Nederlands (NL)
Français (FR)
Titre
13 JANUARI 2011. - Besluit 2010/93 van het College van de Franse Gemeenschapscommissie tot wijziging van het besluit 2001/549 van 18 oktober 2001 van het College van de Franse Gemeenschapscommissie betreffende de toepassing van het decreet van 6 juli 2001 van de Franse Gemeenschapscommissie tot wijziging van diverse wetten betreffende de subsidies toegekend in de gezondheids- en de welzijnssector en betreffende de wijziging van diverse toepassingsbesluiten betreffende de welzijns-, de gezondheids- en de gehandicaptensector en de sector van de socio-professionele inschakeling
Titre
13 JANVIER 2011. - Arrêté 2010/93 du Collège de la Commission communautaire française modifiant l'arrêté 2001/549 du 18 octobre 2001 du Collège de la Commission communautaire française relatif à l'application du décret du 6 juillet 2001 de la Commission communautaire française modifiant diverses législations relatives aux subventions accordées dans le secteur de la politique de la santé et de l'aide aux personnes et relatif à la modification de divers arrêtés d'application concernant les secteurs de l'aide aux personnes, de la santé, des personnes handicapées et de l'insertion socioprofessionnelle
Informations sur le document
Numac: 2011031054
Datum: 2011-01-13
Info du document
Numac: 2011031054
Date: 2011-01-13
Tekst (6)
Texte (6)
Artikel 1. Dit besluit regelt een aangelegenheid bedoeld in artikel 128 van de Grondwet krachtens artikelen 138 en 178 van de Grondwet.
Article 1er. Le présent arrêté règle une matière visée à l'article 128 de la Constitution en vertu de l'article 138 de la Constitution.
Art.2. In artikel 85 van het besluit 2001/549 van 18 oktober 2001 van het College van de Franse Gemeenschapscommissie betreffende de toepassing van het decreet van 6 juli 2001 van de Franse Gemeenschapscommissie tot wijziging van diverse wetten betreffende de subsidies toegekend in de gezondheids- en de welzijnssector en betreffende de wijziging van diverse toepassingsbesluiten betreffende de welzijns-, de gezondheids- en de gehandicaptensector en de sector van de socio-professionele inschakeling, wordt paragraaf 3 als volgt vervangen :
" Deze subsidie wordt uitbetaald aan de VZW's en de sociale fondsen die daartoe werden aangesteld door de sociale partners van elke betrokken sector. Deze laatsten beheren de verdeling van de banen en van de financiële middelen bedoeld in § 2 tussen de centra, de diensten, de organismen en de tehuizen erkend volgens de voorwaarden vastgelegd in de overeenkomst met het College.
Deze subsidie wordt ten laatste op 15 februari van het eerste kwartaal, 15 mei van het tweede kwartaal en 15 augustus van het derde kwartaal uitbetaald op basis van driemaandelijkse voorschotten gelijk aan 25 % van de subsidie en ten laatste op 15 november van het laatste kwartaal van het kalenderjaar wordt een driemaandelijks voorschot gelijk aan 20 % van de subsidie uitbetaald.
Na het verstrijken van deze termijnen, is op de uitstaande voorschotten van rechtswege en zonder voorafgaande ingebrekestelling verwijlinterest verschuldigd tegen de gemiddelde bankrente, zoals deze door de Nationale Bank van België wordt vastgesteld. De rentevoet " Euribor 1 week " is van toepassing.
Het saldo van deze subsidie wordt, na de controle van de bewijsstukken, uitbetaald op 31 oktober van het volgende jaar. "
" Deze subsidie wordt uitbetaald aan de VZW's en de sociale fondsen die daartoe werden aangesteld door de sociale partners van elke betrokken sector. Deze laatsten beheren de verdeling van de banen en van de financiële middelen bedoeld in § 2 tussen de centra, de diensten, de organismen en de tehuizen erkend volgens de voorwaarden vastgelegd in de overeenkomst met het College.
Deze subsidie wordt ten laatste op 15 februari van het eerste kwartaal, 15 mei van het tweede kwartaal en 15 augustus van het derde kwartaal uitbetaald op basis van driemaandelijkse voorschotten gelijk aan 25 % van de subsidie en ten laatste op 15 november van het laatste kwartaal van het kalenderjaar wordt een driemaandelijks voorschot gelijk aan 20 % van de subsidie uitbetaald.
Na het verstrijken van deze termijnen, is op de uitstaande voorschotten van rechtswege en zonder voorafgaande ingebrekestelling verwijlinterest verschuldigd tegen de gemiddelde bankrente, zoals deze door de Nationale Bank van België wordt vastgesteld. De rentevoet " Euribor 1 week " is van toepassing.
Het saldo van deze subsidie wordt, na de controle van de bewijsstukken, uitbetaald op 31 oktober van het volgende jaar. "
Art.2. Dans l'article 85 de l'arrêté 2001/549 du 18 octobre 2001 du Collège de la Commission communautaire française relatif à l'application du décret du 6 juillet 2001 de la Commission communautaire française modifiant diverses législations relatives aux subventions accordées dans le secteur de la politique de la santé et de l'aide aux personnes et relatif à la modification de divers arrêtés d'application concernant les secteurs de l'aide aux personnes, de la santé, des personnes handicapées et de l'insertion socioprofessionnelle, le paragraphe 3 est remplacé par ce qui suit :
" § 3. Cette subvention est liquidée aux ASBL et fonds sociaux désignés à cet effet par les partenaires sociaux de chaque secteur concerné. Ceux-ci gèrent la répartition des emplois et des moyens financiers visés au § 2 entre les centres, services, organismes et maisons agréés selon les conditions fixées dans la convention conclue avec le Collège.
Cette subvention est liquidée par avances trimestrielles égales à 25 % de ladite subvention au plus tard le 15 février pour le premier trimestre, le 15 mai pour le deuxième trimestre, le 15 août pour le troisième trimestre et une avance trimestrielle égale à 20 % de ladite subvention est liquidée le 15 novembre pour le dernier trimestre de l'année civile.
Passé ces échéances, les avances restant dues portent intérêts de retard au taux de l'intérêt bancaire moyen, tel que fixé par la Banque nationale, de plein droit et sans mise en demeure préalable. Le taux " Euribor 1 semaine " est d'application.
Le solde de cette subvention est liquidée pour le 31 octobre de l'année suivante, après le contrôle des pièces justificatives. "
" § 3. Cette subvention est liquidée aux ASBL et fonds sociaux désignés à cet effet par les partenaires sociaux de chaque secteur concerné. Ceux-ci gèrent la répartition des emplois et des moyens financiers visés au § 2 entre les centres, services, organismes et maisons agréés selon les conditions fixées dans la convention conclue avec le Collège.
Cette subvention est liquidée par avances trimestrielles égales à 25 % de ladite subvention au plus tard le 15 février pour le premier trimestre, le 15 mai pour le deuxième trimestre, le 15 août pour le troisième trimestre et une avance trimestrielle égale à 20 % de ladite subvention est liquidée le 15 novembre pour le dernier trimestre de l'année civile.
Passé ces échéances, les avances restant dues portent intérêts de retard au taux de l'intérêt bancaire moyen, tel que fixé par la Banque nationale, de plein droit et sans mise en demeure préalable. Le taux " Euribor 1 semaine " est d'application.
Le solde de cette subvention est liquidée pour le 31 octobre de l'année suivante, après le contrôle des pièces justificatives. "
Art.3. In artikel 85 van hetzelfde besluit, wordt paragraaf 5 als volgt vervangen :
" § 5. De bewijsstukken voor het beheer van de compenserende aanwerving en het activiteitenverslag, dat wordt opgesteld conform de overeenkomst die werd gesloten met het College, dienen ten laatste op 30 april van het volgende jaar te worden ingediend. De rekeningen en de balans van de VZW's, die overeenkomstig de wet op de VZW's worden ingediend, en deze van de sociale fondsen dienen ten laatste op 30 juni van het volgende jaar te worden ingeleverd. "
" § 5. De bewijsstukken voor het beheer van de compenserende aanwerving en het activiteitenverslag, dat wordt opgesteld conform de overeenkomst die werd gesloten met het College, dienen ten laatste op 30 april van het volgende jaar te worden ingediend. De rekeningen en de balans van de VZW's, die overeenkomstig de wet op de VZW's worden ingediend, en deze van de sociale fondsen dienen ten laatste op 30 juni van het volgende jaar te worden ingeleverd. "
Art.3. Dans l'article 85 du même arrêté, le paragraphe 5 est remplacé par ce qui suit :
" § 5. Les pièces justificatives relatives à la gestion de l'embauche compensatoire et le rapport d'activités, établi dans le respect de la convention conclue avec le Collège, sont à fournir au plus tard le 30 avril de l'année suivante. Les comptes et bilan des ASBL déposés conformément à la loi sur les ASBL, et ceux des fonds sociaux sont à fournir au plus tard le 30 juin de l'année suivante ".
" § 5. Les pièces justificatives relatives à la gestion de l'embauche compensatoire et le rapport d'activités, établi dans le respect de la convention conclue avec le Collège, sont à fournir au plus tard le 30 avril de l'année suivante. Les comptes et bilan des ASBL déposés conformément à la loi sur les ASBL, et ceux des fonds sociaux sont à fournir au plus tard le 30 juin de l'année suivante ".
Art.4. In hetzelfde besluit wordt in bijlage V NM met als titel " Berekening van de subsidie voor loonkosten, werkgeverslasten en andere voordelen " een punt 13 ingevoegd dat als volgt luidt :
" 13. een bijkomende dag " gemeenschapsverlof " en 4 bijkomende verlofdagen ter aanvulling van de 20 wettelijke verlofdagen (stelsel van 5 dagen).
De maatregel betreffende de 4 dagen wordt naar rato toegepast voor parttimewerknemers.
Voor werknemers die vóór 1 januari 2011 werden aangeworven, worden de verlofdagen die deze maatregel overschrijden en waarin voorzien wordt door een bedrijfscollectieve arbeidsovereenkomst of een arbeidsreglement, zoals deze van kracht waren op 1 januari 2001, in overweging genomen bij de subsidiëring van de bezoldiging. "
" 13. een bijkomende dag " gemeenschapsverlof " en 4 bijkomende verlofdagen ter aanvulling van de 20 wettelijke verlofdagen (stelsel van 5 dagen).
De maatregel betreffende de 4 dagen wordt naar rato toegepast voor parttimewerknemers.
Voor werknemers die vóór 1 januari 2011 werden aangeworven, worden de verlofdagen die deze maatregel overschrijden en waarin voorzien wordt door een bedrijfscollectieve arbeidsovereenkomst of een arbeidsreglement, zoals deze van kracht waren op 1 januari 2001, in overweging genomen bij de subsidiëring van de bezoldiging. "
Art.4. Dans l'annexe V NM du même arrêté intitulée : " Calcul de la subvention pour frais de rémunération, charges patronales et autres avantages ", un point 13 est inséré et rédigé comme suit :
" 13. un jour de congé supplémentaire " communautaire " et 4 jours de congé supplémentaires en complément des 20 jours de congés légaux (régime 5 jours).
La mesure relative aux 4 jours s'applique proportionnellement pour les travailleurs à temps partiel.
Pour les travailleurs engagés avant le 1er janvier 2011, les jours de congés excédant cette mesure et prévus par une convention collective de travail d'entreprise ou un règlement de travail tels qu'ils étaient en vigueur le 1er janvier 2001, sont pris en compte dans la subsidiation pour rémunération. ".
" 13. un jour de congé supplémentaire " communautaire " et 4 jours de congé supplémentaires en complément des 20 jours de congés légaux (régime 5 jours).
La mesure relative aux 4 jours s'applique proportionnellement pour les travailleurs à temps partiel.
Pour les travailleurs engagés avant le 1er janvier 2011, les jours de congés excédant cette mesure et prévus par une convention collective de travail d'entreprise ou un règlement de travail tels qu'ils étaient en vigueur le 1er janvier 2001, sont pris en compte dans la subsidiation pour rémunération. ".
Art.5. Dit besluit treedt in werking op 1 januari 2011.
Art.5. Le présent arrêté entre en vigueur le 1er janvier 2011.
Art. 6. Het College belast de Voorzitter van het College, die bevoegd is voor de Begroting, en de leden van het College, die bevoegd zijn voor de Beroepsopleiding, de Sociale Actie, het Gezin, het Gezondheidsbeleid en het Beleid inzake bijstand aan Personen met een Handicap, met de uitvoering van dit besluit.
Art. 6. Le Collège charge le Président du Collège, chargé du Budget, et les membres du Collège chargés de la Formation professionnelle, de l'Action sociale, de la Famille, de la Politique de la Santé et de la Politique d'Aide aux personnes handicapées, de l'exécution du présent arrêté.
Brussel, 13 januari 2011.
Door het College :
De Voorzitter van het College bevoegd voor de Begroting,
Chr. DOULKERIDIS
Het Lid van het College bevoegd voor de Beroepsopleiding, de Sociale Actie en het Gezin,
E. KIR
Het Lid van het College bevoegd voor het Gezondheidsbeleid,
B. CEREXHE
Het Lid van het College bevoegd voor het Beleid inzake bijstand aan Personen met een Handicap,
Mevr. E. HUYTEBROECK
Door het College :
De Voorzitter van het College bevoegd voor de Begroting,
Chr. DOULKERIDIS
Het Lid van het College bevoegd voor de Beroepsopleiding, de Sociale Actie en het Gezin,
E. KIR
Het Lid van het College bevoegd voor het Gezondheidsbeleid,
B. CEREXHE
Het Lid van het College bevoegd voor het Beleid inzake bijstand aan Personen met een Handicap,
Mevr. E. HUYTEBROECK
Bruxelles, le 13 janvier 2011.
Par le Collège :
Le Président du Collège en charge du Budget,
Chr. DOULKERIDIS
Le Membre du Collège en charge de la Formation professionnelle, de l'Action sociale et de la Famille,
E. KIR
Le Membre du Collège en charge de la Politique de la Santé,
B. CEREXHE
La Membre du Collège en charge de la Politique d'Aide aux Personnes handicapées,
Mme E. HUYTEBROECK
Par le Collège :
Le Président du Collège en charge du Budget,
Chr. DOULKERIDIS
Le Membre du Collège en charge de la Formation professionnelle, de l'Action sociale et de la Famille,
E. KIR
Le Membre du Collège en charge de la Politique de la Santé,
B. CEREXHE
La Membre du Collège en charge de la Politique d'Aide aux Personnes handicapées,
Mme E. HUYTEBROECK