Nederlands (NL)
Français (FR)
Titre
5 DECEMBER 2019. - Besluit van de Regering tot wijziging van het besluit van de Regering van 23 december 2008 tot uitvoering van het decreet van 17 november 2008 ter ondersteuning van de instellingen voor volwassenenonderwijs
Titre
5 DECEMBRE 2019. - Arrêté du Gouvernement modifiant l'arrêté du Gouvernement du 23 décembre 2008 portant exécution du décret du 17 novembre 2008 visant à soutenir les établissements de formation pour adultes
Informations sur le document
Numac: 2020200079
Datum: 2019-12-05
Info du document
Numac: 2020200079
Date: 2019-12-05
Tekst (10)
Texte (10)
Artikel 1. - Artikel 1, 3°, van het besluit van de Regering van 23 december 2008 tot uitvoering van het decreet van 17 november 2008 ter ondersteuning van de instellingen voor volwassenenonderwijs wordt opgeheven.
Article 1er. - A l'article 1er de l'arrêté du Gouvernement du 23 décembre 2008 portant exécution du décret du 17 novembre 2008 visant à soutenir les établissements de formation pour adultes, le 3° est abrogé.
Art.2. - In artikel 2 van hetzelfde besluit worden de volgende wijzigingen aangebracht:
1° het opschrift wordt vervangen als volgt:
"Overzicht van de geplande opleidingseenheden";
2° de inleidende zin van het eerste lid wordt vervangen als volgt:
"Het overzicht van de geplande opleidingseenheden dat overeenkomstig artikel 10.1, eerste lid, 1°, van het decreet moet worden toegezonden, bevat de volgende gegevens: "
3° de inleidende zin van het tweede lid wordt vervangen als volgt:
"Die gegevens worden meegedeeld via elektronische formulieren die door het Ministerie ter beschikking worden gesteld, en dit: "
4° in het tweede lid, 2°, worden de woorden "aangeboden voortgezette opleidingen" vervangen door de woorden "voortgezette opleidingen" en wordt het woord "degenen" vervangen door de woorden "voortgezette opleidingen".
1° het opschrift wordt vervangen als volgt:
"Overzicht van de geplande opleidingseenheden";
2° de inleidende zin van het eerste lid wordt vervangen als volgt:
"Het overzicht van de geplande opleidingseenheden dat overeenkomstig artikel 10.1, eerste lid, 1°, van het decreet moet worden toegezonden, bevat de volgende gegevens: "
3° de inleidende zin van het tweede lid wordt vervangen als volgt:
"Die gegevens worden meegedeeld via elektronische formulieren die door het Ministerie ter beschikking worden gesteld, en dit: "
4° in het tweede lid, 2°, worden de woorden "aangeboden voortgezette opleidingen" vervangen door de woorden "voortgezette opleidingen" en wordt het woord "degenen" vervangen door de woorden "voortgezette opleidingen".
Art.2. - A l'article 2 du même arrêté, les modifications suivantes sont apportées :
1° l'intitulé est remplacé par ce qui suit :
" Aperçu des unités de formation continue planifiées ";
2° la phrase introductive de l'alinéa 1er est remplacée par la phrase suivante :
" L'aperçu des unités de formation continue planifiées, qui doit être transmis conformément à l'article 10.1, alinéa 1er, 1°, du décret, reprend les données suivantes : ";
3° la phrase introductive de l'alinéa 2 est remplacée par la phrase suivante :
" Ces données sont communiquées au moyen de formulaires électroniques mis à disposition par le Ministère, et ce, "
4° dans l'alinéa 2, 2°, les mots " offres de formation continue " sont remplacés par les mots " formations continues ".
1° l'intitulé est remplacé par ce qui suit :
" Aperçu des unités de formation continue planifiées ";
2° la phrase introductive de l'alinéa 1er est remplacée par la phrase suivante :
" L'aperçu des unités de formation continue planifiées, qui doit être transmis conformément à l'article 10.1, alinéa 1er, 1°, du décret, reprend les données suivantes : ";
3° la phrase introductive de l'alinéa 2 est remplacée par la phrase suivante :
" Ces données sont communiquées au moyen de formulaires électroniques mis à disposition par le Ministère, et ce, "
4° dans l'alinéa 2, 2°, les mots " offres de formation continue " sont remplacés par les mots " formations continues ".
Art.3. - Artikel 2.1 van hetzelfde besluit, ingevoegd bij het besluit van de Regering van 6 december 2012, wordt vervangen als volgt:
"Art. 2.1 - Berekening van de opleidingseenheden
Het minimumaantal opleidingseenheden voor de burgers dat overeenkomstig artikel 7, eerste lid, 3°, en artikel 7, tweede lid, van het decreet moet worden georganiseerd, wordt berekend als volgt:
1° elke kalenderdag waarop de instelling voor volwassenenonderwijs ten minste één opleidingseenheid organiseert, telt mee als één opleidingseenheid;
2° indien de instelling voor volwassenenonderwijs op dezelfde kalenderdag ten minste twee opleidingseenheden organiseert, waarvan ten minste één opleidingseenheid in het Duitse taalgebied, dan telt dit mee als hoogstens twee opleidingseenheden;
3° indien de instelling voor volwassenenonderwijs op dezelfde kalenderdag ten minste drie opleidingseenheden organiseert, waarvan ten minste één opleidingseenheid in het noorden van het Duitse taalgebied en ten minste één opleidingseenheid in het zuiden van het Duitse taalgebied, dan telt dit mee als hoogstens drie opleidingseenheden.
Indien een opleidingseenheid georganiseerd wordt met medewerking van verscheidene instellingen voor volwassenenonderwijs met een goedgekeurd globaal concept, dan telt die opleidingseenheid mee bij alle betrokken instellingen voor volwassenenonderwijs, voorzover ze bijdragen tot de planning, evaluatie, uitvoering en financiering van de opleidingseenheid en vaktechnisch complementaire competenties inbrengen die noodzakelijk zijn voor de organisatie van de opleidingseenheid en een duidelijke meerwaarde bieden."
"Art. 2.1 - Berekening van de opleidingseenheden
Het minimumaantal opleidingseenheden voor de burgers dat overeenkomstig artikel 7, eerste lid, 3°, en artikel 7, tweede lid, van het decreet moet worden georganiseerd, wordt berekend als volgt:
1° elke kalenderdag waarop de instelling voor volwassenenonderwijs ten minste één opleidingseenheid organiseert, telt mee als één opleidingseenheid;
2° indien de instelling voor volwassenenonderwijs op dezelfde kalenderdag ten minste twee opleidingseenheden organiseert, waarvan ten minste één opleidingseenheid in het Duitse taalgebied, dan telt dit mee als hoogstens twee opleidingseenheden;
3° indien de instelling voor volwassenenonderwijs op dezelfde kalenderdag ten minste drie opleidingseenheden organiseert, waarvan ten minste één opleidingseenheid in het noorden van het Duitse taalgebied en ten minste één opleidingseenheid in het zuiden van het Duitse taalgebied, dan telt dit mee als hoogstens drie opleidingseenheden.
Indien een opleidingseenheid georganiseerd wordt met medewerking van verscheidene instellingen voor volwassenenonderwijs met een goedgekeurd globaal concept, dan telt die opleidingseenheid mee bij alle betrokken instellingen voor volwassenenonderwijs, voorzover ze bijdragen tot de planning, evaluatie, uitvoering en financiering van de opleidingseenheid en vaktechnisch complementaire competenties inbrengen die noodzakelijk zijn voor de organisatie van de opleidingseenheid en een duidelijke meerwaarde bieden."
Art.3. - L'article 2.1 du même arrêté, inséré par l'arrêté du Gouvernement du 6 décembre 2012, est remplacé par ce qui suit :
" Art. 2.1 - Calcul des unités de formation continue
Le nombre minimal d'unités de formation continue à organiser pour les citoyens conformément à l'article 7, alinéa 1er, 3°, et alinéa 2, du décret se calcule comme suit :
1° une unité de formation continue est comptabilisée par jour calendrier où l'établissement de formation pour adultes organise au moins une unité de formation continue;
2° au plus deux unités de formation continue sont comptabilisées si l'établissement de formation pour adultes organise le même jour calendrier au moins deux unités de formation continue, dont au moins une en région de langue allemande;
3° au plus trois unités de formation continue sont comptabilisées si l'établissement de formation pour adultes organise le même jour calendrier trois unités de formation, dont au moins une activité de formation continue au nord et au moins une activité au sud de la région de langue allemande.
Si une unité de formation continue est encadrée par plusieurs établissements de formation pour adultes dont le concept global a été approuvé, cette unité est comptabilisée auprès de tous les établissements impliqués, dans la mesure où ceux-ci contribuent à sa planification, son évaluation, son organisation et son financement et transmettent des compétences professionnelles complémentaires qui sont indispensables à son organisation et représentent une plus-value significative. "
" Art. 2.1 - Calcul des unités de formation continue
Le nombre minimal d'unités de formation continue à organiser pour les citoyens conformément à l'article 7, alinéa 1er, 3°, et alinéa 2, du décret se calcule comme suit :
1° une unité de formation continue est comptabilisée par jour calendrier où l'établissement de formation pour adultes organise au moins une unité de formation continue;
2° au plus deux unités de formation continue sont comptabilisées si l'établissement de formation pour adultes organise le même jour calendrier au moins deux unités de formation continue, dont au moins une en région de langue allemande;
3° au plus trois unités de formation continue sont comptabilisées si l'établissement de formation pour adultes organise le même jour calendrier trois unités de formation, dont au moins une activité de formation continue au nord et au moins une activité au sud de la région de langue allemande.
Si une unité de formation continue est encadrée par plusieurs établissements de formation pour adultes dont le concept global a été approuvé, cette unité est comptabilisée auprès de tous les établissements impliqués, dans la mesure où ceux-ci contribuent à sa planification, son évaluation, son organisation et son financement et transmettent des compétences professionnelles complémentaires qui sont indispensables à son organisation et représentent une plus-value significative. "
Art.4. - Artikel 2.2 van hetzelfde besluit, ingevoegd bij het besluit van de Regering van 6 december 2012, wordt opgeheven.
Art.4. - L'article 2.2 du même arrêté, modifié par l'arrêté du Gouvernement du 6 décembre 2012, est abrogé.
Art.5. - Artikel 3 van hetzelfde besluit, gewijzigd bij het besluit van de Regering van 6 december 2012, wordt vervangen als volgt:
"Art. 3 - Bewijssysteem
Het overzicht van de opleidingseenheden voor de burgers die overeenkomstig artikel 10.1, eerste lid, 2°, van het decreet werden georganiseerd, wordt toegezonden in de vorm van deelnemersstatistieken en bevat ten minste de volgende inlichtingen:
1° de benaming en het leerdoel van de voortgezette opleiding;
2° het aantal opleidingsdagen en de opleidingsplaats;
3° het totale aantal dagen per jaar waarop overeenkomstig artikel 2.1 voortgezette opleidingen voor de burgers georganiseerd werden;
4° het aantal deelnemers en hun leeftijdscategorie, ingedeeld op basis van geslacht:
a) 0 tot 18 jaar;
b) 19 tot 40 jaar;
c) 41 tot 60 jaar;
d) ouder dan 60 jaar.
De deelnemersstatistieken worden jaarlijks uiterlijk op 10 april toegezonden aan het Ministerie en hebben telkens betrekking op het voorgaande jaar.
De organisatie van de opleidingseenheden wordt bewezen via één van de volgende methoden:
1° via presentielijsten die door de deelnemers ondertekend zijn en de volgende gegevens bevatten:
a) de naam, de voornaam, het adres en de handtekening van de deelnemers;
b) de benaming en het leerdoel van de voortgezette opleiding;
c) de datum en het uur waarop de voortgezette opleiding plaatsgevonden heeft;
d) de in het eerste lid, 4°, vermelde leeftijdscategorie waartoe de deelnemers behoren;
e) de volgende bewoordingen: "De ondertekende presentielijst geldt als bewijs dat de instelling voor volwassenonderwijs [naam van de instelling] een voortgezette opleiding heeft georganiseerd. Het Ministerie van de Duitstalige Gemeenschap onderzoekt het bewijs en de daarin vermelde persoonsgegevens in het kader van de controle van de subsidiëringscriteria overeenkomstig artikel 13 van het decreet van 17 november 2008 ter ondersteuning van de instellingen voor volwassenenonderwijs;"
2° een combinatie van de betalingen van het inschrijvingsgeld en de ingevulde tevredenheidsformulieren;
3° een combinatie van de betalingen van het inschrijvingsgeld en de bekendmaking in de pers;
4° een artikel uit de pers waarin achteraf bericht wordt over de opleidingseenheid die georganiseerd werd.
Als het gaat om de organisatie van een opleidingseenheid voor mensen met een beperking of voor kinderen en leerlingen kan de presentielijst, in afwijking van het derde lid, 1°, in hun plaats ondertekend worden door hun verantwoordelijken.
Met toepassing van artikel 13 van het decreet kan het Ministerie de inlichtingen vermeld in dit artikel te allen tijde inzien.
De persoonsgegevens die verwerkt worden om te bewijzen dat de opleidingseenheden georganiseerd werden, worden vanaf het jaar waarop ze betrekking hebben, gedurende dertien jaar door de instellingen voor volwassenenonderwijs bewaard."
"Art. 3 - Bewijssysteem
Het overzicht van de opleidingseenheden voor de burgers die overeenkomstig artikel 10.1, eerste lid, 2°, van het decreet werden georganiseerd, wordt toegezonden in de vorm van deelnemersstatistieken en bevat ten minste de volgende inlichtingen:
1° de benaming en het leerdoel van de voortgezette opleiding;
2° het aantal opleidingsdagen en de opleidingsplaats;
3° het totale aantal dagen per jaar waarop overeenkomstig artikel 2.1 voortgezette opleidingen voor de burgers georganiseerd werden;
4° het aantal deelnemers en hun leeftijdscategorie, ingedeeld op basis van geslacht:
a) 0 tot 18 jaar;
b) 19 tot 40 jaar;
c) 41 tot 60 jaar;
d) ouder dan 60 jaar.
De deelnemersstatistieken worden jaarlijks uiterlijk op 10 april toegezonden aan het Ministerie en hebben telkens betrekking op het voorgaande jaar.
De organisatie van de opleidingseenheden wordt bewezen via één van de volgende methoden:
1° via presentielijsten die door de deelnemers ondertekend zijn en de volgende gegevens bevatten:
a) de naam, de voornaam, het adres en de handtekening van de deelnemers;
b) de benaming en het leerdoel van de voortgezette opleiding;
c) de datum en het uur waarop de voortgezette opleiding plaatsgevonden heeft;
d) de in het eerste lid, 4°, vermelde leeftijdscategorie waartoe de deelnemers behoren;
e) de volgende bewoordingen: "De ondertekende presentielijst geldt als bewijs dat de instelling voor volwassenonderwijs [naam van de instelling] een voortgezette opleiding heeft georganiseerd. Het Ministerie van de Duitstalige Gemeenschap onderzoekt het bewijs en de daarin vermelde persoonsgegevens in het kader van de controle van de subsidiëringscriteria overeenkomstig artikel 13 van het decreet van 17 november 2008 ter ondersteuning van de instellingen voor volwassenenonderwijs;"
2° een combinatie van de betalingen van het inschrijvingsgeld en de ingevulde tevredenheidsformulieren;
3° een combinatie van de betalingen van het inschrijvingsgeld en de bekendmaking in de pers;
4° een artikel uit de pers waarin achteraf bericht wordt over de opleidingseenheid die georganiseerd werd.
Als het gaat om de organisatie van een opleidingseenheid voor mensen met een beperking of voor kinderen en leerlingen kan de presentielijst, in afwijking van het derde lid, 1°, in hun plaats ondertekend worden door hun verantwoordelijken.
Met toepassing van artikel 13 van het decreet kan het Ministerie de inlichtingen vermeld in dit artikel te allen tijde inzien.
De persoonsgegevens die verwerkt worden om te bewijzen dat de opleidingseenheden georganiseerd werden, worden vanaf het jaar waarop ze betrekking hebben, gedurende dertien jaar door de instellingen voor volwassenenonderwijs bewaard."
Art.5. - L'article 3 du même arrêté, modifié par l'arrêté du Gouvernement du 6 décembre 2012, est remplacé par ce qui suit :
" Art. 3 - Système de preuve
La transmission, conformément à l'article 10.1, alinéa 1er, 2°, du décret, de l'aperçu des unités de formation continue organisées pour les citoyens s'opère sous la forme de statistiques de participation et reprend au moins les renseignements suivants :
1° la dénomination et l'objectif d'apprentissage de la formation continue;
2° le nombre de jours et le lieu où cette formation est organisée;
3° le nombre total annuel d'unités de formation continue, conformément à l'article 2.1, où des formations continues ont été organisées en faveur des citoyens;
4° le nombre de participants et leur appartenance à l'une des catégories d'âge suivantes, répartis selon leur sexe :
a) de 0 à 18 ans;
b) de 19 à 40 ans;
c) de 41 à 60 ans;
d) plus de 60 ans.
Les statistiques de participation sont transmises au Ministère au plus tard le 10 avril d'une année pour l'année précédente.
L'organisation des unités de formation continue sera prouvée au moyen d'une des méthodes suivantes :
1° des listes de présence signées par les participants et reprenant :
a) les nom, prénom, adresse et signature des participants;
b) la dénomination et l'objectif d'apprentissage de la formation continue;
c) les date et heure de la formation continue;
d) l'appartenance des participants à l'une des catégories d'âge mentionnées à l'alinéa 1er, 4°;
e) le libellé suivant : " La liste de présences signée sert à l'établissement de formation pour adultes (dénomination de l'établissement) pour prouver que la formation continue a été organisée. Le Ministère de la Communauté germanophone examine la preuve et les données personnelles qu'elle reprend dans le cadre du contrôle des critères de subventionnement conformément à l'article 13 du décret du 17 novembre 2008 visant à soutenir les établissements de formation pour adultes. ";
2° une combinaison du paiement des droits d'inscription et des questionnaires de satisfaction remplis par les utilisateurs;
3° une combinaison du paiement des droits d'inscription et des annonces parues dans la presse;
4° un article de presse rendant compte rétrospectivement de l'organisation de l'unité de formation continue.
Par dérogation à l'alinéa 3, 1°, les responsables des personnes handicapées, d'enfants ou d'élèves peuvent signer la liste de présences relative à l'organisation d'une unité de formation continue leur destinée.
En application de l'article 13 du décret, le Ministère peut consulter à tout moment les renseignements mentionnés dans le présent article.
Les données à caractère personnel traitées pour prouver l'organisation des unités de formation continue sont conservées par les établissements de formation pour adultes pendant treize ans à partir de l'année civile à laquelle elles se rapportent. "
" Art. 3 - Système de preuve
La transmission, conformément à l'article 10.1, alinéa 1er, 2°, du décret, de l'aperçu des unités de formation continue organisées pour les citoyens s'opère sous la forme de statistiques de participation et reprend au moins les renseignements suivants :
1° la dénomination et l'objectif d'apprentissage de la formation continue;
2° le nombre de jours et le lieu où cette formation est organisée;
3° le nombre total annuel d'unités de formation continue, conformément à l'article 2.1, où des formations continues ont été organisées en faveur des citoyens;
4° le nombre de participants et leur appartenance à l'une des catégories d'âge suivantes, répartis selon leur sexe :
a) de 0 à 18 ans;
b) de 19 à 40 ans;
c) de 41 à 60 ans;
d) plus de 60 ans.
Les statistiques de participation sont transmises au Ministère au plus tard le 10 avril d'une année pour l'année précédente.
L'organisation des unités de formation continue sera prouvée au moyen d'une des méthodes suivantes :
1° des listes de présence signées par les participants et reprenant :
a) les nom, prénom, adresse et signature des participants;
b) la dénomination et l'objectif d'apprentissage de la formation continue;
c) les date et heure de la formation continue;
d) l'appartenance des participants à l'une des catégories d'âge mentionnées à l'alinéa 1er, 4°;
e) le libellé suivant : " La liste de présences signée sert à l'établissement de formation pour adultes (dénomination de l'établissement) pour prouver que la formation continue a été organisée. Le Ministère de la Communauté germanophone examine la preuve et les données personnelles qu'elle reprend dans le cadre du contrôle des critères de subventionnement conformément à l'article 13 du décret du 17 novembre 2008 visant à soutenir les établissements de formation pour adultes. ";
2° une combinaison du paiement des droits d'inscription et des questionnaires de satisfaction remplis par les utilisateurs;
3° une combinaison du paiement des droits d'inscription et des annonces parues dans la presse;
4° un article de presse rendant compte rétrospectivement de l'organisation de l'unité de formation continue.
Par dérogation à l'alinéa 3, 1°, les responsables des personnes handicapées, d'enfants ou d'élèves peuvent signer la liste de présences relative à l'organisation d'une unité de formation continue leur destinée.
En application de l'article 13 du décret, le Ministère peut consulter à tout moment les renseignements mentionnés dans le présent article.
Les données à caractère personnel traitées pour prouver l'organisation des unités de formation continue sont conservées par les établissements de formation pour adultes pendant treize ans à partir de l'année civile à laquelle elles se rapportent. "
Art.6. - Artikel 5, eerste lid, van hetzelfde besluit wordt aangevuld met de volgende zin:
"De Raad voor Volwassenenvorming kan voordrachten voor de aanwijzing van leden van de vakjury indienen bij de Regering tot uiterlijk 30 november van het jaar dat voorafgaat aan het einde van de eenvormige ondersteuningsperiode."
"De Raad voor Volwassenenvorming kan voordrachten voor de aanwijzing van leden van de vakjury indienen bij de Regering tot uiterlijk 30 november van het jaar dat voorafgaat aan het einde van de eenvormige ondersteuningsperiode."
Art.6. - L'article 5, l'alinéa 1er, du même arrêté est complété par la phrase suivante :
" Le conseil pour la formation des adultes peut soumettre au Gouvernement des propositions quant à la désignation de membres pour les jurys spécialisés, et ce, jusqu'au 30 novembre de l'année précédant la fin de la période uniforme de soutien. "
" Le conseil pour la formation des adultes peut soumettre au Gouvernement des propositions quant à la désignation de membres pour les jurys spécialisés, et ce, jusqu'au 30 novembre de l'année précédant la fin de la période uniforme de soutien. "
Art.7. - Artikel 6 van hetzelfde besluit wordt opgeheven.
Art.7. - L'article 6 du même arrêté est abrogé.
Art.8. - In artikel 7 van hetzelfde besluit wordt tussen het eerste en het tweede lid, dat het derde lid wordt, een nieuw tweede lid ingevoegd, luidende:
"Het in artikel 9 van het decreet vermelde verslag over het evaluatieproces bevat informatie over de evaluatie van de tevredenheid van de gebruikers."
"Het in artikel 9 van het decreet vermelde verslag over het evaluatieproces bevat informatie over de evaluatie van de tevredenheid van de gebruikers."
Art.8. - Dans l'article 7 du même arrêté, il est inséré, entre le premier et le deuxième alinéa, qui devient l'alinéa 3, un alinéa rédigé comme suit :
" Le rapport portant sur le processus d'évaluation et visé à l'article 9 du décret fournit des renseignements quant à l'évaluation de la satisfaction des utilisateurs. "
" Le rapport portant sur le processus d'évaluation et visé à l'article 9 du décret fournit des renseignements quant à l'évaluation de la satisfaction des utilisateurs. "
Art.9. - Dit besluit heeft uitwerking met ingang van 1 januari 2019, met uitzondering van artikel 5, dat in werking treedt op 1 januari 2020.
Art.9. - Le présent arrêté entre en vigueur le jour de son adoption, à l'exception de l'article 5, lequel entre en vigueur le 1er janvier 2020.
Art. 10. - De minister bevoegd voor volwassenenonderwijs is belast met de uitvoering van dit besluit.
Art. 10. - Le Ministre compétent en matière de Formation des adultes est chargé de l'exécution du présent arrêté.