,00 31.378,00 33.339,00 33.339,00
Niveau D
Indice
  Indicie
C101 C102 C103 C104 C200
Augmentations intercalaires
  Tussentijdse verhogingen
1x1 505,00
  2x1 202,00
  11x2 627,00
  3x2 940,00
  3x2 627,00
3x1 546,00
  11x2 627,00
  3x2 1.253,00
  3x2 627,00
3x1 566,00
  11x2 627,00
  3x2 1.253,00
  3x2 627,00
2x1 314,00
  1x1 1.031,00
  4x2 536,00
  1x1 364,00
  1x1 707,00
  12x2 707,00
2x1 314,00
  1x1 1.031,00
  4x2 536,00
  1x1 364,00
  1x1 707,00
  12x2 707,00
00 14.628,00 16.052,00 17.143,00 19.981,00 19.981,00
01 15.133,00 16.598,00 17.709,00 20.295,00 20.295,00
02 15.335,00 17.144,00 18.275,00 20.609,00 20.609,00
03 15.537,00 17.690,00 18.841,00 21.640,00 21.640,00
04 15.537,00 17.690,00 18.841,00 21.640,00 21.640,00
05 16.164,00 18.317,00 19.468,00 22.176,00 22.176,00
06 16.164,00 18.317,00 19.468,00 22.176,00 22.176,00
07 16.791,00 18.944,00 20.095,00 22.712,00 22.712,00
08 16.791,00 18.944,00 20.095,00 22.712,00 22.712,00
09 17.418,00 19.571,00 20.722,00 23.248,00 23.248,00
10 17.418,00 19.571,00 20.722,00 23.248,00 23.248,00
11 18.045,00 20.198,00 21.349,00 23.784,00 23.784,00
12 18.045,00 20.198,00 21.349,00 24.148,00 24.148,00
13 18.672,00 20.825,00 21.976,00 24.855,00 24.855,00
14 18.672,00 20.825,00 21.976,00 24.855,00 24.855,00
15 19.299,00 21.452,00 22.603,00 25.562,00 25.562,00
16 19.299,00 21.452,00 22.603,00 25.562,00 25.562,00
17 19.926,00 22.079,00 23.230,00 26.269,00 26.269,00
18 19.926,00 22.079,00 23.230,00 26.269,00 26.269,00
19 20.553,00 22.706,00 23.857,00 26.976,00 26.976,00
20 20.553,00 22.706,00 23.857,00 26.976,00 26.976,00
21 21.180,00 23.333,00 24.484,00 27.683,00 27.683,00
22 21.180,00 23.333,00 24.484,00 27.683,00 27.683,00
23 21.807,00 23.960,00 25.111,00 28.390,00 28.390,00
24 21.807,00 23.960,00 25.111,00 28.390,00 28.390,00
25 22.434,00 24.587,00 25.738,00 29.097,00 29.097,00
26 22.434,00 24.587,00 25.738,00 29.097,00 29.097,00
27 23.374,00 25.840,00 26.991,00 29.804,00 29.804,00
28 23.374,00 25.840,00 26.991,00 29.804,00 29.804,00
29 24.314,00 27.093,00 28.244,00 30.511,00 30.511,00
30 24.314,00 27.093,00 28.244,00 30.511,00 30.511,00
31 25.254,00 28.346,00 29.497,00 31.218,00 31.218,00
32 25.254,00 28.346,00 29.497,00 31.218,00 31.218,00
33 25.881,00 28.973,00 30.124,00 31.925,00 31.925,00
34 25.881,00 28.973,00 30.124,00 31.925,00 31.925,00
35 26.508,00 29.600,00 30.751,00 32.632,00 32.632,00
36 26.508,00 29.600,00 30.751,00 32.632,00 32.632,00
37 27.135,00 30.227,00 31.378,00 33.339,00 33.339,00
Niveau D
Indice
  indicie
D101 D102 D103 D104 D200
Augmentations intercalaires
  Tussentijdse verhogingen
1x1 354,00
  1x2 475,00
  1x1 283,00
  3x2 283,00
  1x1 162,00
  1x1 394,00
  1x1 172,00
  1x1 344,00
  5x2 344,00
  1x1 344,00
  6x2 344,00
1x1 354,00
  1x2 637,00
  1x1 283,00
  1x2 546,00
  1x1 354,00
  15x2 354,00
2x1 223,00
  1x1 1.031,00
  1x1 273,00
  3x2 273,00
  1x2 556,00
  1x1 344,00
  1x1 192,00
  1x1 162,00
  1x1 202,00
  1x1 162,00
  1x1 202,00
  1x1 152,00
  1x1 213,00
  1x1 152,00
  1x1 223,00
  1x1 142,00
  2x1 354,00
  1x1 243,00
  1x1 364,00
  5x2 364,00
1x1 505,00
  18x2 505,00
1x1 505,00
  18x2 505,00
00 14.426,00 14.426,00 15.224,00 16.880,00 16.880,00
01 14.780,00 14.780,00 15.447,00 17.385,00 17.385,00
02 14.780,00 14.780,00 15.670,00 17.385,00 17.385,00
03 15.255,00 15.417,00 16.701,00 17.890,00 17.890,00
04 15.538,00 15.700,00 16.974,00 17.890,00 17.890,00
05 15.538,00 15.700,00 16.974,00 18.395,00 18.395,00
06 15.821,00 16.246,00 17.247,00 18.395,00 18.395,00
07 15.821,00 16.600,00 17.247,00 18.900,00 18.900,00
08 16.104,00 16.600,00 17.520,00 18.900,00 18.900,00
09 16.104,00 16.954,00 17.520,00 19.405,00 19.405,00
10 16.387,00 16.954,00 17.793,00 19.405,00 19.405,00
11 16.549,00 17.308,00 17.793,00 19.910,00 19.910,00
12 16.943,00 17.308,00 18.349,00 19.910,00 19.910,00
13 17.115,00 17.662,00 18.693,00 20.415,00 20.415,00
14 17.459,00 17.662,00 18.885,00 20.415,00 20.415,00
15 17.459,00 18.016,00 19.047,00 20.920,00 20.920,00
16 17.803,00 18.016,00 19.249,00 20.920,00 20.920,00
17 17.803,00 18.370,00 19.411,00 21.425,00 21.425,00
18 18.147,00 18.370,00 19.613,00 21.425,00 21.425,00
19 18.147,00 18.724,00 19.765,00 21.930,00 21.930,00
20 18.491,00 18.724,00 19.978,00 21.930,00 21.930,00
21 18.491,00 19.078,00 20.130,00 22.435,00 22.435,00
22 18.835,00 19.078,00 20.353,00 22.435,00 22.435,00
23 18.835,00 19.432,00 20.495,00 22.940,00 22.940,00
24 19.179,00 19.432,00 20.849,00 22.940,00 22.940,00
25 19.523,00 19.786,00 21.203,00 23.445,00 23.445,00
26 19.523,00 19.786,00 21.446,00 23.445,00 23.445,00
27 19.867,00 20.140,00 21.810,00 23.950,00 23.950,00
28 19.867,00 20.140,00 21.810,00 23.950,00 23.950,00
29 20.211,00 20.494,00 22.174,00 24.455,00 24.455,00
30 20.211,00 20.494,00 22.174,00 24.455,00 24.455,00
31 20.555,00 20.848,00 22.538,00 24.960,00 24.960,00
32 20.555,00 20.848,00 22.538,00 24.960,00 24.960,00
33 20.899,00 21.202,00 22.902,00 25.465,00 25.465,00
34 20.899,00 21.202,00 22.902,00 25.465,00 25.465,00
35 21.243,00 21.556,00 23.266,00 25.970,00 25.970,00
36 21.243,00 21.556,00 23.266,00 25.970,00 25.970,00
37 21.587,00 21.910,00 23.630,00 26.475,00 26.475,00
Gezien om te worden gevoegd bij het besluit van het Verenigd College van de Gemeenschappelijke Gemeenschapscommissie van 24 oktober 2025 tot wijziging van het besluit van het Verenigd College van de Gemeenschappelijke Gemeenschapscommissie van 21 maart 2018 houdende het administratief statuut en de bezoldigingsregeling van de ambtenaren en stagiairs van de bicommunautaire Dienst voor gezondheid, bijstand aan personen en gezinsbijslag van de Gemeenschappelijke Gemeenschapscommissie van Brussel-Hoofdstad.
  Voor het Verenigd College:
  De Leden van het Verenigd College, bevoegd voor het Openbaar Ambt,
  B. CLERFAYT
  D. DE SMEDT
Indice
  indicie
D101 D102 D103 D104 D200
Augmentations intercalaires
  Tussentijdse verhogingen
1x1 354,00
  1x2 475,00
  1x1 283,00
  3x2 283,00
  1x1 162,00
  1x1 394,00
  1x1 172,00
  1x1 344,00
  5x2 344,00
  1x1 344,00
  6x2 344,00
1x1 354,00
  1x2 637,00
  1x1 283,00
  1x2 546,00
  1x1 354,00
  15x2 354,00
2x1 223,00
  1x1 1.031,00
  1x1 273,00
  3x2 273,00
  1x2 556,00
  1x1 344,00
  1x1 192,00
  1x1 162,00
  1x1 202,00
  1x1 162,00
  1x1 202,00
  1x1 152,00
  1x1 213,00
  1x1 152,00
  1x1 223,00
  1x1 142,00
  2x1 354,00
  1x1 243,00
  1x1 364,00
  5x2 364,00
1x1 505,00
  18x2 505,00
1x1 505,00
  18x2 505,00
00 14.426,00 14.426,00 15.224,00 16.880,00 16.880,00
01 14.780,00 14.780,00 15.447,00 17.385,00 17.385,00
02 14.780,00 14.780,00 15.670,00 17.385,00 17.385,00
03 15.255,00 15.417,00 16.701,00 17.890,00 17.890,00
04 15.538,00 15.700,00 16.974,00 17.890,00 17.890,00
05 15.538,00 15.700,00 16.974,00 18.395,00 18.395,00
06 15.821,00 16.246,00 17.247,00 18.395,00 18.395,00
07 15.821,00 16.600,00 17.247,00 18.900,00 18.900,00
08 16.104,00 16.600,00 17.520,00 18.900,00 18.900,00
09 16.104,00 16.954,00 17.520,00 19.405,00 19.405,00
10 16.387,00 16.954,00 17.793,00 19.405,00 19.405,00
11 16.549,00 17.308,00 17.793,00 19.910,00 19.910,00
12 16.943,00 17.308,00 18.349,00 19.910,00 19.910,00
13 17.115,00 17.662,00 18.693,00 20.415,00 20.415,00
14 17.459,00 17.662,00 18.885,00 20.415,00 20.415,00
15 17.459,00 18.016,00 19.047,00 20.920,00 20.920,00
16 17.803,00 18.016,00 19.249,00 20.920,00 20.920,00
17 17.803,00 18.370,00 19.411,00 21.425,00 21.425,00
18 18.147,00 18.370,00 19.613,00 21.425,00 21.425,00
19 18.147,00 18.724,00 19.765,00 21.930,00 21.930,00
20 18.491,00 18.724,00 19.978,00 21.930,00 21.930,00
21 18.491,00 19.078,00 20.130,00 22.435,00 22.435,00
22 18.835,00 19.078,00 20.353,00 22.435,00 22.435,00
23 18.835,00 19.432,00 20.495,00 22.940,00 22.940,00
24 19.179,00 19.432,00 20.849,00 22.940,00 22.940,00
25 19.523,00 19.786,00 21.203,00 23.445,00 23.445,00
26 19.523,00 19.786,00 21.446,00 23.445,00 23.445,00
27 19.867,00 20.140,00 21.810,00 23.950,00 23.950,00
28 19.867,00 20.140,00 21.810,00 23.950,00 23.950,00
29 20.211,00 20.494,00 22.174,00 24.455,00 24.455,00
30 20.211,00 20.494,00 22.174,00 24.455,00 24.455,00
31 20.555,00 20.848,00 22.538,00 24.960,00 24.960,00
32 20.555,00 20.848,00 22.538,00 24.960,00 24.960,00
33 20.899,00 21.202,00 22.902,00 25.465,00 25.465,00
34 20.899,00 21.202,00 22.902,00 25.465,00 25.465,00
35 21.243,00 21.556,00 23.266,00 25.970,00 25.970,00
36 21.243,00 21.556,00 23.266,00 25.970,00 25.970,00
37 21.587,00 21.910,00 23.630,00 26.475,00 26.475,00
Vu pour être annexé à l'arrêté du Collège réuni de la Commission communautaire commune du 24 octobre 2025 modifiant l'arrêté du Collège réuni de la Commission communautaire commune du 21 mars 2018 portant le statut administratif et pécuniaire des fonctionnaires et stagiaires de l'Office bicommunautaire de la santé, de l'aide aux personnes et des prestations familiales de la Commission communautaire commune de Bruxelles-Capitale.
  Pour le Collège réuni :
  Les Membres du Collège réuni, compétents pour la Fonction publique,
  B. CLERFAYT
  D. DE SMEDT
Art. N2. Bijlage II.
  Niveau A
Art. N2. Annexe II.
  Niveau A
Indice
  Indicie
A300 A310 A400 A410 A500
Augmentations intercalaires
  Tussentijdse verhogingen
1x1 1.505,00
  17x2 1.505,00
1x1 1.455,00
  17x2 1.455,00
17x2 1.384,00 17x2 1.455,00 17x2 1.384,00
00 31.970,00 35.626,00 40.626,00 42.615,00 48.281,00
01 33.475,00 37.081,00 40.626,00 42.615,00 48.281,00
02 33.475,00 37.081,00 42.010,00 44.070,00 49.665,00
03 34.980,00 38.536,00 42.010,00 44.070,00 49.665,00
04 34.980,00 38.536,00 43.394,00 45.525,00 51.049,00
05 36.485,00 39.991,00 43.394,00 45.525,00 51.049,00
06 36.485,00 39.991,00 44.778,00 46.980,00 52.433,00
07 37.990,00 41.446,00 44.778,00 46.980,00 52.433,00
08 37.990,00 41.446,00 46.162,00 48.435,00 53.817,00
09 39.495,00 42.901,00 46.162,00 48.435,00 53.817,00
10 39.495,00 42.901,00 47.546,00 49.890,00 55.201,00
11 41.000,00 44.356,00 47.546,00 49.890,00 55.201,00
12 41.000,00 44.356,00 48.930,00 51.345,00 56.585,00
13 42.505,00 45.811,00 48.930,00 51.345,00 56.585,00
14 42.505,00 45.811,00 50.314,00 52.800,00 57.969,00
15 44.010,00 47.266,00 50.314,00 52.800,00 57.969,00
16 44.010,00 47.266,00 51.698,00 54.255,00 59.353,00
17 45.515,00 48.721,00 51.698,00 54.255,00 59.353,00
18 45.515,00 48.721,00 53.082,00 55.710,00 60.737,00
19 47.020,00 50.176,00 53.082,00 55.710,00 60.737,00
20 47.020,00 50.176,00 54.466,00 57.165,00 62.121,00
21 48.525,00 51.631,00 54.466,00 57.165,00 62.121,00
22 48.525,00 51.631,00 55.850,00 58.620,00 63.505,00
23 50.030,00 53.086,00 55.850,00 58.620,00 63.505,00
24 50.030,00 53.086,00 57.234,00 60.075,00 64.889,00
25 51.535,00 54.541,00 57.234,00 60.075,00 64.889,00
26 51.535,00 54.541,00 58.618,00 61.530,00 66.273,00
27 53.040,00 55.996,00 58.618,00 61.530,00 66.273,00
28 53.040,00 55.996,00 60.002,00 62.985,00 67.657,00
29 54.545,00 57.451,00 60.002,00 62.958,00 67.657,00
30 54.545,00 57.451,00 61.386,00 64.440,00 69.041,00
31 56.050,00 58.906,00 61.386,00 64.440,00 69.041,00
32 56.050,00 58.906,00 62.770,00 65.895,00 70.425,00
33 57.555,00 60.361,00 62.770,00 65.895,00 70.425,00
34 57.555,00 60.361,00 64.154,00 67.350,00 71.809,00
3559.060,0061.816,00
Indice
  Indicie A300 A310 A400 A410 A500 Augmentations intercalaires
  Tussentijdse verhogingen 1x1 1.505,00
  17x2 1.505,00 1x1 1.455,00
  17x2 1.455,00 17x2 1.384,00 17x2 1.455,00 17x2 1.384,00 00 31.970,00 35.626,00 40.626,00 42.615,00 48.281,00 01 33.475,00 37.081,00 40.626,00 42.615,00 48.281,00 02 33.475,00 37.081,00 42.010,00 44.070,00 49.665,00 03 34.980,00 38.536,00 42.010,00 44.070,00 49.665,00 04 34.980,00 38.536,00 43.394,00 45.525,00 51.049,00 05 36.485,00 39.991,00 43.394,00 45.525,00 51.049,00 06 36.485,00 39.991,00 44.778,00 46.980,00 52.433,00 07 37.990,00 41.446,00 44.778,00 46.980,00 52.433,00 08 37.990,00 41.446,00 46.162,00 48.435,00 53.817,00 09 39.495,00 42.901,00 46.162,00 48.435,00 53.817,00 10 39.495,00 42.901,00 47.546,00 49.890,00 55.201,00 11 41.000,00 44.356,00 47.546,00 49.890,00 55.201,00 12 41.000,00 44.356,00 48.930,00 51.345,00 56.585,00 13 42.505,00 45.811,00 48.930,00 51.345,00 56.585,00 14 42.505,00 45.811,00 50.314,00 52.800,00 57.969,00 15 44.010,00 47.266,00 50.314,00 52.800,00 57.969,00 16 44.010,00 47.266,00 51.698,00 54.255,00 59.353,00 17 45.515,00 48.721,00 51.698,00 54.255,00 59.353,00 18 45.515,00 48.721,00 53.082,00 55.710,00 60.737,00 19 47.020,00 50.176,00 53.082,00 55.710,00 60.737,00 20 47.020,00 50.176,00 54.466,00 57.165,00 62.121,00 21 48.525,00 51.631,00 54.466,00 57.165,00 62.121,00 22 48.525,00 51.631,00 55.850,00 58.620,00 63.505,00 23 50.030,00 53.086,00 55.850,00 58.620,00 63.505,00 24 50.030,00 53.086,00 57.234,00 60.075,00 64.889,00 25 51.535,00 54.541,00 57.234,00 60.075,00 64.889,00 26 51.535,00 54.541,00 58.618,00 61.530,00 66.273,00 27 53.040,00 55.996,00 58.618,00 61.530,00 66.273,00 28 53.040,00 55.996,00 60.002,00 62.985,00 67.657,00 29 54.545,00 57.451,00 60.002,00 62.958,00 67.657,00 30 54.545,00 57.451,00 61.386,00 64.440,00 69.041,00 31 56.050,00 58.906,00 61.386,00 64.440,00 69.041,00 32 56.050,00 58.906,00 62.770,00 65.895,00 70.425,00 33 57.555,00 60.361,00 62.770,00 65.895,00 70.425,00 34 57.555,00 60.361,00 64.154,00 67.350,00 71.809,003559.060,0061.816,00
Indice
  Indicie
A300 A310 A400 A410 A500
Augmentations intercalaires
  Tussentijdse verhogingen
1x1 1.505,00
  17x2 1.505,00
1x1 1.455,00
  17x2 1.455,00
17x2 1.384,00 17x2 1.455,00 17x2 1.384,00
00 31.970,00 35.626,00 40.626,00 42.615,00 48.281,00
01 33.475,00 37.081,00 40.626,00 42.615,00 48.281,00
02 33.475,00 37.081,00 42.010,00 44.070,00 49.665,00
03 34.980,00 38.536,00 42.010,00 44.070,00 49.665,00
04 34.980,00 38.536,00 43.394,00 45.525,00 51.049,00
05 36.485,00 39.991,00 43.394,00 45.525,00 51.049,00
06 36.485,00 39.991,00 44.778,00 46.980,00 52.433,00
07 37.990,00 41.446,00 44.778,00 46.980,00 52.433,00
08 37.990,00 41.446,00 46.162,00 48.435,00 53.817,00
09 39.495,00 42.901,00 46.162,00 48.435,00 53.817,00
10 39.495,00 42.901,00 47.546,00 49.890,00 55.201,00
11 41.000,00 44.356,00 47.546,00 49.890,00 55.201,00
12 41.000,00 44.356,00 48.930,00 51.345,00 56.585,00
13 42.505,00 45.811,00 48.930,00 51.345,00 56.585,00
14 42.505,00 45.811,00 50.314,00 52.800,00 57.969,00
15 44.010,00 47.266,00 50.314,00 52.800,00 57.969,00
16 44.010,00 47.266,00 51.698,00 54.255,00 59.353,00
17 45.515,00 48.721,00 51.698,00 54.255,00 59.353,00
18 45.515,00 48.721,00 53.082,00 55.710,00 60.737,00
19 47.020,00 50.176,00 53.082,00 55.710,00 60.737,00
20 47.020,00 50.176,00 54.466,00 57.165,00 62.121,00
21 48.525,00 51.631,00 54.466,00 57.165,00 62.121,00
22 48.525,00 51.631,00 55.850,00 58.620,00 63.505,00
23 50.030,00 53.086,00 55.850,00 58.620,00 63.505,00
24 50.030,00 53.086,00 57.234,00 60.075,00 64.889,00
25 51.535,00 54.541,00 57.234,00 60.075,00 64.889,00
26 51.535,00 54.541,00 58.618,00 61.530,00 66.273,00
27 53.040,00 55.996,00 58.618,00 61.530,00 66.273,00
28 53.040,00 55.996,00 60.002,00 62.985,00 67.657,00
29 54.545,00 57.451,00 60.002,00 62.958,00 67.657,00
30 54.545,00 57.451,00 61.386,00 64.440,00 69.041,00
31 56.050,00 58.906,00 61.386,00 64.440,00 69.041,00
32 56.050,00 58.906,00 62.770,00 65.895,00 70.425,00
33 57.555,00 60.361,00 62.770,00 65.895,00 70.425,00
34 57.555,00 60.361,00 64.154,00 67.350,00 71.809,00
3559.060,0061.816,00
Indice
  Indicie A300 A310 A400 A410 A500 Augmentations intercalaires
  Tussentijdse verhogingen 1x1 1.505,00
  17x2 1.505,00 1x1 1.455,00
  17x2 1.455,00 17x2 1.384,00 17x2 1.455,00 17x2 1.384,00 00 31.970,00 35.626,00 40.626,00 42.615,00 48.281,00 01 33.475,00 37.081,00 40.626,00 42.615,00 48.281,00 02 33.475,00 37.081,00 42.010,00 44.070,00 49.665,00 03 34.980,00 38.536,00 42.010,00 44.070,00 49.665,00 04 34.980,00 38.536,00 43.394,00 45.525,00 51.049,00 05 36.485,00 39.991,00 43.394,00 45.525,00 51.049,00 06 36.485,00 39.991,00 44.778,00 46.980,00 52.433,00 07 37.990,00 41.446,00 44.778,00 46.980,00 52.433,00 08 37.990,00 41.446,00 46.162,00 48.435,00 53.817,00 09 39.495,00 42.901,00 46.162,00 48.435,00 53.817,00 10 39.495,00 42.901,00 47.546,00 49.890,00 55.201,00 11 41.000,00 44.356,00 47.546,00 49.890,00 55.201,00 12 41.000,00 44.356,00 48.930,00 51.345,00 56.585,00 13 42.505,00 45.811,00 48.930,00 51.345,00 56.585,00 14 42.505,00 45.811,00 50.314,00 52.800,00 57.969,00 15 44.010,00 47.266,00 50.314,00 52.800,00 57.969,00 16 44.010,00 47.266,00 51.698,00 54.255,00 59.353,00 17 45.515,00 48.721,00 51.698,00 54.255,00 59.353,00 18 45.515,00 48.721,00 53.082,00 55.710,00 60.737,00 19 47.020,00 50.176,00 53.082,00 55.710,00 60.737,00 20 47.020,00 50.176,00 54.466,00 57.165,00 62.121,00 21 48.525,00 51.631,00 54.466,00 57.165,00 62.121,00 22 48.525,00 51.631,00 55.850,00 58.620,00 63.505,00 23 50.030,00 53.086,00 55.850,00 58.620,00 63.505,00 24 50.030,00 53.086,00 57.234,00 60.075,00 64.889,00 25 51.535,00 54.541,00 57.234,00 60.075,00 64.889,00 26 51.535,00 54.541,00 58.618,00 61.530,00 66.273,00 27 53.040,00 55.996,00 58.618,00 61.530,00 66.273,00 28 53.040,00 55.996,00 60.002,00 62.985,00 67.657,00 29 54.545,00 57.451,00 60.002,00 62.958,00 67.657,00 30 54.545,00 57.451,00 61.386,00 64.440,00 69.041,00 31 56.050,00 58.906,00 61.386,00 64.440,00 69.041,00 32 56.050,00 58.906,00 62.770,00 65.895,00 70.425,00 33 57.555,00 60.361,00 62.770,00 65.895,00 70.425,00 34 57.555,00 60.361,00 64.154,00 67.350,00 71.809,003559.060,0061.816,00
Indice
  Indicie
A200 A210 A220 A230
Augmentations intercalaires
  Tussentijdse verhogingen
17x2 1.111,00 17x2 1.384,00 3x1 697,00
  14x2 1.384,00
1x1 698,00
  1x1 696,00
  1x1 697,00
  1x2 1.420,00
  13x2 1.384,00
00 29.071,00 29.202,00 34.697,00 35.161,00
01 29.071,00 29.202,00 35.394,00 35.859,00
02 30.182,00 30.586,00 36.091,00 36.555,00
03 30.182,00 30.586,00 36.788,00 37.252,00
04 31.293,00 31.970,00 36.788,00 37.252,00
05 31.293,00 31.970,00 38.172,00 38.672,00
06 32.404,00 33.354,00 38.172,00 38.672,00
07 32.404,00 33.354,00 39.556,00 40.056,00
08 33.515,00 34.738,00 39.556,00 40.056,00
09 33.515,00 34.738,00 40.940,00 41.440,00
10 34.626,00 36.122,00 40.940,00 41.440,00
11 34.626,00 36.122,00 42.324,00 42.824,00
12 35.737,00 37.506,00 42.324,00 42.824,00
13 35.737,00 37.506,00 43.708,00 44.208,00
14 36.848,00 38.890,00 43.708,00 44.208,00
15 36.848,00 38.890,00 45.092,00 45.592,00
16 37.959,00 40.274,00 45.092,00 45.592,00
17 37.959,00 40.274,00 46.476,00 46.976,00
18 39.070,00 41.658,00 46.476,00 46.976,00
19 39.070,00 41.658,00 47.860,00 48.360,00
20 40.181,00 43.042,00 47.860,00 48.360,00
21 40.181,00 43.042,00 49.244,00 49.744,00
22 41.292,00 44.426,00 49.244,00 49.744,00
23 41.292,00 44.426,00 50.628,00 51.128,00
24 42.403,00 45.810,00 50.628,00 51.128,00
25 42.403,00 45.810,00 52.012,00 52.512,00
26 43.514,00 47.194,00 52.012,00 52.512,00
27 43.514,00 47.194,00 53.396,00 53.896,00
28 44.625,00 48.578,00 53.396,00 53.896,00
29 44.625,00 48.578,00 54.780,00 55.280,00
30 45.736,00 49.962,00 54.780,00 55.280,00
31 45.736,00 49.962,00 56.164,00 56.664,00
32 46.847,00 51.346,00
33 46.847,00 51.346,00
  
34 47.958,00 52.730,00
Indice
  Indicie A200 A210 A220 A230 Augmentations intercalaires
  Tussentijdse verhogingen 17x2 1.111,00 17x2 1.384,00 3x1 697,00
  14x2 1.384,00 1x1 698,00
  1x1 696,00
  1x1 697,00
  1x2 1.420,00
  13x2 1.384,00 00 29.071,00 29.202,00 34.697,00 35.161,00 01 29.071,00 29.202,00 35.394,00 35.859,00 02 30.182,00 30.586,00 36.091,00 36.555,00 03 30.182,00 30.586,00 36.788,00 37.252,00 04 31.293,00 31.970,00 36.788,00 37.252,00 05 31.293,00 31.970,00 38.172,00 38.672,00 06 32.404,00 33.354,00 38.172,00 38.672,00 07 32.404,00 33.354,00 39.556,00 40.056,00 08 33.515,00 34.738,00 39.556,00 40.056,00 09 33.515,00 34.738,00 40.940,00 41.440,00 10 34.626,00 36.122,00 40.940,00 41.440,00 11 34.626,00 36.122,00 42.324,00 42.824,00 12 35.737,00 37.506,00 42.324,00 42.824,00 13 35.737,00 37.506,00 43.708,00 44.208,00 14 36.848,00 38.890,00 43.708,00 44.208,00 15 36.848,00 38.890,00 45.092,00 45.592,00 16 37.959,00 40.274,00 45.092,00 45.592,00 17 37.959,00 40.274,00 46.476,00 46.976,00 18 39.070,00 41.658,00 46.476,00 46.976,00 19 39.070,00 41.658,00 47.860,00 48.360,00 20 40.181,00 43.042,00 47.860,00 48.360,00 21 40.181,00 43.042,00 49.244,00 49.744,00 22 41.292,00 44.426,00 49.244,00 49.744,00 23 41.292,00 44.426,00 50.628,00 51.128,00 24 42.403,00 45.810,00 50.628,00 51.128,00 25 42.403,00 45.810,00 52.012,00 52.512,00 26 43.514,00 47.194,00 52.012,00 52.512,00 27 43.514,00 47.194,00 53.396,00 53.896,00 28 44.625,00 48.578,00 53.396,00 53.896,00 29 44.625,00 48.578,00 54.780,00 55.280,00 30 45.736,00 49.962,00 54.780,00 55.280,00 31 45.736,00 49.962,00 56.164,00 56.664,00 32 46.847,00 51.346,00 33 46.847,00 51.346,00
34 47.958,00 52.730,00
Indice
  Indicie
A200 A210 A220 A230
Augmentations intercalaires
  Tussentijdse verhogingen
17x2 1.111,00 17x2 1.384,00 3x1 697,00
  14x2 1.384,00
1x1 698,00
  1x1 696,00
  1x1 697,00
  1x2 1.420,00
  13x2 1.384,00
00 29.071,00 29.202,00 34.697,00 35.161,00
01 29.071,00 29.202,00 35.394,00 35.859,00
02 30.182,00 30.586,00 36.091,00 36.555,00
03 30.182,00 30.586,00 36.788,00 37.252,00
04 31.293,00 31.970,00 36.788,00 37.252,00
05 31.293,00 31.970,00 38.172,00 38.672,00
06 32.404,00 33.354,00 38.172,00 38.672,00
07 32.404,00 33.354,00 39.556,00 40.056,00
08 33.515,00 34.738,00 39.556,00 40.056,00
09 33.515,00 34.738,00 40.940,00 41.440,00
10 34.626,00 36.122,00 40.940,00 41.440,00
11 34.626,00 36.122,00 42.324,00 42.824,00
12 35.737,00 37.506,00 42.324,00 42.824,00
13 35.737,00 37.506,00 43.708,00 44.208,00
14 36.848,00 38.890,00 43.708,00 44.208,00
15 36.848,00 38.890,00 45.092,00 45.592,00
16 37.959,00 40.274,00 45.092,00 45.592,00
17 37.959,00 40.274,00 46.476,00 46.976,00
18 39.070,00 41.658,00 46.476,00 46.976,00
19 39.070,00 41.658,00 47.860,00 48.360,00
20 40.181,00 43.042,00 47.860,00 48.360,00
21 40.181,00 43.042,00 49.244,00 49.744,00
22 41.292,00 44.426,00 49.244,00 49.744,00
23 41.292,00 44.426,00 50.628,00 51.128,00
24 42.403,00 45.810,00 50.628,00 51.128,00
25 42.403,00 45.810,00 52.012,00 52.512,00
26 43.514,00 47.194,00 52.012,00 52.512,00
27 43.514,00 47.194,00 53.396,00 53.896,00
28 44.625,00 48.578,00 53.396,00 53.896,00
29 44.625,00 48.578,00 54.780,00 55.280,00
30 45.736,00 49.962,00 54.780,00 55.280,00
31 45.736,00 49.962,00 56.164,00 56.664,00
32 46.847,00 51.346,00
33 46.847,00 51.346,00
  
34 47.958,00 52.730,00
Indice
  Indicie A200 A210 A220 A230 Augmentations intercalaires
  Tussentijdse verhogingen 17x2 1.111,00 17x2 1.384,00 3x1 697,00
  14x2 1.384,00 1x1 698,00
  1x1 696,00
  1x1 697,00
  1x2 1.420,00
  13x2 1.384,00 00 29.071,00 29.202,00 34.697,00 35.161,00 01 29.071,00 29.202,00 35.394,00 35.859,00 02 30.182,00 30.586,00 36.091,00 36.555,00 03 30.182,00 30.586,00 36.788,00 37.252,00 04 31.293,00 31.970,00 36.788,00 37.252,00 05 31.293,00 31.970,00 38.172,00 38.672,00 06 32.404,00 33.354,00 38.172,00 38.672,00 07 32.404,00 33.354,00 39.556,00 40.056,00 08 33.515,00 34.738,00 39.556,00 40.056,00 09 33.515,00 34.738,00 40.940,00 41.440,00 10 34.626,00 36.122,00 40.940,00 41.440,00 11 34.626,00 36.122,00 42.324,00 42.824,00 12 35.737,00 37.506,00 42.324,00 42.824,00 13 35.737,00 37.506,00 43.708,00 44.208,00 14 36.848,00 38.890,00 43.708,00 44.208,00 15 36.848,00 38.890,00 45.092,00 45.592,00 16 37.959,00 40.274,00 45.092,00 45.592,00 17 37.959,00 40.274,00 46.476,00 46.976,00 18 39.070,00 41.658,00 46.476,00 46.976,00 19 39.070,00 41.658,00 47.860,00 48.360,00 20 40.181,00 43.042,00 47.860,00 48.360,00 21 40.181,00 43.042,00 49.244,00 49.744,00 22 41.292,00 44.426,00 49.244,00 49.744,00 23 41.292,00 44.426,00 50.628,00 51.128,00 24 42.403,00 45.810,00 50.628,00 51.128,00 25 42.403,00 45.810,00 52.012,00 52.512,00 26 43.514,00 47.194,00 52.012,00 52.512,00 27 43.514,00 47.194,00 53.396,00 53.896,00 28 44.625,00 48.578,00 53.396,00 53.896,00 29 44.625,00 48.578,00 54.780,00 55.280,00 30 45.736,00 49.962,00 54.780,00 55.280,00 31 45.736,00 49.962,00 56.164,00 56.664,00 32 46.847,00 51.346,00 33 46.847,00 51.346,00
34 47.958,00 52.730,00
Indice
  Indicie
A101 A102 A103 A111 A112 A113
Augmentations intercalaires
  Tussentijdse verhogingen
3x1 647,00
  16x2 990,00
3x1 647,00
  16x2 990,00
3x1 647,00
  16x2 990,00
3x1 647,00
  16x2 1.132,00
3x1 647,00
  15x2 1.132,00
3x1 697,00
  14x2 1.384,00
00 22.789,00 24.960,00 27.001,00 27.001,00 30.212,00 33.202,00
01 23.436,00 25.607,00 27.648,00 27.648,00 30.859,00 33.899,00
02 24.083,00 26.254,00 28.295,00 28.295,00 31.506,00 34.596,00
03 24.730,00 26.901,00 28.942,00 28.942,00 32.153,00 35.293,00
04 24.730,00 26.901,00 28.942,00 28.942,00 32.153,00 35.293,00
05 25.720,00 27.891,00 29.932,00 30.074,00 33.285,00 36.677,00
06 25.720,00 27.891,00 29.932,00 30.074,00 33.285,00 36.677,00
07 26.710,00 28.881,00 30.922,00 31.206,00 34.417,00 38.061,00
08 26.710,00 28.881,00 30.922,00 31.206,00 34.417,00 38.061,00
09 27.700,00 29.871,00 31.912,00 32.338,00 35.549,00 39.445,00
10 27.700,00 29.871,00 31.912,00 32.338,00 35.549,00 39.445,00
11 28.690,00 30.861,00 32.902,00 33.470,00 36.681,00 40.829,00
12 28.690,00 30.861,00 32.902,00 33.470,00 36.681,00 40.829,00
13 29.680,00 31.851,00 33.892,00 34.602,00 37.813,00 42.213,00
14 29.680,00 31.851,00 33.892,00 34.602,00 37.813,00 42.213,00
15 30.670,00 32.841,00 34.882,00 35.734,00 38.945,00 43.597,00
16 30.670,00 32.841,00 34.882,00 35.734,00 38.945,00 43.597,00
17 31.660,00 33.831,00 35.872,00 36.866,00 40.077,00 44.981,00
18 31.660,00 33.831,00 35.872,00 36.866,00 40.077,00 44.981,00
19 32.650,00 34.821,00 36.862,00 37.998,00 41.209,00 46.365,00
20 32.650,00 34.821,00 36.862,00 37.998,00 41.209,00 46.365,00
21 33.640,00 35.811,00 37.852,00 39.130,00 42.341,00 47.749,00
22 33.640,00 35.811,00 37.852,00 39.130,00 42.341,00 47.749,00
23 34.630,00 36.801,00 38.842,00 40.262,00 43.473,00 49.133,00
24 34.630,00 36.801,00 38.842,00 40.262,00 43.473,00 49.133,00
25 35.620,00 37.791,00 39.832,00 41.394,00 44.605,00 50.517,00
26 35.620,00 37.791,00 39.832,00 41.394,00 44.605,00 50.517,00
27 36.610,00 38.781,00 40.822,00 42.526,00 45.737,00 51.901,00
28 36.610,00 38.781,00 40.822,00 42.526,00 45.737,00 51.901,00
29 37.600,00 39.771,00 41.812,00 43.658,00 46.869,00 53.285,00
30 37.600,00 39.771,00 41.812,00 43.658,00 46.869,00 53.285,00
31 38.590,00 40.761,00 42.802,00 44.790,00 48.001,00 54.669,00
32 38.590,00 40.761,00 42.802,00 44.790,00 48.001,00  
33 39.580,00 41.751,00 43.792,00 45.922,00 49.133,00  
34 39.580,00 41.751,00 43.792,00 45.922,00   
35 40.570,00 42.741,00 44.782,00 47.054,00  
Indice
  Indicie A101 A102 A103 A111 A112 A113 Augmentations intercalaires
  Tussentijdse verhogingen 3x1 647,00
  16x2 990,00 3x1 647,00
  16x2 990,00 3x1 647,00
  16x2 990,00 3x1 647,00
  16x2 1.132,00 3x1 647,00
  15x2 1.132,00 3x1 697,00
  14x2 1.384,00 00 22.789,00 24.960,00 27.001,00 27.001,00 30.212,00 33.202,00 01 23.436,00 25.607,00 27.648,00 27.648,00 30.859,00 33.899,00 02 24.083,00 26.254,00 28.295,00 28.295,00 31.506,00 34.596,00 03 24.730,00 26.901,00 28.942,00 28.942,00 32.153,00 35.293,00 04 24.730,00 26.901,00 28.942,00 28.942,00 32.153,00 35.293,00 05 25.720,00 27.891,00 29.932,00 30.074,00 33.285,00 36.677,00 06 25.720,00 27.891,00 29.932,00 30.074,00 33.285,00 36.677,00 07 26.710,00 28.881,00 30.922,00 31.206,00 34.417,00 38.061,00 08 26.710,00 28.881,00 30.922,00 31.206,00 34.417,00 38.061,00 09 27.700,00 29.871,00 31.912,00 32.338,00 35.549,00 39.445,00 10 27.700,00 29.871,00 31.912,00 32.338,00 35.549,00 39.445,00 11 28.690,00 30.861,00 32.902,00 33.470,00 36.681,00 40.829,00 12 28.690,00 30.861,00 32.902,00 33.470,00 36.681,00 40.829,00 13 29.680,00 31.851,00 33.892,00 34.602,00 37.813,00 42.213,00 14 29.680,00 31.851,00 33.892,00 34.602,00 37.813,00 42.213,00 15 30.670,00 32.841,00 34.882,00 35.734,00 38.945,00 43.597,00 16 30.670,00 32.841,00 34.882,00 35.734,00 38.945,00 43.597,00 17 31.660,00 33.831,00 35.872,00 36.866,00 40.077,00 44.981,00 18 31.660,00 33.831,00 35.872,00 36.866,00 40.077,00 44.981,00 19 32.650,00 34.821,00 36.862,00 37.998,00 41.209,00 46.365,00 20 32.650,00 34.821,00 36.862,00 37.998,00 41.209,00 46.365,00 21 33.640,00 35.811,00 37.852,00 39.130,00 42.341,00 47.749,00 22 33.640,00 35.811,00 37.852,00 39.130,00 42.341,00 47.749,00 23 34.630,00 36.801,00 38.842,00 40.262,00 43.473,00 49.133,00 24 34.630,00 36.801,00 38.842,00 40.262,00 43.473,00 49.133,00 25 35.620,00 37.791,00 39.832,00 41.394,00 44.605,00 50.517,00 26 35.620,00 37.791,00 39.832,00 41.394,00 44.605,00 50.517,00 27 36.610,00 38.781,00 40.822,00 42.526,00 45.737,00 51.901,00 28 36.610,00 38.781,00 40.822,00 42.526,00 45.737,00 51.901,00 29 37.600,00 39.771,00 41.812,00 43.658,00 46.869,00 53.285,00 30 37.600,00 39.771,00 41.812,00 43.658,00 46.869,00 53.285,00 31 38.590,00 40.761,00 42.802,00 44.790,00 48.001,00 54.669,00 32 38.590,00 40.761,00 42.802,00 44.790,00 48.001,00 33 39.580,00 41.751,00 43.792,00 45.922,00 49.133,00 34 39.580,00 41.751,00 43.792,00 45.922,00 35 40.570,00 42.741,00 44.782,00 47.054,00
Niveau B
Indice
  Indicie
A101 A102 A103 A111 A112 A113
Augmentations intercalaires
  Tussentijdse verhogingen
3x1 647,00
  16x2 990,00
3x1 647,00
  16x2 990,00
3x1 647,00
  16x2 990,00
3x1 647,00
  16x2 1.132,00
3x1 647,00
  15x2 1.132,00
3x1 697,00
  14x2 1.384,00
00 22.789,00 24.960,00 27.001,00 27.001,00 30.212,00 33.202,00
01 23.436,00 25.607,00 27.648,00 27.648,00 30.859,00 33.899,00
02 24.083,00 26.254,00 28.295,00 28.295,00 31.506,00 34.596,00
03 24.730,00 26.901,00 28.942,00 28.942,00 32.153,00 35.293,00
04 24.730,00 26.901,00 28.942,00 28.942,00 32.153,00 35.293,00
05 25.720,00 27.891,00 29.932,00 30.074,00 33.285,00 36.677,00
06 25.720,00 27.891,00 29.932,00 30.074,00 33.285,00 36.677,00
07 26.710,00 28.881,00 30.922,00 31.206,00 34.417,00 38.061,00
08 26.710,00 28.881,00 30.922,00 31.206,00 34.417,00 38.061,00
09 27.700,00 29.871,00 31.912,00 32.338,00 35.549,00 39.445,00
10 27.700,00 29.871,00 31.912,00 32.338,00 35.549,00 39.445,00
11 28.690,00 30.861,00 32.902,00 33.470,00 36.681,00 40.829,00
12 28.690,00 30.861,00 32.902,00 33.470,00 36.681,00 40.829,00
13 29.680,00 31.851,00 33.892,00 34.602,00 37.813,00 42.213,00
14 29.680,00 31.851,00 33.892,00 34.602,00 37.813,00 42.213,00
15 30.670,00 32.841,00 34.882,00 35.734,00 38.945,00 43.597,00
16 30.670,00 32.841,00 34.882,00 35.734,00 38.945,00 43.597,00
17 31.660,00 33.831,00 35.872,00 36.866,00 40.077,00 44.981,00
18 31.660,00 33.831,00 35.872,00 36.866,00 40.077,00 44.981,00
19 32.650,00 34.821,00 36.862,00 37.998,00 41.209,00 46.365,00
20 32.650,00 34.821,00 36.862,00 37.998,00 41.209,00 46.365,00
21 33.640,00 35.811,00 37.852,00 39.130,00 42.341,00 47.749,00
22 33.640,00 35.811,00 37.852,00 39.130,00 42.341,00 47.749,00
23 34.630,00 36.801,00 38.842,00 40.262,00 43.473,00 49.133,00
24 34.630,00 36.801,00 38.842,00 40.262,00 43.473,00 49.133,00
25 35.620,00 37.791,00 39.832,00 41.394,00 44.605,00 50.517,00
26 35.620,00 37.791,00 39.832,00 41.394,00 44.605,00 50.517,00
27 36.610,00 38.781,00 40.822,00 42.526,00 45.737,00 51.901,00
28 36.610,00 38.781,00 40.822,00 42.526,00 45.737,00 51.901,00
29 37.600,00 39.771,00 41.812,00 43.658,00 46.869,00 53.285,00
30 37.600,00 39.771,00 41.812,00 43.658,00 46.869,00 53.285,00
31 38.590,00 40.761,00 42.802,00 44.790,00 48.001,00 54.669,00
32 38.590,00 40.761,00 42.802,00 44.790,00 48.001,00  
33 39.580,00 41.751,00 43.792,00 45.922,00 49.133,00  
34 39.580,00 41.751,00 43.792,00 45.922,00   
35 40.570,00 42.741,00 44.782,00 47.054,00  
Indice
  Indicie A101 A102 A103 A111 A112 A113 Augmentations intercalaires
  Tussentijdse verhogingen 3x1 647,00
  16x2 990,00 3x1 647,00
  16x2 990,00 3x1 647,00
  16x2 990,00 3x1 647,00
  16x2 1.132,00 3x1 647,00
  15x2 1.132,00 3x1 697,00
  14x2 1.384,00 00 22.789,00 24.960,00 27.001,00 27.001,00 30.212,00 33.202,00 01 23.436,00 25.607,00 27.648,00 27.648,00 30.859,00 33.899,00 02 24.083,00 26.254,00 28.295,00 28.295,00 31.506,00 34.596,00 03 24.730,00 26.901,00 28.942,00 28.942,00 32.153,00 35.293,00 04 24.730,00 26.901,00 28.942,00 28.942,00 32.153,00 35.293,00 05 25.720,00 27.891,00 29.932,00 30.074,00 33.285,00 36.677,00 06 25.720,00 27.891,00 29.932,00 30.074,00 33.285,00 36.677,00 07 26.710,00 28.881,00 30.922,00 31.206,00 34.417,00 38.061,00 08 26.710,00 28.881,00 30.922,00 31.206,00 34.417,00 38.061,00 09 27.700,00 29.871,00 31.912,00 32.338,00 35.549,00 39.445,00 10 27.700,00 29.871,00 31.912,00 32.338,00 35.549,00 39.445,00 11 28.690,00 30.861,00 32.902,00 33.470,00 36.681,00 40.829,00 12 28.690,00 30.861,00 32.902,00 33.470,00 36.681,00 40.829,00 13 29.680,00 31.851,00 33.892,00 34.602,00 37.813,00 42.213,00 14 29.680,00 31.851,00 33.892,00 34.602,00 37.813,00 42.213,00 15 30.670,00 32.841,00 34.882,00 35.734,00 38.945,00 43.597,00 16 30.670,00 32.841,00 34.882,00 35.734,00 38.945,00 43.597,00 17 31.660,00 33.831,00 35.872,00 36.866,00 40.077,00 44.981,00 18 31.660,00 33.831,00 35.872,00 36.866,00 40.077,00 44.981,00 19 32.650,00 34.821,00 36.862,00 37.998,00 41.209,00 46.365,00 20 32.650,00 34.821,00 36.862,00 37.998,00 41.209,00 46.365,00 21 33.640,00 35.811,00 37.852,00 39.130,00 42.341,00 47.749,00 22 33.640,00 35.811,00 37.852,00 39.130,00 42.341,00 47.749,00 23 34.630,00 36.801,00 38.842,00 40.262,00 43.473,00 49.133,00 24 34.630,00 36.801,00 38.842,00 40.262,00 43.473,00 49.133,00 25 35.620,00 37.791,00 39.832,00 41.394,00 44.605,00 50.517,00 26 35.620,00 37.791,00 39.832,00 41.394,00 44.605,00 50.517,00 27 36.610,00 38.781,00 40.822,00 42.526,00 45.737,00 51.901,00 28 36.610,00 38.781,00 40.822,00 42.526,00 45.737,00 51.901,00 29 37.600,00 39.771,00 41.812,00 43.658,00 46.869,00 53.285,00 30 37.600,00 39.771,00 41.812,00 43.658,00 46.869,00 53.285,00 31 38.590,00 40.761,00 42.802,00 44.790,00 48.001,00 54.669,00 32 38.590,00 40.761,00 42.802,00 44.790,00 48.001,00 33 39.580,00 41.751,00 43.792,00 45.922,00 49.133,00 34 39.580,00 41.751,00 43.792,00 45.922,00 35 40.570,00 42.741,00 44.782,00 47.054,00
Niveau B
Indice
  Indicie
B101 B102 B103 B104 B200
Augmentations intercalaires
  Tussentijdse verhogingen
1x1 465,00
  1x1 172,00
  1x1 1.142,00
  4x2 536,00
  1x1 364,00
  1x1 536,00
  6x2 536,00
  3x2 1.071,00
  3x2 536,00
2x1 314,00
  1x1 1.142,00
  4x2 536,00
  1x1 364,00
  1x1 707,00
  6x2 707,00
  3x2 1.172,00
  3x2 707,00
2x1 273,00
  1x1 879,00
  4x2 536,00
  1x1 364,00
  1x1 707,00
  6x2 707,00
  2x1 707,00
  5x2 707,00
2x1 273,00
  1x1 718,00
  1x2 404,00
  16x2 879,00
2x1 273,00
  1x1 718,00
  1x2 404,00
  16x2 879,00
00 16.466,00 18.456,00 21.597,00 22.486,00 22.486,00
01 16.931,00 18.770,00 21.870,00 22.759,00 22.759,00
02 17.103,00 19.084,00 22.143,00 23.032,00 23.032,00
03 18.245,00 20.226,00 23.022,00 23.750,00 23.750,00
04 18.245,00 20.226,00 23.022,00 23.750,00 23.750,00
05 18.781,00 20.762,00 23.558,00 24.154,00 24.154,00
06 18.781,00 20.762,00 23.558,00 24.154,00 24.154,00
07 19.317,00 21.298,00 24.094,00 25.033,00 25.033,00
08 19.317,00 21.298,00 24.094,00 25.033,00 25.033,00
09 19.853,00 21.834,00 24.630,00 25.912,00 25.912,00
10 19.853,00 21.834,00 24.630,00 25.912,00 25.912,00
11 20.389,00 22.370,00 25.166,00 26.791,00 26.791,00
12 20.753,00 22.734,00 25.530,00 26.791,00 26.791,00
13 21.289,00 23.441,00 26.237,00 27.670,00 27.670,00
14 21.289,00 23.441,00 26.237,00 27.670,00 27.670,00
15 21.825,00 24.148,00 26.944,00 28.549,00 28.549,00
16 21.825,00 24.148,00 26.944,00 28.549,00 28.549,00
17 22.361,00 24.855,00 27.651,00 29.428,00 29.428,00
18 22.361,00 24.855,00 27.651,00 29.428,00 29.428,00
19 22.897,00 25.562,00 28.358,00 30.307,00 30.307,00
20 22.897,00 25.562,00 28.358,00 30.307,00 30.307,00
21 23.433,00 26.269,00 29.065,00 31.186,00 31.186,00
22 23.433,00 26.269,00 29.065,00 31.186,00 31.186,00
23 23.969,00 26.976,00 29.772,00 32.065,00 32.065,00
24 23.969,00 26.976,00 29.772,00 32.065,00 32.065,00
25 24.505,00 27.683,00 30.479,00 32.944,00 32.944,00
26 24.505,00 27.683,00 31.186,00 32.944,00 32.944,00
27 25.576,00 28.855,00 31.893,00 33.823,00 33.823,00
28 25.576,00 28.855,00 31.893,00 33.823,00 33.823,00
29 26.647,00 30.027,00 32.600,00 34.702,00 34.702,00
30 26.647,00 30.027,00 32.600,00 34.702,00 34.702,00
31 27.718,00 31.199,00 33.307,00 35.581,00 35.581,00
32 27.718,00 31.199,00 33.307,00 35.581,00 35.581,00
33 28.254,00 31.906,00 34.014,00 36.460,00 36.460,00
34 28.254,00 31.906,00 34.014,00 36.460,00 36.460,00
35 28.790,00 32.613,00 34.721,00 37.339,00 37.339,00
36 28.790,00 32.613,00 34.721,00 37.339,00 37.339,00
37 29.326,00 33.320,00 35.428,00 38.218,00 38.218,00
Indice
  Indicie B101 B102 B103 B104 B200 Augmentations intercalaires
  Tussentijdse verhogingen 1x1 465,00
  1x1 172,00
  1x1 1.142,00
  4x2 536,00
  1x1 364,00
  1x1 536,00
  6x2 536,00
  3x2 1.071,00
  3x2 536,00 2x1 314,00
  1x1 1.142,00
  4x2 536,00
  1x1 364,00
  1x1 707,00
  6x2 707,00
  3x2 1.172,00
  3x2 707,00 2x1 273,00
  1x1 879,00
  4x2 536,00
  1x1 364,00
  1x1 707,00
  6x2 707,00
  2x1 707,00
  5x2 707,00 2x1 273,00
  1x1 718,00
  1x2 404,00
  16x2 879,00 2x1 273,00
  1x1 718,00
  1x2 404,00
  16x2 879,00 00 16.466,00 18.456,00 21.597,00 22.486,00 22.486,00 01 16.931,00 18.770,00 21.870,00 22.759,00 22.759,00 02 17.103,00 19.084,00 22.143,00 23.032,00 23.032,00 03 18.245,00 20.226,00 23.022,00 23.750,00 23.750,00 04 18.245,00 20.226,00 23.022,00 23.750,00 23.750,00 05 18.781,00 20.762,00 23.558,00 24.154,00 24.154,00 06 18.781,00 20.762,00 23.558,00 24.154,00 24.154,00 07 19.317,00 21.298,00 24.094,00 25.033,00 25.033,00 08 19.317,00 21.298,00 24.094,00 25.033,00 25.033,00 09 19.853,00 21.834,00 24.630,00 25.912,00 25.912,00 10 19.853,00 21.834,00 24.630,00 25.912,00 25.912,00 11 20.389,00 22.370,00 25.166,00 26.791,00 26.791,00 12 20.753,00 22.734,00 25.530,00 26.791,00 26.791,00 13 21.289,00 23.441,00 26.237,00 27.670,00 27.670,00 14 21.289,00 23.441,00 26.237,00 27.670,00 27.670,00 15 21.825,00 24.148,00 26.944,00 28.549,00 28.549,00 16 21.825,00 24.148,00 26.944,00 28.549,00 28.549,00 17 22.361,00 24.855,00 27.651,00 29.428,00 29.428,00 18 22.361,00 24.855,00 27.651,00 29.428,00 29.428,00 19 22.897,00 25.562,00 28.358,00 30.307,00 30.307,00 20 22.897,00 25.562,00 28.358,00 30.307,00 30.307,00 21 23.433,00 26.269,00 29.065,00 31.186,00 31.186,00 22 23.433,00 26.269,00 29.065,00 31.186,00 31.186,00 23 23.969,00 26.976,00 29.772,00 32.065,00 32.065,00 24 23.969,00 26.976,00 29.772,00 32.065,00 32.065,00 25 24.505,00 27.683,00 30.479,00 32.944,00 32.944,00 26 24.505,00 27.683,00 31.186,00 32.944,00 32.944,00 27 25.576,00 28.855,00 31.893,00 33.823,00 33.823,00 28 25.576,00 28.855,00 31.893,00 33.823,00 33.823,00 29 26.647,00 30.027,00 32.600,00 34.702,00 34.702,00 30 26.647,00 30.027,00 32.600,00 34.702,00 34.702,00 31 27.718,00 31.199,00 33.307,00 35.581,00 35.581,00 32 27.718,00 31.199,00 33.307,00 35.581,00 35.581,00 33 28.254,00 31.906,00 34.014,00 36.460,00 36.460,00 34 28.254,00 31.906,00 34.014,00 36.460,00 36.460,00 35 28.790,00 32.613,00 34.721,00 37.339,00 37.339,00 36 28.790,00 32.613,00 34.721,00 37.339,00 37.339,00 37 29.326,00 33.320,00 35.428,00 38.218,00 38.218,00
Niveau C
Indice
  Indicie
B101 B102 B103 B104 B200
Augmentations intercalaires
  Tussentijdse verhogingen
1x1 465,00
  1x1 172,00
  1x1 1.142,00
  4x2 536,00
  1x1 364,00
  1x1 536,00
  6x2 536,00
  3x2 1.071,00
  3x2 536,00
2x1 314,00
  1x1 1.142,00
  4x2 536,00
  1x1 364,00
  1x1 707,00
  6x2 707,00
  3x2 1.172,00
  3x2 707,00
2x1 273,00
  1x1 879,00
  4x2 536,00
  1x1 364,00
  1x1 707,00
  6x2 707,00
  2x1 707,00
  5x2 707,00
2x1 273,00
  1x1 718,00
  1x2 404,00
  16x2 879,00
2x1 273,00
  1x1 718,00
  1x2 404,00
  16x2 879,00
00 16.466,00 18.456,00 21.597,00 22.486,00 22.486,00
01 16.931,00 18.770,00 21.870,00 22.759,00 22.759,00
02 17.103,00 19.084,00 22.143,00 23.032,00 23.032,00
03 18.245,00 20.226,00 23.022,00 23.750,00 23.750,00
04 18.245,00 20.226,00 23.022,00 23.750,00 23.750,00
05 18.781,00 20.762,00 23.558,00 24.154,00 24.154,00
06 18.781,00 20.762,00 23.558,00 24.154,00 24.154,00
07 19.317,00 21.298,00 24.094,00 25.033,00 25.033,00
08 19.317,00 21.298,00 24.094,00 25.033,00 25.033,00
09 19.853,00 21.834,00 24.630,00 25.912,00 25.912,00
10 19.853,00 21.834,00 24.630,00 25.912,00 25.912,00
11 20.389,00 22.370,00 25.166,00 26.791,00 26.791,00
12 20.753,00 22.734,00 25.530,00 26.791,00 26.791,00
13 21.289,00 23.441,00 26.237,00 27.670,00 27.670,00
14 21.289,00 23.441,00 26.237,00 27.670,00 27.670,00
15 21.825,00 24.148,00 26.944,00 28.549,00 28.549,00
16 21.825,00 24.148,00 26.944,00 28.549,00 28.549,00
17 22.361,00 24.855,00 27.651,00 29.428,00 29.428,00
18 22.361,00 24.855,00 27.651,00 29.428,00 29.428,00
19 22.897,00 25.562,00 28.358,00 30.307,00 30.307,00
20 22.897,00 25.562,00 28.358,00 30.307,00 30.307,00
21 23.433,00 26.269,00 29.065,00 31.186,00 31.186,00
22 23.433,00 26.269,00 29.065,00 31.186,00 31.186,00
23 23.969,00 26.976,00 29.772,00 32.065,00 32.065,00
24 23.969,00 26.976,00 29.772,00 32.065,00 32.065,00
25 24.505,00 27.683,00 30.479,00 32.944,00 32.944,00
26 24.505,00 27.683,00 31.186,00 32.944,00 32.944,00
27 25.576,00 28.855,00 31.893,00 33.823,00 33.823,00
28 25.576,00 28.855,00 31.893,00 33.823,00 33.823,00
29 26.647,00 30.027,00 32.600,00 34.702,00 34.702,00
30 26.647,00 30.027,00 32.600,00 34.702,00 34.702,00
31 27.718,00 31.199,00 33.307,00 35.581,00 35.581,00
32 27.718,00 31.199,00 33.307,00 35.581,00 35.581,00
33 28.254,00 31.906,00 34.014,00 36.460,00 36.460,00
34 28.254,00 31.906,00 34.014,00 36.460,00 36.460,00
35 28.790,00 32.613,00 34.721,00 37.339,00 37.339,00
36 28.790,00 32.613,00 34.721,00 37.339,00 37.339,00
37 29.326,00 33.320,00 35.428,00 38.218,00 38.218,00
Indice
  Indicie B101 B102 B103 B104 B200 Augmentations intercalaires
  Tussentijdse verhogingen 1x1 465,00
  1x1 172,00
  1x1 1.142,00
  4x2 536,00
  1x1 364,00
  1x1 536,00
  6x2 536,00
  3x2 1.071,00
  3x2 536,00 2x1 314,00
  1x1 1.142,00
  4x2 536,00
  1x1 364,00
  1x1 707,00
  6x2 707,00
  3x2 1.172,00
  3x2 707,00 2x1 273,00
  1x1 879,00
  4x2 536,00
  1x1 364,00
  1x1 707,00
  6x2 707,00
  2x1 707,00
  5x2 707,00 2x1 273,00
  1x1 718,00
  1x2 404,00
  16x2 879,00 2x1 273,00
  1x1 718,00
  1x2 404,00
  16x2 879,00 00 16.466,00 18.456,00 21.597,00 22.486,00 22.486,00 01 16.931,00 18.770,00 21.870,00 22.759,00 22.759,00 02 17.103,00 19.084,00 22.143,00 23.032,00 23.032,00 03 18.245,00 20.226,00 23.022,00 23.750,00 23.750,00 04 18.245,00 20.226,00 23.022,00 23.750,00 23.750,00 05 18.781,00 20.762,00 23.558,00 24.154,00 24.154,00 06 18.781,00 20.762,00 23.558,00 24.154,00 24.154,00 07 19.317,00 21.298,00 24.094,00 25.033,00 25.033,00 08 19.317,00 21.298,00 24.094,00 25.033,00 25.033,00 09 19.853,00 21.834,00 24.630,00 25.912,00 25.912,00 10 19.853,00 21.834,00 24.630,00 25.912,00 25.912,00 11 20.389,00 22.370,00 25.166,00 26.791,00 26.791,00 12 20.753,00 22.734,00 25.530,00 26.791,00 26.791,00 13 21.289,00 23.441,00 26.237,00 27.670,00 27.670,00 14 21.289,00 23.441,00 26.237,00 27.670,00 27.670,00 15 21.825,00 24.148,00 26.944,00 28.549,00 28.549,00 16 21.825,00 24.148,00 26.944,00 28.549,00 28.549,00 17 22.361,00 24.855,00 27.651,00 29.428,00 29.428,00 18 22.361,00 24.855,00 27.651,00 29.428,00 29.428,00 19 22.897,00 25.562,00 28.358,00 30.307,00 30.307,00 20 22.897,00 25.562,00 28.358,00 30.307,00 30.307,00 21 23.433,00 26.269,00 29.065,00 31.186,00 31.186,00 22 23.433,00 26.269,00 29.065,00 31.186,00 31.186,00 23 23.969,00 26.976,00 29.772,00 32.065,00 32.065,00 24 23.969,00 26.976,00 29.772,00 32.065,00 32.065,00 25 24.505,00 27.683,00 30.479,00 32.944,00 32.944,00 26 24.505,00 27.683,00 31.186,00 32.944,00 32.944,00 27 25.576,00 28.855,00 31.893,00 33.823,00 33.823,00 28 25.576,00 28.855,00 31.893,00 33.823,00 33.823,00 29 26.647,00 30.027,00 32.600,00 34.702,00 34.702,00 30 26.647,00 30.027,00 32.600,00 34.702,00 34.702,00 31 27.718,00 31.199,00 33.307,00 35.581,00 35.581,00 32 27.718,00 31.199,00 33.307,00 35.581,00 35.581,00 33 28.254,00 31.906,00 34.014,00 36.460,00 36.460,00 34 28.254,00 31.906,00 34.014,00 36.460,00 36.460,00 35 28.790,00 32.613,00 34.721,00 37.339,00 37.339,00 36 28.790,00 32.613,00 34.721,00 37.339,00 37.339,00 37 29.326,00 33.320,00 35.428,00 38.218,00 38.218,00
Niveau C
Indice
  Indicie
C101 C102 C103 C104 C200
Augmentations intercalaires
  Tussentijdse verhogingen
1x1 505,00
  2x1 202,00
  11x2 627,00
  3x2 940,00
  3x2 627,00
3x1 546,00
  11x2 627,00
  3x2 1.253,00
  3x2 627,00
3x1 566,00
  11x2 627,00
  3x2 1.253,00
  3x2 627,00
2x1 314,00
  1x1 1.031,00
  4x2 536,00
  1x1 364,00
  1x1 707,00
  12x2 707,00
2x1 314,00
  1x1 1.031,00
  4x2 536,00
  1x1 364,00
  1x1 707,00
  12x2 707,00
00 14.628,00 16.052,00 17.143,00 19.981,00 19.981,00
01 15.133,00 16.598,00 17.709,00 20.295,00 20.295,00
02 15.335,00 17.144,00 18.275,00 20.609,00 20.609,00
03 15.537,00 17.690,00 18.841,00 21.640,00 21.640,00
04 15.537,00 17.690,00 18.841,00 21.640,00 21.640,00
05 16.164,00 18.317,00 19.468,00 22.176,00 22.176,00
06 16.164,00 18.317,00 19.468,00 22.176,00 22.176,00
07 16.791,00 18.944,00 20.095,00 22.712,00 22.712,00
08 16.791,00 18.944,00 20.095,00 22.712,00 22.712,00
09 17.418,00 19.571,00 20.722,00 23.248,00 23.248,00
10 17.418,00 19.571,00 20.722,00 23.248,00 23.248,00
11 18.045,00 20.198,00 21.349,00 23.784,00 23.784,00
12 18.045,00 20.198,00 21.349,00 24.148,00 24.148,00
13 18.672,00 20.825,00 21.976,00 24.855,00 24.855,00
14 18.672,00 20.825,00 21.976,00 24.855,00 24.855,00
15 19.299,00 21.452,00 22.603,00 25.562,00 25.562,00
16 19.299,00 21.452,00 22.603,00 25.562,00 25.562,00
17 19.926,00 22.079,00 23.230,00 26.269,00 26.269,00
18 19.926,00 22.079,00 23.230,00 26.269,00 26.269,00
19 20.553,00 22.706,00 23.857,00 26.976,00 26.976,00
20 20.553,00 22.706,00 23.857,00 26.976,00 26.976,00
21 21.180,00 23.333,00 24.484,00 27.683,00 27.683,00
22 21.180,00 23.333,00 24.484,00 27.683,00 27.683,00
23 21.807,00 23.960,00 25.111,00 28.390,00 28.390,00
24 21.807,00 23.960,00 25.111,00 28.390,00 28.390,00
25 22.434,00 24.587,00 25.738,00 29.097,00 29.097,00
26 22.434,00 24.587,00 25.738,00 29.097,00 29.097,00
27 23.374,00 25.840,00 26.991,00 29.804,00 29.804,00
28 23.374,00 25.840,00 26.991,00 29.804,00 29.804,00
29 24.314,00 27.093,00 28.244,00 30.511,00 30.511,00
30 24.314,00 27.093,00 28.244,00 30.511,00 30.511,00
31 25.254,00 28.346,00 29.497,00 31.218,00 31.218,00
32 25.254,00 28.346,00 29.497,00 31.218,00 31.218,00
33 25.881,00 28.973,00 30.124,00 31.925,00 31.925,00
34 25.881,00 28.973,00 30.124,00 31.925,00 31.925,00
35 26.508,00 29.600,00 30.751,00 32.632,00 32.632,00
36 26.508,00 29.600,00 30.751,00 32.632,00 32.632,00
37 27.135,00 30.227,00 31.378,00 33.339,00 33.339,00
Indice
  Indicie C101 C102 C103 C104 C200 Augmentations intercalaires
  Tussentijdse verhogingen 1x1 505,00
  2x1 202,00
  11x2 627,00
  3x2 940,00
  3x2 627,00 3x1 546,00
  11x2 627,00
  3x2 1.253,00
  3x2 627,00 3x1 566,00
  11x2 627,00
  3x2 1.253,00
  3x2 627,00 2x1 314,00
  1x1 1.031,00
  4x2 536,00
  1x1 364,00
  1x1 707,00
  12x2 707,00 2x1 314,00
  1x1 1.031,00
  4x2 536,00
  1x1 364,00
  1x1 707,00
  12x2 707,00 00 14.628,00 16.052,00 17.143,00 19.981,00 19.981,00 01 15.133,00 16.598,00 17.709,00 20.295,00 20.295,00 02 15.335,00 17.144,00 18.275,00 20.609,00 20.609,00 03 15.537,00 17.690,00 18.841,00 21.640,00 21.640,00 04 15.537,00 17.690,00 18.841,00 21.640,00 21.640,00 05 16.164,00 18.317,00 19.468,00 22.176,00 22.176,00 06 16.164,00 18.317,00 19.468,00 22.176,00 22.176,00 07 16.791,00 18.944,00 20.095,00 22.712,00 22.712,00 08 16.791,00 18.944,00 20.095,00 22.712,00 22.712,00 09 17.418,00 19.571,00 20.722,00 23.248,00 23.248,00 10 17.418,00 19.571,00 20.722,00 23.248,00 23.248,00 11 18.045,00 20.198,00 21.349,00 23.784,00 23.784,00 12 18.045,00 20.198,00 21.349,00 24.148,00 24.148,00 13 18.672,00 20.825,00 21.976,00 24.855,00 24.855,00 14 18.672,00 20.825,00 21.976,00 24.855,00 24.855,00 15 19.299,00 21.452,00 22.603,00 25.562,00 25.562,00 16 19.299,00 21.452,00 22.603,00 25.562,00 25.562,00 17 19.926,00 22.079,00 23.230,00 26.269,00 26.269,00 18 19.926,00 22.079,00 23.230,00 26.269,00 26.269,00 19 20.553,00 22.706,00 23.857,00 26.976,00 26.976,00 20 20.553,00 22.706,00 23.857,00 26.976,00 26.976,00 21 21.180,00 23.333,00 24.484,00 27.683,00 27.683,00 22 21.180,00 23.333,00 24.484,00 27.683,00 27.683,00 23 21.807,00 23.960,00 25.111,00 28.390,00 28.390,00 24 21.807,00 23.960,00 25.111,00 28.390,00 28.390,00 25 22.434,00 24.587,00 25.738,00 29.097,00 29.097,00 26 22.434,00 24.587,00 25.738,00 29.097,00 29.097,00 27 23.374,00 25.840,00 26.991,00 29.804,00 29.804,00 28 23.374,00 25.840,00 26.991,00 29.804,00 29.804,00 29 24.314,00 27.093,00 28.244,00 30.511,00 30.511,00 30 24.314,00 27.093,00 28.244,00 30.511,00 30.511,00 31 25.254,00 28.346,00 29.497,00 31.218,00 31.218,00 32 25.254,00 28.346,00 29.497,00 31.218,00 31.218,00 33 25.881,00 28.973,00 30.124,00 31.925,00 31.925,00 34 25.881,00 28.973,00 30.124,00 31.925,00 31.925,00 35 26.508,00 29.600,00 30.751,00 32.632,00 32.632,00 36 26.508,00 29.600,00 30.751,00 32.632,00 32.632,00 37 27.135,00 30.227,00 31.378,00 33.339,00 33.339,00
Niveau D
Indice
  Indicie
C101 C102 C103 C104 C200
Augmentations intercalaires
  Tussentijdse verhogingen
1x1 505,00
  2x1 202,00
  11x2 627,00
  3x2 940,00
  3x2 627,00
3x1 546,00
  11x2 627,00
  3x2 1.253,00
  3x2 627,00
3x1 566,00
  11x2 627,00
  3x2 1.253,00
  3x2 627,00
2x1 314,00
  1x1 1.031,00
  4x2 536,00
  1x1 364,00
  1x1 707,00
  12x2 707,00
2x1 314,00
  1x1 1.031,00
  4x2 536,00
  1x1 364,00
  1x1 707,00
  12x2 707,00
00 14.628,00 16.052,00 17.143,00 19.981,00 19.981,00
01 15.133,00 16.598,00 17.709,00 20.295,00 20.295,00
02 15.335,00 17.144,00 18.275,00 20.609,00 20.609,00
03 15.537,00 17.690,00 18.841,00 21.640,00 21.640,00
04 15.537,00 17.690,00 18.841,00 21.640,00 21.640,00
05 16.164,00 18.317,00 19.468,00 22.176,00 22.176,00
06 16.164,00 18.317,00 19.468,00 22.176,00 22.176,00
07 16.791,00 18.944,00 20.095,00 22.712,00 22.712,00
08 16.791,00 18.944,00 20.095,00 22.712,00 22.712,00
09 17.418,00 19.571,00 20.722,00 23.248,00 23.248,00
10 17.418,00 19.571,00 20.722,00 23.248,00 23.248,00
11 18.045,00 20.198,00 21.349,00 23.784,00 23.784,00
12 18.045,00 20.198,00 21.349,00 24.148,00 24.148,00
13 18.672,00 20.825,00 21.976,00 24.855,00 24.855,00
14 18.672,00 20.825,00 21.976,00 24.855,00 24.855,00
15 19.299,00 21.452,00 22.603,00 25.562,00 25.562,00
16 19.299,00 21.452,00 22.603,00 25.562,00 25.562,00
17 19.926,00 22.079,00 23.230,00 26.269,00 26.269,00
18 19.926,00 22.079,00 23.230,00 26.269,00 26.269,00
19 20.553,00 22.706,00 23.857,00 26.976,00 26.976,00
20 20.553,00 22.706,00 23.857,00 26.976,00 26.976,00
21 21.180,00 23.333,00 24.484,00 27.683,00 27.683,00
22 21.180,00 23.333,00 24.484,00 27.683,00 27.683,00
23 21.807,00 23.960,00 25.111,00 28.390,00 28.390,00
24 21.807,00 23.960,00 25.111,00 28.390,00 28.390,00
25 22.434,00 24.587,00 25.738,00 29.097,00 29.097,00
26 22.434,00 24.587,00 25.738,00 29.097,00 29.097,00
27 23.374,00 25.840,00 26.991,00 29.804,00 29.804,00
28 23.374,00 25.840,00 26.991,00 29.804,00 29.804,00
29 24.314,00 27.093,00 28.244,00 30.511,00 30.511,00
30 24.314,00 27.093,00 28.244,00 30.511,00 30.511,00
31 25.254,00 28.346,00 29.497,00 31.218,00 31.218,00
32 25.254,00 28.346,00 29.497,00 31.218,00 31.218,00
33 25.881,00 28.973,00 30.124,00 31.925,00 31.925,00
34 25.881,00 28.973,00 30.124,00 31.925,00 31.925,00
35 26.508,00 29.600,00 30.751,00 32.632,00 32.632,00
36 26.508,00 29.600,00 30.751,00 32.632,00 32.632,00
37 27.135,00 30.227,00 31.378,00 33.339,00 33.339,00
Indice
  Indicie C101 C102 C103 C104 C200 Augmentations intercalaires
  Tussentijdse verhogingen 1x1 505,00
  2x1 202,00
  11x2 627,00
  3x2 940,00
  3x2 627,00 3x1 546,00
  11x2 627,00
  3x2 1.253,00
  3x2 627,00 3x1 566,00
  11x2 627,00
  3x2 1.253,00
  3x2 627,00 2x1 314,00
  1x1 1.031,00
  4x2 536,00
  1x1 364,00
  1x1 707,00
  12x2 707,00 2x1 314,00
  1x1 1.031,00
  4x2 536,00
  1x1 364,00
  1x1 707,00
  12x2 707,00 00 14.628,00 16.052,00 17.143,00 19.981,00 19.981,00 01 15.133,00 16.598,00 17.709,00 20.295,00 20.295,00 02 15.335,00 17.144,00 18.275,00 20.609,00 20.609,00 03 15.537,00 17.690,00 18.841,00 21.640,00 21.640,00 04 15.537,00 17.690,00 18.841,00 21.640,00 21.640,00 05 16.164,00 18.317,00 19.468,00 22.176,00 22.176,00 06 16.164,00 18.317,00 19.468,00 22.176,00 22.176,00 07 16.791,00 18.944,00 20.095,00 22.712,00 22.712,00 08 16.791,00 18.944,00 20.095,00 22.712,00 22.712,00 09 17.418,00 19.571,00 20.722,00 23.248,00 23.248,00 10 17.418,00 19.571,00 20.722,00 23.248,00 23.248,00 11 18.045,00 20.198,00 21.349,00 23.784,00 23.784,00 12 18.045,00 20.198,00 21.349,00 24.148,00 24.148,00 13 18.672,00 20.825,00 21.976,00 24.855,00 24.855,00 14 18.672,00 20.825,00 21.976,00 24.855,00 24.855,00 15 19.299,00 21.452,00 22.603,00 25.562,00 25.562,00 16 19.299,00 21.452,00 22.603,00 25.562,00 25.562,00 17 19.926,00 22.079,00 23.230,00 26.269,00 26.269,00 18 19.926,00 22.079,00 23.230,00 26.269,00 26.269,00 19 20.553,00 22.706,00 23.857,00 26.976,00 26.976,00 20 20.553,00 22.706,00 23.857,00 26.976,00 26.976,00 21 21.180,00 23.333,00 24.484,00 27.683,00 27.683,00 22 21.180,00 23.333,00 24.484,00 27.683,00 27.683,00 23 21.807,00 23.960,00 25.111,00 28.390,00 28.390,00 24 21.807,00 23.960,00 25.111,00 28.390,00 28.390,00 25 22.434,00 24.587,00 25.738,00 29.097,00 29.097,00 26 22.434,00 24.587,00 25.738,00 29.097,00 29.097,00 27 23.374,00 25.840,00 26.991,00 29.804,00 29.804,00 28 23.374,00 25.840,00 26.991,00 29.804,00 29.804,00 29 24.314,00 27.093,00 28.244,00 30.511,00 30.511,00 30 24.314,00 27.093,00 28.244,00 30.511,00 30.511,00 31 25.254,00 28.346,00 29.497,00 31.218,00 31.218,00 32 25.254,00 28.346,00 29.497,00 31.218,00 31.218,00 33 25.881,00 28.973,00 30.124,00 31.925,00 31.925,00 34 25.881,00 28.973,00 30.124,00 31.925,00 31.925,00 35 26.508,00 29.600,00 30.751,00 32.632,00 32.632,00 36 26.508,00 29.600,00 30.751,00 32.632,00 32.632,00 37 27.135,00 30.227,00 31.378,00 33.339,00 33.339,00
Niveau D
Indice
  indicie
D101 D102 D103 D104 D200
Augmentations intercalaires
  Tussentijdse verhogingen
1x1 354,00
  1x2 475,00
  1x1 283,00
  3x2 283,00
  1x1 162,00
  1x1 394,00
  1x1 172,00
  1x1 344,00
  5x2 344,00
  1x1 344,00
  6x2 344,00
1x1 354,00
  1x2 637,00
  1x1 283,00
  1x2 546,00
  1x1 354,00
  15x2 354,00
2x1 223,00
  1x1 1.031,00
  1x1 273,00
  3x2 273,00
  1x2 556,00
  1x1 344,00
  1x1 192,00
  1x1 162,00
  1x1 202,00
  1x1 162,00
  1x1 202,00
  1x1 152,00
  1x1 213,00
  1x1 152,00
  1x1 223,00
  1x1 142,00
  2x1 354,00
  1x1 243,00
  1x1 364,00
  5x2 364,00
1x1 505,00
  18x2 505,00
1x1 505,00
  18x2 505,00
00 14.426,00 14.426,00 15.224,00 16.880,00 16.880,00
01 14.780,00 14.780,00 15.447,00 17.385,00 17.385,00
02 14.780,00 14.780,00 15.670,00 17.385,00 17.385,00
03 15.255,00 15.417,00 16.701,00 17.890,00 17.890,00
04 15.538,00 15.700,00 16.974,00 17.890,00 17.890,00
05 15.538,00 15.700,00 16.974,00 18.395,00 18.395,00
06 15.821,00 16.246,00 17.247,00 18.395,00 18.395,00
07 15.821,00 16.600,00 17.247,00 18.900,00 18.900,00
08 16.104,00 16.600,00 17.520,00 18.900,00 18.900,00
09 16.104,00 16.954,00 17.520,00 19.405,00 19.405,00
10 16.387,00 16.954,00 17.793,00 19.405,00 19.405,00
11 16.549,00 17.308,00 17.793,00 19.910,00 19.910,00
12 16.943,00 17.308,00 18.349,00 19.910,00 19.910,00
13 17.115,00 17.662,00 18.693,00 20.415,00 20.415,00
14 17.459,00 17.662,00 18.885,00 20.415,00 20.415,00
15 17.459,00 18.016,00 19.047,00 20.920,00 20.920,00
16 17.803,00 18.016,00 19.249,00 20.920,00 20.920,00
17 17.803,00 18.370,00 19.411,00 21.425,00 21.425,00
18 18.147,00 18.370,00 19.613,00 21.425,00 21.425,00
19 18.147,00 18.724,00 19.765,00 21.930,00 21.930,00
20 18.491,00 18.724,00 19.978,00 21.930,00 21.930,00
21 18.491,00 19.078,00 20.130,00 22.435,00 22.435,00
22 18.835,00 19.078,00 20.353,00 22.435,00 22.435,00
23 18.835,00 19.432,00 20.495,00 22.940,00 22.940,00
24 19.179,00 19.432,00 20.849,00 22.940,00 22.940,00
25 19.523,00 19.786,00 21.203,00 23.445,00 23.445,00
26 19.523,00 19.786,00 21.446,00 23.445,00 23.445,00
27 19.867,00 20.140,00 21.810,00 23.950,00 23.950,00
28 19.867,00 20.140,00 21.810,00 23.950,00 23.950,00
29 20.211,00 20.494,00 22.174,00 24.455,00 24.455,00
30 20.211,00 20.494,00 22.174,00 24.455,00 24.455,00
31 20.555,00 20.848,00 22.538,00 24.960,00 24.960,00
32 20.555,00 20.848,00 22.538,00 24.960,00 24.960,00
33 20.899,00 21.202,00 22.902,00 25.465,00 25.465,00
34 20.899,00 21.202,00 22.902,00 25.465,00 25.465,00
35 21.243,00 21.556,00 23.266,00 25.970,00 25.970,00
36 21.243,00 21.556,00 23.266,00 25.970,00 25.970,00
37 21.587,00 21.910,00 23.630,00 26.475,00 26.475,00
Indice
  indicie D101 D102 D103 D104 D200 Augmentations intercalaires
  Tussentijdse verhogingen 1x1 354,00
  1x2 475,00
  1x1 283,00
  3x2 283,00
  1x1 162,00
  1x1 394,00
  1x1 172,00
  1x1 344,00
  5x2 344,00
  1x1 344,00
  6x2 344,00 1x1 354,00
  1x2 637,00
  1x1 283,00
  1x2 546,00
  1x1 354,00
  15x2 354,00 2x1 223,00
  1x1 1.031,00
  1x1 273,00
  3x2 273,00
  1x2 556,00
  1x1 344,00
  1x1 192,00
  1x1 162,00
  1x1 202,00
  1x1 162,00
  1x1 202,00
  1x1 152,00
  1x1 213,00
  1x1 152,00
  1x1 223,00
  1x1 142,00
  2x1 354,00
  1x1 243,00
  1x1 364,00
  5x2 364,00 1x1 505,00
  18x2 505,00 1x1 505,00
  18x2 505,00 00 14.426,00 14.426,00 15.224,00 16.880,00 16.880,00 01 14.780,00 14.780,00 15.447,00 17.385,00 17.385,00 02 14.780,00 14.780,00 15.670,00 17.385,00 17.385,00 03 15.255,00 15.417,00 16.701,00 17.890,00 17.890,00 04 15.538,00 15.700,00 16.974,00 17.890,00 17.890,00 05 15.538,00 15.700,00 16.974,00 18.395,00 18.395,00 06 15.821,00 16.246,00 17.247,00 18.395,00 18.395,00 07 15.821,00 16.600,00 17.247,00 18.900,00 18.900,00 08 16.104,00 16.600,00 17.520,00 18.900,00 18.900,00 09 16.104,00 16.954,00 17.520,00 19.405,00 19.405,00 10 16.387,00 16.954,00 17.793,00 19.405,00 19.405,00 11 16.549,00 17.308,00 17.793,00 19.910,00 19.910,00 12 16.943,00 17.308,00 18.349,00 19.910,00 19.910,00 13 17.115,00 17.662,00 18.693,00 20.415,00 20.415,00 14 17.459,00 17.662,00 18.885,00 20.415,00 20.415,00 15 17.459,00 18.016,00 19.047,00 20.920,00 20.920,00 16 17.803,00 18.016,00 19.249,00 20.920,00 20.920,00 17 17.803,00 18.370,00 19.411,00 21.425,00 21.425,00 18 18.147,00 18.370,00 19.613,00 21.425,00 21.425,00 19 18.147,00 18.724,00 19.765,00 21.930,00 21.930,00 20 18.491,00 18.724,00 19.978,00 21.930,00 21.930,00 21 18.491,00 19.078,00 20.130,00 22.435,00 22.435,00 22 18.835,00 19.078,00 20.353,00 22.435,00 22.435,00 23 18.835,00 19.432,00 20.495,00 22.940,00 22.940,00 24 19.179,00 19.432,00 20.849,00 22.940,00 22.940,00 25 19.523,00 19.786,00 21.203,00 23.445,00 23.445,00 26 19.523,00 19.786,00 21.446,00 23.445,00 23.445,00 27 19.867,00 20.140,00 21.810,00 23.950,00 23.950,00 28 19.867,00 20.140,00 21.810,00 23.950,00 23.950,00 29 20.211,00 20.494,00 22.174,00 24.455,00 24.455,00 30 20.211,00 20.494,00 22.174,00 24.455,00 24.455,00 31 20.555,00 20.848,00 22.538,00 24.960,00 24.960,00 32 20.555,00 20.848,00 22.538,00 24.960,00 24.960,00 33 20.899,00 21.202,00 22.902,00 25.465,00 25.465,00 34 20.899,00 21.202,00 22.902,00 25.465,00 25.465,00 35 21.243,00 21.556,00 23.266,00 25.970,00 25.970,00 36 21.243,00 21.556,00 23.266,00 25.970,00 25.970,00 37 21.587,00 21.910,00 23.630,00 26.475,00 26.475,00
Gezien om te worden gevoegd bij het besluit van het Verenigd College van de Gemeenschappelijke Gemeenschapscommissie van 24 oktober 2025 tot wijziging van het besluit van het Verenigd College van de Gemeenschappelijke Gemeenschapscommissie van 21 maart 2018 houdende het administratief statuut en de bezoldigingsregeling van de ambtenaren en stagiairs van de bicommunautaire Dienst voor gezondheid, bijstand aan personen en gezinsbijslag van de Gemeenschappelijke Gemeenschapscommissie van Brussel-Hoofdstad.
  Voor het Verenigd College:
  De Leden van het Verenigd College, bevoegd voor het Openbaar Ambt,
  B. CLERFAYT
  D. DE SMEDT
Indice
  indicie
D101 D102 D103 D104 D200
Augmentations intercalaires
  Tussentijdse verhogingen
1x1 354,00
  1x2 475,00
  1x1 283,00
  3x2 283,00
  1x1 162,00
  1x1 394,00
  1x1 172,00
  1x1 344,00
  5x2 344,00
  1x1 344,00
  6x2 344,00
1x1 354,00
  1x2 637,00
  1x1 283,00
  1x2 546,00
  1x1 354,00
  15x2 354,00
2x1 223,00
  1x1 1.031,00
  1x1 273,00
  3x2 273,00
  1x2 556,00
  1x1 344,00
  1x1 192,00
  1x1 162,00
  1x1 202,00
  1x1 162,00
  1x1 202,00
  1x1 152,00
  1x1 213,00
  1x1 152,00
  1x1 223,00
  1x1 142,00
  2x1 354,00
  1x1 243,00
  1x1 364,00
  5x2 364,00
1x1 505,00
  18x2 505,00
1x1 505,00
  18x2 505,00
00 14.426,00 14.426,00 15.224,00 16.880,00 16.880,00
01 14.780,00 14.780,00 15.447,00 17.385,00 17.385,00
02 14.780,00 14.780,00 15.670,00 17.385,00 17.385,00
03 15.255,00 15.417,00 16.701,00 17.890,00 17.890,00
04 15.538,00 15.700,00 16.974,00 17.890,00 17.890,00
05 15.538,00 15.700,00 16.974,00 18.395,00 18.395,00
06 15.821,00 16.246,00 17.247,00 18.395,00 18.395,00
07 15.821,00 16.600,00 17.247,00 18.900,00 18.900,00
08 16.104,00 16.600,00 17.520,00 18.900,00 18.900,00
09 16.104,00 16.954,00 17.520,00 19.405,00 19.405,00
10 16.387,00 16.954,00 17.793,00 19.405,00 19.405,00
11 16.549,00 17.308,00 17.793,00 19.910,00 19.910,00
12 16.943,00 17.308,00 18.349,00 19.910,00 19.910,00
13 17.115,00 17.662,00 18.693,00 20.415,00 20.415,00
14 17.459,00 17.662,00 18.885,00 20.415,00 20.415,00
15 17.459,00 18.016,00 19.047,00 20.920,00 20.920,00
16 17.803,00 18.016,00 19.249,00 20.920,00 20.920,00
17 17.803,00 18.370,00 19.411,00 21.425,00 21.425,00
18 18.147,00 18.370,00 19.613,00 21.425,00 21.425,00
19 18.147,00 18.724,00 19.765,00 21.930,00 21.930,00
20 18.491,00 18.724,00 19.978,00 21.930,00 21.930,00
21 18.491,00 19.078,00 20.130,00 22.435,00 22.435,00
22 18.835,00 19.078,00 20.353,00 22.435,00 22.435,00
23 18.835,00 19.432,00 20.495,00 22.940,00 22.940,00
24 19.179,00 19.432,00 20.849,00 22.940,00 22.940,00
25 19.523,00 19.786,00 21.203,00 23.445,00 23.445,00
26 19.523,00 19.786,00 21.446,00 23.445,00 23.445,00
27 19.867,00 20.140,00 21.810,00 23.950,00 23.950,00
28 19.867,00 20.140,00 21.810,00 23.950,00 23.950,00
29 20.211,00 20.494,00 22.174,00 24.455,00 24.455,00
30 20.211,00 20.494,00 22.174,00 24.455,00 24.455,00
31 20.555,00 20.848,00 22.538,00 24.960,00 24.960,00
32 20.555,00 20.848,00 22.538,00 24.960,00 24.960,00
33 20.899,00 21.202,00 22.902,00 25.465,00 25.465,00
34 20.899,00 21.202,00 22.902,00 25.465,00 25.465,00
35 21.243,00 21.556,00 23.266,00 25.970,00 25.970,00
36 21.243,00 21.556,00 23.266,00 25.970,00 25.970,00
37 21.587,00 21.910,00 23.630,00 26.475,00 26.475,00
Indice
  indicie D101 D102 D103 D104 D200 Augmentations intercalaires
  Tussentijdse verhogingen 1x1 354,00
  1x2 475,00
  1x1 283,00
  3x2 283,00
  1x1 162,00
  1x1 394,00
  1x1 172,00
  1x1 344,00
  5x2 344,00
  1x1 344,00
  6x2 344,00 1x1 354,00
  1x2 637,00
  1x1 283,00
  1x2 546,00
  1x1 354,00
  15x2 354,00 2x1 223,00
  1x1 1.031,00
  1x1 273,00
  3x2 273,00
  1x2 556,00
  1x1 344,00
  1x1 192,00
  1x1 162,00
  1x1 202,00
  1x1 162,00
  1x1 202,00
  1x1 152,00
  1x1 213,00
  1x1 152,00
  1x1 223,00
  1x1 142,00
  2x1 354,00
  1x1 243,00
  1x1 364,00
  5x2 364,00 1x1 505,00
  18x2 505,00 1x1 505,00
  18x2 505,00 00 14.426,00 14.426,00 15.224,00 16.880,00 16.880,00 01 14.780,00 14.780,00 15.447,00 17.385,00 17.385,00 02 14.780,00 14.780,00 15.670,00 17.385,00 17.385,00 03 15.255,00 15.417,00 16.701,00 17.890,00 17.890,00 04 15.538,00 15.700,00 16.974,00 17.890,00 17.890,00 05 15.538,00 15.700,00 16.974,00 18.395,00 18.395,00 06 15.821,00 16.246,00 17.247,00 18.395,00 18.395,00 07 15.821,00 16.600,00 17.247,00 18.900,00 18.900,00 08 16.104,00 16.600,00 17.520,00 18.900,00 18.900,00 09 16.104,00 16.954,00 17.520,00 19.405,00 19.405,00 10 16.387,00 16.954,00 17.793,00 19.405,00 19.405,00 11 16.549,00 17.308,00 17.793,00 19.910,00 19.910,00 12 16.943,00 17.308,00 18.349,00 19.910,00 19.910,00 13 17.115,00 17.662,00 18.693,00 20.415,00 20.415,00 14 17.459,00 17.662,00 18.885,00 20.415,00 20.415,00 15 17.459,00 18.016,00 19.047,00 20.920,00 20.920,00 16 17.803,00 18.016,00 19.249,00 20.920,00 20.920,00 17 17.803,00 18.370,00 19.411,00 21.425,00 21.425,00 18 18.147,00 18.370,00 19.613,00 21.425,00 21.425,00 19 18.147,00 18.724,00 19.765,00 21.930,00 21.930,00 20 18.491,00 18.724,00 19.978,00 21.930,00 21.930,00 21 18.491,00 19.078,00 20.130,00 22.435,00 22.435,00 22 18.835,00 19.078,00 20.353,00 22.435,00 22.435,00 23 18.835,00 19.432,00 20.495,00 22.940,00 22.940,00 24 19.179,00 19.432,00 20.849,00 22.940,00 22.940,00 25 19.523,00 19.786,00 21.203,00 23.445,00 23.445,00 26 19.523,00 19.786,00 21.446,00 23.445,00 23.445,00 27 19.867,00 20.140,00 21.810,00 23.950,00 23.950,00 28 19.867,00 20.140,00 21.810,00 23.950,00 23.950,00 29 20.211,00 20.494,00 22.174,00 24.455,00 24.455,00 30 20.211,00 20.494,00 22.174,00 24.455,00 24.455,00 31 20.555,00 20.848,00 22.538,00 24.960,00 24.960,00 32 20.555,00 20.848,00 22.538,00 24.960,00 24.960,00 33 20.899,00 21.202,00 22.902,00 25.465,00 25.465,00 34 20.899,00 21.202,00 22.902,00 25.465,00 25.465,00 35 21.243,00 21.556,00 23.266,00 25.970,00 25.970,00 36 21.243,00 21.556,00 23.266,00 25.970,00 25.970,00 37 21.587,00 21.910,00 23.630,00 26.475,00 26.475,00
Vu pour être annexé à l'arrêté du Collège réuni de la Commission communautaire commune du 24 octobre 2025 modifiant l'arrêté du Collège réuni de la Commission communautaire commune du 21 mars 2018 portant le statut administratif et pécuniaire des fonctionnaires et stagiaires de l'Office bicommunautaire de la santé, de l'aide aux personnes et des prestations familiales de la Commission communautaire commune de Bruxelles-Capitale.
  Pour le Collège réuni :
  Les Membres du Collège réuni, compétents pour la Fonction publique,
  B. CLERFAYT
  D. DE SMEDT