Comparaison NL / FR

| Word Word (citation)

Nederlands (NL)

Français (FR)

Titre
23 MEI 2019. - Besluit van de Regering tot wijziging van het besluit van de Regering van 27 december 1996 houdende organisatie van het Ministerie van de Duitstalige Gemeenschap en houdende regeling van de aanwerving, de loopbaan en de bezoldiging van de ambtenaren en tot wijziging van het besluit van de Regering van 17 juli 2003 tot bepaling van de rechtspositie van het contractueel personeel van het Ministerie van de Duitstalige Gemeenschap en van bepaalde organismen van openbaar nut
Titre
23 MAI 2019. - Arrêté du Gouvernement modifiant l'arrêté du Gouvernement du 27 décembre 1996 portant organisation du Ministère de la Communauté germanophone et réglant le recrutement, la carrière et le statut pécuniaire des agents ainsi que l'arrêté du Gouvernement du 17 juillet 2003 déterminant la position juridique du personnel contractuel du Ministère de la Communauté germanophone et de certains organismes d'intérêt public
Informations sur le document
Info du document
Tekst (26)
Texte (26)
Artikel 1. - In artikel 3, § 1, tweede lid, 3°, van het besluit van de Regering van 27 december 1996 houdende organisatie van het Ministerie van de Duitstalige Gemeenschap en houdende regeling van de aanwerving, de loopbaan en de bezoldiging van de ambtenaren, vervangen bij het besluit van de Regering van 19 januari 2017, worden de woorden "bijkomende of specifieke opdrachten te vervullen" vervangen door de woorden "taken te vervullen die uitsluitend door contractuele personeelsleden uitgeoefend worden en";
Article 1er. - Dans l'article 3, § 1er, alinéa 2, 3°, de l'arrêté du Gouvernement du 27 décembre 1996 portant organisation du Ministère de la Communauté germanophone et réglant le recrutement, la carrière et le statut pécuniaire des agents, remplacé par l'arrêté du Gouvernement du 19 janvier 2017, les mots " tâches auxiliaires ou spécifiques " sont remplacés par les mots " tâches exclusivement exercées par des agents contractuels et ".
Art.2. - (Geldt voor de Duitse tekst.)
Art.2. - [Concerne le texte allemand.]
Art.3. - In artikel 71, elfde lid, van hetzelfde besluit, laatstelijk gewijzigd bij het besluit van de Regering van 19 januari 2017, wordt het cijfer "25" vervangen door het cijfer "20".
Art.3. - Dans l'article 71, alinéa 11, du même arrêté, modifié en dernier lieu par l'arrêté du 19 janvier 2017, le nombre " 25 " est remplacé par le nombre " 20 ".
Art.4. - Artikel 74, § 2, van hetzelfde besluit, laatstelijk gewijzigd bij het besluit van de Regering van 19 januari 2017, wordt opgeheven.
Art.4. - L'article 74, § 2, du même arrêté, modifié en dernier lieu par l'arrêté du Gouvernement du 19 janvier 2017, est abrogé.
Art.5. - In artikel 87.1 van hetzelfde besluit, ingevoegd bij het besluit van de Regering van 5 juli 2007, worden de volgende wijzigingen aangebracht :
  1° in het eerste lid, gewijzigd bij het besluit van de Regering van 17 januari 2013, worden de woorden "of contractuele personeelsleden" opgeheven;
  2° het artikel wordt aangevuld met een derde lid, luidende :
  "De toelage ondergaat de schommelingen van het indexcijfer der consumptieprijzen overeenkomstig de wet van 1 maart 1977 houdende inrichting van een stelsel waarbij sommige uitgaven in de overheidssector aan het indexcijfer van de consumptieprijzen van het Rijk worden gekoppeld. De spilindex is 138,01."
Art.5. - A l'article 87.1 du même arrêté, inséré par l'arrêté du Gouvernement du 5 juillet 2007, les modifications suivantes sont apportées :
  1° dans l'alinéa 1er, modifié par l'arrêté du Gouvernement du 17 janvier 2013, les mots " ou à l'agent contractuel " sont abrogés;
  2° l'article est complété par un alinéa 3 rédigé comme suit :
  " L'allocation est liée aux fluctuations de l'indice des prix à la consommation conformément à la loi du 1er mars 1977 organisant un régime de liaison à l'indice des prix à la consommation du royaume de certaines dépenses dans le secteur public. L'indice-pivot est 138,01. "
Art.6. - Artikel 99, § 2, van hetzelfde besluit, gewijzigd bij de besluiten van de Regering van 11 december 2003 en 19 januari 2017, wordt opgeheven.
Art.6. - L'article 99, § 2, du même arrêté, modifié par les arrêtés du Gouvernement des 11 décembre 2003 et 19 janvier 2017, est abrogé.
Art.7. - In artikel 101 van hetzelfde besluit, ingevoegd bij het besluit van de Regering van 11 december 2003, worden de volgende wijzigingen aangebracht :
  1° het eerste lid wordt aangevuld met de volgende zin :
  "Het gemiddelde wordt op basis van een referentieperiode van vier maanden berekend."
  2° het tweede lid wordt opgeheven.
Art.7. - A l'article 101 du même arrêté, inséré par l'arrêté du Gouvernement du 11 décembre 2003, les modifications suivantes sont apportées :
  1° l'alinéa 1er est complété par la phrase suivante :
  " La moyenne est calculée sur une période de référence de quatre mois. ";
  2° l'alinéa 2 est abrogé.
Art.8. - Artikel 103, tweede lid, van hetzelfde besluit, ingevoegd bij het besluit van de Regering van 11 december 2003, wordt opgeheven.
Art.8. - L'article 103, alinéa 2, du même arrêté, inséré par l'arrêté du Gouvernement du 11 décembre 2003, est abrogé.
Art.9. - In artikel 106, § 1, tweede lid, van hetzelfde besluit, ingevoegd bij het besluit van de Regering van 11 december 2003 en gewijzigd bij het besluit van de Regering van 19 januari 2017, worden de volgende wijzigingen aangebracht :
  1° de bepaling onder 2° wordt vervangen als volgt: "voor de periode van het verlof voor persoonlijke aangelegenheden;"
  2° de bepaling onder 7° wordt opgeheven.
Art.9. - A l'article 106, § 1er, alinéa 2, du même arrêté, inséré par l'arrêté du Gouvernement du 11 décembre 2003 et modifié par l'arrêté du Gouvernement du 19 janvier 2017, les modifications suivantes sont apportées :
  1° le 2° est remplacé par ce qui suit :
  " pour la période de congé pour convenance personnelle; "
  2° le 7° est abrogé.
Art.10. - In artikel 169, § 5, van hetzelfde besluit, ingevoegd bij het besluit van de Regering van 11 december 2003 en gewijzigd bij het besluit van de Regering van 17 januari 2013, wordt de tweede zin opgeheven.
Art.10. - A l'article 169, § 5, du même arrêté, inséré par l'arrêté du Gouvernement du 11 décembre 2003 et modifié par l'arrêté du Gouvernement du 17 janvier 2013, la deuxième phrase est abrogée.
Art.11. - Artikel 182, tweede lid, van hetzelfde besluit, ingevoegd bij het besluit van de Regering van 11 december 2003, wordt opgeheven.
Art.11. - A l'article 182 du même arrêté, inséré par l'arrêté du Gouvernement du 11 décembre 2003, l'alinéa 2 est abrogé.
Art.12. - Artikel 183, § 2, tweede lid, van hetzelfde besluit, ingevoegd bij het besluit van de Regering van 11 december 2003, wordt opgeheven.
Art.12. - A l'article 183, § 2, du même arrêté, inséré par l'arrêté du Gouvernement du 11 décembre 2003, l'alinéa 2 est abrogé.
Art.13. - Artikel 2, § 1, tweede lid, van het besluit van de Regering van 17 juli 2003 tot bepaling van de rechtspositie van het contractueel personeel van het Ministerie van de Duitstalige Gemeenschap en van bepaalde organismen van openbaar nut, laatstelijk gewijzigd bij het besluit van de Regering van 19 januari 2017, wordt aangevuld met een bepaling onder 5° en een bepaling onder 6°, luidende :
  "5° bij indienstnemingen naar aanleiding van een voltooide opleiding in een bedrijf die in de betrokken instelling gevolgd werd met toepassing van het besluit van de Regering van 10 september 1993 houdende oprichting en regeling van een stelsel voor opleiding in een bedrijf met het oog op de voorbereiding van de inschakeling van de mindervaliden in het arbeidsproces;
  6° bij indienstnemingen naar aanleiding van een voltooide opleiding die in de betrokken instelling gevolgd werd in het kader van een duale basisopleiding met toepassing van het decreet van 27 juni 2005 houdende oprichting van een autonome hogeschool, op voorwaarde dat de lerende zijn opleiding aangevat heeft naar aanleiding van een openbare oproep tot de gegadigden met betrekking tot de opleiding in de betrokken instelling."
Art.13. - L'article 2, § 1er, alinéa 2, de l'arrêté du Gouvernement du 17 juillet 2003 déterminant la position juridique du personnel contractuel du Ministère de la Communauté germanophone et de certains organismes d'intérêt public, modifié en dernier lieu par l'arrêté du Gouvernement du 19 janvier 2017, est complété par les 5° et 6° rédigés comme suit :
  " 5° lors d'engagements au terme d'une formation en entreprise qui, en application de l'arrêté du Gouvernement du 10 septembre 1993 instaurant et réglant un système de formation en entreprise en vue de préparer l'intégration professionnelle de personnes handicapées, a été suivie dans l'établissement concerné;
  6° lors d'engagements au terme d'une formation qui, en application du décret du 27 juin 2005 portant création d'une haute école autonome, a été suivie dans l'établissement concerné dans le cadre d'une formation initiale en alternance, à condition que l'apprenant ait entamé sa formation à la suite d'un appel public aux candidats relatif à la formation dans ledit établissement. "
Art.14. - Artikel 6 van hetzelfde besluit, vervangen bij het besluit van de Regering van 19 januari 2017, wordt vervangen als volgt :
  "Art. 6 - Taken die uitsluitend door contractuele personeelsleden uitgeoefend worden
  Voor de uitoefening van de volgende taken geschieden uitsluitend indienstnemingen bij arbeidsovereenkomst :
  1° alle taken van de huishoudkundige dienst;
  2° de ontvangst- en telefoondienst;
  3° huismeestertaken;
  4° in de tijd beperkte bijzondere opdrachten of in de tijd beperkte projectopdrachten;
  5° de opleidingen van de Dienst voor arbeidsbemiddeling van de Duitstalige Gemeenschap;
  6° alle taken van de diensten met afzonderlijk beheer "Mediacentrum" en "Gemeenschapscentra"."
Art.14. - L'article 6 du même arrêté, remplacé par l'arrêté du Gouvernement du 19 janvier 2017, est remplacé par ce qui suit :
  " Art. 6 - Tâches exclusivement exercées par des agents contractuels
  Seuls interviennent des engagements dans les liens d'un contrat de travail pour exercer les tâches suivantes :
  1° toutes les tâches relevant du service d'entretien;
  2° le service d'accueil et de téléphonie;
  3° les tâches de concierge;
  4° des missions limitées dans le temps, soit spéciales soit dans le cadre de projets;
  5° les formations dispensées par l'Office de l'emploi de la Communauté germanophone;
  6° toutes les tâches réalisées dans les services à gestion séparée "Centre des Médias" et "Centres communautaires".
Art.15. - In artikel 9.2, tweede lid, van hetzelfde besluit, ingevoegd bij het besluit van de Regering van 19 januari 2017, wordt het cijfer "25" vervangen door het cijfer "20".
Art.15. - Dans l'article 9.2, alinéa 2, du même arrêté, inséré par l'arrêté du Gouvernement du 19 janvier 2017, le nombre " 25 " est remplacé par le nombre " 20 ".
Art.16. - Artikel 10 van hetzelfde besluit wordt aangevuld met een tweede en een derde lid, luidende :
  "Een contractueel personeelslid verricht werkelijke diensten zolang geen vorm van schorsing van de uitvoering van zijn arbeidsovereenkomst voorligt waarbij zijn loon niet wordt uitbetaald.
  In afwijking van het tweede lid wordt in volgende gevallen de duur van de schorsing als werkelijke dienst in aanmerking genomen :
  1° de afwezigheden in het kader van een geboorte zoals bepaald in de artikelen 39 en 42 tot 43bis van de Arbeidswet van 16 maart 1971;
  2° de afwezigheid wegens een georganiseerde werkonderbreking;
  3° de afwezigheid in het kader van een loopbaanonderbreking;
  4° ouderschapsverlof;
  5° de dienstvrijstelling voor opdracht;
  6° de verloven bepaald in artikel 117 van het besluit van de Regering van 27 december 1996."
Art.16. - L'article 10 du même arrêté est complété par deux alinéas rédigés comme suit :
  " Un agent contractuel preste des services effectifs tant que l'exécution du contrat n'est pas suspendue, auquel cas, il ne percevrait plus de traitement.
  Par dérogation à l'alinéa 2, la période de suspension est considérée comme service effectif dans les cas suivants :
  1° les absences liées à une naissance, telles que prévues aux articles 39 et 42 à 43bis de la loi sur le travail du 16 mars 1971;
  2° l'absence en raison d'une cessation concertée du travail;
  3° l'absence dans le cadre d'une interruption de carrière;
  4° le congé parental;
  5° la dispense de service pour mission;
  6° les congés prévus à l'article 117 de l'arrêté du Gouvernement du 27 décembre 1996. "
Art.17. - Het opschrift van hoofdstuk IIIbis wordt vervangen als volgt :
  "Hoofdstuk IIIbis - Toepassing van verscheidene statutaire regelingen op de contractuele personeelsleden"
Art.17. - L'intitulé du chapitre IIIbis est remplacé par ce qui suit :
  " Chapitre IIIbis - Application de différentes règles statutaires aux agents contractuels "
Art.18. - Artikel 12.2 wordt vervangen als volgt :
  "Art. 12.2 - Evaluatie
  De artikelen 37 tot 40 van het besluit van de Regering van 27 december 1996 houdende organisatie van het Ministerie van de Duitstalige Gemeenschap en houdende regeling van de aanwerving, de loopbaan en de bezoldiging van de ambtenaren zijn van toepassing op de contractuele personeelsleden."
Art.18. - L'article 12.2 du même arrêté est remplacé par ce qui suit :
  " Art. 12.2 - Evaluation
  Les articles 37 à 40 de l'arrêté du Gouvernement du 27 décembre 1996 portant organisation du Ministère de la Communauté germanophone et réglant le recrutement, la carrière et le statut pécuniaire des agents s'appliquent aux agents contractuels. "
Art.19. - In hoofdstuk IIIbis van hetzelfde besluit wordt een artikel 12.3 ingevoegd, luidende :
  "Art. 12.3 - Rechten, plichten, onverenigbaarheden en cumulaties
  De artikelen 88 tot 91 van het besluit van de Regering van 27 december 1996 zijn van toepassing op de contractuele personeelsleden."
Art.19. - Dans le chapitre IIIbis du même arrêté, il est inséré un article 12.3 rédigé comme suit :
  " Art. 12.3 - Droits, devoirs, incompatibilités et cumuls
  Les articles 88 à 91 de l'arrêté du Gouvernement du 27 décembre 1996 s'appliquent aux agents contractuels.
Art.20. - In hetzelfde hoofdstuk wordt een artikel 12.4. ingevoegd, luidende :
  "Art. 12.4 - Evaluatie
  Artikel 101 van het besluit van de Regering van 27 december 1996 is van toepassing op de contractuele personeelsleden."
Art.20. - Dans le même chapitre, il est inséré un article 12.4 rédigé comme suit :
  " Art. 12.4 - Temps de travail
  L'article 101 de l'arrêté du Gouvernement du 27 décembre 1996 s'applique aux agents contractuels. "
Art.21. - In hetzelfde hoofdstuk wordt een artikel 12.5. ingevoegd, luidende :
  "Art. 12.5 - Werkonderbreking
  Artikel 103 van het besluit van de Regering van 27 december 1996 is van toepassing op de contractuele personeelsleden, waarbij de contractuele personeelsleden geen recht hebben op uitbetaling van een wedde tijdens de periode van de werkonderbreking."
Art.21. - Dans le même chapitre, il est inséré un article 12.5 rédigé comme suit :
  " Art. 12.5 - Cessation du travail
  L'article 103 de l'arrêté du Gouvernement du 27 décembre 1996 s'applique aux agents contractuels, ceux-ci n'ayant pas droit au paiement de leur traitement pour la durée de la cessation du travail. "
Art.22. - In hetzelfde hoofdstuk wordt een artikel 12.6. ingevoegd, luidende :
  "Art. 12.6 - Verloven en afwezigheden
  De volgende verloven en afwezigheden die in hoofdstuk VIII van het besluit van de Regering van 27 december 1996 zijn vastgelegd, zijn van toepassing op de contractuele personeelsleden :
  1° Afdeling 2 - Jaarlijks vakantieverlof en feestdagen, waarbij - voor de toepassing van artikel 106, § 1, tweede lid, op de contractuele personeelsleden en de inkorting van het jaarlijks vakantieverlof - ook rekening wordt gehouden met de periode waarin een wegens ziekte afwezig contractueel personeelslid geen recht op verderde uitbetaling van zijn loon heeft;
  2° Afdeling 3 - Omstandigheidsverloven;
  3° Onderafdeling 5.2 - Adoptieverlof;
  4° Onderafdeling 5.3 - Ouderschapsverlof;
  5° Afdeling 9 - Dienstvrijstelling voor opleiding of voortgezette opleiding;
  6° Afdeling 10 - Opleidingsverlof;
  7° Afdeling 11 - Dienstvrijstelling voor opdracht;
  8° Afdeling 12 - Politiek verlof, waarbij - voor de toepassing op de contractuele personeelsleden - de arbeidsovereenkomst voor de perioden van politiek verlof op verzoek of van ambtswege geschorst wordt, maar bij de berekening van de geldelijke anciënniteit in aanmerking wordt genomen;
  9° Afdeling 13 - Dienstvrijstelling om ter beschikking te worden gesteld van de Koning, een Prins of een Prinses van België;
  10° Afdeling 14 - Dienstvrijstelling voor borstvoedingspauzes."
Art.22. - Dans le même chapitre, il est inséré un article 12.6 rédigé comme suit :
  " Art. 12.6 - Congés et absences
  Les congés et absences suivants, fixés au chapitre VIII de l'arrêté du Gouvernement du 27 décembre 1996, s'appliquent aux agents contractuels :
  1° section 2 - congé annuel de vacances et jours fériés, la période où un agent contractuel absent pour cause de maladie n'a pas droit au maintien de sa rémunération étant également prise en compte pour l'application de l'article 106, § 1er, alinéa 2, aux agents contractuels, en ce qui concerne la réduction du congé annuel de vacances;
  2° section 3 - congés de circonstances;
  3° sous-section 5.2 - congé d'adoption;
  4° sous-section 5.3 - congé parental;
  5° section 9 - dispense de service pour formation ou formation continue;
  6° section 10 - congé de formation;
  7° section 11 - dispense de service pour mission;
  8° section 12 - congé politique, le contrat de travail étant suspendu pour l'application aux agents contractuels, à hauteur des périodes du congé politique sur demande ou d'office, lesquelles sont toutefois prises en considération pour calculer l'ancienneté pécuniaire;
  9° section 13 - dispense de service pour être mis à la disposition du Roi ou d'un Prince ou d'une Princesse de Belgique;
  10°section 14 - dispense de service pour pauses d'allaitement. "
Art.23. - Het bestaande artikel 13 van hetzelfde besluit wordt ingevoegd in hoofdstuk IIIbis.
Art.23. - L'article 13 actuel du même arrêté est inséré dans le chapitre IIIbis.
Art.24. - In hoofdstuk IV van hetzelfde besluit wordt een artikel 16.1 ingevoegd, luidende:
  "Art. 16.1 - Overgangsbepaling voor bijkomende beroepsactiviteiten
  Artikel 12.3 is niet van toepassing op de bijkomende beroepsactiviteiten die uitgeoefend worden op grond van overeenkomsten die vóór 1 juni 2019 gesloten werden. De betrokken contractuele personeelsleden delen de Regering mee welke bijkomende beroepsactiviteiten ze uitoefenen en zenden haar de desbetreffende bewijzen toe tegen uiterlijk 30 september 2019. Als de bijkomende beroepsactiviteiten na het verstrijken van de termijn worden meegedeeld, dan vallen ze onder de aanvraagprocedure vermeld in artikel 89 van het besluit van de Regering van 27 december 1996.
  Het eerste lid is niet van toepassing als het contractueel personeelslid reeds vóór 1 juni 2019 in het bezit is van een machtiging van de Regering als bedoeld in artikel 89 van het besluit van de Regering van 27 december 1996.
Art.24. - Dans le chapitre IV du même arrêté, il est inséré un article 16.1 rédigé comme suit :
  " Art. 16.1 - Disposition transitoire relative aux activités professionnelles complémentaires
  L'article 12.3 ne s'applique pas aux activités professionnelles complémentaires qui sont exercées en vertu d'accords passés avant le 1er janvier 2019. Les agents contractuels concernés communiquent au Gouvernement les activités professionnelles complémentaires et lui transmettent les preuves y relatives pour le 30 septembre 2019 au plus tard. Si la communication a lieu après l'expiration du délai, les activités professionnelles complémentaires sont soumises à la procédure de demande mentionnée à l'article 89 de l'arrêté du Gouvernement du 27 décembre 1996.
  L'alinéa 1er ne s'applique pas si l'agent contractuel était déjà en possession, avant le 1er juin 2019, d'une autorisation du Gouvernement accordée conformément à l'article 89 de l'arrêté du 27 décembre 1996.
Art.25. - Dit besluit treedt in werking op 1 juni 2019, met uitzondering van de artikelen 3 en 15, die uitwerking hebben met ingang van 1 januari 2019.
Art.25. - Le présent arrêté entre en vigueur le 1er juin 2019, à l'exception des articles 3 et 15, lesquels produisent leurs effets le 1er janvier 2019.
Art. 26. - De minister bevoegd voor Personeel is belast met de uitvoering van dit besluit.
Art. 26. - Le Ministre compétent en matière de Personnel est chargé de l'exécution du présent arrêté.