Artikel 1. Aan artikel 1, eerste lid, van het besluit van de Vlaamse Regering van 5 juni 2009 houdende de organisatie van de arbeidsbemiddeling en de beroepsopleiding, gewijzigd bij de besluiten van de Vlaamse Regering van 10 december 2010 en 18 december 2015, wordt een punt 27° toegevoegd, dat luidt als volgt:
"27° werkervaringsstage: een stage voor een werkzoekende op een reële werkvloer, die als voornaamste doel heeft om de werkzoekende generieke competenties te laten opbouwen die van elke werknemer verwacht worden, los van de functie van de werknemer, en om de werkzoekende werkervaring te laten opdoen, zodat een eerste stap naar herintrede op de arbeidsmarkt gezet kan worden.".
Nederlands (NL)
Français (FR)
Titre
23 DECEMBER 2016. - Besluit van de Vlaamse Regering houdende wijziging van het besluit van de Vlaamse Regering van 5 juni 2009 houdende de organisatie van de arbeidsbemiddeling en de beroepsopleiding, wat betreft de werkervaringsstage
Titre
23 DECEMBRE 2016. - Arrêté du Gouvernement flamand modifiant l'arrêté du Gouvernement flamand du 5 juin 2009 portant organisation du placement et de la formation professionnelle, en ce qui concerne le stage d'expérience professionnelle
Informations sur le document
Numac: 2017010307
Datum: 2016-12-23
Info du document
Numac: 2017010307
Date: 2016-12-23
Tekst (4)
Texte (4)
Article 1er. A l'article 1er, alinéa 1er, de l'arrêté du Gouvernement flamand du 5 juin 2009 portant organisation du placement et de la formation professionnelle, modifié par les arrêtés du Gouvernement flamand des 10 décembre 2010 et 18 décembre 2015, il est ajouté un point 27°, ainsi rédigé :
" 27° stage d'expérience professionnelle : le stage d'un demandeur d'emploi effectué dans une situation professionnelle réelle, qui a pour but principal de développer les compétences générales du demandeur d'emploi, telles qu'elles peuvent être attendues de tout employé, quelle que soit sa fonction, et de développer son expérience professionnelle en vue de faciliter sa réinsertion dans le marché du travail. ".
" 27° stage d'expérience professionnelle : le stage d'un demandeur d'emploi effectué dans une situation professionnelle réelle, qui a pour but principal de développer les compétences générales du demandeur d'emploi, telles qu'elles peuvent être attendues de tout employé, quelle que soit sa fonction, et de développer son expérience professionnelle en vue de faciliter sa réinsertion dans le marché du travail. ".
Art.2. Aan titel III van hetzelfde besluit, laatst gewijzigd bij besluit van 18 december 2015, wordt een hoofdstuk IV, dat bestaat uit artikel 111/0/1 tot en met 111/0/12, toegevoegd, dat luidt als volgt:
"Hoofdstuk IV. De werkervaringsstage
Art. 111/0/1. De VDAB kan de werkzoekende in het kader van de begeleiding naar werk een werkervaringsstage voorstellen bij een werkgever. De werkervaringsstage staat open voor elke werkzoekende als:
1° de VDAB oordeelt dat de werkervaringsstage passend is in zijn traject naar werk;
2° de werkzoekende voldoende leerpotentieel heeft om de afstand tot het normale economische circuit te overbruggen;
3° de werkzoekende een gebrek aan generieke competenties en werkervaring heeft.
Art. 111/0/2. De VDAB beslist of een werkzoekende een werkervaringsstage mag volgen.
De VDAB beslist over de verlenging of de voortijdige beëindiging van de werkervaringsstage.
Art. 111/0/3. De VDAB bepaalt de duur van de werkervaringsstage. De werkervaringsstage bedraagt ten minste twintig uur per week. De duur van de werkervaringsstage bedraagt maximaal zes maanden.
Art. 111/0/4. De werkervaringsstage wordt aangevat met een opleidingsplan. Dat opleidingsplan omvat de aan te leren competenties en de wijze waarop die competenties aangeleerd zullen worden.
Art. 111/0/5. Tijdens de duur van de werkervaringsstage wordt de werkzoekende regelmatig opgevolgd door VDAB. De werkgever bij wie de stage wordt aangevat, staat in voor de ondersteuning van de werkzoekende op de werkvloer.
Art. 111/0/6. De niet-werkende werkzoekende of de verplicht ingeschreven werkzoekende die een werkervaringsstage volgt, heeft recht op de vergoedingen, vermeld in artikel 6, § 2, als hij voldoet aan de voorwaarden, vermeld in het voormelde artikel.
Art. 111/0/7. De werkzoekende die een werkervaringsstage volgt, heeft recht op een maandelijkse vergoeding van 200 euro die betaald wordt door de VDAB. De vergoeding wordt naar verhouding verminderd voor maanden waarin de stagiair geen volledige prestaties heeft geleverd.
Art. 111/0/8. Tijdens de werkervaringsstage is de stagiair verzekerd voor ongevallen als vermeld in artikel 11. De werkzoekende die in het kader van de werkervaringsstage schade berokkent aan de VDAB of aan derden, wordt alleen aansprakelijk gesteld in de gevallen, vermeld in artikel 12.
Art. 111/0/9. Voor de uitvoering van de werkervaringsstage wordt tussen de VDAB, de stagiair en de werkgever een overeenkomst gesloten, waarvan het model door de raad van bestuur van de VDAB wordt bepaald.
De overeenkomst vermeldt ten minste:
1° de identiteit van de partijen;
2° de aanvangsdatum van de werkervaringsstage en de duur ervan;
3 de omschrijving van de activiteiten die in het kader van de werkervaringsstage plaatsvinden op de werkvloer;
4° de rechten en plichten van de partijen.
Art. 111/0/10. De werkervaringsstage wordt geschorst gedurende de periodes van ziekte en moederschapsverlof, ongeval of overmacht voor de duur van die periode.
Art. 111/0/11. De werkervaringsstage wordt stopgezet:
1° als de periode van schorsing, vermeld in artikel 111/0/10, een zodanige duur heeft bereikt dat de re-integratie van de werkzoekende niet zonder moeilijkheden kan verlopen;
2° als de stagiair of de werkgever zijn contractuele verplichtingen niet langer nakomt en de VDAB vaststelt dat de verdere uitvoering van de werkervaringsstage onmogelijk is geworden.".
Art. 111/0/12. Indien de werkervaringsstage deel uitmaakt van een traject tijdelijke werkervaring, kan de trajectbegeleider, vermeld in artikel 1, 1° van het besluit van de Vlaamse Regering betreffende de tijdelijke werkervaring van 23/12/2016, de werkervaringsstage inzetten met toepassing van artikel 17 van hetzelfde besluit.".
"Hoofdstuk IV. De werkervaringsstage
Art. 111/0/1. De VDAB kan de werkzoekende in het kader van de begeleiding naar werk een werkervaringsstage voorstellen bij een werkgever. De werkervaringsstage staat open voor elke werkzoekende als:
1° de VDAB oordeelt dat de werkervaringsstage passend is in zijn traject naar werk;
2° de werkzoekende voldoende leerpotentieel heeft om de afstand tot het normale economische circuit te overbruggen;
3° de werkzoekende een gebrek aan generieke competenties en werkervaring heeft.
Art. 111/0/2. De VDAB beslist of een werkzoekende een werkervaringsstage mag volgen.
De VDAB beslist over de verlenging of de voortijdige beëindiging van de werkervaringsstage.
Art. 111/0/3. De VDAB bepaalt de duur van de werkervaringsstage. De werkervaringsstage bedraagt ten minste twintig uur per week. De duur van de werkervaringsstage bedraagt maximaal zes maanden.
Art. 111/0/4. De werkervaringsstage wordt aangevat met een opleidingsplan. Dat opleidingsplan omvat de aan te leren competenties en de wijze waarop die competenties aangeleerd zullen worden.
Art. 111/0/5. Tijdens de duur van de werkervaringsstage wordt de werkzoekende regelmatig opgevolgd door VDAB. De werkgever bij wie de stage wordt aangevat, staat in voor de ondersteuning van de werkzoekende op de werkvloer.
Art. 111/0/6. De niet-werkende werkzoekende of de verplicht ingeschreven werkzoekende die een werkervaringsstage volgt, heeft recht op de vergoedingen, vermeld in artikel 6, § 2, als hij voldoet aan de voorwaarden, vermeld in het voormelde artikel.
Art. 111/0/7. De werkzoekende die een werkervaringsstage volgt, heeft recht op een maandelijkse vergoeding van 200 euro die betaald wordt door de VDAB. De vergoeding wordt naar verhouding verminderd voor maanden waarin de stagiair geen volledige prestaties heeft geleverd.
Art. 111/0/8. Tijdens de werkervaringsstage is de stagiair verzekerd voor ongevallen als vermeld in artikel 11. De werkzoekende die in het kader van de werkervaringsstage schade berokkent aan de VDAB of aan derden, wordt alleen aansprakelijk gesteld in de gevallen, vermeld in artikel 12.
Art. 111/0/9. Voor de uitvoering van de werkervaringsstage wordt tussen de VDAB, de stagiair en de werkgever een overeenkomst gesloten, waarvan het model door de raad van bestuur van de VDAB wordt bepaald.
De overeenkomst vermeldt ten minste:
1° de identiteit van de partijen;
2° de aanvangsdatum van de werkervaringsstage en de duur ervan;
3 de omschrijving van de activiteiten die in het kader van de werkervaringsstage plaatsvinden op de werkvloer;
4° de rechten en plichten van de partijen.
Art. 111/0/10. De werkervaringsstage wordt geschorst gedurende de periodes van ziekte en moederschapsverlof, ongeval of overmacht voor de duur van die periode.
Art. 111/0/11. De werkervaringsstage wordt stopgezet:
1° als de periode van schorsing, vermeld in artikel 111/0/10, een zodanige duur heeft bereikt dat de re-integratie van de werkzoekende niet zonder moeilijkheden kan verlopen;
2° als de stagiair of de werkgever zijn contractuele verplichtingen niet langer nakomt en de VDAB vaststelt dat de verdere uitvoering van de werkervaringsstage onmogelijk is geworden.".
Art. 111/0/12. Indien de werkervaringsstage deel uitmaakt van een traject tijdelijke werkervaring, kan de trajectbegeleider, vermeld in artikel 1, 1° van het besluit van de Vlaamse Regering betreffende de tijdelijke werkervaring van 23/12/2016, de werkervaringsstage inzetten met toepassing van artikel 17 van hetzelfde besluit.".
Art.2. Il est ajouté au titre III du même arrêté, modifié en dernier lieu par l'arrêté du 18 décembre 2015, un chapitre IV, comprenant les articles 111/0/1 à 111/0/12, ainsi rédigés :
" Chapitre IV. Le stage d'expérience professionnelle
Art. 111/0/1. Le VDAB peut offrir au demandeur d'emploi un stage d'expérience professionnelle auprès d'un employeur, dans le cadre de l'accompagnement vers l'emploi. Le stage d'expérience professionnelle est ouvert à chaque demandeur d'emploi, à condition que :
1° le VDAB juge que le stage d'expérience professionnelle soit utile dans son parcours vers l'emploi ;
2° le demandeur d'emploi ait suffisamment de potentiel d'apprentissage pour travailler dans le circuit économique normal ;
3° le demandeur d'emploi ait besoin de développer ses compétences générales et son expérience professionnelle.
Art. 111/0/2. Le VDAB décide si un demandeur d'emploi peut suivre un stage d'expérience professionnelle.
Le VDAB décide de la prolongation ou de la cessation prématurée du stage d'expérience professionnelle.
Art. 111/0/3. Le VDAB fixe la durée du stage d'expérience professionnelle. Le stage comprend au moins 20 heures par semaine. La durée du stage s'étend sur une période maximum de 6 mois.
Art. 111/0/4. Le stage est effectué selon un plan de formation. Ce plan de formation précise les compétences à apprendre, et la manière dont elles seront apprises.
Art. 111/0/5. Le VDAB effectue un suivi régulier du demandeur d'emploi pendant le stage. L'employeur auprès duquel le stage est effectué, assure l'encadrement du demandeur d'emploi dans l'exercice de sa fonction.
Art. 111/0/6. Le demandeur d'emploi inoccupé ou le demandeur d'emploi inscrit obligatoirement qui suivent un stage d'expérience professionnelle, ont droit aux indemnités, visées à l'article 6, § 2, s'ils satisfont aux conditions visées dans l'article précité.
Art. 111/0/7. Le demandeur d'emploi qui suit un stage d'expérience professionnelle a droit à une indemnité mensuelle de 200 euros, payée par le VDAB. Cette indemnité est réduite au prorata des mois pendant lesquels le stagiaire n'a pas fourni de prestations complètes.
Art. 111/0/8. Pendant le stage d'expérience professionnelle le stagiaire est assuré en cas d'accident, comme prévu à l'article 11. En cas de dommages causés au VDAB ou à des tiers par le demandeur d'emploi dans le cadre de son stage, ce dernier ne peut être tenu responsable que dans les cas, visés à l'article 12.
Art. 111/0/9. Une convention de stage d'expérience professionnelle, dont le conseil d'administration du VDAB arrête le modèle, est conclue entre le VDAB, le stagiaire et l'employeur avant le début du stage.
Cette convention indiquera au moins :
1° l'identité des parties ;
2° la date de début et la durée du stage ;
3° la description des activités à effectuer sur le lieu du travail dans le cadre du stage ;
4° les droits et obligations des parties.
Art. 111/0/10. Le stage d'expérience professionnelle est suspendu en cas de maladie, de congé de maternité, d'accident ou de force majeure pour la durée de cette situation.
Art. 111/0/11. Le stage d'expérience professionnelle est arrêté dans les cas suivants :
1° lorsque la période de suspension, visée à l'article 111/0/10, a atteint une telle durée que la réinsertion du demandeur d'emploi s'en trouve compromise ;
2° lorsque le stagiaire ou l'employeur ne respectent pas leurs obligations contractuelles et que le VDAB doit constater qu'il est devenu impossible de poursuivre le stage. ".
Art. 111/0/12. Si le stage d'expérience professionnelle s'inscrit dans un parcours d'expérience professionnelle temporaire, l'accompagnateur de parcours, visé à l'article 1er, 1° de l'arrêté du Gouvernement flamand du 23 décembre 2016 relatif à l'expérience professionnelle temporaire, peut proposer le stage d'expérience professionnelle en vertu de l'article 17 du même arrêté. ".
" Chapitre IV. Le stage d'expérience professionnelle
Art. 111/0/1. Le VDAB peut offrir au demandeur d'emploi un stage d'expérience professionnelle auprès d'un employeur, dans le cadre de l'accompagnement vers l'emploi. Le stage d'expérience professionnelle est ouvert à chaque demandeur d'emploi, à condition que :
1° le VDAB juge que le stage d'expérience professionnelle soit utile dans son parcours vers l'emploi ;
2° le demandeur d'emploi ait suffisamment de potentiel d'apprentissage pour travailler dans le circuit économique normal ;
3° le demandeur d'emploi ait besoin de développer ses compétences générales et son expérience professionnelle.
Art. 111/0/2. Le VDAB décide si un demandeur d'emploi peut suivre un stage d'expérience professionnelle.
Le VDAB décide de la prolongation ou de la cessation prématurée du stage d'expérience professionnelle.
Art. 111/0/3. Le VDAB fixe la durée du stage d'expérience professionnelle. Le stage comprend au moins 20 heures par semaine. La durée du stage s'étend sur une période maximum de 6 mois.
Art. 111/0/4. Le stage est effectué selon un plan de formation. Ce plan de formation précise les compétences à apprendre, et la manière dont elles seront apprises.
Art. 111/0/5. Le VDAB effectue un suivi régulier du demandeur d'emploi pendant le stage. L'employeur auprès duquel le stage est effectué, assure l'encadrement du demandeur d'emploi dans l'exercice de sa fonction.
Art. 111/0/6. Le demandeur d'emploi inoccupé ou le demandeur d'emploi inscrit obligatoirement qui suivent un stage d'expérience professionnelle, ont droit aux indemnités, visées à l'article 6, § 2, s'ils satisfont aux conditions visées dans l'article précité.
Art. 111/0/7. Le demandeur d'emploi qui suit un stage d'expérience professionnelle a droit à une indemnité mensuelle de 200 euros, payée par le VDAB. Cette indemnité est réduite au prorata des mois pendant lesquels le stagiaire n'a pas fourni de prestations complètes.
Art. 111/0/8. Pendant le stage d'expérience professionnelle le stagiaire est assuré en cas d'accident, comme prévu à l'article 11. En cas de dommages causés au VDAB ou à des tiers par le demandeur d'emploi dans le cadre de son stage, ce dernier ne peut être tenu responsable que dans les cas, visés à l'article 12.
Art. 111/0/9. Une convention de stage d'expérience professionnelle, dont le conseil d'administration du VDAB arrête le modèle, est conclue entre le VDAB, le stagiaire et l'employeur avant le début du stage.
Cette convention indiquera au moins :
1° l'identité des parties ;
2° la date de début et la durée du stage ;
3° la description des activités à effectuer sur le lieu du travail dans le cadre du stage ;
4° les droits et obligations des parties.
Art. 111/0/10. Le stage d'expérience professionnelle est suspendu en cas de maladie, de congé de maternité, d'accident ou de force majeure pour la durée de cette situation.
Art. 111/0/11. Le stage d'expérience professionnelle est arrêté dans les cas suivants :
1° lorsque la période de suspension, visée à l'article 111/0/10, a atteint une telle durée que la réinsertion du demandeur d'emploi s'en trouve compromise ;
2° lorsque le stagiaire ou l'employeur ne respectent pas leurs obligations contractuelles et que le VDAB doit constater qu'il est devenu impossible de poursuivre le stage. ".
Art. 111/0/12. Si le stage d'expérience professionnelle s'inscrit dans un parcours d'expérience professionnelle temporaire, l'accompagnateur de parcours, visé à l'article 1er, 1° de l'arrêté du Gouvernement flamand du 23 décembre 2016 relatif à l'expérience professionnelle temporaire, peut proposer le stage d'expérience professionnelle en vertu de l'article 17 du même arrêté. ".
Art.3. Dit besluit treedt in werking op 1 januari 2017.
Art.3. Le présent arrêté entre en vigueur le 1er janvier 2017.
Art. 4. De Vlaamse minister, bevoegd voor het tewerkstellingsbeleid, is belast met de uitvoering van dit besluit.
Art. 4. Le Ministre flamand qui a la politique de l'emploi dans ses attributions est chargé de l'exécution du présent arrêté.