Comparaison NL / FR

| Word Word (citation)

Nederlands (NL)

Français (FR)

Titre
12 JULI 2013. - Besluit van de Vlaamse Regering betreffende de Adviescommissie voor Voorzieningen van Welzijn, Volksgezondheid en Gezin en (Kandidaat-)pleegzorgers(NOTA : Raadpleging van vroegere versies vanaf 06-09-2013 en tekstbijwerking tot 30-06-2023)
Titre
12 JUILLET 2013. - Arrêté du Gouvernement flamand concernant la Commission consultative pour les Structures de l'Aide sociale, de la Santé publique et de la Famille et des (Candidats-)accueillants(NOTE : Consultation des versions antérieures à partir du 06-09-2013 et mise à jour au 30-06-2023)
Informations sur le document
Info du document
Table des matières
HOOFDSTUK 1. - Definities HOOFDSTUK 2. - Samenstelling van de Commissie e... HOOFDSTUK 3. - Werking van de Commissie en van ... Afdeling 1. - Algemene bepaling Afdeling 2. - Werking van de kamers Afdeling 3. - Werking van de Commissie Afdeling 4. - Gemeenschappelijke bepalingen voo... HOOFDSTUK 4. - Beslissing na advies van de Comm... HOOFDSTUK 5. - Afwijkende regeling bij een groe... HOOFDSTUK 5/1. [1 - Specifieke regeling voor de... HOOFDSTUK 6. - Wijzigingsbepalingen Afdeling 1. - Wijzigingen van het besluit van d... Afdeling 2. - Wijzigingen van het besluit van d... Afdeling 3. - Wijzigingen van het besluit van d... Afdeling 4. - Wijzigingen van het besluit van d... Afdeling 5. - Wijzigingen van het besluit van d... Afdeling 6. - Wijzigingen van het besluit van d... Afdeling 7. - Wijzigingen van het besluit van d... Afdeling 8. - Wijzigingen van het besluit van d... Afdeling 9. - Wijzigingen van het besluit van d... Afdeling 10. - Wijzigingen van het besluit van ... Afdeling 11. - Wijzigingen van het besluit van ... Afdeling 12. - Wijziging van het besluit van de... Afdeling 13. - Wijzigingen van het besluit van ... Afdeling 14. - Wijzigingen van het besluit van ... Afdeling 15. - Wijzigingen van het besluit van ... Afdeling 16. - Wijzigingen van het besluit van ... Afdeling 17. - Wijzigingen van het besluit van ... Afdeling 18. - Wijzigingen van het besluit van ... Afdeling 19. - Wijziging van het besluit van de... Afdeling 20. - Wijzigingen van het besluit van ... Afdeling 21. - Wijziging van het besluit van de... HOOFDSTUK 7. - Slotbepalingen
Table des matières
CHAPITRE 1er. - Définitions CHAPITRE 2. - Composition de la Commission et d... CHAPITRE 3. - Fonctionnement de la Commission e... Section 1re. - Disposition générale Section 2. - Fonctionnement des chambres Section 3. - Fonctionnement de la Commission Section 4. - Dispositions communes pour la Comm... CHAPITRE 4. - Décision après l'avis de la Commi... CHAPITRE 5. - Réglementation dérogatoire en cas... Chapitre 5/1. [1 - Règlement spécifique pour le... CHAPITRE 6. - Dispositions modificatives Section 1re. - Modifications à l'arrêté du Gouv... Section 2. - Modifications de l'arrêté du Gouve... Section 3. - Modifications de l'arrêté du Gouve... Section 4. - Modifications de l'arrêté du Gouve... Section 5. - Modifications à l'arrêté du Gouver... Section 6. - Modifications de l'arrêté du Gouve... Section 7. - Modifications de l'arrêté du Gouve... Section 8. - Modifications à l'arrêté du Gouver... Section 9. - Modifications de l'arrêté du Gouve... Section 10. - Modifications de l'arrêté du Gouv... Section 11. - Modifications de l'arrêté du Gouv... Section 12. - Modification de l'arrêté du Gouve... Section 13. - Modifications de l'arrêté du Gouv... Section 14. - Modifications de l'arrêté du Gouv... Section 15. - Modifications de l'arrêté du Gouv... Section 16. - Modifications de l'arrêté du Gouv... Section 17. - Modifications de l'arrêté du Gouv... Section 18. - Modifications de l'arrêté du Gouv... Section 19. - Modification de l'arrêté du Gouve... Section 20. - Modifications de l'arrêté du Gouv... Section 21. - Modification de l'arrêté du Gouve... CHAPITRE 7. - Dispositions finales
Tekst (125)
Texte (125)
HOOFDSTUK 1. - Definities
CHAPITRE 1er. - Définitions
Artikel 1. [1 § 1. Elk sociaal verhuurkantoor dat de juridische structuur van een vzw heeft en een subsidie als vermeld in dit besluit, ontvangt, voert een boekhouding conform het koninklijk besluit van 19 december 2003 betreffende de boekhoudkundige verplichtingen en de openbaarmaking van de jaarrekening van bepaalde verenigingen zonder winstoogmerk, internationale verenigingen zonder winstoogmerk en stichtingen met inbegrip van artikel III.82, III.83, III.84, III.86, III.87, III.88, III.89, III.90, III.92 van het Wetboek van economisch recht en de uitvoeringsbesluiten ervan. Elk sociaal verhuurkantoor dat de juridische structuur heeft van een OCMW-vereniging, welzijnsvereniging, of opgericht is in de schoot van een gemeente of OCMW, en een subsidie als vermeld in dit besluit, ontvangt, voert een boekhouding conform het ministerieel besluit van 1 oktober 2010 tot vaststelling van de modellen en de nadere voorschriften van de beleidsrapporten en de toelichting ervan, en van de rekeningstelsels van de gemeenten, de provincies en de openbare centra voor maatschappelijk welzijn.
   De minister bepaalt de nadere regels en stelt de verdere indeling vast van:
   1° het minimale algemene rekeningstelsel, vermeld in artikel 3 en 4 en in de bijlage bij het koninklijk besluit van 19 december 2003 betreffende de boekhoudkundige verplichtingen en de openbaarmaking van de jaarrekeningen van bepaalde verenigingen zonder winstoogmerk, internationale verenigingen zonder winstoogmerk en stichtingen, dat de sociale verhuurkantoren die als vereniging zonder winstoogmerk zijn opgericht, bij het voeren van hun boekhouding volgen;
   2° de rekeningen, vermeld in artikel 15 van het ministerieel besluit van 1 oktober 2010 tot vaststelling van de modellen en de nadere voorschriften van de beleidsrapporten en de toelichting ervan, en van de rekeningstelsels van de gemeenten, de provincies en de openbare centra voor maatschappelijk welzijn en in het genormaliseerde stelsel van de algemene rekeningen, opgenomen in de bijlage bij het voormelde ministerieel besluit, dat de sociale verhuurkantoren die als OCMW-vereniging, welzijnsvereniging, of in de schoot van een gemeente of OCMW zijn opgericht, bij het voeren van hun boekhouding volgen.
   § 2. Het sociaal verhuurkantoor dat een subsidie als vermeld in dit besluit, ontvangt, rapporteert uiterlijk op de dertigste kalenderdag van ieder kwartaal aan de ondersteuningsstructuur over:
   1° het saldo van de zichtrekeningen en de beleggingsrekeningen op het einde van het vorige kwartaal;
   2° de openstaande saldi van de aangegane leningen op het einde van het vorige kwartaal;
   3° de vervaldagenbalans van de vorderingen van het sociaal verhuurkantoor op het einde van het vorige kwartaal;
   4° de vervaldagenbalans van de schulden van het sociaal verhuurkantoor op het einde van het vorige kwartaal;
   5° de kasstroomrapportering over het voorbije kwartaal.
   In het eerste lid wordt verstaan onder vervaldagenbalans: een rapport dat het sociaal verhuurkantoor op maandelijkse basis genereert, waarin de verdeling van de openstaande vorderingen en schulden op basis van de vervaldatum ervan worden geclassificeerd.
   De rapporteringen verlopen elektronisch conform het model dat de ondersteuningsstructuur ter beschikking stelt.
   Punt 3°, 4° en 5° van het eerste lid treden in werking op 1 januari 2020.
   § 3. Het sociaal verhuurkantoor bezorgt jaarlijks uiterlijk op 15 maart en voor de eerste keer uiterlijk op 15 maart van het jaar dat volgt op het jaar waarin het sociaal verhuurkantoor gesubsidieerd is, de volgende stukken aan het agentschap:
   1° een gedetailleerde afrekening van de kosten en opbrengsten die verbonden zijn aan de werking van het sociaal verhuurkantoor, aangevuld met de resultatenrekening en een balans over het voorbije werkingsjaar, conform het genormaliseerde rekeningstelsel, vermeld in paragraaf 1, tweede lid, alsook een begroting voor het lopende kalenderjaar die het bevoegde bestuursorgaan goedgekeurd heeft. Als de werking van het sociaal verhuurkantoor deel uitmaakt van een breder opdrachtenpakket, voert de rechtspersoon een volledige analytische boekhouding, zodat de activa en passiva van het sociaal verhuurkantoor kunnen worden afgezonderd in de balans en de kosten en opbrengsten die verbonden zijn aan de werking van het sociaal verhuurkantoor, afzonderlijk gerapporteerd en bewezen kunnen worden;
   2° een gedetailleerde afrekening van de personeelskosten met onder meer een afschrift van de RSZ-staten en de individuele jaarrekeningen over de gesubsidieerde periode;
   3° een gedetailleerd overzicht, in overeenstemming met de boekhouding, van de waardeverminderingen en terugnemingen daarvan op huurvorderingen, alsook de minder- en meerwaarden op de realisatie van huurvorderingen.
   Het sociaal verhuurkantoor staat in voor een uniforme registratie en terbeschikkingstelling van gegevens, op basis van instructies van het agentschap en de ondersteuningsstructuur, met het oog op het administratieve beheer en de externe rapportering van de relevante gegevens.
   § 4. Elke beslissing over het beheer van het sociaal verhuurkantoor met een significante impact op de financiële middelen of op de personeelsinzet, wordt omstandig gemotiveerd rekening houdend met:
   1° de maatschappelijke opdracht van het sociaal verhuurkantoor;
   2° de huidige en te verwachten toekomstige financieel-economische toestand.
   § 5. Een sociaal verhuurkantoor dat een lening aangaat bij een andere partij dan de Vlaamse Maatschappij voor Sociaal Wonen, meldt dat voorafgaandelijk aan de ondersteuningsstructuur en het agentschap.]1

  
Article 1er. Dans le présent arrêté, on entend par :
  1° domaine politique : le domaine politique "Welzijn, Volksgezondheid en Gezin", visé à l'article 9 de l'arrêté du Gouvernement flamand du 3 juin 2005 relatif à l'organisation de l'Administration flamande;
  2° entité compétente : le département ou l'agence du domaine politique, ayant pris la décision ou exprimé l'intention, visée à l'article 12, alinéa deux, du décret du 7 décembre 2007, contre laquelle une réclamation a été introduite;
  3° Ministre compétent : un Ministre tel que visé au point 10, qui est compétent pour la structure concernée.
  4° réclamation : une réclamation telle que visée à l'article 12, [1 alinéas 2, 3 [3 , 4 et 5]3]1, du décret du 7 décembre 2007;
  5° Commission : la commission visée à l'article 12 du décret du 7 décembre 2007;
  6° décret du 7 décembre 2007 : le décret du 7 décembre 2007 portant création du Conseil consultatif stratégique pour la Politique flamande de l'Aide sociale, de la Santé et de la Famille et d'une Commission consultative pour les Structures de l'Aide sociale, de la Santé publique et de la Famille et des (Candidats-)accueillants;
  7° matières de famille et matières de l'aide sociale : les matières visées à [2 l'article 5, § 1er, II et IV]2 de la loi spéciale du 8 août 1980 de réformes institutionnelles, qui relèvent du domaine politique;
  8° les matières de santé : les matières visées à l'article 5, § 1er, I de la loi spéciale du 8 août 1980 de réformes institutionnelles, qui relèvent du domaine politique;
  9° établissement de santé : une organisation qui exerçant des activités dans une ou plusieurs matières relatives à la santé, ou une partie de cette organisation;
  10° ministres : le Ministre flamand chargé de l'assistance aux personnes et le Ministre flamand chargé de la politique de la santé;
  11° secrétariat : le secrétariat de la Commission;
  12° structure : un structure de santé ou d'aide sociale;
  13° structure d'aide sociale : une organisation exerçant des activités dans une ou plusieurs matières relatives à la famille ou à l'aide sociale, ou une partie de cette organisation.
  
HOOFDSTUK 2. - Samenstelling van de Commissie en van de kamers
CHAPITRE 2. - Composition de la Commission et des chambres
Art.2. § 1. [1 [2 De Commissie is samengesteld uit een voorzitter, vijf ondervoorzitters en drieëndertig leden. Voor elk van hen is er een plaatsvervanger.
   Met behoud van de toepassing van artikel 8, § 2, bestaat de Commissie uit de volgende kamers:
   1° een kamer voor welzijnsvoorzieningen;
   2° een kamer voor gezondheidsvoorzieningen;
   3° een kamer voor artsen-specialisten en huisartsen;
   4° een kamer voor tandartsen en tandartsen-specialisten;
   5° een kamer voor beoefenaars van geestelijke gezondheidszorgberoepen.
   De kamer voor welzijnsvoorzieningen en de kamer voor gezondheidsvoorzieningen zijn elk samengesteld uit een voorzitter, een ondervoorzitter en vijf leden van de Commissie, en hun plaatsvervangers.
   De kamer voor artsen-specialisten en huisartsen en de kamer voor tandartsen en tandartsen-specialisten zijn elk samengesteld uit een voorzitter, een ondervoorzitter en zeven leden van de Commissie, en hun plaatsvervangers.
   De kamer voor beoefenaars van geestelijke gezondheidszorgberoepen is samengesteld uit een voorzitter, een ondervoorzitter en negen leden van de Commissie, en hun plaatsvervangers.
   De voorzitter en de plaatsvervangende voorzitter van de Commissie zijn ook voorzitter en plaatsvervangende voorzitter van de kamers. De ondervoorzitters en de plaatsvervangende ondervoorzitters van de Commissie zijn ook ondervoorzitter en plaatsvervangende ondervoorzitter van de kamer waarvan ze deel uitmaken]2
]1

  § 2. De voorzitter, de ondervoorzitters en hun plaatsvervangers getuigen van juridische kennis en bekwaamheid.
  De voorzitter en de plaatsvervangende voorzitter zijn deskundig in gezins-, welzijns- en gezondheidsaangelegenheden.
  De ondervoorzitter en de leden die deel uitmaken van de kamer voor welzijnsvoorzieningen, en hun plaatsvervangers zijn deskundig in gezins- en welzijnsaangelegenheden.
  De ondervoorzitter en de leden die deel uitmaken van de kamer voor gezondheidsvoorzieningen, en hun plaatsvervangers zijn deskundig in gezondheidsaangelegenheden.
  De deskundigheid in gezins- en welzijnsaangelegenheden of in gezondheidsaangelegenheden kan blijken uit de praktijkervaring die is opgedaan in die aangelegenheden.
  [1 De leden van de kamer voor artsen-specialisten en huisartsen en hun plaatsvervangers zijn deskundig in de procedure voor de erkenning van huisartsen en artsen-specialisten. De universiteiten en de beroepsorganisaties dragen elk vier leden en plaatsvervangende leden voor. Die leden kiezen in hun midden een ondervoorzitter en een plaatsvervangende ondervoorzitter.
   De leden van de kamer voor tandartsen en tandartsen-specialisten en hun plaatsvervangers zijn deskundig in de procedure voor de erkenning van tandartsen en tandartsen-specialisten. De universiteiten en de beroepsorganisaties dragen elk vier leden en plaatsvervangende leden voor. Die leden kiezen in hun midden een ondervoorzitter en een plaatsvervangende ondervoorzitter.]1

  [2 De leden van de kamer voor beoefenaars van geestelijke gezondheidszorgberoepen en hun plaatsvervangers zijn deskundig in de procedure voor de erkenning van beoefenaars van de klinische psychologie of in de procedure voor de erkenning van beoefenaars van de klinische orthopedagogiek. De universiteiten en de beroepsorganisaties dragen elk vijf leden, onder wie drie leden die beoefenaars van de klinische psychologie zijn en twee leden die beoefenaars van de klinische orthopedagogiek zijn, en plaatsvervangende leden voor. Die leden kiezen in hun midden een ondervoorzitter en een plaatsvervangende ondervoorzitter.]2
  § 3. De ministers benoemen de voorzitter, de ondervoorzitters, de leden en de plaatsvervangers voor een termijn van vijf jaar, die tweemaal hernieuwbaar is. Bij de benoeming van de ondervoorzitters, de leden en hun plaatsvervangers wordt vermeld van welke kamer ze deel uitmaken.
  
Art.2. § 1er. [1 [2 § 1er. La Commission est composée d'un président, de cinq vice-présidents et de trente-trois membres. Pour chacun d'eux, il y a un suppléant.
   Sans préjudice de l'application de l'article 8, § 2, la Commission consiste des chambres suivantes :
   1° une chambre pour les structures de l'aide sociale ;
   2° une chambre pour les structures de santé ;
   3° une chambre pour médecins-spécialistes et médecins généralistes ;
   4° une chambre pour dentistes et dentistes-spécialistes ;
   5° une chambre pour praticiens de professions de la santé mentale.
   La chambre pour les structures de l'aide sociale et la chambre pour les structures de santé se composent chacune d'un président, d'un vice-président et de cinq membres de la Commission, et de leurs suppléants.
   La chambre pour médecins-spécialistes et médecins généralistes et la chambre pour dentistes et dentistes-spécialistes se composent chacune d'un président, d'un vice-président et de sept membres de la Commission, et de leurs suppléants.
   La chambre pour praticiens de professions de la santé mentale se compose d'un président, d'un vice-président et de neuf membres de la Commission, et de leurs suppléants.
   Le président de la Commission et son suppléant sont également le président et le président suppléant des chambres. Les vice-présidents de la Commission et leurs suppléants sont également les vice-présidents et les vice-présidents suppléants de la chambre à laquelle ils appartiennent ]2
]1
.
  § 2. Le président, les vice-présidents et leurs suppléants font preuve de leurs connaissances juridiques et de leurs capacités.
  Le président et le président suppléant sont des experts dans le domaine des matières familiales, de l'aide sociale et de la santé.
  Le vice-président et les membres faisant partie de la chambre des structures d'aide sociale et leurs suppléants sont des experts dans le domaine des matières familiales et des matières de l'aide sociale.
  Le vice-président et les membres faisant partie de la chambre des structures de santé et leurs suppléants sont des experts dans le domaine des matières de santé.
  L'expertise en matière de famille et en matière d'aide sociale ou de santé apparaît de l'expérience pratique acquise dans ces matières.
  [1 Les membres de la chambre pour médecins-spécialistes et médecins généralistes et leurs suppléants sont des experts dans le domaine de la procédure d'agrément de médecins-spécialistes et médecins généralistes. Les universités et les associations professionnelles présentent chacune quatre membres et membres suppléants. Ces membres choisissent parmi eux un vice-président et un vice-président suppléant.
   Les membres de la chambre pour dentistes et dentistes-spécialistes et leurs suppléants sont des experts dans le domaine de la procédure d'agrément de dentistes et dentistes-spécialistes. Les universités et les associations professionnelles présentent chacune quatre membres et membres suppléants. Ces membres choisissent parmi eux un vice-président et un vice-président suppléant.]1

  [2 Les membres de la chambre pour praticiens de professions de la santé mentale et leurs suppléants sont des experts dans le domaine de la procédure d'agrément de praticiens de la psychologie clinique ou de la procédure d'agrément de praticiens de l'orthopédagogie clinique. Les universités et les associations professionnelles présentent chacune cinq membres, dont trois membres qui sont des praticiens de la psychologie clinique et deux membres qui sont des praticiens de l'orthopédagogie clinique, et membres suppléants. Ces membres choisissent parmi eux un vice-président et un vice-président suppléant.]2
  § 3. Les ministres nomment le président, les vice-présidents, les membres et les suppléants pour un délai de cinq ans, qui peut être renouvelé deux fois. Lors de la nomination des vice-présidents, des membres et de leurs suppléants, il est fait mention de la chambre à laquelle ils appartiennent.
  
Art.3. De hoedanigheid van voorzitter, ondervoorzitter of lid van de Commissie of van plaatsvervanger is onverenigbaar met de hoedanigheid van :
  1° lid van het Europees Parlement, de Kamer van Volksvertegenwoordigers, de Senaat, het Vlaams Parlement en het Brussels Hoofdstedelijk Parlement;
  2° minister, staatssecretaris of kabinetslid van een minister of staatssecretaris;
  3° personeelslid van het departement of van een agentschap van het beleidsdomein;
  4° personeelslid van het Vlaams Parlement of van diensten die opgericht zijn bij het Vlaams Parlement;
  5° lid of personeelslid van de Strategische Adviesraad voor het Vlaamse Welzijns-, Gezondheids- en Gezinsbeleid, vermeld in artikel 3 van het decreet van 7 december 2007, of lid van de vaste commissies of werkgroepen die zijn opgericht binnen die adviesraad.
  De voorzitter, ondervoorzitters en leden van de Commissie en de plaatsvervangers leggen, binnen een maand na hun benoeming, op het secretariaat een lijst neer van alle organisaties waarvan de activiteiten betrekking hebben op gezondheidsaangelegenheden of gezins- en welzijnsaangelegenheden, waarin ze actief zijn als lid van de raad van bestuur of van de algemene vergadering of als personeelslid of waarvoor ze als externe raadgever optreden. Ze delen elke wijziging van die lijst binnen een maand mee aan het secretariaat.
Art.3. La qualité de président, de vice-président ou d'un membre de la Commission ou de suppléant est incompatible avec la qualité de :
  1° membre du Parlement européen, de la Chambre des Représentants, du Sénat, du Parlement flamand et du Parlement de Bruxelles-Capitale;
  2° ministre, secrétaire d'état ou membre du cabinet d'un ministre ou d'un secrétaire d'état;
  3° membre du personnel du département ou d'une agence du domaine politique;
  4° membre du personnel du Parlement flamand ou des services établis au sein du Parlement européen;
  5° membre ou membre du personnel du Conseil consultatif stratégique pour la Politique flamande de l'Aide sociale, de la Politique de Santé et de la Famille, visé à l'article 3 du décret du 7 décembre 2007, ou membre des commissions fixes ou groupes de travail établis au sein de ce conseil consultatif.
  Dans un délai d'un mois après leur nomination, le président, les vice-présidents et les membres de la Commission et les suppléants déposent au secrétariat une liste de toutes les organisations dont les activités portent sur des matières de santé ou de famille et de l'aide sociale, dans lesquelles ils sont actives comme membre du conseil d'administration ou de l'assemblée générale ou comme membre du personnel ou pour lesquelles ils agissent en tant que conseiller externe. Ils communiquent toute modification de cette liste dans un mois un au secrétariat.
Art.4. [1 Met behoud van de toepassing van de voorwaarden vermeld in artikel 56, § 3 en § 4, van de Vlaamse Wooncode, moet de aanvrager om als sociaal verhuurkantoor erkend te kunnen worden en te blijven ter uitvoering van artikel 56, § 5 van de Vlaamse Wooncode, aan de volgende aanvullende voorwaarden voldoen:
   1° het sociaal verhuurkantoor is voldoende actief in zijn werkingsgebied. Aan sociale verhuurkantoren waarvan het aantal ingehuurde woningen binnen een gemeente gedurende twee jaar niet toeneemt, kan de minister een termijngebonden groeipad opleggen. Als het sociaal verhuurkantoor het opgelegde groeipad niet realiseert, kan de minister, na het sociaal verhuurkantoor te hebben gehoord en na mededeling aan de Vlaamse Regering, beslissen dat het sociaal verhuurkantoor geen nieuwe inhuurnemingen in de betreffende gemeente meer kan overeenkomen en de gemeente toevoegen aan het werkingsgebied van een ander sociaal verhuurkantoor;
   2° elk sociaal verhuurkantoor zorgt voor een behoorlijk werkend systeem van interne controle waarbij de kritieke processen formeel worden beschreven in door de raad van bestuur vastgestelde procedures die taken, verantwoordelijkheden en bevoegdheden vastleggen en aangeven hoe, door wie en tijdens welk onderdeel van het proces controles worden uitgevoerd. Het gaat om de processen in verband met:
   a) de financiële procedures voor activiteiten inzake kas- en liquiditeitenbeheer, voorraad- en materialenbeheer, inkomende facturen, betalingen en loonadministratie, bestellingen en overheidsopdrachten;
   b) het personeelsbeheer, namelijk de aanwijzing van de verantwoordelijke voor het personeelskader, de processen om personeel aan te werven en te ontslaan en om lonen en sociale voordelen uit te betalen;
   c) het beheer, de beveiliging van gegevens en activa en het voorkomen van fraude;
   d) de controles op het correcte verloop van de toewijzingen en de behandeling van klachten;
   3° elk sociaal verhuurkantoor heeft een door zijn raad van bestuur goedgekeurd debiteurenreglement waarin minimaal het volgende is opgenomen:
   a) de procedure die het sociaal verhuurkantoor hanteert op het vlak van de inning en betaling van vorderingen op huurders;
   b) de regels en de voorwaarden die gehanteerd worden bij het dubieus verklaren van een vordering op een huurder, de regels voor het boeken van waardeverminderingen en de definitieve afboeking wegens oninbaarheid;
   4° Elk sociaal verhuurkantoor verbindt zich tot deelname aan het overleg dat de ondersteuningsstructuur organiseert.
   De minister kan bijkomende regels bepalen omtrent het debiteurenbeheer en de minimale waarderingsregels bij het boeken van waardeverminderingen, vermeld in het eerste lid, 3°.
   Eerste lid, punt 1° treedt in werking op een door de Vlaamse Regering vast te stellen datum.]1

  
Art.4. [1 Sans préjudice de l'application des conditions visées à l'article 56, §§ 3 et 4 du Code flamand du Logement, le demandeur doit répondre aux conditions suivantes, pour pouvoir être agréée comme agence immobilière sociale et le rester en exécution de l'article 56, § 5, du Code flamand du Logement :
   1° l'agence immobilière sociale est suffisamment active dans sa zone d'action. Le Ministre peut imposer aux agences immobilières sociales un rythme de croissance pour une période déterminée lorsque le nombre d'habitations locatives dans une commune n'augmente pas pendant deux ans. Si une agence immobilière sociale ne réalise pas le rythme de croissance imposé, le Ministre peut, après avoir entendu l'agence immobilière sociale et après en avoir informé le Gouvernement flamand, décider que l'agence immobilière sociale ne peut plus convenir d'un nouvel engagement pour de nouvelles locations dans la commune concernée et ajouter la commune à la zone d'activité d'une autre agence immobilière sociale.
   2° toute agence immobilière sociale se porte garant du bon fonctionnement du système de contrôle interne où les processus critiques sont décrits formellement dans des procédures fixées par le conseil d'administration. Ces procédures définissent les tâches, responsabilités et compétences, et indiquent comment, par qui et lors de quelle partie du processus les contrôles sont effectués. Il s'agit de processus se rapportant :
   a) aux procédures financières pour les activités relatives à la gestion de trésorerie et de liquidités, à la gestion des stocks et du matériel, aux factures entrantes, aux paiements et à l'administration des salaires, aux commandes et aux marchés publics ;
   b) à la gestion du personnel, notamment à la désignation du responsable pour le cadre du personnel, aux processus de recrutement et de licenciement de personnel et au paiement de salaires et d'avantages sociaux ;
   c) à la gestion, à la sécurisation de données et d'actifs et à la prévention de fraude ;
   d) aux contrôles du déroulement correct des attributions et au traitement de plaintes ;
   3° toute agence immobilière sociale a un règlement des débiteurs approuvé par son conseil d'administration. Ce règlement comprend au moins les éléments suivants :
   a) la procédure utilisée par une agence immobilière pour le recouvrement et paiement des créances sur les locataires ;
   b) les règles et conditions à appliquer lorsqu'une créance sur un locataire est déclarée douteuse, les règles de comptabilisation des dépréciations et la radiation définitive pour irrécouvrabilité ;
   4° toute agence immobilière sociale s'engage à participer à la concertation organisée par la structure de soutien.
   Le Ministre peut fixer des règles supplémentaires concernant la gestion des débiteurs et les règles d'évaluation minimales lors de la comptabilisation des dépréciations visées à l'alinéa 1er, 3°.
   L'alinéa 1er, point 1° entre en vigueur à une date à fixer par le Gouvernement flamand.]1

  
Art.5. Wie wordt benoemd in de plaats van de voorzitter, van een ondervoorzitter, van een lid of van een plaatsvervanger, die overleden is of van wie het mandaat voortijdig is beëindigd, voleindigt het mandaat van zijn voorganger.
Art.5. Celui qui est nommé en place du président, d'un vice-président, d'un membre ou d'un suppléant qui est décédé ou dont le mandat a pris fin prématurément, achève le mandat de son prédécesseur.
HOOFDSTUK 3. - Werking van de Commissie en van de kamers
CHAPITRE 3. - Fonctionnement de la Commission et des chambres
Afdeling 1. - Algemene bepaling
Section 1re. - Disposition générale
Art.6. Tenzij dit besluit het anders bepaalt, wordt het advies van de Commissie over een bezwaar verleend door de bevoegde kamer.
Art.6. Sauf dispositions contraires dans le présent arrêté, l'avis de la Commission sur une réclamation est rendu par la chambre compétente.
Afdeling 2. - Werking van de kamers
Section 2. - Fonctionnement des chambres
Art.7. De bevoegde entiteit beoordeelt, volgens de toepasselijke sectorale regelgeving, de ontvankelijkheid van het bezwaar dat is ingediend tegen het voornemen dat ze heeft geuit, of de beslissing die ze heeft genomen. Ze bezorgt het ontvankelijke bezwaarschrift, binnen vijftien dagen na de ontvangst ervan, aan het secretariaat, samen met het administratieve dossier en de toepasselijke regelgeving.
  Die stukken en eventueel aanvullende stukken die door de indiener van het bezwaar of de bevoegde entiteit worden aangereikt, liggen tot de dag voor de behandeling van het bezwaar ter inzage op het secretariaat.
Art.7. L'entité compétente statue, conformément à la réglementation sectorielle applicable, à la recevabilité de la réclamation qu'elle a introduite contre l'intention qu'elle ait exprimée, ou à la décision qu'elle a prise. Elle transmet la réclamation recevable, avec le dossier administratif et la réglementation applicable, au secrétariat, dans les quinze jours de la réception.
  Les pièces et les pièces complémentaires éventuelles qui sont présentées par l'auteur de la réclamation ou par l'entité compétente, peuvent être consultées au secrétariat jusqu'au jour précédant le traitement de la réclamation.
Art.8. § 1. Bezwaren betreffende gezondheidsvoorzieningen worden behandeld door de kamer voor gezondheidsvoorzieningen. Bezwaren betreffende welzijnsvoorzieningen worden behandeld door de kamer voor welzijnsvoorzieningen.
  In afwijking van het eerste lid kunnen de ministers bepalen dat de bezwaren betreffende een door hen te bepalen type gezondheidsvoorziening of welzijnsvoorziening worden behandeld door de andere kamer, door een kamer als vermeld in paragraaf 2, of door de Commissie, als er een wezenlijke samenhang bestaat tussen het type gezondheidsvoorziening en een of meer types van welzijnsvoorzieningen of omgekeerd.
  In afwijking van het eerste lid kan de voorzitter van de Commissie, op eigen initiatief of op verzoek van een kamer [1 als vermeld in het eerste lid]1, het bezwaar laten behandelen door de Commissie als het bezwaar principiële vragen oproept waarvan de oplossing [1 beide kamers, vermeld in het eerste lid,]1 aanbelangt.
  [1 In afwijking van artikel 2, § 1, eerste lid, is de Commissie, als ze met toepassing van het tweede of het derde lid een bezwaar behandelt, uitsluitend samengesteld uit de voorzitter van de Commissie en de ondervoorzitters en de leden van de kamers, vermeld in het eerste lid, of hun plaatsvervangers. In afwijking van artikel 13, § 1, kan ze alleen geldig beraadslagen en stemmen als minstens de voorzitter of een ondervoorzitter en drie leden van elk van de voormelde kamers, of hun plaatsvervangers, aanwezig zijn.]1
  § 2. Op verzoek van de Commissie of na advies van de Commissie kunnen de ministers een kamer oprichten die conform artikel 2, § 1, [1 derde lid]1, samengesteld is uit leden en plaatsvervangers van elk van de beide kamers, vermeld in artikel 2, § 1, tweede lid. De ministers bepalen de nadere samenstelling van die kamer.
  [1 Voor de toepassing van het eerste lid gelden voor de samenstelling van de Commissie en voor de beraadslaging en de stemming door de Commissie de bepalingen van paragraaf 1, vierde lid. In afwijking van artikel 13, § 2, eerste lid, keurt de Commissie het verzoek of het advies met minstens negen stemmen goed.]1
  [1 § 3. Bezwaren over de erkenning van artsen-specialisten en huisartsen worden behandeld door de kamer voor artsen-specialisten en huisartsen. Bezwaren over de erkenning van tandartsen en tandartsen-specialisten worden behandeld door de kamer voor tandartsen en tandartsen-specialisten.]1
  [3 Bezwaren over de erkenning van beoefenaars van de klinische psychologie en van de klinische orthopedagogiek worden behandeld door de kamer voor beoefenaars van geestelijke gezondheidszorgberoepen.]3
  [2 § 4. Voor de behandeling van bezwaren over het voornemen tot weigering van de erkenning van zorgkassen en bezwaren over het voornemen tot intrekking van de erkenning van zorgkassen zijn de kamer voor gezondheidsvoorzieningen en de kamer voor welzijnsvoorzieningen gezamenlijk bevoegd. In dat geval zijn artikel 9 tot en met 12, artikel 15, eerste lid, en artikel 16 tot en met 21 van overeenkomstige toepassing, met dien verstande dat:
   1° de vergadering van de gezamenlijk bevoegde kamers wordt voorgezeten door een voorzitter of een ondervoorzitter van een van de gezamenlijk bevoegde kamers of hun plaatsvervanger;
   2° de gezamenlijk bevoegde kamers alleen geldig kunnen beraadslagen en stemmen als minstens de voorzitter of de ondervoorzitter, of hun plaatsvervangers, en twee leden van elk van de kamers, of hun plaatsvervangers, aanwezig zijn.]2

  
Art.8. § 1er. Des réclamations relatives aux établissements de santé sont traitées par la chambre pour les établissements de santé. Des réclamations relatives aux structures d'aide sociale sont traitées par la chambre pour les structures d'aide sociale.
  Par dérogation à l'alinéa premier, les Ministres peuvent déterminer que les réclamations relatives à un type d'établissement de santé ou d'aide sociale, à déterminer par eux, sont traitées par l'autre chambre, par une chambre telle que visée au paragraphe 2, ou par la Commission, lorsqu'il y a une cohérence essentielle par le type d'établissement de santé et un ou plusieurs type d'établissements d'aide sociale, ou vice versa.
  Par dérogation à l'alinéa premier, le président de la Commission peut, d'initiative ou sur la demande d'une chambre [1 telle que visée à l'alinéa 1er]1, faire traiter la réclamation par la Commission lorsque la réclamation suscite des questions dont la solution concerne [1 les deux chambres, visées à l'alinéa 1er]1.
  [1 Par dérogation à l'article 2, § 1er, alinéa 1er, la Commission traitant une objection en application de l'alinéa 2 ou 3, n'est composée du président de la Commission et des vice-présidents et membres des chambres, visées à l'alinéa 1er, ou de leurs suppléants. Par dérogation à l'article 13, § 1er, elle ne peut délibérer et voter valablement si au moins le président ou un vice-président et trois membres de chacune des chambres précitées, ou leurs suppléants, assistent.]1
  § 2. Sur la demande de la Commission ou après l'avis de la Commission, les Ministres peuvent établir une chambre qui est composée conformément à l'article 2, § 1er, [1 alinéa 3]1, de membres et suppléants de chaque des deux chambres visée à l'article 2, § 1er, [1 alinéa 3]1. Les Ministres déterminent la composition de cette chambre.
  [1 Pour l'application de l'alinéa 1er, les dispositions du paragraphe 1er, alinéa 4, s'appliquent à la composition de la Commission et à la délibération et au scrutin par la Commission. Par dérogation à l'article 13, § 2, alinéa 1er, la Commission approuve la demande ou l'avis par au moins neuf voix.]1
  [1 § 3. Les objections relatives à l'agrément de médecins-spécialistes et médecins généralistes sont traitées par la chambre pour médecins-spécialistes et médecins généralistes. Les objections relatives à l'agrément de dentistes et dentistes-spécialistes sont traitées par la chambre pour dentistes et dentistes-spécialistes.]1
  [3 Des objections relatives à l'agrément de praticiens de la psychologie clinique et de l'orthopédagogie clinique sont traitées par la chambre pour praticiens de professions de la santé mentale.]3
  [2 § 4. La Chambre des infrastructures de soins et la Chambre des structures d'aide sociale sont compétentes conjointement pour traiter les objections concernant l'intention de refuser l'agrément des caisses d'assurance soins et les objections concernant l'intention de retirer l'agrément des caisses d'assurance soins. Dans ce cas, les dispositions des articles 9 à 12 l'article 15, paragraphe 1er, et des articles 16 à 21 inclus s'appliquent mutatis mutandis, étant entendu que :
   1° La réunion des chambres compétentes en commun est présidée par un président ou un vice-président de l'une des chambres compétentes en commun ou leur suppléant ;
   2° les chambres compétentes en commun ne peuvent valablement délibérer et voter que si au moins le président ou le vice-président, ou leurs suppléants, et deux membres de chacune des chambres, ou leurs suppléants, sont présents.]2

  
Art.9. § 1. De vergadering van een kamer wordt voorgezeten door de voorzitter of de ondervoorzitter van de kamer of zijn plaatsvervanger.
  § 2. Alleen de voorzitter, de ondervoorzitter en de leden van de kamer of hun plaatsvervangers zijn stemgerechtigd. Ze hebben elk een stem.
  § 3. [1 De kamer voor welzijnsvoorzieningen en de kamer voor gezondheidsvoorzieningen kunnen]1 alleen geldig beraadslagen en stemmen als minstens de voorzitter of de ondervoorzitter en drie leden, of plaatsvervangers, aanwezig zijn. [1 De kamer voor artsen-specialisten en huisartsen en de kamer voor tandartsen en tandartsen-specialisten kunnen alleen geldig beraadslagen en stemmen als minstens de voorzitter of de ondervoorzitter en vijf leden, of hun plaatsvervangers, aanwezig zijn.]1
  [2 De kamer voor beoefenaars van geestelijke gezondheidszorgberoepen kan alleen geldig beraadslagen en stemmen als minstens de voorzitter of de ondervoorzitter en vijf leden, of hun plaatsvervangers, aanwezig zijn.]2
  Als geen consensus kan worden bereikt, worden beslissingen genomen bij gewone meerderheid.
  Bij de stemming worden onthoudingen niet in aanmerking genomen om de vereiste meerderheid te bereiken. Bij staking van stemmen is de stem van de voorzitter [1 van de vergadering]1 doorslaggevend.
  § 4. Wie een persoonlijk belang heeft bij de behandeling van een bezwaar, kan de beraadslaging en de stemming over dat bezwaar niet bijwonen.
  
Art.9. § 1er. La réunion d'une chambre est présidée par le président ou le vice-président de la chambre ou par son suppléant.
  § 2. Seuls le président, le vice-président et les membres de la chambre ou leurs suppléants ont voix délibérative. Ils ont chacun une voix.
  § 3. [1 La chambre pour les structures de l'aide sociale et la chambre pour les structures de santé ne peuvent]1 délibérer et voter valablement si au moins le président ou le vice-président et trois membres, ou des suppléants, assistent. [1 La chambre pour médecins-spécialistes et médecins généralistes et la chambre pour dentistes et dentistes-spécialistes ne peuvent délibérer et voter valablement si au moins le président ou le vice-président et cinq membres, ou leurs suppléants, assistent.]1
  [2 La chambre pour praticiens de professions de la santé mentale ne peut délibérer et voter valablement si au moins le président ou le vice-président et cinq membres, ou leurs suppléants, assistent. ]2
  A défaut de consensus, la chambre décide à la majorité simple.
  Lors du vote, les abstentions ne sont pas prises en compte pour atteindre la majorité requise. En cas de partage des voix, la voix du président [1 de la réunion]1 est prépondérante.
  § 4. Lorsque quelqu'un a intérêt personnel lors du traitement d'une réclamation, il ne peut assister à la délibération ni au vote sur cette réclamation.
  
Art.10. De kamer hoort de indiener van het bezwaar als die daarom in zijn bezwaarschrift heeft verzocht, of op eigen initiatief. Ze hoort ook de bevoegde entiteit. [2 De kamer voor welzijnsvoorzieningen en de kamer voor gezondheidsvoorzieningen kunnen]2 op eigen initiatief of op verzoek van de indiener van het bezwaar of van de bevoegde entiteit [1 [3 Zorginspectie als vermeld in artikel 4, § 2, derde lid, van het besluit van de Vlaamse Regering van 12 mei 2023 over het Departement Zorg]3,]1 horen.
  De uitnodiging daarvoor wordt uiterlijk de achtste dag voor de vergadering per aangetekende brief verstuurd aan de indiener van het bezwaar en met de gewone of elektronische post aan de bevoegde entiteit en [1 aan Zorginspectie, vermeld in het eerste lid, als Zorginspectie moet worden gehoord]1.
  De indiener van het bezwaar en de bevoegde entiteit kunnen zich tijdens de vergadering laten bijstaan of vertegenwoordigen door een of meer personen die ze daarvoor aanwijzen. Ze kunnen nog stukken neerleggen tot staving van hun mondelinge uiteenzetting.
  
Art.10. La chambre entend l'auteur de la réclamation si celui-ci en a fait la demande dans sa réclamation, ou d'initiative. Elle entend également l'entité compétente. [2 La chambre pour les structures de l'aide sociale et la chambre pour les structures de santé peuvent]2 également entendre [1 [3 l'Inspection des Soins, telle que visée à l'article 4, § 2, alinéa 3, de l'arrêté du Gouvernement flamand du 12 mai 2023 relatif au Département Soins]3]1 d'initiative ou sur la demande de l'auteur de la réclamation ou de l'entité compétente.
  L'invitation est envoyée à l'auteur de la réclamation par lettre recommandée, au plus tard le huitième jour avant la réunion et par la poste ordinaire ou électronique à l'entité compétente et [1 à Zorginspectie, visée à l'alinéa premier, lorsque Zorginspectie doit être entendue]1.
  L'auteur de la réclamation et l'entité compétente peut se faire assister pendant la réunion ou se faire représenter par une ou plusieurs personnes qu'ils désignent à cet effet. Ils peuvent présenter des pièces à l'appui de leur exposé oral.
  
Art.11. Met behoud van de toepassing van artikel 10 verleent de kamer haar advies op stukken.
Art.11. Sans préjudice de l'application de l'article 10, la chambre rend son avis sur la base des pièces.
Art.12. § 1. Tenzij de toepasselijke sectorale regelgeving het anders bepaalt, bezorgt het secretariaat het advies van de kamer gelijktijdig aan de bevoegde minister, aan de bevoegde entiteit en aan de indiener van het bezwaar uiterlijk vijfenzeventig dagen nadat het secretariaat het bezwaarschrift en het administratieve dossier heeft ontvangen.
  De voorzitter van de kamer kan bij een gemotiveerde beslissing die termijn met dertig dagen verlengen. De verlenging wordt onmiddellijk ter kennis gebracht van de indiener van het bezwaar en de bevoegde entiteit.
  § 2. Het advies kan betrekking hebben op de inhoudelijke en formele aspecten van het bezwaar en van het voornemen of de beslissing waartegen het bezwaar is ingediend.
  Het advies is gemotiveerd. Het maakt ook melding van een afwijkend standpunt op verzoek van het lid dat het formuleert, zonder vermelding van zijn identiteit.
Art.12. § 1er. Sauf autrement stipulé dans la réglementation sectorielle applicable, le secrétariat transmet l'avis de la chambre simultanément au ministre compétent, à l'entité compétente et à l'auteur de la réclamation au plus tard septante-cinq jours après que le secrétariat ait reçu la réclamation et le dossier administratif.
  Le président de la chambre peut prolonger ce délai de trente jours par décision motivée. La prolongation est immédiatement notifiée à l'auteur de la réclamation et à l'entité compétente.
  § 2. L'avis peut porter sur les aspects de fond et formels de la réclamation et de l'intention ou de la décision contre laquelle la réclamation a été introduite.
  L'avis est motivé. L'avis fait également mention d'une position divergente sur la demande du membre qui le formule, sans mention de son identité.
Afdeling 3. - Werking van de Commissie
Section 3. - Fonctionnement de la Commission
Art.13. § 1. De Commissie kan alleen geldig beraadslagen en stemmen als minstens de voorzitter of een ondervoorzitter en [1 [2 achttien leden]2]1, of plaatsvervangers, aanwezig zijn. Minstens drie leden of plaatsvervangers van elk van de kamers, vermeld in artikel 2, § 1, tweede lid, zijn aanwezig.
  § 2. Op de vergaderingen van de Commissie is artikel 9, § 1, § 2 en § 3, tweede en derde lid, van overeenkomstige toepassing.
  In afwijking van het eerste lid keurt de Commissie met minstens [1 [2 zesentwintig stemmen]2]1 de volgende stukken goed :
  1° het advies over het beëindigen van een mandaat, vermeld in artikel 4, tweede lid;
  2° [1 ...]1;
  3° het voorstel van huishoudelijk reglement of tot wijziging ervan, vermeld in artikel 17, eerste lid;
  4° het verslag, vermeld in artikel 19.
  
Art.13. § 1er. La Commission ne peut délibérer et voter valablement si au moins le président ou un vice-président et [1 [2 dix-huit membres ]2]1, ou des suppléants, assistent. Au moins trois membres ou suppléants de chaque chambre visée à l'article 2, § 1er, alinéa deux, sont présents.
  § 2. Aux réunions de la Commission, l'article 9, § § 1er, 2 et 3, alinéas deux et trois, s'applique par analogie.
  Par dérogation au premier alinéa, la Commission approuve les pièces suivantes par au moins [1 [2 vingt-six voix]2]1 :
  1° l'avis sur la fin d'un mandat tel que visé à l'article 4, deuxième alinéa;
  2° [1 ...]1;
  3° la proposition de règlement d'ordre intérieur et de la proposition de modification dudit règlement, visée à l'article 17, premier alinéa;
  4° le rapport, visé à l'article 19.
  
Art.14. Als conform artikel 8, § 1, tweede lid of derde lid, de behandeling van een bezwaar is toevertrouwd aan de Commissie, zijn artikel 9, § 4, en artikel 10 tot en met 12 van overeenkomstige toepassing.
Art.14. Si le traitement d'une réclamation a été confié à la Commission, conformément à l'article 8, § 1er, deuxième ou troisième alinéa, l'article 9, § 4, et les articles 10 à 12 inclus s'appliquent par analogie.
Afdeling 4. - Gemeenschappelijke bepalingen voor de Commissie en de kamers
Section 4. - Dispositions communes pour la Commission et les chambres
Art.15. De Commissie [1 , de kamer voor welzijnsvoorzieningen en de kamer voor gezondheidsvoorzieningen]1 kunnen zich laten bijstaan door onpartijdige deskundigen. De ministers kunnen nadere regels bepalen voor de aanstelling van die deskundigen.
  [1 De kamer voor artsen-specialisten en huisartsen wordt bijgestaan door een arts-specialist of een huisarts, naargelang het bezwaar een erkenning als arts-specialist of als huisarts betreft. De kamer voor tandartsen en tandartsen-specialisten wordt bijgestaan door een algemeen tandarts of een tandarts-specialist, naargelang het bezwaar een erkenning als algemeen tandarts of als tandarts-specialist betreft.]1
  [2 De kamer voor beoefenaars van geestelijke gezondheidszorgberoepen kan worden bijgestaan door een beoefenaar van de klinische psychologie of door een beoefenaar van de klinische orthopedagogiek, naargelang het bezwaar betrekking heeft op een erkenning als klinisch psycholoog of als klinisch orthopedagoog.]2
  
Art.15. La Commission [1 , la chambre pour les structures de l'aide sociale et la chambre pour les structures de santé]1 peuvent se faire assister par des experts impartiaux. Les Ministres peuvent déterminer des modalités pour la désignation de ces experts.
  [1 La chambre pour médecins-spécialistes et médecins généralistes est assistée par un médecin-spécialiste ou un médecin généraliste, dans la mesure où l'objection concerne un agrément en tant que médecin-spécialiste ou médecin généraliste. La chambre pour dentistes et dentistes-spécialistes est assistée par un dentiste généraliste ou un dentiste-spécialiste, dans la mesure où l'objection concerne un agrément en tant que dentiste ou dentiste-spécialiste.]1
  [2 La chambre pour praticiens de professions de la santé mentale peut être assistée par un praticien de la psychologue clinique ou par un praticien de l'orthopédagogie clinique, dans la mesure où l'objection concerne un agrément en tant que psychologue clinicien ou orthopédagogue clinicien.]2
  
Art.16. De vergaderingen van de Commissie en van de kamers zijn niet openbaar. De beraadslagingen in de Commissie en de kamers zijn vertrouwelijk.
Art.16. [1 § 1er. Toute agence immobilière sociale qui a la structure juridique d'une association sans but lucratif et reçoit une subvention telle que visée au présent arrêté, tient une comptabilité conformément à l'arrêté royal du 19 décembre 2003 relatif aux obligations comptables et à la publicité des comptes annuels de certaines associations sans but lucratif, associations internationales sans but lucratif et fondations y compris les articles III.82, III.83, III.84, III.86, III.87, III.88, III.89, III.90, III.92 du Code de droit économique et de ses arrêtés d'exécution. Toute agence immobilière sociale qui a la structure juridique d'une une association CPAS, d'une association d'action sociale ou est établie au sein d'une commune ou d'un CPAS et reçoit une subvention telle que visée au présent arrêté, tient une comptabilité conformément à l'arrêté ministériel du 1er octobre 2010 fixant les modèles et les modalités des rapports politiques et leurs notes explicatives, et fixant les plans comptables des communes, provinces et centres publics d'aide sociale.
   Le Ministre établit les modalités et la structure :
   1° du plan comptable minimum normalisé, visé aux articles 3 et 4 et à l'annexe de l'arrêté royal du 19 décembre 2003 relatif aux obligations comptables et à la publicité des comptes annuels de certaines associations sans but lucratif, associations internationales sans but lucratif et fondations, que les agences immobilières sociales qui sont établies comme association sans but lucratif utilisent pour tenir leur comptabilité ;
   2° des comptes visés à l'article 15 de l'arrêté ministériel du 1er octobre 2010 fixant les modèles et les modalités des rapports politiques et leurs notes explicatives, et fixant les plans comptables des communes, provinces et centres publics d'aide sociale et visés au plan comptable minimum normalisé figurant dans l'annexe de l'arrêté ministériel précité, que les agences immobilières sociales qui sont établies comme association CPAS, association d'action sociale ou au sein d'une commune ou d'un CPAS, utilisent pour tenir leur comptabilité.
   § 2. L'agence immobilière sociale bénéficiaire d'une subvention telle que visée au présent arrêté fait rapport à la structure de soutien au plus tard le trentième jour civil de chaque trimestre sur :
   1° le solde des comptes à vue et des comptes de placement à la fin du trimestre précédent ;
   2° les soldes non réglés des emprunts contractés à la fin du trimestre précédent ;
   3° l'état des échéances des créances de l'agence immobilière sociale à la fin du trimestre précédent ;
   4° l'état des échéances des dettes de l'agence immobilière sociale à la fin du trimestre précédent ;
   5° le rapportage sur les flux de liquidités du trimestre précédent ;
   Dans l'alinéa 1er, on entend par état des échéances : un rapport que l'agence immobilière sociale génère mensuellement, dans lequel sont classées les créances et les dettes non réglées en fonction de la durée restant à courir jusqu'à leur échéance.
   Les rapports sont établis électroniquement selon le modèle fourni par la structure de soutien.
   Les points 3°, 4° et 5° de l'alinéa 1er entrent en vigueur le 1er janvier 2020.
   § 3. L'agence immobilière sociale fournit annuellement au plus tard le 15 mars, et pour la première fois au plus tard le 15 mars de l'année suivant l'année pendant laquelle l'agence immobilière sociale a été subventionnée, les pièces suivantes à l'agence Wonen-Vlaanderen :
   1° un décompte détaillé des coûts et revenus liés au fonctionnement de l'agence immobilière sociale, complété par un compte des résultats et un bilan relatif à l'année d'activité écoulée, conformément au plan comptable minimum normalisé mentionné au paragraphe 1er, alinéa 2, ainsi qu'un budget pour l'année civile en cours, approuvé par l'organe administratif compétent. Si le fonctionnement de l'agence immobilière sociale fait partie d'un mandat plus large, la personne morale tient une comptabilité analytique complète afin que l'actif et le passif de l'agence immobilière sociale puissent être isolés dans le bilan et que les coûts et revenus liés au fonctionnement de l'agence immobilière sociale puissent être présentés et prouvés séparément ;
   2° un décompte détaillé des frais de personnel avec, entre autres, une copie des états ONSS et des comptes individuels annuels portant sur la période subventionnée ;
   3° un aperçu détaillé, conformément à la comptabilité, des dépréciations et ses reprises sur les créances locatives, ainsi que les moins-values et plus-values sur la réalisation de créances locatives.
   L'agence immobilière sociale garantit un enregistrement uniforme et une mise à disposition des données sur la base des instructions de l'agence Wonen-Vlaanderen et de la structure de soutien, en vue de la gestion administrative et de la présentation externe des données pertinentes.
   § 4. Chaque décision sur la gestion de l'agence immobilière sociale ayant un impact significatif sur les ressources financières ou l'emploi du personnel est motivée de manière circonstanciée et tient compte :
   1° de la mission sociale de l'agence immobilière sociale ;
   2° de l'état financier et économique actuel et futur escompté.
   § 5. Une agence immobilière sociale qui contracte un emprunt auprès d'une partie autre que la Vlaamse Maatschappij voor Sociaal Wonen (Société flamande du Logement social) en avertit au préalable la structure de soutien et l'agence Wonen-Vlaanderen.]1

  
Art.17. De Commissie legt binnen drie maanden na haar concrete samenstelling aan de ministers een voorstel van huishoudelijk reglement voor. De ministers keuren het huishoudelijk reglement goed, alsook elke wijziging ervan.
  Met behoud van de toepassing van dit besluit regelt het huishoudelijk reglement de nadere werking van de Commissie en van de kamers.
Art.17. Dans les trois mois de sa composition concrète, la Commission soumet au Ministre une proposition de règlement d'ordre intérieur. Les ministres approuvent le règlement d'ordre intérieur, ainsi que toute modification.
  Sans préjudice de l'application du présent arrêté, le règlement d'ordre intérieur règle le fonctionnement de la Commission et des chambres.
Art.18. Een of meer personeelsleden van het Vlaams Ministerie van Welzijn, Volksgezondheid en Gezin nemen het secretariaat waar, inclusief dat van de kamers.
Art.18. Un ou plusieurs membres du personnel du Ministère flamand de l'Aide sociale, de la Santé Publique et de la Famille assurent le secrétariat, y compris celui des chambres.
Art.19. De Commissie maakt jaarlijks een verslag op van haar werkzaamheden, inclusief die van de kamers, tijdens het voorbije kalenderjaar. Het verslag wordt voor 30 september aan de Vlaamse Regering meegedeeld. De ministers kunnen nadere regels bepalen voor het verslag.
Art.19. La Commission établit tous les ans un rapport de ses activités, y compris de celles des chambres, de l'année calendaire précédente. Le rapport est transmis au Gouvernement flamand avant le 30 septembre. Les Ministres peuvent fixer les modalités relatives au rapport.
Art.20. De voorzitter, de ondervoorzitters en de leden van de Commissie, hun plaatsvervangers en de deskundigen ontvangen voor hun werkzaamheden een presentiegeld per vergadering van de Commissie of van een kamer waaraan ze deelnemen.
  Het presentiegeld per vergadering wordt door de ministers vastgesteld en bedraagt maximaal 100 euro. Aan degene die de vergadering voorzit, wordt een presentiegeld van 150 % van het door de ministers vastgestelde bedrag toegekend.
  Er wordt voor maximaal [1 [2 drieëndertig]2]1 vergaderingen per jaar een presentiegeld toegekend. Twee of meer vergaderingen van de Commissie of van een kamer op dezelfde dag gelden als een vergadering.
  
Art.20. Le président, les vice-présidents et les membres de la Commission, leurs suppléants et les experts reçoivent pour leurs activités un jeton de présence par réunion de la Commission ou d'une chambre à laquelle ils participent.
  Le jeton de présence par réunion est fixé par les Ministres et s'élève à 100 euros au maximum. Un jeton de présence de 150 % du montant fixé par les ministres est attribué à celui qui préside la réunion.
  Des jetons de présence sont attribués pour au maximum [1 [2 trente-trois]2]1 réunions par an. Deux ou plusieurs réunions de la Commission ou d'une chambre au même jour sont considérées comme une seule réunion.
  
Art.21. Aan de personen, vermeld in artikel 20, wordt een vergoeding toegekend voor de reiskosten die verbonden zijn aan de uitoefening van hun werkzaamheden voor de Commissie of voor een kamer, volgens de regeling die geldt voor de vergoeding van reiskosten van personeelsleden van de Vlaamse overheid.
Art.21. Il est accordé aux personnes visées à l'article 20, une indemnité pour les frais de parcours liés à l'exercice de leurs travaux pour la Commission ou pour une chambre, conformément à la réglementation relative aux frais de parcours des membres du personnel de l'Autorité flamande.
HOOFDSTUK 4. - Beslissing na advies van de Commissie
CHAPITRE 4. - Décision après l'avis de la Commission
Art.22. § 1. Met toepassing van artikel 15, tweede lid, van het decreet van 7 december 2007 kan de bevoegde minister of het hoofd van de bevoegde entiteit, naar gelang het geval, over het bezwaar alleen een definitieve beslissing nemen na de ontvangst van het advies van de Commissie of, als het advies niet is meegedeeld binnen de termijn, vermeld in artikel 12, § 1, van dit besluit, na het verstrijken van die termijn.
  § 2. Als het advies van de Commissie gelijkluidend is met het voornemen of de beslissing, vermeld in artikel 7, eerste lid, wordt de definitieve beslissing genomen door het hoofd van de bevoegde entiteit.
  Als het advies van de Commissie echter afwijkt van het voornemen of de beslissing, vermeld in artikel 7, eerste lid, wordt de definitieve beslissing door de bevoegde minister genomen. De bevoegde entiteit bezorgt in dat geval, na de ontvangst van het advies, het bezwaarschrift en het administratieve dossier aan de bevoegde minister.
  Tenzij de toepasselijke sectorale regelgeving het anders bepaalt, wordt de definitieve beslissing binnen twee maanden nadat het hoofd van de bevoegde entiteit respectievelijk de bevoegde minister het advies van de Commissie heeft ontvangen, aan de indiener van het bezwaar meegedeeld per aangetekende brief.
  § 3. Als het advies van de Commissie echter niet binnen de termijn, vermeld in artikel 12, § 1, is meegedeeld, wordt de definitieve beslissing door de bevoegde minister genomen. De bevoegde entiteit bezorgt in dat geval, na het verstrijken van de termijn, het bezwaarschrift en het administratieve dossier aan de bevoegde minister.
  Tenzij de toepasselijke sectorale regelgeving het anders bepaalt, wordt de definitieve beslissing van de bevoegde minister, binnen drie maanden na het verstrijken van die termijn, per aangetekende zending meegedeeld aan de indiener van het bezwaar. In dat geval wordt de indiener van het bezwaar gehoord voor de beslissing wordt genomen, als hij daarom heeft verzocht in zijn bezwaarschrift.
Art.22. § 1er. En application de l'article 15, alinéa deux, du décret du 7 décembre 2007, le Ministre compétent ou le chef de l'entité compétente, selon le cas, ne peut prendre une décision définitive sur la réclamation qu'après la réception de l'avis de la Commission ou, si l'avis n'a pas été communiqué dans le délai visé à l'article 12, § 1er du présent arrêté, après l'expiration du délai.
  § 2. Si l'avis de la Commission est similaire à l'intention ou la décision visée à l'article 7, alinéa premier, la décision définitive est prise par le chef de l'entité compétente.
  Si l'avis de la Commission est conforme à l'intention ou la décision visée à l'article 7, alinéa premier, la décision définitive est prise par le chef de l'entité compétente. Dans ce cas, l'entité compétente transmet la réclamation et le dossier administratif, après la réception de l'avis, au Ministre compétent.
  Sauf autrement stipulé par la réglementation sectorielle applicable, la décision définitive est communiquée par lettre recommandée à l'auteur de la réclamation dans les deux mois après la réception de l'avis par le chef de l'entité compétente respectivement le ministre compétent.
  § 3. Si l'avis de la Commission n'est pas communiquée dans le délai visée à l'article 12, § 1er, la décision définitive est prise par le Ministre compétent. Dans ce cas, l'entité compétente transmet la réclamation et le dossier administratif, après l'expiration du délai, au Ministre compétent.
  Sauf autrement stipulé par la réglementation sectorielle applicable, la décision définitive du Ministre compétent est communiquée par lettre recommandée à l'auteur de la réclamation dans les trois mois après l'expiration de ce délai. Dans ce cas, l'auteur de la réclamation est entendu avant que la décision soit prise, s'il en a fait la demande dans sa réclamation.
HOOFDSTUK 5. - Afwijkende regeling bij een groepsgewijze behandeling van aanvragen
CHAPITRE 5. - Réglementation dérogatoire en cas de traitement en groupe de demandes
Art.23. De bepalingen van hoofdstuk 3, afdeling 2 en 3, en hoofdstuk 4 doen geen afbreuk aan de toepassing van specifieke bepalingen die zijn opgenomen in de sectorale regelgeving, onder meer wat betreft de behandeling van bezwaren die worden ingediend na een groepsgewijze behandeling van aanvragen voor een vergunning, een toelating, een attest, een erkenning of een subsidie.
Art.23. Les dispositions du chapitre 3, sections 2 et 3, et chapitre 4 ne portent pas préjudice à l'application de dispositions spécifiques qui sont reprises à la réglementation sectorielle, entre autres en ce qui concerne les réclamations qui sont introduites après un traitement en groupe pour les demandes d'un permis, d'un autorisation, d'un attestation, d'un agrément ou d'un subvention.
HOOFDSTUK 5/1. [1 - Specifieke regeling voor de behandeling van bezwaren van kandidaat-pleegzorgers en pleegzorgers]1
Chapitre 5/1. [1 - Règlement spécifique pour le traitement de réclamations de candidats accueillants et accueillants]1
Art. 23/1. [1 In afwijking van artikel 7, 8, 10, 12, § 1, artikel 13, 14 en 22 van dit besluit zijn de bepalingen van dit hoofdstuk van toepassing op de behandeling van bezwaarschriften van kandidaat-pleegzorgers of pleegzorgers, vermeld in artikel 14, § 5, tweede lid, van het decreet van 29 juni 2012 houdende de organisatie van pleegzorg.]1
  
Art. 23/1. [1 Par dérogation aux dispositions des articles 7, 8, 10, 12, § 1er, des articles 13, 14 et 22 du présent arrêté, les dispositions du présent chapitre sont d'application au traitement des réclamations des candidats accueillants et accueillants, visés à l'article 14, § 5, deuxième alinéa, du décret du 29 juin 2012 portant organisation du placement familial.]1
  
Art. 23/2. [1 In dit artikel wordt verstaan onder:
   1° pleegzorger: een meerderjarige natuurlijke persoon die een of meer minderjarige of meerderjarige natuurlijke personen in het eigen gezin opvangt;
   2° dienst voor pleegzorg: een dienst als vermeld in artikel 7 van het decreet van 29 juni 2012 houdende de organisatie van pleegzorg, die vergund is met toepassing van hoofdstuk 3, afdeling 3, van het voormelde decreet.
   Het secretariaat beoordeelt de ontvankelijkheid van het bezwaarschrift van de kandidaat-pleegzorger of pleegzorger volgens artikel 60/1 van het besluit de Vlaamse Regering van 8 november 2013 houdende de organisatie van pleegzorg. Als het bezwaarschrift niet ontvankelijk is, deelt het secretariaat dat binnen vijftien kalenderdagen na de ontvangst ervan mee aan de indiener van het bezwaar, met vermelding van de reden.
   Het secretariaat bezorgt het ontvankelijke bezwaarschrift binnen vijftien kalenderdagen na de ontvangst ervan, met een aangetekende zending aan de dienst voor pleegzorg die na een herscreening van de kandidaat-pleegzorger of de pleegzorger de beslissing heeft genomen waartegen het bezwaar is gericht, en aan de dienst voor pleegzorg van de verblijfplaats van de kandidaat-pleegzorger of pleegzorger. Met dezelfde zending vraagt het secretariaat bij de voormelde diensten de relevante dossierstukken op. Die diensten bezorgen de dossierstukken binnen vijftien kalenderdagen na de ontvangst van de vraag met een aangetekende zending aan het secretariaat.
   Het secretariaat deelt aan de indiener van het bezwaar en aan de betrokken diensten voor pleegzorg mee wanneer de termijn, vermeld in artikel 23/4, een aanvang neemt.
   De stukken, vermeld in het derde lid, en eventueel aanvullende stukken die door de indiener van het bezwaar of door de betrokken diensten voor pleegzorg worden aangereikt, liggen tot de dag voor de behandeling van het bezwaar ter inzage op het secretariaat.]1

  
Art. 23/2. [1 Dans le présent article, on entend par :
   1° accueillant : une personne physique majeure accueillant dans sa famille une ou plusieurs personnes physiques mineures ou majeures ;
   2° service de placement familial : un service, tel que visé à l'article 7 du décret du 29 juin 2012 portant organisation du placement familial, autorisé à cet effet par application du chapitre 3, section 3, du décret précité.
   Le secrétariat juge de la recevabilité de la réclamation du candidat accueillant ou accueillant conformément à l'article 60/1 de l'arrêté du Gouvernement flamand du 8 novembre 2013 portant organisation du placement familial. Si la réclamation n'est pas recevable, le secrétariat en informe l'auteur de la réclamation dans un délai de quinze jours calendaires après réception de la réclamation, avec mention de la raison.
   Le secrétariat transmet la réclamation recevable dans les quinze jours calendaires après réception de celle-ci, par envoi recommandé au service de placement familial qui, après un nouveau screening du candidat accueillant ou accueillant, a pris la décision contre laquelle est dirigée la réclamation, et au service de placement familial de la résidence du candidat accueillant ou accueillant. Par le même courrier, le secrétariat demande auprès des services précités les pièces de dossier pertinentes. Ces services remettent les pièces de dossier au secrétariat par envoi recommandé dans les quinze jours calendaires après réception de la demande.
   Le secrétariat notifie à l'auteur de la réclamation et aux services de placement familial concernés le début du délai, visé à l'article 23/4.
   Les pièces, visées au troisième alinéa, et éventuellement les pièces complémentaires fournies par l'auteur de la réclamation ou par les services de placement familial concernés, peuvent être consultées au secrétariat jusqu'au jour du traitement de la réclamation.]1

  
Art. 23/3. [1 Het bezwaar wordt behandeld door de kamer voor welzijnsvoorzieningen.
   De kamer, vermeld in het eerste lid, hoort de indiener van het bezwaar als die daarom heeft verzocht in zijn bezwaarschrift. Ze hoort ook de beide diensten voor pleegzorg, vermeld in artikel 23/2, derde lid. De uitnodigingen daarvoor worden uiterlijk de achtste dag voor de vergadering van de kamer met een aangetekende brief verstuurd. De indiener van het bezwaar en de voormelde diensten voor pleegzorg kunnen zich tijdens de vergadering laten bijstaan of vertegenwoordigen door een of meer personen die ze daarvoor aanwijzen. Ze kunnen nog stukken neerleggen om hun mondelinge uiteenzetting te staven.]1

  
Art. 23/3. [1 La réclamation est traitée par la chambre des structures d'aide sociale.
   La chambre, visée au premier alinéa, entend l'auteur de la réclamation si celui-ci en a fait la demande dans sa réclamation. Elle entend également les deux services de placement familial, visés à l'article 23/2, troisième alinéa. Les invitations à ce sujet sont envoyées par lettre recommandée au plus tard huit jours avant la réunion de la chambre. L'auteur de la réclamation et les services de placement familial précités peuvent se faire assister ou représenter pendant la réunion par une ou plusieurs personnes désignées à cet effet. Ils peuvent encore remettre des pièces pour justifier leur exposé oral.]1

  
Art. 23/4. [1 Het secretariaat bezorgt het advies van de kamer, vermeld in artikel 23/3, gelijktijdig aan de indiener van het bezwaar en aan de diensten voor pleegzorg, vermeld in artikel 23/2, derde lid, uiterlijk vijfenzeventig kalenderdagen nadat het secretariaat de relevante dossierstukken van de voormelde diensten heeft ontvangen.
   De voorzitter van de kamer kan bij een gemotiveerde beslissing die termijn, vermeld in het eerste lid, met dertig dagen verlengen. De indiener van het bezwaar en de betrokken diensten voor pleegzorg worden onmiddellijk op de hoogte gebracht van de verlenging.]1

  
Art. 23/4. [1 Le secrétariat transmet l'avis de la chambre, visé à l'article 23/3, simultanément à l'auteur de la réclamation et aux services de placement familial, visés à l'article 23/2, troisième alinéa, au plus tard septante-cinq jours calendaires à compter de la réception des pièces de dossier par le secrétariat.
   Le président de la chambre peut prolonger, par décision motivée, ce délai, visé au premier alinéa, de trente jours au maximum. L'auteur de la réclamation et les services concernés de placement familial sont immédiatement mis au courant de la prolongation.]1

  
HOOFDSTUK 6. - Wijzigingsbepalingen
CHAPITRE 6. - Dispositions modificatives
Afdeling 1. - Wijzigingen van het besluit van de Vlaamse Regering van 14 december 1983 houdende sommige maatregelen tot harmonisatie van de werking en van de presentiegelden en vergoedingen van adviesorganen
Section 1re. - Modifications à l'arrêté du Gouvernement flamand du 14 décembre 1983 portant certaines mesures en vue d'harmoniser le fonctionnement, les jetons de présence et les indemnités des organes consultatifs
Art.24. In de bijlage bij het besluit van de Vlaamse Regering van 14 december 1983 houdende sommige maatregelen tot harmonisatie van de werking en van de presentiegelden en vergoedingen van adviesorganen, het laatst gewijzigd bij het besluit van de Vlaamse Regering van 11 december 2009, worden de volgende wijzigingen aangebracht :
  1° in punt 4 wordt de zinsnede "- de adviserende beroepscommissie inzake gezins- en welzijnsaangelegenheden en de binnen die commissie opgerichte kamers;" opgeheven;
  2° in punt 5 wordt de zinsnede "- Vlaamse Adviesraad voor erkenning van verzorgingsvoorzieningen;" opgeheven.
Art.24. A l'annexe à l'arrêté du Gouvernement flamand du 14 décembre 1983 portant certaines mesures en vue d'harmoniser le fonctionnement, les jetons de présence et les indemnités aux organes consultatifs, modifié en dernier lieu par l'arrêté du Gouvernement flamand du 11 décembre 2009, sont apportées les modifications suivantes :
  1° au point 4, le membre de phrase " - la commission consultative de recours des matières de famille et d'aide sociale et les chambres établies au sein de cette commission; " est abrogé;
  2° au point 5° le membre de phrase " - Conseil consultatif flamand pour l'agrément des établissements de soins; " est abrogé.
Afdeling 2. - Wijzigingen van het besluit van de Vlaamse Regering van 15 december 1993 tot vaststelling van de algemene regels inzake het verlenen van vergunningen en erkenningen door het Vlaams Agentschap voor Personen met een Handicap
Section 2. - Modifications de l'arrêté du Gouvernement flamand du 15 décembre 1993 fixant la réglementation générale relative à l'octroi d'autorisations et d'agréments par la " Vlaams Agentschap voor Personen met een Handicap ";
Art.25. In artikel 8 van het besluit van de Vlaamse Regering van 15 december 1993 tot vaststelling van de algemene regels inzake het verlenen van vergunningen en erkenningen door het Vlaams Agentschap voor Personen met een Handicap, vervangen bij het besluit van de Vlaamse Regering van 27 april 1999 en gewijzigd bij het besluit van de Vlaamse Regering van 16 februari 2007, worden de volgende wijzigingen aangebracht :
  1° in paragraaf 1, eerste lid, wordt de zinsnede "bij de Vlaamse minister, bevoegd voor de bijstand aan personen" opgeheven;
  2° in paragraaf 1 wordt het derde lid vervangen door wat volgt :
  "Het beroep wordt behandeld volgens de regels die zijn vastgesteld bij of ter uitvoering van hoofdstuk III van het decreet van 7 december 2007 houdende oprichting van de Strategische Adviesraad voor het Vlaamse Welzijns-, Gezondheids- en Gezinsbeleid en van een Adviescommissie voor Voorzieningen van Welzijn, Volksgezondheid en Gezin en (Kandidaat-)pleegzorgers.";
  3° in paragraaf 2, eerste lid, wordt de zinsnede "de beslissing van de Vlaamse minister, bevoegd voor de bijstand aan personen," vervangen door de woorden "de beslissing over het beroep".
Art.25. A l'article 8 de l'arrêté du Gouvernement flamand du 15 décembre 1993 fixant la réglementation générale relative à l'octroi d'autorisations et d'agréments par l'Agence flamande pour des personnes handicapées, remplacé par l'arrêté du Gouvernement flamand du 27 avril 1999 et modifié par l'arrêté du Gouvernement flamand du 16 février 2007, sont apportées les modifications suivantes :
  1° au paragraphe 1er, premier alinéa, le membre de phrase " auprès du Ministre flamand ayant l'Assistance aux personnes dans ses attributions " est abrogé;
  2° au paragraphe 1er, le troisième alinéa est remplacé par la disposition suivante :
  " Le recours est traité conformément aux règles fixées par ou en vertu du chapitre III du décret du 7 décembre 2007 portant création du Conseil consultatif stratégique pour la Politique de l'Aide sociale, de la Santé et de la Famille et d'une Commission consultative pour les Structures de l'Aide sociale, de la Santé publique et de la Famille et des (Candidats-)accueillants. ";
  3° au paragraphe 2, alinéa premier, le membre de phrase " la décision du Ministre flamand ayant l'Assistance aux personnes dans ses attributions, " est remplacé par les mots " la décision sur le recours ".
Art.26. In artikel 17 van hetzelfde besluit, vervangen bij het besluit van de Vlaamse Regering van 27 april 1999 en gewijzigd bij het besluit van de Vlaamse Regering van 16 februari 2007, worden de volgende wijzigingen aangebracht :
  1° in paragraaf 1, eerste lid, wordt de zinsnede "bij de Vlaamse minister, bevoegd voor de bijstand aan personen" opgeheven;
  2° in paragraaf 1 wordt het derde lid vervangen door wat volgt :
  "Het beroep wordt behandeld volgens de regels die zijn vastgesteld bij of ter uitvoering van hoofdstuk III van het decreet van 7 december 2007 houdende oprichting van de Strategische Adviesraad voor het Vlaamse Welzijns-, Gezondheids- en Gezinsbeleid en van een Adviescommissie voor Voorzieningen van Welzijn, Volksgezondheid en Gezin en (Kandidaat-)pleegzorgers.";
  3° in paragraaf 2, eerste lid, wordt de zinsnede "de beslissing van de Vlaamse minister, bevoegd voor de bijstand aan personen," vervangen door de woorden "de beslissing over het beroep".
Art.26. A l'article 17 du même arrêté, remplacé par l'arrêté du Gouvernement flamand du 27 avril 1999 et modifié par l'arrêté du Gouvernement flamand du 16 février 2007, sont apportées les modifications suivantes :
  1° au paragraphe 1er, premier alinéa, le membre de phrase " auprès du Ministre flamand ayant l'Assistance aux personnes dans ses attributions " est abrogé;
  2° au paragraphe 1er, le troisième alinéa est remplacé par la disposition suivante :
  " Le recours est traité conformément aux règles fixées par ou en vertu du chapitre III du décret du 7 décembre 2007 portant création du Conseil consultatif stratégique pour la Politique de l'Aide sociale, de la Santé et de la Famille et d'une Commission consultative pour les Structures de l'Aide sociale, de la Santé publique et de la Famille et des (Candidats-)accueillants. ";
  3° au paragraphe 2, alinéa premier, le membre de phrase " la décision du Ministre flamand ayant l'Assistance aux personnes dans ses attributions, " est remplacé par les mots " la décision sur le recours ".
Afdeling 3. - Wijzigingen van het besluit van de Vlaamse Regering van 13 juli 1994 inzake de erkenningsvoorwaarden en de subsidienormen voor de voorzieningen van de bijzondere jeugdbijstand
Section 3. - Modifications de l'arrêté du Gouvernement flamand du 13 juillet 1994 relatif aux conditions d'agrément et aux normes de subventionnement pour les structures d'assistance spéciale à la jeunesse
Art.27. In artikel 24, § 1, eerste lid, van het besluit van de Vlaamse Regering van 13 juli 1994 inzake de erkenningsvoorwaarden en de subsidienormen voor de voorzieningen van de bijzondere jeugdbijstand, vervangen bij het besluit van de Vlaamse Regering van 8 december 1998 en gewijzigd bij het besluit van de Vlaamse Regering van 25 juni 2010, worden tussen de woorden "Vlaamse minister" en het woord "kan" de woorden "of de administrateur-generaal" ingevoegd.
Art.27. A l'article 24, § 1er, alinéa premier, de l'arrêté du Gouvernement flamand du 13 juillet 1994 relatif à l'agrément et à l'octroi de subventions aux institutions de l'assistance spéciale à la jeunesse, remplacé par l'arrêté du Gouvernement flamand du 8 décembre 1998 et modifié par l'arrêté du Gouvernement flamand du 25 juin 2010 les mots " ou l'administrateur général " sont insérés entre les mots " le Ministre " et les mots " ne peut ".
Art.28. In artikel 26bis, § 1, van hetzelfde besluit, ingevoegd bij het besluit van de Vlaamse Regering van 8 december 1998 en vervangen bij het besluit van de Vlaamse Regering van 15 december 2006, wordt het tweede lid vervangen door wat volgt :
  "Het bezwaarschrift wordt behandeld volgens de regels die zijn vastgesteld bij of ter uitvoering van hoofdstuk III van het decreet van 7 december 2007 houdende oprichting van de Strategische Adviesraad voor het Vlaamse Welzijns-, Gezondheids- en Gezinsbeleid en van een Adviescommissie voor Voorzieningen van Welzijn, Volksgezondheid en Gezin en (Kandidaat-)pleegzorgers.".
Art.28. A l'article 26bis, § 1er, du même arrêté, inséré par l'arrêté du Gouvernement flamand du 8 décembre 1998 et remplacé par l'arrêté du Gouvernement flamand du 15 décembre 2006, le deuxième alinéa est remplacé par ce qui suit :
  " Le recours est traité conformément aux règles fixées par ou en vertu du chapitre III du décret du 7 décembre 2007 portant création du Conseil consultatif stratégique pour la Politique de l'Aide sociale, de la Santé et de la Famille et d'une Commission consultative pour les Structures de l'Aide sociale, de la Santé publique et de la Famille et des (Candidats-)accueillants. ";
Art.29. In artikel 26ter, eerste lid, van hetzelfde besluit, ingevoegd bij het besluit van de Vlaamse Regering van 8 december 1998, worden tussen de woorden "Vlaamse minister" en het woord "kan" de woorden "of de administrateur-generaal" ingevoegd.
Art.29. Dans l'article 26ter, alinéa premier, du même arrêté, inséré par l'arrêté du Gouvernement flamand du 8 décembre 1998, les mots " ou l'administrateur général " sont insérés entre les mots " le Ministre flamand " et le mot " peut ".
Art.30. In artikel 26sexies van hetzelfde besluit, ingevoegd bij het besluit van de Vlaamse Regering van 8 december 1998, worden de woorden "Vlaamse minister" vervangen door het woord "administrateur-generaal".
Art.30. Dans l'article 26sexies du même arrêté, inséré par l'arrêté du Gouvernement flamand du 8 décembre 1998, les mots " Ministre flamand " sont remplacés par les mots " administrateur général ".
Art.31. In artikel 26octies van hetzelfde besluit, ingevoegd bij het besluit van de Vlaamse Regering van 8 december 1998, worden de volgende wijzigingen aangebracht :
  1° in paragraaf 1 worden de woorden "Vlaamse minister" vervangen door het woord "administrateur-generaal";
  2° in paragraaf 2, eerste lid, worden tussen de woorden "Vlaamse minister" en het woord "definitief" de woorden "of de administrateur-generaal" ingevoegd;
  3° in paragraaf 2 wordt het tweede lid vervangen door wat volgt :
  "Als de beslissing, vermeld in het eerste lid, niet aan de inrichtende macht is betekend binnen de termijn die daarvoor is bepaald door de regels, vermeld in artikel 26bis, § 1, tweede lid, blijft de voorziening erkend.".
Art.31. A l'article 26octies du même arrêté, inséré par l'arrêté du Gouvernement flamand du 8 décembre 1998, les modifications suivantes sont apportées :
  1° Dans le paragraphe 1er, les mots " le Ministre flamand " sont remplacés par les mots " l'Administrateur général ".
  2° au paragraphe 2, premier alinéa, les mots " ou l'Administrateur général " sont insérés entre les mots " le Ministre flamand " et le mot " définitivement ";
  3° dans le paragraphe 2, l'alinéa deux est remplacé par ce qui suit :
  " Si la décision visée à l'alinéa premier, n'a pas été notifiée au pouvoir organisateur dans le délai fixé à l'article 26bis, § 1er, deuxième alinéa, l'institution conserve son agrément. ".
Art.32. In artikel 26nonies van hetzelfde besluit, ingevoegd bij het besluit van de Vlaamse Regering van 8 december 1998, worden de woorden "Vlaamse minister" vervangen door het woord "administrateur-generaal".
Art.32. Dans l'article 26nonies du même arrêté, inséré par l'arrêté du Gouvernement flamand du 8 décembre 1998, les mots " Ministre flamand " sont remplacés par les mots " administrateur général ".
Afdeling 4. - Wijzigingen van het besluit van de Vlaamse Regering van 18 februari 1997 tot vaststelling van de procedure voor de erkenning en de sluiting van ziekenhuizen, ziekenhuisdiensten, onderdelen van ziekenhuizen en samenwerkingsvormen
Section 4. - Modifications de l'arrêté du Gouvernement flamand du 18 février 1997 fixant la procédure d'agrément et de fermeture des hôpitaux, des services hospitaliers, des unités hospitalières et des partenariats
Art.33. In artikel 1 van het besluit van de Vlaamse Regering van 18 februari 1997 tot vaststelling van de procedure voor de erkenning en de sluiting van ziekenhuizen, ziekenhuisdiensten, onderdelen van ziekenhuizen en samenwerkingsvormen, gewijzigd bij de besluiten van de Vlaamse Regering van 31 maart 2006 en 12 januari 2007, wordt punt 2° opgeheven.
Art.33. A l'article 1er de l'arrêté du Gouvernement flamand du 18 février 1997 fixant la procédure d'agrément et de fermeture des hôpitaux, des services hospitaliers, des unités hospitalières et des partenariats, modifié par les arrêtés du Gouvernement flamand des 31 mars 2006 et 12 janvier 2007, le point 2° est abrogé.
Art.34. In artikel 5 van hetzelfde besluit, gewijzigd bij het besluit van de Vlaamse Regering van 12 januari 2007, wordt het tweede lid opgeheven.
Art.34. A l'article 5 du même arrêté, modifié par l'arrêté du Gouvernement flamand du 12 janvier 2007, l'alinéa deux est abrogé.
Art.35. Artikel 6 van hetzelfde besluit, gewijzigd bij het besluit van de Vlaamse Regering van 12 januari 2007, wordt vervangen door wat volgt :
  "Art. 6. Het bezwaarschrift wordt behandeld volgens de regels die zijn vastgesteld bij of ter uitvoering van hoofdstuk III van het decreet van 7 december 2007 houdende oprichting van de Strategische Adviesraad voor het Vlaamse Welzijns-, Gezondheids- en Gezinsbeleid en van een Adviescommissie voor Voorzieningen van Welzijn, Volksgezondheid en Gezin en (Kandidaat-)pleegzorgers.".
Art.35. L'article 6 du même arrêté, modifié par l'arrêté du Gouvernement flamand du 12 janvier 2007, est remplacé par ce qui suit :
  " Art. 6. Le recours est traité conformément aux règles fixées par ou en vertu du chapitre III du décret du 7 décembre 2007 portant création du Conseil consultatif stratégique pour la Politique de l'Aide sociale, de la Santé et de la Famille et d'une Commission consultative pour les Structures de l'Aide sociale, de la Santé publique et de la Famille et des (Candidats-)accueillants. ";
Afdeling 5. - Wijzigingen van het besluit van de Vlaamse Regering van 18 februari 1997 tot vaststelling van de procedure voor het verkrijgen van een planningsvergunning en een exploitatievergunning voor intramurale en transmurale voorzieningen in de gezondheidszorg
Section 5. - Modifications à l'arrêté du Gouvernement flamand du 18 février 1997 fixant la procédure d'obtention d'une autorisation de planification et d'une autorisation d'exploitation pour les établissements dispensant des soins intra-muros et trans-muros
Art.36. In artikel 2 van het besluit van de Vlaamse Regering van 18 februari 1997 tot vaststelling van de procedure voor het verkrijgen van een planningsvergunning en een exploitatievergunning voor intramurale en transmurale voorzieningen in de gezondheidszorg, gewijzigd bij de besluiten van de Vlaamse Regering van 31 maart 2006 en 12 januari 2007, worden de volgende wijzigingen aangebracht :
  1° punt 4° wordt opgeheven;
  2° punt 5° wordt vervangen door wat volgt :
  "5° de Adviescommissie : de commissie, vermeld in artikel 12 van het decreet van 7 december 2007 houdende de oprichting van de Strategische Adviesraad voor het Vlaamse Welzijns-, Gezondheids- en Gezinsbeleid en van de Adviescommissie voor Voorzieningen van Welzijn, Volksgezondheid en Gezin en (Kandidaat-)pleegzorgers;".
Art.36. A l'article 2 de l'arrêté du Gouvernement flamand du 18 février 1997 fixant la procédure d'obtention d'une autorisation de planification et d'une autorisation d'exploitation pour les établissements dispensant des soins intra-muros et trans-muros, modifié par les arrêtés du Gouvernement flamand du 31 mars 2006 et 12 janvier 2007, sont apportées les modifications suivantes :
  1° le point 4° est abrogé;
  2° le point 5° est remplacé par la disposition suivante :
  " 5° la Commission consultative : la commission visée à l'article 12 du décret du 7 décembre 2007 portant création du Conseil consultatif stratégique pour la Politique flamande de l'Aide sociale, de la Santé et de la Famille et d'une Commission consultative pour les Structures de l'Aide sociale, de la Santé publique et de la Famille et les (Candidats)accueillants; ".
Art.37. In artikel 6 van hetzelfde besluit, gewijzigd bij het besluit van de Vlaamse Regering van 12 januari 2007, wordt het derde lid opgeheven.
Art.37. A l'article 6 du même arrêté, modifié par l'arrêté du Gouvernement flamand du 12 janvier 2007, l'alinéa trois est abrogé.
Art.38. Artikel 7 van hetzelfde besluit, gewijzigd bij het besluit van de Vlaamse Regering van 12 januari 2007, wordt vervangen door wat volgt :
  "Art. 7. Het bezwaarschrift wordt behandeld volgens de regels die zijn vastgesteld bij of ter uitvoering van hoofdstuk III van het decreet van 7 december 2007 houdende oprichting van de Strategische Adviesraad voor het Vlaamse Welzijns-, Gezondheids- en Gezinsbeleid en van een Adviescommissie voor Voorzieningen van Welzijn, Volksgezondheid en Gezin en (Kandidaat-)pleegzorgers.".
Art.38. L'article 7 du même arrêté, modifié par l'arrêté du Gouvernement flamand du 12 janvier 2007, est remplacé par ce qui suit :
  " Art. 7. Le recours est traité conformément aux règles fixées par ou en vertu du chapitre III du décret du 7 décembre 2007 portant création du Conseil consultatif stratégique pour la Politique de l'Aide sociale, de la Santé et de la Famille et d'une Commission consultative pour les Structures de l'Aide sociale, de la Santé publique et de la Famille et les (Candidats-)accueillants. ";
Art.39. In artikel 9 van hetzelfde besluit, gewijzigd bij het besluit van de Vlaamse Regering van 12 januari 2007, worden de volgende wijzigingen aangebracht :
  1° aan paragraaf 4 wordt de volgende zin toegevoegd :
  "Artikel 7 is van overeenkomstige toepassing voor zover de bepalingen van paragraaf 5 tot en met 8 daarvan niet afwijken.";
  2° in paragraaf 5 en 6 wordt het woord "Adviesraad" telkens vervangen door het woord "Adviescommissie";
  3° paragraaf 7 wordt vervangen door wat volgt :
  " § 7. Het gemotiveerd advies van de Adviescommissie wordt per aangetekende brief betekend aan alle verzorgingsvoorzieningen die in de procedure betrokken waren.";
  4° paragraaf 8 wordt vervangen door wat volgt :
  " § 8. De minister of de administrateur-generaal beslist groepsgewijs in alle dossiers. Als het advies van de Adviescommissie niet binnen de gestelde termijn is meegedeeld, kan de minister geen beslissing nemen zonder ook de aanvragers te hebben gehoord die hun standpunt hebben ingediend en die gevraagd hebben om te worden gehoord.".
Art.39. A l'article 9 du même arrêté, modifié par l'arrêté du Gouvernement flamand du 12 janvier 2007, sont apportées les modifications suivantes :
  1° le paragraphe 4 est complété par la phrase suivante :
  " L'article 7 s'applique par analogie dans la mesure où les dispositions des paragraphes 5 à 8 inclus n'y dérogent pas. ";
  2° aux paragraphes 5 et 6, les mots " Conseil consultatif " sont chaque fois remplacés par les mots " Commission consultative ";
  3° le paragraphe 7 est remplacé par ce qui suit :
  " § 7. L'avis motivé de la Commission consultative est notifié par lettre recommandée à toutes les structures des soins impliquées dans la procédure. ".
  4° le paragraphe 8 est remplacé par ce qui suit :
  " § 8. Le Ministre ou l'administrateur général statue en groupe sur tous les dossiers. Si l'avis de la Commission consultative n'a pas été communiqué dans le délai imparti, le Ministre ne peut prendre aucune décision sans avoir entendu les demandeurs qui ont introduit leur point de vue et qui ont demandé d'être entendus. ".
Afdeling 6. - Wijzigingen van het besluit van de Vlaamse Regering van 25 maart 1997 tot uitvoering van het decreet van 24 juli 1996 houdende regeling tot erkenning en subsidiëring van de instellingen voor schuldbemiddeling en tot subsidiëring van een Vlaams Centrum Schuldenlast
Section 6. - Modifications de l'arrêté du Gouvernement flamand du 25 mars 1997 portant exécution du décret du 24 juillet 1996 réglant l'agrément et le subventionnement des institutions de médiation de dettes et le subventionnement d'un " Vlaams Centrum Schuldenlast ".
Art.40. In artikel 5 van het besluit van de Vlaamse Regering van 25 maart 1997 tot uitvoering van het decreet van 24 juli 1996 houdende regeling tot erkenning en subsidiëring van de instellingen voor schuldbemiddeling en tot subsidiëring van een Vlaams Centrum Schuldenlast, gewijzigd bij het besluit van de Vlaamse Regering van 24 november 2006, worden de volgende wijzigingen aangebracht :
  1° in het eerste lid worden de woorden "de minister" vervangen door de woorden "de administratie";
  2° het derde lid wordt vervangen door wat volgt :
  "Als de instelling een bezwaarschrift heeft ingediend, wordt dat behandeld volgens de regels die zijn vastgesteld bij of ter uitvoering van hoofdstuk III van het decreet van 7 december 2007 houdende oprichting van de Strategische Adviesraad voor het Vlaamse Welzijns-, Gezondheids- en Gezinsbeleid en van een Adviescommissie voor Voorzieningen van Welzijn, Volksgezondheid en Gezin en (Kandidaat-)pleegzorgers.";
  3° in het vierde lid worden de woorden "bedoeld in het tweede en het derde lid" vervangen door de zinsnede ", vermeld in het tweede lid of vastgesteld door de regels, vermeld in het derde lid".
Art.40. A l'article 5 de l'arrêté du Gouvernement flamand du 25 mars 1997 portant exécution du décret du 24 juillet 1996 réglant l'agrément et le subventionnement des institutions de médiation de dettes et le subventionnement d'un " Vlaams Centrum Schuldenlast ", modifié par l'arrêté du Gouvernement flamand du 24 novembre 2006, sont apportées les modifications suivantes :
  1° dans l'alinéa premier les mots " le Ministre " sont remplacés par les mots " l'administration ";
  2° l'alinéa trois est remplacé par la disposition suivante :
  " Lorsque l'institution a introduit une réclamation, cette réclamation est traitée conformément aux règles fixées par ou en vertu du chapitre III du décret du 7 décembre 2007 portant création du Conseil consultatif stratégique pour la Politique de l'Aide sociale, de la Santé et de la Famille et d'une Commission consultative pour les Structures de l'Aide sociale, de la Santé publique et de la Famille et les (Candidats-)accueillants. ";
  3° à l'alinéa trois, le membre de phrase " , visé aux alinéas deux et trois " est remplacé par le membre de phrase " , visé à l'alinéa deux ou fixé par les règles visées à l'alinéa trois ".
Art.41. Artikel 8 van hetzelfde besluit, gewijzigd bij het besluit van de Vlaamse Regering van 24 november 2006, wordt vervangen door wat volgt :
  "Art. 8. Als de bepalingen van het decreet niet worden nageleefd, kan de secretaris-generaal het voornemen uiten om de erkenning in te trekken of voor een bepaalde termijn te schorsen. Dat voornemen wordt door de administratie betekend met een aangetekende brief, waarin de mogelijkheid en de voorwaarden worden vermeld om een bezwaarschrift in te dienen.
  Op straffe van niet-ontvankelijkheid kan de instelling tot uiterlijk vijftien dagen na de ontvangst van het voornemen, vermeld in het eerste lid, daartegen met een aangetekende brief bij de administratie een gemotiveerd bezwaarschrift indienen. Ze kan daarin uitdrukkelijk vragen om te worden gehoord.
  Als de instelling een bezwaarschrift heeft ingediend, wordt dat behandeld volgens de regels die zijn vastgesteld bij of ter uitvoering van hoofdstuk III van het decreet van 7 december 2007 houdende oprichting van de Strategische Adviesraad voor het Vlaamse Welzijns-, Gezondheids- en Gezinsbeleid en van een Adviescommissie voor Voorzieningen van Welzijn, Volksgezondheid en Gezin en (Kandidaat-)pleegzorgers.
  Als de instelling geen bezwaarschrift heeft ingediend wordt de definitieve beslissing van de secretaris-generaal over de intrekking of schorsing van de erkenning binnen dertig dagen na het verstrijken van de termijn, vermeld in het tweede lid, door de administratie aan de instelling betekend met een aangetekende brief.".
Art.41. L'article 8 du même arrêté, modifié par l'arrêté du Gouvernement flamand du 24 novembre 2006, est remplacé par ce qui suit :
  " Art. 8. En cas de non respect des dispositions du présent décret, le secrétaire général peut exprimer l'intention de retirer l'agrément ou de le suspendre pour un délai déterminé. L'intention est notifiée par l'administration sous pli recommandé, mentionnant la faculté et les conditions de l'introduction d'une réclamation.
  Sous peine d'irrecevabilité, l'institution peut introduire auprès de l'administration une réclamation motivée, dans les quinze jours de la réception de l'intention visée à l'alinéa premier. Elle peut demander expressément d'être entendu.
  " Lorsque l'institution a introduit une réclamation, cette réclamation est traitée conformément aux règles fixées par ou en vertu du chapitre III du décret du 7 décembre 2007 portant création du Conseil consultatif stratégique pour la Politique de l'Aide sociale, de la Santé et de la Famille et d'une Commission consultative pour les Structures de l'Aide sociale, de la Santé publique et de la Famille et les (Candidats-)accueillants.
  Si l'institution n'a pas introduit de réclamation, la décision définitive du secrétaire général relative au retrait ou à la suspension de l'agrément est communiquée par l'administration par lettre recommandée à l'institution dans les trente jours de l'expiration du délai visé à l'alinéa deux. ".
Afdeling 7. - Wijzigingen van het besluit van de Vlaamse Regering van 24 juli 1997 tot regeling van de erkenning en de subsidiëring van de centra voor integrale gezinszorg
Section 7. - Modifications de l'arrêté du Gouvernement flamand du 24 juillet 1997 réglant l'agrément et le subventionnement des centres d'aide intégrale aux familles
Art.42. In artikel 1 van het besluit van de Vlaamse Regering van 24 juli 1997 tot regeling van de erkenning en de subsidiëring van de centra voor integrale gezinszorg, gewijzigd bij de besluiten van de Vlaamse Regering van 31 maart 2006, 24 november 2006, 24 september 2010 en 7 december 2012, wordt punt 17° opgeheven.
Art.42. A l'article 1er, de l'arrêté du Gouvernement flamand du 24 juillet 1997 réglant l'agrément et le subventionnement des centres d'aide intégrale aux familles, modifié par les arrêtés du Gouvernement flamand des 31 mars 2006, 24 novembre 2006 et 7 décembre 2012, le point 17° est abrogé.
Art.43. In artikel 8 van hetzelfde besluit, gewijzigd bij de besluiten van de Vlaamse Regering van 24 november 2006 en 12 december 2008, worden de volgende wijzigingen aangebracht :
  1° het tweede lid wordt vervangen door wat volgt :
  "Het bezwaarschrift wordt behandeld volgens de regels die zijn vastgesteld bij of ter uitvoering van hoofdstuk III van het decreet van 7 december 2007 houdende oprichting van de Strategische Adviesraad voor het Vlaamse Welzijns-, Gezondheids- en Gezinsbeleid en van een Adviescommissie voor Voorzieningen van Welzijn, Volksgezondheid en Gezin en (Kandidaat-)pleegzorgers.";
  2° het derde lid wordt opgeheven.
Art.43. A l'article 8 du même arrêté, modifié par les arrêtés du Gouvernement flamand des 24 novembre 2006 et 12 décembre 2008, sont apportées les modifications suivantes :
  1° le deuxième alinéa est remplacé par ce qui suit :
  " Le recours est traité conformément aux règles fixées par ou en vertu du chapitre III du décret du 7 décembre 2007 portant création du Conseil consultatif stratégique pour la Politique de l'Aide sociale, de la Santé et de la Famille et d'une Commission consultative pour les Structures de l'Aide sociale, de la Santé publique et de la Famille et les (Candidats-)accueillants. ";
  2° l'alinéa trois est abrogé.
Art.44. In artikel 9 van hetzelfde besluit, gewijzigd bij de besluiten van de Vlaamse Regering van 24 november 2006 en 12 december 2008, worden de volgende wijzigingen aangebracht :
  1° paragraaf 1 wordt opgeheven;
  2° in paragraaf 3 wordt de zinsnede "bedoeld in § 1, tweede lid, en § 2" vervangen door de zinsnede ", vermeld in paragraaf 2, of vastgesteld door de regels, vermeld in artikel 8, tweede lid,".
Art.44. A l'article 9 du même arrêté, modifié par les arrêtés du Gouvernement flamand des vendredi 24 novembre 2006 et vendredi 12 décembre 2008, sont apportées les modifications suivantes :
  1° le paragraphe 1er est abrogé.
  2° au paragraphe 3, le membre de phrase " visé au § 1er, deuxième alinéa et § 2 " est remplacé par le membre de phrase " , visé au paragraphe 2, ou fixé par les règles visées à l'article 8, alinéa deux, ".
Art.45. In artikel 20 van hetzelfde besluit, gewijzigd bij het besluit van de Vlaamse Regering van 24 november 2006, worden de volgende wijzigingen aangebracht :
  1° het tweede lid wordt vervangen door wat volgt :
  "Het bezwaarschrift wordt behandeld volgens de regels die zijn vastgesteld bij of ter uitvoering van hoofdstuk III van het decreet van 7 december 2007 houdende oprichting van de Strategische Adviesraad voor het Vlaamse Welzijns-, Gezondheids- en Gezinsbeleid en van een Adviescommissie voor Voorzieningen van Welzijn, Volksgezondheid en Gezin en (Kandidaat-)pleegzorgers.";
  2° het derde lid wordt opgeheven.
Art.45. A l'article 20 du même arrêté, modifié par l'arrêté du Gouvernement flamand du 24 novembre 2006, sont apportées les modifications suivantes :
  1° le deuxième alinéa est remplacé par ce qui suit :
  " Le recours est traité conformément aux règles fixées par ou en vertu du chapitre III du décret du 7 décembre 2007 portant création du Conseil consultatif stratégique pour la Politique de l'Aide sociale, de la Santé et de la Famille et d'une Commission consultative pour les Structures de l'Aide sociale, de la Santé publique et de la Famille et les (Candidats)accueillants. ";
  2° l'alinéa trois est abrogé.
Art.46. In artikel 21 van hetzelfde besluit, gewijzigd bij het besluit van de Vlaamse Regering van 24 november 2006, worden de volgende wijzigingen aangebracht :
  1° paragraaf 1 wordt opgeheven;
  2° in paragraaf 3 wordt de zinsnede "bedoeld in § 1, tweede lid, of § 2" vervangen door de zinsnede ", vermeld in paragraaf 2, of vastgesteld door de regels, vermeld in artikel 20, tweede lid,".
Art.46. A l'article 21 du même arrêté, modifié par l'arrêté du Gouvernement flamand du 24 novembre 2006, sont apportées les modifications suivantes :
  1° le paragraphe 1er est abrogé.
  2° au paragraphe 3, le membre de phrase " visé aux § 1er, deuxième alinéa et § 2 " est remplacé par le membre de phrase " , visé au paragraphe 2, ou fixé par les règles visées à l'article 20, alinéa deux, ".
Afdeling 8. - Wijzigingen van het besluit van de Vlaamse Regering van 17 december 1999 ter uitvoering van het decreet van 18 mei 1999 betreffende de geestelijke gezondheidszorg
Section 8. - Modifications à l'arrêté du Gouvernement flamand du 17 décembre 1999 portant exécution du décret du 18 mai 1999 relatif au secteur de la santé mentale
Art.47. In artikel 1 van het besluit van de Vlaamse Regering van 17 december 1999 ter uitvoering van het decreet van 18 mei 1999 betreffende de geestelijke gezondheidszorg, gewijzigd bij de besluiten van de Vlaamse Regering van 31 maart 2006 en 12 januari 2007, worden punt 5° en punt 6° opgeheven.
Art.47. A l'article 1er de l'arrêté du Gouvernement flamand du 17 décembre 1999 portant exécution du décret du 18 mai 1999 relatif au secteur de la santé mentale, modifié par l'arrêté du Gouvernement flamand du 31 mars 2006 et 12 janvier 2007, les points 5° et 6° sont abrogés.
Art.48. In artikel 9 van hetzelfde besluit, gewijzigd bij het besluit van de Vlaamse Regering van 12 januari 2007, wordt paragraaf 2 opgeheven.
Art.48. A l'article 9 du même arrêté, modifié par l'arrêté du Gouvernement flamand du 12 janvier 2007, le paragraphe 2 est abrogé.
Art.49. Artikel 10 van hetzelfde besluit, gewijzigd bij het besluit van de Vlaamse Regering van 12 januari 2007, wordt vervangen door wat volgt :
  "Art. 10. Het bezwaarschrift wordt behandeld volgens de regels die zijn vastgesteld bij of ter uitvoering van hoofdstuk III van het decreet van 7 december 2007 houdende oprichting van de Strategische Adviesraad voor het Vlaamse Welzijns-, Gezondheids- en Gezinsbeleid en van een Adviescommissie voor Voorzieningen van Welzijn, Volksgezondheid en Gezin en (Kandidaat-)pleegzorgers.".
Art.49. L'article 10 du même arrêté, modifié par l'arrêté du Gouvernement flamand du 12 janvier 2007, est remplacé par ce qui suit :
  " Art. 10. Le recours est traité conformément aux règles fixées par ou en vertu du chapitre III du décret du 7 décembre 2007 portant création du Conseil consultatif stratégique pour la Politique de l'Aide sociale, de la Santé et de la Famille et d'une Commission consultative pour les Structures de l'Aide sociale, de la Santé publique et de la Famille et les (Candidats-)accueillants. ";
Art.50. In artikel 14 van hetzelfde besluit, gewijzigd bij het besluit van de Vlaamse Regering van 12 januari 2007, wordt de zinsnede "artikel 10, § 1" vervangen door de zinsnede "artikel 9, § 1" en wordt de zinsnede "Artikelen 10, § 2, tot en met 12, § 1," vervangen door de zinsnede "Artikel 10 en 11, § 1,".
Art.50. A l'article 14 du même arrêté, modifié par l'arrêté du du Gouvernement flamand du 12 janvier 2007, le membre de phrase " l'article 10, § 1er " est remplace par le membre de phrase " l'article 9, § 1er " et le membre de phrase " Les articles 10, § 2 à 12, § 1 inclus " sont remplacés par le membre de phrase " Les articles 10 et 11, § 1er, ".
Afdeling 9. - Wijzigingen van het besluit van de Vlaamse Regering van 23 juni 2000 tot vaststelling van de procedure voor de bijzondere erkenning van een centrum voor dagverzorging
Section 9. - Modifications de l'arrêté du Gouvernement flamand du 23 juin 2000 fixant la procédure d'agrément spécial d'un centre de soins de jour
Art.51. In artikel 7, § 1, van het besluit van de Vlaamse Regering van 23 juni 2000 tot vaststelling van de procedure voor de bijzondere erkenning van een centrum voor dagverzorging, gewijzigd bij de besluiten van de Vlaamse Regering van 12 januari 2007 en 7 december 2012, worden de volgende wijzigingen aangebracht :
  1° het tweede lid wordt vervangen door wat volgt :
  "Dat bezwaar wordt behandeld volgens de regels die zijn vastgesteld bij of ter uitvoering van hoofdstuk III van het decreet van 7 december 2007 houdende oprichting van de Strategische Adviesraad voor het Vlaamse Welzijns-, Gezondheids- en Gezinsbeleid en van een Adviescommissie voor Voorzieningen van Welzijn, Volksgezondheid en Gezin en (Kandidaat-)pleegzorgers.";
  2° het derde lid wordt opgeheven.
Art.51. A l'article 7, § 1er, de l'arrêté du Gouvernement flamand du 23 juin 2000 fixant la procédure d'agrément spécial d'un centre de soins de jour, modifié par les arrêtés du Gouvernement flamand des vendredi 12 janvier 2007 et vendredi 7 décembre 2012, sont apportées les modifications suivantes :
  1° le deuxième alinéa est remplacé par ce qui suit :
  " Ce recours est traité conformément aux règles fixées par ou en vertu du chapitre III du décret du 7 décembre 2007 portant création du Conseil consultatif stratégique pour la Politique de l'Aide sociale, de la Santé et de la Famille et d'une Commission consultative pour les Structures de l'Aide sociale, de la Santé publique et de la Famille et les (Candidats)accueillants. ";
  2° l'alinéa trois est abrogé.
Art.52. In artikel 12, § 1, van hetzelfde besluit, gewijzigd bij de besluiten van de Vlaamse Regering van 12 januari 2007 en 7 december 2012, worden de volgende wijzigingen aangebracht :
  1° het tweede lid wordt vervangen door wat volgt :
  "Dat bezwaar wordt behandeld volgens de regels die zijn vastgesteld bij of ter uitvoering van hoofdstuk III van het decreet van 7 december 2007 houdende oprichting van de Strategische Adviesraad voor het Vlaamse Welzijns-, Gezondheids- en Gezinsbeleid en van een Adviescommissie voor Voorzieningen van Welzijn, Volksgezondheid en Gezin en (Kandidaat-)pleegzorgers.";
  2° het derde lid wordt opgeheven.
Art.52. A l'article 12, § 1er, du même arrêté, modifié par les arrêtés du Gouvernement flamand des 12 janvier 2007 et 7 décembre 2012, sont apportées les modifications suivantes :
  1° le deuxième alinéa est remplacé par ce qui suit :
  " Ce recours est traité conformément aux règles fixées par ou en vertu du chapitre III du décret du 7 décembre 2007 portant création du Conseil consultatif stratégique pour la Politique de l'Aide sociale, de la Santé et de la Famille et d'une Commission consultative pour les Structures de l'Aide sociale, de la Santé publique et de la Famille et les (Candidats-)accueillants. ";
  2° l'alinéa trois est abrogé.
Afdeling 10. - Wijzigingen van het besluit van de Vlaamse Regering van 17 juli 2000 tot uitvoering van het decreet van 26 juni 1991 houdende erkenning en subsidiëring van het maatschappelijk opbouwwerk
Section 10. - Modifications de l'arrêté du Gouvernement flamand du 17 juillet 2000 portant exécution du décret du 26 juin 1991 relatif à l'agrément des initiatives d'animation sociale et à l'octroi de subventions à ces initiatives.
Art.53. In artikel 1 van het besluit van de Vlaamse Regering van 17 juli 2000 tot uitvoering van het decreet van 26 juni 1991 houdende erkenning en subsidiëring van het maatschappelijk opbouwwerk, gewijzigd bij de besluiten van de Vlaamse Regering van 20 februari 2004, 31 maart 2006, 24 november 2006, 4 juli 2008 en 24 september 2010, wordt punt 9° opgeheven.
Art.53. A l'article 1er de l'arrêté du Gouvernement flamand du 17 juillet 2000 portant exécution du décret du 26 juin 1991 relatif à l'agrément des initiatives d'animation sociale et à l'octroi de subventions à ces initiatives, modifié par les arrêtés du Gouvernement flamand des 20 février 2004, 31 mars 2006, 24 novembre 2006, 4 juillet 2008 et 24 septembre 2010, le point 9° est abrogé.
Art.54. In artikel 8 van hetzelfde besluit wordt het tweede lid vervangen door wat volgt :
  "Dat bezwaar wordt behandeld volgens de regels die zijn vastgesteld bij of ter uitvoering van hoofdstuk III van het decreet van 7 december 2007 houdende oprichting van de Strategische Adviesraad voor het Vlaamse Welzijns-, Gezondheids- en Gezinsbeleid en van een Adviescommissie voor Voorzieningen van Welzijn, Volksgezondheid en Gezin en (Kandidaat-)pleegzorgers.".
Art.54. Dans l'article 8 du même arrêté, l'alinéa deux est remplacé par la disposition suivante :
  " Ce recours est traité conformément aux règles fixées par ou en vertu du chapitre III du décret du 7 décembre 2007 portant création du Conseil consultatif stratégique pour la Politique de l'Aide sociale, de la Santé et de la Famille et d'une Commission consultative pour les Structures de l'Aide sociale, de la Santé publique et de la Famille et les (Candidats-)accueillants. ";
Art.55. In artikel 9 van hetzelfde besluit, gewijzigd bij de besluiten van de Vlaamse Regering van 24 november 2006 en 24 september 2010, worden de volgende wijzigingen aangebracht :
  1° paragraaf 1 wordt opgeheven;
  2° in paragraaf 4 wordt de zinsnede "de termijnen bedoeld in § 1 en § 2" vervangen door de zinsnede "de termijn, vermeld in paragraaf 2, of vastgesteld door de regels, vermeld in artikel 8, tweede lid,".
Art.55. A l'article 9 du même arrêté, modifié par les arrêtés du Gouvernement flamand des 24 novembre 2006 et 24 septembre 2010, sont apportées les modifications suivantes :
  1° le paragraphe 1er est abrogé.
  2° au paragraphe 4, le membre de phrase " dans les délais visés aux § 1er, et § 2 " est remplacé par le membre de phrase " le délai, visé au paragraphe 2, ou fixé par les règles visées à l'article 8, alinéa deux, ".
Art.56. In artikel 19 van hetzelfde besluit, vervangen bij het besluit van de Vlaamse Regering van 20 februari 2004 en gewijzigd bij het besluit van de Vlaamse Regering van 24 november 2006, worden de volgende wijzigingen aangebracht :
  1° in paragraaf 2, tweede lid, wordt de zinsnede "9, § 1 en § 2, eerste lid" vervangen door de zinsnede "9, § 2, eerste lid";
  2° in paragraaf 3 wordt de zinsnede "bedoeld in artikel 9, § 1, tweede lid, of § 2, eerste lid" vervangen door de zinsnede ", vermeld in artikel 9, § 2, eerste lid, of vastgesteld door de regels, vermeld in artikel 8, tweede lid,".
Art.56. A l'article 19 du même arrêté, remplacé par l'arrêté du Gouvernement flamand du 20 février 2004 et modifié par l'arrêté du Gouvernement flamand du 24 novembre 2006, sont apportées les modifications suivantes :
  1° au paragraphe 2, alinéa deux, le membre de phrase " 9, § § 1er et 2, alinéa premier " est remplacé par le membre de phrase " 9, § 2, alinéa premier ";
  2° au paragraphe 3, le membre de phrase " visé à l'article 9, § 1er, deuxième alinéa ou § 2, premier alinéa " est remplacé par le membre de phrase " , visé à l'article 9, § 2, alinéa premier, ou fixé par les règles visées à l'article 8, alinéa deux, ".
Art.57. In artikel 26, § 3, van hetzelfde besluit, gewijzigd bij het besluit van de Vlaamse Regering van 24 november 2006, worden de volgende wijzigingen aangebracht :
  1° in het tweede lid wordt de zinsnede "9, § 1 en § 2, eerste lid" vervangen door de zinsnede "9, § 2, eerste lid";
  2° in het derde lid wordt de zinsnede "bedoeld in artikel 9, § 1 en § 2, eerste lid" vervangen door de zinsnede ", vermeld in artikel 9, § 2, eerste lid, of vastgesteld door de regels, vermeld in artikel 8, tweede lid,".
Art.57. A l'article 26, § 3, du même arrêté, modifié par l'arrêté du Gouvernement flamand du 24 novembre 2006, sont apportées les modifications suivantes :
  1° à l'alinéa deux, le membre de phrase " 9, § § 1er et 2, alinéa premier " est remplacé par le membre de phrase " 9, § 2, alinéa premier ";
  2° à l'alinéa trois, le membre de phrase " visé à l'article 9, § § 1er et 2, alinéa " est remplacé par le membre de phrase " , visé à l'article 9, § 2, alinéa premier, ou fixé par les règles visées à l'article 8, alinéa deux, ".
Afdeling 11. - Wijzigingen van het besluit van de Vlaamse Regering van 12 oktober 2001 ter uitvoering van het decreet van 19 december 1997 betreffende het algemeen welzijnswerk
Section 11. - Modifications de l'arrêté du Gouvernement flamand du 12 octobre 2001 portant exécution du décret du 19 décembre 1997 relatif à l'aide sociale générale
Art.58. In artikel 13 van het besluit van de Vlaamse Regering van 12 oktober 2001 ter uitvoering van het decreet van 19 december 1997 betreffende het algemeen welzijnswerk, gewijzigd bij het besluit van de Vlaamse Regering van 24 november 2006, wordt het tweede lid vervangen door wat volgt :
  "Dat bezwaar wordt behandeld volgens de regels die zijn vastgesteld bij of ter uitvoering van hoofdstuk III van het decreet van 7 december 2007 houdende oprichting van de Strategische Adviesraad voor het Vlaamse Welzijns-, Gezondheids- en Gezinsbeleid en van een Adviescommissie voor Voorzieningen van Welzijn, Volksgezondheid en Gezin en (Kandidaat-)pleegzorgers.".
Art.58. A l'article 13 de l'arrêté du Gouvernement flamand du 12 octobre 2001 portant exécution du décret du 19 décembre 1997 à l'aide sociale générale, modifié par l'arrêté du Gouvernement flamand du 24 novembre 2006, l'alinéa deux est remplacé par ce qui suit :
  " Cette réclamation est traitée conformément aux règles fixées par ou en vertu du chapitre III du décret du 7 décembre 2007 portant création du Conseil consultatif stratégique pour la Politique de l'Aide sociale, de la Santé et de la Famille et d'une Commission consultative pour les Structures de l'Aide sociale, de la Santé publique et de la Famille et les (Candidats-)accueillants. ";
Art.59. In artikel 29 van hetzelfde besluit wordt het tweede lid vervangen door wat volgt :
  "Dat bezwaar wordt behandeld volgens de regels die zijn vastgesteld bij of ter uitvoering van hoofdstuk III van het decreet van 7 december 2007 houdende oprichting van de Strategische Adviesraad voor het Vlaamse Welzijns-, Gezondheids- en Gezinsbeleid en van een Adviescommissie voor Voorzieningen van Welzijn, Volksgezondheid en Gezin en (Kandidaat-)pleegzorgers.".
Art.59. Dans l'article 29 du même arrêté, l'alinéa deux est remplacé par la disposition suivante :
  " Ce recours est traité conformément aux règles fixées par ou en vertu du chapitre III du décret du 7 décembre 2007 portant création du Conseil consultatif stratégique pour la Politique de l'Aide sociale, de la Santé et de la Famille et d'une Commission consultative pour les Structures de l'Aide sociale, de la Santé publique et de la Famille et les (Candidats)accueillants. ";
Afdeling 12. - Wijziging van het besluit van de Vlaamse Regering van 1 maart 2002 tot bepaling van de voorwaarden en de procedureregels inzake erkenning en subsidiëring van de consultatiebureaus voor het jonge kind
Section 12. - Modification de l'arrêté du Gouvernement flamand du 1er mars 2002 fixant les conditions et les règles procédurales relatives à l'agrément et au subventionnement des bureaux de consultation pour le jeune enfant
Art.60. Artikel 43 van het besluit van de Vlaamse Regering van 1 maart 2002 tot bepaling van de voorwaarden en de procedureregels inzake erkenning en subsidiëring van de consultatiebureaus voor het jonge kind wordt vervangen door wat volgt :
  "Art. 43. Het beroep wordt behandeld volgens de regels die zijn vastgesteld bij of ter uitvoering van hoofdstuk III van het decreet van 7 december 2007 houdende oprichting van de Strategische Adviesraad voor het Vlaamse Welzijns-, Gezondheids- en Gezinsbeleid en van een Adviescommissie voor Voorzieningen van Welzijn, Volksgezondheid en Gezin en (Kandidaat-)pleegzorgers.".
Art.60. Article 43 de l'arrêté du Gouvernement flamand du 1er mars 2002 fixant les conditions et les règles procédurales relatives à l'agrément et au subventionnement des bureaux de consultation pour le jeune enfant est remplacé par la disposition suivante :
  " Art. 43. Le recours est traité conformément aux règles fixées par ou en vertu du chapitre III du décret du 7 décembre 2007 portant création du Conseil consultatif stratégique pour la Politique de l'Aide sociale, de la Santé et de la Famille et d'une Commission consultative pour les Structures de l'Aide sociale, de la Santé publique et de la Famille et des (Candidats-)accueillants. ";
Afdeling 13. - Wijzigingen van het besluit van de Vlaamse Regering van 19 april 2002 betreffende adoptiediensten die bemiddelen voor binnenlandse kinderen
Section 13. - Modifications de l'arrêté du Gouvernement flamand du 19 avril 2002 relatif aux services d'adoption chargés de médiation pour l'adoption nationale
Art.61. In artikel 35 van het besluit van de Vlaamse Regering van 19 april 2002 betreffende adoptiediensten die bemiddelen voor binnenlandse kinderen worden de woorden "bij de minister" opgeheven.
Art.61. A l'article 35 de l'arrêté du Gouvernement flamand du 19 avril 2002 relatif aux services d'adoption chargés de médiation pour l'adoption nationale, les mots " au Ministre " sont supprimés.
Art.62. In artikel 37, 4° en 6°, van hetzelfde besluit wordt het woord "beroep" vervangen door het woord "bezwaar".
Art.62. Dans l'article 37, 4° et 6° du même arrêté, les mots " la réclamation " sont remplacés par les mots " l'objection ".
Art.63. Artikel 40 van hetzelfde besluit, gewijzigd bij het besluit van de Vlaamse Regering van 6 oktober 2006, wordt vervangen door wat volgt :
  "Art. 40. Het bezwaar wordt behandeld volgens de regels die zijn vastgesteld bij of ter uitvoering van hoofdstuk III van het decreet van 7 december 2007 houdende oprichting van de Strategische Adviesraad voor het Vlaamse Welzijns-, Gezondheids- en Gezinsbeleid en van een Adviescommissie voor Voorzieningen van Welzijn, Volksgezondheid en Gezin en (Kandidaat-)pleegzorgers.".
Art.63. L'article 40 du même arrêté, modifié par l'arrêté du Gouvernement flamand du 6 octobre 2006, est remplacé par ce qui suit :
  " Art. 40. Le recours est traité conformément aux règles fixées par ou en vertu du chapitre III du décret du 7 décembre 2007 portant création du Conseil consultatif stratégique pour la Politique de l'Aide sociale, de la Santé et de la Famille et d'une Commission consultative pour les Structures de l'Aide sociale, de la Santé publique et de la Famille et les (Candidats-)accueillants. ";
Afdeling 14. - Wijzigingen van het besluit van de Vlaamse Regering van 17 mei 2002 betreffende de erkenning en subsidiëring van de vertrouwenscentra kindermishandeling
Section 14. - Modifications de l'arrêté du Gouvernement flamand du 17 mai 2002 réglant l'agrément et le subventionnement des centres de confiance pour enfants maltraités
Art.64. In artikel 24 van het besluit van de Vlaamse Regering van 17 mei 2002 betreffende de erkenning en subsidiëring van de vertrouwenscentra kindermishandeling worden de woorden "bij de minister" opgeheven.
Art.64. A l'article 24 de l'arrêté du Gouvernement flamand du 17 mai 2002 réglant l'agrément et le subventionnement des centres de confiance pour enfants maltraités, les mots " au Ministre " sont supprimés.
Art.65. Artikel 29 van hetzelfde besluit wordt vervangen door wat volgt :
  "Art. 29. Het beroep wordt behandeld volgens de regels die zijn vastgesteld bij of ter uitvoering van hoofdstuk III van het decreet van 7 december 2007 houdende oprichting van de Strategische Adviesraad voor het Vlaamse Welzijns-, Gezondheids- en Gezinsbeleid en van een Adviescommissie voor Voorzieningen van Welzijn, Volksgezondheid en Gezin en (Kandidaat-)pleegzorgers.".
Art.65. L'article 29 du même arrêté est remplacé par ce qui suit :
  " Art. 29. Le recours est traité conformément aux règles fixées par ou en vertu du chapitre III du décret du 7 décembre 2007 portant création du Conseil consultatif stratégique pour la Politique de l'Aide sociale, de la Santé et de la Famille et d'une Commission consultative pour les Structures de l'Aide sociale, de la Santé publique et de la Famille et des (Candidats-)accueillants. ";
Afdeling 15. - Wijzigingen van het besluit van de Vlaamse Regering van 19 december 2008 betreffende de samenwerkingsinitiatieven eerstelijnsgezondheidszorg
Section 15. - Modifications de l'arrêté du Gouvernement flamand du 19 décembre 2008 relatif aux initiatives de coopération soins de santé primaire
Art.66. In artikel 9, § 5, derde lid, artikel 12, § 4, tweede lid, artikel 14, § 2, tweede lid, artikel 15, § 3, tweede lid, en artikel 16 van het besluit van de Vlaamse Regering van 19 december 2008 betreffende de samenwerkingsinitiatieven eerstelijnsgezondheidszorg wordt de zinsnede "de Adviescommissie voor Voorzieningen van Welzijn, Volksgezondheid en Gezin" vervangen door de woorden "het agentschap".
Art.66. A l'article 9, § 5, alinéa trois, l'article 12, § 4, alinéa deux, l'article 14, § 2, alinéa deux, l'article 15, § 3, alinéa deux, et l'article 16 de l' arrêté du Gouvernement flamand du 19 décembre 2008 relatif aux initiatives de coopération dans le domaine des soins de santé primaires " la Commission consultative pour les Etablissements de l'Aide sociale, de la Santé publique et de la Famille " sont remplacés par les mots " l'agence ".
Art.67. Artikel 17 van hetzelfde besluit wordt vervangen door wat volgt :
  "Art. 17. Het bezwaarschrift wordt behandeld volgens de regels die zijn vastgesteld bij of ter uitvoering van hoofdstuk III van het decreet van 7 december 2007 houdende oprichting van de Strategische Adviesraad voor het Vlaamse Welzijns-, Gezondheids- en Gezinsbeleid en van een Adviescommissie voor Voorzieningen van Welzijn, Volksgezondheid en Gezin en (Kandidaat-)pleegzorgers.".
Art.67. L'article 17 du même arrêté est remplacé par ce qui suit :
  " Art. 17. Le recours est traité conformément aux règles fixées par ou en vertu du chapitre III du décret du 7 décembre 2007 portant création du Conseil consultatif stratégique pour la Politique de l'Aide sociale, de la Santé et de la Famille et d'une Commission consultative pour les Structures de l'Aide sociale, de la Santé publique et de la Famille et les (Candidats)accueillants. ";
Art.68. Artikel 18 van hetzelfde besluit wordt opgeheven.
Art.68. L'article 18 du même arrêté est abrogé.
Afdeling 16. - Wijzigingen van het besluit van de Vlaamse Regering van 30 januari 2009 betreffende de Logo's
Section 16. - Modifications de l'arrêté du Gouvernement flamand du 30 janvier 2009 relatif aux Logos
Art.69. In artikel 20 van het besluit van de Vlaamse Regering van 30 januari 2009 betreffende de Logo's wordt het vierde lid vervangen door wat volgt :
  "Het ontvankelijke bezwaarschrift wordt behandeld volgens de regels die zijn vastgesteld bij of ter uitvoering van hoofdstuk III van het decreet van 7 december 2007 houdende oprichting van de Strategische Adviesraad voor het Vlaamse Welzijns-, Gezondheids- en Gezinsbeleid en van een Adviescommissie voor Voorzieningen van Welzijn, Volksgezondheid en Gezin en (Kandidaat-)pleegzorgers.".
Art.69. Dans l'article 20 de l'arrêté du Gouvernement flamand du 30 janvier 2009 relatif au Logos, l'alinéa quatre est remplacé par la disposition suivante :
  " Le recours recevable est traité conformément aux règles fixées par ou en vertu du chapitre III du décret du 7 décembre 2007 portant création du Conseil consultatif stratégique pour la Politique de l'Aide sociale, de la Santé et de la Famille et d'une Commission consultative pour les Structures de l'Aide sociale, de la Santé publique et de la Famille et les (Candidats-)accueillants. ";
Art.70. In artikel 21 van hetzelfde besluit worden paragraaf 1, 2 en 3 opgeheven.
Art.70. A l'article 21 du même arrêté les § § 1er, 2 et 3 sont abrogés.
Art.71. Artikel 22 van hetzelfde besluit wordt opgeheven.
Art.71. L'article 22 du même arrêté est abrogé.
Afdeling 17. - Wijzigingen van het besluit van de Vlaamse Regering van 30 april 2009 houdende de voorwaarden voor de erkenning en subsidiëring als gemandateerde voorziening, coördinatiepunt en flexibele opvangpool van doelgroepwerknemers
Section 17. - Modifications de l'arrêté du Gouvernement flamand du 30 avril 2009 fixant les conditions d'agrément et de subventionnement en tant que structure mandatée, point de coordination et pool d'accueil flexible des travailleurs de groupes cibles
Art.72. In artikel 24 van het besluit van de Vlaamse Regering van 30 april 2009 houdende de voorwaarden voor de erkenning en subsidiëring als gemandateerde voorziening, coördinatiepunt en flexibele opvangpool van doelgroepwerknemers wordt het eerste lid vervangen door wat volgt :
  "Het beroep wordt behandeld volgens de regels die zijn vastgesteld bij of ter uitvoering van hoofdstuk III van het decreet van 7 december 2007 houdende oprichting van de Strategische Adviesraad voor het Vlaamse Welzijns-, Gezondheids- en Gezinsbeleid en van een Adviescommissie voor Voorzieningen van Welzijn, Volksgezondheid en Gezin en (Kandidaat-)pleegzorgers.".
Art.72. A l'article 24 de l'arrêté du Gouvernement flamand du 30 avril 2009 fixant les conditions d'agrément et de subventionnement en tant que structure mandatée, point de coordination et pool d'accueil flexible des travailleurs de groupes cibles, l'alinéa premier est remplacé par la disposition suivante :
  " Le recours est traité conformément aux règles fixées par ou en vertu du chapitre III du décret du 7 décembre 2007 portant création du Conseil consultatif stratégique pour la Politique de l'Aide sociale, de la Santé et de la Famille et d'une Commission consultative pour les Structures de l'Aide sociale, de la Santé publique et de la Famille et des (Candidats-)accueillants. ";
Art.73. Artikel 25 van hetzelfde besluit wordt opgeheven.
Art.73. L'article 25 du même arrêté est abrogé.
Afdeling 18. - Wijzigingen van het besluit van de Vlaamse Regering van 5 juni 2009 betreffende de erkenning van afdelingen Medisch Toezicht of departementen Medisch Toezicht
Section 18. - Modifications de l'arrêté du Gouvernement flamand du 5 juin 2009 relatif à l'agrément des divisions ou des départements de Surveillance Médicale
Art.74. In artikel 17, derde lid, artikel 20, § 1, tweede lid, en artikel 21, § 3, tweede lid, van het besluit van de Vlaamse Regering van 5 juni 2009 betreffende de erkenning van afdelingen Medisch Toezicht of departementen Medisch Toezicht wordt de zinsnede "op het adres van de Adviescommissie voor Voorzieningen van Welzijn, Volksgezondheid en Gezin" opgeheven.
Art.74. A l'article 17, alinéa trois, l'article 20, § 1er, alinéa deux, et l'article 21, § 3, alinéa deux, de l'arrêté du Gouvernement flamand du 5 juin 2009 relatif à l'agrément des divisions ou des départements de Surveillance, le membre de phrase " à l'adresse de la Commission consultative pour les Structures de l'Aide sociale, de la Santé Publique et de la Famille " est abrogé.
Art.75. In artikel 23 van hetzelfde besluit worden de volgende wijzigingen aangebracht :
  1° het eerste lid wordt vervangen door wat volgt :
  "Het ontvankelijke bezwaarschrift wordt behandeld volgens de regels die zijn vastgesteld bij of ter uitvoering van hoofdstuk III van het decreet van 7 december 2007 houdende oprichting van de Strategische Adviesraad voor het Vlaamse Welzijns-, Gezondheids- en Gezinsbeleid en van een Adviescommissie voor Voorzieningen van Welzijn, Volksgezondheid en Gezin en (Kandidaat-)pleegzorgers.";
  2° het tweede en derde lid worden opgeheven.
Art.75. A l'article 23 du même arrêté sont apportées les modifications suivantes :
  1° l'alinéa premier est remplacé par la disposition suivante :
  " Le recours recevable est traité conformément aux règles fixées par ou en vertu du chapitre III du décret du 7 décembre 2007 portant création du Conseil consultatif stratégique pour la Politique de l'Aide sociale, de la Santé et de la Famille et d'une Commission consultative pour les Structures de l'Aide sociale, de la Santé publique et de la Famille et les (Candidats-)accueillants. ";
  2° les deuxième et le troisième alinéas sont abrogés.
Art.76. Artikel 24 van hetzelfde besluit wordt opgeheven.
Art.76. L'article 24 du même arrêté est abrogé.
Afdeling 19. - Wijziging van het besluit van de Vlaamse Regering van 26 februari 2010 tot regeling van de erkenning en de subsidiëring van organisaties voor autonoom vrijwilligerswerk
Section 19. - Modification de l'arrêté du Gouvernement flamand du 26 février 2010 réglant l'agrément et le subventionnement d'organisations à bénévolat à part entière
Art.77. In artikel 11 van het besluit van de Vlaamse Regering van 26 februari 2010 tot regeling van de erkenning en de subsidiëring van organisaties voor autonoom vrijwilligerswerk wordt het tweede lid vervangen door wat volgt :
  "Het bezwaarschrift wordt behandeld volgens de regels die zijn vastgesteld bij of ter uitvoering van hoofdstuk III van het decreet van 7 december 2007 houdende oprichting van de Strategische Adviesraad voor het Vlaamse Welzijns-, Gezondheids- en Gezinsbeleid en van een Adviescommissie voor Voorzieningen van Welzijn, Volksgezondheid en Gezin en (Kandidaat-)pleegzorgers.".
Art.77. A l'article 11 de l'arrêté du Gouvernement flamand du 26 février 2010 réglant l'agrément et le subventionnement des organisations à bénévolat à part entière, l'alinéa deux est remplacé par la disposition suivante :
  " Le recours est traité conformément aux règles fixées par ou en vertu du chapitre III du décret du 7 décembre 2007 portant création du Conseil consultatif stratégique pour la Politique de l'Aide sociale, de la Santé et de la Famille et d'une Commission consultative pour les Structures de l'Aide sociale, de la Santé publique et de la Famille et des (Candidats-)accueillants. ";
Afdeling 20. - Wijzigingen van het besluit van de Vlaamse Regering van 16 maart 2012 betreffende aspecten van het Vlaams bevolkingsonderzoek naar borstkanker
Section 20. - Modifications de l'arrêté du Gouvernement flamand du 16 mars 2012 relatif aux aspects du dépistage flamand de population du cancer du sein
Art.78. In artikel 1 van het besluit van de Vlaamse Regering van 16 maart 2012 betreffende aspecten van het Vlaams bevolkingsonderzoek naar borstkanker wordt punt 2° opgeheven.
Art.78. Dans l'article 1er de l'arrêté du Gouvernement flamand du 16 mars 2012 relatif aux aspects du dépistage flamand de population du cancer du sein, le point 2° est abrogé.
Art.79. In artikel 30 van hetzelfde besluit wordt het tweede lid opgeheven.
Art.79. Dans l'article 30 du même arrêté, le deuxième alinéa est abrogé.
Art.80. In artikel 31 van hetzelfde besluit wordt paragraaf 1 vervangen door wat volgt :
  " § 1. Als de aanvrager een bezwaarschrift heeft ingediend conform artikel 30, eerste lid, wordt dat behandeld volgens de regels die zijn vastgesteld bij of ter uitvoering van hoofdstuk III van het decreet van 7 december 2007 houdende oprichting van de Strategische Adviesraad voor het Vlaamse Welzijns-, Gezondheids- en Gezinsbeleid en van een Adviescommissie voor Voorzieningen van Welzijn, Volksgezondheid en Gezin en (Kandidaat-)pleegzorgers.".
Art.80. Dans l'article 31 du même arrêté, le paragraphe 1er est remplacé par ce qui suit :
  " § 1er. Lorsque le demandeur a introduit un recours conformément à l'article30, alinéa premier, ce recours est traité conformément aux règles fixées par ou en vertu du chapitre III du décret du 7 décembre 2007 portant création du Conseil consultatif stratégique pour la Politique de l'Aide sociale, de la Santé et de la Famille et d'une Commission consultative pour les Structures de l'Aide sociale, de la Santé publique et de la Famille et les (Candidats-)accueillants. ".
Afdeling 21. - Wijziging van het besluit van de Vlaamse Regering van 9 november 2012 inzake erkenning en subsidiëring van de centra voor kinderzorg en gezinsondersteuning
Section 21. - Modification de l'arrêté du Gouvernement flamand du 9 novembre 2012 relatif à l'agrément et au subventionnement des centres d'aide aux enfants et d'assistance des familles
Art.81. Artikel 52 van het besluit van de Vlaamse Regering van 9 november 2012 inzake erkenning en subsidiëring van de centra voor kinderzorg en gezinsondersteuning wordt vervangen door wat volgt :
  "Art. 52. Het beroepschrift wordt verder behandeld volgens de regels die zijn vastgesteld bij of ter uitvoering van hoofdstuk III van het decreet van 7 december 2007 houdende oprichting van de Strategische Adviesraad voor het Vlaamse Welzijns-, Gezondheids- en Gezinsbeleid en van een Adviescommissie voor Voorzieningen van Welzijn, Volksgezondheid en Gezin en (Kandidaat-)pleegzorgers.".
Art.81. L'article 52 de l'arrêté du Gouvernement flamand du 9 novembre 2012 relatif à l'agrément et au subventionnement des centres d'aide aux enfants et d'assistance des familles est remplacé par la disposition suivante :
  " Art. 52. Le recours est traité conformément aux règles fixées par ou en vertu du chapitre III du décret du 7 décembre 2007 portant création du Conseil consultatif stratégique pour la Politique de l'Aide sociale, de la Santé et de la Famille et d'une Commission consultative pour les Structures de l'Aide sociale, de la Santé publique et de la Famille et les (Candidats-)accueillants. ";
HOOFDSTUK 7. - Slotbepalingen
CHAPITRE 7. - Dispositions finales
Art.82. Het besluit van de Vlaamse Regering van 28 januari 1997 tot uitvoering van het decreet van 20 december 1996 houdende oprichting van een Vlaamse Gezondheidsraad en van een Vlaamse Adviesraad voor erkenning van verzorgingsvoorzieningen wordt opgeheven.
Art.82. L'arrêté du Gouvernement flamand du 28 janvier 1997 portant exécution du décret du 20 décembre 1996 portant création d'un Conseil flamand de la Santé et d'un Conseil consultatif flamand pour l'agrément des établissements de soins, est abrogé.
Art.83. Het besluit van de Vlaamse Regering van 15 september 1998 betreffende de adviserende beroepscommissie inzake gezins- en welzijnsaangelegenheden, gewijzigd bij de besluiten van de Vlaamse Regering van 29 september 2000, 31 maart 2006 en 24 november 2006, wordt opgeheven.
Art.83. L'arrêté du Gouvernement flamand du 15 septembre 1998 relatif à la Commission consultative d'Appel pour les questions de la famille et de l'aide sociale, modifié par les arrêtés du Gouvernement flamand des 29 septembre 2000 et 24 novembre 2006, est abrogé.
Art.84. Artikel 12, tweede en derde lid, artikel 15, 19 en 20 van het decreet van 7 december 2007 houdende de oprichting van de Strategische Adviesraad voor het Vlaamse Welzijns-, Gezondheids- en Gezinsbeleid en van een Adviescommissie voor Voorzieningen van Welzijn, Volksgezondheid en Gezin en (Kandidaat-)pleegzorgers treden in werking op 1 januari 2014.
  Artikel 12, eerste lid, artikel 13 en 14 van voormeld decreet hebben uitwerking met ingang van 1 juli 2013.
Art.84. L'article 12, alinéa deux et trois les articles 15, 19 et 20 du décret du 7 décembre 2007 portant création du Conseil consultatif stratégique pour la Politique flamande de l'Aide sociale, de la Santé et de la Famille et d'une Commission consultative pour les Structures de l'Aide sociale, de la Santé publique et de la Famille et les (Candidats-)accueillants entrent en vigueur le 1er janvier 2014.
  Les articles 12, alinéa premier, les articles 13 et 14 du décret précité produisent leurs effets à partir du 1er juillet 2013.
Art.85. Artikel 33 en 34 van het decreet van 20 april 2012 houdende de organisatie van kinderopvang van baby's en peuters treden in werking op 1 januari 2014.
Art.85. Les articles 33 et 34 du décret du 20 avril 2012 relatif à l'organisation de bébés et de bambins entrent en vigueur le 1er janvier 2014.
Art.86. Artikel 39, 40 en 41, 1°, van het decreet van 29 juni 2012 houdende de organisatie van pleegzorg hebben uitwerking met ingang van 1 juli 2013.
Art.86. Les articles 39, 40 et 41, 1° du décret du 29 juin 2012 Décret portant organisation du placement familial produisent leurs effets le 1er juillet 2013.
Art.87. Dit besluit treedt in werking op 1 januari 2014, met uitzondering van artikel 1 tot en met 3, artikel 13, § 1 en § 2, eerste lid en tweede lid, 2° en 3°, artikel 17, 18, 20, 21 en 88, die uitwerking hebben met ingang van 1 juli 2013.
Art.87. Le présent arrêté entre en vigueur le 1er janvier 2014, à l'exception des articles 1 à 3 inclus, l'article 13, § § 1er et 2, alinéas premier et deux, 2° et 3°, les articles 17, 18, 20, 21 et 88, qui produisent leurs effets le 1er juillet 2013.
Art. 88. De Vlaamse minister, bevoegd voor de bijstand aan personen, en de Vlaamse minister, bevoegd voor het gezondheidsbeleid, zijn, ieder wat hem of haar betreft, belast met de uitvoering van dit besluit.
Art. 88. Le Ministre flamand ayant l'assistance aux personnes dans ses attributions et le Ministre flamand ayant la politique en matière de santé dans ses attributions sont chargés, chacun en ce qui le concerne, de l'exécution du présent arrêté.