Vergelijken - 2019011084

HOOFDSTUK 1.

CHAPITRE 1er.

Artikel 1. Opgeheven art. 40 van 9 DECEMBER 2019. - Koninklijk besluit tot wijziging of opheffing van diverse uitvoeringsbesluiten als gevolg van de invoering van het wetboek van de minnelijke en gedwongen invordering van fiscale en niet-fiscale schuldvorderingen

Article 1er. Abrogé art. 40 van 9 DECEMBER 2019. - Koninklijk besluit tot wijziging of opheffing van diverse uitvoeringsbesluiten als gevolg van de invoering van het wetboek van de minnelijke en gedwongen invordering van fiscale en niet-fiscale schuldvorderingen

Art.2. Opgeheven art. 40 van 9 DECEMBER 2019. - Koninklijk besluit tot wijziging of opheffing van diverse uitvoeringsbesluiten als gevolg van de invoering van het wetboek van de minnelijke en gedwongen invordering van fiscale en niet-fiscale schuldvorderingen

Art.2. Abrogé art. 40 van 9 DECEMBER 2019. - Koninklijk besluit tot wijziging of opheffing van diverse uitvoeringsbesluiten als gevolg van de invoering van het wetboek van de minnelijke en gedwongen invordering van fiscale en niet-fiscale schuldvorderingen

Art.3. Opgeheven art. 40 van 9 DECEMBER 2019. - Koninklijk besluit tot wijziging of opheffing van diverse uitvoeringsbesluiten als gevolg van de invoering van het wetboek van de minnelijke en gedwongen invordering van fiscale en niet-fiscale schuldvorderingen

Art.3. Abrogé art. 40 van 9 DECEMBER 2019. - Koninklijk besluit tot wijziging of opheffing van diverse uitvoeringsbesluiten als gevolg van de invoering van het wetboek van de minnelijke en gedwongen invordering van fiscale en niet-fiscale schuldvorderingen

Art.4. Opgeheven art. 40 van 9 DECEMBER 2019. - Koninklijk besluit tot wijziging of opheffing van diverse uitvoeringsbesluiten als gevolg van de invoering van het wetboek van de minnelijke en gedwongen invordering van fiscale en niet-fiscale schuldvorderingen

Art.4. Abrogé art. 40 van 9 DECEMBER 2019. - Koninklijk besluit tot wijziging of opheffing van diverse uitvoeringsbesluiten als gevolg van de invoering van het wetboek van de minnelijke en gedwongen invordering van fiscale en niet-fiscale schuldvorderingen

HOOFDSTUK 2. - Wijzigingen van het koninklijk besluit van 3 maart 1927 tot uitvoering van het Wetboek diverse rechten en taksen, het koninklijk besluit van 31 maart 1936 houdende algemeen reglement van de successierechten, het koninklijk besluit van 8 juli 1970 houdende de algemene verordening betreffende de met de inkomstenbelastingen gelijkgestelde belastingen, het koninklijk besluit nr. 24 betreffende de belasting over de toegevoegde waarde, het koninklijk besluit tot uitvoering van het Wetboek van de inkomstenbelastingen 1992

CHAPITRE 2. - Modifications de l'arrêté royal du 3 mars 1927 portant exécution du Code des droits et taxes divers, de l'arrêté royal du 31 mars 1936 portant règlement général des droits de succession, de l'arrêté royal du 8 juillet 1970 portant règlement général des taxes assimilées aux impôts sur les revenus, de l'arrêté royal n° 24 relatif à la taxe sur la valeur ajoutée, de l'arrêté royal d'exécution du Code des impôts sur les revenus 1992

Afdeling 1. - Wijzigingen van het koninklijk besluit van 3 maart 1927 houdende uitvoering van het Wetboek diverse rechten en taksen

Section 1re. - Modifications à l'arrêté royal du 3 mars 1927 portant exécution du Code des droits et taxes divers

Art.5. In artikel 215 van het koninklijk besluit van 3 maart 1927 houdende uitvoering van het Wetboek diverse rechten en taksen, hersteld bij het koninklijk besluit van 19 februari 2002 en vervangen bij het koninklijk besluit van 16 februari 2017, worden de woorden "worden betaald op het bevoegd kantoor" vervangen door de woorden "worden, voor de betekening van het dwangschrift voorzien in artikel 202/5 van het Wetboek diverse rechten en taksen, betaald door storting of overschrijving op de financiële rekening van het kantoor".

Art.5. Dans l'article 215 de l'arrêté royal du 3 mars 1927 portant exécution du Code des droits et taxes divers, rétabli par l'arrêté royal du 19 février 2002 et remplacé par l'arrêté royal du 16 février 2017, les mots "sont acquittés au bureau" sont remplacés par les mots "sont acquittés, avant la signification de la contrainte prévue à l'article 202/5 du Code des droits et taxes divers, par versement ou par virement au compte financier du bureau".

Art.6. In artikel 216, van hetzelfde besluit, vervangen bij het koninklijk besluit van 19 februari 2002, gewijzigd bij de koninklijke besluiten van 21 december 2006 en 16 februari 2017, worden de woorden "de postrekening" vervangen door de woorden "de financiële rekening".

Art.6. Dans l'article 216 du même arrêté, remplacé par l'arrêté royal du 19 février 2002, modifié par les arrêtés royaux des 21 décembre 2006 et 16 février 2017, les mots "compte courant postal" sont remplacés par les mots "compte financier".

Art.7. In artikel 220/6 van hetzelfde besluit, hersteld bij het koninklijk besluit van 4 november 2018, worden de woorden "worden betaald op het bevoegde kantoor" vervangen door de woorden "worden, voor de betekening van het dwangschrift voorzien in artikel 202/5 van het Wetboek diverse rechten en taksen, betaald door storting of overschrijving op de financiële rekening van het bevoegde kantoor".

Art.7. Dans l'article 220/6 du même arrêté rétabli par l'arrêté royal du 4 novembre 2018, les mots "sont payés au bureau" sont remplacés par les mots "sont acquittés, avant la signification de la contrainte prévue à l'article 202/5 du Code des droits et taxes divers, par versement ou par virement au compte financier du bureau".

Art.8. In artikel 221 van hetzelfde besluit, hersteld bij het koninklijk besluit van 20 december 1996, gewijzigd bij het koninklijk besluit van 21 december 2006, worden de woorden "worden betaald op het kantoor" vervangen door de woorden "worden, voor de betekening van het dwangschrift voorzien in artikel 202/5 van het Wetboek diverse rechten en taksen, betaald door storting of overschrijving op de financiële rekening van het kantoor".

Art.8. Dans l'article 221 du même arrêté rétabli par l'arrêté royal du 20 décembre 1996, modifié par l'arrêté royal du 21 décembre 2006, les mots "sont acquittés au bureau" sont remplacés par les mots "sont acquittés, avant la signification de la contrainte prévue à l'article 202/5 du Code des droits et taxes divers, par versement ou par virement au compte financier du bureau".

Art.9. In artikel 221bis van hetzelfde besluit, ingevoegd bij het koninklijk besluit van 20 december 1996, gewijzigd bij de koninklijke besluiten van 19 februari 2002 en 21 december 2006 worden de woorden "de postrekening" vervangen door de woorden "de financiële rekening".

Art.9. Dans l'article 221bis du même arrêté, inséré par l'arrêté royal du 20 décembre 1996, modifié par les arrêtés royaux des 19 février 2002 et 21 décembre 2006 les mots "compte courant postal" sont remplacés par les mots "compte financier".

Art.10. In artikel 2241 van hetzelfde besluit, vervangen bij het koninklijk besluit van 15 februari 2006, gewijzigd bij het koninklijk besluit van 21 december 2006, worden de woorden "worden betaald op het kantoor" vervangen door de woorden "worden, voor de betekening van het dwangschrift voorzien in artikel 202/5 van het Wetboek diverse rechten en taksen, betaald door storting of overschrijving op de financiële rekening van het kantoor".

Art.10. Dans l'article 2241 du même arrêté, remplacé par l'arrêté royal du 15 février 2006, modifié par l'arrêté royal du 21 décembre 2006, les mots "sont acquittés au bureau" sont remplacés par les mots "sont acquittés, avant la signification de la contrainte prévue à l'article 202/5 du Code des droits et taxes divers, par versement ou par virement au compte financier du bureau".

Art.11. In artikel 2242ter, § 2, tweede lid, van hetzelfde besluit, vervangen bij het koninklijk besluit van 15 februari 2006, gewijzigd bij het koninklijk besluit van 21 december 2006, worden de woorden "op het bevoegde kantoor" opgeheven.

Art.11. Dans l'article 2242ter, § 2, alinéa 2, du même arrêté, remplacé par l'arrêté royal du 15 février 2006, modifié par l'arrêté royal du 21 décembre 2006, les mots "au bureau compétent" sont abrogés.

Art.12. In artikel 2244 van hetzelfde besluit, ingevoegd bij het koninklijk besluit van 8 maart 1989, worden de woorden "worden betaald op het kantoor" vervangen door de woorden "worden, voor de betekening van het dwangschrift voorzien in artikel 202/5 van het Wetboek diverse rechten en taksen, betaald door storting of overschrijving op de financiële rekening van het kantoor".

Art.12. Dans l'article 2244 du même arrêté, inséré par l'arrêté royal du 8 mars 1989, les mots "sont acquittées au bureau" sont remplacés par les mots "sont acquittées, avant la signification de la contrainte prévue à l'article 202/5 du Code des droits et taxes divers, par versement ou par virement au compte financier du bureau".

Art.13. In artikel 225 van hetzelfde besluit, hersteld bij het koninklijk besluit van 30 juni 1993, gewijzigd bij het koninklijk besluit van 21 december 2006, worden de woorden "worden betaald op het kantoor" vervangen door de woorden "worden, voor de betekening van het dwangschrift voorzien in artikel 202/5 van het Wetboek diverse rechten en taksen, betaald door storting of overschrijving op de financiële rekening van het kantoor".

Art.13. Dans l'article 225 du même arrêté, rétabli par l'arrêté royal du 30 juin 1993, modifié par l'arrêté royal du 21 décembre 2006, les mots "sont acquittées au bureau" sont remplacés par les mots "sont acquittées, avant la signification de la contrainte prévue à l'article 202/5 du Code des droits et taxes divers, par versement ou par virement au compte financier du bureau".

Art.14. Artikel 228 van hetzelfde besluit, vervangen bij het koninklijk besluit van 21 december 2006, wordt vervangen als volgt:
"Art. 228.De belasting voor aanplakking wordt, voor de betekening van het dwangschrift voorzien in artikel 202/5 van het Wetboek diverse rechten en taksen, betaald door storting of overschrijving op de financiële rekening van het kantoor aangeduid door de Minister van Financiën of zijn gemachtigde.".

Art.14. L'article 228 du même arrêté, remplacé par l'arrêté royal du 21 décembre 2006, est remplacé par ce qui suit :
"Art. 228. La taxe d'affichage est acquittée, avant la signification de la contrainte prévue à l'article 202/5 du Code des droits et taxes divers, par un versement ou par un virement au compte financier du bureau désigné par le Ministre des Finances ou son délégué.".

Art.15. Artikel 229 van hetzelfde besluit, vervangen bij het koninklijk besluit van 21 december 2006, wordt opgeheven.

Art.15. L'article 229 du même arrêté, remplacé par l'arrêté royal du 21 décembre 2006, est abrogé.

Art.16. Artikel 236 van hetzelfde besluit, vervangen bij het koninklijk besluit van 15 oktober 1987, wordt opgeheven.

Art.16. L'article 236 du même arrêté, remplacé par l'arrêté royal du 15 octobre 1987, est abrogé.

Art.17. In Boek II, van hetzelfde besluit, wordt titel X, dat de artikelen 240/7bis tot 240/7sexies omvat, opgeheven.

Art.17. Dans le Livre II, du même arrêté, le titre X, comprenant les articles 240/7bis à 240/7sexies, est abrogé.

Art.18. [1 Artikel 2407octies van hetzelfde besluit, ingevoegd bij het koninklijk besluit van 3 augustus 2012, wordt vervangen als volgt:
   "Art. 2407octies. De jaarlijkse taks op de kredietinstellingen en in voorkomend geval, de interesten en de boeten, worden betaald, voor de betekening van het dwangschrift voorzien in artikel 2025 van het Wetboek diverse rechten en taksen, door storting of overschrijving op de financiële rekening van het kantoor aangeduid door de Minister van Financiën of zijn gemachtigde.
   Op het stortings- of overschrijvingsformulier worden de naam, het ondernemingsnummer en de statutaire zetel van de kredietinstelling op het tijdstip van de betaling alsmede het aanslagjaar waarvoor de betaling geschiedt, vermeld".]1

Modifications

[1] <KB 2019-08-29/06, art. 37, 003; Inwerkingtreding : 23-09-2019>

Art.18. [1 L'article 2407octies du même arrêté, inséré par l'arrêté royal du 3 août 2012, est remplacé par ce qui suit :
   "Art. 2407octies. La taxe annuelle sur les établissements de crédit et, le cas échéant, les intérêts et amendes sont acquittés, avant la signification de la contrainte prévue à l'article 2025 du Code des droits et taxes divers, par versement ou virement au compte financier du bureau désigné par le Ministre des Finances ou son délégué.
   Le nom, le numéro d'entreprise et le siège statutaire de l'établissement de crédit au moment du paiement ainsi que l'année d'imposition pour laquelle le paiement est effectué, sont mentionnés sur le formulaire de virement ou de versement".]1

Modifications

[1] <AR 2019-08-29/06, art. 37, 003; En vigueur : 23-09-2019>

Art.19. Artikel 240/7nonies van hetzelfde besluit, ingevoegd bij het koninklijk besluit van 3 augustus 2012, wordt opgeheven.

Art.19. L'article 240/7nonies du même arrêté, inséré par l'arrêté royal du 3 août 2012, est abrogé.

Art.20. In hetzelfde besluit, wordt het opschrift van Boek III, vervangen bij het koninklijk besluit van 21 december 2006, vervangen als volgt: "Boek III. Gemeenschappelijke en bijzondere bepalingen gemeen aan de diverse rechten en taksen".

Art.20. Dans le même arrêté, l'intitulé du Livre III, remplacé par l'arrêté royal du 21 décembre 2006, est remplacé par ce qui suit : "Livre III. Dispositions communes et particulières aux droits et taxes divers".

Art.21. In hetzelfde besluit wordt een artikel 240/12 ingevoegd, luidende:
  "Art. 240/12. Behoudens tegenbewijs, gelden als bewijs van betaling van de diverse taksen bedoeld in Boek II gedaan voor de betekening van het dwangschrift voorzien in artikel 202/5 van het Wetboek diverse rechten en taksen:
  1° voor stortingen, de door de naamloze vennootschap van publiek recht bpost gedateerde ontvangstbewijzen;
  2° voor overschrijvingen, de rekeninguittreksels en de bijbehorende stukken.
  De betaling bedoeld in het eerste lid heeft uitwerking vanaf de valutadatum van de creditering.".

Art.21. Dans le même arrêté, il est inséré un article 240/12 rédigé comme suit :
  "Art. 240/12. Sauf preuve contraire, font foi du paiement des taxes diverses visées au Livre II effectué avant la signification de la contrainte prévue à l'article 202/5 du Code des droits et taxes divers :
  1° pour les versements, les accusés de réception datés par la société anonyme de droit public bpost ;
  2° pour les virements, les extraits de compte et les annexes y relatives.
  Le paiement visé à l'alinéa 1er produit ses effets à la date valeur du crédit.".

Art.22. In hetzelfde besluit wordt een artikel 240/13 ingevoegd, luidende:
"Art. 240/13. De betaling van de diverse taksen wordt na de betekening van het dwangbevel voorzien in artikel 202/5 van het Wetboek diverse rechten en taksen, gedaan overeenkomstig hetgeen voorzien is in hoofdstuk 1 van het koninklijk besluit van 17 februari 2019 tot uitvoering van diverse wetten en tot aanpassing van diverse koninklijke besluiten met het oog op onder meer de harmonisatie van de betalingsmodaliteiten binnen de administratie van de Federale Overheidsdienst Financiën belast met de inning en de invordering van fiscale en niet-fiscale schuldvorderingen.".

Art.22. Dans le même arrêté, il est inséré un article 240/13 rédigé comme suit :
"Art. 240/13. Le paiement des taxes diverses est, après la signification de la contrainte prévue à l'article 202/5 du Code des droits et taxes divers, effectué conformément à ce qui est prévu au chapitre 1er de l'arrêté royal du 17 février 2019 exécutant diverses lois et adaptant divers arrêtés royaux en vue notamment de l'harmonisation des modalités de paiement au sein de l'administration du Service Public Fédéral Finances en charge de la perception et du recouvrement des créances fiscales et non fiscales.".

Afdeling 2. - Wijzigingen van het koninklijk besluit van 31 maart 1936 houdende algemeen reglement van de successierechten

Section 2. - Modifications à l'arrêté royal du 31 mars 1936 portant règlement général des droits de succession

Art.23. Artikel 8quater van het koninklijk besluit van 31 maart 1936 houdende algemeen reglement van de successierechten, ingevoegd bij het koninklijk besluit van 27 september 1993, gewijzigd bij het koninklijk besluit van 10 maart 1997, wordt vervangen als volgt:
  "Art. 8quater. De betaling van de jaarlijkse taks op de collectieve beleggingsinstellingen en op de verzekeringsondernemingen, evenals de bijhorende interesten en boeten wordt voor de betekening van het dwangbevel voorzien in artikel 220 van het Wetboek der registratie-, hypotheek-, en griffierechten gedaan door storting of overschrijving op de financiële rekening van de dienst aangeduid door de Minister van Financiën of zijn gemachtigde.
  Het stortings- of overschrijvingsformulier vermeldt de benaming, het nationaal nummer en de maatschappelijke zetel van de collectieve beleggingsinstelling of van de verzekeringsonderneming op de dag van betaling, evenals het aanslagjaar waarvoor de betaling wordt gedaan.
  Behoudens tegenbewijs, gelden als bewijs van betaling bedoeld in het eerste lid:
  1° voor stortingen, de door de naamloze vennootschap van publiek recht bpost gedateerde ontvangstbewijzen;
  2° voor overschrijvingen, de rekeninguittreksels en de bijbehorende stukken.
  De betaling bedoeld in het eerste lid heeft uitwerking vanaf de valutadatum van de creditering.".

Art.23. L'article 8quater de l'arrêté royal du 31 mars 1936 portant règlement général des droits de succession, inséré par l'arrêté royal du 27 septembre 1993, modifié par l'arrêté royal du 10 mars 1997, est remplacé par ce qui suit :
  "Art. 8quater. Le paiement de la taxe annuelle sur les organismes de placement collectif et sur les entreprises d'assurances ainsi que les intérêts et amendes y afférents est effectué, antérieurement à la signification de la contrainte prévue à l'article 220 du Code des droits d'enregistrement, d'hypothèque et de greffe, par versement ou virement au compte financier du service désigné par le Ministre des Finances ou son délégué.
  Le bulletin de versement ou de virement mentionne la dénomination, le numéro national et le siège social de l'organisme de placement collectif ou de l'entreprise d'assurances au jour du paiement ainsi que l'année d'imposition pour laquelle le paiement a lieu.
  Sauf preuve contraire, font foi du paiement visé à l'alinéa 1er :
  1° pour les versements, les accusés de réception datés par la société anonyme de droit public bpost ;
  2° pour les virements, les extraits de compte et les annexes y relatives.
  Le paiement visé à l'alinéa 1er produit ses effets à la date valeur du crédit.".

Art.24. In hetzelfde besluit wordt een artikel 8quinquies ingevoegd, luidende:
"Art. 8quinquies. De betaling van de jaarlijkse taks op de collectieve beleggingsinstellingen en op de verzekeringsondernemingen, evenals de bijhorende interesten, boeten en kosten na de betekening van het dwangbevel voorzien in artikel 220 van het Wetboek der registratie-, hypotheek-, en griffierechten, wordt gedaan overeenkomstig hetgeen voorzien is in hoofdstuk 1 van het koninklijk besluit van 17 februari 2019 tot uitvoering van diverse wetten en tot aanpassing van diverse koninklijke besluiten met het oog op onder meer de harmonisatie van de betalingsmodaliteiten binnen de administratie van de Federale Overheidsdienst Financiën belast met de inning en de invordering van fiscale en niet-fiscale schuldvorderingen.".

Art.24. Dans le même arrêté est inséré un article 8quinquies rédigé comme suit :
"Art. 8quinquies. Le paiement de la taxe annuelle sur les organismes de placement collectif et sur les entreprises d'assurances ainsi que les intérêts, amendes et frais y afférents est, postérieurement à la signification de la contrainte prévue à l'article 220 du Code des droits d'enregistrement, d'hypothèque et de greffe, effectué conformément à ce qui est prévu au chapitre 1er de l'arrêté royal du 17 février 2019 exécutant diverses lois et adaptant divers arrêtés royaux en vue notamment de l'harmonisation des modalités de paiement au sein de l'administration du Service Public Fédéral Finances en charge de la perception et du recouvrement des créances fiscales et non fiscales.".

Afdeling 3. - Wijzigingen van het koninklijk besluit van 8 juli 1970 houdende de algemene verordening betreffende de met de inkomstenbelastingen gelijkgestelde belastingen

Section 3. - Modifications à l'arrêté royal du 8 juillet 1970 portant règlement général des taxes assimilées aux impôts sur les revenus

Art.25. Artikel 8 van het koninklijk besluit van 8 juli 1970 houdende de algemene verordening betreffende de met de inkomstenbelastingen gelijkgestelde belastingen, vervangen bij koninklijk besluit van 15 oktober 1987, wordt vervangen als volgt:
"Art. 8. Onverminderd de bepalingen van artikel 24, wordt de betaling van de met de inkomstenbelastingen gelijkgestelde belastingen gedaan overeenkomstig hetgeen voorzien is in hoofdstuk 1 van het koninklijk besluit van 17 februari 2019 tot uitvoering van diverse wetten en tot aanpassing van diverse koninklijke besluiten met het oog op onder meer de harmonisatie van de betalingsmodaliteiten binnen de administratie van de Federale Overheidsdienst Financiën belast met de inning en de invordering van fiscale en niet-fiscale schuldvorderingen.".

Art.25. L'article 8 de l'arrêté royal du 8 juillet 1970 portant règlement général des taxes assimilées aux impôts sur les revenus, remplacé par l'arrêté royal du 15 octobre 1987, est remplacé par ce qui suit :
"Art. 8. Sans préjudice des dispositions de l'article 24, le paiement des taxes assimilées aux impôts sur les revenus est effectué conformément à ce qui est prévu au chapitre 1er de l'arrêté royal du 17 février 2019 exécutant diverses lois et adaptant divers arrêtés royaux en vue notamment de l'harmonisation des modalités de paiement au sein de l'administration du Service Public Fédéral Finances en charge de la perception et du recouvrement des créances fiscales et non fiscales.".

Art.26. Artikel 9 van hetzelfde besluit, opgeheven bij het koninklijk besluit van 15 oktober 1987, wordt hersteld als volgt:
  "Art. 9. In afwijking van artikel 8 en onverminderd de bepalingen van de artikelen 11 en 24, wordt :
  a) de betaling van de niet-ingekohierde met de inkomstenbelastingen gelijkgestelde belastingen gedaan door storting of overschrijving op de financiële rekening van het kantoor aangeduid door de Minister van Financiën of zijn gemachtigde;
  b) de betaling van de ingekohierde met de inkomstenbelastingen gelijkgestelde belastingen bedoeld in de titels II en V van het Wetboek van de met de inkomstenbelastingen gelijkgestelde belastingen gedaan:
  1° door storting of overschrijving op de financiële rekening van het kantoor aangeduid door de Minister van Financiën of zijn gemachtigde;
  2° via eender welk door de Minister van Financiën of zijn gemachtigde erkend elektronisch betaalmiddel, teneinde de financiële rekening bedoeld in 1°, rechtstreeks of onrechtstreeks te crediteren;
  3° in handen van de gerechtsdeurwaarder, wanneer de betaling in opdracht van de ontvanger vervolgd wordt door deze gerechtsdeurwaarder.
  De Minister van Financiën of zijn gemachtigde kan andere betalingswijzen toestaan voor de ingekohierde met de inkomstenbelastingen gelijkgestelde belastingen bedoeld in de titels II en V van het Wetboek van de met de inkomstenbelastingen gelijkgestelde belastingen.
  Bij de betaling bedoeld in paragraaf 1, eerste lid, 1° en 2°, wordt er gebruik gemaakt van de mededeling bepaald door de Federale Overheidsdienst Financiën.".

Art.26. L'article 9 du même arrêté, abrogé par l'arrêté royal du 15 octobre 1987, est rétabli dans la rédaction suivante :
  "Art. 9. Par dérogation à l'article 8 et sans préjudice des dispositions des articles 11 et 24 :
  a) le paiement des taxes assimilées aux impôts sur les revenus non enrôlées est effectué par versement ou virement au compte financier du bureau désigné par le Ministre des Finances ou son délégué ;
  b) le paiement des taxes assimilées aux impôts sur les revenus enrôlées mentionnées aux titres II et V du Code des taxes assimilées aux impôts sur les revenus est effectué :
  1° par versement ou virement au compte financier du bureau désigné par le Ministre des Finances ou son délégué ;
  2° par tout moyen de paiement électronique agréé par le Ministre des Finances ou son délégué, ayant pour effet de créditer, directement ou indirectement, le compte financier visé au 1° ;
  3° entre les mains de l'huissier de justice, lorsque le paiement est poursuivi, à la requête du receveur, par cet huissier de justice.
  Le Ministre des Finances ou son délégué peut autoriser d'autres modes de paiement des taxes assimilées aux impôts sur les revenus enrôlées mentionnées aux titres II et V du Code des taxes assimilées aux impôts sur les revenus.
  Il est fait usage, lors du paiement visé à l'alinéa 1er, a) et b), 1° et 2°, de la communication déterminée par le Service public fédéral Finances. ".

Art.27. Artikel 10 van hetzelfde besluit, gewijzigd bij het koninklijk besluit van 29 maart 1994, wordt vervangen als volgt:
  "Art. 10. § 1. Behoudens tegenbewijs, geldt als bewijs van betaling bedoeld in artikel 9:
  1° voor stortingen, de door de naamloze vennootschap van publiek recht bpost gedateerde ontvangstbewijzen;
  2° voor overschrijvingen en betalingen via eender welk door de Minister van Financiën of zijn gemachtigde erkend elektronisch betaalmiddel, de rekeninguittreksels en de bijbehorende stukken.
  § 2. De betaling bedoeld in artikel 9 heeft uitwerking:
  - voor stortingen en voor overschrijvingen, op de valutadatum van de creditering op de financiële rekening van het kantoor aangeduid door de Minister van Financiën of zijn gemachtigde;
  - voor betalingen via eender welk door de Minister van Financiën of zijn gemachtigde erkend elektronisch betaalmiddel, op de dag zelf van de verrichting;
  - voor de in artikel 9, eerste lid, b), 3° bedoelde betalingen, op de datum van de afgifte van de fondsen in handen van de gerechtsdeurwaarder.
  De Minister van Financiën of zijn gemachtigde bepaalt de datum waarop de betaling uitwerking heeft wanneer hij krachtens artikel 9, tweede lid een andere betalingswijze toelaat.".

Art.27. L'article 10 du même arrêté, modifié par l'arrêté royal du 29 mars 1994, est remplacé par ce qui suit :
  "Art. 10. § 1er. Sauf preuve contraire, font foi du paiement visé à l'article 9 :
  1° pour les versements, les accusés de réception datés par la société anonyme de droit public bpost;
  2° pour les virements et les paiements par tout moyen de paiement électronique agréé par le Ministre des Finances ou son délégué, les extraits de compte et les annexes y relatives.
  § 2. Le paiement visé à l'article 9 produit ses effets :
  - pour les versements et pour les virements, à la date valeur du crédit au compte financier du bureau désigné par le Ministre des Finances ou son délégué ;
  - pour les paiements par tout moyen de paiement électronique agréé par le Ministre des Finances ou son délégué, le jour même de l'opération ;
  - pour les paiements visés à l'article 9, alinéa 1er, b), 3°, à la date de la remise des fonds entre les mains de l'huissier de justice.
  Le Ministre des Finances ou son délégué détermine la date à laquelle le paiement sort ses effets lorsqu'Il autorise un autre mode de paiement en vertu de l'article 9, alinéa 2.".

Art.28. Artikel 11 van hetzelfde besluit, vervangen bij het koninklijk besluit van 14 april 1993 en gewijzigd bij het koninklijk besluit van 9 november 1999, wordt vervangen als volgt:
"Art. 11. In afwijking van artikel 9, wordt de betaling van de niet-ingekohierde verkeersbelasting met betrekking tot de voertuigen vermeld in artikel 36bis van het Wetboek van de met de inkomstenbelastingen gelijkgestelde belastingen en de niet-ingekohierde belasting op de inverkeerstelling met betrekking tot de voertuigen vermeld in artikel 94, 1° van hetzelfde Wetboek gedaan op de financiële rekening van het ontvangkantoor Belastingen-auto's.".

Art.28. L'article 11 du même arrêté, remplacé par l'arrêté royal du 14 avril 1993 et modifié par l'arrêté royal du 9 novembre 1999, est remplacé par ce qui suit :
"Art. 11. Par dérogation à l'article 9, le paiement de la taxe de circulation non enrôlée sur les véhicules automobiles concernant les véhicules mentionnés à l'article 36bis du Code des taxes assimilées aux impôts sur les revenus et de la taxe de mise en circulation non enrôlée concernant les véhicules mentionnés à l'article 94, 1°, du même Code est effectué sur le compte financier de la recette Contributions-autos.".

Art.29. In artikel 11bis van hetzelfde besluit, ingevoegd bij het koninklijk besluit van 14 april 1993, worden de woorden ", in afwijking van artikel 9," ingevoegd tussen de woorden "moet de belastingschuldige" en de woorden "gebruik maken van het overschrijvings/stortingsformulier" en tussen de woorden "is hij gehouden" en de woorden "op het gebruikte betalingsformulier te vermelden".

Art.29. Dans l'article 11bis du même arrêté, inséré par l'arrêté royal du 14 avril 1993, les mots ", par dérogation à l'article 9," sont insérés entre les mots "le redevable doit" et les mots "utiliser la formule de virement/versement", et entre les mots "il est tenu" et les mots "de mentionner sur la formule de paiement utilisée".

Art.30. In artikel 35bis van hetzelfde besluit, ingevoegd bij het koninklijk besluit van 24 mei 1978 en gewijzigd bij het koninklijk besluit van 20 juli 2000, worden de woorden "ten kantore van de ontvanger der belastingen van het gebied" vervangen door de woorden "op de financiële rekening van het kantoor aangeduid door de Minister van Financiën of zijn gemachtigde".

Art.30. Dans l'article 35bis du même arrêté, inséré par l'arrêté royal du 24 mai 1978 et modifié par l'arrêté royal du 20 juillet 2000, les mots "au bureau du receveur des contributions directes du ressort" sont remplacés par les mots "au compte financier du bureau désigné par le Ministre des Finances ou son délégué".

Afdeling 4. - Wijzigingen van het koninklijk besluit nr. 24 betreffende de belasting over de toegevoegde waarde

Section 4. - Modifications à l'arrêté royal n° 24 relatif à la taxe sur la valeur ajoutée

Art.31.. In het koninklijk besluit nr. 24 van 29 december 1992 met betrekking tot de voldoening van de belasting over de toegevoegde waarde, gewijzigd bij het koninklijk besluit van 5 juli 2015, wordt het opschrift van Afdeling 1 vervangen als volgt: "Betalingen op de rekeningen van "btw-ontvangsten" Brussel, "Inning en Invordering", "Mini One Stop Shop - btw BE" en "btw on E-Services"".

Art.31. Dans l'arrêté royal n° 24 du 29 décembre 1992 relatif au paiement de la taxe sur la valeur ajoutée, modifié par l'arrêté royal du 5 juillet 2015, l'intitulé de la Section première est remplacé par ce qui suit : "Paiements aux comptes de "T.V.A.-Recettes" Bruxelles, "Perception et Recouvrement", "Mini One Stop Shop - VAT BE" et "VAT on E-Services"".

Art.32. In hetzelfde besluit wordt het opschrift van Onderafdeling 2 vervangen als volgt: "Onderafdeling 2. Betaling op de financiële rekening van "Inning en Invordering"".

Art.32. Dans le même arrêté, l'intitulé de la Sous-section 2 est remplacé par ce qui suit : "Sous-section 2. Paiement au compte financier de "Perception et Recouvrement "".

Art.33. Artikel 9 van hetzelfde besluit, gewijzigd bij de koninklijke besluiten van 12 november 1998 en 30 april 2013, wordt vervangen als volgt:
"Art. 9. Onverminderd de toepassing van artikel 5, § 2, wordt de betaling van de belasting over de toegevoegde waarde, administratieve geldboeten, interesten en kosten die verschuldigd zijn wegens inbreuken op de bepalingen van het Wetboek of de uitvoeringsbepalingen, gedaan overeenkomstig hetgeen voorzien is in hoofdstuk 1 van het koninklijk besluit van 17 februari 2019 tot uitvoering van diverse wetten en tot aanpassing van diverse koninklijke besluiten met het oog op onder meer de harmonisatie van de betalingsmodaliteiten binnen de administratie van de Federale Overheidsdienst Financiën belast met de inning en de invordering van fiscale en niet-fiscale schuldvorderingen.".

Art.33. L'article 9 du même arrêté, modifié par les arrêtés royaux des 12 novembre 1998 et 30 avril 2013, est remplacé par ce qui suit :
"Art. 9. Sans préjudice de l'application de l'article 5, § 2, le paiement de la taxe sur la valeur ajoutée, des amendes fiscales, des intérêts et des frais qui sont dus suite à des infractions aux dispositions du Code ou aux règles prises en exécution de celui-ci, doit être effectué conformément à ce qui est prévu au chapitre 1er de l'arrêté royal du 17 février 2019 exécutant diverses lois et adaptant divers arrêtés royaux en vue notamment de l'harmonisation des modalités de paiement au sein de l'administration du Service Public Fédéral Finances en charge de la perception et du recouvrement des créances fiscales et non fiscales.".

Art.34. Artikel 10 van hetzelfde besluit, gewijzigd bij het koninklijk besluit van 30 april 2013, wordt vervangen als volgt:
  "Art. 10. Onverminderd de toepassing van artikel 20, wordt de betaling eveneens gedaan overeenkomstig hetgeen voorzien is in hoofdstuk 1 van het koninklijk besluit van 17 februari 2019 tot uitvoering van diverse wetten en tot aanpassing van diverse koninklijke besluiten met het oog op onder meer de harmonisatie van de betalingsmodaliteiten binnen de administratie van de Federale Overheidsdienst Financiën belast met de inning en de invordering van fiscale en niet-fiscale schuldvorderingen voor:
  1° de belasting over de toegevoegde waarde waarvan de opeisbaarheid blijkt uit de aangifte bedoeld in artikel 53ter, 1° van het Wetboek;
  2° de administratieve geldboeten voor het te laat indienen van die aangifte;
  3° de administratieve geldboeten en de interest verschuldigd overeenkomstig artikel 91, § 1 van het Wetboek, voor het laattijdig betalen van de belasting waarvan de opeisbaarheid uit dezelfde aangifte blijkt.".

Art.34. L'article 10 du même arrêté, modifié par l'arrêté royal du 30 avril 2013, est remplacé par ce qui suit :
  "Art. 10. Sans préjudice de l'application de l'article 20, est également effectué, conformément à ce qui est prévu au chapitre 1er de l'arrêté royal du 17 février 2019 exécutant diverses lois et adaptant divers arrêtés royaux en vue notamment de l'harmonisation des modalités de paiement au sein de l'administration du Service Public Fédéral Finances en charge de la perception et du recouvrement des créances fiscales et non fiscales, le paiement :
  1° de la taxe sur la valeur ajoutée dont l'exigibilité ressort de la déclaration visée à l'article 53ter, 1°, du Code ;
  2° des amendes fiscales pour dépôt tardif de cette déclaration ;
  3° des amendes fiscales et de l'intérêt du, conformément à l'article 91, § 1er, du Code, pour paiement tardif de la taxe dont l'exigibilité résulte de la même déclaration.".

Art.35. Artikel 11 van hetzelfde besluit wordt vervangen als volgt:
"Art. 11. De betalingen, andere dan diegene die op de postrekening van "btw-ontvangsten Brussel" moeten worden gedaan, andere dan deze bedoeld in de artikelen 9 en 10, of anderen dan diegene die moeten worden gedaan aan de Algemene Administratie van de Douane en Accijnzen overeenkomstig artikel 7, § 1, eerste lid van het koninklijk besluit nr. 7 met betrekking tot de invoer van goederen voor de toepassing van de belasting over de toegevoegde waarde, onder voorbehoud van de toepassing van artikel 1 van het koninklijk besluit nr. 13 met betrekking tot de regeling voor tabaksfabrikaten op het stuk van de belasting over de toegevoegde waarde, worden eveneens gedaan overeenkomstig hetgeen voorzien is in hoofdstuk 1 van het koninklijk besluit van 17/02/2019 tot uitvoering van diverse wetten en tot aanpassing van diverse koninklijke besluiten met het oog op onder meer de harmonisatie van de betalingsmodaliteiten binnen de administratie van de Federale Overheidsdienst Financiën belast met de inning en de invordering van fiscale en niet-fiscale schuldvorderingen.".

Art.35. L'article 11 du même arrêté est remplacé par ce qui suit :
"Art. 11. Les paiements autres que ceux qui doivent être effectués au compte courant postal de "T.V.A.-Recettes Bruxelles", autres que ceux visés aux articles 9 et 10, ou autres que ceux qui doivent être effectués à l'Administration générale des douanes et accises conformément à l'article 7, § 1er, alinéa 1er, de l'arrêté royal n° 7 relatif aux importations de biens pour l'application de la taxe sur la valeur ajoutée, sont, sous réserve de l'application de l'article 1er de l'arrêté royal n° 13 relatif au régime des tabacs manufacturés en matière de taxe sur la valeur ajoutée, également effectués conformément à ce qui est prévu au chapitre 1er de l'arrêté royal du 17/02/2019 exécutant diverses lois et adaptant divers arrêtés royaux en vue notamment de l'harmonisation des modalités de paiement au sein de l'administration du Service Public Fédéral Finances en charge de la perception et du recouvrement des créances fiscales et non fiscales.".

Art.36. In hetzelfde besluit worden de volgende artikelen opgeheven:
1° artikel 12;
2° artikel 13, gewijzigd bij het koninklijk besluit van 12 november 1998.

Art.36. Dans le même arrêté, les articles suivants sont abrogés :
1° l'article 12 ;
2° l'article 13, modifié par l'arrêté royal du 12 novembre 1998.

Art.37. In hetzelfde besluit wordt afdeling 3, dat de artikelen 16 tot 19 omvat, opgeheven.

Art.37. Dans le même arrêté, la section 3, comportant les articles 16 à 19, est abrogée.

Afdeling 5. - Wijzigingen van het koninklijk besluit tot uitvoering van het Wetboek van de inkomstenbelastingen 1992

Section 5. - Modifications à l'arrêté royal d'exécution du Code des impôts sur les revenus 1992

Art.38. In artikel 68 van het koninklijk besluit tot uitvoering van het Wetboek van de inkomstenbelastingen 1992, worden de woorden "De artikelen 139, § 3, en 142, zijn van toepassing" vervangen door de woorden "Artikel 141 is van toepassing".

Art.38. Dans l'article 68 de l'arrêté royal d'exécution du Code des impôts sur les revenus 1992, les mots "Les articles 139, § 3, et 142, sont applicables" sont remplacés par les mots "L'article 141 est applicable".

Art.39. In artikel 84 hetzelfde besluit, gewijzigd bij het koninklijk besluit van 3 mei 1999, worden de woorden "bij de bevoegde ontvanger van de directe belastingen" opgeheven.

Art.39. Dans l'article 84 du même arrêté, modifié par l'arrêté royal du 3 mai 1999, les mots "au receveur des contributions directes compétent" sont supprimés.

Art.40. In artikel 90 van hetzelfde besluit, gewijzigd bij de koninklijke besluiten van 3 juni 2007 en 28 april 2015, worden de volgende wijzigingen aangebracht:
1° in paragraaf 1, eerste lid, worden de woorden "bij de bevoegde ontvanger van de directe belastingen en de verschuldigde bedrijfsvoorheffing bij dezelfde ambtenaar betalen" vervangen door de woorden "bij het kantoor aangeduid door de Minister van Financiën of zijn gemachtigde en de verschuldigde bedrijfsvoorheffing betalen";
2° in paragraaf 4 worden de woorden "bij de ontvanger van directe belastingen te Brussel "Buitenland"" vervangen door de woorden "bij de bevoegde ontvanger" en worden de woorden "door storting of overschrijving op postrekening 679-2002400-29 van de voormelde ontvanger" opgeheven.

Art.40. Dans l'article 90 du même arrêté, modifié par les arrêtés royaux des 3 juin 2007 et 28 avril 2015, les modifications suivantes sont apportées :
1° au paragraphe 1er, alinéa 1er, les mots "auprès du receveur des contributions directes compétent et verser au même fonctionnaire le précompte professionnel dû " sont remplacés par les mots "auprès du bureau désigné par le Ministre des Finances ou son délégué et verser le précompte professionnel dû " ;
2° au paragraphe 4, les mots "du receveur des contributions directes de Bruxelles "Etranger " " sont remplacés par les mots "du receveur compétent " et les mots "par versement ou virement au compte postal 679-2002400-29 du receveur précité " sont supprimés.

Art.41. In artikel 137 van het hetzelfde besluit, gewijzigd bij koninklijk besluit van 9 mei 1999, worden de woorden "bij de bevoegde ontvanger van de directe belastingen, hierna de ontvanger genoemd" vervangen door de woorden "bij de bevoegde ontvanger".

Art.41. Dans l'article 137 du même arrêté, modifié par l'arrêté royal du 9 mai 1999, les mots ", au receveur des contributions directes compétent, ci-après dénommé le receveur " sont remplacés par "au receveur compétent ".

Art.42. Artikel 139 van hetzelfde besluit, gewijzigd bij de koninklijke besluiten van 12 augustus 1994, 9 november 1999, 1 februari 2010 en vervangen bij het koninklijk besluit van 5 december 2011, wordt vervangen als volgt:
"Art. 139. De betaling van de inkomstenbelastingen en de voorheffingen moet worden gedaan overeenkomstig hetgeen voorzien is in hoofdstuk 1 van het koninklijk besluit van 17 februari 2019 tot uitvoering van diverse wetten en tot aanpassing van diverse koninklijke besluiten met het oog op onder meer de harmonisatie van de betalingsmodaliteiten binnen de administratie van de Federale Overheidsdienst Financiën belast met de inning en de invordering van fiscale en niet-fiscale schuldvorderingen.".

Art.42. L'article 139 du même arrêté, modifié par les arrêtés royaux des 12 août 1994, 9 novembre 1999, 1er février 2010 et remplacé par l'arrêté royal du 5 décembre 2011, est remplacé par ce qui suit :
"Art. 139. Le paiement des impôts sur les revenus et des précomptes doit être effectué conformément à ce qui est prévu au chapitre 1er de l'arrêté royal du 17 février 2019 exécutant diverses lois et adaptant divers arrêtés royaux en vue notamment de l'harmonisation des modalités de paiement au sein de l'administration du Service Public Fédéral Finances en charge de la perception et du recouvrement des créances fiscales et non fiscales. ".

Art.43. Artikel 140 van hetzelfde besluit, gewijzigd bij de koninklijke besluiten van 12 augustus 1994, 3 januari 1995 en 9 november 1999, wordt vervangen als volgt:
"Art. 140. § 1. In afwijking van artikel 139 moeten de niet-ingekohierde voorheffingen betaald worden door storting of overschrijving op de financiële rekening van het kantoor aangeduid door de Minister van Financiën of zijn gemachtigde.
§ 2. Elke betaling van bedrijfsvoorheffing op de financiële rekening van het kantoor bedoeld in § 1 met vermelding van een als in artikel 90, § 2 vermeld registratienummer wordt geacht gedaan te zijn voor rekening van de belastingschuldige die door dat nummer wordt geïdentificeerd.".

Art.43. L'article 140 du même arrêté, modifié par les arrêtés royaux des 12 août 1994, 3 janvier 1995 et 9 novembre 1999, est remplacé par ce qui suit :
"Art. 140. § 1er. Par dérogation à l'article 139 les précomptes non enrôlés ne peuvent être payés que par versement ou virement au compte financier du bureau désigné par le Ministre des Finances ou son délégué.
§ 2. Tout paiement du précompte professionnel au compte financier du bureau visé au § 1er comportant l'indication d'un numéro d'enregistrement visé à l'article 90, § 2, est censé avoir été effectué pour le compte du redevable qui est identifié par ce numéro. ".

Art.44. Artikel 141 van hetzelfde besluit wordt vervangen als volgt:
  "Art. 141. Behoudens tegenbewijs, gelden als bewijs van betaling van de bedrijfsvoorheffing bedoeld in artikel 140:
  1° voor stortingen, de door de naamloze vennootschap van publiek recht bpost gedateerde ontvangstbewijzen;
  2° voor overschrijvingen, de rekeninguittreksels en de bijbehorende stukken.
  De betaling bedoeld in het eerste lid heeft uitwerking vanaf de valutadatum van de creditering.".

Art.44. L'article 141 du même arrêté est remplacé par ce qui suit :
  "Art. 141. Sauf preuve contraire, font foi du paiement du précompte professionnel visé à l'article 140 :
  1° pour les versements, les accusés de réception datés par la société anonyme de droit public bpost ;
  2° pour les virements, les extraits de compte et les annexes y relatives.
  Le paiement visé à l'alinéa 1er produit ses effets à la date valeur du crédit. ".

Art.45. In hetzelfde besluit worden de volgende artikelen opgeheven:
1° artikel 142, gewijzigd bij de koninklijke besluiten van 12 augustus 1994, 1 februari 2010 en 5 december 2011;
2° de artikelen 143 en 144.

Art.45. Dans le même arrêté, les articles suivants sont abrogés :
1° l'article 142, modifié par les arrêtés royaux du 12 août 1994, 1er février 2010 et 5 décembre 2011 ;
2° les articles 143 et 144.

HOOFDSTUK 3. - Maatregelen genomen in uitvoering van de domaniale wet van 22 december 1949 en de wet van 21 februari 2003 tot oprichting van een Dienst voor alimentatievorderingen bij de FOD Financiën

CHAPITRE 3. - Mesures prises en exécution de la loi domaniale du 22 décembre 1949 et de la loi du 21 février 2003 créant un Service des créances alimentaires au sein du SPF Finances

Afdeling 1. - Maatregelen genomen tot uitvoering van de domaniale wet van 22 december 1949

Section 1re. - Mesures prises en exécution de la domaniale du 22 décembre 1949

Art.46. Opgeheven art. 41 van 9 DECEMBER 2019. - Koninklijk besluit tot wijziging of opheffing van diverse uitvoeringsbesluiten als gevolg van de invoering van het wetboek van de minnelijke en gedwongen invordering van fiscale en niet-fiscale schuldvorderingen

Art.46. Abrogé art. 41 van 9 DECEMBER 2019. - Koninklijk besluit tot wijziging of opheffing van diverse uitvoeringsbesluiten als gevolg van de invoering van het wetboek van de minnelijke en gedwongen invordering van fiscale en niet-fiscale schuldvorderingen

Afdeling 2. - Maatregelen genomen tot uitvoering van de wet van 21 februari 2003 tot oprichting van een Dienst voor alimentatievorderingen bij de FOD Financiën

Section 2. - Mesures prises en exécution de la loi du 21 février 2003 créant un Service des créances alimentaires au sein du SPF Finances

Art.47. De betaling van de bedragen verschuldigd door de onderhoudsplichtige in het kader van de toepassing van de wet van 21 februari 2003 tot oprichting van een Dienst voor alimentatievorderingen bij de FOD Financiën moeten worden gedaan overeenkomstig hetgeen voorzien is [1 in de artikelen 15 tot 17 van het Wetboek van de minnelijke en gedwongen invordering van fiscale en niet-fiscale schuldvorderingen]1.

Modifications

[1] <KB 2019-12-09/05, art. 42, 004; Inwerkingtreding : 01-01-2020>

Art.47. Le paiement des montants dus par le débiteur d'aliment dans le cadre de l'application de la loi du 21 février 2003 créant un Service des créances alimentaires au sein du SPF Finances doit être effectué conformément à ce qui est prévu [1 aux articles 15 à 17 du Code du recouvrement amiable et forcé des créances fiscales et non fiscales]1.

Modifications

[1] <AR 2019-12-09/05, art. 42, 004; En vigueur : 01-01-2020>

HOOFDSTUK 4. - Slotbepalingen

CHAPITRE 4. - Dispositions finales

Art.48. Dit besluit treedt in werking op 1 mei 2019.
In afwijking van het eerste lid, treden het hoofdstuk 2, afdelingen 1 tot 5 en het hoofdstuk 3, afdeling 2 in werking op 1 december 2019.

Art.48. Le présent arrêté entre en vigueur le 1er mai 2019.
Par dérogation à l'alinéa 1er, le chapitre 2, sections 1 à 5 et le chapitre 3, section 2 entrent en vigueur le 1er décembre 2019.

Art. 49. De minister bevoegd voor Financiën is belast met de uitvoering van dit besluit.

Art. 49. Le ministre qui a les Finances dans ses attributions est chargé de l'exécution du présent arrêté.

Comparaison NL / FR

Nederlands (NL)

Français (FR)

Modifications

Modifications

Modifications

Modifications