Nederlands (NL)
Français (FR)
Titre
8 SEPTEMBER 2016. - Besluit van de Waalse Regering tot invoering van een verplichting tot uitvoering van energie-audits overeenkomstig het decreet van 9 december 1993 betreffende de bevordering van rationeel energiegebruik, energiebesparingen en hernieuwbare energieën(NOTA : Raadpleging van vroegere versies vanaf 14-10-2016 en tekstbijwerking tot 06-05-2024)
Titre
8 SEPTEMBRE 2016. - Arrêté du Gouvernement wallon instaurant une obligation d'audit énergétique en exécution du décret du 9 décembre 1993 relatif à la promotion de l'utilisation rationnelle de l'énergie, des économies d'énergie et des énergies renouvelables(NOTE : Consultation des versions antérieures à partir du 14-10-2016 et mise à jour au 06-05-2024)
Informations sur le document
Numac: 2016205105
Datum: 2016-09-08
Info du document
Numac: 2016205105
Date: 2016-09-08
Tekst (15)
Texte (15)
Artikel 1. Artikel 8, 4 tot 7, van Richtlijn 2012/27/EU van het Europees Parlement en de Raad van 25 oktober 2012 betreffende energie-efficiëntie, tot wijziging van de Richtlijnen 2009/125/EG en 2010/30/EU en houdende intrekking van de Richtlijnen 2004/8/EG en 2006/32/EG wordt omgezet bij dit besluit.
Article 1er. Le présent arrêté transpose l'article 8, 4 à 7, de la directive 2012/27/UE du Parlement européen et du Conseil du 25 octobre 2012 relative à l'efficacité énergétique, modifiant les directives 2009/125/CE et 2010/30/UE et abrogeant les directives 2004/8/CE et 2006/32/CE.
Art.2. Voor de toepassing van dit besluit wordt verstaan onder :
1° het decreet van 9 december 1993 : het decreet van 9 december 1993 betreffende de bevordering van rationeel energiegebruik, energiebesparingen en hernieuwbare energieën;
2° een grote onderneming : een onderneming in de zin van artikel 1, 5°, van het decreet van 9 december 1993 in de zin van de begripsomschrijving van artikel 2, 24, van Verordening (EU) nr. 651/2014 van de Commissie van 17 juni 2014 waarbij bepaalde categorieën steun op grond van de artikelen 107 en 108 van het Verdrag met de interne markt verenigbaar worden verklaard;
3° eindenergie : energie gefactureerd aan een onderneming door een leverancier en de energie geproduceerd door een onderneming voor eigen gebruik;
4° de Minister : de Minister die voor Energie bevoegd is.
1° het decreet van 9 december 1993 : het decreet van 9 december 1993 betreffende de bevordering van rationeel energiegebruik, energiebesparingen en hernieuwbare energieën;
2° een grote onderneming : een onderneming in de zin van artikel 1, 5°, van het decreet van 9 december 1993 in de zin van de begripsomschrijving van artikel 2, 24, van Verordening (EU) nr. 651/2014 van de Commissie van 17 juni 2014 waarbij bepaalde categorieën steun op grond van de artikelen 107 en 108 van het Verdrag met de interne markt verenigbaar worden verklaard;
3° eindenergie : energie gefactureerd aan een onderneming door een leverancier en de energie geproduceerd door een onderneming voor eigen gebruik;
4° de Minister : de Minister die voor Energie bevoegd is.
Art.2. Pour l'application du présent arrêté, l'on entend par :
1° le décret du 9 décembre 1993 : le décret du 9 décembre 1993 relatif à la promotion de l'utilisation rationnelle de l'énergie, des économies d'énergie et des énergies renouvelables;
2° une grande entreprise : une entreprise au sens de l'article 1er, 5°, du décret du 9 décembre 1993 qui correspond à la définition de l'article 2, 24, du Règlement (UE) n° 651/2014 de la Commission du 17 juin 2014 déclarant certaines catégories d'aides compatibles avec le marché intérieur en application des articles 107 et 108 du traité;
3° l'énergie finale : l'énergie facturée à une entreprise par un fournisseur et l'énergie produite par une entreprise pour son usage propre;
4° le Ministre : le Ministre qui a l'Energie dans ses attributions.
1° le décret du 9 décembre 1993 : le décret du 9 décembre 1993 relatif à la promotion de l'utilisation rationnelle de l'énergie, des économies d'énergie et des énergies renouvelables;
2° une grande entreprise : une entreprise au sens de l'article 1er, 5°, du décret du 9 décembre 1993 qui correspond à la définition de l'article 2, 24, du Règlement (UE) n° 651/2014 de la Commission du 17 juin 2014 déclarant certaines catégories d'aides compatibles avec le marché intérieur en application des articles 107 et 108 du traité;
3° l'énergie finale : l'énergie facturée à une entreprise par un fournisseur et l'énergie produite par une entreprise pour son usage propre;
4° le Ministre : le Ministre qui a l'Energie dans ses attributions.
Art.3. Minstens om de vier jaar moeten de grote ondernemingen:
1° een evenredige, representatieve en rendabele energie-audit uitvoeren;
2° een energie-auditverslag in overeenstemming met bijlage 1 overmaken;
3° de energie-audit tijdens tien jaar behouden.
Bij bijzondere of buitengewone omstandigheden kan de Minister, of zijn afgevaardigde, een verlenging van de termijn toekennen als :
1° de aanvraag schriftelijk wordt gedaan en speciaal gemotiveerd is;
2° de aanvraag tot verlenging van de termijn binnen de aanvankelijke termijn van vier jaar ingediend is;
3° de verlenging voor maximum vier jaar wordt toegekend.
Vanaf de ontvangst van de aanvraag tot verlenging, geeft de Minister, of zijn afgevaardigde, de aanvrager kennis van:
1° een bericht van ontvangst binnen tien dagen;
2° zijn gemotiveerde beslissing binnen zestig dagen.
1° een evenredige, representatieve en rendabele energie-audit uitvoeren;
2° een energie-auditverslag in overeenstemming met bijlage 1 overmaken;
3° de energie-audit tijdens tien jaar behouden.
Bij bijzondere of buitengewone omstandigheden kan de Minister, of zijn afgevaardigde, een verlenging van de termijn toekennen als :
1° de aanvraag schriftelijk wordt gedaan en speciaal gemotiveerd is;
2° de aanvraag tot verlenging van de termijn binnen de aanvankelijke termijn van vier jaar ingediend is;
3° de verlenging voor maximum vier jaar wordt toegekend.
Vanaf de ontvangst van de aanvraag tot verlenging, geeft de Minister, of zijn afgevaardigde, de aanvrager kennis van:
1° een bericht van ontvangst binnen tien dagen;
2° zijn gemotiveerde beslissing binnen zestig dagen.
Art.3. Au minimum tous les quatre ans, les grandes entreprises :
1° réalisent un audit énergétique proportionné, représentatif, rentable;
2° transmettent un rapport d'audit énergétique conforme à l'annexe 1;
3° conservent l'audit énergétique pendant dix ans.
En cas de circonstances particulières ou exceptionnelles, le Ministre ou son délégué peut accorder une prolongation du délai si :
1° la demande est écrite et spécialement motivée;
2° la prolongation du délai est introduite dans le délai initial de quatre ans;
3° la prolongation accordée est de maximum quatre ans.
A partir de la réception de la demande de prolongation, le Ministre ou son délégué notifie au demandeur :
1° un accusé de réception dans les dix jours;
2° sa décision motivée dans les soixante jours.
1° réalisent un audit énergétique proportionné, représentatif, rentable;
2° transmettent un rapport d'audit énergétique conforme à l'annexe 1;
3° conservent l'audit énergétique pendant dix ans.
En cas de circonstances particulières ou exceptionnelles, le Ministre ou son délégué peut accorder une prolongation du délai si :
1° la demande est écrite et spécialement motivée;
2° la prolongation du délai est introduite dans le délai initial de quatre ans;
3° la prolongation accordée est de maximum quatre ans.
A partir de la réception de la demande de prolongation, le Ministre ou son délégué notifie au demandeur :
1° un accusé de réception dans les dix jours;
2° sa décision motivée dans les soixante jours.
Art.4. Het evenredige karakter van de energie-audit moet worden verstaan in de zin van artikel 3 als het eindenergieverbruik van de activiteiten van de grote onderneming in het Waalse Gewest minstens twintig procent van het Belgische eindenergieverbruik van de grote onderneming bedraagt. In voorkomend geval wordt een energie-audit niet vereist in het Waalse Gewest.
Het representatieve karakter van de energie-audit moet worden verstaan in de zin van artikel 3 als de audit betrekking heeft op minstens tachtig procent van het eindenergieverbuik van de onderneming in het Waalse Gewest.
Het rendabele karakter van de energie-audit moet worden verstaan in de zin van artikel 3 indien de kosten van de energie-audit en van de in de energie-audit geïdentificeerde investeringen, waarvan de gewone terugverdientijd inzake investeringen korter dan of gelijk aan vijf jaar is, kleiner zijn dan of gelijk zijn aan het desbetreffend bespaard bedrag tijdens vijf jaar. Als een gebrek aan rendabiliteit wordt vastgesteld bij een energie-audit, wordt de grote onderneming dan vrijgesteld van de verplichting tot energie-audit voor de volgende vervaldag.
Het representatieve karakter van de energie-audit moet worden verstaan in de zin van artikel 3 als de audit betrekking heeft op minstens tachtig procent van het eindenergieverbuik van de onderneming in het Waalse Gewest.
Het rendabele karakter van de energie-audit moet worden verstaan in de zin van artikel 3 indien de kosten van de energie-audit en van de in de energie-audit geïdentificeerde investeringen, waarvan de gewone terugverdientijd inzake investeringen korter dan of gelijk aan vijf jaar is, kleiner zijn dan of gelijk zijn aan het desbetreffend bespaard bedrag tijdens vijf jaar. Als een gebrek aan rendabiliteit wordt vastgesteld bij een energie-audit, wordt de grote onderneming dan vrijgesteld van de verplichting tot energie-audit voor de volgende vervaldag.
Art.4. L'audit énergétique est proportionné au sens de l'article 3 si la consommation d'énergie finale des activités de la grande entreprise en Région wallonne représente minimum vingt pour cent de la consommation d'énergie finale belge de la grande entreprise. A défaut, un audit énergétique n'est pas requis en Région wallonne.
L'audit énergétique est représentatif au sens de l'article 3 si l'audit porte sur minimum quatre-vingts pour cent de la consommation d'énergie finale de l'entreprise en Région wallonne.
L'audit énergétique est rentable au sens de l'article 3 si le coût de l'audit énergétique et des investissements identifiés dans l'audit énergétique, dont le temps de retour simple est inférieur ou égal à cinq ans, est inférieur ou égal au montant économisé correspondant pendant cinq ans. Si un audit énergétique constate que la rentabilité fait défaut, la grande entreprise est dispensée de l'obligation d'audit énergétique pour la prochaine échéance.
L'audit énergétique est représentatif au sens de l'article 3 si l'audit porte sur minimum quatre-vingts pour cent de la consommation d'énergie finale de l'entreprise en Région wallonne.
L'audit énergétique est rentable au sens de l'article 3 si le coût de l'audit énergétique et des investissements identifiés dans l'audit énergétique, dont le temps de retour simple est inférieur ou égal à cinq ans, est inférieur ou égal au montant économisé correspondant pendant cinq ans. Si un audit énergétique constate que la rentabilité fait défaut, la grande entreprise est dispensée de l'obligation d'audit énergétique pour la prochaine échéance.
Art.5. § 1. [1 De energie-audit voldoet aan de definitie van de globale energie-audit bedoeld in artikel 2, 26, van het besluit van de Waalse Regering van 1 februari 2024 betreffende de toekenning van subsidies voor audits of studies in de niet-residentiële sector, ter verbetering van de energie-efficiëntie en ter bevordering van een rationeler en duurzamer energiegebruik, (AMUREBA).
De controle- en strafregeling van de auditors gecertificeerd krachtens afdeling 4 van hoofdstuk 3 van het besluit van de Waalse Regering van 1 februari 2024 betreffende de toekenning van subsidies voor audits of studies in de niet-residentiële sector, ter verbetering van de energie-efficiëntie en ter bevordering van een rationeler en duurzamer energiegebruik, (AMUREBA) is van toepassing op de opdrachten die ze vervullen ter uitvoering van dit besluit]1.
§ 2. In afwijking van paragraaf 1 kan de energie-audit, als hij enkel betrekking heeft op gebouwen en hun uitrusting, ook worden uitgevoerd met inachtneming van de voorschriften van de energie-audit bedoeld in artikel 1, § 2, 9°, en in bijlage 2 van het besluit van de Waalse Regering van 28 maart 2013 betreffende de toekenning van subsidies aan de publiekrechtelijke personen en aan de niet-commerciële instellingen voor de verwezenlijking van studies en werken die een betere energieprestatie en een rationeel energiegebruik in de gebouwen (UREBA) beogen, hierna " het besluit van de Waalse Regering van 28 maart 2013 " genoemd.
De controle- en strafregeling van de energieauditeurs opgenomen in hoofdstuk VI van het besluit van de Waalse Regering van 28 maart 2013 is van toepassing op de opdrachten die ze vervullen ter uitvoering van dit besluit.
De controle- en strafregeling van de auditors gecertificeerd krachtens afdeling 4 van hoofdstuk 3 van het besluit van de Waalse Regering van 1 februari 2024 betreffende de toekenning van subsidies voor audits of studies in de niet-residentiële sector, ter verbetering van de energie-efficiëntie en ter bevordering van een rationeler en duurzamer energiegebruik, (AMUREBA) is van toepassing op de opdrachten die ze vervullen ter uitvoering van dit besluit]1.
§ 2. In afwijking van paragraaf 1 kan de energie-audit, als hij enkel betrekking heeft op gebouwen en hun uitrusting, ook worden uitgevoerd met inachtneming van de voorschriften van de energie-audit bedoeld in artikel 1, § 2, 9°, en in bijlage 2 van het besluit van de Waalse Regering van 28 maart 2013 betreffende de toekenning van subsidies aan de publiekrechtelijke personen en aan de niet-commerciële instellingen voor de verwezenlijking van studies en werken die een betere energieprestatie en een rationeel energiegebruik in de gebouwen (UREBA) beogen, hierna " het besluit van de Waalse Regering van 28 maart 2013 " genoemd.
De controle- en strafregeling van de energieauditeurs opgenomen in hoofdstuk VI van het besluit van de Waalse Regering van 28 maart 2013 is van toepassing op de opdrachten die ze vervullen ter uitvoering van dit besluit.
Modifications
Art.5. § 1er. [1 L'audit énergétique respecte la définition de l'audit énergétique global visé par l'article 2, 26°, de l'arrêté du 1er février 2024 relatif à l'octroi de subventions à l'audit ou à l'étude dans le secteur non résidentiel pour l'amélioration de l'efficacité énergétique et la promotion d'une utilisation plus rationnelle et plus durable de l'énergie (AMUREBA).
Le régime de contrôle et de sanction des auditeurs labellisés en vertu de la section 4 du chapitre 3 de l'arrêté du 1er février 2024 relatif à l'octroi de subventions à l'audit ou à l'étude dans le secteur non résidentiel pour l'amélioration de l'efficacité énergétique et la promotion d'une utilisation plus rationnelle et plus durable de l'énergie (AMUREBA) s'applique aux missions qu'ils accomplissent en exécution du présent arrêté]1 .
§ 2. Par dérogation au paragraphe 1er, si l'audit énergétique porte uniquement sur des bâtiments et leurs équipements, l'audit énergétique peut aussi être réalisé en respectant le prescrit de l'audit énergétique visé à l'article 1, § 2, 9°, et à l'annexe 2 de l'arrêté du Gouvernement wallon du 28 mars 2013 relatif à l'octroi de subventions aux personnes de droit public et aux organismes non commerciaux pour la réalisation d'études et de travaux visant l'amélioration de la performance énergétique et l'utilisation rationnelle de l'énergie dans les bâtiments (UREBA), dénommé ci-après " l'arrêté du Gouvernement wallon du 28 mars 2013 ".
Le régime de contrôle et de sanction des auditeurs énergétiques établi par le chapitre VI de l'arrêté du Gouvernement wallon du 28 mars 2013 s'applique aux missions qu'ils accomplissent en exécution du présent arrêté.
Le régime de contrôle et de sanction des auditeurs labellisés en vertu de la section 4 du chapitre 3 de l'arrêté du 1er février 2024 relatif à l'octroi de subventions à l'audit ou à l'étude dans le secteur non résidentiel pour l'amélioration de l'efficacité énergétique et la promotion d'une utilisation plus rationnelle et plus durable de l'énergie (AMUREBA) s'applique aux missions qu'ils accomplissent en exécution du présent arrêté]1 .
§ 2. Par dérogation au paragraphe 1er, si l'audit énergétique porte uniquement sur des bâtiments et leurs équipements, l'audit énergétique peut aussi être réalisé en respectant le prescrit de l'audit énergétique visé à l'article 1, § 2, 9°, et à l'annexe 2 de l'arrêté du Gouvernement wallon du 28 mars 2013 relatif à l'octroi de subventions aux personnes de droit public et aux organismes non commerciaux pour la réalisation d'études et de travaux visant l'amélioration de la performance énergétique et l'utilisation rationnelle de l'énergie dans les bâtiments (UREBA), dénommé ci-après " l'arrêté du Gouvernement wallon du 28 mars 2013 ".
Le régime de contrôle et de sanction des auditeurs énergétiques établi par le chapitre VI de l'arrêté du Gouvernement wallon du 28 mars 2013 s'applique aux missions qu'ils accomplissent en exécution du présent arrêté.
Modifications
Art.6. § 1. Een grote onderneming die een energie- of een milieubeheersysteem toepast dat door een onafhankelijk orgaan volgens de relevante Europese of internationale normen is gecertificeerd, wordt geacht te voldoen aan de verplichting tot uitvoering van energie-audits, als :
1° het energie- of een milieubeheersysteem in een energie-audit voorziet die met bijlage 1 van het decreet van 9 december 1993 overeenstemt;
2° het eindenergieverbruik van de geauditeerde activiteiten in het kader van het beheersysteem minstens [1 tachtig procent]1 van het eindenergieverbruik van de onderneming in het Waalse Gewest bedraagt;
3° de grote onderneming sinds vier maanden over een geldig certificaat beschikt;
4° de grote onderneming houdt gedurende tien jaar de beschikbare gegevens van de laatste uitgevoerde audit ter beschikking van de Minister of zijn afgevaardigde;
5° de onderneming levert het bewijs van de naleving van de voorwaarden bedoeld in de punten 1°, 2°, 3° en 4°, door om de vier jaar een formulier dat overeenstemt met bijlage 2 over te maken aan de Minister of zijn afgevaardigde.
§ 2. Een grote onderneming die partij is bij een milieu-overeenkomst in de zin van artikel D.82 van het Milieuwetboek betreffende de vermindering van de specifieke broeikasgasemissies en de verbetering van de energie-efficiëntie wordt geacht te voldoen aan de verplichting tot uitvoering van energie-audits van artikel 3, als:
1° het eindenergieverbruik van de geauditeerde activiteiten in het kader van een milieu-overeenkomst in de zin van artikel D.82 van het Milieuwetboek betreffende de vermindering van de specifieke broeikasgasemissies en de verbetering van de energie-efficiëntie minstens [1 tachtig procent]1 van het eindenergieverbruik van de onderneming in het Waalse Gewest bedraagt;
2° de grote onderneming gedurende tien jaar de beschikbare gegevens van de laatste uitgevoerde audit ter beschikking houdt van de Minister of zijn afgevaardigde;
3° de grote onderneming sinds meer dan vier jaar niet uit de milieu-overeenkomst is getreden;
4° de onderneming het bewijs levert van de naleving van de voorwaarden bedoeld in de punten 1°, 2° en 3°, door om de vier jaar een formulier dat overeenstemt met bijlage 3 over te maken aan de Minister of zijn afgevaardigde.
1° het energie- of een milieubeheersysteem in een energie-audit voorziet die met bijlage 1 van het decreet van 9 december 1993 overeenstemt;
2° het eindenergieverbruik van de geauditeerde activiteiten in het kader van het beheersysteem minstens [1 tachtig procent]1 van het eindenergieverbruik van de onderneming in het Waalse Gewest bedraagt;
3° de grote onderneming sinds vier maanden over een geldig certificaat beschikt;
4° de grote onderneming houdt gedurende tien jaar de beschikbare gegevens van de laatste uitgevoerde audit ter beschikking van de Minister of zijn afgevaardigde;
5° de onderneming levert het bewijs van de naleving van de voorwaarden bedoeld in de punten 1°, 2°, 3° en 4°, door om de vier jaar een formulier dat overeenstemt met bijlage 2 over te maken aan de Minister of zijn afgevaardigde.
§ 2. Een grote onderneming die partij is bij een milieu-overeenkomst in de zin van artikel D.82 van het Milieuwetboek betreffende de vermindering van de specifieke broeikasgasemissies en de verbetering van de energie-efficiëntie wordt geacht te voldoen aan de verplichting tot uitvoering van energie-audits van artikel 3, als:
1° het eindenergieverbruik van de geauditeerde activiteiten in het kader van een milieu-overeenkomst in de zin van artikel D.82 van het Milieuwetboek betreffende de vermindering van de specifieke broeikasgasemissies en de verbetering van de energie-efficiëntie minstens [1 tachtig procent]1 van het eindenergieverbruik van de onderneming in het Waalse Gewest bedraagt;
2° de grote onderneming gedurende tien jaar de beschikbare gegevens van de laatste uitgevoerde audit ter beschikking houdt van de Minister of zijn afgevaardigde;
3° de grote onderneming sinds meer dan vier jaar niet uit de milieu-overeenkomst is getreden;
4° de onderneming het bewijs levert van de naleving van de voorwaarden bedoeld in de punten 1°, 2° en 3°, door om de vier jaar een formulier dat overeenstemt met bijlage 3 over te maken aan de Minister of zijn afgevaardigde.
Modifications
Art.6. § 1er. Une grande entreprise qui met en oeuvre un système de management de l'énergie ou de l'environnement certifié par un organisme indépendant conformément aux normes européennes ou internationales pertinentes est réputé remplir l'obligation d'audit énergétique, si :
1° le système de management de l'énergie ou de l'environnement prévoit un audit énergétique conforme à l'annexe 1 du décret du 9 décembre 1993 ;
2° la consommation d'énergie finale des activités auditées dans le cadre du système de management représente minimum [1 quatre-vingt pour cent]1 de la consommation d'énergie finale de l'entreprise en Région wallonne;
3° la grande entreprise dispose d'un certificat en cours de validité depuis moins de quatre ans;
4° la grande entreprise tient à disposition du Ministre ou de son délégué les données disponibles du dernier audit réalisé pendant dix ans;
5° l'entreprise apporte la preuve du respect des conditions visées aux 1°, 2°, 3° et 4°, en transmettant au Ministre ou à son délégué un formulaire conforme à l'annexe 2 au minimum tous les quatre ans.
§ 2. Une grande entreprise partie à une convention environnementale au sens de l'article D.82 du Code de l'Environnement relative à la réduction des émissions spécifiques de gaz à effet de serre et à l'amélioration de l'efficience énergétique est réputée remplir l'obligation d'audit énergétique de l'article 3, si :
1° la consommation d'énergie finale des activités auditées dans le cadre d'une convention environnementale au sens de l'article D.82 du Code de l'Environnement relative à la réduction des émissions spécifiques de gaz à effet de serre et à l'amélioration de l'efficience énergétique représente minimum [1 quatre-vingt pour cent]1 de la consommation d'énergie finale de l'entreprise en Région wallonne;
2° la grande entreprise tient à disposition du Ministre ou de son délégué les données disponibles du dernier audit réalisé pendant 10 ans;
3° la grande entreprise n'est pas sortie de la convention environnementale depuis plus de quatre ans;
4° l'entreprise apporte la preuve du respect des conditions visées aux 1°, 2° et 3°, en transmettant au Ministre ou à son délégué un formulaire conforme à l'annexe 3 au minimum tous les quatre ans.
1° le système de management de l'énergie ou de l'environnement prévoit un audit énergétique conforme à l'annexe 1 du décret du 9 décembre 1993 ;
2° la consommation d'énergie finale des activités auditées dans le cadre du système de management représente minimum [1 quatre-vingt pour cent]1 de la consommation d'énergie finale de l'entreprise en Région wallonne;
3° la grande entreprise dispose d'un certificat en cours de validité depuis moins de quatre ans;
4° la grande entreprise tient à disposition du Ministre ou de son délégué les données disponibles du dernier audit réalisé pendant dix ans;
5° l'entreprise apporte la preuve du respect des conditions visées aux 1°, 2°, 3° et 4°, en transmettant au Ministre ou à son délégué un formulaire conforme à l'annexe 2 au minimum tous les quatre ans.
§ 2. Une grande entreprise partie à une convention environnementale au sens de l'article D.82 du Code de l'Environnement relative à la réduction des émissions spécifiques de gaz à effet de serre et à l'amélioration de l'efficience énergétique est réputée remplir l'obligation d'audit énergétique de l'article 3, si :
1° la consommation d'énergie finale des activités auditées dans le cadre d'une convention environnementale au sens de l'article D.82 du Code de l'Environnement relative à la réduction des émissions spécifiques de gaz à effet de serre et à l'amélioration de l'efficience énergétique représente minimum [1 quatre-vingt pour cent]1 de la consommation d'énergie finale de l'entreprise en Région wallonne;
2° la grande entreprise tient à disposition du Ministre ou de son délégué les données disponibles du dernier audit réalisé pendant 10 ans;
3° la grande entreprise n'est pas sortie de la convention environnementale depuis plus de quatre ans;
4° l'entreprise apporte la preuve du respect des conditions visées aux 1°, 2° et 3°, en transmettant au Ministre ou à son délégué un formulaire conforme à l'annexe 3 au minimum tous les quatre ans.
Modifications
Art.7. De niet-mededeling van het energie-auditverslag dat overeenstemt met bijlage 1 of van het formulier dat overeenstemt met bijlage 2 of 3 op de vervaldatum wordt gestraft met een administratieve boete van 250 euro per begonnen week vertraging. Vanaf één jaar vertraging wordt de onderneming gestraft met een boete van 20.000 euro.
De mededeling van het auditverslag dat overeenstemt met bijlage 1 of van het formulier dat overeenstemt met bijlage 2 of 3 met onjuiste gegevens wordt gestraft met een administratieve boete van 250 euro. De onderneming wordt dan verzocht de overtreding te herstellen door de onjuiste gegevens binnen de maand te verbeteren. Na deze termijn wordt de onderneming gestraft met een boete van 250 euro per begonnen week vertraging tot de verbetering van de onjuiste gegevens. Vanaf één jaar vertraging wordt de onderneming gestraft met een boete van 20.000 euro.
De niet-mededeling, op gewoon verzoek, van het energie-auditverslag aan de ambtenaren en aangewezen personeelsleden krachtens artikel 15 van het decreet van 9 december 1993 wordt gestraft met een administratieve boete van 25.000 euro.
Deze bedragen worden vermenigvuldigd met twee als de onderneming reeds veroordeeld is krachtens dit artikel binnen de tien jaar voorafgaand aan de vaststelling van de overtreding.
De mededeling van het auditverslag dat overeenstemt met bijlage 1 of van het formulier dat overeenstemt met bijlage 2 of 3 met onjuiste gegevens wordt gestraft met een administratieve boete van 250 euro. De onderneming wordt dan verzocht de overtreding te herstellen door de onjuiste gegevens binnen de maand te verbeteren. Na deze termijn wordt de onderneming gestraft met een boete van 250 euro per begonnen week vertraging tot de verbetering van de onjuiste gegevens. Vanaf één jaar vertraging wordt de onderneming gestraft met een boete van 20.000 euro.
De niet-mededeling, op gewoon verzoek, van het energie-auditverslag aan de ambtenaren en aangewezen personeelsleden krachtens artikel 15 van het decreet van 9 december 1993 wordt gestraft met een administratieve boete van 25.000 euro.
Deze bedragen worden vermenigvuldigd met twee als de onderneming reeds veroordeeld is krachtens dit artikel binnen de tien jaar voorafgaand aan de vaststelling van de overtreding.
Art.7. Ne pas communiquer le rapport d'audit énergétique conforme à l'annexe 1 ou le formulaire conforme à l'annexe 2 ou 3 à l'échéance est sanctionné d'une amende administrative de 250 euros par semaine de retard entamée. A partir d'un an de retard, l'entreprise est sanctionnée d'une amende de 20.000 euros.
Communiquer le rapport d'audit conforme à l'annexe 1 ou le formulaire conforme à l'annexe 2 ou 3 contenant des données erronées est sanctionné d'une amende administrative de 250 euros. L'entreprise est alors invitée à remédier à l'infraction en corrigeant les données erronées dans le mois. Au-delà de ce délai, l'entreprise est sanctionnée d'une amende de 250 euros par semaine de retard entamée jusqu'à la correction des données erronées. A partir d'un an de retard, l'entreprise est sanctionnée d'une amende de 20.000 euros.
Ne pas communiquer, sur simple demande, l'audit énergétique aux fonctionnaires et agents désignés en vertu de l'article 15 du décret du 9 décembre 1993 est sanctionné d'une amende administrative de 25.000 euros.
Ces montants sont multipliés par deux lorsque l'entreprise a déjà été condamnée en vertu du présent article dans les dix ans précédant la constatation du manquement.
Communiquer le rapport d'audit conforme à l'annexe 1 ou le formulaire conforme à l'annexe 2 ou 3 contenant des données erronées est sanctionné d'une amende administrative de 250 euros. L'entreprise est alors invitée à remédier à l'infraction en corrigeant les données erronées dans le mois. Au-delà de ce délai, l'entreprise est sanctionnée d'une amende de 250 euros par semaine de retard entamée jusqu'à la correction des données erronées. A partir d'un an de retard, l'entreprise est sanctionnée d'une amende de 20.000 euros.
Ne pas communiquer, sur simple demande, l'audit énergétique aux fonctionnaires et agents désignés en vertu de l'article 15 du décret du 9 décembre 1993 est sanctionné d'une amende administrative de 25.000 euros.
Ces montants sont multipliés par deux lorsque l'entreprise a déjà été condamnée en vertu du présent article dans les dix ans précédant la constatation du manquement.
Art.8. De ambtenaren en personeelsleden bedoeld in artikel 15 van het decreet van 9 december 1993 zijn de ambtenaren en personeelsleden van niveau A en B van de Directie Bevordering Duurzame Energie van het Departement Energie en Duurzame Gebouwen van het Operationeel directoraat-generaal Ruimtelijke Ordening, Huisvesting, Erfgoed en Energie van de Waalse Overheidsdienst, aangesteld voor de controle van de naleving van de toepassing van dit besluit.
Art.8. Les fonctionnaires et agents visés à l'article 15 du décret du 9 décembre 1993 sont les fonctionnaires et agents de niveau A et B de la Direction de la Promotion de l'énergie durable du Département de l'Energie et du Bâtiment durable de la Direction générale opérationnelle Aménagement du Territoire, Logement, Patrimoine et Energie du Service public de Wallonie, affectés au contrôle du respect de l'application du présent arrêté.
Art.9. De gestrafte onderneming met een administratieve boete bedoeld bij artikel 7 kan een met redenen omkleed beroep per schrijven indienen bij de Regering, binnen dertig dagen na ontvangst van de beslissing van de Regering.
Binnen tien dagen na ontvangst van het beroep, maakt de Regering de gestrafte onderneming die het beroep heeft ingediend, een ontvangstbewijs over, waarbij de datum van het verhoor wordt bepaald.
Er wordt een adviescommissie opgericht, met zetel te Namen. Naast de voorzitter, die de Regering vertegenwoordigt, bestaat de adviescommissie uit twee leden voorgedragen door de Minister en uit twee leden voorgedragen door de " Conseil économique et social de Wallonie " (Sociaal-economische raad van Wallonië). De adviescommissie beraadslaagt op geldige wijze als de voorzitter en minstens twee andere leden aanwezig zijn.
De adviescommissie verzoekt binnen vijfenvijftig dagen te rekenen vanaf de ontvangst van het beroep, de gestrafte onderneming die het beroep heeft ingediend alsook de Directie Bevordering Duurzame Energie van het Departement Energie en Duurzame Gebouwen van het Operationeel directoraat-generaal Ruimtelijke Ordening, Huisvesting, Erfgoed en Energie om op de hoorzitting te verschijnen.
Binnen zestig dagen te rekenen vanaf de ontvangst van het beroep, maakt de adviescommissie haar advies over aan de Regering. Bij gebreke daarvan, wordt er geen rekening mee gehouden.
Binnen vijfenzeventig dagen na ontvangst van het beroep, maakt de Regering haar beslissing bekend bij aangetekend schrijven aan de gestrafte onderneming die het beroep heeft ingediend.
Bij gebreke daarvan, kan de gestrafte onderneming die het beroep heeft ingediend, aan de Regering een herinneringsschrijven richten bij aangetekend schrijven met ontvangstbewijs.
Bij gebreke aan zending van de beslissing van de Regering binnen dertig dagen te rekenen vanaf de ontvangst door de Regering van de zending die de herinnering inhoudt, wordt de beslissing waartegen een beroep is ingediend, bevestigd.
Binnen tien dagen na ontvangst van het beroep, maakt de Regering de gestrafte onderneming die het beroep heeft ingediend, een ontvangstbewijs over, waarbij de datum van het verhoor wordt bepaald.
Er wordt een adviescommissie opgericht, met zetel te Namen. Naast de voorzitter, die de Regering vertegenwoordigt, bestaat de adviescommissie uit twee leden voorgedragen door de Minister en uit twee leden voorgedragen door de " Conseil économique et social de Wallonie " (Sociaal-economische raad van Wallonië). De adviescommissie beraadslaagt op geldige wijze als de voorzitter en minstens twee andere leden aanwezig zijn.
De adviescommissie verzoekt binnen vijfenvijftig dagen te rekenen vanaf de ontvangst van het beroep, de gestrafte onderneming die het beroep heeft ingediend alsook de Directie Bevordering Duurzame Energie van het Departement Energie en Duurzame Gebouwen van het Operationeel directoraat-generaal Ruimtelijke Ordening, Huisvesting, Erfgoed en Energie om op de hoorzitting te verschijnen.
Binnen zestig dagen te rekenen vanaf de ontvangst van het beroep, maakt de adviescommissie haar advies over aan de Regering. Bij gebreke daarvan, wordt er geen rekening mee gehouden.
Binnen vijfenzeventig dagen na ontvangst van het beroep, maakt de Regering haar beslissing bekend bij aangetekend schrijven aan de gestrafte onderneming die het beroep heeft ingediend.
Bij gebreke daarvan, kan de gestrafte onderneming die het beroep heeft ingediend, aan de Regering een herinneringsschrijven richten bij aangetekend schrijven met ontvangstbewijs.
Bij gebreke aan zending van de beslissing van de Regering binnen dertig dagen te rekenen vanaf de ontvangst door de Regering van de zending die de herinnering inhoudt, wordt de beslissing waartegen een beroep is ingediend, bevestigd.
Art.9. L'entreprise sanctionnée par une amende administrative visée à l'article 7 peut introduire un recours motivé auprès du Gouvernement par envoi, dans les trente jours de la réception de la décision du Gouvernement.
Dans les dix jours à dater de la réception du recours, le Gouvernement transmet à l'entreprise sanctionnée qui a introduit le recours, un accusé de réception qui précise la date à laquelle a lieu l'audition.
Une commission d'avis qui a son siège à Namur est créée. Outre le président qui représente le Gouvernement, la commission d'avis comprend deux membres proposés par le Ministre et deux membres proposés par le Conseil économique et social de Wallonie. La commission d'avis délibère valablement si le président et deux autres membres au moins sont présents.
Dans les cinquante-cinq jours à dater de la réception du recours, la commission d'avis invite à se présenter à l'audition l'entreprise sanctionnée qui a introduit le recours et la Direction de la Promotion de l'énergie durable du Département de l'Energie et du Bâtiment durable de la Direction générale opérationnelle Aménagement du Territoire, Logement, Patrimoine et Energie.
Dans les soixante jours à dater de la réception du recours, la commission d'avis transmet son avis au Gouvernement. A défaut, il est passé outre.
Dans les septante-cinq jours à dater de la réception du recours, le Gouvernement notifie sa décision par envoi recommandé à l'entreprise sanctionnée qui a introduit le recours.
A défaut, l'entreprise sanctionnée qui a introduit le recours peut, par envoi recommandé avec accusé de réception, adresser un rappel au Gouvernement.
A défaut de l'envoi de la décision du Gouvernement dans les trente jours à dater de la réception par le Gouvernement de l'envoi contenant le rappel, la décision dont recours est confirmée.
Dans les dix jours à dater de la réception du recours, le Gouvernement transmet à l'entreprise sanctionnée qui a introduit le recours, un accusé de réception qui précise la date à laquelle a lieu l'audition.
Une commission d'avis qui a son siège à Namur est créée. Outre le président qui représente le Gouvernement, la commission d'avis comprend deux membres proposés par le Ministre et deux membres proposés par le Conseil économique et social de Wallonie. La commission d'avis délibère valablement si le président et deux autres membres au moins sont présents.
Dans les cinquante-cinq jours à dater de la réception du recours, la commission d'avis invite à se présenter à l'audition l'entreprise sanctionnée qui a introduit le recours et la Direction de la Promotion de l'énergie durable du Département de l'Energie et du Bâtiment durable de la Direction générale opérationnelle Aménagement du Territoire, Logement, Patrimoine et Energie.
Dans les soixante jours à dater de la réception du recours, la commission d'avis transmet son avis au Gouvernement. A défaut, il est passé outre.
Dans les septante-cinq jours à dater de la réception du recours, le Gouvernement notifie sa décision par envoi recommandé à l'entreprise sanctionnée qui a introduit le recours.
A défaut, l'entreprise sanctionnée qui a introduit le recours peut, par envoi recommandé avec accusé de réception, adresser un rappel au Gouvernement.
A défaut de l'envoi de la décision du Gouvernement dans les trente jours à dater de la réception par le Gouvernement de l'envoi contenant le rappel, la décision dont recours est confirmée.
Art.10. Elke grote onderneming maakt een energie-audit over dat overeenstemt met bijlage 1 of een formulier dat overeenstemt met bijlage 2 of bijlage 3, voor het eerst uiterlijk 5 december 2016. Het energie-auditverslag of het formulier betreft een audit opgesteld vier jaar vóór die datum of een geldig certificaat sinds minder dan vier jaar vóór die datum of een milieu-overeenkomst die op deze datum geldig is.
In afwijking van het eerste lid, maakt de grote onderneming, die de Minister of aan zijn afgevaardigde uiterlijk 5 december 2016 een bestelbon verstrekt van een energie-audit dat overeenstemt met dit besluit, vergezeld van een voorschotfactuur, het energie-auditverslag dat overeenstemt met bijlage 1 of met een formulier dat overeenstemt met bijlage 2 of met bijlage 3 voor het eerst uiterlijk 5 december 2017 over.
In afwijking van het eerste lid, maakt de grote onderneming, die de Minister of aan zijn afgevaardigde uiterlijk 5 december 2016 een bestelbon verstrekt van een energie-audit dat overeenstemt met dit besluit, vergezeld van een voorschotfactuur, het energie-auditverslag dat overeenstemt met bijlage 1 of met een formulier dat overeenstemt met bijlage 2 of met bijlage 3 voor het eerst uiterlijk 5 december 2017 over.
Art.10. Toute grande entreprise transmet un rapport d'audit conforme à l'annexe 1 ou un formulaire conforme à l'annexe 2 ou l'annexe 3, pour la première fois au plus tard le 5 décembre 2016. Le rapport d'audit énergétique ou le formulaire concerne un audit établi moins de quatre ans avant cette date ou un certificat en cours de validité depuis moins de quatre ans avant cette date ou une convention environnementale en cours de validité à cette date.
Par dérogation à l'alinéa 1er, la grande entreprise qui fournit un bon de commande d'un audit énergétique conforme au présent arrêté accompagné d'une facture d'acompte au Ministre ou à son délégué au plus tard le 5 décembre 2016, transmet le rapport d'audit énergétique conforme à l'annexe 1 ou un formulaire conforme à l'annexe 2 ou l'annexe 3 pour la première fois au plus tard le 5 décembre 2017.
Par dérogation à l'alinéa 1er, la grande entreprise qui fournit un bon de commande d'un audit énergétique conforme au présent arrêté accompagné d'une facture d'acompte au Ministre ou à son délégué au plus tard le 5 décembre 2016, transmet le rapport d'audit énergétique conforme à l'annexe 1 ou un formulaire conforme à l'annexe 2 ou l'annexe 3 pour la première fois au plus tard le 5 décembre 2017.
Art.11. De Minister van Energie is belast met de uitvoering van dit besluit.
Art.11. Le Ministre de l'Energie est chargé de l'exécution du présent arrêté.
BIJLAGEN.
ANNEXES.
Art. N1. Bijlage 1. - Minimale inhoud van het energie-verslag
Het auditverslag bedoeld in artikel 3, 2°, bevat minstens de volgende gegevens :
1. Administratieve gegevens met betrekking tot de onderneming :
a) Gegevens van de onderneming die aan de verplichting onderworpen is
2. Administratieve gegevens met betrekking tot de energie-audit
a) Gegevens van de auditeur :
b) Gegevens van de geauditeerde technische eenheden
c) In aanmerking genomen tussenliggend jaar voor de audit
3. Criteria inzake representativiteit en evenredigheid van de energie-audit :
a) Eindenergieverbruik van het Belgische tussenliggend jaar (1)
b) Eindenergieverbruik van het Waalse tussenliggend jaar (2)
c) Eindenergieverbruik van Waalse elektriciteit
d) Eindenergieverbruik van het Waalse geauditeerde tussenliggend jaar (3)
e) Criterium inzake evenredigheid : (2)/(1) >of= 20 %
f) Criterium inzake representativiteit : (3)/(2) >of= 80 %
4. Criterium inzake de rentabiliteit van de energie-audit :
a) Potentieel aan finale energie-besparing van de verbeteringspistes waarvoor de technologie beschikbaar is, waarvan de haalbaarheid vaststaat en waarvan de gewone terugverdientijd inzake investeringen korter is dan 5 jaar
b) Kostprijs van de audit (1)
c) Kostprijs van de investeringen van de verbeteringspistes die in de audit geïdentificeerd worden waarvoor de technologie beschikbaar is, de haalbaarheid vaststaat en waarvan de gewone terugverdientijd inzake investeringen korter is dan 5 jaar (2)
d) Gespaard bedrag uit de verwezenlijking van de verbeteringspistes die in de audit geïdentificeerd worden waarvoor de technologie beschikbaar is, de haalbaarheid vaststaat en waarvan de gewone terugverdientijd inzake investeringen korter is dan 5 jaar, tijdens 5 jaar (3)
e) Rentabiliteit = (1) + (2) De Minister kan de minimale inhoud van het energie-auditverslag wijzigen of aanvullen. Art. N2. Bijlage 2. - Minimale inhoud van het formulier voor de grote ondernemingen die een energie- of een milieubeheersysteem toepassen Het formulier bedoeld in artikel 6, 1, 5°, bevat minstens de volgende gegevens : 1. Administratieve gegevens met betrekking tot de onderneming : a) Gegevens van de onderneming : 2. Administratieve gegevens met betrekking tot de energie-audit : a) Gegevens van de energieauditeur b) Gegevens van de geauditeerde technische eenheden c) In aanmerking genomen overgangsjaar voor de audit 3. Administratieve gegevens met betrekking tot het beheersysteem : a) Gegevens van het onafhankelijk orgaan dat het beheersysteem van de onderneming heeft toegepast b) Datum waarop het certificaat wordt verkregen c) Datum van de laatste controle in de onderneming 4. Criteria inzake representativiteit en evenredigheid van de energie-audit : a) Eindenergieverbruik van het Belgische tussenliggend jaar (1) b) Eindenergieverbruik van het Waalse tussenliggend jaar (2) c) Eindenergieverbruik van Waalse elektriciteit d) Eindenergieverbruik van het Waalse geauditeerde tussenliggend jaar (3) e) Criteria inzake evenredigheid : (2)/(1) >of= 20 % f) Criterium inzake representativiteit : (3)/(2) >of= 60 % 5. Criterium inzake de rentabiliteit van de energie-audit : a) Potentieel aan finale energie-besparing van de verbeteringspistes die in de audit geïdentificeerd worden waarvoor de technologie beschikbaar is, waarvan de haalbaarheid vaststaat is en waarvan de gewone terugverdientijd inzake investeringen korter is dan 5 jaar b) Kostprijs van de audit (1) c) Kostprijs van de investeringen van de verbeteringspistes die in de audit geïdentificeerd worden waarvoor de technologie beschikbaar is, de haalbaarheid vaststaat is en waarvan de gewone terugverdientijd inzake investeringen korter is dan 5 jaar (2) d) Gespaard bedrag uit de verwezenlijking van de verbeteringspistes die in de audit geïdentificeerd worden waarvoor de technologie beschikbaar is, de haalbaarheid vaststaat is en waarvan de gewone terugverdientijd inzake investeringen korter is dan 5 jaar, tijdens 5 jaar (3) e) Rentabiliteit = (1) + (2) De Minister kan de minimale inhoud van het formulier wijzigen of aanvullen. Art. N3. Bijlage 3. - Minimale inhoud van het formulier voor de grote ondernemingen die partij zijn bij een milieu-overeenkomst Het formulier bedoeld in artikel 6, § 2, 3°, bevat minstens de volgende gegevens : 1. Administratieve gegevens met betrekking tot de onderneming : a) Gegevens van de onderneming 2. Administratieve gegevens met betrekking tot de energie-audit : a) Gegevens van de energieauditeur b) Gegevens van de geauditeerde technische eenheden c) In aanmerking genomen overgangsjaar voor de audit 3. Gegevens met betrekking tot de milieu-overeenkomst : a) Inwerkingtreding als sectorovereenkomst b) Datum van uittreden uit de sectorovereenkomst (in voorkomend geval) 4. Criteria inzake representativiteit en evenredigheid van de energie-audit : a) Eindenergieverbruik van het Belgische tussenliggend jaar (1) b) Eindenergieverbruik van het Waalse tussenliggend jaar (2) c) Eindenergieverbruik van Waalse elektriciteit d) Eindenergieverbruik van het Waalse geauditeerde tussenliggend jaar (3) e) Criteria inzake evenredigheid : (2)/(1) >of= 20 % f) Criterium inzake representativiteit : (3)/(2) >of= 60 % 5. Criterium inzake de rentabiliteit van de energie-audit : a) Potentieel aan finale energie-besparing van de verbeteringspistes die in de audit geïdentificeerd worden waarvoor de technologie beschikbaar is, waarvan de haalbaarheid vaststaat is en waarvan de gewone terugverdientijd inzake investeringen korter is dan 5 jaar b) Kostprijs van de audit (1) c) Kostprijs van de investeringen van de verbeteringspistes die in de audit geïdentificeerd worden waarvoor de technologie beschikbaar is, de haalbaarheid vaststaat is en waarvan de gewone terugverdientijd inzake investeringen korter is dan 5 jaar (2) d) Gespaard bedrag uit de verwezenlijking van de verbeteringspistes die in de audit geïdentificeerd worden waarvoor de technologie beschikbaar is, de haalbaarheid vaststaat is en waarvan de gewone terugverdientijd inzake investeringen korter is dan 5 jaar, tijdens 5 jaar (3) e) Rentabiliteit = (1) + (2) De Minister kan de minimale inhoud van het formulier wijzigen of aanvullen.
Het auditverslag bedoeld in artikel 3, 2°, bevat minstens de volgende gegevens :
1. Administratieve gegevens met betrekking tot de onderneming :
a) Gegevens van de onderneming die aan de verplichting onderworpen is
2. Administratieve gegevens met betrekking tot de energie-audit
a) Gegevens van de auditeur :
b) Gegevens van de geauditeerde technische eenheden
c) In aanmerking genomen tussenliggend jaar voor de audit
3. Criteria inzake representativiteit en evenredigheid van de energie-audit :
a) Eindenergieverbruik van het Belgische tussenliggend jaar (1)
b) Eindenergieverbruik van het Waalse tussenliggend jaar (2)
c) Eindenergieverbruik van Waalse elektriciteit
d) Eindenergieverbruik van het Waalse geauditeerde tussenliggend jaar (3)
e) Criterium inzake evenredigheid : (2)/(1) >of= 20 %
f) Criterium inzake representativiteit : (3)/(2) >of= 80 %
4. Criterium inzake de rentabiliteit van de energie-audit :
a) Potentieel aan finale energie-besparing van de verbeteringspistes waarvoor de technologie beschikbaar is, waarvan de haalbaarheid vaststaat en waarvan de gewone terugverdientijd inzake investeringen korter is dan 5 jaar
b) Kostprijs van de audit (1)
c) Kostprijs van de investeringen van de verbeteringspistes die in de audit geïdentificeerd worden waarvoor de technologie beschikbaar is, de haalbaarheid vaststaat en waarvan de gewone terugverdientijd inzake investeringen korter is dan 5 jaar (2)
d) Gespaard bedrag uit de verwezenlijking van de verbeteringspistes die in de audit geïdentificeerd worden waarvoor de technologie beschikbaar is, de haalbaarheid vaststaat en waarvan de gewone terugverdientijd inzake investeringen korter is dan 5 jaar, tijdens 5 jaar (3)
e) Rentabiliteit = (1) + (2) De Minister kan de minimale inhoud van het energie-auditverslag wijzigen of aanvullen. Art. N2. Bijlage 2. - Minimale inhoud van het formulier voor de grote ondernemingen die een energie- of een milieubeheersysteem toepassen Het formulier bedoeld in artikel 6, 1, 5°, bevat minstens de volgende gegevens : 1. Administratieve gegevens met betrekking tot de onderneming : a) Gegevens van de onderneming : 2. Administratieve gegevens met betrekking tot de energie-audit : a) Gegevens van de energieauditeur b) Gegevens van de geauditeerde technische eenheden c) In aanmerking genomen overgangsjaar voor de audit 3. Administratieve gegevens met betrekking tot het beheersysteem : a) Gegevens van het onafhankelijk orgaan dat het beheersysteem van de onderneming heeft toegepast b) Datum waarop het certificaat wordt verkregen c) Datum van de laatste controle in de onderneming 4. Criteria inzake representativiteit en evenredigheid van de energie-audit : a) Eindenergieverbruik van het Belgische tussenliggend jaar (1) b) Eindenergieverbruik van het Waalse tussenliggend jaar (2) c) Eindenergieverbruik van Waalse elektriciteit d) Eindenergieverbruik van het Waalse geauditeerde tussenliggend jaar (3) e) Criteria inzake evenredigheid : (2)/(1) >of= 20 % f) Criterium inzake representativiteit : (3)/(2) >of= 60 % 5. Criterium inzake de rentabiliteit van de energie-audit : a) Potentieel aan finale energie-besparing van de verbeteringspistes die in de audit geïdentificeerd worden waarvoor de technologie beschikbaar is, waarvan de haalbaarheid vaststaat is en waarvan de gewone terugverdientijd inzake investeringen korter is dan 5 jaar b) Kostprijs van de audit (1) c) Kostprijs van de investeringen van de verbeteringspistes die in de audit geïdentificeerd worden waarvoor de technologie beschikbaar is, de haalbaarheid vaststaat is en waarvan de gewone terugverdientijd inzake investeringen korter is dan 5 jaar (2) d) Gespaard bedrag uit de verwezenlijking van de verbeteringspistes die in de audit geïdentificeerd worden waarvoor de technologie beschikbaar is, de haalbaarheid vaststaat is en waarvan de gewone terugverdientijd inzake investeringen korter is dan 5 jaar, tijdens 5 jaar (3) e) Rentabiliteit = (1) + (2) De Minister kan de minimale inhoud van het formulier wijzigen of aanvullen. Art. N3. Bijlage 3. - Minimale inhoud van het formulier voor de grote ondernemingen die partij zijn bij een milieu-overeenkomst Het formulier bedoeld in artikel 6, § 2, 3°, bevat minstens de volgende gegevens : 1. Administratieve gegevens met betrekking tot de onderneming : a) Gegevens van de onderneming 2. Administratieve gegevens met betrekking tot de energie-audit : a) Gegevens van de energieauditeur b) Gegevens van de geauditeerde technische eenheden c) In aanmerking genomen overgangsjaar voor de audit 3. Gegevens met betrekking tot de milieu-overeenkomst : a) Inwerkingtreding als sectorovereenkomst b) Datum van uittreden uit de sectorovereenkomst (in voorkomend geval) 4. Criteria inzake representativiteit en evenredigheid van de energie-audit : a) Eindenergieverbruik van het Belgische tussenliggend jaar (1) b) Eindenergieverbruik van het Waalse tussenliggend jaar (2) c) Eindenergieverbruik van Waalse elektriciteit d) Eindenergieverbruik van het Waalse geauditeerde tussenliggend jaar (3) e) Criteria inzake evenredigheid : (2)/(1) >of= 20 % f) Criterium inzake representativiteit : (3)/(2) >of= 60 % 5. Criterium inzake de rentabiliteit van de energie-audit : a) Potentieel aan finale energie-besparing van de verbeteringspistes die in de audit geïdentificeerd worden waarvoor de technologie beschikbaar is, waarvan de haalbaarheid vaststaat is en waarvan de gewone terugverdientijd inzake investeringen korter is dan 5 jaar b) Kostprijs van de audit (1) c) Kostprijs van de investeringen van de verbeteringspistes die in de audit geïdentificeerd worden waarvoor de technologie beschikbaar is, de haalbaarheid vaststaat is en waarvan de gewone terugverdientijd inzake investeringen korter is dan 5 jaar (2) d) Gespaard bedrag uit de verwezenlijking van de verbeteringspistes die in de audit geïdentificeerd worden waarvoor de technologie beschikbaar is, de haalbaarheid vaststaat is en waarvan de gewone terugverdientijd inzake investeringen korter is dan 5 jaar, tijdens 5 jaar (3) e) Rentabiliteit = (1) + (2) De Minister kan de minimale inhoud van het formulier wijzigen of aanvullen.
Art. N1. Annexe 1. - Contenu minimum du rapport d'audit
Le rapport d'audit visé à l'article 3, 2°, contient au minimum les éléments suivants :
1. Données administratives relatives à l'entreprise :
a) Coordonnées de l'entreprise soumise à obligation
2. Données administratives relatives à l'audit énergétique
a) Coordonnées de l'auditeur :
b) Coordonnées des entités techniques auditées
c) Année intermédiaire retenue pour l'audit
3. Critères de représentativité et de proportionnalité de l'audit énergétique:
a) Consommation d'énergie finale de l'année intermédiaire belge (1)
b) Consommation d'énergie finale de l'année intermédiaire wallonne (2)
c) Consommation d'énergie finale d'électricité wallonne
d) Consommation d'énergie finale de l'année intermédiaire wallonne auditée (3)
e) Critère de proportionnalité : (2)/(1) >ou= 20 %
f) Critère de représentativité : (3)/(2) >ou= 80 %
4. Critère de rentabilité de l'audit énergétique :
a) Potentiel d'économie d'énergie finale des pistes d'amélioration dont la technologie est disponible, la faisabilité est certaine et dont le temps de retour simple sur investissement est inférieur à 5 ans
b) Coût de l'audit (1)
c) Coût des investissements des pistes d'amélioration identifiées dans l'audit dont la technologie est disponible, la faisabilité est certaine et dont le temps de retour simple sur investissement est inférieur à 5 ans (2)
d) Montant économisé issu de la réalisation des pistes d'amélioration identifiées dans l'audit dont la technologie est disponible, la faisabilité est certaine et dont le temps de retour simple sur investissement est inférieur à 5 ans, pendant 5 ans (3)
e) Rentabilité = (1) + (2) Le Ministre peut modifier ou compléter le contenu minimum du rapport d'audit énergétique. Art. N2. Annexe 2. - Contenu minimum du formulaire pour les grandes entreprises mettant en oeuvre un système de management de l'énergie ou de l'environnement Le formulaire visé à l'article 6, § 1er, 5°, contient au minimum les éléments suivants : 1. Données administratives relatives à l'entreprise : a) Coordonnées de l'entreprise 2. Données administratives relatives à l'audit énergétique : a) Coordonnée de l'auditeur énergétique b) Coordonnées des entités techniques auditées c) Année intermédiaire retenue pour l'audit 3. Données administratives relatives au système de management : a) Coordonnées de l'organisme indépendant qui a certifié le système de management de l'entreprise b) Date de l'obtention du certificat c) Date du dernier contrôle effectué dans l'entreprise 4. Critères de représentativité et de proportionnalité de l'audit énergétique : a) Consommation d'énergie finale de l'année intermédiaire belge (1) b) Consommation d'énergie finale de l'année intermédiaire wallonne (2) c) Consommation d'électricité finale wallonne d) Consommation d'énergie finale de l'année intermédiaire wallonne auditée (3) e) Critère de proportionnalité : (2)/(1) >ou= 20 % f) Critère de représentativité: (3)/(2) >ou= 60 % 5. Critère de rentabilité de l'audit énergétique : a) Potentiel d'économie d'énergie finale des pistes d'amélioration identifiées dans l'audit dont la technologie est disponible, la faisabilité est certaine et dont le temps de retour simple sur investissement est inférieur à 5 ans b) Coût de l'audit (1) c) Coût des investissements des pistes d'amélioration identifiées dans l'audit dont la technologie est disponible, la faisabilité est certaine et dont le temps de retour simple sur investissement est inférieur à 5 ans (2) d) Montant économisé issu de la réalisation des pistes d'amélioration identifiées dans l'audit dont la technologie est disponible, la faisabilité est certaine et dont le temps de retour simple sur investissement est inférieur à 5 ans, pendant 5 ans (3) e) Rentabilité = (1) + (2) Le Ministre peut modifier ou compléter le contenu minimum du formulaire. Art. N3. Annexe 3. - Contenu minimum du formulaire du formulaire pour les grandes entreprises parties à une convention environnementale Le formulaire visé à l'article 6, § 2, 3°, contient au minimum les éléments suivants : 1. Données administratives relatives à l'entreprise : a) Coordonnées de l'entreprise 2. Données administratives relatives à l'audit énergétique : a) Coordonnée de l'auditeur énergétique b) Coordonnées des entités techniques auditées c) Année intermédiaire retenue pour l'audit 3. Donnée relative à la convention environnementale : a) Date d'entrée en accord de branche b) Date de sortie de l'accord de branche (le cas échéant) 4. Critères de représentativité et de proportionnalité de l'audit énergétique : a) Consommation d'énergie finale de l'année intermédiaire belge (1) b) Consommation d'énergie finale de l'année intermédiaire wallonne (2) c) Consommation d'électricité finale wallonne d) Consommation d'énergie finale de l'année intermédiaire wallonne auditée (3) e)Critère de proportionnalité : (2)/(1) >ou= 20 % f) Critère de représentativité : (3)/(2) >ou= 60 % 5. Critère de rentabilité de l'audit énergétique : a) Potentiel d'économie d'énergie finale des pistes d'amélioration identifiées dans l'audit dont la technologie est disponible, la faisabilité est certaine et dont le temps de retour simple sur investissement est inférieur à 5 ans b) Coût de l'audit (1) c) Coût des investissements des pistes d'amélioration identifiées dans l'audit dont la technologie est disponible, la faisabilité est certaine et dont le temps de retour simple sur investissement est inférieur à 5 ans (2) d) Montant économisé issu de la réalisation des pistes d'amélioration identifiées dans l'audit dont la technologie est disponible, la faisabilité est certaine et dont le temps de retour simple sur investissement est inférieur à 5 ans, pendant 5 ans (3) e) Rentabilité = (1) + (2) Le Ministre peut modifier ou compléter le contenu minimum du formulaire.
Le rapport d'audit visé à l'article 3, 2°, contient au minimum les éléments suivants :
1. Données administratives relatives à l'entreprise :
a) Coordonnées de l'entreprise soumise à obligation
2. Données administratives relatives à l'audit énergétique
a) Coordonnées de l'auditeur :
b) Coordonnées des entités techniques auditées
c) Année intermédiaire retenue pour l'audit
3. Critères de représentativité et de proportionnalité de l'audit énergétique:
a) Consommation d'énergie finale de l'année intermédiaire belge (1)
b) Consommation d'énergie finale de l'année intermédiaire wallonne (2)
c) Consommation d'énergie finale d'électricité wallonne
d) Consommation d'énergie finale de l'année intermédiaire wallonne auditée (3)
e) Critère de proportionnalité : (2)/(1) >ou= 20 %
f) Critère de représentativité : (3)/(2) >ou= 80 %
4. Critère de rentabilité de l'audit énergétique :
a) Potentiel d'économie d'énergie finale des pistes d'amélioration dont la technologie est disponible, la faisabilité est certaine et dont le temps de retour simple sur investissement est inférieur à 5 ans
b) Coût de l'audit (1)
c) Coût des investissements des pistes d'amélioration identifiées dans l'audit dont la technologie est disponible, la faisabilité est certaine et dont le temps de retour simple sur investissement est inférieur à 5 ans (2)
d) Montant économisé issu de la réalisation des pistes d'amélioration identifiées dans l'audit dont la technologie est disponible, la faisabilité est certaine et dont le temps de retour simple sur investissement est inférieur à 5 ans, pendant 5 ans (3)
e) Rentabilité = (1) + (2) Le Ministre peut modifier ou compléter le contenu minimum du rapport d'audit énergétique. Art. N2. Annexe 2. - Contenu minimum du formulaire pour les grandes entreprises mettant en oeuvre un système de management de l'énergie ou de l'environnement Le formulaire visé à l'article 6, § 1er, 5°, contient au minimum les éléments suivants : 1. Données administratives relatives à l'entreprise : a) Coordonnées de l'entreprise 2. Données administratives relatives à l'audit énergétique : a) Coordonnée de l'auditeur énergétique b) Coordonnées des entités techniques auditées c) Année intermédiaire retenue pour l'audit 3. Données administratives relatives au système de management : a) Coordonnées de l'organisme indépendant qui a certifié le système de management de l'entreprise b) Date de l'obtention du certificat c) Date du dernier contrôle effectué dans l'entreprise 4. Critères de représentativité et de proportionnalité de l'audit énergétique : a) Consommation d'énergie finale de l'année intermédiaire belge (1) b) Consommation d'énergie finale de l'année intermédiaire wallonne (2) c) Consommation d'électricité finale wallonne d) Consommation d'énergie finale de l'année intermédiaire wallonne auditée (3) e) Critère de proportionnalité : (2)/(1) >ou= 20 % f) Critère de représentativité: (3)/(2) >ou= 60 % 5. Critère de rentabilité de l'audit énergétique : a) Potentiel d'économie d'énergie finale des pistes d'amélioration identifiées dans l'audit dont la technologie est disponible, la faisabilité est certaine et dont le temps de retour simple sur investissement est inférieur à 5 ans b) Coût de l'audit (1) c) Coût des investissements des pistes d'amélioration identifiées dans l'audit dont la technologie est disponible, la faisabilité est certaine et dont le temps de retour simple sur investissement est inférieur à 5 ans (2) d) Montant économisé issu de la réalisation des pistes d'amélioration identifiées dans l'audit dont la technologie est disponible, la faisabilité est certaine et dont le temps de retour simple sur investissement est inférieur à 5 ans, pendant 5 ans (3) e) Rentabilité = (1) + (2) Le Ministre peut modifier ou compléter le contenu minimum du formulaire. Art. N3. Annexe 3. - Contenu minimum du formulaire du formulaire pour les grandes entreprises parties à une convention environnementale Le formulaire visé à l'article 6, § 2, 3°, contient au minimum les éléments suivants : 1. Données administratives relatives à l'entreprise : a) Coordonnées de l'entreprise 2. Données administratives relatives à l'audit énergétique : a) Coordonnée de l'auditeur énergétique b) Coordonnées des entités techniques auditées c) Année intermédiaire retenue pour l'audit 3. Donnée relative à la convention environnementale : a) Date d'entrée en accord de branche b) Date de sortie de l'accord de branche (le cas échéant) 4. Critères de représentativité et de proportionnalité de l'audit énergétique : a) Consommation d'énergie finale de l'année intermédiaire belge (1) b) Consommation d'énergie finale de l'année intermédiaire wallonne (2) c) Consommation d'électricité finale wallonne d) Consommation d'énergie finale de l'année intermédiaire wallonne auditée (3) e)Critère de proportionnalité : (2)/(1) >ou= 20 % f) Critère de représentativité : (3)/(2) >ou= 60 % 5. Critère de rentabilité de l'audit énergétique : a) Potentiel d'économie d'énergie finale des pistes d'amélioration identifiées dans l'audit dont la technologie est disponible, la faisabilité est certaine et dont le temps de retour simple sur investissement est inférieur à 5 ans b) Coût de l'audit (1) c) Coût des investissements des pistes d'amélioration identifiées dans l'audit dont la technologie est disponible, la faisabilité est certaine et dont le temps de retour simple sur investissement est inférieur à 5 ans (2) d) Montant économisé issu de la réalisation des pistes d'amélioration identifiées dans l'audit dont la technologie est disponible, la faisabilité est certaine et dont le temps de retour simple sur investissement est inférieur à 5 ans, pendant 5 ans (3) e) Rentabilité = (1) + (2) Le Ministre peut modifier ou compléter le contenu minimum du formulaire.
Art. N2. Bijlage 2. - Minimale inhoud van het formulier voor de grote ondernemingen die een energie- of een milieubeheersysteem toepassen
Het formulier bedoeld in artikel 6, 1, 5°, bevat minstens de volgende gegevens :
1. Administratieve gegevens met betrekking tot de onderneming :
a) Gegevens van de onderneming :
2. Administratieve gegevens met betrekking tot de energie-audit :
a) Gegevens van de energieauditeur
b) Gegevens van de geauditeerde technische eenheden
c) In aanmerking genomen overgangsjaar voor de audit
3. Administratieve gegevens met betrekking tot het beheersysteem :
a) Gegevens van het onafhankelijk orgaan dat het beheersysteem van de onderneming heeft toegepast
b) Datum waarop het certificaat wordt verkregen
c) Datum van de laatste controle in de onderneming
4. Criteria inzake representativiteit en evenredigheid van de energie-audit :
a) Eindenergieverbruik van het Belgische tussenliggend jaar (1)
b) Eindenergieverbruik van het Waalse tussenliggend jaar (2)
c) Eindenergieverbruik van Waalse elektriciteit
d) Eindenergieverbruik van het Waalse geauditeerde tussenliggend jaar (3)
e) Criteria inzake evenredigheid : (2)/(1) >of= 20 %
f) Criterium inzake representativiteit : (3)/(2) >of= 60 %
5. Criterium inzake de rentabiliteit van de energie-audit :
a) Potentieel aan finale energie-besparing van de verbeteringspistes die in de audit geïdentificeerd worden waarvoor de technologie beschikbaar is, waarvan de haalbaarheid vaststaat is en waarvan de gewone terugverdientijd inzake investeringen korter is dan 5 jaar
b) Kostprijs van de audit (1)
c) Kostprijs van de investeringen van de verbeteringspistes die in de audit geïdentificeerd worden waarvoor de technologie beschikbaar is, de haalbaarheid vaststaat is en waarvan de gewone terugverdientijd inzake investeringen korter is dan 5 jaar (2)
d) Gespaard bedrag uit de verwezenlijking van de verbeteringspistes die in de audit geïdentificeerd worden waarvoor de technologie beschikbaar is, de haalbaarheid vaststaat is en waarvan de gewone terugverdientijd inzake investeringen korter is dan 5 jaar, tijdens 5 jaar (3)
e) Rentabiliteit = (1) + (2) De Minister kan de minimale inhoud van het formulier wijzigen of aanvullen.
Het formulier bedoeld in artikel 6, 1, 5°, bevat minstens de volgende gegevens :
1. Administratieve gegevens met betrekking tot de onderneming :
a) Gegevens van de onderneming :
2. Administratieve gegevens met betrekking tot de energie-audit :
a) Gegevens van de energieauditeur
b) Gegevens van de geauditeerde technische eenheden
c) In aanmerking genomen overgangsjaar voor de audit
3. Administratieve gegevens met betrekking tot het beheersysteem :
a) Gegevens van het onafhankelijk orgaan dat het beheersysteem van de onderneming heeft toegepast
b) Datum waarop het certificaat wordt verkregen
c) Datum van de laatste controle in de onderneming
4. Criteria inzake representativiteit en evenredigheid van de energie-audit :
a) Eindenergieverbruik van het Belgische tussenliggend jaar (1)
b) Eindenergieverbruik van het Waalse tussenliggend jaar (2)
c) Eindenergieverbruik van Waalse elektriciteit
d) Eindenergieverbruik van het Waalse geauditeerde tussenliggend jaar (3)
e) Criteria inzake evenredigheid : (2)/(1) >of= 20 %
f) Criterium inzake representativiteit : (3)/(2) >of= 60 %
5. Criterium inzake de rentabiliteit van de energie-audit :
a) Potentieel aan finale energie-besparing van de verbeteringspistes die in de audit geïdentificeerd worden waarvoor de technologie beschikbaar is, waarvan de haalbaarheid vaststaat is en waarvan de gewone terugverdientijd inzake investeringen korter is dan 5 jaar
b) Kostprijs van de audit (1)
c) Kostprijs van de investeringen van de verbeteringspistes die in de audit geïdentificeerd worden waarvoor de technologie beschikbaar is, de haalbaarheid vaststaat is en waarvan de gewone terugverdientijd inzake investeringen korter is dan 5 jaar (2)
d) Gespaard bedrag uit de verwezenlijking van de verbeteringspistes die in de audit geïdentificeerd worden waarvoor de technologie beschikbaar is, de haalbaarheid vaststaat is en waarvan de gewone terugverdientijd inzake investeringen korter is dan 5 jaar, tijdens 5 jaar (3)
e) Rentabiliteit = (1) + (2) De Minister kan de minimale inhoud van het formulier wijzigen of aanvullen.
Art. N2. Annexe 2. - Contenu minimum du formulaire pour les grandes entreprises mettant en oeuvre un système de management de l'énergie ou de l'environnement
Le formulaire visé à l'article 6, § 1er, 5°, contient au minimum les éléments suivants :
1. Données administratives relatives à l'entreprise :
a) Coordonnées de l'entreprise
2. Données administratives relatives à l'audit énergétique :
a) Coordonnée de l'auditeur énergétique
b) Coordonnées des entités techniques auditées
c) Année intermédiaire retenue pour l'audit
3. Données administratives relatives au système de management :
a) Coordonnées de l'organisme indépendant qui a certifié le système de management de l'entreprise
b) Date de l'obtention du certificat
c) Date du dernier contrôle effectué dans l'entreprise
4. Critères de représentativité et de proportionnalité de l'audit énergétique :
a) Consommation d'énergie finale de l'année intermédiaire belge (1)
b) Consommation d'énergie finale de l'année intermédiaire wallonne (2)
c) Consommation d'électricité finale wallonne
d) Consommation d'énergie finale de l'année intermédiaire wallonne auditée (3)
e) Critère de proportionnalité : (2)/(1) >ou= 20 %
f) Critère de représentativité: (3)/(2) >ou= 60 %
5. Critère de rentabilité de l'audit énergétique :
a) Potentiel d'économie d'énergie finale des pistes d'amélioration identifiées dans l'audit dont la technologie est disponible, la faisabilité est certaine et dont le temps de retour simple sur investissement est inférieur à 5 ans
b) Coût de l'audit (1)
c) Coût des investissements des pistes d'amélioration identifiées dans l'audit dont la technologie est disponible, la faisabilité est certaine et dont le temps de retour simple sur investissement est inférieur à 5 ans (2)
d) Montant économisé issu de la réalisation des pistes d'amélioration identifiées dans l'audit dont la technologie est disponible, la faisabilité est certaine et dont le temps de retour simple sur investissement est inférieur à 5 ans, pendant 5 ans (3)
e) Rentabilité = (1) + (2) Le Ministre peut modifier ou compléter le contenu minimum du formulaire.
Le formulaire visé à l'article 6, § 1er, 5°, contient au minimum les éléments suivants :
1. Données administratives relatives à l'entreprise :
a) Coordonnées de l'entreprise
2. Données administratives relatives à l'audit énergétique :
a) Coordonnée de l'auditeur énergétique
b) Coordonnées des entités techniques auditées
c) Année intermédiaire retenue pour l'audit
3. Données administratives relatives au système de management :
a) Coordonnées de l'organisme indépendant qui a certifié le système de management de l'entreprise
b) Date de l'obtention du certificat
c) Date du dernier contrôle effectué dans l'entreprise
4. Critères de représentativité et de proportionnalité de l'audit énergétique :
a) Consommation d'énergie finale de l'année intermédiaire belge (1)
b) Consommation d'énergie finale de l'année intermédiaire wallonne (2)
c) Consommation d'électricité finale wallonne
d) Consommation d'énergie finale de l'année intermédiaire wallonne auditée (3)
e) Critère de proportionnalité : (2)/(1) >ou= 20 %
f) Critère de représentativité: (3)/(2) >ou= 60 %
5. Critère de rentabilité de l'audit énergétique :
a) Potentiel d'économie d'énergie finale des pistes d'amélioration identifiées dans l'audit dont la technologie est disponible, la faisabilité est certaine et dont le temps de retour simple sur investissement est inférieur à 5 ans
b) Coût de l'audit (1)
c) Coût des investissements des pistes d'amélioration identifiées dans l'audit dont la technologie est disponible, la faisabilité est certaine et dont le temps de retour simple sur investissement est inférieur à 5 ans (2)
d) Montant économisé issu de la réalisation des pistes d'amélioration identifiées dans l'audit dont la technologie est disponible, la faisabilité est certaine et dont le temps de retour simple sur investissement est inférieur à 5 ans, pendant 5 ans (3)
e) Rentabilité = (1) + (2) Le Ministre peut modifier ou compléter le contenu minimum du formulaire.
Art. N3. Bijlage 3. - Minimale inhoud van het formulier voor de grote ondernemingen die partij zijn bij een milieu-overeenkomst
Het formulier bedoeld in artikel 6, § 2, 3°, bevat minstens de volgende gegevens :
1. Administratieve gegevens met betrekking tot de onderneming :
a) Gegevens van de onderneming
2. Administratieve gegevens met betrekking tot de energie-audit :
a) Gegevens van de energieauditeur
b) Gegevens van de geauditeerde technische eenheden
c) In aanmerking genomen overgangsjaar voor de audit
3. Gegevens met betrekking tot de milieu-overeenkomst :
a) Inwerkingtreding als sectorovereenkomst
b) Datum van uittreden uit de sectorovereenkomst (in voorkomend geval)
4. Criteria inzake representativiteit en evenredigheid van de energie-audit :
a) Eindenergieverbruik van het Belgische tussenliggend jaar (1)
b) Eindenergieverbruik van het Waalse tussenliggend jaar (2)
c) Eindenergieverbruik van Waalse elektriciteit
d) Eindenergieverbruik van het Waalse geauditeerde tussenliggend jaar (3)
e) Criteria inzake evenredigheid : (2)/(1) >of= 20 %
f) Criterium inzake representativiteit : (3)/(2) >of= 60 %
5. Criterium inzake de rentabiliteit van de energie-audit :
a) Potentieel aan finale energie-besparing van de verbeteringspistes die in de audit geïdentificeerd worden waarvoor de technologie beschikbaar is, waarvan de haalbaarheid vaststaat is en waarvan de gewone terugverdientijd inzake investeringen korter is dan 5 jaar
b) Kostprijs van de audit (1)
c) Kostprijs van de investeringen van de verbeteringspistes die in de audit geïdentificeerd worden waarvoor de technologie beschikbaar is, de haalbaarheid vaststaat is en waarvan de gewone terugverdientijd inzake investeringen korter is dan 5 jaar (2)
d) Gespaard bedrag uit de verwezenlijking van de verbeteringspistes die in de audit geïdentificeerd worden waarvoor de technologie beschikbaar is, de haalbaarheid vaststaat is en waarvan de gewone terugverdientijd inzake investeringen korter is dan 5 jaar, tijdens 5 jaar (3)
e) Rentabiliteit = (1) + (2) De Minister kan de minimale inhoud van het formulier wijzigen of aanvullen.
Het formulier bedoeld in artikel 6, § 2, 3°, bevat minstens de volgende gegevens :
1. Administratieve gegevens met betrekking tot de onderneming :
a) Gegevens van de onderneming
2. Administratieve gegevens met betrekking tot de energie-audit :
a) Gegevens van de energieauditeur
b) Gegevens van de geauditeerde technische eenheden
c) In aanmerking genomen overgangsjaar voor de audit
3. Gegevens met betrekking tot de milieu-overeenkomst :
a) Inwerkingtreding als sectorovereenkomst
b) Datum van uittreden uit de sectorovereenkomst (in voorkomend geval)
4. Criteria inzake representativiteit en evenredigheid van de energie-audit :
a) Eindenergieverbruik van het Belgische tussenliggend jaar (1)
b) Eindenergieverbruik van het Waalse tussenliggend jaar (2)
c) Eindenergieverbruik van Waalse elektriciteit
d) Eindenergieverbruik van het Waalse geauditeerde tussenliggend jaar (3)
e) Criteria inzake evenredigheid : (2)/(1) >of= 20 %
f) Criterium inzake representativiteit : (3)/(2) >of= 60 %
5. Criterium inzake de rentabiliteit van de energie-audit :
a) Potentieel aan finale energie-besparing van de verbeteringspistes die in de audit geïdentificeerd worden waarvoor de technologie beschikbaar is, waarvan de haalbaarheid vaststaat is en waarvan de gewone terugverdientijd inzake investeringen korter is dan 5 jaar
b) Kostprijs van de audit (1)
c) Kostprijs van de investeringen van de verbeteringspistes die in de audit geïdentificeerd worden waarvoor de technologie beschikbaar is, de haalbaarheid vaststaat is en waarvan de gewone terugverdientijd inzake investeringen korter is dan 5 jaar (2)
d) Gespaard bedrag uit de verwezenlijking van de verbeteringspistes die in de audit geïdentificeerd worden waarvoor de technologie beschikbaar is, de haalbaarheid vaststaat is en waarvan de gewone terugverdientijd inzake investeringen korter is dan 5 jaar, tijdens 5 jaar (3)
e) Rentabiliteit = (1) + (2) De Minister kan de minimale inhoud van het formulier wijzigen of aanvullen.
Art. N3. Annexe 3. - Contenu minimum du formulaire du formulaire pour les grandes entreprises parties à une convention environnementale
Le formulaire visé à l'article 6, § 2, 3°, contient au minimum les éléments suivants :
1. Données administratives relatives à l'entreprise :
a) Coordonnées de l'entreprise
2. Données administratives relatives à l'audit énergétique :
a) Coordonnée de l'auditeur énergétique
b) Coordonnées des entités techniques auditées
c) Année intermédiaire retenue pour l'audit
3. Donnée relative à la convention environnementale :
a) Date d'entrée en accord de branche
b) Date de sortie de l'accord de branche (le cas échéant)
4. Critères de représentativité et de proportionnalité de l'audit énergétique :
a) Consommation d'énergie finale de l'année intermédiaire belge (1)
b) Consommation d'énergie finale de l'année intermédiaire wallonne (2)
c) Consommation d'électricité finale wallonne
d) Consommation d'énergie finale de l'année intermédiaire wallonne auditée (3)
e)Critère de proportionnalité : (2)/(1) >ou= 20 %
f) Critère de représentativité : (3)/(2) >ou= 60 %
5. Critère de rentabilité de l'audit énergétique :
a) Potentiel d'économie d'énergie finale des pistes d'amélioration identifiées dans l'audit dont la technologie est disponible, la faisabilité est certaine et dont le temps de retour simple sur investissement est inférieur à 5 ans
b) Coût de l'audit (1)
c) Coût des investissements des pistes d'amélioration identifiées dans l'audit dont la technologie est disponible, la faisabilité est certaine et dont le temps de retour simple sur investissement est inférieur à 5 ans (2)
d) Montant économisé issu de la réalisation des pistes d'amélioration identifiées dans l'audit dont la technologie est disponible, la faisabilité est certaine et dont le temps de retour simple sur investissement est inférieur à 5 ans, pendant 5 ans (3)
e) Rentabilité = (1) + (2) Le Ministre peut modifier ou compléter le contenu minimum du formulaire.
Le formulaire visé à l'article 6, § 2, 3°, contient au minimum les éléments suivants :
1. Données administratives relatives à l'entreprise :
a) Coordonnées de l'entreprise
2. Données administratives relatives à l'audit énergétique :
a) Coordonnée de l'auditeur énergétique
b) Coordonnées des entités techniques auditées
c) Année intermédiaire retenue pour l'audit
3. Donnée relative à la convention environnementale :
a) Date d'entrée en accord de branche
b) Date de sortie de l'accord de branche (le cas échéant)
4. Critères de représentativité et de proportionnalité de l'audit énergétique :
a) Consommation d'énergie finale de l'année intermédiaire belge (1)
b) Consommation d'énergie finale de l'année intermédiaire wallonne (2)
c) Consommation d'électricité finale wallonne
d) Consommation d'énergie finale de l'année intermédiaire wallonne auditée (3)
e)Critère de proportionnalité : (2)/(1) >ou= 20 %
f) Critère de représentativité : (3)/(2) >ou= 60 %
5. Critère de rentabilité de l'audit énergétique :
a) Potentiel d'économie d'énergie finale des pistes d'amélioration identifiées dans l'audit dont la technologie est disponible, la faisabilité est certaine et dont le temps de retour simple sur investissement est inférieur à 5 ans
b) Coût de l'audit (1)
c) Coût des investissements des pistes d'amélioration identifiées dans l'audit dont la technologie est disponible, la faisabilité est certaine et dont le temps de retour simple sur investissement est inférieur à 5 ans (2)
d) Montant économisé issu de la réalisation des pistes d'amélioration identifiées dans l'audit dont la technologie est disponible, la faisabilité est certaine et dont le temps de retour simple sur investissement est inférieur à 5 ans, pendant 5 ans (3)
e) Rentabilité = (1) + (2) Le Ministre peut modifier ou compléter le contenu minimum du formulaire.