Artikel 1. Voor de toepassing van dit besluit wordt verstaan onder:
1° decreet: decreet van 4 februari 2021 betreffende audiovisuele mediadiensten en diensten voor het delen van video's;
2° Regering : de regering van de Franse Gemeenschap ;
3° Administratie: de Algemene Audiovisuele en Mediadienst van het Ministerie van de Franse Gemeenschap.
Nederlands (NL)
Français (FR)
Titre
24 MAART 2022. - Besluit van de regering van de Franse Gemeenschap tot vaststelling van de voorwaarden voor het verlenen van machtigingen aan nabijheidsmedia
Titre
24 MARS 2022. - Arrêté du Gouvernement de la Communauté française fixant les modalités d'octroi des autorisations aux médias de proximité
Informations sur le document
Numac: 2022040628
Datum: 2022-03-24
Info du document
Numac: 2022040628
Date: 2022-03-24
Tekst (8)
Texte (8)
Article 1er. Pour l'application du présent arrêté, il faut entendre par :
1° décret : décret du 4 février 2021 relatif aux services de médias audiovisuels et aux services de partage de vidéos ;
2° Gouvernement : le Gouvernement de la Communauté française ;
3° Administration : le Service Général de l'Audiovisuel et des Médias du Ministère de la Communauté française.
1° décret : décret du 4 février 2021 relatif aux services de médias audiovisuels et aux services de partage de vidéos ;
2° Gouvernement : le Gouvernement de la Communauté française ;
3° Administration : le Service Général de l'Audiovisuel et des Médias du Ministère de la Communauté française.
Art.2. Om toegelaten te worden, moet een nabijheidsmedium vooraf een aanvraag per aangetekend schrijven indienen bij de Administratie, die ze doorstuurt naar de Minister.
De aanvraag moet de volgende gegevens bevatten:
1° de naam van het nabijheidsmedium;
2° de statuten van het nabijheidsmedium;
3° het adres van de maatschappelijke zetel en de plaats van de uitbatingszetel;
4° de samenstelling van de nabijheidsmediuminstanties;
5° een financieel driejarenplan waaruit blijkt dat het nabijheidsmedium effectief in staat is zijn economische levensvatbaarheid te verzekeren;
6° een beschrijving van de dienst(en) die de openbare opdracht vervult (vervullen )zoals omschreven in artikel 3.2.1-2 van het decreet, met inbegrip van de wijze waarop de aanvrager voornemens is te voldoen aan de verplichtingen vermeld in de artikelen 3.2.1-4, § 1, 6° tot 12°, en 3.2.1-1 van het decreet, alsook de desbetreffende bewijsstukken;
7° een tewerkstellingsplan voor het administratief, artistiek, technisch, commercieel en journalistiek personeel;
8° de voorwaarden met betrekking tot de technische overzending van de dienst;
9° een afbakening en motivering van het gewenste dekkingsgebied. Bij de afbakening moet rekening worden gehouden met de technische mogelijkheden in verband met de organisatie van kabeltelevisienetten;
10° een verbintenis tot naleving van de regelingen van de Adviesraad van de Hoge raad voor de audiovisuele sector bedoeld in artikel 9.1.2-1., § 1, 2° en 5° van het decreet en goedgekeurd door de regering.
De aanvraag tot hernieuwing van de toelating moet ook de elementen bevatten die het nabijheidsmedium voornemens is te wijzigen of aan te vullen in de overeenkomst die het heeft gesloten in toepassing van artikel 3.2.1-2 van het decreet in het kader van zijn huidige toelating.
De aanvraag om verlenging van de vergunning moet uiterlijk tien maanden voor het verstrijken van de huidige vergunning worden ingediend.
De aanvraag moet de volgende gegevens bevatten:
1° de naam van het nabijheidsmedium;
2° de statuten van het nabijheidsmedium;
3° het adres van de maatschappelijke zetel en de plaats van de uitbatingszetel;
4° de samenstelling van de nabijheidsmediuminstanties;
5° een financieel driejarenplan waaruit blijkt dat het nabijheidsmedium effectief in staat is zijn economische levensvatbaarheid te verzekeren;
6° een beschrijving van de dienst(en) die de openbare opdracht vervult (vervullen )zoals omschreven in artikel 3.2.1-2 van het decreet, met inbegrip van de wijze waarop de aanvrager voornemens is te voldoen aan de verplichtingen vermeld in de artikelen 3.2.1-4, § 1, 6° tot 12°, en 3.2.1-1 van het decreet, alsook de desbetreffende bewijsstukken;
7° een tewerkstellingsplan voor het administratief, artistiek, technisch, commercieel en journalistiek personeel;
8° de voorwaarden met betrekking tot de technische overzending van de dienst;
9° een afbakening en motivering van het gewenste dekkingsgebied. Bij de afbakening moet rekening worden gehouden met de technische mogelijkheden in verband met de organisatie van kabeltelevisienetten;
10° een verbintenis tot naleving van de regelingen van de Adviesraad van de Hoge raad voor de audiovisuele sector bedoeld in artikel 9.1.2-1., § 1, 2° en 5° van het decreet en goedgekeurd door de regering.
De aanvraag tot hernieuwing van de toelating moet ook de elementen bevatten die het nabijheidsmedium voornemens is te wijzigen of aan te vullen in de overeenkomst die het heeft gesloten in toepassing van artikel 3.2.1-2 van het decreet in het kader van zijn huidige toelating.
De aanvraag om verlenging van de vergunning moet uiterlijk tien maanden voor het verstrijken van de huidige vergunning worden ingediend.
Art.2. Pour être autorisé, un média de proximité doit introduire une demande préalable par envoi postal et recommandé auprès de l'Administration, qui la communique au Ministre.
La demande comporte les données suivantes :
1° la dénomination du média de proximité ;
2° les statuts du média de proximité ;
3° l'adresse du siège social et du siège d'exploitation ;
4° la composition des instances du média de proximité ;
5° un plan financier établi sur 3 années démontrant la capacité effective du média de proximité d'assurer sa viabilité économique ;
6° la description du ou des services répondant à la mission de service public telle que définie à l'article 3.2.1-2 du décret, en ce compris la manière dont le demandeur entend répondre aux obligations prévues aux articles 3.2.1-4, § 1er, 6° à 12°, et 3.2.1-1 du décret, ainsi que les pièces probantes y afférentes ;
7° un plan d'emplois portant sur le personnel administratif, artistique, technique, commercial et journalistique ;
8° les conditions relatives à la transmission technique du service ;
9° une délimitation et une justification de la zone de couverture souhaitée. La délimitation doit tenir compte des potentialités techniques liées à l'organisation des réseaux de télédistribution ;
10° un engagement à respecter les règlements du Collège d'avis du CSA visés à l'article 9.1.2-1., § 1er, 2° et 5°, du décret et approuvé par le Gouvernement.
La demande de renouvellement d'autorisation doit également comprendre les éléments que le média de proximité entend modifier ou compléter dans la convention qu'elle a conclue en application de l'article 3.2.1-2 du décret dans le cadre de son autorisation actuelle.
La demande de renouvellement d'autorisation doit être introduite au plus tard dix mois avant l'échéance de l'autorisation en cours.
La demande comporte les données suivantes :
1° la dénomination du média de proximité ;
2° les statuts du média de proximité ;
3° l'adresse du siège social et du siège d'exploitation ;
4° la composition des instances du média de proximité ;
5° un plan financier établi sur 3 années démontrant la capacité effective du média de proximité d'assurer sa viabilité économique ;
6° la description du ou des services répondant à la mission de service public telle que définie à l'article 3.2.1-2 du décret, en ce compris la manière dont le demandeur entend répondre aux obligations prévues aux articles 3.2.1-4, § 1er, 6° à 12°, et 3.2.1-1 du décret, ainsi que les pièces probantes y afférentes ;
7° un plan d'emplois portant sur le personnel administratif, artistique, technique, commercial et journalistique ;
8° les conditions relatives à la transmission technique du service ;
9° une délimitation et une justification de la zone de couverture souhaitée. La délimitation doit tenir compte des potentialités techniques liées à l'organisation des réseaux de télédistribution ;
10° un engagement à respecter les règlements du Collège d'avis du CSA visés à l'article 9.1.2-1., § 1er, 2° et 5°, du décret et approuvé par le Gouvernement.
La demande de renouvellement d'autorisation doit également comprendre les éléments que le média de proximité entend modifier ou compléter dans la convention qu'elle a conclue en application de l'article 3.2.1-2 du décret dans le cadre de son autorisation actuelle.
La demande de renouvellement d'autorisation doit être introduite au plus tard dix mois avant l'échéance de l'autorisation en cours.
Art.3. Binnen een maand na ontvangst van de aanvraag stelt de Administratie de aanvrager ervan in kennis dat de aanvraag in behandeling is genomen en zendt zij deze om advies naar het College voor vergunningen en toezicht van e Hoge raad voor de audiovisuele sector.
Het College voor vergunningen en toezicht brengt advies uit, overeenkomstig de artikelen 3.2.1-3, tweede lid, en 9.1.2-3, § 1, 4°, van het decreet, en volgens de procedures van artikel 9.1.2-3, § 4, van het decreet.
Het advies wordt meegedeeld aan de Minister en de Administratie.
Het College voor vergunningen en toezicht brengt advies uit, overeenkomstig de artikelen 3.2.1-3, tweede lid, en 9.1.2-3, § 1, 4°, van het decreet, en volgens de procedures van artikel 9.1.2-3, § 4, van het decreet.
Het advies wordt meegedeeld aan de Minister en de Administratie.
Art.3. Dans le mois de la réception de la demande, l'Administration notifie au demandeur la prise en compte de sa demande et transmet celle-ci pour avis au Collège d'autorisation et de contrôle du CSA.
Le Collège d'autorisation et de contrôle rend un avis, en application des articles 3.2.1-3, alinéa 2, et 9.1.2-3, § 1er, 4°, du décret, et selon les modalités prévues à l'article 9.1.2-3, § 4, du décret.
L'avis est communiqué au Ministre et à l'Administration.
Le Collège d'autorisation et de contrôle rend un avis, en application des articles 3.2.1-3, alinéa 2, et 9.1.2-3, § 1er, 4°, du décret, et selon les modalités prévues à l'article 9.1.2-3, § 4, du décret.
L'avis est communiqué au Ministre et à l'Administration.
Art.4. Binnen een termijn van acht maanden, te rekenen van de datum van verzending van het advies van het College voor vergunningen en toezicht, neemt de Regering een beslissing.
Bij de beslissing over de toelating van de aanvrager stelt de Regering het dekkingsgebied van het nabijheidsmedium vast, rekening houdend met de sociaal-culturele kenmerken die bepaalde gemeentelijke entiteiten gemeen hebben, het aantal gemeenten dat wordt bestreken, de bevolkingsdichtheid en de technische mogelijkheden in verband met de organisatie van kabeltelevisienetten.
Overeenkomstig artikel 3.2.1-2, derde lid, van het decreet wordt de vergunning verleend gelijktijdig met de sluiting van een overeenkomst waarin de audiovisuele mediadiensten worden gespecificeerd die de lokale televisiezender mag uitgeven en waarin voor deze zender de bijzondere voorwaarden voor de uitvoering van de openbaredienstopdracht worden beschreven.
Bij de beslissing over de toelating van de aanvrager stelt de Regering het dekkingsgebied van het nabijheidsmedium vast, rekening houdend met de sociaal-culturele kenmerken die bepaalde gemeentelijke entiteiten gemeen hebben, het aantal gemeenten dat wordt bestreken, de bevolkingsdichtheid en de technische mogelijkheden in verband met de organisatie van kabeltelevisienetten.
Overeenkomstig artikel 3.2.1-2, derde lid, van het decreet wordt de vergunning verleend gelijktijdig met de sluiting van een overeenkomst waarin de audiovisuele mediadiensten worden gespecificeerd die de lokale televisiezender mag uitgeven en waarin voor deze zender de bijzondere voorwaarden voor de uitvoering van de openbaredienstopdracht worden beschreven.
Art.4. Dans les huit mois à compter de la date d'envoi de l'avis du Collège d'autorisation et de contrôle, le Gouvernement prend sa décision.
Lorsqu'il décide d'autoriser le demandeur, le Gouvernement fixe la zone de couverture du média de proximité en tenant compte des caractéristiques socioculturelles communes à certaines entités communales, du nombre de communes couvertes, de la densité de la population, et des potentialités techniques liées à l'organisation des réseaux de télédistribution.
Conformément à l'article 3.2.1-2, alinéa 3, du décret, l'autorisation est accordée concomitamment à la conclusion d'une convention qui précise les services de médias audiovisuels que la télévision locale est autorisée à éditer et qui décrit pour ceux-ci les modalités particulières d'exécution de la mission de service public.
Lorsqu'il décide d'autoriser le demandeur, le Gouvernement fixe la zone de couverture du média de proximité en tenant compte des caractéristiques socioculturelles communes à certaines entités communales, du nombre de communes couvertes, de la densité de la population, et des potentialités techniques liées à l'organisation des réseaux de télédistribution.
Conformément à l'article 3.2.1-2, alinéa 3, du décret, l'autorisation est accordée concomitamment à la conclusion d'une convention qui précise les services de médias audiovisuels que la télévision locale est autorisée à éditer et qui décrit pour ceux-ci les modalités particulières d'exécution de la mission de service public.
Art.5. Onverminderd de jaarlijkse controle op de naleving van de verplichtingen van de communautaire media door het College voor vergunningen en toezicht van de Hoge raad voor de audiovisuele sector, voert deze laatste een tussentijdse evaluatie uit van de voorwaarden voor hun toelating zoals die voortvloeien uit de toepassing van artikel 2 en van de opdrachten en doelstellingen van openbare dienst die verband houden met de tussentijdse evaluatie en die zijn opgenomen in de overeenkomsten gesloten op grond van artikel 4, tweede lid.
Na afloop van de evaluatie, bedoeld in het eerste lid, brengt Het College voor vergunningen en toezicht van de Hoge raad voor de audiovisuele sector een advies uit aan de Minister overeenkomstig artikel 9.1.2-3, § 1, 7°, van het decreet. De Minister zendt het advies aan de regering, die op basis van dit advies bepaalt of de vergunning en de voorwaarden zoals omschreven in de overeenkomsten bedoeld in artikel 4, tweede lid, moeten worden herzien.
Na afloop van de evaluatie, bedoeld in het eerste lid, brengt Het College voor vergunningen en toezicht van de Hoge raad voor de audiovisuele sector een advies uit aan de Minister overeenkomstig artikel 9.1.2-3, § 1, 7°, van het decreet. De Minister zendt het advies aan de regering, die op basis van dit advies bepaalt of de vergunning en de voorwaarden zoals omschreven in de overeenkomsten bedoeld in artikel 4, tweede lid, moeten worden herzien.
Art.5. Sans préjudice du contrôle annuel du respect des obligations des médias de proximité par le Collège d'autorisation et de contrôle du CSA, ce dernier évalue à mi-parcours les conditions de leurs autorisations telles qu'elles découlent de l'application de l'article 2 et des missions de service public et des objectifs relatifs à l'évaluation à mi-parcours repris dans les conventions conclues en vertu de l'article 4, alinéa 2.
A l'issue de l'évaluation visée à l'alinéa 1er, le Collège d'autorisation et de contrôle du CSA transmet au Ministre un avis conformément à l'article 9.1.2-3, § 1er, 7°, du décret. Le Ministre transmet l'avis au Gouvernement qui, en fonction de cet avis, détermine si l'autorisation et les conditions telles que définies dans les conventions visées à l'article 4, alinéa 2, font l'objet d'une révision.
A l'issue de l'évaluation visée à l'alinéa 1er, le Collège d'autorisation et de contrôle du CSA transmet au Ministre un avis conformément à l'article 9.1.2-3, § 1er, 7°, du décret. Le Ministre transmet l'avis au Gouvernement qui, en fonction de cet avis, détermine si l'autorisation et les conditions telles que définies dans les conventions visées à l'article 4, alinéa 2, font l'objet d'une révision.
Art.6. Het besluit van de regering van de Franse Gemeenschap van 12 december 2018 tot vaststelling van de voorwaarden voor de toekenning van vergunningen aan lokale televisies wordt opgeheven.
Art.6. L'arrêté du Gouvernement de la Communauté française du 12 décembre 2018 fixant les modalités d'octroi des autorisations aux télévisions locales est abrogé.
Art.7. Dit besluit heeft uitwerking met ingang van 1 januari 2022.
Art.7. Le présent arrêté produit ses effets au 1er janvier 2022.
Art. 8. De minister van Media is belast met de uitvoering van dit besluit.
Art. 8. La Ministre des Médias est chargée de l'exécution du présent arrêté.