Comparaison NL / FR

| Word Word (citation)

Nederlands (NL)

Français (FR)

Titre
8 MAART 2007. - Koninklijk besluit tot regeling van de rechtspleging voor de afdeling administratie van de Raad van State, in geval van beroep voorzien door de artikelen 18quater en 21ter van de wet van 7 december 1998 tot organisatie van een geïntegreerde politiedienst, gestructureerd op twee niveaus(NOTA : Raadpleging van vroegere versies vanaf 23-03-2007 en tekstbijwerking tot 23-04-2024)
Titre
8 MARS 2007. - Arrêté royal déterminant la procédure devant la section d'administration du Conseil d'Etat, en cas de recours prévus par les articles 18quater et 21ter de la loi du 7 décembre 1998 organisant un service de police intégré, structuré à deux niveaux(NOTE : Consultation des versions antérieures à partir du 23-03-2007 et mise à jour au 23-04-2024)
Informations sur le document
Info du document
Tekst (13)
Texte (13)
Artikel 1. Voor de toepassing van dit besluit moet worden verstaan onder :
  1° de wet : de wet van 7 december 1998 tot organisatie van een geïntegreerde politiedienst, gestructureerd op twee niveaus;
  2° de bestendige deputatie : het provinciaal college zoals bedoeld in het wetboek van de plaatselijke democratie en de decentralisatie; de deputatie zoals bedoeld in het provinciedecreet van het Vlaams Gewest;
  3° het college : het college bedoeld in artikel 83quinquies, § 2, van de bijzondere wet van 12 januari 1989 met betrekking tot de Brusselse instellingen;
  4° de gouverneur : de gouverneur van de provincie of de gouverneur van het administratief arrondissement Brussel-Hoofdstad;
  5° de griffier : de hoofdgriffier van de Raad van State;
  6° de verzoeker : de natuurlijke of rechtspersoon bedoeld in de artikelen 18quater, eerste lid, of 21ter, tweede lid, van de wet.
Article 1. Pour l'application du présent arrêté, il y a lieu d'entendre par :
  1° la loi : la loi du 7 décembre 1998 organisant un service de police intégré, structuré à deux niveaux;
  2° la députation permanente : le collège provincial au sens du code de la démocratie locale et de la décentralisation; la députation au sens du décret provincial de la région flamande;
  3° le collège : le collège visé à l'article 83quinquies, § 2, de la loi spéciale du 12 janvier 1989 relatives aux institutions bruxelloises;
  4° le gouverneur : le gouverneur de la province ou le gouverneur de l'arrondissement administratif de Bruxelles-Capitale;
  5° le greffier : le greffier en chef du Conseil d'Etat;
  6° la partie requérante : la personne physique ou morale visée aux articles 18quater, alinéa 1er, ou 21ter, alinéa 2, de la loi.
Art.2. De beroepen bedoeld in de artikelen 18quater en 21ter van de wet worden ingesteld door middel van een in de gewone vorm opgesteld verzoekschrift, ondertekend door de partij of door een advocaat bedoeld in artikel 19 van de gecoördineerde wetten, dat bij een ter post aangetekende brief [1 of elektronisch]1 aan de Raad van State wordt gericht.
  [1 Tenzij gebruik wordt gemaakt van de elektronische procedure, worden bij het verzoekschrift vier gewaarmerkte afschriften gevoegd van het verzoekschrift en van elk van de erbij gevoegde documenten waarnaar het verwijst.]1
  
Art.2. Les recours prévus aux articles 18quater et 21ter de la loi sont introduits par une requête en la forme ordinaire, signée par la partie ou par un avocat visé à l'article 19 des lois coordonnées sur le Conseil d'Etat, adressée au Conseil d'Etat sous pli recommandé à la poste [1 ou par voie électronique]1.
  [1 Sauf en cas de recours à la procédure électronique, sont jointes à la requête quatre copies certifiées conformes de celle-ci ainsi que de tout document à elle annexé auquel elle se réfère.]1
  
Art.3. In het door meer dan één verzoeker ingediende verzoekschrift wordt één enkele woonplaats gekozen. Zoniet worden de verzoekers geacht bij de eerste verzoeker woonplaats te hebben gekozen.
Art.3. La requête introduite par plusieurs requérants contient une seule élection de domicile. A défaut de celle-ci, les requérants sont présumés avoir élu domicile chez le premier requérant.
Art.4. De verzoekende partij voegt bij haar verzoekschrift een afschrift ofwel van de beslissing van de bestendige deputatie of van het college waartegen zij in beroep komt, ofwel van de brief van de gouverneur waarbij haar kennis wordt gegeven van de geldigheid van de verkiezing, in toepassing van het artikel 18bis, vijfde lid van de wet.
Art.4. La partie requérante joint à sa requête une copie soit de la décision de la députation permanente ou du collège dont il est appelé, soit de la lettre du gouverneur lui notifiant la validité de l'élection, en application de l'article 18bis, alinéa 5 de la loi.
Art.5. Onverminderd artikelen 18quater, derde lid en 21ter, vierde lid van de wet, zendt de griffier tevens, binnen de acht dagen na ontvangst van een beroep, aan de natuurlijke personen die, in toepassing van de artikelen 18bis, vijfde lid en 21ter, tweede lid, een beroep kunnen instellen bij de Raad van State, een afschrift van het verzoekschrift en van de bijlagen waarnaar het verwijst en waarvan afschriften bij het verzoekschrift zijn gevoegd overeenkomstig artikel 2, tweede lid.
Art.5. Sans préjudice de l'application des articles 18quater, alinéa 3 et 21ter, alinéa 4 de la loi, le greffier transmet également, dans les huit jours de la réception d'un recours, aux personnes physiques qui, en application des articles 18bis, alinéa 5 et 21ter, alinéa 2, peuvent exercer un recours auprès du Conseil d'Etat, une copie de la requête et des annexes auxquelles elle se réfère et dont copies ont été jointes conformément à l'article 2, alinéa 2.
Art.6. Binnen drie dagen na ontvangst van het verzoekschrift laat de griffier een bericht publiceren in het Belgisch Staatsblad waarbij voor elk ingediend beroep, de naam van de verzoeker, de gemeente en de meergemeentezone waarvan sprake, worden vermeld.
Art.6. Le greffier fait publier au Moniteur belge, dans les trois jours de la réception de la requête, un avis indiquant, pour chaque recours introduit, le nom du requérant, la commune et la zone pluricommunale en cause.
Art.7. Acht dagen na de betekening bedoeld in artikel 5 en in de artikelen 18quater, derde lid en 21ter, vierde lid van de wet, wordt het dossier van de verkiezing door de gouverneur of door het college aan de griffier gezonden.
  Zijn verschillende beroepen betreffende dezelfde verkiezing ingediend, dan wordt het dossier van de verkiezing overgezonden acht dagen na de laatste betekening overeenkomstig artikel 5 en de artikelen 18quater, derde lid en 21ter, vierde lid van de wet.
Art.7. Huit jours après la notification prévue par l'article 5 et par les articles 18quater, alinéa 3 et 21ter, alinéa 4 de la loi, le dossier de l'élection est transmis au greffier par le gouverneur ou par le collège.
  Si plusieurs recours concernant la même élection ont été introduits, le dossier de l'élection est transmis huit jours après la dernière notification faite conformément à l'article 5 et aux articles 18quater, alinéa 3 et 21ter, alinéa 4 de la loi.
Art.8. Iedere memorie moet op straffe van verwerping uit de debatten :
  1° de naam en het adres van de partij vermelden en ondertekend zijn door de partij of door een advocaat bedoeld in artikel 19 van de gecoördineerde wetten op de Raad van State;
  2° aan de Raad van State onder een ter post aangetekende omslag [1 of elektronisch]1 worden toegestuurd;
  3° vergezeld gaan van vier gewaarmerkte afschriften [1 , tenzij gebruik wordt gemaakt van de elektronische procedure]1.
  
Art.8. Tout mémoire doit, à peine d'être rejeté des débats :
  1° contenir le nom et l'adresse de la partie et porter la signature de la partie ou celle d'un avocat visé à l'article 19 des lois coordonnées sur le Conseil d'Etat;
  2° être envoyé au Conseil d'Etat sous pli recommandé à la poste [1 ou par voie électronique]1;
  3° être accompagné de quatre copies certifiées conformes [1 , sauf en cas de recours à la procédure électronique]1.
  
Art.9. De griffier stuurt het dossier, samen met het verzoekschrift en de memories, aan het lid van het auditoraat dat belast is met de verslaggeving. Binnen acht dagen na ontvangst van het dossier stelt de auditeur een verslag op over de zaak.
  Oordeelt de kamer, na kennisneming van het verslag over de stand van de zaak, dat de zaak in staat van wijzen is, dan stelt de voorzitter de datum vast waarop zij zal worden opgeroepen. Is de kamer van oordeel dat nieuwe verrichtingen moeten worden bevolen, dan wijst zij ter uitvoering daarvan een raadsheer of een lid van het auditoraat aan, die een aanvullend verslag opmaakt. Dit verslag wordt gedagtekend, ondertekend en aan de kamer bezorgd binnen zestig dagen na ontvangst van het dossier door de Raad van State.
  Het bevel waarbij de zaak wordt vastgesteld of voor nader onderzoek verwezen, wordt binnen acht dagen na de indiening van het verslag gegeven.
  Het bevel waarbij de zaak wordt vastgesteld wordt met de verslagen aan partijen betekend. Het stelt de zaak binnen vijftien dagen vast.
Art.9. Le greffier transmet le dossier, avec la requête et les mémoires, au membre de l'auditorat chargé de faire rapport. Dans les huit jours de la réception du dossier, l'auditeur rédige un rapport sur l'affaire.
  Si la chambre, sur le vu du rapport sur l'état de l'affaire, estime que l'affaire est en état, le président fixe la date à laquelle elle sera appelée. Si la chambre estime qu'il y a lieu d'ordonner des devoirs nouveaux, elle désigne pour y procéder un conseiller ou un membre de l'auditorat qui rédige un rapport complémentaire. Ce rapport est daté, signé et transmis à la chambre dans les soixante jours de la réception du dossier par le Conseil d'Etat.
  L'ordonnance fixant l'affaire ou la renvoyant à l'instruction intervient dans les huit jours du dépôt du rapport.
  L'ordonnance fixant l'affaire est notifiée, avec les rapports, aux parties. Elle contient fixation de l'affaire dans la quinzaine.
Art.10. Het arrest moet binnen een maand na de sluiting van de debatten worden gewezen.
  Na advies van de auditeur-generaal, kan die termijn op bevel van de kamer worden verlengd, binnen de grenzen van de termijn die wordt toegestaan door artikel 21quater van de wet van 7 december 1998.
Art.10. L'arrêt doit intervenir dans le mois de la clôture des débats.
  Après avis de l'auditeur-général, ce délai peut être prorogé par ordonnance de la chambre, dans les limites du délai imparti par l'article 21quater de la loi du 7 décembre 1998.
Art.11. Komt een partij vóór de sluiting der debatten te overlijden, dan wordt de procedure voortgezet zonder dat het geding hoeft te worden hervat.
Art.11. Si une partie vient à décéder avant la clôture des débats, la procédure est poursuivie sans qu'il y ait lieu à reprise d'instance.
Art.12. Op de in dit besluit geregelde rechtspleging zijn van toepassing de artikelen 2, § 1, 1° en 2°, 5, 12, 14bis, 16, 17, 19, 25 tot 27, 29 tot 37, 47 tot 51, 59 tot 84, 85, tweede lid, [1 85bis,]1 86 tot 88, 90 tot 94 van het besluit van de Regent van 23 augustus 1948 tot regeling van de rechtspleging voor de afdeling administratie van de Raad van State.
  
Art.12. Sont applicables à la procédure réglée par le présent arrêté les articles 2, § 1er, 1° et 2°, 5, 12, 14bis, 16, 17, 19, 25 à 27, 29 à 37, 47 à 51, 59 à 84, 85, alinéa 2, [1 85bis,]1 86 à 88, 90 à 94 de l'arrêté du Régent du 23 août 1948 déterminant la procédure devant la section d'administration du Conseil d'Etat.
  
Art. 13. Onze Minister van Binnenlandse Zaken is belast met de uitvoering van dit besluit.
  Gegeven te Brussel, 8 maart 2007.
  ALBERT
  Van Koningswege :
  De Minister van Binnenlandse Zaken,
  P. DEWAEL.
Art. 13. Notre Ministre de l'Intérieur est chargé de l'exécution du présent arrêté.
  Donné à Bruxelles, le 8 mars 2007.
  ALBERT
  Par le Roi :
  Le Ministre de l'Intérieur,
  P. DEWAEL.