Art.10. § 1. Indien het bestuur, bij de analyse van het jaarlijks activiteitenverslag bedoeld in
[1 artikel 39]1, van het decreet, vaststelt dat een operator zijn verbintenissen niet naleeft of klaarblijkelijk niet in staat is om deze na te leven voor de overblijvende contractuele periode of herhaalde of ernstige contractuele fouten maakt, verzoekt het bestuur, bij aangetekende brief, hem om uitleg en deze, in voorkomend geval, te staven met elk nodig geacht aanvullend document.
De operator bezorgt deze elementen binnen een termijn van dertig dagen na de verzending van het verzoek door het bestuur.
§ 2. Bij het verstrijken van een termijn van dertig dagen bedoeld in § 1, tweede lid, of bij de ontvangst van de elementen doorgegeven door de operator, bezorgt het bestuur het jaarlijks activiteitenverslag van de operator, de elementen verstuurd door hem met toepassing van § 1, het verslag en, in voorkomend geval, het voorstel tot schorsing dat het bestuur opgesteld heeft, aan de bevoegde adviesinstantie en aan de Minister.
§ 3. Binnen een termijn van veertien dagen na de ontvangst van het voorstel tot schorsing kan de Minister beslissen om de programmaovereenkomst
[1 in de creatieovereenkomst, de dienstenovereenkomst, de uitzendingsovereenkomst of]1 met onmiddellijk gevolg te schorsen.
Het bestuur is belast met :
1° de mededeling van de beslissing aan de operator, per aangetekende brief, het verzoek om hem, binnen een termijn van dertig dagen, uitleg te geven en, in voorkomend geval, elk aanvullend document en/of zijn wil om gehoord te worden;
2° het doorgeven aan de bevoegde adviesinstantie, naast het jaarlijks activiteitenverslag bedoeld in
[1 artikel 39]1, van het decreet en het verslag en het voorstel van het bestuur bezorgd met toepassing van § 1 :
a) de beslissing tot schorsing van de Minister;
b) de schriftelijke uitleg en de documenten meegedeeld door de operator bij de ontvangst ervan;
c) in voorkomend geval, een ontwerp van aanhangsel opgesteld met de operator.