Comparaison NL / FR

| Word Word (citation)

Nederlands (NL)

Français (FR)

Titre
4 MAART 2010. - Koninklijk besluit tot wijziging van sommige koninklijke besluiten betreffende de stelsels van onderbreking van de beroepsloopbaan, wat betreft de verhoging van de leeftijdsgrens voor het recht op ouderschapsverlof tot twaalf jaar
Titre
4 MARS 2010. - Arrêté royal modifiant certains arrêtés royaux relatifs aux régimes d'interruption de la carrière professionnelle, en ce qui concerne l'augmentation de la limite d'âge pour le droit au congé parental jusqu'à ce que l'enfant atteigne douze ans
Informations sur le document
Info du document
Tekst (7)
Texte (7)
Artikel 1. In artikel 4quater van het koninklijk besluit van 12 augustus 1991 betreffende de toekenning van onderbrekingsuitkeringen aan de personeelsleden van het onderwijs en de psycho-medisch-sociale centra, ingevoegd bij koninklijk besluit van 4 juni 1999, ingevoegd bij koninklijk besluit van 4 juni 1999, worden het tweede en derde lid vervangen door de volgende bepalingen :
  " Het personeelslid heeft recht op het ouderschapsverlof :
  - naar aanleiding van de geboorte van zijn kind tot het kind twaalf jaar wordt;
  - in het kader van de adoptie van een kind, gedurende een periode die loopt vanaf de inschrijving van het kind als deel uitmakend van zijn gezin in het bevolkingsregister of in het vreemdelingenregister van de gemeente waar het personeelslid zijn verblijfplaats heeft, en dit uiterlijk tot het kind twaalf jaar wordt.
  Aan de voorwaarde van de twaalfde verjaardag moet zijn voldaan uiterlijk gedurende de periode van het ouderschapsverlof. "
Article 1er. A l'article 4quater de l'arrêté royal du 12 août 1991 relatif à l'octroi d'allocations aux membres du personnel de l'enseignement et des centres psycho-médico-sociaux, inséré par l'arrêté royal du 4 juin 1999, les alinéas 2 et 3 sont remplacés par les dispositions suivantes :
  " Le membre du personnel a droit au congé parental :
  - en raison de la naissance de son enfant, jusqu'à ce que l'enfant atteigne son douzième anniversaire;
  - dans le cadre de l'adoption d'un enfant, pendant une période qui court à partir de l'inscription de l'enfant comme faisant partie de son ménage, au registre de la population ou au registre des étrangers de la commune où le membre du personnel a sa résidence, et au plus tard jusqu'à ce que l'enfant atteigne son douzième anniversaire.
  La condition du douzième anniversaire doit être satisfaite au plus tard pendant la période de congé parental. "
Art.2. In artikel 35, § 1, van het koninklijk besluit van 19 november 1998 betreffende de verloven en afwezigheden toegestaan aan de personeelsleden van de rijksbesturen, vervangen bij koninklijk besluit van 18 december 2006 worden het derde tot en met het zesde lid vervangen door de volgende bepalingen :
  " De ambtenaar heeft recht op het ouderschapsverlof :
  - naar aanleiding van de geboorte van zijn kind tot het kind twaalf jaar wordt;
  - in het kader van de adoptie van een kind, gedurende een periode die loopt vanaf de inschrijving van het kind als deel uitmakend van zijn gezin in het bevolkingsregister of in het vreemdelingenregister van de gemeente waar de ambtenaar zijn verblijfplaats heeft, en dit uiterlijk tot het kind twaalf jaar wordt.
  Aan de voorwaarde van de twaalfde verjaardag moet zijn voldaan uiterlijk gedurende de periode van het ouderschapsverlof. "
Art.2. A l'article 35, § 1er, de l'arrêté royal du 19 novembre 1998 relatif aux congés et aux absences accordées aux membres du personnel des administrations de l'Etat, remplacé par l'arrêté royal du 18 décembre 2006, les alinéas 3 à 6 sont remplacés par les dispositions suivantes :
  " L'agent a droit au congé parental :
  - en raison de la naissance de son enfant, jusqu'à ce que l'enfant atteigne son douzième anniversaire;
  - dans le cadre de l'adoption d'un enfant, pendant une période qui court à partir de l'inscription de l'enfant comme faisant partie de son ménage, au registre de la population ou au registre des étrangers de la commune où l'agent a sa résidence, et au plus tard jusqu'à ce que l'enfant atteigne son douzième anniversaire.
  La condition du douzième anniversaire doit être satisfaite au plus tard pendant la période de congé parental. "
Art.3. In artikel 12 van het koninklijk besluit van 7 mei 1999 betreffende de onderbreking van de beroepsloopbaan van het personeel van de besturen, vervangen bij het koninklijk besluit van 18 januari 2007, worden de volgende wijzigingen aangebracht :
  1° Paragraaf 3 wordt vervangen door de volgende bepalingen :
  " § 3. De ambtenaar heeft recht op het ouderschapsverlof :
  - naar aanleiding van de geboorte van zijn kind tot het kind twaalf jaar wordt;
  - in het kader van de adoptie van een kind, gedurende een periode die loopt vanaf de inschrijving van het kind als deel uitmakend van zijn gezin in het bevolkingsregister of in het vreemdelingenregister van de gemeente waar de werknemer zijn verblijfplaats heeft, en dit uiterlijk tot het kind twaalf jaar wordt.
  Aan de voorwaarde van de twaalfde verjaardag moet zijn voldaan uiterlijk gedurende de periode van het ouderschapsverlof. "
  2° Paragraaf 4 wordt opgeheven.
Art.3. A l'article 12 de l'arrêté royal du 7 mai 1999 relatif à l'interruption de la carrière professionnelle du personnel des administrations, remplacé par l'arrêté royal du 18 janvier 2007, les modifications suivantes sont apportées :
  1° Le paragraphe 3 est remplacé par les dispositions suivantes :
  " § 3. L'agent a droit au congé parental :
  - en raison de la naissance de son enfant, jusqu'à ce que l'enfant atteigne son douzième anniversaire;
  - dans le cadre de l'adoption d'un enfant, pendant une période qui court à partir de l'inscription de l'enfant comme faisant partie de son ménage, au registre de la population ou au registre des étrangers de la commune où le travailleur a sa résidence, et au plus tard jusqu'à ce que l'enfant atteigne son douzième anniversaire.
  La condition du douzième anniversaire doit être satisfaite au plus tard pendant la période de congé parental. "
  2° Le paragraphe 4 est abrogé.
Art.4. In artikel 32, § 1, van het koninklijk besluit van 16 maart 2001 betreffende de verloven en de afwezigheden toegestaan aan sommige personeelsleden van de diensten die de rechterlijke macht terzijde staan, vervangen bij koninklijk besluit van 3 december 2006, worden het derde tot en met vijfde lid vervangen door de volgende bepalingen :
  " Het personeelslid heeft recht op het ouderschapsverlof :
  - naar aanleiding van de geboorte van zijn kind tot het kind twaalf jaar wordt;
  - in het kader van de adoptie van een kind, gedurende een periode die loopt vanaf de inschrijving van het kind als deel uitmakend van zijn gezin in het bevolkingsregister of in het vreemdelingenregister van de gemeente waar de werknemer zijn verblijfplaats heeft, en dit uiterlijk tot het kind twaalf jaar wordt.
  Aan de voorwaarde van de twaalfde verjaardag moet zijn voldaan uiterlijk gedurende de periode van het ouderschapsverlof. "
Art.4. A l'article 32, § 1er, de l'arrêté royal du 16 mars 2001 relatif aux congés et aux absences accordés à certains membres du personnel des services qui assistent le pouvoir judiciaire, remplacé par l'arrêté royal du 3 décembre 2006, les alinéas 3 à 5 sont remplacés par les dispositions suivantes :
  " Le membre du personnel a droit au congé parental :
  - en raison de la naissance de son enfant, jusqu'à ce que l'enfant atteigne son douzième anniversaire;
  - dans le cadre de l'adoption d'un enfant, pendant une période qui court à partir de l'inscription de l'enfant comme faisant partie de son ménage, au registre de la population ou au registre des étrangers de la commune où le travailleur a sa résidence, et au plus tard jusqu'à ce que l'enfant atteigne son douzième anniversaire.
  La condition du douzième anniversaire doit être satisfaite au plus tard pendant la période de congé parental. "
Art.5. In artikel 13 van het koninklijk besluit van 10 juni 2002 betreffende de toekenning van onderbrekingsuitkeringen aan de personeelsleden van de overheidsbedrijven die in toepassing van de wet van 21 maart 1991 houdende de hervorming van sommige economische overheidsbedrijven bestuursautonomie verkregen hebben, gewijzigd bij koninklijk besluit van 20 november 2006, worden het vierde tot en met zesde lid vervangen door de volgende bepalingen :
  " Het personeelslid heeft recht op het ouderschapsverlof :
  - naar aanleiding van de geboorte van zijn kind tot het kind twaalf jaar wordt;
  - in het kader van de adoptie van een kind, gedurende een periode die loopt vanaf de inschrijving van het kind als deel uitmakend van zijn gezin in het bevolkingsregister of in het vreemdelingenregister van de gemeente waar het personeelslid zijn verblijfplaats heeft, en dit uiterlijk tot het kind twaalf jaar wordt.
  Aan de voorwaarde van de twaalfde verjaardag moet zijn voldaan uiterlijk gedurende de periode van het ouderschapsverlof. "
Art.5. A l'article 13 de l'arrêté royal du 10 juin 2002 relatif à l'octroi d'allocations d'interruption aux membres du personnel des entreprises publiques qui ont obtenu une autonomie de gestion en application de la loi du 21 mars 1991 portant réforme de certaines entreprises publiques économiques, modifié par l'arrêté royal du 20 novembre 2006, les alinéas 4 à 6 sont remplacés par les dispositions suivantes :
  " Le membre du personnel a droit au congé parental :
  - en raison de la naissance de son enfant, jusqu'à ce que l'enfant atteigne son douzième anniversaire;
  - dans le cadre de l'adoption d'un enfant, pendant une période qui court à partir de l'inscription de l'enfant comme faisant partie de son ménage, au registre de la population ou au registre des étrangers de la commune où le membre du personnel a sa résidence, et au plus tard jusqu'à ce que l'enfant atteigne son douzième anniversaire.
  La condition du douzième anniversaire doit être satisfaite au plus tard pendant la période de congé parental. "
Art.6. Dit besluit treedt in werking op de eerste dag van de maand na die waarin het is bekendgemaakt in het Belgisch Staatsblad.
Art.6. Le présent arrêté entre en vigueur le premier jour du mois qui suit le mois de sa publication au Moniteur belge.
Art. 7. De Minister bevoegd voor Ambtenarenzaken, de Minister bevoegd voor Werk en de Minister bevoegd voor Justitie zijn, ieder wat hem betreft, belast met de uitvoering van dit besluit.
  Gegeven te Brussel, 4 maart 2010.
  ALBERT
  Van Koningswege :
  De Minister van Werk,
  Mevr. J. MILQUET
  De Minister van Justitie,
  S. DE CLERCK
  De Minister van Ambtenarenzaken,
  Mevr. I. VERVOTTE
Art. 7. Le Ministre qui a la Fonction publique dans ses attributions, le Ministre qui a l'Emploi dans ses attributions et le Ministre qui a la Justice dans ses attributions sont chargés, chacun en ce qui le concerne, de l'exécution du présent arrêté.
  Donné à Bruxelles, le 4 mars 2010.
  ALBERT
  Par le Roi :
  La Ministre de l'Emploi,
  Mme J. MILQUET
  Le Ministre de la Justice,
  S. DE CLERCK
  La Ministre de la Fonction publique,
  Mme I. VERVOTTE