Artikel 1. Voor de toepassing van dit besluit wordt verstaan onder:
1° gemeente : gemeente/stad die beschikt over een financiering voor de gemeenschapswachten via een strategisch veiligheids- en preventieplan;
2° minister: de minister bevoegd voor Binnenlandse Zaken;
3° RVA: de Rijksdienst voor Arbeidsvoorziening;
4° strategisch veiligheids- en preventieplan: overeenkomst afgesloten tussen de Minister van Binnenlandse Zaken en een gemeente, waarin de doelstellingen bepaald worden die de gemeente moet behalen op het einde van de geldigheidsperiode van de overeenkomst. Deze overeenkomst omvat eveneens de verschillende doelstellingen die worden nagestreefd met de inzet van de gemeenschapswachten, die worden gefinancierd via de aanvullende financiële toelagen "bijkomende contingenten gemeenschapswachten 346" en/of "dispositief gemeenschapswachten 90";
5° gemeenschapswachten: gemeentelijke ambtenaren die de activiteiten zoals bedoeld in artikel 3 van de wet van 15 mei 2007 tot instelling van de functie van gemeenschapswacht, tot instelling van de dienst gemeenschapswachten en tot wijziging van artikel 119bis van de nieuwe gemeentewet uitoefenen en voldoen aan de voorwaarden zoals bepaald in artikel 8, 1° tot 8° van dezelfde wet;
6° werkdagen: alle dagen met uitzondering van zaterdagen, zondagen en wettelijke feestdagen;
7° AD VP: de Algemene directie Veiligheid en Preventie van de Federale Overheidsdienst Binnenlandse Zaken.
Nederlands (NL)
Français (FR)
Titre
17 DECEMBER 2023. - Koninklijk besluit tot bepaling van de modaliteiten betreffende de bijkomende financiering van de gemeenschapswachten van de strategische veiligheids- en preventieplannen voor het jaar 2023
Titre
17 DECEMBRE 2023. - Arrêté royal déterminant les modalités du financement complémentaire des gardiens de la paix des plans stratégiques de sécurité et de prévention pour l'année 2023
Informations sur le document
Numac: 2023048619
Datum: 2023-12-17
Info du document
Numac: 2023048619
Date: 2023-12-17
Table des matières
Tekst (23)
Texte (23)
HOOFDSTUK 1. - Definities
CHAPITRE 1er. - Définitions
Article 1er. Pour l'application du présent arrêté, l'on entend par :
1° commune : commune/ville disposant d'un financement pour les gardiens de la paix via un plan stratégique de sécurité et de prévention ;
2° ministre : le ministre qui a l'Intérieur dans ses attributions ;
3° ONEM : l'Office National de l'Emploi ;
4° plan stratégique de sécurité et de prévention : convention conclue entre le Ministre de l'Intérieur et une commune, et qui détermine les objectifs que la commune doit atteindre au terme de la période de validité que couvre la convention. Cette convention englobe également les différents objectifs poursuivis par les gardiens de la paix dont le financement est assuré via les volets financiers complémentaires " contingent complémentaire gardiens de la paix 346 " et/ou " dispositif gardiens de la paix 90 " ;
5° gardiens de la paix : fonctionnaires communaux qui exercent les activités visés à l'article 3 de la loi du 15 mai 2007 relative à la création de la fonction de gardien de la paix, à la création du service des gardiens de la paix et à la modification de l'article 119bis de la nouvelle loi communale et remplissent les conditions visées à l'article 8, 1° à 8°, de la même loi ;
6° jours ouvrables : tous les jours autres que le samedi, le dimanche et les jours fériés légaux ;
7° DG SP : la Direction générale Sécurité et Prévention du Service public fédéral Intérieur.
1° commune : commune/ville disposant d'un financement pour les gardiens de la paix via un plan stratégique de sécurité et de prévention ;
2° ministre : le ministre qui a l'Intérieur dans ses attributions ;
3° ONEM : l'Office National de l'Emploi ;
4° plan stratégique de sécurité et de prévention : convention conclue entre le Ministre de l'Intérieur et une commune, et qui détermine les objectifs que la commune doit atteindre au terme de la période de validité que couvre la convention. Cette convention englobe également les différents objectifs poursuivis par les gardiens de la paix dont le financement est assuré via les volets financiers complémentaires " contingent complémentaire gardiens de la paix 346 " et/ou " dispositif gardiens de la paix 90 " ;
5° gardiens de la paix : fonctionnaires communaux qui exercent les activités visés à l'article 3 de la loi du 15 mai 2007 relative à la création de la fonction de gardien de la paix, à la création du service des gardiens de la paix et à la modification de l'article 119bis de la nouvelle loi communale et remplissent les conditions visées à l'article 8, 1° à 8°, de la même loi ;
6° jours ouvrables : tous les jours autres que le samedi, le dimanche et les jours fériés légaux ;
7° DG SP : la Direction générale Sécurité et Prévention du Service public fédéral Intérieur.
HOOFDSTUK 2. - Modaliteiten voor de financiering
CHAPITRE 2. - Modalités de financement
Afdeling 1. - Modaliteiten voor de toekenning
Section 1re. - Modalités d'octroi
Art.2. Binnen de limieten van de beschikbare kredieten, kent de minister in 2023 een aanvullende financiële toelage toe aan de gemeenten met een strategisch veiligheids- en preventieplan.
De financiële toelage wordt toegekend als aanvullende tussenkomst in de loonkosten die voortvloeien uit de tewerkstelling van de gemeenschapswachten in het kader van de strategische veiligheids- en preventieplannen.
De aanvullende tussenkomst treedt in de plaats van de tussenkomst ten laste van de RVA en de Rijksdienst voor Sociale Zekerheid (RSZ) wat betreft de tewerkstelling van gemeenschapswachten die voordien een ACTIVA PVP-statuut genoten.
De financiële toelage wordt toegekend als aanvullende tussenkomst in de loonkosten die voortvloeien uit de tewerkstelling van de gemeenschapswachten in het kader van de strategische veiligheids- en preventieplannen.
De aanvullende tussenkomst treedt in de plaats van de tussenkomst ten laste van de RVA en de Rijksdienst voor Sociale Zekerheid (RSZ) wat betreft de tewerkstelling van gemeenschapswachten die voordien een ACTIVA PVP-statuut genoten.
Art.2. Dans les limites des crédits disponibles, le ministre octroie en 2023 une intervention financière complémentaire aux communes bénéficiant d'un plan stratégique de sécurité et de prévention.
L'intervention financière est octroyée au titre d'intervention complémentaire dans les frais découlant de la mise à l'emploi des gardiens de la paix dans le cadre des plans stratégiques de sécurité et de prévention.
L'intervention complémentaire remplace l'intervention à charge de l'ONEM et de l'Office national de Sécurité sociale (ONSS) pour la mise à l'emploi de gardiens de la paix bénéficiant auparavant du statut ACTIVA-APS.
L'intervention financière est octroyée au titre d'intervention complémentaire dans les frais découlant de la mise à l'emploi des gardiens de la paix dans le cadre des plans stratégiques de sécurité et de prévention.
L'intervention complémentaire remplace l'intervention à charge de l'ONEM et de l'Office national de Sécurité sociale (ONSS) pour la mise à l'emploi de gardiens de la paix bénéficiant auparavant du statut ACTIVA-APS.
Art.3. Het aantal gemeenschapswachten per gemeente, waarvoor de financiële tussenkomst toegekend kan worden, is gebaseerd op de situatie vastgesteld door de RVA op de datum van 31 december 2017.
Om de door de RVA vastgestelde situatie aan te vullen en de maximale definitieve quota van gemeenschapswachten die een financiële tussenkomst van de Staat kunnen krijgen, te bepalen, wordt er evenwel rekening gehouden met aanwervingen op basis van eerder geopende procedures en die aan de volgende criteria voldoen :
1°. Aanwervingen vóór 1 januari 2018;
2°. Aanwervingen van gemeenschapswachten onder het ACTIVA PVP-statuut.
Het maximum aantal gemeenschapswachten waarvoor een financiële tussenkomst kan worden toegekend, kan niet hoger zijn dan het contingent bepaald in de overeenkomst, zoals gedefinieerd in artikel 1, 2°, voor de periode 2014-2017.
Om de door de RVA vastgestelde situatie aan te vullen en de maximale definitieve quota van gemeenschapswachten die een financiële tussenkomst van de Staat kunnen krijgen, te bepalen, wordt er evenwel rekening gehouden met aanwervingen op basis van eerder geopende procedures en die aan de volgende criteria voldoen :
1°. Aanwervingen vóór 1 januari 2018;
2°. Aanwervingen van gemeenschapswachten onder het ACTIVA PVP-statuut.
Het maximum aantal gemeenschapswachten waarvoor een financiële tussenkomst kan worden toegekend, kan niet hoger zijn dan het contingent bepaald in de overeenkomst, zoals gedefinieerd in artikel 1, 2°, voor de periode 2014-2017.
Art.3. Le nombre de gardiens de la paix par commune pour lesquels l'intervention financière peut être octroyée est basé sur la situation arrêtée par l'ONEM à la date du 31 décembre 2017.
Afin de compléter la situation arrêtée par l'ONEM et de fixer le quota définitif maximum de gardiens de la paix pouvant justifier d'une intervention financière de l'Etat, il est toutefois tenu compte des recrutements effectués sur la base des procédures ouvertes antérieurement et répondant aux critères suivants :
1°. Recrutements antérieurs au 1er janvier 2018 ;
2°. Recrutements de gardiens de la paix sous l'ancien statut ACTIVA-APS.
Le nombre maximum de gardiens de la paix pour lesquels une intervention financière peut être octroyée ne peut être supérieur au contingent déterminé dans la convention, tel que défini à l'article 1er, 2°, pour la période 2014-2017.
Afin de compléter la situation arrêtée par l'ONEM et de fixer le quota définitif maximum de gardiens de la paix pouvant justifier d'une intervention financière de l'Etat, il est toutefois tenu compte des recrutements effectués sur la base des procédures ouvertes antérieurement et répondant aux critères suivants :
1°. Recrutements antérieurs au 1er janvier 2018 ;
2°. Recrutements de gardiens de la paix sous l'ancien statut ACTIVA-APS.
Le nombre maximum de gardiens de la paix pour lesquels une intervention financière peut être octroyée ne peut être supérieur au contingent déterminé dans la convention, tel que défini à l'article 1er, 2°, pour la période 2014-2017.
Art.4. De lijst van gemeenten, opgenomen in de artikelen 2 en 3 evenals het aantal gemeenschapswachten per gemeente, waarvoor een financiële tussenkomst toegekend kan worden in toepassing van de toekenningscriteria van artikel 3 van dit besluit worden weergegeven in bijlage 1.
Art.4. La liste des communes visées aux articles 2 et 3 ainsi que le nombre de gardiens de la paix par commune pour lesquels une intervention financière peut être octroyée en application des critères d'octroi fixés par l'article 3 du présent arrêté figurent à l'annexe 1.
Art.5. De aanvullende financiële toelage wordt aangerekend op het begrotingsartikel 56 81 432201 van de sectie 13 van de algemene uitgavenbegroting.
Art.5. L'intervention financière complémentaire est imputée sur l'article budgétaire 56 81 432201 de la section 13 du budget général des dépenses.
Afdeling 2. - Financiële modaliteiten
Section 2. - Modalités financières
Art.6. Onder voorbehoud van de beschikbare kredieten wordt de toelage in 2023 gewaarborgd.
Voor elke gemeenschapswacht wiens personeelskosten werden gedragen door het strategisch veiligheids- en preventieplan en binnen de grenzen van bijlage 1, ontvangt de gemeente een bijkomende jaarlijkse maximale toelage van 17.200 € per voltijds equivalent voor de tewerkstellingskosten.
Het bedrag bedoeld in het voorgaande lid wordt toegekend:
1° onafhankelijk van het niveau van aanwerving van het personeelslid;
2° pro rata de gepresteerde arbeidsregeling;
3° voor de periode gedurende welke de gemeente de daadwerkelijke prestatie van de gemeenschapswacht kan rechtvaardigen;
4° op voorwaarde dat de prestatie uitgevoerd werd in het kader van de doelstellingen van het strategisch veiligheids- en preventieplan van de gemeente;
5° als aanvulling op de financiële tussenkomst toegekend in het strategisch veiligheids- en preventieplan;
6° en op voorwaarde dat het personeelslid voldoet aan de voorwaarden, zoals bepaald in artikel 8, 1° tot 8° van de wet van 15 mei 2007 tot instelling van de functie van gemeenschapswacht, tot instelling van de dienst gemeenschapswachten en tot wijziging van artikel 119bis van de nieuwe gemeentewet.
Voor elke gemeenschapswacht wiens personeelskosten werden gedragen door het strategisch veiligheids- en preventieplan en binnen de grenzen van bijlage 1, ontvangt de gemeente een bijkomende jaarlijkse maximale toelage van 17.200 € per voltijds equivalent voor de tewerkstellingskosten.
Het bedrag bedoeld in het voorgaande lid wordt toegekend:
1° onafhankelijk van het niveau van aanwerving van het personeelslid;
2° pro rata de gepresteerde arbeidsregeling;
3° voor de periode gedurende welke de gemeente de daadwerkelijke prestatie van de gemeenschapswacht kan rechtvaardigen;
4° op voorwaarde dat de prestatie uitgevoerd werd in het kader van de doelstellingen van het strategisch veiligheids- en preventieplan van de gemeente;
5° als aanvulling op de financiële tussenkomst toegekend in het strategisch veiligheids- en preventieplan;
6° en op voorwaarde dat het personeelslid voldoet aan de voorwaarden, zoals bepaald in artikel 8, 1° tot 8° van de wet van 15 mei 2007 tot instelling van de functie van gemeenschapswacht, tot instelling van de dienst gemeenschapswachten en tot wijziging van artikel 119bis van de nieuwe gemeentewet.
Art.6. Sous réserve des crédits disponibles, l'allocation financière est garantie en 2023.
Pour chaque gardien de la paix dont les frais de personnel ont été à charge du plan stratégique de sécurité et de prévention et ce dans les limites fixées par l'annexe 1, la commune reçoit une allocation annuelle maximale complémentaire de 17.200 € par équivalent temps plein.
Le montant visé à l'alinéa précédent est octroyé :
1° indépendamment du niveau d'engagement de l'agent ;
2° au prorata du régime de travail presté ;
3° pour la période pendant laquelle la commune peut justifier de la prestation effective du gardien de la paix ;
4° à condition que la prestation ait été assurée dans le cadre des objectifs du plan stratégique de sécurité et de prévention de la commune ;
5° complémentairement à l'intervention financière accordée dans le plan stratégique de sécurité et de prévention ;
6° et à condition que l'agent satisfasse aux conditions, telles que déterminées à l'article 8, 1° à 8°, de la loi du 15 mai 2007 relative à la création de la fonction de gardien de la paix, à la création du service des gardiens de la paix et à la modification de l'article 119bis de la nouvelle loi communale.
Pour chaque gardien de la paix dont les frais de personnel ont été à charge du plan stratégique de sécurité et de prévention et ce dans les limites fixées par l'annexe 1, la commune reçoit une allocation annuelle maximale complémentaire de 17.200 € par équivalent temps plein.
Le montant visé à l'alinéa précédent est octroyé :
1° indépendamment du niveau d'engagement de l'agent ;
2° au prorata du régime de travail presté ;
3° pour la période pendant laquelle la commune peut justifier de la prestation effective du gardien de la paix ;
4° à condition que la prestation ait été assurée dans le cadre des objectifs du plan stratégique de sécurité et de prévention de la commune ;
5° complémentairement à l'intervention financière accordée dans le plan stratégique de sécurité et de prévention ;
6° et à condition que l'agent satisfasse aux conditions, telles que déterminées à l'article 8, 1° à 8°, de la loi du 15 mai 2007 relative à la création de la fonction de gardien de la paix, à la création du service des gardiens de la paix et à la modification de l'article 119bis de la nouvelle loi communale.
Art.7. § 1. De aanvullende financiële toelage dekt de reële lasten waarmee de gemeente geconfronteerd wordt in het kader van de tewerkstelling van het gemeenschapswacht.
De reële lasten omvatten het geheel van de tewerkstellingskosten (salaris, werkgeversbijdragen en andere), verminderd met de bijzondere premies, bijzondere toelagen of bijzondere vrijstellingen die verbonden zijn aan de statuten waaronder dat personeel aangeworven wordt en waarvan de gemeente heeft kunnen genieten.
§ 2. De tussenkomst in de personeelskosten betreft:
1°. De verloning;
2°. De werkgeversbijdragen;
3°. Het vakantiegeld;
4°. De eindejaarspremie;
5°. De tweetaligheidspremie;
6°. De vergoeding voor onregelmatige prestaties;
7°. De overuren;
8°. De haardtoelage ;
9°. De standplaatstoelage;
10°. De sociale bijdragen;
11°. De wettelijke verzekering burgerrechtelijke aansprakelijkheid verbonden aan de inschakeling van de aangeworven personeelsleden;
12°. De ontslagvergoedingen indien de vooropzeg wordt gepresteerd;
13°. De reiskosten voor het woon-werkverkeer met het openbaar vervoer - trein, tram, bus, metro - en dat ten belope van het bedrag dat overeenstemt met de wettelijke tussenkomst van de werkgever.
De volgende uitgaven kunnen niet aanvaard worden:
1°. De ontslagvergoedingen indien de vooropzeg niet gepresteerd wordt;
2°. De sociale secretariaatskosten;
3°. De kledijkosten of -vergoeding, materiaalkosten of andere samenhangende kosten zoals bijzondere vergoedingen.
De reële lasten omvatten het geheel van de tewerkstellingskosten (salaris, werkgeversbijdragen en andere), verminderd met de bijzondere premies, bijzondere toelagen of bijzondere vrijstellingen die verbonden zijn aan de statuten waaronder dat personeel aangeworven wordt en waarvan de gemeente heeft kunnen genieten.
§ 2. De tussenkomst in de personeelskosten betreft:
1°. De verloning;
2°. De werkgeversbijdragen;
3°. Het vakantiegeld;
4°. De eindejaarspremie;
5°. De tweetaligheidspremie;
6°. De vergoeding voor onregelmatige prestaties;
7°. De overuren;
8°. De haardtoelage ;
9°. De standplaatstoelage;
10°. De sociale bijdragen;
11°. De wettelijke verzekering burgerrechtelijke aansprakelijkheid verbonden aan de inschakeling van de aangeworven personeelsleden;
12°. De ontslagvergoedingen indien de vooropzeg wordt gepresteerd;
13°. De reiskosten voor het woon-werkverkeer met het openbaar vervoer - trein, tram, bus, metro - en dat ten belope van het bedrag dat overeenstemt met de wettelijke tussenkomst van de werkgever.
De volgende uitgaven kunnen niet aanvaard worden:
1°. De ontslagvergoedingen indien de vooropzeg niet gepresteerd wordt;
2°. De sociale secretariaatskosten;
3°. De kledijkosten of -vergoeding, materiaalkosten of andere samenhangende kosten zoals bijzondere vergoedingen.
Art.7. § 1er. L'intervention financière complémentaire couvre les charges réelles auxquelles la commune est confrontée dans le cadre de la mise à l'emploi du gardien de la paix.
Les charges réelles comprennent l'ensemble des frais de mise à l'emploi (salaire, charges patronales et autres), déduction faite des primes, allocations ou exonérations spéciales liées aux statuts sous lesquels le personnel est recruté et dont la commune a pu bénéficier.
§ 2. L'intervention dans les frais de personnel concerne :
1°. La rémunération ;
2°. Les charges patronales ;
3°. Le pécule de vacances ;
4°. La prime de fin d'année ;
5°. La prime de bilinguisme ;
6°. L'indemnité pour prestations irrégulières ;
7°. Les heures supplémentaires ;
8°. L'allocation de foyer ;
9°. L'allocation de résidence ;
10°. Les cotisations sociales ;
11°. L'assurance légale responsabilité civile liée à la mise en activité des agents recrutés ;
12°. Les indemnités de licenciement lorsque le préavis est presté ;
13°. Les frais de déplacement pour le trajet domicile - lieu de travail en transports en commun - train, tram, bus, métro - ce, à concurrence d'un montant équivalent à l'intervention légale de l'employeur.
Les dépenses suivantes ne peuvent être acceptées :
1°. Les indemnités de licenciement lorsque le préavis n'est pas presté ;
2°. Les frais de secrétariat social ;
3°. Les frais ou indemnité d'habillement, frais de matériel et autres frais connexes tels que les dédommagements spécifiques.
Les charges réelles comprennent l'ensemble des frais de mise à l'emploi (salaire, charges patronales et autres), déduction faite des primes, allocations ou exonérations spéciales liées aux statuts sous lesquels le personnel est recruté et dont la commune a pu bénéficier.
§ 2. L'intervention dans les frais de personnel concerne :
1°. La rémunération ;
2°. Les charges patronales ;
3°. Le pécule de vacances ;
4°. La prime de fin d'année ;
5°. La prime de bilinguisme ;
6°. L'indemnité pour prestations irrégulières ;
7°. Les heures supplémentaires ;
8°. L'allocation de foyer ;
9°. L'allocation de résidence ;
10°. Les cotisations sociales ;
11°. L'assurance légale responsabilité civile liée à la mise en activité des agents recrutés ;
12°. Les indemnités de licenciement lorsque le préavis est presté ;
13°. Les frais de déplacement pour le trajet domicile - lieu de travail en transports en commun - train, tram, bus, métro - ce, à concurrence d'un montant équivalent à l'intervention légale de l'employeur.
Les dépenses suivantes ne peuvent être acceptées :
1°. Les indemnités de licenciement lorsque le préavis n'est pas presté ;
2°. Les frais de secrétariat social ;
3°. Les frais ou indemnité d'habillement, frais de matériel et autres frais connexes tels que les dédommagements spécifiques.
Art.8. Alleen de tussen 1 januari en 31 december 2023 vastgelegde uitgaven en die betrekking hebben op prestaties die hebben plaatsgevonden gedurende dezelfde periode, worden in overweging genomen bij de jaarlijkse afrekening.
Het bedrag van de toegekende toelage ligt vast, en kan niet verhoogd worden met de beschikbare saldi die vastgesteld worden naar aanleiding van de voorgaande jaarlijkse subsidies die door de Federale Overheidsdienst Binnenlandse Zaken opgesteld worden.
Het bedrag van de toegekende toelage ligt vast, en kan niet verhoogd worden met de beschikbare saldi die vastgesteld worden naar aanleiding van de voorgaande jaarlijkse subsidies die door de Federale Overheidsdienst Binnenlandse Zaken opgesteld worden.
Art.8. Seules les dépenses engagées entre le 1er janvier et le 31 décembre 2023 et relatives aux prestations ayant eu lieu durant cette même période sont prises en considération dans le décompte annuel.
Le montant de l'allocation octroyée est fixe, et ne peut être majoré des soldes disponibles établis à l'occasion des subsides annuels antérieurs réalisés par le Service public fédéral Intérieur.
Le montant de l'allocation octroyée est fixe, et ne peut être majoré des soldes disponibles établis à l'occasion des subsides annuels antérieurs réalisés par le Service public fédéral Intérieur.
Afdeling 3. - Betalingsmodaliteiten
Section 3. - Modalités de paiement
Art.9. § 1. Onder voorbehoud van de beschikbare kredieten gebeurt de vereffening van de verschuldigde toelage volgens een voorschot/saldosysteem.
§ 2. Een voorschot van 80% wordt betaald in het vierde kwartaal van het jaar.
§ 2. Een voorschot van 80% wordt betaald in het vierde kwartaal van het jaar.
Art.9. § 1er. Sous réserve des crédits disponibles, la liquidation de l'allocation due est réalisée selon un système d'avance/de solde.
§ 2. Une avance de 80% est versée au cours du quatrième trimestre de l'année.
§ 2. Une avance de 80% est versée au cours du quatrième trimestre de l'année.
Art.10. Het saldo van de toelage zal gestort worden na controle van de door de gemeente ingediende uitgaven en de afsluiting van de definitieve afrekening.
Art.10. Le solde de l'allocation est versé après contrôle des dépenses introduites par la commune et clôture du décompte définitif.
Afdeling 4. - Controlewerkwijze
Section 4. - Modalités de contrôle
Art.11. § 1. De gemeenten rechtvaardigen hun uitgaven door een financieel dossier voor te leggen.
Het financieel dossier is samengesteld uit twee delen:
1° De financiële schuldvordering die ter beschikking gesteld wordt via het online ICT-platform van de AD VP;
2° De bewijsdocumenten betreffende de personeelsuitgaven, uitsluitend doorgegeven via het online ICT-platform van de AD VP.
De lijst van bewijsdocumenten die ingediend moeten worden, staat in bijlage 2.
Moeten ook bij het financieel dossier gevoegd worden:
1° een uittreksel uit het register van de beraadslagingen van de Gemeenteraad of van het College van Burgemeester en Schepenen/Gemeentecollege:
a) tot goedkeuring van de uitgaven gerechtvaardigd in het kader van de toelage;
b) als bewijs dat de uitgaven voorgesteld via de online samenvattende uitgavenstaat werkelijk verwezenlijkt werden in het kader van het strategisch veiligheids- en preventieplan.
2° een verklaring op erewoord van de Financieel directeur/Gemeentelijke ontvanger die de vereffening van de door de toelage gerechtvaardigde uitgaven bewijst;
3° een kopie van het gemeenteraadsbesluit tot instelling van de dienst gemeenschapswachten.
§ 2. De schuldvordering zal, samen met de bewijstukken, online vervolledigd en gevalideerd worden en dat ten laatste op 30 juni 2024.
De financiële schuldvordering wordt pas gevalideerd op voorwaarde dat de datum van goedkeuring van de financiële schuldvordering ingevoerd wordt in het online ICT-platform en dat het uittreksel uit het register van de beraadslagingen van de Gemeenteraad of van het College van Burgemeester en Schepenen/Gemeentecollege als bijlage toegezonden wordt.
In alle gevallen, op straffe van het niet in aanmerking nemen, is de beraadslaging van de Gemeenteraad of van het College van Burgemeester en Schepenen/Gemeentecollege voorafgaand aan de indiening van het financieel dossier in het online ICT-platform.
§ 3. De beveiligde toegangscodes die de vertrouwelijkheid van de gegevens waarborgen, en tevens een handleiding van het online ICT-platform, worden verspreid aan elke door de gemeentelijke overheid aangestelde verantwoordelijke via beraadslaging van het College van Burgemeester en Schepenen/Gemeentecollege.
De gemeentelijke overheid blijft verantwoordelijk voor de geleverde toegang en geeft informatie aan de AD VP over de bestemmingsveranderingen en toegangswijzigingen noodzakelijk voor de goede opvolging van de financiële controleprocedures.
Het financieel dossier is samengesteld uit twee delen:
1° De financiële schuldvordering die ter beschikking gesteld wordt via het online ICT-platform van de AD VP;
2° De bewijsdocumenten betreffende de personeelsuitgaven, uitsluitend doorgegeven via het online ICT-platform van de AD VP.
De lijst van bewijsdocumenten die ingediend moeten worden, staat in bijlage 2.
Moeten ook bij het financieel dossier gevoegd worden:
1° een uittreksel uit het register van de beraadslagingen van de Gemeenteraad of van het College van Burgemeester en Schepenen/Gemeentecollege:
a) tot goedkeuring van de uitgaven gerechtvaardigd in het kader van de toelage;
b) als bewijs dat de uitgaven voorgesteld via de online samenvattende uitgavenstaat werkelijk verwezenlijkt werden in het kader van het strategisch veiligheids- en preventieplan.
2° een verklaring op erewoord van de Financieel directeur/Gemeentelijke ontvanger die de vereffening van de door de toelage gerechtvaardigde uitgaven bewijst;
3° een kopie van het gemeenteraadsbesluit tot instelling van de dienst gemeenschapswachten.
§ 2. De schuldvordering zal, samen met de bewijstukken, online vervolledigd en gevalideerd worden en dat ten laatste op 30 juni 2024.
De financiële schuldvordering wordt pas gevalideerd op voorwaarde dat de datum van goedkeuring van de financiële schuldvordering ingevoerd wordt in het online ICT-platform en dat het uittreksel uit het register van de beraadslagingen van de Gemeenteraad of van het College van Burgemeester en Schepenen/Gemeentecollege als bijlage toegezonden wordt.
In alle gevallen, op straffe van het niet in aanmerking nemen, is de beraadslaging van de Gemeenteraad of van het College van Burgemeester en Schepenen/Gemeentecollege voorafgaand aan de indiening van het financieel dossier in het online ICT-platform.
§ 3. De beveiligde toegangscodes die de vertrouwelijkheid van de gegevens waarborgen, en tevens een handleiding van het online ICT-platform, worden verspreid aan elke door de gemeentelijke overheid aangestelde verantwoordelijke via beraadslaging van het College van Burgemeester en Schepenen/Gemeentecollege.
De gemeentelijke overheid blijft verantwoordelijk voor de geleverde toegang en geeft informatie aan de AD VP over de bestemmingsveranderingen en toegangswijzigingen noodzakelijk voor de goede opvolging van de financiële controleprocedures.
Art.11. § 1er. Les communes justifient leurs dépenses par la présentation d'un dossier financier.
Le dossier financier est constitué de deux parties :
1° La déclaration financière mise à disposition via la plateforme ICT online de la DG SP ;
2° Les pièces justificatives relatives aux dépenses de personnel, transmises exclusivement via la plateforme ICT online de la DG SP.
La liste des pièces justificatives à introduire figure à l'annexe 2.
Sont en outre joints au dossier financier :
1° un extrait du registre des délibérations du Conseil communal ou du Collège des Bourgmestre et Echevins/Collège communal :
a) approuvant les dépenses justifiées dans le cadre de l'allocation ;
b) attestant que les dépenses présentées via le récapitulatif de dépenses online ont bien été réalisées dans le cadre du plan stratégique de sécurité et de prévention.
2° une déclaration sur l'honneur du Directeur financier/Receveur communal attestant de la liquidation des dépenses justifiées sur l'allocation ;
3° une copie de la décision du conseil communal relative à la création du service des gardiens de la paix.
§ 2. La déclaration financière, accompagnée de ses pièces justificatives, sera complétée et validée en ligne au plus tard le 30 juin 2024.
La déclaration financière n'est validée que moyennant l'introduction, sur la plateforme ICT online, de la date d'approbation de la déclaration financière et la transmission, en pièce jointe, de l'extrait du registre des délibérations du Conseil communal ou du Collège des Bourgmestre et Echevins/Collège communal.
Dans tous les cas, la délibération du Conseil communal ou du Collège des Bourgmestre et Echevins/Collège communal est préalable à l'introduction du dossier financier sur la plateforme ICT online, sous peine de ne pas être prise en compte.
§ 3. Les codes d'accès sécurisés garantissant la confidentialité des données ainsi qu'un mode d'emploi de la plateforme ICT online sont distribués à chaque responsable désigné par l'autorité communale par délibération du Collège des Bourgmestre et Echevins/Collège communal.
L'autorité communale reste responsable des accès délivrés et informe la DG SP des changements d'affectation et des modifications d'accès nécessaires au bon suivi des procédures de contrôle financier.
Le dossier financier est constitué de deux parties :
1° La déclaration financière mise à disposition via la plateforme ICT online de la DG SP ;
2° Les pièces justificatives relatives aux dépenses de personnel, transmises exclusivement via la plateforme ICT online de la DG SP.
La liste des pièces justificatives à introduire figure à l'annexe 2.
Sont en outre joints au dossier financier :
1° un extrait du registre des délibérations du Conseil communal ou du Collège des Bourgmestre et Echevins/Collège communal :
a) approuvant les dépenses justifiées dans le cadre de l'allocation ;
b) attestant que les dépenses présentées via le récapitulatif de dépenses online ont bien été réalisées dans le cadre du plan stratégique de sécurité et de prévention.
2° une déclaration sur l'honneur du Directeur financier/Receveur communal attestant de la liquidation des dépenses justifiées sur l'allocation ;
3° une copie de la décision du conseil communal relative à la création du service des gardiens de la paix.
§ 2. La déclaration financière, accompagnée de ses pièces justificatives, sera complétée et validée en ligne au plus tard le 30 juin 2024.
La déclaration financière n'est validée que moyennant l'introduction, sur la plateforme ICT online, de la date d'approbation de la déclaration financière et la transmission, en pièce jointe, de l'extrait du registre des délibérations du Conseil communal ou du Collège des Bourgmestre et Echevins/Collège communal.
Dans tous les cas, la délibération du Conseil communal ou du Collège des Bourgmestre et Echevins/Collège communal est préalable à l'introduction du dossier financier sur la plateforme ICT online, sous peine de ne pas être prise en compte.
§ 3. Les codes d'accès sécurisés garantissant la confidentialité des données ainsi qu'un mode d'emploi de la plateforme ICT online sont distribués à chaque responsable désigné par l'autorité communale par délibération du Collège des Bourgmestre et Echevins/Collège communal.
L'autorité communale reste responsable des accès délivrés et informe la DG SP des changements d'affectation et des modifications d'accès nécessaires au bon suivi des procédures de contrôle financier.
Art.12. § 1. De AD VP voert een controle uit van de bestanddelen van het financieel dossier.
De AD VP kan bijkomende informatie opvragen. Het niet bezorgen van de opgevraagde aanvullingen leidt tot de afwijzing van de betrokken uitgaven.
§ 2. Na afloop van de controle ontvangt elke gemeente een voorlopige afrekening en beschikt ze over twintig werkdagen om haar akkoord te geven of, in geval van niet-akkoord over de toegekende bedragen, haar argumenten voor te leggen. Alleen argumenten die via het online ICT-platform en binnen de termijn van 20 werkdagen worden ingediend, zullen in aanmerking worden genomen.
Deze termijn begint te lopen op de datum van voorlegging van de voorlopige afrekening, via het online ICT-platform.
Wanneer de termijn overschreden is of in geval van akkoord over de bedragen van de afrekening, stelt de AD VP de definitieve afrekening op.
Wanneer er geen akkoord is over de voorlopige afrekening, worden de motiveringen en/of bijkomende bewijzen aangevoerd door de gemeente, onderzocht om de definitieve afrekening op te stellen.
§ 3. De bewijsdocumenten worden bewaard gedurende tien jaar, vanaf de datum van de afsluiting van de procedure van de financiële controle.
De AD VP kan bijkomende informatie opvragen. Het niet bezorgen van de opgevraagde aanvullingen leidt tot de afwijzing van de betrokken uitgaven.
§ 2. Na afloop van de controle ontvangt elke gemeente een voorlopige afrekening en beschikt ze over twintig werkdagen om haar akkoord te geven of, in geval van niet-akkoord over de toegekende bedragen, haar argumenten voor te leggen. Alleen argumenten die via het online ICT-platform en binnen de termijn van 20 werkdagen worden ingediend, zullen in aanmerking worden genomen.
Deze termijn begint te lopen op de datum van voorlegging van de voorlopige afrekening, via het online ICT-platform.
Wanneer de termijn overschreden is of in geval van akkoord over de bedragen van de afrekening, stelt de AD VP de definitieve afrekening op.
Wanneer er geen akkoord is over de voorlopige afrekening, worden de motiveringen en/of bijkomende bewijzen aangevoerd door de gemeente, onderzocht om de definitieve afrekening op te stellen.
§ 3. De bewijsdocumenten worden bewaard gedurende tien jaar, vanaf de datum van de afsluiting van de procedure van de financiële controle.
Art.12. § 1er. La DG SP réalise un contrôle des pièces constitutives du dossier financier.
Des compléments d'information peuvent être requis par la DG SP. L'absence de transmission des compléments requis entraîne le refus des dépenses concernées.
§ 2. Au terme du contrôle, chaque commune reçoit un décompte provisoire et dispose de vingt jours ouvrables pour marquer son accord ou soumettre ses arguments en cas de désaccord sur les montants accordés. Seuls les arguments soumis via la plateforme ICT online et dans le délai de 20 jours ouvrables sont pris en considération.
Ce délai commence à courir à partir de la date de soumission du décompte, soumis via la plateforme ICT online.
Passé le délai ou en cas d'accord sur les montants du décompte, la DG SP établit le décompte définitif.
En cas de désaccord sur le décompte provisoire, les motivations et/ou pièces complémentaires opposées par la commune sont examinées afin d'établir le décompte définitif.
§ 3. Les pièces justificatives sont conservées pour une durée de dix ans à compter du jour de la clôture de la procédure de contrôle financier.
Des compléments d'information peuvent être requis par la DG SP. L'absence de transmission des compléments requis entraîne le refus des dépenses concernées.
§ 2. Au terme du contrôle, chaque commune reçoit un décompte provisoire et dispose de vingt jours ouvrables pour marquer son accord ou soumettre ses arguments en cas de désaccord sur les montants accordés. Seuls les arguments soumis via la plateforme ICT online et dans le délai de 20 jours ouvrables sont pris en considération.
Ce délai commence à courir à partir de la date de soumission du décompte, soumis via la plateforme ICT online.
Passé le délai ou en cas d'accord sur les montants du décompte, la DG SP établit le décompte définitif.
En cas de désaccord sur le décompte provisoire, les motivations et/ou pièces complémentaires opposées par la commune sont examinées afin d'établir le décompte définitif.
§ 3. Les pièces justificatives sont conservées pour une durée de dix ans à compter du jour de la clôture de la procédure de contrôle financier.
Art.13. Aan het eind van de controleprocedure wordt de gemeente in kennis gesteld van de door de AD VP opgestelde eindafrekening. Deze wordt in kennis gesteld via het online ICT-platform.
Art.13. Au terme de la procédure de contrôle, le décompte définitif établi par la DG SP est notifié à la commune. Celui-ci est notifié via la plateforme ICT online.
Art.14. De onverschuldigde bedragen, die na grondige controle van de uitgaven worden vastgesteld, worden teruggevorderd door de AD VP.
Art.14. Les sommes indues, identifiées par le contrôle approfondi des dépenses, sont récupérées par la DG SP.
HOOFDSTUK 3. - Slotbepalingen
CHAPITRE 3. - Dispositions finales
Art.15. Dit besluit treedt in werking op 1 januari 2023.
Art.15. Le présent arrêté entre en vigueur le 1er janvier 2023.
Art. 16. De minister bevoegd voor Binnenlandse Zaken is belast met de uitvoering van dit besluit.
Art. 16. Le Ministre qui a l'Intérieur dans ses attributions est chargé de l'exécution du présent arrêté.
(Beeld niet opgenomen om technische redenen, zie B.St. van 19-01-2024, p. 7490)
-