Comparaison NL / FR

| Word Word (citation)

Nederlands (NL)

Français (FR)

Titre
23 JANUARI 2017. - Decreet ter bevordering van het toerisme(NOTA : Raadpleging van vroegere versies vanaf 10-03-2017 en tekstbijwerking tot 06-06-2025)
Titre
23 JANVIER 2017. - Décret visant à promouvoir le tourisme(NOTE : Consultation des versions antérieures à partir du 10-03-2017 et mise à jour au 06-06-2025)
Informations sur le document
Info du document
Tekst (43)
Texte (43)
HOOFDSTUK 1. - Algemene bepalingen
CHAPITRE 1er. - Dispositions générales
Artikel 1. Toepassingsgebied
  Dit decreet bepaalt de kadervoorwaarden voor :
  1° de exploitatie en classificatie van toeristische verblijven die in het Duitse taalgebied gelegen zijn;
  2° de subsidiëring van toeristische organisaties;
  3° de subsidiëring van initiatieven om het toerisme te promoten.
Article 1er. Champ d'application
  Le présent décret fixe les conditions-cadres pour :
  1° l'exploitation et la classification d'hébergements touristiques implantés en région de langue allemande;
  2° le subventionnement d'organismes touristiques;
  3° le subventionnement d'initiatives promouvant le tourisme.
Art.2. Algemene bepaling
  Alle in dit decreet vermelde :
  - termijnen zijn uitgedrukt in kalenderdagen;
  - persoonsbeschrijvingen gelden voor beide geslachten.
Art.2. Dispositions générales
  Dans ce décret,
  - tous les délais mentionnés sont calculés en jours calendrier;
  - toutes les qualifications de personnes s'appliquent aux deux sexes.
Art.3. Definities
  Voor de toepassing van dit decreet wordt verstaan onder :
  1° toerist : elke persoon die zich met het oog op vrijetijdsbesteding, ontspanning, persoonlijke ontwikkeling, beroepsuitoefening of zakelijk contact begeeft naar of bevindt in een andere dan zijn alledaagse leefomgeving;
  2° toeristisch verblijf : accommodatie waar toeristen tegen betaling kunnen overnachten en die op de toeristische markt wordt aangeboden. Een toeristisch verblijf behoort tot één van de categorieën vermeld in artikel 9;
  3° aanbieden op de toeristische markt : aanbieden van een toeristisch verblijf, in welke vorm dan ook, hetzij via bemiddeling, hetzij op zelfstandige basis;
  4° bemiddelaar : elke natuurlijke persoon of rechtspersoon die toeristische verblijven tegen betaling op de markt aanbiedt, die reclame maakt voor een toeristisch verblijf of die diensten aanbiedt via welke exploitanten van toeristische verblijven rechtstreeks in contact komen met toeristen;
  5° exploitant : elke natuurlijke persoon of rechtspersoon die een toeristisch verblijf exploiteert of voor wiens rekening een toeristisch verblijf wordt geëxploiteerd;
  6° overkoepelende organisatie : elke organisatie met rechtspersoonlijkheid die de toeristische activiteiten op het niveau van één of meer gemeenten coördineert;
  7° vereniging voor vreemdelingenverkeer : elke vereniging die sinds minstens één jaar - onder welke benaming dan ook - op lokaal niveau actief is in de toeristische sector en die van de gemeente waar ze gevestigd is een basissubsidie ontvangt op grond van het decreet van 15 december 2008 betreffende de financiering van de gemeenten en van de openbare centra voor maatschappelijk welzijn door de Duitstalige Gemeenschap;
  8° toeristisch informatiepunt : vrij toegankelijk lokaal contactpunt voor toeristen dat door een gemeente, een overkoepelende organisatie, een stichting of een vereniging zonder winstoogmerk [1 met een toeristisch doel]1 georganiseerd en geëxploiteerd wordt en dat gratis actuele basisinformatie over de streek of de plaats en informatie over overnachtingsmogelijkheden verstrekt;
  9° kamperen : het gebruik, door toeristen, van niet voor permanent verblijf bedoelde mobiele verblijven zoals tenten, caravans of kampeerwagens;
  10° inspectie : de inspectie vermeld in artikel 25.
  
Art.3. Définitions
  Pour l'application du présent décret, il faut entendre par :
  1° touriste : toute personne qui, pour le loisir, la détente, le développement personnel, la profession ou les affaires, se rend ou séjourne dans un environnement autre que son environnement quotidien;
  2° hébergement touristique : tout établissement proposé sur le marché touristique et offrant aux touristes la possibilité de loger contre rémunération. Tout hébergement touristique est classé dans une des catégories mentionnées à l'article 9;
  3° proposer sur le marché touristique : la proposition d'un hébergement touristique sous quelque forme que ce soit, soit par médiation, soit sur base indépendante;
  4° intermédiaire : toute personne physique ou morale qui, contre paiement, commercialise l'offre d'hébergements touristiques, fait de la promotion pour un hébergement touristique ou offre les services par lesquels les exploitants d'hébergements touristiques entrent directement en contact avec les touristes;
  5° exploitant : toute personne physique ou morale qui exploite un hébergement touristique ou pour le compte de laquelle un hébergement touristique est exploité;
  6° association faîtière : tout organisme ayant la personnalité juridique qui coordonne les activités touristiques au niveau d'une ou plusieurs communes;
  7° syndicat d'initiative : tout organisme qui, depuis un an au moins et sous quelque dénomination que ce soit, est actif dans le secteur touristique au niveau local et reçoit de la commune où il est implanté un subventionnement de base en vertu du décret du 15 décembre 2008 portant financement des communes et des centres publics d'aide sociale par la Communauté germanophone;
  8° centre d'information touristique : point local pour l'accueil de touristes, qui est accessible librement, est installé et exploité par une commune, une association faîtière, une fondation ou une association sans but lucratif [1 à finalité touristique]1 et propose des informations de base gratuites et actualisées sur la région, la localité ainsi que des informations sur les possibilités d'hébergement;
  9° camping : l'utilisation, par les touristes, d'hébergements mobiles non conçus pour servir d'habitation permanente tels que des tentes, des caravanes ou des motorhomes;
  10° Inspection : l'inspection mentionnée à l'article 25.
  
HOOFDSTUK 2. - Organisatie van het toerisme
CHAPITRE 2. - Organisation du tourisme
Art.4. Toeristisch Agentschap
  De Regering kan slechts één instelling als Toeristisch Agentschap van de Duitstalige Gemeenschap ondersteunen die zorgt voor de toeristische marketing, in het bijzonder van de bestemming Oost-België, en voor de ontwikkeling van toeristische producten.
  Daartoe behoren in het bijzonder :
  1° alle activiteiten die in de ruimste zin te maken hebben met de ontwikkeling van toeristische producten en met toeristische marketing;
  2° [1 interne en externe marketing en management van de natuurbelevingsregio Oost-België]1;
  3° het uitwerken en samenstellen van arrangementen;
  4° marktobservatie en trendanalyse inzake toerisme;
  5° nauwe samenwerking met de buurregio's in binnen- en buitenland;
  6° de Regering op eigen initiatief of op verzoek adviseren over alle vragen in verband met toerisme.
  
Art.4. Agence du tourisme
  Le Gouvernement ne peut soutenir qu'un seul organisme au titre d'Agence du tourisme de la Communauté germanophone, qui assure la commercialisation du tourisme, notamment la destination "Belgique de l'Est", ainsi que le développement de produits touristiques.
  Il s'agit entre autres :
  1° de mener toutes les activités qui, au sens large, consistent à développer des produits touristiques et à faire du marketing touristique;
  2° [1 de procéder au marketing et à la gestion internes et externes de la Belgique de l'Est en tant que région permettant de vivre la nature]1;
  3° de développer et concrétiser des offres forfaitaires;
  4° d'observer le marché et analyser les tendances en matière de tourisme;
  5° de coopérer étroitement avec les régions limitrophes, tant à l'intérieur qu'à l'extérieur du pays;
  6° de prodiguer, de sa propre initiative, des conseils au Gouvernement à propos de toutes les questions relatives au tourisme.
  
Art.5. Overkoepelende organisaties
  Tot de taken van een overkoepelende organisatie behoren in het bijzonder :
  1° de coördinatie van de toeristische activiteiten binnen haar regio;
  2° het behartigen van de belangen van de horecasector van haar regio;
  3° de interne marketing.
  Een overkoepelende organisatie staat open voor elke natuurlijke persoon of rechtspersoon die actief is in de toeristische sector binnen haar regio.
Art.5. Associations faîtières
  Une association faîtière a notamment pour mission :
  1° de coordonner les activités touristiques dans sa zone d'attraction;
  2° de représenter les intérêts du secteur horeca de sa zone d'attraction;
  3° de faire du marketing interne.
  Une association faîtière est ouverte à toute personne physique ou morale active dans le secteur du tourisme dans sa zone d'attraction.
Art.6. Verenigingen voor vreemdelingenverkeer
  Tot de taken van een vereniging voor vreemdelingenverkeer behoren in het bijzonder :
  1° de organisatie van lokale toeristische evenementen;
  2° het promoten van lokale initiatieven;
  3° de interne marketing;
  4° het onderhouden en/of exploiteren van lokale toeristische infrastructuur en voorzieningen.
  Indien er een overkoepelende organisatie bestaat in de gemeente waar de vereniging voor vreemdelingenverkeer gevestigd is, sluit de vereniging voor vreemdelingenverkeer zich daarbij aan.
Art.6. Syndicats d'initiative
  Un syndicat d'initiative a notamment pour mission :
  1° d'organiser des manifestations touristiques locales;
  2° de faire de la publicité pour des initiatives locales;
  3° de faire du marketing intérieur;
  4° d'entretenir et/ou d'exploiter des infrastructures et installations touristiques locales.
  Lorsqu'une association faîtière existe dans la commune d'implantation, le syndicat d'initiative en est membre.
Art.7. Toeristische informatiepunten
  § 1. Elk toeristisch informatiepunt :
  1° biedt gratis actuele basisinformatie over de streek en de gemeente(n) aan;
  2° biedt kaartmateriaal en reisgidsen te koop aan;
  3° is duidelijk bewegwijzerd en herkenbaar; de link met de natuurbelevingsregio Oost-België is duidelijk;
  4° heeft personeel in dienst dat minstens één voortgezette opleiding per jaar voltooit en dat de bezoekers in het Duits, het Frans en het Nederlands kan helpen;
  5° is aanwezig op het internet, met minstens de openingstijden, contactgegevens en een link naar het Toeristisch Agentschap Oost-België;
  6° maakt bezoekersstatistieken op volgens de aanwijzingen van de Regering;
  7° is gevestigd in een gebouw dat voldoet aan de bepalingen van het besluit van de Regering van 12 juli 2007 tot vastlegging van de bepalingen inzake toegankelijkheid van gesubsidieerde infrastructuren voor de gehandicapten;
  [1 8° biedt minstens tijdens de openingstijden kosteloze internettoegang voor mobiele toestellen.]1
  [1 De Regering kan een eenvormig herkenningsteken voor de toeristische informatiepunten vastleggen.]1
  § 2. De Regering deelt de toeristische informatiepunten in één van de volgende categorieën in :
  1° een toeristisch informatiepunt van categorie 1 :
  a) beschikt over minstens twee voltijds equivalente betrekkingen voor personeel dat de toeristen ontvangt en hen informatie verstrekt;
  b) organiseert zich als [3 Huis voor Toerisme]3 van de natuurbelevingsregio Oost-België [1 ...]1. Het informatie- en adviesaanbod bestrijkt [3 de natuurbelevingsregio Oost-België]3;
  c) is ondergebracht in speciaal daarvoor ingerichte ruimten;
  d) beschikt over een binnenruimte met zitmogelijkheden die zo ingericht is dat personen met beperkte mobiliteit zich kunnen bewegen;
  e) beschikt over sanitaire voorzieningen voor toeristen met minstens één toilet voor gehandicapten;
  f) is minstens 265 dagen per jaar open en in elk geval op vrijdag en zaterdag, alsook [3 op 17 zondagen]3 tijdens de [2 in België geldende schoolvakanties]2 [3 of]3 bij belangrijke plaatselijke evenementen. [1 Op drukke dagen is minstens één gekwalificeerd personeelslid aanwezig dat voldoet aan de voorwaarden vermeld in § 1, eerste lid, 4°;]1
  [1 g) is bij toeristisch relevante evenementen met een mobiel informatie-aanbod ter plaatse;
   h) biedt permanent kosteloze internettoegang aan voor mobiele toestellen.]1

  2° een toeristisch informatiepunt van categorie 2 :
  a) beschikt over minstens een voltijds equivalente betrekking voor personeel dat de toeristen ontvangt en hen informatie verstrekt;
  b) is ondergebracht in speciaal daarvoor ingerichte ruimten;
  c) is minstens 265 dagen per jaar open en in elk geval op vrijdag en zaterdag, alsook [3 op 13 zondagen tijdens de in België geldende schoolvakanties of]3 bij belangrijke plaatselijke evenementen. [3 ...]3
  3° een toeristisch informatiepunt van categorie 3 :
  a) beschikt over minstens een halftijdsequivalente betrekking voor personeel dat de toeristen ontvangt en hen informatie verstrekt;
  b) kan aangesloten zijn bij een toeristisch contactpunt;
  c) is minstens 110 dagen per jaar open en in elk geval op vrijdag en zaterdag, alsook [3 op 10 zondagen tijdens de in België geldende schoolvakanties of]3 bij belangrijke plaatselijke evenementen.
  
Art.7. Centres d'information touristique
  § 1er. Tout centre d'information touristique :
  1° propose des informations de base, gratuites et actualisées, relatives à la région et à la (aux) commune(s);
  2° propose à la vente des cartes et des guides de voyage;
  3° est bien signalé et reconnaissable; le lien avec la Belgique de l'Est en tant que région permettant de vivre la nature est évident;
  4° occupe du personnel qui participe au moins une fois par an à une formation continue et peut aider les hôtes en allemand, français et néerlandais;
  5° est présent sur Internet, avec au moins la mention des heures d'ouverture, des données de contact et un lien vers l'Agence du Tourisme de l'Est de la Belgique;
  6° établit des statistiques quant au nombre de visiteurs, et ce, selon les prescriptions du Gouvernement;
  7° est installé dans un bâtiment qui satisfait aux dispositions de l'arrêté du Gouvernement du 12 juillet 2007 fixant les dispositions visant l'accessibilité d'infrastructures subsidiées aux personnes handicapées;
  [1 8° garantit, au moins pendant les heures d'ouverture, un accès internet gratuit pour les appareils mobiles.]1
  [1 Le Gouvernement peut déterminer un écusson unique pour les centres d'information touristique.]1
  § 2. Le Gouvernement classe les centres d'information touristique dans l'une des trois catégories suivantes :
  1° Un centre d'information touristique de la catégorie 1 :
  a) dispose, pour l'accueil et l'information des touristes, de ressources humaines correspondant au moins à deux équivalents temps plein;
  b) s'organise en tant que [3 maison du tourisme]3 pour la Belgique de l'Est, région permettant de vivre la nature, [1 ...]1. L'offre d'informations et de conseils couvre [3 la Belgique de l'Est en tant que région permettant de vivre la nature]3;
  c) se trouve dans des locaux spécialement aménagés à cet effet;
  d) dispose d'une pièce intérieure équipée de sièges et aménagée de manière à ce que des personnes à mobilité réduite puissent s'y mouvoir;
  e) dispose d'installations sanitaires pour les touristes, avec au moins un WC pour personnes handicapées;
  f) est ouvert au moins 265 jours par an, en tout cas le vendredi et le samedi [3 ainsi que 17 dimanches pendant les vacances scolaires en vigueur en Belgique ou à l'occasion]3 de manifestations importantes au niveau local. [1 Les jours de grande affluence, au moins un membre du personnel qualifié qui répond aux conditions mentionnées au § 1er, alinéa 1er, 4°, est présent;]1
  [1 g) dispose, lors d'événements touristiques importants, d'une offre d'information mobile sur place;
   h) garantit un accès internet gratuit pour les appareils mobiles.]1

  2° Un centre d'information touristique de la catégorie 2 :
  a) dispose, pour l'accueil et l'information des touristes, de ressources humaines correspondant au moins à un équivalent temps plein;
  b) se trouve dans des locaux spécialement aménagés à cet effet;
  c) est ouvert au moins 265 jours par an, en tout cas le vendredi et le samedi [3 ainsi que 13 dimanches pendant les vacances scolaires en vigueur en Belgique ou à l'occasion]3 de manifestations importantes au niveau local. [3 ...]3
  3° Un centre d'information touristique de la catégorie 3 :
  a) dispose, pour l'accueil et l'information des touristes, de ressources humaines correspondant au moins à un équivalent mi-temps;
  b) peut être relié à un point de contact touristique;
  c) est ouvert au moins 110 jours par an, en tout cas le vendredi et le samedi [3 ainsi que 10 dimanches pendant les vacances scolaires en vigueur en Belgique ou à l'occasion]3 de manifestations importantes au niveau local.
  
Art.8. Bemiddelaars
  De bemiddelaars vermeld in artikel 3, 4°, delen de federale politie, de Regering of de inspectie op schriftelijk verzoek mee welke gegevens hun bekend zijn over de exploitant van het in het Duitse taalgebied gelegen verblijf dat ze op de markt aanbieden of waarvoor ze reclame maken. Indien er twijfel over bestaat of de toeristische verblijven voldoen aan de voorwaarden van dit decreet of aan de voorwaarden van de uitvoeringsbesluiten ervan, kunnen die gegevens ook aangevraagd worden als steekproeven worden genomen of als klachten zijn ingediend.
Art.8. Intermédiaires
  Les intermédiaires mentionnés à l'article 3, 4°, communiquent à la police fédérale, au Gouvernement ou à l'inspection, sur demande écrite, les données qui leur sont connues à propos de l'exploitant de l'hébergement situé en région de langue allemande, hébergement qu'ils commercialisent ou promeuvent. Ces données peuvent aussi être demandées dans le cadre de coups de sonde ou en cas de réclamation, lorsqu'il existe des doutes quant au fait que les hébergements touristiques répondent aux conditions du présent décret ou de ses arrêtés d'exécution.
HOOFDSTUK 3. - Toeristische verblijven
CHAPITRE 3. - Hébergements touristiques
Afdeling 1. - Algemene bepalingen
Section 1re. - Dispositions générales
Art.9. Categorieën
  Elk toeristisch verblijf behoort tot één van de volgende categorieën :
  1° categorie hotel : toeristisch verblijf dat, buiten de woning van de exploitant, geen privéwoning omvat en dat minstens het volgende aanbiedt : ontbijt, dagelijks onderhoud van de kamers en de sanitaire voorzieningen, alsook een ontvangstbalie voor de gasten;
  2° categorie vakantiewoning : toeristisch verblijf dat op zichzelf staande, gesloten en uitgeruste wooneenheden zonder dienstverlening aanbiedt;
  3° categorie bed & breakfast : toeristisch verblijf dat alleen toegankelijk is voor gasten en dat ontbijtmogelijkheden en onderhoud van de kamers en de sanitaire voorzieningen aanbiedt;
  4° categorie groepsverblijf : toeristisch verblijf dat voornamelijk geboekt kan worden door groepen, in het bijzonder in combinatie met een seminarie, congres, animatie- of sportprogramma. Self catering is niet mogelijk; de aangeboden maaltijden en dranken zijn uitsluitend voor gasten die in het verblijf overnachten;
  5° categorie kampeerterrein : een terrein waarop regelmatig of bij gelegenheid meer dan tien personen tegelijk kamperen of waarop meer dan vijf mobiele verblijven staan, ook wanneer op het terrein ook vaste verblijven zoals chalets, bungalows of hutten staan die niet voor permanent verblijf bedoeld zijn, met uitzondering van de woonplaats van het gezin van de exploitant, en die eigendom van de exploitant of de eigenaar van het kampeerterrein zijn;
  6° [1 seizoensverblijven: toeristische verblijven in de buitenomgeving die alleen tijdens een bepaald seizoen tijdelijk opgezet zijn en die niet overeenstemmen met het gangbare beeld van een toeristisch verblijf.]1
  Voor de kampeerterreinen vermeld in het eerste lid, 5°, kan de Regering een quotum voor doorgangscampings vastleggen.
  
Art.9. Catégories
  Tout hébergement touristique appartient à l'une des catégories suivantes :
  1° catégorie hôtel : hébergement touristique où ne se trouve aucune habitation privée autre que celle de l'exploitant et proposant au moins le petit déjeuner, l'entretien quotidien des chambres et des équipements sanitaires, ainsi qu'un service d'accueil pour les hôtes;
  2° catégorie habitation de vacances : hébergement touristique qui propose des unités de logement complètement aménagées et autonomes, mais sans prestations;
  3° catégorie Bed & Breakfast : hébergement touristique uniquement accessible aux hôtes, qui permet de prendre le petit-déjeuner et propose l'entretien;
  4° catégorie hébergement pour groupes : hébergement touristique qui peut être réservé essentiellement par des groupes, notamment dans le cadre d'un séminaire, d'un congrès, d'un programme d'animation ou sportif. Un auto-approvisionnement n'est pas possible; les repas et les boissons sont exclusivement proposés aux hôtes;
  5° catégorie terrain de camping : un terrain qui est régulièrement ou occasionnellement utilisé par plus de dix personnes simultanément pour camper ou est occupé par plus de cinq abris mobiles, même si ce terrain compte aussi des hébergements fixes tels que des chalets, bungalows ou pavillons qui, à l'exception du domicile familial de l'exploitant, ne sont pas conçus pour servir d'habitation permanente et sont la propriété de l'exploitant ou du propriétaire du terrain de camping;
  6° [1 hébergements saisonniers : hébergements touristiques extérieurs installés de manière temporaire uniquement pendant une saison donnée et ne correspondant pas à l'image habituelle d'un hébergement touristique.]1
  Pour les terrains de camping mentionnés à l'alinéa 1er, 5°, le Gouvernement peut fixer un quota pour le camping de transit.
  
Art.10. Kampeerverbod
  § 1. Kamperen op openbare wegen is hoogstens acht uur na elkaar toegestaan.
  § 2. Kamperen buiten de kampeerterreinen is in het kader van sportieve, culturele of sociale evenementen uitsluitend in specifieke gevallen tijdelijk toegestaan op voorwaarde dat de burgemeester daartoe schriftelijk en voorafgaand zijn toestemming heeft gegeven.
  De gemeenten zorgen ervoor dat alle voorwaarden voor de naleving van de voorschriften inzake hygiëne, veiligheid, openbare rust en behoorlijke plaatselijke aanleg vervuld zijn.
  § 3. Kamperen is verboden binnen een straal van honderd meter van plaatsen waar drinkwater gewonnen wordt. Dat verbod wordt ter kennis gebracht van het publiek door middel van waarschuwingsborden die door de gemeenten worden aangebracht.
Art.10. Interdiction de camper
  § 1er. Le camping sur les voies publiques est autorisé pendant 8 heures consécutives au plus.
  § 2. Par ailleurs, le camping en dehors de terrains de camping n'est autorisé que de manière ponctuelle et temporaire dans le cadre de manifestations sportives, culturelles ou sociales, et ce, moyennant l'accord écrit préalable du bourgmestre.
  Les communes veillent à ce que toutes les conditions soient réunies pour assurer le respect des prescriptions en matière d'hygiène, la sécurité, la tranquillité publique et l'état impeccable des lieux.
  § 3. Le camping est interdit dans un rayon de 100 m autour des points d'eau captée pour la consommation humaine. Cette interdiction est portée à la connaissance du public par voie de panonceaux installés par les communes.
Art.11. Algemene exploitatievoorwaarden
  § 1. Een toeristisch verblijf in het Duitse taalgebied mag alleen geëxploiteerd worden als, naast de voorwaarden die de Regering eventueel per categorie heeft vastgelegd, de volgende voorwaarden worden vervuld :
  1° het toeristische verblijf is geregistreerd via het daartoe bestemde formulier;
  2° het toeristische verblijf voldoet aan de specifieke veiligheidsnormen die de Regering per categorie heeft vastgelegd;
  3° de ruimten van het toeristische verblijf die toegankelijk zijn voor toeristen zijn proper en goed onderhouden;
  4° de exploitant heeft een verzekering Burgerlijke Aansprakelijkheid voor alle schade die door hem zelf of door zijn personeel veroorzaakt wordt;
  5° de exploitant of de persoon belast met het dagelijks beheer van de exploitatie is in België of in het buitenland niet veroordeeld door een in kracht van gewijsde gegane rechterlijke uitspraak wegens één of meer overtredingen omschreven in Boek II, titel VII, hoofdstukken V, VI en VII, titel VIII, hoofdstukken I, IV en VI en titel IX, hoofdstukken I en II van het Strafwetboek, behalve indien de veroordeling voorwaardelijk was en de betrokkene het voordeel van het uitstel niet verloren heeft;
  6° indien de exploitant niet de eigenaar van de infrastructuur is, heeft de eigenaar zijn toestemming gegeven om die infrastructuur als toeristisch verblijf te gebruiken.
  De Regering kan de desbetreffende stukken te allen tijde opvragen.
  § 2. Een overname van de exploitatie of van het eigendom van het onroerend goed moet binnen drie maanden aan de Regering worden meegedeeld.
Art.11. Conditions générales d'exploitation
  § 1er. Un hébergement touristique sis en région de langue allemande ne peut être exploité que s'il remplit, en plus des exigences éventuellement fixées par le Gouvernement pour chaque catégorie, les conditions suivantes :
  1° l'hébergement touristique est enregistré au moyen du formulaire prévu à cet effet;
  2° l'hébergement touristique satisfait aux normes de sécurité spécifiques telles que fixées par le Gouvernement pour chacune des catégories;
  3° les locaux de l'hébergement touristique accessibles aux touristes sont propres et bien entretenus;
  4° l'exploitant dispose d'une assurance visant à couvrir la responsabilité civile pour tous dommages causés par lui ou par ses préposés;
  4° l'exploitant ou la personne chargée de la gestion journalière de l'établissement n'a pas été condamné(e) en Belgique ou à l'étranger, par une décision coulée en force de chose jugée, pour une ou plusieurs des infractions prévues au Livre II, Titre VII, Chapitres V, VI et VII, Titre VIII, Chapitres I, IV et VI et Titre IX, Chapitres I et II, du Code pénal, sauf si la condamnation était conditionnelle et si l'intéressé n'a pas perdu le bénéfice du sursis;
  6° lorsque l'exploitant n'est pas propriétaire de l'infrastructure, le propriétaire a marqué son accord quant à l'utilisation comme hébergement touristique.
  Le Gouvernement peut en tout temps exiger la présentation des documents correspondants.
  § 2. Une reprise de l'exploitation ou de la propriété du bien immeuble sera communiquée dans les trois mois au Gouvernement.
Afdeling 2. - Classificatie
Section 2. - Classification
Art.12. Aanvraag
  § 1. De exploitant van een toeristisch verblijf kan bij de Regering een classificatie van zijn exploitatie aanvragen overeenkomstig de bepalingen van dit decreet. [1 In dat geval moet hij de categorie en het comfortniveau in alle reclame voor het geclassificeerde toeristisch verblijf vermelden.]1
  De Regering bepaalt de categorieën aan de hand van de definities vervat in artikel 9. Na classificatie ontvangt de exploitant een herkenningsteken dat overeenstemt met zijn categorie en zijn comfortniveau.
  § 2. De toegekende classificatie geldt [1 voor een duur van zes jaar en kan worden verlengd]1.
  
Art.12. Demande
  § 1er. L'exploitant d'un hébergement touristique peut, conformément aux dispositions du présent décret, en demander la classification auprès du Gouvernement. [1 Dans ce cas, il est tenu de mentionner la catégorie et le niveau de confort correspondants dans toutes les publicités relatives à l'hébergement touristique classé.]1
  Le Gouvernement détermine les catégories en se basant sur les définitions fixées à l'article 9. Après classification, l'exploitant reçoit un écusson correspondant à sa catégorie et à son niveau de confort.
  § 2. La classification octroyée [1 est valable pour une durée de six ans et est renouvelable]1.
  
Art.13. Procedure
  § 1. De aanvraag om classificatie van een toeristisch verblijf wordt bij de Regering ingediend via het daartoe bestemde formulier en bevat minstens :
  1° gegevens over de identiteit van de aanvrager;
  2° gegevens over de ligging, grootte en uitrusting van de zaak;
  3° voor zover van toepassing : het ondernemingsnummer.
  De Regering bezorgt de aanvrager binnen tien dagen na ontvangst van de aanvraag een ontvangstbewijs of deelt hem mee welke stukken hij nog moet indienen. Zo niet wordt de ingediende aanvraag als volledig beschouwd.
  § 2. Na ontvangst van de volledige aanvraag wordt op afspraak een inspectiebezoek ter plaatse uitgevoerd.
  Uiterlijk 60 dagen na dat inspectiebezoek beslist de Regering over de classificatie van het toeristische verblijf en bezorgt de exploitant het desbetreffende herkenningsteken.
  De beslissing van de Regering wordt ter kennis gebracht van de aanvrager per aangetekende brief.
Art.13. Procédure
  § 1er. La demande de classification d'un hébergement touristique est introduite auprès du Gouvernement sur le formulaire destiné à cet effet et reprend au moins :
  1° des données relatives à l'identité du demandeur;
  2° des données relatives à la localisation, la taille et l'équipement de l'établissement;
  3° le numéro d'entreprise, le cas échéant.
  Dans les dix jours suivant la réception de la demande, le Gouvernement adresse au demandeur un accusé de réception ou l'informe des documents qu'il doit encore introduire. A défaut, la demande introduite est censée être complète.
  § 2. Après réception de la demande complète, une inspection est menée sur place, sur rendez-vous.
  Au plus tard 60 jours après cette visite d'inspection, le Gouvernement statue sur la classification de l'hébergement touristique et délivre à l'exploitant un écusson correspondant.
  La décision du Gouvernement est communiquée au demandeur par recommandé.
Art.14. Wijziging van de classificatie
  § 1. Als de exploitatie niet meer aan de betrokken voorwaarden voldoet, kan de classificatie van een toeristisch verblijf na overlegging van een inspectieverslag gewijzigd worden.
  De aanvraag van een nieuwe classificatie moet samen met een motivering aan de Regering worden gericht die binnen tien dagen een ontvangstbewijs afgeeft of aanvullende informatie vraagt. Zo niet wordt de ingediende aanvraag als volledig beschouwd.
  Wanneer de Regering een indeling in een lagere categorie overweegt, wordt dat voornemen per aangetekende brief meegedeeld aan de exploitant die een redelijke termijn van hoogstens twaalf maanden krijgt om de vastgestelde gebreken te verhelpen.
  § 2. Na ontvangst van de volledige aanvraag of, naargelang van het geval, na het verstrijken van de termijn bepaald in paragraaf 1, derde lid, wordt een inspectiebezoek ter plaatse gebracht. De inspectie legt de exploitant een voorstel voor de classificatie voor. De exploitant kan zijn bezwaren binnen 30 dagen doen gelden en vragen dat hij door de Regering wordt gehoord.
  De Regering beslist over de classificatie binnen 30 dagen na de termijn om bezwaar te maken vermeld in het eerste lid of, naargelang van het geval, binnen 30 dagen na het verhoor. Is er geen beslissing binnen deze termijn, dan wordt de aanvraag geacht goedgekeurd te zijn.
  De beslissing van de Regering wordt ter kennis gebracht van de aanvrager per aangetekende brief.
  § 3. De exploitant van een geclassificeerd toeristisch verblijf kan de Regering te allen tijde meedelen dat hij afstand doet van de classificatie.
Art.14. Modification de la classification
  § 1er. La classification d'un hébergement touristique peut être modifiée sur présentation d'un rapport d'inspection si l'exploitant ne satisfait plus aux conditions concernées.
  La demande de nouvelle classification, motivée, sera adressée au Gouvernement; dans les dix jours, celui-ci délivrera un accusé de réception ou demandera des renseignements supplémentaires. A défaut, la demande introduite est censée être complète.
  Lorsque le Gouvernement envisage une classification dans une catégorie inférieure, l'intention est communiquée à l'exploitant par recommandé en lui laissant un délai raisonnable de 12 mois au plus pour pallier les manquements constatés.
  § 2. Après réception de la demande complète ou au terme du délai prévu au § 1er, alinéa 3, une inspection est menée sur place. L'inspection soumet une proposition de classification à l'exploitant. Celui-ci peut faire valoir ses griefs dans les 30 jours et exiger d'être entendu par le Gouvernement.
  Le Gouvernement statue sur la classification dans les 30 jours suivant le délai de recours mentionné à l'alinéa 1er ou l'audition. A défaut de décision au terme de ce délai, le recours est censé être accepté.
  La décision du Gouvernement est communiquée au demandeur par recommandé.
  § 3. L'exploitant d'un hébergement touristique classé peut, en tout temps, communiquer au Gouvernement qu'il renonce à cette classification.
Art.15. Herkenningsteken
  Bij afstand van de classificatie, wijziging van de classificatie of sluiting van het toeristische verblijf moet het herkenningsteken met de afstandsverklaring of binnen tien dagen na ontvangst van de beslissing teruggezonden worden aan de Regering. [1 Na het verstrijken van de geldigheidsduur van de classificatie moet het herkenningsteken binnen tien dagen na ontvangst van de betreffende kennisgeving teruggezonden worden aan de Regering.]1
  
Art.15. Ecusson
  En cas de renoncement à la classification, de modification de celle-ci ou de fermeture de l'hébergement touristique, l'écusson doit être renvoyé au Gouvernement avec la déclaration de renoncement ou dans les dix jours suivant la réception de la décision. [1 En cas d'expiration de la période de validité de la classification, l'écusson doit être renvoyé au plus tard dans les dix jours suivant la réception d'une notification correspondante du Gouvernement.]1
  
Afdeling 3. - Veiligheidsattest
Section 3. - Attestation de sécurité
Art.16. Principe
  De burgemeester van de gemeente waar het toeristische verblijf gelegen is, geeft een veiligheidsattest af dat bevestigt dat het verblijf voldoet aan de specifieke veiligheidsnormen die gelden voor de betrokken categorie.
Art.16. Principe
  Le bourgmestre de la commune dans laquelle se situe l'hébergement touristique établit une attestation de sécurité confirmant que l'hébergement remplit les normes de sécurité spécifiques applicables à sa catégorie.
Art.17. Geldigheidsduur
  Het veiligheidsattest is voor alle categorieën minstens vijf jaar geldig en kan verlengd worden. Voor bepaalde categorieën kan de Regering een langere geldigheidsduur voor het veiligheidsattest bepalen.
  In afwijking van het eerste lid moet telkens een nieuw attest worden aangevraagd :
  1° bij verbouwingen waarvoor een stedenbouwkundige vergunning noodzakelijk is;
  2° wanneer aan het gebouw, de uitrusting of de voorzieningen wijzigingen zijn aangebracht die invloed kunnen hebben op de veiligheid, in het bijzonder in geval van :
  a) het creëren van nieuwe ruimten;
  b) wijzigingen van de vluchtwegen en/of van het traject van die vluchtwegen;
  c) grote werkzaamheden voor de installatie van personen- en/of goederenliften;
  d) de installatie of wijziging van een gas- en/of elektriciteitsnet.
Art.17. Validité
  L'attestation de sécurité est, pour toutes les catégories, valable au moins cinq ans et renouvelable. Pour certaines catégories, le Gouvernement peut fixer une durée de validité plus longue pour l'attestation de sécurité.
  Par dérogation au premier alinéa, une nouvelle attestation doit chaque fois être demandée :
  1° en cas de transformations nécessitant un permis d'urbanisme;
  2° lorsque le bâtiment, l'équipement ou l'installation a subi des modifications pouvant influencer la sécurité, notamment en cas :
  a) de création de nouveaux locaux;
  b) de modification des voies d'évacuation et/ou de leur tracé;
  c) de travaux importants réalisés pour l'installation d'ascenseurs et/ou de monte-charges;
  d) d'installation ou de modification d'un réseau gazier et/ou électrique.
Art.18. Aanvraag
  De aanvraag om het veiligheidsattest te ontvangen, wordt via het daartoe bestemde formulier per aangetekende brief aan de bevoegde burgemeester verzonden of tegen ontvangstbewijs afgegeven.
  De burgemeester bezorgt de aanvrager binnen tien dagen na ontvangst van de aanvraag een ontvangstbewijs of deelt hem mee welke stukken hij nog moet indienen. Zo niet wordt de ingediende aanvraag als volledig beschouwd.
  De burgemeester beslist binnen 75 dagen na ontvangst van de volledige aanvraag waarbij in voorkomend geval een brandveiligheidsattest is gevoegd dat door de bevoegde instanties of diensten is afgegeven. Indien binnen die termijn geen beslissing is genomen, wordt het attest geacht te zijn toegekend.
  De beslissing van de burgemeester wordt samen met een kopie van het brandveiligheidsattest per aangetekende brief ter kennis gebracht van de aanvrager.
Art.18. Demande
  La demande introduite en vue d'obtenir l'attestation de sécurité est adressée par recommandé au bourgmestre compétent, et ce, au moyen du formulaire prévu à cet effet ou est remise contre accusé de réception.
  Dans les dix jours suivant la réception de la demande, le bourgmestre adresse au demandeur un accusé de réception ou l'informe des documents qu'il doit encore introduire. A défaut, la demande introduite est censée être complète.
  Le bourgmestre statue dans les 75 jours suivant la réception de la demande complète, le cas échéant accompagnée d'un avis de sécurité incendie délivré par les autorités ou services compétents. A défaut de décision au terme de ce délai, l'attestation est censée être délivrée.
  La décision prise par le bourgmestre est notifiée au demandeur par recommandé, accompagnée d'une copie de l'avis de sécurité incendie.
Art.19. Voorwaardelijk attest
  In met redenen omklede gevallen kan de burgemeester een voorwaardelijk veiligheidsattest afgeven. Daarop wordt uitdrukkelijk vermeld van welke specifieke voorschriften mag worden afgeweken en in voorkomend geval voor welke termijn de afwijking wordt toegestaan.
  De burgemeester trekt het attest in wanneer hij vaststelt dat de verplichtingen na het verstrijken van de toegekende termijn niet zijn nagekomen.
  De beslissing van de burgemeester om het voorwaardelijke attest in te trekken, wordt per aangetekende brief meegedeeld aan de aanvrager en aan de Regering.
Art.19. Attestation conditionnelle
  Dans des cas motivés, le bourgmestre peut délivrer une attestation de sécurité conditionnelle. Celle-ci précise explicitement les prescriptions spécifiques auxquelles il peut être dérogé et, le cas échéant, la période pour laquelle la dérogation est accordée.
  Le bourgmestre retire l'attestation lorsqu'il constate que les obligations ne sont pas remplies au terme du délai octroyé.
  La décision prise par le bourgmestre de retirer l'attestation conditionnelle est communiquée au demandeur et au Gouvernement par recommandé.
HOOFDSTUK 4. - Subsidiëring
CHAPITRE 4. - Subventionnement
Art.20. Subsidie van het Toeristisch Agentschap
  Voor de uitoefening van zijn taken ontvangt het Toeristisch Agentschap vermeld in artikel 4 een jaarlijkse subsidie die wordt bepaald in het kader van een beheerscontract in de zin van artikel 105 van het decreet van 25 mei 2009 houdende het financieel reglement van de Duitstalige Gemeenschap.
Art.20. Subvention accordée à l'Agence du tourisme
  Pour remplir ses missions, l'Agence du tourisme mentionnée à l'article 4 obtient une subvention annuelle qui est fixée dans le cadre d'un contrat de gestion conformément à l'article 105 du décret du 25 mai 2009 relatif au règlement budgétaire de la Communauté germanophone.
Art.21. Initiatieven om het toerisme te promoten
  § 1. Koepelorganisaties en verenigingen voor vreemdelingenverkeer kunnen, binnen de perken van de beschikbare begrotingsmiddelen, subsidie krijgen voor bijzondere en innovatieve initiatieven met een uitgesproken toeristisch en regionaal karakter.
  Daartoe behoren in het bijzonder initiatieven die helpen om :
  1° het toeristische profiel van de natuurbelevingsregio Oost-België [1 ...]1 te ondersteunen;
  2° het toeristische profiel van een gemeente of een plaats te ondersteunen;
  3° de commercialisering van de fiets- en wandelroutes te ondersteunen;
  4° de volgende onderwerpen onder de aandacht te brengen : taal, natuur, gastronomie of het bewaren van gebruiken en gewoonten en het verbreiden van kennis over gebruiken en gewoonten.
  [2 ...]2
  [2 § 1.1. Koepelorganisaties en verenigingen voor vreemdelingenverkeer kunnen, binnen de perken van de beschikbare begrotingsmiddelen, een subsidie van hoogstens 500 euro per evenement krijgen, als toeristen de rechtstreekse doelgroep van dat evenement zijn.]2
  § 2. De subsidie dekt hoogstens 50 % van de aanneembare uitgaven. De Regering kan een jaarlijks plafond voor de initiatieven vermeld in paragraaf 1 bepalen.
  [2 De subsidie wordt hoogstens drie keer voor hetzelfde initiatief of evenement toegekend, ongeacht onder welke benaming het werd uitgevoerd.]2
  
Art.21. Initiatives promouvant le tourisme
  § 1er. Dans les limites des crédits budgétaires disponibles, les associations faîtières et syndicats d'initiative peuvent obtenir des subsides pour des initiatives particulières et innovantes ayant un caractère touristique et régional marqué.
  Il s'agit notamment d'initiatives qui contribuent à :
  1° soutenir le profil touristique de la Belgique de l'Est en tant que région permettant de vivre la nature [1 ...]1;
  2° soutenir le profil touristique d'une commune ou d'une localité;
  3° soutenir la commercialisation des voies cyclables et pédestres;
  4° mettre en scène les thèmes que sont la langue, la nature, l'art culinaire ou la conservation et la transmission des traditions.
  [2 ...]2
  [2 § 1.1. Les associations faîtières et syndicats d'initiative peuvent, dans la limite des crédits budgétaires disponibles, recevoir des subsides à concurrence de 500 euros par manifestation, si celle-ci cible directement les touristes.]2
  § 2. Le subside représente au plus 50 % des dépenses admissibles. Le Gouvernement peut fixer un plafond annuel pour les initiatives énumérées au § 1er.
  [2 Le subside est accordé trois fois au plus pour la même initiative ou, selon le cas, manifestation, quelle que soit la dénomination sous laquelle elle a été organisée.]2
  
Art.22. Toeristische informatiepunten
  § 1. De toeristische informatiepunten ontvangen jaarlijks een vast subsidiebedrag voor werkings- en personeelskosten dat wordt bepaald naargelang van de categorie en dat begrensd is tot :
  - categorie 1 : [1 45.000 euro]1;
  - categorie 2 : [1 24.000 euro]1;
  - categorie 3 : [1 7.000 euro]1.
  De Regering kan die bedragen met een coëfficiënt vermenigvuldigen om ze aan de beschikbare begrotingsmiddelen aan te passen.
  [2 ...]2.
  Aanvullend kan de Regering beroepsrelevante voortgezette opleidingen van het contractueel personeel subsidiëren.
  § 2. Subsidies worden slechts ten belope van de bewezen aanneembare uitgaven betaald.
  De Regering bepaalt de aard van de documenten die moeten worden ingediend voor de toekenning en de controle van de aanwending van de subsidies, alsook de termijnen waarbinnen die documenten moeten worden ingediend.
  Wanneer de aanvraag om subsidiëring uiterlijk op 31 maart werd ingediend, heeft het informatiepunt recht op een subsidie voor het jaar waarin de aanvraag werd gedaan. In de andere gevallen wordt het recht op subsidiëring een jaar later geopend.
  
Art.22. Centres d'information touristique
  § 1er. Les centres d'information touristique obtiennent, selon la catégorie, un subside forfaitaire annuel pour les frais de fonctionnement et de personnel s'élevant au plus à
  - catégorie 1 : [1 45 000 euros]1;
  - catégorie 2 : [1 24 000 euros]1;
  - catégorie 3 : [1 7 000 euros]1.
  Le Gouvernement peut multiplier ces montants par un coefficient en vue de les adapter aux crédits budgétaires disponibles.
  [2 ...]2.
  Le Gouvernement peut, en outre, subsidier des formations continuées, professionnellement pertinentes, pour le personnel contractuel.
  § 2. Les subsides ne sont liquidés qu'à concurrence des dépenses admissibles justifiées.
  Le Gouvernement détermine la nature des documents à introduire en vue de l'octroi et du contrôle de l'utilisation des subsides ainsi que les délais d'introduction.
  Lorsque la demande de subsides a été introduite pour le 31 mars au plus tard, le centre d'information a droit à un subside pour l'année de la demande. A défaut, le droit au subside s'ouvre l'année suivante.
  
Art.23. Uitrustingsvoorwerpen
  § 1. Binnen de perken van de beschikbare begrotingsmiddelen kan de Regering aan overkoepelende organisaties, verenigingen voor vreemdelingenverkeer en aanbieders van toeristische informatiepunten subsidie toekennen voor de aankoop van uitrustingsvoorwerpen die niet tot de infrastructuur behoren. Die subsidie is bedoeld om een deel van de kosten voor de vernieuwing of uitbreiding van de basisuitrusting te dekken.
  Subsidies voor uitrustingsvoorwerpen worden alleen toegekend indien :
  1° vóór elke bestelling of vóór elke aankoop de schriftelijke toestemming van de Regering werd gevraagd;
  2° wanneer de aanvrager zich schriftelijk ertoe verplicht :
  a) geen afstand te doen van de gesubsidieerde voorwerpen gedurende een periode van vijf jaar die ingaat op de dag van de uitbetaling van de subsidies en dit noch gratis, noch tegen betaling;
  b) de Regering te allen tijde toe te staan de gegevens te controleren en alle daarop betrekking hebbende documenten in te zien;
  c) zijn ontbinding onmiddellijk mee te delen aan de Regering.
  § 2. De subsidie voor uitrustingsvoorwerpen bedraagt hoogstens 50 % van de kosten, met een jaarlijks plafond van 2.500 euro.
  Bij de aanvraag wordt een motivering gevoegd; zo mogelijk worden ook drie kostenramingen bij de aanvraag gevoegd.
Art.23. Biens d'équipement
  § 1er. Dans les limites des crédits budgétaires disponibles, le Gouvernement peut octroyer aux associations faîtières, syndicats d'initiative et pouvoirs organisateurs de centres d'information touristique des subsides pour acquérir des biens d'équipement ne relevant pas de l'infrastructure. Ces subsides sont destinés à couvrir une partie des frais engendrés par le renouvellement ou l'élargissement de l'équipement de base.
  Des subsides ne sont accordés pour des biens d'équipement que si :
  1° l'accord du Gouvernement a été demandé avant toute commande ou tout achat;
  2° le demandeur s'engage par écrit à :
  a) ne pas céder les biens subsidiés pendant cinq ans à dater de la liquidation des subsides, que ce soit à titre gracieux ou onéreux;
  b) permettre en tout temps au Gouvernement de vérifier les données et consulter tous les documents y relatifs;
  c) informer sans délai le Gouvernement de sa dissolution.
  § 2. Le subside pour biens d'équipement représente au maximum 50 % des coûts, avec un plafond annuel de 2.500 euros.
  La demande est accompagnée d'une justification ainsi que, dans la mesure du possible, de trois devis.
HOOFDSTUK 5. - Controle- en strafbepalingen
CHAPITRE 5. - Dispositions de contrôle et dispositions pénales
Art.24. Klachten
  Indien een klacht over een toeristisch verblijf wordt ingediend bij de Regering, bevestigt de Regering de ontvangst ervan en belast ze de inspectie met het onderzoek van de feiten. Na afsluiting van de inspectie licht de Regering de indiener van de klacht in over het resultaat van de inspectie.
  Klachten zijn slechts ontvankelijk indien ze ingediend worden door personen die een rechtmatig belang kunnen aantonen.
Art.24. Plaintes
  Lorsqu'une plainte est introduite à propos d'un hébergement touristique auprès du Gouvernement, celui-ci en confirme la réception et charge l'inspection de vérifier les faits. Au terme de l'inspection, le Gouvernement en communique les résultats à l'auteur de la plainte.
  Les plaintes ne sont admissibles que si elles sont introduites par des personnes pouvant justifier d'un intérêt fondé.
Art.25. Inspectie
  § 1. De toeristische verblijven vermeld in dit decreet vallen onder het toezicht van de inspecteurs die door de Regering worden aangewezen. De inspecteurs zijn belast met het vaststellen van overtredingen van dit decreet en de uitvoeringsbesluiten ervan en met het opstellen van proces-verbaal over die overtredingen.
  De met het toezicht belaste inspecteurs mogen alle onderzoeken, controles en opsporingen uitvoeren en alle inlichtingen verzamelen die zij noodzakelijk achten om zich te vergewissen dat de bepalingen van dit decreet en van de uitvoeringsbesluiten ervan nageleefd worden. Ze kunnen :
  1° iedere persoon ondervragen over feiten waarvan de bekendheid nuttig is voor de uitoefening van het toezicht;
  2° zich ter plaatse alle boeken en bescheiden voorgeschreven bij dit decreet en de uitvoeringsbesluiten ervan laten overleggen en afschriften of uittreksels daarvan maken;
  3° alle boeken en bescheiden inzien die noodzakelijk zijn om hun opdracht te vervullen;
  4° alle ruimten van het toeristische verblijf die niet als woongelegenheid dienen of aan gasten verhuurd zijn, tussen 5 uur en 21 uur inspecteren;
  5° met toestemming van alle meerderjarige bewoners of, naargelang van het geval, van alle meerderjarige gasten de woongelegenheden of kamers vermeld in 4° inspecteren;
  6° voor de uitoefening van hun ambt de hulp van de lokale of federale politie vragen;
  7° met inachtneming van de voorwaarden vermeld in 4° en 5° de onderzoeken en controles uitvoeren zonder voorafgaande aanmelding en zonder door de exploitant van het toeristische verblijf of diens vertegenwoordiger begeleid te worden. In dat geval ontvangt de exploitant daarna zo spoedig mogelijk een kennisgeving.
  [1 Onverminderd het eerste lid zijn de personeelsleden van de politiediensten bedoeld in artikel 2 van de wet van 5 augustus 1992 op het politieambt ook bevoegd om overtredingen van dit decreet en de uitvoeringsbesluiten ervan vast te stellen en proces-verbaal daarover op te maken.]1
  Het proces-verbaal geldt tot het tegendeel is bewezen.
  § 2. De Regering kan externe deskundigen, onder toezicht van de inspecteurs, belasten met het onderzoek en de beoordeling van toeristische verblijven. In dat geval ondersteunen de met die taken belaste deskundigen de inspecteurs bij de uitoefening van hun bevoegdheden vermeld in paragraaf 1.
  § 3. De aanwending van de toegekende subsidies wordt gecontroleerd overeenkomstig de wet van 16 mei 2003 tot vaststelling van de algemene bepalingen die gelden voor de begrotingen, de controle op de subsidies en voor de boekhouding van de gemeenschappen en de gewesten, alsook voor de organisatie van de controle door het Rekenhof.
  § 4. De inspectie waarborgt de vertrouwelijkheid van feiten, gegevens en bedrijfsgeheimen waarvan ze in de uitoefening van haar toezichts- en controleopdracht kennis heeft gekregen.
  
Art.25. Inspection
  § 1er. Les hébergements touristiques mentionnés dans le présent décret sont soumis au contrôle des inspecteurs désignés par le Gouvernement. Les inspecteurs sont chargés de constater les infractions commises à l'encontre de ce décret et de ses arrêtés d'exécution et de dresser procès-verbal.
  Les inspecteurs chargés du contrôle peuvent procéder à toutes les enquêtes, à tous les contrôles et à toutes les informations et collecter tous renseignements qu'ils estiment nécessaires pour s'assurer que les dispositions du présent décret et de ses arrêtés d'exécution sont respectées. Ils peuvent :
  1° interroger toute personne quant à des faits dont la connaissance est utile à l'exercice de l'inspection;
  2° se faire produire sans déplacement tous les livres et documents prescrits par le décret et ses arrêtés d'exécution et en établir des copies ou extraits;
  3° compulser tous les livres et documents nécessaires pour remplir leur mission;
  4° visiter entre 5 et 21 heures tous les locaux de l'hébergement touristique qui ne constituent pas une habitation ou ne sont pas des chambres occupées par des hôtes;
  5° visiter les habitations ou chambres mentionnées au 4°, moyennant l'accord de tous les résidents ou hôtes majeurs, selon le cas;
  6° demander l'aide de la police locale ou fédérale dans l'exercice de leurs fonctions;
  7° procéder, moyennant le respect des conditions prévues aux 4° et 5°, aux enquêtes et contrôles sans annonce préalable et sans être accompagnés par l'exploitant de l'hébergement touristique ou son représentant. Dans ce cas, l'exploitant en est ensuite immédiatement informé.
  [1 Sans préjudice de l'alinéa 1er, les membres du personnel des services de police visés à l'article 2 de la loi du 5 août 1992 sur la fonction de police sont également habilités à constater toute infraction au présent décret et à ses arrêtés d'exécution et à consigner ces infractions dans un procès-verbal.]1
  Ce procès-verbal vaut jusqu'à preuve du contraire.
  § 2. Le Gouvernement peut mandater des experts externes pour, sous la tutelle des inspecteurs, contrôler les hébergements touristiques et émettre un avis à leur sujet. Dans ce cas, les experts mandatés soutiennent les inspecteurs dans l'exercice des compétences mentionnées au § 1er.
  § 3. Le contrôle de l'utilisation des subsides octroyés s'opère conformément à la loi du 16 mai 2003 fixant les dispositions générales applicables aux budgets, au contrôle des subventions et à la comptabilité des communautés et des régions, ainsi qu'à l'organisation du contrôle de la Cour des comptes.
  § 4. L'inspection garantit la confidentialité des faits, données et secrets d'affaires dont elle a eu connaissance pendant l'exercice de sa mission de tutelle et de contrôle.
  
Art.26. [1 Opleggen van administratieve geldboetes
   § 1. Er wordt een administratieve geldboete van minstens 250 euro en hoogstens 25.000 euro opgelegd aan wie :
   1° een toeristisch verblijf exploiteert en daarbij de artikelen 10 en 11 overtreedt;
   2° een van de in artikel 12 vermelde herkenningstekens gebruikt dat niet overeenstemt met de classificatie van het toeristische verblijf;
   3° reclame maakt voor een toeristisch verblijf met een valse classificatie;
   4° de inspectie vermeld in artikel 25 weigert of belemmert.
   Indien binnen vijf jaar na opmaak van het proces-verbaal vermeld in [2 artikel 25, § 1, eerste lid of derde lid,]2 een nieuwe overtreding wordt vastgesteld, wordt de geldboete vermeld in het eerste lid verdubbeld.
   § 2. Vanaf de ontvangst van het proces-verbaal vermeld in [2 artikel 25, § 1, eerste lid of derde lid,]2 heeft de Regering zes maanden de tijd om een administratieve geldboete op te leggen.
   § 3. Indien de Regering beslist om een administratieve procedure in te stellen, deelt ze de overtreder per aangetekende brief het volgende mee :
   1° de daden en de kwalificatie ervan;
   2° dat de overtreder zijn verweermiddelen naar voren kan brengen binnen een termijn van vijftien kalenderdagen die ingaat vanaf de dag van de kennisgeving per aangetekende brief en dat hij daarbij het recht heeft om de Regering om een mondelinge verdediging te verzoeken;
   3° dat de overtreder het recht heeft zich door een raadsman te laten bijstaan of te laten vertegenwoordigen;
   4° dat de overtreder recht op inzage in het dossier heeft;
   5° een afschrift van het proces-verbaal van vaststelling.
   De Regering bepaalt de dag waarop de overtreder verzocht wordt zich mondeling te verdedigen.
   § 4. De Regering kan de administratieve geldboete opleggen na het verstrijken van de termijn bepaald in § 3, 2°, of - als de overtreder meedeelt dat hij de daden niet betwist of als de overtreder of diens raadsman de zaak mondeling of schriftelijk heeft verdedigd - vóór het verstrijken van die termijn.
   De Regering brengt haar beslissing per aangetekende brief ter kennis van de overtreder.
   De kennisgeving bevat ook de inlichtingen vermeld in artikel 9, § 1, artikel 10 en artikel 12 van de wet van 8 december 1992 tot bescherming van de persoonlijke levenssfeer ten opzichte van de verwerking van persoonsgegevens.
   § 5. De beslissing om een administratieve geldboete op te leggen is uitvoerbaar na het verstrijken van een termijn van dertig kalenderdagen die ingaat vanaf de dag van kennisgeving, tenzij overeenkomstig § 6 beroep wordt ingesteld.
   De administratieve geldboete wordt geïnd ten gunste van de Duitstalige Gemeenschap.
   De administratieve geldboete wordt vereffend binnen dertig kalenderdagen na de dag waarop de beslissing uitvoerbaar is geworden, door betaling of overschrijving op een rekening van de Regering aan de hand van een betalings- of overschrijvingsformulier.
  [3 ...]3
   § 6. Binnen dertig kalenderdagen na kennisgeving van de beslissing kan de overtreder bij verzoekschrift beroep instellen bij de correctionele rechtbank. Het verzoekschrift bevat de identiteit en het adres van de overtreder, de benaming van de aangevochten beslissing en de desbetreffende grieven.
   De correctionele rechtbank beslist over de rechtmatigheid en de evenredigheid van de opgelegde geldboete. Ze kan de beslissing van de Regering ofwel bevestigen, ofwel wijzigen.
   Tegen de beslissing van de correctionele rechtbank kan geen hoger beroep worden ingesteld.]1

  [4 § 7 - De Regering kan nadere regels vastleggen met betrekking tot de beslissing en de procedure voor het opleggen van een administratieve geldboete.]4
  
Art.26. [1 Imposition d'amendes administratives
   § 1er. Est passible d'une amende administrative allant de 250 à 25 000 euros quiconque :
   1° exploite un hébergement touristique en infraction aux prescriptions des articles 10 et 11;
   2° utilise un des écussons mentionnés à l'article 12 qui ne correspond pas à la classification de l'hébergement touristique;
   3° fait de la publicité pour un hébergement touristique avec une fausse classification;
   4° refuse ou entrave l'inspection prévue à l'article 25.
   Si une nouvelle infraction est constatée dans les cinq ans suivant l'établissement du procès-verbal mentionné [2 à l'article 25, § 1er, alinéas 1er ou 3, ]2 les amendes mentionnées à l'alinéa 1er sont doublées.
   § 2. Le Gouvernement dispose d'un délai de six mois à partir de la réception du procès-verbal mentionné [2 à l'article 25, § 1er, alinéas 1er ou 3,]2 pour infliger une amende administrative.
   § 3. Si le Gouvernement décide qu'il y a lieu d'entamer une procédure administrative, il communique au contrevenant par recommandé :
   1° les faits et leur qualification;
   2° la possibilité pour le contrevenant d'exposer, par lettre recommandée, ses moyens de défense dans un délai de quinze jours calendrier à compter du jour de la notification, et qu'il a, à cette occasion, le droit de demander au Gouvernement de présenter oralement sa défense;
   3° le droit pour le contrevenant de se faire assister ou représenter par un conseil;
   4° le droit pour le contrevenant de consulter son dossier;
   5° une copie du procès-verbal constatant l'infraction.
   Le Gouvernement détermine le jour où le contrevenant est invité à exposer oralement sa défense.
   § 4. Après l'expiration du délai fixé au § 3, 2°, ou avant l'expiration de ce délai, si le contrevenant signifie ne pas contester les faits ou, le cas échéant, après la défense orale ou écrite de l'affaire par le contrevenant ou son conseil, le Gouvernement peut infliger l'amende administrative.
   Le Gouvernement notifie sa décision au contrevenant par recommandé.
   La notification reprend également les informations mentionnées aux articles 9, § 1er, 10 et 12, de la loi du 8 décembre 1992 relative à la protection de la vie privée à l'égard des traitements de données à caractère personnel.
   § 5. La décision d'imposer une amende administrative a force exécutoire à l'expiration d'un délai de trente jours calendrier à compter du jour de sa notification, sauf en cas de recours conformément au § 6.
   L'amende administrative est perçue au profit de la Communauté germanophone.
   Elle est payée dans un délai de trente jours calendrier suivant le jour où la décision a acquis force exécutoire, par versement ou virement sur un compte du Gouvernement, au moyen d'un bulletin de versement ou de virement.
  [3 ...]3
   § 6. Le contrevenant peut déposer un recours dans le mois suivant la notification de la décision par voie de demande écrite introduite auprès du tribunal correctionnel. La demande énumère l'identité et l'adresse du contrevenant, la désignation de la décision attaquée ainsi que les griefs correspondants.
   Le tribunal correctionnel juge de la légalité et de la proportionnalité de l'amende imposée. Il peut soit confirmer soit réformer la décision du Gouvernement.
   La décision du tribunal correctionnel n'est pas susceptible d'appel.]1

  [4 § 7 - Le Gouvernement peut déterminer des modalités supplémentaires relatives à la décision et à la procédure infligeant une amende administrative.]4
  
Art.27. [1 Invordering van de administratieve geldboetes]1
  De Regering wijst de personen aan die belast zijn met de invordering van de onbetwiste en opeisbare administratieve geldboetes en eventuele invorderingskosten.
  De personen vermeld in het eerste lid zijn bevoegd om :
  1° een betalingsbevel uit te vaardigen;
  2° een betalingsbevel te viseren, uitvoerbaar te verklaren en bij exploot van een gerechtsdeurwaarder aan de [1 overtreder]1 te betekenen;
  3° de schuldenaars die een bijzondere noodsituatie kunnen aantonen, uitstel van betaling of gespreide betalingen toe te staan.
  Indien de situatie van de te goeder trouw zijnde schuldenaar het rechtvaardigt, kan de Regering een schikking met hem treffen.
  
Art.27. Recouvrement [1 des amendes administratives]1
  Le Gouvernement désigne les personnes chargées de recouvrer les amendes administratives incontestées et exigibles ainsi que les frais de recouvrement éventuellement engendrés.
  Les personnes mentionnées à l'alinéa 1er sont habilitées à :
  1° délivrer une contrainte;
  2° viser la contrainte, la déclarer exécutoire et la signifier [1 au contrevenant]1 par huissier de justice;
  3° octroyer un sursis de paiement ou un échelonnement aux débiteurs qui peuvent justifier d'une situation particulièrement précaire.
  Lorsque la situation d'un débiteur de bonne foi le justifie, le Gouvernement peut conclure une transaction avec lui.
  
Art.27.1. [1 Verjaring van de administratieve geldboetes
   De administratieve geldboetes verjaren na verloop van vijf jaar, te rekenen vanaf de datum waarop ze betaald moeten worden.
   Die termijn kan gestuit worden, ofwel zoals bepaald in de artikelen 2244 en volgende van het Burgerlijk Wetboek, ofwel door afstand van de verkregen verjaring. Indien de verjaring gestuit wordt, gaat - vijf jaar na de laatste handeling met stuiting van de vorige verjaring - een nieuwe verjaring in die op dezelfde wijze kan worden gestuit als er geen geding aanhangig is.]1

  
Art.27.1. [1 Prescription des amendes administratives
   Les amendes administratives se prescrivent par cinq ans à compter de la date à laquelle elles doivent être payées.
   Ce délai peut être interrompu soit tel que prévu par les articles 2244 et suivants du Code civil, soit par une renonciation à la prescription acquise. En cas d'interruption de la prescription, une nouvelle, susceptible d'être interrompue de la même manière, est acquise cinq ans après le dernier acte interruptif de la précédente prescription, sauf s'il y a instance en justice.]1

  
Art.28. Strafbepaling
  Indien een toeristisch verblijf in strijd met dit decreet of de uitvoeringsbesluiten ervan verder geëxploiteerd wordt, ook nadat een administratieve geldboete werd opgelegd, zonder dat een einde wordt gemaakt aan de vastgestelde wantoestanden die aanleiding hebben gegeven tot de administratieve geldboete, stelt de inspectie overeenkomstig artikel 25, § 1, een proces-verbaal op en bezorgt ze het dossier aan de bevoegde rechter die het sluiten van de exploitatie of, naargelang van het geval, het ruimen van het terrein beveelt.
  Het eerste lid geldt onverminderd de bevoegdheden van de bevoegde burgemeester om op grond van de artikelen 134 tot 134sexies van de nieuwe gemeentewet van 24 juni 1988 een onmiddellijke sluiting van het verblijf of, naargelang van het geval, een onmiddellijke ruiming van het terrein te bevelen.
Art.28. Disposition pénale
  Si, après qu'une [1 amende administrative]1 a été infligée, un hébergement touristique continue à être exploité en violation des dispositions du présent décret ou de ses arrêtés d'exécution, sans que les manquements constatés ayant entraîné [1 l'amende administrative]1 n'aient été corrigés, l'inspection établit un procès-verbal conformément à l'article 25, § 1er, et transmet le dossier à la juridiction compétente, laquelle ordonne la fermeture de l'exploitation ou l'expulsion du terrain, selon le cas.
  Le premier alinéa vaut sans préjudice du pouvoir du bourgmestre compétent d'ordonner, en vertu des articles 134 à 134sexies de la nouvelle loi communale du 24 juin 1988, la fermeture immédiate de l'hébergement ou l'expulsion du terrain, selon le cas.
  
HOOFDSTUK 6. - Slotbepalingen
CHAPITRE 6. - Dispositions finales
Art.29. Aan de Regering toevertrouwde opdracht
  De Regering legt de bepalingen vast met betrekking tot :
  1° de normen en de procedure voor de subsidiëring van de actoren vermeld in de artikelen 4 tot 7;
  2° de minimumnormen voor de exploitatie van toeristische verblijven;
  3° de criteria voor de classificatie van toeristische verblijven naargelang van de categorie;
  4° het herkenningsteken dat wordt uitgereikt aan de exploitanten van toeristische verblijven;
  5° de specifieke veiligheidsnormen voor toeristische verblijven;
  6° het model van het veiligheidsattest;
  7° de procedure voor de toekenning van een afwijking van de veiligheidsvoorschriften;
  8° het legitimatiebewijs van de inspecteurs;
  9° [1 ...]1
  
Art.29. Mission confiée au Gouvernement
  Le Gouvernement prend les dispositions relatives
  1° aux normes et à la procédure de subventionnement des acteurs mentionnés aux articles 4 à 7;
  2° aux standards minimaux fixés pour l'exploitation d'hébergements touristiques;
  3° aux critères de classification des hébergements touristiques, selon la catégorie;
  4° à l'écusson délivré aux exploitants d'établissements d'hébergement;
  5° aux normes de sécurité spécifiques applicables aux hébergements touristiques;
  6° au modèle de l'attestation de sécurité;
  7° à la procédure d'octroi d'une dérogation aux dispositions relatives à la sécurité;
  8° à la carte de légitimation des inspecteurs;
  9° [1 ...]1
  
Art.30. Opheffingsbepaling
  Volgende regelingen worden opgeheven :
  1° het decreet van 23 november 1992 betreffende de vakantiewoningen, gastenkamers en Bed and Breakfast;
  2° het decreet van 9 mei 1994 over de logiesverstrekkende inrichtingen en hotelinrichtingen;
  3° het decreet van 9 mei 1994 over het kamperen en de kampeerterreinen;
  4° het decreet van 17 februari 2003 betreffende de erkenning en bevordering van de verfraaiingscomités, verenigingen voor het vreemdelingenverkeer en van de koepelverenigingen ervan, alsmede van de informatiebureaus en informatiepunten.
Art.30. Disposition abrogatoire
  Sont abrogés :
  1° le décret du 23 novembre 1992 relatif aux habitations de vacances, chambres d'hôtes et "Bed and Breakfast";
  2° le décret du 9 mai 1994 sur les établissements d'hébergement et les établissements hôteliers;
  3° le décret du 9 mai 1994 sur le camping et les terrains de camping;
  4° le décret du 17 février 2003 relatif à la reconnaissance et à la promotion des comités d'embellissement, syndicats d'initiative et de leurs associations faîtières, ainsi que des bureaux d'information et points d'information.
Art.31. Overgangsbepaling
  De subsidies die op grond van dit decreet moeten worden betaald, vervangen alle bedragen waarop de subsidieontvangers op grond van vroeger geldende subsidiëringsprocedures recht hebben.
  De voorwaarden vermeld in artikel 7, § 1, 7°, moeten uiterlijk op 1 januari 2022 vervuld zijn.
Art.31. Disposition transitoire
  Les subsides à liquider en vertu du présent décret remplacent toutes les prestations auxquelles peuvent prétendre les bénéficiaires de subsides en vertu des procédures de subventionnement préalablement en vigueur.
  Les conditions édictées à l'article 7, § 1er, 7°, doivent être remplies pour le 1er janvier 2022 au plus tard.
Art.31.1. [1 Overgangsbepaling
   Voor toeristische verblijven die voorafgaand aan 1 januari 2023 geclassificeerd werden met toepassing van de decreten vermeld in artikel 30, 1° tot 3°, of met toepassing van dit decreet, gaat de duur van de classificatie vermeld in artikel 12, § 2, in op 1 januari 2024.]1

  
Art.31.1. [1 Disposition transitoire
   Pour les hébergements touristiques classés avant le 1er janvier 2023 en application des décrets énumérés à l'article 30, 1° à 3°, ou du présent décret, la durée de la classification mentionnée à l'article 12, § 2, prend cours à partir du 1er janvier 2024.]1

  
Art. 32. Inwerkingtreding
  Dit decreet heeft uitwerking met ingang van 1 januari 2017.
Art. 32. Entrée en vigueur
  Le présent décret entre en vigueur le 1er janvier 2017.