Nederlands (NL)
Français (FR)
Titre
6 JULI 2012. - Decreet betreffende [de organisatie van het overleg en de advisering van] het Lokaal Cultuurbeleid(NOTA : Raadpleging van vroegere versies vanaf 28-08-2012 en tekstbijwerking tot 29-04-2024)
Titre
6 JUILLET 2012. - Décret relatif à [ l'organisation de la concertation et de la fourniture de conseils en matière de Politique culturelle locale ](NOTE : Consultation des versions antérieures à partir du 28-08-2012 et mise à jour au 29-04-2024)
Informations sur le document
Numac: 2012035982
Datum: 2012-07-06
Info du document
Numac: 2012035982
Date: 2012-07-06
Table des matières
TITEL 1. - Algemene bepalingen
TITEL 2.
TITEL 3. - Het lokaal cultuurbeleid
HOOFDSTUK 1.
HOOFDSTUK 2.
HOOFDSTUK 3.
HOOFDSTUK 4. - Organisaties met een specifieke ...
Afdeling 1.
Afdeling 2.
Afdeling 3.
Afdeling 4.
Afdeling 5.
HOOFDSTUK 5. - Intergemeentelijke samenwerking ...
HOOFDSTUK 6.
Afdeling 1.
Afdeling 2.
HOOFDSTUK 7.
TITEL 4. - Organisatie van het overleg en de ad...
TITEL 5.
TITEL 6.
TITEL 7. - Opheffingsbepalingen
TITEL 8. - Inwerkingtredingsbepaling
BIJLAGE.
Table des matières
TITRE 1er. - Dispositions générales
TITRE 2.
TITRE 3. - La politique culturelle locale
CHAPITRE 1er.
CHAPITRE 2.
CHAPITRE 3.
CHAPITRE 4. - Organisations ayant une mission s...
Section 1er.
Section 2.
Section 3.
Section 4.
Section 5.
CHAPITRE 5. - Coopération intercommunale pour l...
CHAPITRE 6.
Section 1re.
Section 2.
CHAPITRE 7.
TITRE 4. - Organisation de la concertation et d...
TITRE 5. -
TITRE 6.
TITRE 7. - Dispositions abrogatoires
TITRE 8. - Disposition d'entrée en vigueur
ANNEXE.
Tekst (94)
Texte (94)
TITEL 1. - Algemene bepalingen
TITRE 1er. - Dispositions générales
Artikel 1. Dit decreet regelt een gemeenschapsaangelegenheid.
Article 1er. Le présent décret règle une matière communautaire.
TITEL 2.
TITRE 2.
TITEL 3. - Het lokaal cultuurbeleid
TITRE 3. - La politique culturelle locale
HOOFDSTUK 1.
CHAPITRE 1er.
HOOFDSTUK 2.
CHAPITRE 2.
HOOFDSTUK 3.
CHAPITRE 3.
HOOFDSTUK 4. - Organisaties met een specifieke opdracht
CHAPITRE 4. - Organisations ayant une mission spécifique
Afdeling 1.
Section 1er.
Afdeling 2.
Section 2.
Afdeling 3.
Section 3.
Afdeling 4.
Section 4.
Afdeling 5.
Section 5.
HOOFDSTUK 5. - Intergemeentelijke samenwerking voor afstemming van het cultuuraanbod en de communicatie
CHAPITRE 5. - Coopération intercommunale pour l'harmonisation de l'offre culturelle et de la communication
HOOFDSTUK 6.
CHAPITRE 6.
Afdeling 1.
Section 1re.
Afdeling 2.
Section 2.
HOOFDSTUK 7.
CHAPITRE 7.
TITEL 4. - Organisatie van het overleg en de advisering van het gemeentelijk cultuurbeleid
TITRE 4. - Organisation de la concertation et de la consultation de la politique culturelle communale
Art.52. Met het oog op de voorbereiding en de evaluatie van het cultuurbeleid, organiseert de gemeente inspraak en participatie met alle lokale belanghebbenden. Ze toont aan dat ze de lokale belanghebbenden heeft betrokken bij de opmaak van de strategische meerjarenplanning.
Art.52. En vue de la préparation et de l'évaluation de la politique culturelle, la commune organise la codécision et la participation de toutes les parties intéressées locales. Elle démontre qu'elle a associé les parties intéressées locales à l'élaboration du plan stratégique pluriannuel.
Art.53. De gemeente moet de volgende culturele actoren bij de organisatie van inspraak en participatie betrekken :
1° alle culturele organisaties en instellingen, zowel private als publieke, die het Nederlandstalige culturele leven bevorderen, die werken met vrijwilligers of met professionele beroepskrachten en die een werking ontplooien op het grondgebied van de gemeente;
2° deskundigen op het vlak van cultuur die het Nederlandstalige culturele leven bevorderen en die in de gemeente wonen.
1° alle culturele organisaties en instellingen, zowel private als publieke, die het Nederlandstalige culturele leven bevorderen, die werken met vrijwilligers of met professionele beroepskrachten en die een werking ontplooien op het grondgebied van de gemeente;
2° deskundigen op het vlak van cultuur die het Nederlandstalige culturele leven bevorderen en die in de gemeente wonen.
Art.53. La commune est tenue d'associer les acteurs culturels suivants à l'organisation de la codécision et de la participation :
1° toutes les organisations et institutions culturelles, tant privées que publiques, qui promeuvent la vie culturelle néerlandophone, travaillant avec des bénévoles ou avec des travailleurs rétribués professionnels et qui déploient leurs activités sur le territoire de la commune;
2° des experts en matière de culture qui promeuvent la vie culturelle néerlandophone et qui habitent dans la commune.
1° toutes les organisations et institutions culturelles, tant privées que publiques, qui promeuvent la vie culturelle néerlandophone, travaillant avec des bénévoles ou avec des travailleurs rétribués professionnels et qui déploient leurs activités sur le territoire de la commune;
2° des experts en matière de culture qui promeuvent la vie culturelle néerlandophone et qui habitent dans la commune.
Art.54. De gemeente kan de actoren, vermeld in artikel 53, op twee manieren betrekken in het cultuurbeleid :
1° door de oprichting van één gemeentelijke raad, met adviserende bevoegdheid over alle culturele materies voor de hele gemeente;
2° door de oprichting van sectorale deelraden, met adviserende bevoegdheid over hun sectorale materie voor de hele gemeente.
Vertegenwoordigers van elke deelraad vormen daarnaast een overkoepelende gemeentelijke raad met adviserende bevoegdheid over de grote lijnen van het gemeentelijk cultuurbeleid.
1° door de oprichting van één gemeentelijke raad, met adviserende bevoegdheid over alle culturele materies voor de hele gemeente;
2° door de oprichting van sectorale deelraden, met adviserende bevoegdheid over hun sectorale materie voor de hele gemeente.
Vertegenwoordigers van elke deelraad vormen daarnaast een overkoepelende gemeentelijke raad met adviserende bevoegdheid over de grote lijnen van het gemeentelijk cultuurbeleid.
Art.54. La commune peut associer les acteurs, visés à l'article 53, à la politique culturelle de deux manières :
1° par la création d'un seul conseil communal, ayant compétence consultative pour toutes les matières culturelles pour toute la commune;
2° par la création de sous-conseils sectoriels, ayant compétence consultative pour leur matière sectorielle pour toute la commune.
Des représentants de chaque sous-conseil constituent en outre un conseil communal de coordination, ayant compétence consultative pour les grandes lignes de la politique culturelle communale.
1° par la création d'un seul conseil communal, ayant compétence consultative pour toutes les matières culturelles pour toute la commune;
2° par la création de sous-conseils sectoriels, ayant compétence consultative pour leur matière sectorielle pour toute la commune.
Des représentants de chaque sous-conseil constituent en outre un conseil communal de coordination, ayant compétence consultative pour les grandes lignes de la politique culturelle communale.
Art.55. De gemeente moet, in het kader van de beleidsvoorbereiding en -evaluatie, advies vragen aan de adviesorganen over alle aangelegenheden, vermeld in artikel 4, 1° tot en met 10°, van de bijzondere wet van 8 augustus 1980 tot hervorming der instellingen, met uitzondering van punt 7° (jeugdbeleid) en 9° (sport).
Art.55. Dans le cadre de la préparation de la politique et de l'évaluation, la commune est tenue de consulter les organes consultatifs sur toutes les matières, visées à l'article 4, 1° à 10° inclus, de la loi spéciale du 8 août 1980 de réformes institutionnelles, à l'exception du point 7° (la politique de la jeunesse) et du point 9° (les sports).
Art.56. De adviesorganen kunnen ook op eigen initiatief advies uitbrengen.
Art.56. Les organes consultatifs peuvent également émettre des avis d'initiative.
Art.57. De gemeente moet bij het nemen van beslissingen eventuele afwijkingen op de uitgebrachte adviezen motiveren.
Art.57. Les communes sont tenues, lors de la prise de décisions, de motiver d'éventuelles dérogations aux avis formulés.
Art.58. De gemeente bepaalt de nadere voorwaarden van de werking van de adviesorganen voor cultuur.
Art.58. La commune fixe les modalités du fonctionnement des organes consultatifs culturels.
TITEL 5.
TITRE 5. -
TITEL 6.
TITRE 6.
TITEL 7. - Opheffingsbepalingen
TITRE 7. - Dispositions abrogatoires
Art.63. Het decreet van 13 juli 2001 houdende het stimuleren van een kwalitatief en inte- graal lokaal cultuurbeleid, gewijzigd bij de decreten van 5 juli 2002, 20 december 2002, 21 maart 2003, 24 december 2004, 23 december 2005, 30 juni 2006, 13 juli 2007, 19 november 2010 en 18 maart 2011, wordt opgeheven.
Art.63. Le décret du 13 juillet 2001 portant stimulation d'une politique culturelle locale qualitative et intégrale, modifié par les décrets des 5 juillet 2002, 20 décembre 2002, 21 mars 2003, 24 décembre 2004, 23 décembre 2005, 30 juin 2006, 13 juillet 2007, 19 novembre 2010 et 18 mars 2011, est abrogé.
Art.64. Het besluit van de Vlaamse Regering van 11 januari 2002 ter uitvoering van het decreet van 13 juli 2001 houdende het stimuleren van een kwalitatief en integraal lokaal cultuurbeleid, gewijzigd bij de besluiten van de Vlaamse Regering van 28 mei 2004, 11 juni 2004, 15 september 2006 en 7 december 2007, wordt opgeheven.
Art.64. L'arrêté du Gouvernement flamand du 11 janvier 2002 en exécution du décret du 13 juillet 2001 portant stimulation d'une politique culturelle locale qualitative et intégrale, modifié par les arrêtés du Gouvernement flamand des 28 mai 2004, 11 juin 2004, 15 septembre 2006 et 7 décembre 2007, est abrogé.
Art.65. Het ministerieel besluit van 29 mei 2002 houdende vastlegging van de structuur van een gemeentelijk cultuurbeleidsplan, een beleidsplan van een bibliotheek en een beleidsplan van een cultuurcentrum, gewijzigd bij het ministerieel besluit van 13 februari 2007, wordt opgeheven.
Art.65. L'arrêté ministériel du 29 mai 2002 fixant la structure d'un plan de politique culturelle communale, d'un plan politique d'une bibliothèque et d'un plan politique d'un centre culturel, modifié par l'arrêté ministériel du 13 février 2007, est abrogé.
Art.66. Het decreet van 6 juli 2001 houdende ondersteuning van de federatie van erkende organisaties voor volksontwikkelingswerk en houdende ondersteuning van de Vereniging van Vlaamse Cultuurcentra, gewijzigd bij de decreten van 5 juli 2002, 29 november 2002 en 14 maart 2008, wordt opgeheven.
Art.66. Le décret du 6 juillet 2001 relatif au soutien apporté à la fédération des organisations d'éducation populaire et relatif au soutien apporté à la " Vereniging van Vlaamse Cultuurcentra " (association des centres culturels), modifié par les décrets des 5 juillet 2002, 29 novembre 2002 et 14 mars 2008, est abrogé.
Art.67. Het besluit van de Vlaamse Regering van 14 maart 2003 ter uitvoering van het decreet houdende ondersteuning van de federatie van erkende organisaties voor volksontwikkelingswerk en houdende ondersteuning van de Vereniging van Vlaamse Cultuurcentra wordt opgeheven voor wat de Vereniging van Vlaamse Cultuurcentra betreft.
Art.67. L'arrêté du Gouvernement flamand du 14 mars 2003 portant exécution du décret relatif au soutien de la fédération des organisations d'éducation populaire agréées et au soutien de l'Association des centres culturels flamands est abrogé en ce qui concerne l'Association des centres culturels flamands.
Art.68. Het reglement van 11 april 2008 voor de aanvullende tewerkstelling bij organisaties actief in het kader van de lectuurvoorziening voor personen met een leesbeperking wordt opgeheven.
Art.68. Le règlement du 11 avril 2008 relatif aux emplois complémentaires au sein des organisations actives dans le cadre des dispositifs de lecture pour les personnes souffrant d'un handicap de lecture est abrogé.
TITEL 8. - Inwerkingtredingsbepaling
TITRE 8. - Disposition d'entrée en vigueur
Art.69. Dit decreet treedt in werking op 1 januari 2014, met uitzondering van artikel 2 tot en met 11, 40, 47, 49, 61 en 62, die in werking treden op 30 oktober 2012, en artikel 12 tot en met 37, en artikel 50 tot en met 58, die in werking treden op 1 januari 2013.
Art.69. Le présent décret entre en vigueur le 1er janvier 2014, à l'exception des articles 2 à 11 inclus, 40, 47, 49, 61 et 62, qui prennent effet le 30 octobre 2012, et les articles 12 à 37 inclus et les articles 50 à 58 inclus, qui prennent effet le 1er janvier 2013.
BIJLAGE.
ANNEXE.
Art. N. Lijst van steden en gemeenten
Art. N. Liste des villes et communes
| gemeente | inschaling |
| Aalst | A |
| Aarschot | B |
| Antwerpen | grootstad |
| Asse | C |
| Beersel | C |
| Beringen | C |
| Beveren | C |
| Bierbeek | C |
| Bilzen | C |
| Blankenberge | C |
| Boom | C |
| Bornem | B |
| Brasschaat | C |
| Bree | C |
| Brugge | A |
| Brussel | grootstad |
| Deinze | B |
| Dendermonde | B |
| Diest | B |
| Diksmuide | C |
| Dilbeek | A |
| Eeklo | B |
| Evergem | C |
| Geel | B |
| Genk | A |
| Gent | grootstad |
| Geraardsbergen | C |
| Grimbergen | A |
| Halle | B |
| Hasselt | A |
| Heist-op-den-Berg | C |
| Herentals | B |
| Heusden-Zolder | C |
| Hoogstraten | C |
| Houthalen-Helchteren | C |
| Ieper | B |
| Knokke-Heist | B |
| Koksijde | C |
| Kortrijk | A |
| Leopoldsburg | C |
| Leuven | A |
| Lier | B |
| Lokeren | B |
| Lommel | C |
| Maaseik | C |
| Maasmechelen | C |
| Mechelen | A |
| Menen | B |
| Mol | B |
| Ninove | C |
| Oostende | A |
| Oudenaarde | B |
| Overijse | B |
| Overpelt | C |
| Poperinge | C |
| Roeselare | A |
| Ronse | B |
| Schoten | C |
| Sint-Pieters-Leeuw | C |
| St-Niklaas | A |
| St-Truiden | B |
| Temse | C |
| Ternat | C |
| Tervuren | C |
| Tessenderlo | C |
| Tielt | B |
| Tienen | B |
| Tongeren | B |
| Torhout | C |
| Turnhout | A |
| Vilvoorde | B |
| Waregem | B |
| Wetteren | C |
| Wevelgem | C |
| Zaventem | C |
| Zottegem | C |
Gezien om gevoegd te worden bij het decreet van 6 juli 2012 betreffende het Lokaal Cultuurbeleid.
| commune | classement |
| Aalst | A |
| Aarschot | B |
| Antwerpen | métropole |
| Asse | C |
| Beersel | C |
| Beringen | C |
| Beveren | C |
| Bierbeek | C |
| Bilzen | C |
| Blankenberge | C |
| Boom | C |
| Bornem | B |
| Brasschaat | C |
| Bree | C |
| Brugge | A |
| Brussel | métropole |
| Deinze | B |
| Dendermonde | B |
| Diest | B |
| Diksmuide | C |
| Dilbeek | A |
| Eeklo | B |
| Evergem | C |
| Geel | B |
| Genk | A |
| Gent | métropole |
| Geraardsbergen | C |
| Grimbergen | A |
| Halle | B |
| Hasselt | A |
| Heist-op-den-Berg | C |
| Herentals | B |
| Heusden-Zolder | C |
| Hoogstraten | C |
| Houthalen-Helchteren | C |
| Ieper | B |
| Knokke-Heist | B |
| Koksijde | C |
| Kortrijk | A |
| Leopoldsburg | C |
| Leuven | A |
| Lier | B |
| Lokeren | B |
| Lommel | C |
| Maaseik | C |
| Maasmechelen | C |
| Mechelen | A |
| Menen | B |
| Mol | B |
| Ninove | C |
| Oostende | A |
| Oudenaarde | B |
| Overijse | B |
| Overpelt | C |
| Poperinge | C |
| Roeselare | A |
| Ronse | B |
| Schoten | C |
| Sint-Pieters-Leeuw | C |
| St-Niklaas | A |
| St-Truiden | B |
| Temse | C |
| Ternat | C |
| Tervuren | C |
| Tessenderlo | C |
| Tielt | B |
| Tienen | B |
| Tongeren | B |
| Torhout | C |
| Turnhout | A |
| Vilvoorde | B |
| Waregem | B |
| Wetteren | C |
| Wevelgem | C |
| Zaventem | C |
| Zottegem | C |
Vu pour être joint au décret du 6 juillet 2012 relatif à la Politique culturelle locale.