Comparaison NL / FR

| Word Word (citation)

Nederlands (NL)

Français (FR)

Titre
18 MEI 2011. - Ministerieel besluit tot bepaling van de nadere voorwaarden voor het bekomen van steun voor demonstratieprojecten inzake rationeel energieverbruik die een nieuwe verwezenlijking in het Vlaamse Gewest betekenen en commercialisering- en rendabiliteitsvooruitzichten bieden(NOTA : Raadpleging van vroegere versies vanaf 16-06-2011 en tekstbijwerking tot 28-12-2020)
Titre
18 MAI 2011. - Arrêté ministériel fixant les modalités d'obtention de l'aide aux projets de démonstration en matière de l'utilisation rationnelle de l'énergie qui constituent une nouvelle réalisation en Région flamande et offrent des perspectives de commercialisation et de rentabilité(NOTE : Consultation des versions antérieures à partir du 16-06-2011 et mise à jour au 28-12-2020)
Informations sur le document
Info du document
Tekst (14)
Texte (14)
HOOFDSTUK I. - Oproep voor steun aan demonstratieprojecten
CHAPITRE Ier. - Appel à l'aide aux projets de démonstration
Artikel 1. § 1. Het Vlaamse Gewest lanceert een oproep voor steun aan demonstratieprojecten inzake innovatieve energietechnologieën of (ver)bouwconcepten.
  § 2. De steun wordt toegekend aan natuurlijke personen, ondernemingen, niet-commerciële instellingen en publiekrechtelijke rechtspersonen, binnen de middelen die de minister daartoe in het Energiefonds reserveert.
  § 3. Aan elke oproep is een vooraf bepaalde subsidie-enveloppe verbonden.
  § 4. De subsidie wordt toegekend volgens een wedstrijdformule.
  § 5. De oproep en de evaluatiecriteria worden bekend gemaakt via de website van het [1 VEKA]1.
  
Article 1er. § 1er. La Région flamande lance un appel à l'aide aux projets de démonstration en matière des nouvelles technologies de l'énergie ou des concepts de construction (de transformation).
  § 2. L'aide est octroyée aux personnes physiques, entreprises, institutions non commerciales et personnes morales de droit public, dans les limites des moyens réservés à cet effet par le Ministre au Fonds de l'Energie.
  § 3. Une enveloppe de subventions, fixée au préalable, est liée à chaque appel.
  § 4. La subvention est attribuée selon une formule de concours.
  § 5. L'appel et les critères d'évaluation sont rendus publics via le site web de la "Vlaams Energieagentschap".
Art.2. De financiële steun bedraagt 35 % van de subsidiabele kosten en wordt beperkt tot 150.000 euro per project.
  Deze steun is niet cumuleerbaar met andere toelagen van het Vlaams Gewest.
Art.2. L'aide financière s'élève à 35 % des frais subventionnables et est limitée à 150.000 euros par projet.
  Cette aide n'est pas cumulable avec d'autres allocations de la Région flamande.
Art.3. Als subsidiabele kosten worden beschouwd de investeringskosten, exclusief btw, in installaties, machines en uitrustingen die rechtstreeks betrekking hebben op de toepassing van het innoverend deel van de gedemonstreerde technologie of het gedemonstreerde bouwconcept, alsook studie- en ontwerpkosten die noodzakelijk zijn voor de realisatie van het project. Enkel facturen die dateren van na de datum van de toekenning van de subsidie worden aanvaard.
  Indien de subsidieaanvrager zelf instaat voor de monitoring van het project, kan ook de subsidiëring van meetapparatuur in aanmerking worden genomen. Hierbij kan enkel de meetapparatuur die niet essentieel is voor de normale werking of exploitatie, maar wel voor de evaluatie, evenals de inbouw en uitbouw ervan, weerhouden worden.
  Worden niet beschouwd als subsidiabele kosten, alle kosten verbonden aan :
  1° de aankoop van grond;
  2° de exploitatie van de installatie;
  3° personeelskosten;
  4° overheadkosten.
  Voor projectvoorstellen met een technologische focus zijn werken van burgerlijke bouwkunde (zoals gebouwen, funderingen, wegen, en rioleringen) niet subsidiabel, voor zover zij niet onlosmakelijk verbonden zijn met de innoverende technologie en niet nutteloos worden als de installatie buiten dienst wordt gesteld.
Art.3. Sont considérés comme des frais subventionnables les frais, hors T.V.A., engendrés par l' investissement dans des installations, machines et équipements ayant directement trait à l'application de la partie innovante de la technologie démontrée ou du concept de construction démontré ainsi que les frais d'étude et de projet qui sont nécessaires à la réalisation du projet. Seules les factures datant d'après la date d'octroi de la subvention sont acceptées.
  Si le demandeur de la subvention assure lui-même le monitoring du projet, le subventionnement des appareils de mesurage peut également être pris en compte. Seuls les appareils de mesurage qui ne sont pas essentiels au fonctionnement normal et à l'exploitation, mais bien à leur évaluation, ainsi qu'à leur intégration et développement, peuvent être retenus.
  Ne sont pas considérés comme des frais subventionnables, tous les frais liés :
  1° à l'achat de terres;
  2° à l'exploitation de l'installation;
  3° aux frais de personnel;
  4° aux frais généraux.
  Pour des propositions de projet à orientation technologique, des travaux de génie civil (comme des bâtiments, fondations, voies et égouts) ne sont pas subventionnables, pour autant qu'ils ne soient pas indissociablement liés à la technologie innovatrice et ne deviennent pas inutiles si l'installation est mise hors service.
Art.4. § 1. De subsidieaanvraag wordt ingediend aan de hand van een op de website van het [1 VEKA ]1 ter beschikking gesteld formulier.
  § 2. Het [1 VEKA ]1 onderzoekt of het in de aanvraag vervatte project :
  1° in het Vlaams Gewest een voorbeeldfunctie kan vervullen op het vlak van innovatie en reproduceerbaarheid, die in verhouding staat tot de gevraagde subsidie. Projecten die zo specifiek zijn dat ze geen navolging kunnen vinden, komen niet in aanmerking voor ondersteuning.
  2° gepaard gaat met een energiebesparing en voldoende commercialisering- en rendabiliteitsvooruitzichten biedt. De terugverdientijd bedraagt ten minste 5 jaar. Voor projectvoorstellen met een technologische focus bedraagt de terugverdientijd ten hoogste 12 jaar. Voor projectvoorstellen met de focus op een zeer ingrijpende verbetering van energieprestaties van gebouwen bedraagt de terugverdientijd maximaal 30 jaar.
  De terugverdientijd wordt gedefinieerd als zijnde de verhouding tussen de meerkost en de energiebesparing (uitgedrukt in euro) van de nieuwe technologie of de innovatieve bouwconcepten in vergelijking met een klassieke installatie of de traditionele bouwconcepten die hetzelfde doel beogen.
  § 3. Het [1 VEKA ]1 kan in het kader van haar onderzoek van de in § 2 vermelde elementen bijkomende informatie bij de projectindiener opvragen. De projectindiener bezorgt, op straffe van verval van het recht tot subsidiering, het Vlaams Energieagentschap de gevraagde informatie binnen een door het agentschap gestelde termijn. De aanvraag wordt pas als volledig beschouwd nadat alle informatie is ontvangen.
  
Art.4. § 1er. La demande de subvention est introduite auprès de la "Vlaams Energieagentschap" à l'aide d'un formulaire de demande rendu disponible sur le site web de la "Vlaams Energieagentschap".
  § 2. La "Vlaams Energieagentschap" vérifie si le projet proposé dans la demande :
  1° peut remplir, en Région flamande, une fonction d'exemple dans le domaine de l'innovation et de la reproductibilité, en proportion avec la subvention demandée. Les projets qui sont tellement spécifiques qu'ils ne sont pas suivis de réalisations, ne sont pas admissibles à l'aide.
  2° va de pair avec une économie d'énergie et offre suffisamment de perspectives de commercialisation et de rentabilité. Le délai de récupération s'élève à au moins 5 ans. Pour des propositions de projet à orientation technologique, le délai de récupération s'élève à 12 ans au plus. Pour des propositions de projet visant une amélioration très nette de la performance énergétique des bâtiments, le délai de récupération s'élève à 30 ans au plus.
  Le délai de récupération est défini comme la proportion entre le coût supplémentaire et l'économie d'énergie (exprimée en euros) de la nouvelle technologie ou des concepts de construction innovateurs en comparaison avec une installation classique ou des concepts de construction traditionnels visant le même but.
  § 3. La "Vlaams Energieagentschap" peut demander, dans le cadre de son examen des éléments visés au § 2, des informations supplémentaires au demandeur de projet. Le demandeur de projet transmet, sous peine de déchéance du droit à la subvention, à la "Vlaams Energieagentschap" les informations demandées dans le délai déterminé par l'Agence. La demande n'est pas considérée comme complète qu'après réception de toutes les informations.
Art.5. § 1. De subsidieaanvraag is ontvankelijk als die voldoet aan de voorwaarden vermeld in artikel 4, § 2.
  § 2. De subsidie-enveloppe wordt verdeeld over de best gerangschikte ontvankelijke subsidieaanvragen, in afnemende volgorde tot de subsidie-enveloppe is opgebruikt.
  § 3. Het [1 VEKA ]1 doet een gemotiveerd voorstel tot subsidiering aan de minister, bevoegd voor het energiebeleid, binnen de 60 dagen na de einddatum van de oproep.
  § 4. De minister, bevoegd voor het energiebeleid, beslist, binnen de 60 dagen na ontvangst van het gemotiveerd voorstel van het [1 VEKA ]1 over de al dan niet subsidiering.
  § 5. De projectaanvrager wordt binnen de 30 dagen na de beslissing van de minister, bevoegd voor het energiebeleid, hiervan op de hoogte gesteld.
  
Art.5. § 1er. La demande de subvention est recevable lorsqu'elle répond aux conditions de l'article 4, § 2.
  § 2. Cette enveloppe de subventions est distribuée entre les demandes de subvention admissibles les mieux classées, en ordre décroissant, jusqu'à épuisement de l'enveloppe de subventions.
  § 3. La "Vlaams Energieagentschap" fait une proposition motivée de subventionnement au Ministre chargé de la politique de l'énergie, dans les 60 jours après la date de fin de l'appel.
  § 4. Le Ministre chargé de la politique de l'énergie décide, dans les 60 jours après la réception de la proposition motivée de la "Vlaams Energieagentschap", sur le subventionnement ou non.
  § 5. Le demandeur de projet en est informé dans les 30 jours après la décision du Ministre chargé de la politique de l'énergie.
Art.6. De subsidie wordt toegekend bij besluit van de minister, bevoegd voor het energiebeleid.
  In dit subsidiebesluit zijn in ieder geval opgenomen :
  1° het maximaal subsidiebedrag;
  2° projectuitvoeringstermijnen;
  3° de specifieke modaliteiten met betrekking tot de monitoring en bekendmaking van het project.
Art.6. La subvention est attribuée par arrêté du Ministre chargé de la politique de l'énergie.
  Dans l'arrêté de subvention sont repris en tout cas :
  1° le montant de subvention maximum;
  2° les délais d'exécution du projet;
  3° les modalités spécifiques relatives au monitoring et à la publication du projet.
HOOFDSTUK II. - Opvolging, uitvoering, uitbetaling en controle bij gesubsidieerde demonstratieprojecten
CHAPITRE II. - Suivi, exécution, paiement et contrôle des projets de démonstration subventionnés
Art.7. § 1. Er zal per gesubsidieerd demonstratieproject door het [1 VEKA ]1 een begeleidingscommissie worden opgericht die de uitvoering van het project opvolgt.
  § 2. De begeleidingscommissie bepaalt de modaliteiten met betrekking tot de monitoring van het project. De monitoring loopt gedurende minstens 1 jaar en dient te worden uitgevoerd volgens de richtlijnen van de begeleidingscommissie.
  § 3. De begunstigde verbindt er zich toe de nodige informatie voor de technische en economische evaluatie te bezorgen aan deze begeleidingscommissie en zijn volle medewerking te verlenen aan metingen die dienen uitgevoerd te worden om disseminatie van de resultaten mogelijk te maken.
  
Art.7. § 1er. Par projet de démonstration subventionné, la "Vlaams Energieagentschap" constituera une commission d'accompagnement qui assurera le suivi de l'exécution du projet.
  § 2. La commission d'accompagnement détermine les modalités relatives au monitoring du projet. Le monitoring s'étend sur 1 an au moins et doit être exécuté selon les directives de la commission d'accompagnement.
  § 3. Le bénéficiaire s'engage à transmettre à la commission d'accompagnement les informations nécessaires à l'évaluation technique et économique et à accorder sa pleine collaboration aux mesurages qui doivent être exécutés afin de permettre la dissémination des résultats.
Art.8. De uitbetaling van de subsidie gebeurt in twee schijven na ontvangst van een schuldvordering en een bijgevoegde verantwoording van de projectkosten met bewijsstukken, overeenkomstig volgend schema :
  1° binnen zestig dagen na de ontvangst en aanvaarding van de voortgangsrapporten van de begunstigde en na ontvangst van een tussentijds verslag van de monitoring dat dient gebaseerd te zijn op aanvaardbare metingen gedurende minstens één maand waarin het project in bedrijf is, gebeurt de proportionele uitbetaling tot het steunpercentage, vermeld in artikel 2, § 1 op de reeds geëffectueerde uitgaven aan de hand van de voorgelegde facturen, en dit tot een totaal bedrag van maximaal 70 procent van het totale toegekende steunbedrag;
  2° na ontvangst en aanvaarding van het eindverslag van de begunstigde en na ontvangst van het eindverslag van de monitoring dat dient gebaseerd te zijn op aanvaardbare metingen gedurende minstens 12 maanden waarin het project in bedrijf is, gebeurt de uitbetaling van de resterende 30 procent van het totale toegekende steunbedrag, met inachtneming van het steunpercentage dat wordt toegepast op werkelijk geëffectueerde en aanvaarde uitgaven.
Art.8. Le paiement de la subvention se fait en deux tranches après réception d'une créance et d'une justification annexée des frais de projet, accompagnées des pièces justificatives, conformément au schéma suivant :
  1° dans les 60 jours suivant la réception et l'acceptation des rapports d'avancement du bénéficiaire et après réception d'un rapport intermédiaire du monitoring qui doit être basé sur des mesurages acceptables pendant au moins un mois dans lequel le projet est entrepris, le paiement proportionnel jusqu'au pourcentage de l'aide visé à l'article 2, § 1er, se fait sur les dépenses déjà effectuées, les factures à l'appui, et ce, jusqu'à un montant d'au maximum 70 pour cent du montant total de l'aide octroyée;
  2° après réception et acceptation du rapport final du bénéficiaire et après réception du rapport final du monitoring qui doit être basé sur des mesurages acceptables pendant au moins 12 mois dans lesquels le projet est entrepris, le paiement des 30 pour cent restant du montant d'aide global s'effectue en tenant compte du pourcentage de l'aide appliqué aux dépenses réellement effectuées et acceptées.
Art.9. § 1. Indien de begunstigde het project wil wijzigen, kan hij dit enkel doen indien hij eerst een met redenen omklede aanvraag heeft ingediend en de toestemming van het [1 VEKA ]1 heeft gekregen.
  Indien de begunstigde zonder de toestemming van het [1 VEKA ]1 toch wijzigingen doorvoert, dan zal het [1 VEKA ]1 de betaling van de voorschotten, vermeld in artikel 8 stopzetten.
  § 2. De begunstigde onderwerpt zich aan iedere controle door het [1 VEKA ]1 met betrekking tot alle onderdelen van het programma.
  
Art.9. § 1er. Si le bénéficiaire veut modifier le projet, il ne peut le faire qu'après introduction d'une demande motivée et réception de l'autorisation de la "Vlaams Energieagentschap".
  Si le bénéficiaire modifie toutefois le projet sans autorisation de la "Vlaams Energieagentschap", la "Vlaams Energieagentschap" arrêtera le paiement des avances, visées à l'article 8.
  § 2. Le bénéficiaire se soumet à tout contrôle par la "Vlaams Energieagentschap" par rapport à tous les éléments du programme.
Art.10. § 1. Het [1 VEKA ]1 kan de uitbetaling van de subsidie stopzetten en/of terugbetaling eisen als en in de mate dat :
  1° het project niet voldoet aan alle wettelijke bepalingen;
  2° één of meerdere bepalingen van dit besluit of het subsidiebesluit niet werden nageleefd;
  3° de subsidie niet wordt aangewend voor de doeleinden waarvoor ze is verleend;
  4° de begunstigde de controle verhindert of belemmert.
  § 2. Wanneer het [1 VEKA ]1 haar betalingen aan de begunstigde stopzet, zal zij haar gemotiveerde beslissing bij aangetekende brief de begunstigde ter kennis brengen. Tegen deze beslissing kan door de begunstigde bij aangetekende brief binnen de dertig dagen bij de minister, bevoegd voor het energiebeleid, een gemotiveerd bezwaarschrift worden ingediend. De minister, bevoegd voor het energiebeleid, beslist over het bezwaar binnen een termijn van drie maanden na ontvangst van het bezwaarschrift.
  
Art.10. § 1er. La Vlaams Energieagentschap peut cesser le paiement de la subvention et/ou exiger le remboursement si et dans la mesure où :
  1° le projet ne remplit pas toutes les dispositions légales;
  2° une ou plusieurs dispositions du présent arrêté ou de l'arrêté de subvention n'ont pas été respectées;
  3° la subvention n'a pas été utilisée aux fins pour lesquelles elle a été octroyée;
  4° le bénéficiaire entrave le contrôle ou le rend impossible.
  § 2. Lorsque la "Vlaams Energieagentschap" arrête ses paiements effectués au bénéficiaire, elle transmettra sa décision motivée par lettre recommandée au bénéficiaire. Dans les trente jours, le bénéficiaire peut introduire, par lettre recommandée, une réclamation motivée contre cette décision auprès du ministre compétent pour la politique de l'énergie. Le Ministre, chargé de la politique de l'énergie, statue sur la réclamation dans un délai de trois mois après sa réception.
HOOFDSTUK III. - Slotbepalingen
CHAPITRE III. - Dispositions finales
Art. 11. Het ministerieel besluit van 1 augustus 1983 tot vaststelling van de uitvoeringsmaatregelen van het koninklijk besluit van 10 februari 1983, houdende aanmoedigingsmaatregelen voor het rationeel energieverbruik wordt opgeheven.
Art. 11. L'arrêté ministériel du 1er août 1983 fixant les mesures d'exécution de l'arrêté royal du 10 février 1983 portant des mesures d'encouragement à l'utilisation rationnelle de l'énergie est abrogé.