Artikel 1. APETRA is een naamloze vennootschap van publiek recht met sociaal oogmerk in de zin van de bepalingen van de wet van 26 januari 2006 betreffende de aanhouding van verplichte voorraden aardolie en aardolieproducten en de oprichting van een agentschap voor het beheer van een deel van deze voorraad en tot wijziging van de wet van 10 juni 1997 betreffende de algemene regeling voor accijnsproducten, het voorhanden hebben, en het verkeer daarvan en de controles daarop, hierna genoemd de wet.
De benaming APETRA dient steeds te worden voorafgegaan of gevolgd op alle akten, facturen, aankondigingen, bekendmakingen, publicaties, briefwisseling, orders en andere stukken uitgaande van de vennootschap door de vermelding "naamloze vennootschap van publiek recht met sociaal oogmerk" of "société anonyme de droit public à finalité sociale".
Nederlands (NL)
Français (FR)
Titre
15 JUNI 2006. - Statuten van de naamloze vennootschap van publiek recht "APETRA"(NOTA : Raadpleging van vroegere versies vanaf 18-07-2006 en tekstbijwerking tot 03-06-2019)
Titre
15 JUIN 2006. - Statuts de la société anonyme de droit public "APETRA"(NOTE : Consultation des versions antérieures à partir du 18-07-2006 et mise à jour au 03-06-2019)
Informations sur le document
Info du document
Table des matières
HOOFDSTUK I. - Benaming, maatschappelijke zetel.
HOOFDSTUK II. - Maatschappelijk doel en taken S...
Afdeling I. - Maatschappelijk doel.
Afdeling II. - Taken van openbare dienst.
Afdeling III. - Sociaal oogmerk.
Afdeling IV. - Wettelijke en reglementaire bepa...
HOOFDSTUK III. - Kapitaal - Aandelen.
Afdeling I. - Maatschappelijk kapitaal.
Afdeling II. - Beperkingen in geval van kapitaa...
Afdeling III. - Beperkingen inzake de overdrach...
Afdeling IV. - Opvraging van storting.
Afdeling V. - Aard van de aandelen.
Afdeling VI. - Uitoefening van aan de aandelen ...
HOOFDSTUK IV. - Organisatie.
Afdeling I. - De Algemene vergadering.
Vergaderingen.
Bevoegdheden.
Vertegenwoordiging.
Bijeenroeping.
Aanwezigheidslijst - Bureau - Notulen.
Beraadslaging en stemming.
Afschriften en uittreksels van de notulen.
Afdeling II. - De Raad van Bestuur.
Taken van de raad van bestuur.
Vergaderingen en beraadslagingen van de raad va...
Onverenigbaarheden.
Afdeling III. - Directiecomité.
HOOFDSTUK V. - Controle.
Afdeling I. - Administratief toezicht.
Afdeling II. - Controle op de financiële toestand.
HOOFDSTUK VI. - Boekhouding- jaarrekening verde...
Afdeling I. - Boekhouding en jaarrekening.
Afdeling 2. - Controle door het Rekenhof en med...
Afdeling 3. - Goedkeuring van de jaarrekening.
Afdeling 4. - Bestemming van de winst.
Afdeling 5. - Op te stellen verslagen.
HOOFDSTUK VII. - Duur en ontbinding.
HOOFDSTUK VIII. - Algemene, eind- en overgangsb...
Table des matières
CHAPITRE Ier. - Dénomination - Siège social.
CHAPITRE II. - Objet social et tâches Finalité ...
Section I. - Objet social.
Section II. - Tâches de service public.
Section III. - Finalité sociale.
Section IV. - Dispositions légales et réglement...
CHAPITRE III. - Capital - Actions.
Section I. - Capital Social.
Section II. - Restrictions en cas d'augmentatio...
Section III. - Restrictions à la cession des ac...
Section IV. - Appel de fonds.
Section V. - Nature des actions.
Section VI. - Exercice des droits afférents à l...
CHAPITRE IV. - Organisation.
Section Ier. - L'Assemblée générale.
Réunions.
Pouvoirs.
Représentation.
Convocation.
Liste de présence- Bureau - Procès-verbaux.
Délibération et vote.
Copies et extraits du procès-verbal.
Section II. - Le conseil de l'administration.
Tâches du conseil d'administration.
Réunions et délibérations du conseil d'administ...
Incompatibilités.
Section III. - Le comité de direction.
CHAPITRE V. - Contrôle.
Section Ier. - Tutelle administrative.
Section II. - Contrôle de la situation financière.
CHAPITRE VI. - Comptabilité - Compte annuel dis...
Section Ier. - Comptabilité et comptes annuels.
Section II. - Contrôle par la Cours des comptes...
Section III. - Approbation du compte annuel.
Section IV. - Destination des bénéfices.
Section V. - Les rapports à rédiger.
CHAPITRE VII. - Durée et dissolution.
CHAPITRE VIII. - Dispositions générales, finals...
Tekst (76)
Texte (76)
HOOFDSTUK I. - Benaming, maatschappelijke zetel.
CHAPITRE Ier. - Dénomination - Siège social.
Article 1. APETRA est une société anonyme de droit public à finalité sociale au sens des dispositions de la loi du 26 janvier 2006 relative à la détention des stocks obligatoires de pétrole et des produits pétroliers et à la création d'une agence pour la gestion d'une partie de ces stocks et modifiant la loi du 10 juin 1997 relative au régime général, à la détention, à la circulation et aux contrôles des produits soumis aux accises, ci-après appelée " la loi ".
Sur tous les actes, factures, annonces, publications, correspondance, lettres de commande et autres documents émanant de la société, la dénomination APETRA devra toujours être précédée ou suivie de la mention " société anonyme de droit public à finalité sociale " ou " naamloze vennootschap van publiek recht met sociaal oogmerk ".
Sur tous les actes, factures, annonces, publications, correspondance, lettres de commande et autres documents émanant de la société, la dénomination APETRA devra toujours être précédée ou suivie de la mention " société anonyme de droit public à finalité sociale " ou " naamloze vennootschap van publiek recht met sociaal oogmerk ".
Art.2. De zetel van de vennootschap is gevestigd in het Brussels Hoofdstedelijk Gewest, op de plaats die wordt vastgesteld door de Raad van Bestuur.
Art.2. Le siège de la société est établi dans la Région de Bruxelles-Capitale, au lieu fixé par le Conseil d'administration.
HOOFDSTUK II. - Maatschappelijk doel en taken Sociaal oogmerk - Wettelijke en reglementaire bepalingen.
CHAPITRE II. - Objet social et tâches Finalité sociale - Dispositions légales et réglementaires.
Afdeling I. - Maatschappelijk doel.
Section I. - Objet social.
Art.3. De vennootschap heeft tot doel en is krachtens de wet belast met het aanhouden en beheren van de verplichte voorraden aardolie en aardolieproducten volgens de bepalingen van de wet en haar uitvoeringsbesluiten.
Art.3. En vertu de la loi, la société a pour but et est chargée de la détention et de la gestion des stocks obligatoires de pétrole et des produits pétroliers selon les dispositions de la loi et de ses arrêtés d'exécution.
Afdeling II. - Taken van openbare dienst.
Section II. - Tâches de service public.
Art.4. § 1. APETRA heeft de exclusieve bevoegdheid inzake de tenuitvoerlegging, binnen of buiten het grondgebied van België, van taken van openbare dienst inzake het aanhouden en beheren van de verplichte voorraden aardolie en aardolieproducten volgens de bepalingen van deze wet en haar uitvoeringsbesluiten.
§ 2. De taken van openbare dienst omvatten met name :
het aanhouden van aardolie en aardolieproducten ten belope van haar voorraadplicht;
het aankopen van aardolie en/of aardolieproducten om te voldoen aan de eisen inzake eigen voorraad opgenomen in deze wet of zijn uitvoeringsbesluiten;
het afsluiten van overeenkomsten over ter beschikking gestelde hoeveelheden met voorraadplichtigen en buitenlandse aardoliemaatschappijen volgens de bepalingen van deze wet of zijn uitvoeringsbesluiten;
het aankopen, bouwen en/of huren van opslagcapaciteit voor het onderbrengen van de voorraden in eigendom volgens de bepalingen vervat in deze wet of zijn uitvoeringsbesluiten.
§ 3. APETRA mag alle handelingen, activiteiten en operaties verrichten die rechtstreeks of onrechtstreeks bijdragen tot de verwezenlijking van de taken bedoeld § 1.
§ 2. De taken van openbare dienst omvatten met name :
het aanhouden van aardolie en aardolieproducten ten belope van haar voorraadplicht;
het aankopen van aardolie en/of aardolieproducten om te voldoen aan de eisen inzake eigen voorraad opgenomen in deze wet of zijn uitvoeringsbesluiten;
het afsluiten van overeenkomsten over ter beschikking gestelde hoeveelheden met voorraadplichtigen en buitenlandse aardoliemaatschappijen volgens de bepalingen van deze wet of zijn uitvoeringsbesluiten;
het aankopen, bouwen en/of huren van opslagcapaciteit voor het onderbrengen van de voorraden in eigendom volgens de bepalingen vervat in deze wet of zijn uitvoeringsbesluiten.
§ 3. APETRA mag alle handelingen, activiteiten en operaties verrichten die rechtstreeks of onrechtstreeks bijdragen tot de verwezenlijking van de taken bedoeld § 1.
Art.4. § 1er. APETRA a l'exclusivité de l'exécution, à l'intérieur ou à l'extérieur du territoire de la Belgique, des tâches de service public en matière de détention et de gestion des stocks obligatoires de pétrole et de produits pétroliers selon les modalités de la présente loi et de ses arrêtés d'exécution.
§ 2. Les tâches de service public sont :
la détention de pétrole brut et de produits pétroliers jusqu'à concurrence de son obligation de stockage;
l'achat de pétrole brut et/ou de produits pétroliers afin de répondre aux exigences concernant les propres stocks comme stipulés dans la présente loi ou dans ses arrêtés d'exécution;
la conclusion de contrats de mises à disposition avec des assujettis au stockage et sociétés pétrolières étrangères selon les modalités définies du présent arrêté ou dans ses arrêtés d'exécution;
l'achat, la construction et/ou la location de capacités de emmagasiner pour stocker ses stocks en propriété selon les modalités définies dans le présent arrêté ou dans ses arrêtés d'exécution.
§ 3. APETRA peut accomplir tout acte, toute activité et toute opération qui contribuent directement ou indirectement à la réalisation des tâches visées au § 1er.
§ 2. Les tâches de service public sont :
la détention de pétrole brut et de produits pétroliers jusqu'à concurrence de son obligation de stockage;
l'achat de pétrole brut et/ou de produits pétroliers afin de répondre aux exigences concernant les propres stocks comme stipulés dans la présente loi ou dans ses arrêtés d'exécution;
la conclusion de contrats de mises à disposition avec des assujettis au stockage et sociétés pétrolières étrangères selon les modalités définies du présent arrêté ou dans ses arrêtés d'exécution;
l'achat, la construction et/ou la location de capacités de emmagasiner pour stocker ses stocks en propriété selon les modalités définies dans le présent arrêté ou dans ses arrêtés d'exécution.
§ 3. APETRA peut accomplir tout acte, toute activité et toute opération qui contribuent directement ou indirectement à la réalisation des tâches visées au § 1er.
Afdeling III. - Sociaal oogmerk.
Section III. - Finalité sociale.
Art.5. Het sociaal oogmerk van de vennootschap bestaat in : het beheren van de nationale verplichte voorraad aardolie en aardolieproducten ter vrijwaring van de bevoorradingszekerheid van de individuele en industriële Belgische eindgebruiker van deze producten en rekening houdend met de in het beheerscontract vastgestelde gedragsregels. De vennoten streven geen vermogensvoordeel na.
Art.5. La société a pour but social : la gestion des stocks obligatoires nationaux de pétrole et de produits pétroliers en garantissant la sécurité d'approvisionnement du consommateur final belge individuel et industriel de ces produits et en tenant compte des règles de conduite fixées dans le contrat de gestion. Les associés ne recherchent aucun bénéfice patrimonial.
Afdeling IV. - Wettelijke en reglementaire bepalingen.
Section IV. - Dispositions légales et réglementaires.
Art.6. § 1. APETRA neemt de vorm aan van een naamloze vennootschap van publiek recht met sociaal oogmerk en is onderworpen aan de wettelijke en reglementaire bepalingen van handelsrechtelijke aard die van toepassing zijn op de naamloze vennootschappen, in zoverre hiervan niet uitdrukkelijk door of krachtens deze wet of welke bijzondere wet dan ook wordt afgeweken.
§ 2. De handelingen van APETRA worden geacht daden van koophandel te zijn.
§ 3. De artikelen 454, 4°, 542, tweede lid, 544, 646, § 1, tweede lid en § 2, 661, 4°, 7° en 8°, 667 van het Wetboek van vennootschappen zijn niet van toepassing op APETRA.
§ 4. APETRA is niet onderworpen aan de bepalingen van de wet van 17 juli 1997 betreffende het gerechtelijk akkoord noch aan die van de faillissementswet van 8 augustus 1997.
§ 5. APETRA geniet immuniteit van ten uitvoerlegging voor de goederen die geheel of gedeeltelijk zijn bestemd voor de uitvoering van haar taken van openbare dienst.
§ 2. De handelingen van APETRA worden geacht daden van koophandel te zijn.
§ 3. De artikelen 454, 4°, 542, tweede lid, 544, 646, § 1, tweede lid en § 2, 661, 4°, 7° en 8°, 667 van het Wetboek van vennootschappen zijn niet van toepassing op APETRA.
§ 4. APETRA is niet onderworpen aan de bepalingen van de wet van 17 juli 1997 betreffende het gerechtelijk akkoord noch aan die van de faillissementswet van 8 augustus 1997.
§ 5. APETRA geniet immuniteit van ten uitvoerlegging voor de goederen die geheel of gedeeltelijk zijn bestemd voor de uitvoering van haar taken van openbare dienst.
Art.6. § 1er. APETRA prend la forme d'une société anonyme de droit public à finalité sociale et est soumise aux dispositions légales et réglementaires de droit commercial qui sont applicables aux sociétés anonymes pour autant qu'il n'y soit pas expressément dérogé par ou en vertu du présent arrêté ou d'une loi particulière quelconque.
§ 2. Les actes d'APETRA sont réputés commerciaux.
§ 3. Les articles 454, 4°, 542, alinéa 2, 544, 646, § 1er, alinéa 2 et § 2, 661, 4°, 7° et 8°, 667 du Code des sociétés ne sont pas applicables à l'APETRA.
§ 4. APETRA n'est pas soumise aux dispositions de la loi du 17 juillet 1997 relative au concordat judiciaire et de la loi du 8 août 1997 sur les faillites.
§ 5. APETRA bénéficie de l'immunité d'exécution pour les biens entièrement ou partiellement affectés à la mise en oeuvre de ses tâches de service public.
§ 2. Les actes d'APETRA sont réputés commerciaux.
§ 3. Les articles 454, 4°, 542, alinéa 2, 544, 646, § 1er, alinéa 2 et § 2, 661, 4°, 7° et 8°, 667 du Code des sociétés ne sont pas applicables à l'APETRA.
§ 4. APETRA n'est pas soumise aux dispositions de la loi du 17 juillet 1997 relative au concordat judiciaire et de la loi du 8 août 1997 sur les faillites.
§ 5. APETRA bénéficie de l'immunité d'exécution pour les biens entièrement ou partiellement affectés à la mise en oeuvre de ses tâches de service public.
HOOFDSTUK III. - Kapitaal - Aandelen.
CHAPITRE III. - Capital - Actions.
Afdeling I. - Maatschappelijk kapitaal.
Section I. - Capital Social.
Art.7. Het maatschappelijk kapitaal van APETRA wordt aanvankelijk vastgesteld op tweeënzestigduizend euro. Het wordt vertegenwoordigd door tweeënzestig volledig volgestorte aandelen, zonder vermelding van nominale waarde, die elk 1/62e van het maatschappelijk kapitaal vertegenwoordigen.
Alle aandelen die naar aanleiding van de oprichting van APETRA worden uitgegeven, worden de Federale Staat toegewezen.
Alle aandelen die naar aanleiding van de oprichting van APETRA worden uitgegeven, worden de Federale Staat toegewezen.
Art.7. Le capital social d'APETRA est fixé initialement à soixante deux mille euros. Il est représenté par soixante deux actions entièrement libérées, sans mention de valeur nominale, représentant chacune 1/62e du capital social.
Toutes les actions émises à l'occasion de la création d'APETRA sont attribuées à l'Etat fédéral.
Toutes les actions émises à l'occasion de la création d'APETRA sont attribuées à l'Etat fédéral.
Afdeling II. - Beperkingen in geval van kapitaalsverhoging.
Section II. - Restrictions en cas d'augmentation de capital.
Art.8. De Algemene vergadering, beraadslagend overeenkomstig de regels die gelden voor een wijziging van de statuten, kan het maatschappelijk kapitaal verhogen.
Elke uitgifte van nieuwe aandelen is onderworpen aan de voorafgaande goedkeuring van de Koning, in een besluit vastgelegd na overleg in de Ministerraad.
Nieuwe aandelen kunnen niet worden opgenomen door andere personen dan de Federale Staat.
Elke uitgifte van nieuwe aandelen is onderworpen aan de voorafgaande goedkeuring van de Koning, in een besluit vastgelegd na overleg in de Ministerraad.
Nieuwe aandelen kunnen niet worden opgenomen door andere personen dan de Federale Staat.
Art.8. L'assemblée générale, délibérant selon les dispositions prévues pour la modification des statuts, peut augmenter le capital social.
Toute émission de nouvelles actions est soumise à l'autorisation préalable du Roi, par arrêté délibéré en Conseil des ministres.
De nouvelles actions ne peuvent être souscrites par des personnes autres que l'Etat fédéral.
Toute émission de nouvelles actions est soumise à l'autorisation préalable du Roi, par arrêté délibéré en Conseil des ministres.
De nouvelles actions ne peuvent être souscrites par des personnes autres que l'Etat fédéral.
Afdeling III. - Beperkingen inzake de overdracht van aandelen.
Section III. - Restrictions à la cession des actions.
Art.9. De Federale Staat mag de aandelen die hem bij de oprichting van APETRA werden toegekend, evenals de aandelen voortkomend uit een kapitaalsverhoging, niet overdragen.
Art.9. L'Etat fédéral ne peut céder ni les actions qui lui ont été attribuées lors de la création d'APETRA, ni les actions résultant d'une augmentation du capital
Afdeling IV. - Opvraging van storting.
Section IV. - Appel de fonds.
Art.10. De stortingen op niet volledig volstorte aandelen moeten gebeuren op de plaats en datum bepaald door de raad van bestuur, die hierover soeverein mag beslissen.
De uitoefening van de maatschappelijke rechten verbonden aan deze aandelen wordt geschorst zolang de stortingen, behoorlijk opgevraagd en invorderbaar, niet zijn gedaan.
De uitoefening van de maatschappelijke rechten verbonden aan deze aandelen wordt geschorst zolang de stortingen, behoorlijk opgevraagd en invorderbaar, niet zijn gedaan.
Art.10. Les versements à effectuer sur les actions non entièrement libérées doivent être faits aux lieux et à la date déterminée par le conseil d'administration, qui peut en décider souverainement.
L'exercice des droits sociaux afférents à ces actions sera suspendu aussi longtemps que les versements régulièrement appelés et exigibles ne sont pas effectués.
L'exercice des droits sociaux afférents à ces actions sera suspendu aussi longtemps que les versements régulièrement appelés et exigibles ne sont pas effectués.
Afdeling V. - Aard van de aandelen.
Section V. - Nature des actions.
Art.11. De aandelen zijn en blijven op naam.
Art.11. Les actions sont et restent nominatives.
Afdeling VI. - Uitoefening van aan de aandelen verbonden rechten.
Section VI. - Exercice des droits afférents à l'action.
Art.12. Ten aanzien van de vennootschap zijn de aandelen ondeelbaar. Indien er meerdere titularissen bestaan van zakelijke rechten op de aandelen van de vennootschap, mag de raad van bestuur de uitoefening van de aan de aandelen verbonden rechten schorsen totdat één enkele persoon tegenover de vennootschap als aandeelhouder is aangewezen.
Art.12. A l'égard de la société, les actions sont indivisibles. Si les droits afférents à une action sont divisés entre plusieurs personnes, le conseil d'administration a le droit de suspendre l'exercice des droits y afférents jusqu'à ce qu'une personne ait été désignée comme actionnaire à l'égard de la société.
HOOFDSTUK IV. - Organisatie.
CHAPITRE IV. - Organisation.
Afdeling I. - De Algemene vergadering.
Section Ier. - L'Assemblée générale.
Vergaderingen.
Réunions.
Art.13. De jaarlijkse algemene vergadering komt bijeen [1 tussen één (1) maart en vijftien (15) juni]1 van elk jaar [1 ...]1.
Een buitengewone algemene vergadering kan worden bijeengeroepen telkens het belang van de vennootschap het vereist en moet worden bijeengeroepen op verzoek van de Federale Staat als enige aandeelhouder. De algemene vergaderingen vinden plaats op de maatschappelijke zetel of op elke andere plaats die vermeld is in de oproepingen.
Een buitengewone algemene vergadering kan worden bijeengeroepen telkens het belang van de vennootschap het vereist en moet worden bijeengeroepen op verzoek van de Federale Staat als enige aandeelhouder. De algemene vergaderingen vinden plaats op de maatschappelijke zetel of op elke andere plaats die vermeld is in de oproepingen.
Modifications
Art.13. L'assemblée générale annuelle se réunit [1 entre le premier (1) mars et le quinze (15) juin]1 de chaque année [1 ...]1.
Une assemblée générale exceptionnelle peut être convoquée chaque fois que l'intérêt de la société l'exige et doit être convoquée sur demande de l'Etat fédéral en tant que seul actionnaire. Les assemblées générales ont lieu au siège social ou tout autre lieu indiqué dans les convocations.
Une assemblée générale exceptionnelle peut être convoquée chaque fois que l'intérêt de la société l'exige et doit être convoquée sur demande de l'Etat fédéral en tant que seul actionnaire. Les assemblées générales ont lieu au siège social ou tout autre lieu indiqué dans les convocations.
Modifications
Bevoegdheden.
Pouvoirs.
Art.14. § 1. De algemene vergadering oefent geen andere bevoegdheden uit dan die welke haar zijn voorbehouden bij de bepalingen van de gecoördineerde wetten op de handelsvennootschappen die van toepassing zijn op de naamloze vennootschappen met sociaal oogmerk en bij de wet.
§ 2. De algemene vergadering beslist over iedere wijziging van de statuten. De wijzigingen hebben evenwel slechts uitwerking na goedkeuring door de Koning bij een in Ministerraad overlegd besluit.
§ 3. De algemene vergadering benoemt en ontslaat de voorzitter alsmede de overige leden van de raad van bestuur. Het mandaat van voorzitter of lid van de raad van bestuur bedraagt 4 jaar en is hernieuwbaar.
§ 2. De algemene vergadering beslist over iedere wijziging van de statuten. De wijzigingen hebben evenwel slechts uitwerking na goedkeuring door de Koning bij een in Ministerraad overlegd besluit.
§ 3. De algemene vergadering benoemt en ontslaat de voorzitter alsmede de overige leden van de raad van bestuur. Het mandaat van voorzitter of lid van de raad van bestuur bedraagt 4 jaar en is hernieuwbaar.
Art.14. § 1er. L'assemblée générale n'exerce aucune autre attribution que celles qui lui sont réservées par les dispositions du Code des sociétés qui s'appliquent aux sociétés anonymes avec but social et par le présent arrêté.
§ 2. Toute modification aux statuts est décidée par l'assemblée générale mais ne produit ses effets qu'après approbation par le Roi par arrêté délibéré en Conseil des Ministres.
§ 3. L'assemblée générale nomme et révoque le président, ainsi que les autres membres du conseil d'administration. Le mandat de président ou de membre du conseil d'administration est de 4 ans et est renouvelable.
§ 2. Toute modification aux statuts est décidée par l'assemblée générale mais ne produit ses effets qu'après approbation par le Roi par arrêté délibéré en Conseil des Ministres.
§ 3. L'assemblée générale nomme et révoque le président, ainsi que les autres membres du conseil d'administration. Le mandat de président ou de membre du conseil d'administration est de 4 ans et est renouvelable.
Vertegenwoordiging.
Représentation.
Art.15. De Minister of zijn afgevaardigde, vertegenwoordigt de Federale Staat op de algemene vergadering.
Art.15. Le Ministre ou son délégué, dont relève la société, représente l'Etat fédéral à l'assemblée générale.
Bijeenroeping.
Convocation.
Art.16. De raad van bestuur of de revisoren roepen de algemene vergadering bijeen.
Deze oproepingen vermelden de plaats, datum, uur en agenda van de algemene vergadering en geschieden binnen de vorm en binnen de 15 dagen voorafgaand aan de datum van de algemene vergadering.
Deze oproepingen vermelden de plaats, datum, uur en agenda van de algemene vergadering en geschieden binnen de vorm en binnen de 15 dagen voorafgaand aan de datum van de algemene vergadering.
Art.16. L'assemblée générale se réunit sur convocation du conseil d'administration ou des commissaires.
Ces convocations contiennent le lieu, la date, l'heure et l'ordre du jour de l'assemblée générale et sont faites dans les formes et dans les 15 jours avant la date de l'assemblée générale.
Ces convocations contiennent le lieu, la date, l'heure et l'ordre du jour de l'assemblée générale et sont faites dans les formes et dans les 15 jours avant la date de l'assemblée générale.
Aanwezigheidslijst - Bureau - Notulen.
Liste de présence- Bureau - Procès-verbaux.
Art.17. § 1. Op elke algemene vergadering wordt een aanwezigheidslijst opgesteld. Deze wordt voor de algemene vergadering ondertekend door de enige aandeelhouder.
§ 2. De voorzitter van de raad van bestuur, zijn plaatsvervanger of de enige aandeelhouder oefenen de functie van voorzitter en secretaris uit. Geen stemopnemer wordt aangewezen.
§ 3. Van iedere algemene vergadering worden notulen opgesteld die ondertekend worden door diegene die de functies van voorzitter en secretaris vervult. De aanwezigheidslijst wordt aan deze notulen gehecht.
§ 2. De voorzitter van de raad van bestuur, zijn plaatsvervanger of de enige aandeelhouder oefenen de functie van voorzitter en secretaris uit. Geen stemopnemer wordt aangewezen.
§ 3. Van iedere algemene vergadering worden notulen opgesteld die ondertekend worden door diegene die de functies van voorzitter en secretaris vervult. De aanwezigheidslijst wordt aan deze notulen gehecht.
Art.17. § 1er. A chaque assemblée générale, il est tenu une liste de présence. Celle-ci est signée avant l'assemblée générale par l'actionnaire unique.
§ 2. Le président du conseil d'administration, son remplaçant ou l'actionnaire unique exerce les fonctions de président et de secrétaire. Aucun observateur n'est désigné.
§ 3. Il est établi un procès-verbal de chaque assemblée générale, signé par ceux qui exercent les fonctions de président et de secrétaire. La liste de présence est annexée au procès verbal.
§ 2. Le président du conseil d'administration, son remplaçant ou l'actionnaire unique exerce les fonctions de président et de secrétaire. Aucun observateur n'est désigné.
§ 3. Il est établi un procès-verbal de chaque assemblée générale, signé par ceux qui exercent les fonctions de président et de secrétaire. La liste de présence est annexée au procès verbal.
Beraadslaging en stemming.
Délibération et vote.
Art.18. De vergadering kan geldig beraadslagen indien de enige aandeelhouder aanwezig is of geldig vertegenwoordigd is overeenkomstig artikel 15 van deze statuten. De aandeelhouder stemt over de punten die op de agenda staan, en kan eveneens punten aan deze agenda toevoegen.
Art.18. L'assemblée peut délibérer valablement à condition que l'actionnaire unique soit présent ou valablement représenté conformément à l'article 15 de ces statuts. L'actionnaire vote sur les points de l'ordre de jour et peut également ajouter des points à cet ordre du jour.
Afschriften en uittreksels van de notulen.
Copies et extraits du procès-verbal.
Art.19. De afschriften, uittreksels, in rechte of anderszins voor te leggen worden door twee bestuurders ondertekend.
Art.19. Les copies et les extraits, à présenter en justice ou autrement, sont signés par deux administrateurs.
Afdeling II. - De Raad van Bestuur.
Section II. - Le conseil de l'administration.
Art.20. § 1. De raad van bestuur bestaat uit een voorzitter en zes leden samengesteld als volgt :
1° De Voorzitter van de raad van bestuur, aangeduid door de Minister dient een persoon met een zeer uitgebreide en gedegen kennis van de sector te zijn.
2° Drie vertegenwoordigers van de federale overheid, voorgesteld door de Ministers waaronder deze overheidsdiensten ressorteren :
a) Eén vertegenwoordiger van de Algemene Directie Energie van de Federale Overheidsdienst Economie, K.M.O., Middenstand en Energie;
b) Eén vertegenwoordiger van de Federale Overheidsdienst Binnenlandse Zaken;
c) Een vertegenwoordiger van de Federale Overheidsdienst Financiën, Centrale Administratie der Douane en Accijnzen.
Deze drie vertegenwoordigers van de federale overheid zullen bijgestaan worden door een onafhankelijke expert, aangeduid door de Minister, en die met adviserende stem de Raad van Bestuur bijwoont.
3° Drie vertegenwoordigers van de aardoliesector, voorgesteld door de respectieve beroepsverenigingen :
a) Eén vertegenwoordiger van de Belgische petroleum Federatie (BPF);
b) Eén vertegenwoordiger van de [1 Belgische Federatie der Brandstoffenhandelaars (BRAFCO)]1;
c) Eén vertegenwoordiger van de Belgische Associatie van Tankparkeigenaars (BATO).
§ 2. De mandaten van de leden van de raad van bestuur zijn onbezoldigd.
§ 3. Wanneer een betrekking van lid van de raad van bestuur vacant wordt, hebben de overblijvende leden het recht om voorlopig in deze vacature te voorzien tot op het ogenblik dat een definitieve benoeming gebeurt overeenkomstig artikel 14, § 3.
§ 4. De raad van bestuur bepaalt het beleid van APETRA teneinde tegemoet te kunnen komen aan de aan APETRA opgelegde voorraadplicht en houdt toezicht op de activiteiten van het directiecomité, dat hij benoemt.
§ 5. De raad van bestuur stelt een huishoudelijk reglement op, dat aan de goedkeuring van de Minister is onderworpen.
1° De Voorzitter van de raad van bestuur, aangeduid door de Minister dient een persoon met een zeer uitgebreide en gedegen kennis van de sector te zijn.
2° Drie vertegenwoordigers van de federale overheid, voorgesteld door de Ministers waaronder deze overheidsdiensten ressorteren :
a) Eén vertegenwoordiger van de Algemene Directie Energie van de Federale Overheidsdienst Economie, K.M.O., Middenstand en Energie;
b) Eén vertegenwoordiger van de Federale Overheidsdienst Binnenlandse Zaken;
c) Een vertegenwoordiger van de Federale Overheidsdienst Financiën, Centrale Administratie der Douane en Accijnzen.
Deze drie vertegenwoordigers van de federale overheid zullen bijgestaan worden door een onafhankelijke expert, aangeduid door de Minister, en die met adviserende stem de Raad van Bestuur bijwoont.
3° Drie vertegenwoordigers van de aardoliesector, voorgesteld door de respectieve beroepsverenigingen :
a) Eén vertegenwoordiger van de Belgische petroleum Federatie (BPF);
b) Eén vertegenwoordiger van de [1 Belgische Federatie der Brandstoffenhandelaars (BRAFCO)]1;
c) Eén vertegenwoordiger van de Belgische Associatie van Tankparkeigenaars (BATO).
§ 2. De mandaten van de leden van de raad van bestuur zijn onbezoldigd.
§ 3. Wanneer een betrekking van lid van de raad van bestuur vacant wordt, hebben de overblijvende leden het recht om voorlopig in deze vacature te voorzien tot op het ogenblik dat een definitieve benoeming gebeurt overeenkomstig artikel 14, § 3.
§ 4. De raad van bestuur bepaalt het beleid van APETRA teneinde tegemoet te kunnen komen aan de aan APETRA opgelegde voorraadplicht en houdt toezicht op de activiteiten van het directiecomité, dat hij benoemt.
§ 5. De raad van bestuur stelt een huishoudelijk reglement op, dat aan de goedkeuring van de Minister is onderworpen.
Modifications
Art.20. § 1er. Le conseil d'administration est composé d'un président et de six membres répartis comme suit :
1° Le Président du conseil d'administration, désigné par le Ministre, doit disposer d'une connaissance très vaste et approfondie du secteur.
2° Trois représentants de l'autorité fédérale, proposés désignés par les Ministres sous lesquelles relèvent ces services publics :
a) Un représentant de l'Administration de l'Energie du Service Fédéral Public Economie, P.M.E., Classes Moyennes et Energie;
b) Un représentant du Service Public Fédéral Affaires Intérieures;
c) Un représentant du Service Public Fédéral Finances, Administration centrale des Douanes et Accises.
Ces trois représentants de l'autorité fédérale, seront assistés par un expert indépendant, désigné par le Ministre, et qui siège avec voix consultative au sein du conseil d'administration.
3° Trois représentants du secteur pétrolier, proposés par les associations professionnelles respectives :
a) Un représentant de la fédération Pétrolière belge (FPB);
b) Un représentant de [1 la Fédération belge des négociants en combustibles et carburants (BRAFCO)]1;
c) Un représentant de l'Association belge des propriétaires de dépôts (BATO).
§ 2. Les mandats des membres du conseil d'administration ne sont pas rémunérés.
§ 3. En cas de vacance d'une place d'administrateur, les administrateurs restants ont le droit d'y pourvoir provisoirement, jusqu'à une nomination définitive conformément à l'article 17, § 3.
§ 4. Le conseil d'administration détermine la politique d'APETRA afin de répondre à l'obligation de stockage d'APETRA et surveille les activités du comité de direction, qu'il nomme
§ 5. Le conseil d'administration fixe le règlement d'ordre intérieur qui est soumis à l'accord du Ministre.
1° Le Président du conseil d'administration, désigné par le Ministre, doit disposer d'une connaissance très vaste et approfondie du secteur.
2° Trois représentants de l'autorité fédérale, proposés désignés par les Ministres sous lesquelles relèvent ces services publics :
a) Un représentant de l'Administration de l'Energie du Service Fédéral Public Economie, P.M.E., Classes Moyennes et Energie;
b) Un représentant du Service Public Fédéral Affaires Intérieures;
c) Un représentant du Service Public Fédéral Finances, Administration centrale des Douanes et Accises.
Ces trois représentants de l'autorité fédérale, seront assistés par un expert indépendant, désigné par le Ministre, et qui siège avec voix consultative au sein du conseil d'administration.
3° Trois représentants du secteur pétrolier, proposés par les associations professionnelles respectives :
a) Un représentant de la fédération Pétrolière belge (FPB);
b) Un représentant de [1 la Fédération belge des négociants en combustibles et carburants (BRAFCO)]1;
c) Un représentant de l'Association belge des propriétaires de dépôts (BATO).
§ 2. Les mandats des membres du conseil d'administration ne sont pas rémunérés.
§ 3. En cas de vacance d'une place d'administrateur, les administrateurs restants ont le droit d'y pourvoir provisoirement, jusqu'à une nomination définitive conformément à l'article 17, § 3.
§ 4. Le conseil d'administration détermine la politique d'APETRA afin de répondre à l'obligation de stockage d'APETRA et surveille les activités du comité de direction, qu'il nomme
§ 5. Le conseil d'administration fixe le règlement d'ordre intérieur qui est soumis à l'accord du Ministre.
Modifications
Taken van de raad van bestuur.
Tâches du conseil d'administration.
Art.21. § 1. De raad van bestuur is belast met het besturen van APETRA. Hij stelt het beleid van APETRA vast teneinde tegemoet te kunnen komen aan de aan APETRA opgelegde voorraadplicht en oefent toezicht uit op de uitvoering van het beleid door de directie en op de overige activiteiten van de directie.
§ 2. Te dien einde vervult de raad van bestuur de volgende taken :
a) het selecteren, benoemen en ontslaan van de leden van het directiecomité. De voorzitter en leden van de raad van bestuur kunnen geen deel uitmaken van deze directie.
Indien de directie uit meer dan één directeur bestaat, verleent de raad van bestuur aan één van hen de titel van algemeen directeur en stelt het een onderlinge taakverdeling vast.
De raad van bestuur legt de regels vast inzake de bezoldiging en verdere arbeidsvoorwaarden van de directie.
b) het voordragen van een lijst met kandidaat-voorzitters waaruit de Minister de voorzitter van de raad van bestuur aanduidt;
c) het beheerscontract evenals elke wijziging ervan goedkeuren;
d) elk jaar een ondernemingsplan, opgesteld door de directie, goedkeuren, alsmede het in artikel 661, 6° van het Wetboek van vennootschappen bedoelde bijzonder verslag, waarvan de ontwerpen hem door de directie worden voorgelegd.
Het ondernemingsplan betreft een voortschrijdend meerjarenbedrijfsplan, waarin opgenomen zijn een aan- en verkoopplan, een verversing- en opslagplan en een daarmee verbonden financieringsplan. De onderdelen van het ondernemingsplan die de uitvoering van de taken van openbare dienst betreffen worden voor toetsing aan de bepalingen van het beheerscontract ter goedkeuring voorgelegd aan de Minister. De andere elementen worden hem ter informatie meegedeeld;
e) Het goedkeuren van de door de directie voorgelegde inventaris en de jaarrekeningen, met inbegrip van de balans, de resultatenrekening en de toelichting alsmede het beleidsverslag, bedoeld in de artikelen 95 en 96 van het Wetboek van vennootschappen;
f) het vaststellen, samen met de directie, van het huishoudelijk reglement, evenals het vastleggen van andere reglementen;
g) het vastleggen van specifieke regels inzake de aankoop en verkoop van eigen voorraden, inzake de toekenning van delegatieovereenkomsten en de overeenkomsten inzake opslagcapaciteit;
h) het op eigen initiatief adviseren van de Minister over de berekeningswijze van de bijdrage;
i) de andere bevoegdheden die door de wet en haar uitvoeringsbesluiten, door de krachtens de wet aangenomen statuten en door de gecoördineerde wetten op de handelsvennootschappen uitdrukkelijk aan de Raad van bestuur worden toegewezen.
§ 2. Te dien einde vervult de raad van bestuur de volgende taken :
a) het selecteren, benoemen en ontslaan van de leden van het directiecomité. De voorzitter en leden van de raad van bestuur kunnen geen deel uitmaken van deze directie.
Indien de directie uit meer dan één directeur bestaat, verleent de raad van bestuur aan één van hen de titel van algemeen directeur en stelt het een onderlinge taakverdeling vast.
De raad van bestuur legt de regels vast inzake de bezoldiging en verdere arbeidsvoorwaarden van de directie.
b) het voordragen van een lijst met kandidaat-voorzitters waaruit de Minister de voorzitter van de raad van bestuur aanduidt;
c) het beheerscontract evenals elke wijziging ervan goedkeuren;
d) elk jaar een ondernemingsplan, opgesteld door de directie, goedkeuren, alsmede het in artikel 661, 6° van het Wetboek van vennootschappen bedoelde bijzonder verslag, waarvan de ontwerpen hem door de directie worden voorgelegd.
Het ondernemingsplan betreft een voortschrijdend meerjarenbedrijfsplan, waarin opgenomen zijn een aan- en verkoopplan, een verversing- en opslagplan en een daarmee verbonden financieringsplan. De onderdelen van het ondernemingsplan die de uitvoering van de taken van openbare dienst betreffen worden voor toetsing aan de bepalingen van het beheerscontract ter goedkeuring voorgelegd aan de Minister. De andere elementen worden hem ter informatie meegedeeld;
e) Het goedkeuren van de door de directie voorgelegde inventaris en de jaarrekeningen, met inbegrip van de balans, de resultatenrekening en de toelichting alsmede het beleidsverslag, bedoeld in de artikelen 95 en 96 van het Wetboek van vennootschappen;
f) het vaststellen, samen met de directie, van het huishoudelijk reglement, evenals het vastleggen van andere reglementen;
g) het vastleggen van specifieke regels inzake de aankoop en verkoop van eigen voorraden, inzake de toekenning van delegatieovereenkomsten en de overeenkomsten inzake opslagcapaciteit;
h) het op eigen initiatief adviseren van de Minister over de berekeningswijze van de bijdrage;
i) de andere bevoegdheden die door de wet en haar uitvoeringsbesluiten, door de krachtens de wet aangenomen statuten en door de gecoördineerde wetten op de handelsvennootschappen uitdrukkelijk aan de Raad van bestuur worden toegewezen.
Art.21. § 1er. Le conseil d'administration est chargé de l'administration d'APETRA. Il établit la politique d'APETRA afin de répondre à l'obligation de stockage imposée à APETRA et exerce le contrôle sur la mise en oeuvre de la politique par la direction et des autres activités de la direction.
§ 2. A cette fin, le conseil d'administration assure les missions suivantes :
a) la sélection, la nomination et la révocation des membres du comité de direction. Le président et les membres du conseil d'administration ne peuvent pas faire partie de cette direction.
Si la direction compte plus d'un directeur, le conseil d'administration accorde à l'un d'entre eux le titre de directeur général et il établit la répartition des tâches.
Le conseil d'administration détermine les règles relatives à la rémunération et aux autres conditions de travail de la direction.
b) la présentation d'une liste de candidats-présidents dans laquelle le Ministre désigné le Président du conseil d'administration;
c) l'approbation du contrat de gestion ainsi que toute modification de ce contrat;
d) l'approbation annuelle d'un plan d'entreprise établi par la direction, ainsi que le rapport particulier visé à l'article 661, 6° du Code des sociétés, dont les projets lui sont soumis par la direction.
Le plan d'entreprise concerne un plan pluriannuel progressif reprenant un plan d'achat et de vente, un plan de remplacement des produits et de stockage et un plan de financement y afférent. Les parties du plan d'entreprise concernant la mise en oeuvre des missions de service public sont soumises à l'approbation du Ministre pour être vérifiées en fonction des dispositions du contrat de gestion. Les autres éléments lui sont communiqués à titre d'information.
e) L'approbation de l'inventaire et des comptes annuels soumis par la direction, y compris le bilan, le compte des résultats et l'explication relative au rapport stratégique visé aux articles 95 et 96 du Code des Sociétés;
f) l'établissement, en concertation avec la direction, du règlement d'ordre intérieur ainsi que la fixation des autres règlements;
g) la fixation des règles spécifiques relatives à l'achat et la vente de propres réserves, à l'attribution de contrats de délégation et aux contrats de capacité de stockage;
h) conseiller, de sa propre initiative, le Ministre sur le mode de calcul de la contribution;
i) les autres compétences qui lui sont formellement attribuées par la loi et ses arrêtés d'exécution, par les statuts adoptés en vertu de l'arrêté royal et par les lois coordonnées sur les sociétés commerciales.
§ 2. A cette fin, le conseil d'administration assure les missions suivantes :
a) la sélection, la nomination et la révocation des membres du comité de direction. Le président et les membres du conseil d'administration ne peuvent pas faire partie de cette direction.
Si la direction compte plus d'un directeur, le conseil d'administration accorde à l'un d'entre eux le titre de directeur général et il établit la répartition des tâches.
Le conseil d'administration détermine les règles relatives à la rémunération et aux autres conditions de travail de la direction.
b) la présentation d'une liste de candidats-présidents dans laquelle le Ministre désigné le Président du conseil d'administration;
c) l'approbation du contrat de gestion ainsi que toute modification de ce contrat;
d) l'approbation annuelle d'un plan d'entreprise établi par la direction, ainsi que le rapport particulier visé à l'article 661, 6° du Code des sociétés, dont les projets lui sont soumis par la direction.
Le plan d'entreprise concerne un plan pluriannuel progressif reprenant un plan d'achat et de vente, un plan de remplacement des produits et de stockage et un plan de financement y afférent. Les parties du plan d'entreprise concernant la mise en oeuvre des missions de service public sont soumises à l'approbation du Ministre pour être vérifiées en fonction des dispositions du contrat de gestion. Les autres éléments lui sont communiqués à titre d'information.
e) L'approbation de l'inventaire et des comptes annuels soumis par la direction, y compris le bilan, le compte des résultats et l'explication relative au rapport stratégique visé aux articles 95 et 96 du Code des Sociétés;
f) l'établissement, en concertation avec la direction, du règlement d'ordre intérieur ainsi que la fixation des autres règlements;
g) la fixation des règles spécifiques relatives à l'achat et la vente de propres réserves, à l'attribution de contrats de délégation et aux contrats de capacité de stockage;
h) conseiller, de sa propre initiative, le Ministre sur le mode de calcul de la contribution;
i) les autres compétences qui lui sont formellement attribuées par la loi et ses arrêtés d'exécution, par les statuts adoptés en vertu de l'arrêté royal et par les lois coordonnées sur les sociétés commerciales.
Vergaderingen en beraadslagingen van de raad van bestuur.
Réunions et délibérations du conseil d'administration.
Art.22. De raad van bestuur vergadert ten minste vier maal per jaar en voorts zo dikwijls de voorzitter daartoe oproept of ten minste drie leden de wens daartoe aan de voorzitter te kennen geven.
De oproepingen vermelden de plaats, datum, uur en de agenda van de vergadering en worden ten minste 5 werkdagen voor de vergadering per brief, fax of op elke andere schriftelijke wijze verzonden. De regeringscommissaris wordt op dezelfde wijze opgeroepen.
De oproepingen vermelden de plaats, datum, uur en de agenda van de vergadering en worden ten minste 5 werkdagen voor de vergadering per brief, fax of op elke andere schriftelijke wijze verzonden. De regeringscommissaris wordt op dezelfde wijze opgeroepen.
Art.22. Le conseil d'administration se réunit au moins quatre fois par an et ensuite aussi souvent que le Président l'estime nécessaire ou que trois membres, au moins, en expriment le souhait au président.
Les convocations mentionnent le lieu, la date, l'heure et l'agenda de la réunion. Elles sont envoyées au moins 5 jours ouvrables avant la réunion par lettre, fax ou tout autre moyen écrit. Le commissaire du gouvernement est convoqué de la même manière.
Les convocations mentionnent le lieu, la date, l'heure et l'agenda de la réunion. Elles sont envoyées au moins 5 jours ouvrables avant la réunion par lettre, fax ou tout autre moyen écrit. Le commissaire du gouvernement est convoqué de la même manière.
Art.23. § 1. De leden van de raad van bestuur hebben stemrecht; de Voorzitter heeft enkel stemrecht in geval van staking van stemmen.
§ 2. Geldige besluiten kunnen slechts worden genomen in een vergadering waarin ten minste 4 van de leden van de raad van bestuur (de Voorzitter niet meegerekend) aanwezig zijn. Wanneer dit aanwezigheidquorum niet wordt bereikt, wordt de Raad binnen de maand opnieuw bijeengeroepen met dezelfde agenda en beraadslaagt hij dan geldig, ongeacht het aantal aanwezige leden.
Voor zover in reglementen van APETRA niet anders is bepaald, is voor het tot stand komen van een besluit een gewone meerderheid van stemmen vereist.
§ 3. De beraadslagingen van de raad van bestuur worden vastgesteld in notulen die door de aanwezige leden worden ondertekend. De afschriften, uittreksels, in rechte of anderszins voor te leggen, worden door twee bestuurders ondertekend.
§ 2. Geldige besluiten kunnen slechts worden genomen in een vergadering waarin ten minste 4 van de leden van de raad van bestuur (de Voorzitter niet meegerekend) aanwezig zijn. Wanneer dit aanwezigheidquorum niet wordt bereikt, wordt de Raad binnen de maand opnieuw bijeengeroepen met dezelfde agenda en beraadslaagt hij dan geldig, ongeacht het aantal aanwezige leden.
Voor zover in reglementen van APETRA niet anders is bepaald, is voor het tot stand komen van een besluit een gewone meerderheid van stemmen vereist.
§ 3. De beraadslagingen van de raad van bestuur worden vastgesteld in notulen die door de aanwezige leden worden ondertekend. De afschriften, uittreksels, in rechte of anderszins voor te leggen, worden door twee bestuurders ondertekend.
Art.23. § 1er. Les membres du conseil d'administration ont le droit de vote; le Président a seulement le droit de vote en cas de partage des voix.
§ 2. Des conclusions valables ne peuvent être prises que lors d'une réunion dans laquelle au moins 4 des membres du conseil d'administration (à l'exclusion du Président) sont présents. Si ce quorum de présence n'est pas atteint, une nouvelle réunion, convoquée dans le mois et avec le même ordre du jour, pourra délibérer et voter valablement, quel que soit le nombre de membres présents.
Pour autant qu'il n'en soit pas stipulé autrement dans les règlements d'APETRA, l'adoption d'une conclusion requiert la majorité simple.
§ 3. Les délibérations du conseil d'administration sont constatées dans des procès-verbaux signés par les membres présents. Les copies ou extraits, à produire en justice ou ailleurs, sont signés par deux administrateurs.
§ 2. Des conclusions valables ne peuvent être prises que lors d'une réunion dans laquelle au moins 4 des membres du conseil d'administration (à l'exclusion du Président) sont présents. Si ce quorum de présence n'est pas atteint, une nouvelle réunion, convoquée dans le mois et avec le même ordre du jour, pourra délibérer et voter valablement, quel que soit le nombre de membres présents.
Pour autant qu'il n'en soit pas stipulé autrement dans les règlements d'APETRA, l'adoption d'une conclusion requiert la majorité simple.
§ 3. Les délibérations du conseil d'administration sont constatées dans des procès-verbaux signés par les membres présents. Les copies ou extraits, à produire en justice ou ailleurs, sont signés par deux administrateurs.
Onverenigbaarheden.
Incompatibilités.
Art.24. § 1. De leden van de raad van bestuur van APETRA, hierna genoemd de " titularissen ", mogen geen enkele functie of activiteit uitoefenen, die bezoldigd wordt door een geregistreerde aardoliemaatschappij bedoeld in artikel 2, 8°, van de wet, door een buitenlandse aardoliemaatschappij of door een maatschappij die eigenaar is van opslagcapaciteit voor aardolieproducten of meer dan 1 % aandelen bezitten in een dergelijke firma.
§ 2. Indien een titularis, rechtstreeks of onrechtstreeks, een tegengesteld belang heeft bij een beslissing, advies of andere akte van APETRA, mag hij de betreffende beraadslagingen van de raad van bestuur niet bijwonen, noch deelnemen aan de stemming. Hij moet de overige leden van de raad van bestuur hiervan vooraf inlichten, die daarvan melding moet maken in de notulen van de vergadering.
§ 3. Onverminderd andere beperkingen bepaald bij of krachtens de wet of door de statuten van de vennootschap, is het mandaat van titularis onverenigbaar met het mandaat of de functie van :
1° lid van het Europees Parlement of de Europese Commissie;
2° lid van de Wetgevende Kamers;
3° lid van de federale regering of lid van het kabinet van de Minister onder wie de vennootschap ressorteert;
4° lid van de Raad van een Gemeenschap of Gewest;
5° lid van de Regering van een Gemeenschap of Gewest;
6° gouverneur van een provincie, waaronder de adjunct-gouverneur van de provincie Vlaams-Brabant en de commissarissen van de federale regering, die de titel dragen van gouverneur en vice-gouverneur, ingesteld in het administratief arrondissement Brussel-Hoofdstad, arrondissementscommissaris of lid van de bestendige deputatie van een provincieraad;
7° lid van het statutair of contractueel personeel van de vennootschap;
8° burgemeester, schepen of voorzitter van het openbaar centrum voor maatschappelijk welzijn van een gemeente met meer dan 30 000 inwoners of houder van een voltijds mandaat of een voltijdse functie van een intercommunale.
Wanneer een bestuurder de bepalingen van het vorige lid miskent, moet hij binnen een termijn van één maand de betrokken mandaten of functies neerleggen. Indien hij nalaat dit te doen, wordt hij na verloop van deze termijn van rechtswege geacht zijn mandaat bij de vennootschap te hebben neergelegd, zonder dat dit afbreuk doet aan de rechtsgeldigheid van de handelingen die hij inmiddels heeft gesteld, of van de beraadslagingen waaraan hij in de betrokken periode heeft deelgenomen.
§ 2. Indien een titularis, rechtstreeks of onrechtstreeks, een tegengesteld belang heeft bij een beslissing, advies of andere akte van APETRA, mag hij de betreffende beraadslagingen van de raad van bestuur niet bijwonen, noch deelnemen aan de stemming. Hij moet de overige leden van de raad van bestuur hiervan vooraf inlichten, die daarvan melding moet maken in de notulen van de vergadering.
§ 3. Onverminderd andere beperkingen bepaald bij of krachtens de wet of door de statuten van de vennootschap, is het mandaat van titularis onverenigbaar met het mandaat of de functie van :
1° lid van het Europees Parlement of de Europese Commissie;
2° lid van de Wetgevende Kamers;
3° lid van de federale regering of lid van het kabinet van de Minister onder wie de vennootschap ressorteert;
4° lid van de Raad van een Gemeenschap of Gewest;
5° lid van de Regering van een Gemeenschap of Gewest;
6° gouverneur van een provincie, waaronder de adjunct-gouverneur van de provincie Vlaams-Brabant en de commissarissen van de federale regering, die de titel dragen van gouverneur en vice-gouverneur, ingesteld in het administratief arrondissement Brussel-Hoofdstad, arrondissementscommissaris of lid van de bestendige deputatie van een provincieraad;
7° lid van het statutair of contractueel personeel van de vennootschap;
8° burgemeester, schepen of voorzitter van het openbaar centrum voor maatschappelijk welzijn van een gemeente met meer dan 30 000 inwoners of houder van een voltijds mandaat of een voltijdse functie van een intercommunale.
Wanneer een bestuurder de bepalingen van het vorige lid miskent, moet hij binnen een termijn van één maand de betrokken mandaten of functies neerleggen. Indien hij nalaat dit te doen, wordt hij na verloop van deze termijn van rechtswege geacht zijn mandaat bij de vennootschap te hebben neergelegd, zonder dat dit afbreuk doet aan de rechtsgeldigheid van de handelingen die hij inmiddels heeft gesteld, of van de beraadslagingen waaraan hij in de betrokken periode heeft deelgenomen.
Art.24. § 1er. Les membres du conseil d'administration d'APETRA, dénommés ci-après les " titulaires ", ne peuvent exercer aucune fonction ou activité, rémunérée par une société pétrolière enregistrée visée à l'article 2, 8°, de la loi, par une société pétrolière étrangère ou par une société propriétaire de capacité de stockage pour produits pétroliers ou posséder plus de 1 % des actions dans une telle firme.
§ 2. Si un titulaire a un intérêt direct ou indirect par rapport à une décision, un avis ou tout acte d'APETRA, il ne peut pas assister aux délibérations du conseil d'administration, ni participer au vote. Il doit en informer préalablement les autres membres du conseil d'administration, qui doivent le transcrire dans le procès-verbal de la réunion.
§ 3. Sans préjudice des autres limitations prévues par ou en vertu d'une loi ou dans les statuts de la société, le mandat du titulaire est incompatible avec le mandat ou les fonctions suivantes :
1° membre du Parlement européen ou de la Commission européenne;
2° membres des Chambres législatives;
3° membre du Gouvernement fédéral ou membre du cabinet du Ministre dont relève la société;
4° membre du Conseil d'une Communauté ou d'une Région;
5° membre du Gouvernement d'une Communauté ou d'une Région;
6° Gouverneur d'une province, y compris le gouverneur adjoint de la province de Brabant flamand et les commissaires du gouvernement fédéral, portant les titres de gouverneur et de vice-gouverneur, institués dans l'arrondissement administratif de Bruxelles-Capitale, commissaire d'arrondissement ou membre de la députation permanente d'un Conseil provincial;
7° membre du personnel statutaire ou contractuel de la société;
8° bourgmestre, échevin ou président du centre public d'aide social d'une commune de plus de 30 000 habitants ou titulaire d'un mandat ou d'une fonction de plein exercice dans une intercommunale;
Lorsqu'un administrateur contrevient aux dispositions de l'alinéa précédent, il est tenu de se démettre des mandats ou fonctions en question dans un délai d'un mois. S'il ne le fait pas, il est réputé, à l'expiration de ce délai, s'être démis de plein droit de son mandat auprès de la société, sans que cela ne porte préjudice à la validité juridique des actes qu'il a accomplis ou des délibérations auxquelles il a pris part pendant la période concernée.
§ 2. Si un titulaire a un intérêt direct ou indirect par rapport à une décision, un avis ou tout acte d'APETRA, il ne peut pas assister aux délibérations du conseil d'administration, ni participer au vote. Il doit en informer préalablement les autres membres du conseil d'administration, qui doivent le transcrire dans le procès-verbal de la réunion.
§ 3. Sans préjudice des autres limitations prévues par ou en vertu d'une loi ou dans les statuts de la société, le mandat du titulaire est incompatible avec le mandat ou les fonctions suivantes :
1° membre du Parlement européen ou de la Commission européenne;
2° membres des Chambres législatives;
3° membre du Gouvernement fédéral ou membre du cabinet du Ministre dont relève la société;
4° membre du Conseil d'une Communauté ou d'une Région;
5° membre du Gouvernement d'une Communauté ou d'une Région;
6° Gouverneur d'une province, y compris le gouverneur adjoint de la province de Brabant flamand et les commissaires du gouvernement fédéral, portant les titres de gouverneur et de vice-gouverneur, institués dans l'arrondissement administratif de Bruxelles-Capitale, commissaire d'arrondissement ou membre de la députation permanente d'un Conseil provincial;
7° membre du personnel statutaire ou contractuel de la société;
8° bourgmestre, échevin ou président du centre public d'aide social d'une commune de plus de 30 000 habitants ou titulaire d'un mandat ou d'une fonction de plein exercice dans une intercommunale;
Lorsqu'un administrateur contrevient aux dispositions de l'alinéa précédent, il est tenu de se démettre des mandats ou fonctions en question dans un délai d'un mois. S'il ne le fait pas, il est réputé, à l'expiration de ce délai, s'être démis de plein droit de son mandat auprès de la société, sans que cela ne porte préjudice à la validité juridique des actes qu'il a accomplis ou des délibérations auxquelles il a pris part pendant la période concernée.
Afdeling III. - Directiecomité.
Section III. - Le comité de direction.
Art.25. § 1. Het directiecomité is belast met het beheer en de dagelijkse leiding van de activiteiten van APETRA en met de tenuitvoerlegging van de besluiten van de raad van bestuur. Het stelt alle handelingen die nodig of dienstig zijn voor de uitvoering van de opdrachten bedoeld in artikel 4, § 2.
§ 2. De leden van het directiecomité worden geselecteerd, benoemd en ontslagen door de raad van bestuur. Zij worden gekozen omwille van hun kennis inzake de aardoliemarkt en zijn niet actief in een commerciële maatschappij. De raad van bestuur stelt de taakverdeling tussen de leden vast en verleent aan één van hen de titel van algemeen directeur.
Het mandaat van lid van het directiecomité bedraagt 6 jaar en is hernieuwbaar.
§ 3. De leden van het directiecomité worden uitgenodigd op alle vergaderingen van de raad van bestuur en hebben er een raadgevende stem.
§ 4. De wederzijdse rechten, met inbegrip van de bezoldiging, en plichten van de leden van het directiecomité worden geregeld door een bijzondere overeenkomst die wordt afgesloten tussen elk lid van het directiecomité en APETRA. De bezoldiging van de leden van het directiecomité is ten laste van APETRA.
§ 5. Artikel 24, § 3, 1° tot en met 6° en 8°, van deze statuten is van toepassing op de leden van het directiecomité.
§ 6. Zonder afbreuk te doen aan de algemene bevoegdheid van vertegenwoordiging van de raad van bestuur als college, wordt de vennootschap in rechte en in de akten, hierin begrepen deze waarvoor het optreden van een ministeriële ambtenaar of een notaris vereist is, geldig vertegenwoordigd door twee leden van het directiecomité die gezamenlijk handelen.
§ 2. De leden van het directiecomité worden geselecteerd, benoemd en ontslagen door de raad van bestuur. Zij worden gekozen omwille van hun kennis inzake de aardoliemarkt en zijn niet actief in een commerciële maatschappij. De raad van bestuur stelt de taakverdeling tussen de leden vast en verleent aan één van hen de titel van algemeen directeur.
Het mandaat van lid van het directiecomité bedraagt 6 jaar en is hernieuwbaar.
§ 3. De leden van het directiecomité worden uitgenodigd op alle vergaderingen van de raad van bestuur en hebben er een raadgevende stem.
§ 4. De wederzijdse rechten, met inbegrip van de bezoldiging, en plichten van de leden van het directiecomité worden geregeld door een bijzondere overeenkomst die wordt afgesloten tussen elk lid van het directiecomité en APETRA. De bezoldiging van de leden van het directiecomité is ten laste van APETRA.
§ 5. Artikel 24, § 3, 1° tot en met 6° en 8°, van deze statuten is van toepassing op de leden van het directiecomité.
§ 6. Zonder afbreuk te doen aan de algemene bevoegdheid van vertegenwoordiging van de raad van bestuur als college, wordt de vennootschap in rechte en in de akten, hierin begrepen deze waarvoor het optreden van een ministeriële ambtenaar of een notaris vereist is, geldig vertegenwoordigd door twee leden van het directiecomité die gezamenlijk handelen.
Art.25. § 1er. Le comité de direction est chargé de la gestion et de la direction journalière des activités d'APETRA et de la mise en oeuvre des décisions du conseil d'administration. Il effectue tous les actes nécessaires ou utiles pour l'exécution des tâches visées à l'article 4, § 2.
§ 2. Les membres du comité de direction sont sélectionnés, nommés et révoqués par le conseil d'administration. Ils sont sélectionnés sur base de leur connaissance en matière du marché pétrolier et ne sont pas actifs dans une société commerciale. Le conseil d'administration établit la répartition des tâches entre les membres et accorde à l'un d'entre eux le titre de directeur général.
Le mandat de membre du comité de direction est de 6 ans et est renouvelable.
§ 3. Le délégué à la gestion journalière est invité à toutes les réunions du conseil d'administration et y a voix consultative.
§ 4. Les droits mutuels, y compris la rémunération, et obligations des membres du comité de direction, sont réglés dans une convention particulière entre chaque membre du Comité de Direction et APETRA. La rémunération des membres du comité de direction est à charge d'APETRA.
§ 5. L'article 24, § 3, 1° à 6° et 8° et l'alinéa deux de ces statuts s'applique aux membres du comité de direction.
§ 6. Sans préjudice de la compétence générale de représentation du conseil d'administration en tant que collège, la société sera valablement représentée en justice et dans les actes, y compris ceux pour lesquels le concours d'un officier ministériel ou d'un notaire est requis, par deux membres du comité de direction agissant conjointement.
§ 2. Les membres du comité de direction sont sélectionnés, nommés et révoqués par le conseil d'administration. Ils sont sélectionnés sur base de leur connaissance en matière du marché pétrolier et ne sont pas actifs dans une société commerciale. Le conseil d'administration établit la répartition des tâches entre les membres et accorde à l'un d'entre eux le titre de directeur général.
Le mandat de membre du comité de direction est de 6 ans et est renouvelable.
§ 3. Le délégué à la gestion journalière est invité à toutes les réunions du conseil d'administration et y a voix consultative.
§ 4. Les droits mutuels, y compris la rémunération, et obligations des membres du comité de direction, sont réglés dans une convention particulière entre chaque membre du Comité de Direction et APETRA. La rémunération des membres du comité de direction est à charge d'APETRA.
§ 5. L'article 24, § 3, 1° à 6° et 8° et l'alinéa deux de ces statuts s'applique aux membres du comité de direction.
§ 6. Sans préjudice de la compétence générale de représentation du conseil d'administration en tant que collège, la société sera valablement représentée en justice et dans les actes, y compris ceux pour lesquels le concours d'un officier ministériel ou d'un notaire est requis, par deux membres du comité de direction agissant conjointement.
Art.26. Het personeel, inclusief de leden van het directiecomité, wordt aangeworven en tewerkgesteld door APETRA krachtens arbeidsovereenkomsten beheerst door de wet van 3 juli 1978 betreffende de arbeidsovereenkomsten.
Art.26. Le personnel d'APETRA, y compris les membres du Comité de direction, est recruté et employé par APETRA en vertu des contrats de travail régis par la loi du 3 juillet 1978 relative aux contrats de travail.
HOOFDSTUK V. - Controle.
CHAPITRE V. - Contrôle.
Afdeling I. - Administratief toezicht.
Section Ier. - Tutelle administrative.
Art.27. § 1. APETRA staat onder de controlebevoegdheid van de Minister. Deze controle wordt uitgeoefend door bemiddeling van een regeringscommissaris.
De Koning stelt de bezoldiging vast van de regeringscommissaris. Die bezoldiging is ten laste van APETRA.
§ 2. De regeringscommissaris waakt over de naleving van de wet, de statuten van APETRA en het beheerscontract.
§ 3. De regeringscommissaris wordt uitgenodigd op alle vergaderingen van de raad van bestuur en heeft er een raadgevende stem. De regeringscommissaris ontvangt de volledige agenda alsmede elk bijbehorend document, uiterlijk vijf werkdagen voor de datum van de vergaderingen, behoudens met redenen omklede buitengewone omstandigheden.
De regeringscommissaris ontvangt de notulen van de vergaderingen van de raad van bestuur.
De regeringscommissaris kan te allen tijde ter plaatse inzage nemen van de boeken, brieven, notulen en in het algemeen, van alle documenten en geschriften van APETRA. Hij kan van de leden en voorzitter van de raad van bestuur, van de algemeen directeur, van de leden van de directie en de aangestelden van APETRA alle verduidelijkingen en inlichtingen vorderen en alle verificaties verrichten die hij nodig acht voor de uitvoering van zijn mandaat.
APETRA bezorgt onmiddellijk aan de regeringscommissaris de opmerkingen van het in artikel 28 bedoelde college van revisoren alsmede de op deze opmerkingen gegeven antwoorden. De regeringscommissaris correspondeert met de leden van het voormelde college van hierboven vernoemde revisoren betreffende de aangelegenheden die tot zijn bevoegdheid behoren.
APETRA stelt ter beschikking van de regeringscommissaris de menselijke en materiële middelen die nodig zijn voor de uitvoering van zijn mandaat. De Minister kan, indien hij zulks nuttig acht, de regeringscommissaris laten bijstaan door deskundigen, wier bezoldiging ten laste is van APETRA
§ 4. De regeringscommissaris kan binnen een termijn van zes werkdagen beroep aantekenen bij de Minister aan wie hij verslag uitbrengt tegen elke beslissing van organen van APETRA, die hij strijdig acht met de wet, met de statuten van APETRA of met het beheerscontract. Dit beroep is eveneens mogelijk tegen elke beslissing die erop gericht is taken die APETRA zelf kan uitvoeren, toe te wijzen aan derden.
Deze termijn van zes werkdagen om een beroep in te stellen tegen de raad van bestuur gaat in op de dag van de vergadering waarop de beslissing werd genomen, voorzover de regeringscommissaris daarop regelmatig was uitgenodigd en in het tegenovergestelde geval, de dag waarop de beslissing aan hem werd betekend of, bij gebrek daaraan, de dag waarop hij van de beslissing kennis heeft gekregen.
Voor de andere beslissingen van de organen van APETRA gaat deze termijn in vanaf de betekening van de beslissing aan de regeringscommissaris of, zoniet vanaf de dag waarop hij van de beslissing kennis heeft gekregen.
Het beroep is opschortend en wordt door de Regeringscommissaris meegedeeld aan de raad van bestuur van APETRA binnen dezelfde termijn.
§ 5. Binnen een termijn van twintig werkdagen, ingaand dezelfde dag als de in § 4 bedoelde termijn, betekent de Minister aan de voorzitter van de raad van bestuur en aan de algemeen directeur, de nietigverklaring van de beslissing.
Bij ontstentenis van een beslissing binnen de in het vorige lid bedoelde termijn, krijgt de beslissing van APETRA een definitief karakter.
§ 6. Elk jaar brengt de raad van bestuur verslag uit bij de Minister over de uitvoering door APETRA van haar taken van openbare dienst.
Elk jaar brengt de Minister verslag uit bij de Senaat en de Kamer van volksvertegenwoordigers betreffende de toepassing van deze wet.
§ 7. Wanneer de naleving van de wet, van de statuten van APETRA of van het beheerscontract dit vereist, kan de Minister of de regeringscommissaris het bevoegde bestuursorgaan verplichten om, binnen de door hem gestelde termijn, te beraadslagen over iedere door hem bepaalde aangelegenheid.
De Koning stelt de bezoldiging vast van de regeringscommissaris. Die bezoldiging is ten laste van APETRA.
§ 2. De regeringscommissaris waakt over de naleving van de wet, de statuten van APETRA en het beheerscontract.
§ 3. De regeringscommissaris wordt uitgenodigd op alle vergaderingen van de raad van bestuur en heeft er een raadgevende stem. De regeringscommissaris ontvangt de volledige agenda alsmede elk bijbehorend document, uiterlijk vijf werkdagen voor de datum van de vergaderingen, behoudens met redenen omklede buitengewone omstandigheden.
De regeringscommissaris ontvangt de notulen van de vergaderingen van de raad van bestuur.
De regeringscommissaris kan te allen tijde ter plaatse inzage nemen van de boeken, brieven, notulen en in het algemeen, van alle documenten en geschriften van APETRA. Hij kan van de leden en voorzitter van de raad van bestuur, van de algemeen directeur, van de leden van de directie en de aangestelden van APETRA alle verduidelijkingen en inlichtingen vorderen en alle verificaties verrichten die hij nodig acht voor de uitvoering van zijn mandaat.
APETRA bezorgt onmiddellijk aan de regeringscommissaris de opmerkingen van het in artikel 28 bedoelde college van revisoren alsmede de op deze opmerkingen gegeven antwoorden. De regeringscommissaris correspondeert met de leden van het voormelde college van hierboven vernoemde revisoren betreffende de aangelegenheden die tot zijn bevoegdheid behoren.
APETRA stelt ter beschikking van de regeringscommissaris de menselijke en materiële middelen die nodig zijn voor de uitvoering van zijn mandaat. De Minister kan, indien hij zulks nuttig acht, de regeringscommissaris laten bijstaan door deskundigen, wier bezoldiging ten laste is van APETRA
§ 4. De regeringscommissaris kan binnen een termijn van zes werkdagen beroep aantekenen bij de Minister aan wie hij verslag uitbrengt tegen elke beslissing van organen van APETRA, die hij strijdig acht met de wet, met de statuten van APETRA of met het beheerscontract. Dit beroep is eveneens mogelijk tegen elke beslissing die erop gericht is taken die APETRA zelf kan uitvoeren, toe te wijzen aan derden.
Deze termijn van zes werkdagen om een beroep in te stellen tegen de raad van bestuur gaat in op de dag van de vergadering waarop de beslissing werd genomen, voorzover de regeringscommissaris daarop regelmatig was uitgenodigd en in het tegenovergestelde geval, de dag waarop de beslissing aan hem werd betekend of, bij gebrek daaraan, de dag waarop hij van de beslissing kennis heeft gekregen.
Voor de andere beslissingen van de organen van APETRA gaat deze termijn in vanaf de betekening van de beslissing aan de regeringscommissaris of, zoniet vanaf de dag waarop hij van de beslissing kennis heeft gekregen.
Het beroep is opschortend en wordt door de Regeringscommissaris meegedeeld aan de raad van bestuur van APETRA binnen dezelfde termijn.
§ 5. Binnen een termijn van twintig werkdagen, ingaand dezelfde dag als de in § 4 bedoelde termijn, betekent de Minister aan de voorzitter van de raad van bestuur en aan de algemeen directeur, de nietigverklaring van de beslissing.
Bij ontstentenis van een beslissing binnen de in het vorige lid bedoelde termijn, krijgt de beslissing van APETRA een definitief karakter.
§ 6. Elk jaar brengt de raad van bestuur verslag uit bij de Minister over de uitvoering door APETRA van haar taken van openbare dienst.
Elk jaar brengt de Minister verslag uit bij de Senaat en de Kamer van volksvertegenwoordigers betreffende de toepassing van deze wet.
§ 7. Wanneer de naleving van de wet, van de statuten van APETRA of van het beheerscontract dit vereist, kan de Minister of de regeringscommissaris het bevoegde bestuursorgaan verplichten om, binnen de door hem gestelde termijn, te beraadslagen over iedere door hem bepaalde aangelegenheid.
Art.27. § 1er. APETRA est soumise au pouvoir de contrôle du Ministre. Ce contrôle est exercé à l'intervention d'un commissaire du gouvernement.
Le Roi détermine la rémunération du commissaire du gouvernement. Cette rémunération est à charge d'APETRA.
§ 2. Le commissaire du gouvernement veille au respect de la loi, des statuts d'APETRA et du contrat de gestion.
§ 3. Le commissaire du gouvernement est invité à toutes les réunions du conseil d'administration et y a voix consultative. Le commissaire du gouvernement reçoit l'ordre du jour complet ainsi que tout document y afférent, au plus tard cinq jours ouvrables avant la date des réunions, sauf circonstances exceptionnelles motivées.
Le commissaire du gouvernement reçoit le procès-verbal des réunions du conseil d'administration.
Le commissaire du gouvernement peut, à tout moment, prendre connaissance, sur place, des livres, de la correspondance, des procès-verbaux et généralement de tous les document et de toutes les écritures d'APETRA. Il peut requérir des membres et du président du conseil d'administration, du directeur général, des membres de la direction et des préposés de APETRA toutes les explications ou informations et procéder à toutes les vérifications qui lui paraissent nécessaires à l'exécution de son mandat.
APETRA transmet immédiatement au commissaire du gouvernement les remarques du collège des réviseurs visé à l'article 28 ainsi que les réponses fournies à ces remarques. Le commissaire du gouvernement correspond avec les membres du collège des réviseurs susvisé au sujet des matières relevant de sa compétence.
APETRA met à la disposition du commissaire du gouvernement les ressources humaines et matériels nécessaires à l'exécution de son mandat. Le Ministre peut, s'il l'estime utile, faire assister le commissaire du gouvernement par des experts. La rémunération des experts est à charge d'APETRA.
§ 4. Le commissaire du gouvernement peut, dans un délai de six jours ouvrables, introduire un recours auprès du ministre auquel il fait rapport contre toute décision des organes d'APETRA qu'il estime contraire à la loi, aux statuts de APETRA ou au contrat de gestion. Ce recours existe également contre toute décision visant à confier à des tiers des tâches qu'APETRA peut exécuter elle-même.
Ce délai de six jours pour exercer un recours contre une décision du conseil d'administration court à partir du jour de la réunion à laquelle la décision a été prise, pour autant que le commissaire du gouvernement y ait été régulièrement convoqué et, dans le cas contraire, à partir du jour où la décision lui a été notifiée ou, à défaut, à partir du jour où il en a reçu connaissance.
Pour les autres décisions des organes d'APETRA, ce délai court à partir de la notification de la décision au commissaire du gouvernement ou, à défaut, à partir du jour où il en a reçu connaissance.
Le recours est suspensif et est notifié par le commissaire du gouvernement au conseil d'administration d'APETRA dans le même délais.
§ 5. Dans un délai de vingt jours ouvrables commençant le même jour que le délai visé au § 4, le Ministre notifie au président du conseil d'administration et au directeur général l'annulation de la décision.
A défaut de décision dans le délai visé à l'alinéa précédent, la décision d'APETRA devient définitive.
§ 6. Chaque année, le conseil d'administration fait rapport au Ministre de l'accomplissement par APETRA de ses tâches de service public.
Chaque année, le Ministre fait rapport au sénat et à la Chambre des représentants de l'application de la présente loi.
§ 7. Lorsque le respect de la loi, des statuts d'APETRA ou du contrat de gestion l'exigent, le Ministre ou le commissaire du gouvernement peut requérir l'organe de gestion compétent de délibérer, dans le délai qu'il fixe, sur toute question qu'il détermine.
Le Roi détermine la rémunération du commissaire du gouvernement. Cette rémunération est à charge d'APETRA.
§ 2. Le commissaire du gouvernement veille au respect de la loi, des statuts d'APETRA et du contrat de gestion.
§ 3. Le commissaire du gouvernement est invité à toutes les réunions du conseil d'administration et y a voix consultative. Le commissaire du gouvernement reçoit l'ordre du jour complet ainsi que tout document y afférent, au plus tard cinq jours ouvrables avant la date des réunions, sauf circonstances exceptionnelles motivées.
Le commissaire du gouvernement reçoit le procès-verbal des réunions du conseil d'administration.
Le commissaire du gouvernement peut, à tout moment, prendre connaissance, sur place, des livres, de la correspondance, des procès-verbaux et généralement de tous les document et de toutes les écritures d'APETRA. Il peut requérir des membres et du président du conseil d'administration, du directeur général, des membres de la direction et des préposés de APETRA toutes les explications ou informations et procéder à toutes les vérifications qui lui paraissent nécessaires à l'exécution de son mandat.
APETRA transmet immédiatement au commissaire du gouvernement les remarques du collège des réviseurs visé à l'article 28 ainsi que les réponses fournies à ces remarques. Le commissaire du gouvernement correspond avec les membres du collège des réviseurs susvisé au sujet des matières relevant de sa compétence.
APETRA met à la disposition du commissaire du gouvernement les ressources humaines et matériels nécessaires à l'exécution de son mandat. Le Ministre peut, s'il l'estime utile, faire assister le commissaire du gouvernement par des experts. La rémunération des experts est à charge d'APETRA.
§ 4. Le commissaire du gouvernement peut, dans un délai de six jours ouvrables, introduire un recours auprès du ministre auquel il fait rapport contre toute décision des organes d'APETRA qu'il estime contraire à la loi, aux statuts de APETRA ou au contrat de gestion. Ce recours existe également contre toute décision visant à confier à des tiers des tâches qu'APETRA peut exécuter elle-même.
Ce délai de six jours pour exercer un recours contre une décision du conseil d'administration court à partir du jour de la réunion à laquelle la décision a été prise, pour autant que le commissaire du gouvernement y ait été régulièrement convoqué et, dans le cas contraire, à partir du jour où la décision lui a été notifiée ou, à défaut, à partir du jour où il en a reçu connaissance.
Pour les autres décisions des organes d'APETRA, ce délai court à partir de la notification de la décision au commissaire du gouvernement ou, à défaut, à partir du jour où il en a reçu connaissance.
Le recours est suspensif et est notifié par le commissaire du gouvernement au conseil d'administration d'APETRA dans le même délais.
§ 5. Dans un délai de vingt jours ouvrables commençant le même jour que le délai visé au § 4, le Ministre notifie au président du conseil d'administration et au directeur général l'annulation de la décision.
A défaut de décision dans le délai visé à l'alinéa précédent, la décision d'APETRA devient définitive.
§ 6. Chaque année, le conseil d'administration fait rapport au Ministre de l'accomplissement par APETRA de ses tâches de service public.
Chaque année, le Ministre fait rapport au sénat et à la Chambre des représentants de l'application de la présente loi.
§ 7. Lorsque le respect de la loi, des statuts d'APETRA ou du contrat de gestion l'exigent, le Ministre ou le commissaire du gouvernement peut requérir l'organe de gestion compétent de délibérer, dans le délai qu'il fixe, sur toute question qu'il détermine.
Afdeling II. - Controle op de financiële toestand.
Section II. - Contrôle de la situation financière.
Art.28. § 1. De controle op de financiële toestand, op de jaarrekeningen en op de regelmatigheid vanuit het oogpunt van de wet en van de statuten van APETRA van de verrichtingen weer te geven in de jaarrekeningen, wordt in APETRA opgedragen aan een college van revisoren dat twee leden telt. De leden van het college voeren de titel van revisor.
§ 2. Het Rekenhof benoemt één revisor. De andere revisor wordt door de Raad van bestuur benoemd.
De revisor benoemd door het Rekenhof wordt benoemd onder de leden van het Hof. De andere revisor wordt benoemd onder de leden, natuurlijke personen of rechtspersonen, van het Instituut der bedrijfsrevisoren.
§ 3. De revisoren worden benoemd voor een hernieuwbare termijn van zes jaar. Op straffe van schadevergoeding kunnen zij tijdens hun opdracht alleen om wettige redenen ontslagen worden.
Behoudens gewichtige persoonlijke redenen mag een revisor geen ontslag nemen, tenzij ter gelegenheid van de neerlegging van zijn verslag bij de jaarrekening en nadat hij de Minister schriftelijk heeft ingelicht over de beweegredenen van zijn ontslag.
§ 4. De vergoeding van de revisoren is ten laste van APETRA.
§ 5. Het in artikel 143 van het Wetboek van vennootschappen bedoelde verslag wordt overgezonden aan de raad van bestuur en aan de minister.
§ 6. Het Rekenhof oefent zijn toezicht uit uitsluitend op grond van artikel 30. De rekenplichtigen van APETRA zijn niet onderworpen aan de wet van 29 oktober 1846 op de inrichting van het Rekenhof.
§ 2. Het Rekenhof benoemt één revisor. De andere revisor wordt door de Raad van bestuur benoemd.
De revisor benoemd door het Rekenhof wordt benoemd onder de leden van het Hof. De andere revisor wordt benoemd onder de leden, natuurlijke personen of rechtspersonen, van het Instituut der bedrijfsrevisoren.
§ 3. De revisoren worden benoemd voor een hernieuwbare termijn van zes jaar. Op straffe van schadevergoeding kunnen zij tijdens hun opdracht alleen om wettige redenen ontslagen worden.
Behoudens gewichtige persoonlijke redenen mag een revisor geen ontslag nemen, tenzij ter gelegenheid van de neerlegging van zijn verslag bij de jaarrekening en nadat hij de Minister schriftelijk heeft ingelicht over de beweegredenen van zijn ontslag.
§ 4. De vergoeding van de revisoren is ten laste van APETRA.
§ 5. Het in artikel 143 van het Wetboek van vennootschappen bedoelde verslag wordt overgezonden aan de raad van bestuur en aan de minister.
§ 6. Het Rekenhof oefent zijn toezicht uit uitsluitend op grond van artikel 30. De rekenplichtigen van APETRA zijn niet onderworpen aan de wet van 29 oktober 1846 op de inrichting van het Rekenhof.
Art.28. § 1er. Le contrôle de la situation financière, des comptes annuels et de la régularité, au regard de la loi et des statuts d'APETRA, des opérations à constater dans les comptes annuels, est confié au sein d'APETRA à un collège de réviseurs qui compte deux membres. Les membres du collège portent le titre de réviseur.
§ 2. La Cour des comptes nomme un réviseur. L'autre réviseur est nommé par le Conseil d'administration.
Le réviseur nommé par la Cour des comptes est nommé parmi les membres de celle-ci. L'autre réviseur est nommé parmi les membres, personnes physiques ou morales, de l'Institut des réviseurs d'entreprise.
§ 3. Les réviseurs sont nommés pour un terme renouvelable de six ans. Sous peine de dommages et intérêts, ils ne peuvent être révoqués en cours de mandat que pour juste motif.
Un réviseur ne peut, sans motif personnel grave, démissionner de ses fonctions qu'à l'occasion du dépôt de son rapport sur les comptes annuels et après avoir fait un rapport écrit sur les raisons de sa démission au ministre.
§ 4. La rémunération des réviseurs est à charge d'APETRA.
§ 5. Le rapport visé à l'article 143 du Code des sociétés est transmis au conseil d'administration et au ministre.
§ 6. La Cour des comptes exerce son contrôle exclusivement sur la base de l'article 30. Les comptables d'APETRA ne sont pas soumis à la loi du 29 octobre 1846 relative à l'organisation de la Cour des comptes.
§ 2. La Cour des comptes nomme un réviseur. L'autre réviseur est nommé par le Conseil d'administration.
Le réviseur nommé par la Cour des comptes est nommé parmi les membres de celle-ci. L'autre réviseur est nommé parmi les membres, personnes physiques ou morales, de l'Institut des réviseurs d'entreprise.
§ 3. Les réviseurs sont nommés pour un terme renouvelable de six ans. Sous peine de dommages et intérêts, ils ne peuvent être révoqués en cours de mandat que pour juste motif.
Un réviseur ne peut, sans motif personnel grave, démissionner de ses fonctions qu'à l'occasion du dépôt de son rapport sur les comptes annuels et après avoir fait un rapport écrit sur les raisons de sa démission au ministre.
§ 4. La rémunération des réviseurs est à charge d'APETRA.
§ 5. Le rapport visé à l'article 143 du Code des sociétés est transmis au conseil d'administration et au ministre.
§ 6. La Cour des comptes exerce son contrôle exclusivement sur la base de l'article 30. Les comptables d'APETRA ne sont pas soumis à la loi du 29 octobre 1846 relative à l'organisation de la Cour des comptes.
HOOFDSTUK VI. - Boekhouding- jaarrekening verdeling van de winst - verslagen.
CHAPITRE VI. - Comptabilité - Compte annuel distribution de bénéfices - rapports.
Afdeling I. - Boekhouding en jaarrekening.
Section Ier. - Comptabilité et comptes annuels.
Art.29. § 1. Het boekjaar begint op 1 januari en eindigt op 31 december van elk jaar.
§ 2. APETRA is onderworpen aan de wet van 17 juli 1975 met betrekking tot de boekhouding en de jaarrekening van de ondernemingen. Zij voert haar boekhouding per kalenderjaar. Zij voorziet in een afzonderlijk stelsel van rekeningen voor de activiteiten die verband houden met haar taken van openbare dienst, enerzijds en haar andere activiteiten, anderzijds.
De bijlage bij de jaarrekening bevat een samenvattende staat van de rekeningen betreffende de taken van openbare dienst en een desbetreffend commentaar.
§ 3. Elk jaar maakt de raad van bestuur een inventaris op, alsmede de jaarrekening en een beleidsverslag. Het beleidsverslag bevat de informatie bepaald in artikel 96 van het Wetboek van vennootschappen.
Onder voorbehoud van bijzondere regelen vastgesteld krachtens artikel 10, § 2, tweede lid, van de wet van 17 juli 1975 met betrekking tot de boekhouding en de jaarrekening van de ondernemingen, ingevoegd bij de wet van 1 juli 1983, worden de jaarrekening, het beleidsverslag en het verslag van het college van revisoren bekendgemaakt op de wijze bepaald in artikel 98 van het Wetboek van vennootschappen. De artikelen 104 en 105 van deze wet zijn van overeenkomstige toepassing.
§ 2. APETRA is onderworpen aan de wet van 17 juli 1975 met betrekking tot de boekhouding en de jaarrekening van de ondernemingen. Zij voert haar boekhouding per kalenderjaar. Zij voorziet in een afzonderlijk stelsel van rekeningen voor de activiteiten die verband houden met haar taken van openbare dienst, enerzijds en haar andere activiteiten, anderzijds.
De bijlage bij de jaarrekening bevat een samenvattende staat van de rekeningen betreffende de taken van openbare dienst en een desbetreffend commentaar.
§ 3. Elk jaar maakt de raad van bestuur een inventaris op, alsmede de jaarrekening en een beleidsverslag. Het beleidsverslag bevat de informatie bepaald in artikel 96 van het Wetboek van vennootschappen.
Onder voorbehoud van bijzondere regelen vastgesteld krachtens artikel 10, § 2, tweede lid, van de wet van 17 juli 1975 met betrekking tot de boekhouding en de jaarrekening van de ondernemingen, ingevoegd bij de wet van 1 juli 1983, worden de jaarrekening, het beleidsverslag en het verslag van het college van revisoren bekendgemaakt op de wijze bepaald in artikel 98 van het Wetboek van vennootschappen. De artikelen 104 en 105 van deze wet zijn van overeenkomstige toepassing.
Art.29. § 1er. L'exercice social commence le 1er janvier et se termine le 31 décembre de chaque année.
§ 2. APETRA est soumise à la loi du 17 juillet 1975 relative à la comptabilité et aux comptes annuels des entreprises. Elle établit sa comptabilité par année civile. Elle établit un système distinct de comptes pour les activités ayant trait à ses tâches de service public, d'une part, et pour ses autres activités, d'autre part.
L'annexe aux comptes annuels contient un état récapitulatif des comptes relatifs aux tâches de service public et un commentaire à ce sujet.
§ 3. Chaque année, le conseil d'administration dresse un inventaire et établit les comptes annuels et un rapport de gestion. Le rapport de gestion contient les informations visées à l'article 96 du Code des sociétés.
Sous réserve des règles particulières arrêtées en vertu de l'article 10, § 2, deuxième alinéa, de la loi du 17 juillet 1975 relative à la comptabilité et aux comptes annuels des entreprises, inséré par la loi du 1er juillet 1983, les comptes annuels, le rapport de gestion et le rapport du collège des réviseurs sont publiés de la manière déterminée à l'article 98 du Code des sociétés. Les articles 104 et 105 de la même loi sont appliqués par analogie.
§ 2. APETRA est soumise à la loi du 17 juillet 1975 relative à la comptabilité et aux comptes annuels des entreprises. Elle établit sa comptabilité par année civile. Elle établit un système distinct de comptes pour les activités ayant trait à ses tâches de service public, d'une part, et pour ses autres activités, d'autre part.
L'annexe aux comptes annuels contient un état récapitulatif des comptes relatifs aux tâches de service public et un commentaire à ce sujet.
§ 3. Chaque année, le conseil d'administration dresse un inventaire et établit les comptes annuels et un rapport de gestion. Le rapport de gestion contient les informations visées à l'article 96 du Code des sociétés.
Sous réserve des règles particulières arrêtées en vertu de l'article 10, § 2, deuxième alinéa, de la loi du 17 juillet 1975 relative à la comptabilité et aux comptes annuels des entreprises, inséré par la loi du 1er juillet 1983, les comptes annuels, le rapport de gestion et le rapport du collège des réviseurs sont publiés de la manière déterminée à l'article 98 du Code des sociétés. Les articles 104 et 105 de la même loi sont appliqués par analogie.
Afdeling 2. - Controle door het Rekenhof en mededeling aan de Kamer van Volksvertegenwoordigers.
Section II. - Contrôle par la Cours des comptes et communication à la Chambre des Représentants.
Art.30. De raad van bestuur zendt de Minister voor 15 april van het jaar volgend op het betrokken boekjaar, de jaarrekening tezamen met het beleidsverslag en het in artikel 28 van deze statuten bedoelde verslag van het college van revisoren.
Voor 31 mei van het jaar volgend op het betrokken boekjaar, zendt de Minister de in het eerste lid bedoelde stukken ter nazicht over aan het Rekenhof.
Het Rekenhof kan door bemiddeling van zijn vertegenwoordiger in het college van revisoren een toezicht ter plaatse inrichten op de rekeningen en verrichtingen die betrekking hebben op de uitvoering van de taken van openbare dienst. Het Hof kan de rekeningen in zijn Opmerkingenboek bekendmaken.
Bovendien stelt het Rekenhof, door bemiddeling van zijn vertegenwoordiger binnen het college van revisoren, jaarlijks een verslag op bestemd voor de Senaat en de Kamer van volksvertegenwoordigers over de uitvoering van de taken van openbare dienst.
Voor dezelfde datum deelt de Minister de in het eerst lid bedoelde stukken mee aan de Kamer van volksvertegenwoordigers.
Voor 31 mei van het jaar volgend op het betrokken boekjaar, zendt de Minister de in het eerste lid bedoelde stukken ter nazicht over aan het Rekenhof.
Het Rekenhof kan door bemiddeling van zijn vertegenwoordiger in het college van revisoren een toezicht ter plaatse inrichten op de rekeningen en verrichtingen die betrekking hebben op de uitvoering van de taken van openbare dienst. Het Hof kan de rekeningen in zijn Opmerkingenboek bekendmaken.
Bovendien stelt het Rekenhof, door bemiddeling van zijn vertegenwoordiger binnen het college van revisoren, jaarlijks een verslag op bestemd voor de Senaat en de Kamer van volksvertegenwoordigers over de uitvoering van de taken van openbare dienst.
Voor dezelfde datum deelt de Minister de in het eerst lid bedoelde stukken mee aan de Kamer van volksvertegenwoordigers.
Art.30. Le conseil d'administration communique les comptes annuels accompagnés du rapport de gestion et du rapport du collège des réviseurs visé à l'article 28 des présents statuts au Ministre, avant le 15 avril de l'année suivant l'exercice concerné.
Avant le 31 mai de l'année suivant l'exercice concerné, le Ministre communique les documents visés au premier alinéa à la Cour des comptes pour vérification.
La Cour des comptes peut, à l'intervention de son représentant au collège des réviseurs, organiser un contrôle sur place des comptes et opérations ayant trait à l'exécution des tâches de service public. La Cour peut publier les comptes dans son Cahier d'observations.
En outre, à l'intervention de son représentant au collège des réviseurs, la Cour des comptes établit chaque année, à l'attention du sénat et de la Chambre des représentants, un rapport relatif à la mise en oeuvre des tâches de service public.
Avant la même date, le Ministre communique les documents visés au premier alinéa à la Chambre des représentants.
Avant le 31 mai de l'année suivant l'exercice concerné, le Ministre communique les documents visés au premier alinéa à la Cour des comptes pour vérification.
La Cour des comptes peut, à l'intervention de son représentant au collège des réviseurs, organiser un contrôle sur place des comptes et opérations ayant trait à l'exécution des tâches de service public. La Cour peut publier les comptes dans son Cahier d'observations.
En outre, à l'intervention de son représentant au collège des réviseurs, la Cour des comptes établit chaque année, à l'attention du sénat et de la Chambre des représentants, un rapport relatif à la mise en oeuvre des tâches de service public.
Avant la même date, le Ministre communique les documents visés au premier alinéa à la Chambre des représentants.
Afdeling 3. - Goedkeuring van de jaarrekening.
Section III. - Approbation du compte annuel.
Art.31. De jaarlijkse algemene vergadering hoort het beleidsverslag en het verslag van het collega van revisoren en beslist over de goedkeuring van de jaarrekening.
Na goedkeuring van de jaarrekening spreekt de algemene vergadering zich uit, bij afzonderlijke stemming, over de kwijting aan de directeurs en, desgevallend, aan de leden van het collega van revisoren. Deze kwijting is slechts geldig indien de jaarrekening noch weglatingen, noch valse vermeldingen bevat die de werkelijke toestand van de vennootschap verbergen en, wat betreft de handelingen strijdig met de statuten, slechts wanneer deze speciaal in de oproeping werden aangeduid.
Na goedkeuring van de jaarrekening spreekt de algemene vergadering zich uit, bij afzonderlijke stemming, over de kwijting aan de directeurs en, desgevallend, aan de leden van het collega van revisoren. Deze kwijting is slechts geldig indien de jaarrekening noch weglatingen, noch valse vermeldingen bevat die de werkelijke toestand van de vennootschap verbergen en, wat betreft de handelingen strijdig met de statuten, slechts wanneer deze speciaal in de oproeping werden aangeduid.
Art.31. L'assemblée générale annuelle entend le rapport de gestion et le rapport du collège des réviseurs et statue sur l'approbation des comptes annuels.
Après l'approbation des comptes annuels, l'assemblée générale se prononce par vote spécial sur la décharge des administrateurs et, le cas échéant, des membres du collège des réviseurs. Cette décharge n'est valable qu'à condition que le bilan ne contienne aucune omission, ni indication fausse dissimulant la situation réelle de la société, et, en ce qui concerne les actes commis en violation des statuts, qu'ils ont été spécialement indiqués dans la convocation.
Après l'approbation des comptes annuels, l'assemblée générale se prononce par vote spécial sur la décharge des administrateurs et, le cas échéant, des membres du collège des réviseurs. Cette décharge n'est valable qu'à condition que le bilan ne contienne aucune omission, ni indication fausse dissimulant la situation réelle de la société, et, en ce qui concerne les actes commis en violation des statuts, qu'ils ont été spécialement indiqués dans la convocation.
Afdeling 4. - Bestemming van de winst.
Section IV. - Destination des bénéfices.
Art.32. Op voorstel van de raad van bestuur beslist de algemene vergadering bij volstrekte meerderheid van uitgebrachte stemmen over de bestemming van het saldo van de nettowinst, met inachtneming van de bepalingen voorgeschreven door de gecoördineerde wetten op de handelsvennootschappen. De te bestemmen nettowinst zal, in het kader van het sociaal oogmerk van de vennootschap, aangewend worden ter financiering van de werkingskosten, voor het versneld afbouwen van de leningen of van de individuele voorraadplicht, voor het versneld opbouwen van voorraden in eigendom van de vennootschap en van noodzakelijke of nuttige investeringen voor de goede werking van de vennootschap. In geen geval zal een uitkering van winst aan de aandeelhouders mogelijk zijn.
Art.32. Sur proposition du conseil d'administration l'assemblée générale décide à la majorité absolue des voix émises de l'affectation du solde du bénéfice net, dans le respect des dispositions prescrites par les lois coordonnées sur les sociétés commerciales. Le bénéficie net à affecter sera, dans le cadre de la finalité sociale de la société, affecté pour le financement des frais de fonctionnement, pour le remboursement accéléré des emprunts, pour la constitution accélérée des stocks en propriété et pour des investissements nécessaires ou utiles pour le bon fonctionnement de la société. Une répartition de bénéfices aux actionnaires ne sera en aucun cas possible.
Afdeling 5. - Op te stellen verslagen.
Section V. - Les rapports à rédiger.
Art.33. § 1. Overeenkomstig en volgens de bepalingen uiteengezet in de wet worden jaarlijks volgende verslagen opgesteld :
1° Een ontwerp van beheersverslag, dat naast de informatie bepaald in artikel 77, 4e lid, van de gecoördineerde wetten op de handelsvennootschappen eveneens het bijzonder verslag over het sociaal oogmerk zoals voorzien door artikel 164bis, § 1, 6°, van de gecoördineerde wetten op de handelsvennootschappen bevat. Dit ontwerp van verslag wordt opgesteld door het directiecomité en. bezorgd aan de raad van bestuur, die het definitieve verslag opstelt. Dit verslag wordt voor 30 april van elk jaar voorgelegd aan de algemene vergadering.
2° het in artikel 65 van de gecoördineerde wetten op de handelsvennootschappen bedoelde verslag, opgesteld door het college van revisoren. Dit verslag wordt ten minste 15 dagen voor de algemene vergadering mee aan de raad van bestuur.
De verslagen bedoeld in 1° en 2° worden, onder voorbehoud van bijzondere regelen vastgesteld krachtens artikel 10, § 2 tweede lid van de wet van 17 juli 1975 met betrekking tot de boekhouding en de jaarrekening van de ondernemingen ingevoegd bij de wet van 1 juli 1983, overeenkomstig artikel 80 van de gecoördineerde wetten op de handelsvennootschappen bekend gemaakt. Artikel 80bis van de gecoördineerde wetten is van overeenkomstige toepassing.
De raad van bestuur zendt voor 30 april van het jaar volgend op het betrokken boekjaar de verslagen bedoeld in 1° en 2° aan de Minister onder wie de vennootschap ressorteert, alsmede aan de Minister van Begroting. Deze verslagen worden ter informatie eveneens bezorgd aan de Ministers waaronder de overheidsdiensten vertegenwoordigd in de raad van bestuur ressorteren.
De Minister onder wie APETRA ressorteert deelt voor 31 mei van het jaar volgend op het betrokken boekjaar deze verslagen ter nazicht over aan het Rekenhof en aan Kamer en Senaat.
§ 2. Een ontwerp van ondernemingsplan waarin de doelstellingen en de strategie van APETRA op middellange termijn worden vastgelegd, wordt jaarlijks opgesteld door het directiecomité. Dit ontwerp wordt ter goedkeuring voorgelegd aan de raad van bestuur. Dit ondernemingsplan wordt overgemaakt aan de Minister onder wie de vennootschap ressorteert voor 1 juni van het jaar voorafgaand aan het boekjaar.
§ 3. Het directiecomité brengt regelmatig verslag uit aan de raad van bestuur. Over het dagelijks beheer wordt een jaarverslag overgemaakt aan het Parlement.
1° Een ontwerp van beheersverslag, dat naast de informatie bepaald in artikel 77, 4e lid, van de gecoördineerde wetten op de handelsvennootschappen eveneens het bijzonder verslag over het sociaal oogmerk zoals voorzien door artikel 164bis, § 1, 6°, van de gecoördineerde wetten op de handelsvennootschappen bevat. Dit ontwerp van verslag wordt opgesteld door het directiecomité en. bezorgd aan de raad van bestuur, die het definitieve verslag opstelt. Dit verslag wordt voor 30 april van elk jaar voorgelegd aan de algemene vergadering.
2° het in artikel 65 van de gecoördineerde wetten op de handelsvennootschappen bedoelde verslag, opgesteld door het college van revisoren. Dit verslag wordt ten minste 15 dagen voor de algemene vergadering mee aan de raad van bestuur.
De verslagen bedoeld in 1° en 2° worden, onder voorbehoud van bijzondere regelen vastgesteld krachtens artikel 10, § 2 tweede lid van de wet van 17 juli 1975 met betrekking tot de boekhouding en de jaarrekening van de ondernemingen ingevoegd bij de wet van 1 juli 1983, overeenkomstig artikel 80 van de gecoördineerde wetten op de handelsvennootschappen bekend gemaakt. Artikel 80bis van de gecoördineerde wetten is van overeenkomstige toepassing.
De raad van bestuur zendt voor 30 april van het jaar volgend op het betrokken boekjaar de verslagen bedoeld in 1° en 2° aan de Minister onder wie de vennootschap ressorteert, alsmede aan de Minister van Begroting. Deze verslagen worden ter informatie eveneens bezorgd aan de Ministers waaronder de overheidsdiensten vertegenwoordigd in de raad van bestuur ressorteren.
De Minister onder wie APETRA ressorteert deelt voor 31 mei van het jaar volgend op het betrokken boekjaar deze verslagen ter nazicht over aan het Rekenhof en aan Kamer en Senaat.
§ 2. Een ontwerp van ondernemingsplan waarin de doelstellingen en de strategie van APETRA op middellange termijn worden vastgelegd, wordt jaarlijks opgesteld door het directiecomité. Dit ontwerp wordt ter goedkeuring voorgelegd aan de raad van bestuur. Dit ondernemingsplan wordt overgemaakt aan de Minister onder wie de vennootschap ressorteert voor 1 juni van het jaar voorafgaand aan het boekjaar.
§ 3. Het directiecomité brengt regelmatig verslag uit aan de raad van bestuur. Over het dagelijks beheer wordt een jaarverslag overgemaakt aan het Parlement.
Art.33. § 1er. Conformément et selon les dispositions exposées dans le présent arrêté, les rapports annuels suivants sont rédigés :
1° Un projet de rapport de gestion, comprenant outre l'information prescrite par l'article 77, alinéa 4 des lois coordonnées sur les sociétés commerciales, également le rapport spécial relatif à la finalité sociale tel que prévu par l'article 164bis, § 1, 6°, des lois coordonnées sur les sociétés commerciales. Ce projet de rapport est établi par le comité de direction et transmis au conseil d'administration, qui rédige le rapport définitif. Ce rapport est présenté à l'assemblée générale avant le 30 avril de chaque année.
2° le rapport visé à l'article 65 des lois coordonnées sur les sociétés commerciales, établit par le collège des réviseurs. Ce rapport est communiqué au conseil d'administration au moins quinze jours avant l'assemblée générale.
Les rapports visés au 1° et 2° sont publiés, sous réserve des règles particulières arrêtées en vertu de l'article 10, § 2, deuxième alinéa, de la loi du 17 juillet 1975 relative à la comptabilité et aux comptes annuels des entreprises, inséré par la loi du 1er juillet 1983, conformément à l'article 80 des lois coordonnées sur les sociétés commerciales. L'article 80bis des lois coordonnées est appliqué par analogie.
Le conseil d'administration communique les rapports visés au 1° et 2° au Ministre dont relève la société, ainsi qu'au Ministre du Budget avant le 30 avril de l'année suivant l'exercice concerné. Ces rapports sont également envoyés, comme titre d'information, aux Ministres dont relèvent les services publics représentés dans le conseil d'administration.
Le Ministre dont relève APETRA communique avant le 31 mai de l'année suivant l'exercice concerné les rapports à la Cour des comptes et à la Chambre et au sénat.
§ 2. Un projet de plan d'Entreprise, indiquant les objectifs et la stratégie d'APETRA à moyen terme, est établi annuellement par le comité de direction. Ce projet est soumis à l'approbation du conseil d'administration. Ce plan d'entreprise est transmis au Ministre dont relève la société avant le 1er juin de l'année qui précède l'exercice comptable.
§ 3. Le comité de direction fait régulièrement rapport au conseil d'administration. Un rapport annuel sur la gestion journalière est transmis au Parlement.
1° Un projet de rapport de gestion, comprenant outre l'information prescrite par l'article 77, alinéa 4 des lois coordonnées sur les sociétés commerciales, également le rapport spécial relatif à la finalité sociale tel que prévu par l'article 164bis, § 1, 6°, des lois coordonnées sur les sociétés commerciales. Ce projet de rapport est établi par le comité de direction et transmis au conseil d'administration, qui rédige le rapport définitif. Ce rapport est présenté à l'assemblée générale avant le 30 avril de chaque année.
2° le rapport visé à l'article 65 des lois coordonnées sur les sociétés commerciales, établit par le collège des réviseurs. Ce rapport est communiqué au conseil d'administration au moins quinze jours avant l'assemblée générale.
Les rapports visés au 1° et 2° sont publiés, sous réserve des règles particulières arrêtées en vertu de l'article 10, § 2, deuxième alinéa, de la loi du 17 juillet 1975 relative à la comptabilité et aux comptes annuels des entreprises, inséré par la loi du 1er juillet 1983, conformément à l'article 80 des lois coordonnées sur les sociétés commerciales. L'article 80bis des lois coordonnées est appliqué par analogie.
Le conseil d'administration communique les rapports visés au 1° et 2° au Ministre dont relève la société, ainsi qu'au Ministre du Budget avant le 30 avril de l'année suivant l'exercice concerné. Ces rapports sont également envoyés, comme titre d'information, aux Ministres dont relèvent les services publics représentés dans le conseil d'administration.
Le Ministre dont relève APETRA communique avant le 31 mai de l'année suivant l'exercice concerné les rapports à la Cour des comptes et à la Chambre et au sénat.
§ 2. Un projet de plan d'Entreprise, indiquant les objectifs et la stratégie d'APETRA à moyen terme, est établi annuellement par le comité de direction. Ce projet est soumis à l'approbation du conseil d'administration. Ce plan d'entreprise est transmis au Ministre dont relève la société avant le 1er juin de l'année qui précède l'exercice comptable.
§ 3. Le comité de direction fait régulièrement rapport au conseil d'administration. Un rapport annuel sur la gestion journalière est transmis au Parlement.
HOOFDSTUK VII. - Duur en ontbinding.
CHAPITRE VII. - Durée et dissolution.
Art.34. De vennootschap is opgericht voor een onbepaalde duur.
Art.34. La société est constituée pour une durée illimitée.
Art.35. De ontbinding van de vennootschap kan slechts bij of krachtens een wet worden uitgesproken. De wet regelt de wijze en de voorwaarden van de vereffening met inachtname van artikel 164bis, § 1, 9°, van de gecoördineerde wetten op de handelsvennootschappen.
Na de aanzuivering van het hele passief en de terugbetaling van de aandeelhouders van hun inbreng krijgt hetgeen na de vereffening overblijft een bestemming die zo nauw mogelijk aansluit bij het sociaal oogmerk van de vennootschap.
Na de aanzuivering van het hele passief en de terugbetaling van de aandeelhouders van hun inbreng krijgt hetgeen na de vereffening overblijft een bestemming die zo nauw mogelijk aansluit bij het sociaal oogmerk van de vennootschap.
Art.35. La dissolution de la société ne peut être prononcée que par ou en vertu d'une loi. La loi règle le mode et les conditions de la liquidation, dans le respect de l'article 164bis, § 1er, 9°, des lois coordonnées sur les sociétés commerciales.
Après l'apurement de tout le passif et le remboursement de leur mise aux actionnaires, le surplus de la liquidation recevra une affectation qui se rapproche le plus possible du but social de la société.
Après l'apurement de tout le passif et le remboursement de leur mise aux actionnaires, le surplus de la liquidation recevra une affectation qui se rapproche le plus possible du but social de la société.
HOOFDSTUK VIII. - Algemene, eind- en overgangsbepalingen.
CHAPITRE VIII. - Dispositions générales, finals et de transition.
Art.36. Begrippen die niet nader gedefinieerd zijn in deze statuten zullen de betekenis hebben zoals bepaald in de wet.
Art.36. Les termes qui ne sont pas définis de manière précise dans les présents statuts ont la signification prévue par la loi.
Art.37. Het eerste boekjaar neemt een aanvang op het moment van publicatie van deze statuten en eindigt op 31 december 2007.
Art.37. Le premier exercice social commence au moment de la publication de ces statuts et se termine le 31 décembre 2007.
Art. 38. De eerste algemene vergadering zal plaatshebben binnen een termijn van 15 dagen na publicatie van deze statuten.
Art. 38. La première assemblée générale sera tenue dans les 15 jours suivant la publication de ces statuts.