Comparaison NL / FR

| Word Word (citation)

Nederlands (NL)

Français (FR)

Titre
17 NOVEMBER 2006. - Besluit van de Vlaamse Regering betreffende de goedkeuring en subsidiëring van geïntegreerde woonprojecten voor personen met een handicap (NOTA : Raadpleging van vroegere versies vanaf 10-01-2007 en tekstbijwerking tot 25-06-2015)
Titre
17 NOVEMBRE 2006. - Arrêté du Gouvernement flamand relatif à l'approbation et au subventionnement de projets de logement intégrés pour des personnes handicapées (TRADUCTION) (NOTE : Consultation des versions antérieures à partir du 10-01-2007 et mise à jour au 25-06-2015)
Informations sur le document
Info du document
Tekst (27)
Texte (27)
HOOFDSTUK I. - Algemene bepalingen.
CHAPITRE Ier. - Dispositions générales.
Artikel 1. Voor de toepassing van dit besluit wordt verstaan onder :
  1° het geïntegreerd woonproject : een project dat wordt opgezet door voorzieningen die [1 op inclusieve wijze]1 personen met een handicap huisvesten in individuele woningen of groepswoningen die in de gewone woonomgeving zijn geïntegreerd, hen een globale begeleiding bieden in hun woonsituatie en voor hen een aangepaste dagbesteding organiseren of hen naar een aangepaste dagbesteding toeleiden, waarbij de personen met een handicap zelf instaan voor de woon- en leefkosten;
  2° persoon met een handicap : de persoon die ten gevolge van zijn handicap beschikt over een beslissing inzake tenlasteneming van bijstand van het agentschap of van zijn rechtsvoorganger die toegang geeft tot een tehuis niet werkenden [1 type bezigheid of tehuis niet-werkenden type nursing]1;
  3° agentschap : het Vlaams Agentschap voor Personen met een Handicap;
  4° een voorziening : een door het agentschap of zijn rechtsvoorganger erkende voorziening die opvang, behandeling en begeleiding van personen met een handicap organiseert, centra of diensten voor revalidatie uitgezonderd.
  
Article 1. Pour l'application du présent arrêté, on entend par :
  1° le projet de logement intégré : un projet entamé par des structures qui logent [1 de manière inclusive]1 des personnes handicapées dans des habitations individuelles ou communes intégrées dans un environnement d'habitat normal, en leur offrant un accompagnement global dans leur situation de logement et en organisant leur occupation quotidienne adaptée ou en les guidant vers une occupation quotidienne adaptée tout en y veillant que ces personnes handicapées sont elles-mêmes responsables des frais de vie et de logement;
  " 2° personne handicapée : la personne qui suite à son handicap dispose d'une décision en matière de prise à charge d'assistance par l'agence ou de son prédécesseur en droits donnant accès à une maison pour non-travailleurs [1 type occupation ou une maison pour non-travailleurs type nursing]1;
  3° agence : le "Vlaams Agentschap voor Personen met een Handicap";
  4° une structure : une structure agréée par l'agence ou par son prédécesseur en droits qui organise l'accueil, le traitement et l'accompagnement de personnes handicapées, à l'exception des centres ou services de revalidation.
  
Art.2. Het hoofd van het agentschap kan bij wijze van experiment overeenkomstig de bepalingen van dit besluit en binnen de grenzen van de op de begroting van het agentschap ingeschreven kredieten, geïntegreerde woonprojecten erkennen en subsidiëren.
  Het totaal aantal plaatsen wordt vastgesteld op [1 100]1. De minister bevoegd voor de bijstand aan personen kan dit aantal wijzigen.
  Een geïntegreerd woonproject kan eventueel worden georganiseerd door reconversie van een al [1 georganiseerde erkenningsvorm]1.
  
Art.2. Conformément aux dispositions du présent arrêté et dans les limites des crédits inscrits au budget de l'agence, le chef de l'agence peut, en guise d'expérience, agréer et subventionner des projets de logement.
  Le nombre total des places est fixé à [1 100]1. Le Ministre chargé de l'assistance aux personnes peut modifier ce nombre.
  Un projet de logement intégré peut éventuellement être organisé par reconversion [1 d'une forme d'agrément déjà organisée]1.
  
HOOFDSTUK II. - Werking van de woonprojecten.
CHAPITRE II. - Fonctionnement des projets de logement.
Art.3. Een geïntegreerd woonproject richt zich maximaal tot tien personen met een handicap die gehuisvest zijn in individuele woningen of kleine groepswoningen die in de gewone woonomgeving zijn geïntegreerd.
  Het hoofd van het agentschap kan een afwijking van het maximum aantal personen met een handicap, vermeld in het eerste lid, toestaan op voorwaarde dat de voorziening die het geïntegreerd woonproject opricht, die afwijking omstandig motiveert.
  Als de voorziening die het geïntegreerd woonproject exploiteert, woningen ter beschikking stelt van de personen met een handicap moeten de voorwaarden van terbeschikkingstelling vooraf aan de kandidaat-bewoners worden meegedeeld. De vergoeding die van de persoon met een handicap wordt gevraagd, mag niet hoger zijn dan het bedrag van een marktconforme huurprijs.
  Als de persoon met een handicap zelf de woning huurt, zal de voorziening het aangaan en het uitvoeren van het huurcontract begeleiden.
Art.3. Un projet de logement intégré s'adresse à au maximum dix personnes handicapées qui sont logées dans des habitations individuelles ou des petites habitations communes intégrées dans un environnement d'habitat normal.
  Le chef de l'agence peut accorder une dérogation au nombre maximal de personnes handicapées, mentionné au premier alinéa, à condition que la structure qui organise le projet de logement intégré, fournisse une motivation détaillée pour cette dérogation.
  Lorsque la structure exploitant le projet de logement intégré met des habitations à la disposition de personnes handicapées, les conditions de la disponibilité des habitations doivent être préalablement communiquées aux candidats-habitants. L'indemnité demandée à la personne handicapée ne peut pas être supérieure au montant du loyer conforme au marché.
  Lorsque la personne handicapée loue elle-même l'habitation, la structure accompagnera la passation et l'exécution du contrat de location.
Art. 4. Het geïntegreerd woonproject voorziet in een aangepaste dagbesteding voor de personen met een handicap. De voorziening die het geïntegreerde woonproject exploiteert, kan zelf zorgen voor de organisatie van de dagbesteding of kan hiervoor een beroep doen op een andere voorziening, waarmee een samenwerkingsovereenkomst wordt afgesloten.
  De voorziening die de dagbesteding organiseert, kan hiervoor aan de persoon met een handicap een bijdrage vragen die maximaal 7,60 euro per dag bedraagt als er een warme maaltijd wordt aangeboden of 3,60 euro per dag als er geen warme maaltijd wordt aangeboden.
  De bedragen, vermeld in het tweede lid, zijn gebonden aan het referte-indexcijfer (basis 2004 = 100) dat van kracht is bij de inwerkingtreding van dit besluit.
  Het wordt jaarlijks op 1 januari aangepast, rekening houdende met het indexcijfer der consumptieprijzen vermeld in hoofdstuk II van het koninklijk besluit van 24 december 1993 ter uitvoering van de Wet van 6 januari 1989 tot vrijwaring van 's lands concurrentievermogen, hierna G-index genoemd, volgens de formule :
Art. 4. Le projet de logement intégré prévoit une occupation quotidienne adaptée pour les personnes handicapées. La structure exploitant le projet de logement intégré peut elle-même organiser l'occupation quotidienne ou peut à cet effet faire appel à une autre structure avec laquelle une convention de coopération a été contractée.
  La structure organisant l'occupation quotidienne peut demander une contribution à la personne handicapée s'élevant à au maximum 7,60 euros par jour lorsque des repas chauds sont servis ou à 3,60 euros par jours lorsqu'aucun repas chaud n'est servi.
  Les montants, mentionnés à l'alinéa deux, sont liés à l'indice de référence (base 2004 = 100) qui est en vigueur au moment de l'entrée en vigueur du présent arrêté.
  Il est annuellement adapté au 1er janvier, compte tenu de l'indice à la consommation mentionné au chapitre II de l'arrêté royal du 24 décembre 1993 portant exécution de la loi du 6 janvier 1989 de sauvegarde de la compétitivité du pays, appelé l''indice G ci-après, suivant la formule :
(Basisbedrag x G-index december 200..)

Modifications

<tr><td valign="top">G-index maand voor inwerkingtreding</td></tr></td></tr></td></tr></table>(Basisbedrag x G-index december 200..)--------------------------------------G-index maand voor inwerkingtreding
(Montant de base x indice G décembre 200..)

Modifications

<tr><td valign="top">Indice G du mois avant l'entrée en vigueur</td></tr></td></tr></td></tr></table>(Montant de base x indice G décembre 200..)-------------------------------------------Indice G du mois avant l'entrée en vigueur
Art.5. De bepalingen van het besluit van de Vlaamse Regering van 15 december 1993 tot vaststelling van algemene erkenningsvoorwaarden van voorzieningen bedoeld in het decreet van 27 juni 1990 houdende oprichting van een Vlaams Fonds voor de Sociale Integratie van Personen met een Handicap inzake het reglement van orde, protocol van verblijf, opvang, behandeling en begeleiding, individuele inspraak, collectieve inspraak en klachtenprocedure en het gebruik van het identificatienummer bij het Rijksregister van natuurlijke personen zijn van toepassing voor wat de erkenning van geïntegreerde woonprojecten betreft alsook de bepalingen van het besluit van de Vlaamse Regering van 15 december 2000 betreffende de kwaliteitszorg in de voorzieningen voor de sociale integratie van personen met een handicap en de bijlagen, gevoegd bij dit besluit.
Art.5. Les dispositions de l'arrêté du Gouvernement flamand du 15 décembre 1993 fixant les conditions générales d'agrément des structures visées dans le décret du 27 juin 1990 portant création d'un Fonds flamand pour l'intégration sociale des personnes handicapées en matière du règlement d'ordre, de protocole de séjour, d'accueil, de traitement et d'accompagnement, de participation individuelle, de participation collective, de procédure de plainte et d'utilisation du numéro d'identification au Registre national des personnes naturelles, s'appliquent à l'agrément des projet de logement intégrés ainsi que les dispositions de l'arrêté du Gouvernement flamand du 15 décembre 2000 relatif à la gestion de la qualité dans les structures d'intégration sociale des personnes handicapées et les annexes jointes au présent arrêté.
HOOFDSTUK III. - Aanvraag om erkenning van het geïntegreerd woonproject.
CHAPITRE III. - Demande d'agrément du projet de logement intégré.
Art.6. De aanvraag om erkenning van het geïntegreerd woonproject wordt bij het agentschap ingediend en omvat minstens de volgende elementen :
  1° de identificatie van de voorziening die het geïntegreerd woonproject opricht en in voorkomend geval de identificatie van de voorzieningen waarmee wordt samengewerkt;
  2° de visie van de voorziening die het geïntegreerd woonproject opricht over de doelstellingen en de werking van het woonproject met bijzondere aandacht voor de integratie in de gewone woonomgeving;
  3° [1 het conformiteitsattest, vermeld in de bepalingen over brandveiligheid en conformiteit van de Vlaamse Wooncode betreffende de verhuur van woningen, voor de woningen die door de voorziening aan de persoon met een handicap ter beschikking gesteld of verhuurd worden;]1
  4° een voorstel van het geïntegreerd woonproject met een organisatorisch plan en een financieel plan, waaruit de financiële haalbaarheid blijkt van het geïntegreerde woonproject inzonderheid de financiële haalbaarheid voor de persoon met een handicap, rekening houdend met de woon- en leefkosten;
  5° de verbintenis om op door het agentschap vastgestelde tijdstippen te rapporteren over de werking van het geïntegreerde woonproject;
  6° de verbintenis om op verzoek van het agentschap deel te nemen aan overleg inzake zorgvernieuwing of mee te werken aan simulaties;
  7° opgave van het aantal plaatsen waarop het geïntegreerd woonproject betrekking heeft.
  
Art.6. La demande d'agrément du projet de logement intégré est introduite auprès de l'agence et comprend au moins les éléments suivants :
  1° l'identification de la structure créant le projet de logement intégré et, le cas échéant, l'identification des structures avec lesquelles elle coopère;
  2° la vision de la structure créant le projet de logement intégré sur les objectifs et le fonctionnement du projet de logement tout en prêtant l'attention voulue à l'intégration dans un environnement d'habitat normal;
  3° [1 l'attestation de conformité, visée aux dispositions relatives à la sécurité incendie et à la conformité du Code flamand du Logement sur la location d'habitations, pour les habitations mises à disposition ou louées à la personne handicapée par la structure;]1
  4° une proposition de projet de logement intégré comprenant un plan d'organisation et financier dont ressort la faisabilité financière du projet de logement intégré notamment la faisabilité financière pour la personne handicapée compte tenu des frais de vie et de logement;
  5° l'engagement de présenter des rapports sur le fonctionnement du projet de logement intégré à l'agence à des moments fixés par cette dernière;
  6° l'engagement de participer, sur la demande d l'agence, à des concertations en matière d'innovation des soins ou de coopération à des simulations;
  7° mention du nombre de places auquel le projet de logement intégré a trait.
  
Art.7. De bepalingen van artikel 2 tot en met artikel 8 van het besluit van de Vlaamse Regering van 15 december 1993 tot vaststelling van de algemene regels inzake het verlenen van vergunningen en erkenningen door het Vlaams Fonds voor Sociale Integratie van Personen met een Handicap zijn niet van toepassing op de oprichting van woonprojecten.
Art.7. Les dispositions des articles 2 à 8 de l'arrêté du Gouvernement flamand du 15 décembre 1993 fixant la réglementation générale relative à l'octroi d'autorisations et d'agréments par le "Vlaams Fonds voor Sociale Integratie van Personen met een Handicap", ne s'appliquent pas à la création de projets de logements.
Art.8. Het hoofd van het agentschap beslist over de erkenning en de subsidiëring van de geïntegreerde woonprojecten op basis van het aanvraagdossier.
  De erkenning wordt verleend voor een periode van één jaar. De erkenning kan worden verlengd voor een periode van maximaal drie jaar na voorlegging aan het agentschap van een financieel verslag en van een verslag over de werking van het geïntegreerde woonproject.
Art.8. Le chef de l'agence décide de l'agrément et du subventionnement des projets de logements intégrés sur la base du dossier de demande.
  L'agrément est accordé pour une période d'un an. L'agrément peut être prolongé pour une période d'au maximum trois ans après présentation à l'agence d'un rapport financier et d'un rapport sur le fonctionnement du projet de logement intégré.
HOOFDSTUK IV. - Subsidiëring.
CHAPITRE IV. - Subventions.
Art.9. De voorzieningen die erkende geïntegreerde woonprojecten exploiteren ontvangen personeelssubsidies en werkingssubsidies.
Art.9. Les structures exploitant des projets de logement intégrés bénéficient de subventions de personnel et de fonctionnement.
Art.10. [1 § 1. De personeelsomkadering wordt uitgedrukt in een aantal punten. De tabel, die als bijlage bij dit besluit is gevoegd, geeft per functie de puntwaarde aan per voltijdse equivalent.
   § 2. Het aantal personeelsleden wordt vastgesteld in verhouding tot het aantal personen met een handicap, vermeld in de beslissing tot erkenning van het geïntegreerde woonproject.
   § 3. Voor personen met een handicap, die beschikken over een beslissing inzake tenlasteneming van bijstand van het agentschap of van zijn rechtsvoorganger die toegang geeft tot een tehuis niet-werkenden bezigheid, beschikt de voorziening per tien personen met een handicap over een maximale personeelsformatie van 453 punten. Maximaal 20 procent van die personeelsformatie kan bestemd worden voor organisatiegebonden personeel.
   Voor de dagbesteding, intern of extern georganiseerd, kan maximaal 30 procent van de personeelsformatie, vermeld in het eerste lid, bestemd worden.
   § 4. Voor personen met een handicap, die beschikken over een beslissing inzake tenlasteneming van bijstand van het agentschap of van zijn rechtsvoorganger die toegang geeft tot een tehuis niet-werkenden nursing, beschikt de voorziening per tien personen met een handicap over een maximale personeelsformatie van 593 punten. Maximaal 20 procent van die personeelsformatie kan bestemd worden voor organisatiegebonden personeel.
   Voor de dagbesteding, intern of extern georganiseerd, kan maximaal 30 procent van de personeelsformatie, vermeld in het eerste lid, bestemd worden.
   § 5. De personeelseenheden mogen niet al worden gesubsidieerd door het agentschap, de Vlaamse Gemeenschap of andere federale, communautaire, regionale of lokale overheden.
   § 6. Als het aantal personen met een handicap dat effectief in het woonproject is opgenomen, op jaarbasis minder bedraagt dan 90 procent van het erkende aantal, vermeld in de beslissing tot goedkeuring en subsidiëring, wordt het aantal personeelseenheden met het oog op de bepaling van het bedrag van de personeelssubsidies vastgesteld in verhouding tot het aantal personen dat effectief in het woonproject was opgenomen.
   Het agentschap bepaalt welke bijzondere prestaties van het geïntegreerde woonproject voor personen met een handicap voor vergoeding in aanmerking komen.
   § 7. De gemiddelde kostprijs per plaats geïntegreerd wonen voor personen met een handicap die beschikken over een beslissing inzake tenlasteneming van bijstand van het agentschap of van zijn rechtsvoorganger die toegang geeft tot een tehuis niet-werkenden type bezigheid, kan niet meer bedragen dan de gemiddelde kostprijs per plaats in een tehuis niet-werkenden type bezigheid.
   De gemiddelde kostprijs per plaats geïntegreerd wonen voor personen met een handicap die beschikken over een beslissing inzake tenlasteneming van bijstand van het agentschap of van zijn rechtsvoorganger die toegang geeft tot een tehuis niet-werkenden type nursing, kan niet meer bedragen dan de gemiddelde kostprijs per plaats in een tehuis niet-werkenden type nursing.]1

  
Art.10. [1 § 1er. L'encadrement des personnels est exprimé en une quantité de points. Le tableau joint en annexe au présent arrêté, indique la valeur en points par fonction et par équivalent en temps plein.
   § 2. Le nombre de membres du personnel est fixé en fonction du nombre de personnes handicapées, mentionné dans la décision d'agrément du projet de logement intégré.
   § 3. Pour les personnes handicapées disposant d'une décision en matière de prise en charge d'assistance de l'agence ou de son prédécesseur donnant accès à une maison pour non-travailleurs occupation, la structure dispose d'un cadre du personnel maximal de 453 points par dix personnes handicapées. 20 pourcent au plus de ce cadre du personnel peut être affecté comme personnel d'organisation.
   Un maximum de 30 pourcent du cadre du personnel, visé au premier alinéa, peut être affecté aux occupations quotidiennes, organisées à l'intérieur ou à l'extérieur.
   § 4. Pour les personnes handicapées disposant d'une décision en matière de prise en charge d'assistance de l'agence ou de son prédécesseur donnant accès à une maison pour non-travailleurs nursing, la structure dispose d'un cadre du personnel maximal de 593 points par dix personnes handicapées. 20 pourcent au plus de ce cadre du personnel peut être affecté comme personnel d'organisation.
   Un maximum de 30 pourcent du cadre du personnel, visé au premier alinéa, peut être affecté aux occupations quotidiennes, organisées à l'intérieur ou à l'extérieur.
   § 5. Les unités du personnel ne peuvent pas déjà être subventionnées par l'agence, la Communauté flamande ou par d'autres autorités fédérales, communautaires, régionales ou locales.
   § 6. Lorsque le nombre de personnes handicapées effectivement repris dans le projet de logement sur base annuelle est inférieur à 90 % du nombre agréé, mentionné dans la décision d'approbation et de subventionnement, le nombre d'unités de personnel en vue de la fixation du montant des subventions au personnel est fixé proportionnellement au nombre de personnes ayant effectivement été repris dans le projet de logement.
   L'agence détermine quelles prestations particulières du projet de logement intégré pour personnes handicapées entrent en considération pour une indemnisation.
   § 7. Le coût moyen par place de logement intégré pour personnes handicapées disposant d'une décision en matière de prise en charge d'assistance de l'agence ou de son prédécesseur donnant accès à une maison pour non-travailleurs type occupation, ne peut excéder le coût moyen par place dans une maison pour non-travailleurs type occupation.
   Le coût moyen par place de logement intégré pour personnes handicapées disposant d'une décision en matière de prise en charge d'assistance de l'agence ou de son prédécesseur donnant accès à une maison pour non-travailleurs type nursing, ne peut excéder le coût moyen par place dans une maison pour non-travailleurs type nursing.]1

  
Art.11. De personeelssubsidies worden toegekend op basis van de salarisschalen en de daaraan gekoppelde diplomavoorwaarden en de anciënniteitsregels, vastgesteld overeenkomstig het koninklijk besluit van 30 maart 1973 tot bepaling van de te volgen gemeenschappelijke regels voor de vaststelling van de toelagen per dag toegekend voor onderhoud, opvoeding en behandeling van minderjarigen en van gehandicapten geplaatst ten laste van openbare besturen, het ministerieel besluit van 24 april 1973 tot bepaling, wat betreft het Ministerie van Volksgezondheid en van het Gezin, van de te volgen bijzondere regels voor de vaststelling van de toelagen per dag, toegekend voor het onderhoud en de behandeling van de gehandicapten geplaatst ten laste van openbare besturen en van het besluit van de Vlaamse Regering van 15 december 1993 houdende subsidiëring van de personeelskosten in bepaalde voorzieningen van de welzijnssector.
Art.11. Les subventions au personnel sont attribuées sur la base des échelles barémiques et aux conditions de diplôme et règles d'ancienneté y afférent, fixées conformément à l'arrêté royal du 30 mars 1973 déterminant les règles communes à suivre pour fixer les subventions journalières allouées pour l'entretien, l'éducation et le traitement des mineurs d'âge et des handicapés placés à charge des pouvoirs publics, à l'arrêté ministériel du 24 avril 1973 déterminant, en ce qui concerne le Ministère de la Santé publique e de la Famille, les règles communes à suivre pour fixer les subventions journalières allouées pour l'entretien, l'éducation et le traitement des mineurs d'âge et des handicapés placés à charge des pouvoirs publics et à l'arrêté du Gouvernement flamand du 15 décembre 1993 réglant l'octroi de subventions pour les frais de personnel dans certaines structures du secteur de l'aide sociale.
Art.12. Het bedrag van de werkingssubsidies bedraagt 1900 euro per jaar per persoon met een handicap.
  Het bedrag, vermeld in het eerste lid, is gebonden aan het referte-indexcijfer (basis 2004 = 100) dat van kracht is bij de inwerkingtreding van dit besluit.
  Het wordt jaarlijks op 1 januari aangepast, rekening houdende met het indexcijfer der consumptieprijzen vermeld in hoofdstuk II van het koninklijk besluit van 24 december 1993 ter uitvoering van de Wet van 6 januari 1989 tot vrijwaring van 's lands concurrentievermogen, hierna G-index genoemd, volgens de formule :
  (Basisbedrag x G-index december 200..)/G-index maand vóór inwerkingtreding
Art.12. Le montant des subventions au fonctionnement s'élève à 1900 euros par an par personne handicapée.
  Le montant, mentionné au premier alinéa, est lié à l'indice de référence (base 2004 = 100) qui est en vigueur au moment de l'entrée en vigueur du présent arrêté.
  Il est annuellement adapté au 1er janvier, compte tenu de l'indice à la consommation mentionné au chapitre II de l'arrêté royal du 24 décembre 1993 portant exécution de la loi du 6 janvier 1989 de sauvegarde de la compétitivité du pays, appelé l''indice G ci-après, suivant la formule :
  (Montant de base x indice G décembre 200..)/Indice G du mois avant l'entrée en vigueur
Art. 12/1. [1 Als de exploiterende voorziening van de erkende dienst, ook een erkende dienst Inclusieve Ondersteuning, met toepassing van het besluit van de Vlaamse Regering van 21 mei 2010 betreffende de vergunning, erkenning en subsidiëring van een pilootproject diensten Inclusieve Ondersteuning door het Vlaams Agentschap voor Personen met een Handicap of een erkende dienst voor beschermd wonen, met toepassing van het besluit van de Vlaamse Regering van 18 december 1998 betreffende de erkenning en subsidiëring van diensten voor beschermd wonen voor personen met een handicap, exploiteert, worden de personeelspunten en de werkingssubsidies van die diensten samengeteld.
   Vijf procent van de personeelspunten kan worden omgezet in een bedrag per punt. Dat bedrag kan onder meer worden aangewend voor de vergoeding van vrijwilligers die een structureel engagement opnemen in de ondersteuning van personen met een handicap in begeleiding. De vergoedingen kunnen worden toegekend conform artikel 10 van de wet van 3 juli 2005 betreffende de rechten van vrijwilligers. Het bedrag kan niet worden aangewend om eigen personeel aan te werven.
   Het agentschap bepaalt jaarlijks het bedrag per punt, vermeld in het tweede lid, door de totale gesubsidieerde personeelskosten van de voorzieningen te delen door het totale aantal gesubsidieerde personeelspunten.]1

  
Art. 12/1. [1 Lorsque la structure exploitante du service agréé exploite également un " dienst Inclusieve Ondersteuning " agréé, en application de l'arrêté du Gouvernement flamand du 21 mai 2010 relatif à l'autorisation, à l'agrément et au subventionnement d'un projet pilote " Diensten Inclusieve Ondersteuning " (Services d'Accompagnement inclusif) par la " Vlaams Agentschap voor Personen met een Handicap " ou un service agréé d'habitations protégées, en application de l'arrêté du Gouvernement flamand du 18 décembre 1998 relatif à l'agrément et au subventionnement de services d'habitations protégées pour handicapés, les points de personnel et les subventions de fonctionnement de ces services sont additionnés.
   Cinq pour cents des points de personnel peuvent être convertis en un montant par point. Ce montant peut entre autres être affecté à la rémunération de bénévoles assumant un engagement structurel dans le soutien de personnes handicapées prises en charge. Les rémunérations peuvent être octroyées conformément à l'article 10 de la loi du 3 juillet 2005 relative aux droits des volontaires. Le montant ne peut pas être affecté au recrutement de son propre personnel.
   L'agence fixe le montant annuel par point, visé à l'alinéa deux, en divisant le total des frais de personnel subventionnés des structures par le total des points de personnel subventionnés.]1

  
Art.12/2. [1 De personeelspunten, verkregen met toepassing van artikel 10, en de werkingssubsidies, verkregen met toepassing van artikel 12, worden verminderd met 1,07 %.]1
  
Art.12/2. [1 Les points de personnel, obtenus par application de l'article 10 et les subventions de fonctionnement, obtenues par application de l'article 12 sont réduites de 1,07 %.]1
  
Art.13. De personeelssubsidies en werkingssubsidies worden [1 per [2 maand]2]1 betaald voor een bedrag van [2 8]2 procent van het bedrag op jaarbasis, dat wordt geraamd op basis van de gekende personeels- en cliëntgegevens.
  Het saldo van de personeelssubsidies en werkingssubsidies wordt [1 verrekend]1 in het eerste kwartaal van het kalenderjaar dat volgt op het kalenderjaar waarop de subsidies betrekking hebben na goedkeuring van het financieel verslag.
  Het agentschap bepaalt de inhoud en de vorm van het financieel verslag.
  
Art.13. Les subventions au personnel et au fonctionnement sont [1 payées par [2 mois]2]1 pour un montant de [2 8]2 % du montant sur base annuel estimé sur la base des données connues de personnel et de clients.
  Le solde des subventions au personnel et au fonctionnement est [1 compensé]1 pendant le premier trimestre de l'année civile suivant l'année civile à laquelle les subventions ont trait après approbation du rapport financier.
  L'agence détermine le contenu et la forme du rapport financier.
  
Art.14. Het hoofd van het agentschap kan de erkenning intrekken, de betaling van de personeels- en werkingssubsidies opschorten of stopzetten of de al verleende subsidies geheel of gedeeltelijk terugvorderen als niet aan de werkingsregels, vermeld in artikel 3 en artikel 4, wordt voldaan en als niet wordt voldaan aan de voorwaarde van artikel 6, 3° en de verbintenissen vermeld in artikel 6, 5° en 6°, niet worden nagekomen.
Art.14. Le chef de l'agence peut retirer l'agrément, suspendre ou cesser le paiement des subventions au personnel et au fonctionnement ou entièrement ou partiellement réclamer les subventions déjà allouées, lorsqu'il n'est pas répondu aux règles de fonctionnement, mentionnées aux articles 3 et 4, et lorsqu'il n'est pas répondu à la condition de l'article 6, 3°,et aux engagements mentionnés à l'article 6, 5° et 6°.
Art. 14/1. [1 De voorziening registreert de geleverde ondersteuning. Het agentschap bepaalt de wijze van registratie.]1
  
Art. 14/1. [1 Les structures enregistrent l'aide fournie. L'agence détermine le mode d'enregistrement.]1
  
HOOFDSTUK V. - Slotbepalingen.
CHAPITRE V. - Dispositions finales.
Art.15. Het agentschap evalueert jaarlijks de voortgang en de resultaten van de goedgekeurde woonprojecten.
Art.15. L'agence évalue annuellement le progrès et les résultats des projets de logement approuvés.
Art.16. Dit besluit heeft uitwerking met ingang van 1 september 2006 en houdt op uitwerking te hebben op [2 31 december 2015]2.
  
Art.16. Le présent arrêté produit ses effets le 1er septembre 2006 et cessera de produire ses effets le [2 31 décembre 2015]2.
  
Art.17. De Vlaamse minister, bevoegd voor de Bijstand aan Personen, is belast met de uitvoering van dit besluit.
Art.17. La Ministre flamande qui a l'assistance aux personnes dans ses attributions est chargée de l'exécution du présent arrêté.
BIJLAGE.
ANNEXE.
Art. N. [1 De tabel, vermeld in artikel 10, § 1
Art. N. [1 Tableau mentionné à l'article 10, § 1er
baremafunctiegroeppuntenwaarde
L4logistiek personeel klasse 453,5
L4 ond IIlogistiek onderhoud cat II53,5
L4 ond IIIlogistiek onderhoud cat III53,5
L3 ond IVlogistiek onderhoud cat IV56
L2 ond Vlogistiek onderhoud cat V61
L3alogistiek klasse 356
L3logistiek klasse 356
L2logistiek personeel klasse 261
A2logistiek personeel klasse 261
A1logistiek personeel klasse 171
A1administratie klasse 171
A2administratie klasse 261
A2 boekh kl IIadministratief personeel boekhouder klasse II61,5
A3administratief personeel klasse III56
MV2verzorgend personeel67
B3begeleidend-verzorgend klasse 357,5
B2Bbegeleidend-verzorgend klasse 2B61
B2Abegeleidend-verzorgend klasse 2A63,5
B1Copvoedend personeel klasse 171
B1bhoofdopvoeder79
B1Aopvoeder groepschef86
MV1sociaal paramedisch en therapeutisch personeel71
B1bdiensthoofd sociaal paramedisch of therapeutisch personeel79
B1Acoordinator sociaal paramedisch of therapeutisch personeel86
L1licentiaten90
K5onderdirecteur90
K3directeur 30-59 bedden93,5
K2directeur 60-89 bedden96,5
K1directeur + 90 bedden100
G1geneesheer omnipracticus108
GSgeneesheer specialist143,5
B2BADL-assistent61
baremafunctiegroeppuntenwaardeL4logistiek personeel klasse 453,5L4 ond IIlogistiek onderhoud cat II53,5L4 ond IIIlogistiek onderhoud cat III53,5L3 ond IVlogistiek onderhoud cat IV56L2 ond Vlogistiek onderhoud cat V61L3alogistiek klasse 356L3logistiek klasse 356L2logistiek personeel klasse 261A2logistiek personeel klasse 261A1logistiek personeel klasse 171A1administratie klasse 171A2administratie klasse 261A2 boekh kl IIadministratief personeel boekhouder klasse II61,5A3administratief personeel klasse III56MV2verzorgend personeel67B3begeleidend-verzorgend klasse 357,5B2Bbegeleidend-verzorgend klasse 2B61B2Abegeleidend-verzorgend klasse 2A63,5B1Copvoedend personeel klasse 171B1bhoofdopvoeder79B1Aopvoeder groepschef86MV1sociaal paramedisch en therapeutisch personeel71B1bdiensthoofd sociaal paramedisch of therapeutisch personeel79B1Acoordinator sociaal paramedisch of therapeutisch personeel86L1licentiaten90K5onderdirecteur90K3directeur 30-59 bedden93,5K2directeur 60-89 bedden96,5K1directeur + 90 bedden100G1geneesheer omnipracticus108GSgeneesheer specialist143,5B2BADL-assistent61
barèmegroupe de fonctionsvaleur en points
   
L4Personnel logistique classe 453,5
L4 ond IILogistique entretien cat II53,5
L4 ond IIILogistique entretien cat III53,5
L3 ond IVLogistique entretien cat IV56
L2 ond VLogistique entretien cat V61
L3aLogistique classe 356
L3Logistique classe 356
L2Personnel logistique classe 261
A2Personnel logistique classe 261
A1Personnel logistique classe 171
A1Administration classe 171
A2Administration classe 261
A2 boekh kl IIPersonnel administratif comptable classe II61,5
A3Personnel administratif classe III56
MV2Personnel soignant67
B3Personnel d`encadrement - soignant classe 357,5
B2BPersonnel d`encadrement - soignant classe 2B61
B2APersonnel d`encadrement - soignant classe 2A63,5
B1CPersonnel d`éducation classe 171
B1bchef-éducateur79
B1AEducateur-chef de groupe86
MV1Personnel social, paramédical et thérapeutique71
B1bChef de service personnel social, paramédical ou thérapeutique79
B1ACoordinateur personnel social, paramédical ou thérapeutique86
L1Licenciés90
K5Sous-directeur90
K3Directeur 30-59 lits93,5
K2Directeur 60-89 lits96,5
K1Directeur + 90 lits100
G1Médecin omnipraticien108
GSMédecin spécialiste143,5
B2BAssistant-AVJ61
barèmegroupe de fonctionsvaleur en pointsL4Personnel logistique classe 453,5L4 ond IILogistique entretien cat II53,5L4 ond IIILogistique entretien cat III53,5L3 ond IVLogistique entretien cat IV56L2 ond VLogistique entretien cat V61L3aLogistique classe 356L3Logistique classe 356L2Personnel logistique classe 261A2Personnel logistique classe 261A1Personnel logistique classe 171A1Administration classe 171A2Administration classe 261A2 boekh kl IIPersonnel administratif comptable classe II61,5A3Personnel administratif classe III56MV2Personnel soignant67B3Personnel d`encadrement - soignant classe 357,5B2BPersonnel d`encadrement - soignant classe 2B61B2APersonnel d`encadrement - soignant classe 2A63,5B1CPersonnel d`éducation classe 171B1bchef-éducateur79B1AEducateur-chef de groupe86MV1Personnel social, paramédical et thérapeutique71B1bChef de service personnel social, paramédical ou thérapeutique79B1ACoordinateur personnel social, paramédical ou thérapeutique86L1Licenciés90K5Sous-directeur90K3Directeur 30-59 lits93,5K2Directeur 60-89 lits96,5K1Directeur + 90 lits100G1Médecin omnipraticien108GSMédecin spécialiste143,5B2BAssistant-AVJ61
Moteur de recherche open-source pour la législation belge Contactez-nous : info@lisloi.be