Artikel 1. Dit besluit is van toepassing op de statutaire en contractuele personeelsleden van :
1° [1 de diensten van de Regering van het Brussels Hoofdstedelijk Gewest]1;
2° [2 de instellingen vernoemd in artikel 1 van het Besluit van de Brusselse Hoofdstedelijke Regering houdende het administratief statuut en de bezoldigingsregeling van de ambtenaren van de instellingen van openbaar nut van het Brussels Hoofdstedelijk Gewest;]2
3° het Gewestelijk Agentschap voor de Netheid [4 - Net Brussel]4;
4° [4 Brupartners]4;
5° [2 ...]2
6° [2 ...]2
7° Brussel Gas Elektriciteit - BRUGEL.
[3 8° [4 ...]4]3
Nederlands (NL)
Français (FR)
Titre
26 JANUARI 2017. - [Besluit van de Brusselse Hoofdstedelijke Regering van 26 januari 2017 betreffende telewerk en satellietwerk] <BESL2023-07-06/12, art. 1, 005; Inwerkingtreding : 22-09-2023>(NOTA : Raadpleging van vroegere versies vanaf 15-02-2017 en tekstbijwerking tot 22-09-2023)
Titre
26 JANVIER 2017. - [Arrêté du Gouvernement de la Région de Bruxelles-Capitale du 26 janvier 2017 relatif au télétravail et au travail en bureau satellite] <ARR2023-07-06/12, art. 1, 005; En vigueur : 22-09-2023>(NOTE : Consultation des versions antérieures à partir du 15-02-2017 et mise à jour au 22-09-2023)
Informations sur le document
Numac: 2017020195
Datum: 2017-01-26
Info du document
Numac: 2017020195
Date: 2017-01-26
Table des matières
HOOFDSTUK I. - Begripsomschrijving en toepassin...
HOOFDSTUK II. [1 - Procedure voor de behandelin...
Afdeling 1. [1 Algemene principes]1
Afdeling 2. [1 Princiepsakkoord]1
Afdeling 3. [1 Individueel operationeel akkoord]1
HOOFDSTUK III. [1 - Organisatorische aspecten v...
HOOFDSTUK IV. [1 - Duur, opschorting en beëindi...
HOOFDSTUK V. [1 - Bemiddeling]1
HOOFDSTUK VI. [1 - Overgangs-, intrekkings- en ...
Table des matières
CHAPITRE Ier. - Définitions et champ d'application
CHAPITRE II. [1 - Procédure de traitement de la...
Section 1ière [1 Principes généraux]1
Section 2. [1 Accord de principe]1
Section 3. [1 Accord individuel opérationnel]1
CHAPITRE III. [1 - Aspects organisationnels du ...
CHAPITRE IV. [1 - Durée, suspension et extincti...
CHAPITRE V. [1 - Médiation]1
CHAPITRE VI. [1 - Dispositions transitoires, ab...
Tekst (31)
Texte (31)
HOOFDSTUK I. - Begripsomschrijving en toepassingsgebied
CHAPITRE Ier. - Définitions et champ d'application
Article 1er. Le présent arrêté est applicable aux membres du personnel statutaires et contractuels :
1° [1 [4 des]4 services du Gouvernement de la Région de Bruxelles-Capitale]1;
2° [2 des organismes mentionnés à l'article 1er de l'Arrêté du Gouvernement de la Région de Bruxelles-Capitale du 21 mars 2018 portant le statut administratif et pécuniaire des agents des organismes d'intérêt public de la Région de Bruxelles-Capital;]2
3° de l'Agence Régionale pour la Propreté [4 - Bruxelles-Propreté]4;
4° [4 de Brupartners]4;
5° [2 ...]2
6° [2 ...]2
7° de Bruxelles Gaz Electricité - BRUGEL.
[3 8° [4 ...]4]3
1° [1 [4 des]4 services du Gouvernement de la Région de Bruxelles-Capitale]1;
2° [2 des organismes mentionnés à l'article 1er de l'Arrêté du Gouvernement de la Région de Bruxelles-Capitale du 21 mars 2018 portant le statut administratif et pécuniaire des agents des organismes d'intérêt public de la Région de Bruxelles-Capital;]2
3° de l'Agence Régionale pour la Propreté [4 - Bruxelles-Propreté]4;
4° [4 de Brupartners]4;
5° [2 ...]2
6° [2 ...]2
7° de Bruxelles Gaz Electricité - BRUGEL.
[3 8° [4 ...]4]3
Art.2. Voor de toepassing van dit besluit, wordt verstaan onder :
1° personeelslid : het statutair en contractueel personeel;
2° [2 de gekozen werkplek: de door de telewerker gekozen plaats of plaatsen buiten een satellietkantoor en buiten de lokalen van de werkgever, met instemming van deze laatste;]2
3° telewerk : elke vorm van organisatie en/of uitvoering van het werk waarbij gebruik wordt gemaakt van de informatietechnologieën en waarin werk dat in de lokalen van de werkgever verricht kan worden op regelmatige of occasionele basis verricht wordt [2 op een gekozen werkplek]2 [1 ...]1;
4° telewerker : een personeelslid dat telewerk verricht;
5° mobiele werknemer : personeelslid wiens mobiliteit deel uitmaakt van het takenpakket en die regelmatig het aantal uren per week presteert dat voorzien wordt door [2 de Directieraad]2, buiten de lokalen van de werkgever [2 , een satellietkantoor of een gekozen werkplek]2 werkt;
6° mobiel telewerk : [2 ...]2 telewerk uitgeoefend door een mobiele werknemer [2 ...]2 [1 ...]1;
7° [2 satellietwerk: een vorm van werkorganisatie en/of -uitvoering, waarbij gebruik wordt gemaakt van informatietechnologie, waarbij werk dat normaliter in de dienst van de aanstelling wordt verricht, in een satellietkantoor wordt verricht;]2
8° [2 satellietkantoor: een gedecentraliseerd lokaal van de werkgever of een lokaal dat door de werkgever aan het personeelslid ter beschikking wordt gesteld. Verscheidene werkgevers kunnen overeenkomen om gezamenlijk lokalen in te richten om ze ter beschikking van hun personeel te stellen;]2
[2 8bis° : werknemer in een satellietkantoor: elk personeelslid dat werk verricht in een satellietkantoor;]2
9° werkgever : de openbare instellingen van het Brussels Hoofdstedelijk Gewest, zoals opgesomd in artikel 1;
10° de functionele chef : personeelslid dat de leiding of dagelijkse controle heeft over het functioneren van een team volgens de bepalingen van zijn/haar functiebeschrijving;
11° directieraad : de bestuursorganen belast met het dagelijks beleid en aangewezen door de ordonnanties en organieke en statutaire besluiten van publieke instellingen bedoeld in art. 1.
12° Werkdagen : kalenderdagen uitgezonderd zaterdagen, zondagen en feestdagen.
1° personeelslid : het statutair en contractueel personeel;
2° [2 de gekozen werkplek: de door de telewerker gekozen plaats of plaatsen buiten een satellietkantoor en buiten de lokalen van de werkgever, met instemming van deze laatste;]2
3° telewerk : elke vorm van organisatie en/of uitvoering van het werk waarbij gebruik wordt gemaakt van de informatietechnologieën en waarin werk dat in de lokalen van de werkgever verricht kan worden op regelmatige of occasionele basis verricht wordt [2 op een gekozen werkplek]2 [1 ...]1;
4° telewerker : een personeelslid dat telewerk verricht;
5° mobiele werknemer : personeelslid wiens mobiliteit deel uitmaakt van het takenpakket en die regelmatig het aantal uren per week presteert dat voorzien wordt door [2 de Directieraad]2, buiten de lokalen van de werkgever [2 , een satellietkantoor of een gekozen werkplek]2 werkt;
6° mobiel telewerk : [2 ...]2 telewerk uitgeoefend door een mobiele werknemer [2 ...]2 [1 ...]1;
7° [2 satellietwerk: een vorm van werkorganisatie en/of -uitvoering, waarbij gebruik wordt gemaakt van informatietechnologie, waarbij werk dat normaliter in de dienst van de aanstelling wordt verricht, in een satellietkantoor wordt verricht;]2
8° [2 satellietkantoor: een gedecentraliseerd lokaal van de werkgever of een lokaal dat door de werkgever aan het personeelslid ter beschikking wordt gesteld. Verscheidene werkgevers kunnen overeenkomen om gezamenlijk lokalen in te richten om ze ter beschikking van hun personeel te stellen;]2
[2 8bis° : werknemer in een satellietkantoor: elk personeelslid dat werk verricht in een satellietkantoor;]2
9° werkgever : de openbare instellingen van het Brussels Hoofdstedelijk Gewest, zoals opgesomd in artikel 1;
10° de functionele chef : personeelslid dat de leiding of dagelijkse controle heeft over het functioneren van een team volgens de bepalingen van zijn/haar functiebeschrijving;
11° directieraad : de bestuursorganen belast met het dagelijks beleid en aangewezen door de ordonnanties en organieke en statutaire besluiten van publieke instellingen bedoeld in art. 1.
12° Werkdagen : kalenderdagen uitgezonderd zaterdagen, zondagen en feestdagen.
Art.2. Pour l'application du présent arrêté, on entend par :
1° membre du personnel : le personnel statutaire et contractuel;
2° [2 le lieu de travail choisi : le lieu ou les lieux choisi(s) par le télétravailleur situé(s) en dehors d'un bureau satellite et des locaux de l'employeur, moyennant l'accord de ce dernier;]2
3° télétravail : toute forme d'organisation et/ou de réalisation du travail, utilisant les technologies de l'information, dans laquelle un travail qui peut être réalisé dans les locaux de l'employeur est effectué de façon régulière ou occasionnelle [2 dans un lieu de travail choisi]2 [1 ...]1;
4° télétravailleur : le membre du personnel qui effectue du télétravail;
5° travailleur mobile : membre du personnel dont les tâches qui lui ont été attribuées impliquent la mobilité et qui régulièrement preste le nombre d'heures par semaine prévus par [2 le Conseil de direction]2, en dehors des locaux de l'employeur [2 , d'un bureau satellite ou d'un lieu de travail choisi]2;
6° télétravail mobile : télétravail [2 ...]2, presté par un travailleur mobile [2 ...]2;
7° [2 travail en bureau satellite : une forme d'organisation et/ou de réalisation du travail, utilisant les technologies de l'information, dans laquelle un travail qui est normalement effectué dans le service d'affectation est effectué dans un bureau satellite ;]2
8° [2 bureau satellite : un local décentralisé de l'employeur ou mis à la disposition du membre du personnel par l'employeur. Plusieurs employeurs peuvent s'entendre pour aménager ensemble des locaux en vue de les mettre à la disposition des membres de leur personnel ;]2
[2 8bis° : travailleur en bureau satellite : tout membre du personnel qui effectue du travail en bureau satellite ;]2
9° employeur : les institutions publiques de la Région de Bruxelles-Capitale, visées à l'article premier;
10° chef fonctionnel : membre du personnel qui a la direction ou le contrôle journalier du fonctionnement d'une équipe en vertu de sa description de fonction;
11° conseil de direction : les organes de direction chargés de la gestion journalière désignés dans les ordonnances et arrêtés organiques et statutaires des organismes publics visés à l'article 1er.
12° Jours ouvrables : jours calendriers à l'exclusion des samedi, dimanche et jours fériés.
1° membre du personnel : le personnel statutaire et contractuel;
2° [2 le lieu de travail choisi : le lieu ou les lieux choisi(s) par le télétravailleur situé(s) en dehors d'un bureau satellite et des locaux de l'employeur, moyennant l'accord de ce dernier;]2
3° télétravail : toute forme d'organisation et/ou de réalisation du travail, utilisant les technologies de l'information, dans laquelle un travail qui peut être réalisé dans les locaux de l'employeur est effectué de façon régulière ou occasionnelle [2 dans un lieu de travail choisi]2 [1 ...]1;
4° télétravailleur : le membre du personnel qui effectue du télétravail;
5° travailleur mobile : membre du personnel dont les tâches qui lui ont été attribuées impliquent la mobilité et qui régulièrement preste le nombre d'heures par semaine prévus par [2 le Conseil de direction]2, en dehors des locaux de l'employeur [2 , d'un bureau satellite ou d'un lieu de travail choisi]2;
6° télétravail mobile : télétravail [2 ...]2, presté par un travailleur mobile [2 ...]2;
7° [2 travail en bureau satellite : une forme d'organisation et/ou de réalisation du travail, utilisant les technologies de l'information, dans laquelle un travail qui est normalement effectué dans le service d'affectation est effectué dans un bureau satellite ;]2
8° [2 bureau satellite : un local décentralisé de l'employeur ou mis à la disposition du membre du personnel par l'employeur. Plusieurs employeurs peuvent s'entendre pour aménager ensemble des locaux en vue de les mettre à la disposition des membres de leur personnel ;]2
[2 8bis° : travailleur en bureau satellite : tout membre du personnel qui effectue du travail en bureau satellite ;]2
9° employeur : les institutions publiques de la Région de Bruxelles-Capitale, visées à l'article premier;
10° chef fonctionnel : membre du personnel qui a la direction ou le contrôle journalier du fonctionnement d'une équipe en vertu de sa description de fonction;
11° conseil de direction : les organes de direction chargés de la gestion journalière désignés dans les ordonnances et arrêtés organiques et statutaires des organismes publics visés à l'article 1er.
12° Jours ouvrables : jours calendriers à l'exclusion des samedi, dimanche et jours fériés.
Art. 2/1. [1 Het werk dat gewoonlijk door mobiele werknemers buiten de lokalen van de werkgever wordt verricht, valt niet binnen de werkingssfeer van dit besluit, tenzij het wordt verricht in een satellietkantoor of op een door de mobiele werknemer gekozen werkplek.]1
Art. 2/1. [1 Le travail presté habituellement par les travailleurs mobiles en dehors des locaux de l'employeur ne tombe pas dans le champ d'application du présent arrêté, sauf s'il est accompli dans un bureau satellite ou dans un lieu de travail choisi par le travailleur mobile.]1
Modifications
HOOFDSTUK II. [1 - Procedure voor de behandeling van het verzoek om telewerk of satellietwerk]1
CHAPITRE II. [1 - Procédure de traitement de la demande de télétravail ou de travail en bureau satellite]1
Afdeling 1. [1 Algemene principes]1
Section 1ière [1 Principes généraux]1
Art.3. [1 § 1. De beslissing om beroep te doen op satellietwerk in een instelling wordt genomen door de Directieraad.
§ 2. Het telewerken en, indien georganiseerd, het werken in satellietkantoren zijn vrijwillig voor het personeelslid.
Zij zijn onderworpen aan een voorafgaande toestemming als bedoeld in afdeling 2 van dit hoofdstuk.
De concrete voorwaarden voor de uitvoering van telewerk en satellietwerk worden gespecificeerd in een individuele operationele overeenkomst, gesloten met de functionele chef, overeenkomstig de bepalingen van afdeling 3 van dit hoofdstuk.]1
§ 2. Het telewerken en, indien georganiseerd, het werken in satellietkantoren zijn vrijwillig voor het personeelslid.
Zij zijn onderworpen aan een voorafgaande toestemming als bedoeld in afdeling 2 van dit hoofdstuk.
De concrete voorwaarden voor de uitvoering van telewerk en satellietwerk worden gespecificeerd in een individuele operationele overeenkomst, gesloten met de functionele chef, overeenkomstig de bepalingen van afdeling 3 van dit hoofdstuk.]1
Modifications
Art.3. [1 § 1er. La décision de pouvoir recourir au travail en bureau satellite dans une institution est prise par le Conseil de direction.
§ 2. Le télétravail et, lorsque celui-ci est organisé, le travail en bureau satellite, sont volontaires pour le membre du personnel.
Ils sont soumis à autorisation préalable, visée à la section 2 du présent chapitre.
Les conditions concrètes de mise en oeuvre du télétravail et du travail en bureau satellite sont précisées dans un accord individuel opérationnel, conclu avec le chef fonctionnel, conformément aux dispositions de la section 3 du présent chapitre.]1
§ 2. Le télétravail et, lorsque celui-ci est organisé, le travail en bureau satellite, sont volontaires pour le membre du personnel.
Ils sont soumis à autorisation préalable, visée à la section 2 du présent chapitre.
Les conditions concrètes de mise en oeuvre du télétravail et du travail en bureau satellite sont précisées dans un accord individuel opérationnel, conclu avec le chef fonctionnel, conformément aux dispositions de la section 3 du présent chapitre.]1
Modifications
Afdeling 2. [1 Princiepsakkoord]1
Section 2. [1 Accord de principe]1
Art.4. [1 Het personeelslid kan toestemming krijgen om gebruik te maken van telewerk en/of satellietwerk indien hij/zij aan de volgende voorwaarden voldoet:
1° telewerken of satellietwerk, naar gelang van het geval, is verenigbaar met de functie.
Daartoe stelt de Directieraad na overleg een lijst op van functies die niet of slechts gedeeltelijk verenigbaar zijn met telewerken en/of satellietwerk.
2° Het personeelslid ontvangt een met redenen omkleed gunstig advies van de functionele chef of het akkoord van de Directieraad na zijn schriftelijke klacht. Het met redenen advies van de functionele chef heeft, ten minste, betrekking op de gekozen werkplek(ken) en het aantal gevraagde telewerk dagen.
De in 2° bepaalde voorwaarde is alleen van toepassing op de mobiele werker wanneer deze verzoekt om hele of halve dagen telewerk of satellietwerk te verrichten.]1
1° telewerken of satellietwerk, naar gelang van het geval, is verenigbaar met de functie.
Daartoe stelt de Directieraad na overleg een lijst op van functies die niet of slechts gedeeltelijk verenigbaar zijn met telewerken en/of satellietwerk.
2° Het personeelslid ontvangt een met redenen omkleed gunstig advies van de functionele chef of het akkoord van de Directieraad na zijn schriftelijke klacht. Het met redenen advies van de functionele chef heeft, ten minste, betrekking op de gekozen werkplek(ken) en het aantal gevraagde telewerk dagen.
De in 2° bepaalde voorwaarde is alleen van toepassing op de mobiele werker wanneer deze verzoekt om hele of halve dagen telewerk of satellietwerk te verrichten.]1
Modifications
Art.4. [1 Le membre du personnel peut être autorisé à recourir au télétravail et/ou au travail en bureau satellite, s'il satisfait aux conditions suivantes :
1° le télétravail ou le travail en bureau satellite, selon le cas, est compatible avec la fonction.
A cet effet, le Conseil de direction établit, après concertation, une liste des fonctions qui ne sont pas compatibles, ou partiellement compatibles, avec le télétravail et/ou le travail en bureau satellite.
2° Le membre du personnel reçoit l'avis favorable motivé du chef fonctionnel ou l'accord du Conseil de direction suite à sa réclamation écrite. L'avis motivé du chef fonctionnel porte, à tout le moins, sur le ou les lieu(x) de travail choisis ainsi que sur le nombre de jours de télétravail sollicités.
La condition déterminée au 2° n'est applicable au travailleur mobile que lorsque celui-ci demande à prester des jours complets ou des demi-jours de télétravail ou de travail en bureau satellite.]1
1° le télétravail ou le travail en bureau satellite, selon le cas, est compatible avec la fonction.
A cet effet, le Conseil de direction établit, après concertation, une liste des fonctions qui ne sont pas compatibles, ou partiellement compatibles, avec le télétravail et/ou le travail en bureau satellite.
2° Le membre du personnel reçoit l'avis favorable motivé du chef fonctionnel ou l'accord du Conseil de direction suite à sa réclamation écrite. L'avis motivé du chef fonctionnel porte, à tout le moins, sur le ou les lieu(x) de travail choisis ainsi que sur le nombre de jours de télétravail sollicités.
La condition déterminée au 2° n'est applicable au travailleur mobile que lorsque celui-ci demande à prester des jours complets ou des demi-jours de télétravail ou de travail en bureau satellite.]1
Modifications
Art.5. [1 § 1. Het personeelslid kan op elk moment van het jaar een individueel verzoek tot een princiepsakkoord indienen om te telewerken en/of satellietwerk te verrichten gebruik makend van het daartoe bestemde formulier.
De functionele chef verwerkt het verzoek en stuurt het binnen drie werkdagen naar de dienst die verantwoordelijk is voor het personeelsbeheer.
§ 2. Deze dienst staat ambtshalve telewerk of satellietwerk toe wanneer het advies van de functionele chef gunstig is.
§ 3. Wanneer het advies van de functionele chef ongunstig is, wordt dit met redenen omkleed.
Een afschrift van het ongunstig advies wordt binnen drie werkdagen aan het betrokken personeelslid toegezonden.
De in het vorige lid bedoelde kennisgeving vermeldt de procedure en de termijn voor het indienen van de in lid 4 bedoelde klacht.
§ 4. Het personeelslid heeft na ontvangst van de in paragraaf 3, tweede alinea, bedoelde kennisgeving tien werkdagen de tijd om een schriftelijke klacht in te dienen bij de dienst die belast is met het personeelsbeheer.
Indien binnen de termijn geen klacht is ingediend, wordt telewerk en/of satellietwerk geacht te zijn geweigerd.
De dienst die belast is met het personeelsbeheer voegt de klacht bij het aanvraagdossier.
§ 5 Elke maand worden, indien nodig, de volledige aanvraagdossiers voor telewerken of satellietwerk waarover de functionele chef een met redenen omkleed negatief advies heeft uitgebracht en waarvoor binnen de in paragraaf 4, lid 1, bedoelde termijn een klacht is ingediend, aan de Directieraad verstuurd.
De Directieraad neemt binnen een maand een met redenen omkleed besluit.
In afwijking van het voorgaande lid neemt de Directieraad, indien een klacht wordt ingediend in de maanden juli en augustus, zijn besluit tijdens de eerstvolgende geplande vergadering van de Directieraad.
§ 6. Bij een positief advies van de functionele chef of een positief besluit van de Directieraad wordt de in artikel 5 bedoelde schriftelijke overeenkomst gesloten.]1
De functionele chef verwerkt het verzoek en stuurt het binnen drie werkdagen naar de dienst die verantwoordelijk is voor het personeelsbeheer.
§ 2. Deze dienst staat ambtshalve telewerk of satellietwerk toe wanneer het advies van de functionele chef gunstig is.
§ 3. Wanneer het advies van de functionele chef ongunstig is, wordt dit met redenen omkleed.
Een afschrift van het ongunstig advies wordt binnen drie werkdagen aan het betrokken personeelslid toegezonden.
De in het vorige lid bedoelde kennisgeving vermeldt de procedure en de termijn voor het indienen van de in lid 4 bedoelde klacht.
§ 4. Het personeelslid heeft na ontvangst van de in paragraaf 3, tweede alinea, bedoelde kennisgeving tien werkdagen de tijd om een schriftelijke klacht in te dienen bij de dienst die belast is met het personeelsbeheer.
Indien binnen de termijn geen klacht is ingediend, wordt telewerk en/of satellietwerk geacht te zijn geweigerd.
De dienst die belast is met het personeelsbeheer voegt de klacht bij het aanvraagdossier.
§ 5 Elke maand worden, indien nodig, de volledige aanvraagdossiers voor telewerken of satellietwerk waarover de functionele chef een met redenen omkleed negatief advies heeft uitgebracht en waarvoor binnen de in paragraaf 4, lid 1, bedoelde termijn een klacht is ingediend, aan de Directieraad verstuurd.
De Directieraad neemt binnen een maand een met redenen omkleed besluit.
In afwijking van het voorgaande lid neemt de Directieraad, indien een klacht wordt ingediend in de maanden juli en augustus, zijn besluit tijdens de eerstvolgende geplande vergadering van de Directieraad.
§ 6. Bij een positief advies van de functionele chef of een positief besluit van de Directieraad wordt de in artikel 5 bedoelde schriftelijke overeenkomst gesloten.]1
Modifications
Art.5. [1 § 1er. Le membre du personnel peut introduire à n'importe quel moment de l'année, une demande individuelle d'accord de principe de télétravail et/ou de travail en bureau satellite, en utilisant le formulaire prévu à cet effet.
Le chef fonctionnel traite et envoie la demande dans les trois jours ouvrables au service chargé de la gestion des ressources humaines.
§ 2. Ce service accorde le télétravail ou le travail en bureau satellite d'office lorsque l'avis du chef fonctionnel est favorable.
§ 3. Lorsque l'avis du chef fonctionnel est défavorable, il est motivé.
Une copie de cet avis défavorable est adressée dans les trois jours ouvrables au membre du personnel concerné.
La notification visée à l'alinéa précédent mentionne les modalités et le délai d'introduction de la réclamation visée au paragraphe 4.
§ 4. Le membre du personnel dispose d'un délai de dix jours ouvrables, à dater de la réception de la notification visée au paragraphe 3, alinéa 2, pour adresser une réclamation écrite au service chargé de la gestion des ressources humaines.
A défaut de réclamation introduite dans le délai fixé, le télétravail et/ou le travail en bureau satellite est/sont réputé(s) refusé(s).
Le service chargé des ressources humaines joint la réclamation au dossier de la demande.
§ 5. Tous les mois, s'il y a lieu, les dossiers complets de demande de télétravail ou de travail en bureau satellite qui ont fait l'objet d'un avis négatif motivé de la part du chef fonctionnel, et pour lesquels une réclamation a été introduite dans le délai visé au paragraphe 4, alinéa 1er, sont envoyés au Conseil de direction.
Le Conseil de direction prend une décision motivée dans le mois.
Par dérogation à l'alinéa précédent, si une réclamation est introduite durant les mois de juillet et août, le Conseil de direction prend sa décision lors du prochain Conseil de direction prévu.
§ 6. En cas d'avis positif du chef fonctionnel ou en cas de décision positive du conseil de direction, l'accord écrit visé à l'article 5 est conclu.]1
Le chef fonctionnel traite et envoie la demande dans les trois jours ouvrables au service chargé de la gestion des ressources humaines.
§ 2. Ce service accorde le télétravail ou le travail en bureau satellite d'office lorsque l'avis du chef fonctionnel est favorable.
§ 3. Lorsque l'avis du chef fonctionnel est défavorable, il est motivé.
Une copie de cet avis défavorable est adressée dans les trois jours ouvrables au membre du personnel concerné.
La notification visée à l'alinéa précédent mentionne les modalités et le délai d'introduction de la réclamation visée au paragraphe 4.
§ 4. Le membre du personnel dispose d'un délai de dix jours ouvrables, à dater de la réception de la notification visée au paragraphe 3, alinéa 2, pour adresser une réclamation écrite au service chargé de la gestion des ressources humaines.
A défaut de réclamation introduite dans le délai fixé, le télétravail et/ou le travail en bureau satellite est/sont réputé(s) refusé(s).
Le service chargé des ressources humaines joint la réclamation au dossier de la demande.
§ 5. Tous les mois, s'il y a lieu, les dossiers complets de demande de télétravail ou de travail en bureau satellite qui ont fait l'objet d'un avis négatif motivé de la part du chef fonctionnel, et pour lesquels une réclamation a été introduite dans le délai visé au paragraphe 4, alinéa 1er, sont envoyés au Conseil de direction.
Le Conseil de direction prend une décision motivée dans le mois.
Par dérogation à l'alinéa précédent, si une réclamation est introduite durant les mois de juillet et août, le Conseil de direction prend sa décision lors du prochain Conseil de direction prévu.
§ 6. En cas d'avis positif du chef fonctionnel ou en cas de décision positive du conseil de direction, l'accord écrit visé à l'article 5 est conclu.]1
Modifications
Art.6. [1 § 1. De leidend ambtenaar en de telewerker/satellietwerker bepalen samen in het princiepsakkoord de algemene voorwaarden voor de uitoefening van telewerk en/of satellietwerk, met inachtneming van het arbeidsreglement van de betrokken instelling.
Deze overeenkomst wordt ten laatste gesloten op de laatste dag van de maand voorafgaand aan de maand waarin het telewerk en/of het satellietwerk begint.
Voor personeelsleden met een arbeidsovereenkomst wordt de in lid 1 bedoelde overeenkomst in een aanhangsel toegevoegd aan de arbeidsovereenkomst.
Voor statutaire personeelsleden is de beslissing van de werkgever tot vastlegging van de in lid 1 bedoelde overeenkomst het voorwerp van een eenzijdige rechtshandeling.
§ 2. De in paragraaf 1 bedoelde overeenkomst vermeldt ten minste:
1° de gekozen werkplek(ken) waar telewerk en/of satellietwerk wordt verricht;
2° de arbeidsregeling, indien deze afwijkt van de voor het personeelslid op zijn werkplek geldende arbeidsregeling, zoals beschreven in het arbeidsreglement;
3° de aanvangsdatum en de wijze van beëindiging van de telewerk- en/of satellietwerk overeenkomst;
4° de communicatiemodaliteiten volgens welke de telewerker of satellietwerker bereikbaar moet zijn.
§ 3. Indien het personeelslid één of meer bepalingen van de in de punten 1°, 2° en 4° van paragraaf 2 bedoelde overeenkomst later wenst te wijzigen, richt hij een gemotiveerd verzoek daartoe, ter attentie van de leidend ambtenaar, bij de dienst belast met het personeelsbeheer.
De leidend ambtenaar neemt een beslissing binnen 7 kalenderdagen na ontvangst van het in het vorige lid bedoelde verzoek.
Indien de leidend ambtenaar het verzoek geheel of gedeeltelijk inwilligt, wordt een nieuwe overeenkomst gesloten in de in lid 3 of lid 4 van eerste paragraaf bedoelde vorm.
§ 4. Telewerk wordt verricht op een binnen de Europese Economische Ruimte gekozen werkplek.
In afwijking van het vorige lid kan telewerk worden verricht op een buiten de Europese Economische Ruimte gekozen werkplek, met voorafgaande toestemming van de Directieraad van de instelling waarbij de telewerker in dienst is.
§ 5. De telewerker en de satellietwerker hebben een recht op deconnectie.
Dit is het recht om buiten hun werktijd niet verbonden te zijn met professionele digitale hulpmiddelen en geen professionele oproepen en berichten te beantwoorden, behalve:
-om uitzonderlijke en onvoorziene redenen die maatregelen vereisen die niet tot de volgende werkperiode kunnen wachten;
-indien het personeelslid voor een wachtdienst is aangewezen en gedurende de perioden dat het personeelslid daadwerkelijk wachtdienst heeft;
-indien vooraf anders is overeengekomen, om een gemotiveerde reden, tussen de functioneel chef en de telewerker/satellietwerker.
Het personeelslid wordt niet benadeeld indien hij/zij buiten zijn/haar normale werkuren de telefoon niet opneemt of werk gerelateerde boodschappen niet leest.]1
Deze overeenkomst wordt ten laatste gesloten op de laatste dag van de maand voorafgaand aan de maand waarin het telewerk en/of het satellietwerk begint.
Voor personeelsleden met een arbeidsovereenkomst wordt de in lid 1 bedoelde overeenkomst in een aanhangsel toegevoegd aan de arbeidsovereenkomst.
Voor statutaire personeelsleden is de beslissing van de werkgever tot vastlegging van de in lid 1 bedoelde overeenkomst het voorwerp van een eenzijdige rechtshandeling.
§ 2. De in paragraaf 1 bedoelde overeenkomst vermeldt ten minste:
1° de gekozen werkplek(ken) waar telewerk en/of satellietwerk wordt verricht;
2° de arbeidsregeling, indien deze afwijkt van de voor het personeelslid op zijn werkplek geldende arbeidsregeling, zoals beschreven in het arbeidsreglement;
3° de aanvangsdatum en de wijze van beëindiging van de telewerk- en/of satellietwerk overeenkomst;
4° de communicatiemodaliteiten volgens welke de telewerker of satellietwerker bereikbaar moet zijn.
§ 3. Indien het personeelslid één of meer bepalingen van de in de punten 1°, 2° en 4° van paragraaf 2 bedoelde overeenkomst later wenst te wijzigen, richt hij een gemotiveerd verzoek daartoe, ter attentie van de leidend ambtenaar, bij de dienst belast met het personeelsbeheer.
De leidend ambtenaar neemt een beslissing binnen 7 kalenderdagen na ontvangst van het in het vorige lid bedoelde verzoek.
Indien de leidend ambtenaar het verzoek geheel of gedeeltelijk inwilligt, wordt een nieuwe overeenkomst gesloten in de in lid 3 of lid 4 van eerste paragraaf bedoelde vorm.
§ 4. Telewerk wordt verricht op een binnen de Europese Economische Ruimte gekozen werkplek.
In afwijking van het vorige lid kan telewerk worden verricht op een buiten de Europese Economische Ruimte gekozen werkplek, met voorafgaande toestemming van de Directieraad van de instelling waarbij de telewerker in dienst is.
§ 5. De telewerker en de satellietwerker hebben een recht op deconnectie.
Dit is het recht om buiten hun werktijd niet verbonden te zijn met professionele digitale hulpmiddelen en geen professionele oproepen en berichten te beantwoorden, behalve:
-om uitzonderlijke en onvoorziene redenen die maatregelen vereisen die niet tot de volgende werkperiode kunnen wachten;
-indien het personeelslid voor een wachtdienst is aangewezen en gedurende de perioden dat het personeelslid daadwerkelijk wachtdienst heeft;
-indien vooraf anders is overeengekomen, om een gemotiveerde reden, tussen de functioneel chef en de telewerker/satellietwerker.
Het personeelslid wordt niet benadeeld indien hij/zij buiten zijn/haar normale werkuren de telefoon niet opneemt of werk gerelateerde boodschappen niet leest.]1
Modifications
Art.6. [1 § 1er. Le fonctionnaire dirigeant et le télétravailleur/travailleur en bureau satellite fixent ensemble, dans l'accord de principe, les conditions générales d'exercice du télétravail et/ou du travail en bureau satellite, dans le respect du règlement de travail de l'institution concernée.
Cet accord doit être conclu au plus tard le dernier jour du mois précédant le mois durant lequel débutent le télétravail et/ou le travail en bureau satellite.
Pour les membres du personnel engagés dans le cadre d'un contrat de travail, l'accord visé à l'alinéa 1er fait l'objet d'un avenant au contrat.
Pour les membres du personnel statutaire, la décision de l'employeur actant l'accord visé à l'alinéa 1er fait l'objet d'un acte unilatéral.
§ 2. L'accord visé au paragraphe 1er mentionne au moins :
1° le ou les lieu(x) de travail choisis où s'exerce le télétravail et/ou le travail en bureau satellite ;
2° le régime de travail, s'il déroge au régime de travail qui s'applique au membre du personnel, lorsqu'il se trouve sur son lieu de travail, tel que décrit dans le règlement de travail ;
3° la date de début et le mode d'extinction de l'accord de télétravail et/ou de travail en bureau satellite ;
4° les modalités de communication selon lesquelles le télétravailleur ou le travailleur en bureau satellite doit être joignable.
§ 3. S'il souhaite ultérieurement modifier une ou plusieurs mentions de l'accord, visée(s) au point 1°, 2° et 4° du paragraphe 2, le membre du personnel introduit une demande motivée à l'attention du fonctionnaire dirigeant, auprès du service chargé des ressources humaines .
Le fonctionnaire dirigeant statue dans les 7 jours calendrier à dater de la réception de la demande, visée à l'alinéa précédent.
Si le fonctionnaire dirigeant fait droit, en tout ou en partie, à la demande, un nouvel accord est conclu dans la forme prévue, selon les cas, à l'alinéa 3 ou 4 du premier paragraphe.
§ 4. L'accomplissement du télétravail se fait dans un lieu de travail choisi au sein de l'Espace Economique européen.
Par dérogation à l'alinéa précédent, le télétravail peut être accompli dans un lieu de travail choisi en dehors de l'espace Economique européen, avec l'accord préalable du Conseil de direction de l'institution qui emploie le télétravailleur.
§ 5. Le télétravailleur et le travailleur en bureau satellite ont un droit à la déconnexion.
Il s'agit du droit de ne pas être connecté en dehors de leur temps de travail, aux outils numériques professionnels et de ne pas répondre aux appels et messages professionnels, sauf :
-pour des raisons exceptionnelles et imprévues nécessitant une action qui ne peut attendre la prochaine période de travail ;
-si le membre du personnel est désigné à un service de garde et durant les périodes pendant lesquelles le membre du personnel est effectivement de garde ;
-s'il en a été préalablement convenu autrement, pour une raison dument justifiée, entre le chef fonctionnel et le télétravailleur/travailleur en bureau satellite.
Le membre du personnel ne peut subir de conséquences défavorables s'il ne répond pas au téléphone ou s'il ne lit pas de messages liés au travail, en dehors de son régime de travail habituel.]1
Cet accord doit être conclu au plus tard le dernier jour du mois précédant le mois durant lequel débutent le télétravail et/ou le travail en bureau satellite.
Pour les membres du personnel engagés dans le cadre d'un contrat de travail, l'accord visé à l'alinéa 1er fait l'objet d'un avenant au contrat.
Pour les membres du personnel statutaire, la décision de l'employeur actant l'accord visé à l'alinéa 1er fait l'objet d'un acte unilatéral.
§ 2. L'accord visé au paragraphe 1er mentionne au moins :
1° le ou les lieu(x) de travail choisis où s'exerce le télétravail et/ou le travail en bureau satellite ;
2° le régime de travail, s'il déroge au régime de travail qui s'applique au membre du personnel, lorsqu'il se trouve sur son lieu de travail, tel que décrit dans le règlement de travail ;
3° la date de début et le mode d'extinction de l'accord de télétravail et/ou de travail en bureau satellite ;
4° les modalités de communication selon lesquelles le télétravailleur ou le travailleur en bureau satellite doit être joignable.
§ 3. S'il souhaite ultérieurement modifier une ou plusieurs mentions de l'accord, visée(s) au point 1°, 2° et 4° du paragraphe 2, le membre du personnel introduit une demande motivée à l'attention du fonctionnaire dirigeant, auprès du service chargé des ressources humaines .
Le fonctionnaire dirigeant statue dans les 7 jours calendrier à dater de la réception de la demande, visée à l'alinéa précédent.
Si le fonctionnaire dirigeant fait droit, en tout ou en partie, à la demande, un nouvel accord est conclu dans la forme prévue, selon les cas, à l'alinéa 3 ou 4 du premier paragraphe.
§ 4. L'accomplissement du télétravail se fait dans un lieu de travail choisi au sein de l'Espace Economique européen.
Par dérogation à l'alinéa précédent, le télétravail peut être accompli dans un lieu de travail choisi en dehors de l'espace Economique européen, avec l'accord préalable du Conseil de direction de l'institution qui emploie le télétravailleur.
§ 5. Le télétravailleur et le travailleur en bureau satellite ont un droit à la déconnexion.
Il s'agit du droit de ne pas être connecté en dehors de leur temps de travail, aux outils numériques professionnels et de ne pas répondre aux appels et messages professionnels, sauf :
-pour des raisons exceptionnelles et imprévues nécessitant une action qui ne peut attendre la prochaine période de travail ;
-si le membre du personnel est désigné à un service de garde et durant les périodes pendant lesquelles le membre du personnel est effectivement de garde ;
-s'il en a été préalablement convenu autrement, pour une raison dument justifiée, entre le chef fonctionnel et le télétravailleur/travailleur en bureau satellite.
Le membre du personnel ne peut subir de conséquences défavorables s'il ne répond pas au téléphone ou s'il ne lit pas de messages liés au travail, en dehors de son régime de travail habituel.]1
Modifications
Afdeling 3. [1 Individueel operationeel akkoord]1
Section 3. [1 Accord individuel opérationnel]1
Art.7. [1 § 1. Over de concrete invulling van telewerk en satellietwerk wordt een operationele overeenkomst gesloten tussen het personeelslid en zijn/haar functionele chef, met inachtneming van de voorwaarden die in het princiepsakkoord zijn opgenomen, geviseerd in afdeling 2 van dit hoofdstuk.
In afwijking van het vorige lid kan de functionele chef het personeelslid niettemin toestaan op een andere plaats te telewerken of in een ander satellietkantoor te werken dan deze die in het princiepsakkoord wordt vermeld.
§ 2. Behalve in geval van overmacht dient het personeelslid zijn verzoek in, om de dagen of halve dagen te bepalen waarop hij/zij wil telewerken of in een satellietkantoor wil werken, uiterlijk op de tweede werkdag vóór de eerste dag van het telewerk/satellietwerk waarop het verzoek betrekking heeft.
Het personeelslid vermeldt in zijn verzoek de plaats waar hij/zij zal telewerken of het satellietkantoor van waaruit hij/zij zal werken.
§ 3. De functionele chef informeert de telewerker over de uit te voeren taken, de te bereiken doelstellingen en de methoden om het verrichte werk te evalueren.
Niet-naleving van deze instructies kan leiden tot intrekking van de machtiging tot telewerken en/of satellietwerken, volgens de modaliteiten bepaald in artikel 15 van dit besluit.
§ 4. De in dit artikel bedoelde mededelingen, overeenkomsten en beslissingen kunnen langs elektronische weg worden gedaan, met uitzondering van het in paragraaf 3, tweede alinea, bedoelde beslissing tot intrekking van de machtiging tot telewerk en/of satellietwerk. Deze beslissing moet bij aangetekende brief worden meegedeeld.]1
In afwijking van het vorige lid kan de functionele chef het personeelslid niettemin toestaan op een andere plaats te telewerken of in een ander satellietkantoor te werken dan deze die in het princiepsakkoord wordt vermeld.
§ 2. Behalve in geval van overmacht dient het personeelslid zijn verzoek in, om de dagen of halve dagen te bepalen waarop hij/zij wil telewerken of in een satellietkantoor wil werken, uiterlijk op de tweede werkdag vóór de eerste dag van het telewerk/satellietwerk waarop het verzoek betrekking heeft.
Het personeelslid vermeldt in zijn verzoek de plaats waar hij/zij zal telewerken of het satellietkantoor van waaruit hij/zij zal werken.
§ 3. De functionele chef informeert de telewerker over de uit te voeren taken, de te bereiken doelstellingen en de methoden om het verrichte werk te evalueren.
Niet-naleving van deze instructies kan leiden tot intrekking van de machtiging tot telewerken en/of satellietwerken, volgens de modaliteiten bepaald in artikel 15 van dit besluit.
§ 4. De in dit artikel bedoelde mededelingen, overeenkomsten en beslissingen kunnen langs elektronische weg worden gedaan, met uitzondering van het in paragraaf 3, tweede alinea, bedoelde beslissing tot intrekking van de machtiging tot telewerk en/of satellietwerk. Deze beslissing moet bij aangetekende brief worden meegedeeld.]1
Modifications
Art.7. [1 § 1er. Les modalités concrètes de mise en oeuvre du télétravail et du travail en bureau satellite font l'objet d'un accord opérationnel entre le membre du personnel et son chef fonctionnel, dans le respect des conditions fixées dans l'accord de principe, visé dans la section 2 du présent chapitre.
Par dérogation à l'alinéa précédent, le chef fonctionnel peut néanmoins autoriser le membre du personnel à télétravailler dans un autre lieu ou de travailler dans un bureau satellite différent que celui mentionné dans l'accord de principe.
§ 2. Sauf force majeure, le membre du personnel introduit sa demande, visant à déterminer les jours ou demi-jours durant lesquels il souhaite télétravailler ou travailler en bureau satellite, au plus tard le deuxième jour ouvrable qui précède le premier jour de télétravail/travail en bureau satellite figurant dans sa demande.
Le membre du personnel précise dans sa demande le lieu où il effectuera du télétravail ou le bureau satellite à partir duquel il travaillera.
§ 3. Le chef fonctionnel informe le télétravailleur des tâches à effectuer, des objectifs à réaliser ainsi que des méthodes appliquées pour évaluer le travail effectué.
Le non-respect de ces instructions peut donner lieu à la suppression de l'autorisation de télétravailler et/ ou de travailler en bureau satellite, conformément aux modalités prévues à l'article 15 du présent arrêté.
§ 4. Les communications, accords et décisions visées dans le présent article peuvent être réalisés par voie électronique, à l'exception de la décision de suppression de l'autorisation de télétravailler et/ou de travailler en bureau satellite, dont il est fait référence au second alinéa du paragraphe 3. Cette décision doit être communiquée par courrier recommandé.]1
Par dérogation à l'alinéa précédent, le chef fonctionnel peut néanmoins autoriser le membre du personnel à télétravailler dans un autre lieu ou de travailler dans un bureau satellite différent que celui mentionné dans l'accord de principe.
§ 2. Sauf force majeure, le membre du personnel introduit sa demande, visant à déterminer les jours ou demi-jours durant lesquels il souhaite télétravailler ou travailler en bureau satellite, au plus tard le deuxième jour ouvrable qui précède le premier jour de télétravail/travail en bureau satellite figurant dans sa demande.
Le membre du personnel précise dans sa demande le lieu où il effectuera du télétravail ou le bureau satellite à partir duquel il travaillera.
§ 3. Le chef fonctionnel informe le télétravailleur des tâches à effectuer, des objectifs à réaliser ainsi que des méthodes appliquées pour évaluer le travail effectué.
Le non-respect de ces instructions peut donner lieu à la suppression de l'autorisation de télétravailler et/ ou de travailler en bureau satellite, conformément aux modalités prévues à l'article 15 du présent arrêté.
§ 4. Les communications, accords et décisions visées dans le présent article peuvent être réalisés par voie électronique, à l'exception de la décision de suppression de l'autorisation de télétravailler et/ou de travailler en bureau satellite, dont il est fait référence au second alinéa du paragraphe 3. Cette décision doit être communiquée par courrier recommandé.]1
Modifications
HOOFDSTUK III. [1 - Organisatorische aspecten van telewerk en van satellietwerk]1
CHAPITRE III. [1 - Aspects organisationnels du télétravail et du travail en bureau satellite]1
Art.8. [1 Er is geen sprake van toename of afname van het aantal werkuren als gevolg van telewerk en/of satellietwerk.
De telewerker of satellietwerker beheert de organisatie van zijn werk met inachtneming van de wet van 14 december 2000 tot vaststelling van sommige aspecten van de organisatie van de arbeidstijd in de openbare sector of de wet van 19 april 2014 tot vaststelling van bepaalde aspecten van de arbeidstijd van de operationele beroepsleden van de hulpverleningszones en van de Brusselse Hoofdstedelijke Dienst voor Brandweer en Dringende Medische Hulp en tot wijziging van de wet van 15 mei 2007 betreffende de civiele veiligheid.]1
De telewerker of satellietwerker beheert de organisatie van zijn werk met inachtneming van de wet van 14 december 2000 tot vaststelling van sommige aspecten van de organisatie van de arbeidstijd in de openbare sector of de wet van 19 april 2014 tot vaststelling van bepaalde aspecten van de arbeidstijd van de operationele beroepsleden van de hulpverleningszones en van de Brusselse Hoofdstedelijke Dienst voor Brandweer en Dringende Medische Hulp en tot wijziging van de wet van 15 mei 2007 betreffende de civiele veiligheid.]1
Modifications
Art.8. [1 Aucune augmentation ou diminution de l'horaire de travail n'est liée au télétravail et/ou au travail en bureau satellite.
Le télétravailleur ou le travailleur en bureau satellite gère l'organisation de son travail dans le respect de la loi du 14 décembre 2000 fixant certains aspects de l'aménagement du temps de travail dans le secteur public ou de la loi du 19 avril 2014 fixant certains aspects de l'aménagement du temps de travail des membres professionnels opérationnels des zones de secours et du Service d'incendie et d'aide médicale urgente de la Région Bruxelles-Capitale et modifiant la loi du 15 mai 2007 relative à la sécurité civile.]1
Le télétravailleur ou le travailleur en bureau satellite gère l'organisation de son travail dans le respect de la loi du 14 décembre 2000 fixant certains aspects de l'aménagement du temps de travail dans le secteur public ou de la loi du 19 avril 2014 fixant certains aspects de l'aménagement du temps de travail des membres professionnels opérationnels des zones de secours et du Service d'incendie et d'aide médicale urgente de la Région Bruxelles-Capitale et modifiant la loi du 15 mai 2007 relative à la sécurité civile.]1
Modifications
Art.9. [1 § 1. Een voltijds personeelslid mag maximaal 14 dagen per kalendermaand, gelijkmatig over de kalendermaand verdeeld, telewerken of in een satellietkantoor werken.
Voor deeltijdpersoneelslid wordt dit maximum dienovereenkomstig verlaagd.
Met voorafgaande toestemming van de Directieraad kan de dienst die belast is met het personeelsbeheer het personeelslid toestaan af te wijken van de in de leden 1 en 2 bepaalde drempel wanneer objectieve omstandigheden zulks vereisen, met name om medische redenen of in het kader van redelijke aanpassingen.
De dienst die belast is met het personeelsbeheer stelt voor de Directieraad een dossier samen met alle documenten en adviezen die relevant zijn voor de beslissing.
§ 2. Telewerk of satellietwerk vindt plaats op basis van een hele of halve dag.
Met voorafgaande toestemming van de functionele chef kan de mobiele werknemer, voor of na externe diensten, telewerken op een gekozen werkplek.
§ 3. De toepassing van bovengenoemde regels moet verenigbaar blijven met het beginsel van de continuïteit van de openbare dienst. De functionele chef neemt de nodige maatregelen en beslissingen om deze continuïteit te waarborgen.
Daartoe kan hij de dag waarop tele- of satellietkantoorwerkzaamheden worden verricht wijzigen, door het betrokken personeelslid binnen een redelijke termijn schriftelijk de redenen daarvoor mee te delen.
De leidende ambtenaar van de onder deze richtlijn vallende instellingen kan beslissen tot bijzondere werkregelingen voor specifieke organisatorische eenheden of activiteiten.]1
Voor deeltijdpersoneelslid wordt dit maximum dienovereenkomstig verlaagd.
Met voorafgaande toestemming van de Directieraad kan de dienst die belast is met het personeelsbeheer het personeelslid toestaan af te wijken van de in de leden 1 en 2 bepaalde drempel wanneer objectieve omstandigheden zulks vereisen, met name om medische redenen of in het kader van redelijke aanpassingen.
De dienst die belast is met het personeelsbeheer stelt voor de Directieraad een dossier samen met alle documenten en adviezen die relevant zijn voor de beslissing.
§ 2. Telewerk of satellietwerk vindt plaats op basis van een hele of halve dag.
Met voorafgaande toestemming van de functionele chef kan de mobiele werknemer, voor of na externe diensten, telewerken op een gekozen werkplek.
§ 3. De toepassing van bovengenoemde regels moet verenigbaar blijven met het beginsel van de continuïteit van de openbare dienst. De functionele chef neemt de nodige maatregelen en beslissingen om deze continuïteit te waarborgen.
Daartoe kan hij de dag waarop tele- of satellietkantoorwerkzaamheden worden verricht wijzigen, door het betrokken personeelslid binnen een redelijke termijn schriftelijk de redenen daarvoor mee te delen.
De leidende ambtenaar van de onder deze richtlijn vallende instellingen kan beslissen tot bijzondere werkregelingen voor specifieke organisatorische eenheden of activiteiten.]1
Modifications
Art.9. [1 § 1er. Le membre du personnel qui preste à temps plein peut prester maximum 14 jours par mois civil, répartis d'une manière équilibrée sur le mois civil, en télétravail ou en travail en bureau satellite.
Pour le membre du personnel qui preste à temps partiel, ce maximum est réduit à due concurrence.
Le service chargé de la gestion des ressources humaines, avec l'accord préalable du Conseil de direction, peut autoriser le membre du personnel à déroger au seuil prévu aux alinéas 1er et 2 lorsque des circonstances objectives l'exigent, notamment pour des raisons médicales ou dans le cadre d'aménagements raisonnables.
Le service chargé de la gestion des ressources humaines constitue un dossier à destination du Conseil de direction, contenant l'ensemble des pièces et avis utiles à la décision.
§ 2. Le télétravail ou le travail en bureau satellite s'effectue par jour complet ou par demi-jour.
Moyennant autorisation préalable du chef fonctionnel, le travailleur mobile peut, avant ou après des prestations externes, effectuer du télétravail dans un lieu de travail choisi.
§ 3. L'application des règles susmentionnées doit rester compatible avec le principe de la continuité du service public. Le chef fonctionnel prend les mesures et décisions nécessaires pour assurer cette continuité.
A cet effet, il peut modifier le jour durant lequel s'effectue le télétravail ou le travail en bureau satellite moyennant un écrit motivé communiqué au membre du personnel concerné dans un délai raisonnable.
Le fonctionnaire dirigeant des institutions visées par le présent arrêté peut arrêter un régime de travail particulier s'appliquant à des unités organisationnelles ou à des activités spécifiques.]1
Pour le membre du personnel qui preste à temps partiel, ce maximum est réduit à due concurrence.
Le service chargé de la gestion des ressources humaines, avec l'accord préalable du Conseil de direction, peut autoriser le membre du personnel à déroger au seuil prévu aux alinéas 1er et 2 lorsque des circonstances objectives l'exigent, notamment pour des raisons médicales ou dans le cadre d'aménagements raisonnables.
Le service chargé de la gestion des ressources humaines constitue un dossier à destination du Conseil de direction, contenant l'ensemble des pièces et avis utiles à la décision.
§ 2. Le télétravail ou le travail en bureau satellite s'effectue par jour complet ou par demi-jour.
Moyennant autorisation préalable du chef fonctionnel, le travailleur mobile peut, avant ou après des prestations externes, effectuer du télétravail dans un lieu de travail choisi.
§ 3. L'application des règles susmentionnées doit rester compatible avec le principe de la continuité du service public. Le chef fonctionnel prend les mesures et décisions nécessaires pour assurer cette continuité.
A cet effet, il peut modifier le jour durant lequel s'effectue le télétravail ou le travail en bureau satellite moyennant un écrit motivé communiqué au membre du personnel concerné dans un délai raisonnable.
Le fonctionnaire dirigeant des institutions visées par le présent arrêté peut arrêter un régime de travail particulier s'appliquant à des unités organisationnelles ou à des activités spécifiques.]1
Modifications
Art.10. De verlofregeling en de bepalingen inzake arbeidsongevallen en beroepsziekten blijven volledig op de telewerker van toepassing [1 en op de satellietwerker, in het bijzonder wanneer zij zich in het buitenland bevinden]1.
Modifications
Art.10. Le régime des congés et les dispositions en matière d'accidents du travail et de maladies professionnelles restent entièrement applicables au télétravailleur [1 et au travailleur en bureau satellite, notamment lorsque ceux-ci se trouvent à l'étranger]1.
Modifications
Art.11. [1 § 1. De werkgever informeert de telewerker en satellietwerker over de bescherming- en preventiemaatregelen die van kracht zijn in de instelling inzake veiligheid en gezondheid op de werkplek, in het bijzonder de eisen inzake beeldschermapparatuur.
De telewerker en de satellietwerker passen deze maatregelen toe.
§ 2. Wanneer telewerk in het buitenland plaatsvindt, ziet de werkgever erop toe dat de toepasselijke wetgeving inzake welzijn op het werk wordt nageleefd en garandeert hij de telewerker ter zake een beschermingsniveau dat ten minste gelijkwaardig is aan het niveau dat hij op het Belgisch grondgebied zou genieten.]1
De telewerker en de satellietwerker passen deze maatregelen toe.
§ 2. Wanneer telewerk in het buitenland plaatsvindt, ziet de werkgever erop toe dat de toepasselijke wetgeving inzake welzijn op het werk wordt nageleefd en garandeert hij de telewerker ter zake een beschermingsniveau dat ten minste gelijkwaardig is aan het niveau dat hij op het Belgisch grondgebied zou genieten.]1
Modifications
Art.11. [1 § 1er. L'employeur informe le télétravailleur et le travailleur en bureau satellite des mesures de protection et de prévention en vigueur dans l'institution en matière de santé et de sécurité au travail, en particulier des exigences relatives aux écrans de visualisation.
Le télétravailleur et le travailleur en bureau satellite appliquent ces mesures.
§ 2. Lorsque le télétravail s'effectue à l'étranger, l'employeur veille au respect de la législation applicable concernant le bien-être au travail et garantit au télétravailleur un niveau de protection en la matière au moins équivalent à celui dont il bénéficierait sur le territoire belge.]1
Le télétravailleur et le travailleur en bureau satellite appliquent ces mesures.
§ 2. Lorsque le télétravail s'effectue à l'étranger, l'employeur veille au respect de la législation applicable concernant le bien-être au travail et garantit au télétravailleur un niveau de protection en la matière au moins équivalent à celui dont il bénéficierait sur le territoire belge.]1
Modifications
Art.12. [1 § 1. De overschakeling naar telewerk of naar satellietwerk heeft geen enkele invloed op de rechtspositie van het personeelslid.
De rechten en plichten die voor de telewerker of satellietwerker gelden, zijn dezelfde als voor de andere werknemers van dezelfde werkgever. Het personeelslid blijft onderworpen aan dezelfde reglementering inzake scholing, loopbaanontwikkeling en evaluatie.
§ 2. Telewerk en satellietwerk geven geen recht op vergoeding van verblijfkosten, ongeacht de plaats waar zij worden verricht.
§ 3. Voor vergoedingen in verband met woon-werk verkeer wordt de plaats van het satellietkantoor als werkplek beschouwd. Het bedrag van deze toelagen mag echter niet hoger zijn dan het bedrag van de toelagen berekend tussen de woonplaats van de werknemer en de bedrijfsruimten van de werkgever.
§ 4. Een aansluitingsvergoeding van twintig euro per maand, niet-indexeerbaar, wordt toegekend aan het personeelslid dat ten minste één dag per maand telewerkt.
Aanvullend, een kantoorvergoeding van dertig euro per maand, niet-indexeerbaar, wordt toegekend aan het personeelslid dat ten minste 4 dagen per maand telewerkt.
Werkdagen in een satellietkantoor worden niet meegerekend.]1
De rechten en plichten die voor de telewerker of satellietwerker gelden, zijn dezelfde als voor de andere werknemers van dezelfde werkgever. Het personeelslid blijft onderworpen aan dezelfde reglementering inzake scholing, loopbaanontwikkeling en evaluatie.
§ 2. Telewerk en satellietwerk geven geen recht op vergoeding van verblijfkosten, ongeacht de plaats waar zij worden verricht.
§ 3. Voor vergoedingen in verband met woon-werk verkeer wordt de plaats van het satellietkantoor als werkplek beschouwd. Het bedrag van deze toelagen mag echter niet hoger zijn dan het bedrag van de toelagen berekend tussen de woonplaats van de werknemer en de bedrijfsruimten van de werkgever.
§ 4. Een aansluitingsvergoeding van twintig euro per maand, niet-indexeerbaar, wordt toegekend aan het personeelslid dat ten minste één dag per maand telewerkt.
Aanvullend, een kantoorvergoeding van dertig euro per maand, niet-indexeerbaar, wordt toegekend aan het personeelslid dat ten minste 4 dagen per maand telewerkt.
Werkdagen in een satellietkantoor worden niet meegerekend.]1
Modifications
Art.12. [1 § 1er. Le recours au télétravail ou au travail en bureau satellite ne modifie en rien le statut juridique du membre du personnel.
Les droits et obligations qui s'appliquent au télétravailleur ou au travailleur en bureau satellite sont identiques à ceux des autres membres du personnel du même employeur. Le membre du personnel reste soumis à la même réglementation, en matière de formation, de carrière et d'évaluation.
§ 2. Le télétravail et le travail en bureau satellite ne donnent pas droit au remboursement des frais de séjour, quel que soit l'endroit où ils sont exécutés.
§ 3. Pour les indemnités liées aux frais de déplacement sur le chemin du travail, le lieu du bureau satellite est assimilé au lieu de travail. Le montant de ces indemnités ne peut cependant pas excéder le montant des indemnités calculées entre le lieu de résidence du travailleur et le local de l'employeur.
§ 4. Une indemnité de connexion de vingt euros par mois, non indexable, est octroyée au membre du personnel qui effectue du télétravail au minimum 1 jour par mois.
Complémentairement, une indemnité de bureau de trente euros par mois, non indexable, est octroyée au membre du personnel qui effectue du télétravail au minimum 4 jours par mois.
Les jours de travail en bureau satellite n'entrent pas dans ce décompte.]1
Les droits et obligations qui s'appliquent au télétravailleur ou au travailleur en bureau satellite sont identiques à ceux des autres membres du personnel du même employeur. Le membre du personnel reste soumis à la même réglementation, en matière de formation, de carrière et d'évaluation.
§ 2. Le télétravail et le travail en bureau satellite ne donnent pas droit au remboursement des frais de séjour, quel que soit l'endroit où ils sont exécutés.
§ 3. Pour les indemnités liées aux frais de déplacement sur le chemin du travail, le lieu du bureau satellite est assimilé au lieu de travail. Le montant de ces indemnités ne peut cependant pas excéder le montant des indemnités calculées entre le lieu de résidence du travailleur et le local de l'employeur.
§ 4. Une indemnité de connexion de vingt euros par mois, non indexable, est octroyée au membre du personnel qui effectue du télétravail au minimum 1 jour par mois.
Complémentairement, une indemnité de bureau de trente euros par mois, non indexable, est octroyée au membre du personnel qui effectue du télétravail au minimum 4 jours par mois.
Les jours de travail en bureau satellite n'entrent pas dans ce décompte.]1
Modifications
Art.13. [1 § 1. De werkgever zorgt voor de nodige uitrusting, met inbegrip van IT en telefoon, voor telewerkers en werknemers van satellietkantoren en installeert en onderhoudt deze.
De werkgever betaalt de noodzakelijke aanpassingen van de ter beschikking gestelde uitrusting, met name voor gehandicapten.
§ 2. De werkgever draagt de kosten in verband met het verlies of de beschadiging van dergelijke uitrusting en gegevens die door het personeelslid in het kader van telewerk of satellietwerk worden gebruikt, behalve in geval van opzet, grove fout of gewone lichte fout van het personeelslid.
§ 3. In geval van schade door derden, verlies of diefstal dient het personeelslid binnen 48 uur een klacht in bij de politie en verkrijgt hij een proces-verbaalnummer. Indien het personeelslid niet weet waar/in welke omstandigheden hij zijn uitrusting heeft verloren, volgt hij de voor diefstal beschreven procedure.
Binnen dezelfde termijn meldt hij het verlies of de diefstal ook rechtstreeks aan de dienst IT-beveiliging, vergezeld van ten minste het aan het proces verbaal toegekende nummer of het bewijs dat de passende procedure is gevolgd. Het personeelslid stelt de functionele chef in kennis van de genomen maatregelen.
Zodra zij van het incident in kennis zijn gesteld, zal de IT-beveiligingsdienst het apparaat overeenkomstig de beveiligingsprocedures laten blokkeren, zodat het geen verbinding meer kan maken met de middelen van de werkgever. De IT-beveiligingsdienst stelt het personeelslid binnen een redelijke termijn nieuwe apparatuur ter beschikking.
Ten slotte verstrekt het personeelslid de werkgever het bewijs van voornoemde melding en alle in zijn bezit zijnde informatie die de werkgever in staat kan stellen de geleden schade vergoed te krijgen.]1
De werkgever betaalt de noodzakelijke aanpassingen van de ter beschikking gestelde uitrusting, met name voor gehandicapten.
§ 2. De werkgever draagt de kosten in verband met het verlies of de beschadiging van dergelijke uitrusting en gegevens die door het personeelslid in het kader van telewerk of satellietwerk worden gebruikt, behalve in geval van opzet, grove fout of gewone lichte fout van het personeelslid.
§ 3. In geval van schade door derden, verlies of diefstal dient het personeelslid binnen 48 uur een klacht in bij de politie en verkrijgt hij een proces-verbaalnummer. Indien het personeelslid niet weet waar/in welke omstandigheden hij zijn uitrusting heeft verloren, volgt hij de voor diefstal beschreven procedure.
Binnen dezelfde termijn meldt hij het verlies of de diefstal ook rechtstreeks aan de dienst IT-beveiliging, vergezeld van ten minste het aan het proces verbaal toegekende nummer of het bewijs dat de passende procedure is gevolgd. Het personeelslid stelt de functionele chef in kennis van de genomen maatregelen.
Zodra zij van het incident in kennis zijn gesteld, zal de IT-beveiligingsdienst het apparaat overeenkomstig de beveiligingsprocedures laten blokkeren, zodat het geen verbinding meer kan maken met de middelen van de werkgever. De IT-beveiligingsdienst stelt het personeelslid binnen een redelijke termijn nieuwe apparatuur ter beschikking.
Ten slotte verstrekt het personeelslid de werkgever het bewijs van voornoemde melding en alle in zijn bezit zijnde informatie die de werkgever in staat kan stellen de geleden schade vergoed te krijgen.]1
Modifications
Art.13. [1 § 1. L'employeur fournit, installe et entretient les équipements, notamment informatiques et téléphoniques, nécessaires aux télétravailleurs et aux travailleurs en bureau satellite.
L'employeur prend en charge les adaptations nécessaires des équipements fournis, notamment pour les personnes en situation de handicap.
§ 2. L'employeur assume les coûts liés à la perte ou à l'endommagement de ces équipements et des données utilisées par le membre du personnel dans le cadre du télétravail ou du travail en bureau satellite sauf dol, faute lourde ou faute légère et habituelle du membre du personnel.
§ 3. En cas d'endommagement par des tiers, de perte ou de vol, le membre du personnel porte plainte dans les 48h à la police et obtient un numéro de procès-verbal. Lorsque le membre du personnel ignore à quel endroit/dans quelles circonstances il a perdu son matériel, il suit la procédure décrite pour le vol.
Il signale également, dans le même délai cette perte ou ce vol directement auprès du service en charge de la sécurité informatique, accompagné, à tout le moins, du numéro attribué au procès-verbal ou de la preuve du suivi de la procédure ad hoc. Le membre du personnel informe le chef fonctionnel de ses démarches.
Dès qu'il est informé de l'incident, le service en charge de la sécurité informatique fait procéder aux blocages de l'appareil, selon les modalités de sécurité, de sorte que cet appareil ne puisse plus se connecter aux ressources de l'employeur. Le service en charge de la sécurité informatique, procure, dans un délai raisonnable, un nouvel équipement au membre du personnel.
Le membre du personnel fournit enfin la preuve dudit procès-verbal à l'employeur ainsi que les informations dont il dispose et qui sont de nature à permettre à celui-ci d'obtenir réparation du préjudice subi.]1
L'employeur prend en charge les adaptations nécessaires des équipements fournis, notamment pour les personnes en situation de handicap.
§ 2. L'employeur assume les coûts liés à la perte ou à l'endommagement de ces équipements et des données utilisées par le membre du personnel dans le cadre du télétravail ou du travail en bureau satellite sauf dol, faute lourde ou faute légère et habituelle du membre du personnel.
§ 3. En cas d'endommagement par des tiers, de perte ou de vol, le membre du personnel porte plainte dans les 48h à la police et obtient un numéro de procès-verbal. Lorsque le membre du personnel ignore à quel endroit/dans quelles circonstances il a perdu son matériel, il suit la procédure décrite pour le vol.
Il signale également, dans le même délai cette perte ou ce vol directement auprès du service en charge de la sécurité informatique, accompagné, à tout le moins, du numéro attribué au procès-verbal ou de la preuve du suivi de la procédure ad hoc. Le membre du personnel informe le chef fonctionnel de ses démarches.
Dès qu'il est informé de l'incident, le service en charge de la sécurité informatique fait procéder aux blocages de l'appareil, selon les modalités de sécurité, de sorte que cet appareil ne puisse plus se connecter aux ressources de l'employeur. Le service en charge de la sécurité informatique, procure, dans un délai raisonnable, un nouvel équipement au membre du personnel.
Le membre du personnel fournit enfin la preuve dudit procès-verbal à l'employeur ainsi que les informations dont il dispose et qui sont de nature à permettre à celui-ci d'obtenir réparation du préjudice subi.]1
Modifications
Art.14. [1 § 1. Om redenen van vertrouwelijkheid en bescherming van door de werknemer verwerkte persoonsgegevens eist de werkgever dat gebruik wordt gemaakt van een beveiligingsinstrument voor het internetnetwerk dat hij van tevoren ter beschikking heeft gesteld, alsmede van alle veiligheidsmaatregelen en/of -instrumenten die hij nodig acht.
Wat de persoonsgegevens van de werknemer zelf betreft, mogen in dit verband alleen gegevens worden verwerkt die adequaat, noodzakelijk en relevant zijn voor het behoud van de veiligheid van het netwerk van de werkgever en voor enig ander legitiem doel in het kader van de arbeidsverhouding.
Het personeelslid draagt als een zorgvuldig en redelijk persoon zorg voor de uitrusting die hem is toevertrouwd. Hij respecteert en past de toepasselijke regels inzake informaticaveiligheid toe.
Daartoe informeert hij zich regelmatig over de reglementen inzake informaticaveiligheid die verspreid worden door de werkgever.
§ 2. Het personeelslid mag slechts het aan hem ter beschikking gestelde materiaal voor privédoeleinden gebruiken mits akkoord van zijn werkgever of van zijn plaatsvervanger en volgens de door hem bepaalde voorwaarden.
§ 3. De werkgever biedt de telewerker en de satellietwerker technische bijstand aan. Deze technische bijstand is bereikbaar volgens het van toepassing zijnde arbeidsuurroorster in de lokalen van de werkgever.
§ 4. De dienst bevoegd voor de informaticaveiligheid van de werkgever kan op elk moment de toegang tot de netwerkgegevens van de telewerker of satellietwerker beperken wanneer de integriteit en de veiligheid van de Informatica-apparatuur van de werkgever in gevaar is.
Deze toestand wordt beschouwd als een geval van overmacht in hoofde van de telewerker of de satellietwerker die de uitvoering van zijn taken niet kan voortzetten, behalve indien de onderbreking te wijten is aan verkeerd gedrag of verkeerd gebruik van de ter beschikking gestelde informaticatoestellen.
§ 5. De telewerker of de satellietwerker is verplicht om de afdeling die verantwoordelijk is voor IT-beveiliging en zijn functionele chef onmiddellijk op de hoogte te brengen van een defect aan de apparatuur of een ander geval van overmacht waardoor hij niet bij machte is zijn werk uit te voeren.
In dat geval moet de telewerker of de satellietwerker alles in het werk stellen om zijn werkzaamheden te komen uitvoeren in de lokalen van zijn werkgever of op een andere door de werkgever aangeduide plaats.]1
Wat de persoonsgegevens van de werknemer zelf betreft, mogen in dit verband alleen gegevens worden verwerkt die adequaat, noodzakelijk en relevant zijn voor het behoud van de veiligheid van het netwerk van de werkgever en voor enig ander legitiem doel in het kader van de arbeidsverhouding.
Het personeelslid draagt als een zorgvuldig en redelijk persoon zorg voor de uitrusting die hem is toevertrouwd. Hij respecteert en past de toepasselijke regels inzake informaticaveiligheid toe.
Daartoe informeert hij zich regelmatig over de reglementen inzake informaticaveiligheid die verspreid worden door de werkgever.
§ 2. Het personeelslid mag slechts het aan hem ter beschikking gestelde materiaal voor privédoeleinden gebruiken mits akkoord van zijn werkgever of van zijn plaatsvervanger en volgens de door hem bepaalde voorwaarden.
§ 3. De werkgever biedt de telewerker en de satellietwerker technische bijstand aan. Deze technische bijstand is bereikbaar volgens het van toepassing zijnde arbeidsuurroorster in de lokalen van de werkgever.
§ 4. De dienst bevoegd voor de informaticaveiligheid van de werkgever kan op elk moment de toegang tot de netwerkgegevens van de telewerker of satellietwerker beperken wanneer de integriteit en de veiligheid van de Informatica-apparatuur van de werkgever in gevaar is.
Deze toestand wordt beschouwd als een geval van overmacht in hoofde van de telewerker of de satellietwerker die de uitvoering van zijn taken niet kan voortzetten, behalve indien de onderbreking te wijten is aan verkeerd gedrag of verkeerd gebruik van de ter beschikking gestelde informaticatoestellen.
§ 5. De telewerker of de satellietwerker is verplicht om de afdeling die verantwoordelijk is voor IT-beveiliging en zijn functionele chef onmiddellijk op de hoogte te brengen van een defect aan de apparatuur of een ander geval van overmacht waardoor hij niet bij machte is zijn werk uit te voeren.
In dat geval moet de telewerker of de satellietwerker alles in het werk stellen om zijn werkzaamheden te komen uitvoeren in de lokalen van zijn werkgever of op een andere door de werkgever aangeduide plaats.]1
Modifications
Art.14. [1 § 1er. Pour des raisons de confidentialité et de protection des données personnelles traitées par le travailleur, l'employeur exige l'usage d'un outil de sécurisation du réseau internet qu'il aura fourni préalablement, ainsi que toutes mesures et/ou outils de sécurités estimés nécessaires par lui.
Pour ce qui est des données personnelles propres au travailleur, seules les données adéquates, nécessaires et pertinentes à la préservation de la sécurité du réseau de l'employeur et à toute autre finalité légitime dans le cadre de la relation de travail pourront être traitées dans ce cadre.
Le membre du personnel prend soin des équipements qui lui sont confiés comme toute personne prudente et raisonnable. Il respecte et se conforme aux règles de sécurité informatique en vigueur.
A cet effet il se tient régulièrement informé des règlements de sécurité informatique diffusés par l'employeur.
§ 2. Le membre du personnel ne peut utiliser à des fins privées le matériel mis à sa disposition qu'avec l'accord de son employeur ou de son délégué et dans les conditions que celui-ci fixe.
§ 3. L'employeur propose une assistance technique au télétravailleur et au travailleur en bureau satellite. Cette assistance technique est accessible suivant l'horaire de travail en vigueur dans les locaux de l'employeur.
§ 4. Le service chargé de la sécurité informatique de l'employeur peut, à tout moment, restreindre l'accès du télétravailleur ou du travailleur en bureau satellite aux données du réseau, lorsque l'intégrité et la sécurité des équipements informatiques de l'employeur sont menacés.
Cette situation est considérée comme un cas de force majeure dans le chef du télétravailleur ou du travailleur en bureau satellite qui ne peut poursuivre l'exécution de ses tâches, sauf si l'interruption est due à un comportement fautif ou à une utilisation fautive des équipements informatiques mis à disposition.
§ 5. Le télétravailleur ou le travailleur en bureau satellite est tenu d'informer immédiatement le service chargé de la sécurité informatique ainsi que son chef fonctionnel en cas de défaillance du matériel ou de tout autre cas de force majeure l'empêchant d'exercer son travail.
Dans ce cas, le télétravailleur ou le travailleur en bureau satellite doit mettre tout en oeuvre pour venir exercer ses fonctions dans les locaux de son employeur ou dans tout autre lieu désigné par l'employeur.]1
Pour ce qui est des données personnelles propres au travailleur, seules les données adéquates, nécessaires et pertinentes à la préservation de la sécurité du réseau de l'employeur et à toute autre finalité légitime dans le cadre de la relation de travail pourront être traitées dans ce cadre.
Le membre du personnel prend soin des équipements qui lui sont confiés comme toute personne prudente et raisonnable. Il respecte et se conforme aux règles de sécurité informatique en vigueur.
A cet effet il se tient régulièrement informé des règlements de sécurité informatique diffusés par l'employeur.
§ 2. Le membre du personnel ne peut utiliser à des fins privées le matériel mis à sa disposition qu'avec l'accord de son employeur ou de son délégué et dans les conditions que celui-ci fixe.
§ 3. L'employeur propose une assistance technique au télétravailleur et au travailleur en bureau satellite. Cette assistance technique est accessible suivant l'horaire de travail en vigueur dans les locaux de l'employeur.
§ 4. Le service chargé de la sécurité informatique de l'employeur peut, à tout moment, restreindre l'accès du télétravailleur ou du travailleur en bureau satellite aux données du réseau, lorsque l'intégrité et la sécurité des équipements informatiques de l'employeur sont menacés.
Cette situation est considérée comme un cas de force majeure dans le chef du télétravailleur ou du travailleur en bureau satellite qui ne peut poursuivre l'exécution de ses tâches, sauf si l'interruption est due à un comportement fautif ou à une utilisation fautive des équipements informatiques mis à disposition.
§ 5. Le télétravailleur ou le travailleur en bureau satellite est tenu d'informer immédiatement le service chargé de la sécurité informatique ainsi que son chef fonctionnel en cas de défaillance du matériel ou de tout autre cas de force majeure l'empêchant d'exercer son travail.
Dans ce cas, le télétravailleur ou le travailleur en bureau satellite doit mettre tout en oeuvre pour venir exercer ses fonctions dans les locaux de son employeur ou dans tout autre lieu désigné par l'employeur.]1
Modifications
Art. 14/1. [1 De overheidsdiensten die onder de werkingssfeer van dit besluit vallen, stellen binnen zes maanden na de inwerkingtreding van dit besluit een plan op voor de optimalisering van het gebruik van de hun ter beschikking gestelde ruimten en dit op basis van de evolutie van telewerk en satellietkantoorwerk.]1
Art. 14/1. [1 Les administrations entrant dans le champ d'application du présent arrêté déterminent, dans les six mois de l'entrée en vigueur du présent arrêté, un plan d'optimisation de l'utilisation des locaux mis à leur disposition sur base de l'évolution du télétravail et du travail en bureau satellite.]1
HOOFDSTUK IV. [1 - Duur, opschorting en beëindiging van het akkoord inzake telewerk en/of satellietwerk]1
CHAPITRE IV. [1 - Durée, suspension et extinction de l'accord de télétravail et/ou de travail en bureau satellite]1
Art.15. [1 § 1. Het principeakkoord telewerken en/of satellietwerken geldt voor onbepaalde tijd.
§ 2. Telewerk kan tijdelijk worden opgeschort door het personeelslid of door de leidend ambtenaar, met name op een met redenen omkleed verzoek van het functionele chef :
1° de opschorting van telewerk op initiatief van het personeelslid wordt ten minste tien werkdagen van tevoren aangevraagd. De schorsing gaat in op de eerste dag van de volgende maand en duurt ten minste één maand.
2° Tot de schorsing van telewerk op initiatief van de leidend ambtenaar, met name op een met redenen omkleed verzoek van het functionele chef, kan worden besloten nadat het personeelslid is gehoord.
De leidend ambtenaar motiveert zijn beslissing en stelt het personeelslid in kennis van de tijdelijke schorsing en de duur ervan. De schorsing gaat in op de eerste dag van de maand die volgt op de mededeling van de beslissing.
§ 3. Telewerk en/of satellietwerk wordt beëindigd:
1° na een onderbreking van de dienstbetrekking van meer dan drie maanden, onverminderd het jaarlijkse vakantieverlof of het moederschapsverlof; de leidend ambtenaar kan evenwel beslissen dat telewerk en/of satellietwerk kan worden voortgezet onder de voorwaarden in het aanhangsel of de unilaterale beslissing vastgestelde voorwaarden;
2° wanneer de arbeidsverhouding wordt verbroken, ongeacht op welke wijze;
3° op initiatief van het personeelslid per brief of e-mail gericht aan de leidend ambtenaar.
Beëindiging van telewerk op initiatief van het personeelslid moet ten minste tien werkdagen van tevoren worden aangevraagd. Telewerk eindigt op de eerste dag van de volgende maand;
4° op initiatief van de leidend ambtenaar, die zijn beslissing motiveert en het personeelslid, na hem te hebben gehoord, daarvan in kennis stelt:
a) met een opzegtermijn van 30 kalenderdagen.
De leidend ambtenaar brengt de beslissing ter kennis van het personeelslid op één van de wijzen bepaald in artikel 2/1 van het besluit van de Brusselse Hoofdstedelijke Regering van 21 maart 2018 houdende het administratief statuut en de bezoldigingsregeling van de ambtenaren van de Brusselse gewestelijke overheidsdiensten.
De opzegtermijn gaat in op de derde werkdag na de kennisgeving van de beslissing;
b) met onmiddellijke ingang en zonder opzegtermijn:
- in geval van verandering van functie van het personeelslid of een interne mobiliteit.
Na de functiewijziging of de interne mobiliteit kan de bevoegde functionele chef echter besluiten dat de beslissing wordt voortgezet onder de voorwaarden van het bestaande aanhangsel of de unilaterale beslissing;
- in geval van misbruik van of schade aan de telewerker of satellietwerker ter beschikking gestelde apparatuur of infrastructuur, die aan deze laatste kan worden toegeschreven;
- in geval van niet-naleving van wettelijke, reglementaire, disciplinaire of, in voorkomend geval, contractuele bepalingen door de telewerker of satellietwerker, onverminderd de mogelijkheid om een tuchtprocedure in te leiden.
§ 4. Behalve in het geval waarin de arbeidsverhouding wordt beëindigd, leidt het einde van telewerk en satellietwerk ertoe dat het personeelslid terugkeert naar de gebouwen van de werkgever.
De voor telewerk of satellietwerk ter beschikking gestelde apparatuur wordt teruggegeven aan de werkgever.]1
§ 2. Telewerk kan tijdelijk worden opgeschort door het personeelslid of door de leidend ambtenaar, met name op een met redenen omkleed verzoek van het functionele chef :
1° de opschorting van telewerk op initiatief van het personeelslid wordt ten minste tien werkdagen van tevoren aangevraagd. De schorsing gaat in op de eerste dag van de volgende maand en duurt ten minste één maand.
2° Tot de schorsing van telewerk op initiatief van de leidend ambtenaar, met name op een met redenen omkleed verzoek van het functionele chef, kan worden besloten nadat het personeelslid is gehoord.
De leidend ambtenaar motiveert zijn beslissing en stelt het personeelslid in kennis van de tijdelijke schorsing en de duur ervan. De schorsing gaat in op de eerste dag van de maand die volgt op de mededeling van de beslissing.
§ 3. Telewerk en/of satellietwerk wordt beëindigd:
1° na een onderbreking van de dienstbetrekking van meer dan drie maanden, onverminderd het jaarlijkse vakantieverlof of het moederschapsverlof; de leidend ambtenaar kan evenwel beslissen dat telewerk en/of satellietwerk kan worden voortgezet onder de voorwaarden in het aanhangsel of de unilaterale beslissing vastgestelde voorwaarden;
2° wanneer de arbeidsverhouding wordt verbroken, ongeacht op welke wijze;
3° op initiatief van het personeelslid per brief of e-mail gericht aan de leidend ambtenaar.
Beëindiging van telewerk op initiatief van het personeelslid moet ten minste tien werkdagen van tevoren worden aangevraagd. Telewerk eindigt op de eerste dag van de volgende maand;
4° op initiatief van de leidend ambtenaar, die zijn beslissing motiveert en het personeelslid, na hem te hebben gehoord, daarvan in kennis stelt:
a) met een opzegtermijn van 30 kalenderdagen.
De leidend ambtenaar brengt de beslissing ter kennis van het personeelslid op één van de wijzen bepaald in artikel 2/1 van het besluit van de Brusselse Hoofdstedelijke Regering van 21 maart 2018 houdende het administratief statuut en de bezoldigingsregeling van de ambtenaren van de Brusselse gewestelijke overheidsdiensten.
De opzegtermijn gaat in op de derde werkdag na de kennisgeving van de beslissing;
b) met onmiddellijke ingang en zonder opzegtermijn:
- in geval van verandering van functie van het personeelslid of een interne mobiliteit.
Na de functiewijziging of de interne mobiliteit kan de bevoegde functionele chef echter besluiten dat de beslissing wordt voortgezet onder de voorwaarden van het bestaande aanhangsel of de unilaterale beslissing;
- in geval van misbruik van of schade aan de telewerker of satellietwerker ter beschikking gestelde apparatuur of infrastructuur, die aan deze laatste kan worden toegeschreven;
- in geval van niet-naleving van wettelijke, reglementaire, disciplinaire of, in voorkomend geval, contractuele bepalingen door de telewerker of satellietwerker, onverminderd de mogelijkheid om een tuchtprocedure in te leiden.
§ 4. Behalve in het geval waarin de arbeidsverhouding wordt beëindigd, leidt het einde van telewerk en satellietwerk ertoe dat het personeelslid terugkeert naar de gebouwen van de werkgever.
De voor telewerk of satellietwerk ter beschikking gestelde apparatuur wordt teruggegeven aan de werkgever.]1
Modifications
Art.15. [1 § 1. L'accord de principe de télétravail et/ou de travail en bureau satellite est à durée indéterminée.
§ 2. Le télétravail peut être suspendu provisoirement par le membre du personnel ou par le fonctionnaire dirigeant, notamment sur demande motivée du chef fonctionnel :
1° la suspension du télétravail à l'initiative du membre du personnel est demandée au plus tard dix jours ouvrables à l'avance. La suspension débute le 1er jour du mois suivant et est d'une durée minimale d'un mois.
2° La suspension du télétravail à l'initiative du fonctionnaire dirigeant, notamment sur demande motivée du chef fonctionnel, peut-être décidée, après avoir entendu le membre du personnel.
Le fonctionnaire dirigeant motive sa décision et informe le membre du personnel de la suspension temporaire et de sa durée. La suspension prend cours le premier jour du mois qui suit la communication de la décision.
§ 3. Le télétravail et/ou le travail en bureau satellite prend fin :
1° suite à une interruption de travail supérieure à trois mois sans préjudice des congés de vacances annuelles ou du congé de maternité ; le fonctionnaire dirigeant peut toutefois décider que le télétravail et/ou le travail en bureau satellite peut être maintenu selon les conditions fixées dans l'avenant ou l'acte unilatéral ;
2° lorsqu'il est mis fin à la relation de travail, quelle que soit la manière dont elle se termine ;
3° à l'initiative du membre du personnel par courrier ou courrier électronique adressé au fonctionnaire dirigeant.
La cessation du télétravail à l'initiative du membre du personnel doit être demandée au moins dix jours ouvrables à l'avance. Le télétravail prend fin le premier jour du mois suivant ;
4° à l'initiative du fonctionnaire dirigeant, qui motive sa décision et en informe le membre du personnel après l'avoir entendu :
a) moyennant le respect d'une période de préavis de 30 jours calendrier.
Le fonctionnaire dirigeant notifie la décision au membre du personnel selon un des modes prévus à l'article 2/1 de l'arrêté du Gouvernement de la Région de Bruxelles-Capitale du 21 mars 2018 portant le statut administratif et pécuniaire des agents des services publics régionaux de Bruxelles.
Le préavis prend cours à dater du troisième jour ouvrable qui suit la notification de la décision ;
b) avec effet immédiat et sans période de préavis préalable :
- en cas de changement de fonction du membre du personnel ou de mobilité interne.
Le chef fonctionnel compétent à la suite du changement de fonction ou d'une mobilité interne peut cependant décider que l'autorisation est maintenue selon les conditions fixées dans l'avenant ou l'accord unilatéral existant ;
- en cas de mauvais usage ou de dégâts au matériel ou à l'infrastructure mis à disposition du télétravailleur ou du travailleur en bureau satellite, imputables à celui-ci ;
- en cas de non-respect des dispositions légales, réglementaires, disciplinaires, ou, le cas échéant, contractuelles, dans le chef du télétravailleur ou du travailleur en bureau satellite et sans préjudice de la possibilité d'entamer une procédure disciplinaire.
§ 4. Sauf dans le cas où il est mis fin à la relation de travail, la fin du télétravail et du travail en bureau satellite a pour conséquence le retour du membre du personnel dans les locaux de l'employeur.
Le matériel mis à disposition dans le cadre du télétravail ou du travail en bureau satellite est restitué à l'employeur.]1
§ 2. Le télétravail peut être suspendu provisoirement par le membre du personnel ou par le fonctionnaire dirigeant, notamment sur demande motivée du chef fonctionnel :
1° la suspension du télétravail à l'initiative du membre du personnel est demandée au plus tard dix jours ouvrables à l'avance. La suspension débute le 1er jour du mois suivant et est d'une durée minimale d'un mois.
2° La suspension du télétravail à l'initiative du fonctionnaire dirigeant, notamment sur demande motivée du chef fonctionnel, peut-être décidée, après avoir entendu le membre du personnel.
Le fonctionnaire dirigeant motive sa décision et informe le membre du personnel de la suspension temporaire et de sa durée. La suspension prend cours le premier jour du mois qui suit la communication de la décision.
§ 3. Le télétravail et/ou le travail en bureau satellite prend fin :
1° suite à une interruption de travail supérieure à trois mois sans préjudice des congés de vacances annuelles ou du congé de maternité ; le fonctionnaire dirigeant peut toutefois décider que le télétravail et/ou le travail en bureau satellite peut être maintenu selon les conditions fixées dans l'avenant ou l'acte unilatéral ;
2° lorsqu'il est mis fin à la relation de travail, quelle que soit la manière dont elle se termine ;
3° à l'initiative du membre du personnel par courrier ou courrier électronique adressé au fonctionnaire dirigeant.
La cessation du télétravail à l'initiative du membre du personnel doit être demandée au moins dix jours ouvrables à l'avance. Le télétravail prend fin le premier jour du mois suivant ;
4° à l'initiative du fonctionnaire dirigeant, qui motive sa décision et en informe le membre du personnel après l'avoir entendu :
a) moyennant le respect d'une période de préavis de 30 jours calendrier.
Le fonctionnaire dirigeant notifie la décision au membre du personnel selon un des modes prévus à l'article 2/1 de l'arrêté du Gouvernement de la Région de Bruxelles-Capitale du 21 mars 2018 portant le statut administratif et pécuniaire des agents des services publics régionaux de Bruxelles.
Le préavis prend cours à dater du troisième jour ouvrable qui suit la notification de la décision ;
b) avec effet immédiat et sans période de préavis préalable :
- en cas de changement de fonction du membre du personnel ou de mobilité interne.
Le chef fonctionnel compétent à la suite du changement de fonction ou d'une mobilité interne peut cependant décider que l'autorisation est maintenue selon les conditions fixées dans l'avenant ou l'accord unilatéral existant ;
- en cas de mauvais usage ou de dégâts au matériel ou à l'infrastructure mis à disposition du télétravailleur ou du travailleur en bureau satellite, imputables à celui-ci ;
- en cas de non-respect des dispositions légales, réglementaires, disciplinaires, ou, le cas échéant, contractuelles, dans le chef du télétravailleur ou du travailleur en bureau satellite et sans préjudice de la possibilité d'entamer une procédure disciplinaire.
§ 4. Sauf dans le cas où il est mis fin à la relation de travail, la fin du télétravail et du travail en bureau satellite a pour conséquence le retour du membre du personnel dans les locaux de l'employeur.
Le matériel mis à disposition dans le cadre du télétravail ou du travail en bureau satellite est restitué à l'employeur.]1
Modifications
HOOFDSTUK V. [1 - Bemiddeling]1
CHAPITRE V. [1 - Médiation]1
Art. 15/1. [1 § 1. Het personeelslid kan om bemiddeling verzoeken bij de dienst die belast is met het personeelsbeheer:
1° wanneer een negatieve beslissing wordt genomen over het verzoek om telewerk en/of satellietwerk;
2° wanneer hij het niet eens is met de beslissing tot opschorting of intrekking van zijn toestemming om te telewerk- en/of te satellietwerken;
3° wanneer hij bemiddeling noodzakelijk acht in andere dan de in de punten 1 en 2 bedoelde gevallen.
§ 2. De dienst die belast is met het personeelsbeheer brengt een advies uit binnen eenentwintig kalenderdagen na de datum waarop het verzoek om bemiddeling is ingediend.]1
1° wanneer een negatieve beslissing wordt genomen over het verzoek om telewerk en/of satellietwerk;
2° wanneer hij het niet eens is met de beslissing tot opschorting of intrekking van zijn toestemming om te telewerk- en/of te satellietwerken;
3° wanneer hij bemiddeling noodzakelijk acht in andere dan de in de punten 1 en 2 bedoelde gevallen.
§ 2. De dienst die belast is met het personeelsbeheer brengt een advies uit binnen eenentwintig kalenderdagen na de datum waarop het verzoek om bemiddeling is ingediend.]1
Art. 15/1. [1 § 1. Le membre du personnel peut solliciter une médiation auprès du service chargé de la gestion des ressources humaines :
1° lorsqu'une décision négative est prise concernant la demande de télétravail et/ou de travail en bureau satellite ;
2° lorsqu'il n'est pas d'accord avec la décision de suspension ou de suppression de son autorisation de télétravail et/ou de travail en bureau satellite ;
3° lorsqu'il estime qu'une médiation est nécessaire dans des cas autres que ceux visés aux points 1° et 2°.
§ 2. Le service chargé de la gestion des ressources humaines rend un avis dans les vingt et un jours calendrier suivant la date à laquelle la demande de médiation a été introduite.]1
1° lorsqu'une décision négative est prise concernant la demande de télétravail et/ou de travail en bureau satellite ;
2° lorsqu'il n'est pas d'accord avec la décision de suspension ou de suppression de son autorisation de télétravail et/ou de travail en bureau satellite ;
3° lorsqu'il estime qu'une médiation est nécessaire dans des cas autres que ceux visés aux points 1° et 2°.
§ 2. Le service chargé de la gestion des ressources humaines rend un avis dans les vingt et un jours calendrier suivant la date à laquelle la demande de médiation a été introduite.]1
HOOFDSTUK VI. [1 - Overgangs-, intrekkings- en slotbepalingen]1
CHAPITRE VI. [1 - Dispositions transitoires, abrogatoires et finales]1
Art. 15/2. [1 De toepassing van dit besluit wordt jaarlijks geëvalueerd.]1
Art. 15/2. [1 L'application du présent arrêté fait l'objet d'une évaluation annuelle.]1
Art.16. [1 De toestemmingen voor telewerk die vóór de inwerkingtreding van dit besluit zijn verleend, worden gedurende een jaar na de inwerkingtreding van dit besluit gehandhaafd.
De artikelen 14 tot 26 zijn echter van onmiddellijke toepassing op deze toestemmingen.
Indien het personeelslid na afloop van de in het eerste lid genoemde termijn aan telewerk wenst te blijven doen, dient het personeelslid hiertoe een verzoek in onder de voorwaarden van dit besluit.
Artikel 19 van dit besluit, betreffende de kantoorvergoeding van 30 euro, is van kracht op 1 april 2022.]1
De artikelen 14 tot 26 zijn echter van onmiddellijke toepassing op deze toestemmingen.
Indien het personeelslid na afloop van de in het eerste lid genoemde termijn aan telewerk wenst te blijven doen, dient het personeelslid hiertoe een verzoek in onder de voorwaarden van dit besluit.
Artikel 19 van dit besluit, betreffende de kantoorvergoeding van 30 euro, is van kracht op 1 april 2022.]1
Modifications
Art.16. [1 Les autorisations de télétravail accordées avant l'entrée en vigueur du présent arrêté sont maintenues pour une durée d'un an à partir de l'entrée en vigueur du présent arrêté.
Les articles 14 à 26 sont néanmoins d'application immédiate à ces autorisations.
S'il souhaite poursuivre le télétravail au-delà du terme prévu à l'alinéa 1er, le membre du personnel introduit une demande aux conditions du présent arrêté.
L'article 19 du présent arrêté, concernant l'indemnité de bureau de 30 euros, produit ses effets au 1er avril 2022.]1
Les articles 14 à 26 sont néanmoins d'application immédiate à ces autorisations.
S'il souhaite poursuivre le télétravail au-delà du terme prévu à l'alinéa 1er, le membre du personnel introduit une demande aux conditions du présent arrêté.
L'article 19 du présent arrêté, concernant l'indemnité de bureau de 30 euros, produit ses effets au 1er avril 2022.]1
Modifications
Art.17. Het besluit van de Brusselse Hoofdstedelijke Regering van 3 mei 2012 betreffende telewerk wordt opgeheven.
Art.17. L'arrêté du Gouvernement de la Région de Bruxelles-Capitale du 3 mai 2012 relatif au télétravail est abrogé.
Art. 18. [1 De minister-president en de ministers van de Brusselse Hoofdstedelijke Regering worden, ieder voor wat hem of haar betreft, belast met de uitvoering van dit besluit.]1
Modifications
Art. 18. [1 Le ministre-président et les ministres du Gouvernement de la Région de Bruxelles-Capitale sont chargés, chacun pour ce qui le concerne, de l'exécution du présent arrêté.]1