Comparaison NL / FR

| Word Word (citation)

Nederlands (NL)

Français (FR)

Titre
5 JUNI 2008. - Besluit van het Verenigd College van de Gemeenschappelijke Gemeenschapscommissie tot vaststelling van de administratieve toestand en de individuele geldelijke rechten van de contractuele personeelsleden van de Diensten van het Verenigd College van de Gemeenschappelijke Gemeenschapscommissie van Brussel-Hoofdstad. (NOTA : Raadpleging van vroegere versies vanaf 18-09-2008 en tekstbijwerking tot 14-08-2024)
Titre
5 JUIN 2008. - Arrêté du Collège réuni de la Commission communautaire commune fixant la situation administrative et les droits individuels pécuniaires des membres du personnel contractuels des Services du Collège réuni de la Commission communautaire commune de Bruxelles-Capitale. (NOTE : Consultation des versions antérieures à partir du 18-09-2008 et mise à jour au 14-08-2024)
Informations sur le document
Info du document
Tekst (23)
Texte (23)
HOOFDSTUK I. - Voorafgaande bepalingen.
CHAPITRE Ier. - Dispositions préliminaires.
Artikel 1. Voor de toepassing van dit besluit moet worden verstaan onder :
  1° " Ministers " : de Leden van het Verenigd College, bevoegd voor het Openbaar Ambt;
  2° " Contractueel personeelslid " : elkeen die werd aangeworven met een arbeidsovereenkomst bij de Diensten van het Verenigd College;
  3° " Besluit houdende het statuut " : het besluit van het Verenigd College van de Gemeenschappelijke Gemeenschapscommissie van 5 juni 2008 houdende het administratief statuut en de bezoldigingsregeling van de ambtenaren en stagiairs van de Diensten van het Verenigd College van de Gemeenschappelijke Gemeenschapscommissie van Brussel-Hoofdstad.
Article 1. Pour l'application du présent arrêté, il y a lieu d'entendre par :
  1° " Ministres " : les Membres du Collège réuni, compétents pour la Fonction publique;
  2° " Membre du personnel contractuel " : toute personne engagée par contrat de travail au sein des Services du Collège réuni;
  3° " Arrêté portant le statut " : l'arrêté du Collège réuni de la Commission communautaire commune du 5 juin 2008 portant le statut administratif et pécuniaire des fonctionnaires et stagiaires des Services du Collège réuni de la Commission communautaire commune de Bruxelles-Capitale.
Art.2. Dit besluit is toepasselijk op de contractuele personeelsleden van de Diensten van het Verenigd College van de Gemeenschappelijke Gemeenschapscommissie van Brussel-Hoofdstad.
Art.2. Le présent arrêté est applicable aux membres du personnel contractuels des Services du Collège réuni de la Commission communautaire commune de Bruxelles-Capitale.
Art.3. Naast degenen die tijdelijk vacante in de personeelsformatie van de Diensten van het Verenigd College voorziene betrekkingen bezetten, worden contractuele personeelsleden aangeworven om :
  1° volgende specifieke of bijkomende opdrachten te vervullen :
  a) [3 directeur van het Observatorium voor Gezondheid en Welzijn (rang A3), bedoeld in artikel 5 van het besluit houdende het statuut]3;
  b) [1 ...]1 [3 wetenschappelijk coördinator (rang A2) bij het Observatorium voor Gezondheid en Welzijn, bedoeld in artikel 5 van het besluit houdende het statuut]3;
  c) geneesheer-onderzoeker (rang A1) bij het Observatorium voor Gezondheid en Welzijn, bedoeld in de artikelen 4, 6°, en 5 van het voornoemde besluit;
  d) geneesheer-gezondheidsinspecteur (rang A1) bij de Inspectiedienst, bedoeld in artikel 4, 5°, a), van het voornoemde besluit;
  e) wetenschappelijke attaché (rang A1) bij het Observatorium voor Gezondheid en Welzijn, bedoeld in de artikelen 4, 6°, en 5 van het voornoemde besluit;
  [1 e)/1 assistent (rang B1) bij het Observatorium voor Gezondheid en Welzijn;]1
  f) conciërge (rang D1);
  g) onderhoudspersoneel (rang D1);
  2° te voorzien in de uitvoering van de volgende taken die een bijzondere kennis of ruime ervaring op hoog niveau vereisen :
  in voorkomend geval, de mandatarissen, bedoeld in artikel 104 van het besluit houdende het statuut.
  [2 3° uitsluitend opdrachten te vervullen die noodzakelijk zijn om :
   a) aan uitzonderlijke en tijdelijke personeelsbehoeften te voldoen, hetzij voor de uitvoering van in de tijd beperkte acties, hetzij voor een buitengewone toename van het werk;
   b) ambtenaren te vervangen bij gehele of gedeeltelijke afwezigheid, ongeacht of ze in dienstactiviteit zijn of niet, wanneer de duur van die afwezigheid tot vervanging noopt.]2

  
Art.3. Outre ceux occupant temporairement des emplois vacants prévus au cadre du personnel des Services du Collège réuni, des membres du personnel contractuels sont engagés pour :
  1° effectuer les tâches spécifiques ou auxiliaires suivantes :
  a)[3 directeur de l'Observatoire de la Santé et du Social (rang A3), visé à l'article 5 de l'arrêté portant le statut]3;
  b) [1 ...]1 [3 coordinateur scientifique (rang A2) auprès de l'Observatoire de la Santé et du Social, visé à l'article 5 de l'arrêté portant le statut]3;
  c) médecin-chercheur (rang A1) auprès de l'Observatoire de la Santé et du Social, visé aux articles 4, 6°, et 5 de l'arrêté précité;
  d) médecin-inspecteur d'hygiène (rang A1) auprès du Service d'Inspection, visé à l'article 4, 5°, a), de l'arrêté précité;
  e) attaché scientifique (rang A1) auprès de l'Observatoire de la Santé et du Social, visé aux articles 4, 6°, et 5 de l'arrêté précité;
  [1 e)/1 assistant (rang B1) auprès de l'Observatoire de la Santé et du Social;]1
  f) concierge (rang D1);
  g) personnel d'entretien (rang D1);
  2° pourvoir à l'exécution des tâches suivantes exigeant des connaissances particulières ou une expérience large de haut niveau :
  le cas échéant, les mandataires, visés à l'article 104 de l'arrêté portant le statut.
  [2 3° effectuer des missions nécessairement liées aux fins exclusives de :
   a) répondre à des besoins exceptionnels et temporaires en personnel, qu'il s'agisse soit de la mise en oeuvre d'actions limitées dans le temps, soit d'un surcroît extraordinaire de travail;
   b) remplacer des agents en cas d'absence totale ou partielle, qu'ils soient ou non en activité de service, quand la durée de cette absence implique un remplacement.]2

  
HOOFDSTUK II. - Administratieve toestand.
CHAPITRE II. - De la situation administrative.
Art.4. Onverminderd de artikelen 106 en 107 het besluit houdende het statuut, worden de contractuele personeelsleden door de Ministers aangeworven, op basis van een selectie, na een openbare oproep tot kandidaten of op de wervingsreserves van het Selectiebureau van de Federale Overheid (SELOR).
  Deze selectie bestaat in een onderhoud dat tot doel heeft de overeenstemming van het profiel van de kandidaten met de functievereisten na te gaan, evenals hun motivatie en hun affiniteit met het werkterrein. Verder wordt hun algemene kennis over het voorziene activiteitsdomein geëvalueerd aan de hand van open vragen.
  Wat betreft de betrekkingen van de niveaus C en D, wordt de selectie door de leidend ambtenaar georganiseerd.
  Voor de betrekkingen van de niveaus A en B, gebeurt de aanwerving op voorstel van een selectiecommissie waarvan de samenstelling door de leidend ambtenaar wordt vastgesteld; zij omvat tenminste, naast de leidend ambtenaar, de adjunct-leidend ambtenaar, de directeur van de Algemene diensten en de directeur van de dienst waar de betrekking te begeven is of hun vertegenwoordiger.
  Een proces-verbaal van de selectie vermeldt de lijst van de voor het selectie-onderhoud geslaagde kandidaten en duidt hun respectievelijke rangschikking aan. Deze rangschikking wordt vastgesteld op basis van het totaal aantal punten dat behaald werd.
  Na het afsluiten van het proces-verbaal van de selectie, ontvangt iedere deelnemer bericht van zijn uitslag.
Art.4. Sans préjudice des articles 106 et 107 de l'arrêté portant le statut, les membres du personnel contractuels sont engagés par les Ministres, sur la base d'une sélection, après appel public aux candidats ou à partir des réserves du Bureau de sélection de l'Administration fédérale (SELOR).
  Cette sélection consiste en un entretien visant à évaluer les qualités professionnelles des candidats, en rapport avec les exigences de la fonction à exercer ainsi que leur motivation et leur intérêt pour le domaine de cette fonction. Les candidats sont également évaluer sur leurs connaissances générales concernant le domaine d'activité visé, à l'aide de questions ouvertes.
  En ce qui concerne les emplois des niveaux C et D, la sélection est opérée par le fonctionnaire dirigeant.
  Pour les emplois des niveaux A et B, l'engagement a lieu sur la proposition d'une commission de sélection dont la composition est fixée par le fonctionnaire dirigeant; elle comprend au moins, outre le fonctionnaire dirigeant, le fonctionnaire dirigeant adjoint, le directeur des Services généraux et le directeur du service où l'emploi est à pourvoir ou leur représentant.
  Un procès-verbal de la sélection établit la liste des candidats ayant réussi l'entretien de sélection et indique leur classement respectif. Ce classement est établi en fonction du nombre total des points obtenus.
  Après clôture du procès-verbal de la sélection, chaque participant reçoit communication de ses résultats.
Art.5. De arbeidsovereenkomst moet schriftelijk worden vastgesteld uiterlijk op het tijdstip waarop het contractuele personeelslid in dienst treedt.
  Die overeenkomst voorziet in een proefperiode. De duur van deze periode bedraagt :
  1° drie maanden voor de contractuele personeelsleden van niveau D;
  2° zes maanden voor de contractuele personeelsleden van niveau C;
  3° één jaar voor de contractuele personeelsleden van de niveaus A en B.
  Nochtans mag de proefperiode niet langer zijn dan de helft van de duur van de arbeidsovereenkomst. Er wordt geen proefperiode opgelegd indien de beroepsbekwaamheid van het contractuele personeelslid uit vroegere bij de Diensten van het Verenigd College verrichte prestaties waarvan de duur minstens equivalent is aan de proefperiode, kan worden afgeleid.
Art.5. Le contrat de travail doit être constaté par écrit, au plus tard au moment de l'entrée en service du membre du personnel contractuel.
  Ce contrat prévoit une période d'essai. La durée de cette période est de :
  1° trois mois pour les membres du personnel contractuels du niveau D;
  2° six mois pour les membres du personnel contractuels du niveau C;
  3° un an pour les membres du personnel contractuels des niveaux A et B.
  Toutefois, la période d'essai ne peut dépasser la moitié de la durée du contrat. Elle n'est plus imposée si l'aptitude professionnelle du membre du personnel contractuel peut être déduite des prestations antérieures au sein des Services du Collège réuni d'une durée au moins équivalente à la période d'essai.
Art.6. De contractuele personeelsleden zijn onderworpen aan de bepalingen van Boek II van het besluit houdende het statuut, betreffende :
  1° hun [1 werktijdregeling]1, bedoeld in artikel 23 van het besluit houdende het statuut;
  [1 1° /1 de flexibele werkregelingen, bedoeld in artikel 23 van het besluit houdende het statuut;]1
  2° hun rechten en verplichtingen, bedoeld in de artikelen 24 tot 30 van het besluit houdende het statuut;
  3° de onverenigbaarheden, bedoeld in de artikelen 33 tot 36 van het besluit houdende het statuut;
  4° bij de aanwerving, de verplichting om van een gedrag te zijn dat beantwoordt aan de vereisten van de betrekking, de burgerlijke en politieke rechten te genieten en houder te zijn, in voorkomend geval, van een diploma of studiegetuigschrift dat overeenkomt met het niveau van de te bezetten graad;
  5° het onthaal, de vorming en de voorlichting, bedoeld in de artikelen 68 tot 70 van het besluit houdende het statuut;
  6° hun evaluatie, bedoeld in de artikelen 75 tot 79, § 2, 81 en 82 van het besluit houdende het statuut;
  7° [1 hun dienstaanwijzing en overplaatsing, bedoeld in de artikelen 115 tot 116, §§ 1 tot en met 3, van het besluit houdende het statuut;]1
  8° de tuchtstraffen van de terechtwijzing, de inhouding van wedde en de lagere inschaling. Dezelfde overheden zijn bevoegd en dezelfde procedures zijn toepasselijk, zoals omschreven in de artikelen 122, 124, 126 tot 131, § 1, 132, § 1, en 133, § 1, van het besluit houdende het statuut;
  9° hun jaarlijkse vakantie en op de feestdagen, hun omstandigheidsverlof en uitzonderlijk verlof, hun verlof om dwingende redenen van familiaal belang, [1 het verlof om een ambt uit te oefenen bij een ministerieel kabinet, het verlof om medische of humanitaire redenen en het zorgverlof zoals bedoeld in artikel 163, eerste lid, 1°, 3°, 4°, 7°, 8°, 9°, 11°, 13°, 16°, 18°, van het besluit houdende het statuut]1;
  10° de herverdeling van de arbeid in de openbare sector en de onderbreking van de beroepsloopbaan van het personeel van de besturen, bedoeld in de artikelen 204 en 205 van het besluit houdende het statuut.
  Voor het overige zijn de bepalingen van de wet van 3 juli 1978 betreffende de arbeidsovereenkomsten op hen van toepassing.
  
Art.6. Les membres du personnel contractuels sont soumis aux dispositions du Livre II de l'arrêté portant le statut, relatives à :
  1° leur [1 régime de travail]1 de travail, visée à l'article 23 de l'arrêté portant le statut;
  [1 1° /1 aux formules souples de travail, visées à l'article 23 de l'arrêté portant le statut;]1
  2° leurs droits et devoirs, visés aux articles 24 à 30 de l'arrêté portant le statut;
  3° les incompatibilités, visées aux articles 33 à 36 de l'arrêté portant le statut;
  4° lors de l'engagement, l'obligation d'être d'une conduite répondant aux exigences de la fonction, de jouir des droits civils et politiques et d'être porteur, le cas échéant, d'un diplôme ou certificat d'études en rapport avec le niveau du grade à occuper;
  5° l'accueil, la formation et l'information, visés aux articles 68 à 70 de l'arrêté portant le statut;
  6° leur évaluation, visée aux articles 75 à 79, § 2, 81 et 82 de l'arrêté portant le statut;
  7° [1 à l'affectation et à la mutation, visés aux articles 115, alinéa 1er et 116 §§ 1 à 3 de l'arrêté portant le statut;]1
  8° aux sanctions disciplinaires du rappel à l'ordre, de la retenue de traitement et de la régression barémique. Les mêmes autorités sont compétentes et les mêmes procédures sont applicables, telles que décritent aux articles 122, 124, 126 à 131, § 1er, 132, § 1er, et 133, § 1er, de l'arrêté portant le statut;
  9° leurs congés annuels de vacances et jours fériés, de circonstances et exceptionnels, leurs congés pour motifs impérieux d'ordre familial, [1 leurs congés pour exercer une fonction dans un cabinet ministériel, leurs congés pour raisons médicales ou humanitaires et leurs congés d'aidant visés à l'article 163, alinéa 1er, 1°, 3°, 4°, 7°, 8°, 9°, 11°, 13°, 16°, 18°, de l'arrêté portant le statut]1;
  10° la redistribution du travail dans le secteur public et l'interruption de la carrière professionnelle du personnel des administrations, visées aux articles 204 et 205 de l'arrêté portant le statut.
  Pour le surplus, les dispositions de la loi du 3 juillet 1978 relative aux contrats de travail leur sont applicables.
  
Art.7. De contractuele personeelsleden worden door de Ministers afgedankt, op voorstel van de leidend ambtenaar.
  De leidend ambtenaar van de Diensten van het Verenigd College ontslaat de contractuele personeelsleden, om dringende redenen, in de zin van artikel 35 van voornoemde wet van 3 juli 1978.
Art.7. Les membres du personnel contractuels sont licenciés par les Ministres, sur la proposition du fonctionnaire dirigeant.
  Le fonctionnaire dirigeant des Services du Collège réuni licencie les membres du personnel contractuels, pour motifs graves, au sens de l'article 35 de la loi du 3 juillet 1978 précitée.
HOOFDSTUK III. - Individuele geldelijke rechten.
CHAPITRE III. - Des droits individuels pécuniaires.
Art.8. Onverminderd de artikelen 9 tot 13, ontvangen de contractuele personeelsleden :
  1° een bezoldiging die berekend wordt overeenkomstig Boek III, Titel II van het besluit houdende het statuut, zonder dat zij minder mag bedragen dan de in artikel 257 van hetzelfde besluit bedoelde gewaarborgde bezoldiging;
  2° een vakantiegeld en een eindejaarstoelage onder dezelfde voorwaarden als die welke door Boek III, Titel III van het voornoemde besluit zijn vastgesteld [2 , zij het dat wanneer het contractuele personeelslid een uitkering heeft ontvangen van de verzekering voor geneeskundige verzorging en uitkeringen gedurende de hele referentieperiode of een deel ervan, de eindejaarstoelage berekend wordt naar rato van het percentage van de bezoldiging dat deze vergoeding vertegenwoordigt]2;
  3° [1 De in Hoofdstukken I, V tot VIII van Boek III, titel IV van hetzelfde besluit bedoelde toelagen]1;
  4° de in Boek III, Titel V van bedoeld besluit voorziene vergoedingen.
  
Art.8. Sans préjudice des articles 9 à 13, les membres du personnel contractuels perçoivent :
  1° une rémunération calculée conformément au Livre III, Titre II de l'arrêté portant le statut, sans qu'elle puisse être inférieure à la rétribution garantie, visée à l'article 257 du même arrêté;
  2° un pécule de vacances et une allocation de fin d'année, aux mêmes conditions que celles fixées par le Livre III, Titre III de l'arrêté précité [2 , toutefois si le membre du personnel contractuel a perçu une indemnité de l'assurance soins de santé et indemnités pendant tout ou partie de la période de référence, l'allocation de fin d'année est calculée à concurrence du pourcentage de la rémunération que représente cette indemnité]2;
  3° [1 Les allocations visées aux Chapitres Ier, V à VIII du Livre III, titre IV du même arrêté]1;
  4° les indemnités prévues par le Livre III, Titre V dudit arrêté.
  
Art.9. [1 De directeur van het Observatorium voor Gezondheid en Welzijn wordt betaald volgens weddeschaal A 300, zoals voorzien in de bijlagen van het besluit houdende het statuut.
   De weddeschaal A 310, zoals voorzien in de bijlagen van het besluit houdende het statuut, wordt toegekend zodra hij over zes jaar graadanciënniteit beschikt en over een evaluatie van ten minste "gunstig" beschikt.]1

  
Art.9. [1 Le directeur de l'Observatoire de la Santé et du Social est rémunéré selon l'échelle de traitement A 300, telle que prévue dans les annexes de l'arrêté portant le statut.
   L'échelle de traitement A 310 prévue dans les annexes de l'arrêté portant le statut lui est attribuée dès qu'il atteint six ans d'ancienneté de grade et bénéficie d'une évaluation au moins "favorable"]1
.
  
Art.10. [1 De wetenschappelijk coördinator van het Observatorium voor Gezondheid en Welzijn wordt betaald volgens weddeschaal A 200, zoals voorzien in de bijlagen van het besluit houdende het statuut.
   De weddeschaal A 210, zoals voorzien in de bijlagen van het besluit houdende het statuut, wordt toegekend zodra hij over zes jaar graadanciënniteit beschikt en over een evaluatie van ten minste "gunstig" beschikt.
   De weddeschaal A 220, zoals voorzien in de bijlagen van het besluit houdende het statuut, wordt toegekend zodra hij over twaalf jaar graadanciënniteit beschikt en over een evaluatie van ten minste "gunstig" beschikt.]1

  
Art.10. [1 Le coordinateur scientifique auprès de l'Observatoire de la Santé et du Social est rémunéré selon l'échelle de traitement A 200, telle que prévue dans les annexes de l'arrêté portant le statut.
   L'échelle de traitement A 210 prévue dans les annexes de l'arrêté portant le statut lui est attribuée dès qu'il atteint six ans d'ancienneté de grade et bénéficie d'une évaluation au moins "favorable".
   L'échelle de traitement A 220, prévue dans les annexes de l'arrêté portant le statut, lui est attribuée dès qu'il atteint douze ans d'ancienneté de grade et bénéficie d'une évaluation au moins "favorable".]1

  
Art.12. De wetenschappelijke attaché, geniet van de weddenschaal A 101. Het geniet, na respectievelijk zes jaar en twaalf jaar dienst, van de schaal A 102 en de schaal 103.
Art.12. L'attaché scientifique bénéficie de l'échelle de traitement A 101. Il bénéficie de l'échelle A 102 et de l'échelle A 103, lorsqu'il compte au moins respectivement six années et douze années de services.
Art.13. De contractuele personeelsleden werkzaam als conciërge en onderhoudspersoneel genieten van de weddenschaal D 101.
Art.13. Les membres du personnel contractuels occupés en qualité de concierge ou de personnel d'entretien bénéficient de l'échelle de traitement D 101.
HOOFDSTUK IV. - Overgangsbepaling.
CHAPITRE IV. - Disposition transitoire.
Art.14. Indien de overeenkomstig artikel 8, 1°, vastgestelde bezoldiging lager is dan de bezoldiging welke het contractuele personeelslid in zijn graad genoot bij de inwerkingtreding van dit besluit blijft het in die graad de hoogste bezoldiging genieten tot het een ten minste gelijke bezoldiging bekomt.
Art.14. Si la rémunération fixée conformément à l'article 8, 1°, est inférieure à celle dont le membre du personnel contractuel bénéficiait dans son grade à l'entrée en vigueur du présent arrêté, la rémunération la plus élevée lui est maintenue jusqu'à ce qu'il obtienne dans ce grade une rémunération au moins égale.
HOOFDSTUK V. - Slotbepalingen.
CHAPITRE V. - Dispositions finales.
Art.15. Dit besluit heeft uitwerking met ingang van 1 januari 2008.
Art.15. Le présent arrêté produit ses effets le 1er janvier 2008.
Art.16. De Ministers worden belast met de uitvoering van onderhavig besluit.
Art.16. Les Ministres sont chargés de l'exécution du présent arrêté.
BIJLAGE.
ANNEXE.