Nederlands (NL)
Français (FR)
Titre
3 MEI 2018. - Ordonnantie betreffende de steun voor de economische ontwikkeling van ondernemingen(NOTA : Raadpleging van vroegere versies vanaf 22-05-2018 en tekstbijwerking tot 20-07-2021)
Titre
3 MAI 2018. - Ordonnance relative aux aides pour le développement économique des entreprises(NOTE : Consultation des versions antérieures à partir du 22-05-2018 et mise à jour au 20-07-2021)
Informations sur le document
Numac: 2018012009
Datum: 2018-05-03
Info du document
Numac: 2018012009
Date: 2018-05-03
Table des matières
HOOFDSTUK I. - Algemene bepalingen
HOOFDSTUK II. - Preactiviteitssteun
Afdeling 1. - Preactiviteitsbeurs
Afdeling 2. - Preactiviteitsbeurs voor coöperat...
HOOFDSTUK III. - Steun voor investeringen
Afdeling 1. - Steun voor algemene investeringen
Afdeling 2. - Steun voor specifieke investeringen
Onderafdeling 1. - Steun voor investeringen om ...
Onderafdeling 2. - Steun voor investeringen voo...
Onderafdeling 3. - Steun voor verfraaiing van o...
Onderafdeling 4. - Steun voor stedelijke integr...
HOOFDSTUK IV. - Steun voor externe ondersteuning
Afdeling 1. - Steun voor consultancy
Afdeling 2. - Steun voor e-commerce
Afdeling 3. - Steun voor opleidingen
Afdeling 4. - Steun voor coworking
Afdeling 5. - Steun voor kinderopvang
HOOFDSTUK V. - Steun voor aanwerving en interne...
Afdeling 1. - Steun voor aanwerving voor projec...
Afdeling 2. - Steun voor industriële omschakeling
Afdeling 3. - Steun voor de erkenning van compe...
HOOFDSTUK VI. - Steun in zones van economische ...
Afdeling 1. - Afbakening van de zones van econo...
Afdeling 2. - Verhoging van de steun voor algem...
Afdeling 3. - Steun voor aanwerving in de zones...
Afdeling 4. - Steun voor vestiging in de zones ...
HOOFDSTUK VII. - Projectoproepen voor de overga...
HOOFDSTUK VIII. [1 Steun aan ondernemingen ...
HOOFDSTUK IX. - Gemeenschappelijke steunbepalingen
Afdeling 1. - Algemene machtigingen aan de Rege...
Afdeling 2. - Algemene voorwaarden voor de toek...
Afdeling 3. - Voorwaarden in verband met het te...
Afdeling 4. - Uitsluitingsgevallen
HOOFDSTUK X. - Het toezicht op en de terugbetal...
HOOFDSTUK XI. - Advies en evaluatie
HOOFDSTUK XII. - Slotbepalingen
Table des matières
CHAPITRE Ier. - Généralités
CHAPITRE II. - Aide de préactivité
Section 1re. - Bourse de préactivité
Section 2. - Bourse de préactivité pour les pro...
CHAPITRE III. - Aides aux investissements
Section 1re. - Aide aux investissements généraux
Section 2. - Aides aux investissements spécifiques
Sous-section 1re. - Aide aux investissements de...
Sous-section 2. - Aide aux investissements de s...
Sous-section 3. - Aide à l'embellissement d'ent...
Sous-section 4. - Aide à l'intégration urbaine
CHAPITRE IV. - Aides aux appuis externes
Section 1re. - Aide à la consultance
Section 2. - Aide à l'e-commerce
Section 3. - Aide à la formation
Section 4. - Aide au coworking
Section 5. - Aide à l'accueil de la petite enfance
CHAPITRE V. - Aides au recrutement et aux effor...
Section 1re. - Aide au recrutement pour projets...
Section 2. - Aide à la reconversion industrielle
Section 3. - Aide à la validation des compétences
CHAPITRE VI. - Aides dans les zones d'économie ...
Section 1re. - Délimitation des zones d'économi...
Section 2. - Majoration de l'aide aux investiss...
Section 3. - Aide au recrutement dans les zones...
Section 4. - Aide à l'implantation dans les zon...
CHAPITRE VII. - Appels à projets pour la transi...
CHAPITRE VIII. [1 Aide aux entreprises touc...
CHAPITRE IX. - Dispositions communes aux aides
Section 1re. - Habilitations générales au Gouve...
Section 2. - Conditions générales d'octroi et d...
Section 3. - Conditions en lien avec les politi...
Section 4. - Cas d'exclusion
CHAPITRE X. - Le contrôle et la restitution des...
CHAPITRE XI. - Avis et évaluation
CHAPITRE XII. - Dispositions finales
Tekst (85)
Texte (85)
HOOFDSTUK I. - Algemene bepalingen
CHAPITRE Ier. - Généralités
Artikel 1. Deze ordonnantie regelt een aangelegenheid als bedoeld in artikel 39 van de Grondwet.
Article 1er. La présente ordonnance règle une matière visée à l'article 39 de la Constitution.
Art.2. Voor de toepassing van deze ordonnantie en haar uitvoeringsmaatregelen verstaat men onder :
1° Steun : de financiële ondersteuning die wordt verleend in het kader van deze ordonnantie ;
2° Regering : de Brusselse Hoofdstedelijke Regering ;
3° Gewest : het Brussels Hoofdstedelijk Gewest ;
4° Onderneming : de entiteit bedoeld in artikel 1 van de bijlage bij de Aanbeveling van de Commissie van 6 mei 2003 betreffende de definitie van kleine, middelgrote en micro-ondernemingen, met uitzondering van de publieke ondernemingen, de ondernemingen die opdrachten van openbaar nut vervullen, de ondernemingen waarvan het maatschappelijk doel geen economisch en commercieel karakter heeft en de ondernemingen waarvan de financiering van publieke oorsprong het percentage bepaald door de Regering overstijgt ;
5° Micro-onderneming : de onderneming bedoeld in artikel 2, punt 3, van de bijlage bij de Aanbeveling van de Commissie van 6 mei 2003 betreffende de definitie van kleine, middelgrote en micro-ondernemingen ;
6° Kleine onderneming : de onderneming bedoeld in artikel 2, punt 2, van de bijlage bij de Aanbeveling van de Commissie van 6 mei 2003 betreffende de definitie van kleine, middelgrote en micro-ondernemingen, die geen micro-onderneming is ;
7° Middelgrote onderneming : de onderneming bedoeld in artikel 2, punt 1, van de bijlage bij de Aanbeveling van de Commissie van 6 mei 2003 betreffende de definitie van kleine, middelgrote en micro-ondernemingen, die geen micro- of kleine onderneming is ;
8° Grote onderneming : de onderneming die geen micro-, kleine of middelgrote onderneming is ;
9° Investering : de investering in materiële en/of immateriële vaste activa ;
10° Begunstigde : de natuurlijke of rechtspersoon die steun aanvraagt of ontvangt ;
11° Werknemer : de persoon waarvoor de onmiddellijke aangifte van tewerkstelling wordt verricht overeenkomstig het koninklijk besluit van 5 november 2002 tot invoering van een onmiddellijke aangifte van tewerkstelling, met toepassing van artikel 38 van de wet van 26 juli 1996 tot modernisering van de sociale zekerheid en tot vrijwaring van de leefbaarheid van de wettelijke pensioenstelsels, met uitzondering van de studenten bedoeld in titel VII van de wet van 3 juli 1978 betreffende de arbeidsovereenkomsten.
1° Steun : de financiële ondersteuning die wordt verleend in het kader van deze ordonnantie ;
2° Regering : de Brusselse Hoofdstedelijke Regering ;
3° Gewest : het Brussels Hoofdstedelijk Gewest ;
4° Onderneming : de entiteit bedoeld in artikel 1 van de bijlage bij de Aanbeveling van de Commissie van 6 mei 2003 betreffende de definitie van kleine, middelgrote en micro-ondernemingen, met uitzondering van de publieke ondernemingen, de ondernemingen die opdrachten van openbaar nut vervullen, de ondernemingen waarvan het maatschappelijk doel geen economisch en commercieel karakter heeft en de ondernemingen waarvan de financiering van publieke oorsprong het percentage bepaald door de Regering overstijgt ;
5° Micro-onderneming : de onderneming bedoeld in artikel 2, punt 3, van de bijlage bij de Aanbeveling van de Commissie van 6 mei 2003 betreffende de definitie van kleine, middelgrote en micro-ondernemingen ;
6° Kleine onderneming : de onderneming bedoeld in artikel 2, punt 2, van de bijlage bij de Aanbeveling van de Commissie van 6 mei 2003 betreffende de definitie van kleine, middelgrote en micro-ondernemingen, die geen micro-onderneming is ;
7° Middelgrote onderneming : de onderneming bedoeld in artikel 2, punt 1, van de bijlage bij de Aanbeveling van de Commissie van 6 mei 2003 betreffende de definitie van kleine, middelgrote en micro-ondernemingen, die geen micro- of kleine onderneming is ;
8° Grote onderneming : de onderneming die geen micro-, kleine of middelgrote onderneming is ;
9° Investering : de investering in materiële en/of immateriële vaste activa ;
10° Begunstigde : de natuurlijke of rechtspersoon die steun aanvraagt of ontvangt ;
11° Werknemer : de persoon waarvoor de onmiddellijke aangifte van tewerkstelling wordt verricht overeenkomstig het koninklijk besluit van 5 november 2002 tot invoering van een onmiddellijke aangifte van tewerkstelling, met toepassing van artikel 38 van de wet van 26 juli 1996 tot modernisering van de sociale zekerheid en tot vrijwaring van de leefbaarheid van de wettelijke pensioenstelsels, met uitzondering van de studenten bedoeld in titel VII van de wet van 3 juli 1978 betreffende de arbeidsovereenkomsten.
Art.2. Pour l'application de la présente ordonnance et de ses mesures d'exécution, on entend par :
1° Aide : l'aide financière octroyée dans le cadre de la présente ordonnance ;
2° Gouvernement : le Gouvernement de la Région de Bruxelles-Capitale ;
3° Région : la Région de Bruxelles-Capitale ;
4° Entreprise : l'entité visée à l'article 1er de la Recommandation de la Commission du 6 mai 2003 concernant la définition des micro, petites et moyennes entreprises, à l'exception des entreprises publiques, des entreprises exerçant des missions d'intérêt général, des entreprises dont l'objet social n'a pas de caractère économique et commercial et des entreprises dont le financement d'origine publique dépasse le pourcentage déterminé par le Gouvernement ;
5° Micro-entreprise : l'entreprise visée à l'article 2, point 3, de l'Annexe à la Recommandation de la Commission du 6 mai 2003 concernant la définition des micro, petites et moyennes entreprises ;
6° Petite entreprise : l'entreprise visée à l'article 2, point 2, de l'Annexe à la Recommandation de la Commission du 6 mai 2003 concernant la définition des micro, petites et moyennes entreprises qui n'est pas une micro-entreprise ;
7° Moyenne entreprise : l'entreprise visée à l'article 2, point 1, de l'Annexe à la Recommandation de la Commission du 6 mai 2003 concernant la définition des micro, petites et moyennes entreprises qui n'est pas une micro ou une petite entreprise ;
8° Grande entreprise : l'entreprise qui n'est pas une micro, une petite ou une moyenne entreprise ;
9° Investissement : l'investissement en immobilisations corporelles ou incorporelles ;
10° Bénéficiaire : la personne physique ou morale qui demande ou reçoit l'aide ;
11° Travailleur : la personne pour laquelle la déclaration immédiate de l'emploi est effectuée conformément à l'arrêté royal du 5 novembre 2002 instaurant une déclaration immédiate de l'emploi, en application de l'article 38 de la loi du 26 juillet 1996 portant modernisation de la sécurité sociale et assurant la viabilité des régimes légaux des pensions, à l'exclusion des étudiants visés au titre VII de la loi du 3 juillet 1978 relative aux contrats de travail.
1° Aide : l'aide financière octroyée dans le cadre de la présente ordonnance ;
2° Gouvernement : le Gouvernement de la Région de Bruxelles-Capitale ;
3° Région : la Région de Bruxelles-Capitale ;
4° Entreprise : l'entité visée à l'article 1er de la Recommandation de la Commission du 6 mai 2003 concernant la définition des micro, petites et moyennes entreprises, à l'exception des entreprises publiques, des entreprises exerçant des missions d'intérêt général, des entreprises dont l'objet social n'a pas de caractère économique et commercial et des entreprises dont le financement d'origine publique dépasse le pourcentage déterminé par le Gouvernement ;
5° Micro-entreprise : l'entreprise visée à l'article 2, point 3, de l'Annexe à la Recommandation de la Commission du 6 mai 2003 concernant la définition des micro, petites et moyennes entreprises ;
6° Petite entreprise : l'entreprise visée à l'article 2, point 2, de l'Annexe à la Recommandation de la Commission du 6 mai 2003 concernant la définition des micro, petites et moyennes entreprises qui n'est pas une micro-entreprise ;
7° Moyenne entreprise : l'entreprise visée à l'article 2, point 1, de l'Annexe à la Recommandation de la Commission du 6 mai 2003 concernant la définition des micro, petites et moyennes entreprises qui n'est pas une micro ou une petite entreprise ;
8° Grande entreprise : l'entreprise qui n'est pas une micro, une petite ou une moyenne entreprise ;
9° Investissement : l'investissement en immobilisations corporelles ou incorporelles ;
10° Bénéficiaire : la personne physique ou morale qui demande ou reçoit l'aide ;
11° Travailleur : la personne pour laquelle la déclaration immédiate de l'emploi est effectuée conformément à l'arrêté royal du 5 novembre 2002 instaurant une déclaration immédiate de l'emploi, en application de l'article 38 de la loi du 26 juillet 1996 portant modernisation de la sécurité sociale et assurant la viabilité des régimes légaux des pensions, à l'exclusion des étudiants visés au titre VII de la loi du 3 juillet 1978 relative aux contrats de travail.
HOOFDSTUK II. - Preactiviteitssteun
CHAPITRE II. - Aide de préactivité
Afdeling 1. - Preactiviteitsbeurs
Section 1re. - Bourse de préactivité
Art.3. De Regering kan steun verlenen aan natuurlijke personen die een project dragen om een onderneming op te richten of over te nemen voor de uitgaven en investeringen die verbonden zijn aan het project, op voorwaarde dat zij zich laten begeleiden door een door de Regering aangewezen instelling.
Art.3. Le Gouvernement peut octroyer une aide aux personnes physiques qui portent un projet de création ou de reprise d'entreprise pour les dépenses et investissements liés au projet, à condition qu'elles se fassent accompagner par un organisme désigné par le Gouvernement.
Afdeling 2. - Preactiviteitsbeurs voor coöperatieve ondernemerschapsprojecten
Section 2. - Bourse de préactivité pour les projets d'entrepreneuriat coopératif
Art.4. De Regering kan steun verlenen aan groepen van minimaal drie natuurlijke personen die een project dragen om een coöperatieve onderneming met sociaal oogmerk op te richten of over te nemen voor de uitgaven en investeringen die verbonden zijn aan het project, op voorwaarde dat zij zich laten begeleiden door een door de Regering aangewezen instelling.
Art.4. Le Gouvernement peut octroyer une aide aux groupes de minimum trois personnes physiques qui portent un projet de création ou de reprise d'une société coopérative à finalité sociale pour les dépenses et investissements liés au projet, à condition qu'elles se fassent accompagner par un organisme désigné par le Gouvernement.
HOOFDSTUK III. - Steun voor investeringen
CHAPITRE III. - Aides aux investissements
Afdeling 1. - Steun voor algemene investeringen
Section 1re. - Aide aux investissements généraux
Art.5. De Regering kan steun verlenen aan micro-, kleine en middelgrote ondernemingen die een investering verrichten op het grondgebied van het Gewest.
De investering bestaat uit de oprichting van een nieuwe vestiging, de uitbreiding van een bestaande vestiging, de diversificatie van de productie van een bestaande vestiging in nieuwe bijkomende producten of een fundamentele wijziging van het volledige productieproces van een bestaande vestiging.
De Regering kan het tweede lid wijzigen om het in overeenstemming te brengen met toekomstige aanpassingen van de Europese regelgeving.
De investering bestaat uit de oprichting van een nieuwe vestiging, de uitbreiding van een bestaande vestiging, de diversificatie van de productie van een bestaande vestiging in nieuwe bijkomende producten of een fundamentele wijziging van het volledige productieproces van een bestaande vestiging.
De Regering kan het tweede lid wijzigen om het in overeenstemming te brengen met toekomstige aanpassingen van de Europese regelgeving.
Art.5. Le Gouvernement peut octroyer une aide aux micro, petites et moyennes entreprises qui réalisent un investissement sur le territoire de la Région.
L'investissement consiste en la création d'un établissement, en l'extension d'un établissement existant, en la diversification de la production d'un établissement vers de nouveaux produits supplémentaires ou en un changement fondamental de l'ensemble du processus de production d'un établissement existant.
Le Gouvernement peut modifier l'alinéa 2 afin de le rendre conforme aux futures modifications de la réglementation européenne.
L'investissement consiste en la création d'un établissement, en l'extension d'un établissement existant, en la diversification de la production d'un établissement vers de nouveaux produits supplémentaires ou en un changement fondamental de l'ensemble du processus de production d'un établissement existant.
Le Gouvernement peut modifier l'alinéa 2 afin de le rendre conforme aux futures modifications de la réglementation européenne.
Art.6. De Regering kan, op basis van de Belgische regionale steunkaart die op grond van de Europese richtsnoeren inzake regionale steunmaatregelen door de Europese Commissie werd goedgekeurd, een ontwikkelingszone afbakenen. De Regering bepaalt de verhoging die van toepassing is op de steun voor algemene investeringen die worden verwezenlijkt in de ontwikkelingszone.
De Regering kan prioritaire interventiezones afbakenen. De Regering kan afwijken van het door haar bepaalde maximum steunbedrag voor de algemene investeringen die er worden verwezenlijkt. De afwijking wordt gemotiveerd op basis van het economisch belang van de investering.
De Regering kan prioritaire interventiezones afbakenen. De Regering kan afwijken van het door haar bepaalde maximum steunbedrag voor de algemene investeringen die er worden verwezenlijkt. De afwijking wordt gemotiveerd op basis van het economisch belang van de investering.
Art.6. Le Gouvernement peut, sur la base de la carte belge des aides à finalité régionale approuvée par la Commission européenne en vertu des lignes directrices européennes relatives aux mesures d'aides régionales, créer une zone de développement. Le Gouvernement détermine la majoration applicable aux aides aux investissements généraux réalisés dans la zone de développement.
Le Gouvernement peut créer des zones d'intervention prioritaires. Le Gouvernement peut déroger au montant maximum de l'aide qu'il détermine pour les investissements généraux qui sont réalisés dans ces zones. La dérogation est motivée sur la base de l'importance économique de l'investissement.
Le Gouvernement peut créer des zones d'intervention prioritaires. Le Gouvernement peut déroger au montant maximum de l'aide qu'il détermine pour les investissements généraux qui sont réalisés dans ces zones. La dérogation est motivée sur la base de l'importance économique de l'investissement.
Art.7. De Regering kan, ter aanvulling van steun bedoeld in artikel 5, de begunstigde vrijstellen van de onroerende voorheffing voor algemene investeringen in onroerende goederen. De vrijstelling geldt voor een periode van maximaal vijf jaar vanaf 1 januari van het jaar dat volgt op het jaar waarin de begunstigde de goederen betrekt of in gebruik neemt.
De vrijstelling geldt voor de goederen waarvoor steun wordt verleend op grond van artikel 5 en waarvoor een kadastraal inkomen wordt vastgesteld.
De vrijstelling is beperkt tot het deel van het kadastraal inkomen dat wordt verhoogd ten gevolge van de investering.
De vrijstelling geldt voor de goederen waarvoor steun wordt verleend op grond van artikel 5 en waarvoor een kadastraal inkomen wordt vastgesteld.
De vrijstelling is beperkt tot het deel van het kadastraal inkomen dat wordt verhoogd ten gevolge van de investering.
Art.7. En complément de l'aide visée à l'article 5, le Gouvernement peut exonérer le bénéficiaire du précompte immobilier pour les investissements généraux en biens immobiliers. L'exonération est valable pour une durée maximale de cinq ans à partir du 1er janvier de l'année suivant l'année durant laquelle le bénéficiaire acquiert les biens ou entre en jouissance de ceux-ci.
L'exonération concerne les biens pour lesquels une aide a été accordée sur la base de l'article 5 et pour lesquels un revenu cadastral est fixé.
L'exonération est limitée à la partie du revenu cadastral qui a été augmentée suite à l'investissement.
L'exonération concerne les biens pour lesquels une aide a été accordée sur la base de l'article 5 et pour lesquels un revenu cadastral est fixé.
L'exonération est limitée à la partie du revenu cadastral qui a été augmentée suite à l'investissement.
Art.8. In overeenstemming met artikel 64bis van het Wetboek van de Inkomstenbelastingen 1992, kan de Regering een machtiging verlenen om een jaarlijkse afschrijving toe te passen die gelijk is aan tweemaal de normale lineaire afschrijvingsannuïteit op investeringen in materiële vaste activa waarvoor ze steun verleent op grond van artikel 5.
Het belastbare tijdperk waarvoor de normale lineaire afschrijving mag worden verdubbeld bedraagt maximaal vijf jaar.
Het belastbare tijdperk waarvoor de normale lineaire afschrijving mag worden verdubbeld bedraagt maximaal vijf jaar.
Art.8. Conformément à l'article 64bis du Code des Impôts sur les Revenus 1992, le Gouvernement peut autoriser un amortissement annuel égal au double de l'annuité d'amortissement linéaire normal pour les investissements en immobilisations corporelles pour lesquels il octroie une aide en vertu de l'article 5.
La période imposable pour laquelle l'amortissement linéaire normal peut être doublé est de maximum cinq ans.
La période imposable pour laquelle l'amortissement linéaire normal peut être doublé est de maximum cinq ans.
Afdeling 2. - Steun voor specifieke investeringen
Section 2. - Aides aux investissements spécifiques
Onderafdeling 1. - Steun voor investeringen om aan normen te voldoen
Sous-section 1re. - Aide aux investissements de mise en conformité aux normes
Art.9. De Regering kan steun verlenen aan micro-, kleine en middelgrote ondernemingen die investeren met het oog op de naleving van milieu-, kwaliteits-, veiligheids- en hygiënenormen.
De Regering stelt de normen bedoeld in het eerste lid vast.
De Regering stelt de normen bedoeld in het eerste lid vast.
Art.9. Le Gouvernement peut octroyer une aide aux micro, petites et moyennes entreprises qui investissent dans le but de se conformer aux normes environnementales, de qualité, de sécurité et d'hygiène.
Le Gouvernement précise les normes visées à l'alinéa 1er.
Le Gouvernement précise les normes visées à l'alinéa 1er.
Onderafdeling 2. - Steun voor investeringen voor beveiliging
Sous-section 2. - Aide aux investissements de sécurisation
Art.10. De Regering kan steun verlenen aan micro-, kleine en middelgrote ondernemingen die investeren in de installatie van een beveiligingssysteem.
Art.10. Le Gouvernement peut octroyer une aide aux micro, petites et moyennes entreprises qui investissent dans l'installation d'un système de sécurité.
Onderafdeling 3. - Steun voor verfraaiing van ondernemingen die openbare werken ondergaan
Sous-section 3. - Aide à l'embellissement d'entreprises subissant des travaux publics
Art.11. De Regering kan steun verlenen aan micro-, kleine en middelgrote ondernemingen die hinder ondervinden van werken aan de openbare weg voor de renovatie van hun vitrine, gevel en de ruimtes die toegankelijk zijn voor de klanten en die zichtbaar zijn vanaf de openbare weg.
De Regering bepaalt wat wordt verstaan onder hinder en ruimtes die toegankelijk zijn voor de klanten en die zichtbaar zijn vanaf de openbare weg.
De Regering bepaalt wat wordt verstaan onder hinder en ruimtes die toegankelijk zijn voor de klanten en die zichtbaar zijn vanaf de openbare weg.
Art.11. Le Gouvernement peut octroyer une aide aux micro, petites et moyennes entreprises qui subissent des nuisances à cause de travaux sur la voie publique, pour la rénovation de leur devanture, façade et des espaces ouverts aux clients visibles depuis la voirie.
Le Gouvernement détermine ce qu'il faut entendre par nuisances et par espaces ouverts aux clients visibles depuis la voirie.
Le Gouvernement détermine ce qu'il faut entendre par nuisances et par espaces ouverts aux clients visibles depuis la voirie.
Onderafdeling 4. - Steun voor stedelijke integratie
Sous-section 4. - Aide à l'intégration urbaine
Art.12. De Regering kan steun verlenen aan ondernemingen voor investeringen die als doel hebben om de onderneming harmonisch te integreren in een stedelijke omgeving.
Art.12. Le Gouvernement peut octroyer une aide aux entreprises pour des investissements qui visent l'intégration harmonieuse de l'entreprise en milieu urbain.
HOOFDSTUK IV. - Steun voor externe ondersteuning
CHAPITRE IV. - Aides aux appuis externes
Afdeling 1. - Steun voor consultancy
Section 1re. - Aide à la consultance
Art.13. De Regering kan steun verlenen aan micro-, kleine en middelgrote ondernemingen voor externe consultancyopdrachten die betrekking hebben op de oprichting, de groei, productieproceswijzigingen van producten of diensten, het lanceren van nieuwe producten of diensten, het betreden van nieuwe markten, het personeelsbeheerbeleid, het participerend bestuur, de heropleving, de overname, de digitalisering en de informaticabeveiliging, alsook de overgang van de onderneming naar de circulaire economie.
De Regering stelt de externe consultancyopdrachten vast die in aanmerking komen voor de steun.
De Regering stelt de externe consultancyopdrachten vast die in aanmerking komen voor de steun.
Art.13. Le Gouvernement peut octroyer une aide aux micro, petites et moyennes entreprises pour le recours à des missions de consultance externes qui portent sur la création, la croissance, des changements du processus de production de produits ou de services, le lancement de nouveaux produits ou services, l'entrée dans de nouveaux marchés, la politique de gestion des ressources humaines, la gouvernance participative, le rebond, la reprise, la digitalisation et la sécurisation informatique, ainsi que la transition de l'entreprise vers l'économie circulaire.
Le Gouvernement précise les missions de consultance externes qui peuvent faire l'objet de l'aide.
Le Gouvernement précise les missions de consultance externes qui peuvent faire l'objet de l'aide.
Afdeling 2. - Steun voor e-commerce
Section 2. - Aide à l'e-commerce
Art.14. De Regering kan steun verlenen aan micro- en kleine ondernemingen voor externe consultancyopdrachten met betrekking tot de ontwikkeling van een website of een e-commerceplatform.
De Regering stelt de externe consultancyopdrachten vast die in aanmerking komen voor de steun.
De Regering stelt de externe consultancyopdrachten vast die in aanmerking komen voor de steun.
Art.14. Le Gouvernement peut octroyer une aide aux micro et petites entreprises pour le recours à des missions de consultance externes ayant trait au développement d'un site internet ou d'une plateforme d'e-commerce.
Le Gouvernement précise les missions de consultance externes qui peuvent faire l'objet d'une aide.
Le Gouvernement précise les missions de consultance externes qui peuvent faire l'objet d'une aide.
Afdeling 3. - Steun voor opleidingen
Section 3. - Aide à la formation
Art.15. De Regering kan steun verlenen aan micro-, kleine en middelgrote ondernemingen voor de opleiding, door een externe deskundige, van het personeel van de onderneming.
De Regering stelt de opleidingen vast die in aanmerking komen voor de steun.
De Regering stelt de opleidingen vast die in aanmerking komen voor de steun.
Art.15. Le Gouvernement peut octroyer une aide aux micro, petites et moyennes entreprises pour la formation du personnel de l'entreprise par un expert externe.
Le Gouvernement précise les formations qui peuvent faire l'objet de l'aide.
Le Gouvernement précise les formations qui peuvent faire l'objet de l'aide.
Afdeling 4. - Steun voor coworking
Section 4. - Aide au coworking
Art.16. De Regering kan steun verlenen aan micro-ondernemingen die sinds minder dan twee jaar zijn ingeschreven in de Kruispuntbank van Ondernemingen en aan natuurlijke personen die een project dragen om een onderneming op te richten of over te nemen voor het abonnement op een door de Regering erkende coworkingruimte.
De Regering bepaalt de criteria en de procedure voor de erkenning van de coworkingruimtes.
De Regering bepaalt de criteria en de procedure voor de erkenning van de coworkingruimtes.
Art.16. Le Gouvernement peut octroyer une aide aux micro-entreprises inscrites depuis moins de deux ans à la Banque-Carrefour des Entreprises et aux personnes physiques qui portent un projet de création ou de reprise d'entreprise pour un abonnement dans un espace de coworking agréé par le Gouvernement.
Le Gouvernement détermine les critères et la procédure d'agrément des espaces de coworking.
Le Gouvernement détermine les critères et la procédure d'agrément des espaces de coworking.
Afdeling 5. - Steun voor kinderopvang
Section 5. - Aide à l'accueil de la petite enfance
Art.17. De Regering kan steun verlenen aan micro-, kleine en middelgrote ondernemingen voor de bezetting, overeenkomstig de regels van de Gemeenschappen, van plaatsen in de kinderopvang ten gunste van de kinderen van hun personeelsleden die maximaal drie jaar oud zijn.
Art.17. Le Gouvernement peut octroyer une aide aux micro, petites et moyennes entreprises pour l'occupation, conformément aux règles des Communautés, de places en milieu d'accueil de la petite enfance au profit des enfants de leur personnel âgés de maximum trois ans.
HOOFDSTUK V. - Steun voor aanwerving en interne opleidingsinspanningen
CHAPITRE V. - Aides au recrutement et aux efforts internes de qualification
Afdeling 1. - Steun voor aanwerving voor projecten van economische groei en circulaire economie
Section 1re. - Aide au recrutement pour projets de croissance économique ou d'économie circulaire
Art.18. De Regering kan steun verlenen aan micro- en kleine ondernemingen voor de aanwerving van een nieuwe voltijdse werknemer in het kader van de verwezenlijking van een project van economische groei.
De Regering bepaalt wat wordt verstaan onder project van economische groei.
De Regering bepaalt wat wordt verstaan onder project van economische groei.
Art.18. Le Gouvernement peut octroyer une aide aux micro et petites entreprises pour le recrutement d'un nouveau travailleur à temps plein dans le cadre de la réalisation d'un projet de croissance économique.
Le Gouvernement détermine ce qu'il faut entendre par projet de croissance économique.
Le Gouvernement détermine ce qu'il faut entendre par projet de croissance économique.
Art.19. De Regering kan steun verlenen aan micro-, kleine en middelgrote ondernemingen voor de aanwerving van een nieuwe voltijdse werknemer in het kader van de verwezenlijking van een project van circulaire economie.
De Regering bepaalt wat wordt verstaan onder project van circulaire economie.
De Regering bepaalt wat wordt verstaan onder project van circulaire economie.
Art.19. Le Gouvernement peut octroyer une aide aux micro, petites et moyennes entreprises pour le recrutement d'un nouveau travailleur à temps plein dans le cadre de la réalisation d'un projet d'économie circulaire.
Le Gouvernement détermine ce qu'il faut entendre par projet d'économie circulaire.
Le Gouvernement détermine ce qu'il faut entendre par projet d'économie circulaire.
Art.20. De begunstigde van de in deze afdeling bedoelde steun schaft, vanaf zes maanden voorafgaand aan de steunaanvraag tot zes maanden na de aanwerving van de werknemer, geen betrekking af die vergelijkbaar is met de functie die de aangeworven werknemer uitoefent.
Art.20. Le bénéficiaire de l'aide visée à la présente section ne supprime pas, au cours des six mois qui précèdent la demande d'aide et dans les six mois après le recrutement du travailleur, un emploi correspondant à une fonction équivalente à celle exercée par le travailleur recruté.
Afdeling 2. - Steun voor industriële omschakeling
Section 2. - Aide à la reconversion industrielle
Art.21. De Regering kan steun verlenen aan industriële onder- nemingen voor de opleiding van hun werknemers in het kader van een omschakelingsproject, en voor de investering- en verbonden aan die opleiding.
De Regering bepaalt wat wordt verstaan onder omschakelingsproject, industriële onderneming en investering verbonden aan een opleiding.
De Regering bepaalt wat wordt verstaan onder omschakelingsproject, industriële onderneming en investering verbonden aan een opleiding.
Art.21. Le Gouvernement peut octroyer une aide aux entreprises industrielles pour la formation de ses travailleurs dans le cadre d'un projet de reconversion, et pour les investissements liés à cette formation.
Le Gouvernement détermine ce qu'il faut entendre par projet de reconversion, entreprise industrielle et investissement lié à une formation.
Le Gouvernement détermine ce qu'il faut entendre par projet de reconversion, entreprise industrielle et investissement lié à une formation.
Afdeling 3. - Steun voor de erkenning van competenties
Section 3. - Aide à la validation des compétences
Art.22. De Regering kan steun verlenen aan ondernemingen erkend op grond van het samenwerkingsakkoord van 24 juli 2003 betreffende de bekrachtiging van de bevoegdheden op het gebied van de voortgezette beroepsopleiding, gesloten tussen de Franse Gemeenschap, het Waals Gewest en de Franse Gemeenschapscommissie of op grond van het Vlaams decreet van 30 april 2004 betreffende het verwerven van een titel van beroepsbekwaamheid, voor de validering of de erkenning van competenties van personen.
De Regering kan het aantal, het profiel en het statuut bepalen van de personen die hun competenties laten valideren of erkennen en die het recht op steun openen.
De Regering kan het aantal, het profiel en het statuut bepalen van de personen die hun competenties laten valideren of erkennen en die het recht op steun openen.
Art.22. Le Gouvernement peut octroyer une aide aux entreprises reconnues par la Communauté compétente sur la base de l'accord de coopération du 24 juillet 2003 relatif à la validation des compétences dans le champ de la formation professionnelle, conclu entre la Communauté française, la Région wallonne et la Commission communautaire française ou sur la base du décret flamand du 30 avril 2004 relatif à l'obtention d'un titre de compétence professionnelle, pour la validation ou la reconnaissance des compétences de personnes.
Le Gouvernement peut déterminer le nombre, le profil et le statut des personnes qui font valider ou reconnaître leurs compétences et qui ouvrent le droit à l'aide.
Le Gouvernement peut déterminer le nombre, le profil et le statut des personnes qui font valider ou reconnaître leurs compétences et qui ouvrent le droit à l'aide.
HOOFDSTUK VI. - Steun in zones van economische uitbouw in de stad
CHAPITRE VI. - Aides dans les zones d'économie urbaine stimulée
Afdeling 1. - Afbakening van de zones van economische uitbouw in de stad
Section 1re. - Délimitation des zones d'économie urbaine stimulée
Art.23. De Regering bakent één of meerdere zones van economische uitbouw in de stad af.
De afbakening van de zones van economische uitbouw in de stad gebeurt op grond van de volgende criteria : het werkloosheidscijfer in verhouding tot het gewestgemiddelde, het aandeel werklozen met een profiel van arbeider in verhouding tot het gemiddelde van het Gewest en het gemiddeld inkomen per belastingaangifte in verhouding tot het gemiddelde van het Gewest.
De afbakening van de zones van economische uitbouw in de stad gebeurt op grond van de volgende criteria : het werkloosheidscijfer in verhouding tot het gewestgemiddelde, het aandeel werklozen met een profiel van arbeider in verhouding tot het gemiddelde van het Gewest en het gemiddeld inkomen per belastingaangifte in verhouding tot het gemiddelde van het Gewest.
Art.23. Le Gouvernement délimite une ou plusieurs zones d'économie urbaine stimulée.
La délimitation des zones d'économie urbaine stimulée se fait sur la base des critères suivants : le taux de chômage par rapport à la moyenne de la Région, la proportion de travailleurs sans emploi ayant un profil d'ouvrier par rapport à la moyenne de la Région et le revenu moyen par déclaration fiscale par rapport à la moyenne de la Région.
La délimitation des zones d'économie urbaine stimulée se fait sur la base des critères suivants : le taux de chômage par rapport à la moyenne de la Région, la proportion de travailleurs sans emploi ayant un profil d'ouvrier par rapport à la moyenne de la Région et le revenu moyen par déclaration fiscale par rapport à la moyenne de la Région.
Afdeling 2. - Verhoging van de steun voor algemene investeringen in de zones van economische uitbouw in de stad
Section 2. - Majoration de l'aide aux investissements généraux dans les zones d'économie urbaine stimulée
Art.24. De Regering kan de maximaal toegelaten steunintensiteit toekennen aan micro-, kleine en middelgrote ondernemingen die een algemene investering bedoeld in artikel 5 verwezenlijken in een zone van economische uitbouw in de stad, voor zover die zich in de ontwikkelingszone bedoeld in artikel 6, eerste lid, bevinden.
Minstens 30 % van het personeel, met uitzondering van de uitzendkrachten, van de vestigingseenheden van de begunstigde gelegen in een zone van economische uitbouw in de stad is gedurende de zes maanden die de steunaanvraag voorafgaan gedomicilieerd in een dergelijke zone en beschikt over een arbeidsovereenkomst van onbepaalde duur of een arbeidsovereenkomst van bepaalde duur van minstens drie jaar.
Minstens 30 % van het personeel, met uitzondering van de uitzendkrachten, van de vestigingseenheden van de begunstigde gelegen in een zone van economische uitbouw in de stad is gedurende de zes maanden die de steunaanvraag voorafgaan gedomicilieerd in een dergelijke zone en beschikt over een arbeidsovereenkomst van onbepaalde duur of een arbeidsovereenkomst van bepaalde duur van minstens drie jaar.
Art.24. Le Gouvernement peut octroyer l'intensité maximum de l'aide aux micro, petites et moyennes entreprises qui réalisent un investissement général tel que visé à l'article 5 dans une zone d'économie urbaine stimulée pour autant qu'elles soient situées dans la zone de développement visée à l'article 6, alinéa 1er.
Au minimum 30 % du personnel, à l'exception des intérimaires, des unités d'établissement du bénéficiaire situées dans une zone d'économie urbaine stimulée a son domicile dans une telle zone pendant les six mois précédant la demande d'aide et dispose d'un contrat à durée indéterminée ou à durée déterminée de minimum trois ans.
Au minimum 30 % du personnel, à l'exception des intérimaires, des unités d'établissement du bénéficiaire situées dans une zone d'économie urbaine stimulée a son domicile dans une telle zone pendant les six mois précédant la demande d'aide et dispose d'un contrat à durée indéterminée ou à durée déterminée de minimum trois ans.
Afdeling 3. - Steun voor aanwerving in de zones van economische uitbouw in de stad
Section 3. - Aide au recrutement dans les zones d'économie urbaine stimulée
Art.25. De Regering kan steun verlenen aan ondernemingen met een vestigingseenheid in een zone van economische uitbouw in de stad, voor de aanwerving van een nieuwe werknemer die sinds minstens zes maanden voor de aanwerving in een zone van economische uitbouw in de stad is gedomicilieerd.
Artikel 20 is van toepassing op de steun bedoeld in dit artikel.
Artikel 20 is van toepassing op de steun bedoeld in dit artikel.
Art.25. Le Gouvernement peut octroyer une aide aux entreprises ayant une unité d'établissement dans une zone d'économie urbaine stimulée, pour le recrutement d'un nouveau travailleur ayant son domicile depuis six mois au moins avant le recrutement dans une zone d'économie urbaine stimulée.
L'article 20 s'applique à l'aide visée au présent article.
L'article 20 s'applique à l'aide visée au présent article.
Afdeling 4. - Steun voor vestiging in de zones van economische uitbouw in de stad
Section 4. - Aide à l'implantation dans les zones d'économie urbaine stimulée
Art.26. De Regering kan steun verlenen aan ondernemingen om de gemeentebelasting op de kantooroppervlakten van een vestigingseenheid in een zone van economische uitbouw in de stad te compenseren.
Minstens 30 % van het personeel, met uitzondering van de uitzendkrachten, van de vestigingseenheden van de begunstigde gelegen in een zone van economische uitbouw in de stad is gedurende de zes maanden die de steunaanvraag voorafgaan gedomicilieerd in een dergelijke zone en beschikt over een arbeidsovereenkomst van onbepaalde duur of een arbeidsovereenkomst van bepaalde duur van minstens drie jaar. De begunstigde telt bovendien minstens drie voltijds equivalente werknemers.
Minstens 30 % van het personeel, met uitzondering van de uitzendkrachten, van de vestigingseenheden van de begunstigde gelegen in een zone van economische uitbouw in de stad is gedurende de zes maanden die de steunaanvraag voorafgaan gedomicilieerd in een dergelijke zone en beschikt over een arbeidsovereenkomst van onbepaalde duur of een arbeidsovereenkomst van bepaalde duur van minstens drie jaar. De begunstigde telt bovendien minstens drie voltijds equivalente werknemers.
Art.26. Le Gouvernement peut octroyer une aide aux entreprises pour compenser la taxe communale sur les immeubles ayant une affectation de bureaux pour une unité d'établissement située dans une zone d'économie urbaine stimulée.
Au minimum 30 % du personnel, à l'exception des intérimaires, des unités d'établissement du bénéficiaire situées dans une zone d'économie urbaine stimulée a son domicile dans une telle zone pendant les six mois précédant la demande d'aide et dispose d'un contrat à durée indéterminée ou à durée déterminée de minimum trois ans. De plus, le bénéficiaire emploie au moins trois travailleurs équivalent temps plein.
Au minimum 30 % du personnel, à l'exception des intérimaires, des unités d'établissement du bénéficiaire situées dans une zone d'économie urbaine stimulée a son domicile dans une telle zone pendant les six mois précédant la demande d'aide et dispose d'un contrat à durée indéterminée ou à durée déterminée de minimum trois ans. De plus, le bénéficiaire emploie au moins trois travailleurs équivalent temps plein.
HOOFDSTUK VII. - Projectoproepen voor de overgang naar nieuwe economische modellen
CHAPITRE VII. - Appels à projets pour la transition vers de nouveaux modèles économiques
Art.27. Onder de voorwaarden bepaald door de Regering, kunnen er projectoproepen worden georganiseerd voor ondernemingen en natuurlijke personen die een project dragen om een onderneming op te richten of over te nemen in het Gewest voor de volgende thema's :
1° de digitalisering van de economie ;
2° de overgang naar circulaire economie en innoverende projecten houdende de omvorming van energiesystemen ;
3° de ontwikkeling van het sociaal ondernemerschap ;
4° de opening van duurzame, innoverende en kwaliteitsvolle handelszaken.
De Regering kan de lijst van thema's aanvullen binnen de perken van de omschreven doelstelling, met name de aanmoediging van de overgang van de economie van het Gewest naar een koolstofarme economie en de nieuwe economische modellen die ermee verbonden zijn.
De concrete prioriteiten en de toegewezen middelen van de projectoproepen worden jaarlijks bepaald.
De ingediende projecten worden gerangschikt en geselecteerd op basis van ontvankelijkheidsvoorwaarden en toekenningscriteria door een jury benoemd onder de voorwaarden bepaald door de Regering.
1° de digitalisering van de economie ;
2° de overgang naar circulaire economie en innoverende projecten houdende de omvorming van energiesystemen ;
3° de ontwikkeling van het sociaal ondernemerschap ;
4° de opening van duurzame, innoverende en kwaliteitsvolle handelszaken.
De Regering kan de lijst van thema's aanvullen binnen de perken van de omschreven doelstelling, met name de aanmoediging van de overgang van de economie van het Gewest naar een koolstofarme economie en de nieuwe economische modellen die ermee verbonden zijn.
De concrete prioriteiten en de toegewezen middelen van de projectoproepen worden jaarlijks bepaald.
De ingediende projecten worden gerangschikt en geselecteerd op basis van ontvankelijkheidsvoorwaarden en toekenningscriteria door een jury benoemd onder de voorwaarden bepaald door de Regering.
Art.27. Des appels à projets à destination des entreprises et des personnes physiques qui portent un projet de création ou de reprise d'entreprise dans la Région, peuvent être organisés selon les conditions déterminées par le Gouvernement sur les thèmes suivants :
1° la transition numérique de l'économie ;
2° la transition vers l'économie circulaire et les projets innovants porteurs de transition énergétique ;
3° le développement de l'entrepreneuriat social ;
4° l'ouverture de commerces durables, innovants et de qualité.
Le Gouvernement peut compléter la liste des thèmes dans la limite de la finalité définie, à savoir l'encouragement de la transition de l'économie de la Région vers une économie bas carbone et les nouveaux modèles économiques liés à celles-ci.
Les objectifs précis et le budget affecté à ces appels à projet sont déterminés annuellement.
Les projets introduits sont classés et sélectionnés sur la base de conditions d'éligibilité et des critères d'attribution par un jury nommé selon les conditions déterminées par le Gouvernement.
1° la transition numérique de l'économie ;
2° la transition vers l'économie circulaire et les projets innovants porteurs de transition énergétique ;
3° le développement de l'entrepreneuriat social ;
4° l'ouverture de commerces durables, innovants et de qualité.
Le Gouvernement peut compléter la liste des thèmes dans la limite de la finalité définie, à savoir l'encouragement de la transition de l'économie de la Région vers une économie bas carbone et les nouveaux modèles économiques liés à celles-ci.
Les objectifs précis et le budget affecté à ces appels à projet sont déterminés annuellement.
Les projets introduits sont classés et sélectionnés sur la base de conditions d'éligibilité et des critères d'attribution par un jury nommé selon les conditions déterminées par le Gouvernement.
HOOFDSTUK VIII. [1 Steun aan ondernemingen getroffen door een natuurramp, een ernstige verstoring in de economie of een buitengewone gebeurtenis]1
CHAPITRE VIII. [1 Aide aux entreprises touchées par une calamité naturelle, une perturbation grave de l'économie ou un événement extraordinaire]1
Art.28. De Regering kan steun verlenen aan ondernemingen waarvan de economische activiteit is getroffen door een natuurramp [1 , een ernstige verstoring in de economie als bedoeld in artikel 107 (3) b van het VWEU]1 of een buitengewone gebeurtenis, voor het herstel van de materiële schade, [1 de herlanceringsinvesteringen en -uitgaven,]1 het inkomensverlies en de vaste uitbatingskosten.
[1 De Regering kan in het kader van deze steun :
1° bepalen wat wordt verstaan onder natuurramp, ernstige verstoring in de economie en buitengewone gebeurtenis of bepaalde voorvallen als dusdanig erkennen ;
2° de in aanmerking komende of uitgesloten ondernemingen, ontvankelijkheidsvoorwaarden en toekenningscriteria bepalen ;
3° afwijken van artikel 41, 3° en artikel 45.]1
De artikelen 37 en 39 zijn niet van toepassing op deze steun.
[1 De Regering kan in het kader van deze steun :
1° bepalen wat wordt verstaan onder natuurramp, ernstige verstoring in de economie en buitengewone gebeurtenis of bepaalde voorvallen als dusdanig erkennen ;
2° de in aanmerking komende of uitgesloten ondernemingen, ontvankelijkheidsvoorwaarden en toekenningscriteria bepalen ;
3° afwijken van artikel 41, 3° en artikel 45.]1
De artikelen 37 en 39 zijn niet van toepassing op deze steun.
Modifications
Art.28. Le Gouvernement peut octroyer une aide aux entreprises dont l'activité économique est touchée par une calamité naturelle [1 , une perturbation grave de l'économie telle que visée à l'article 107 (3) b du TFUE]1 ou un événement extraordinaire, pour la réparation des dommages matériels, [1 les investissements et dépenses de relance,]1 pour les pertes de revenus et pour les charges d'exploitation permanentes.
[1 Le Gouvernement peut, dans le cadre de la présente aide :
1° déterminer ce qu'il faut entendre par calamité naturelle, perturbation grave de l'économie et événement extraordinaire ou reconnaître certaines occurrences comme telles ;
2° déterminer les entreprises admissibles ou exclues, les conditions d'éligibilité et les critères d'attribution ;
3° déroger à l'article 41, 3°, et à l'article 45.]1
Les articles 37 et 39 ne s'appliquent pas à la présente aide.
[1 Le Gouvernement peut, dans le cadre de la présente aide :
1° déterminer ce qu'il faut entendre par calamité naturelle, perturbation grave de l'économie et événement extraordinaire ou reconnaître certaines occurrences comme telles ;
2° déterminer les entreprises admissibles ou exclues, les conditions d'éligibilité et les critères d'attribution ;
3° déroger à l'article 41, 3°, et à l'article 45.]1
Les articles 37 et 39 ne s'appliquent pas à la présente aide.
Modifications
HOOFDSTUK IX. - Gemeenschappelijke steunbepalingen
CHAPITRE IX. - Dispositions communes aux aides
Afdeling 1. - Algemene machtigingen aan de Regering
Section 1re. - Habilitations générales au Gouvernement
Art.29. Binnen de beschikbare begrotingskredieten kan de Regering, overeenkomstig deze ordonnantie, steun verlenen.
Art.29. Dans les limites des crédits budgétaires disponibles et conformément à la présente ordonnance, le Gouvernement peut octroyer des aides.
Art.30. § 1. De Regering bepaalt voor elk van de steunmaatregelen van deze ordonnantie de vorm, de intensiteit en de duur van de steun en de uitgaven en investeringen die in aanmerking komen voor steun.
De steun neemt de vorm aan van een premie, een terugvorderbaar voorschot, een vrijstelling van de onroerende voorheffing of een versnelde afschrijving.
De intensiteit van de steun kan schommelen afhankelijk van de grootte van de onderneming.
De Regering bepaalt de uitgesloten sectoren rekening houdend met de Europese regelgeving, de bevoegdheidsverdelende regels en haar economisch beleid.
§ 2. De Regering kan steunverhogingen toekennen indien de begunstigde voldoet aan de volgende doelstellingen :
1° inzake tewerkstelling :
a) de tewerkstelling van laag- of middelmatig geschoolde personen ;
b) de aanwerving met een overeenkomst voor onbepaalde duur, in de loop van het jaar dat de steunaanvraag voorafgaat, van niet-werkende werkzoekenden ingeschreven bij Actiris ;
c) de onderneming in uitbreiding ;
d) de onderneming actief in het alternerend leren ;
2° inzake economische beleid, de onderneming die ;
a) sinds minder dan vier jaar is ingeschreven bij de Kruispuntbank van Ondernemingen ;
b) erkend is als sociale onderneming ;
c) die betrokken is in de circulaire economie ;
d) behoort tot een prioritaire sector ;
3° inzake diversiteit, de onderneming die een diversiteitsplan uitvoert.
De verhogingen hebben geen betrekking op de investeringen met betrekking tot de verwerving van gronden en gebouwen, met uitzondering van de verhogingen bedoeld in de artikelen 6, eerste lid, en 24.
De Regering kan de lijst van verhogingen aanvullen.
De Regering bepaalt de intensiteit van elke verhoging en de criteria om er aan te voldoen.
§ 3. De Regering kan, per begunstigde, voor elke steun het maximaal bedrag bepalen, alsook het maximaal aantal en het totaalbedrag aan toegekende steun voor een bepaalde periode.
De Regering kan voor elke steun eveneens het maximum aantal dat jaarlijks kan worden verleend, bepalen.
§ 4. De Regering bepaalt de procedure en de termijnen voor de behandeling van de steunaanvraagdossiers en de vereffening van steun.
De steun neemt de vorm aan van een premie, een terugvorderbaar voorschot, een vrijstelling van de onroerende voorheffing of een versnelde afschrijving.
De intensiteit van de steun kan schommelen afhankelijk van de grootte van de onderneming.
De Regering bepaalt de uitgesloten sectoren rekening houdend met de Europese regelgeving, de bevoegdheidsverdelende regels en haar economisch beleid.
§ 2. De Regering kan steunverhogingen toekennen indien de begunstigde voldoet aan de volgende doelstellingen :
1° inzake tewerkstelling :
a) de tewerkstelling van laag- of middelmatig geschoolde personen ;
b) de aanwerving met een overeenkomst voor onbepaalde duur, in de loop van het jaar dat de steunaanvraag voorafgaat, van niet-werkende werkzoekenden ingeschreven bij Actiris ;
c) de onderneming in uitbreiding ;
d) de onderneming actief in het alternerend leren ;
2° inzake economische beleid, de onderneming die ;
a) sinds minder dan vier jaar is ingeschreven bij de Kruispuntbank van Ondernemingen ;
b) erkend is als sociale onderneming ;
c) die betrokken is in de circulaire economie ;
d) behoort tot een prioritaire sector ;
3° inzake diversiteit, de onderneming die een diversiteitsplan uitvoert.
De verhogingen hebben geen betrekking op de investeringen met betrekking tot de verwerving van gronden en gebouwen, met uitzondering van de verhogingen bedoeld in de artikelen 6, eerste lid, en 24.
De Regering kan de lijst van verhogingen aanvullen.
De Regering bepaalt de intensiteit van elke verhoging en de criteria om er aan te voldoen.
§ 3. De Regering kan, per begunstigde, voor elke steun het maximaal bedrag bepalen, alsook het maximaal aantal en het totaalbedrag aan toegekende steun voor een bepaalde periode.
De Regering kan voor elke steun eveneens het maximum aantal dat jaarlijks kan worden verleend, bepalen.
§ 4. De Regering bepaalt de procedure en de termijnen voor de behandeling van de steunaanvraagdossiers en de vereffening van steun.
Art.30. § 1er. Le Gouvernement détermine pour chacune des aides prévues par la présente ordonnance la forme, l'intensité et la durée de l'aide et les dépenses et les investissements éligibles.
L'aide prend la forme d'une prime, d'une avance récupérable, d'une exonération du précompte immobilier ou d'un amortissement accéléré.
L'intensité de l'aide peut varier en fonction de la taille de l'entreprise.
Le Gouvernement détermine les secteurs exclus en tenant compte de la réglementation européenne, des règles répartitrices de compétences et de sa politique économique.
§ 2. Le Gouvernement peut accorder des majorations d'aides si le bénéficiaire satisfait aux objectifs suivants :
1° en matière d'emploi :
a) l'occupation de personnes infra ou moyennement qualifiées ;
b) dans l'année qui précède la demande d'aide, le recrutement en contrat de durée indéterminée de demandeurs d'emploi inoccupés inscrits auprès d'Actiris ;
c) l'entreprise en expansion ;
d) l'entreprise engagée dans la formation en alternance ;
2° en matière de politique économique, l'entreprise :
a) inscrite depuis moins de quatre ans dans la Banque-Carrefour des Entreprises ;
b) agréée comme entreprise sociale ;
c) impliquée dans l'économie circulaire ;
d) appartenant à un secteur prioritaire ;
3° en matière de diversité, l'entreprise engagée dans un plan de diversité.
Les majorations ne portent pas sur les investissements d'acquisition de terrains et de bâtiments, à l'exception des majorations visées aux articles 6, alinéa 1er, et 24.
Le Gouvernement peut compléter la liste de majorations.
Le Gouvernement fixe l'intensité de chaque majoration et les critères pour y satisfaire.
§ 3. Le Gouvernement peut déterminer, par bénéficiaire, le montant maximal de chaque aide, ainsi que le nombre maximal et le montant total des aides octroyées pour une période déterminée.
Le Gouvernement peut également déterminer, pour chaque aide, le nombre maximal qui peut être octroyé annuellement.
§ 4. Le Gouvernement détermine la procédure et les délais pour l'instruction des dossiers de demande d'aide, ainsi que pour la liquidation de l'aide.
L'aide prend la forme d'une prime, d'une avance récupérable, d'une exonération du précompte immobilier ou d'un amortissement accéléré.
L'intensité de l'aide peut varier en fonction de la taille de l'entreprise.
Le Gouvernement détermine les secteurs exclus en tenant compte de la réglementation européenne, des règles répartitrices de compétences et de sa politique économique.
§ 2. Le Gouvernement peut accorder des majorations d'aides si le bénéficiaire satisfait aux objectifs suivants :
1° en matière d'emploi :
a) l'occupation de personnes infra ou moyennement qualifiées ;
b) dans l'année qui précède la demande d'aide, le recrutement en contrat de durée indéterminée de demandeurs d'emploi inoccupés inscrits auprès d'Actiris ;
c) l'entreprise en expansion ;
d) l'entreprise engagée dans la formation en alternance ;
2° en matière de politique économique, l'entreprise :
a) inscrite depuis moins de quatre ans dans la Banque-Carrefour des Entreprises ;
b) agréée comme entreprise sociale ;
c) impliquée dans l'économie circulaire ;
d) appartenant à un secteur prioritaire ;
3° en matière de diversité, l'entreprise engagée dans un plan de diversité.
Les majorations ne portent pas sur les investissements d'acquisition de terrains et de bâtiments, à l'exception des majorations visées aux articles 6, alinéa 1er, et 24.
Le Gouvernement peut compléter la liste de majorations.
Le Gouvernement fixe l'intensité de chaque majoration et les critères pour y satisfaire.
§ 3. Le Gouvernement peut déterminer, par bénéficiaire, le montant maximal de chaque aide, ainsi que le nombre maximal et le montant total des aides octroyées pour une période déterminée.
Le Gouvernement peut également déterminer, pour chaque aide, le nombre maximal qui peut être octroyé annuellement.
§ 4. Le Gouvernement détermine la procédure et les délais pour l'instruction des dossiers de demande d'aide, ainsi que pour la liquidation de l'aide.
Art.31. Voor de steunmaatregelen bedoeld in de artikelen 3, 4, 18, 19 en 21, bepaalt de Regering ontvankelijkheidsvoorwaarden en toekenningscriteria.
Het Brussels Agentschap voor de Ondersteuning van het Bedrijfsleven verleent voor de ontvankelijke steunaanvragen, op basis van de toekenningscriteria, zijn niet-bindend advies. Het advies heeft betrekking op de relevantie en de kwaliteit van het voorgestelde project.
Het Brussels Agentschap voor de Ondersteuning van het Bedrijfsleven verleent voor de ontvankelijke steunaanvragen, op basis van de toekenningscriteria, zijn niet-bindend advies. Het advies heeft betrekking op de relevantie en de kwaliteit van het voorgestelde project.
Art.31. Pour les aides prévues aux articles 3, 4, 18, 19 et 21, le Gouvernement détermine les conditions d'éligibilité et les critères d'attribution.
L'Agence bruxelloise pour l'Accompagnement de l'Entreprise donne un avis non contraignant sur les demandes d'aide recevables, sur la base de critères d'attribution. L'avis porte sur la pertinence et la qualité du projet proposé.
L'Agence bruxelloise pour l'Accompagnement de l'Entreprise donne un avis non contraignant sur les demandes d'aide recevables, sur la base de critères d'attribution. L'avis porte sur la pertinence et la qualité du projet proposé.
Art.32. Voor de steunmaatregelen bedoeld in de artikelen 13, 14 en 15, kan de Regering voorwaarden bepalen betreffende de kwaliteit en de deskundigheid van de derden die de diensten leveren aan de begunstigde.
Art.32. Pour les aides prévues aux articles 13, 14 et 15, le Gouvernement peut déterminer les conditions relatives à la qualité et l'expertise des tiers qui fournissent des services au bénéficiaire.
Afdeling 2. - Algemene voorwaarden voor de toekenning en het behoud van de steun
Section 2. - Conditions générales d'octroi et de maintien des aides
Art.33. De begunstigde beschikt over een vestigingseenheid in het Gewest, oefent er een economische activiteit uit en beschikt er over menselijke middelen en goederen die specifiek voor hem bestemd zijn.
Het eerste lid is niet van toepassing op de natuurlijke personen die een project dragen als bedoeld in de artikelen 3, 4, 16 en 27. In die gevallen is de begunstigde gedomicilieerd in het Gewest en draagt hij een project om een onderneming op te richten of over te nemen op het grondgebied van het Gewest.
Het eerste lid is niet van toepassing op de natuurlijke personen die een project dragen als bedoeld in de artikelen 3, 4, 16 en 27. In die gevallen is de begunstigde gedomicilieerd in het Gewest en draagt hij een project om een onderneming op te richten of over te nemen op het grondgebied van het Gewest.
Art.33. Le bénéficiaire a une unité d'établissement sur le territoire de la Région, y exerce une activité économique et y dispose de moyens humains et de biens propres qui lui sont spécifiquement affectés.
L'alinéa 1er ne s'applique pas aux personnes physiques qui portent un projet visées aux articles 3, 4, 16 et 27. Dans ces cas, le bénéficiaire a son domicile dans la Région et porte un projet de création ou de reprise d'entreprise sur le territoire de la Région.
L'alinéa 1er ne s'applique pas aux personnes physiques qui portent un projet visées aux articles 3, 4, 16 et 27. Dans ces cas, le bénéficiaire a son domicile dans la Région et porte un projet de création ou de reprise d'entreprise sur le territoire de la Région.
Art.34. De begunstigde cumuleert geen steun voor dezelfde uitgaven.
Art.34. Le bénéficiaire ne cumule pas plusieurs aides pour une même dépense.
Art.35. Wat betreft de steun bedoeld in hoofdstuk III en artikel 24, leeft de begunstigde tijdens een periode van vijf jaar, ingaand vanaf de einddatum van de verwezenlijking van de investeringen die aanleiding hebben gegeven tot de toekenning van de steun, de volgende voorwaarden na :
1° een vestigingseenheid en de investering op het grondgebied van het Gewest behouden ;
2° de bestemming van de activa die het voorwerp uitmaken van de steun behouden ;
3° de activa gebruiken voor de voorziene doeleinden ;
4° de voorwaarden bepaald in deze ordonnantie en haar uitvoeringsbesluiten en volgens welke de steun werd verleend, naleven.
De periode bedoeld in het eerste lid bedraagt tien jaar voor de steun of de delen van steun die worden toegekend voor de verwerving of de bouw van een onroerend goed. De periode blijft echter vijf jaar indien de begunstigde het onroerend goed vervreemdt in het kader van een investering in onroerende goederen op het grondgebied van het Gewest met het oog op zijn uitbreiding.
De Regering kan de begunstigde toelaten om af te wijken van het eerste lid en de verouderde of defecte investeringen te vervangen, voor zover de begunstigde de economische activiteit tijdens de periode van vijf jaar op het grondgebied van het Gewest behoudt.
1° een vestigingseenheid en de investering op het grondgebied van het Gewest behouden ;
2° de bestemming van de activa die het voorwerp uitmaken van de steun behouden ;
3° de activa gebruiken voor de voorziene doeleinden ;
4° de voorwaarden bepaald in deze ordonnantie en haar uitvoeringsbesluiten en volgens welke de steun werd verleend, naleven.
De periode bedoeld in het eerste lid bedraagt tien jaar voor de steun of de delen van steun die worden toegekend voor de verwerving of de bouw van een onroerend goed. De periode blijft echter vijf jaar indien de begunstigde het onroerend goed vervreemdt in het kader van een investering in onroerende goederen op het grondgebied van het Gewest met het oog op zijn uitbreiding.
De Regering kan de begunstigde toelaten om af te wijken van het eerste lid en de verouderde of defecte investeringen te vervangen, voor zover de begunstigde de economische activiteit tijdens de periode van vijf jaar op het grondgebied van het Gewest behoudt.
Art.35. Concernant les aides prévues au chapitre III et à l'article 24, le bénéficiaire respecte durant une période de cinq ans, prenant cours à la date de fin de la réalisation des investissements ayant donné lieu à l'aide, les conditions suivantes :
1° maintenir une unité d'établissement et l'investissement sur le territoire de la Région ;
2° conserver l'affectation des actifs faisant l'objet de l'aide ;
3° utiliser les actifs aux fins prévues ;
4° respecter les conditions d'octroi prévues par la présente ordonnance et ses arrêtés d'exécution.
La période prévue à l'alinéa 1er est portée à dix ans pour l'aide ou les parties d'aide relatives à l'acquisition ou la construction d'un immeuble. La période de cinq ans reste d'application si le bénéficiaire aliène l'immeuble dans le cadre d'un investissement dans un bien immobilier sur le territoire de la Région en vue de son expansion.
Le Gouvernement peut permettre au bénéficiaire de déroger à l'alinéa 1er et de remplacer les investissements obsolètes ou endommagés, à condition que le bénéficiaire maintienne son activité économique sur le territoire de la Région durant une période de cinq ans.
1° maintenir une unité d'établissement et l'investissement sur le territoire de la Région ;
2° conserver l'affectation des actifs faisant l'objet de l'aide ;
3° utiliser les actifs aux fins prévues ;
4° respecter les conditions d'octroi prévues par la présente ordonnance et ses arrêtés d'exécution.
La période prévue à l'alinéa 1er est portée à dix ans pour l'aide ou les parties d'aide relatives à l'acquisition ou la construction d'un immeuble. La période de cinq ans reste d'application si le bénéficiaire aliène l'immeuble dans le cadre d'un investissement dans un bien immobilier sur le territoire de la Région en vue de son expansion.
Le Gouvernement peut permettre au bénéficiaire de déroger à l'alinéa 1er et de remplacer les investissements obsolètes ou endommagés, à condition que le bénéficiaire maintienne son activité économique sur le territoire de la Région durant une période de cinq ans.
Art.36. Wat betreft de steun bedoeld in de hoofdstukken IV, V en VIII en de artikelen 25 en 26, behoudt de begunstigde tijdens een periode van drie jaar, ingaand vanaf de datum van de toekenning van de steun, een vestigingseenheid en de economische activiteit op het grondgebied van het Gewest.
Het eerste lid is niet van toepassing op de natuurlijke personen die een project dragen als bedoeld in artikel 16.
Het eerste lid is niet van toepassing op de natuurlijke personen die een project dragen als bedoeld in artikel 16.
Art.36. Concernant les aides prévues aux chapitres IV, V et VIII et aux articles 25 et 26, le bénéficiaire maintient une unité d'établissement et son activité économique sur le territoire de la Région durant une période de trois ans à compter de la date d'octroi de l'aide.
L'alinéa 1er ne s'applique pas aux personnes physiques qui portent un projet visées à l'article 16.
L'alinéa 1er ne s'applique pas aux personnes physiques qui portent un projet visées à l'article 16.
Afdeling 3. - Voorwaarden in verband met het tewerkstellings-, sociaal en diversiteitsbeleid
Section 3. - Conditions en lien avec les politiques d'emploi, sociale et de diversité
Art.37. De begunstigde die in het kader van eenzelfde dossier steun ontvangt voor een bedrag dat hoger is dan het door de Regering vast te stellen bedrag, sluit een samenwerkingsovereenkomst met Actiris, waarin hij zich ertoe verbindt alle werkaanbiedingen die extern worden bekendgemaakt en waarvan de plaats van tewerkstelling het Gewest is, door te geven aan Actiris.
De begunstigde die steun van minder dan het op grond van het eerste lid bepaalde bedrag ontvangt, wordt op de hoogte gebracht van de diensten geleverd door Actiris.
De begunstigde die steun van minder dan het op grond van het eerste lid bepaalde bedrag ontvangt, wordt op de hoogte gebracht van de diensten geleverd door Actiris.
Art.37. Le bénéficiaire qui reçoit dans le cadre d'un même dossier une aide supérieure au montant fixé par le Gouvernement, conclut une convention de collaboration avec Actiris dans laquelle il s'engage à communiquer à Actiris tous les postes vacants publiés à l'extérieur et pour lesquels le lieu de travail se situe dans la Région.
Le bénéficiaire qui reçoit une aide inférieure au montant déterminé en vertu de l'alinéa 1er est informé des services rendus par Actiris.
Le bénéficiaire qui reçoit une aide inférieure au montant déterminé en vertu de l'alinéa 1er est informé des services rendus par Actiris.
Art.38. Indien de begunstigde over een ondernemingsraad beschikt, legt hij overeenkomstig artikel 15, a), van de wet van 20 september 1948 houdende organisatie van het bedrijfsleven de volgende steunaanvragen voor advies voor aan de ondernemingsraad :
1° die voor algemene investeringen bedoeld in artikel 5, indien de in aanmerking komende kosten 500.000 euro of meer bedragen ;
2° die voor industriële omschakeling bedoeld in artikel 21.
1° die voor algemene investeringen bedoeld in artikel 5, indien de in aanmerking komende kosten 500.000 euro of meer bedragen ;
2° die voor industriële omschakeling bedoeld in artikel 21.
Art.38. Si le bénéficiaire dispose d'un conseil d'entreprise, il soumet, conformément à l'article 15, a), de la loi du 20 septembre 1948 portant organisation de l'économie, les demandes d'aides suivantes pour avis au conseil d'entreprise :
1° celles pour les investissements généraux prévus à l'article 5, si les coûts éligibles sont de 500.000 euros ou plus ;
2° celles pour la reconversion industrielle visée à l'article 21.
1° celles pour les investissements généraux prévus à l'article 5, si les coûts éligibles sont de 500.000 euros ou plus ;
2° celles pour la reconversion industrielle visée à l'article 21.
Art.39. De begunstigde bij wie meer dan honderd personen werkzaam zijn, beschikt over een goedgekeurd diversiteitsplan of een diversiteitslabel als bedoeld in respectievelijk de hoofdstukken II en III van het besluit van de Brusselse Hoofdstedelijke Regering van 7 mei 2009 betreffende de diversiteitsplannen en het diversiteitslabel, of over een getuigschrift van Actiris dat een dergelijk plan in uitwerking of in consolidatie is.
In het geval van een diversiteitsplan in uitwerking, dient de begunstigde het plan in ter goedkeuring binnen de door de Regering bepaalde termijn.
In het geval van een diversiteitsplan in uitwerking, dient de begunstigde het plan in ter goedkeuring binnen de door de Regering bepaalde termijn.
Art.39. Le bénéficiaire qui occupe plus de cent personnes dispose d'un plan de diversité ou d'un label de diversité approuvé, visés respectivement aux chapitres II et III de l'arrêté du Gouvernement de la Région de Bruxelles-Capitale du 7 mai 2009 relatif aux plans de diversité et au label de diversité, ou d'une attestation d'Actiris reconnaissant qu'un tel plan est en cours d'élaboration ou de consolidation.
Dans le cas d'un plan de diversité en cours d'élaboration, le bénéficiaire soumet le plan pour approbation dans le délai déterminé par le Gouvernement.
Dans le cas d'un plan de diversité en cours d'élaboration, le bénéficiaire soumet le plan pour approbation dans le délai déterminé par le Gouvernement.
Art.40. De begunstigde leeft tijdens de periodes bedoeld in de artikelen 35 en 36, naar gelang het geval, alle toepasselijke verplichtingen op het gebied van het milieu- sociaal en arbeidsrecht na, tenzij de steun bedoeld is om die normen te kunnen naleven.
Art.40. Le bénéficiaire respecte durant les périodes visées aux articles 35 et 36, selon le cas, toutes les obligations applicables dans les domaines du droit environnemental, social et du travail, à moins que l'aide doive lui permettre de se conformer à ces normes.
Afdeling 4. - Uitsluitingsgevallen
Section 4. - Cas d'exclusion
Art.41. Wordt uitgesloten van het genot van steun, de begunstigde die :
1° het voorwerp uitmaakte van een strafrechtelijke veroordeling, uitgesproken door een rechterlijke beslissing met kracht van gewijsde, voor een van de volgende misdrijven :
a) deelname aan een criminele organisatie ;
b) terroristische misdrijven of strafbare feiten in verband met terroristische activiteiten, dan wel uitlokking van, medeplichtigheid aan of poging tot het plegen van een dergelijk misdrijf of strafbaar feit ;
c) witwassen van geld en financiering van terrorisme ;
d) kinderarbeid en andere vormen van mensenhandel ;
2° het voorwerp heeft uitgemaakt van een strafrechtelijke veroordeling uitgesproken door een rechterlijke beslissing met kracht van gewijsde, binnen de vijf jaar ervan, wegens tekortkoming aan de nationale en internationale verplichtingen niet opgenomen onder 1° op het gebied van het milieu-, sociaal, fiscaal en arbeidsrecht ;
3° in staat van faillissement of van vereffening verkeert, zijn werkzaamheden heeft gestaakt, een gerechtelijke reorganisatie ondergaat, of aangifte heeft gedaan van zijn faillissement, voor hem een procedure van vereffening of gerechtelijke reorganisatie aanhangig is, of hij in een vergelijkbare toestand verkeert ingevolge een soortgelijke procedure die bestaat in andere nationale reglementeringen ;
4° onder zijn bestuurders, zaakvoerders, lasthebbers of personen gemachtigd om de begunstigde te verbinden, natuurlijke of rechtspersonen telt die, in de loop van de afgelopen tien jaar, in een gelijkaardige functie betrokken zijn geweest bij vier faillissementen, vereffeningen of gelijkaardige verrichtingen ;
5° opzettelijk onjuiste inlichtingen verstrekt, gedurende drie jaar vanaf de kennisgeving van de beslissing tot toekenning of weigering van de steun ;
6° zich in een van de gevallen bevindt als bedoeld in artikel 3, § 1, eerste lid, van de ordonnantie van 8 oktober 2015 houdende algemene regels betreffende de inhouding, de terugvordering en de niet-vereffening van subsidies op het vlak van werkgelegenheid en economie, zolang hij de subsidies als bedoeld in voornoemde ordonnantie niet terugbetaalt overeenkomstig de regels bedoeld in haar artikel 4 ;
7° de artikelen 37, 38 en 39 niet naleeft, zolang hij zich er niet naar voegt.
De Regering kan de in het eerste lid, 1° en 2°, bedoelde misdrijven nader omschrijven.
1° het voorwerp uitmaakte van een strafrechtelijke veroordeling, uitgesproken door een rechterlijke beslissing met kracht van gewijsde, voor een van de volgende misdrijven :
a) deelname aan een criminele organisatie ;
b) terroristische misdrijven of strafbare feiten in verband met terroristische activiteiten, dan wel uitlokking van, medeplichtigheid aan of poging tot het plegen van een dergelijk misdrijf of strafbaar feit ;
c) witwassen van geld en financiering van terrorisme ;
d) kinderarbeid en andere vormen van mensenhandel ;
2° het voorwerp heeft uitgemaakt van een strafrechtelijke veroordeling uitgesproken door een rechterlijke beslissing met kracht van gewijsde, binnen de vijf jaar ervan, wegens tekortkoming aan de nationale en internationale verplichtingen niet opgenomen onder 1° op het gebied van het milieu-, sociaal, fiscaal en arbeidsrecht ;
3° in staat van faillissement of van vereffening verkeert, zijn werkzaamheden heeft gestaakt, een gerechtelijke reorganisatie ondergaat, of aangifte heeft gedaan van zijn faillissement, voor hem een procedure van vereffening of gerechtelijke reorganisatie aanhangig is, of hij in een vergelijkbare toestand verkeert ingevolge een soortgelijke procedure die bestaat in andere nationale reglementeringen ;
4° onder zijn bestuurders, zaakvoerders, lasthebbers of personen gemachtigd om de begunstigde te verbinden, natuurlijke of rechtspersonen telt die, in de loop van de afgelopen tien jaar, in een gelijkaardige functie betrokken zijn geweest bij vier faillissementen, vereffeningen of gelijkaardige verrichtingen ;
5° opzettelijk onjuiste inlichtingen verstrekt, gedurende drie jaar vanaf de kennisgeving van de beslissing tot toekenning of weigering van de steun ;
6° zich in een van de gevallen bevindt als bedoeld in artikel 3, § 1, eerste lid, van de ordonnantie van 8 oktober 2015 houdende algemene regels betreffende de inhouding, de terugvordering en de niet-vereffening van subsidies op het vlak van werkgelegenheid en economie, zolang hij de subsidies als bedoeld in voornoemde ordonnantie niet terugbetaalt overeenkomstig de regels bedoeld in haar artikel 4 ;
7° de artikelen 37, 38 en 39 niet naleeft, zolang hij zich er niet naar voegt.
De Regering kan de in het eerste lid, 1° en 2°, bedoelde misdrijven nader omschrijven.
Art.41. Est exclu du bénéfice de l'aide, le bénéficiaire qui :
1° a fait l'objet d'une condamnation pénale prononcée par une décision judiciaire ayant force de chose jugée pour l'une des infractions suivantes :
a) participation à une organisation criminelle ;
b) infractions terroristes, infractions liées aux activités terroristes ou incitation à commettre une telle infraction, complicité ou tentative d'une telle infraction ;
c) blanchiment de capitaux ou financement du terrorisme ;
d) travail des enfants et autres formes de traite des êtres humains ;
2° a fait l'objet d'une condamnation pénale prononcée par une décision judiciaire ayant force de chose jugée, dans les cinq ans de celle-ci, pour manquements aux obligations nationales et internationales non reprises au 1° dans les domaines du droit environnemental, social, fiscal et du travail ;
3° est en état de faillite, de liquidation, de cessation d'activités, de réorganisation judiciaire ou a fait l'aveu de sa faillite ou fait l'objet d'une procédure de liquidation ou de réorganisation judiciaire, ou dans toute situation analogue résultant d'une procédure de même nature existant dans d'autres réglementations nationales ;
4° compte parmi ses administrateurs, gérants, mandataires ou personnes ayant le pouvoir d'engager le bénéficiaire, des personnes physiques ou morales qui, dans les dix années écoulées, ont été impliquées, dans une fonction similaire, dans quatre faillites, liquidations ou opérations similaires ;
5° fournit intentionnellement des informations erronées, pour une durée de trois ans à dater de la notification de la décision d'octroi ou de refus de l'aide ;
6° se trouve dans un des cas visés à l'article 3, § 1er, alinéa 1er, de l'ordonnance du 8 octobre 2015 portant des règles générales relatives à la rétention, au recouvrement et à la non-liquidation des subventions en matière d'emploi et d'économie, et ce, aussi longtemps qu'il ne restitue pas les subventions visées par ladite ordonnance conformément aux règles visées par son article 4 ;
7° ne respecte pas les articles 37, 38 et 39, et ce, aussi longtemps qu'il ne s'y conforme pas.
Le Gouvernement peut préciser les infractions visées à l'alinéa 1er, 1° et 2°, de manière plus détaillée.
1° a fait l'objet d'une condamnation pénale prononcée par une décision judiciaire ayant force de chose jugée pour l'une des infractions suivantes :
a) participation à une organisation criminelle ;
b) infractions terroristes, infractions liées aux activités terroristes ou incitation à commettre une telle infraction, complicité ou tentative d'une telle infraction ;
c) blanchiment de capitaux ou financement du terrorisme ;
d) travail des enfants et autres formes de traite des êtres humains ;
2° a fait l'objet d'une condamnation pénale prononcée par une décision judiciaire ayant force de chose jugée, dans les cinq ans de celle-ci, pour manquements aux obligations nationales et internationales non reprises au 1° dans les domaines du droit environnemental, social, fiscal et du travail ;
3° est en état de faillite, de liquidation, de cessation d'activités, de réorganisation judiciaire ou a fait l'aveu de sa faillite ou fait l'objet d'une procédure de liquidation ou de réorganisation judiciaire, ou dans toute situation analogue résultant d'une procédure de même nature existant dans d'autres réglementations nationales ;
4° compte parmi ses administrateurs, gérants, mandataires ou personnes ayant le pouvoir d'engager le bénéficiaire, des personnes physiques ou morales qui, dans les dix années écoulées, ont été impliquées, dans une fonction similaire, dans quatre faillites, liquidations ou opérations similaires ;
5° fournit intentionnellement des informations erronées, pour une durée de trois ans à dater de la notification de la décision d'octroi ou de refus de l'aide ;
6° se trouve dans un des cas visés à l'article 3, § 1er, alinéa 1er, de l'ordonnance du 8 octobre 2015 portant des règles générales relatives à la rétention, au recouvrement et à la non-liquidation des subventions en matière d'emploi et d'économie, et ce, aussi longtemps qu'il ne restitue pas les subventions visées par ladite ordonnance conformément aux règles visées par son article 4 ;
7° ne respecte pas les articles 37, 38 et 39, et ce, aussi longtemps qu'il ne s'y conforme pas.
Le Gouvernement peut préciser les infractions visées à l'alinéa 1er, 1° et 2°, de manière plus détaillée.
HOOFDSTUK X. - Het toezicht op en de terugbetaling van de steun
CHAPITRE X. - Le contrôle et la restitution des aides
Art.42. De door de Regering aangewezen ambtenaren controleren de uitvoering van deze ordonnantie en haar uitvoeringsmaatregelen, en houden toezicht op de naleving ervan.
Bij de uitoefening van hun opdrachten maken de door de Regering aangewezen ambtenaren zich kenbaar aan de hand van een legitimatiekaart waarvan de inhoud en de vorm door de Regering wordt bepaald.
Bij de uitoefening van hun opdrachten maken de door de Regering aangewezen ambtenaren zich kenbaar aan de hand van een legitimatiekaart waarvan de inhoud en de vorm door de Regering wordt bepaald.
Art.42. Les fonctionnaires désignés par le Gouvernement contrôlent l'application de la présente ordonnance et de ses mesures d'exécution, et surveillent le respect de celles-ci.
Dans l'exercice de leur fonction, les fonctionnaires désignés par le Gouvernement se font connaître à l'aide d'une carte de légitimation dont le contenu et la forme sont arrêtés par le Gouvernement.
Dans l'exercice de leur fonction, les fonctionnaires désignés par le Gouvernement se font connaître à l'aide d'une carte de légitimation dont le contenu et la forme sont arrêtés par le Gouvernement.
Art.43. Met het oog op het opsporen en vaststellen van de inbreuken op deze ordonnantie en haar uitvoeringsmaatregelen hebben de in artikel 42 bedoelde ambtenaren de volgende bevoegdheden :
1° zich tijdens de gewone openings- of werkuren toegang verschaffen tot of zich toegang laten verschaffen tot alle plaatsen waarvan zij op redelijke gronden van oordeel zijn dat de betreding ervan voor het vervullen van hun taak noodzakelijk is, tenzij het bewoonde lokalen betreft, die niettemin kunnen worden betreden na de voorafgaande en schriftelijke toestemming van de bewoner ;
2° alle nuttige vaststellingen doen, alle onderzoeken, controles en opsporingen uitvoeren en alle informatie verzamelen die zij noodzakelijk achten voor het verzekeren van een daadwerkelijke naleving van de bepalingen van deze ordonnantie en haar uitvoeringsmaatregelen ;
3° elke persoon ondervragen over elk feit waarvan de kennis ervan nuttig is voor de opsporing of de vaststelling ;
4° zich alle inlichtingen, documenten, stukken, boeken, bescheiden, gegevensbestanden en geïnformatiseerde dragers van gegevens laten verstrekken die zij tot het volbrengen van hun taken nodig achten en hiervan gratis afschrift nemen, of ze gratis meenemen tegen afgifte van een ontvangstbewijs ;
5° vaststellingen doen door middel van het maken van beeld- en geluidsmateriaal, ongeacht de drager ervan, en eveneens beeldmateriaal van derden gebruiken, voor zover deze personen dit materiaal rechtmatig hebben gemaakt of verkregen.
1° zich tijdens de gewone openings- of werkuren toegang verschaffen tot of zich toegang laten verschaffen tot alle plaatsen waarvan zij op redelijke gronden van oordeel zijn dat de betreding ervan voor het vervullen van hun taak noodzakelijk is, tenzij het bewoonde lokalen betreft, die niettemin kunnen worden betreden na de voorafgaande en schriftelijke toestemming van de bewoner ;
2° alle nuttige vaststellingen doen, alle onderzoeken, controles en opsporingen uitvoeren en alle informatie verzamelen die zij noodzakelijk achten voor het verzekeren van een daadwerkelijke naleving van de bepalingen van deze ordonnantie en haar uitvoeringsmaatregelen ;
3° elke persoon ondervragen over elk feit waarvan de kennis ervan nuttig is voor de opsporing of de vaststelling ;
4° zich alle inlichtingen, documenten, stukken, boeken, bescheiden, gegevensbestanden en geïnformatiseerde dragers van gegevens laten verstrekken die zij tot het volbrengen van hun taken nodig achten en hiervan gratis afschrift nemen, of ze gratis meenemen tegen afgifte van een ontvangstbewijs ;
5° vaststellingen doen door middel van het maken van beeld- en geluidsmateriaal, ongeacht de drager ervan, en eveneens beeldmateriaal van derden gebruiken, voor zover deze personen dit materiaal rechtmatig hebben gemaakt of verkregen.
Art.43. En vue de la recherche et de la constatation des infractions à la présente ordonnance et à ses arrêtés d'exécution, les fonctionnaires visés à l'article 42 disposent des pouvoirs suivants :
1° pénétrer ou accéder, pendant les heures d'ouverture ou de travail habituelles, dans ou à des lieux dans lesquels, sur la base de motifs raisonnables, ils estiment nécessaire de pénétrer pour l'accomplissement de leur tâche, sauf si cela concerne des locaux habités auxquels ils ne pourront accéder qu'avec l'autorisation préalable et écrite de l'occupant ;
2° faire toutes les constatations utiles, procéder à tous examens, contrôles, recherches et recueillir toutes informations qu'ils estiment nécessaires pour s'assurer que les dispositions de la présente ordonnance et de ses arrêtés d'exécution sont respectées ;
3° interroger toute personne sur tout fait dont la connaissance est utile à la recherche ou la constatation ;
4° se faire produire tous renseignements, documents, pièces, livres, dossiers, bases de données et supports informatisés de données qu'ils estiment nécessaires à l'accomplissement de leurs tâches, et en prendre gratuitement copie ou les emporter gratuitement contre remise d'un récépissé ;
5° procéder à des constatations par la réalisation d'images ou enregistrements sonores, quel qu'en soit le support, et utiliser des images provenant de tiers, pour autant que ces personnes aient fait ou obtenu ces images de façon légitime.
1° pénétrer ou accéder, pendant les heures d'ouverture ou de travail habituelles, dans ou à des lieux dans lesquels, sur la base de motifs raisonnables, ils estiment nécessaire de pénétrer pour l'accomplissement de leur tâche, sauf si cela concerne des locaux habités auxquels ils ne pourront accéder qu'avec l'autorisation préalable et écrite de l'occupant ;
2° faire toutes les constatations utiles, procéder à tous examens, contrôles, recherches et recueillir toutes informations qu'ils estiment nécessaires pour s'assurer que les dispositions de la présente ordonnance et de ses arrêtés d'exécution sont respectées ;
3° interroger toute personne sur tout fait dont la connaissance est utile à la recherche ou la constatation ;
4° se faire produire tous renseignements, documents, pièces, livres, dossiers, bases de données et supports informatisés de données qu'ils estiment nécessaires à l'accomplissement de leurs tâches, et en prendre gratuitement copie ou les emporter gratuitement contre remise d'un récépissé ;
5° procéder à des constatations par la réalisation d'images ou enregistrements sonores, quel qu'en soit le support, et utiliser des images provenant de tiers, pour autant que ces personnes aient fait ou obtenu ces images de façon légitime.
Art.44. De bepalingen van de ordonnantie van 8 oktober 2015 houdende algemene regels betreffende de inhouding, de terugvordering en de niet-vereffening van subsidies op het vlak van werkgelegenheid en economie zijn van toepassing op de steun geregeld door deze ordonnantie.
Art.44. Les dispositions de l'ordonnance du 8 octobre 2015 portant des règles générales relatives à la rétention, au recouvrement et à la non-liquidation des subventions en matière d'emploi et d'économie s'appliquent aux aides régies par la présente ordonnance.
Art.45. De Regering bepaalt, afhankelijk van de duur of de aard van de inbreuk, de gevallen waarin de begunstigde slechts een deel van de steun terugbetaalt.
In elk geval wordt de steun volledig terugbetaald in de gevallen bedoeld in artikel 3, § 1, eerste lid, 1°, a), d), f) en g), van de ordonnantie van 8 oktober 2015 houdende algemene regels betreffende de inhouding, de terugvordering en de niet-vereffening van subsidies op het vlak van werkgelegenheid en economie.
In elk geval wordt de steun volledig terugbetaald in de gevallen bedoeld in artikel 3, § 1, eerste lid, 1°, a), d), f) en g), van de ordonnantie van 8 oktober 2015 houdende algemene regels betreffende de inhouding, de terugvordering en de niet-vereffening van subsidies op het vlak van werkgelegenheid en economie.
Art.45. Le Gouvernement détermine, en fonction de la durée ou de la nature de l'infraction, les cas dans lesquels le bénéficiaire ne rembourse qu'une partie de l'aide.
En tous cas, l'aide est entièrement remboursée dans les cas visés à l'article 3, § 1er, alinéa 1er, 1°, a), d), f) et g), de l'ordonnance du 8 octobre 2015 portant des règles générales relatives à la rétention, au recouvrement et à la non-liquidation des subventions en matière d'emploi et d'économie.
En tous cas, l'aide est entièrement remboursée dans les cas visés à l'article 3, § 1er, alinéa 1er, 1°, a), d), f) et g), de l'ordonnance du 8 octobre 2015 portant des règles générales relatives à la rétention, au recouvrement et à la non-liquidation des subventions en matière d'emploi et d'économie.
HOOFDSTUK XI. - Advies en evaluatie
CHAPITRE XI. - Avis et évaluation
Art.46. De Regering legt de ontwerpen van reglementaire uitvoeringsbesluiten van deze ordonnantie voor aan de Economische en Sociale Raad voor het Brussels Hoofdstedelijk Gewest voor advies.
Art.46. Le Gouvernement soumet pour avis les projets d'arrêtés d'exécution réglementaires de la présente ordonnance au Conseil économique et social de la Région de Bruxelles-Capitale.
Art.47. De Regering bezorgt jaarlijks aan het Parlement van het Brussels Hoofdstedelijk Gewest en aan de Economische en Sociale Raad voor het Brussels Hoofdstedelijk Gewest een activiteitenverslag over de toepassing van deze ordonnantie tijdens het vorige kalenderjaar.
De Regering stelt eveneens het verslag ter beschikking van het publiek.
Het verslag bevat met name een statistische uiteenzetting met betrekking tot :
1° de ingediende steunaanvragen en de toekenningsbeslissingen per steunmaatregel ;
2° de verdeling volgens de ligging, de grootte en de activiteitensector van de begunstigden ;
3° de toegekende steunverhogingen ;
4° de uitgevoerde controles.
De Regering voegt om de twee jaar bij het verslag een samenvatting van :
1° de ontwikkeling van de begunstigden en hun bijdrage aan de gewestelijke economie ;
2° de punten van vooruitgang en obstakels bij de uitvoering van deze ordonnantie en haar uitvoeringsbesluiten ;
3° eventuele evoluties in de Europese regelgeving inzake staatssteun ;
4° de te ondernemen acties op grond van de lessen getrokken uit de voorbije periode.
De Regering stelt eveneens het verslag ter beschikking van het publiek.
Het verslag bevat met name een statistische uiteenzetting met betrekking tot :
1° de ingediende steunaanvragen en de toekenningsbeslissingen per steunmaatregel ;
2° de verdeling volgens de ligging, de grootte en de activiteitensector van de begunstigden ;
3° de toegekende steunverhogingen ;
4° de uitgevoerde controles.
De Regering voegt om de twee jaar bij het verslag een samenvatting van :
1° de ontwikkeling van de begunstigden en hun bijdrage aan de gewestelijke economie ;
2° de punten van vooruitgang en obstakels bij de uitvoering van deze ordonnantie en haar uitvoeringsbesluiten ;
3° eventuele evoluties in de Europese regelgeving inzake staatssteun ;
4° de te ondernemen acties op grond van de lessen getrokken uit de voorbije periode.
Art.47. Le Gouvernement communique annuellement au Parlement de la Région de Bruxelles-Capitale et au Conseil économique et social de la Région de Bruxelles-Capitale, un rapport d'activités relatif à l'application de la présente ordonnance au cours de l'année civile précédente.
Le Gouvernement met également le rapport à la disposition du public.
Le rapport comporte notamment une présentation statistique relative :
1° aux demandes d'aides introduites et aux décisions d'octroi par type d'aide ;
2° à la répartition en fonction du lieu d'implantation, de la taille et du secteur d'activité ;
3° aux majorations d'aide octroyées ;
4° aux contrôles menés.
Le Gouvernement joint tous les deux ans au rapport une synthèse :
1° du développement des bénéficiaires et leur contribution à l'économie régionale ;
2° des progrès et des obstacles rencontrés dans la mise en oeuvre de la présente ordonnance et de ses arrêtés d'exécution ;
3° des éventuelles évolutions de la réglementation européenne en matière d'aides d'Etat ;
4° des actions à entreprendre sur la base des enseignements de la période écoulée.
Le Gouvernement met également le rapport à la disposition du public.
Le rapport comporte notamment une présentation statistique relative :
1° aux demandes d'aides introduites et aux décisions d'octroi par type d'aide ;
2° à la répartition en fonction du lieu d'implantation, de la taille et du secteur d'activité ;
3° aux majorations d'aide octroyées ;
4° aux contrôles menés.
Le Gouvernement joint tous les deux ans au rapport une synthèse :
1° du développement des bénéficiaires et leur contribution à l'économie régionale ;
2° des progrès et des obstacles rencontrés dans la mise en oeuvre de la présente ordonnance et de ses arrêtés d'exécution ;
3° des éventuelles évolutions de la réglementation européenne en matière d'aides d'Etat ;
4° des actions à entreprendre sur la base des enseignements de la période écoulée.
HOOFDSTUK XII. - Slotbepalingen
CHAPITRE XII. - Dispositions finales
Art.48. De organieke ordonnantie van 13 december 2007 betreffende de steun ter bevordering van de economische expansie, gewijzigd door de ordonnanties van 30 januari 2014 en 8 oktober 2015, wordt opgeheven.
De ordonnantie bedoeld in het eerste lid blijft echter van toepassing op de steun die werd verleend [1 op grond van die ordonnantie.]1
De ordonnantie bedoeld in het eerste lid blijft echter van toepassing op de steun die werd verleend [1 op grond van die ordonnantie.]1
Modifications
Art.48. L'ordonnance organique du 13 décembre 2007 relative aux aides pour la promotion de l'expansion économique, modifiée par les ordonnances du 30 janvier 2014 et du 8 octobre 2015, est abrogée.
L'ordonnance visée à l'alinéa 1er reste applicable à l'aide accordée [1 sur la base de cette ordonnance.]1
L'ordonnance visée à l'alinéa 1er reste applicable à l'aide accordée [1 sur la base de cette ordonnance.]1
Modifications
Art. 49. De Regering stelt de datum van inwerkingtreding van de bepalingen van deze ordonnantie vast.
(NOTA : Inwerkingtreding van artikel 9 vastgesteld op 01-12-2018 door BESL 2018-10-11/10, art. 16)
(NOTA : Inwerkingtreding vastgesteld op 01-12-2018 door BESL 2018-10-11/09, art. 3)
(NOTA : Inwerkingtreding van artikelen 1, 2, 29-41, 42-45, 46-47 en 49 vastgesteld op 01-12-2018 door BESL 2018-10-11/17, art. 10)
(NOTA : Inwerkingtreding van artikelen 5-8 en 24 vastgesteld op 01-12-2018 door BESL 2018-10-11/12, art. 37)
(NOTA : Inwerkingtreding van artikel 23 vastgesteld op 01-12-2018 door BESL 2018-10-11/09, art. 3)
(NOTA : Inwerkingtreding van artikel 25 vastgesteld op 15-05-2019 door BESL 2019-01-31/08, art. 12)
(NOTA : Inwerkingtreding van artikel 16 vastgesteld op 25-03-2019 door BESL 2019-01-31/07, art. 16)
(NOTA : Inwerkingtreding van artikelen 10 tot en met 12 vastgesteld op 25-03-2019 door BESL 2019-01-24/04, art. 30)
(NOTA : Inwerkingtreding van artikelen 3; 4 vastgesteld op 25-03-2019 door BESL 2019-01-24/03, art. 24)
(NOTA : Inwerkingtreding van artikel 15 vastgesteld op 25-03-2019 door BESL 2019-01-24/02, art. 18)
(NOTA : Inwerkingtreding van artikelen 1 ; 2 ; 29-41 ; 42-45 ; 46-47 ; 49 vastgesteld op 01-12-2018 door BESL 2018-10-11/11, art. 10)
(NOTA : Inwerkingtreding van artikelen 18 tot 20 vastgesteld op 15-05-2019 door BESL 2019-04-04/49, art. 18)
(NOTA : Inwerkingtreding van artikel 17 vastgesteld op 15-03-2019 door BESL 2019-03-28/07, art. 14)
(NOTA : Inwerkingtreding van artikel 22 vastgesteld op 15-05-2019 door BESL 2019-05-09/13, art. 13)
(NOTA : Inwerkingtreding van artikel 26 vastgesteld op 17-07-2019 door BESL 2019-06-27/02, art. 9)
(NOTA : Inwerkingtreding van artikel 21 vastgesteld op 16-09-2019 door BESL 2019-07-04/17, art. 16)
(NOTA : Inwerkingtreding van artikel 9 vastgesteld op 01-12-2018 door BESL 2018-10-11/10, art. 16)
(NOTA : Inwerkingtreding vastgesteld op 01-12-2018 door BESL 2018-10-11/09, art. 3)
(NOTA : Inwerkingtreding van artikelen 1, 2, 29-41, 42-45, 46-47 en 49 vastgesteld op 01-12-2018 door BESL 2018-10-11/17, art. 10)
(NOTA : Inwerkingtreding van artikelen 5-8 en 24 vastgesteld op 01-12-2018 door BESL 2018-10-11/12, art. 37)
(NOTA : Inwerkingtreding van artikel 23 vastgesteld op 01-12-2018 door BESL 2018-10-11/09, art. 3)
(NOTA : Inwerkingtreding van artikel 25 vastgesteld op 15-05-2019 door BESL 2019-01-31/08, art. 12)
(NOTA : Inwerkingtreding van artikel 16 vastgesteld op 25-03-2019 door BESL 2019-01-31/07, art. 16)
(NOTA : Inwerkingtreding van artikelen 10 tot en met 12 vastgesteld op 25-03-2019 door BESL 2019-01-24/04, art. 30)
(NOTA : Inwerkingtreding van artikelen 3; 4 vastgesteld op 25-03-2019 door BESL 2019-01-24/03, art. 24)
(NOTA : Inwerkingtreding van artikel 15 vastgesteld op 25-03-2019 door BESL 2019-01-24/02, art. 18)
(NOTA : Inwerkingtreding van artikelen 1 ; 2 ; 29-41 ; 42-45 ; 46-47 ; 49 vastgesteld op 01-12-2018 door BESL 2018-10-11/11, art. 10)
(NOTA : Inwerkingtreding van artikelen 18 tot 20 vastgesteld op 15-05-2019 door BESL 2019-04-04/49, art. 18)
(NOTA : Inwerkingtreding van artikel 17 vastgesteld op 15-03-2019 door BESL 2019-03-28/07, art. 14)
(NOTA : Inwerkingtreding van artikel 22 vastgesteld op 15-05-2019 door BESL 2019-05-09/13, art. 13)
(NOTA : Inwerkingtreding van artikel 26 vastgesteld op 17-07-2019 door BESL 2019-06-27/02, art. 9)
(NOTA : Inwerkingtreding van artikel 21 vastgesteld op 16-09-2019 door BESL 2019-07-04/17, art. 16)
Art. 49. Le Gouvernement fixe la date d'entrée en vigueur des dispositions de la présente ordonnance.
(NOTE : Entrée en vigueur de l'article 9 fixée au 01-12-2018 par ARR 2018-10-11/10, art. 16)
(NOTE : Entrée en vigueur fixée au 01-12-2018 par ARR 2018-10-11/09, art. 3)
(NOTE : Entrée en vigueur des articles 1, 2, 29-41, 42-45, 46-47 et 49 fixée au 01-12-2018 par ARR 2018-10-11/17, art. 10)
(NOTE : Entrée en vigueur des articles 5-8 et 24 fixée au 01-12-2018 par ARR 2018-10-11/12, art. 37)
(NOTE : Entrée en vigueur de l'article 23 fixée au 01-12-2018 par ARR 2018-10-11/09, art. 3)
(NOTE : Entrée en vigueur de l'article 25 fixée au 15-05-2019 par ARR 2019-01-31/08, art. 12)
(NOTE : Entrée en vigueur de l'article 16 fixée au 25-03-2019 par ARR 2019-01-31/07, art. 16)
(NOTE : Entrée en vigueur des articles 10 à 12 fixée au 25-03-2019 par ARR 2019-01-24/04, art. 30)
(NOTE : Entrée en vigueur des articles 3; 4 fixée au 25-03-2019 par ARR 2019-01-24/03, art. 24)
(NOTE : Entrée en vigueur de l'article 15 fixée au 25-03-2019 par ARR 2019-01-24/02, art. 18)
(NOTE : Entrée en vigueur des articles 1 ; 2 ; 29-41 ; 42-45 ; 46-47 ; 49 fixée au 01-12-2018 par ARR 2018-10-11/11, art. 10)
(NOTE : Entrée en vigueur des articles 18 à 20 fixée au 15-05-2019 par ARR 2019-04-04/49, art. 18)
(NOTE : Entrée en vigueur de l'article 17 fixée au 15-03-2019 par ARR 2019-03-28/07, art. 14)
(NOTE : Entrée en vigueur de l'article 22 fixée au 15-05-2019 par ARR 2019-05-09/13, art. 13)
(NOTE : Entrée en vigueur de l'article 26 fixée au 16-09-2019 par ARR 2019-06-09/27, art. 9)
(NOTE : Entrée en vigueur de l'article 21 fixée au 16-09-2019 par ARR 2019-07-04/17, art. 16)
(NOTE : Entrée en vigueur de l'article 9 fixée au 01-12-2018 par ARR 2018-10-11/10, art. 16)
(NOTE : Entrée en vigueur fixée au 01-12-2018 par ARR 2018-10-11/09, art. 3)
(NOTE : Entrée en vigueur des articles 1, 2, 29-41, 42-45, 46-47 et 49 fixée au 01-12-2018 par ARR 2018-10-11/17, art. 10)
(NOTE : Entrée en vigueur des articles 5-8 et 24 fixée au 01-12-2018 par ARR 2018-10-11/12, art. 37)
(NOTE : Entrée en vigueur de l'article 23 fixée au 01-12-2018 par ARR 2018-10-11/09, art. 3)
(NOTE : Entrée en vigueur de l'article 25 fixée au 15-05-2019 par ARR 2019-01-31/08, art. 12)
(NOTE : Entrée en vigueur de l'article 16 fixée au 25-03-2019 par ARR 2019-01-31/07, art. 16)
(NOTE : Entrée en vigueur des articles 10 à 12 fixée au 25-03-2019 par ARR 2019-01-24/04, art. 30)
(NOTE : Entrée en vigueur des articles 3; 4 fixée au 25-03-2019 par ARR 2019-01-24/03, art. 24)
(NOTE : Entrée en vigueur de l'article 15 fixée au 25-03-2019 par ARR 2019-01-24/02, art. 18)
(NOTE : Entrée en vigueur des articles 1 ; 2 ; 29-41 ; 42-45 ; 46-47 ; 49 fixée au 01-12-2018 par ARR 2018-10-11/11, art. 10)
(NOTE : Entrée en vigueur des articles 18 à 20 fixée au 15-05-2019 par ARR 2019-04-04/49, art. 18)
(NOTE : Entrée en vigueur de l'article 17 fixée au 15-03-2019 par ARR 2019-03-28/07, art. 14)
(NOTE : Entrée en vigueur de l'article 22 fixée au 15-05-2019 par ARR 2019-05-09/13, art. 13)
(NOTE : Entrée en vigueur de l'article 26 fixée au 16-09-2019 par ARR 2019-06-09/27, art. 9)
(NOTE : Entrée en vigueur de l'article 21 fixée au 16-09-2019 par ARR 2019-07-04/17, art. 16)