Artikel 1. Bijlage I bij het besluit van de Waalse Regering van 10 oktober 2002 betreffende het duurzame beheer van stikstof in de landbouw wordt gewijzigd als volgt :
Overeenstemmingstabel met betrekking tot de productie van dierlijke mest.
(Gemiddeld productievolume van dierlijke mest per periode van 6 maanden).
Nederlands (NL)
Français (FR)
Titre
23 SEPTEMBER 2004. - Besluit van de Waalse Regering tot wijziging van bijlage I bij het besluit van de Waalse Regering van 10 oktober 2002 betreffende het duurzame beheer van stikstof in de landbouw. (Vertaling).
Titre
23 SEPTEMBRE 2004. - Arrêté du Gouvernement wallon modifiant l'annexe Ire de l'arrêté du Gouvernement wallon du 10 octobre 2002 relatif à la gestion durable de l'azote en agriculture.
Informations sur le document
Numac: 2004203294
Datum: 2004-09-23
Info du document
Numac: 2004203294
Date: 2004-09-23
Tekst (3)
Texte (3)
Article 1. L'annexe Ire de l'arrêté du Gouvernement wallon du 10 octobre 2002 relatif à la gestion durable de l'azote en agriculture est modifiée comme suit :
Tableau de correspondance de production d'effluents d'élevage.
(Volume moyen de production d'effluents par période de six mois).
Tableau de correspondance de production d'effluents d'élevage.
(Volume moyen de production d'effluents par période de six mois).
STALHOUDING VASTGEBONDEN STALHOUDING
OP STALHOUDING MET HALVE
ROOSTERVLOER STROBEDEKKING
EN TRALIES
Aalt Mest Gier Mest Aalt
m3/dier/6 maanden
Runder minder dan 6 maanden 1.9 * 2.5 0.4 1.2 1.4
Stierkalf 6 tot 12 maanden 3,7 3,5 0,5 2 1,9
Stierkalf 1 tot 2 jaar 5,6 6 0.9 2.8 3
Vaars 6 tot 12 maanden 3,7 3,5 0,5 2 1,9
Vaars 1 tot 2 jaar 5,6 5 0,7 3 2,7
Zoogkoe en haar kalf * * 7,8 7 1,1 6 3,9
Melkkoe 10 8,5 1,3 5.4 4,9
Reformkoe 6,7 6 0,9 3,6 3,2
Ander runder van meer
dan 2 jaar 6,7 6 0,9 3,6 3,2
OP STALHOUDING MET HALVE
ROOSTERVLOER STROBEDEKKING
EN TRALIES
Aalt Mest Gier Mest Aalt
m3/dier/6 maanden
Runder minder dan 6 maanden 1.9 * 2.5 0.4 1.2 1.4
Stierkalf 6 tot 12 maanden 3,7 3,5 0,5 2 1,9
Stierkalf 1 tot 2 jaar 5,6 6 0.9 2.8 3
Vaars 6 tot 12 maanden 3,7 3,5 0,5 2 1,9
Vaars 1 tot 2 jaar 5,6 5 0,7 3 2,7
Zoogkoe en haar kalf * * 7,8 7 1,1 6 3,9
Melkkoe 10 8,5 1,3 5.4 4,9
Reformkoe 6,7 6 0,9 3,6 3,2
Ander runder van meer
dan 2 jaar 6,7 6 0,9 3,6 3,2
CAILLEBOTIS STABULATION STABULATION
ET GRILLES ENTRAVEE SEMI-PAILLEE
Lisier Fumier Purin Fumier Lisier
m3/animal/6 mois
Bovin de moins de 6 mois 1.9 * 2.5 0.4 1.2 1.4
Taurillon de 6 a 12 mois 3,7 3,5 0,5 2 1,9
Taurillon de 1 a 2 ans 5,6 6 0.9 2.8 3
Genisse de 6 a 12 mois 3,7 3,5 0,5 2 1,9
Genisse de 1 a 2 ans 5,6 5 0,7 3 2,7
Vache allaitante et son
veau * * 7,8 7 1,1 6 3,9
Vache laitiere 10 8,5 1,3 5.4 4,9
Vache de reforme 6,7 6 0,9 3,6 3,2
Autre bovin de plus de
2 ans 6,7 6 0,9 3,6 3,2
ET GRILLES ENTRAVEE SEMI-PAILLEE
Lisier Fumier Purin Fumier Lisier
m3/animal/6 mois
Bovin de moins de 6 mois 1.9 * 2.5 0.4 1.2 1.4
Taurillon de 6 a 12 mois 3,7 3,5 0,5 2 1,9
Taurillon de 1 a 2 ans 5,6 6 0.9 2.8 3
Genisse de 6 a 12 mois 3,7 3,5 0,5 2 1,9
Genisse de 1 a 2 ans 5,6 5 0,7 3 2,7
Vache allaitante et son
veau * * 7,8 7 1,1 6 3,9
Vache laitiere 10 8,5 1,3 5.4 4,9
Vache de reforme 6,7 6 0,9 3,6 3,2
Autre bovin de plus de
2 ans 6,7 6 0,9 3,6 3,2
STALHOUDING STALHOUDING MET
MET STROBEDEKKING EN
STROBEDEKKING URINEOPVANG * * *
Mest Mest Zacht Gier
mest
m3/dier/6 maanden
Runder minder dan 6 maanden 1.6 1.2 1.4 0.3
Stierkalf 6 tot 12 maanden 4 2 1,9 0,4
Stierkalf 1 tot 2 jaar 5.8 3 3 0,7
Vaars 6 tot 12 maanden 4 2 1,9 0,4
Vaars 1 tot 2 jaar 5.8 3 2,7 0,6
Zoogkoe en haar kalf * * 8,6 6 3,5 0,8
Melkkoe 11,7 5.4 4,8 1,1
Reformkoe 7 3.6 3,2 0,7
Ander runder van meer
dan 2 jaar 7 3.6 3,2 0,7
MET STROBEDEKKING EN
STROBEDEKKING URINEOPVANG * * *
Mest Mest Zacht Gier
mest
m3/dier/6 maanden
Runder minder dan 6 maanden 1.6 1.2 1.4 0.3
Stierkalf 6 tot 12 maanden 4 2 1,9 0,4
Stierkalf 1 tot 2 jaar 5.8 3 3 0,7
Vaars 6 tot 12 maanden 4 2 1,9 0,4
Vaars 1 tot 2 jaar 5.8 3 2,7 0,6
Zoogkoe en haar kalf * * 8,6 6 3,5 0,8
Melkkoe 11,7 5.4 4,8 1,1
Reformkoe 7 3.6 3,2 0,7
Ander runder van meer
dan 2 jaar 7 3.6 3,2 0,7
STABULATION STABULATION PAILLEE
PAILLEE AVEC RACLAGE * * *
Fumier Fumier Fumier Purin
mou
m3/animal/6 mois
Bovin de moins de 6 mois 1.6 1.2 1.4 0.3
Taurillon de 6 a 12 mois 4 2 1,9 0,4
Taurillon de 1 a 2 ans 5.8 3 3 0,7
Genisse de 6 a 12 mois 4 2 1,9 0,4
Genisse de 1 a 2 ans 5.8 3 2,7 0,6
Vache allaitante et son
veau * * 8,6 6 3,5 0,8
Vache laitiere 11,7 5.4 4,8 1,1
Vache de reforme 7 3.6 3,2 0,7
Autre bovin de plus de 2 ans 7 3.6 3,2 0,7
PAILLEE AVEC RACLAGE * * *
Fumier Fumier Fumier Purin
mou
m3/animal/6 mois
Bovin de moins de 6 mois 1.6 1.2 1.4 0.3
Taurillon de 6 a 12 mois 4 2 1,9 0,4
Taurillon de 1 a 2 ans 5.8 3 3 0,7
Genisse de 6 a 12 mois 4 2 1,9 0,4
Genisse de 1 a 2 ans 5.8 3 2,7 0,6
Vache allaitante et son
veau * * 8,6 6 3,5 0,8
Vache laitiere 11,7 5.4 4,8 1,1
Vache de reforme 7 3.6 3,2 0,7
Autre bovin de plus de 2 ans 7 3.6 3,2 0,7
* In geval van slachtkalven, indien het gaat om een norm per plaats en niet voor 6 maanden.
* * Waarde voor de koe en haar kalf. Indien het kalf niet verblijft met de moeder, de waarde van de reformkoe nemen voor de moeder. Het kalf wordt dan geboekt in de categorie " kalf van minder dan 6 maanden ", eventueel in een ander type verblijfplaats.
* * * Door de stalhouding met strobedekking en urineopvang wordt zachte mest voortgebracht in geval van frequente urineopvang. De vermelde giervolumen zijn het gevolg van de scheiding van de fasen van de voortgebrachte zachte mest. Wanneer de beperkte frequentie van de urineopvang een mest van meer dan 15 % droge stof voortbrengt, kan dat mest op een mestvaalt worden opgeslagen en vereist geen andere gieropslag dan het mestvocht.
* * Waarde voor de koe en haar kalf. Indien het kalf niet verblijft met de moeder, de waarde van de reformkoe nemen voor de moeder. Het kalf wordt dan geboekt in de categorie " kalf van minder dan 6 maanden ", eventueel in een ander type verblijfplaats.
* * * Door de stalhouding met strobedekking en urineopvang wordt zachte mest voortgebracht in geval van frequente urineopvang. De vermelde giervolumen zijn het gevolg van de scheiding van de fasen van de voortgebrachte zachte mest. Wanneer de beperkte frequentie van de urineopvang een mest van meer dan 15 % droge stof voortbrengt, kan dat mest op een mestvaalt worden opgeslagen en vereist geen andere gieropslag dan het mestvocht.
* Dans le cas des veaux de boucheries, il s'agit d'une norme par place et non pas pour 6 mois.
* * Valeur pour la mère et son veau. Si le veau n'est pas hébergé avec la mère, prendre la valeur de la vache de réforme pour la mère. Le veau est alors comptabilisé dans la catégorie " veau de moins de 6 mois ", éventuellement dans un autre type d'hébergement.
* * * La stabulation avec raclage est une stabulation qui engendre une production de fumiers mous en cas de raclages fréquents.
Les volumes de purin mentionnés résultent de la séparation des phases du fumier mou produit. Dans le cas où la fréquence réduite du raclage de la stabulation entraîne la production d'un fumier de plus de 15 % de matière sèche, ce fumier peut être stocké sur fumière et ne nécessite pas de stockage de purin autre que les jus d'écoulement de la fumière.
* * Valeur pour la mère et son veau. Si le veau n'est pas hébergé avec la mère, prendre la valeur de la vache de réforme pour la mère. Le veau est alors comptabilisé dans la catégorie " veau de moins de 6 mois ", éventuellement dans un autre type d'hébergement.
* * * La stabulation avec raclage est une stabulation qui engendre une production de fumiers mous en cas de raclages fréquents.
Les volumes de purin mentionnés résultent de la séparation des phases du fumier mou produit. Dans le cas où la fréquence réduite du raclage de la stabulation entraîne la production d'un fumier de plus de 15 % de matière sèche, ce fumier peut être stocké sur fumière et ne nécessite pas de stockage de purin autre que les jus d'écoulement de la fumière.
ROOSTERVLOER STALHOUDING STALHOUDING
MET MET VOLLE
STROBEDEKKING STROBEDEKKING
EN URINEOPVANG
Aalt Mest Gier Mest
m3/plaats/6 maanden
Biggetje (4 tot 10 weken) 0,20 0,27 0,1 0,28
Drachtige zeug 2,4 0,75 0,75 2.7
Zeug met biggetjes 3,6 1,8 1 4.6
Beer 2,5 0,75 0,75 2.7
Mestvarken 0,6 0,37 0,27 0,66
MET MET VOLLE
STROBEDEKKING STROBEDEKKING
EN URINEOPVANG
Aalt Mest Gier Mest
m3/plaats/6 maanden
Biggetje (4 tot 10 weken) 0,20 0,27 0,1 0,28
Drachtige zeug 2,4 0,75 0,75 2.7
Zeug met biggetjes 3,6 1,8 1 4.6
Beer 2,5 0,75 0,75 2.7
Mestvarken 0,6 0,37 0,27 0,66
CAILLEBOTIS STABULATION STABULATION
PAILLEE AVEC ENTIEREMENT
RECOLTE DES PAILLEE
URINES
Lisier Fumier Purin Fumier
m3/place/6 mois
Porcelet
(de 4 a 10 semaines) 0,20 0,27 0,1 0,28
Truie gestante 2,4 0,75 0,75 2.7
Truie avec porcelets 3,6 1,8 1 4.6
Verrat 2,5 0,75 0,75 2.7
Porc a l'engrais 0,6 0,37 0,27 0,66
PAILLEE AVEC ENTIEREMENT
RECOLTE DES PAILLEE
URINES
Lisier Fumier Purin Fumier
m3/place/6 mois
Porcelet
(de 4 a 10 semaines) 0,20 0,27 0,1 0,28
Truie gestante 2,4 0,75 0,75 2.7
Truie avec porcelets 3,6 1,8 1 4.6
Verrat 2,5 0,75 0,75 2.7
Porc a l'engrais 0,6 0,37 0,27 0,66
TRALIES OP STROBED
Aalt of poep Mest
m3/1 000 dieren/6 maanden
Kweekkippen en kippetjes 22,5 22,5
Legkippen 34,5 27,0
Vleeskippen 21,0 15,0
Parelhoenders 37,5
Ganzen 60,0
Eenden 27,0 60,0
Kalkoenen en hanen 45,0 66,0
m3/dier/6 maanden
Konijnen (100 moeders) 22,5
Schapen en geitachtigen van minder
dan 1 jaar 0,4
Van meer dan 1 jaar 0,9
Paardachtigen 6,1
Aalt of poep Mest
m3/1 000 dieren/6 maanden
Kweekkippen en kippetjes 22,5 22,5
Legkippen 34,5 27,0
Vleeskippen 21,0 15,0
Parelhoenders 37,5
Ganzen 60,0
Eenden 27,0 60,0
Kalkoenen en hanen 45,0 66,0
m3/dier/6 maanden
Konijnen (100 moeders) 22,5
Schapen en geitachtigen van minder
dan 1 jaar 0,4
Van meer dan 1 jaar 0,9
Paardachtigen 6,1
GRILLES SUR LITIERE
Lisier ou fientes Fumier
m3/1 000 animaux/6 mois
Poules reproductrices et poulettes 22,5 22,5
Poules pondeuses 34,5 27,0
Poulets de chair 21,0 15,0
Pintades 37,5
Oies 60,0
Canards 27,0 60,0
Dindes et dindons 45,0 66,0
m3/animal/6 mois
Lapins (100 meres) 22,5
Ovin et caprin de moins d'1 an 0,4
De plus d'1 an 0,9
Equin 6,1
Lisier ou fientes Fumier
m3/1 000 animaux/6 mois
Poules reproductrices et poulettes 22,5 22,5
Poules pondeuses 34,5 27,0
Poulets de chair 21,0 15,0
Pintades 37,5
Oies 60,0
Canards 27,0 60,0
Dindes et dindons 45,0 66,0
m3/animal/6 mois
Lapins (100 meres) 22,5
Ovin et caprin de moins d'1 an 0,4
De plus d'1 an 0,9
Equin 6,1
* In geval van slachtkalven, indien het gaat om een norm per plaats en niet voor 6 maanden.
* * Waarde voor de koe en haar kalf. Indien het kalf niet verblijft met de moeder, de waarde van de reformkoe nemen voor de moeder. Het kalf wordt dan geboekt in de categorie " kalf van minder dan 6 maanden ", eventueel in een ander type verblijfplaats.
* * * Door de stalhouding met strobedekking en urineopvang wordt zachte mest voortgebracht in geval van frequente urineopvang. De vermelde giervolumen zijn het gevolg van de scheiding van de fasen van de voortgebrachte zachte mest. Wanneer de beperkte frequentie van de urineopvang een mest van meer dan 15 % droge stof voortbrengt, kan dat mest op een mestvaalt worden opgeslagen en vereist geen andere gieropslag dan het mestvocht. ROOSTERVLOER STALHOUDING STALHOUDING MET MET VOLLE STROBEDEKKING STROBEDEKKING EN URINEOPVANG Aalt Mest Gier Mest m3/plaats/6 maanden Biggetje (4 tot 10 weken) 0,20 0,27 0,1 0,28 Drachtige zeug 2,4 0,75 0,75 2.7 Zeug met biggetjes 3,6 1,8 1 4.6 Beer 2,5 0,75 0,75 2.7 Mestvarken 0,6 0,37 0,27 0,66
TRALIES OP STROBED Aalt of poep Mest m3/1 000 dieren/6 maanden Kweekkippen en kippetjes 22,5 22,5 Legkippen 34,5 27,0 Vleeskippen 21,0 15,0 Parelhoenders 37,5 Ganzen 60,0 Eenden 27,0 60,0 Kalkoenen en hanen 45,0 66,0 m3/dier/6 maanden Konijnen (100 moeders) 22,5 Schapen en geitachtigen van minder dan 1 jaar 0,4 Van meer dan 1 jaar 0,9 Paardachtigen 6,1
* * Waarde voor de koe en haar kalf. Indien het kalf niet verblijft met de moeder, de waarde van de reformkoe nemen voor de moeder. Het kalf wordt dan geboekt in de categorie " kalf van minder dan 6 maanden ", eventueel in een ander type verblijfplaats.
* * * Door de stalhouding met strobedekking en urineopvang wordt zachte mest voortgebracht in geval van frequente urineopvang. De vermelde giervolumen zijn het gevolg van de scheiding van de fasen van de voortgebrachte zachte mest. Wanneer de beperkte frequentie van de urineopvang een mest van meer dan 15 % droge stof voortbrengt, kan dat mest op een mestvaalt worden opgeslagen en vereist geen andere gieropslag dan het mestvocht. ROOSTERVLOER STALHOUDING STALHOUDING MET MET VOLLE STROBEDEKKING STROBEDEKKING EN URINEOPVANG Aalt Mest Gier Mest m3/plaats/6 maanden Biggetje (4 tot 10 weken) 0,20 0,27 0,1 0,28 Drachtige zeug 2,4 0,75 0,75 2.7 Zeug met biggetjes 3,6 1,8 1 4.6 Beer 2,5 0,75 0,75 2.7 Mestvarken 0,6 0,37 0,27 0,66
TRALIES OP STROBED Aalt of poep Mest m3/1 000 dieren/6 maanden Kweekkippen en kippetjes 22,5 22,5 Legkippen 34,5 27,0 Vleeskippen 21,0 15,0 Parelhoenders 37,5 Ganzen 60,0 Eenden 27,0 60,0 Kalkoenen en hanen 45,0 66,0 m3/dier/6 maanden Konijnen (100 moeders) 22,5 Schapen en geitachtigen van minder dan 1 jaar 0,4 Van meer dan 1 jaar 0,9 Paardachtigen 6,1
* Dans le cas des veaux de boucheries, il s'agit d'une norme par place et non pas pour 6 mois.
* * Valeur pour la mère et son veau. Si le veau n'est pas hébergé avec la mère, prendre la valeur de la vache de réforme pour la mère. Le veau est alors comptabilisé dans la catégorie " veau de moins de 6 mois ", éventuellement dans un autre type d'hébergement.
* * * La stabulation avec raclage est une stabulation qui engendre une production de fumiers mous en cas de raclages fréquents.
Les volumes de purin mentionnés résultent de la séparation des phases du fumier mou produit. Dans le cas où la fréquence réduite du raclage de la stabulation entraîne la production d'un fumier de plus de 15 % de matière sèche, ce fumier peut être stocké sur fumière et ne nécessite pas de stockage de purin autre que les jus d'écoulement de la fumière. CAILLEBOTIS STABULATION STABULATION PAILLEE AVEC ENTIEREMENT RECOLTE DES PAILLEE URINES Lisier Fumier Purin Fumier m3/place/6 mois Porcelet (de 4 a 10 semaines) 0,20 0,27 0,1 0,28 Truie gestante 2,4 0,75 0,75 2.7 Truie avec porcelets 3,6 1,8 1 4.6 Verrat 2,5 0,75 0,75 2.7 Porc a l'engrais 0,6 0,37 0,27 0,66
GRILLES SUR LITIERE Lisier ou fientes Fumier m3/1 000 animaux/6 mois Poules reproductrices et poulettes 22,5 22,5 Poules pondeuses 34,5 27,0 Poulets de chair 21,0 15,0 Pintades 37,5 Oies 60,0 Canards 27,0 60,0 Dindes et dindons 45,0 66,0 m3/animal/6 mois Lapins (100 meres) 22,5 Ovin et caprin de moins d'1 an 0,4 De plus d'1 an 0,9 Equin 6,1
* * Valeur pour la mère et son veau. Si le veau n'est pas hébergé avec la mère, prendre la valeur de la vache de réforme pour la mère. Le veau est alors comptabilisé dans la catégorie " veau de moins de 6 mois ", éventuellement dans un autre type d'hébergement.
* * * La stabulation avec raclage est une stabulation qui engendre une production de fumiers mous en cas de raclages fréquents.
Les volumes de purin mentionnés résultent de la séparation des phases du fumier mou produit. Dans le cas où la fréquence réduite du raclage de la stabulation entraîne la production d'un fumier de plus de 15 % de matière sèche, ce fumier peut être stocké sur fumière et ne nécessite pas de stockage de purin autre que les jus d'écoulement de la fumière. CAILLEBOTIS STABULATION STABULATION PAILLEE AVEC ENTIEREMENT RECOLTE DES PAILLEE URINES Lisier Fumier Purin Fumier m3/place/6 mois Porcelet (de 4 a 10 semaines) 0,20 0,27 0,1 0,28 Truie gestante 2,4 0,75 0,75 2.7 Truie avec porcelets 3,6 1,8 1 4.6 Verrat 2,5 0,75 0,75 2.7 Porc a l'engrais 0,6 0,37 0,27 0,66
GRILLES SUR LITIERE Lisier ou fientes Fumier m3/1 000 animaux/6 mois Poules reproductrices et poulettes 22,5 22,5 Poules pondeuses 34,5 27,0 Poulets de chair 21,0 15,0 Pintades 37,5 Oies 60,0 Canards 27,0 60,0 Dindes et dindons 45,0 66,0 m3/animal/6 mois Lapins (100 meres) 22,5 Ovin et caprin de moins d'1 an 0,4 De plus d'1 an 0,9 Equin 6,1
Art. 3. De Minister van Leefmilieu is belast met de uitvoering van dit besluit.
Namen, 23 september 2004.
De Minister-President,
J.-Cl. VAN CAUWENBERGHE
De Minister van Landbouw, Landelijke Aangelegenheden, Leefmilieu en Toerisme,
B. LUTGEN.
Namen, 23 september 2004.
De Minister-President,
J.-Cl. VAN CAUWENBERGHE
De Minister van Landbouw, Landelijke Aangelegenheden, Leefmilieu en Toerisme,
B. LUTGEN.
Art. 3. Le Ministre de l'Environnement est chargé de l'application du présent arrêté.
Namur, le 23 septembre 2004.
Le Ministre-Président,
J.-Cl. VAN CAUWENBERGHE
Le Ministre de l'Agriculture, de la Ruralité, de l'Environnement et du Tourisme,
B. LUTGEN.
Namur, le 23 septembre 2004.
Le Ministre-Président,
J.-Cl. VAN CAUWENBERGHE
Le Ministre de l'Agriculture, de la Ruralité, de l'Environnement et du Tourisme,
B. LUTGEN.