Comparaison NL / FR

| Word Word (citation)

Nederlands (NL)

Français (FR)

Titre
24 JUNI 2013. - Wet houdende diverse bepalingen inzake pensioenen
Titre
24 JUIN 2013. - Loi portant des dispositions diverses en matière de pensions
Informations sur le document
Info du document
Tekst (11)
Texte (11)
HOOFDSTUK 1. - Inleidende bepaling
CHAPITRE 1er. - Disposition introductive
Artikel 1. Deze wet regelt een aangelegenheid als bedoeld in artikel 78 van de Grondwet.
Article 1er. La présente loi règle une matière visée à l'article 78 de la Constitution.
HOOFDSTUK 2. - Vervroegd pensioen
CHAPITRE 2. - Pension anticipée
Art.2. Artikel 4, § 3ter, van het koninklijk besluit van 23 december 1996 tot uitvoering van de artikelen 15, 16 en 17 van de wet van 26 juli 1996 tot modernisering van de sociale zekerheid en tot vrijwaring van de leefbaarheid van de wettelijke pensioenen, ingevoegd bij de wet van 20 juli 2012, wordt aangevuld met twee leden, luidende :
  " In afwijking van paragraaf 3, 2° wordt de vereiste loopbaanvoorwaarde voor de pensioenen die ingaan in de maand januari 2015 vastgesteld overeenkomstig paragraaf 3, 1°.
  In afwijking van paragraaf 3, 3° worden de vereiste leeftijds- en loopbaanvoorwaarden voor de pensioenen die ingaan in de maand januari 2016 vastgesteld overeenkomstig paragraaf 3, 2°. "
Art.2. L'article 4, § 3ter, de l'arrêté royal du 23 décembre 1996 portant exécution des articles 15, 16 et 17 de la loi du 26 juillet 1996 portant modernisation de la sécurité sociale et assurant la viabilité des régimes légaux des pensions, inséré par la loi du 20 juillet 2012, est complété par deux alinéas rédigés comme suit :
  " Par dérogation au paragraphe 3, 2°, la condition de carrière requise pour les pensions prenant cours au mois de janvier 2015 est fixée conformément au paragraphe 3, 1°.
  Par dérogation au paragraphe 3, 3°, les conditions d'âge et de carrière requises pour les pensions prenant cours au mois de janvier 2016 sont fixées conformément au paragraphe 3, 2°. "
Art.3. In artikel 108 van de wet van 28 december 2011 houdende diverse bepalingen, vervangen bij de wet van 20 juli 2012, wordt de bepaling onder 2° vervangen als volgt :
  " 2° de werknemers die, buiten het kader van een conventioneel brugpensioen,
  a) voor 28 november 2011, in onderling overleg met hun werkgever, een overeenkomst van vervroegde uittreding hebben afgesloten die ten vroegste vervalt op de leeftijd van 60 jaar voor zover deze werknemers op dat ogenblik een loopbaan bewijzen van minstens 35 jaar in de zin van artikel 4, § 2, van het voormeld koninklijk besluit van 23 december 1996;
  b) ontslag hebben genomen, voor 1 januari 2010 en ten vroegste op de leeftijd van 55 jaar, of, in onderling overleg met hun werkgever, voor diezelfde datum een overeenkomst van vervroegde uittreding hebben afgesloten die ten vroegste vervalt op de leeftijd van 55 jaar, om te kunnen genieten van de bepalingen van artikel 61, § 1, van de wet van 28 april 2003 betreffende de aanvullende pensioenen en het belastingstelsel van die pensioenen en van sommige aanvullende voordelen inzake sociale zekerheid en voor zover deze werknemers ten laatste op de leeftijd van 60 jaar een loopbaan bewijzen van minstens 35 jaar in de zin van artikel 4, § 2, van het voormeld koninklijk besluit van 23 december 1996;
  c) ontslag hebben genomen, voor 1 januari 2010 en na een loopbaan van 35 jaar in de zin van artikel 4, § 2, tweede lid, van het voormeld koninklijk besluit van 23 december 1996, of, in onderling overleg met hun werkgever, voor diezelfde datum een overeenkomst van vervroegde uittreding hebben afgesloten na een loopbaan van 35 jaar in de zin van artikel 4, § 2, tweede lid, van het voormeld koninklijk besluit van 23 december 1996, om te kunnen genieten van de bepalingen van artikel 61, § 1, van voormelde wet van 28 april 2003; ".
Art.3. Dans l'article 108 de la loi du 28 décembre 2011 portant des dispositions diverses, remplacé par la loi du 20 juillet 2012, le 2° est remplacé par ce qui suit :
  " 2° les travailleurs salariés qui, en dehors du cadre d'une prépension conventionnelle,
  a) ont conclu de commun accord avec leur employeur, avant le 28 novembre 2011, une convention de départ anticipé venant à échéance au plus tôt à l'âge de 60 ans, pour autant qu'à ce moment ces travailleurs justifient une carrière d'au moins 35 ans au sens de l'article 4, § 2, de l'arrêté royal du 23 décembre 1996 précité;
  b) ont démissionné, avant le 1er janvier 2010 et au plus tôt à l'âge de 55 ans, ou ont conclu de commun accord avec leur employeur, avant cette même date, une convention de départ anticipé venant à échéance au plus tôt à l'âge de 55 ans, en vue de bénéficier des dispositions de l'article 61, § 1er, de la loi du 28 avril 2003 relative aux pensions complémentaires et au régime fiscal de celles-ci et de certains avantages complémentaires en matière de sécurité sociale et pour autant qu'à l'âge de 60 ans au plus tard ces travailleurs justifient une carrière d'au moins 35 ans au sens de l'article 4, § 2, de l'arrêté royal du 23 décembre 1996 précité;
  c) ont démissionné, avant le 1er janvier 2010 et après une carrière de 35 ans au sens de l'article 4, § 2, alinéa 2, de l'arrêté royal du 23 décembre 1996 précité, ou ont conclu de commun accord avec leur employeur, avant cette même date, une convention de départ anticipé après une carrière de 35 ans au sens de l'article 4, § 2, alinéa 2, de l'arrêté royal du 23 décembre 1996 précité, en vue de bénéficier des dispositions de l'article 61, § 1er, de la loi du 28 avril 2003 précitée; ".
Art.4. De bepalingen van artikelen 2 en 3 zijn van toepassing op de pensioenen die daadwerkelijk en voor de eerste maal ten vroegste op 1 januari 2013 ingaan.
Art.4. Les dispositions des articles 2 et 3 sont applicables aux pensions qui prennent cours effectivement et pour la première fois au plus tôt le 1er janvier 2013.
Art.5. Dit hoofdstuk heeft uitwerking met ingang van 1 januari 2013.
Art.5. Le présent chapitre produit ses effets le 1er janvier 2013.
HOOFDSTUK 3. - Loonplafond
CHAPITRE 3. - Plafond salarial
Art.6. In artikel 7 van het koninklijk besluit nr. 50 van 24 oktober 1967 betreffende het rust- en overlevingspensioen voor werknemers, het laatst gewijzigd bij de wet van 23 december 2005, worden de volgende wijzigingen aangebracht :
  1° het derde lid wordt aangevuld met de volgende zin :
  " In voornoemd totaal der werkelijke, fictieve en forfaitaire lonen wordt geen rekening gehouden met de fictieve lonen die beperkt worden tot het loon bedoeld bij artikel 8, § 1, eerste lid, van het koninklijk besluit van 23 december 1996. ";
  2° het vijfde lid wordt vervangen als volgt :
  " Het aldus vastgestelde bedrag wordt vermenigvuldigd met een breuk waarvan de teller bestaat uit het aantal dagen dat voor de berekening van het pensioen in aanmerking werd genomen, met uitzondering van de gelijkgestelde dagen waarvoor het loon beperkt wordt tot het loon bedoeld bij artikel 8, § 1, eerste lid, van het koninklijk besluit van 23 december 1996, en de noemer uit het getal 312. ".
Art.6. A l'article 7 de l'arrêté royal n° 50 du 24 octobre 1967 relatif à la pension de retraite et de survie des travailleurs salariés, modifié en dernier lieu par la loi du 23 décembre 2005, les modifications suivantes sont apportées :
  1° l'alinéa 3 est complété par la phrase suivante :
  " Dans le total précité des rémunérations réelles, fictives et forfaitaires, il n'est pas tenu compte des rémunérations fictives qui sont limitées au salaire visé à l'article 8, § 1er, alinéa 1er, de l'arrêté royal du 23 décembre 1996. ";
  2° l'alinéa 5 est remplacé par ce qui suit :
  " Le montant ainsi déterminé est multiplié par une fraction ayant pour numérateur le nombre de journées qui a été pris en considération pour le calcul de la pension, à l'exception des journées assimilées pour lesquelles le salaire est limité au salaire visé à l'article 8, § 1er, de l'arrêté royal du 23 décembre 1996, et pour dénominateur le nombre 312. ".
Art.7. Artikel 6 is van toepassing op de rustpensioenen die daadwerkelijk en voor de eerste maal ten vroegste op 1 januari 2013 ingaan, voor de kalenderjaren na 31 december 2011.
Art.7. L'article 6 est applicable aux pensions de retraite qui prennent cours effectivement et pour la première fois au plus tôt le 1er janvier 2013, pour les années civiles après le 31 décembre 2011.
Art. 8. Dit hoofdstuk heeft uitwerking met ingang van 1 januari 2012.
Art. 8. Le présent chapitre produit ses effets le 1er janvier 2012.
  Kondigen deze wet af, bevelen dat zij met 's Lands zegel zal worden bekleed en door het Belgisch Staatsblad zal worden bekendgemaakt.
  Gegeven te Brussel, 24 juni 2013.
  ALBERT
  Van Koningswege :
  De Minister van Pensioenen,
  A. DE CROO
  Met 's Lands zegel gezegeld :
  De Minister van Justitie,
  Mevr. A. TURTELBOOM
  Promulguons la présente loi, ordonnons qu'elle soi revêtue du sceau de l'Etat et publiée par le Moniteur belge.
  Donné à Bruxelles, le 24 juin 2013.
  ALBERT
  Par le Roi :
  Le Ministre des Pensions,
  A. DE CROO
  Scellé du sceau de l'Etat :
  La Ministre de la Justice,
  Mme A. TURTELBOOM