Artikel 1. In artikel 2, § 4, vierde lid, van hetzelfde besluit, ingevoegd bij het koninklijk besluit van 17 maart 2003, worden de volgende wijzigingen aangebracht:
1° de woorden "op het Belgische grondgebied" worden vervangen door de woorden "binnen het Vlaamse Gewest";
2° de woorden "de Dienst Uitzonderlijk Vervoer van de Federale Overheidsdienst Mobiliteit en Vervoer" worden vervangen door de woorden "het Agentschap".
Nederlands (NL)
Français (FR)
Titre
4 DECEMBER 2015. - Besluit van de Vlaamse Regering tot wijziging van regelgeving met betrekking tot de reglementering inzake het vervoer van gevaarlijke goederen en uitzonderlijk vervoer over de weg, wat betreft bevoegdheden, overgedragen in het kader van de zesde staatshervorming
Titre
4 DECEMBRE 2015. - Arrêté du Gouvernement flamand modifiant la réglementation en matière de transport de marchandises dangereuses et de transport exceptionnel par route, en ce qui concerne les compétences, transférées dans le cadre de la sixième réforme de l'Etat
Informations sur le document
Numac: 2015036638
Datum: 2015-12-04
Info du document
Numac: 2015036638
Date: 2015-12-04
Table des matières
HOOFDSTUK 1. - Wijzigingen van het koninklijk b...
HOOFDSTUK 2. - Wijzigingen van het koninklijk b...
HOOFDSTUK 3. - Wijzigingen van het koninklijk b...
HOOFDSTUK 4. - Wijzigingen van het koninklijk b...
HOOFDSTUK 5. - Wijzigingen van het koninklijk b...
HOOFDSTUK 6. - Wijzigingen van het koninklijk b...
HOOFDSTUK 7. - Wijzigingen van het koninklijk b...
HOOFDSTUK 8. - Wijzigingen van het koninklijk b...
HOOFDSTUK 9. - Wijzigingen van het koninklijk b...
HOOFDSTUK 10. - Wijzigingen van het koninklijk ...
HOOFDSTUK 11. - Slotbepalingen
Table des matières
CHAPITRE 1er. - Modifications à l'arrêté royal ...
CHAPITRE 2. - Modifications à l'arrêté royal du...
CHAPITRE 3. - Modifications à l'arrêté royal du...
CHAPITRE 4. - Modifications à l'arrêté royal du...
CHAPITRE 5. - Modifications à l'arrêté royal du...
CHAPITRE 6. - Modifications à l'arrêté royal du...
CHAPITRE 7. - Modifications à l'arrêté royal du...
CHAPITRE 8. - Modifications à l'arrêté royal du...
CHAPITRE 9. - Modifications à l'arrêté royal du...
CHAPITRE 10. - Modifications à l'arrêté royal d...
CHAPITRE 11. - Dispositions finales
Tekst (62)
Texte (62)
HOOFDSTUK 1. - Wijzigingen van het koninklijk besluit van 15 maart 1968 houdende algemeen reglement op de technische eisen waaraan de auto's, hun aanhangwagens en hun veiligheidstoebehoren moeten voldoen
CHAPITRE 1er. - Modifications à l'arrêté royal du 15 mars 1968 portant règlement général sur les conditions techniques auxquelles doivent répondre les véhicules automobiles et leurs remorques, leurs éléments ainsi que les accessoires de sécurité
Article 1er. A l'article 2, § 4, alinéa 4, du même arrêté, inséré par l'arrêté royal du 17 mars 2003, les modifications suivantes sont apportées :
1° les mots " en Belgique " sont remplacés par les mots " en Région flamande " ;
2° les mots " le Service Transport Exceptionnel du Service public fédéral Mobilité et Transports " sont remplacés par les mots " l'Agence ".
1° les mots " en Belgique " sont remplacés par les mots " en Région flamande " ;
2° les mots " le Service Transport Exceptionnel du Service public fédéral Mobilité et Transports " sont remplacés par les mots " l'Agence ".
Art.2. In artikel 78 van hetzelfde besluit, vervangen bij het koninklijk besluit van 10 december 1976 en gewijzigd bij de koninklijke besluiten van 10 maart 1977, 21 december 1979, 10 december 1980, 13 september 1985, 31 januari 2009 en 28 april 2011, worden de volgende wijzigingen aangebracht:
1° in paragraaf 1 wordt het woord "kan" vervangen door de zinsnede "en de bevoegde Vlaamse instantie kunnen, elk wat hem of haar betreft";
2° in paragraaf 1 wordt het woord "hem" vervangen door het woord "hen";
3° in paragraaf 1, 2°, d), worden de woorden "Minister van Verkeerswezen of diens afgevaardigde" vervangen door de woorden "bevoegde Vlaamse instantie";
4° paragraaf 3 wordt opgeheven.
1° in paragraaf 1 wordt het woord "kan" vervangen door de zinsnede "en de bevoegde Vlaamse instantie kunnen, elk wat hem of haar betreft";
2° in paragraaf 1 wordt het woord "hem" vervangen door het woord "hen";
3° in paragraaf 1, 2°, d), worden de woorden "Minister van Verkeerswezen of diens afgevaardigde" vervangen door de woorden "bevoegde Vlaamse instantie";
4° paragraaf 3 wordt opgeheven.
Art.2. A l'article 78 du même arrêté, remplacé par l'arrêté royal du 10 décembre 1976 et modifié par les arrêtés royaux des 10 mars 1977, 21 décembre 1979, 10 décembre 1980, 13 septembre 1985, 31 janvier 2009 et 28 avril 2011, sont apportées les modifications suivantes :
1° dans le paragraphe 1er, le mot " peut " est remplacé par le membre de phrase " et l'autorité flamande compétente peuvent, chacun en ce qui le ou la concerne, " ;
2° dans le paragraphe 1er, les mots " qu'il détermine " sont remplacés par les mots " qu'ils déterminent " ;
3° dans le paragraphe 1er, 2°, d), les mots " le Ministre des Communications ou son délégué " sont remplacés par les mots " l'autorité flamande compétente " ;
4° le paragraphe 3 est abrogé.
1° dans le paragraphe 1er, le mot " peut " est remplacé par le membre de phrase " et l'autorité flamande compétente peuvent, chacun en ce qui le ou la concerne, " ;
2° dans le paragraphe 1er, les mots " qu'il détermine " sont remplacés par les mots " qu'ils déterminent " ;
3° dans le paragraphe 1er, 2°, d), les mots " le Ministre des Communications ou son délégué " sont remplacés par les mots " l'autorité flamande compétente " ;
4° le paragraphe 3 est abrogé.
HOOFDSTUK 2. - Wijzigingen van het koninklijk besluit van 24 december 1985 betreffende de raadgevende commissie administratie-nijverheid
CHAPITRE 2. - Modifications à l'arrêté royal du 24 décembre 1985 relatif à la commission consultative administration-industrie
Art.3. In het koninklijk besluit van 24 december 1985 betreffende de raadgevende commissie administratie-nijverheid wordt voor artikel 1, dat artikel 1/1 wordt, een nieuw artikel 1 ingevoegd, dat luidt als volgt:
"Artikel 1. In dit besluit wordt verstaan onder:
1° Departement: het departement, vermeld in artikel 28, § 1, van het besluit van de Vlaamse Regering van 3 juni 2005 met betrekking tot de organisatie van de Vlaamse administratie;
2° Vlaamse commissie: de Vlaamse commissie administratie-nijverheid, vermeld in artikel 1/2.".
"Artikel 1. In dit besluit wordt verstaan onder:
1° Departement: het departement, vermeld in artikel 28, § 1, van het besluit van de Vlaamse Regering van 3 juni 2005 met betrekking tot de organisatie van de Vlaamse administratie;
2° Vlaamse commissie: de Vlaamse commissie administratie-nijverheid, vermeld in artikel 1/2.".
Art.3. Au décret du 24 décembre 1985 relatif à la commission consultative administration-industrie, il est inséré avant l'article 1er, qui devient l'article 1/1, un nouvel article 1er, rédigé comme suit :
" Article 1er. Dans le présent arrêté, on entend par :
1° Département : le département visé à l'article 28, § 1er, de l'arrêté du Gouvernement flamand du 3 juin 2005 relatif à l'organisation de l'Administration flamande ;
2° commission flamande : la commission flamande administration-industrie, visée à l'article 1/2. ".
" Article 1er. Dans le présent arrêté, on entend par :
1° Département : le département visé à l'article 28, § 1er, de l'arrêté du Gouvernement flamand du 3 juin 2005 relatif à l'organisation de l'Administration flamande ;
2° commission flamande : la commission flamande administration-industrie, visée à l'article 1/2. ".
Art.4. In hetzelfde besluit wordt een artikel 1/2 ingevoegd, dat luidt als volgt:
"Art. 1/2. Er wordt bij het Departement een raadgevende commissie, hierna Vlaamse commissie administratie-nijverheid te noemen, opgericht die samengesteld is uit vertegenwoordigers van de administratie en vertegenwoordigers van de nijverheid, betrokken bij de bouw, de herstelling en het onderhoud van de voertuigen voor vervoer op het land, alsook bij het gebruik ervan.
De Vlaamse commissie administratie-nijverheid is ermee belast advies te geven over elk ontwerp van besluit tot uitvoering van de wet van 21 juni 1985 betreffende de technische eisen waaraan elk voertuig voor vervoer te land, de onderdelen ervan, evenals het veiligheidstoebehoren moeten voldoen.".
"Art. 1/2. Er wordt bij het Departement een raadgevende commissie, hierna Vlaamse commissie administratie-nijverheid te noemen, opgericht die samengesteld is uit vertegenwoordigers van de administratie en vertegenwoordigers van de nijverheid, betrokken bij de bouw, de herstelling en het onderhoud van de voertuigen voor vervoer op het land, alsook bij het gebruik ervan.
De Vlaamse commissie administratie-nijverheid is ermee belast advies te geven over elk ontwerp van besluit tot uitvoering van de wet van 21 juni 1985 betreffende de technische eisen waaraan elk voertuig voor vervoer te land, de onderdelen ervan, evenals het veiligheidstoebehoren moeten voldoen.".
Art.4. Dans le même arrêté, il est inséré un article 1/2, rédigé comme suit :
" Art. 1/2. Il est créé auprès du Département une commission consultative, appelée ci-après commission flamande administration-industrie, composée de représentants de l'administration et de représentants de l'industrie liée à la construction, la réparation et l'entretien des véhicules de transport par terre et à leur utilisation.
La commission flamande administration-industrie a pour mission d'émettre un avis sur tout projet d'arrêté d'exécution de la loi du 21 juin 1985 relative aux conditions techniques auxquelles doivent répondre tout véhicule de transport par terre, ses éléments ainsi que les accessoires de sécurité. ".
" Art. 1/2. Il est créé auprès du Département une commission consultative, appelée ci-après commission flamande administration-industrie, composée de représentants de l'administration et de représentants de l'industrie liée à la construction, la réparation et l'entretien des véhicules de transport par terre et à leur utilisation.
La commission flamande administration-industrie a pour mission d'émettre un avis sur tout projet d'arrêté d'exécution de la loi du 21 juin 1985 relative aux conditions techniques auxquelles doivent répondre tout véhicule de transport par terre, ses éléments ainsi que les accessoires de sécurité. ".
Art.5. In hetzelfde besluit wordt een artikel 2/1 ingevoegd, dat luidt als volgt:
"Art. 2/1. De Vlaamse commissie is samengesteld uit dertien leden, waarvan vier het Departement en negen de nijverheid vertegenwoordigen.".
"Art. 2/1. De Vlaamse commissie is samengesteld uit dertien leden, waarvan vier het Departement en negen de nijverheid vertegenwoordigen.".
Art.5. Dans le même arrêté, il est inséré un article 2/1, rédigé comme suit :
" Art. 2/1. La commission flamande est composée de treize membres, dont quatre représentent le Département et neuf représentent l'industrie. ".
" Art. 2/1. La commission flamande est composée de treize membres, dont quatre représentent le Département et neuf représentent l'industrie. ".
Art.6. In hetzelfde besluit wordt een artikel 3/1 ingevoegd, dat luidt als volgt:
"Art. 3/1. De vier vertegenwoordigers van het Departement, vermeld in artikel 2/1, zijn: het hoofd van het Departement of zijn afgevaardigde en drie personeelsleden van het Departement die zijn aangewezen door het hoofd van het Departement.
In geval van verhindering mag iedere vertegenwoordiger een personeelslid als plaatsvervanger in de Vlaamse commissie aanwijzen.".
"Art. 3/1. De vier vertegenwoordigers van het Departement, vermeld in artikel 2/1, zijn: het hoofd van het Departement of zijn afgevaardigde en drie personeelsleden van het Departement die zijn aangewezen door het hoofd van het Departement.
In geval van verhindering mag iedere vertegenwoordiger een personeelslid als plaatsvervanger in de Vlaamse commissie aanwijzen.".
Art.6. Dans le même arrêté, il est inséré un article 3/1, rédigé comme suit :
" Art. 3/1. Les quatre représentants du Département, visés à l'article 2/1, sont : le chef du Département ou son délégué et trois membres du personnel du Département désignés par le chef du Département.
En cas d'empêchement, tout représentant peut désigner un membre du personnel comme suppléant dans la commission flamande. ".
" Art. 3/1. Les quatre représentants du Département, visés à l'article 2/1, sont : le chef du Département ou son délégué et trois membres du personnel du Département désignés par le chef du Département.
En cas d'empêchement, tout représentant peut désigner un membre du personnel comme suppléant dans la commission flamande. ".
Art.7. In hetzelfde besluit wordt een artikel 4/1 ingevoegd, dat luidt als volgt:
"Art. 4/1. De negen vertegenwoordigers van de nijverheid, vermeld in artikel 2/1, zijn:
1° één afgevaardigde van het Verbond van Belgische Ondernemingen (afgekort VBO);
2° één afgevaardigde van de Federatie van de ondernemingen der metaalverwerkende, machinebouw-, elektrotechnische en kunststofverwerkende nijverheid (afgekort Fabrimetal);
3° één afgevaardigde van de Belgische federatie der auto- en rijwielnijverheden (afgekort Febiac);
4° één afgevaardigde van de Syndicale kamer van de autohandel van België (afgekort Comaubel);
5° één afgevaardigde van de Koninklijke federatie der garagehouders van België (afgekort Fegarbel);
6° één afgevaardigde van de Belgische federatie der rijtuigmakerij en bijbehorende ambachten (afgekort Febelcar);
7° één afgevaardigde van de Federatie van de Belgische autobus- en autocarondernemers (afgekort FBAA);
8° één afgevaardigde van de Nationale Belgische federatie der baanvervoerders (afgekort NBFBV);
9° één afgevaardigde van de Groepering van organismen voor de controle van automobielen (afgekort GOCA).
De vertegenwoordigers van elke federatie, vermeld in het eerste lid, worden door hun leidende instantie aangewezen.".
"Art. 4/1. De negen vertegenwoordigers van de nijverheid, vermeld in artikel 2/1, zijn:
1° één afgevaardigde van het Verbond van Belgische Ondernemingen (afgekort VBO);
2° één afgevaardigde van de Federatie van de ondernemingen der metaalverwerkende, machinebouw-, elektrotechnische en kunststofverwerkende nijverheid (afgekort Fabrimetal);
3° één afgevaardigde van de Belgische federatie der auto- en rijwielnijverheden (afgekort Febiac);
4° één afgevaardigde van de Syndicale kamer van de autohandel van België (afgekort Comaubel);
5° één afgevaardigde van de Koninklijke federatie der garagehouders van België (afgekort Fegarbel);
6° één afgevaardigde van de Belgische federatie der rijtuigmakerij en bijbehorende ambachten (afgekort Febelcar);
7° één afgevaardigde van de Federatie van de Belgische autobus- en autocarondernemers (afgekort FBAA);
8° één afgevaardigde van de Nationale Belgische federatie der baanvervoerders (afgekort NBFBV);
9° één afgevaardigde van de Groepering van organismen voor de controle van automobielen (afgekort GOCA).
De vertegenwoordigers van elke federatie, vermeld in het eerste lid, worden door hun leidende instantie aangewezen.".
Art.7. Dans le même arrêté, il est inséré un article 4/1, rédigé comme suit :
" Art. 4/1. Les neuf représentants de l'industrie, visés à l'article 2/1, sont :
1° un délégué de la Fédération des entreprises de Belgique (en abrégé FEB) ;
2° un délégué de la Fédération des entreprises de l'industrie des fabrications métalliques, mécaniques, électriques et de la transformation des matières plastiques (en abrégé Fabrimetal) ;
3° un délégué de la Fédération belge de l'industrie de l'automobile et du cycle (Febiac en abrégé) ;
4° un délégué de la Chambre syndicale du commerce automobile de Belgique (en abrégé Comaubel) ;
5° un délégué de la Fédération royale des Garagistes de Belgique (en abrégé Fegarbel) ;
6° un délégué de la Fédération belge de la carrosserie et des métiers connexes (en abrégé Febelcar) ;
7° un délégué de la Fédération belge des exploitants d'autobus et d'autocars (en abrégé F.B.A.A.) ;
8° un délégué de la Fédération nationale belge des transporteurs routiers (en abrégé F.N.B.T.R) ;
9° un délégué du Groupement des organismes de contrôle automobile (en abrégé G.O.C.A.).
Les représentants de chaque fédération visée à l'alinéa premier, sont désignés par leur instance dirigeante. ".
" Art. 4/1. Les neuf représentants de l'industrie, visés à l'article 2/1, sont :
1° un délégué de la Fédération des entreprises de Belgique (en abrégé FEB) ;
2° un délégué de la Fédération des entreprises de l'industrie des fabrications métalliques, mécaniques, électriques et de la transformation des matières plastiques (en abrégé Fabrimetal) ;
3° un délégué de la Fédération belge de l'industrie de l'automobile et du cycle (Febiac en abrégé) ;
4° un délégué de la Chambre syndicale du commerce automobile de Belgique (en abrégé Comaubel) ;
5° un délégué de la Fédération royale des Garagistes de Belgique (en abrégé Fegarbel) ;
6° un délégué de la Fédération belge de la carrosserie et des métiers connexes (en abrégé Febelcar) ;
7° un délégué de la Fédération belge des exploitants d'autobus et d'autocars (en abrégé F.B.A.A.) ;
8° un délégué de la Fédération nationale belge des transporteurs routiers (en abrégé F.N.B.T.R) ;
9° un délégué du Groupement des organismes de contrôle automobile (en abrégé G.O.C.A.).
Les représentants de chaque fédération visée à l'alinéa premier, sont désignés par leur instance dirigeante. ".
Art.8. In hetzelfde besluit wordt een artikel 5/1 ingevoegd, dat luidt als volgt:
"Art. 5/1. Het voorzitterschap van de Vlaamse commissie wordt waargenomen door het hoofd van het Departement of zijn afgevaardigde.
Het ondervoorzitterschap van de Vlaamse commissie wordt waargenomen door een personeelslid van het Departement.
Als beide vertegenwoordigers, vermeld in het eerste en het tweede lid, samen verhinderd zijn en als de Vlaamse commissie desondanks genoodzaakt is zitting te houden, wijst ze de vertegenwoordiger van de administratie aan om het interim-voorzitterschap waar te nemen.".
"Art. 5/1. Het voorzitterschap van de Vlaamse commissie wordt waargenomen door het hoofd van het Departement of zijn afgevaardigde.
Het ondervoorzitterschap van de Vlaamse commissie wordt waargenomen door een personeelslid van het Departement.
Als beide vertegenwoordigers, vermeld in het eerste en het tweede lid, samen verhinderd zijn en als de Vlaamse commissie desondanks genoodzaakt is zitting te houden, wijst ze de vertegenwoordiger van de administratie aan om het interim-voorzitterschap waar te nemen.".
Art.8. Dans le même arrêté, il est inséré un article 5/1, rédigé comme suit :
" Art. 5/1. La présidence de la commission flamande est assurée par le chef du Département ou son délégué.
La vice-présidence de la commission flamande est assurée par un membre du personnel du Département.
Lorsque les deux représentants visés aux alinéas 1er et 2 sont en même temps empêchés et lorsque la commission flamande est quand même obligée à siéger, celle-ci désigne le représentant de l'administration pour assurer la présidence par intérim. ".
" Art. 5/1. La présidence de la commission flamande est assurée par le chef du Département ou son délégué.
La vice-présidence de la commission flamande est assurée par un membre du personnel du Département.
Lorsque les deux représentants visés aux alinéas 1er et 2 sont en même temps empêchés et lorsque la commission flamande est quand même obligée à siéger, celle-ci désigne le représentant de l'administration pour assurer la présidence par intérim. ".
Art.9. In hetzelfde besluit wordt een artikel 6/1 ingevoegd, dat luidt als volgt:
"Art. 6/1. Het secretariaat van de Vlaamse commissie wordt door de diensten van het Departement waargenomen.".
"Art. 6/1. Het secretariaat van de Vlaamse commissie wordt door de diensten van het Departement waargenomen.".
Art.9. Au même arrêté, il est inséré un article 6/1, rédigé comme suit :
" Art. 6/1. Le secrétariat de la commission flamande est assuré par les services du Département. ".
" Art. 6/1. Le secrétariat de la commission flamande est assuré par les services du Département. ".
Art.10. In hetzelfde besluit wordt een artikel 7/1 ingevoegd, dat luidt als volgt:
"Art. 7/1. De voorzitter van de Vlaamse commissie of, bij verhindering, de ondervoorzitter roept de Vlaamse commissie bijeen, stelt haar agenda vast en leidt de werkzaamheden ervan.
De Vlaamse commissie zetelt geldig, ongeacht het aantal aanwezige of vertegenwoordigde leden. Als een afvaardiging van de nijverheid afwezig is ondanks het feit dat ze correct is opgeroepen, wordt ze verondersteld haar akkoord te geven over de ontwerpen die ingeschreven zijn op de agenda, tenzij ze haar opmerkingen vóór de vergadering aan de voorzitter van de vergadering schriftelijk kenbaar heeft gemaakt.".
"Art. 7/1. De voorzitter van de Vlaamse commissie of, bij verhindering, de ondervoorzitter roept de Vlaamse commissie bijeen, stelt haar agenda vast en leidt de werkzaamheden ervan.
De Vlaamse commissie zetelt geldig, ongeacht het aantal aanwezige of vertegenwoordigde leden. Als een afvaardiging van de nijverheid afwezig is ondanks het feit dat ze correct is opgeroepen, wordt ze verondersteld haar akkoord te geven over de ontwerpen die ingeschreven zijn op de agenda, tenzij ze haar opmerkingen vóór de vergadering aan de voorzitter van de vergadering schriftelijk kenbaar heeft gemaakt.".
Art.10. Dans le même arrêté, il est inséré un article 7/1, rédigé comme suit :
" Art. 7/1. Le président de la commission flamande ou, en cas d'empêchement, le vice-président, convoque la commission flamande, établit son ordre du jour, et dirige ses activités.
La commission flamande siège valablement, indépendamment du nombre de membres présents ou représentés. Lorsqu'une représentation de l'industrie est absente bien qu'elle ait été convoquée correctement, elle est censée marquer son accord sur les projets inscrits à l'ordre du jour, sauf si elle a transmis ses observations par écrit au président de la réunion avant la réunion. ".
" Art. 7/1. Le président de la commission flamande ou, en cas d'empêchement, le vice-président, convoque la commission flamande, établit son ordre du jour, et dirige ses activités.
La commission flamande siège valablement, indépendamment du nombre de membres présents ou représentés. Lorsqu'une représentation de l'industrie est absente bien qu'elle ait été convoquée correctement, elle est censée marquer son accord sur les projets inscrits à l'ordre du jour, sauf si elle a transmis ses observations par écrit au président de la réunion avant la réunion. ".
Art.11. In hetzelfde besluit wordt een artikel 8/1 ingevoegd, dat luidt als volgt:
"Art. 8/1. De Vlaamse commissie brengt haar adviezen uit in de vorm van de notulen van de vergadering, ondertekend door de voorzitter van de vergadering en de secretaris, waarin het standpunt van elke afvaardiging is opgenomen.".
"Art. 8/1. De Vlaamse commissie brengt haar adviezen uit in de vorm van de notulen van de vergadering, ondertekend door de voorzitter van de vergadering en de secretaris, waarin het standpunt van elke afvaardiging is opgenomen.".
Art.11. Dans le même arrêté, il est inséré un article 8/1, rédigé comme suit :
" Art. 8/1. La commission flamande émet ses avis sous forme du procès-verbal de la réunion, signé par le président de la réunion et le secrétaire, et reprenant la position de chaque représentation. ".
" Art. 8/1. La commission flamande émet ses avis sous forme du procès-verbal de la réunion, signé par le président de la réunion et le secrétaire, et reprenant la position de chaque représentation. ".
Art.12. In hetzelfde besluit wordt een artikel 9/1 ingevoegd, dat luidt als volgt:
"Art. 9/1. De Vlaamse commissie mag werkgroepen oprichten die belast zijn met de studie van bijzondere kwesties.
De voorzitter en de leden van die werkgroepen worden door de Vlaamse commissie aangewezen.".
"Art. 9/1. De Vlaamse commissie mag werkgroepen oprichten die belast zijn met de studie van bijzondere kwesties.
De voorzitter en de leden van die werkgroepen worden door de Vlaamse commissie aangewezen.".
Art.12. Dans le même arrêté, il est inséré un article 9/1, rédigé comme suit :
" Art. 9/1. La commission flamande peut créer des groupes de travail chargés de l'étude de questions particulières.
Le président et les membres de ces groupes de travail sont désignés par la commission flamande. ".
" Art. 9/1. La commission flamande peut créer des groupes de travail chargés de l'étude de questions particulières.
Le président et les membres de ces groupes de travail sont désignés par la commission flamande. ".
Art.13. In hetzelfde besluit wordt een artikel 10/1 ingevoegd, dat luidt als volgt:
"Art. 10/1. De Vlaamse commissie stelt een huishoudelijk reglement op en neemt de nodige maatregelen om de correcte naleving van de bepalingen van dit besluit te waarborgen.".
"Art. 10/1. De Vlaamse commissie stelt een huishoudelijk reglement op en neemt de nodige maatregelen om de correcte naleving van de bepalingen van dit besluit te waarborgen.".
Art.13. Dans le même arrêté, il est inséré un article 10/1, rédigé comme suit :
" Art. 10/1. La commission flamande établit un règlement d'ordre intérieur et prend les mesures nécessaires pour assurer un respect correct des dispositions du présent arrêté. ".
" Art. 10/1. La commission flamande établit un règlement d'ordre intérieur et prend les mesures nécessaires pour assurer un respect correct des dispositions du présent arrêté. ".
Art.14. In hetzelfde besluit wordt een artikel 11/1 ingevoegd, dat luidt als volgt:
"Art. 11/1. De deelneming aan de werkzaamheden van de Vlaamse commissie is onbezoldigd.".
"Art. 11/1. De deelneming aan de werkzaamheden van de Vlaamse commissie is onbezoldigd.".
Art.14. Dans le même arrêté, il est inséré un article 11/1, rédigé comme suit :
" Art. 11/1. La participation aux activités de la commission flamande est non rémunérée. ".
" Art. 11/1. La participation aux activités de la commission flamande est non rémunérée. ".
HOOFDSTUK 3. - Wijzigingen van het koninklijk besluit van 24 maart 1997 betreffende de inning en de consignatie van een som bij het vaststellen van sommige overtredingen inzake het vervoer over de weg van gevaarlijke goederen, met uitzondering van ontplofbare en radioactieve stoffen
CHAPITRE 3. - Modifications à l'arrêté royal du 24 mars 1997 relatif à la perception et à la consignation d'une somme lors de la constatation d'infractions en matière de transport par route de marchandises dangereuses, à l'exception des matières explosibles et radioactives
Art.15. Aan artikel 2 van het koninklijk besluit van 24 maart 1997 betreffende de inning en de consignatie van een som bij het vaststellen van sommige overtredingen inzake het vervoer over de weg van gevaarlijke goederen, met uitzondering van ontplofbare en radioactieve stoffen, vervangen bij het koninklijk besluit van 27 april 2007, wordt een tweede lid toegevoegd, dat luidt als volgt:
"Voor de toepassing van de procedure, vermeld in dit besluit, zijn ook de wegeninspecteurs, vermeld in artikel 16 van het decreet van 3 mei 2013 betreffende de bescherming van de verkeersinfrastructuur in geval van bijzonder wegtransport, bevoegd.".
"Voor de toepassing van de procedure, vermeld in dit besluit, zijn ook de wegeninspecteurs, vermeld in artikel 16 van het decreet van 3 mei 2013 betreffende de bescherming van de verkeersinfrastructuur in geval van bijzonder wegtransport, bevoegd.".
Art.15. L'article 2 de l'arrêté royal du 24 mars 1997 relatif à la perception et à la consignation d'une somme lors de la constatation d'infractions en matière de transport par route de marchandises dangereuses, à l'exception des matières explosibles et radioactives, remplacé par l'arrêté royal du 27 avril 2007, est complété par un alinéa 2, rédigé comme suit :
" Pour l'application de la procédure visée au présent arrêté, les inspecteurs des routes, visés à l'article 16 du décret du 3 mai 2013 relatif à la protection de l'infrastructure routière dans le cas du transport routier exceptionnel, sont également autorisés. ".
" Pour l'application de la procédure visée au présent arrêté, les inspecteurs des routes, visés à l'article 16 du décret du 3 mai 2013 relatif à la protection de l'infrastructure routière dans le cas du transport routier exceptionnel, sont également autorisés. ".
HOOFDSTUK 4. - Wijzigingen van het koninklijk besluit van 19 oktober 1998 ter uitvoering van de richtlijn 95/50/EG van de Raad van 6 oktober 1995 betreffende uniforme procedures voor de controle op het vervoer van gevaarlijke goederen over de weg
CHAPITRE 4. - Modifications à l'arrêté royal du 19 octobre 1998 portant exécution de la directive 95/50/CE du Conseil du 6 octobre 1995 concernant des procédures uniformes en matière de contrôle des transports de marchandises dangereuses par route
Art.16. In artikel 2, 7°, van het koninklijk besluit van 19 oktober 1998 ter uitvoering van de richtlijn 95/50/EG van de Raad van 6 oktober 1995 betreffende uniforme procedures voor de controle op het vervoer van gevaarlijke goederen over de weg wordt tussen de woorden "Minister van Vervoer" en de zinsnede ", voor de controle van het vervoer van de andere" de zinsnede "en de Vlaamse minister, bevoegd voor het mobiliteitsbeleid, de openbare werken en het verkeer" ingevoegd.
Art.16. Dans l'article 2, 7°, de l'arrêté royal du 19 octobre 1998 portant exécution de la directive 95/50/CE du Conseil du 6 octobre 1995 concernant des procédures uniformes en matière de contrôle des transports de marchandises dangereuses par route, le membre de phrase " et le Ministre flamand ayant la politique de la mobilité, les travaux publics et les transports dans ses attributions " est inséré entre les mots " Ministre des Transports " et le membre de phrase " , s'il s'agit du contrôle du transport d'autres ".
Art.17. Aan artikel 5 van hetzelfde besluit wordt de zinsnede "of van de Vlaamse minister, bevoegd voor het mobiliteitsbeleid, de openbare werken en het vervoer." toegevoegd.
Art.17. L'article 5 du même arrêté est complété par le membre de phrase " ou du Ministre flamand ayant la politique de la mobilité, les travaux publics et les transports dans ses attributions. ".
HOOFDSTUK 5. - Wijzigingen van het koninklijk besluit van 29 juni 2003 betreffende de opleiding van bestuurders van transporteenheden die andere gevaarlijke goederen dan radioactieve stoffen over de weg vervoeren
CHAPITRE 5. - Modifications à l'arrêté royal du 29 juin 2003 relatif à la formation des conducteurs d'unités de transport transportant par la route des marchandises dangereuses autres que les matières radioactives
Art.18. In artikel 2 van het koninklijk besluit van 29 juni 2003 betreffende de opleiding van bestuurders van transporteenheden die andere gevaarlijke goederen dan radioactieve stoffen over de weg vervoeren, gewijzigd bij het koninklijk besluit van 21 december 2013, worden de volgende wijzigingen aangebracht:
1° punt 5° wordt vervangen door wat volgt:
"5° minister: de Vlaamse minister, bevoegd voor het mobiliteitsbeleid, de openbare werken en het vervoer;";
2° punt 6° wordt vervangen door wat volgt:
"6° Departement: het departement, vermeld in artikel 28, § 1, van het besluit van de Vlaamse Regering van 3 juni 2005 met betrekking tot de organisatie van de Vlaamse administratie;";
3° punt 7° wordt vervangen door wat volgt:
"7° gemachtigde: het hoofd van het Departement;".
1° punt 5° wordt vervangen door wat volgt:
"5° minister: de Vlaamse minister, bevoegd voor het mobiliteitsbeleid, de openbare werken en het vervoer;";
2° punt 6° wordt vervangen door wat volgt:
"6° Departement: het departement, vermeld in artikel 28, § 1, van het besluit van de Vlaamse Regering van 3 juni 2005 met betrekking tot de organisatie van de Vlaamse administratie;";
3° punt 7° wordt vervangen door wat volgt:
"7° gemachtigde: het hoofd van het Departement;".
Art.18. A l'article 2 de l'arrêté royal du 29 juin 2003 relatif à la formation des conducteurs d'unités de transport transportant par la route des marchandises dangereuses autres que les matières radioactives, modifié par l'arrêté royal du 21 décembre 2013, les modifications suivantes sont apportées :
1° le point 5° est remplacé par la disposition suivante :
" 5° Ministre : le Ministre flamand ayant la politique de la mobilité, les travaux publics et les transports dans ses attributions ; " ;
2° le point 6° est remplacé par ce qui suit :
" 6° Département : le département visé à l'article 28, § 1er, de l'arrêté du Gouvernement flamand du 3 juin 2005 relatif à l'organisation de l'Administration flamande ; " ;
3° le point 7° est remplacé par ce qui suit :
" 7° délégué : le chef du Département ; ".
1° le point 5° est remplacé par la disposition suivante :
" 5° Ministre : le Ministre flamand ayant la politique de la mobilité, les travaux publics et les transports dans ses attributions ; " ;
2° le point 6° est remplacé par ce qui suit :
" 6° Département : le département visé à l'article 28, § 1er, de l'arrêté du Gouvernement flamand du 3 juin 2005 relatif à l'organisation de l'Administration flamande ; " ;
3° le point 7° est remplacé par ce qui suit :
" 7° délégué : le chef du Département ; ".
Art.19. In artikel 6, § 5, van hetzelfde besluit, vernummerd bij het koninklijk besluit van 3 augustus 2007, worden de volgende wijzigingen aangebracht:
1° de woorden "bevoegde overheid" worden vervangen door het woord "minister";
2° het woord "haar" wordt vervangen door het woord "zijn".
1° de woorden "bevoegde overheid" worden vervangen door het woord "minister";
2° het woord "haar" wordt vervangen door het woord "zijn".
Art.19. A l'article 6, § 5, du même arrêté, renuméroté par l'arrêté royal du 3 août 2007, les modifications suivantes sont apportées :
1° les mots " L'autorité compétente " sont remplacés par les mots " Le Ministre " ;
2° dans la version néerlandaise, le mot " haar " est remplacé par le mot " zijn ".
1° les mots " L'autorité compétente " sont remplacés par les mots " Le Ministre " ;
2° dans la version néerlandaise, le mot " haar " est remplacé par le mot " zijn ".
Art.20. In artikel 8 van hetzelfde besluit, gewijzigd bij de koninklijke besluiten van 10 december 2012 en 21 december 2013 worden de volgende wijzigingen aangebracht:
1° in het eerste lid worden de woorden "bevoegde overheid" vervangen door het woord "minister";
2° in het tweede lid worden de woorden "bevoegde overheid" vervangen door het woord "minister";
3° in het zesde lid worden de woorden "bevoegde overheid" vervangen door het woord "minister".
1° in het eerste lid worden de woorden "bevoegde overheid" vervangen door het woord "minister";
2° in het tweede lid worden de woorden "bevoegde overheid" vervangen door het woord "minister";
3° in het zesde lid worden de woorden "bevoegde overheid" vervangen door het woord "minister".
Art.20. A l'article 8 du même arrêté, modifié par les arrêtés royaux des 10 décembre 2012 et 21 décembre 2013, les modifications suivantes sont apportées :
1° dans l'alinéa 1er, les mots " L'autorité compétente " sont remplacés par les mots " Le Ministre " ;
2° dans l'alinéa 2, les mots " L'autorité compétente " sont remplacés par les mots " Le Ministre " ;
3° dans l'alinéa 6, les mots " de l'autorité compétente " sont remplacés par les mots " du Ministre ".
1° dans l'alinéa 1er, les mots " L'autorité compétente " sont remplacés par les mots " Le Ministre " ;
2° dans l'alinéa 2, les mots " L'autorité compétente " sont remplacés par les mots " Le Ministre " ;
3° dans l'alinéa 6, les mots " de l'autorité compétente " sont remplacés par les mots " du Ministre ".
Art.21. In artikel 10 van hetzelfde besluit, gewijzigd bij de koninklijke besluiten van 10 december 2012 en 21 december 2013, wordt paragraaf 1 vervangen door wat volgt:
" § 1. De aanvraag tot erkenning van instellingen die de cursussen verstrekken, wordt ingediend met een aangetekende zending bij de gemachtigde.".
" § 1. De aanvraag tot erkenning van instellingen die de cursussen verstrekken, wordt ingediend met een aangetekende zending bij de gemachtigde.".
Art.21. Dans l'article 10 du même arrêté, modifié par les arrêtés royaux des 10 décembre 2012 et 21 décembre 2013, le paragraphe 1er est remplacé par ce qui suit :
" § 1er. Les demandes d'agrément des organismes qui dispensent les cours sont introduites par envoi recommandé auprès du délégué. ".
" § 1er. Les demandes d'agrément des organismes qui dispensent les cours sont introduites par envoi recommandé auprès du délégué. ".
Art.22. In artikel 11 van hetzelfde besluit, vervangen bij het koninklijk besluit van 10 december 2012, worden de volgende wijzigingen aangebracht:
1° de woorden "bevoegde overheid" worden telkens vervangen door het woord "minister";
2° in paragraaf 2 wordt het eerste lid vervangen door wat volgt:
"De minister brengt de instelling, met een aangetekende brief, op de hoogte van zijn intentie van schorsing van de erkenning voor de duur die hij vermeldt.";
3° in paragraaf 2 wordt het vierde lid vervangen door wat volgt:
"Binnen dertig dagen die volgen op de ontvangst van de argumenten van rechtvaardiging of het horen van de instelling, maakt de minister, met een aangetekende brief, zijn akkoord met de rechtvaardiging van de instelling kenbaar of bevestigt hij de schorsingsmaatregel. Het ontbreken van een kennisgeving binnen de voormelde termijn houdt een aanvaarding van de verweerargumenten van de instelling in.".
1° de woorden "bevoegde overheid" worden telkens vervangen door het woord "minister";
2° in paragraaf 2 wordt het eerste lid vervangen door wat volgt:
"De minister brengt de instelling, met een aangetekende brief, op de hoogte van zijn intentie van schorsing van de erkenning voor de duur die hij vermeldt.";
3° in paragraaf 2 wordt het vierde lid vervangen door wat volgt:
"Binnen dertig dagen die volgen op de ontvangst van de argumenten van rechtvaardiging of het horen van de instelling, maakt de minister, met een aangetekende brief, zijn akkoord met de rechtvaardiging van de instelling kenbaar of bevestigt hij de schorsingsmaatregel. Het ontbreken van een kennisgeving binnen de voormelde termijn houdt een aanvaarding van de verweerargumenten van de instelling in.".
Art.22. A l'article 11 du même arrêté, remplacé par l'arrêté royal du 10 décembre 2012, les modifications suivantes sont apportées :
1° les mots " l'autorité compétente " sont chaque fois remplacés par les mots " le Ministre " ;
2° dans le paragraphe 2, l'alinéa 1er est remplacé par ce qui suit :
" Le Ministre notifie par envoi recommandé à l'organisme son intention de suspendre l'agrément, pour la durée qu'il indique. " ;
3° dans le paragraphe 2, l'alinéa 4 est remplacé par ce qui suit :
" Dans les trente jours qui suivent la réception des moyens de justification ou l'audition de l'organisme, le Ministre notifie par envoi recommandé son acceptation des justifications invoquées par l'organisme ou la suspension de l'agrément. L'absence de notification dans le délai précité équivaut à une acceptation des moyens de défense de l'organisme. ".
1° les mots " l'autorité compétente " sont chaque fois remplacés par les mots " le Ministre " ;
2° dans le paragraphe 2, l'alinéa 1er est remplacé par ce qui suit :
" Le Ministre notifie par envoi recommandé à l'organisme son intention de suspendre l'agrément, pour la durée qu'il indique. " ;
3° dans le paragraphe 2, l'alinéa 4 est remplacé par ce qui suit :
" Dans les trente jours qui suivent la réception des moyens de justification ou l'audition de l'organisme, le Ministre notifie par envoi recommandé son acceptation des justifications invoquées par l'organisme ou la suspension de l'agrément. L'absence de notification dans le délai précité équivaut à une acceptation des moyens de défense de l'organisme. ".
Art.23. In artikel 12, vierde lid, van hetzelfde besluit, ingevoegd bij het koninklijk besluit van 10 december 2012, worden de woorden "bevoegde overheid" vervangen door het woord "minister".
Art.23. Dans l'article 12, alinéa 4, du même arrêté, inséré par l'arrêté royal du 10 décembre 2012, les mots " de l'autorité compétente " sont remplacés par les mots " du Ministre ".
Art.24. In artikel 13, § 2, van hetzelfde besluit, gewijzigd bij de koninklijke besluiten van 3 augustus 2007 en 21 december 2013, wordt het tweede lid vervangen door wat volgt:
"Bij besluit van de Vlaamse Regering wordt bepaald welke diploma's gelijkwaardig zijn.".
"Bij besluit van de Vlaamse Regering wordt bepaald welke diploma's gelijkwaardig zijn.".
Art.24. Dans l'article 13, § 2, du même décret, modifié par les arrêtés royaux des 3 août 2007 et 21 décembre 2013, l'alinéa 2 est remplacé par ce qui suit :
" L'équivalence des diplômes est déterminée par arrêté du Gouvernement flamand. ".
" L'équivalence des diplômes est déterminée par arrêté du Gouvernement flamand. ".
Art.25. In artikel 15 van hetzelfde besluit, gewijzigd bij het koninklijk besluit van 3 augustus 2007, wordt paragraaf 2 vervangen door wat volgt:
" § 2. De examencommissies bestaan uit:
1° een voorzitter, aangewezen door de minister;
2° een ondervoorzitter, aangewezen door het hoofd van het Departement;
3° twee personeelsleden van het Departement, aangewezen door het hoofd van het Departement;
4° een secretaris, aangewezen door het hoofd van het Departement.
Er is een onverenigbaarheid tussen het lidmaatschap van die examencommissie en een bestuursfunctie in de instellingen, vermeld in artikel 16.
De examencommissies beraadslagen op geldige wijze als ten minste de helft van de leden aanwezig is.
De vergadering wordt voorgezeten door de voorzitter of bij zijn afwezigheid door de ondervoorzitter.
De beslissingen van de examencommissies worden genomen bij meerderheid van stemmen. Bij staking van stemmen is de stem van de voorzitter van de vergadering beslissend.".
" § 2. De examencommissies bestaan uit:
1° een voorzitter, aangewezen door de minister;
2° een ondervoorzitter, aangewezen door het hoofd van het Departement;
3° twee personeelsleden van het Departement, aangewezen door het hoofd van het Departement;
4° een secretaris, aangewezen door het hoofd van het Departement.
Er is een onverenigbaarheid tussen het lidmaatschap van die examencommissie en een bestuursfunctie in de instellingen, vermeld in artikel 16.
De examencommissies beraadslagen op geldige wijze als ten minste de helft van de leden aanwezig is.
De vergadering wordt voorgezeten door de voorzitter of bij zijn afwezigheid door de ondervoorzitter.
De beslissingen van de examencommissies worden genomen bij meerderheid van stemmen. Bij staking van stemmen is de stem van de voorzitter van de vergadering beslissend.".
Art.25. Dans l'article 15 du même arrêté, modifié par l'arrêté royal du 3 août 2007, le paragraphe 2 est remplacé par ce qui suit :
" § 2. Les commissions d'examen sont composées :
1° d'un président, désigné par le Ministre ;
2° d'un vice-président, désigné par le chef du Département ;
3° de deux membres du personnel du Département, désignés par le chef du Département ;
4° d'un secrétaire désigné par le chef du Département.
Il y a incompatibilité entre la fonction de membre de cette commission d'examen et la fonction d'administrateur dans les organismes visés à l'article 16.
Les commissions d'examen ne peuvent délibérer valablement que si au moins la moitié des membres est présente.
La séance est présidée par le président ou, en son absence, par le vice-président.
Les décisions des commissions d'examen sont prises à la majorité des voix. En cas de partage des voix, la voix du président de la séance est prépondérante.
" § 2. Les commissions d'examen sont composées :
1° d'un président, désigné par le Ministre ;
2° d'un vice-président, désigné par le chef du Département ;
3° de deux membres du personnel du Département, désignés par le chef du Département ;
4° d'un secrétaire désigné par le chef du Département.
Il y a incompatibilité entre la fonction de membre de cette commission d'examen et la fonction d'administrateur dans les organismes visés à l'article 16.
Les commissions d'examen ne peuvent délibérer valablement que si au moins la moitié des membres est présente.
La séance est présidée par le président ou, en son absence, par le vice-président.
Les décisions des commissions d'examen sont prises à la majorité des voix. En cas de partage des voix, la voix du président de la séance est prépondérante.
Art.26. In artikel 16 van hetzelfde besluit, gewijzigd bij het koninklijk besluit van 10 december 2012, worden de volgende wijzigingen aangebracht:
1° in paragraaf 1 worden de woorden "bevoegde overheid" telkens vervangen door het woord "minister";
2° in paragraaf 2 worden de woorden "bevoegde overheid" vervangen door het woord "minister".
1° in paragraaf 1 worden de woorden "bevoegde overheid" telkens vervangen door het woord "minister";
2° in paragraaf 2 worden de woorden "bevoegde overheid" vervangen door het woord "minister".
Art.26. A l'article 16 du même arrêté, modifié par l'arrêté royal du 10 décembre 2012, les modifications suivantes sont apportées :
1° dans le paragraphe 1er, les mots " l'autorité compétente " sont chaque fois remplacés par les mots " le Ministre " ;
2° dans le paragraphe 2, les mots " l'autorité compétente " sont chaque fois remplacés par les mots " le Ministre ".
1° dans le paragraphe 1er, les mots " l'autorité compétente " sont chaque fois remplacés par les mots " le Ministre " ;
2° dans le paragraphe 2, les mots " l'autorité compétente " sont chaque fois remplacés par les mots " le Ministre ".
Art.27. In artikel 19 van hetzelfde besluit, vervangen bij het koninklijk besluit van 21 december 2013, wordt paragraaf 3 vervangen door wat volgt:
" § 3. De minister of de examencommissie, bevoegd voor de andere klassen dan klasse 1, bepaalt de overige nadere modaliteiten met betrekking tot de afgifte van de opleidingsgetuigschriften.".
" § 3. De minister of de examencommissie, bevoegd voor de andere klassen dan klasse 1, bepaalt de overige nadere modaliteiten met betrekking tot de afgifte van de opleidingsgetuigschriften.".
Art.27. Dans l'article 19 du même arrêté, remplacé par l'arrêté royal du 21 décembre 2013, le paragraphe 3 est remplacé par ce qui suit :
" § 3. Les autres modalités relatives à la délivrance des certificats de formation sont déterminées par le Ministre ou la commission d'examen compétente pour les classes autres que la classe 1. ".
" § 3. Les autres modalités relatives à la délivrance des certificats de formation sont déterminées par le Ministre ou la commission d'examen compétente pour les classes autres que la classe 1. ".
Art.28. Artikel 23 van hetzelfde besluit, gewijzigd bij het koninklijk besluit van 21 december 2013, wordt vervangen door wat volgt:
"Art. 23. De door de minister of door zijn gemachtigde aangewezen personeelsleden zijn belast met het toezicht op de naleving van dit besluit, van de ministeriële besluiten, genomen krachtens dit besluit, en van de onderrichtingen van de minister of zijn gemachtigde.
De personeelsleden die krachtens of door dit artikel gemachtigd zijn, zijn ook belast met:
- 1° het toezicht op de naleving en het vaststellen van de overtredingen van de voorwaarden die door minister zijn vastgesteld voor de erkenning van de instellingen, vermeld in artikel 8;
- 2° het vaststellen of de voorwaarden voor de schorsing of de intrekking van de erkenning vervuld zijn.".
"Art. 23. De door de minister of door zijn gemachtigde aangewezen personeelsleden zijn belast met het toezicht op de naleving van dit besluit, van de ministeriële besluiten, genomen krachtens dit besluit, en van de onderrichtingen van de minister of zijn gemachtigde.
De personeelsleden die krachtens of door dit artikel gemachtigd zijn, zijn ook belast met:
- 1° het toezicht op de naleving en het vaststellen van de overtredingen van de voorwaarden die door minister zijn vastgesteld voor de erkenning van de instellingen, vermeld in artikel 8;
- 2° het vaststellen of de voorwaarden voor de schorsing of de intrekking van de erkenning vervuld zijn.".
Art.28. L'article 23 du même arrêté, modifié par l'arrêté royal du 21 décembre 2013, est remplacé par ce qui suit :
" Art. 23. Les membres du personnel désignés par le Ministre ou par son délégué sont chargés de veiller au respect du présent arrêté, des arrêtés ministériels pris en vertu du présent arrêté et des instructions du Ministre ou de son délégué.
Les membres du personnel habilités en vertu ou par le présent article sont également chargés de :
- 1° veiller au respect et de constater les infractions aux conditions fixées par le Ministre pour l'agrément des organismes visés à l'article 8 ;
- 2° constater si les conditions pour la suspension ou le retrait de l'agrément sont remplies. ".
" Art. 23. Les membres du personnel désignés par le Ministre ou par son délégué sont chargés de veiller au respect du présent arrêté, des arrêtés ministériels pris en vertu du présent arrêté et des instructions du Ministre ou de son délégué.
Les membres du personnel habilités en vertu ou par le présent article sont également chargés de :
- 1° veiller au respect et de constater les infractions aux conditions fixées par le Ministre pour l'agrément des organismes visés à l'article 8 ;
- 2° constater si les conditions pour la suspension ou le retrait de l'agrément sont remplies. ".
HOOFDSTUK 6. - Wijzigingen van het koninklijk besluit van 21 december 2006 betreffende de vereisten inzake beroepsopleiding en -ervaring, de vereisten inzake psychotechnisch onderzoek voor het uitoefenen van een leidinggevende of uitvoerende functie in een bewakingsonderneming of interne bewakingsdienst en betreffende de erkenning van de opleidingen
CHAPITRE 6. - Modifications à l'arrêté royal du 21 décembre 2006 relatif aux conditions en matière de formation et d'expérience professionnelles, aux conditions en matière d'examen psychotechnique pour l'exercice d'une fonction dirigeante ou d'exécution dans une entreprise de gardiennage ou un service interne de gardiennage et relatives à l'agrément des formations
Art.29. In artikel 1 van het koninklijk besluit van 21 december 2006 betreffende de vereisten inzake beroepsopleiding en -ervaring, de vereisten inzake psychotechnisch onderzoek voor het uitoefenen van een leidinggevende of uitvoerende functie in een bewakingsonderneming of interne bewakingsdienst en betreffende de erkenning van de opleidingen worden de volgende wijzigingen aangebracht;
1° er wordt een punt 4° /1 ingevoegd, dat luidt als volgt:
"4° /1: Vlaamse minister: de Vlaamse minister bevoegd voor het mobiliteitsbeleid, de openbare werken en het vervoer;";
2° er wordt een punt 5° /1 ingevoegd, dat luidt als volgt:
"5° /1: het Agentschap Wegen en Verkeer: het Agentschap Wegen en Verkeer, vermeld in artikel 28, § 1, van het besluit van de Vlaamse Regering van 3 juni 2005 met betrekking tot de organisatie van de Vlaamse administratie;";
3° er wordt een punt 6° toegevoegd, dat luidt als volgt:
"6° Vlaamse Commissie Opleiding Bewaking: de commissie, vermeld in artikel 96bis.".
1° er wordt een punt 4° /1 ingevoegd, dat luidt als volgt:
"4° /1: Vlaamse minister: de Vlaamse minister bevoegd voor het mobiliteitsbeleid, de openbare werken en het vervoer;";
2° er wordt een punt 5° /1 ingevoegd, dat luidt als volgt:
"5° /1: het Agentschap Wegen en Verkeer: het Agentschap Wegen en Verkeer, vermeld in artikel 28, § 1, van het besluit van de Vlaamse Regering van 3 juni 2005 met betrekking tot de organisatie van de Vlaamse administratie;";
3° er wordt een punt 6° toegevoegd, dat luidt als volgt:
"6° Vlaamse Commissie Opleiding Bewaking: de commissie, vermeld in artikel 96bis.".
Art.29. A l'article 1er de l'arrêté royal du 21 décembre 2006 relatif aux conditions en matière de formation et d'expérience professionnelles, aux conditions en matière d'examen psychotechnique pour l'exercice d'une fonction dirigeante ou d'exécution dans une entreprise de gardiennage ou un service interne de gardiennage et relatives à l'agrément des formations les modifications suivantes sont apportées :
1° il est inséré un point 4° /1, rédigé comme suit :
" 4° /1 : Ministre flamand : le Ministre flamand ayant la politique de la mobilité, les travaux publics et les transports dans ses attributions ; " ;
2° il est inséré un point 5° /1 rédigé comme suit :
" 5° /1 : l' " Agentschap Wegen en Verkeer " (l'Agence des Routes et de la Circulation) : l' " Agentschap Wegen en Verkeer " visée à l'article 28, § 1er, de l'arrêté du Gouvernement flamand du 3 juin 2005 relatif à l'organisation de l'administration flamande ;
3° il est ajouté un point 6°, rédigé comme suit :
"6° " Vlaamse Commissie Opleiding Bewaking " (Commission flamande Formation Gardiennage) : la commission visée à l'article 96bis. ".
1° il est inséré un point 4° /1, rédigé comme suit :
" 4° /1 : Ministre flamand : le Ministre flamand ayant la politique de la mobilité, les travaux publics et les transports dans ses attributions ; " ;
2° il est inséré un point 5° /1 rédigé comme suit :
" 5° /1 : l' " Agentschap Wegen en Verkeer " (l'Agence des Routes et de la Circulation) : l' " Agentschap Wegen en Verkeer " visée à l'article 28, § 1er, de l'arrêté du Gouvernement flamand du 3 juin 2005 relatif à l'organisation de l'administration flamande ;
3° il est ajouté un point 6°, rédigé comme suit :
"6° " Vlaamse Commissie Opleiding Bewaking " (Commission flamande Formation Gardiennage) : la commission visée à l'article 96bis. ".
Art.30. Aan artikel 34 van hetzelfde besluit wordt een tweede lid toegevoegd, dat luidt als volgt:
"De Vlaamse minister kan de nadere inhoudsomschrijving van de opleiding vaststellen, bedoeld in artikel 21bis. Hij kan voor de opleiding, eindtermen bepalen.".
"De Vlaamse minister kan de nadere inhoudsomschrijving van de opleiding vaststellen, bedoeld in artikel 21bis. Hij kan voor de opleiding, eindtermen bepalen.".
Art.30. L'article 34 du même arrêté est complété par un alinéa 2, rédigé comme suit :
" Le Ministre flamand peut déterminer la description du contenu de la formation visée à l'article 21bis. Il peut déterminer des objectifs finaux pour la formation. ".
" Le Ministre flamand peut déterminer la description du contenu de la formation visée à l'article 21bis. Il peut déterminer des objectifs finaux pour la formation. ".
Art.31. Aan artikel 49 van hetzelfde besluit wordt een tweede lid toegevoegd, dat luidt als volgt:
"Wat de opleiding betreft, bedoeld in artikel 21bis, kan het verloop van de examens door de Vlaamse minister, na advies van de Vlaamse Commissie Opleiding Bewaking, worden vastgesteld in een examenreglement.".
"Wat de opleiding betreft, bedoeld in artikel 21bis, kan het verloop van de examens door de Vlaamse minister, na advies van de Vlaamse Commissie Opleiding Bewaking, worden vastgesteld in een examenreglement.".
Art.31. L'article 49 du même arrêté est complété par un alinéa 2, rédigé comme suit :
" Pour ce qui est de la formation visée à l'article 21bis, le déroulement des examens peut être fixé dans un règlement d'examens, défini par le Ministre flamand après avis de la " Vlaamse Commissie Opleiding Bewaking ". ".
" Pour ce qui est de la formation visée à l'article 21bis, le déroulement des examens peut être fixé dans un règlement d'examens, défini par le Ministre flamand après avis de la " Vlaamse Commissie Opleiding Bewaking ". ".
Art.32. Aan artikel 53 van hetzelfde besluit wordt een tweede lid toegevoegd, dat luidt als volgt:
"De Vlaamse minister kan het verloop van de examens ter afsluiting van de opleiding bedoeld in artikel 21bis, de beoordeling en de andere daarvoor noodzakelijke procedures nader bepalen.".
"De Vlaamse minister kan het verloop van de examens ter afsluiting van de opleiding bedoeld in artikel 21bis, de beoordeling en de andere daarvoor noodzakelijke procedures nader bepalen.".
Art.32. L'article 53, du même arrêté est complété par un alinéa 2, rédigé comme suit :
" Le Ministre flamand peut fixer le déroulement des examens à l'issue de la formation visée à l'article 21bis, ainsi que l'évaluation et les autres procédures nécessaires à cet effet. ".
" Le Ministre flamand peut fixer le déroulement des examens à l'issue de la formation visée à l'article 21bis, ainsi que l'évaluation et les autres procédures nécessaires à cet effet. ".
Art.33. Aan artikel 69 van hetzelfde besluit wordt een tweede lid toegevoegd, dat luidt als volgt:
"De opleidingsinstellingen en de opleidingen die ze verstrekken, zoals bedoeld in artikel 21bis, dienen te worden erkend door de Vlaamse minister of zijn gemachtigde. De lesgevers worden erkend door de gemachtigde van de Vlaamse minister.".
"De opleidingsinstellingen en de opleidingen die ze verstrekken, zoals bedoeld in artikel 21bis, dienen te worden erkend door de Vlaamse minister of zijn gemachtigde. De lesgevers worden erkend door de gemachtigde van de Vlaamse minister.".
Art.33. L'article 69, du même arrêté est complété par un alinéa 2, rédigé comme suit :
" Les organismes de formation et les formations qu'ils dispensent, telles que visées à l'article 21bis, doivent être agréés par le Ministre flamand ou son délégué. Les enseignants sont agréés par le délégué du Ministre flamand. ".
" Les organismes de formation et les formations qu'ils dispensent, telles que visées à l'article 21bis, doivent être agréés par le Ministre flamand ou son délégué. Les enseignants sont agréés par le délégué du Ministre flamand. ".
Art.34. In artikel 70 van hetzelfde besluit worden de volgende wijzigingen aangebracht:
1° tussen het woord "Minister" en het woord "beoordeelt" worden de woorden "of de Vlaamse minister" ingevoegd;
2° tussen het woord "beoordeelt" en de woorden "bij de erkenning" wordt de zinsnede ", ieder wat hem betreft," ingevoegd.
1° tussen het woord "Minister" en het woord "beoordeelt" worden de woorden "of de Vlaamse minister" ingevoegd;
2° tussen het woord "beoordeelt" en de woorden "bij de erkenning" wordt de zinsnede ", ieder wat hem betreft," ingevoegd.
Art.34. A l'article 70 du même arrêté, les modifications suivantes sont apportées :
1° les mots " ou le Ministre flamand " sont insérés entre le mot " Ministre " et le mot " apprécie " ;
2° le membre de phrase " , chacun en ce qui le concerne, " sont insérés entre le mot " apprécie " et les mots " outre les conditions ".
1° les mots " ou le Ministre flamand " sont insérés entre le mot " Ministre " et le mot " apprécie " ;
2° le membre de phrase " , chacun en ce qui le concerne, " sont insérés entre le mot " apprécie " et les mots " outre les conditions ".
Art.35. In artikel 71, 6°, van hetzelfde besluit wordt tussen de woorden "Binnenlandse Zaken" en de woorden "door onder meer" de zinsnede "of, wat betreft de opleiding bewakingsagent - begeleiding uitzonderlijk vervoer, door het Agentschap Wegen en Verkeer," ingevoegd.
Art.35. Dans l'article 71, 6°, du même arrêté, le membre de phrase " ou, en ce qui concerne la formation d'agent de gardiennage - accompagnement du transport exceptionnel, par l'" Agentschap Wegen en Verkeer ", " est inséré entre les mots " le SPF Intérieur, " et les mots " entre autres en donnant ".
Art.36. In artikel 73, 4°, van hetzelfde besluit worden tussen het woord "Bewaking" en de zinsnede ", door een schriftelijke" de woorden "of de Vlaamse Commissie Opleiding Bewaking" ingevoegd.
Art.36. Dans l'article 73, 4°, du même arrêté, les mots " ou de la " Vlaamse Commissie Opleiding Bewaking " sont insérés entre le mot " Gardiennage " et le membre de phrase " , d'un syllabus écrit ".
Art.37. In artikel 89, tweede lid, van hetzelfde besluit, ingevoegd bij het koninklijk besluit van 13 oktober 2011, worden de woorden "de FOD Mobiliteit en Vervoer" telkens vervangen door de woorden "het Agentschap Wegen en Verkeer".
Art.37. Dans l'article 89, alinéa 2, du même arrêté, inséré par l'arrêté royal du 13 octobre 2011, les mots " le SPF Mobilité et Transports " sont chaque fois remplacés par les mots " l' " Agentschap Wegen en Verkeer " ".
Art.38. In hetzelfde besluit, gewijzigd bij de koninklijke besluiten van 7 juli 2008, 13 oktober 2011, 29 augustus 2012 en 25 april 2014, wordt een artikel 96bis ingevoegd, dat luidt als volgt:
"Art. 96bis. Voor de behandeling van de materies die betrekking hebben op de opleiding, vermeld in artikel 21bis, wordt een commissie, hierna Vlaamse Commissie Opleiding Bewaking te noemen, door de minister ingesteld bij het Agentschap Wegen en Verkeer.".
"Art. 96bis. Voor de behandeling van de materies die betrekking hebben op de opleiding, vermeld in artikel 21bis, wordt een commissie, hierna Vlaamse Commissie Opleiding Bewaking te noemen, door de minister ingesteld bij het Agentschap Wegen en Verkeer.".
Art.38. Dans le même arrêté, modifié par les arrêtés royaux des 7 juillet 2008, 13 octobre 2011, 29 août 2012 et 25 avril 2014, il est inséré un article 96bis, rédigé comme suit :
" Art. 96bis. Une commission à appeler ci-après " Vlaamse Commissie Opleiding Bewaking " est créée par le Ministre au sein de l' " Agentschap Wegen en Verkeer " pour le traitement des matières portant sur la formation visée à l'article 21bis. ".
" Art. 96bis. Une commission à appeler ci-après " Vlaamse Commissie Opleiding Bewaking " est créée par le Ministre au sein de l' " Agentschap Wegen en Verkeer " pour le traitement des matières portant sur la formation visée à l'article 21bis. ".
Art.39. In hetzelfde besluit, gewijzigd bij de koninklijke besluiten van 7 juli 2008, 13 oktober 2011, 29 augustus 2012 en 25 april 2014, wordt een artikel 97bis ingevoegd, dat luidt als volgt:
"Art. 97bis. De Vlaamse Commissie Opleiding Bewaking is als volgt samengesteld:
1° de afgevaardigde van de administratie die het voorzitterschap waarneemt;
2° een opleidingsdeskundige van de federale politie;
3° een verantwoordelijke van een erkende politieschool;
4° een selectiedeskundige van Selor;
5° een vertegenwoordiger van de opleidingsinstellingen die behoren tot bewakingsondernemingen of groepen van ondernemingen die bewakingsondernemingen organiseren;
6° een vertegenwoordiger van de opleidingsinstellingen die niet behoren tot bewakingsondernemingen of groepen van ondernemingen die bewakingsondernemingen organiseren;
7° een vertegenwoordiger van de BVBO als vermeld in artikel 17bis van de wet;
8° een vertegenwoordiger van de beroepsvereniging van interne bewakingsdiensten;
9° een vertegenwoordiger van de werknemersorganisaties van het personeel van de bewakingsondernemingen;
10° een deskundige van uitzonderlijke voertuigen van de Federale Wegpolitie en van de Federale Politieschool.".
"Art. 97bis. De Vlaamse Commissie Opleiding Bewaking is als volgt samengesteld:
1° de afgevaardigde van de administratie die het voorzitterschap waarneemt;
2° een opleidingsdeskundige van de federale politie;
3° een verantwoordelijke van een erkende politieschool;
4° een selectiedeskundige van Selor;
5° een vertegenwoordiger van de opleidingsinstellingen die behoren tot bewakingsondernemingen of groepen van ondernemingen die bewakingsondernemingen organiseren;
6° een vertegenwoordiger van de opleidingsinstellingen die niet behoren tot bewakingsondernemingen of groepen van ondernemingen die bewakingsondernemingen organiseren;
7° een vertegenwoordiger van de BVBO als vermeld in artikel 17bis van de wet;
8° een vertegenwoordiger van de beroepsvereniging van interne bewakingsdiensten;
9° een vertegenwoordiger van de werknemersorganisaties van het personeel van de bewakingsondernemingen;
10° een deskundige van uitzonderlijke voertuigen van de Federale Wegpolitie en van de Federale Politieschool.".
Art.39. Dans le même arrêté, modifié par les arrêtés royaux des 7 juillet 2008, 13 octobre 2011, 29 août 2012 et 25 avril 2014, il est inséré un article 97bis, rédigé comme suit :
" Art. 97bis. La " Vlaamse Commissie Opleiding Bewaking " est composée comme suit :
1° le délégué de l'administration qui assume la présidence ;
2° un spécialiste en matière de formation de la police fédérale ;
3° un responsable d'une école de police agréée ;
4° un spécialiste en matière de sélection de SELOR ;
5° un représentant des organismes de formation appartenant à des entreprises de gardiennage ou groupes d'entreprises organisant des entreprises de gardiennage ;
6° un représentant des organismes de formation n'appartenant pas à des entreprises de gardiennage ou groupes d'entreprises organisant des entreprises de gardiennage ;
7° un représentant de l'APEG telle que visée à l'article 17bis de la loi ;
8° un représentant de l'association professionnelle de services internes de gardiennage ;
9° un représentant des organisations de travailleurs du personnel des entreprises de gardiennage ;
10° un expert en circulation des véhicules exceptionnels de la Police fédérale de la Route et de l'Ecole de Police fédérale. ".
" Art. 97bis. La " Vlaamse Commissie Opleiding Bewaking " est composée comme suit :
1° le délégué de l'administration qui assume la présidence ;
2° un spécialiste en matière de formation de la police fédérale ;
3° un responsable d'une école de police agréée ;
4° un spécialiste en matière de sélection de SELOR ;
5° un représentant des organismes de formation appartenant à des entreprises de gardiennage ou groupes d'entreprises organisant des entreprises de gardiennage ;
6° un représentant des organismes de formation n'appartenant pas à des entreprises de gardiennage ou groupes d'entreprises organisant des entreprises de gardiennage ;
7° un représentant de l'APEG telle que visée à l'article 17bis de la loi ;
8° un représentant de l'association professionnelle de services internes de gardiennage ;
9° un représentant des organisations de travailleurs du personnel des entreprises de gardiennage ;
10° un expert en circulation des véhicules exceptionnels de la Police fédérale de la Route et de l'Ecole de Police fédérale. ".
Art.40. Aan artikel 99 van hetzelfde besluit wordt een tweede lid toegevoegd, dat luidt als volgt:
"De Vlaamse minister kan deskundigen of andere personen aanduiden om permanent of tijdelijk aan de besprekingen van de Vlaamse Commissie Opleiding Bewaking deel te nemen.".
"De Vlaamse minister kan deskundigen of andere personen aanduiden om permanent of tijdelijk aan de besprekingen van de Vlaamse Commissie Opleiding Bewaking deel te nemen.".
Art.40. L'article 99, du même arrêté est complété par un alinéa 2, rédigé comme suit :
" Le Ministre flamand peut désigner des spécialistes ou d'autres personnes afin de participer de manière permanente ou temporaire aux discussions de la " Vlaamse Commissie Opleiding Bewaking ". ".
" Le Ministre flamand peut désigner des spécialistes ou d'autres personnes afin de participer de manière permanente ou temporaire aux discussions de la " Vlaamse Commissie Opleiding Bewaking ". ".
Art.41. Aan artikel 100 van hetzelfde besluit wordt een tweede lid toegevoegd:
"Het secretariaat van de Vlaamse Commissie Opleiding Bewaking wordt waargenomen door het Agentschap Wegen en Verkeer.".
"Het secretariaat van de Vlaamse Commissie Opleiding Bewaking wordt waargenomen door het Agentschap Wegen en Verkeer.".
Art.41. A l'article 100 du même arrêté est ajouté un alinéa 2 :
" Le secrétariat de la " Vlaamse Commissie Opleiding Bewaking " est assuré par l'" Agentschap Wegen en Verkeer ". ".
" Le secrétariat de la " Vlaamse Commissie Opleiding Bewaking " est assuré par l'" Agentschap Wegen en Verkeer ". ".
Art.42. Aan artikel 101 van hetzelfde besluit wordt een tweede lid toegevoegd, dat luidt als volgt:
"De Vlaamse Commissie Opleiding Bewaking heeft als taak de Vlaamse minister te adviseren aangaande:
1° de detaillering van de lessenprogramma's van de opleiding zoals bedoeld in artikel 21bis;
2° de erkenning van de opleidingen zoals bedoeld in artikel 21bis, de opleidingsinstellingen die opleidingen verstrekken zoals bedoeld in artikel 21bis en de lesgevers die opleidingen geven zoals bedoeld in artikel 21bis."
"De Vlaamse Commissie Opleiding Bewaking heeft als taak de Vlaamse minister te adviseren aangaande:
1° de detaillering van de lessenprogramma's van de opleiding zoals bedoeld in artikel 21bis;
2° de erkenning van de opleidingen zoals bedoeld in artikel 21bis, de opleidingsinstellingen die opleidingen verstrekken zoals bedoeld in artikel 21bis en de lesgevers die opleidingen geven zoals bedoeld in artikel 21bis."
Art.42. L'article 101, du même arrêté est complété par un alinéa 2, rédigé comme suit :
" La " Vlaamse Commissie Opleiding Bewaking " a pour mission de conseiller le Ministre flamand concernant :
1° le détail des programmes de cours de la formation telle que visée à l'article 21bis ;
2° l'agrément des formations telles que visées à l'article 21bis, des organismes de formation dispensant des formations telles que visées à l'article 21bis et des enseignants dispensant des formations telles que visées à l'article 21bis. "
" La " Vlaamse Commissie Opleiding Bewaking " a pour mission de conseiller le Ministre flamand concernant :
1° le détail des programmes de cours de la formation telle que visée à l'article 21bis ;
2° l'agrément des formations telles que visées à l'article 21bis, des organismes de formation dispensant des formations telles que visées à l'article 21bis et des enseignants dispensant des formations telles que visées à l'article 21bis. "
HOOFDSTUK 7. - Wijzigingen van het koninklijk besluit van 28 juni 2009 betreffende het vervoer via de weg of per spoor van gevaarlijke goederen, met uitzondering van ontplofbare en radioactieve stoffen
CHAPITRE 7. - Modifications à l'arrêté royal du 28 juin 2009 relatif au transport des marchandises dangereuses par route ou par chemin de fer, à l'exception des matières explosibles et radioactives
Art.43. In artikel 1 van het koninklijk besluit van 28 juni 2009 betreffende het vervoer via de weg of per spoor van gevaarlijke goederen, met uitzondering van ontplofbare en radioactieve stoffen, gewijzigd bij de koninklijke besluiten van 17 februari 2012 en 21 december 2013, worden de volgende wijzigingen aangebracht:
1° in punt 5° worden tussen het woord "de" en het woord "Minister" de zinsnede "Vlaamse minister bevoegd voor het mobiliteitsbeleid, de openbare werken en het vervoer, de" ingevoegd;
2° in punt 6° wordt tussen de woorden "Mobiliteit en Vervoer" en de woorden "voor wat betreft de toepassing" de zinsnede "of het hoofd van het departement, vermeld in artikel 28, § 1, van het besluit van de Vlaamse Regering van 3 juni 2005 met betrekking tot de organisatie van de Vlaamse administratie," ingevoegd;
3° in punt 11° wordt tussen de woorden "over land behoort" en de zinsnede ", zijn gemachtigde" de zinsnede "of de Vlaamse minister, bevoegd voor het mobiliteitsbeleid, de openbare werken en het vervoer" ingevoegd.
1° in punt 5° worden tussen het woord "de" en het woord "Minister" de zinsnede "Vlaamse minister bevoegd voor het mobiliteitsbeleid, de openbare werken en het vervoer, de" ingevoegd;
2° in punt 6° wordt tussen de woorden "Mobiliteit en Vervoer" en de woorden "voor wat betreft de toepassing" de zinsnede "of het hoofd van het departement, vermeld in artikel 28, § 1, van het besluit van de Vlaamse Regering van 3 juni 2005 met betrekking tot de organisatie van de Vlaamse administratie," ingevoegd;
3° in punt 11° wordt tussen de woorden "over land behoort" en de zinsnede ", zijn gemachtigde" de zinsnede "of de Vlaamse minister, bevoegd voor het mobiliteitsbeleid, de openbare werken en het vervoer" ingevoegd.
Art.43. A l'article 1er de l'arrêté royal du 28 juin 2009 relatif au transport des marchandises dangereuses par route ou par chemin de fer, à l'exception des matières explosibles et radioactives, modifié par les arrêtés royaux des 17 février 2012 et 21 décembre 2013 les modifications suivantes sont apportées :
1° dans le point 5°, le membre de phrase " Ministre flamand ayant la politique de la mobilité, les travaux publics et les transports dans ses attributions, le " est inséré entre le mot " le " et le mot " Ministre " ;
2° dans le point 6°, le membre de phrase " ou le chef du Département, visé à l'article 28, § 1er, de l'arrêté du Gouvernement flamand du 3 juin 2005 relatif à l'organisation de l'administration flamande, " et inséré entre les mots " Mobilité et Transports " et les mots " en ce qui concerne l'application " ;
3° dans le point 11°, le membre de phrase " ou le Ministre flamand ayant la politique de la mobilité, les travaux publics et les transports dans ses attributions " est inséré entre les mots " dans ses attributions " et le membre de phrase " , son délégué ".
1° dans le point 5°, le membre de phrase " Ministre flamand ayant la politique de la mobilité, les travaux publics et les transports dans ses attributions, le " est inséré entre le mot " le " et le mot " Ministre " ;
2° dans le point 6°, le membre de phrase " ou le chef du Département, visé à l'article 28, § 1er, de l'arrêté du Gouvernement flamand du 3 juin 2005 relatif à l'organisation de l'administration flamande, " et inséré entre les mots " Mobilité et Transports " et les mots " en ce qui concerne l'application " ;
3° dans le point 11°, le membre de phrase " ou le Ministre flamand ayant la politique de la mobilité, les travaux publics et les transports dans ses attributions " est inséré entre les mots " dans ses attributions " et le membre de phrase " , son délégué ".
Art.44. Aan artikel 23 van hetzelfde besluit, gewijzigd bij het koninklijk besluit van 21 december 2013, wordt een punt 4° toegevoegd, dat luidt als volgt:
"4° de wegeninspecteurs, vermeld in artikel 16 van het decreet van 3 mei 2013 betreffende de bescherming van de verkeersinfrastructuur in geval van bijzonder wegtransport.".
"4° de wegeninspecteurs, vermeld in artikel 16 van het decreet van 3 mei 2013 betreffende de bescherming van de verkeersinfrastructuur in geval van bijzonder wegtransport.".
Art.44. L'article 23 du même arrêté, modifié par l'arrêté royal du 21 décembre 2013, est complété par un point 4°, rédigé comme suit :
" 4° les inspecteurs des routes, visés à l'article 16 du décret du 3 mai 2013 relatif à la protection de l'infrastructure routière dans le cas du transport routier exceptionnel. ".
" 4° les inspecteurs des routes, visés à l'article 16 du décret du 3 mai 2013 relatif à la protection de l'infrastructure routière dans le cas du transport routier exceptionnel. ".
Art.45. In artikel 26 van hetzelfde besluit, gewijzigd bij het koninklijk besluit van 21 december 2013, worden de volgende wijzigingen aangebracht:
1° in het eerste lid worden de woorden "Directoraat-generaal Wegvervoer en Verkeersveiligheid van de Federale Overheidsdienst Mobiliteit en Vervoer" vervangen door de zinsnede "Departement, vermeld in artikel 28, § 1, van het besluit van de Vlaamse Regering van 3 juni 2005 met betrekking tot de organisatie van de Vlaamse administratie";
2° in het derde lid worden de woorden "Directoraat-generaal Mobiliteit en Verkeersveiligheid" vervangen door de woorden "het voormelde Departement".
1° in het eerste lid worden de woorden "Directoraat-generaal Wegvervoer en Verkeersveiligheid van de Federale Overheidsdienst Mobiliteit en Vervoer" vervangen door de zinsnede "Departement, vermeld in artikel 28, § 1, van het besluit van de Vlaamse Regering van 3 juni 2005 met betrekking tot de organisatie van de Vlaamse administratie";
2° in het derde lid worden de woorden "Directoraat-generaal Mobiliteit en Verkeersveiligheid" vervangen door de woorden "het voormelde Departement".
Art.45. A l'article 26 du même arrêté, modifié par l'arrêté royal du 21 décembre 2013, sont apportées les modifications suivantes :
1° dans l'alinéa 1er, les mots " à la Direction générale Mobilité et Sécurité Routière du SPF Mobilité et Transports " sont remplacés par le membre de phrase " au Département visé à l'article 28, § 1er, de l'arrêté du Gouvernement flamand du 3 juin 2005 relatif à l'organisation de l'Administration flamande " ;
2° dans l'alinéa 3, les mots " à la Direction générale Mobilité et Sécurité routière " sont remplacés par les mots " au Département susvisé ".
1° dans l'alinéa 1er, les mots " à la Direction générale Mobilité et Sécurité Routière du SPF Mobilité et Transports " sont remplacés par le membre de phrase " au Département visé à l'article 28, § 1er, de l'arrêté du Gouvernement flamand du 3 juin 2005 relatif à l'organisation de l'Administration flamande " ;
2° dans l'alinéa 3, les mots " à la Direction générale Mobilité et Sécurité routière " sont remplacés par les mots " au Département susvisé ".
HOOFDSTUK 8. - Wijzigingen van het koninklijk besluit van 2 juni 2010 betreffende het wegverkeer van uitzonderlijke voertuigen
CHAPITRE 8. - Modifications à l'arrêté royal du 2 juin 2010 relatif à la circulation routière des véhicules exceptionnels
Art.46. In artikel 2, § 1, 6°, van het koninklijk besluit van 2 juni 2010 betreffende het wegverkeer van uitzonderlijke voertuigen worden de woorden "de Minister tot wiens bevoegdheid het Wegverkeer behoort" vervangen door de zinsnede "de Vlaamse minister, bevoegd voor het mobiliteitsbeleid, de openbare werken en het vervoer".
Art.46. Dans l'article 2, § 1er, 6°, de l'arrêté royal du 2 juin 2010 relatif à la circulation routière des véhicules exceptionnels, les mots " le Ministre ayant la Circulation routière dans ses attributions " sont remplacés par le membre de phrase " le Ministre flamand ayant la politique de la mobilité, les travaux publics et les transports dans ses attributions ".
Art.47. Artikel 35 van hetzelfde besluit, vervangen bij het koninklijk besluit van 27 februari 2013, wordt vervangen door wat volgt:
"Art. 35. Onverminderd de bevoegdheid van andere personen houden de wegeninspecteurs, vermeld in artikel 16 van het decreet van 3 mei 2013 betreffende de bescherming van de verkeersinfrastructuur in geval van bijzonder wegtransport, toezicht op de naleving van dit besluit.".
"Art. 35. Onverminderd de bevoegdheid van andere personen houden de wegeninspecteurs, vermeld in artikel 16 van het decreet van 3 mei 2013 betreffende de bescherming van de verkeersinfrastructuur in geval van bijzonder wegtransport, toezicht op de naleving van dit besluit.".
Art.47. L'article 35 du même arrêté, remplacé par l'arrêté royal du 27 février 2013, est remplacé par ce qui suit :
" Art. 35. Sans préjudice de la compétence d'autres personnes, les inspecteurs des routes, visés à l'article 16 du décret du 3 mai 2013 relatif à la protection de l'infrastructure routière dans le cas du transport routier exceptionnel, veillent au respect du présent arrêté. ".
" Art. 35. Sans préjudice de la compétence d'autres personnes, les inspecteurs des routes, visés à l'article 16 du décret du 3 mai 2013 relatif à la protection de l'infrastructure routière dans le cas du transport routier exceptionnel, veillent au respect du présent arrêté. ".
HOOFDSTUK 9. - Wijzigingen van het koninklijk besluit van 5 november 2012 tot bepaling van de retributie voor het examen afgenomen en beoordeeld door de Federale Overheidsdienst Mobiliteit en Vervoer voor het bekomen van het bekwaamheidsattest - begeleiding van uitzonderlijke voertuigen.
CHAPITRE 9. - Modifications à l'arrêté royal du 5 novembre 2012 fixant la redevance pour l'examen réalisé et évalué par le Service public fédéral Mobilité et Transports en vue de l'obtention de l'attestation de compétence agent de gardiennage - accompagnement de véhicules exceptionnels
Art.48. In het opschrift van het koninklijk besluit van 5 november 2012 tot bepaling van de retributie voor het examen afgenomen en beoordeeld door de Federale Overheidsdienst Mobiliteit en Vervoer voor het bekomen van het bekwaamheidsattest - begeleiding van uitzonderlijke voertuigen worden de woorden "afgenomen en beoordeeld door de Federale Overheidsdienst Mobiliteit en Vervoer" opgeheven.
Art.48. Dans l'intitulé de l'arrêté royal du 5 novembre 2012 fixant la redevance pour l'examen réalisé et évalué par le Service public fédéral Mobilité et Transports en vue de l'obtention de l'attestation de compétence agent de gardiennage - accompagnement de véhicules exceptionnels, les mots " réalisé et évalué par le Service public fédéral Mobilité et Transports " sont abrogés.
Art.49. In artikel 1 van hetzelfde besluit worden de volgende wijzigingen aangebracht:
1° in het eerste lid worden de woorden "de Federale Overheidsdienst Mobiliteit en Vervoer" vervangen door de zinsnede "het Agentschap Wegen en Verkeer, vermeld in artikel 28, § 1, van het besluit van de Vlaamse Regering van 3 juni 2005 met betrekking tot de organisatie van de Vlaamse administratie,";
2° in het eerste lid wordt de zinsnede "op de rekening 679-2003923-97 van de Federale Overheidsdienst Mobiliteit en Vervoer" vervangen door de woorden "op de in het betalingsverzoek vastgestelde wijze";
3° het vierde lid wordt opgeheven.
1° in het eerste lid worden de woorden "de Federale Overheidsdienst Mobiliteit en Vervoer" vervangen door de zinsnede "het Agentschap Wegen en Verkeer, vermeld in artikel 28, § 1, van het besluit van de Vlaamse Regering van 3 juni 2005 met betrekking tot de organisatie van de Vlaamse administratie,";
2° in het eerste lid wordt de zinsnede "op de rekening 679-2003923-97 van de Federale Overheidsdienst Mobiliteit en Vervoer" vervangen door de woorden "op de in het betalingsverzoek vastgestelde wijze";
3° het vierde lid wordt opgeheven.
Art.49. A l'article 1er du même arrêté, les modifications suivantes sont apportées :
1° dans l'alinéa 1er, les mots " le SPF Mobilité et Transports " sont remplacés par le membre de phrase " " l'Agentschap Wegen en Verkeer ", visée à l'article 28, § 1er, de l'arrêté du Gouvernement flamand du 3 juin 2005 relatif à l'organisation de l'Administration flamande, " ;
2° dans l'alinéa 1er, le membre de phrase " sur le compte 679-2003923-97 du Service public fédéral Mobilité et Transports " est remplacé par les mots " de la manière indiquée dans la demande de paiement " ;
3° l'alinéa 4 est abrogé.
1° dans l'alinéa 1er, les mots " le SPF Mobilité et Transports " sont remplacés par le membre de phrase " " l'Agentschap Wegen en Verkeer ", visée à l'article 28, § 1er, de l'arrêté du Gouvernement flamand du 3 juin 2005 relatif à l'organisation de l'Administration flamande, " ;
2° dans l'alinéa 1er, le membre de phrase " sur le compte 679-2003923-97 du Service public fédéral Mobilité et Transports " est remplacé par les mots " de la manière indiquée dans la demande de paiement " ;
3° l'alinéa 4 est abrogé.
HOOFDSTUK 10. - Wijzigingen van het koninklijk besluit van 27 februari 2013 betreffende de inning en de consignatie van een som bij de vaststelling van overtredingen inzake het wegverkeer van uitzonderlijke voertuigen en tot wijziging van de koninklijke besluiten van 24 maart 1997, 19 juli 2000, 22 december 2003 en 1 september 2006 betreffende de inning en de consignatie van een som bij de vaststelling van sommige overtredingen
CHAPITRE 10. - Modifications à l'arrêté royal du 27 février 2013 relatif à la perception et à la consignation d'une somme lors de la constatation d'infractions en matière de circulation routière des véhicules exceptionnels et modifiant les arrêtés royaux des 24 mars 1997, 19 juillet 2000, 22 décembre 2003 et 1er septembre 2006 relatifs à la perception et à la consignation d'une somme lors de la constatation de certaines infractions
Art.50. Aan artikel 1 van het koninklijk besluit van 27 februari 2013 betreffende de inning en de consignatie van een som bij de vaststelling van overtredingen inzake het wegverkeer van uitzonderlijke voertuigen en tot wijziging van de koninklijke besluiten van 24 maart 1997, 19 juli 2000, 22 december 2003 en 1 september 2006 betreffende de inning en de consignatie van een som bij de vaststelling van sommige overtredingen wordt een tweede lid toegevoegd, dat luidt als volgt:
"Voor de toepassing van de procedure, vermeld in dit besluit, zijn ook de wegeninspecteurs, vermeld in artikel 16 van het decreet van 3 mei 2013 betreffende de bescherming van de verkeersinfrastructuur in geval van bijzonder wegtransport, bevoegd.".
"Voor de toepassing van de procedure, vermeld in dit besluit, zijn ook de wegeninspecteurs, vermeld in artikel 16 van het decreet van 3 mei 2013 betreffende de bescherming van de verkeersinfrastructuur in geval van bijzonder wegtransport, bevoegd.".
Art.50. L'article 1er de l'arrêté royal du 27 février 2013 relatif à la perception et à la consignation d'une somme lors de la constatation d'infractions en matière de circulation routière des véhicules exceptionnels et modifiant les arrêtés royaux des 24 mars 1997, 19 juillet 2000, 22 décembre 2003 et 1er septembre 2006 relatifs à la perception et à la consignation d'une somme lors de la constatation de certaines infractions est complété par un alinéa 2, rédigé comme suit :
" Pour l'application de la procédure visée au présent arrêté, les inspecteurs des routes, visés à l'article 16 du décret du 3 mai 2013 relatif à la protection de l'infrastructure routière dans le cas du transport routier exceptionnel, sont également autorisés. ".
" Pour l'application de la procédure visée au présent arrêté, les inspecteurs des routes, visés à l'article 16 du décret du 3 mai 2013 relatif à la protection de l'infrastructure routière dans le cas du transport routier exceptionnel, sont également autorisés. ".
HOOFDSTUK 11. - Slotbepalingen
CHAPITRE 11. - Dispositions finales
Art. 51. De Vlaamse minister, bevoegd voor het mobiliteitsbeleid, de openbare werken en het vervoer, is belast met de uitvoering van dit besluit.
Art. 51. Le Ministre flamand ayant la politique de la mobilité, les travaux publics et les transports dans ses attributions est chargé de l'exécution du présent arrêté.