Artikel 1. In de zin van dit besluit wordt verstaan onder :
1° het Wetboek : het Waalse Landbouwwetboek;
2° de landbouwactiviteit: de activitieit bedoeld bij artikel D.3, 1°, van het Wetboek;
3° de algemene landbouwvereniging: elke representatieve organisatie van de landbouwsector, met inbegrip van verenigingen van jonge landbouwers en vrouwelijke landbouwverenigingen, die zich bezighouden met de studie, bescherming en ontwikkeling van de professionele, economische en sociale belangen van landbouwers;
4° de gespecialiseerde landbouwvereniging : elke representatieve organisatie waarvan de hoofdactiviteit beperkt is tot één enkele landbouwproductiesector in de zin van artikel D.3, 31°, van het Wetboek, die zich bezighoudt met de studie, bescherming en ontwikkeling van de professionele, economische en sociale belangen van haar leden;
5° de bijdrage : de financiële bijdrage van minstens 10 euro per jaar en per lid aan algemene of gespecialiseerde landbouwverenigingen;
6° het Departement: het Departement Ontwikkeling van de Administratie in de zin van artikel D.3, 3°, van het Wetboek;
Nederlands (NL)
Français (FR)
Titre
27 SEPTEMBER 2018. - Besluit van de Waalse Regering betreffende de erkenning van de Waalse landbouwverenigingen als representatieve organisaties(NOTA : Raadpleging van vroegere versies vanaf 26-10-2018 en tekstbijwerking tot 16-07-2020)
Titre
27 SEPTEMBRE 2018. - Arrêté du Gouvernement wallon relatif à la reconnaissance des associations agricoles wallonnes comme organisations représentatives(NOTE : Consultation des versions antérieures à partir du 26-10-2018 et mise à jour au 16-07-2020)
Informations sur le document
Numac: 2018205401
Datum: 2018-09-27
Info du document
Numac: 2018205401
Date: 2018-09-27
Tekst (9)
Texte (9)
Article 1er. Au sens du présent arrêté, l'on entend par :
1° le Code : le Code wallon de l'Agriculture;
2° l'activité agricole : l'activité définie par l'article D.3, 1°, du Code;
3° l'association agricole à but général : toute organisation représentative du secteur agricole, y compris les associations de jeunes agriculteurs et les associations féminines agricoles, oeuvrant pour l'étude, la protection et le développement des intérêts professionnels, économiques et sociaux des agriculteurs;
4° l'association agricole spécialisée : toute organisation représentative, dont l'activité principale est limitée à un seul secteur de production agricole au sens de l'article D.3, 31°, du Code, oeuvrant pour l'étude, la protection et le développement des intérêts professionnels, économiques et sociaux de leurs membres;
5° la cotisation : la contribution financière d'un montant minimum de dix euros par an par un membre à une association agricole à but général ou spécialisée;
6° le département : le Département du Développement de l'administration au sens de l'article D.3, 3°, du Code;
1° le Code : le Code wallon de l'Agriculture;
2° l'activité agricole : l'activité définie par l'article D.3, 1°, du Code;
3° l'association agricole à but général : toute organisation représentative du secteur agricole, y compris les associations de jeunes agriculteurs et les associations féminines agricoles, oeuvrant pour l'étude, la protection et le développement des intérêts professionnels, économiques et sociaux des agriculteurs;
4° l'association agricole spécialisée : toute organisation représentative, dont l'activité principale est limitée à un seul secteur de production agricole au sens de l'article D.3, 31°, du Code, oeuvrant pour l'étude, la protection et le développement des intérêts professionnels, économiques et sociaux de leurs membres;
5° la cotisation : la contribution financière d'un montant minimum de dix euros par an par un membre à une association agricole à but général ou spécialisée;
6° le département : le Département du Développement de l'administration au sens de l'article D.3, 3°, du Code;
Art.2. Op voorstel van de Minister worden de landbouwverenigingen voor drie jaar erkend.
Art.2. Sur proposition du Ministre, le Gouvernement wallon reconnait, pour une période de trois ans, les associations agricoles.
Art.3. Om als algemene landbouwvereniging te worden erkend, zendt een landbouwvereniging het departement, door elk middel dat een vaste datum aan de zending verleent in de zin van artikel D.15 van het Wetboek, een aanvraag tot erkenning als algemene landbouwvereniging, samen met een afschrift van de statuten van de organisatie of gelijkwaardige documenten waaruit blijkt dat:
1° ze aan de omschrijving zoals vermeld in artikel 1, 3°, voldoet;
2° ze al minstens 3 jaar bestaat;
3° ten minste 5 procent van de landbouwers in de zin van artikel D.3, 4°, van het Wetboek aangesloten leden van de vereniging zijn;
4° voor jeugdverenigingen, minstens 5 procent van de begunstigden van de betaling voor jonge landbouwers aangesloten leden zijn en voldoen [1 aan de definitie van landbouwer zoals bepaald bij artikel D 3, 4°, van het Wetboek;]1;
5° voor vrouwelijke landbouwverenigingen, minstens 5 procent van de landbouwers die aan de omschrijving van landbouwer voldoen, zoals bepaald bij artikel D.3, 4°, van het Wetboek, voltijdse of deeltijdse meewerkende echtgenoten landbouwers zijn of aangesloten leden zijn;
6° voor de organisaties die actief zijn in de biologische landbouw, 5 procent van de landbouwers die zijn gecertificeerd in de biologische landbouw of die zich in een omschakelingsproces naar biologische landbouw bevinden, aangesloten leden van de vereniging;
7° ze haar activiteit uitoefent in minstens drie provincies van het grondgebied van het Waalse Gewest.
Om erkend te worden, certificeert de in het Duits actieve vereniging echter dat zij haar activiteit in het Duitstalige gebied uitoefent, met minstens 5 procent van de landbouwers in de zin van artikel D.3, 4°, van het Wetboek, die hun activiteit uitoefenen in het Duitstalige gebied als aangesloten leden.
De vereniging voegt bij de aanvraag bedoeld in het eerste lid een attest op erewoord dat ze over een voldoende aantal leden beschikt in orde met hun individuele bijdrage voor hun aansluiting.
Het departement gaat na of de voorwaarde bedoeld in het eerste lid, 3°, wordt nageleefd, door het uitvoeren van een visuele controle ter plaatse van de lijst van de betrokken leden.
1° ze aan de omschrijving zoals vermeld in artikel 1, 3°, voldoet;
2° ze al minstens 3 jaar bestaat;
3° ten minste 5 procent van de landbouwers in de zin van artikel D.3, 4°, van het Wetboek aangesloten leden van de vereniging zijn;
4° voor jeugdverenigingen, minstens 5 procent van de begunstigden van de betaling voor jonge landbouwers aangesloten leden zijn en voldoen [1 aan de definitie van landbouwer zoals bepaald bij artikel D 3, 4°, van het Wetboek;]1;
5° voor vrouwelijke landbouwverenigingen, minstens 5 procent van de landbouwers die aan de omschrijving van landbouwer voldoen, zoals bepaald bij artikel D.3, 4°, van het Wetboek, voltijdse of deeltijdse meewerkende echtgenoten landbouwers zijn of aangesloten leden zijn;
6° voor de organisaties die actief zijn in de biologische landbouw, 5 procent van de landbouwers die zijn gecertificeerd in de biologische landbouw of die zich in een omschakelingsproces naar biologische landbouw bevinden, aangesloten leden van de vereniging;
7° ze haar activiteit uitoefent in minstens drie provincies van het grondgebied van het Waalse Gewest.
Om erkend te worden, certificeert de in het Duits actieve vereniging echter dat zij haar activiteit in het Duitstalige gebied uitoefent, met minstens 5 procent van de landbouwers in de zin van artikel D.3, 4°, van het Wetboek, die hun activiteit uitoefenen in het Duitstalige gebied als aangesloten leden.
De vereniging voegt bij de aanvraag bedoeld in het eerste lid een attest op erewoord dat ze over een voldoende aantal leden beschikt in orde met hun individuele bijdrage voor hun aansluiting.
Het departement gaat na of de voorwaarde bedoeld in het eerste lid, 3°, wordt nageleefd, door het uitvoeren van een visuele controle ter plaatse van de lijst van de betrokken leden.
Modifications
Art.3. Pour pouvoir être reconnue comme association agricole à but général, une association agricole envoie par tout moyen susceptible de conférer date certaine à l'envoi au sens de l'article D.15 du Code, au département, une demande de reconnaissance en qualité d'association agricole à but général, accompagnée d'une copie des statuts de l'organisation ou de documents équivalents certifiant :
1° qu'elle répond à la définition telle que reprise à l'article 1er, 3°;
2° qu'elle existe depuis trois ans au moins;
3° que minimum 5 pour-cent des agriculteurs au sens de l'article D.3, 4°, du Code soient des membres affiliés de l'association;
4° que, pour les associations de jeunes, minimum 5 pour-cent des bénéficiaires du paiement jeune soient des membres affiliés et répondent [1 à la définition d'agriculteur telle que fixée par l'article D 3, 4°, du Code]1;
5° que, pour les organisations féminines, minimum 5 pour-cent des agriculteurs répondant soit à la définition d'agriculteur telle que fixée par l'article D 3, 4°, du Code, soit soient agricultrices ou agricultrices conjoints-aidant à temps plein ou à temps partiel soient des membres affiliés;
6° que, pour les organisations actives dans le secteur de l'agriculture biologique, 5 pour-cent des agriculteurs certifiés en agriculture biologique ou en cours de conversion agriculture biologique soient des membres affiliés de l'association;
7° qu'elle exerce son activité sur au moins trois provinces du territoire de la Région wallonne.
Toutefois, l'association active en langue allemande, afin d'être reconnue, certifie qu'elle exerce son activité en région de langue allemande avec un minimum de 5 pour-cent d'agriculteurs au sens de l'article D.3, 4°, du Code exerçant leur activité en région de langue allemande comme membres affiliés.
L'association joint à la demande visée à l'alinéa 1er une attestation sur l'honneur qu'elle dispose de nombre suffisant de membres en ordre de cotisation individuelle pour leur affiliation.
Le département vérifie le respect de la condition visée à l'alinéa 1er, 3°, en procédant à un contrôle visuel et sur place de la liste des membres concernés.
1° qu'elle répond à la définition telle que reprise à l'article 1er, 3°;
2° qu'elle existe depuis trois ans au moins;
3° que minimum 5 pour-cent des agriculteurs au sens de l'article D.3, 4°, du Code soient des membres affiliés de l'association;
4° que, pour les associations de jeunes, minimum 5 pour-cent des bénéficiaires du paiement jeune soient des membres affiliés et répondent [1 à la définition d'agriculteur telle que fixée par l'article D 3, 4°, du Code]1;
5° que, pour les organisations féminines, minimum 5 pour-cent des agriculteurs répondant soit à la définition d'agriculteur telle que fixée par l'article D 3, 4°, du Code, soit soient agricultrices ou agricultrices conjoints-aidant à temps plein ou à temps partiel soient des membres affiliés;
6° que, pour les organisations actives dans le secteur de l'agriculture biologique, 5 pour-cent des agriculteurs certifiés en agriculture biologique ou en cours de conversion agriculture biologique soient des membres affiliés de l'association;
7° qu'elle exerce son activité sur au moins trois provinces du territoire de la Région wallonne.
Toutefois, l'association active en langue allemande, afin d'être reconnue, certifie qu'elle exerce son activité en région de langue allemande avec un minimum de 5 pour-cent d'agriculteurs au sens de l'article D.3, 4°, du Code exerçant leur activité en région de langue allemande comme membres affiliés.
L'association joint à la demande visée à l'alinéa 1er une attestation sur l'honneur qu'elle dispose de nombre suffisant de membres en ordre de cotisation individuelle pour leur affiliation.
Le département vérifie le respect de la condition visée à l'alinéa 1er, 3°, en procédant à un contrôle visuel et sur place de la liste des membres concernés.
Modifications
Art.4. Om als gespecialiseerde landbouwvereniging te worden erkend, zendt een landbouwvereniging het departement, door elk middel dat een vaste datum aan de zending verleent in de zin van artikel D.15 van het Wetboek, een verzoek om erkenning als gespecialiseerde landbouwvereniging, samen met een afschrift van de statuten van de organisatie of gelijkwaardige documenten waaruit blijkt dat:
1° ze aan de omschrijving zoals vermeld in artikel 1, 4°, voldoet;
2° ze al minstens 3 jaar bestaat;
3° ten minste 10 procent van de landbouwers in de zin van artikel D.3, 4°, van het Wetboek aangesloten leden van de vereniging zijn;
4° haar aangesloten leden een landbouwactiviteit in deze sector uitoefenen;
5° ze haar activiteit in het Waalse Gewest uitoefent op het gebied van minstens drie provincies.
Om erkend te worden, certificeert de in het Duits actieve vereniging echter dat zij in het Duitstalige gebied haar activiteit uitoefent, met minstens 10 procent van landbouwers in de zin van artikel D.3, 4°, van het Wetboek, die hun activiteit uitoefenen in het Duitstalige gebied als aangesloten leden.
In afwijking van het eerste lid, 3°, onderzoekt het departement, wanneer de productiesector een beperkt aantal landbouwers telt, de representativiteit van de in de betrokken sector gespecialiseerde vereniging.
De vereniging voegt bij de aanvraag bedoeld in het eerste lid een attest op erewoord dat ze over een voldoende aantal leden beschikt in orde met hun individuele bijdrage voor hun aansluiting.
Het departement gaat na of de voorwaarden bedoeld in het eerste lid, 3°, en in het derde lid, worden nageleefd, door het uitvoeren van een visuele controle ter plaatse van de lijst van de betrokken leden.
De op basis van het eerste lid erkende vereniging wordt enkel geraadpleegd wanneer het gaat om de activiteit die zij verdedigt of om de categorie landbouwers die zij vertegenwoordigt.
1° ze aan de omschrijving zoals vermeld in artikel 1, 4°, voldoet;
2° ze al minstens 3 jaar bestaat;
3° ten minste 10 procent van de landbouwers in de zin van artikel D.3, 4°, van het Wetboek aangesloten leden van de vereniging zijn;
4° haar aangesloten leden een landbouwactiviteit in deze sector uitoefenen;
5° ze haar activiteit in het Waalse Gewest uitoefent op het gebied van minstens drie provincies.
Om erkend te worden, certificeert de in het Duits actieve vereniging echter dat zij in het Duitstalige gebied haar activiteit uitoefent, met minstens 10 procent van landbouwers in de zin van artikel D.3, 4°, van het Wetboek, die hun activiteit uitoefenen in het Duitstalige gebied als aangesloten leden.
In afwijking van het eerste lid, 3°, onderzoekt het departement, wanneer de productiesector een beperkt aantal landbouwers telt, de representativiteit van de in de betrokken sector gespecialiseerde vereniging.
De vereniging voegt bij de aanvraag bedoeld in het eerste lid een attest op erewoord dat ze over een voldoende aantal leden beschikt in orde met hun individuele bijdrage voor hun aansluiting.
Het departement gaat na of de voorwaarden bedoeld in het eerste lid, 3°, en in het derde lid, worden nageleefd, door het uitvoeren van een visuele controle ter plaatse van de lijst van de betrokken leden.
De op basis van het eerste lid erkende vereniging wordt enkel geraadpleegd wanneer het gaat om de activiteit die zij verdedigt of om de categorie landbouwers die zij vertegenwoordigt.
Art.4. Pour pouvoir être reconnue comme association agricole spécialisée, une association agricole envoie par tout moyen susceptible de conférer date certaine à l'envoi au sens de l'article D.15 du Code, au département, une demande de reconnaissance en qualité d'association agricole spécialisée, accompagnée d'une copie des statuts de l'organisation ou de documents équivalents certifiant :
1° qu'elle répond à la définition telle que reprise à l'article 1er, 4° ;
2° qu'elle existe depuis trois ans au moins;
3° que minimum 10 pour-cent des agriculteurs du secteur concerné au sens de l'article D.3, 4° du Code soient des membres affiliés de l'association;
4° que ses membres affiliés exercent une activité agricole dans ce secteur;
5° qu'elle exerce son activité en Région wallonne sur le territoire d'au moins trois provinces.
Toutefois, l'association active en langue allemande, pour pouvoir être reconnue, certifie exercer son activité en région de langue allemande avec un minimum de 10 pour-cent d'agriculteurs au sens de l'article D.3, 4°, du Code exerçant leur activité en région de langue allemande comme membres affiliés.
En dérogation à l'alinéa 1er, 3°, lorsque le secteur de production compte un nombre restreint d'agriculteurs, le département analyse la représentativité de l'association spécialisée dans le secteur concerné.
L'association joint à la demande visée à l'alinéa 1er une attestation sur l'honneur qu'elle dispose de nombre suffisant de membres en ordre de cotisation individuelle pour leur affiliation.
Le département vérifie le respect des conditions visées à l'alinéa 1er, 3°, et à l'alinéa 3 en procédant à un contrôle visuel et sur place de la liste des membres concernés.
L'association reconnue sur base de l'alinéa 1er est concertée uniquement lorsque l'activité qu'elle défend ou la catégorie d'agriculteurs qu'elle représente sont concernés.
1° qu'elle répond à la définition telle que reprise à l'article 1er, 4° ;
2° qu'elle existe depuis trois ans au moins;
3° que minimum 10 pour-cent des agriculteurs du secteur concerné au sens de l'article D.3, 4° du Code soient des membres affiliés de l'association;
4° que ses membres affiliés exercent une activité agricole dans ce secteur;
5° qu'elle exerce son activité en Région wallonne sur le territoire d'au moins trois provinces.
Toutefois, l'association active en langue allemande, pour pouvoir être reconnue, certifie exercer son activité en région de langue allemande avec un minimum de 10 pour-cent d'agriculteurs au sens de l'article D.3, 4°, du Code exerçant leur activité en région de langue allemande comme membres affiliés.
En dérogation à l'alinéa 1er, 3°, lorsque le secteur de production compte un nombre restreint d'agriculteurs, le département analyse la représentativité de l'association spécialisée dans le secteur concerné.
L'association joint à la demande visée à l'alinéa 1er une attestation sur l'honneur qu'elle dispose de nombre suffisant de membres en ordre de cotisation individuelle pour leur affiliation.
Le département vérifie le respect des conditions visées à l'alinéa 1er, 3°, et à l'alinéa 3 en procédant à un contrôle visuel et sur place de la liste des membres concernés.
L'association reconnue sur base de l'alinéa 1er est concertée uniquement lorsque l'activité qu'elle défend ou la catégorie d'agriculteurs qu'elle représente sont concernés.
Art.5. § 1er. Na ontvangst van het dossier door het departement, wordt het binnen 3 maanden aan de Minister overgemaakt.
Daarna maakt de Minister het dossier voor eventuele erkenning binnen 3 maanden na ontvangst ervan over aan de Regering.
§ 2. Bij gunstige beslissing van de Regering over het verzoek om erkenning, begint bedoelde erkenning te lopen vanaf de datum van de officiële kennisgeving door het departement.
Daarna maakt de Minister het dossier voor eventuele erkenning binnen 3 maanden na ontvangst ervan over aan de Regering.
§ 2. Bij gunstige beslissing van de Regering over het verzoek om erkenning, begint bedoelde erkenning te lopen vanaf de datum van de officiële kennisgeving door het departement.
Art.5. § 1er. Après réception du dossier par le département, celui-ci le transmet au Ministre dans un délai de 3 mois.
Le Ministre le transmet ensuite au Gouvernement en vue de l'octroi éventuel d'une reconnaissance endéans un délai de 3 mois à partir de la réception du dossier.
§ 2. Au cas où le Gouvernement statue favorablement sur la demande de reconnaissance, la reconnaissance prend cours à partir de la date de notification officielle par le département.
Le Ministre le transmet ensuite au Gouvernement en vue de l'octroi éventuel d'une reconnaissance endéans un délai de 3 mois à partir de la réception du dossier.
§ 2. Au cas où le Gouvernement statue favorablement sur la demande de reconnaissance, la reconnaissance prend cours à partir de la date de notification officielle par le département.
Art.6. § 1er. In geval van weigering moeten alle gerechtvaardigde klachten binnen 30 dagen na de kennisgeving van de weigering van erkenning worden ingediend bij de Directeur-generaal van de Administratie.
§ 2. De directeur-generaal kan van de landbouworganisatie de volgende bewijsstukken vereisen:
1° de verklaring op erewoord met betrekking tot de leden;
2° de rekeningenboeken;
3° de activiteitenverslagen of elk ander bewijsstuk.
§ 3. Het departement onderzoekt de klacht en stuurt het dossier door naar de Minister om de Regering in staat te stellen binnen 3 maanden na de indiening van het beroep een definitieve beslissing over de erkenning te nemen.
§ 2. De directeur-generaal kan van de landbouworganisatie de volgende bewijsstukken vereisen:
1° de verklaring op erewoord met betrekking tot de leden;
2° de rekeningenboeken;
3° de activiteitenverslagen of elk ander bewijsstuk.
§ 3. Het departement onderzoekt de klacht en stuurt het dossier door naar de Minister om de Regering in staat te stellen binnen 3 maanden na de indiening van het beroep een definitieve beslissing over de erkenning te nemen.
Art.6. § 1er. En cas de refus, les éventuelles réclamations motivées sont introduites auprès du Directeur général de l'administration, dans les trente jours qui suivent la notification de refus de reconnaissance.
§ 2. Le Directeur général peut exiger de l'organisation agricole les pièces justificatives suivantes :
1° la déclaration sur l'honneur relative aux affiliés;
2° les livres comptables;
3° les rapports d'activité ou tout autre document probant.
§ 3. Le département instruit la réclamation et transmet ensuite le dossier au Ministre en vue de permettre au Gouvernement de statuer définitivement sur la reconnaissance dans les 3 mois à dater de l'introduction du recours.
§ 2. Le Directeur général peut exiger de l'organisation agricole les pièces justificatives suivantes :
1° la déclaration sur l'honneur relative aux affiliés;
2° les livres comptables;
3° les rapports d'activité ou tout autre document probant.
§ 3. Le département instruit la réclamation et transmet ensuite le dossier au Ministre en vue de permettre au Gouvernement de statuer définitivement sur la reconnaissance dans les 3 mois à dater de l'introduction du recours.
Art.7. § 1er. Onverminderd de toepassing van het Wetboek, kan de Regering op elk ogenblik de erkenning intrekken wanneer:
1° de in artikel 3 en in artikel 4 bedoelde voorwaarden niet meer vervuld worden;
2° de verenigingen de door de bevoegde dienst gevraagde inlichtingen of stukken binnen de bepaalde termijnen weigeren te verstrekken;
3° de controles door de verenigingen belemmerd of belet worden.
§ 2. Indien de Regering van oordeel is dat er redenen zijn om de erkenning in te trekken, deelt zij bedoelde redenen aan de betrokken vereniging mee.
De vereniging beschikt, op straffe van onontvankelijkheid, over 30 dagen na de kennisgeving van de redenen om haar bezwaren aan de bevoegde dienst mee te delen bij aangetekend schrijven of door elke ander middel dat een vaste datum aan de verzending verleent overeenkomstig artikel D.15 van het Wetboek.
§ 3. De door de Regering genomen beslissing na onderzoek van de ingediende bezwaren wordt door het departement aan de organisatie meegedeeld bij aangetekend schrijven of door elke ander middel dat een vaste datum aan de verzending verleent overeenkomstig de artikelen D.15 van het Wetboek, binnen een termijn van 30 dagen na ontvangst van de bezwaren bedoeld in § 2, tweede lid.
1° de in artikel 3 en in artikel 4 bedoelde voorwaarden niet meer vervuld worden;
2° de verenigingen de door de bevoegde dienst gevraagde inlichtingen of stukken binnen de bepaalde termijnen weigeren te verstrekken;
3° de controles door de verenigingen belemmerd of belet worden.
§ 2. Indien de Regering van oordeel is dat er redenen zijn om de erkenning in te trekken, deelt zij bedoelde redenen aan de betrokken vereniging mee.
De vereniging beschikt, op straffe van onontvankelijkheid, over 30 dagen na de kennisgeving van de redenen om haar bezwaren aan de bevoegde dienst mee te delen bij aangetekend schrijven of door elke ander middel dat een vaste datum aan de verzending verleent overeenkomstig artikel D.15 van het Wetboek.
§ 3. De door de Regering genomen beslissing na onderzoek van de ingediende bezwaren wordt door het departement aan de organisatie meegedeeld bij aangetekend schrijven of door elke ander middel dat een vaste datum aan de verzending verleent overeenkomstig de artikelen D.15 van het Wetboek, binnen een termijn van 30 dagen na ontvangst van de bezwaren bedoeld in § 2, tweede lid.
Art.7. § 1er. Sans préjudice de l'application du Code, le Gouvernement peut, à tout moment, retirer la reconnaissance lorsque :
1° les conditions visées à l'article 3 et à l'article 4 ne sont plus remplies;
2° les associations refusent de fournir, à la demande du service compétent, les renseignements nécessaires ou les pièces justificatives dans les délais;
3° les contrôles sont freinés ou empêchés par les associations.
§ 2. Si le Gouvernement estime qu'il existe des motifs pour retirer la reconnaissance, il communique ces motifs à l'association concernée.
L'association dispose, sous peine d'irrecevabilité, de 30 jours suivant la notification des motifs pour faire connaître ses objections par envoi recommandé ou par tout moyen susceptible de conférer une date certaine à l'envoi conformément à l'article D. 15 du Code, auprès du service compétent.
§ 3. La décision prise par le Gouvernement après examen des objections déposées, est communiquée à l'organisation par le département, par courrier recommandé ou par tout moyen susceptible de conférer une date certaine à l'envoi conformément à l'article D. 15 du Code, dans un délai de 30 jours après réception des objections visées au § 2, alinéa 2.
1° les conditions visées à l'article 3 et à l'article 4 ne sont plus remplies;
2° les associations refusent de fournir, à la demande du service compétent, les renseignements nécessaires ou les pièces justificatives dans les délais;
3° les contrôles sont freinés ou empêchés par les associations.
§ 2. Si le Gouvernement estime qu'il existe des motifs pour retirer la reconnaissance, il communique ces motifs à l'association concernée.
L'association dispose, sous peine d'irrecevabilité, de 30 jours suivant la notification des motifs pour faire connaître ses objections par envoi recommandé ou par tout moyen susceptible de conférer une date certaine à l'envoi conformément à l'article D. 15 du Code, auprès du service compétent.
§ 3. La décision prise par le Gouvernement après examen des objections déposées, est communiquée à l'organisation par le département, par courrier recommandé ou par tout moyen susceptible de conférer une date certaine à l'envoi conformément à l'article D. 15 du Code, dans un délai de 30 jours après réception des objections visées au § 2, alinéa 2.
Art.8. De aanvragen om erkenning worden door de landbouwverenigingen ingediend vanaf de bekendmaking van dit besluit in het Belgisch Staatsblad. De erkenningsperiode begint te lopen vanaf de toekenning van de erkenning.
De verlenging met 3 jaar wordt ingediend bij het departement 3 maanden vóór de vervaldatum ervan.
De verlenging met 3 jaar wordt ingediend bij het departement 3 maanden vóór de vervaldatum ervan.
Art.8. Les demandes de reconnaissance sont introduites par les associations agricoles à partir de la publication au Moniteur belge du présent arrêté. La période de reconnaissance court à partir du moment où la reconnaissance est octroyée.
La reconduction pour 3 années supplémentaires est introduite 3 mois avant son échéance auprès du département.
La reconduction pour 3 années supplémentaires est introduite 3 mois avant son échéance auprès du département.
Art. 9. De Minister van Landbouw is belast met de uitvoering van dit besluit.
Art. 9. Le Ministre de l'Agriculture est chargé de l'exécution du présent arrêté.