Nederlands (NL)
Français (FR)
Titre
20 JULI 2012. - Koninklijk besluit tot omzetting van Richtlijn 2010/18/EU van de Raad van 8 maart 2010 tot uitvoering van de door BUSINESSEUROPE, UEAPME, het CEEP en het EVV gesloten herziene raamovereenkomst inzake ouderschapsverlof en tot intrekking van Richtlijn 96/34/EG
Titre
20 JUILLET 2012. - Arrêté royal transposant la Directive 2010/18/UE du Conseil du 8 mars 2010 portant application de l'accord-cadre révisé sur le congé parental conclu par BUSINESSEUROPE, l'UEAPME, le CEEP et la CES et abrogeant la Directive 96/34/CE
Informations sur le document
Numac: 2012204181
Datum: 2012-07-20
Info du document
Numac: 2012204181
Date: 2012-07-20
Tekst (12)
Texte (12)
Artikel 1. Dit besluit zet de Richtlijn 2010/18/EU van de Raad van 8 maart 2010 tot uitvoering van de door BUSINESSEUROPE, UEAPME, het CEEP en het EVV gesloten herziene raamovereenkomst en tot intrekking van Richtlijn 96/34/EG, gedeeltelijk om.
Article 1er. Le présent arrêté transpose partiellement la Directive 2010/18/UE du Conseil du 8 mars 2010 portant application de l'accord-cadre révisé sur le congé parental conclu par BUSINESSEUROPE, l'UEAPME, le CEEP et la CES et abrogeant l' interruption la Directive 96/34/CE.
Art.2. In artikel 4quater van het koninklijk besluit van 12 augustus 1991 betreffende de toekenning van onderbrekingsuitkeringen aan de personeelsleden van het onderwijs en de psycho-medisch-sociale centra, ingevoegd bij koninklijk besluit van 4 juni 1999 en gewijzigd bij koninklijk besluit van 4 maart 2010, wordt het eerste lid vervangen als volgt :
" Art. 4quater. De personeelsleden kunnen bij de geboorte of adoptie van een kind, in het kader van ouderschapsverlof :
- ofwel hun loopbaan volledig onderbreken op bassis van artikel 100 van de voormelde wet van 22 jannuari 1985 voor een periode van maximum vier maanden;
- ofwel hun arbeidsprestaties verminderen tot de helft van een voltijdse betrekking op basis van artikel 102 van dezelfde wet voor een periode van acht maanden;
- ofwel hun arbeidsprestaties verminderen met 1/5e van een voltijdse betrekking op basis van artikel 102 van dezelfde wet voor een periode van maximum twintig maanden.
Het recht op een onderbrekingsuitkering in hoofde van personeelsleden die de vierde maand of een ander gelijkwaardig regime opnemen wordt slechts toegekend voor kinderen geboren of geadopteerd vanaf 8 maart 2012. "
" Art. 4quater. De personeelsleden kunnen bij de geboorte of adoptie van een kind, in het kader van ouderschapsverlof :
- ofwel hun loopbaan volledig onderbreken op bassis van artikel 100 van de voormelde wet van 22 jannuari 1985 voor een periode van maximum vier maanden;
- ofwel hun arbeidsprestaties verminderen tot de helft van een voltijdse betrekking op basis van artikel 102 van dezelfde wet voor een periode van acht maanden;
- ofwel hun arbeidsprestaties verminderen met 1/5e van een voltijdse betrekking op basis van artikel 102 van dezelfde wet voor een periode van maximum twintig maanden.
Het recht op een onderbrekingsuitkering in hoofde van personeelsleden die de vierde maand of een ander gelijkwaardig regime opnemen wordt slechts toegekend voor kinderen geboren of geadopteerd vanaf 8 maart 2012. "
Art.2. A l'article 4quater de l'arrêté royal du 12 août 1991 relatif à l'octroi d'allocations aux membres du personnel de l'enseignement et des centres psycho-médico-sociaux, inséré par l'arrêté royal du 4 juin 1999 et modifié par l'arrêté royal du 4 mars 2010, le premier alinéa est remplacé comme suit :
" Art. 4quater. Les membres du personnel peuvent, lors de la naissance ou de l'adoption d'un efant :
- soit interrompre leur carrière de manieré complète sur base de l' article 100 de la loi du 22 janvier 1985 pour un maximum de quatre mois :
- soit réduire leurs prestations de travail à mi temps d'un emploi à temps plein sur base de l'article 102 de la même loi pour un maximum de huit mois;
- soit réduire leurs prestations de travail d'un 1/5e d'un emploi à temps plein comme prévu à l'article 102 de la même loi pour un maximum de vingt mois.
Le droit à une allocation d'interruption en ce qui concerne les membres du personnel qui bénéficient d'un quatrième mois ou d'un autre régime équivalent n'est octroyé que pour les enfants nés ou adoptés à partir du 8 mars 2012. "
" Art. 4quater. Les membres du personnel peuvent, lors de la naissance ou de l'adoption d'un efant :
- soit interrompre leur carrière de manieré complète sur base de l' article 100 de la loi du 22 janvier 1985 pour un maximum de quatre mois :
- soit réduire leurs prestations de travail à mi temps d'un emploi à temps plein sur base de l'article 102 de la même loi pour un maximum de huit mois;
- soit réduire leurs prestations de travail d'un 1/5e d'un emploi à temps plein comme prévu à l'article 102 de la même loi pour un maximum de vingt mois.
Le droit à une allocation d'interruption en ce qui concerne les membres du personnel qui bénéficient d'un quatrième mois ou d'un autre régime équivalent n'est octroyé que pour les enfants nés ou adoptés à partir du 8 mars 2012. "
Art.3. Artikel 1, § 3, van het koninklijk besluit van 19 november 1998 betreffende de verloven en afwezigheden toegestaan aan de personeelsleden van de Rijksbesturen, gewijzigd bij de koninklijke besluiten van 26 mei 1999, 10 juni 2002, 12 december 2002, 23 oktober 2003, 12 oktober 2005, 17 januari 2007, 7 december 2008 en 14 november 2011, wordt aangevuld als volgt :
" 14° de aanpassing van het begin- en einduur van de werkdag in de periode van zes maanden volgend op het ouderschapsverlof. "
" 14° de aanpassing van het begin- en einduur van de werkdag in de periode van zes maanden volgend op het ouderschapsverlof. "
Art.3. L'article 1er, § 3 de l'arrêté royal du 19 novembre 1998 relatif aux congés et aux absences accordées aux membres du personnel des administrations de l'Etat, modifié par les arrêtés royaux des 26 mai 1999, 10 juin 2002, 12 décembre 2002, 23 octobre 2003, 12 octobre 2005, 17 janvier 2007, 7 décembre 2008 et 14 novembre 2011, est complété comme suit :
" 14° à l'aménagement des heures de début et de fin de la journée de travail dans la période de six mois suivant le congé parental. "
" 14° à l'aménagement des heures de début et de fin de la journée de travail dans la période de six mois suivant le congé parental. "
Art.4. In artikel 35 van hetzelfde besluit, wordt paragraaf 1, eerste lid vervangen als volgt :
" § 1. Aan de ambtenaar in dienstactiviteit wordt, bij de geboorte of de adoptie van zijn kind, een ouderschapsverlof toegestaan dat kan genomen worden :
- hetzij gedurende een periode van vier maanden in het raam van de volledige onderbreking van de loopbaan bedoeld in artikel 100 van de herstelwet van 22 januari 1985 houdende sociale bepalingen; op vraag van de ambtenaar kan deze periode worden opgesplitst in maanden;
- hetzij gedurende een periode van acht maanden in het raam van de halftijdse onderbreking van de loopbaan bedoeld in artikel 102 van voornoemde wet wanneer hij voltijds is tewerkgesteld; op vraag van de ambtenaar kan deze periode worden opgesplitst in periodes van twee maanden of een veelvoud hiervan;
- hetzij gedurende een periode van twintig maanden in het raam van de onderbreking van de loopbaan met één vijfde zoals bedoeld in artikel 102 van voornoemde wet wanneer hij voltijds is tewerkgesteld; op vraag van de ambtenaar kan deze periode worden opgesplitst in periodes van vijf maanden of een veelvoud hiervan.
Het recht op een onderbrekingsuitkering in hoofde van ambtenaren die de vierde maand of een ander gelijkwaardig regime opnemen wordt slechts toegekend voor kinderen geboren of geadopteerd vanaf 8 maart 2012. "
" § 1. Aan de ambtenaar in dienstactiviteit wordt, bij de geboorte of de adoptie van zijn kind, een ouderschapsverlof toegestaan dat kan genomen worden :
- hetzij gedurende een periode van vier maanden in het raam van de volledige onderbreking van de loopbaan bedoeld in artikel 100 van de herstelwet van 22 januari 1985 houdende sociale bepalingen; op vraag van de ambtenaar kan deze periode worden opgesplitst in maanden;
- hetzij gedurende een periode van acht maanden in het raam van de halftijdse onderbreking van de loopbaan bedoeld in artikel 102 van voornoemde wet wanneer hij voltijds is tewerkgesteld; op vraag van de ambtenaar kan deze periode worden opgesplitst in periodes van twee maanden of een veelvoud hiervan;
- hetzij gedurende een periode van twintig maanden in het raam van de onderbreking van de loopbaan met één vijfde zoals bedoeld in artikel 102 van voornoemde wet wanneer hij voltijds is tewerkgesteld; op vraag van de ambtenaar kan deze periode worden opgesplitst in periodes van vijf maanden of een veelvoud hiervan.
Het recht op een onderbrekingsuitkering in hoofde van ambtenaren die de vierde maand of een ander gelijkwaardig regime opnemen wordt slechts toegekend voor kinderen geboren of geadopteerd vanaf 8 maart 2012. "
Art.4. A l'article 35 du même arrêté, le premier alinéa du paragraphe 1er est remplacé comme suit :
" § 1er. L'agent en activité de service obtient, lors de la naissance ou de l'adoption de son enfant, un congé parental qui peut être pris pour :
- soit interrompre complétement sa carrière professionnelle comme prévu à l'article 100 de la loi de redressement du 22 janvier 1985 contenant des dispositions sociales pendant une période de quatre mois; au choix de l'agent cette période peut être fractionnée par mois;
- soit, quand il est employé à temps plein, interrompre partiellement sa carrière professionnelle sous la forme d'un mi-temps durant une période de huit mois comme prévu à l'article 102 de la loi susmentionnée; au choix de l'agent cette période peut être fractionnée en périodes de deux mois ou un multiple de ce chiffre;
- soit, quand il est employé à temps plein, interrompre partiellement sa carrière professionnelle sous la forme d'une réduction d'un cinquième durant une période de vingt mois comme prévu à l'article 102 de la loi susmentionnée; au choix de l'agent cette période peut être fractionnée en périodes de cinq mois ou un multiple de ce chiffre.
Le droit a une allocation d'interruption en ce qui concerne les agents qui bénéficient d'un quatrième mois ou d'un autre régime équivalent n'est octroyé que pour les enfants nés ou adoptés à partir du 8 mars 2012. "
" § 1er. L'agent en activité de service obtient, lors de la naissance ou de l'adoption de son enfant, un congé parental qui peut être pris pour :
- soit interrompre complétement sa carrière professionnelle comme prévu à l'article 100 de la loi de redressement du 22 janvier 1985 contenant des dispositions sociales pendant une période de quatre mois; au choix de l'agent cette période peut être fractionnée par mois;
- soit, quand il est employé à temps plein, interrompre partiellement sa carrière professionnelle sous la forme d'un mi-temps durant une période de huit mois comme prévu à l'article 102 de la loi susmentionnée; au choix de l'agent cette période peut être fractionnée en périodes de deux mois ou un multiple de ce chiffre;
- soit, quand il est employé à temps plein, interrompre partiellement sa carrière professionnelle sous la forme d'une réduction d'un cinquième durant une période de vingt mois comme prévu à l'article 102 de la loi susmentionnée; au choix de l'agent cette période peut être fractionnée en périodes de cinq mois ou un multiple de ce chiffre.
Le droit a une allocation d'interruption en ce qui concerne les agents qui bénéficient d'un quatrième mois ou d'un autre régime équivalent n'est octroyé que pour les enfants nés ou adoptés à partir du 8 mars 2012. "
Art.5. In hetzelfde besluit wordt een artikel 35bis ingevoegd, luidende :
" Art. 35bis. De ambtenaar kan een aangepast werkrooster aanvragen voor de periode van zes maanden die volgt op het einde van het ouderschapsverlof.
De aanpassing dient rekening te houden met de behoeften van de dienst en die van de ambtenaar om een betere combinatie tussen werk- en gezinsleven mogelijk te maken.
De ambtenaar bezorgt hiertoe ten laatste drie weken voor het einde van de lopende periode van ouderschapsverlof een schriftelijke aanvraag aan de overheid waaronder het ressorteert.
De overheid beoordeelt deze aanvraag en geeft er een schriftelijke gevolg aan ten laatste één week voor het einde van het lopende ouderschapsverlof. "
" Art. 35bis. De ambtenaar kan een aangepast werkrooster aanvragen voor de periode van zes maanden die volgt op het einde van het ouderschapsverlof.
De aanpassing dient rekening te houden met de behoeften van de dienst en die van de ambtenaar om een betere combinatie tussen werk- en gezinsleven mogelijk te maken.
De ambtenaar bezorgt hiertoe ten laatste drie weken voor het einde van de lopende periode van ouderschapsverlof een schriftelijke aanvraag aan de overheid waaronder het ressorteert.
De overheid beoordeelt deze aanvraag en geeft er een schriftelijke gevolg aan ten laatste één week voor het einde van het lopende ouderschapsverlof. "
Art.5. Dans le même arrêté, un article 35bis est inséré, libellé comme suit :
" Art. 35bis. L'agent peut demander un aménagement de son horaire de travail pour la période de six mois suivant la fin du congé parental.
L'aménagement de l'horaire doit tenir compte des besoins du service et de ceux de l'agent afin de favoriser une meilleure conciliation entre vie professionnelle et vie de famille.
L'agent adresse, à cet effet, au plus tard trois semaine avant la fin de la période en cours du congé parental, une demande écrite à l'autorité dont il relève.
L'autorité examine cette demande et y répond par écrit au plus tard une semaine avant la fin du congé parental en cours. "
" Art. 35bis. L'agent peut demander un aménagement de son horaire de travail pour la période de six mois suivant la fin du congé parental.
L'aménagement de l'horaire doit tenir compte des besoins du service et de ceux de l'agent afin de favoriser une meilleure conciliation entre vie professionnelle et vie de famille.
L'agent adresse, à cet effet, au plus tard trois semaine avant la fin de la période en cours du congé parental, une demande écrite à l'autorité dont il relève.
L'autorité examine cette demande et y répond par écrit au plus tard une semaine avant la fin du congé parental en cours. "
Art.6. In artikel 12 van het koninklijk besluit van 7 mei 1999 betreffende de onderbreking van de beroepsloopbaan van het personeel van de besturen, vervangen bij het koninklijk besluit van 18 januari 2007, en gewijzigd door het koninklijk besluit van 4 maart 2010, wordt paragraaf 1 vervangen als volgt :
" § 1. Bij de geboorte of de adoptie van zijn kind heeft de ambtenaar in dienstactiviteit recht op een ouderschapsverlof van :
- hetzij een periode van vier maanden volledige onderbreking van de loopbaan zoals bedoeld bij artikel 100 van de herstelwet van 22 januari 1985 houdende sociale bepalingen; deze periode kan naar keuze van de ambtenaar worden opgesplitst in maanden;
- hetzij een periode van acht maanden halftijdse onderbreking van de loopbaan zoals bedoeld in artikel 102 van voornoemde wet, wanneer hij voltijds is tewerkgesteld; deze periode kan naar keuze van de ambtenaar worden opgesplitst in periodes van twee maanden of een veelvoud hiervan;
- hetzij een periode van twintig maanden onderbreking van de loopbaan met één vijfde zoals bedoeld in artikel 102 van voornoemde wet, wanneer hij voltijds is tewerkgesteld; deze periode kan naar keuze van de ambtenaar worden opgesplitst in periodes van vijf maanden of een veelvoud hiervan.
Het recht op een onderbrekingsuitkering in hoofde van ambtenaren die de vierde maand of een ander gelijkwaardig regime opnemen wordt slechts toegekend voor kinderen geboren of geadopteerd vanaf 8 maart 2012. "
" § 1. Bij de geboorte of de adoptie van zijn kind heeft de ambtenaar in dienstactiviteit recht op een ouderschapsverlof van :
- hetzij een periode van vier maanden volledige onderbreking van de loopbaan zoals bedoeld bij artikel 100 van de herstelwet van 22 januari 1985 houdende sociale bepalingen; deze periode kan naar keuze van de ambtenaar worden opgesplitst in maanden;
- hetzij een periode van acht maanden halftijdse onderbreking van de loopbaan zoals bedoeld in artikel 102 van voornoemde wet, wanneer hij voltijds is tewerkgesteld; deze periode kan naar keuze van de ambtenaar worden opgesplitst in periodes van twee maanden of een veelvoud hiervan;
- hetzij een periode van twintig maanden onderbreking van de loopbaan met één vijfde zoals bedoeld in artikel 102 van voornoemde wet, wanneer hij voltijds is tewerkgesteld; deze periode kan naar keuze van de ambtenaar worden opgesplitst in periodes van vijf maanden of een veelvoud hiervan.
Het recht op een onderbrekingsuitkering in hoofde van ambtenaren die de vierde maand of een ander gelijkwaardig regime opnemen wordt slechts toegekend voor kinderen geboren of geadopteerd vanaf 8 maart 2012. "
Art.6. A l'article 12 de l'arrêté royal du 7 mai 1999 relatif à l'interruption de la carrière professionnelle du personnel des administrations, remplacé par l'arrêté royal du 18 janvier 2007, et modifié par l'arrêté royal du 4 mars 2010, le paragraphe 1er est remplacé comme suit :
" § 1er. L'agent en activité de service obtient, lors de la naissance ou de l'adoption de son enfant, un congé parental qui peut être pris pour :
- soit interrompre complètement sa carrière professionnelle comme prévu à l'article 100 de la loi de redressement du 22 janvier 1985 contenant des dispositions sociales pendant une période de quatre mois; au choix de l'agent cette période peut être fractionnée par mois;
- soit, quand il est employé à temps plein, interrompre partiellement sa carrière professionnelle sous la forme d'un mi-temps durant une période de huit mois comme prévu à l'article 102 de la loi susmentionnée; au choix de l'agent cette période peut être fractionnée en périodes de deux mois ou un multiple de ce chiffre;
- soit, quand il est employé à temps plein, interrompre partiellement sa carrière professionnelle sous la forme d'une réduction d'un cinquième durant une période de vingt mois comme prévu à l'article 102 de la loi susmentionnée; au choix de l'agent cette période peut être fractionnée en périodes de cinq mois ou un multiple de ce chiffre.
Le droit a une allocation d'interruption en ce qui concerne les agents qui bénéficient d'un quatrième mois ou d'un autre régime équivalent n'est octroyé que pour les enfants nés ou adoptés à partir du 8 mars 2012. "
" § 1er. L'agent en activité de service obtient, lors de la naissance ou de l'adoption de son enfant, un congé parental qui peut être pris pour :
- soit interrompre complètement sa carrière professionnelle comme prévu à l'article 100 de la loi de redressement du 22 janvier 1985 contenant des dispositions sociales pendant une période de quatre mois; au choix de l'agent cette période peut être fractionnée par mois;
- soit, quand il est employé à temps plein, interrompre partiellement sa carrière professionnelle sous la forme d'un mi-temps durant une période de huit mois comme prévu à l'article 102 de la loi susmentionnée; au choix de l'agent cette période peut être fractionnée en périodes de deux mois ou un multiple de ce chiffre;
- soit, quand il est employé à temps plein, interrompre partiellement sa carrière professionnelle sous la forme d'une réduction d'un cinquième durant une période de vingt mois comme prévu à l'article 102 de la loi susmentionnée; au choix de l'agent cette période peut être fractionnée en périodes de cinq mois ou un multiple de ce chiffre.
Le droit a une allocation d'interruption en ce qui concerne les agents qui bénéficient d'un quatrième mois ou d'un autre régime équivalent n'est octroyé que pour les enfants nés ou adoptés à partir du 8 mars 2012. "
Art.7. In artikel 32 van het koninklijk besluit van 16 maart 2001 betreffende de verloven en de afwezigheden toegestaan aan sommige personeelsleden van de diensten die de rechterlijke macht terzijde staan, vervangen bij koninklijk besluit van 4 maart 2010, wordt paragraaf 1, eerste lid vervangen als volgt :
" § 1. Bij de geboorte of adoptie van zijn kind te zorgen heeft het personeelslid in dienstactiviteit recht op een ouderschapsverlof van :
- hetzij een periode van vier maanden volledige onderbreking van de loopbaan zoals bedoeld bij artikel 100 van de herstelwet van 22 januari 1985 houdende sociale bepalingen; deze periode kan naar keuze van het personeelslid worden opgesplitst in maanden;
- hetzij een periode van acht maanden halftijdse onderbreking van de loopbaan zoals bedoeld in artikel 102 van voornoemde wet wanneer hij voltijds is tewerkgesteld; deze periode kan naar keuze van het personeelslid worden opgesplitst in periodes van twee maanden of een veelvoud hiervan;
- hetzij een periode van twintig maanden onderbreking van de loopbaan met één vijfde zoals bedoeld in artikel 102 van voornoemde wet wanneer hij voltijds is tewerkgesteld; deze periode kan naar keuze van het personeelslid worden opgesplitst in periodes van vijf maanden of een veelvoud hiervan.
Het recht op een onderbrekingsuitkering in hoofde van personeelsleden die de vierde maand of een ander gelijkwaardig regime opnemen wordt slechts toegekend voor kinderen geboren of geadopteerd vanaf 8 maart 2012. "
" § 1. Bij de geboorte of adoptie van zijn kind te zorgen heeft het personeelslid in dienstactiviteit recht op een ouderschapsverlof van :
- hetzij een periode van vier maanden volledige onderbreking van de loopbaan zoals bedoeld bij artikel 100 van de herstelwet van 22 januari 1985 houdende sociale bepalingen; deze periode kan naar keuze van het personeelslid worden opgesplitst in maanden;
- hetzij een periode van acht maanden halftijdse onderbreking van de loopbaan zoals bedoeld in artikel 102 van voornoemde wet wanneer hij voltijds is tewerkgesteld; deze periode kan naar keuze van het personeelslid worden opgesplitst in periodes van twee maanden of een veelvoud hiervan;
- hetzij een periode van twintig maanden onderbreking van de loopbaan met één vijfde zoals bedoeld in artikel 102 van voornoemde wet wanneer hij voltijds is tewerkgesteld; deze periode kan naar keuze van het personeelslid worden opgesplitst in periodes van vijf maanden of een veelvoud hiervan.
Het recht op een onderbrekingsuitkering in hoofde van personeelsleden die de vierde maand of een ander gelijkwaardig regime opnemen wordt slechts toegekend voor kinderen geboren of geadopteerd vanaf 8 maart 2012. "
Art.7. A l'article 32, de l'arrêté royal du 16 mars 2001 relatif aux congés et aux absences accordés à certains membres du personnel des services qui assistent le pouvoir judiciaire, remplacé par l'arrêté royal du 4 mars 2010, le premier alinéa du paragraphe 1er est remplacé comme suit :
" § 1er. Le membre du personnel en activité de service obtient, lors de la naissance ou de l'adoption de son enfant, un congé parental qui peut être pris pour :
- soit interrompre complètement sa carrière professionnelle comme prévu à l'article 100 de la loi de redressement du 22 janvier 1985 contenant des dispositions sociales pendant une période de quatre mois; au choix du membre du personnel cette période peut être fractionnée par mois;
- soit, quand il est employé à temps plein, interrompre partiellement sa carrière professionnelle sous la forme d'un mi-temps durant une période de huit mois comme prévu à l'article 102 de la loi susmentionnée; au choix du membre du personnel cette période peut être fractionnée en périodes de deux mois ou un multiple de ce chiffre;
- soit, quand il est employé à temps plein, interrompre partiellement sa carrière professionnelle sous la forme d'une réduction d'un cinquième durant une période de vingt mois comme prévu à l'article 102 de la loi susmentionnée; au choix du membre du personnel cette période peut être fractionnée en périodes de cinq mois ou un multiple de ce chiffre.
Le droit a une allocation d'interruption en ce qui concerne les membres du personnel qui bénéficient d'un quatrième mois ou d'un autre régime équivalent n'est octroyé que pour les enfants nés ou adoptés à partir du 8 mars 2012. "
" § 1er. Le membre du personnel en activité de service obtient, lors de la naissance ou de l'adoption de son enfant, un congé parental qui peut être pris pour :
- soit interrompre complètement sa carrière professionnelle comme prévu à l'article 100 de la loi de redressement du 22 janvier 1985 contenant des dispositions sociales pendant une période de quatre mois; au choix du membre du personnel cette période peut être fractionnée par mois;
- soit, quand il est employé à temps plein, interrompre partiellement sa carrière professionnelle sous la forme d'un mi-temps durant une période de huit mois comme prévu à l'article 102 de la loi susmentionnée; au choix du membre du personnel cette période peut être fractionnée en périodes de deux mois ou un multiple de ce chiffre;
- soit, quand il est employé à temps plein, interrompre partiellement sa carrière professionnelle sous la forme d'une réduction d'un cinquième durant une période de vingt mois comme prévu à l'article 102 de la loi susmentionnée; au choix du membre du personnel cette période peut être fractionnée en périodes de cinq mois ou un multiple de ce chiffre.
Le droit a une allocation d'interruption en ce qui concerne les membres du personnel qui bénéficient d'un quatrième mois ou d'un autre régime équivalent n'est octroyé que pour les enfants nés ou adoptés à partir du 8 mars 2012. "
Art.8. In artikel 13 van het koninklijk besluit van 10 juni 2002 betreffende de toekenning van onderbrekingsuitkeringen aan de personeelsleden van de overheidsbedrijven die in toepassing van de wet van 21 maart 1991 houdende de hervorming van sommige economische overheidsbedrijven bestuursautonomie verkregen hebben, gewijzigd bij koninklijk besluit van 20 november 2006, worden de eerste twee leden vervangen als volgt :
" Bij de geboorte of de adoptie van zijn kind heeft het personeelslid recht op een ouderschapsverlof van :
- ofwel vier maanden in het kader van volledige loopbaanonderbreking zoals voorzien in het artikel 100 van de wet van 22 januari 1985 houdende sociale bepalingen; deze periode kan naar de keuze van het persooneelslid worden opengesplist in maanden;
- ofwel acht maanden in het kader van halftijdse loopbaanonderbreking zoals voorzien in het artikel 102 van de voornoemde wet, indien het voltijds tewerkgesteld is; deze periode naar keuze van het personeelslid worden opgesplits in perioden van twee maanden of een veelvoud hiervan;
- ofwel twintig maanden vermindering van de arbeidsprestaties met een vijfde zoals voorzien in het artikel 102 van de voornoemde wet van 22 januari 1985, indien het voltijds tewerkgesteld is deze periode kan naar keuze van het personeelslid worden opengesplits in perioden vijf maanden of een veelvoud hiervan.
Het recht op een onderbrekingsuitkering in hoofde van personeelsleden die de vierde maand of een ander gelijkwaardig regime opnemen wordt slechts toegekend voor kinderen geboren of geadopteerd vanaf 8 maart 2012. "
" Bij de geboorte of de adoptie van zijn kind heeft het personeelslid recht op een ouderschapsverlof van :
- ofwel vier maanden in het kader van volledige loopbaanonderbreking zoals voorzien in het artikel 100 van de wet van 22 januari 1985 houdende sociale bepalingen; deze periode kan naar de keuze van het persooneelslid worden opengesplist in maanden;
- ofwel acht maanden in het kader van halftijdse loopbaanonderbreking zoals voorzien in het artikel 102 van de voornoemde wet, indien het voltijds tewerkgesteld is; deze periode naar keuze van het personeelslid worden opgesplits in perioden van twee maanden of een veelvoud hiervan;
- ofwel twintig maanden vermindering van de arbeidsprestaties met een vijfde zoals voorzien in het artikel 102 van de voornoemde wet van 22 januari 1985, indien het voltijds tewerkgesteld is deze periode kan naar keuze van het personeelslid worden opengesplits in perioden vijf maanden of een veelvoud hiervan.
Het recht op een onderbrekingsuitkering in hoofde van personeelsleden die de vierde maand of een ander gelijkwaardig regime opnemen wordt slechts toegekend voor kinderen geboren of geadopteerd vanaf 8 maart 2012. "
Art.8. A l'article 13 de l'arrêté royal du 10 juin 2002 relatif à l'octroi d'allocations d'interruption aux membres du personnel des entreprises publiques qui ont obtenu une autonomie de gestion en application de la loi du 21 mars 1991 portant réforme de certaines entreprises publiques économiques, modifié par l'arrêté royal du 20 novembre 2006, les deux premiers alinéas sont remplacés comme suit :
" Le membre du personnel obtient, lors de la naissance ou de l'adoption de son enfant, un congé parental qui peut être pris pour :
- soit interrompre complètement sa carrière professionnelle comme prévu à l'article 100 de la loi de redressement du 22 janvier 1985 contenant des dispositions sociales pendant une période de quatre mois; au choix du membre du personnel cette période peut être fractionnée par mois;
- soit quand il est employé à temps pllein, interrompre partiellement sa carrière professionnelle sous la forme d'un mi-temps durant une période de huit mois comme prévu à l'article 102 de la loi susmentionnée; au choix du membre du personnel cette période peut être fractionnée en périodes de deux mois ou un multiple de ce chiffre;
- soit quand il est employé à temps plein, interrompre partiellement sa carrière professionnelle sous la forme d'une réduction d'un cinquième durant une période de vingt mois comme prévu à l'article 102 de la loi susmentionnée; au choix du membre du personnel cette période peut être fractionnée en périodes de cinq mois ou un multiple de ce chiffre.
Le droit a une allocation d'interruption en ce qui concerne les membres du personnel qui bénéficient d'un quatrième mois ou d'un autre régime équivalent n'est octroyé que pour les enfants nés ou adoptés à partir du 8 mars 2012. "
" Le membre du personnel obtient, lors de la naissance ou de l'adoption de son enfant, un congé parental qui peut être pris pour :
- soit interrompre complètement sa carrière professionnelle comme prévu à l'article 100 de la loi de redressement du 22 janvier 1985 contenant des dispositions sociales pendant une période de quatre mois; au choix du membre du personnel cette période peut être fractionnée par mois;
- soit quand il est employé à temps pllein, interrompre partiellement sa carrière professionnelle sous la forme d'un mi-temps durant une période de huit mois comme prévu à l'article 102 de la loi susmentionnée; au choix du membre du personnel cette période peut être fractionnée en périodes de deux mois ou un multiple de ce chiffre;
- soit quand il est employé à temps plein, interrompre partiellement sa carrière professionnelle sous la forme d'une réduction d'un cinquième durant une période de vingt mois comme prévu à l'article 102 de la loi susmentionnée; au choix du membre du personnel cette période peut être fractionnée en périodes de cinq mois ou un multiple de ce chiffre.
Le droit a une allocation d'interruption en ce qui concerne les membres du personnel qui bénéficient d'un quatrième mois ou d'un autre régime équivalent n'est octroyé que pour les enfants nés ou adoptés à partir du 8 mars 2012. "
Art.9. Artikel 1 van het koninklijk besluit van van 16 november 2009 houdende toekenning aan de personeelsleden van de Belgische Technische Coöperatie van het recht op ouderschapsverlof en loopbaanonderbreking voor het verlenen van bijstand aan een zwaar ziek gezins- of familielid, wordt vervangen als volgt :
" Artikel. 1. De personeelsleden van de BTC hebben, bij de geboorte of adoptie van hun kind, recht op :
- hetzij vier maanden ouderschapsverlof in het kader van de volledige onderbreking van de beroepsloopbaan, zoals bedoeld in artikel 100 van voornoemde wet van 22 januari 1985;
- hetzij acht maanden ouderschapsverlof in het kader van de halftijdse onderbreking van de beroepsloopbaan, zoals bedoeld in artikel 102 van voornoemde wet van 22 januari 1985, wanneer het personeelslid tewerkgesteld is in een voltijdse arbeidsregeling;
- hetzij twintig maanden vermindering van de arbeidsprestaties met één vijfde, zoals bedoeld in artikel 102 van voornoemde wet van 22 januari 1985, wanneer het personeelslid tewerkgesteld is in een voltijdse arbeidsregeling.
Het recht op een onderbrekingsuitkering in hoofde van personeelsleden die de vierde maand of een ander gelijkwaardig regime opnemen wordt slechts toegekend voor kinderen geboren of geadopteerd vanaf 8 maart 2012. "
" Artikel. 1. De personeelsleden van de BTC hebben, bij de geboorte of adoptie van hun kind, recht op :
- hetzij vier maanden ouderschapsverlof in het kader van de volledige onderbreking van de beroepsloopbaan, zoals bedoeld in artikel 100 van voornoemde wet van 22 januari 1985;
- hetzij acht maanden ouderschapsverlof in het kader van de halftijdse onderbreking van de beroepsloopbaan, zoals bedoeld in artikel 102 van voornoemde wet van 22 januari 1985, wanneer het personeelslid tewerkgesteld is in een voltijdse arbeidsregeling;
- hetzij twintig maanden vermindering van de arbeidsprestaties met één vijfde, zoals bedoeld in artikel 102 van voornoemde wet van 22 januari 1985, wanneer het personeelslid tewerkgesteld is in een voltijdse arbeidsregeling.
Het recht op een onderbrekingsuitkering in hoofde van personeelsleden die de vierde maand of een ander gelijkwaardig regime opnemen wordt slechts toegekend voor kinderen geboren of geadopteerd vanaf 8 maart 2012. "
Art.9. L'article 1er de l'arrêté royal du 16 novembre 2009 accordant au personnel de la Coopération technique belge le droit au congé parental et à l'interruption de carrière pour l'assistance à un membre du ménage ou de la famille gravement malade est remplacé comme suit :
" Article 1er. Les membres du personnel de la CTB ont droit, lors de la naissance ou de l'adoption de leur enfant :
- soit d'interrompre complètement leur carrière professionnelle, comme prévu à l'article 100 de la loi du 22 janvier 1985 précitée, pendant une période de congé parental de quatre mois;
- soit, quand il sont employés à temps plein, d'interrompre partiellement leur carrière professionnelle sous la forme d'un mi-temps durant une période de huit mois comme prévu à l'article 102 de la loi du 22 janvier 1985 précitée;
- soit, quand il sont employés à temps plein, d'interrompre partiellement leur carrière professionnelle sous la forme d'une réduction d'un cinquième durant une période de vingt mois comme prévu à l'article 102 de la loi du 22 janvier 1985 précitée.
Le droit a une allocation d'interruption en ce qui concerne les membres du personnel qui bénéficient d'un quatrième mois ou d'un autre régime équivalent n'est octroyé que pour les enfants nés ou adoptés à partir du 8 mars 2012. "
" Article 1er. Les membres du personnel de la CTB ont droit, lors de la naissance ou de l'adoption de leur enfant :
- soit d'interrompre complètement leur carrière professionnelle, comme prévu à l'article 100 de la loi du 22 janvier 1985 précitée, pendant une période de congé parental de quatre mois;
- soit, quand il sont employés à temps plein, d'interrompre partiellement leur carrière professionnelle sous la forme d'un mi-temps durant une période de huit mois comme prévu à l'article 102 de la loi du 22 janvier 1985 précitée;
- soit, quand il sont employés à temps plein, d'interrompre partiellement leur carrière professionnelle sous la forme d'une réduction d'un cinquième durant une période de vingt mois comme prévu à l'article 102 de la loi du 22 janvier 1985 précitée.
Le droit a une allocation d'interruption en ce qui concerne les membres du personnel qui bénéficient d'un quatrième mois ou d'un autre régime équivalent n'est octroyé que pour les enfants nés ou adoptés à partir du 8 mars 2012. "
Art.10. In artikel 2 van hetzelfde koninklijk besluit wordt paragraaf 1 vervangen als volgt :
" § 1. Het voltijds ouderschapsverlof van vier maanden mag worden gesplitst in periodes van één maand, het halftijds ouderschapsverlof van acht maanden mag worden gesplitst in periodes van twee maanden of een veelvoud hiervan en het ouderschapsverlof naar rato van één vijfde van twintig maanden kan worden gesplitst in periodes van vijf maanden of een veelvoud hiervan. "
" § 1. Het voltijds ouderschapsverlof van vier maanden mag worden gesplitst in periodes van één maand, het halftijds ouderschapsverlof van acht maanden mag worden gesplitst in periodes van twee maanden of een veelvoud hiervan en het ouderschapsverlof naar rato van één vijfde van twintig maanden kan worden gesplitst in periodes van vijf maanden of een veelvoud hiervan. "
Art.10. A l'article 2 du même arrêté royal le paragraphe 1er est remplacé comme suit :
" § 1er. Le congé parental à temps plein de quatre mois peut être fractionné par mois, le congé parental à mi-temps de huit mois peut être fractionné par périodes de deux mois ou un multiple de ce chiffre et le congé parental à concurrence d'un cinquième de vingt mois peut être fractionné par périodes de cinq mois ou un multiple de ce chiffre. "
" § 1er. Le congé parental à temps plein de quatre mois peut être fractionné par mois, le congé parental à mi-temps de huit mois peut être fractionné par périodes de deux mois ou un multiple de ce chiffre et le congé parental à concurrence d'un cinquième de vingt mois peut être fractionné par périodes de cinq mois ou un multiple de ce chiffre. "
Art.11. Dit besluit treedt in werking de dag waarop het in het Belgische Staatsblad wordt bekendgemaakt.
Art.11. Le présent arrêté entre en vigeeur le jour de sa publication au Moniteur belge.
Art. 12. Onze ministers zijn, ieder wat hem betreft, belast met de uitvoering van dit besluit.
Art. 12. Nos ministres sont chargés, chacun en ce qui le concerne, de l'exécution du présent arrêté.
Gegeven te Brussel, op 20 juli 2012.
ALBERT
Van Koningswege :
De Minister belast met Ambtenarenzaken,
S. VANACKERE
De Minister van Overheidsbedrijven, Wetenschapsbeleid en Ontwikkelingsamenwerking,
P. MAGNETTE
De Minister van Justitie,
Mevr. A. TURTELBOOM
De Minister van Begroting en Administratieve Vereenvoudiging,
O. CHASTEL
De Minister van Werk,
Mevr. M. DE CONINCK
De Staatssecretaris voor Sociale Zaken,
Ph. COURARD
De Staatssecretaris voor Ambtenarenzaken,
H. BOGAERT
ALBERT
Van Koningswege :
De Minister belast met Ambtenarenzaken,
S. VANACKERE
De Minister van Overheidsbedrijven, Wetenschapsbeleid en Ontwikkelingsamenwerking,
P. MAGNETTE
De Minister van Justitie,
Mevr. A. TURTELBOOM
De Minister van Begroting en Administratieve Vereenvoudiging,
O. CHASTEL
De Minister van Werk,
Mevr. M. DE CONINCK
De Staatssecretaris voor Sociale Zaken,
Ph. COURARD
De Staatssecretaris voor Ambtenarenzaken,
H. BOGAERT
Donné a Bruxelles, le 20 juillet 2012.
ALBERT
Par le Roi :
Le Ministre chargé de la Fonction publique,
S. VANACKERE
Le Ministre des Entreprises publiques, de la Politique scientifique et de la Coopération au Développement,
P. MAGNETTE
La Ministre de la Justice,
Mme A. TURTELBOOM
Le Ministre du Budget et de la Simplification administrative,
O. CHASTEL
La Ministre de l'Emploi,
Mme M. DE CONINCK
Le Secrétaire d'Etat aux Affaires sociales,
Ph. COURARD
Le Secrétaire d'Etat à la Fonction publique,
H. BOGAERT
ALBERT
Par le Roi :
Le Ministre chargé de la Fonction publique,
S. VANACKERE
Le Ministre des Entreprises publiques, de la Politique scientifique et de la Coopération au Développement,
P. MAGNETTE
La Ministre de la Justice,
Mme A. TURTELBOOM
Le Ministre du Budget et de la Simplification administrative,
O. CHASTEL
La Ministre de l'Emploi,
Mme M. DE CONINCK
Le Secrétaire d'Etat aux Affaires sociales,
Ph. COURARD
Le Secrétaire d'Etat à la Fonction publique,
H. BOGAERT