Artikel 1. In dit besluit wordt verstaan onder :
1° [1 [3 actieve landbouwer: de actieve landbouwer, vermeld in artikel 4, Ї 2, van het besluit van de Vlaamse Regering van 21 april 2023 tot vaststelling van de voorschriften voor de rechtstreekse betalingen aan landbouwers in het kader van het gemeenschappelijk landbouwbeleid;]3-1
2° [1 ...]1
3° [3 bevoegde entiteit: het Agentschap Landbouw en Zeevisserij, vermeld in artikel 29/1, eerste lid, 2А, van het besluit van de Vlaamse Regering van 3 juni 2005 met betrekking tot de organisatie van de Vlaamse administratie;]3;
4° [3 ...]3;
5° [3 ministers: de Vlaamse minister, bevoegd voor de landbouw, de Vlaamse minister, bevoegd voor het welzijn, de Vlaamse minister, bevoegd voor de gezondheids- en woonzorg, de Vlaamse minister, bevoegd voor opgroeien, de Vlaamse minister, bevoegd voor de personen met een beperking, de Vlaamse minister, bevoegd voor de sociale bescherming, de Vlaamse minister bevoegd voor de coіrdinatie van hulp- en dienstverlening aan gedetineerden en geяnterneerden, en de Vlaamse minister, bevoegd voor onderwijs en vorming, samen;]3;
6° voorziening : een organisatie die voldoet aan een van de volgende voorwaarden :
a) de organisatie is [2 vergund]2 door de Vlaamse overheid en oefent activiteiten uit op het domein van de zorgverstrekking, de gezondheidsopvoeding, de preventieve gezondheidszorg, het gezin, het maatschappelijk welzijn, de personen met een handicap, de ouderen, de bijzondere jeugdzorg, en de sociale hulpverlening aan gedetineerden met het oog op hun sociale reïntegratie, vermeld in artikel 5, § 1, I en II, van de bijzondere wet van 8 augustus 1980 tot hervorming der instellingen, met uitzondering van de organisaties die activiteiten uitoefenen op het domein van het medisch verantwoord sporten en de kinderopvang;
b) de organisatie is een gemeenschapsinstelling voor bijzondere jeugdbijstand, een comité voor bijzondere jeugdzorg, een ondersteuningscentrum jeugdzorg, een sociale dienst voor gerechtelijke jeugdbijstand of een medisch-pedagogisch instituut van het gemeenschapsonderwijs;
c) de organisatie is een centrum voor leerlingenbegeleiding als vermeld in het [2 decreet van 27 april 2018 betreffende de leerlingenbegeleiding in het basisonderwijs, het secundair onderwijs en de centra voor leerlingenbegeleiding]2;
d) de organisatie is actief in de gezondheidszorg, met een RIZIV-conventie;
e) de organisatie krijgt van de ministers de toestemming om een zorgboerderijovereenkomst te sluiten met toepassing van dit besluit;
7° zorgvrager : een natuurlijk persoon die een beroep doet op een voorziening. De persoon die een beroep doet op een centrum voor leerlingenbegeleiding komt alleen in aanmerking voor zover hij ten minste het eerste leerjaar van de eerste graad van het secundair onderwijs heeft aangevat en de begeleiding door het CLB past in het kader van het tijdelijk uit het onderwijs nemen van leerlingen om pedagogische, juridische, sociale of persoonlijke redenen, met de bedoeling hen opnieuw in het onderwijs op te nemen;
8° zorgboerderijactiviteit : een aan de landbouw gerelateerde activiteit voor zorgvragers op het bedrijf van de land- of tuinbouwer.
Nederlands (NL)
Français (FR)
Titre
20 DECEMBER 2013. - Besluit van de Vlaamse Regering tot toekenning van subsidies aan land- of tuinbouwers voor de diversificatie naar zorgboerderijactiviteiten(NOTA : Raadpleging van vroegere versies vanaf 27-12-2013 en tekstbijwerking tot 31-07-2024)
Titre
20 DECEMBRE 2013. - Arrêté du Gouvernement flamand portant octroi de subsides à des agriculteurs et horticulteurs pour la diversification vers des activités de ferme de soins(NOTE : Consultation des versions antérieures à partir du 27-12-2013 et mise à jour au 31-07-2024)
Informations sur le document
Numac: 2013036181
Datum: 2013-12-20
Info du document
Numac: 2013036181
Date: 2013-12-20
Table des matières
HOOFDSTUK 1. - Algemene bepalingen
HOOFDSTUK 2. - Subsidie voor diversificatie naa...
HOOFDSTUK 3.
HOOFDSTUK 4. - De zorgboerderijovereenkomst
HOOFDSTUK 5. - Aanmelding voor de subsidie aan ...
HOOFDSTUK 6. - Registratie van de aanwezigheid ...
HOOFDSTUK 7. - Uitbetaling van de subsidie
HOOFDSTUK 7/1. [1 Openbaarmaking]1
HOOFDSTUK 8. - Controle
HOOFDSTUK 9. - De zorgboerderijcommissie
HOOFDSTUK 9/1. [1Verwerking van persoonsgegevens]1
HOOFDSTUK 10. - Slotbepalingen
BIJLAGE.
Table des matières
CHAPITRE 1er. - Dispositions générales
CHAPITRE 2. - Subvention pour la diversificatio...
CHAPITRE 3.
CHAPITRE 4. - La convention de ferme de soins
CHAPITRE 5. - Déclaration pour la subvention à ...
CHAPITRE 6. - Enregistrement de la présence de ...
CHAPITRE 7. - Paiement de la subvention
CHAPITRE 7/1. [1 Publicité]1
CHAPITRE 8. - Contrôle
CHAPITRE 9. - La commission des fermes de soins
CHAPITRE 9/1. [1 Traitement de données à caract...
Art. 25/1. [1 L'entité compétente est le respon...
CHAPITRE 10. - Dispositions finales
ANNEXE.
Tekst (48)
Texte (48)
HOOFDSTUK 1. - Algemene bepalingen
CHAPITRE 1er. - Dispositions générales
Article 1er. Dans le présent arrêté, il convient d'entendre par :
1° [1 [3 agriculteur actif : l'agriculteur actif visé à l'article 4, § 2, de l'arrêté du Gouvernement flamand du 21 avril 2023 fixant les règles relatives aux paiements directs en faveur des agriculteurs dans le cadre de la politique agricole commune ;]3]1
2° [1 ...]1
3° [3 entité compétente : l'Agence de l'Agriculture et de la Pêche, visée à l'article 29/1, alinéa 1er, 2°, de l'arrêté du Gouvernement flamand du 3 juin 2005 relatif à l'organisation de l'Administration flamande ; ]3;
4° [3 ]3;
5° [3 ministres : le ministre flamand chargé de l'agriculture, le ministre flamand chargé du bien-être, le ministre flamand compétent pour les soins de santé et les soins résidentiels, le ministre flamand compétent pour le grandir, le ministre flamand compétent pour les personnes handicapées, le ministre flamand compétent pour la protection sociale, le ministre flamand chargé de la coordination de la prestation d'aide et de services aux détenus et aux internés et le ministre flamand compétent pour l'enseignement et la formation, conjointement ]3;
6° structure : une organisation qui satisfait à l'une des conditions suivantes :
a) l'organisation est [2 autorisée]2 par l'autorité flamande et exerce des activités dans le domaine de la dispensation de soins, de l'éducation à la santé, des soins de santé préventifs, de la famille, du bien-être social, des personnes handicapées, des personnes âgées, de l'assistance spéciale de la jeunesse et de l'aide sociale aux détenus en vue de leur réinsertion, visés à l'article 5, § 1er, I et II, de la loi spéciale de réformes institutionnelles du 8 août 1980, à l'exception des organisations qui exercent des activités dans le domaine de la pratique du sport dans le respect des impératifs de santé et de l'accueil d'enfants;
b) l'organisation est une institution communautaire d'assistance spéciale à la jeunesse, un comité pour l'assistance spéciale à la jeunesse, un centre de soutien d'assistance à la jeunesse, un service social d'aide judiciaire à la jeunesse ou un institut médico-pédagogique de l'enseignement communautaire;
c) l'organisation est un centre d'encadrement des élèves tel que visé au [2 décret du 27 avril 2018 relatif à l'encadrement des élèves dans l'enseignement fondamental, l'enseignement secondaire et dans les centres d'encadrement des élèves]2;
d) l'organisation est active dans les soins de santé, moyennant une convention INAMI;
e) l'organisation est agréée par les ministres pour conclure une convention de ferme de soins en application du présent arrêté;
7° demandeur d'aide : une personne physique qui a recours aux services proposés par une structure. La personne qui fait appel à un centre d'encadrement des élèves n'est prise en compte que si elle a au moins entamé la première année du premier cycle de l'enseignement secondaire et si l'encadrement par le CLB s'inscrit dans le cadre de l'écartement provisoire de l'enseignement d'élèves pour des motifs pédagogiques, juridiques, sociaux ou personnels, dans le but de les réintégrer à nouveau dans l'enseignement;
8° activité de ferme de soins : une activité associée à l'agriculture pour demandeurs de soins dans l'entreprise de l'agriculteur ou de l'horticulteur.
1° [1 [3 agriculteur actif : l'agriculteur actif visé à l'article 4, § 2, de l'arrêté du Gouvernement flamand du 21 avril 2023 fixant les règles relatives aux paiements directs en faveur des agriculteurs dans le cadre de la politique agricole commune ;]3]1
2° [1 ...]1
3° [3 entité compétente : l'Agence de l'Agriculture et de la Pêche, visée à l'article 29/1, alinéa 1er, 2°, de l'arrêté du Gouvernement flamand du 3 juin 2005 relatif à l'organisation de l'Administration flamande ; ]3;
4° [3 ]3;
5° [3 ministres : le ministre flamand chargé de l'agriculture, le ministre flamand chargé du bien-être, le ministre flamand compétent pour les soins de santé et les soins résidentiels, le ministre flamand compétent pour le grandir, le ministre flamand compétent pour les personnes handicapées, le ministre flamand compétent pour la protection sociale, le ministre flamand chargé de la coordination de la prestation d'aide et de services aux détenus et aux internés et le ministre flamand compétent pour l'enseignement et la formation, conjointement ]3;
6° structure : une organisation qui satisfait à l'une des conditions suivantes :
a) l'organisation est [2 autorisée]2 par l'autorité flamande et exerce des activités dans le domaine de la dispensation de soins, de l'éducation à la santé, des soins de santé préventifs, de la famille, du bien-être social, des personnes handicapées, des personnes âgées, de l'assistance spéciale de la jeunesse et de l'aide sociale aux détenus en vue de leur réinsertion, visés à l'article 5, § 1er, I et II, de la loi spéciale de réformes institutionnelles du 8 août 1980, à l'exception des organisations qui exercent des activités dans le domaine de la pratique du sport dans le respect des impératifs de santé et de l'accueil d'enfants;
b) l'organisation est une institution communautaire d'assistance spéciale à la jeunesse, un comité pour l'assistance spéciale à la jeunesse, un centre de soutien d'assistance à la jeunesse, un service social d'aide judiciaire à la jeunesse ou un institut médico-pédagogique de l'enseignement communautaire;
c) l'organisation est un centre d'encadrement des élèves tel que visé au [2 décret du 27 avril 2018 relatif à l'encadrement des élèves dans l'enseignement fondamental, l'enseignement secondaire et dans les centres d'encadrement des élèves]2;
d) l'organisation est active dans les soins de santé, moyennant une convention INAMI;
e) l'organisation est agréée par les ministres pour conclure une convention de ferme de soins en application du présent arrêté;
7° demandeur d'aide : une personne physique qui a recours aux services proposés par une structure. La personne qui fait appel à un centre d'encadrement des élèves n'est prise en compte que si elle a au moins entamé la première année du premier cycle de l'enseignement secondaire et si l'encadrement par le CLB s'inscrit dans le cadre de l'écartement provisoire de l'enseignement d'élèves pour des motifs pédagogiques, juridiques, sociaux ou personnels, dans le but de les réintégrer à nouveau dans l'enseignement;
8° activité de ferme de soins : une activité associée à l'agriculture pour demandeurs de soins dans l'entreprise de l'agriculteur ou de l'horticulteur.
HOOFDSTUK 2. - Subsidie voor diversificatie naar zorgboerderijactiviteiten
CHAPITRE 2. - Subvention pour la diversification vers des activités de ferme de soins
Art.2. Binnen de daarvoor bestemde begrotingskredieten kan de Vlaamse minister, bevoegd voor [1 de landbouw]1, volgens de bepalingen die zijn vastgesteld in het decreet van 28 juni 2013 betreffende het landbouw- en visserijbeleid, dit besluit en de uitvoeringsbesluiten ervan, een subsidie verlenen aan land- of tuinbouwers die in samenwerking met een voorziening op hun bedrijf een zorgboerderijactiviteit aanbieden.
Modifications
Art.2. Dans les limites des crédits budgétaires prévus à cet effet, le Ministre flamand, chargé [1 l'agriculture]1, peut accorder une subvention à des agriculteurs ou horticulteurs qui, en collaboration avec une structure, proposent des activités de ferme de soins dans leur entreprise, conformément aux dispositions fixées par le décret du 28 juin 2013 relatif à la politique agricole et de la pêche, au présent arrêté et dans ses arrêtés d'exécution.
Modifications
Art.3. De subsidie, vermeld in artikel 2, bedraagt 20 euro per aaneensluitende periode van drie uur overdag.
De land- of tuinbouwer kan per dag maximaal 40 euro ontvangen als subsidie voor de maatregel die in dit besluit wordt beschreven.
[1 De minister, bevoegd voor de landbouw, kan een maximaal jaarlijks subsidiebedrag bepalen. Om te berekenen of de land- of tuinbouwer dat maximumbedrag bereikt, wordt rekening gehouden met de zorgboerderijactiviteiten die uitgevoerd zijn in het jaar in kwestie.]1
De land- of tuinbouwer kan per dag maximaal 40 euro ontvangen als subsidie voor de maatregel die in dit besluit wordt beschreven.
[1 De minister, bevoegd voor de landbouw, kan een maximaal jaarlijks subsidiebedrag bepalen. Om te berekenen of de land- of tuinbouwer dat maximumbedrag bereikt, wordt rekening gehouden met de zorgboerderijactiviteiten die uitgevoerd zijn in het jaar in kwestie.]1
Modifications
Art.3. La subvention, visée à l'article 2, s'élève à 20 euros par période de trois heures consécutives en journée.
Par jour, l'agriculteur ou l'horticulteur peut percevoir maximum 40 euros en guise de subvention pour la mesure décrite au présent arrêté.
[1 Le ministre chargé de l'agriculture peut fixer un montant maximal annuel de subvention. Les activités de ferme thérapeutique réalisées au cours de l'année en question sont prises en compte pour calculer si l'agriculteur ou l'horticulteur atteint ce montant maximal. ]1
Par jour, l'agriculteur ou l'horticulteur peut percevoir maximum 40 euros en guise de subvention pour la mesure décrite au présent arrêté.
[1 Le ministre chargé de l'agriculture peut fixer un montant maximal annuel de subvention. Les activités de ferme thérapeutique réalisées au cours de l'année en question sont prises en compte pour calculer si l'agriculteur ou l'horticulteur atteint ce montant maximal. ]1
Modifications
Art.4. De subsidie, vermeld in artikel 2, wordt verleend onder de voorwaarden, vermeld in [1 [3 verordening (EU) 2023/2831 van de Commissie van 13 december 2023 betreffende de toepassing van de artikelen 107 en 108 van het Verdrag betreffende de werking van de Europese Unie op de-minimissteun.]3]2]1.
Art.4. La subvention, mentionnées à l'article 2, est octroyée aux conditions telles que visées dans [1 [3 le règlement (UE) 2023/2831 de la Commission du 13 décembre 2023 relatif à l'application des articles 107 et 108 du traité sur le fonctionnement de l'Union européenne aux aides de minimis]3]2]1.
Art.5. Om in aanmerking te komen voor de subsidie, vermeld in artikel 2, moet voldaan zijn aan de volgende voorwaarden :
1° [2 de land- of tuinbouwer is een actieve landbouwer;]2 :
a) een natuurlijk persoon;
b) een handelsvennootschap als vermeld in artikel 2, § 2, van het Wetboek van Vennootschappen, met uitzondering van het economisch samenwerkingsverband;
c) een landbouwvennootschap als vermeld in artikel 2, § 3, van het Wetboek van Vennootschappen;
d) een consumentencoöperatie, namelijk een handelsvennootschap als vermeld in artikel 2, § 2, van het Wetboek van Vennootschappen;
2° [2 ...]2;
3° [2 ...]2;
4° de land- of tuinbouwer is gedurende de volledige looptijd van de zorgboerderijovereenkomst verzekerd voor zijn burgerlijke aansprakelijkheid voor de schade aan derden, veroorzaakt door de zorgvrager in het kader van de uitoefening van zorgboerderijactiviteiten op zijn land- of tuinbouwbedrijf en de verzekeringspolis vermeldt expliciet de uitoefening van zorgboerderijactiviteiten;
5° de land- of tuinbouwer heeft een zorgboerderijovereenkomst als vermeld in hoofdstuk 4 van dit besluit, gesloten;
6° de land- of tuinbouwer, een gezinslid, een medewerker, een derde of een voorziening hebben een zorgboerderijactiviteit uitgevoerd op het bedrijf van de land- of tuinbouwer zoals bepaald in de zorgboerderijovereenkomst;
7° de land- of tuinbouwer heeft de aanwezigheid van de zorgvrager op het bedrijf van de land- of tuinbouwer in het kader van een zorgboerderijactiviteit geregistreerd.
[1 8° het adres van de land- of tuinbouwer als natuurlijke persoon of de maatschappelijke zetel van de land- of tuinbouwer als rechtspersoon bevindt zich in het Vlaamse Gewest.]1
In het eerste lid, 6°, wordt verstaan onder :
1° gezinslid : een bloed- of aanverwant tot en met de tweede graad;
2° medewerker : een persoon die actief is op het bedrijf van de land- of tuinbouwer in het kader van een gereglementeerd sociaal statuut.
[1 de zorgboerderijactiviteiten worden uitgevoerd in het Vlaamse Gewest.]1
1° [2 de land- of tuinbouwer is een actieve landbouwer;]2 :
a) een natuurlijk persoon;
b) een handelsvennootschap als vermeld in artikel 2, § 2, van het Wetboek van Vennootschappen, met uitzondering van het economisch samenwerkingsverband;
c) een landbouwvennootschap als vermeld in artikel 2, § 3, van het Wetboek van Vennootschappen;
d) een consumentencoöperatie, namelijk een handelsvennootschap als vermeld in artikel 2, § 2, van het Wetboek van Vennootschappen;
2° [2 ...]2;
3° [2 ...]2;
4° de land- of tuinbouwer is gedurende de volledige looptijd van de zorgboerderijovereenkomst verzekerd voor zijn burgerlijke aansprakelijkheid voor de schade aan derden, veroorzaakt door de zorgvrager in het kader van de uitoefening van zorgboerderijactiviteiten op zijn land- of tuinbouwbedrijf en de verzekeringspolis vermeldt expliciet de uitoefening van zorgboerderijactiviteiten;
5° de land- of tuinbouwer heeft een zorgboerderijovereenkomst als vermeld in hoofdstuk 4 van dit besluit, gesloten;
6° de land- of tuinbouwer, een gezinslid, een medewerker, een derde of een voorziening hebben een zorgboerderijactiviteit uitgevoerd op het bedrijf van de land- of tuinbouwer zoals bepaald in de zorgboerderijovereenkomst;
7° de land- of tuinbouwer heeft de aanwezigheid van de zorgvrager op het bedrijf van de land- of tuinbouwer in het kader van een zorgboerderijactiviteit geregistreerd.
[1 8° het adres van de land- of tuinbouwer als natuurlijke persoon of de maatschappelijke zetel van de land- of tuinbouwer als rechtspersoon bevindt zich in het Vlaamse Gewest.]1
In het eerste lid, 6°, wordt verstaan onder :
1° gezinslid : een bloed- of aanverwant tot en met de tweede graad;
2° medewerker : een persoon die actief is op het bedrijf van de land- of tuinbouwer in het kader van een gereglementeerd sociaal statuut.
[1 de zorgboerderijactiviteiten worden uitgevoerd in het Vlaamse Gewest.]1
Modifications
Art.5. Pour entrer en considération pour la subvention, visée à l'article 2, les conditions suivantes doivent être remplies :
1° [2 l'agriculteur ou l'horticulteur est un agriculteur actif ;]2 :
a) une personne physique;
b) une société commerciale telle que visée à l'article 2, § 2, du Code des Sociétés, à l'exception de l'accord de coopération économique;
c) une société agricole telle que visée à l'article 2, § 3, du Code des Sociétés;
c) une coopération de consommateurs telle que visée à l'article 2, § 2, du Code des Sociétés;
2° [2 ...]2;
3° [2 ...]2;
4° l'agriculteur ou l'horticulteur est, pendant toute la durée de la convention de ferme de soins, assuré pour sa responsabilité civile en cas de dommages à des tiers occasionnés par le demandeur d'aide dans le cadre de l'exercice des activités de ferme de soins dans son entreprise agricole ou horticole et la police d'assurance mentionne explicitement l'exercice d'activités de ferme de soins;
5° l'agriculteur ou l'horticulteur a conclu une convention de ferme de soins telle que visée au chapitre 4 du présent arrêté;
6° l'agriculteur ou l'horticulteur, un membre de la famille, un collaborateur, un tiers ou une structure ont exécuté une activité de ferme de soins dans l'entreprise de l'agriculteur ou l'horticulteur, telle que définie dans la convention de ferme de soins;
7° l'agriculteur ou l'horticulteur a enregistré la présence du demandeur d'aide dans l'entreprise de l'agriculteur ou de l'horticulteur dans le cadre d'une activité de ferme de soins.
[1 8° l'adresse de l'agriculteur ou de l'horticulteur en tant que personne physique ou le siège social de l'agriculteur ou de l'horticulteur en tant que personne morale se trouve en Région flamande.]1
A l'alinéa premier, 6°, il convient d'entendre par :
1° membre de la famille : un parent ou allié jusqu'au deuxième degré;
2° collaborateur : une personne qui est active dans l'entreprise de l'agriculteur ou de l'horticulteur dans le cadre d'un statut social réglementé.
[2 9° les activités de ferme thérapeutique sont exercées en Région flamande.]2
1° [2 l'agriculteur ou l'horticulteur est un agriculteur actif ;]2 :
a) une personne physique;
b) une société commerciale telle que visée à l'article 2, § 2, du Code des Sociétés, à l'exception de l'accord de coopération économique;
c) une société agricole telle que visée à l'article 2, § 3, du Code des Sociétés;
c) une coopération de consommateurs telle que visée à l'article 2, § 2, du Code des Sociétés;
2° [2 ...]2;
3° [2 ...]2;
4° l'agriculteur ou l'horticulteur est, pendant toute la durée de la convention de ferme de soins, assuré pour sa responsabilité civile en cas de dommages à des tiers occasionnés par le demandeur d'aide dans le cadre de l'exercice des activités de ferme de soins dans son entreprise agricole ou horticole et la police d'assurance mentionne explicitement l'exercice d'activités de ferme de soins;
5° l'agriculteur ou l'horticulteur a conclu une convention de ferme de soins telle que visée au chapitre 4 du présent arrêté;
6° l'agriculteur ou l'horticulteur, un membre de la famille, un collaborateur, un tiers ou une structure ont exécuté une activité de ferme de soins dans l'entreprise de l'agriculteur ou l'horticulteur, telle que définie dans la convention de ferme de soins;
7° l'agriculteur ou l'horticulteur a enregistré la présence du demandeur d'aide dans l'entreprise de l'agriculteur ou de l'horticulteur dans le cadre d'une activité de ferme de soins.
[1 8° l'adresse de l'agriculteur ou de l'horticulteur en tant que personne physique ou le siège social de l'agriculteur ou de l'horticulteur en tant que personne morale se trouve en Région flamande.]1
A l'alinéa premier, 6°, il convient d'entendre par :
1° membre de la famille : un parent ou allié jusqu'au deuxième degré;
2° collaborateur : une personne qui est active dans l'entreprise de l'agriculteur ou de l'horticulteur dans le cadre d'un statut social réglementé.
[2 9° les activités de ferme thérapeutique sont exercées en Région flamande.]2
Art.6. Als de land- of tuinbouwer de zorgboerderijactiviteiten delegeert aan een derde partij, vinden de zorgboerderijactiviteiten plaats op het bedrijf van de land- of tuinbouwer, wordt dat vermeld in de zorgboerderijovereenkomst en wordt daarover een overeenkomst gesloten tussen de land- of tuinbouwer en die derde partij.
Art.6. Si l'agriculteur ou l'horticulteur délègue les activités de ferme de soins à une tierce partie et que les activités de ferme de soins ont lieu dans l'entreprise de l'agriculteur ou de l'horticulteur, cela est mentionné dans la convention de ferme de soins et une convention est conclue à ce propos entre l'agriculteur ou l'horticulteur et cette tierce partie.
HOOFDSTUK 3.
CHAPITRE 3.
HOOFDSTUK 4. - De zorgboerderijovereenkomst
CHAPITRE 4. - La convention de ferme de soins
Art.9. De zorgboerderijovereenkomst is een overeenkomst tussen de voorziening en de land- of tuinbouwer, die de onderlinge verplichtingen en verantwoordelijkheden vastlegt met betrekking tot de zorgboerderijactiviteit op het land- of tuinbouwbedrijf.
Art.9. La convention de ferme de soins est une convention conclue entre la structure et l'agriculteur ou l'horticulteur, qui fixe les obligations et responsabilités mutuelles concernant l'activité de ferme de soins dans l'entreprise agricole ou horticole.
Art.10. De zorgboerderijovereenkomst bevat de verbintenissen, opgenomen in de bijlage die bij dit besluit is gevoegd. Door het ondertekenen van de zorgboerderijovereenkomst verklaren alle partijen in kwestie zich akkoord met die verbintenissen.
Art.10. La convention de ferme de soins reprend les engagements, tels que visés à l'annexe jointe au présent arrêté. Par la signature de la convention de ferme de soins, toutes les parties en question déclarent marquer leur accord concernant ces engagements.
Art.11. De Vlaamse minister, bevoegd voor [1 de landbouw ]1, bepaalt welke gegevens door de land- of tuinbouwer worden ingevuld in de zorgboerderijovereenkomst.
Modifications
Art.11. Le Ministre flamand, chargé [1 l'agriculture]1, fixe les données devant être complétées par l'agriculteur ou l'horticulteur dans la convention de ferme de soins.
Modifications
Art.12. Zolang de zorgboerderijovereenkomst niet is ondertekend door de land- of tuinbouwer en de voorziening, zijn de bepalingen in de zorgboerderijovereenkomst niet juridisch afdwingbaar en kan er voor die zorgboerderijovereenkomst geen subsidie toegekend worden.
De Vlaamse minister, bevoegd voor [1 de landbouw]1, bepaalt op welke manier de zorgboerderijovereenkomst ondertekend en ingediend wordt en kan nadere regels bepalen voor de te volgen procedure.
De Vlaamse minister, bevoegd voor [1 de landbouw]1, bepaalt op welke manier de zorgboerderijovereenkomst ondertekend en ingediend wordt en kan nadere regels bepalen voor de te volgen procedure.
Modifications
Art.12. Tant que la convention de ferme de soins n'a pas été signée par l'agriculteur ou l'horticulteur et la structure, les dispositions reprises dans la convention de ferme de soins ne sont pas juridiquement contraignantes et aucun subventionnement ne peut être accordé pour cette convention de ferme de soins.
Le Ministre flamand, chargé [1 l'agriculture]1dans ses attributions, détermine la manière dont la convention de ferme de soins est signée et introduite et peut fixer d'autres modalités pour la procédure à suivre.
Le Ministre flamand, chargé [1 l'agriculture]1dans ses attributions, détermine la manière dont la convention de ferme de soins est signée et introduite et peut fixer d'autres modalités pour la procédure à suivre.
Modifications
Art.13. De zorgboerderijovereenkomst is op elk ogenblik opzegbaar door de land- of tuinbouwer of door de voorziening.
De aanwezigheid van de zorgvrager op de zorgboerderij gebeurt altijd met instemming van de zorgvrager of zijn wettelijke vertegenwoordiger en kan niet worden verplicht op basis van de zorgboerderijovereenkomst.
Als de voorziening of de land- of tuinbouwer de [2 zorgboerderijovereenkomst]2 voortijdig beëindigt, brengt de partij die de zorgboerderijovereenkomst beëindigt, de andere partij en [1 de bevoegde entiteit]1 daarvan onmiddellijk op de hoogte.
Als de voorziening en de land- of tuinbouwer na de duurtijd van een zorgboerderijovereenkomst hun samenwerking willen voortzetten, wordt er een nieuwe zorgboerderijovereenkomst gesloten.
De aanwezigheid van de zorgvrager op de zorgboerderij gebeurt altijd met instemming van de zorgvrager of zijn wettelijke vertegenwoordiger en kan niet worden verplicht op basis van de zorgboerderijovereenkomst.
Als de voorziening of de land- of tuinbouwer de [2 zorgboerderijovereenkomst]2 voortijdig beëindigt, brengt de partij die de zorgboerderijovereenkomst beëindigt, de andere partij en [1 de bevoegde entiteit]1 daarvan onmiddellijk op de hoogte.
Als de voorziening en de land- of tuinbouwer na de duurtijd van een zorgboerderijovereenkomst hun samenwerking willen voortzetten, wordt er een nieuwe zorgboerderijovereenkomst gesloten.
Art.13. La convention de ferme de soins est résiliable à tout moment par l'agriculteur ou l'horticulteur ou la structure.
La présence du demandeur d'aide à la ferme de soins est toujours autorisée par le demandeur de soins ou son représentant légal et ne peut pas être imposée sur la base de la convention de ferme de soins.
Si la structure ou l'agriculteur ou l'horticulteur résilie la convention de ferme de soins par anticipation, la partie qui la résilie doit en informer immédiatement l'autre partie et [1 l'entité compétente]1.
Si, après la durée de la convention de ferme de soins, la structure et l'agriculteur ou l'horticulteur souhaitent poursuivre leur collaboration, une nouvelle convention de ferme de soins sera conclue.
La présence du demandeur d'aide à la ferme de soins est toujours autorisée par le demandeur de soins ou son représentant légal et ne peut pas être imposée sur la base de la convention de ferme de soins.
Si la structure ou l'agriculteur ou l'horticulteur résilie la convention de ferme de soins par anticipation, la partie qui la résilie doit en informer immédiatement l'autre partie et [1 l'entité compétente]1.
Si, après la durée de la convention de ferme de soins, la structure et l'agriculteur ou l'horticulteur souhaitent poursuivre leur collaboration, une nouvelle convention de ferme de soins sera conclue.
Art.14. De voorziening wordt door een medewerker vertegenwoordigd op het bedrijf van de landbouwer, minstens bij de opmaak en het beëindigen van de zorgboerderijovereenkomst.
Art.14. La structure est représentée au sein de l'entreprise de l'agriculture par un collaborateur, tout du moins lors de l'établissement et en cas de résiliation de la convention de ferme de soins.
HOOFDSTUK 5. - Aanmelding voor de subsidie aan land- of tuinbouwers
CHAPITRE 5. - Déclaration pour la subvention à des agriculteurs ou horticulteurs
Art.15. De land- of tuinbouwer die een subsidie als vermeld in dit besluit wil ontvangen, meldt zich daarvoor aan bij [1 de bevoegde entiteit]1.
De Vlaamse minister, bevoegd voor [2 de landbouw]2, bepaalt welke gegevens de aanmelding bevat en welke documenten toegevoegd worden, en kan nadere regels bepalen voor de te volgen procedure.
De Vlaamse minister, bevoegd voor [2 de landbouw]2, bepaalt welke gegevens de aanmelding bevat en welke documenten toegevoegd worden, en kan nadere regels bepalen voor de te volgen procedure.
Art.15. L'agriculteur ou l'horticulteur qui souhaite recevoir une subvention telle que visée au présent arrêté se déclare à cet effet auprès de [1 l'entité compétente]1.
Le ministre flamand, chargé [2 l'agriculture]2, détermine les données que contient la déclaration et les documents qui y sont joints, et peut fixer d'autres modalités pour la procédure à suivre.
Le ministre flamand, chargé [2 l'agriculture]2, détermine les données que contient la déclaration et les documents qui y sont joints, et peut fixer d'autres modalités pour la procédure à suivre.
Art.16. Als de aanmelding volledig is en zodra [1 de bevoegde entiteit]1 eventueel opgevraagde aanvullende gegevens heeft ontvangen, onderzoekt het agentschap of aan de subsidievoorwaarden[2 ...]2, is voldaan [1 en brengt de bevoegde entiteit]1 de land- of tuinbouwer binnen twee maanden op de hoogte van de datum waarop de land- of tuinbouwer voor subsidie in aanmerking komt.
De land- of tuinbouwer brengt [1 de bevoegde entiteit]1 onmiddellijk op de hoogte van elke wijziging die gevolgen heeft voor de subsidievoorwaarden, vermeld in artikel 5.
[2 Als de land- of tuinbouwer de status van actieve landbouwer, vermeld in artikel 5, eerste lid, 1А, verliest, kan de land- of tuinbouwer nog subsidies ontvangen voor de zorgboerderijactiviteiten die zijn uitgevoerd gedurende een termijn van drie maanden nadat de land- of tuinbouwer de voormelde status verliest, uitgezonderd in geval van stopzetting van de onderneming van de land- of tuinbouwer. In geval van stopzetting van de onderneming van de land- of tuinbouwer komt de land- of tuinbouwer niet meer in aanmerking voor de subsidies vanaf de stopzettingsdatum.]2
De Vlaamse minister, bevoegd voor [2 de landbouw ]2, kan nadere regels bepalen voor de te volgen procedure.
De land- of tuinbouwer brengt [1 de bevoegde entiteit]1 onmiddellijk op de hoogte van elke wijziging die gevolgen heeft voor de subsidievoorwaarden, vermeld in artikel 5.
[2 Als de land- of tuinbouwer de status van actieve landbouwer, vermeld in artikel 5, eerste lid, 1А, verliest, kan de land- of tuinbouwer nog subsidies ontvangen voor de zorgboerderijactiviteiten die zijn uitgevoerd gedurende een termijn van drie maanden nadat de land- of tuinbouwer de voormelde status verliest, uitgezonderd in geval van stopzetting van de onderneming van de land- of tuinbouwer. In geval van stopzetting van de onderneming van de land- of tuinbouwer komt de land- of tuinbouwer niet meer in aanmerking voor de subsidies vanaf de stopzettingsdatum.]2
De Vlaamse minister, bevoegd voor [2 de landbouw ]2, kan nadere regels bepalen voor de te volgen procedure.
Art.16. Si la déclaration est complète et dès que [1 l'entité compétente]1 a reçu les données complémentaires éventuellement demandées, l'agence examine si les conditions de subventionnement[2 ...]2 sont remplies, [1 et l'entité compétente informe]1 l'agriculteur ou l'horticulteur dans les deux mois de la date à laquelle l'agriculteur ou l'horticulteur entre en considération pour une subvention.
L'agriculteur ou l'horticulteur informe immédiatement [1 l'entité compétente]1 de toute modification ayant des conséquences sur les conditions de subventionnement, visées à l'article 5.
[2 Si l'agriculteur ou l'horticulteur perd le statut d'agriculteur actif, visé à l'article 5, alinéa 1er, 1°, l'agriculteur ou l'horticulteur peut encore recevoir des subventions pour les activités de ferme thérapeutique réalisées pendant une période de trois mois après que l'agriculteur ou l'horticulteur a perdu le statut précité, hormis en cas de cessation de l'activité de l'agriculteur ou de l'horticulteur. Dans ce cas, l'agriculteur ou l'horticulteur n'est plus éligible aux subventions à partir de la date de cessation.]2.
Le Ministre flamand, chargé [2 l'agriculture]2, peut fixer d'autres modalités pour la procédure à suivre.
L'agriculteur ou l'horticulteur informe immédiatement [1 l'entité compétente]1 de toute modification ayant des conséquences sur les conditions de subventionnement, visées à l'article 5.
[2 Si l'agriculteur ou l'horticulteur perd le statut d'agriculteur actif, visé à l'article 5, alinéa 1er, 1°, l'agriculteur ou l'horticulteur peut encore recevoir des subventions pour les activités de ferme thérapeutique réalisées pendant une période de trois mois après que l'agriculteur ou l'horticulteur a perdu le statut précité, hormis en cas de cessation de l'activité de l'agriculteur ou de l'horticulteur. Dans ce cas, l'agriculteur ou l'horticulteur n'est plus éligible aux subventions à partir de la date de cessation.]2.
Le Ministre flamand, chargé [2 l'agriculture]2, peut fixer d'autres modalités pour la procédure à suivre.
HOOFDSTUK 6. - Registratie van de aanwezigheid van zorgvragers
CHAPITRE 6. - Enregistrement de la présence de demandeurs d'aide
Art.17. De land- of tuinbouwer moet de zorgboerderijactiviteiten op het land- of tuinbouwbedrijf per halve dag en per zorgvrager registreren en door de voorziening laten bevestigen.
De Vlaamse minister, bevoegd voor [1 de landbouw]1, kan nadere regels bepalen voor de te volgen procedure.
De Vlaamse minister, bevoegd voor [1 de landbouw]1, kan nadere regels bepalen voor de te volgen procedure.
Modifications
Art.17. L'agriculteur ou l'horticulteur doit enregistrer les activités de ferme de soins au niveau de l'entreprise agricole ou horticole par demi-jour et par demandeur d'aide et les faire confirmer par la structure.
Le Ministre flamand, chargé [1 l'agriculture]1, peut fixer d'autres modalités pour la procédure à suivre.
Le Ministre flamand, chargé [1 l'agriculture]1, peut fixer d'autres modalités pour la procédure à suivre.
Modifications
HOOFDSTUK 7. - Uitbetaling van de subsidie
CHAPITRE 7. - Paiement de la subvention
Art.18. Na het aflopen van een kwartaal of na het beëindigen van een zorgboerderijovereenkomst bevestigt de land- of tuinbouwer de registraties en dient hij de geregistreerde zorgboerderijactiviteiten in als subsidieaanvraag.
[2 ...]2.
Een subsidie voor een zorgboerderijactiviteit wordt alleen uitbetaald als de subsidieaanvraag voor geregistreerde zorgboerderijactiviteiten [2 door de land- of tuinbouwer is ingediend binnen een periode van щщn jaar na afloop van het kwartaal in kwestie en als de geregistreerde zorgboerderijactviviteiten bevestigd zijn door de voorziening]2]1.
De Vlaamse minister, bevoegd voor [2 landbouw ]2, kan nadere regels bepalen voor de te volgen procedure.
[2 ...]2.
Een subsidie voor een zorgboerderijactiviteit wordt alleen uitbetaald als de subsidieaanvraag voor geregistreerde zorgboerderijactiviteiten [2 door de land- of tuinbouwer is ingediend binnen een periode van щщn jaar na afloop van het kwartaal in kwestie en als de geregistreerde zorgboerderijactviviteiten bevestigd zijn door de voorziening]2]1.
De Vlaamse minister, bevoegd voor [2 landbouw ]2, kan nadere regels bepalen voor de te volgen procedure.
Art.18. A l'issue d'un trimestre ou après résiliation d'une convention de ferme de soins, l'agriculteur ou l'horticulteur confirme les enregistrements et il introduit les activités de ferme de soins enregistrées comme demande de subvention.
[2 ...]2
Une subvention pour une activité de ferme de soins n'est payée que si la demande de subvention pour les activités de ferme de soins enregistrées[2 a été introduite par l'agriculteur ou l'horticulteur dans un délai d'une année à l'issue du trimestre en question et si les activités de ferme thérapeutique enregistrées ont été confirmées par la structure ]2]1.
Le Ministre flamand, chargé [2 l'agriculture ]2 peut fixer d'autres modalités pour la procédure à suivre.
[2 ...]2
Une subvention pour une activité de ferme de soins n'est payée que si la demande de subvention pour les activités de ferme de soins enregistrées[2 a été introduite par l'agriculteur ou l'horticulteur dans un délai d'une année à l'issue du trimestre en question et si les activités de ferme thérapeutique enregistrées ont été confirmées par la structure ]2]1.
Le Ministre flamand, chargé [2 l'agriculture ]2 peut fixer d'autres modalités pour la procédure à suivre.
HOOFDSTUK 7/1. [1 Openbaarmaking]1
CHAPITRE 7/1. [1 Publicité]1
Art.18/1. [1 De bevoegde entiteit regelt de uitvoering van de verplichting tot openbaarmaking, vermeld in artikel 76/2, eerste lid, 13А, van de Vlaamse Codex Overheidsfinanciën van 29 maart 2019.]1
Art.18/1. [1 L'entité compétente règle l'exécution de l'obligation de publication, visée à l'article 76/2, alinéa 1er, 13°, du Code flamand des Finances publiques du 29 mars 2019.]1
Modifications
HOOFDSTUK 8. - Controle
CHAPITRE 8. - Contrôle
Art.19. [1 Personeelsleden van de bevoegde entiteit kunnen]1 bij de land- of tuinbouwer controles uitvoeren op elementen die binnen haar bevoegdheid liggen en betrekking hebben op dit besluit.
[1 De bevoegde entiteit kan]1 een verzoek tot controle van een voorziening indienen bij de diensten die bevoegd zijn voor de controles van die voorzieningen.
[1 De bevoegde entiteit kan]1 een verzoek tot controle van een voorziening indienen bij de diensten die bevoegd zijn voor de controles van die voorzieningen.
Modifications
Art.19. [1 Les membres du personnel de l'entité compétente peuvent,]1 chez l'agriculteur ou l'horticulteur, exécuter des contrôles d'éléments qui relèvent de sa compétence et ont trait au présent arrêté.
[1 L'entité compétente peut]1 introduire une demande de contrôle d'une structure auprès des services compétents pour les contrôles de ces structures.
[1 L'entité compétente peut]1 introduire une demande de contrôle d'une structure auprès des services compétents pour les contrôles de ces structures.
Modifications
Art.20. [1 Binnen de bevoegde entiteit kunnen alle gegevens met betrekking tot deze steunmaatregel uitgewisseld worden die nodig zijn]1 voor de uitvoering en de controle van de steunmaatregel en voor de uitvoering van beleidsondersteunende taken.
Modifications
Art.20. [1 Au sein de l'entité compétente, peuvent être échangées toutes les données relatives à cette mesure de soutien requises]1 pour l'exécution et le contrôle de la mesure de soutien et pour l'exécution de tâches de soutien de la politique.
Modifications
Art.21. De land- of tuinbouwers verstrekken alle documenten en inlichtingen die noodzakelijk zijn voor de controle.
Art.21. Les agriculteurs ou horticulteurs fournissent tous les documents et renseignements qui sont nécessaires au contrôle.
Art.22. [1 De bevoegde entiteit]1 kan de gegevens die het nodig heeft voor de uitvoering en de controle van deze steunmaatregel, rechtstreeks opvragen bij derden, [2 met toepassing van de regelgeving inzake de bescherming van natuurlijke personen bij de verwerking van persoonsgegevens die van toepassing zijn bij de mededeling van persoonsgegevens, zoals ze in voorkomend geval op federaal of Vlaams niveau verder zijn of worden gespecificeerd]2.
Art.22. [1 L'entité compétente]1 peut demander directement à des tiers les données dont elle a besoin pour l'exécution et le contrôle de cette mesure de soutien, [2 en application des réglementations relatives à la protection de personnes physiques lors du traitement de données à caractère personnel, qui s'appliquent lors de la communication de données à caractère personnel, telles qu'elles sont davantage spécifiées, le cas échéant, au niveau fédéral ou flamand]2.
Art.23. De voorziening blijft verantwoordelijk voor het zorgaanbod aan de zorgvrager en ziet erop toe dat de aangeboden zorgboerderijacitiviteiten aangepast zijn aan de behoeften en mogelijkheden van de zorgvrager. Ze aanvaardt daarvoor alle noodzakelijke controles die binnen de controlebevoegdheden van de controle-instanties liggen en betrekking hebben op dit besluit.
Art.23. La structure reste responsable de l'offre d'aide au demandeur d'aide et veille à ce que les activités de ferme de soins proposées soient adaptées aux besoins et aux possibilités du demandeur d'aide. A cet effet, elle accepte tous les contrôles nécessaires qui relèvent des compétences de contrôle des instances de contrôle et qui ont trait au présent arrêté.
HOOFDSTUK 9. - De zorgboerderijcommissie
CHAPITRE 9. - La commission des fermes de soins
Art.24. De ministers kunnen organisaties als vermeld in artikel 1, 6°, e), alleen toestaan om een zorgboerderijovereenkomst te sluiten na advies van de zorgboerderijcommissie, die is samengesteld uit :
1° twee vertegenwoordigers op voordracht van de Vlaamse minister, bevoegd voor [1 landbouw]1, waarvan één optreedt als voorzitter;
2° twee vertegenwoordigers op voordracht van de Vlaamse minister bevoegd voor [1 het welzijn, de Vlaamse minister, bevoegd voor de gezondheids- en woonzorg, de Vlaamse minister, bevoegd voor opgroeien, de Vlaamse minister, bevoegd voor de personen met een beperking, de Vlaamse minister, bevoegd voor de sociale bescherming]1;
3° twee vertegenwoordigers op voordracht van de Vlaamse minister bevoegd voor [1 onderwijs en vorming]1.
[1 4° twee vertegenwoordigers op voordracht van de Vlaamse minister bevoegd voor de coördinatie van hulp- en dienstverlening aan gedetineerden en geïnterneerden; ]1
De leden en de voorzitter worden aangewezen door de Vlaamse minister, bevoegd voor het landbouwbeleid en de zeevisserij.
1° twee vertegenwoordigers op voordracht van de Vlaamse minister, bevoegd voor [1 landbouw]1, waarvan één optreedt als voorzitter;
2° twee vertegenwoordigers op voordracht van de Vlaamse minister bevoegd voor [1 het welzijn, de Vlaamse minister, bevoegd voor de gezondheids- en woonzorg, de Vlaamse minister, bevoegd voor opgroeien, de Vlaamse minister, bevoegd voor de personen met een beperking, de Vlaamse minister, bevoegd voor de sociale bescherming]1;
3° twee vertegenwoordigers op voordracht van de Vlaamse minister bevoegd voor [1 onderwijs en vorming]1.
[1 4° twee vertegenwoordigers op voordracht van de Vlaamse minister bevoegd voor de coördinatie van hulp- en dienstverlening aan gedetineerden en geïnterneerden; ]1
De leden en de voorzitter worden aangewezen door de Vlaamse minister, bevoegd voor het landbouwbeleid en de zeevisserij.
Modifications
Art.24. Les ministres peuvent uniquement autoriser des organisations telles que visées à l'article 1, 6°, e), à conclure une convention de ferme de soins après avis de la commission des fermes de soins qui se compose de :
1° deux représentants, sur présentation du Ministre flamand chargé [1 l'agriculture ]1, dont un des deux agit en qualité de président;
2° deux représentants, sur présentation du Ministre flamand chargé [1 du bien-être, du ministre flamand compétent pour les soins de santé et les soins résidentiels, du ministre flamand compétent pour le grandir, du ministre flamand compétent pour les personnes handicapées, du ministre flamand compétent pour la protection sociale]1;
3° deux représentants, sur présentation du Ministre flamand chargé [1 de l'Enseignement et de la Formation]1.
[1 4° deux représentants sur la proposition du ministre flamand chargé de la coordination de la prestation d'aide et de services aux détenus et aux internés ;]1
Les membres et le président sont désignés par le Ministre flamand chargé [1 du bien-être, du ministre flamand compétent pour les soins de santé et les soins résidentiels, du ministre flamand compétent pour le grandir, du ministre flamand compétent pour les personnes handicapées, du ministre flamand compétent pour la protection sociale ]1.
1° deux représentants, sur présentation du Ministre flamand chargé [1 l'agriculture ]1, dont un des deux agit en qualité de président;
2° deux représentants, sur présentation du Ministre flamand chargé [1 du bien-être, du ministre flamand compétent pour les soins de santé et les soins résidentiels, du ministre flamand compétent pour le grandir, du ministre flamand compétent pour les personnes handicapées, du ministre flamand compétent pour la protection sociale]1;
3° deux représentants, sur présentation du Ministre flamand chargé [1 de l'Enseignement et de la Formation]1.
[1 4° deux représentants sur la proposition du ministre flamand chargé de la coordination de la prestation d'aide et de services aux détenus et aux internés ;]1
Les membres et le président sont désignés par le Ministre flamand chargé [1 du bien-être, du ministre flamand compétent pour les soins de santé et les soins résidentiels, du ministre flamand compétent pour le grandir, du ministre flamand compétent pour les personnes handicapées, du ministre flamand compétent pour la protection sociale ]1.
Modifications
Art.25. Een organisatie als vermeld in artikel 1, 6°, e), die de toestemming wil krijgen om een zorgboerderijovereenkomst te sluiten, kan daarvoor een aanvraag indienen bij [1 de bevoegde entiteit]1.
[2 De bevoegde entiteit brengt de organisatie op de hoogte van haar beslissing over de ontvankelijkheid. Een aanvraag is ontvankelijk als ze ondertekend is door een persoon die daarvoor bevoegd is en als ze minstens de volgende elementen bevat:
1° een beschrijving van de organisatie en haar activiteiten;
2° de reden waarom de organisatie gebruik wenst te maken van zorgboerderijen;
3° welke zorgboerderijactiviteiten zullen worden aangeboden en de manier waarop ze zullen worden uitgevoerd;
4° de wijze waarop de kwaliteit van de aangeboden zorgboerderijactiviteiten gegarandeerd wordt;
5° de verklaring dat de organisatie alle controles aanvaardt die noodzakelijk zijn om de kwaliteit van de zorgboerderijactiviteiten op het bedrijf van de landbouwer te garanderen.]2
[1 De bevoegde entiteit]1 zorgt voor de voorbereiding van het dossier voor de zorgboerderijcommissie en kan in voorkomend geval aanvullende informatie of toelichtingen vragen bij de aanvragende organisatie.
De commissie komt samen op vraag van [1 de bevoegde entiteit]1.[3 De commissie kan alleen geldig vergaderen als naast de voorzitter minstens щщn vertegenwoordiger van de Vlaamse minister, onder wiens bevoegdheid de activiteiten van de aanvragende organisatie vallen, aanwezig is.]3. [1 De bevoegde entiteit]1 bezorgt het advies van de zorgboerderijcommissie aan de ministers. De ministers beslissen of de aanvragende organisatie al dan niet de toestemming krijgt om zorgboerderijovereenkomsten te sluiten met toepassing van dit besluit.
De organisatie kan enkel van de ministers de toestemming krijgen om een zorgboerderijovereenkomst te sluiten als de organisatie bij de aanvraag alle controles aanvaardt die noodzakelijk zijn om de kwaliteit van de zorg op het bedrijf van de land- of tuinbouwer te garanderen.
[2 Als de organisatie van de ministers toestemming krijgt om een zorgboerderijovereenkomst te sluiten, komt de land- of tuinbouwer die met die organisatie een zorgboerdijovereenkomst heeft gesloten, in aanmerking voor de subsidie, vermeld in artikel 2, vanaf de datum waarop de bevoegde entiteit heeft beslist dat het aanvraagdossier ontvankelijk is als vermeld in het tweede lid.]2
[2 De bevoegde entiteit brengt de organisatie op de hoogte van haar beslissing over de ontvankelijkheid. Een aanvraag is ontvankelijk als ze ondertekend is door een persoon die daarvoor bevoegd is en als ze minstens de volgende elementen bevat:
1° een beschrijving van de organisatie en haar activiteiten;
2° de reden waarom de organisatie gebruik wenst te maken van zorgboerderijen;
3° welke zorgboerderijactiviteiten zullen worden aangeboden en de manier waarop ze zullen worden uitgevoerd;
4° de wijze waarop de kwaliteit van de aangeboden zorgboerderijactiviteiten gegarandeerd wordt;
5° de verklaring dat de organisatie alle controles aanvaardt die noodzakelijk zijn om de kwaliteit van de zorgboerderijactiviteiten op het bedrijf van de landbouwer te garanderen.]2
[1 De bevoegde entiteit]1 zorgt voor de voorbereiding van het dossier voor de zorgboerderijcommissie en kan in voorkomend geval aanvullende informatie of toelichtingen vragen bij de aanvragende organisatie.
De commissie komt samen op vraag van [1 de bevoegde entiteit]1.[3 De commissie kan alleen geldig vergaderen als naast de voorzitter minstens щщn vertegenwoordiger van de Vlaamse minister, onder wiens bevoegdheid de activiteiten van de aanvragende organisatie vallen, aanwezig is.]3. [1 De bevoegde entiteit]1 bezorgt het advies van de zorgboerderijcommissie aan de ministers. De ministers beslissen of de aanvragende organisatie al dan niet de toestemming krijgt om zorgboerderijovereenkomsten te sluiten met toepassing van dit besluit.
De organisatie kan enkel van de ministers de toestemming krijgen om een zorgboerderijovereenkomst te sluiten als de organisatie bij de aanvraag alle controles aanvaardt die noodzakelijk zijn om de kwaliteit van de zorg op het bedrijf van de land- of tuinbouwer te garanderen.
[2 Als de organisatie van de ministers toestemming krijgt om een zorgboerderijovereenkomst te sluiten, komt de land- of tuinbouwer die met die organisatie een zorgboerdijovereenkomst heeft gesloten, in aanmerking voor de subsidie, vermeld in artikel 2, vanaf de datum waarop de bevoegde entiteit heeft beslist dat het aanvraagdossier ontvankelijk is als vermeld in het tweede lid.]2
Art.25. Une organisation, telle que visée à l'article 1, 6°, e), qui souhaite être autorisée à conclure une convention de ferme de soins, peut introduire une demande à ce propos auprès [1 de l'entité compétente]1.
[2 L'entité compétente informe l'organisation de sa décision sur la recevabilité. Une demande est recevable lorsqu'elle est signée par une personne compétente en la matière et lorsqu'elle comprend au moins les éléments suivants :
1° une description de l'organisation et de ses activités ;
2° la raison pour laquelle l'organisation souhaite utiliser des fermes de soins ;
3° les activités de ferme de soins qui seront offertes et la manière dont elles seront réalisées ;
4° la manière dont la qualité des activités de ferme de soins offertes est garantie ;
5° la déclaration que l'organisation accepte tous les contrôles nécessaires afin de garantir la qualité des activités de ferme de soins à l'exploitation de l'agriculteur.]2
[1 L'entité compétente]1 se charge de la préparation du dossier pour la commission des fermes de soins et peut, le cas échéant, demander des informations ou explications complémentaires auprès de l'organisation demandeuse.
La commission se réunit sur demande [1 de l'entité compétente]1.[3 La commission peut uniquement se réunir valablement si, outre le président, au moins un représentant du ministre flamand dont relèvent les activités de l'organisation demandeuse est présent]3. [1 L'entité compétente]1 remet l'avis de la commission des fermes de soins aux ministres. Les ministres décident si l'organisation demandeuse est autorisée ou non à conclure des contrats de ferme de soins en application du présent arrêté.
L'organisation peut uniquement être autorisée par les ministres à conclure une convention de ferme de soins si, dans le cadre de la demande, l'organisation accepte tous les contrôles qui sont nécessaires pour garantir la qualité de l'aide dans l'entreprise de l'agriculteur ou de l'horticulteur.
[2 Si l'organisation est autorisée par les ministres à conclure une convention de ferme de soins, l'agriculteur ou l'horticulteur qui a conclu une convention de ferme de soins avec cette organisation, est éligible à la subvention visée à l'article 2, à partir de la date à laquelle l'entité compétente a décidé que le dossier de demande est recevable, tel que visé à l'alinéa 2.]2
[2 L'entité compétente informe l'organisation de sa décision sur la recevabilité. Une demande est recevable lorsqu'elle est signée par une personne compétente en la matière et lorsqu'elle comprend au moins les éléments suivants :
1° une description de l'organisation et de ses activités ;
2° la raison pour laquelle l'organisation souhaite utiliser des fermes de soins ;
3° les activités de ferme de soins qui seront offertes et la manière dont elles seront réalisées ;
4° la manière dont la qualité des activités de ferme de soins offertes est garantie ;
5° la déclaration que l'organisation accepte tous les contrôles nécessaires afin de garantir la qualité des activités de ferme de soins à l'exploitation de l'agriculteur.]2
[1 L'entité compétente]1 se charge de la préparation du dossier pour la commission des fermes de soins et peut, le cas échéant, demander des informations ou explications complémentaires auprès de l'organisation demandeuse.
La commission se réunit sur demande [1 de l'entité compétente]1.[3 La commission peut uniquement se réunir valablement si, outre le président, au moins un représentant du ministre flamand dont relèvent les activités de l'organisation demandeuse est présent]3. [1 L'entité compétente]1 remet l'avis de la commission des fermes de soins aux ministres. Les ministres décident si l'organisation demandeuse est autorisée ou non à conclure des contrats de ferme de soins en application du présent arrêté.
L'organisation peut uniquement être autorisée par les ministres à conclure une convention de ferme de soins si, dans le cadre de la demande, l'organisation accepte tous les contrôles qui sont nécessaires pour garantir la qualité de l'aide dans l'entreprise de l'agriculteur ou de l'horticulteur.
[2 Si l'organisation est autorisée par les ministres à conclure une convention de ferme de soins, l'agriculteur ou l'horticulteur qui a conclu une convention de ferme de soins avec cette organisation, est éligible à la subvention visée à l'article 2, à partir de la date à laquelle l'entité compétente a décidé que le dossier de demande est recevable, tel que visé à l'alinéa 2.]2
HOOFDSTUK 9/1. [1Verwerking van persoonsgegevens]1
CHAPITRE 9/1. [1 Traitement de données à caractère personnel]1
Art.25/1... [1 De bevoegde entiteit is verwerkingsverantwoordelijke als vermeld in artikel 4, 7), van verordening (EU) 2016/679 van het Europees Parlement en de Raad van 27 april 2016 betreffende de bescherming van natuurlijke personen in verband met de verwerking van persoonsgegevens en betreffende het vrije verkeer van die gegevens en tot intrekking van Richtlijn 95/46/EG (algemene verordening gegevensbescherming).
Art. 25/1. [1 L'entité compétente est le responsable du traitement tel que visé à l'article 4, 7), du règlement (UE) 2016/679 du Parlement européen et du Conseil du 27 avril 2016 relatif à la protection des personnes physiques à l'égard du traitement des données à caractère personnel et à la libre circulation de ces données, et abrogeant la directive 95/46/CE (règlement général sur la protection des données).
HOOFDSTUK 10. - Slotbepalingen
CHAPITRE 10. - Dispositions finales
Art.26. De volgende regelingen worden opgeheven :
1° het besluit van de Vlaamse Regering van 14 oktober 2005 betreffende de toekenning van subsidies voor de zorg en activering van zorgvragers op land- of tuinbouwbedrijven met toepassing van het Vlaams Programma voor Plattelandsontwikkeling, gewijzigd bij de besluiten van de Vlaamse Regering van 28 april 2006 en 4 mei 2007;
2° het ministerieel besluit van 6 december 2005 houdende nadere bepalingen betreffende de toekenning van subsidies voor de zorg en activering van zorgvragers op land- of tuinbouwbedrijven met toepassing van het Vlaams Programma voor Plattelandsontwikkeling, gewijzigd bij de ministeriële besluiten van 19 mei 2006 en 20 juli 2006;
3° het ministerieel besluit van 28 december 2012 tot benoeming van de leden van de adviescommissie zorgboerderijen;
4° het ministerieel besluit van 7 januari 2013 tot benoeming van de leden van de adviescommissie zorgboerderijen;
5° het ministerieel besluit van van 10 januari 2013 tot benoeming van de leden van de adviescommissie zorgboerderijen.
1° het besluit van de Vlaamse Regering van 14 oktober 2005 betreffende de toekenning van subsidies voor de zorg en activering van zorgvragers op land- of tuinbouwbedrijven met toepassing van het Vlaams Programma voor Plattelandsontwikkeling, gewijzigd bij de besluiten van de Vlaamse Regering van 28 april 2006 en 4 mei 2007;
2° het ministerieel besluit van 6 december 2005 houdende nadere bepalingen betreffende de toekenning van subsidies voor de zorg en activering van zorgvragers op land- of tuinbouwbedrijven met toepassing van het Vlaams Programma voor Plattelandsontwikkeling, gewijzigd bij de ministeriële besluiten van 19 mei 2006 en 20 juli 2006;
3° het ministerieel besluit van 28 december 2012 tot benoeming van de leden van de adviescommissie zorgboerderijen;
4° het ministerieel besluit van 7 januari 2013 tot benoeming van de leden van de adviescommissie zorgboerderijen;
5° het ministerieel besluit van van 10 januari 2013 tot benoeming van de leden van de adviescommissie zorgboerderijen.
Art.26. Les règlements suivants sont abrogés :
1° l'arrêté du Gouvernement flamand du 14 octobre 2005 relatif à l'octroi de subventions pour l'aide et pour l'activation des demandeurs d'aide sur les exploitations agricoles et horticoles dans le cadre du Programme flamand pour le Développement rural, modifié par les arrêtés du Gouvernement flamand des 28 avril 2006 et 4 mai 2007;
2° l'arrêté ministériel du 6 décembre 2005 établissant les modalités relatives à l'octroi de subventions pour l'aide et pour l'activation des demandeurs d'aide sur les exploitations agricoles et horticoles dans le cadre du Programme flamand pour le Développement rural, modifié par les arrêtés ministériels des 19 mai 2006 et 20 juillet 2006;
3° l'arrêté ministériel du 28 décembre 2012 portant nomination des membres de la commission consultative relative aux fermes de soins;
4° l'arrêté ministériel du 7 janvier 2013 portant nomination des membres de la commission consultative relative aux fermes de soins;
5° l'arrêté ministériel du 10 janvier 2013 portant nomination des membres de la commission consultative relative aux fermes de soins;
1° l'arrêté du Gouvernement flamand du 14 octobre 2005 relatif à l'octroi de subventions pour l'aide et pour l'activation des demandeurs d'aide sur les exploitations agricoles et horticoles dans le cadre du Programme flamand pour le Développement rural, modifié par les arrêtés du Gouvernement flamand des 28 avril 2006 et 4 mai 2007;
2° l'arrêté ministériel du 6 décembre 2005 établissant les modalités relatives à l'octroi de subventions pour l'aide et pour l'activation des demandeurs d'aide sur les exploitations agricoles et horticoles dans le cadre du Programme flamand pour le Développement rural, modifié par les arrêtés ministériels des 19 mai 2006 et 20 juillet 2006;
3° l'arrêté ministériel du 28 décembre 2012 portant nomination des membres de la commission consultative relative aux fermes de soins;
4° l'arrêté ministériel du 7 janvier 2013 portant nomination des membres de la commission consultative relative aux fermes de soins;
5° l'arrêté ministériel du 10 janvier 2013 portant nomination des membres de la commission consultative relative aux fermes de soins;
Art.27. De land- of tuinbouwer die met toepassing van de besluiten, vermeld in artikel 26, 1° en 2°, een subsidie heeft ontvangen, heeft tijd tot 31 december 2014 om te voldoen aan de voorwaarden, vermeld in artikel 5, eerste lid, 1°, 2° en 3°.
Art.27. L'agriculteur ou l'horticulteur qui, en application des arrêtés, visés à l'article 26, 1° et 2°, a reçu une subvention a jusqu'au 31 décembre 2014 pour satisfaire aux conditions telles que visées à l'article 5, alinéa premier, 1°, 2° et 3°.
Art.28. De voorzieningen die erkend zijn met toepassing van artikel 3 van het besluit van de Vlaamse Regering van 14 oktober 2005 betreffende de toekenning van subsidies voor de zorg en activering van zorgvragers op land- of tuinbouwbedrijven met toepassing van het Vlaams Programma voor Plattelandsontwikkeling, krijgen de toestemming om zorgboerderijovereenkomsten te sluiten met toepassing van dit besluit.
Art.28. Les structures qui ont été agréées en application de l'article 3 de l'arrêté du Gouvernement flamand du 14 octobre 2005 concernant l'octroi de subventions pour l'aide et pour l'activation des demandeurs d'aide sur les exploitations agricoles et horticoles dans le cadre du Programme flamand pour le Développement rural sont autorisées à conclure des contrats de ferme de soins en application du présent arrêté.
Art.29. Op subsidieaanvragen voor zorgboerderijactivtiteiten die zijn uitgevoerd na de inwerkingtreding van dit besluit, op basis van zorgboerderijovereenkomsten die gesloten zijn voor de inwerkingtreding van dit besluit, zijn de bepalingen van dit besluit van toepassing.
Art.29. Les dispositions du présent arrêté s'appliquent à des demandes de subvention pour des activités de ferme de soins qui ont été exécutées après l'entrée en vigueur du présent arrêté, sur la base de conventions de ferme de soins conclues avant l'entrée en vigueur du présent arrêté.
Art.30. Dit besluit treedt in werking op 1 januari 2014.
Art.30. Le présent arrêté entre en vigueur le 1er janvier 2014.
Art.31. De Vlaamse minister, bevoegd voor het landbouwbeleid en de zeevisserij, de Vlaamse minister, bevoegd voor de bijstand aan personen, de Vlaamse minister, bevoegd voor het gezondheidsbeleid, en de Vlaamse minister bevoegd voor het onderwijs, zijn, ieder wat hem of haar betreft, belast met de uitvoering van dit besluit.
Art.31. Le Ministre flamand chargé de la Politique agricole et de la Pêche en mer, le Ministre flamand chargé de l'Assistance aux personnes, le Ministre flamand chargé de la Politique de la santé et le Ministre flamand chargé de l'Enseignement sont, chacun en ce qui le ou la concerne, chargés de l'exécution du présent arrêté.
BIJLAGE.
ANNEXE.
Art. N. De verbintenissen van de land- of tuinbouwer en de voorziening in de zorgboerderijovereenkomst, vermeld in artikel 10
1° Verbintenissen van de land- of tuinbouwer
Door het ondertekenen van de zorgboerderijovereenkomst gaat de land- of tuinbouwer ermee akkoord en garandeert hij :
a) de wet van 4 augustus 1996 betreffende het welzijn van de werknemers bij de uitvoering van hun werk en het ARAB na te leven;
b) te streven naar de optimalisatie van de mogelijkheden van de zorgvrager, rekening houdend met zijn verwachtingen en beperkingen. Binnen de beperkingen van het land- of tuinbouwbedrijf worden activiteiten aangeboden op maat van de zorgvrager. De activiteiten wordt aangepast aan de behoeften en mogelijkheden van de individuele zorgvrager, in afstemming met de voorziening;
c) alle informatie die van en over de zorgvrager verkregen wordt, vertrouwelijk te behandelen. De land- of tuinbouwer moet met het oog op de optimale begeleiding van de zorgvrager de toestemming krijgen om relevante gegevens te bespreken met de voorziening;
d) de geldende voorschriften en afspraken over hygiëne en veiligheid na te leven;
e) dat de zorgvrager op een veilige en hygiënische manier de activiteiten kan uitvoeren;
f) dat zijn verzekering voor burgerlijke aansprakelijkheid de volgende elementen omvat :
1) de zorgboerderijactiviteiten;
2) de aansprakelijkheid van de land- of tuinbouwer voor de schade veroorzaakt door de zorgvrager in het kader van de zorgboerderijactiviteiten;
g) dat de voorziening op de hoogte wordt gebracht van andere lopende en geplande zorgboerderijovereenkomsten tijdens de periode waarin de overeenkomst wordt gesloten.
2° Verbintenissen van de voorziening
Door het ondertekenen van de zorgboerderijovereenkomst gaat de voorziening ermee akkoord en garandeert ze :
a) minstens bij de opmaak en het beëindigen van de zorgboerderijovereenkomst vertegenwoordigd te zijn op het bedrijf van de land- of tuinbouwer;
b) de belangen van de zorgvrager te behartigen met betrekking tot de zorgboerderijactiviteiten op de zorgboerderij;
c) erover te waken dat de zorgvrager voldoet aan alle voorwaarden die verband houden met het behoud van zijn tegemoetkoming of uitkering, aan de verplichtingen van de sociale zekerheid en aan alle andere wettelijke verplichtingen;
d) erover te waken dat de zorgvrager vrijwillig aanwezig is;
e) de zorgboerderijovereenkomst onmiddellijk te beëindigen als de zorgvrager daarom verzoekt;
f) erover te waken dat de zorgvrager het engagement aangaat om zich correct te gedragen en de taken op het land- of tuinbouwbedrijf zorgvuldig uit te voeren, met aandacht voor de voorschriften op het vlak van veligheid en hygiëne die de land- of tuinbouwer vraagt na te leven;
g) erover te waken dat de zorgboerderijactiviteiten aangepast zijn aan de behoeften en de mogelijkheden van de zorgvrager;
h) te zorgen voor de opvolging van de zorgvrager;
i) erover te waken dat de zorgvrager [2 geen loon]2 ontvangt. [2 ...]2 Omgekeerd kan geen bijdrage van de zorgvrager geëist worden ter compensatie van een verminderde economische productiviteit op het land- of tuinbouwbedrijf ten gevolge van het zorgverlenende aspect. De zorgvrager of voorziening kan eventuele kosten wel vergoeden aan de land- of tuinbouwer;
j) erover te waken dat de zorgvrager verzekerd is voor de burgerlijke aansprakelijkheid in het kader van de zorgboerderijovereenkomst;
k) alle noodzakelijke controles te aanvaarden.
3° Verbintenissen van de land- of tuinbouwer en de voorziening
Door het ondertekenen van de zorgboerderijovereenkomst gaan de land- of tuinbouwer en de voorziening ermee akkoord en garanderen ze :
a) dat de zorgboerderijovereenkomst, rekening houdend met het doel van de overeenkomst, geen arbeidsovereenkomst is;
b) dat de andere partij vooraf wordt op de hoogte gebracht als ze de zorgboerderijovereenkomst willen beëindigen;
c) dat er afspraken gemaakt zijn over de manier en de periodiciteit van de opvolging;
d) dat de partij die de zorgboerderijovereenkomst beëindigt, de beëindiging van de zorgboerderijovereenkomst onmiddellijk zal melden aan [1 de bevoegde entiteit]1.
1° Verbintenissen van de land- of tuinbouwer
Door het ondertekenen van de zorgboerderijovereenkomst gaat de land- of tuinbouwer ermee akkoord en garandeert hij :
a) de wet van 4 augustus 1996 betreffende het welzijn van de werknemers bij de uitvoering van hun werk en het ARAB na te leven;
b) te streven naar de optimalisatie van de mogelijkheden van de zorgvrager, rekening houdend met zijn verwachtingen en beperkingen. Binnen de beperkingen van het land- of tuinbouwbedrijf worden activiteiten aangeboden op maat van de zorgvrager. De activiteiten wordt aangepast aan de behoeften en mogelijkheden van de individuele zorgvrager, in afstemming met de voorziening;
c) alle informatie die van en over de zorgvrager verkregen wordt, vertrouwelijk te behandelen. De land- of tuinbouwer moet met het oog op de optimale begeleiding van de zorgvrager de toestemming krijgen om relevante gegevens te bespreken met de voorziening;
d) de geldende voorschriften en afspraken over hygiëne en veiligheid na te leven;
e) dat de zorgvrager op een veilige en hygiënische manier de activiteiten kan uitvoeren;
f) dat zijn verzekering voor burgerlijke aansprakelijkheid de volgende elementen omvat :
1) de zorgboerderijactiviteiten;
2) de aansprakelijkheid van de land- of tuinbouwer voor de schade veroorzaakt door de zorgvrager in het kader van de zorgboerderijactiviteiten;
g) dat de voorziening op de hoogte wordt gebracht van andere lopende en geplande zorgboerderijovereenkomsten tijdens de periode waarin de overeenkomst wordt gesloten.
2° Verbintenissen van de voorziening
Door het ondertekenen van de zorgboerderijovereenkomst gaat de voorziening ermee akkoord en garandeert ze :
a) minstens bij de opmaak en het beëindigen van de zorgboerderijovereenkomst vertegenwoordigd te zijn op het bedrijf van de land- of tuinbouwer;
b) de belangen van de zorgvrager te behartigen met betrekking tot de zorgboerderijactiviteiten op de zorgboerderij;
c) erover te waken dat de zorgvrager voldoet aan alle voorwaarden die verband houden met het behoud van zijn tegemoetkoming of uitkering, aan de verplichtingen van de sociale zekerheid en aan alle andere wettelijke verplichtingen;
d) erover te waken dat de zorgvrager vrijwillig aanwezig is;
e) de zorgboerderijovereenkomst onmiddellijk te beëindigen als de zorgvrager daarom verzoekt;
f) erover te waken dat de zorgvrager het engagement aangaat om zich correct te gedragen en de taken op het land- of tuinbouwbedrijf zorgvuldig uit te voeren, met aandacht voor de voorschriften op het vlak van veligheid en hygiëne die de land- of tuinbouwer vraagt na te leven;
g) erover te waken dat de zorgboerderijactiviteiten aangepast zijn aan de behoeften en de mogelijkheden van de zorgvrager;
h) te zorgen voor de opvolging van de zorgvrager;
i) erover te waken dat de zorgvrager [2 geen loon]2 ontvangt. [2 ...]2 Omgekeerd kan geen bijdrage van de zorgvrager geëist worden ter compensatie van een verminderde economische productiviteit op het land- of tuinbouwbedrijf ten gevolge van het zorgverlenende aspect. De zorgvrager of voorziening kan eventuele kosten wel vergoeden aan de land- of tuinbouwer;
j) erover te waken dat de zorgvrager verzekerd is voor de burgerlijke aansprakelijkheid in het kader van de zorgboerderijovereenkomst;
k) alle noodzakelijke controles te aanvaarden.
3° Verbintenissen van de land- of tuinbouwer en de voorziening
Door het ondertekenen van de zorgboerderijovereenkomst gaan de land- of tuinbouwer en de voorziening ermee akkoord en garanderen ze :
a) dat de zorgboerderijovereenkomst, rekening houdend met het doel van de overeenkomst, geen arbeidsovereenkomst is;
b) dat de andere partij vooraf wordt op de hoogte gebracht als ze de zorgboerderijovereenkomst willen beëindigen;
c) dat er afspraken gemaakt zijn over de manier en de periodiciteit van de opvolging;
d) dat de partij die de zorgboerderijovereenkomst beëindigt, de beëindiging van de zorgboerderijovereenkomst onmiddellijk zal melden aan [1 de bevoegde entiteit]1.
Art. N. Les engagements de l'agriculteur ou de l'horticulteur et de la structure dans la convention de ferme de soins, visé à l'article 10
1° Engagements de l'agriculteur ou de l'horticulteur
Par la signature de la convention de ferme de soins, l'agriculteur ou l'horticulteur marque son accord et garantit :
a) qu'il respecte la loi du 4 août 1996 relative au bien-être des travailleurs lors de l'exécution de leur travail et le RGPT;
b) qu'il vise à l'optimisation des possibilités du demandeur d'aide, compte tenu de ses attentes et de ses limites. Dans les limites de l'entreprise agricole ou horticole, des activités sont proposées à la mesure du demandeur d'aide. Les activités sont adaptées aux besoins et aux possibilités du demandeur d'aide individuel, en accord avec la structure;
c) que toutes les informations obtenues du et concernant le demandeur d'aide seront traitées de manière confidentielle. En vue d'un accompagnement optimal du demandeur d'aide, l'agriculteur ou l'horticulteur doit obtenir l'autorisation afin de communiquer des données pertinentes à la structure;
d) qu'il respecte les consignes et accords en vigueur en matière d'hygiène et de sécurité;
e) que le demandeur d'aide peut exécuter les activités en toute sécurité et conformément aux normes d'hygiène;
f) que son assurance responsabilité civile inclut les éléments suivants :
1) les activités de ferme de soins;
2) la responsabilité de l'agriculteur ou de l'horticulteur pour des dommages occasionnés par le demandeur d'aide dans le cadre des activités de ferme de soins;
g) que la structure a été informée d'autres conventions de ferme de soins en cours et prévues durant la période pendant laquelle la convention est conclue.
2° Engagements de la structure
Par la signature de la convention de ferme de soins, la structure marque son accord et garantit :
a) qu'elle est représentée dans l'entreprise de l'agriculteur ou de l'horticulteur, au moins lors de l'établissement et de la résiliation de la convention de ferme de soins;
b) qu'elle défend les intérêts du demandeur d'aide concernant les activités de ferme de soins à la ferme de soins;
c) qu'elle veille à ce que le demandeur d'aide satisfasse à toutes les conditions ayant trait au maintien de son intervention ou allocation, aux obligations de sécurité sociale et à toutes les autres obligations légales;
d) qu'elle veille à ce que le demandeur d'aide soit volontairement présent;
e) qu'elle résiliera la convention de ferme de soins immédiatement si le demandeur d'aide en émet la demande;
f) qu'elle veille à ce que le demandeur d'aide contracte l'engagement de se comporter correctement et d'exécuter soigneusement les tâches dans l'entreprise agricole ou horticole, en se conformant aux prescriptions en matière d'hygiène et de sécurité que l'agriculteur ou l'horticulteur demande de respecter;
g) qu'elle veille à ce que les activités de ferme de soins soient adaptées aux besoins et aux possibilités du demandeur d'aide;
h) qu'elle veille au suivi du demandeur d'aide;
i) qu'elle veille à ce que le demandeur d'aide [2 ne perçoive pas de salaire]2 .[2 ...]2 Inversement, aucune contribution ne peut être exigée par le demandeur d'aide en compensation d'une productivité économique moindre au niveau de l'entreprise agricole ou horticole des suites de l'aspect fourniture d'aide. Le demandeur d'aide ou la structure peut cependant verser une indemnisation éventuelle à l'agriculteur ou à l'horticulteur;
j) qu'elle veille à ce que le demandeur d'aide soit assuré pour la responsabilité civile dans le cadre de la convention de ferme de soins;
k) qu'elle accepte tous les contrôles nécessaires.
3° Engagements de l'agriculteur ou de l'horticulteur et de la structure
Par la signature de la convention de ferme de soins, l'agriculteur ou l'horticulteur et la structure marquent leur accord et garantissent :
a) que la convention de ferme de soins, compte tenu de l'objet du contrat, n'est pas un contrat de travail;
b) que l'autre partie sera préalablement informée s'ils souhaitent résilier la convention de ferme de soins;
c) que des accords ont été pris concernant la méthode et la périodicité du suivi;
d) que la partie qui résilie la convention de ferme de soins, signalera immédiatement la résiliation de la convention de ferme de soins à [1 l'entité compétente]1.
1° Engagements de l'agriculteur ou de l'horticulteur
Par la signature de la convention de ferme de soins, l'agriculteur ou l'horticulteur marque son accord et garantit :
a) qu'il respecte la loi du 4 août 1996 relative au bien-être des travailleurs lors de l'exécution de leur travail et le RGPT;
b) qu'il vise à l'optimisation des possibilités du demandeur d'aide, compte tenu de ses attentes et de ses limites. Dans les limites de l'entreprise agricole ou horticole, des activités sont proposées à la mesure du demandeur d'aide. Les activités sont adaptées aux besoins et aux possibilités du demandeur d'aide individuel, en accord avec la structure;
c) que toutes les informations obtenues du et concernant le demandeur d'aide seront traitées de manière confidentielle. En vue d'un accompagnement optimal du demandeur d'aide, l'agriculteur ou l'horticulteur doit obtenir l'autorisation afin de communiquer des données pertinentes à la structure;
d) qu'il respecte les consignes et accords en vigueur en matière d'hygiène et de sécurité;
e) que le demandeur d'aide peut exécuter les activités en toute sécurité et conformément aux normes d'hygiène;
f) que son assurance responsabilité civile inclut les éléments suivants :
1) les activités de ferme de soins;
2) la responsabilité de l'agriculteur ou de l'horticulteur pour des dommages occasionnés par le demandeur d'aide dans le cadre des activités de ferme de soins;
g) que la structure a été informée d'autres conventions de ferme de soins en cours et prévues durant la période pendant laquelle la convention est conclue.
2° Engagements de la structure
Par la signature de la convention de ferme de soins, la structure marque son accord et garantit :
a) qu'elle est représentée dans l'entreprise de l'agriculteur ou de l'horticulteur, au moins lors de l'établissement et de la résiliation de la convention de ferme de soins;
b) qu'elle défend les intérêts du demandeur d'aide concernant les activités de ferme de soins à la ferme de soins;
c) qu'elle veille à ce que le demandeur d'aide satisfasse à toutes les conditions ayant trait au maintien de son intervention ou allocation, aux obligations de sécurité sociale et à toutes les autres obligations légales;
d) qu'elle veille à ce que le demandeur d'aide soit volontairement présent;
e) qu'elle résiliera la convention de ferme de soins immédiatement si le demandeur d'aide en émet la demande;
f) qu'elle veille à ce que le demandeur d'aide contracte l'engagement de se comporter correctement et d'exécuter soigneusement les tâches dans l'entreprise agricole ou horticole, en se conformant aux prescriptions en matière d'hygiène et de sécurité que l'agriculteur ou l'horticulteur demande de respecter;
g) qu'elle veille à ce que les activités de ferme de soins soient adaptées aux besoins et aux possibilités du demandeur d'aide;
h) qu'elle veille au suivi du demandeur d'aide;
i) qu'elle veille à ce que le demandeur d'aide [2 ne perçoive pas de salaire]2 .[2 ...]2 Inversement, aucune contribution ne peut être exigée par le demandeur d'aide en compensation d'une productivité économique moindre au niveau de l'entreprise agricole ou horticole des suites de l'aspect fourniture d'aide. Le demandeur d'aide ou la structure peut cependant verser une indemnisation éventuelle à l'agriculteur ou à l'horticulteur;
j) qu'elle veille à ce que le demandeur d'aide soit assuré pour la responsabilité civile dans le cadre de la convention de ferme de soins;
k) qu'elle accepte tous les contrôles nécessaires.
3° Engagements de l'agriculteur ou de l'horticulteur et de la structure
Par la signature de la convention de ferme de soins, l'agriculteur ou l'horticulteur et la structure marquent leur accord et garantissent :
a) que la convention de ferme de soins, compte tenu de l'objet du contrat, n'est pas un contrat de travail;
b) que l'autre partie sera préalablement informée s'ils souhaitent résilier la convention de ferme de soins;
c) que des accords ont été pris concernant la méthode et la périodicité du suivi;
d) que la partie qui résilie la convention de ferme de soins, signalera immédiatement la résiliation de la convention de ferme de soins à [1 l'entité compétente]1.