Artikel 1. Voor de toepassing van dit besluit wordt verstaan onder :
1° bestuurder : een fysiek persoon die een wegvoertuig bestuurt waarmee als landbouwhuisdier gehouden eenhoevigen, runderen, schapen, geiten of varkens, dan wel pluimvee worden vervoerd;
2° verzorger : een persoon die rechtstreeks verantwoordelijk is voor het welzijn van de dieren en deze bij het vervoer begeleidt;
3° vervoerder : een natuurlijke persoon of rechtspersoon die voor eigen rekening of voor rekening van een derde dieren vervoert;
4° verzamelcentrum : plaatsen zoals bedrijven, verzamelplaatsen en markten waar als landbouwhuisdier gehouden eenhoevigen, runderen, schapen, geiten of varkens van verschillende bedrijven samengebracht worden om een partij dieren te vormen;
5° controlepost : controlepost zoals bedoeld in Verordening (EG) nr. 1255/97 van de Raad van 25 juni 1997 betreffende de communautaire criteria voor halteplaatsen en tot aanpassing van het in Richtlijn 91/628/EEG bedoelde reisschema;
6° de Minister : de Minister bevoegd voor dierenwelzijn;
7° de Dienst : de Federale Overheidsdienst belast met het dierenwelzijn;
8° de verordening : Verordening (EG) nr. 1/2005 van de Raad van 22 december 2004 inzake de bescherming van dieren tijdens het vervoer en daarmee samenhangende activiteiten en tot wijziging van de Richtlijnen 64/432/EEG en 93/119/EG en van Verordening (EG) nr. 1255/97;
9° vereniging : een vereniging erkend in toepassing van het koninklijk besluit van 26 november 2006 houdende voorwaarden voor de erkenning van de verenigingen voor de bestrijding van dierenziekten en het hun toevertrouwen van taken die tot de bevoegdheid van het Agentschap behoren;
10° Sanitel : het geïnformatiseerde gegevensbestand voor de identificatie en registratie van landbouwhuisdieren en hun operatoren.
Nederlands (NL)
Français (FR)
Titre
13 JUNI 2010. - Koninklijk besluit betreffende het getuigschrift van vakbekwaamheid voor het vervoer van landbouwhuisdieren (NOTA : opgeheven voor het Brusselse Gewest bij BESL2019-04-25/19, art. 6, 004; Inwerkingtreding : 24-05-2019)(NOTA : Raadpleging van vroegere versies vanaf 25-06-2010 en tekstbijwerking tot 14-05-2019)
Titre
13 JUIN 2010. - Arrêté royal relatif au certificat d'aptitude professionnelle pour le transport d'animaux domestiques agricoles (NOTE : abrogé pour la Région Bruxelloise par ARR2019-04-25/19, art. 6, 004; En vigueur : 24-05-2019)(NOTE : Consultation des versions antérieures à partir du 25-06-2010 et mise à jour au 14-05-2019)
Informations sur le document
Numac: 2010024219
Datum: 2010-06-13
Info du document
Numac: 2010024219
Date: 2010-06-13
Table des matières
HOOFDSTUK I. - Definities
HOOFDSTUK II. - Personeel van verzamelcentra, c...
Afdeling I. - Voorwaarden
Afdeling II. - Organisatie opleiding
HOOFDSTUK III. - Bestuurders en verzorgers
Afdeling I. - Voorwaarden
Afdeling II. - Examen
Afdeling III. - Aflevering van het getuigschrif...
HOOFDSTUK IV. - Slotbepalingen
Table des matières
CHAPITRE Ier. - Définitions
CHAPITRE II. - Personnel des centres de rassemb...
Section Ire. - Conditions
Section II. - Organisation de la formation
CHAPITRE III. - Conducteurs et convoyeurs
Section Ier. - Conditions
Section II. - Examen
Section III. - Délivrance du certificat d'aptit...
CHAPITRE IV. - Dispositions finales
Tekst (26)
Texte (26)
HOOFDSTUK I. - Definities
CHAPITRE Ier. - Définitions
Article 1er. Pour l'application du présent arrêté, on entend par :
1° conducteur : toute personne physique qui conduit un véhicule routier transportant des équidés domestiques, des animaux domestiques des espèces bovine, ovine, caprine et porcine ou des volailles;
2° convoyeur : toute personne directement chargée du bien-être des animaux et qui accompagne ceux-ci durant leur transport;
3° transporteur : toute personne physique ou morale transportant des animaux pour son propre compte ou pour le compte d'un tiers;
4° centre de rassemblement : les lieux, tels que les exploitations, les centres de regroupement et les marchés, dans lesquels sont rassemblés, en vue de la constitution de lots, des équidés domestiques ou des animaux domestiques des espèces bovine, ovine, caprine et porcine issus de différentes exploitations d'origine;
5° poste de contrôle : poste de contrôle tel que visé dans le Règlement (CE) n° 1255/97 du Conseil du 25 juin 1997 concernant les critères communautaires requis aux points d'arrêt et adaptant le plan de marche visé à la Directive 91/628/CEE;
6° le Ministre : le Ministre ayant le bien-être animal dans ses attributions;
7° le Service : le Service public fédéral chargé du bien-être des animaux;
8° le règlement : règlement (CE) n° 1/2005 du Conseil du 22 décembre 2004 relatif à la protection des animaux pendant le transport et les opérations annexes et modifiant les directives 64/432/CEE et 93/119/CE et le règlement (CE) n° 1255/97;
9° association : une association agréée en application de l'arrêté royal du 26 novembre 2006 fixant les conditions d'agrément des associations de lutte contre les maladies des animaux et leur confiant des tâches relevant de la compétence de l'Agence;
10° Sanitel : la base de données informatisée servant à l'identification et à l'enregistrement des animaux agricoles et leurs opérateurs.
1° conducteur : toute personne physique qui conduit un véhicule routier transportant des équidés domestiques, des animaux domestiques des espèces bovine, ovine, caprine et porcine ou des volailles;
2° convoyeur : toute personne directement chargée du bien-être des animaux et qui accompagne ceux-ci durant leur transport;
3° transporteur : toute personne physique ou morale transportant des animaux pour son propre compte ou pour le compte d'un tiers;
4° centre de rassemblement : les lieux, tels que les exploitations, les centres de regroupement et les marchés, dans lesquels sont rassemblés, en vue de la constitution de lots, des équidés domestiques ou des animaux domestiques des espèces bovine, ovine, caprine et porcine issus de différentes exploitations d'origine;
5° poste de contrôle : poste de contrôle tel que visé dans le Règlement (CE) n° 1255/97 du Conseil du 25 juin 1997 concernant les critères communautaires requis aux points d'arrêt et adaptant le plan de marche visé à la Directive 91/628/CEE;
6° le Ministre : le Ministre ayant le bien-être animal dans ses attributions;
7° le Service : le Service public fédéral chargé du bien-être des animaux;
8° le règlement : règlement (CE) n° 1/2005 du Conseil du 22 décembre 2004 relatif à la protection des animaux pendant le transport et les opérations annexes et modifiant les directives 64/432/CEE et 93/119/CE et le règlement (CE) n° 1255/97;
9° association : une association agréée en application de l'arrêté royal du 26 novembre 2006 fixant les conditions d'agrément des associations de lutte contre les maladies des animaux et leur confiant des tâches relevant de la compétence de l'Agence;
10° Sanitel : la base de données informatisée servant à l'identification et à l'enregistrement des animaux agricoles et leurs opérateurs.
Art.1_VLAAMS_GEWEST. Voor de toepassing van dit besluit wordt verstaan onder :
1° bestuurder : een fysiek persoon die een wegvoertuig bestuurt waarmee als landbouwhuisdier gehouden eenhoevigen, runderen, schapen, geiten of varkens, dan wel pluimvee worden vervoerd;
2° verzorger : een persoon die rechtstreeks verantwoordelijk is voor het welzijn van de dieren en deze bij het vervoer begeleidt;
3° vervoerder : een natuurlijke persoon of rechtspersoon die voor eigen rekening of voor rekening van een derde dieren vervoert;
4° verzamelcentrum : plaatsen zoals bedrijven, verzamelplaatsen en markten waar als landbouwhuisdier gehouden eenhoevigen, runderen, schapen, geiten of varkens van verschillende bedrijven samengebracht worden om een partij dieren te vormen;
5° controlepost : controlepost zoals bedoeld in Verordening (EG) nr. 1255/97 van de Raad van 25 juni 1997 betreffende de communautaire criteria voor halteplaatsen en tot aanpassing van het in Richtlijn 91/628/EEG bedoelde reisschema;
6° de Minister : [1 de Vlaamse minister, bevoegd voor het dierenwelzijn]1;
7° [1 ...]1
8° de verordening : Verordening (EG) nr. 1/2005 van de Raad van 22 december 2004 inzake de bescherming van dieren tijdens het vervoer en daarmee samenhangende activiteiten en tot wijziging van de Richtlijnen 64/432/EEG en 93/119/EG en van Verordening (EG) nr. 1255/97;
9° vereniging : een vereniging erkend in toepassing van het koninklijk besluit van 26 november 2006 houdende voorwaarden voor de erkenning van de verenigingen voor de bestrijding van dierenziekten en het hun toevertrouwen van taken die tot de bevoegdheid van het Agentschap behoren;
10° Sanitel : het geïnformatiseerde gegevensbestand voor de identificatie en registratie van landbouwhuisdieren en hun operatoren.
1° bestuurder : een fysiek persoon die een wegvoertuig bestuurt waarmee als landbouwhuisdier gehouden eenhoevigen, runderen, schapen, geiten of varkens, dan wel pluimvee worden vervoerd;
2° verzorger : een persoon die rechtstreeks verantwoordelijk is voor het welzijn van de dieren en deze bij het vervoer begeleidt;
3° vervoerder : een natuurlijke persoon of rechtspersoon die voor eigen rekening of voor rekening van een derde dieren vervoert;
4° verzamelcentrum : plaatsen zoals bedrijven, verzamelplaatsen en markten waar als landbouwhuisdier gehouden eenhoevigen, runderen, schapen, geiten of varkens van verschillende bedrijven samengebracht worden om een partij dieren te vormen;
5° controlepost : controlepost zoals bedoeld in Verordening (EG) nr. 1255/97 van de Raad van 25 juni 1997 betreffende de communautaire criteria voor halteplaatsen en tot aanpassing van het in Richtlijn 91/628/EEG bedoelde reisschema;
6° de Minister : [1 de Vlaamse minister, bevoegd voor het dierenwelzijn]1;
7° [1 ...]1
8° de verordening : Verordening (EG) nr. 1/2005 van de Raad van 22 december 2004 inzake de bescherming van dieren tijdens het vervoer en daarmee samenhangende activiteiten en tot wijziging van de Richtlijnen 64/432/EEG en 93/119/EG en van Verordening (EG) nr. 1255/97;
9° vereniging : een vereniging erkend in toepassing van het koninklijk besluit van 26 november 2006 houdende voorwaarden voor de erkenning van de verenigingen voor de bestrijding van dierenziekten en het hun toevertrouwen van taken die tot de bevoegdheid van het Agentschap behoren;
10° Sanitel : het geïnformatiseerde gegevensbestand voor de identificatie en registratie van landbouwhuisdieren en hun operatoren.
Modifications
Art.1 _REGION_FLAMANDE.
Pour l'application du présent arrêté, on entend par :
1° conducteur : toute personne physique qui conduit un véhicule routier transportant des équidés domestiques, des animaux domestiques des espèces bovine, ovine, caprine et porcine ou des volailles;
2° convoyeur : toute personne directement chargée du bien-être des animaux et qui accompagne ceux-ci durant leur transport;
3° transporteur : toute personne physique ou morale transportant des animaux pour son propre compte ou pour le compte d'un tiers;
4° centre de rassemblement : les lieux, tels que les exploitations, les centres de regroupement et les marchés, dans lesquels sont rassemblés, en vue de la constitution de lots, des équidés domestiques ou des animaux domestiques des espèces bovine, ovine, caprine et porcine issus de différentes exploitations d'origine;
5° poste de contrôle : poste de contrôle tel que visé dans le Règlement (CE) n° 1255/97 du Conseil du 25 juin 1997 concernant les critères communautaires requis aux points d'arrêt et adaptant le plan de marche visé à la Directive 91/628/CEE;
6° le Ministre : [1 le Ministre flamand ayant le bien-être des animaux dans ses attributions]1;
7° [1 ...]1
8° le règlement : règlement (CE) n° 1/2005 du Conseil du 22 décembre 2004 relatif à la protection des animaux pendant le transport et les opérations annexes et modifiant les directives 64/432/CEE et 93/119/CE et le règlement (CE) n° 1255/97;
9° association : une association agréée en application de l'arrêté royal du 26 novembre 2006 fixant les conditions d'agrément des associations de lutte contre les maladies des animaux et leur confiant des tâches relevant de la compétence de l'Agence;
10° Sanitel : la base de données informatisée servant à l'identification et à l'enregistrement des animaux agricoles et leurs opérateurs.
Pour l'application du présent arrêté, on entend par :
1° conducteur : toute personne physique qui conduit un véhicule routier transportant des équidés domestiques, des animaux domestiques des espèces bovine, ovine, caprine et porcine ou des volailles;
2° convoyeur : toute personne directement chargée du bien-être des animaux et qui accompagne ceux-ci durant leur transport;
3° transporteur : toute personne physique ou morale transportant des animaux pour son propre compte ou pour le compte d'un tiers;
4° centre de rassemblement : les lieux, tels que les exploitations, les centres de regroupement et les marchés, dans lesquels sont rassemblés, en vue de la constitution de lots, des équidés domestiques ou des animaux domestiques des espèces bovine, ovine, caprine et porcine issus de différentes exploitations d'origine;
5° poste de contrôle : poste de contrôle tel que visé dans le Règlement (CE) n° 1255/97 du Conseil du 25 juin 1997 concernant les critères communautaires requis aux points d'arrêt et adaptant le plan de marche visé à la Directive 91/628/CEE;
6° le Ministre : [1 le Ministre flamand ayant le bien-être des animaux dans ses attributions]1;
7° [1 ...]1
8° le règlement : règlement (CE) n° 1/2005 du Conseil du 22 décembre 2004 relatif à la protection des animaux pendant le transport et les opérations annexes et modifiant les directives 64/432/CEE et 93/119/CE et le règlement (CE) n° 1255/97;
9° association : une association agréée en application de l'arrêté royal du 26 novembre 2006 fixant les conditions d'agrément des associations de lutte contre les maladies des animaux et leur confiant des tâches relevant de la compétence de l'Agence;
10° Sanitel : la base de données informatisée servant à l'identification et à l'enregistrement des animaux agricoles et leurs opérateurs.
Modifications
Art.1_BRUSSELS_HOOFDSTEDELIJK_GEWEST. Voor de toepassing van dit besluit wordt verstaan onder :
1° bestuurder : een fysiek persoon die een wegvoertuig bestuurt waarmee als landbouwhuisdier gehouden eenhoevigen, runderen, schapen, geiten of varkens, dan wel pluimvee worden vervoerd;
2° verzorger : een persoon die rechtstreeks verantwoordelijk is voor het welzijn van de dieren en deze bij het vervoer begeleidt;
3° vervoerder : een natuurlijke persoon of rechtspersoon die voor eigen rekening of voor rekening van een derde dieren vervoert;
4° verzamelcentrum : plaatsen zoals bedrijven, verzamelplaatsen en markten waar als landbouwhuisdier gehouden eenhoevigen, runderen, schapen, geiten of varkens van verschillende bedrijven samengebracht worden om een partij dieren te vormen;
5° controlepost : controlepost zoals bedoeld in Verordening (EG) nr. 1255/97 van de Raad van 25 juni 1997 betreffende de communautaire criteria voor halteplaatsen en tot aanpassing van het in Richtlijn 91/628/EEG bedoelde reisschema;
6° de Minister : de Minister bevoegd voor dierenwelzijn;
7° [1 Instituut : Brussels Instituut voor Milieubeheer]1;
8° de verordening : Verordening (EG) nr. 1/2005 van de Raad van 22 december 2004 inzake de bescherming van dieren tijdens het vervoer en daarmee samenhangende activiteiten en tot wijziging van de Richtlijnen 64/432/EEG en 93/119/EG en van Verordening (EG) nr. 1255/97;
9° vereniging : een vereniging erkend in toepassing van het koninklijk besluit van 26 november 2006 houdende voorwaarden voor de erkenning van de verenigingen voor de bestrijding van dierenziekten en het hun toevertrouwen van taken die tot de bevoegdheid van het Agentschap behoren;
10° Sanitel : het geïnformatiseerde gegevensbestand voor de identificatie en registratie van landbouwhuisdieren en hun operatoren.
1° bestuurder : een fysiek persoon die een wegvoertuig bestuurt waarmee als landbouwhuisdier gehouden eenhoevigen, runderen, schapen, geiten of varkens, dan wel pluimvee worden vervoerd;
2° verzorger : een persoon die rechtstreeks verantwoordelijk is voor het welzijn van de dieren en deze bij het vervoer begeleidt;
3° vervoerder : een natuurlijke persoon of rechtspersoon die voor eigen rekening of voor rekening van een derde dieren vervoert;
4° verzamelcentrum : plaatsen zoals bedrijven, verzamelplaatsen en markten waar als landbouwhuisdier gehouden eenhoevigen, runderen, schapen, geiten of varkens van verschillende bedrijven samengebracht worden om een partij dieren te vormen;
5° controlepost : controlepost zoals bedoeld in Verordening (EG) nr. 1255/97 van de Raad van 25 juni 1997 betreffende de communautaire criteria voor halteplaatsen en tot aanpassing van het in Richtlijn 91/628/EEG bedoelde reisschema;
6° de Minister : de Minister bevoegd voor dierenwelzijn;
7° [1 Instituut : Brussels Instituut voor Milieubeheer]1;
8° de verordening : Verordening (EG) nr. 1/2005 van de Raad van 22 december 2004 inzake de bescherming van dieren tijdens het vervoer en daarmee samenhangende activiteiten en tot wijziging van de Richtlijnen 64/432/EEG en 93/119/EG en van Verordening (EG) nr. 1255/97;
9° vereniging : een vereniging erkend in toepassing van het koninklijk besluit van 26 november 2006 houdende voorwaarden voor de erkenning van de verenigingen voor de bestrijding van dierenziekten en het hun toevertrouwen van taken die tot de bevoegdheid van het Agentschap behoren;
10° Sanitel : het geïnformatiseerde gegevensbestand voor de identificatie en registratie van landbouwhuisdieren en hun operatoren.
Modifications
Art.1 _REGION_DE_BRUXELLES-CAPITALE.
Pour l'application du présent arrêté, on entend par :
1° conducteur : toute personne physique qui conduit un véhicule routier transportant des équidés domestiques, des animaux domestiques des espèces bovine, ovine, caprine et porcine ou des volailles;
2° convoyeur : toute personne directement chargée du bien-être des animaux et qui accompagne ceux-ci durant leur transport;
3° transporteur : toute personne physique ou morale transportant des animaux pour son propre compte ou pour le compte d'un tiers;
4° centre de rassemblement : les lieux, tels que les exploitations, les centres de regroupement et les marchés, dans lesquels sont rassemblés, en vue de la constitution de lots, des équidés domestiques ou des animaux domestiques des espèces bovine, ovine, caprine et porcine issus de différentes exploitations d'origine;
5° poste de contrôle : poste de contrôle tel que visé dans le Règlement (CE) n° 1255/97 du Conseil du 25 juin 1997 concernant les critères communautaires requis aux points d'arrêt et adaptant le plan de marche visé à la Directive 91/628/CEE;
6° le Ministre : le Ministre ayant le bien-être animal dans ses attributions;
7° [1 Institut : l'Institut bruxellois pour la gestion de l'environnement]1;
8° le règlement : règlement (CE) n° 1/2005 du Conseil du 22 décembre 2004 relatif à la protection des animaux pendant le transport et les opérations annexes et modifiant les directives 64/432/CEE et 93/119/CE et le règlement (CE) n° 1255/97;
9° association : une association agréée en application de l'arrêté royal du 26 novembre 2006 fixant les conditions d'agrément des associations de lutte contre les maladies des animaux et leur confiant des tâches relevant de la compétence de l'Agence;
10° Sanitel : la base de données informatisée servant à l'identification et à l'enregistrement des animaux agricoles et leurs opérateurs.
Pour l'application du présent arrêté, on entend par :
1° conducteur : toute personne physique qui conduit un véhicule routier transportant des équidés domestiques, des animaux domestiques des espèces bovine, ovine, caprine et porcine ou des volailles;
2° convoyeur : toute personne directement chargée du bien-être des animaux et qui accompagne ceux-ci durant leur transport;
3° transporteur : toute personne physique ou morale transportant des animaux pour son propre compte ou pour le compte d'un tiers;
4° centre de rassemblement : les lieux, tels que les exploitations, les centres de regroupement et les marchés, dans lesquels sont rassemblés, en vue de la constitution de lots, des équidés domestiques ou des animaux domestiques des espèces bovine, ovine, caprine et porcine issus de différentes exploitations d'origine;
5° poste de contrôle : poste de contrôle tel que visé dans le Règlement (CE) n° 1255/97 du Conseil du 25 juin 1997 concernant les critères communautaires requis aux points d'arrêt et adaptant le plan de marche visé à la Directive 91/628/CEE;
6° le Ministre : le Ministre ayant le bien-être animal dans ses attributions;
7° [1 Institut : l'Institut bruxellois pour la gestion de l'environnement]1;
8° le règlement : règlement (CE) n° 1/2005 du Conseil du 22 décembre 2004 relatif à la protection des animaux pendant le transport et les opérations annexes et modifiant les directives 64/432/CEE et 93/119/CE et le règlement (CE) n° 1255/97;
9° association : une association agréée en application de l'arrêté royal du 26 novembre 2006 fixant les conditions d'agrément des associations de lutte contre les maladies des animaux et leur confiant des tâches relevant de la compétence de l'Agence;
10° Sanitel : la base de données informatisée servant à l'identification et à l'enregistrement des animaux agricoles et leurs opérateurs.
Modifications
Art.2. Overeenkomstig artikel 1, lid 5, van (EG) nr. 1/2005 is dit besluit niet van toepassing op het vervoer van dieren dat geen verband houdt met een economische bedrijvigheid.
Art.2. Conformément à l'article 1er, paragraphe 5, du Règlement (CE) n° 1/2005, cet arrêté ne s'applique pas au transport d'animaux qui sont étrangers à une activité économique.
HOOFDSTUK II. - Personeel van verzamelcentra, controleposten en vervoerders andere dan bestuurders of verzorgers
CHAPITRE II. - Personnel des centres de rassemblement, postes de contrôle et transporteurs autres que conducteurs ou convoyeurs
Afdeling I. - Voorwaarden
Section Ire. - Conditions
Art.3. Het personeel dat in verzamelcentra en controleposten of bij vervoerders omgaat met dieren is bekwaam en bezit :
- hetzij het getuigschrift van vakbekwaamheid bedoeld in [1 artikel 6]1;
- hetzij een attest van deelname aan een opleiding over minstens de technische voorschriften opgenomen in bijlage I bij de verordening, ingericht door een instelling erkend voor naschoolse landbouwvorming door de bevoegde autoriteit.
- hetzij het getuigschrift van vakbekwaamheid bedoeld in [1 artikel 6]1;
- hetzij een attest van deelname aan een opleiding over minstens de technische voorschriften opgenomen in bijlage I bij de verordening, ingericht door een instelling erkend voor naschoolse landbouwvorming door de bevoegde autoriteit.
Modifications
Art.3. Le personnel qui manipule des animaux dans les centres de rassemblement et les postes de contrôle ou chez des transporteurs, est compétent et possède :
- soit le certificat d'aptitude professionnelle visé à l'[1 article 6]1;
- soit une attestation de participation à une formation portant au moins sur les prescriptions techniques figurant à l'annexe Ier du règlement, organisée par un centre de formation professionnelle en agriculture agréé par l'autorité compétente.
- soit le certificat d'aptitude professionnelle visé à l'[1 article 6]1;
- soit une attestation de participation à une formation portant au moins sur les prescriptions techniques figurant à l'annexe Ier du règlement, organisée par un centre de formation professionnelle en agriculture agréé par l'autorité compétente.
Modifications
Afdeling II. - Organisatie opleiding
Section II. - Organisation de la formation
Art.4. De opleiding bedoeld in artikel 2 wordt gegeven door lesgevers die hiervoor zijn opgeleid en geslaagd zijn voor een examen.
Art.4. La formation visée à l'article 2 est donnée par des instructeurs qui ont été formés à cette fin et qui ont réussi un examen.
Art.5. De opleiding van de lesgevers wordt georganiseerd door de Dienst. Deze stelt hiertoe een leerboek op dat publiek beschikbaar is. De Dienst kan voor deze taken beroep doen op een derde.
Art.5. La formation des instructeurs est organisée par le Service. Celui-ci rédige pour ce faire un manuel publiquement disponible. Pour ces tâches, le Service peut faire appel à un tiers.
Art.5_BRUSSELS_HOOFDSTEDELIJK_GEWEST. De opleiding van de lesgevers wordt georganiseerd door [1 het Instituut]1. Deze stelt hiertoe een leerboek op dat publiek beschikbaar is. De Dienst kan voor deze taken beroep doen op een derde.
Modifications
Art.5 _REGION_DE_BRUXELLES-CAPITALE. La formation des instructeurs est organisée par [1 l'Institut]1. Celui-ci rédige pour ce faire un manuel publiquement disponible. Pour ces tâches, le Service peut faire appel à un tiers.
Modifications
HOOFDSTUK III. - Bestuurders en verzorgers
CHAPITRE III. - Conducteurs et convoyeurs
Afdeling I. - Voorwaarden
Section Ier. - Conditions
Art.6. Bestuurders en verzorgers zijn bekwaam en beschikken over voldoende kennis van volgende onderwerpen :
1° de artikelen 3 en 4 en de bijlagen I en II van de verordening;
2° dierfysiologie, in het bijzonder de eet- en drinkbehoeften, diergedrag en het begrip stress;
3° praktische aspecten van de omgang met dieren;
4° effect van het rijgedrag op het welzijn van de vervoerde dieren en de vleeskwaliteit;
5° eerste hulp voor dieren;
6° veiligheid van het personeel dat met de dieren omgaat;
7° administratieve verplichtingen;
8° identificatie en registratie;
9° reinigen en ontsmetten;
10° bijkomende eisen voor lang transport.
Als bewijs van deze kennis geldt het getuigschrift van vakbekwaamheid, afgeleverd overeenkomstig [artikel 11].
1° de artikelen 3 en 4 en de bijlagen I en II van de verordening;
2° dierfysiologie, in het bijzonder de eet- en drinkbehoeften, diergedrag en het begrip stress;
3° praktische aspecten van de omgang met dieren;
4° effect van het rijgedrag op het welzijn van de vervoerde dieren en de vleeskwaliteit;
5° eerste hulp voor dieren;
6° veiligheid van het personeel dat met de dieren omgaat;
7° administratieve verplichtingen;
8° identificatie en registratie;
9° reinigen en ontsmetten;
10° bijkomende eisen voor lang transport.
Als bewijs van deze kennis geldt het getuigschrift van vakbekwaamheid, afgeleverd overeenkomstig [artikel 11].
Art.6. Les conducteurs et convoyeurs sont compétents et disposent d'une connaissance suffisante des sujets suivants :
1° les articles 3 et 4 et les annexes Ier et II du règlement;
2° la physiologie des animaux, en particulier les besoins alimentaires et en eau, le comportement animal et la notion de stress;
3° les aspects pratiques relatifs à la manipulation des animaux;
4° l'impact de la conduite sur le bien-être des animaux transportés et la qualité de la viande;
5° les premiers secours aux animaux;
6° la sécurité du personnel qui manipule les animaux;
7° les obligations administratives;
8° l'identification et l'enregistrement;
9° le nettoyage et la désinfection;
10° les exigences supplémentaires pour les voyages de longue durée.
Le certificat d'aptitude professionnelle, délivré conformément à l'[article 11], tient lieu de preuve de ces connaissances.
1° les articles 3 et 4 et les annexes Ier et II du règlement;
2° la physiologie des animaux, en particulier les besoins alimentaires et en eau, le comportement animal et la notion de stress;
3° les aspects pratiques relatifs à la manipulation des animaux;
4° l'impact de la conduite sur le bien-être des animaux transportés et la qualité de la viande;
5° les premiers secours aux animaux;
6° la sécurité du personnel qui manipule les animaux;
7° les obligations administratives;
8° l'identification et l'enregistrement;
9° le nettoyage et la désinfection;
10° les exigences supplémentaires pour les voyages de longue durée.
Le certificat d'aptitude professionnelle, délivré conformément à l'[article 11], tient lieu de preuve de ces connaissances.
Afdeling II. - Examen
Section II. - Examen
Art.7. Om een getuigschrift van vakbekwaamheid te bekomen moet de bestuurder of verzorger slagen voor een examen georganiseerd door een vereniging [1 of door een stichting van openbaar nut als bedoeld in de wet van 27 juni 1921 betreffende de verenigingen zonder winstoogmerk, de internationale verenigingen zonder winstoogmerk en de stichtingen]1.
De gegevens van de geslaagden worden bijgehouden in Sanitel.
De gegevens van de geslaagden worden bijgehouden in Sanitel.
Modifications
Art.7. Pour obtenir un certificat d'aptitude professionnelle, le conducteur ou convoyeur doit réussir un examen organisé par une association [1 ou par une fondation d'utilité publique telle que visée à la loi du 27 juin 1921 sur les associations sans but lucratif, les associations internationales sans but lucratif et les fondations]1.
Les données des lauréats sont tenues à jour dans Sanitel.
Les données des lauréats sont tenues à jour dans Sanitel.
Modifications
Art.8. § 1. De kandidaat heeft de mogelijkheid om enkel examen af te leggen over de diersoorten van zijn keuze.
§ 2. Het examen bestaat uit meerkeuzevragen, waaronder 15 algemene vragen en 10 vragen per diersoort.
Deze vragen zijn afkomstig uit een door de Dienst opgestelde lijst die publiek beschikbaar is.
De Dienst kan voor het opstellen van deze lijst beroep doen op een derde.
§ 3. Om te slagen voor het examen moet de kandidaat minstens 60 % van de punten behalen.
§ 2. Het examen bestaat uit meerkeuzevragen, waaronder 15 algemene vragen en 10 vragen per diersoort.
Deze vragen zijn afkomstig uit een door de Dienst opgestelde lijst die publiek beschikbaar is.
De Dienst kan voor het opstellen van deze lijst beroep doen op een derde.
§ 3. Om te slagen voor het examen moet de kandidaat minstens 60 % van de punten behalen.
Art.8. § 1er. Le candidat a la possibilité de passer uniquement l'examen pour les espèces animales de son choix.
§ 2. L'examen se compose de questions à choix multiples, dont 15 questions générales et 10 questions par espèce animale.
Ces questions proviennent d'une liste établie par le Service et publiquement disponible.
Pour établir cette liste, le Service peut faire appel à un tiers.
§ 3. Pour réussir l'examen, le candidat doit obtenir au moins 60 % des points.
§ 2. L'examen se compose de questions à choix multiples, dont 15 questions générales et 10 questions par espèce animale.
Ces questions proviennent d'une liste établie par le Service et publiquement disponible.
Pour établir cette liste, le Service peut faire appel à un tiers.
§ 3. Pour réussir l'examen, le candidat doit obtenir au moins 60 % des points.
Art.8_BRUSSELS_HOOFDSTEDELIJK_GEWEST. § 1. De kandidaat heeft de mogelijkheid om enkel examen af te leggen over de diersoorten van zijn keuze.
§ 2. Het examen bestaat uit meerkeuzevragen, waaronder 15 algemene vragen en 10 vragen per diersoort.
Deze vragen zijn afkomstig uit een door [1 het Instituut]1 opgestelde lijst die publiek beschikbaar is.
[1 Het Instituut]1 kan voor het opstellen van deze lijst beroep doen op een derde.
§ 3. Om te slagen voor het examen moet de kandidaat minstens 60 % van de punten behalen.
§ 2. Het examen bestaat uit meerkeuzevragen, waaronder 15 algemene vragen en 10 vragen per diersoort.
Deze vragen zijn afkomstig uit een door [1 het Instituut]1 opgestelde lijst die publiek beschikbaar is.
[1 Het Instituut]1 kan voor het opstellen van deze lijst beroep doen op een derde.
§ 3. Om te slagen voor het examen moet de kandidaat minstens 60 % van de punten behalen.
Modifications
Art.8 _REGION_DE_BRUXELLES-CAPITALE.
§ 1er. Le candidat a la possibilité de passer uniquement l'examen pour les espèces animales de son choix.
§ 2. L'examen se compose de questions à choix multiples, dont 15 questions générales et 10 questions par espèce animale.
Ces questions proviennent d'une liste établie par [1 l'Institut]1 et publiquement disponible.
Pour établir cette liste, [1 l'Institut]1 peut faire appel à un tiers.
§ 3. Pour réussir l'examen, le candidat doit obtenir au moins 60 % des points.
§ 1er. Le candidat a la possibilité de passer uniquement l'examen pour les espèces animales de son choix.
§ 2. L'examen se compose de questions à choix multiples, dont 15 questions générales et 10 questions par espèce animale.
Ces questions proviennent d'une liste établie par [1 l'Institut]1 et publiquement disponible.
Pour établir cette liste, [1 l'Institut]1 peut faire appel à un tiers.
§ 3. Pour réussir l'examen, le candidat doit obtenir au moins 60 % des points.
Modifications
Art.9. Iedere kandidaat die zich inschrijft krijgt binnen de twee maanden de mogelijkheid om deel te nemen aan het examen.
Art.9. Chaque candidat qui s'inscrit reçoit la possibilité, dans les deux mois, de participer à l'examen.
Art.10. Het bedrag van het inschrijvingsrecht dat aan de kandidaten wordt gevraagd wordt zodanig berekend dat het slechts de kosten dekt veroorzaakt door de organisatie van het examen. Dit bedrag wordt goedgekeurd door de Minister.
Art.10. Le montant du droit d'inscription demandé aux candidats est calculé de telle manière à couvrir uniquement les frais occasionnés par l'organisation de l'examen. Ce montant est approuvé par le Ministre.
Afdeling III. - Aflevering van het getuigschrift van vakbekwaamheid
Section III. - Délivrance du certificat d'aptitude professionnelle
Art.11. § 1. Aan de kandidaten die geslaagd zijn voor het examen levert het examencentrum een getuigschrift van vakbekwaamheid af.
Op het getuigschrift worden de diersoorten vermeld waarvoor de kandidaat geslaagd is voor het examen.
§ 2. Het getuigschrift van vakbekwaamheid heeft een onbeperkte geldigheidsduur.
Op het getuigschrift worden de diersoorten vermeld waarvoor de kandidaat geslaagd is voor het examen.
§ 2. Het getuigschrift van vakbekwaamheid heeft een onbeperkte geldigheidsduur.
Art.11. § 1er. Le centre d'examen délivre un certificat d'aptitude professionnelle aux candidats qui ont réussi l'examen.
Le certificat mentionne les espèces animales pour lesquelles le candidat a réussi l'examen.
§ 2. Le certificat d'aptitude professionnelle dispose d'une période de validité illimitée.
Le certificat mentionne les espèces animales pour lesquelles le candidat a réussi l'examen.
§ 2. Le certificat d'aptitude professionnelle dispose d'une période de validité illimitée.
Art.12. § 1. Als het getuigschrift van vakbekwaamheid verloren is gegaan, gestolen of beschadigd werd, onleesbaar is geworden of vernield is, kan een duplicaat aangevraagd worden bij de vereniging [1 of bij de stichting van openbaar nut]1.
§ 2. Om een duplicaat te verkrijgen :
- doet de houder bij de dichtstbijgelegen politiedienst aangifte van het verlies, de diefstal of de vernietiging van zijn getuigschrift en hij voegt het bewijs hiervan bij zijn aanvraag;
- dient, in geval van een aanvraag om een andere reden dan diefstal, verlies of vernietiging, het te vervangen getuigschrift bij de aanvraag gevoegd te worden.
§ 3. Het getuigschrift van vakbekwaamheid dat vervangen werd door een duplicaat verliest zijn geldigheid.
Indien de houder nadat hem een duplicaat is afgegeven opnieuw in het bezit komt van het gestolen of verloren getuigschrift van vakbekwaamheid, dient hij dit onmiddellijk terug te bezorgen aan de vereniging [1 of de stichting van openbaar nut]1.
§ 4. Op elk duplicaat wordt de vermelding " DUPLICAAT " op duidelijke wijze aangebracht.
§ 2. Om een duplicaat te verkrijgen :
- doet de houder bij de dichtstbijgelegen politiedienst aangifte van het verlies, de diefstal of de vernietiging van zijn getuigschrift en hij voegt het bewijs hiervan bij zijn aanvraag;
- dient, in geval van een aanvraag om een andere reden dan diefstal, verlies of vernietiging, het te vervangen getuigschrift bij de aanvraag gevoegd te worden.
§ 3. Het getuigschrift van vakbekwaamheid dat vervangen werd door een duplicaat verliest zijn geldigheid.
Indien de houder nadat hem een duplicaat is afgegeven opnieuw in het bezit komt van het gestolen of verloren getuigschrift van vakbekwaamheid, dient hij dit onmiddellijk terug te bezorgen aan de vereniging [1 of de stichting van openbaar nut]1.
§ 4. Op elk duplicaat wordt de vermelding " DUPLICAAT " op duidelijke wijze aangebracht.
Modifications
Art.12. § 1er. Si le certificat d'aptitude professionnelle est perdu, volé, détérioré, devenu illisible ou détruit, un duplicata peut être demandé auprès de l'association [1 ou de la fondation d'utilité publique]1.
§ 2. Pour obtenir un duplicata :
- le titulaire déclare la perte, le vol ou la destruction de son certificat au service de police le plus proche et joint la preuve de cette déclaration à sa demande;
- en cas de demande pour une raison autre que le vol, la perte ou la destruction, le certificat à remplacer doit être joint à la demande.
§ 3. Le certificat d'aptitude professionnelle qui a été remplacé par un duplicata perd sa validité.
Si, après la délivrance d'un duplicata, le titulaire rentre en possession du certificat d'aptitude professionnelle volé ou perdu, il est tenu de remettre immédiatement celui-ci à l'association [1 ou à la fondation d'utilité publique]1.
§ 4. Chaque duplicata porte clairement la mention " DUPLICATA ".
§ 2. Pour obtenir un duplicata :
- le titulaire déclare la perte, le vol ou la destruction de son certificat au service de police le plus proche et joint la preuve de cette déclaration à sa demande;
- en cas de demande pour une raison autre que le vol, la perte ou la destruction, le certificat à remplacer doit être joint à la demande.
§ 3. Le certificat d'aptitude professionnelle qui a été remplacé par un duplicata perd sa validité.
Si, après la délivrance d'un duplicata, le titulaire rentre en possession du certificat d'aptitude professionnelle volé ou perdu, il est tenu de remettre immédiatement celui-ci à l'association [1 ou à la fondation d'utilité publique]1.
§ 4. Chaque duplicata porte clairement la mention " DUPLICATA ".
Modifications
HOOFDSTUK IV. - Slotbepalingen
CHAPITRE IV. - Dispositions finales
Art. 13. De Minister bevoegd voor Volksgezondheid is belast met de uitvoering van dit besluit.
Art. 13. La Ministre qui a la Santé publique dans ses attributions est chargée de l'exécution du présent arrêté.