De eerste aangifte in de bedrijfsvoorheffing heeft betrekking op de aan al de werknemers betaalde of toegekende bezoldigingen en moet de volgende specifieke vermeldingen bevatten :
a) in het vak "belastbare inkomsten" : de door de werkgever voor die periode betaalde of toegekende belastbare bezoldigingen ;
b) in het vak "verschuldigde bedrijfsvoorheffing" : de ingehouden bedrijfsvoorheffing.
De tweede aangifte in de bedrijfsvoorheffing heeft uitsluitend betrekking op de bezoldigingen van werknemers waarvoor een deel [1 ...]1 van de verschuldigde bedrijfsvoorheffing niet in de Schatkist moet worden gestort en moet, afhankelijk van de schuldenaars, de volgende specifieke vermeldingen bevatten :
a) [1 in het vak "aard der inkomsten":
- de code "71", wanneer gebruikt wordt gemaakt van de vrijstelling van doorstorting van bedrijfsvoorheffing bij toepassing van artikel 2 van de voormelde wet van 15 juli 2020 met betrekking tot de maand juni 2020;
- de code "72", wanneer gebruikt wordt gemaakt van de vrijstelling van doorstorting van bedrijfsvoorheffing bij toepassing van artikel 2 van de voormelde wet van 15 juli 2020 met betrekking tot de maand juli 2020;
- de code "73", wanneer gebruikt wordt gemaakt van de vrijstelling van doorstorting van bedrijfsvoorheffing bij toepassing van artikel 2 van de voormelde wet van 15 juli 2020 met betrekking tot de maand augustus 2020;]1
b) in het vak "belastbare inkomsten" : de overeenkomstig artikel 31, tweede lid, 1° en 2°, van het Wetboek van de inkomstenbelastingen 1992 vastgestelde belastbare bezoldigingen van de werknemers met uitsluiting van het vakantiegeld, de eindejaarspremie en de achterstallige bezoldigingen [1 die zijn betaald of toegekend in de maand juni 2020, wanneer het een door de voormelde code "71" beoogde vrijstelling betreft, in de maand juli 2020, wanneer het een door de voormelde code "72" beoogde vrijstelling betreft, of in de maand augustus 2020, wanneer het een door de voormelde code "73" beoogde vrijstelling betreft]1;
c) in het vak "verschuldigde bedrijfsvoorheffing" : een negatief bedrag gelijk aan 50 pct. van het positieve verschil tussen :
- enerzijds, het saldo van de verschuldigde bedrijfsvoorheffing verschuldigd op de overeenkomstig artikel 31, tweede lid, 1° en 2°, van het Wetboek van de inkomstenbelastingen 1992 vastgestelde belastbare bezoldigingen van de werknemers met uitsluiting van het vakantiegeld, de eindejaarspremie en de achterstallige bezoldigingen, na de toepassing van de vrijstellingen beoogd in de artikelen 2751 tot 27511 van hetzelfde Wetboek, [1 voor de maand juni 2020, wanneer het een door de voormelde code "71" beoogde vrijstelling betreft, juli 2020, wanneer het een door de voormelde code "72" beoogde vrijstelling betreft, of augustus 2020, wanneer het een door de voormelde code "73" beoogde vrijstelling betreft]1, en
- anderzijds het saldo van de verschuldigde bedrijfsvoorheffing op de overeenkomstig artikel 31, tweede lid, 1° en 2°, van het Wetboek van de inkomstenbelastingen 1992 vastgestelde belastbare bezoldiging van de werknemers, met uitsluiting van het vakantiegeld, de eindejaarspremie en de achterstallige bezoldigingen, na toepassing van de vrijstellingen voorzien in de artikelen 2751 tot 27511 van hetzelfde Wetboek, voor de maand mei 2020.