Comparaison NL / FR

| Word Word (citation)

Nederlands (NL)

Français (FR)

Titre
23 DECEMBER 2014. - Ministerieel besluit tot wijziging van het ministerieel besluit van 29 maart 2013 houdende het verlenen van algemene afwijkingen en algemene vrijstellingen van bepaalde EPB-eisen
Titre
23 DECEMBRE 2014. - Arrêté ministériel modifiant l'arrêté ministériel du 29 mars 2013 portant octroi de dérogations générales et de dispenses générales à certaines exigences PEB
Informations sur le document
Info du document
Tekst (5)
Texte (5)
Artikel 1. Aan artikel 1 van het ministerieel besluit van 29 maart 2013 houdende het verlenen van algemene afwijkingen en algemene vrijstellingen van bepaalde EPB-eisen worden de volgende wijzigingen aangebracht:
  1° punt 1° wordt vervangen door wat volgt:
  "1° energie-intensieve bewaring van plantaardige producten: het bewaren van plantaardige producten zoals aardappelen, wortelen en ajuinen, waarvoor een constante temperatuur vereist is;";
  2° er wordt een punt 2° tot en met 6° toegevoegd, die luiden als volgt:
  "2° energie-intensieve productie van plantaardige producten: het laten groeien of forceren van plantaardige producten zoals witloof en champignons, waarvoor een constante temperatuur vereist is;
  3° energiescherm: een beweegbare of vaste flexibele scheidingswand, al dan niet doorzichtig, die in serres de luchtbeweging tussen de teeltruimte en de ruimte onder het dak van de serre onderbreekt tijdens de koude periodes;
  4° landbouwgebouw met lage energiebehoefte: elk niet voor bewoning bestemd gebouw van een landbouwbedrijf dat geen serre voor warme teelten, gebouw voor energie-intensieve productie-, bewaring en/of primaire behandeling van plantaardige producten, varkensstal of pluimveestal is;
  5° primaire behandeling van plantaardige producten: het wassen, snijden of inpakken van land- en tuinbouwproducten zoals witloof, champignons en groenten;
  6° warme teelten: teelten met een stooktemperatuur van minimum 12 ° C, ongeacht de teeltperiode. Het betreft voornamelijk de vruchtgroenten paprika, tomaat, komkommer en aubergine, warme kasplanten en snijbloemen.".
Article 1er. A l'article 1er de l'arrêté ministériel du 29 mars 2013 portant octroi de dérogations générales et de dispenses générales à certaines exigences PEB, sont apportées les modifications suivantes :
  1° le point 1° est remplacé par la disposition suivante :
  " 1° conservation énergivore de produits végétaux : la conservation de produits végétaux tels que des pommes de terre, des carottes et des oignons, qui requiert une température constante ; " ;
  2° il est ajouté les points 2° à 6° inclus, rédigés comme suit :
  " 2° production énergivore de produits végétaux : la culture ou le forçage de produits végétaux tels que des endives et des champignons, qui requiert une température constante ; " ;
  3° écran d'énergie : une cloison de séparation flexible mobile ou fixe, transparente ou non, qui interrompt la circulation d'air dans des serres entre l'espace de culture et l'espace sous le toit de la serre pendant des périodes froides ;
  4° bâtiment agricole aux besoins d'énergie réduits : chaque bâtiment non destiné à l'habitation d'une exploitation agricole qui n'est pas de serre pour cultures chaudes, de bâtiment pour la production, la conservation et/ou le traitement primaire énergivore de produits végétaux, de porcherie ou de poulailler ;
  5° traitement primaire de produits végétaux : le lavage, découpage ou emballage de produits agricoles et horticoles tels que des endives, des champignons et des légumes ;
  6° cultures chaudes : des cultures requérant une température de chauffe minimale de 12 ° C, quelle que soit la période de culture. Il s'agit principalement des légumes-fruits poivron, tomate, concombre et aubergine, des plantes de serre chaude et des fleurs coupées. ".
Art.2. Artikel 2 van hetzelfde ministerieel besluit wordt vervangen door wat volgt:
  "Art. 2. De volgende ruimtes worden vrijgesteld van de ventilatie-eisen, zoals bepaald door bijlage X van het Energiebesluit van 19 november 2010:
  1° verblijfsruimtes voor dieren;
  2° ruimtes voor energie-intensieve bewaring van plantaardige producten;
  3° ruimtes voor energie-intensieve productie van plantaardige producten."
Art.2. L'article 2 du même arrêté ministériel est remplacé par les dispositions suivantes :
  " Art. 2. Les espaces suivants sont dispensés des exigences de ventilation, telles que fixées par l'annexe X de l'arrêté relatif à l'Energie du 19 novembre 2010 :
  1° espaces destinés à l'hébergement d'animaux ;
  2° espaces destinés à la conservation énergivore de produits végétaux ;
  3° espaces destinés à la production énergivore de produits végétaux. "
Art.3. Aan hoofdstuk II van hetzelfde ministerieel besluit wordt een artikel 2/1 toegevoegd, dat luidt als volgt:
  "Art. 2/1. Landbouwgebouwen met lage energiebehoefte zijn vrijgesteld van de geldende EPB-eisen, vermeld in het Energiebesluit van 19 november 2010.".
Art.3. Au chapitre II du même arrêté ministériel, il est ajouté un article 2/1, rédigé comme suit :
  " Art. 2/1. Les bâtiments agricoles aux besoins d'énergie réduits sont dispensés des exigences PEB en vigueur, visées à l'arrêté relatif à l'Energie du 19 novembre 2010. ".
Art.4. Aan hoofdstuk III van hetzelfde ministerieel besluit worden een artikel 3/1 tot en met 3/4 toegevoegd, die luiden als volgt:
  "Art. 3/1. In afwijking van de EPB-eisen, opgenomen in het Energiebesluit van 19 november 2010, gelden bij de nieuwbouw, renovatie en functiewijziging van serres voor warme teelten, waarbij na de functiewijziging in tegenstelling tot voordien energie verbruikt wordt om een specifieke binnentemperatuur te verkrijgen, de volgende eisen:
  1° er is minimaal 1 energiescherm geïnstalleerd;
  2° het binnenklimaat wordt automatisch geregeld voor minstens de parameters temperatuur en luchtvochtigheid.
  Art. 3/2. In afwijking van de EPB-eisen, opgenomen in het Energiebesluit van 19 november 2010, voldoen nieuw op te richten gebouwen voor energie-intensieve productie-, bewaring of primaire behandeling van plantaardige producten en varkens- en pluimveestallen waarvoor de stedenbouwkundige vergunning wordt aangevraagd of de melding wordt gedaan vanaf 1 januari 2015, aan de volgende eisen:
  1° daken en plafonds, vermeld in punt 1.2.1 van bijlage VII van het Energiebesluit van 19 november 2010, hebben een U-waarde die kleiner dan of gelijk is aan 0,40 W/mK;
  2° muren niet in contact met de grond, vermeld in punt 1.2.2 van bijlage VII van het Energiebesluit van 19 november 2010, hebben een U-waarde die kleiner dan of gelijk is aan 0,40 W/mK;
  3° transparante scheidingsconstructies voldoen aan de eisen zoals vastgelegd in bijlage VII van het Energiebesluit van 19 november 2010;
  4° deuren en poorten voldoen aan de eisen zoals vastgelegd in bijlage VII van het Energiebesluit van 19 november 2010;
  5° de ventilatie-eisen, zoals bepaald door bijlage X van het Energiebesluit van 19 november 2010.
  Art. 3/3. In afwijking van de EPB-eisen, opgenomen in het Energiebesluit van 19 november 2010, gelden bij de renovatie van gebouwen voor energie-intensieve productie-, bewaring of primaire behandeling van plantaardige producten en varkens- en pluimveestallen waarvoor de stedenbouwkundige vergunning wordt aangevraagd of de melding wordt gedaan vanaf 1 januari 2015, de volgende eisen:
  1° de nieuwe en vernieuwde daken en plafonds, vermeld in punt 1.2.1 van bijlage VII van het Energiebesluit van 19 november 2010, hebben een U-waarde die kleiner dan of gelijk is aan 0,40 W/mK;
  2° de nageïsoleerde daken en plafonds, vermeld in punt 4.1.1 van bijlage VII van het Energiebesluit van 19 november 2010, hebben een U-waarde die kleiner dan of gelijk is aan 0,40 W/mK;
  2° de nieuwe en vernieuwde muren niet in contact met de grond, vermeld in punt 1.2.2 van bijlage VII van het Energiebesluit van 19 november 2010, hebben een U-waarde die kleiner dan of gelijk is aan 0,40 W/mK;
  3° de nieuwe en vernieuwde transparante scheidingsconstructies voldoen aan de eisen zoals vastgelegd in bijlage VII van het Energiebesluit van 19 november 2010;
  4° de nieuwe en vernieuwde deuren en poorten voldoen aan de eisen zoals vastgelegd in bijlage VII van het Energiebesluit van 19 november 2010;
  5° de ventilatie-eisen, zoals bepaald door bijlage X van het Energiebesluit van 19 november 2010.
  Art. 3/4. In afwijking van de EPB-eisen, opgenomen in het Energiebesluit van 19 november 2010, gelden bij een functiewijziging van gebouwen voor energie-intensieve productie-, bewaring of primaire behandeling van plantaardige producten en varkens- en pluimveestallen waarbij na de functiewijziging in tegenstelling tot voordien energie verbruikt wordt om een specifieke binnentemperatuur te verkrijgen, en waarvoor de stedenbouwkundige vergunning wordt aangevraagd of de melding wordt gedaan vanaf 1 januari 2015, de volgende eisen:
  1° de nieuwe en vernieuwde daken en plafonds, vermeld in punt 1.2.1 van bijlage VII van het Energiebesluit van 19 november 2010, hebben een U-waarde die kleiner dan of gelijk is aan 0,40 W/mK;
  2° de nageïsoleerde daken en plafonds, vermeld in punt 4.1.1 van bijlage VII van het Energiebesluit van 19 november 2010, hebben een U-waarde die kleiner dan of gelijk is aan 0,40 W/mK;
  2° de nieuwe en vernieuwde muren niet in contact met de grond, vermeld in punt 1.2.2 van bijlage VII van het Energiebesluit van 19 november 2010, hebben een U-waarde die kleiner dan of gelijk is aan 0,40 W/mK;
  3° de nieuwe en vernieuwde transparante scheidingsconstructies voldoen aan de eisen zoals vastgelegd in bijlage VII van het Energiebesluit van 19 november 2010;
  4° de nieuwe en vernieuwde deuren en poorten voldoen aan de eisen zoals vastgelegd in bijlage VII van het Energiebesluit van 19 november 2010;
  5° de ventilatie-eisen, zoals bepaald door bijlage X van het Energiebesluit van 19 november 2010.
  Art. 3/5. De aangifteplichtige zal in de gevallen, vermeld in artikel 3/1 tot en met artikel 3/4 gebruik kunnen maken van de financiël ondersteuningsmaatregelen waarvoor hij voor de naleving van de EPB-eisen in aanmerking komt, in het bijzonder van de steunmaatregelen van het Vlaams Landbouwinvesteringsfonds, zoals voorzien in het Besluit van de Vlaamse Regering van 24 november 2000 betreffende steun aan de investeringen en aan de installatie in de landbouw.".
Art.4. Au chapitre III du même arrêté ministériel, il est ajouté un article 3/1 à 3/4 inclus, rédigés comme suit :
  " Art. 3/1. Par dérogation aux exigences PEB, reprises dans l'arrêté relatif à l'Energie du 19 novembre 2010, les exigences suivantes s'appliquent en cas de nouvelle construction, de rénovation et de modification de fonction de serres pour cultures chaudes où, contrairement au passé, de l'énergie est consommée afin d'obtenir une température intérieure spécifique :
  1° au moins 1 écran d'énergie y est installé ;
  2° le climat intérieur est réglé automatiquement pour au moins les paramètres de température et d'humidité.
  Art. 3/2. Par dérogation aux exigences PEB, reprises dans l'arrêté relatif à l'Energie du 19 novembre 2010, les bâtiments à construire pour la production, la conservation ou le traitement primaire énergivore de produits végétaux et les porcheries et poulaillers pour lesquels l'autorisation urbanistique est demandée ou la notification est faite à partir du 1er janvier 2015, sont soumis aux exigences suivantes :
  1° les toits et plafonds, visés au point 1.2.1 de l'annexe VII de l'arrêté relatif à l'Energie du 19 novembre 2010, ont une valeur U inférieure ou égale à 0,40 W/mK ;
  2° les murs non en contact avec le sol, visés au point 1.2.2 de l'annexe VII de l'arrêté relatif à l'Energie du 19 novembre 2010, ont une valeur U inférieure ou égale à 0,40 W/mK ;
  3° les parois transparentes répondent aux exigences telles que fixées dans l'annexe VII de l'arrêté relatif à l'Energie du 19 novembre 2010 ;
  4° les portes et portails répondent aux exigences telles que fixées dans l'annexe VII de l'arrêté relatif à l'Energie du 19 novembre 2010 ;
  5° les exigences de ventilation, telles que fixées par l'annexe X de l'arrêté relatif à l'Energie du 19 novembre 2010.
  Art. 3/3. Par dérogation aux exigences PEB, reprises dans l'arrêté relatif à l'Energie du 19 novembre 2010, la rénovation de bâtiments pour la production, la conservation ou le traitement primaire énergivore de produits végétaux et les porcheries et poulaillers pour lesquels l'autorisation urbanistique est demandée ou la notification est faite à partir du 1er janvier 2015, est soumise aux exigences suivantes :
  1° les toits et plafonds nouveaux et rénovés, visés au point 1.2.1 de l'annexe VII de l'arrêté relatif à l'Energie du 19 novembre 2010, ont une valeur U inférieure ou égale à 0,40 W/mK ;
  2° les toits et plafonds post-isolés, visés au point 4.1.1 de l'annexe VII de l'arrêté relatif à l'Energie du 19 novembre 2010, ont une valeur U inférieure ou égale à 0,40 W/mK ;
  2° les murs non en contact avec le sol nouveaux et rénovés, visés au point 1.2.2 de l'annexe VII de l'arrêté relatif à l'Energie du 19 novembre 2010, ont une valeur U inférieure ou égale à 0,40 W/mK ;
  3° les parois transparentes nouvelles et rénovées répondent aux exigences telles que fixées dans l'annexe VII de l'arrêté relatif à l'Energie du 19 novembre 2010 ;
  4° les portes et portails nouveaux et rénovés répondent aux exigences telles que fixées dans l'annexe VII de l'arrêté relatif à l'Energie du 19 novembre 2010 ;
  5° les exigences de ventilation, telles que fixées par l'annexe X de l'arrêté relatif à l'Energie du 19 novembre 2010.
  Art. 3/4. Par dérogation aux exigences PEB, reprises dans l'arrêté relatif à l'Energie du 19 novembre 2010, une modification de fonction de bâtiments pour la production, la conservation ou le traitement primaire énergivore de produits végétaux et les porcheries et poulaillers où, contrairement au passé, de l'énergie est consommée afin d'obtenir une température intérieure spécifique, et pour laquelle l'autorisation urbanistique est demandée ou la notification est faite à partir du 1er janvier 2015, est soumise aux exigences suivantes :
  1° les toits et plafonds nouveaux et rénovés, visés au point 1.2.1 de l'annexe VII de l'arrêté relatif à l'Energie du 19 novembre 2010, ont une valeur U inférieure ou égale à 0,40 W/mK ;
  2° les toits et plafonds post-isolés, visés au point 4.1.1 de l'annexe VII de l'arrêté relatif à l'Energie du 19 novembre 2010, ont une valeur U inférieure ou égale à 0,40 W/mK ;
  2° les murs non en contact avec le sol nouveaux et rénovés, visés au point 1.2.2 de l'annexe VII de l'arrêté relatif à l'Energie du 19 novembre 2010, ont une valeur U inférieure ou égale à 0,40 W/mK ;
  3° les parois transparentes nouvelles et rénovées répondent aux exigences telles que fixées dans l'annexe VII de l'arrêté relatif à l'Energie du 19 novembre 2010 ;
  4° les portes et portails nouveaux et rénovés répondent aux exigences telles que fixées dans l'annexe VII de l'arrêté relatif à l'Energie du 19 novembre 2010 ;
  5° les exigences de ventilation, telles que fixées par l'annexe X de l'arrêté relatif à l'Energie du 19 novembre 2010.
  Art. 3/5. Dans les cas visés aux articles 3/1 à 3/4 inclus, la personne soumise à l'obligation de déclaration pourra bénéficier des mesures d'aide financière auxquelles le respect des exigences PEB lui donne droit, notamment des mesures d'aide du " Vlaams Landbouwinvesteringsfonds ", comme prévu par l'Arrêté du Gouvernement flamand du 24 novembre 2000 concernant les aides aux investissements et à l'installation dans l'agriculture. ".
Art. 5. Dit besluit treedt in werking op 1 januari 2015.
Art. 5. Le présent arrêté entre en vigueur le 1er janvier 2015.