Nederlands (NL)
Français (FR)
Titre
23 NOVEMBER 2023. - Ordonnantie houdende de omzetting, reorganisatie en naamswijziging van het Brussels Agentschap voor de Ondersteuning van het Bedrijfsleven in het Brussels Agentschap voor het Ondernemerschap
Titre
23 NOVEMBRE 2023. - Ordonnance portant transformation, réorganisation et changement de dénomination de l'Agence bruxelloise pour l'Accompagnement de l'Entreprise en Agence bruxelloise pour l'Entrepreneuriat
Informations sur le document
Numac: 2023047523
Datum: 2023-11-23
Info du document
Numac: 2023047523
Date: 2023-11-23
Table des matières
TITEL I. - Algemene bepalingen
TITEL II. - Omzetting, reorganisatie en naamswi...
HOOFDSTUK I. - Omzetting van het Agentschap
HOOFDSTUK II. - Doel, opdrachten en zetel van h...
HOOFDSTUK III. - Beheersovereenkomst
HOOFDSTUK IV. - Jaarlijks operationeel plan
HOOFDSTUK V. - Middelen en bevoegdheden van het...
HOOFDSTUK VI. - Bestuur en beheer van het Agent...
HOOFDSTUK VII. - Vertegenwoordiging van het Age...
HOOFDSTUK VIII. - Administratief toezicht
HOOFDSTUK IX. - Begroting, boekhouding en finan...
HOOFDSTUK X. - Personeel van het Agentschap
HOOFDSTUK XI. - Ontbinding
TITEL III. - Wijzigings-, opheffings- en slotbe...
Table des matières
TITRE Ier. - Dispositions générales
TITRE II. - Transformation, réorganisation et c...
CHAPITRE Ier. - Transformation de l'Agence
CHAPITRE II. - Objet, missions et siège de l'Ag...
CHAPITRE III. - Contrat de gestion
CHAPITRE IV. - Plan opérationnel annuel
CHAPITRE V. - Moyens et capacités de l'Agence
CHAPITRE VI. - Administration et gestion de l'A...
CHAPITRE VII. - Représentation de l'Agence
CHAPITRE VIII. - Tutelle administrative
CHAPITRE IX. - Budget, comptabilité et contrôle...
CHAPITRE X. - Personnel de l'Agence
CHAPITRE XI. - Dissolution
TITRE III. - Dispositions modificatives, abroga...
Tekst (51)
Texte (51)
TITEL I. - Algemene bepalingen
TITRE Ier. - Dispositions générales
Artikel 1. Deze ordonnantie regelt een aangelegenheid als bedoeld in artikel 39 van de Grondwet.
Article 1er. La présente ordonnance règle une matière visée à l'article 39 de la Constitution.
Art.2. Voor de toepassing van deze ordonnantie, moet verstaan worden onder:
a) de Administratie: de Gewestelijke Overheidsdienst Brussel;
b) het Agentschap: het Brussels Agentschap voor de Ondersteuning van het Bedrijfsleven, verkort "BAOB", opgericht op 11 juli 2017 krachtens artikel 3 van de ordonnantie van 18 mei 2017 houdende de oprichting van het Brussels Agentschap voor de Ondersteuning van het Bedrijfsleven, en krachtens artikel 4 van deze ordonnantie omgevormd tot het Brussels Agentschap voor het Ondernemerschap;
c) de Ministers: het lid of de leden van de Regering belast met economie en buitenlandse handel;
d) de Regering: de Brusselse Hoofdstedelijke Regering;
e) de ordonnantie van 18 mei 2017: de ordonnantie van 18 mei 2017 houdende de oprichting van het Brussels Agentschap voor de Ondersteuning van het Bedrijfsleven;
f) de ordonnantie van 13 januari 1994: de ordonnantie van 13 januari 1994 betreffende de bevordering van de buitenlandse handel en de aantrekking van buitenlandse investeringen van het Brussels Hoofdstedelijk Gewest;
g) de OOBBC: de organieke ordonnantie van 23 februari 2006 houdende de bepalingen die van toepassing zijn op de begroting, de boekhouding en de controle;
h) het Gewest: het Brussels Hoofdstedelijk Gewest;
i) Brupartners: openbare instelling, voorheen de Economische en Sociale Raad voor het Brussels Hoofdstedelijk Gewest genaamd, opgericht bij ordonnantie van 8 september 1994 en geregeld bij de ordonnantie van 2 december 2021;
j) onderneming: eenheid die een economische activiteit uitoefent, ongeacht haar rechtsvorm en de wijze waarop zij wordt gefinancierd;
k) economische activiteit: elke activiteit die erin bestaat goederen of diensten op een markt aan te bieden.
a) de Administratie: de Gewestelijke Overheidsdienst Brussel;
b) het Agentschap: het Brussels Agentschap voor de Ondersteuning van het Bedrijfsleven, verkort "BAOB", opgericht op 11 juli 2017 krachtens artikel 3 van de ordonnantie van 18 mei 2017 houdende de oprichting van het Brussels Agentschap voor de Ondersteuning van het Bedrijfsleven, en krachtens artikel 4 van deze ordonnantie omgevormd tot het Brussels Agentschap voor het Ondernemerschap;
c) de Ministers: het lid of de leden van de Regering belast met economie en buitenlandse handel;
d) de Regering: de Brusselse Hoofdstedelijke Regering;
e) de ordonnantie van 18 mei 2017: de ordonnantie van 18 mei 2017 houdende de oprichting van het Brussels Agentschap voor de Ondersteuning van het Bedrijfsleven;
f) de ordonnantie van 13 januari 1994: de ordonnantie van 13 januari 1994 betreffende de bevordering van de buitenlandse handel en de aantrekking van buitenlandse investeringen van het Brussels Hoofdstedelijk Gewest;
g) de OOBBC: de organieke ordonnantie van 23 februari 2006 houdende de bepalingen die van toepassing zijn op de begroting, de boekhouding en de controle;
h) het Gewest: het Brussels Hoofdstedelijk Gewest;
i) Brupartners: openbare instelling, voorheen de Economische en Sociale Raad voor het Brussels Hoofdstedelijk Gewest genaamd, opgericht bij ordonnantie van 8 september 1994 en geregeld bij de ordonnantie van 2 december 2021;
j) onderneming: eenheid die een economische activiteit uitoefent, ongeacht haar rechtsvorm en de wijze waarop zij wordt gefinancierd;
k) economische activiteit: elke activiteit die erin bestaat goederen of diensten op een markt aan te bieden.
Art.2. Pour l'application de la présente ordonnance, il faut entendre par:
a) l'Administration: le Service public régional de Bruxelles;
b) l'Agence: l'Agence bruxelloise pour l'Accompagnement de l'Entreprise, en abrégé " ABAE ", constituée le 11 juillet 2017 en vertu de l'article 3 de l'ordonnance du 18 mai 2017 portant création de l'Agence bruxelloise pour l'Accompagnement de l'Entreprise, et devenant, en vertu de l'article 4 de la présente ordonnance, l'Agence bruxelloise pour l'Entrepreneuriat;
c) les Ministres: le ou les membres du gouvernement en charge de l'économie et du commerce extérieur;
d) le Gouvernement: le Gouvernement de la Région de Bruxelles-Capitale;
e) l'ordonnance du 18 mai 2017: l'ordonnance du 18 mai 2017 portant création de l'Agence bruxelloise pour l'Accompagnement de l'Entreprise;
f) l'ordonnance du 13 janvier 1994: l'ordonnance du 13 janvier 1994 relative à la promotion du commerce extérieur et à l'attraction des investissements étrangers de la Région de Bruxelles-Capitale;
g) l'OOBCC: l'ordonnance organique du 23 février 2006 portant les dispositions applicables au budget, à la comptabilité et au contrôle;
h) la Région: la Région de Bruxelles-Capitale;
i) Brupartners: établissement public, anciennement nommé le Conseil économique et social de la Région de Bruxelles-Capitale, constitué par l'ordonnance du 8 septembre 1994 et régi par l'ordonnance du 2 décembre 2021;
j) entreprise: entité exerçant une activité économique, indépendamment de son statut juridique et de son mode de financement;
k) activité économique: toute activité consistant à offrir des biens ou des services sur un marché donné.
a) l'Administration: le Service public régional de Bruxelles;
b) l'Agence: l'Agence bruxelloise pour l'Accompagnement de l'Entreprise, en abrégé " ABAE ", constituée le 11 juillet 2017 en vertu de l'article 3 de l'ordonnance du 18 mai 2017 portant création de l'Agence bruxelloise pour l'Accompagnement de l'Entreprise, et devenant, en vertu de l'article 4 de la présente ordonnance, l'Agence bruxelloise pour l'Entrepreneuriat;
c) les Ministres: le ou les membres du gouvernement en charge de l'économie et du commerce extérieur;
d) le Gouvernement: le Gouvernement de la Région de Bruxelles-Capitale;
e) l'ordonnance du 18 mai 2017: l'ordonnance du 18 mai 2017 portant création de l'Agence bruxelloise pour l'Accompagnement de l'Entreprise;
f) l'ordonnance du 13 janvier 1994: l'ordonnance du 13 janvier 1994 relative à la promotion du commerce extérieur et à l'attraction des investissements étrangers de la Région de Bruxelles-Capitale;
g) l'OOBCC: l'ordonnance organique du 23 février 2006 portant les dispositions applicables au budget, à la comptabilité et au contrôle;
h) la Région: la Région de Bruxelles-Capitale;
i) Brupartners: établissement public, anciennement nommé le Conseil économique et social de la Région de Bruxelles-Capitale, constitué par l'ordonnance du 8 septembre 1994 et régi par l'ordonnance du 2 décembre 2021;
j) entreprise: entité exerçant une activité économique, indépendamment de son statut juridique et de son mode de financement;
k) activité économique: toute activité consistant à offrir des biens ou des services sur un marché donné.
TITEL II. - Omzetting, reorganisatie en naamswijziging van het Brussels Agentschap voor de Ondersteuning van het Bedrijfsleven
TITRE II. - Transformation, réorganisation et changement de dénomination de l'Agence bruxelloise pour l'Accompagnement de l'Entreprise
HOOFDSTUK I. - Omzetting van het Agentschap
CHAPITRE Ier. - Transformation de l'Agence
Art.3. § 1. Het Agentschap, een publiekrechtelijke rechtspersoon die overeenkomstig artikel 3 van de ordonnantie van 18 mei 2017 is opgericht onder de vorm van een naamloze vennootschap van publiek recht met sociaal oogmerk, wordt omgezet in een overheidsbedrijf zoals geregeld bij deze ordonnantie.
§ 2. De omzetting van het Agentschap in een bij deze ordonnantie georganiseerd overheidsbedrijf brengt geen wijziging in de rechtspersoonlijkheid van het Agentschap met zich mee, die in zijn nieuwe vorm blijft bestaan, met behoud van rechtswege van bestaande rechten en verplichtingen.
§ 3. De statuten van het Agentschap in zijn hoedanigheid van naamloze vennootschap met sociaal oogmerk worden ingetrokken.
§ 4. De raad van bestuur van het Agentschap zorgt voor de publicatie in de bijlagen van het Belgisch Staatsblad van de omzetting van het Agentschap zoals beslist en georganiseerd door deze ordonnantie. De publicatie verwijst uitdrukkelijk naar de huidige ordonnantie.
De tegenstelbaarheid van de omzetting ten opzichte van derden wordt uitsluitend gewaarborgd door de bekendmaking van deze ordonnantie.
§ 5. De bepalingen van boek XX van het Wetboek van Economisch Recht zijn niet van toepassing op het Agentschap.
§ 2. De omzetting van het Agentschap in een bij deze ordonnantie georganiseerd overheidsbedrijf brengt geen wijziging in de rechtspersoonlijkheid van het Agentschap met zich mee, die in zijn nieuwe vorm blijft bestaan, met behoud van rechtswege van bestaande rechten en verplichtingen.
§ 3. De statuten van het Agentschap in zijn hoedanigheid van naamloze vennootschap met sociaal oogmerk worden ingetrokken.
§ 4. De raad van bestuur van het Agentschap zorgt voor de publicatie in de bijlagen van het Belgisch Staatsblad van de omzetting van het Agentschap zoals beslist en georganiseerd door deze ordonnantie. De publicatie verwijst uitdrukkelijk naar de huidige ordonnantie.
De tegenstelbaarheid van de omzetting ten opzichte van derden wordt uitsluitend gewaarborgd door de bekendmaking van deze ordonnantie.
§ 5. De bepalingen van boek XX van het Wetboek van Economisch Recht zijn niet van toepassing op het Agentschap.
Art.3. § 1er. L'Agence, personne morale de droit public constituée en vertu de l'article 3 de l'ordonnance du 18 mai 2017 sous la forme d'une société anonyme de droit public à finalité sociale, est transformée en une entreprise publique telle que régie par la présente ordonnance.
§ 2. La transformation de l'Agence en entreprise publique organisée par la présente ordonnance n'entraîne aucun changement dans la personnalité juridique de l'Agence, qui subsiste sous sa nouvelle forme, avec maintien, de plein droit, des droits et obligations existants.
§ 3. Les statuts régissant l'Agence en sa qualité de société anonyme de droit public à finalité sociale sont abrogés.
§ 4. Le conseil d'administration de l'Agence assure la publication aux annexes du Moniteur belge de la transformation de l'Agence telle que décidée et organisée par la présente ordonnance. La publication fait référence à la présente ordonnance.
L'opposabilité de la transformation aux tiers est assurée uniquement par la publication de la présente ordonnance.
§ 5. Les dispositions du livre XX du Code de droit économique ne sont pas applicables à l'Agence.
§ 2. La transformation de l'Agence en entreprise publique organisée par la présente ordonnance n'entraîne aucun changement dans la personnalité juridique de l'Agence, qui subsiste sous sa nouvelle forme, avec maintien, de plein droit, des droits et obligations existants.
§ 3. Les statuts régissant l'Agence en sa qualité de société anonyme de droit public à finalité sociale sont abrogés.
§ 4. Le conseil d'administration de l'Agence assure la publication aux annexes du Moniteur belge de la transformation de l'Agence telle que décidée et organisée par la présente ordonnance. La publication fait référence à la présente ordonnance.
L'opposabilité de la transformation aux tiers est assurée uniquement par la publication de la présente ordonnance.
§ 5. Les dispositions du livre XX du Code de droit économique ne sont pas applicables à l'Agence.
Art.4. De naam van het Brussels Agentschap voor de Ondersteuning van het Bedrijfsleven wordt gewijzigd en luidt als volgt: "Brussels Agentschap voor het Ondernemerschap", afgekort "BAO".
Deze nieuwe naam wordt vanaf de inwerkingtreding van deze ordonnantie door het Agentschap gebruikt voor alle aktes, documenten en correspondentie die het opstelt.
Deze nieuwe naam wordt vanaf de inwerkingtreding van deze ordonnantie door het Agentschap gebruikt voor alle aktes, documenten en correspondentie die het opstelt.
Art.4. La dénomination de l'Agence bruxelloise pour l'Accompagnement de l'Entreprise est modifiée et devient: " Agence bruxelloise pour l'Entrepreneuriat ", en abrégé " ABE ".
Cette nouvelle dénomination est utilisée par l'Agence, à compter de l'entrée en vigueur de la présente ordonnance, pour tous les actes, documents, et correspondances qu'elle établit.
Cette nouvelle dénomination est utilisée par l'Agence, à compter de l'entrée en vigueur de la présente ordonnance, pour tous les actes, documents, et correspondances qu'elle établit.
HOOFDSTUK II. - Doel, opdrachten en zetel van het Agentschap
CHAPITRE II. - Objet, missions et siège de l'Agence
Art.5. § 1. Het Agentschap wordt belast met de uitvoering van het economisch beleid van de Regering op het gebied van:
a) bevordering, stimulering en ondersteuning van het ondernemerschap in het Gewest door informatie en bijstand te verlenen aan ondernemingen, particulieren en andere economische actoren;
b) bevordering van de buitenlandse handel en aantrekking van buitenlandse investeringen in het Gewest in de zin van de ordonnantie van 13 januari 1994.
§ 2. Het Agentschap wordt belast met een opdracht van ondersteuning van de Regering en in dit verband een controle- en studiedienst te verlenen op de in paragraaf 1 bedoelde gebieden, met name door middel van enquêtes van algemeen belang.
§ 3. Het Agentschap wordt belast met het secretariaat van de Raad voor Economische Coördinatie, opgericht bij besluit van de Brusselse Hoofdstedelijke Regering van 28 november 2002, en in die hoedanigheid met de coördinatie van de werkgroepen ervan.
§ 4. In het kader van de uitvoering van het beleid ter bevordering, stimulering en ondersteuning van het ondernemerschap, bedoeld in paragraaf 1, a), wordt het Agentschap belast met de volgende openbare opdrachten:
a) een informatiedienst opzetten en verzorgen, in de vorm van een gratis, neutraal en betrouwbaar centraal contactpunt, dat iedereen toegang verleent tot:
i. informatie over het wet- en regelgevingskader dat in het Gewest van toepassing is op de ontwikkeling van een economische activiteit;
ii. informatie over de in het Gewest beschikbare acties, programma's en instrumenten rond bekendmaking met ondernemerschap, opleiding, bijstand, advies en ondersteuning bij de oprichting, ontwikkeling en bestendiging van ondernemingen in elk stadium van hun levenscyclus, met inbegrip van hun internationale ontwikkeling;
De informatiedienst omvat het begeleiden van personen of ondernemingen en hen in contact brengen met de bevoegde overheidsinstellingen voor de administratieve procedures in verband met de ontwikkeling van een economische activiteit, alsmede met alle openbare of particuliere instanties die hen kunnen helpen, opleiden, adviseren of ondersteunen bij de oprichting of ontwikkeling van een onderneming;
b) in coördinatie met de bestaande ondersteunende structuren, advies, bijstand en ondersteuning aanbieden door de toepassing van instrumenten, programma's en acties, zodat iedereen in het Gewest de kans krijgt een onderneming op te richten, te ontwikkelen of te bestendigen of te prospecteren met het oog op de oprichting, ontwikkeling of bestendiging van een economische activiteit in het Gewest of in het buitenland;
c) zorgen voor de coördinatie van openbare of gesubsidieerde ondersteunende structuren, teneinde een kwalitatief, duidelijk en voor iedereen toegankelijk aanbod van diensten te garanderen.
§ 5. Uit hoofde van de in paragraaf 1, b), bedoelde opdrachten wordt het Agentschap belast met:
a) in het kader van het afzet- en uitvoerbeleid van de Regering, de opdrachten omschreven in artikel 3 van de ordonnantie van 13 januari 1994;
b) in het kader van de aantrekking van buitenlandse investeringen in het Gewest, de opdrachten omschreven in artikel 4 van de ordonnantie van 13 januari 1994;
c) voor de onder a) en b) genoemde doeleinden zorgen voor de coördinatie van het netwerk van economische en handelsadviseurs van het Gewest in het buitenland.
§ 6. De Regering en de Ministers, gezamenlijk of afzonderlijk handelend, kunnen aan het Agentschap elke bijzondere taak delegeren of toevertrouwen in het kader en met inachtneming van het doel en de opdrachten van het Agentschap zoals omschreven in paragrafen 1 en 2.
De Regering of de Ministers, gezamenlijk of afzonderlijk handelend, stellen de nodige financiële middelen ter beschikking voor de vervulling van de opdrachten en de gedelegeerde taken en tot dekking van de kosten die voortvloeien uit de toevertrouwde of gedelegeerde taken.
§ 7. Bij de uitvoering van zijn in de paragrafen 1 tot en met 6 genoemde opdrachten bevordert het Agentschap de economische transitie.
Die transitie komt met name tot uiting in het nastreven van de volgende doelstellingen:
1° een adequate levenstandaard garanderen voor kwetsbaardere personen en personen met specifieke behoeften;
2° kwaliteitsvolle jobs creëren;
3° sociaal en democratisch ondernemerschap ontwikkelen;
4° bijdragen tot een inclusievere maatschappij;
5° hulpbronnen rationeler benutten;
6° de milieueffecten verbeteren;
7° bijdragen tot het behalen van de klimaatdoelstellingen van het Brussels Hoofdstedelijk Gewest.
Het Agentschap biedt ondernemingen begeleiding aan bij hun transitieproces, in alle fasen van hun bestaan, met inbegrip van hun internationale ontwikkeling. Het streeft hierbij na, in aanvulling op de andere gewestelijke instrumenten, dat alle Brusselse ondernemingen permanent verankerd worden in een transitiedynamiek.
Het Agentschap zorgt ervoor dat het het ondernemerschap in het Gewest niet bevordert, stimuleert en ondersteunt, noch de buitenlandse handel en het aantrekken van buitenlandse investeringen bevordert waarbij een of meer van die doelstellingen aanzienlijk worden geschaad en waarbij geen blijk wordt gegeven van enige bereidheid om deel te nemen aan de transitie.
a) bevordering, stimulering en ondersteuning van het ondernemerschap in het Gewest door informatie en bijstand te verlenen aan ondernemingen, particulieren en andere economische actoren;
b) bevordering van de buitenlandse handel en aantrekking van buitenlandse investeringen in het Gewest in de zin van de ordonnantie van 13 januari 1994.
§ 2. Het Agentschap wordt belast met een opdracht van ondersteuning van de Regering en in dit verband een controle- en studiedienst te verlenen op de in paragraaf 1 bedoelde gebieden, met name door middel van enquêtes van algemeen belang.
§ 3. Het Agentschap wordt belast met het secretariaat van de Raad voor Economische Coördinatie, opgericht bij besluit van de Brusselse Hoofdstedelijke Regering van 28 november 2002, en in die hoedanigheid met de coördinatie van de werkgroepen ervan.
§ 4. In het kader van de uitvoering van het beleid ter bevordering, stimulering en ondersteuning van het ondernemerschap, bedoeld in paragraaf 1, a), wordt het Agentschap belast met de volgende openbare opdrachten:
a) een informatiedienst opzetten en verzorgen, in de vorm van een gratis, neutraal en betrouwbaar centraal contactpunt, dat iedereen toegang verleent tot:
i. informatie over het wet- en regelgevingskader dat in het Gewest van toepassing is op de ontwikkeling van een economische activiteit;
ii. informatie over de in het Gewest beschikbare acties, programma's en instrumenten rond bekendmaking met ondernemerschap, opleiding, bijstand, advies en ondersteuning bij de oprichting, ontwikkeling en bestendiging van ondernemingen in elk stadium van hun levenscyclus, met inbegrip van hun internationale ontwikkeling;
De informatiedienst omvat het begeleiden van personen of ondernemingen en hen in contact brengen met de bevoegde overheidsinstellingen voor de administratieve procedures in verband met de ontwikkeling van een economische activiteit, alsmede met alle openbare of particuliere instanties die hen kunnen helpen, opleiden, adviseren of ondersteunen bij de oprichting of ontwikkeling van een onderneming;
b) in coördinatie met de bestaande ondersteunende structuren, advies, bijstand en ondersteuning aanbieden door de toepassing van instrumenten, programma's en acties, zodat iedereen in het Gewest de kans krijgt een onderneming op te richten, te ontwikkelen of te bestendigen of te prospecteren met het oog op de oprichting, ontwikkeling of bestendiging van een economische activiteit in het Gewest of in het buitenland;
c) zorgen voor de coördinatie van openbare of gesubsidieerde ondersteunende structuren, teneinde een kwalitatief, duidelijk en voor iedereen toegankelijk aanbod van diensten te garanderen.
§ 5. Uit hoofde van de in paragraaf 1, b), bedoelde opdrachten wordt het Agentschap belast met:
a) in het kader van het afzet- en uitvoerbeleid van de Regering, de opdrachten omschreven in artikel 3 van de ordonnantie van 13 januari 1994;
b) in het kader van de aantrekking van buitenlandse investeringen in het Gewest, de opdrachten omschreven in artikel 4 van de ordonnantie van 13 januari 1994;
c) voor de onder a) en b) genoemde doeleinden zorgen voor de coördinatie van het netwerk van economische en handelsadviseurs van het Gewest in het buitenland.
§ 6. De Regering en de Ministers, gezamenlijk of afzonderlijk handelend, kunnen aan het Agentschap elke bijzondere taak delegeren of toevertrouwen in het kader en met inachtneming van het doel en de opdrachten van het Agentschap zoals omschreven in paragrafen 1 en 2.
De Regering of de Ministers, gezamenlijk of afzonderlijk handelend, stellen de nodige financiële middelen ter beschikking voor de vervulling van de opdrachten en de gedelegeerde taken en tot dekking van de kosten die voortvloeien uit de toevertrouwde of gedelegeerde taken.
§ 7. Bij de uitvoering van zijn in de paragrafen 1 tot en met 6 genoemde opdrachten bevordert het Agentschap de economische transitie.
Die transitie komt met name tot uiting in het nastreven van de volgende doelstellingen:
1° een adequate levenstandaard garanderen voor kwetsbaardere personen en personen met specifieke behoeften;
2° kwaliteitsvolle jobs creëren;
3° sociaal en democratisch ondernemerschap ontwikkelen;
4° bijdragen tot een inclusievere maatschappij;
5° hulpbronnen rationeler benutten;
6° de milieueffecten verbeteren;
7° bijdragen tot het behalen van de klimaatdoelstellingen van het Brussels Hoofdstedelijk Gewest.
Het Agentschap biedt ondernemingen begeleiding aan bij hun transitieproces, in alle fasen van hun bestaan, met inbegrip van hun internationale ontwikkeling. Het streeft hierbij na, in aanvulling op de andere gewestelijke instrumenten, dat alle Brusselse ondernemingen permanent verankerd worden in een transitiedynamiek.
Het Agentschap zorgt ervoor dat het het ondernemerschap in het Gewest niet bevordert, stimuleert en ondersteunt, noch de buitenlandse handel en het aantrekken van buitenlandse investeringen bevordert waarbij een of meer van die doelstellingen aanzienlijk worden geschaad en waarbij geen blijk wordt gegeven van enige bereidheid om deel te nemen aan de transitie.
Art.5. § 1er. L'Agence est chargée de la mise en oeuvre de la politique économique du Gouvernement en matière:
a) de promotion, de stimulation et de soutien à l'entrepreneuriat dans la Région par l'information et l'accompagnement des entreprises, des particuliers et autres acteurs économiques;
b) de promotion du commerce extérieur et d'attraction des investissements étrangers dans la Région au sens de l'ordonnance du 13 janvier 1994.
§ 2. L'Agence est chargée d'une mission d'appui du Gouvernement et, à ce titre, d'assurer un service de veille et d'étude dans les domaines visés au paragraphe 1er, notamment à travers des enquêtes d'intérêt général.
§ 3. L'Agence est chargée du secrétariat du Conseil de Coordination économique, créé par l'arrêté du gouvernement de la Région Bruxelles-Capitale du 28 novembre 2002, et à ce titre, de la coordination de ses groupes de travail.
§ 4. Dans le cadre de la mise en oeuvre de la politique de promotion, stimulation et soutien à l'entrepreneuriat visée au paragraphe 1er, a), l'Agence est chargée des missions de service public suivantes:
a) mettre en place et assurer un service d'information, prenant la forme d'un point de contact, unique et gratuit, neutre et fiable permettant de rendre accessibles à tous:
i. les renseignements relatifs au cadre légal et réglementaire applicable dans la Région pour développer une activité économique;
ii. les renseignements relatifs aux actions, programmes et outils disponibles en Région en matière de sensibilisation à l'entrepreneuriat, de formation, d'aide, de conseil et d'accompagnement à la création, au développement et à la pérennisation d'entreprises à chaque étape de leur cycle de vie, ci-inclus pour leur développement international;
Le service d'information inclut l'orientation des particuliers ou entreprises et leur mise en contact avec les organismes publics compétents pour les démarches administratives relatives au développement d'une activité économique ainsi qu'avec toutes entités publiques ou privées susceptibles de les aider, former, conseiller ou accompagner dans la création ou le développement d'une entreprise;
b) offrir, en coordination avec les structures d'accompagnement existantes, un service de conseil, d'aide et d'accompagnement en mettant en oeuvre des outils, programmes, actions, de sorte que tous en Région aient la possibilité de créer, développer ou pérenniser leur entreprise ou de prospecter en vue de créer, développer ou pérenniser une activité économique en Région ou à l'étranger;
c) assurer la coordination des structures d'accompagnement publiques ou subventionnées afin de garantir à tous une offre de services qualitative, claire et accessible.
§ 5. Au titre des missions visées au paragraphe 1er, b), l'Agence est chargée:
a) dans le cadre de la politique du Gouvernement en matière de débouchés et des exportations de la Région, des missions définies à l'article 3 de l'ordonnance du 13 janvier 1994;
b) dans le cadre de l'attraction des investissements étrangers dans la Région, des missions définies à l'article 4 de l'ordonnance du 13 janvier 1994;
c) aux fins visées sous a) et b), d'assurer la coordination du réseau des conseillers économiques et commerciaux de la Région à l'étranger.
§ 6. Le Gouvernement et les Ministres, ceux-ci agissant ensemble ou séparément, peuvent déléguer ou confier à l'Agence toute tâche particulière dans le cadre et le respect de l'objet et des missions de l'Agence telles que définies aux paragraphes 1er et 2.
Le Gouvernement ou les Ministres, agissant ensemble ou séparément, procurent les ressources financières nécessaires à l'accomplissement des missions et tâches qui sont déléguées et à la couverture des charges résultant des tâches confiées ou déléguées.
§ 7. A travers la réalisation de ses missions énumérées aux paragraphes 1er à 6, l'Agence promeut la transition économique.
Cette transition se traduit notamment dans la poursuite des objectifs suivants:
1° garantir un niveau de vie suffisant pour les catégories de personnes plus vulnérables ou ayant des besoins spécifiques;
2° développer l'emploi de qualité;
3° développer l'entrepreneuriat social et démocratique;
4° contribuer à l'instauration d'une société plus inclusive;
5° utiliser plus rationnellement les ressources;
6° améliorer l'incidence environnementale;
7° contribuer à atteindre les objectifs climatiques de la Région de Bruxelles-Capitale.
L'Agence propose un accompagnement des entreprises dans leur démarche de transition, à toutes les étapes de leur existence, en ce compris pour leur développement international. Elle a pour ambition, en complémentarité avec les autres outils régionaux, que toutes les entreprises bruxelloises s'ancrent durablement dans une dynamique de transition.
L'Agence veille à ne pas promouvoir, stimuler et soutenir l'entrepreneuriat dans la Région, ni promouvoir le commerce extérieur et l'attraction des investissements étrangers qui nuisent significativement à un ou plusieurs de ces objectifs et qui ne démontrent aucune volonté d'entrer dans une démarche de transition.
a) de promotion, de stimulation et de soutien à l'entrepreneuriat dans la Région par l'information et l'accompagnement des entreprises, des particuliers et autres acteurs économiques;
b) de promotion du commerce extérieur et d'attraction des investissements étrangers dans la Région au sens de l'ordonnance du 13 janvier 1994.
§ 2. L'Agence est chargée d'une mission d'appui du Gouvernement et, à ce titre, d'assurer un service de veille et d'étude dans les domaines visés au paragraphe 1er, notamment à travers des enquêtes d'intérêt général.
§ 3. L'Agence est chargée du secrétariat du Conseil de Coordination économique, créé par l'arrêté du gouvernement de la Région Bruxelles-Capitale du 28 novembre 2002, et à ce titre, de la coordination de ses groupes de travail.
§ 4. Dans le cadre de la mise en oeuvre de la politique de promotion, stimulation et soutien à l'entrepreneuriat visée au paragraphe 1er, a), l'Agence est chargée des missions de service public suivantes:
a) mettre en place et assurer un service d'information, prenant la forme d'un point de contact, unique et gratuit, neutre et fiable permettant de rendre accessibles à tous:
i. les renseignements relatifs au cadre légal et réglementaire applicable dans la Région pour développer une activité économique;
ii. les renseignements relatifs aux actions, programmes et outils disponibles en Région en matière de sensibilisation à l'entrepreneuriat, de formation, d'aide, de conseil et d'accompagnement à la création, au développement et à la pérennisation d'entreprises à chaque étape de leur cycle de vie, ci-inclus pour leur développement international;
Le service d'information inclut l'orientation des particuliers ou entreprises et leur mise en contact avec les organismes publics compétents pour les démarches administratives relatives au développement d'une activité économique ainsi qu'avec toutes entités publiques ou privées susceptibles de les aider, former, conseiller ou accompagner dans la création ou le développement d'une entreprise;
b) offrir, en coordination avec les structures d'accompagnement existantes, un service de conseil, d'aide et d'accompagnement en mettant en oeuvre des outils, programmes, actions, de sorte que tous en Région aient la possibilité de créer, développer ou pérenniser leur entreprise ou de prospecter en vue de créer, développer ou pérenniser une activité économique en Région ou à l'étranger;
c) assurer la coordination des structures d'accompagnement publiques ou subventionnées afin de garantir à tous une offre de services qualitative, claire et accessible.
§ 5. Au titre des missions visées au paragraphe 1er, b), l'Agence est chargée:
a) dans le cadre de la politique du Gouvernement en matière de débouchés et des exportations de la Région, des missions définies à l'article 3 de l'ordonnance du 13 janvier 1994;
b) dans le cadre de l'attraction des investissements étrangers dans la Région, des missions définies à l'article 4 de l'ordonnance du 13 janvier 1994;
c) aux fins visées sous a) et b), d'assurer la coordination du réseau des conseillers économiques et commerciaux de la Région à l'étranger.
§ 6. Le Gouvernement et les Ministres, ceux-ci agissant ensemble ou séparément, peuvent déléguer ou confier à l'Agence toute tâche particulière dans le cadre et le respect de l'objet et des missions de l'Agence telles que définies aux paragraphes 1er et 2.
Le Gouvernement ou les Ministres, agissant ensemble ou séparément, procurent les ressources financières nécessaires à l'accomplissement des missions et tâches qui sont déléguées et à la couverture des charges résultant des tâches confiées ou déléguées.
§ 7. A travers la réalisation de ses missions énumérées aux paragraphes 1er à 6, l'Agence promeut la transition économique.
Cette transition se traduit notamment dans la poursuite des objectifs suivants:
1° garantir un niveau de vie suffisant pour les catégories de personnes plus vulnérables ou ayant des besoins spécifiques;
2° développer l'emploi de qualité;
3° développer l'entrepreneuriat social et démocratique;
4° contribuer à l'instauration d'une société plus inclusive;
5° utiliser plus rationnellement les ressources;
6° améliorer l'incidence environnementale;
7° contribuer à atteindre les objectifs climatiques de la Région de Bruxelles-Capitale.
L'Agence propose un accompagnement des entreprises dans leur démarche de transition, à toutes les étapes de leur existence, en ce compris pour leur développement international. Elle a pour ambition, en complémentarité avec les autres outils régionaux, que toutes les entreprises bruxelloises s'ancrent durablement dans une dynamique de transition.
L'Agence veille à ne pas promouvoir, stimuler et soutenir l'entrepreneuriat dans la Région, ni promouvoir le commerce extérieur et l'attraction des investissements étrangers qui nuisent significativement à un ou plusieurs de ces objectifs et qui ne démontrent aucune volonté d'entrer dans une démarche de transition.
Art.6. De maatschappelijke zetel van het Agentschap is gevestigd in het Gewest.
De Regering bepaalt het adres van de zetel en de voorwaarden voor het gebruik daarvan door het Agentschap.
Zij beslist over een eventuele verplaatsing van de zetel van het Agentschap.
De raad van bestuur van het Agentschap kan in België of in het buitenland vestigingseenheden, agentschappen of bijkantoren oprichten.
De Regering bepaalt het adres van de zetel en de voorwaarden voor het gebruik daarvan door het Agentschap.
Zij beslist over een eventuele verplaatsing van de zetel van het Agentschap.
De raad van bestuur van het Agentschap kan in België of in het buitenland vestigingseenheden, agentschappen of bijkantoren oprichten.
Art.6. Le siège social de l'Agence est établi dans la Région.
Le Gouvernement fixe l'adresse du siège social et ses modalités d'occupation par l'Agence.
Il décide de tout déménagement du siège social de l'Agence.
Le conseil d'administration de l'Agence peut créer des unités d'établissement, agences ou succursales en Belgique ou à l'étranger.
Le Gouvernement fixe l'adresse du siège social et ses modalités d'occupation par l'Agence.
Il décide de tout déménagement du siège social de l'Agence.
Le conseil d'administration de l'Agence peut créer des unités d'établissement, agences ou succursales en Belgique ou à l'étranger.
HOOFDSTUK III. - Beheersovereenkomst
CHAPITRE III. - Contrat de gestion
Art.7. § 1. De regels en voorwaarden volgens welke het Agentschap de openbare opdrachten uitvoert waarmee het krachtens artikel 5 is belast en de verbintenissen van het Gewest worden vastgelegd in een beheersovereenkomst tussen het Gewest en het Agentschap.
§ 2. De beheersovereenkomst regelt in ieder geval volgende zaken:
a) de taken die het Agentschap op zich neemt voor de uitvoering van de in artikel 5, §§ 1 tot en met 5 en 7, omschreven openbare opdrachten, hierna de openbare taken genoemd, met inbegrip van de voorwaarden voor het beheer en de exploitatie daarvan;
b) de beginselen en gedragsregels voor de diensten verleend aan de gebruikers in het kader van de openbare taken bedoeld in de overeenkomst voor de in artikel 5, § 1, bedoelde opdrachten, met inbegrip van het niveau van kwaliteit en toegankelijkheid van de diensten voor de gebruikers en de wijze waarop deze moeten worden gemeten, alsmede, in voorkomend geval, voor niet-universele diensten, de omschrijving van de begunstigden van deze diensten en de tariefbeginselen;
c) de vaststelling, berekening en wijze van betaling, vereffening of verstrekking van subsidies ten laste van de algemene uitgavenbegroting van het Gewest, die de Regering toekent ter dekking van de lasten die het Agentschap draagt voor het beheer van de openbare opdrachten en taken, rekening houdend met de kosten en inkomsten en de voorwaarden die bij of krachtens deze ordonnantie of de beheersovereenkomst zijn opgelegd;
d) de wijze waarop de Regering of de Ministers krachtens artikel 5, § 6, bepaalde taken kunnen delegeren en toevertrouwen, met inbegrip van de wijze van berekening en betaling van de aan het Agentschap voor deze bijzondere taken verschuldigde tegemoetkoming of bezoldiging;
e) de vergoedingen of andere betalingen die aan het Gewest verschuldigd zijn voor rechten of goederen die het aan het Agentschap ter beschikking stelt;
f) de elementen die het jaarlijks operationeel plan moet bevatten, onverminderd het besluit van de Regering van 24 oktober 2014 betreffende de modaliteiten van de beheerscontrole;
g) de doelstellingen van de financiële structuur van het Agentschap en de wijze waarop de financiële belangen van het Gewest worden gewaarborgd;
h) de regels voor de controle, herevaluatie of jaarlijkse aanpassing van de beheersovereenkomst;
i) de sancties in geval van niet-naleving door een partij van haar verplichtingen uit hoofde van de beheersovereenkomst, met uitsluiting van elke uitdrukkelijke ontbindende clausule.
§ 2. De beheersovereenkomst regelt in ieder geval volgende zaken:
a) de taken die het Agentschap op zich neemt voor de uitvoering van de in artikel 5, §§ 1 tot en met 5 en 7, omschreven openbare opdrachten, hierna de openbare taken genoemd, met inbegrip van de voorwaarden voor het beheer en de exploitatie daarvan;
b) de beginselen en gedragsregels voor de diensten verleend aan de gebruikers in het kader van de openbare taken bedoeld in de overeenkomst voor de in artikel 5, § 1, bedoelde opdrachten, met inbegrip van het niveau van kwaliteit en toegankelijkheid van de diensten voor de gebruikers en de wijze waarop deze moeten worden gemeten, alsmede, in voorkomend geval, voor niet-universele diensten, de omschrijving van de begunstigden van deze diensten en de tariefbeginselen;
c) de vaststelling, berekening en wijze van betaling, vereffening of verstrekking van subsidies ten laste van de algemene uitgavenbegroting van het Gewest, die de Regering toekent ter dekking van de lasten die het Agentschap draagt voor het beheer van de openbare opdrachten en taken, rekening houdend met de kosten en inkomsten en de voorwaarden die bij of krachtens deze ordonnantie of de beheersovereenkomst zijn opgelegd;
d) de wijze waarop de Regering of de Ministers krachtens artikel 5, § 6, bepaalde taken kunnen delegeren en toevertrouwen, met inbegrip van de wijze van berekening en betaling van de aan het Agentschap voor deze bijzondere taken verschuldigde tegemoetkoming of bezoldiging;
e) de vergoedingen of andere betalingen die aan het Gewest verschuldigd zijn voor rechten of goederen die het aan het Agentschap ter beschikking stelt;
f) de elementen die het jaarlijks operationeel plan moet bevatten, onverminderd het besluit van de Regering van 24 oktober 2014 betreffende de modaliteiten van de beheerscontrole;
g) de doelstellingen van de financiële structuur van het Agentschap en de wijze waarop de financiële belangen van het Gewest worden gewaarborgd;
h) de regels voor de controle, herevaluatie of jaarlijkse aanpassing van de beheersovereenkomst;
i) de sancties in geval van niet-naleving door een partij van haar verplichtingen uit hoofde van de beheersovereenkomst, met uitsluiting van elke uitdrukkelijke ontbindende clausule.
Art.7. § 1er. Les règles et conditions suivant lesquelles l'Agence exerce les missions de service public qui lui sont confiées en vertu de l'article 5 et les engagements de la Région sont arrêtés dans un contrat de gestion conclu entre la Région et l'Agence.
§ 2. Le contrat de gestion règle en tout cas les matières suivantes:
a) les tâches que l'Agence assume en vue de l'exécution des missions de service public définies à l'article 5, §§ 1er à 5 et 7, ci-après dénommées les tâches de service public, y inclus les conditions de leur gestion et exploitation;
b) les principes et règles de conduite gouvernant les prestations fournies aux usagers dans le cadre des tâches de service public définies dans le contrat pour les missions visées à l'article 5, § 1er, y inclus les niveaux de qualité et d'accessibilité des services aux usagers et la manière de les mesurer ainsi que, le cas échéant, pour les services non universels, la définition des bénéficiaires de ces prestations et des principes tarifaires;
c) la fixation, le calcul et les modalités de versement, de liquidation ou de mise à disposition des subsides à charge du budget général des dépenses de la Région, que le Gouvernement affecte à la couverture des charges supportées par l'Agence pour la gestion des missions et tâches de service public, compte tenu des coûts et recettes et des conditions imposées par ou vertu de la présente ordonnance ou du contrat de gestion;
d) les modalités suivant lesquelles le Gouvernement ou les Ministres peuvent déléguer et confier des tâches particulières en vertu de l'article 5, § 6, y inclus les modalités de calcul et de paiement de la compensation ou rémunération due à l'Agence pour ces tâches particulières;
e) les indemnités ou autres paiements dus à la Région pour les droits ou biens qu'elle met à disposition de l'Agence;
f) les éléments que le plan opérationnel annuel doit contenir, sans préjudice de l'arrêté du Gouvernement du 24 octobre 2014 concernant les modalités du contrôle de gestion;
g) les objectifs de la structure financière de l'Agence et la manière dont les intérêts financiers de la Région sont garantis;
h) les règles pour le contrôle, la réévaluation ou l'adaptation annuelle du contrat de gestion;
i) les sanctions en cas de non-respect, par une partie, de ses engagements résultant du contrat de gestion, à l'exclusion de toute clause résolutoire expresse.
§ 2. Le contrat de gestion règle en tout cas les matières suivantes:
a) les tâches que l'Agence assume en vue de l'exécution des missions de service public définies à l'article 5, §§ 1er à 5 et 7, ci-après dénommées les tâches de service public, y inclus les conditions de leur gestion et exploitation;
b) les principes et règles de conduite gouvernant les prestations fournies aux usagers dans le cadre des tâches de service public définies dans le contrat pour les missions visées à l'article 5, § 1er, y inclus les niveaux de qualité et d'accessibilité des services aux usagers et la manière de les mesurer ainsi que, le cas échéant, pour les services non universels, la définition des bénéficiaires de ces prestations et des principes tarifaires;
c) la fixation, le calcul et les modalités de versement, de liquidation ou de mise à disposition des subsides à charge du budget général des dépenses de la Région, que le Gouvernement affecte à la couverture des charges supportées par l'Agence pour la gestion des missions et tâches de service public, compte tenu des coûts et recettes et des conditions imposées par ou vertu de la présente ordonnance ou du contrat de gestion;
d) les modalités suivant lesquelles le Gouvernement ou les Ministres peuvent déléguer et confier des tâches particulières en vertu de l'article 5, § 6, y inclus les modalités de calcul et de paiement de la compensation ou rémunération due à l'Agence pour ces tâches particulières;
e) les indemnités ou autres paiements dus à la Région pour les droits ou biens qu'elle met à disposition de l'Agence;
f) les éléments que le plan opérationnel annuel doit contenir, sans préjudice de l'arrêté du Gouvernement du 24 octobre 2014 concernant les modalités du contrôle de gestion;
g) les objectifs de la structure financière de l'Agence et la manière dont les intérêts financiers de la Région sont garantis;
h) les règles pour le contrôle, la réévaluation ou l'adaptation annuelle du contrat de gestion;
i) les sanctions en cas de non-respect, par une partie, de ses engagements résultant du contrat de gestion, à l'exclusion de toute clause résolutoire expresse.
Art.8. Bij de onderhandeling en het sluiten van de beheersovereenkomst wordt het Gewest vertegenwoordigd door de Ministers.
De algemeen directeur en de adjunct algemeen directeur stellen een ontwerp van beheersovereenkomst op en leggen deze voor een met redenen omkleed advies voor aan de raad van bestuur. Zij onderhandelen met de Ministers over het ontwerp van beheersovereenkomst van het Agentschap, rekening houdend met het met redenen omkleed advies van de raad van bestuur.
Zodra de onderhandelingen zijn afgerond, wordt de beheersovereenkomst ter goedkeuring voorgelegd aan de raad van bestuur.
De beheersovereenkomst treedt pas in werking nadat deze bij regeringsbesluit is goedgekeurd en op de bij dat besluit vastgestelde datum.
De door de Regering goedgekeurde beheersovereenkomst wordt ter informatie toegezonden aan het Parlement van het Gewest.
De algemeen directeur en de adjunct algemeen directeur stellen een ontwerp van beheersovereenkomst op en leggen deze voor een met redenen omkleed advies voor aan de raad van bestuur. Zij onderhandelen met de Ministers over het ontwerp van beheersovereenkomst van het Agentschap, rekening houdend met het met redenen omkleed advies van de raad van bestuur.
Zodra de onderhandelingen zijn afgerond, wordt de beheersovereenkomst ter goedkeuring voorgelegd aan de raad van bestuur.
De beheersovereenkomst treedt pas in werking nadat deze bij regeringsbesluit is goedgekeurd en op de bij dat besluit vastgestelde datum.
De door de Regering goedgekeurde beheersovereenkomst wordt ter informatie toegezonden aan het Parlement van het Gewest.
Art.8. Lors de la négociation et de la conclusion du contrat de gestion, la Région est représentée par les Ministres.
Le directeur général et le directeur général adjoint élaborent un projet de contrat de gestion qu'ils soumettent au conseil d'administration pour avis motivé. Ils négocient le projet de contrat de gestion de l'Agence avec les Ministres en tenant compte de l'avis motivé du conseil d'administration.
Au terme des négociations, le contrat de gestion est soumis à l'approbation du conseil d'administration.
Le contrat de gestion n'entre en vigueur qu'après son approbation par arrêté du Gouvernement et à la date fixée par cet arrêté.
Le contrat de gestion approuvé par le Gouvernement est transmis pour information au Parlement de la Région.
Le directeur général et le directeur général adjoint élaborent un projet de contrat de gestion qu'ils soumettent au conseil d'administration pour avis motivé. Ils négocient le projet de contrat de gestion de l'Agence avec les Ministres en tenant compte de l'avis motivé du conseil d'administration.
Au terme des négociations, le contrat de gestion est soumis à l'approbation du conseil d'administration.
Le contrat de gestion n'entre en vigueur qu'après son approbation par arrêté du Gouvernement et à la date fixée par cet arrêté.
Le contrat de gestion approuvé par le Gouvernement est transmis pour information au Parlement de la Région.
Art.9. De beheersovereenkomst wordt gesloten voor een periode van vijf jaar. Deze kan aan het einde van het derde jaar van haar looptijd worden geëvalueerd met het oog op het aanbrengen van de wijzigingen of aanpassingen die nuttig of nodig worden geacht voor de resterende looptijd.
Indien bij afloop van de beheersovereenkomst geen nieuwe beheersovereenkomst in werking is getreden, wordt de overeenkomst automatisch verlengd tot de inwerkingtreding van een nieuwe beheersovereenkomst.
Indien bij afloop van de beheersovereenkomst geen nieuwe beheersovereenkomst in werking is getreden, wordt de overeenkomst automatisch verlengd tot de inwerkingtreding van een nieuwe beheersovereenkomst.
Art.9. Le contrat de gestion est conclu pour une durée de cinq ans. Il peut faire l'objet d'une évaluation au terme de la troisième année de sa conclusion en vue d'y apporter les modifications ou adaptations jugées utiles ou nécessaires pour le reste de son terme.
Si, à l'expiration du contrat de gestion, un nouveau contrat de gestion n'est pas entré en vigueur, le contrat est prorogé de plein droit jusqu'à l'entrée en vigueur d'un nouveau contrat de gestion.
Si, à l'expiration du contrat de gestion, un nouveau contrat de gestion n'est pas entré en vigueur, le contrat est prorogé de plein droit jusqu'à l'entrée en vigueur d'un nouveau contrat de gestion.
Art.10. Het besluit houdende goedkeuring van de beheersovereenkomst of de aanpassing of herziening ervan wordt bekendgemaakt in het Belgisch Staatsblad. De beheersovereenkomst wordt gepubliceerd als bijlage bij dit besluit.
Art.10. L'arrêté portant approbation du contrat de gestion ou de son adaptation ou de sa révision est publié au Moniteur belge. Le contrat de gestion est publié en annexe de cet arrêté.
HOOFDSTUK IV. - Jaarlijks operationeel plan
CHAPITRE IV. - Plan opérationnel annuel
Art.11. Elk jaar stellen de algemeen directeur en de adjunct algemeen directeur een jaarlijks operationeel plan op ter bepaling van de concrete doelstellingen voor het volgende jaar en van de strategie van het Agentschap op middellange termijn, overeenkomstig de bepalingen die van toepassing zijn krachtens de OOBBC en de haar uitvoeringsbesluiten.
Het jaarlijks operationeel plan wordt ter goedkeuring voorgelegd aan de raad van bestuur.
Het jaarlijks operationeel plan wordt ter goedkeuring voorgelegd aan de raad van bestuur.
Art.11. Le directeur général et le directeur général adjoint élaborent chaque année un plan opérationnel annuel fixant les objectifs concrets pour l'année suivante et la stratégie à moyen terme de l'Agence, dans le respect des dispositions applicables en vertu de l'OOBCC et de ses arrêtés d'exécution.
Le plan opérationnel annuel est soumis pour approbation au conseil d'administration.
Le plan opérationnel annuel est soumis pour approbation au conseil d'administration.
HOOFDSTUK V. - Middelen en bevoegdheden van het Agentschap
CHAPITRE V. - Moyens et capacités de l'Agence
Art.12. De financiële middelen waarover het Agentschap beschikt zijn de volgende:
a) in de algemene uitgavenbegroting van het Gewest opgenomen toelagen voor de in artikel 5 omschreven openbare opdrachten en taken van het Agentschap;
b) inkomsten en ontvangsten;
c) federale, Europese of internationale openbare fondsen in het kader van projectoproepen waaraan het Agentschap krachtens artikel 16 mag deelnemen;
d) giften of nalatenschappen;
e) door het Agentschap afgesloten leningen die voorafgaand door de Regering werden goedgekeurd;
f) goederen of rechten die door de Regering ter beschikking zijn gesteld; met inbegrip van het kapitaal dat bij de omzetting van het Agentschap aan de werking en opdrachten van het Agentschap wordt toevertrouwd.
Het Agentschap gebruikt zijn activa en beschikbare fondsen om de in deze ordonnantie en beheersovereenkomst omschreven opdrachten en taken van openbare dienst uit te voeren.
a) in de algemene uitgavenbegroting van het Gewest opgenomen toelagen voor de in artikel 5 omschreven openbare opdrachten en taken van het Agentschap;
b) inkomsten en ontvangsten;
c) federale, Europese of internationale openbare fondsen in het kader van projectoproepen waaraan het Agentschap krachtens artikel 16 mag deelnemen;
d) giften of nalatenschappen;
e) door het Agentschap afgesloten leningen die voorafgaand door de Regering werden goedgekeurd;
f) goederen of rechten die door de Regering ter beschikking zijn gesteld; met inbegrip van het kapitaal dat bij de omzetting van het Agentschap aan de werking en opdrachten van het Agentschap wordt toevertrouwd.
Het Agentschap gebruikt zijn activa en beschikbare fondsen om de in deze ordonnantie en beheersovereenkomst omschreven opdrachten en taken van openbare dienst uit te voeren.
Art.12. Les moyens financiers dont dispose l'Agence sont:
a) les subsides, inscrits au budget général des dépenses de la Région, pour les missions et tâches de service public de l'Agence telles que définies à l'article 5;
b) les revenus et recettes;
c) des fonds publics fédéraux, européens ou internationaux dans le cadre d'appels à projets auxquels l'Agence est autorisée à participer en vertu de l'article 16;
d) des dons ou legs;
e) des emprunts contractés par l'Agence, préalablement approuvés par le Gouvernement;
f) les biens ou droits mis à disposition par le Gouvernement, y inclus le capital qui, à la transformation de l'Agence, est affecté à son fonctionnement et ses missions.
L'Agence utilise ses avoirs et fonds disponibles pour l'exécution des missions et tâches de service public définies dans la présente ordonnance et dans son contrat de gestion.
a) les subsides, inscrits au budget général des dépenses de la Région, pour les missions et tâches de service public de l'Agence telles que définies à l'article 5;
b) les revenus et recettes;
c) des fonds publics fédéraux, européens ou internationaux dans le cadre d'appels à projets auxquels l'Agence est autorisée à participer en vertu de l'article 16;
d) des dons ou legs;
e) des emprunts contractés par l'Agence, préalablement approuvés par le Gouvernement;
f) les biens ou droits mis à disposition par le Gouvernement, y inclus le capital qui, à la transformation de l'Agence, est affecté à son fonctionnement et ses missions.
L'Agence utilise ses avoirs et fonds disponibles pour l'exécution des missions et tâches de service public définies dans la présente ordonnance et dans son contrat de gestion.
Art.13. Het Agentschap kan van geval tot geval door de Regering worden gemachtigd om in het algemeen belang onroerende goederen te onteigenen, zo nodig door middel van onteigening per zone, voor zover dat de onteigening wordt gerechtvaardigd door de uitoefening van bepaalde uit deze ordonnantie of de beheersovereenkomst voortvloeiende openbare opdrachten en taken.
Art.13. L'Agence peut être autorisée par le Gouvernement, au cas par cas, à procéder à des expropriations de biens immobiliers pour cause d'utilité publique, le cas échéant par le biais de l'expropriation par zones, pour autant que l'expropriation soit justifiée par la poursuite de certaines de ses missions et tâches de service public résultant de la présente ordonnance ou du contrat de gestion.
Art.14. Het Agentschap kan dadingen aangaan en arbitrageovereenkomsten sluiten.
Art.14. L'Agence peut transiger et conclure des conventions d'arbitrage.
Art.15. § 1. De uitvoering van huidige ordonnantie geeft aanleiding tot de verwerking van persoonsgegevens door het Agentschap.
§ 2. De doeleinden van de verwerking die worden uitgevoerd in het kader van de in deze ordonnantie omschreven opdrachten van openbare diensten, die niet noodzakelijkerwijs worden beheerst door een andere wetgeving, een overeenkomst of de toestemming van de betrokken personen, zijn:
a) te reageren op elk verzoek dat aan het Agentschap wordt gericht, via een communicatiemiddel of een onderhoud met haar personeel, door ieder die onderneemt of van plan is te ondernemen in het Gewest;
b) informaties of bewustmakingsboodschappen te verzenden naar het doelpubliek van het Agentschap, met inbegrip van directe niet-commerciële prospectie;
c) een begeleittdingsdossier samen te stellen en begunstigden in contact brengen met deskundigen en coaches;
d) de door het Agentschap georganiseerde competities te beheren;
e) het uitvoeren van enquêtes en studies, het samenstellen van statistieken;
f) evenementen te organiseren en begunstigden met elkaar en met de private en publieke partners van het Agentschap in contact te brengen;
g) acties te beheren in samenwerking met de partners van het Agentschap;
h) het aanwerven van clusterleden.
§ 3. De categorieën persoonsgegevens die noodzakelijk zijn om de in paragraaf 2 genoemde doeleinden te bereiken, zijn:
a) de identificatie-, adres- en contactgegevens van de begunstigden van de diensten van het Agentschap, zijn partners en leveranciers;
b) voor bepaalde diensten geleverd door het Agentschap, de persoonlijke kenmerken van de begunstigden: leeftijd, geslacht, geboortedatum en -plaats, burgerlijke staat;
c) voor de aanwerving van clusterleden, studies en opleidingen: academisch curriculum, beroepskwalificaties, beroepservaring, titel of functies;
d) voor de behandeling van andere vragen, opmerkingen en klachten: de identiteit van de auteur en zijn/haar contactgegevens.
§ 4. De voornaamste categorieën van betrokken natuurlijke personen zijn:
a) de begunstigden die natuurlijke personen zijn: ondernemer, potentiële ondernemer, investeerder, potentiële investeerder;
b) de natuurlijke personen die de begunstigden vertegenwoordigen;
c) de partners van het Agentschap en hun vertegenwoordigers, natuurlijke personen: in het bijzonder overheids-, semi-overheids-, privé- en verenigingsstructuren die ondersteuning bieden aan Brusselse ondernemingen of aan Belgische ondernemingen die zich kandidaat stellen voor export.
§ 5. Het Agentschap is de verantwoordelijke voor de in paragraaf 2 bedoelde verwerking van de in de paragrafen 3 en 4 bedoelde persoonsgegevens.
Alleen personeelsleden hebben toegang tot de verwerkte gegevens.
§ 6. Behoudens andersluidende wettelijke of contractuele bepalingen gelden voor persoonsgegevens die door het Agentschap worden verzameld en verwerkt voor de in paragraaf 2 genoemde doeleinden, de volgende bewaartermijnen.
Gegevens met betrekking tot begunstigden en partners die door het Agentschap worden verzameld en verwerkt in het kader van haar opdrachten van openbare dienst, worden bewaard gedurende vijf jaar vanaf de datum van het laatste contact tussen de betrokkene en het Agentschap.
Persoonsgegevens die worden verzameld en verwerkt in het kader van activiteiten om de diensten van het Agentschap te promoten, zoals nieuwsbrieven of gerichte mailings, worden echter bewaard tot één jaar na het laatste contact tussen de betrokkene en het Agentschap.
Persoonsgegevens die worden verzameld en verwerkt voor de organisatie van een evenement, worden bewaard tot één jaar na de datum van het evenement.
§ 7. De Regering kan de in paragrafen 2 tot 6 bedoelde elementen specificeren, met name via de beheersovereenkomst.
Het beleid van het Agentschap inzake de bescherming van persoonsgegevens wordt nader toegelicht door de raad van bestuur in een openbaar toegankelijk document.
§ 2. De doeleinden van de verwerking die worden uitgevoerd in het kader van de in deze ordonnantie omschreven opdrachten van openbare diensten, die niet noodzakelijkerwijs worden beheerst door een andere wetgeving, een overeenkomst of de toestemming van de betrokken personen, zijn:
a) te reageren op elk verzoek dat aan het Agentschap wordt gericht, via een communicatiemiddel of een onderhoud met haar personeel, door ieder die onderneemt of van plan is te ondernemen in het Gewest;
b) informaties of bewustmakingsboodschappen te verzenden naar het doelpubliek van het Agentschap, met inbegrip van directe niet-commerciële prospectie;
c) een begeleittdingsdossier samen te stellen en begunstigden in contact brengen met deskundigen en coaches;
d) de door het Agentschap georganiseerde competities te beheren;
e) het uitvoeren van enquêtes en studies, het samenstellen van statistieken;
f) evenementen te organiseren en begunstigden met elkaar en met de private en publieke partners van het Agentschap in contact te brengen;
g) acties te beheren in samenwerking met de partners van het Agentschap;
h) het aanwerven van clusterleden.
§ 3. De categorieën persoonsgegevens die noodzakelijk zijn om de in paragraaf 2 genoemde doeleinden te bereiken, zijn:
a) de identificatie-, adres- en contactgegevens van de begunstigden van de diensten van het Agentschap, zijn partners en leveranciers;
b) voor bepaalde diensten geleverd door het Agentschap, de persoonlijke kenmerken van de begunstigden: leeftijd, geslacht, geboortedatum en -plaats, burgerlijke staat;
c) voor de aanwerving van clusterleden, studies en opleidingen: academisch curriculum, beroepskwalificaties, beroepservaring, titel of functies;
d) voor de behandeling van andere vragen, opmerkingen en klachten: de identiteit van de auteur en zijn/haar contactgegevens.
§ 4. De voornaamste categorieën van betrokken natuurlijke personen zijn:
a) de begunstigden die natuurlijke personen zijn: ondernemer, potentiële ondernemer, investeerder, potentiële investeerder;
b) de natuurlijke personen die de begunstigden vertegenwoordigen;
c) de partners van het Agentschap en hun vertegenwoordigers, natuurlijke personen: in het bijzonder overheids-, semi-overheids-, privé- en verenigingsstructuren die ondersteuning bieden aan Brusselse ondernemingen of aan Belgische ondernemingen die zich kandidaat stellen voor export.
§ 5. Het Agentschap is de verantwoordelijke voor de in paragraaf 2 bedoelde verwerking van de in de paragrafen 3 en 4 bedoelde persoonsgegevens.
Alleen personeelsleden hebben toegang tot de verwerkte gegevens.
§ 6. Behoudens andersluidende wettelijke of contractuele bepalingen gelden voor persoonsgegevens die door het Agentschap worden verzameld en verwerkt voor de in paragraaf 2 genoemde doeleinden, de volgende bewaartermijnen.
Gegevens met betrekking tot begunstigden en partners die door het Agentschap worden verzameld en verwerkt in het kader van haar opdrachten van openbare dienst, worden bewaard gedurende vijf jaar vanaf de datum van het laatste contact tussen de betrokkene en het Agentschap.
Persoonsgegevens die worden verzameld en verwerkt in het kader van activiteiten om de diensten van het Agentschap te promoten, zoals nieuwsbrieven of gerichte mailings, worden echter bewaard tot één jaar na het laatste contact tussen de betrokkene en het Agentschap.
Persoonsgegevens die worden verzameld en verwerkt voor de organisatie van een evenement, worden bewaard tot één jaar na de datum van het evenement.
§ 7. De Regering kan de in paragrafen 2 tot 6 bedoelde elementen specificeren, met name via de beheersovereenkomst.
Het beleid van het Agentschap inzake de bescherming van persoonsgegevens wordt nader toegelicht door de raad van bestuur in een openbaar toegankelijk document.
Art.15. § 1er. L'exécution de la présente ordonnance donne lieu au traitement de données à caractère personnel par l'Agence.
§ 2. Les finalités des traitements réalisés dans le cadre des missions de service public définies par la présente ordonnance et qui ne sont pas nécessairement encadrées par une législation tierce, un contrat ou le consentement des personnes concernées, sont les suivantes :
a) répondre aux demandes de renseignements qui sont adressées à l'Agence, par un moyen de communication ou en entretien avec un agent, par toute personne qui entreprend ou envisage d'entreprendre en Région;
b) adresser des informations ou des messages de sensibilisation au public cible de l'Agence, y compris par prospection directe non commerciale;
c) créer un dossier d'accompagnement et mettre les bénéficiaires en relation avec des experts et des coachs;
d) gérer des concours organisés par l'Agence;
e) réaliser des enquêtes et des études et établir des statistiques;
f) organiser des évènements et mettre en relation des bénéficiaires entre eux et avec les partenaires privés et publics de l'Agence;
g) gérer des actions en collaboration avec les partenaires de l'Agence;
h) recruter les membres des clusters.
§ 3. Les catégories de données à caractère personnel qui sont nécessaires pour atteindre les finalités visées au paragraphe 2 sont les suivantes :
a) les données d'identification, d'adresse et de contact des bénéficiaires des services de l'Agence, de ses partenaires et fournisseurs;
b) pour certains services fournis par l'Agence, les caractéristiques personnelles des bénéficiaires: âge, sexe, date et lieu de naissance, état civil;
c) pour le recrutement des membres des clusters, les études et formations: curriculum académique, qualifications professionnelles, expérience professionnelle, titre ou fonctions;
d) pour le traitement des autres questions, remarques et plaintes: l'identité de l'auteur et ses données de contact.
§ 4. Les principales catégories de personnes physiques concernées, sont:
a) les bénéficiaires personnes physiques: entrepreneur, potentiel entrepreneur, investisseur, potentiel investisseur;
b) les représentants personnes physiques des bénéficiaires;
c) les partenaires de l'Agence et leurs représentants, personnes physiques: notamment, les structures publiques, semi-publiques, privées et associatives qui soutiennent les entreprises bruxelloises ou les entreprises belges candidates à l'exportation.
§ 5. L'Agence est le responsable des traitements visés au paragraphe 2 des données à caractère personnel visées aux paragraphes 3 et 4.
Seuls les agents membres du personnel ont accès aux données traitées.
§ 6. Sous réserve des dispositions légales ou contractuelles contraires, les données à caractère personnel collectées et traitées par l'Agence pour les finalités visées au paragraphe 2 sont soumises aux délais de conservation suivants.
Les données relatives aux bénéficiaires et partenaires qui sont collectées et traitées par l'Agence dans le cadre de ses missions de service public sont conservées pendant cinq ans à compter du jour du dernier contact entre la personne concernée et l'Agence.
Les données à caractère personnel collectées et traitées dans le cadre des activités de promotion des services de l'Agence tels que les bulletins d'information ou des envois ciblés, sont toutefois conservées pendant un an après le dernier contact entre la personne concernée et l'Agence.
Les données à caractère personnel collectées et traitées pour l'organisation d'un évènement sont conservées pendant un an après la date de l'évènement.
§ 7. Le Gouvernement peut préciser les éléments visés aux paragraphes 2 à 6, notamment à travers le contrat de gestion.
Le conseil d'administration détaille la politique de protection des données à caractère personnel de l'Agence dans un document accessible au public.
§ 2. Les finalités des traitements réalisés dans le cadre des missions de service public définies par la présente ordonnance et qui ne sont pas nécessairement encadrées par une législation tierce, un contrat ou le consentement des personnes concernées, sont les suivantes :
a) répondre aux demandes de renseignements qui sont adressées à l'Agence, par un moyen de communication ou en entretien avec un agent, par toute personne qui entreprend ou envisage d'entreprendre en Région;
b) adresser des informations ou des messages de sensibilisation au public cible de l'Agence, y compris par prospection directe non commerciale;
c) créer un dossier d'accompagnement et mettre les bénéficiaires en relation avec des experts et des coachs;
d) gérer des concours organisés par l'Agence;
e) réaliser des enquêtes et des études et établir des statistiques;
f) organiser des évènements et mettre en relation des bénéficiaires entre eux et avec les partenaires privés et publics de l'Agence;
g) gérer des actions en collaboration avec les partenaires de l'Agence;
h) recruter les membres des clusters.
§ 3. Les catégories de données à caractère personnel qui sont nécessaires pour atteindre les finalités visées au paragraphe 2 sont les suivantes :
a) les données d'identification, d'adresse et de contact des bénéficiaires des services de l'Agence, de ses partenaires et fournisseurs;
b) pour certains services fournis par l'Agence, les caractéristiques personnelles des bénéficiaires: âge, sexe, date et lieu de naissance, état civil;
c) pour le recrutement des membres des clusters, les études et formations: curriculum académique, qualifications professionnelles, expérience professionnelle, titre ou fonctions;
d) pour le traitement des autres questions, remarques et plaintes: l'identité de l'auteur et ses données de contact.
§ 4. Les principales catégories de personnes physiques concernées, sont:
a) les bénéficiaires personnes physiques: entrepreneur, potentiel entrepreneur, investisseur, potentiel investisseur;
b) les représentants personnes physiques des bénéficiaires;
c) les partenaires de l'Agence et leurs représentants, personnes physiques: notamment, les structures publiques, semi-publiques, privées et associatives qui soutiennent les entreprises bruxelloises ou les entreprises belges candidates à l'exportation.
§ 5. L'Agence est le responsable des traitements visés au paragraphe 2 des données à caractère personnel visées aux paragraphes 3 et 4.
Seuls les agents membres du personnel ont accès aux données traitées.
§ 6. Sous réserve des dispositions légales ou contractuelles contraires, les données à caractère personnel collectées et traitées par l'Agence pour les finalités visées au paragraphe 2 sont soumises aux délais de conservation suivants.
Les données relatives aux bénéficiaires et partenaires qui sont collectées et traitées par l'Agence dans le cadre de ses missions de service public sont conservées pendant cinq ans à compter du jour du dernier contact entre la personne concernée et l'Agence.
Les données à caractère personnel collectées et traitées dans le cadre des activités de promotion des services de l'Agence tels que les bulletins d'information ou des envois ciblés, sont toutefois conservées pendant un an après le dernier contact entre la personne concernée et l'Agence.
Les données à caractère personnel collectées et traitées pour l'organisation d'un évènement sont conservées pendant un an après la date de l'évènement.
§ 7. Le Gouvernement peut préciser les éléments visés aux paragraphes 2 à 6, notamment à travers le contrat de gestion.
Le conseil d'administration détaille la politique de protection des données à caractère personnel de l'Agence dans un document accessible au public.
Art.16. In het kader van zijn in artikel 5 omschreven openbare opdrachten kan het Agentschap ingaan op projectoproepen van de Europese Unie of andere federale of internationale instellingen en daarbij federale of internationale Europese openbare middelen ontvangen, inzoverre deze projecten geen belemmering vormen voor de goede uitvoering van de openbare opdrachten en taken die in de beheersovereenkomst zijn geregeld.
Art.16. Dans le cadre de ses missions de service public telles que définies à l'article 5, l'Agence peut répondre aux appels à projets initiés par l'Union européenne ou d'autres institutions fédérales ou internationales et, par-là, bénéficier de fonds publics européens fédéraux ou internationaux, pour autant que ces projets n'entravent pas la bonne exécution des missions et des tâches de service public régies par le contrat de gestion.
Art.17. § 1. Het Agentschap kan verenigingen oprichten of zich aansluiten bij verenigingen naar Belgisch recht waarvan het maatschappelijk doel bijdraagt tot de vervulling van de opdrachten en taken van openbare dienst die bij of krachtens deze ordonnantie aan het Agentschap zijn toevertrouwd.
Het besluit tot oprichting van of toetreding tot een dergelijke vereniging wordt genomen door de raad van bestuur van het Agentschap en is onderworpen aan de voorafgaande goedkeuring van de Regering, die aan de door hem bepaalde voorwaarden kan onderworpen worden.
§ 2. Het is het Agentschap verboden de bij of krachtens deze ordonnantie aan het Agentschap toevertrouwde opdrachten en taken van openbare dienst geheel of gedeeltelijk aan derden toe te vertrouwen.
Het besluit tot oprichting van of toetreding tot een dergelijke vereniging wordt genomen door de raad van bestuur van het Agentschap en is onderworpen aan de voorafgaande goedkeuring van de Regering, die aan de door hem bepaalde voorwaarden kan onderworpen worden.
§ 2. Het is het Agentschap verboden de bij of krachtens deze ordonnantie aan het Agentschap toevertrouwde opdrachten en taken van openbare dienst geheel of gedeeltelijk aan derden toe te vertrouwen.
Art.17. § 1er. L'Agence peut constituer des associations ou adhérer à des associations de droit belge dont l'objet social contribue à la réalisation des missions et tâches de service public qui lui sont confiées par ou en vertu de la présente ordonnance.
La décision de constituer une telle association ou d'y adhérer est prise par le conseil d'administration de l'Agence et est soumise à l'approbation préalable du Gouvernement qui peut être assortie de conditions.
§ 2. Il est interdit à l'Agence de confier à un tiers tout ou partie des missions et tâches de service public qui lui sont confiées par ou en vertu de la présente ordonnance.
La décision de constituer une telle association ou d'y adhérer est prise par le conseil d'administration de l'Agence et est soumise à l'approbation préalable du Gouvernement qui peut être assortie de conditions.
§ 2. Il est interdit à l'Agence de confier à un tiers tout ou partie des missions et tâches de service public qui lui sont confiées par ou en vertu de la présente ordonnance.
HOOFDSTUK VI. - Bestuur en beheer van het Agentschap
CHAPITRE VI. - Administration et gestion de l'Agence
Art.18. Het Agentschap wordt bestuurd door een raad van bestuur die, zonder afbreuk te doen aan het in artikel 26 bedoelde dagelijks bestuur, bevoegd is alle handelingen te verrichten die nodig of nuttig zijn voor de uitvoering van de openbare opdrachten en taken van het Agentschap.
Zonder afbreuk te doen aan de bevoegdheden die eventueel aan bijzondere lasthebbers worden gedelegeerd, kan de raad van bestuur aan de algemeen directeur en de adjunct algemeen directeur of aan andere personeelsleden van het Agentschap de in lid 1 bedoelde bevoegdheden geheel of gedeeltelijk overdragen met uitzondering van:
a) de goedkeuring van de beheersovereenkomst en iedere wijziging ervan, alsmede het toezicht op de uitvoering en naleving ervan;
b) het vaststellen van de strategische doelstellingen van het Agentschap;
c) de goedkeuring van de begroting en de laatste jaarrekening van het Agentschap in zijn hoedanigheid van naamloze vennootschap onderworpen aan het Wetboek Vennootschappen en Verenigingen;
d) de goedkeuring van de boekhoudkundige en financiële documenten die door of krachten de OOBBC worden voorzien, met inbegrip van documenten inzake planning of beheerscontrole en de toezending ervan aan de Regering binnen de termijnen en in de vorm als vereist door de OOBBC en haar uitvoeringsbesluiten;
e) de andere bevoegdheden die bij deze ordonnantie of andere regelgevingen aan de raad van bestuur zijn voorbehouden.
Zonder afbreuk te doen aan de bevoegdheden die eventueel aan bijzondere lasthebbers worden gedelegeerd, kan de raad van bestuur aan de algemeen directeur en de adjunct algemeen directeur of aan andere personeelsleden van het Agentschap de in lid 1 bedoelde bevoegdheden geheel of gedeeltelijk overdragen met uitzondering van:
a) de goedkeuring van de beheersovereenkomst en iedere wijziging ervan, alsmede het toezicht op de uitvoering en naleving ervan;
b) het vaststellen van de strategische doelstellingen van het Agentschap;
c) de goedkeuring van de begroting en de laatste jaarrekening van het Agentschap in zijn hoedanigheid van naamloze vennootschap onderworpen aan het Wetboek Vennootschappen en Verenigingen;
d) de goedkeuring van de boekhoudkundige en financiële documenten die door of krachten de OOBBC worden voorzien, met inbegrip van documenten inzake planning of beheerscontrole en de toezending ervan aan de Regering binnen de termijnen en in de vorm als vereist door de OOBBC en haar uitvoeringsbesluiten;
e) de andere bevoegdheden die bij deze ordonnantie of andere regelgevingen aan de raad van bestuur zijn voorbehouden.
Art.18. L'Agence est administrée par un conseil d'administration qui, sans préjudice de la gestion journalière visée à l'article 26, a le pouvoir d'accomplir tous les actes nécessaires ou utiles à la réalisation des missions et tâches de service public de l'Agence.
Sans préjudice des pouvoirs éventuellement délégués à des mandataires spéciaux, le conseil d'administration peut déléguer au directeur général et au directeur général adjoint, voire à d'autres membres du personnel de l'Agence, en tout ou en partie, les compétences visées à l'alinéa 1er, à l'exception de:
a) l'approbation du contrat de gestion, de même que toute modification de celui-ci, de même que le contrôle de sa mise en oeuvre et de son respect;
b) la fixation des objectifs stratégiques de l'Agence;
c) l'approbation du budget et des derniers comptes annuels de l'Agence en sa qualité de société anonyme soumise au Code des Sociétés et des Associations;
d) l'approbation des documents comptables et financiers prévus par ou en vertu de l'OOBCC, en ce compris les documents de planification ou de contrôle de gestion, et leur transmission au Gouvernement dans les délais et formes requis par l'OOBCC et ses arrêtés d'exécution;
e) les autres compétences qui sont réservées par la présente ordonnance ou d'autres réglementations au conseil d'administration.
Sans préjudice des pouvoirs éventuellement délégués à des mandataires spéciaux, le conseil d'administration peut déléguer au directeur général et au directeur général adjoint, voire à d'autres membres du personnel de l'Agence, en tout ou en partie, les compétences visées à l'alinéa 1er, à l'exception de:
a) l'approbation du contrat de gestion, de même que toute modification de celui-ci, de même que le contrôle de sa mise en oeuvre et de son respect;
b) la fixation des objectifs stratégiques de l'Agence;
c) l'approbation du budget et des derniers comptes annuels de l'Agence en sa qualité de société anonyme soumise au Code des Sociétés et des Associations;
d) l'approbation des documents comptables et financiers prévus par ou en vertu de l'OOBCC, en ce compris les documents de planification ou de contrôle de gestion, et leur transmission au Gouvernement dans les délais et formes requis par l'OOBCC et ses arrêtés d'exécution;
e) les autres compétences qui sont réservées par la présente ordonnance ou d'autres réglementations au conseil d'administration.
Art.19. § 1. De raad van bestuur bestaat uit vijftien leden, natuurlijke personen, die door de Regering worden benoemd en afgezet.
Zes van die leden worden benoemd op basis van een voorstel van Brupartners, dat bestaat uit hetzelfde aantal vakbondsvertegenwoordigers als werkgeversvertegenwoordigers en dat de verschillende geledingen van de twee groepen weerspiegelt.
Binnen elk van de twee groepen, met name de leden voorgesteld door Brupartners en de overige leden, behoort twee derde tot de taalaanhorigheid die het meest vertegenwoordigd is in het Parlement van het Gewest en behoort een derde tot de taalaanhorigheid die het minst vertegenwoordigd is in het Parlement van het Gewest.
De taalaanhorigheid van de leden van de raad van bestuur blijkt uit een door hen afgelegde verklaring. Dit moet tegelijk met of na hun benoeming door de Regering worden bevestigd.
§ 2. De raad van bestuur benoemt onder zijn leden, op voorstel van de Regering, een voorzitter en een ondervoorzitter die tot verschillende taalaanhorigheden behoren.
De voorzitter en de ondervoorzitter kunnen te allen tijde, zonder de gebouwen te verlaten, alle documenten en bescheiden van het Agentschap inzien. Zij kunnen de algemeen directeur en de adjunct algemeen directeur om uitleg en informatie verzoeken en alle controles uitvoeren die zij voor de vervulling van hun mandaat nodig achten. Zij kunnen zich laten bijstaan door een door hen aangewezen deskundige. De bezoldiging van deze deskundige komt ten laste van het Agentschap.
§ 3. De algemeen directeur en de adjunct algemeen directeur worden voor de vergaderingen van de raad van bestuur uitgenodigd met een raadgevende stem, onverminderd de mogelijkheid voor de raad van bestuur om uitsluitend in aanwezigheid van zijn leden en de Regeringscommissarissen te vergaderen wanneer het belang van het Agentschap dit vereist.
§ 4. De bezoldigingen, voordelen van alle aard en representatievergoedingen, vastgesteld overeenkomstig de gezamenlijke ordonnantie van het Brussels Hoofdstedelijk Gewest en de Gemeenschappelijke Gemeenschapscommissie van 14 december 2017 betreffende de transparantie van de bezoldigingen en voordelen van de Brusselse openbare mandatarissen, zijn ten laste van het Agentschap.
Zes van die leden worden benoemd op basis van een voorstel van Brupartners, dat bestaat uit hetzelfde aantal vakbondsvertegenwoordigers als werkgeversvertegenwoordigers en dat de verschillende geledingen van de twee groepen weerspiegelt.
Binnen elk van de twee groepen, met name de leden voorgesteld door Brupartners en de overige leden, behoort twee derde tot de taalaanhorigheid die het meest vertegenwoordigd is in het Parlement van het Gewest en behoort een derde tot de taalaanhorigheid die het minst vertegenwoordigd is in het Parlement van het Gewest.
De taalaanhorigheid van de leden van de raad van bestuur blijkt uit een door hen afgelegde verklaring. Dit moet tegelijk met of na hun benoeming door de Regering worden bevestigd.
§ 2. De raad van bestuur benoemt onder zijn leden, op voorstel van de Regering, een voorzitter en een ondervoorzitter die tot verschillende taalaanhorigheden behoren.
De voorzitter en de ondervoorzitter kunnen te allen tijde, zonder de gebouwen te verlaten, alle documenten en bescheiden van het Agentschap inzien. Zij kunnen de algemeen directeur en de adjunct algemeen directeur om uitleg en informatie verzoeken en alle controles uitvoeren die zij voor de vervulling van hun mandaat nodig achten. Zij kunnen zich laten bijstaan door een door hen aangewezen deskundige. De bezoldiging van deze deskundige komt ten laste van het Agentschap.
§ 3. De algemeen directeur en de adjunct algemeen directeur worden voor de vergaderingen van de raad van bestuur uitgenodigd met een raadgevende stem, onverminderd de mogelijkheid voor de raad van bestuur om uitsluitend in aanwezigheid van zijn leden en de Regeringscommissarissen te vergaderen wanneer het belang van het Agentschap dit vereist.
§ 4. De bezoldigingen, voordelen van alle aard en representatievergoedingen, vastgesteld overeenkomstig de gezamenlijke ordonnantie van het Brussels Hoofdstedelijk Gewest en de Gemeenschappelijke Gemeenschapscommissie van 14 december 2017 betreffende de transparantie van de bezoldigingen en voordelen van de Brusselse openbare mandatarissen, zijn ten laste van het Agentschap.
Art.19. § 1er. Le conseil d'administration est composé de quinze membres, personnes physiques, nommés et révoqués par le Gouvernement.
Six de ces membres sont nommés sur la base d'une proposition de Brupartners comportant le même nombre de représentants syndicaux que de représentants patronaux et reflétant les différentes composantes des deux bancs.
Dans chacun des deux groupes, les membres proposés par Brupartners et les autres membres, deux tiers sont de l'expression linguistique la plus représentée au Parlement de la Région et un tiers de l'expression linguistique la moins représentée au Parlement de la Région.
L'expression linguistique des membres du conseil d'administration se démontre par une déclaration de ceux-ci. Elle doit être confirmée par le Gouvernement concomitamment ou ultérieurement à leur nomination.
§ 2. Le conseil d'administration désigne en son sein, sur proposition du Gouvernement, un président et un vice-président qui sont d'expressions linguistiques différentes.
Le président et le vice-président peuvent à tout moment prendre connaissance, sans déplacement, de tous les documents et toutes les écritures de l'Agence. Ils peuvent requérir du directeur général et du directeur général adjoint toutes les explications et informations et procéder à toutes les vérifications qui leur paraissent nécessaires pour exécuter leur mandat. Ils peuvent se faire assister par un expert désigné par eux. La rémunération de cet expert incombe à l'Agence.
§ 3. Le directeur général et le directeur général adjoint sont invités aux réunions du conseil d'administration avec voix consultative, sans préjudice pour le conseil d'administration de la possibilité de se réunir en la seule présence de ses membres et des commissaires du Gouvernement lorsque l'intérêt de l'Agence le requiert.
§ 4. Les rémunérations, avantages de toutes natures et frais de représentation, fixés conformément à l'ordonnance conjointe à la Région de Bruxelles-Capitale et à la Commission communautaire commune du 14 décembre 2017 sur la transparence des rémunérations et avantages des mandataires publics bruxellois, sont à charge de l'Agence.
Six de ces membres sont nommés sur la base d'une proposition de Brupartners comportant le même nombre de représentants syndicaux que de représentants patronaux et reflétant les différentes composantes des deux bancs.
Dans chacun des deux groupes, les membres proposés par Brupartners et les autres membres, deux tiers sont de l'expression linguistique la plus représentée au Parlement de la Région et un tiers de l'expression linguistique la moins représentée au Parlement de la Région.
L'expression linguistique des membres du conseil d'administration se démontre par une déclaration de ceux-ci. Elle doit être confirmée par le Gouvernement concomitamment ou ultérieurement à leur nomination.
§ 2. Le conseil d'administration désigne en son sein, sur proposition du Gouvernement, un président et un vice-président qui sont d'expressions linguistiques différentes.
Le président et le vice-président peuvent à tout moment prendre connaissance, sans déplacement, de tous les documents et toutes les écritures de l'Agence. Ils peuvent requérir du directeur général et du directeur général adjoint toutes les explications et informations et procéder à toutes les vérifications qui leur paraissent nécessaires pour exécuter leur mandat. Ils peuvent se faire assister par un expert désigné par eux. La rémunération de cet expert incombe à l'Agence.
§ 3. Le directeur général et le directeur général adjoint sont invités aux réunions du conseil d'administration avec voix consultative, sans préjudice pour le conseil d'administration de la possibilité de se réunir en la seule présence de ses membres et des commissaires du Gouvernement lorsque l'intérêt de l'Agence le requiert.
§ 4. Les rémunérations, avantages de toutes natures et frais de représentation, fixés conformément à l'ordonnance conjointe à la Région de Bruxelles-Capitale et à la Commission communautaire commune du 14 décembre 2017 sur la transparence des rémunérations et avantages des mandataires publics bruxellois, sont à charge de l'Agence.
Art.20. In elk van de twee groepen bestuurders, voorgesteld door Brupartners en de anderen, zijn tenminste de helft van de bestuurders woonachtig in het Gewest.
Het mandaat van bestuurder is onverenigbaar met de volgende hoedanigheden:
a) de functies van minister, staatssecretaris;
b) lid van het Europees Parlement, van de Kamer van Volksvertegenwoordigers, van de Senaat of van een parlement van een Gewest of Gemeenschap;
c) lid van het personeel van het Agentschap;
d) de functies van burgemeester, schepen of voorzitter van een OCMW;
e) elke functie die de onafhankelijkheid van de titularis bij de uitvoering van zijn opdracht in het Agentschap of in de uitvoering van de beheersovereenkomst in het gedrang zou kunnen brengen.
Elke bestuurder die in de loop van zijn mandaat zich bevindt in een van de onverenigbaarheden bedoeld in lid 2 wordt onmiddellijk als ontslagnemend beschouwd.
De bestuurders leven de bepalingen na van de gezamenlijke ordonnantie van het Brussels Hoofdstedelijk Gewest en de Gemeenschappelijke Gemeenschapscommissie van 14 december 2017 betreffende de transparantie van de bezoldigingen en voordelen van de Brusselse openbare mandatarissen.
Het mandaat van bestuurder is onverenigbaar met de volgende hoedanigheden:
a) de functies van minister, staatssecretaris;
b) lid van het Europees Parlement, van de Kamer van Volksvertegenwoordigers, van de Senaat of van een parlement van een Gewest of Gemeenschap;
c) lid van het personeel van het Agentschap;
d) de functies van burgemeester, schepen of voorzitter van een OCMW;
e) elke functie die de onafhankelijkheid van de titularis bij de uitvoering van zijn opdracht in het Agentschap of in de uitvoering van de beheersovereenkomst in het gedrang zou kunnen brengen.
Elke bestuurder die in de loop van zijn mandaat zich bevindt in een van de onverenigbaarheden bedoeld in lid 2 wordt onmiddellijk als ontslagnemend beschouwd.
De bestuurders leven de bepalingen na van de gezamenlijke ordonnantie van het Brussels Hoofdstedelijk Gewest en de Gemeenschappelijke Gemeenschapscommissie van 14 december 2017 betreffende de transparantie van de bezoldigingen en voordelen van de Brusselse openbare mandatarissen.
Art.20. Dans chacun des deux groupes d'administrateurs, ceux proposés par Brupartners et les autres, la moitié au moins des administrateurs sont domiciliés dans la Région.
Le mandat d'administrateur est incompatible avec les fonctions ou qualités suivantes:
a) les fonctions de ministre, de secrétaires d'Etat;
b) la qualité de membre du Parlement européen, de la Chambre des représentants, du Sénat, ou d'un parlement régional ou communautaire;
c) la qualité de membre du personnel de l'Agence;
d) les fonctions de bourgmestre, d'échevin ou de président de CPAS;
e) toute fonction qui serait de nature, pour son titulaire, à mettre en cause son indépendance dans l'accomplissement de sa mission au sein de l'Agence ou dans l'exécution du contrat de gestion.
Tout administrateur qui, en cours de mandat, tombe dans l'une des situations d'incompatibilité prévues à l'alinéa 2 est réputé immédiatement démissionnaire.
Les administrateurs se conforment aux dispositions de l'ordonnance conjointe à la Région de Bruxelles-Capitale et à la Commission communautaire commune du 14 décembre 2017 sur la transparence des rémunérations et avantages des mandataires publics bruxellois.
Le mandat d'administrateur est incompatible avec les fonctions ou qualités suivantes:
a) les fonctions de ministre, de secrétaires d'Etat;
b) la qualité de membre du Parlement européen, de la Chambre des représentants, du Sénat, ou d'un parlement régional ou communautaire;
c) la qualité de membre du personnel de l'Agence;
d) les fonctions de bourgmestre, d'échevin ou de président de CPAS;
e) toute fonction qui serait de nature, pour son titulaire, à mettre en cause son indépendance dans l'accomplissement de sa mission au sein de l'Agence ou dans l'exécution du contrat de gestion.
Tout administrateur qui, en cours de mandat, tombe dans l'une des situations d'incompatibilité prévues à l'alinéa 2 est réputé immédiatement démissionnaire.
Les administrateurs se conforment aux dispositions de l'ordonnance conjointe à la Région de Bruxelles-Capitale et à la Commission communautaire commune du 14 décembre 2017 sur la transparence des rémunérations et avantages des mandataires publics bruxellois.
Art.21. De raad van bestuur wordt binnen zes maanden na de vernieuwing van het Parlement van het Gewest vernieuwd. De bestuurders blijven in functie totdat zij worden vervangen.
Het mandaat van bestuurder kan worden verlengd.
Het mandaat van bestuurder kan worden verlengd.
Art.21. Il est procédé au renouvellement du conseil d'administration dans les six mois qui suivent le renouvellement du Parlement de la Région. Les administrateurs restent en fonction jusqu'à leur remplacement.
Le mandat d'administrateur est renouvelable.
Le mandat d'administrateur est renouvelable.
Art.22. De raad van bestuur stelt een financieel raadgevend comité in dat hem moet bijstaan met name in het formuleren van adviezen en het opstellen van verslagen op financieel, budgettair, boekhoudkundig gebied en op het vlak van controle en audit.
Het financieel comité bestaat uit vier leden, waaronder ten minste één vrouw en ten minste één man, die door en uit de raad van bestuur worden benoemd.
De voorzitter van de raad van bestuur is van rechtswege lid van het financieel comité.
De algemeen directeur en de adjunct algemeen directeur worden uitgenodigd voor de vergaderingen van het financieel comité met een raadgevende stem.
De audittaak van het financieel comité bestaat in het onderzoeken en evalueren van de werking, de doeltreffendheid en de efficiëntie van de interne controle met betrekking tot de beheersing van de risico's in verband met de financiële, budgettaire en boekhoudkundige verplichtingen waaraan het Agentschap is onderworpen.
Het financieel comité kan ook worden geraadpleegd over elke andere financiële of budgettaire aangelegenheid waarover de raad van bestuur besluit een beroep op het comité te doen.
Het financieel comité bestaat uit vier leden, waaronder ten minste één vrouw en ten minste één man, die door en uit de raad van bestuur worden benoemd.
De voorzitter van de raad van bestuur is van rechtswege lid van het financieel comité.
De algemeen directeur en de adjunct algemeen directeur worden uitgenodigd voor de vergaderingen van het financieel comité met een raadgevende stem.
De audittaak van het financieel comité bestaat in het onderzoeken en evalueren van de werking, de doeltreffendheid en de efficiëntie van de interne controle met betrekking tot de beheersing van de risico's in verband met de financiële, budgettaire en boekhoudkundige verplichtingen waaraan het Agentschap is onderworpen.
Het financieel comité kan ook worden geraadpleegd over elke andere financiële of budgettaire aangelegenheid waarover de raad van bestuur besluit een beroep op het comité te doen.
Art.22. Le conseil d'administration institue en son sein un comité financier consultatif, chargé de l'assister en formulant notamment des avis et en établissant des rapports en matière financière, budgétaire, comptable, de contrôle et d'audit.
Le comité financier est composé de quatre membres, parmi lesquels au moins une femme et au moins un homme, nommés par et au sein du conseil d'administration.
Le président du conseil d'administration est membre de plein droit du comité financier.
Le directeur général et le directeur général adjoint sont invités aux réunions du comité financier, avec voix consultative.
La mission d'audit du comité financier consiste à examiner et à évaluer le fonctionnement, l'efficacité et l'efficience du contrôle interne sur la maîtrise des risques liés aux obligations financières, budgétaire et comptables auxquelles l'Agence est soumise.
Le comité financier peut également être saisi de toute autre thématique à caractère financier ou budgétaire sur laquelle le conseil d'administration décide de le solliciter.
Le comité financier est composé de quatre membres, parmi lesquels au moins une femme et au moins un homme, nommés par et au sein du conseil d'administration.
Le président du conseil d'administration est membre de plein droit du comité financier.
Le directeur général et le directeur général adjoint sont invités aux réunions du comité financier, avec voix consultative.
La mission d'audit du comité financier consiste à examiner et à évaluer le fonctionnement, l'efficacité et l'efficience du contrôle interne sur la maîtrise des risques liés aux obligations financières, budgétaire et comptables auxquelles l'Agence est soumise.
Le comité financier peut également être saisi de toute autre thématique à caractère financier ou budgétaire sur laquelle le conseil d'administration décide de le solliciter.
Art.23. De raad van bestuur stelt een reglement van interne orde op, waarin de praktische bepalingen betreffende de werkwijze van het orgaan worden opgenomen, met name het bijhouden van het aanwezigheidsregister alsook het voeren van het secretariaat en het houden van de agenda.
Art.23. Le conseil d'administration établit un règlement d'ordre intérieur reprenant les dispositions concrètes de son fonctionnement et notamment la tenue du registre des présences, la tenue du secrétariat et la tenue de l'ordre du jour.
Art.24. De modaliteiten voor de organisatie van de vergaderingen van de raad van bestuur worden vastgesteld door de Regering. In dit verband bepaalt zij met name de wijze van vaststelling van de vergaderingen van de raad van bestuur, de wijze van bijeenroeping van de raad van bestuur, en ook de vorm en de inhoud ervan, de mogelijkheid om derde partijen uit te nodigen, de plaatsen waar deze worden gehouden, met de mogelijkheid om, in voorkomend geval, de vergaderingen langs elektronische weg te organiseren.
Art.24. Les modalités d'organisation des réunions du conseil d'administration sont déterminées par le Gouvernement. Il prévoit notamment, à cet égard, les modes de fixation des réunions du conseil d'administration, les modalités, la forme et le contenu des convocations aux réunions, la possibilité d'inviter des tiers aux réunions, les lieux où elles se tiennent, avec le cas échéant la possibilité d'organiser des réunions par voie électronique.
Art.25. De Regering bepaalt de regels van beraadslaging binnen de raad van bestuur, met inbegrip van de regels inzake aanwezigheid en stemming alsook de regels ter voorkoming of oplossing van belangenconflicten.
Art.25. Le Gouvernement détermine les règles de délibération au sein du conseil d'administration, en ce compris les règles de présence et de vote, ainsi que les règles de prévention ou de résolution des conflits d'intérêt.
Art.26. § 1. De algemeen directeur, bijgestaan door de adjunct algemeen directeur, is bevoegd voor het dagelijks bestuur van het Agentschap, waarvan de reikwijdte door de raad van bestuur wordt bepaald.
§ 2. De algemeen directeur en de adjunct algemeen directeur worden benoemd en afgezet door de Regering. Zij behoren tot een verschillende taalrol.
§ 3. De raad van bestuur bepaalt hun administratief statuut en bezoldigingsregeling. Hij verduidelijkt de bevoegdheden die hen overeenkomstig voorgaand artikel 18 worden gedelegeerd.
§ 4. Mits voorafgaande goedkeuring van de raad van bestuur mogen de algemeen directeur en de adjunct algemeen directeur bepaalde van hun bevoegdheden aan één of meerdere personeelsleden van het Agentschap delegeren.
§ 2. De algemeen directeur en de adjunct algemeen directeur worden benoemd en afgezet door de Regering. Zij behoren tot een verschillende taalrol.
§ 3. De raad van bestuur bepaalt hun administratief statuut en bezoldigingsregeling. Hij verduidelijkt de bevoegdheden die hen overeenkomstig voorgaand artikel 18 worden gedelegeerd.
§ 4. Mits voorafgaande goedkeuring van de raad van bestuur mogen de algemeen directeur en de adjunct algemeen directeur bepaalde van hun bevoegdheden aan één of meerdere personeelsleden van het Agentschap delegeren.
Art.26. § 1er. Le directeur général, assisté par le directeur général adjoint, assurent la gestion journalière de l'Agence, dont le périmètre est défini par le conseil d'administration.
§ 2. Le directeur général et le directeur général adjoint sont nommés et révoqués par le Gouvernement. Ils appartiennent à des rôles linguistiques différents.
§ 3. Le conseil d'administration détermine leur statut administratif et pécuniaire. Il précise les compétences qui leur sont déléguées en vertu de l'article 18.
§ 4. Moyennant approbation préalable du conseil d'administration, le directeur général et le directeur général adjoint peuvent déléguer certaines de leurs compétences à un ou plusieurs membres du personnel de l'Agence.
§ 2. Le directeur général et le directeur général adjoint sont nommés et révoqués par le Gouvernement. Ils appartiennent à des rôles linguistiques différents.
§ 3. Le conseil d'administration détermine leur statut administratif et pécuniaire. Il précise les compétences qui leur sont déléguées en vertu de l'article 18.
§ 4. Moyennant approbation préalable du conseil d'administration, le directeur général et le directeur général adjoint peuvent déléguer certaines de leurs compétences à un ou plusieurs membres du personnel de l'Agence.
HOOFDSTUK VII. - Vertegenwoordiging van het Agentschap
CHAPITRE VII. - Représentation de l'Agence
Art.27. § 1. De raad van bestuur vertegenwoordigt als college het Agentschap tegenover derden en in rechte.
§ 2. Niettegenstaande de algemene vertegenwoordigingsbevoegdheid van de raad van bestuur als college, wordt het Agentschap in rechte en ten aanzien van derden, met inbegrip van een openbaar ambtenaar zoals de hypotheekbewaarder, rechtsgeldig vertegenwoordigd door de voorzitter en de ondervoorzitter, die gezamenlijk optreden.
§ 3. De algemeen directeur en de adjunct algemeen directeur vertegenwoordigen gezamenlijk het Agentschap bij gerechtelijke en buitengerechtelijke handelingen en handelen geldig in naam en voor rekening van het Agentschap binnen de grenzen van het dagelijks bestuur.
§ 4. Het Agentschap wordt ook geldig vertegenwoordigd door de bijzondere lasthebbers die door de raad van bestuur zijn aangesteld, handelend binnen de grenzen van hun mandaat.
§ 2. Niettegenstaande de algemene vertegenwoordigingsbevoegdheid van de raad van bestuur als college, wordt het Agentschap in rechte en ten aanzien van derden, met inbegrip van een openbaar ambtenaar zoals de hypotheekbewaarder, rechtsgeldig vertegenwoordigd door de voorzitter en de ondervoorzitter, die gezamenlijk optreden.
§ 3. De algemeen directeur en de adjunct algemeen directeur vertegenwoordigen gezamenlijk het Agentschap bij gerechtelijke en buitengerechtelijke handelingen en handelen geldig in naam en voor rekening van het Agentschap binnen de grenzen van het dagelijks bestuur.
§ 4. Het Agentschap wordt ook geldig vertegenwoordigd door de bijzondere lasthebbers die door de raad van bestuur zijn aangesteld, handelend binnen de grenzen van hun mandaat.
Art.27. § 1er. Le conseil d'administration représente, en tant que collège, l'Agence à l'égard des tiers et en justice.
§ 2. Nonobstant le pouvoir général de représentation du conseil d'administration en tant que collège, l'Agence est valablement représentée en justice et à l'égard des tiers, en ce compris un officier public tel que le conservateur des hypothèques, par le président et le vice-président, agissant conjointement.
§ 3. Le directeur général et le directeur général adjoint représentent conjointement l'Agence dans les actes judiciaires et extrajudiciaires et agissent valablement au nom et pour le compte de celle-ci dans les limites de la gestion journalière.
§ 4. L'Agence est, en outre, valablement représentée par les mandataires spéciaux désignés par le conseil d'administration, agissant dans les limites de leur mandat.
§ 2. Nonobstant le pouvoir général de représentation du conseil d'administration en tant que collège, l'Agence est valablement représentée en justice et à l'égard des tiers, en ce compris un officier public tel que le conservateur des hypothèques, par le président et le vice-président, agissant conjointement.
§ 3. Le directeur général et le directeur général adjoint représentent conjointement l'Agence dans les actes judiciaires et extrajudiciaires et agissent valablement au nom et pour le compte de celle-ci dans les limites de la gestion journalière.
§ 4. L'Agence est, en outre, valablement représentée par les mandataires spéciaux désignés par le conseil d'administration, agissant dans les limites de leur mandat.
HOOFDSTUK VIII. - Administratief toezicht
CHAPITRE VIII. - Tutelle administrative
Art.28. § 1. Het Agentschap is onderworpen aan de controlebevoegdheid van de Ministers.
Deze controle wordt uitgevoerd door de tussenkomst van twee Regeringscommissarissen, die op voorstel van de Ministers door de Regering worden benoemd en afgezet.
De Regering benoemt een plaatsvervanger voor elk van de commissarissen op voorstel van de Ministers. De plaatsvervanger vervangt de commissaris in geval van verhindering.
De Regering regelt de bezoldiging van de commissarissen, die door het Agentschap wordt betaald.
§ 2. De Regeringscommissarissen zien erop toe dat de wet, deze ordonnantie, de beheersovereenkomst en het algemeen belang worden geëerbiedigd.
Zij wonen de vergaderingen van de raad van bestuur van het Agentschap bij en hebben een raadgevende stem.
Zij worden binnen dezelfde termijn als de leden van de raad van bestuur in kennis gesteld van de plaats en het tijdstip van de vergaderingen van dat orgaan, alsmede van de agenda en de daarbij gevoegde documenten. Zij ontvangen de verslagen en notulen van de vergaderingen van de raad van bestuur.
De Regeringscommissarissen hebben de ruimste bevoegdheden om hun opdracht uit te voeren. Zij kunnen te allen tijde, zonder de gebouwen te verlaten, alle documenten en bescheiden van het Agentschap inzien, alle informatie of uitleg vragen aan de bestuurders, directeurs en personeelsleden van het Agentschap en alle controles uitvoeren die zij voor de uitoefening van hun mandaat nodig achten.
§ 3. De Regeringscommissaris beschikt over een termijn van vier volle dagen om bij de Minister die hem heeft voorgesteld in beroep te gaan tegen de uitvoering van elke beslissing van de raad van bestuur die hij strijdig acht met de wet, het organieke statuut, de beheersovereenkomst of het algemeen belang. Het beroep heeft schorsende werking.
Deze termijn gaat in op de dag van de vergadering waarop de beslissing is genomen, mits de Regeringscommissaris daartoe naar behoren is opgeroepen, en in het tegenovergestelde geval op de dag waarop hij er kennis van heeft gekregen.
Indien de Minister die met het beroep gevat is, binnen een termijn van twintig dagen die ingaat op dezelfde dag als de in het vorige lid bedoelde termijn, na advies van de andere betrokken ministers, de vernietiging niet heeft uitgesproken, wordt de beslissing definitief. De Minister kan besluiten bovengenoemde termijn met tien volle dagen te verlengen; hij stelt de raad van bestuur van het Agentschap van deze beslissing in kennis.
§ 4. De met redenen omklede vernietiging van de beslissing wordt meegedeeld aan de raad van bestuur van het Agentschap.
Deze controle wordt uitgevoerd door de tussenkomst van twee Regeringscommissarissen, die op voorstel van de Ministers door de Regering worden benoemd en afgezet.
De Regering benoemt een plaatsvervanger voor elk van de commissarissen op voorstel van de Ministers. De plaatsvervanger vervangt de commissaris in geval van verhindering.
De Regering regelt de bezoldiging van de commissarissen, die door het Agentschap wordt betaald.
§ 2. De Regeringscommissarissen zien erop toe dat de wet, deze ordonnantie, de beheersovereenkomst en het algemeen belang worden geëerbiedigd.
Zij wonen de vergaderingen van de raad van bestuur van het Agentschap bij en hebben een raadgevende stem.
Zij worden binnen dezelfde termijn als de leden van de raad van bestuur in kennis gesteld van de plaats en het tijdstip van de vergaderingen van dat orgaan, alsmede van de agenda en de daarbij gevoegde documenten. Zij ontvangen de verslagen en notulen van de vergaderingen van de raad van bestuur.
De Regeringscommissarissen hebben de ruimste bevoegdheden om hun opdracht uit te voeren. Zij kunnen te allen tijde, zonder de gebouwen te verlaten, alle documenten en bescheiden van het Agentschap inzien, alle informatie of uitleg vragen aan de bestuurders, directeurs en personeelsleden van het Agentschap en alle controles uitvoeren die zij voor de uitoefening van hun mandaat nodig achten.
§ 3. De Regeringscommissaris beschikt over een termijn van vier volle dagen om bij de Minister die hem heeft voorgesteld in beroep te gaan tegen de uitvoering van elke beslissing van de raad van bestuur die hij strijdig acht met de wet, het organieke statuut, de beheersovereenkomst of het algemeen belang. Het beroep heeft schorsende werking.
Deze termijn gaat in op de dag van de vergadering waarop de beslissing is genomen, mits de Regeringscommissaris daartoe naar behoren is opgeroepen, en in het tegenovergestelde geval op de dag waarop hij er kennis van heeft gekregen.
Indien de Minister die met het beroep gevat is, binnen een termijn van twintig dagen die ingaat op dezelfde dag als de in het vorige lid bedoelde termijn, na advies van de andere betrokken ministers, de vernietiging niet heeft uitgesproken, wordt de beslissing definitief. De Minister kan besluiten bovengenoemde termijn met tien volle dagen te verlengen; hij stelt de raad van bestuur van het Agentschap van deze beslissing in kennis.
§ 4. De met redenen omklede vernietiging van de beslissing wordt meegedeeld aan de raad van bestuur van het Agentschap.
Art.28. § 1er. L'Agence est soumise au pouvoir de contrôle des Ministres.
Ce contrôle est exercé à l'intervention de deux commissaires du Gouvernement, nommés et révoqués par le Gouvernement sur proposition des Ministres.
Le Gouvernement désigne un suppléant pour chacun des commissaires sur proposition des Ministres. Le suppléant remplace le commissaire en cas d'empêchement.
Le Gouvernement règle la rémunération des commissaires, qui est à charge de l'Agence.
§ 2. Les commissaires du Gouvernement veillent au respect de la loi, de la présente ordonnance, du contrat de gestion et de l'intérêt général.
Ils assistent avec voix consultative aux réunions du conseil d'administration de l'Agence.
Ils sont avertis dans les mêmes délais que les membres du conseil d'administration des lieux et heures des réunions de cet organe et de son ordre du jour et des documents joints. Ils reçoivent les comptes rendus et procès-verbaux des réunions du conseil d'administration.
Les commissaires du gouvernement ont les pouvoirs les plus étendus pour l'accomplissement de leur mission. Ils peuvent à tout moment prendre connaissance, sans déplacement, de tous les documents et écritures de l'Agence, requérir des administrateurs, directeurs et du personnel de l'Agence toute information ou explication et procéder à toutes vérifications qui leur paraissent nécessaires pour exécuter leur mandat.
§ 3. Le commissaire du Gouvernement dispose d'un délai de quatre jours francs pour prendre recours auprès du Ministre qui l'a présenté, contre l'exécution de toute décision du conseil d'administration qu'il estime contraire à la loi, au statut organique, au contrat de gestion ou à l'intérêt général. Le recours est suspensif.
Ce délai court à partir du jour de la réunion à laquelle la décision a été prise, pour autant que le commissaire du Gouvernement y ait été régulièrement convoqué et, dans le cas contraire, à partir du jour où il en a reçu connaissance.
Si dans un délai de vingt jours commençant le même jour que le délai visé à l'alinéa précédent, le Ministre saisi du recours n'a pas, après avoir pris l'avis des autres ministres intéressés, prononcé l'annulation, la décision devient définitive. Le Ministre peut décider de prolonger le délai précité de dix jours francs; il notifie cette décision au conseil d'administration de l'Agence.
§ 4. L'annulation, motivée, de la décision est notifiée au conseil d'administration de l'Agence.
Ce contrôle est exercé à l'intervention de deux commissaires du Gouvernement, nommés et révoqués par le Gouvernement sur proposition des Ministres.
Le Gouvernement désigne un suppléant pour chacun des commissaires sur proposition des Ministres. Le suppléant remplace le commissaire en cas d'empêchement.
Le Gouvernement règle la rémunération des commissaires, qui est à charge de l'Agence.
§ 2. Les commissaires du Gouvernement veillent au respect de la loi, de la présente ordonnance, du contrat de gestion et de l'intérêt général.
Ils assistent avec voix consultative aux réunions du conseil d'administration de l'Agence.
Ils sont avertis dans les mêmes délais que les membres du conseil d'administration des lieux et heures des réunions de cet organe et de son ordre du jour et des documents joints. Ils reçoivent les comptes rendus et procès-verbaux des réunions du conseil d'administration.
Les commissaires du gouvernement ont les pouvoirs les plus étendus pour l'accomplissement de leur mission. Ils peuvent à tout moment prendre connaissance, sans déplacement, de tous les documents et écritures de l'Agence, requérir des administrateurs, directeurs et du personnel de l'Agence toute information ou explication et procéder à toutes vérifications qui leur paraissent nécessaires pour exécuter leur mandat.
§ 3. Le commissaire du Gouvernement dispose d'un délai de quatre jours francs pour prendre recours auprès du Ministre qui l'a présenté, contre l'exécution de toute décision du conseil d'administration qu'il estime contraire à la loi, au statut organique, au contrat de gestion ou à l'intérêt général. Le recours est suspensif.
Ce délai court à partir du jour de la réunion à laquelle la décision a été prise, pour autant que le commissaire du Gouvernement y ait été régulièrement convoqué et, dans le cas contraire, à partir du jour où il en a reçu connaissance.
Si dans un délai de vingt jours commençant le même jour que le délai visé à l'alinéa précédent, le Ministre saisi du recours n'a pas, après avoir pris l'avis des autres ministres intéressés, prononcé l'annulation, la décision devient définitive. Le Ministre peut décider de prolonger le délai précité de dix jours francs; il notifie cette décision au conseil d'administration de l'Agence.
§ 4. L'annulation, motivée, de la décision est notifiée au conseil d'administration de l'Agence.
Art.29. Wanneer de wet, deze ordonnantie of de beheersovereenkomst zulks vereisen, kunnen de Ministers het bevoegde orgaan van het Agentschap verzoeken om binnen de termijn die zij vaststellen te beraadslagen over elke aangelegenheid die zij bepalen.
Art.29. Lorsque le respect de la loi, de la présente ordonnance ou du contrat de gestion le requiert, les Ministres peuvent requérir l'organe compétent de l'Agence de délibérer dans le délai qu'ils fixent sur toute question qu'ils déterminent.
HOOFDSTUK IX. - Begroting, boekhouding en financiële en beheerscontrole
CHAPITRE IX. - Budget, comptabilité et contrôle financier et de gestion
Art.30. § 1. Vanaf de datum van zijn omzetting, is het Agentschap uitsluitend onderworpen aan de bepalingen inzake begroting, boekhouding en interne en externe controle die betrekking hebben op autonome bestuursinstellingen van tweede categorie waarin bij of krachtens de OOBBC is voorzien. Het Agentschap is niet meer onderworpen aan de boekhoudkundige verplichtingen voorzien door of krachtens het Wetboek van Vennootschappen en Verenigingen.
§ 2. De boekhoudkundige verplichtingen van het Agentschap in zijn hoedanigheid van naamloze vennootschap onderworpen aan het Wetboek van Vennootschappen en Verenigingen, worden geacht te zijn vervuld op de datum waarop de laatste jaarrekening van het Agentschap voor het jaar eindigend op 31 december 2023 door de Regering is goedgekeurd die zal ook beslissen over de kwijting van de beheers- en toezichthoudende organen van het Agentschap. Deze laatste jaarrekeningen worden gedeponeerd en gepubliceerd in overeenstemming met de bepalingen van het Wetboek van Vennootschappen en Verenigingen die van toepassing waren op het Agentschap vóór zijn omzetting.
§ 2. De boekhoudkundige verplichtingen van het Agentschap in zijn hoedanigheid van naamloze vennootschap onderworpen aan het Wetboek van Vennootschappen en Verenigingen, worden geacht te zijn vervuld op de datum waarop de laatste jaarrekening van het Agentschap voor het jaar eindigend op 31 december 2023 door de Regering is goedgekeurd die zal ook beslissen over de kwijting van de beheers- en toezichthoudende organen van het Agentschap. Deze laatste jaarrekeningen worden gedeponeerd en gepubliceerd in overeenstemming met de bepalingen van het Wetboek van Vennootschappen en Verenigingen die van toepassing waren op het Agentschap vóór zijn omzetting.
Art.30. § 1er. A dater de sa transformation, l'Agence est soumise exclusivement aux dispositions en matière de budget, de comptabilité et de contrôle interne et externe relatives aux organismes administratifs autonomes de seconde catégorie prévues par ou en vertu de l'OOBCC. Elle n'est plus soumise aux obligations comptables prévues par ou en vertu du Code des Sociétés et des Associations.
§ 2. Les obligations comptables de l'Agence en sa qualité de société anonyme régie par le Code des Sociétés et des Associations sont réputées remplies à la date à laquelle les derniers comptes annuels de l'Agence arrêtés au 31 décembre 2023 sont approuvés par le gouvernement, qui se prononcera également sur la décharge des organes d'administration et de contrôle de l'Agence. Ces derniers comptes annuels sont déposés et publiés suivant les dispositions du Code des Sociétés et des Associations applicables à l'Agence avant sa transformation.
§ 2. Les obligations comptables de l'Agence en sa qualité de société anonyme régie par le Code des Sociétés et des Associations sont réputées remplies à la date à laquelle les derniers comptes annuels de l'Agence arrêtés au 31 décembre 2023 sont approuvés par le gouvernement, qui se prononcera également sur la décharge des organes d'administration et de contrôle de l'Agence. Ces derniers comptes annuels sont déposés et publiés suivant les dispositions du Code des Sociétés et des Associations applicables à l'Agence avant sa transformation.
HOOFDSTUK X. - Personeel van het Agentschap
CHAPITRE X. - Personnel de l'Agence
Art.31. De raad van bestuur bepaalt het administratief statuut en bezoldigingsregeling van het statutair en contractueel personeel van het Agentschap.
Art.31. Le conseil d'administration établit le statut pécuniaire et administratif du personnel statutaire et contractuel de l'Agence.
HOOFDSTUK XI. - Ontbinding
CHAPITRE XI. - Dissolution
Art.32. De ontbinding van het Agentschap kan enkel uitgesproken worden door een ordonnantie die de wijze en voorwaarden van de vereffening alsook van het hernemen van zijn opdrachten van openbare dienst regelt.
Art.32. La dissolution de l'Agence ne peut être prononcée que par une ordonnance qui réglera le mode et les conditions de liquidation de l'Agence et de reprise de ses missions de service public.
TITEL III. - Wijzigings-, opheffings- en slotbepalingen
TITRE III. - Dispositions modificatives, abrogatoires et finales
Art.33. Artikel 3 van de ordonnantie van 13 januari 1994 wordt vervangen als volgt:
"Art. 3. De Regering ondersteunt en bevordert op rechtstreekse of onrechtstreekse wijze de buitenlandse handel van het Brussels Hoofdstedelijk Gewest, inzonderheid de uitvoer naar en de afzet in het buitenland, door:
1° de promotie van de ondernemingen en instellingen met economische finaliteit van het Brussels Hoofdstedelijk Gewest in het buitenland;
2° het organiseren van of meewerken aan buitenlandse handelszendingen en de deelname door ondernemingen aan buitenlandse beurzen en andere handelsmanifestaties;
3° het ondernemen en ondersteunen van alle andere activiteiten die bijdragen tot de bevordering van het afzet- en uitvoerbeleid.".
"Art. 3. De Regering ondersteunt en bevordert op rechtstreekse of onrechtstreekse wijze de buitenlandse handel van het Brussels Hoofdstedelijk Gewest, inzonderheid de uitvoer naar en de afzet in het buitenland, door:
1° de promotie van de ondernemingen en instellingen met economische finaliteit van het Brussels Hoofdstedelijk Gewest in het buitenland;
2° het organiseren van of meewerken aan buitenlandse handelszendingen en de deelname door ondernemingen aan buitenlandse beurzen en andere handelsmanifestaties;
3° het ondernemen en ondersteunen van alle andere activiteiten die bijdragen tot de bevordering van het afzet- en uitvoerbeleid.".
Art.33. L'article 3 de l'ordonnance du 13 janvier 1994 est remplacé par ce qui suit:
" Art. 3. Le Gouvernement assure, directement ou indirectement, le soutien et la promotion du commerce extérieur de la Région de Bruxelles-Capitale, et en particulier des exportations et des débouchés à l'étranger, par:
1° la promotion des entreprises et des institutions à finalité économique de la Région de Bruxelles-Capitale à l'étranger;
2° l'organisation de missions commerciales à l'étranger ou la participation à de telles missions et la participation des entreprises à des foires étrangères et autres manifestations commerciales;
3° l'initiative ou le soutien de toute initiative contribuant à la promotion de la politique des débouchés à l'exportation. ".
" Art. 3. Le Gouvernement assure, directement ou indirectement, le soutien et la promotion du commerce extérieur de la Région de Bruxelles-Capitale, et en particulier des exportations et des débouchés à l'étranger, par:
1° la promotion des entreprises et des institutions à finalité économique de la Région de Bruxelles-Capitale à l'étranger;
2° l'organisation de missions commerciales à l'étranger ou la participation à de telles missions et la participation des entreprises à des foires étrangères et autres manifestations commerciales;
3° l'initiative ou le soutien de toute initiative contribuant à la promotion de la politique des débouchés à l'exportation. ".
Art.34. Artikel 4 van dezelfde ordonnantie wordt vervangen als volgt:
"Art. 4. De Regering voorziet rechtstreeks of onrechtstreeks in de steun voor het aantrekken van buitenlandse investeringen door:
1° de waardering en bevordering van de aantrekkelijkheid van het Gewest en zijn ondernemingen;
2° de individuele en collectieve prospectie van potentiële buitenlandse investeerders;
3° het onthaal en de begeleiding van buitenlandse investeerders op het grondgebied van het Brussels Hoofdstedelijk Gewest.".
"Art. 4. De Regering voorziet rechtstreeks of onrechtstreeks in de steun voor het aantrekken van buitenlandse investeringen door:
1° de waardering en bevordering van de aantrekkelijkheid van het Gewest en zijn ondernemingen;
2° de individuele en collectieve prospectie van potentiële buitenlandse investeerders;
3° het onthaal en de begeleiding van buitenlandse investeerders op het grondgebied van het Brussels Hoofdstedelijk Gewest.".
Art.34. L'article 4 de la même ordonnance est remplacé par ce qui suit:
" Art. 4. Le Gouvernement assure, directement ou indirectement, le soutien à l'attraction des investissements étrangers par:
1° la valorisation et la promotion de l'attractivité de la Région et de ses entreprises;
2° la prospection individuelle et collective d'investisseurs étrangers potentiels;
3° l'accueil et l'accompagnement des investisseurs étrangers sur le territoire de la Région de Bruxelles-Capitale. ".
" Art. 4. Le Gouvernement assure, directement ou indirectement, le soutien à l'attraction des investissements étrangers par:
1° la valorisation et la promotion de l'attractivité de la Région et de ses entreprises;
2° la prospection individuelle et collective d'investisseurs étrangers potentiels;
3° l'accueil et l'accompagnement des investisseurs étrangers sur le territoire de la Région de Bruxelles-Capitale. ".
Art.35. In lid 7 van artikel 161, 1° van het Wetboek der registratie-, hypotheek-, en griffierechten zoals ingevoegd door de ordonnantie van 18 mei 2017, worden de woorden "Brussels Agentschap voor de Ondersteuning van het Bedrijfsleven" vervangen door de woorden "Brussels Agentschap voor het Ondernemerschap".
Art.35. A l'alinéa 7 de l'article 161, 1°, du Code des droits d'enregistrement, d'hypothèque et de greffe, tel qu'inséré par l'ordonnance du 18 mai 2017, les mots " l'Agence bruxelloise pour l'Accompagnement de l'entreprise " sont remplacés par les mots " l'Agence bruxelloise pour l'Entrepreneuriat ".
Art.36. § 1. De ordonnantie van 18 mei 2017 wordt opgeheven.
§ 2. De gevolgen van de leden 2 tot 4 en 7 van artikel 11, evenals de bepalingen van artikel 16 van de ordonnantie van 18 mei 2017, blijven echter gehandhaafd tot de vernieuwing van de raad van bestuur overeenkomstig artikel 21 van deze ordonnantie.
§ 3. De beheersovereenkomst gesloten overeenkomstig de ordonnantie van 18 mei 2017 blijft van kracht tot de goedkeuring van een nieuwe beheersovereenkomst overeenkomstig deze ordonnantie. In afwijking van artikel 8 van deze ordonnantie wordt deze overeenkomst door de raad van bestuur goedgekeurd na en ingevolge het advies van het Strategiecomité, waarvan de samenstelling, rol en bevoegdheden krachtens paragraaf 2 worden gehandhaafd tot de vernieuwing van de raad van bestuur overeenkomstig artikel 21 van deze ordonnantie.
§ 2. De gevolgen van de leden 2 tot 4 en 7 van artikel 11, evenals de bepalingen van artikel 16 van de ordonnantie van 18 mei 2017, blijven echter gehandhaafd tot de vernieuwing van de raad van bestuur overeenkomstig artikel 21 van deze ordonnantie.
§ 3. De beheersovereenkomst gesloten overeenkomstig de ordonnantie van 18 mei 2017 blijft van kracht tot de goedkeuring van een nieuwe beheersovereenkomst overeenkomstig deze ordonnantie. In afwijking van artikel 8 van deze ordonnantie wordt deze overeenkomst door de raad van bestuur goedgekeurd na en ingevolge het advies van het Strategiecomité, waarvan de samenstelling, rol en bevoegdheden krachtens paragraaf 2 worden gehandhaafd tot de vernieuwing van de raad van bestuur overeenkomstig artikel 21 van deze ordonnantie.
Art.36. § 1er. L'ordonnance du 18 mai 2017 est abrogée.
§ 2. Toutefois, les effets des paragraphes 2 à 4 et 7 de l'article 11, de même que les dispositions de l'article 16 de l'ordonnance du 18 mai 2017, sont maintenus jusqu'au renouvellement du conseil d'administration conformément à l'article 21 de la présente ordonnance.
§ 3. Le contrat de gestion conclu en exécution de l'ordonnance du 18 mai 2017 reste en vigueur jusqu'à l'adoption d'un nouveau contrat de gestion en exécution de la présente ordonnance. En dérogation à l'article 8 de la présente ordonnance, il sera adopté par le conseil d'administration de l'Agence sur et après avis de la commission stratégique dont la composition, le rôle et les compétences sont maintenus, en vertu du paragraphe 2, jusqu'au renouvellement du conseil d'administration conformément à l'article 21 de la présente ordonnance.
§ 2. Toutefois, les effets des paragraphes 2 à 4 et 7 de l'article 11, de même que les dispositions de l'article 16 de l'ordonnance du 18 mai 2017, sont maintenus jusqu'au renouvellement du conseil d'administration conformément à l'article 21 de la présente ordonnance.
§ 3. Le contrat de gestion conclu en exécution de l'ordonnance du 18 mai 2017 reste en vigueur jusqu'à l'adoption d'un nouveau contrat de gestion en exécution de la présente ordonnance. En dérogation à l'article 8 de la présente ordonnance, il sera adopté par le conseil d'administration de l'Agence sur et après avis de la commission stratégique dont la composition, le rôle et les compétences sont maintenus, en vertu du paragraphe 2, jusqu'au renouvellement du conseil d'administration conformément à l'article 21 de la présente ordonnance.
Art. 37. Deze ordonnantie treedt in werking op 1 januari 2024.
Art. 37. La présente ordonnance entre en vigueur le 1er janvier 2024.