Nederlands (NL)
Français (FR)
Titre
3 MAART 2004. - Besluit van de Regering van de Franse Gemeenschap tot vaststelling van het administratief statuut en het geldelijk statuut van het personeel van het "Institut de la Formation en cours de carrière" (Instituut voor Opleidingen tijdens de loopbaan) (VERTALING). (NOTA : Raadpleging van vroegere versies vanaf 26-05-2004 en tekstbijwerking tot 07-04-2023)
Titre
3 MARS 2004. - Arrêté du Gouvernement de la Communauté française fixant les statuts administratif et pécuniaire du personnel de l'Institut de la Formation en cours de carrière. (NOTE : Consultation des versions antérieures à partir du 26-05-2004 et mise à jour au 07-04-2023)
Informations sur le document
Numac: 2004200949
Datum: 2004-03-03
Info du document
Numac: 2004200949
Date: 2004-03-03
Table des matières
Tekst (43)
Texte (43)
HOOFDSTUK I. - Algemene bepalingen.
CHAPITRE Ier. - Dispositions générales.
Artikel 1. Dit besluit is van toepassing op de ambtenaren van het Instituut voor Opleidingen tijdens de loopbaan, hierna "het Instituut" genoemd.
Article 1. Le présent arrêté est applicable aux agents de l'Institut de la Formation en cours de carrière, ci-après dénommé " l'Institut ".
Art.2. Onder voorbehoud van de door dit besluit nader bepaalde regels, zijn het besluit van de Regering van 22 juli 1996 houdende het statuut van de ambtenaren van de Diensten van de Regering van de Franse Gemeenschap en het besluit van de Regering van 22 juli 1996 houdende het geldelijk statuut van de ambtenaren van de Diensten van de Regering van de Franse Gemeenschap van toepassing op de ambtenaren van het Instituut.
De bepalingen die de bepalingen van de besluiten bedoeld bij het eerste lid wijzigen, aanvullen of vervangen, zijn van rechtswege toepasselijk op de ambtenaren bedoeld in artikel 1, behoudens als zij betrekking hebben op de bepalingen waarvoor de bij dit besluit bedoelde aanpassingsmaatregelen worden getroffen.
Voor de toepassing van de hierboven vermelde regels op de ambtenaren bedoeld in artikel 1, dienen de woorden "ambtenaren van de Diensten van de Regering", die in deze voorkomen, te worden vervangen door de woorden "ambtenaren van het Instituut".
De bepalingen die de bepalingen van de besluiten bedoeld bij het eerste lid wijzigen, aanvullen of vervangen, zijn van rechtswege toepasselijk op de ambtenaren bedoeld in artikel 1, behoudens als zij betrekking hebben op de bepalingen waarvoor de bij dit besluit bedoelde aanpassingsmaatregelen worden getroffen.
Voor de toepassing van de hierboven vermelde regels op de ambtenaren bedoeld in artikel 1, dienen de woorden "ambtenaren van de Diensten van de Regering", die in deze voorkomen, te worden vervangen door de woorden "ambtenaren van het Instituut".
Art.2. Sous réserve des modalités fixées par le présent arrêté, l'arrêté du Gouvernement du 22 juillet 1996 portant statut des agents des Services du Gouvernement de la Communauté française et l'arrêté du Gouvernement du 22 juillet 1996 portant statut pécuniaire des agents des Services du Gouvernement de la Communauté française sont applicables aux agents de l'Institut.
Les dispositions qui modifient, complètent ou remplacent les dispositions des arrêtés visés à l'alinéa 1er sont applicables de plein droit aux agents visés à l'article 1er, sauf si elles affectent des dispositions qui ont fait l'objet des mesures d'adaptation prévues au présent arrêté.
Pour l'application, aux agents visés à l'article 1er, des règles ci-dessus, il y a lieu de substituer aux mots "agents des Services du Gouvernement" qui figurent dans celles-ci, les mots "agents de l'Institut".
Les dispositions qui modifient, complètent ou remplacent les dispositions des arrêtés visés à l'alinéa 1er sont applicables de plein droit aux agents visés à l'article 1er, sauf si elles affectent des dispositions qui ont fait l'objet des mesures d'adaptation prévues au présent arrêté.
Pour l'application, aux agents visés à l'article 1er, des règles ci-dessus, il y a lieu de substituer aux mots "agents des Services du Gouvernement" qui figurent dans celles-ci, les mots "agents de l'Institut".
HOOFDSTUK II. - Nadere regels voor de toepassing van het besluit van de Regering van de Franse Gemeenschap van 22 juli 1996 houdende het statuut van de ambtenaren van de Diensten van de Regering van de Franse Gemeenschap.
CHAPITRE II. - Modalités d'application de l'arrêté du Gouvernement du 22 juillet 1996 portant statut des agents des Services du Gouvernement de la Communauté française.
Art.3. Artikel 1 dient te worden gelezen als volgt :
"Artikel 1. De hoedanigheid van ambtenaar van het Instituut wordt toegekend aan ieder personeelslid dat er, in vast dienstverband, tewerkgesteld is".
"Artikel 1. De hoedanigheid van ambtenaar van het Instituut wordt toegekend aan ieder personeelslid dat er, in vast dienstverband, tewerkgesteld is".
Art.3. L'article 1er doit se lire comme suit :
"Article premier. - La qualité d'agent de l'Institut est reconnue à tout membre du personnel qui y est occupé à titre définitif."
"Article premier. - La qualité d'agent de l'Institut est reconnue à tout membre du personnel qui y est occupé à titre définitif."
Art.4. Artikel 2, § 1 dient te worden gelezen als volgt :
"§ 1. Iedere ambtenaar wordt benoemd in een graad, overeenkomstig de tabel als bijlage 1 bij dit besluit, die hem in een rang en in een categorie situeert en die hem machtigt tot het bekleden van één van de betrekkingen die bepaald zijn in de personeelsformaties vastgesteld voor het Instituut die overeenstemt met deze graad."
In hetzelfde artikel dient § 2, 1° te worden gelezen als volgt :
"1° in niveau 1 : vier rangen aangeduid met de nummers 10 tot 12 en 15."
"§ 1. Iedere ambtenaar wordt benoemd in een graad, overeenkomstig de tabel als bijlage 1 bij dit besluit, die hem in een rang en in een categorie situeert en die hem machtigt tot het bekleden van één van de betrekkingen die bepaald zijn in de personeelsformaties vastgesteld voor het Instituut die overeenstemt met deze graad."
In hetzelfde artikel dient § 2, 1° te worden gelezen als volgt :
"1° in niveau 1 : vier rangen aangeduid met de nummers 10 tot 12 en 15."
Art.4. L'article 2, § 1er, doit se lire comme suit :
" § 1er. Chaque membre du personnel est nommé à un grade, conformément au tableau figurant en annexe I au présent arrêté, qui le situe dans un rang et dans une catégorie et qui l'habilite à occuper un des emplois prévus au cadre de l'Institut et qui correspond à ce grade."
Dans le même article, le § 2, 1°, doit se lire comme suit :
"1° au niveau 1 : quatre rangs désignés par les numéros 10 à 12 et 15."
" § 1er. Chaque membre du personnel est nommé à un grade, conformément au tableau figurant en annexe I au présent arrêté, qui le situe dans un rang et dans une catégorie et qui l'habilite à occuper un des emplois prévus au cadre de l'Institut et qui correspond à ce grade."
Dans le même article, le § 2, 1°, doit se lire comme suit :
"1° au niveau 1 : quatre rangs désignés par les numéros 10 à 12 et 15."
Art.5. Artikel 3 is niet van toepassing.
Art.5. L'article 3 n'est pas applicable.
Art.5/1. [1 In artikel 4 wordt het woord "Directiecomité" vervangen door "Directieraad . ]1
Art.5/1. [1 Art. 5/1. A l'article 4, les mots " Comité de direction " doivent se lire comme suit : " Conseil de direction . ]1
Art.6. Artikel 6 dient te worden gelezen als volgt :
"Art. 6. De categorie van de ambtenaren-generaal bestaat uit ambtenaren die titularis zijn van een graad ingedeeld in de rang 15."
"Art. 6. De categorie van de ambtenaren-generaal bestaat uit ambtenaren die titularis zijn van een graad ingedeeld in de rang 15."
Art.6. L'article 6 doit se lire comme suit :
"Art. 6. La catégorie des fonctionnaires généraux est constituée des agents d'un grade classé au rang 15."
"Art. 6. La catégorie des fonctionnaires généraux est constituée des agents d'un grade classé au rang 15."
Art.7. De artikelen 7 en 8 zijn niet van toepassing.
Art.7. Les articles 7 et 8 ne sont pas applicables.
Art.8. Artikel 11 dient te worden gelezen als volgt :
" Artikel 11. Binnen het Instituut is er een directieraad, samengesteld uit de ambtenaren die bekleed zijn met de graden ingedeeld in de rangen 15 en 12.
Hij wordt door de leidende ambtenaar voorgezeten. De voorzitter wijst het lid van de Directieraad aan die hem vervangt wanneer hij afwezig of verhinderd is.
Elke individuele beslissing die ten aanzien van een personeelslid door de Directieraad wordt genomen, geschiedt bij geheime stemming.
De Directieraad zorgt ervoor zijn leden inlichtingen te verschaffen over het beleid dat binnen het Commissariaat wordt gevoerd.
Hij kan op eigen initiatief adviezen uitbrengen en aan de Regering voorstellen doen over elk vraagstuk betreffende dit statuut en de aangelegenheden waarvoor het Instituut bevoegd is. "
" Artikel 11. Binnen het Instituut is er een directieraad, samengesteld uit de ambtenaren die bekleed zijn met de graden ingedeeld in de rangen 15 en 12.
Hij wordt door de leidende ambtenaar voorgezeten. De voorzitter wijst het lid van de Directieraad aan die hem vervangt wanneer hij afwezig of verhinderd is.
Elke individuele beslissing die ten aanzien van een personeelslid door de Directieraad wordt genomen, geschiedt bij geheime stemming.
De Directieraad zorgt ervoor zijn leden inlichtingen te verschaffen over het beleid dat binnen het Commissariaat wordt gevoerd.
Hij kan op eigen initiatief adviezen uitbrengen en aan de Regering voorstellen doen over elk vraagstuk betreffende dit statuut en de aangelegenheden waarvoor het Instituut bevoegd is. "
Art.8. L'article 11 doit se lire comme suit :
" Article 11. Il existe, au sein de l'Institut, un conseil de direction composé des agents titulaires des grades classés aux rangs 15 et 12.
Il est présidé par le fonctionnaire dirigeant. Le (la) président(e) désigne le membre du Conseil de direction qui le remplace en cas d'absence ou d'empêchement.
Toute décision individuelle prise à l'égard d'un membre du personnel par le Conseil de direction a lieu au scrutin secret.
Le Conseil de direction veille à informer ses membres des différentes politiques menées au sein de l'Institut.
Il peut rendre des avis d'initiative et formuler des propositions au Conseil d'administration sur toute question relative au présent statut et aux matières traitées par l'Institut. "
" Article 11. Il existe, au sein de l'Institut, un conseil de direction composé des agents titulaires des grades classés aux rangs 15 et 12.
Il est présidé par le fonctionnaire dirigeant. Le (la) président(e) désigne le membre du Conseil de direction qui le remplace en cas d'absence ou d'empêchement.
Toute décision individuelle prise à l'égard d'un membre du personnel par le Conseil de direction a lieu au scrutin secret.
Le Conseil de direction veille à informer ses membres des différentes politiques menées au sein de l'Institut.
Il peut rendre des avis d'initiative et formuler des propositions au Conseil d'administration sur toute question relative au présent statut et aux matières traitées par l'Institut. "
Art.9. Artikel 12 is niet van toepassing.
Art.9. L'article 12 n'est pas applicable.
Art. 9bis. <INGEVOEGD bij BFG 2005-06-10/34, art. 51; Inwerkingtreding : 01-08-2005> In artikel 12bis, eerste lid, dienen de woorden " [1 Directiecomité]1 " te worden gelezen als volgt : " Directieraad ".
Modifications
Art. 9bis. A l'article 12bis, alinéa 1er, les mots " [1 Comité de direction]1 " doivent se lire comme suit : " Conseil de direction ".
Modifications
Art.10. Artikel 14 dient te worden gelezen als volgt :
"Art. 14. Op eensluidend advies van de Directieraad wordt de cumulatie van activiteiten in privé- of overheidszaken door het Bureau toegelaten onder de volgende voorwaarden :
1° de cumulatie heeft geen betrekking op een activiteit of een bezigheid die onverenigbaar is met de hoedanigheid van personeelslid van het Instituut;
2° de cumulatie valt niet samen met bijkomende periodes van activiteit die het normaal verrichten door het personeelslid van zijn ambtsplichten onmogelijk maken;
3° de cumulatie is niet van dien aard dat er een verwarring kan ontstaan voor het publiek tussen de ambtelijke activiteiten en de privé-zaken van het personeelslid.
De weigering van de cumulatie van activiteiten op basis van een onverenigbaarheid of een andere omstandigheid dan deze die bedoeld is bij de punten 2 en 3 van het vorig lid alsook de weigering van de cumulatie van activiteiten betreffende de opdracht uitgeoefend namens een andere Regering in privé-ondernemingen, worden door het Bureau, op advies van de Directieraad, beslist.
De beslissing van de Regering om aan een personeelslid van het Instituut een mandaat bedoeld in artikel 13, 2°, eerste lid, toe te wijzen, brengt van rechtswege een machtiging tot cumulatie voor het uitoefenen van dat mandaat met zich mee.
De personeelsleden die een machtiging tot cumulatie genieten in een activiteitssector dat onder hun bestuurs-, begrotings- of geldelijk toezicht staat, wat de activiteit betreft die zij in cumulatie uitoefenen en, desnoods, de derde instelling waarvoor deze activiteit wordt uitgeoefend, ervoor dat dit toezicht op zelfstandige manier wordt uitgeoefend door een ander personeelslid.
[1 De toelating kan worden ingetrokken als er aan één van de in het 1e lid bedoelde voorwaarden niet meer voldaan wordt.
Om de vijf jaar of in geval van wijziging van de voorwaarden voor de uitoefening van de cumulatie of van de aard ervan, wordt de ambtenaar ertoe gehouden een nieuwe aanvraag om cumulatie in te dienen.]1
"Art. 14. Op eensluidend advies van de Directieraad wordt de cumulatie van activiteiten in privé- of overheidszaken door het Bureau toegelaten onder de volgende voorwaarden :
1° de cumulatie heeft geen betrekking op een activiteit of een bezigheid die onverenigbaar is met de hoedanigheid van personeelslid van het Instituut;
2° de cumulatie valt niet samen met bijkomende periodes van activiteit die het normaal verrichten door het personeelslid van zijn ambtsplichten onmogelijk maken;
3° de cumulatie is niet van dien aard dat er een verwarring kan ontstaan voor het publiek tussen de ambtelijke activiteiten en de privé-zaken van het personeelslid.
De weigering van de cumulatie van activiteiten op basis van een onverenigbaarheid of een andere omstandigheid dan deze die bedoeld is bij de punten 2 en 3 van het vorig lid alsook de weigering van de cumulatie van activiteiten betreffende de opdracht uitgeoefend namens een andere Regering in privé-ondernemingen, worden door het Bureau, op advies van de Directieraad, beslist.
De beslissing van de Regering om aan een personeelslid van het Instituut een mandaat bedoeld in artikel 13, 2°, eerste lid, toe te wijzen, brengt van rechtswege een machtiging tot cumulatie voor het uitoefenen van dat mandaat met zich mee.
De personeelsleden die een machtiging tot cumulatie genieten in een activiteitssector dat onder hun bestuurs-, begrotings- of geldelijk toezicht staat, wat de activiteit betreft die zij in cumulatie uitoefenen en, desnoods, de derde instelling waarvoor deze activiteit wordt uitgeoefend, ervoor dat dit toezicht op zelfstandige manier wordt uitgeoefend door een ander personeelslid.
[1 De toelating kan worden ingetrokken als er aan één van de in het 1e lid bedoelde voorwaarden niet meer voldaan wordt.
Om de vijf jaar of in geval van wijziging van de voorwaarden voor de uitoefening van de cumulatie of van de aard ervan, wordt de ambtenaar ertoe gehouden een nieuwe aanvraag om cumulatie in te dienen.]1
Modifications
Art.10. L'article 14 doit se lire comme suit :
"Art. 14. Sur avis conforme du Conseil de direction, le Bureau autorise le cumul d'activités dans les affaires privées ou publiques aux conditions suivantes :
1° le cumul n'a pas trait à une activité ou occupation incompatible avec la qualité de membre du personnel de l'Institut;
2° le cumul ne couvre pas des périodes d'activités complémentaires qui rendent impossible l'accomplissement normal par le membre du personnel de ses fonctions;
3° le cumul n'est pas de nature à induire dans le chef du public une confusion entre les activités fonctionnelles et privées du membre du personnel.
Le refus du cumul d'activités fondé sur une incompatibilité ou une circonstance autre que celles visées aux points 2 et 3 de l'alinéa précédent ainsi que le refus du cumul d'activités relatif à un mandat exercé au nom d'un autre Gouvernement dans des entreprises privées sont décidés par le Bureau, sur avis du Conseil de direction.
La décision du Gouvernement de confier à un membre du personnel de l'Institut un mandat visé à l'article 13, 2°, alinéa 1er, emporte de plein droit autorisation du cumul pour l'exercice de ce mandat.
Les agents bénéficiant d'une autorisation de cumul dans un secteur d'activités soumis à leur contrôle administratif, budgétaire ou financier direct veillent, pour ce qui concerne l'activité qu'ils exercent en cumul et, s'il échet, l'organisme tiers pour compte duquel cette activité est exercée, à ce que ledit contrôle soit effectué de manière indépendante par un autre agent."
[1 L'autorisation est révocable si l'une des conditions visées à l'alinéa 1er n'est plus remplie.
Tous les 5 ans ou en cas de modification des conditions d'exercice ou de la nature du cumul, l'agent est tenu d'introduire une nouvelle demande de cumul.]1
"Art. 14. Sur avis conforme du Conseil de direction, le Bureau autorise le cumul d'activités dans les affaires privées ou publiques aux conditions suivantes :
1° le cumul n'a pas trait à une activité ou occupation incompatible avec la qualité de membre du personnel de l'Institut;
2° le cumul ne couvre pas des périodes d'activités complémentaires qui rendent impossible l'accomplissement normal par le membre du personnel de ses fonctions;
3° le cumul n'est pas de nature à induire dans le chef du public une confusion entre les activités fonctionnelles et privées du membre du personnel.
Le refus du cumul d'activités fondé sur une incompatibilité ou une circonstance autre que celles visées aux points 2 et 3 de l'alinéa précédent ainsi que le refus du cumul d'activités relatif à un mandat exercé au nom d'un autre Gouvernement dans des entreprises privées sont décidés par le Bureau, sur avis du Conseil de direction.
La décision du Gouvernement de confier à un membre du personnel de l'Institut un mandat visé à l'article 13, 2°, alinéa 1er, emporte de plein droit autorisation du cumul pour l'exercice de ce mandat.
Les agents bénéficiant d'une autorisation de cumul dans un secteur d'activités soumis à leur contrôle administratif, budgétaire ou financier direct veillent, pour ce qui concerne l'activité qu'ils exercent en cumul et, s'il échet, l'organisme tiers pour compte duquel cette activité est exercée, à ce que ledit contrôle soit effectué de manière indépendante par un autre agent."
[1 L'autorisation est révocable si l'une des conditions visées à l'alinéa 1er n'est plus remplie.
Tous les 5 ans ou en cas de modification des conditions d'exercice ou de la nature du cumul, l'agent est tenu d'introduire une nouvelle demande de cumul.]1
Modifications
Art.11. (Artikel 17) dient te worden gelezen als volgt :
" (Art. 17.) Het Bureau kan elke betrekking van de laagste rang van elk niveau vacant verklaren, die definitief onbezet staat of elke betrekking van dezelfde rang die [1 binnen de twaalf komende maanden]1 definitief onbezet zal blijven, ten einde er door werving in te voorzien."
" (Art. 17.) Het Bureau kan elke betrekking van de laagste rang van elk niveau vacant verklaren, die definitief onbezet staat of elke betrekking van dezelfde rang die [1 binnen de twaalf komende maanden]1 definitief onbezet zal blijven, ten einde er door werving in te voorzien."
Modifications
Art.11. (L'article 17) doit se lire comme suit :
" (Art. 17.) Le Bureau peut déclarer vacant tout emploi du rang le moins élevé de chaque niveau définitivement dépourvu de titulaire ou tout emploi du même rang qui sera définitivement dépourvu de titulaire [1 dans les douze mois à venir]1 en vue d'y pourvoir par recrutement."
" (Art. 17.) Le Bureau peut déclarer vacant tout emploi du rang le moins élevé de chaque niveau définitivement dépourvu de titulaire ou tout emploi du même rang qui sera définitivement dépourvu de titulaire [1 dans les douze mois à venir]1 en vue d'y pourvoir par recrutement."
Modifications
Art.12. [1 In artikel 19, dient lid 2 te worden gelezen als volgt :
" De stagiair ressorteert, gedurende de periode van zijn stage, onder de Leidend-ambtenaar. "]1
" De stagiair ressorteert, gedurende de periode van zijn stage, onder de Leidend-ambtenaar. "]1
Modifications
Art.12. [1 L'article 19, alinéa 2, doit se lire comme suit :
" Le stagiaire relève, pendant la durée de son stage, du Fonctionnaire dirigeant. "]1
" Le stagiaire relève, pendant la durée de son stage, du Fonctionnaire dirigeant. "]1
Modifications
Art.14. Artikel 28 dient te worden gelezen als volgt :
"Art. 28. In het in artikel 26, 1° bedoelde geval wordt de stagiair door het Bureau tot ambtenaar vastbenoemd in de graad waarvoor hij zich kandidaat heeft gesteld. Hij wordt aangewezen voor een betrekking van zijn graad en van zijn categorie die in de personeelsformatie van het Instituut bestaat."
"Art. 28. In het in artikel 26, 1° bedoelde geval wordt de stagiair door het Bureau tot ambtenaar vastbenoemd in de graad waarvoor hij zich kandidaat heeft gesteld. Hij wordt aangewezen voor een betrekking van zijn graad en van zijn categorie die in de personeelsformatie van het Instituut bestaat."
Art.14. L'article 28 doit se lire comme suit :
"Art. 28. - Dans le cas visé à l'article 26, 1°, le stagiaire est nommé par le Bureau en qualité de membre du personnel statutaire au grade auquel il s'est porté candidat. Il est affecté à un emploi de son grade et de sa catégorie inscrit au cadre de l'Institut."
"Art. 28. - Dans le cas visé à l'article 26, 1°, le stagiaire est nommé par le Bureau en qualité de membre du personnel statutaire au grade auquel il s'est porté candidat. Il est affecté à un emploi de son grade et de sa catégorie inscrit au cadre de l'Institut."
Art.15. Artikel 29, tweede lid, dient te worden gelezen als volgt :
Indien de toelating tot de stage wordt vertraagd omdat een onderzoek geboden is om uit te maken of de stagiair van onberispelijk gedrag is en de stagiair in het Instituut door één of meer na hem gerangschikte geslaagden van hetzelfde vergelijkend examen voorbijgegaan is, dan neemt hij echter rang in op de datum waarop die geslaagde of de best gerangschikte van die geslaagden zijn stage heeft aangevat."
Indien de toelating tot de stage wordt vertraagd omdat een onderzoek geboden is om uit te maken of de stagiair van onberispelijk gedrag is en de stagiair in het Instituut door één of meer na hem gerangschikte geslaagden van hetzelfde vergelijkend examen voorbijgegaan is, dan neemt hij echter rang in op de datum waarop die geslaagde of de best gerangschikte van die geslaagden zijn stage heeft aangevat."
Art.15. L'article 29, alinéa 2, doit se lire comme suit :
"Si l'admission au stage est retardée parce qu'une enquête s'impose pour apprécier si la conduite du stagiaire est irréprochable et si le stagiaire est dépassé à l'Institut par un ou plusieurs lauréats du même concours classés après lui, il prend toutefois rang à la date à laquelle ce lauréat, ou le mieux classé de ces lauréats, a commencé son stage."
"Si l'admission au stage est retardée parce qu'une enquête s'impose pour apprécier si la conduite du stagiaire est irréprochable et si le stagiaire est dépassé à l'Institut par un ou plusieurs lauréats du même concours classés après lui, il prend toutefois rang à la date à laquelle ce lauréat, ou le mieux classé de ces lauréats, a commencé son stage."
Art.16. Artikel 30 dient te worden gelezen als volgt :
"Art. 30. De ambtenaren leggen de eed af bedoeld bij artikel 1° § 4 van het koninklijk besluit van 22 december 2000 tot bepaling van de algemene principes van het administratief en geldelijk statuut van de rijksambtenaren die van toepassing zijn op het personeel van de diensten van de Gemeenschaps- en Gewestregeringen en van de Colleges van de Gemeenschappelijke Gemeenschapscommissie en van de Franse Gemeenschapscommissie, alsook op de publiekrechtelijke rechtspersonen die ervan afhangen, in handen van het Bureau of van een lid van het Bureau aan wie het Bureau deze bevoegdheid heeft overgedragen.
Indien zij weigeren de eed binnen de maand af te leggen, worden zij als ontheven van hun ambt geacht."
"Art. 30. De ambtenaren leggen de eed af bedoeld bij artikel 1° § 4 van het koninklijk besluit van 22 december 2000 tot bepaling van de algemene principes van het administratief en geldelijk statuut van de rijksambtenaren die van toepassing zijn op het personeel van de diensten van de Gemeenschaps- en Gewestregeringen en van de Colleges van de Gemeenschappelijke Gemeenschapscommissie en van de Franse Gemeenschapscommissie, alsook op de publiekrechtelijke rechtspersonen die ervan afhangen, in handen van het Bureau of van een lid van het Bureau aan wie het Bureau deze bevoegdheid heeft overgedragen.
Indien zij weigeren de eed binnen de maand af te leggen, worden zij als ontheven van hun ambt geacht."
Art.16. L'article 30 doit se lire comme suit :
"Art. 30. Les agents prêtent le serment prévu à l'article 1er, § 4 de l'arrêté royal du 22 décembre 2000 fixant les principes généraux du statut administratif et pécuniaire des agents de l'Etat applicables au personnel des Services des Gouvernements de Communauté et de Région, et des Collèges de la Commission communautaire commune et de la Commission communautaire française, ainsi qu'aux personnes morales de droit public qui en dépendent entre les mains du Bureau ou au membre du Bureau auquel le Bureau a délégué ce pouvoir.
S'ils refusent de prêter le serment dans le mois, ils sont réputés démis de leurs fonctions."
"Art. 30. Les agents prêtent le serment prévu à l'article 1er, § 4 de l'arrêté royal du 22 décembre 2000 fixant les principes généraux du statut administratif et pécuniaire des agents de l'Etat applicables au personnel des Services des Gouvernements de Communauté et de Région, et des Collèges de la Commission communautaire commune et de la Commission communautaire française, ainsi qu'aux personnes morales de droit public qui en dépendent entre les mains du Bureau ou au membre du Bureau auquel le Bureau a délégué ce pouvoir.
S'ils refusent de prêter le serment dans le mois, ils sont réputés démis de leurs fonctions."
Art.17. Artikel 37 dient te worden gelezen als volgt :
"Art. 37. Behoudens wat de bevordering in een vlakke loopbaan betreft en onverminderd artikel 17 sexies, § 3, kan het Bureau elke betrekking vacant verklaren, die definitief onbezet staat of elke betrekking die [1 binnen de twaalf komende maanden]1 definitief onbezet zal blijven ten einde er door bevordering, door verandering van graad, door verandering van categorie, door overdracht of door overplaatsing in te voorzien."
"Art. 37. Behoudens wat de bevordering in een vlakke loopbaan betreft en onverminderd artikel 17 sexies, § 3, kan het Bureau elke betrekking vacant verklaren, die definitief onbezet staat of elke betrekking die [1 binnen de twaalf komende maanden]1 definitief onbezet zal blijven ten einde er door bevordering, door verandering van graad, door verandering van categorie, door overdracht of door overplaatsing in te voorzien."
Modifications
Art.17. L'article 37 doit se lire comme suit :
"Art. 37. Sauf en ce qui concerne la promotion en carrière plane, et sans préjudice de l'article 17sexies, § 3, le Bureau peut déclarer vacant tout emploi dépourvu de titulaire ou tout emploi qui sera définitivement dépourvu de titulaire [1 dans les douze mois à venir]1 en vue d'y pourvoir par promotion, par changement de grade, par changement de catégorie, par transfert ou par mutation."
"Art. 37. Sauf en ce qui concerne la promotion en carrière plane, et sans préjudice de l'article 17sexies, § 3, le Bureau peut déclarer vacant tout emploi dépourvu de titulaire ou tout emploi qui sera définitivement dépourvu de titulaire [1 dans les douze mois à venir]1 en vue d'y pourvoir par promotion, par changement de grade, par changement de catégorie, par transfert ou par mutation."
Modifications
Art.18. Artikel 38 dient te worden gelezen als volgt :
"Art. 38. § 1. Wanneer de aard van het uit te oefenen ambt het vergt of wanneer de behoeften van de dienst het verantwoorden, kan het Bureau, na advies van de Directieraad, bijzondere voorwaarden bepalen voor de benoeming door bevordering, door overgang naar het hogere niveau, door verhoging in graad, door verandering van graad of door verandering van categorie.
Deze voorwaarden omvatten, inzonderheid, de bijzondere titels, bekwaamheid en kwalificaties vereist voor de benoeming.
Het nagaan van de vereiste bekwaamheid gebeurt volgens de nadere regels bepaald door het Bureau.
De bijzondere voorwaarden worden opnieuw ter kennis van de ambtenaren gebracht ter gelegenheid van de oproep tot de gegadigden.
§ 2. Alvorens een betrekking vacant te verklaren, beslist de overheid belast met de benoemingsbevoegdheid of, rekening houdend met de behoeften van de dienst, een ambtsprofiel met betrokken betrekking moet overeenstemmen.
Indien vereist, wordt het ambtsprofiel samengesteld door de Directieraad.
Het wordt ter kennis gebracht van de ambtenaren bij de oproep tot de gegadigden."
"Art. 38. § 1. Wanneer de aard van het uit te oefenen ambt het vergt of wanneer de behoeften van de dienst het verantwoorden, kan het Bureau, na advies van de Directieraad, bijzondere voorwaarden bepalen voor de benoeming door bevordering, door overgang naar het hogere niveau, door verhoging in graad, door verandering van graad of door verandering van categorie.
Deze voorwaarden omvatten, inzonderheid, de bijzondere titels, bekwaamheid en kwalificaties vereist voor de benoeming.
Het nagaan van de vereiste bekwaamheid gebeurt volgens de nadere regels bepaald door het Bureau.
De bijzondere voorwaarden worden opnieuw ter kennis van de ambtenaren gebracht ter gelegenheid van de oproep tot de gegadigden.
§ 2. Alvorens een betrekking vacant te verklaren, beslist de overheid belast met de benoemingsbevoegdheid of, rekening houdend met de behoeften van de dienst, een ambtsprofiel met betrokken betrekking moet overeenstemmen.
Indien vereist, wordt het ambtsprofiel samengesteld door de Directieraad.
Het wordt ter kennis gebracht van de ambtenaren bij de oproep tot de gegadigden."
Art.18. L'article 38 doit se lire comme suit :
"Art. 38 § 1er. Lorsque la nature des fonctions à exercer l'exige ou les besoins du service le justifient, le Bureau peut, après avis du Conseil de direction, déterminer des conditions particulières de nomination par promotion, par accession au niveau supérieur, par promotion par avancement de grade, par changement de grade ou par changement de catégorie.
Ces conditions reproduisent, notamment, les titres, les aptitudes ou les qualifications particulières requis pour la nomination.
La vérification des aptitudes requises est opérée selon les modalités fixées par le Bureau.
Les conditions particulières sont rappelées à la connaissance des agents lors de l'appel aux candidats.
§ 2. Préalablement à une déclaration de vacance d'emploi, l'autorité qui exerce le pouvoir de nomination décide si, eu égard aux besoins du service, un profil de fonctions doit correspondre à l'emploi considéré.
Lorsqu'il est requis, le profil de fonction est établi par le Conseil de direction.
Il est porté à la connaissance des agents lors de l'appel aux candidats. "
"Art. 38 § 1er. Lorsque la nature des fonctions à exercer l'exige ou les besoins du service le justifient, le Bureau peut, après avis du Conseil de direction, déterminer des conditions particulières de nomination par promotion, par accession au niveau supérieur, par promotion par avancement de grade, par changement de grade ou par changement de catégorie.
Ces conditions reproduisent, notamment, les titres, les aptitudes ou les qualifications particulières requis pour la nomination.
La vérification des aptitudes requises est opérée selon les modalités fixées par le Bureau.
Les conditions particulières sont rappelées à la connaissance des agents lors de l'appel aux candidats.
§ 2. Préalablement à une déclaration de vacance d'emploi, l'autorité qui exerce le pouvoir de nomination décide si, eu égard aux besoins du service, un profil de fonctions doit correspondre à l'emploi considéré.
Lorsqu'il est requis, le profil de fonction est établi par le Conseil de direction.
Il est porté à la connaissance des agents lors de l'appel aux candidats. "
Art.19. [In artikel 39, eerste lid, dienen de woorden " [1 Directiecomité]1 " te worden gelezen als volgt : " Directieraad ". "
Het tweede lid van hetzelfde artikel is niet van toepassing.
Het vijfde lid van hetzelfde artikel dient te worden gelezen als volgt :
" Het met redenen omkleed advies van de Directieraad of van de Commissie inzake overdrachtregeling kan leiden tot een voorstel in de vorm van een rangschikking van de kandidaten. "]
Artikel 39 is niet van toepassing op de ambtenaren-generaal.
Het tweede lid van hetzelfde artikel is niet van toepassing.
Het vijfde lid van hetzelfde artikel dient te worden gelezen als volgt :
" Het met redenen omkleed advies van de Directieraad of van de Commissie inzake overdrachtregeling kan leiden tot een voorstel in de vorm van een rangschikking van de kandidaten. "]
Artikel 39 is niet van toepassing op de ambtenaren-generaal.
Modifications
Art.19. [A l'article 39, alinéa 1er, les mots " [1 Comité de direction]1 " doivent se lire comme suit : " Conseil de direction ". "
L'alinéa 2 du même article n'est pas applicable.
L'alinéa 5 du même article doit se lire comme suit :
" L'avis motivé du Conseil de direction ou de la Commission en matière de transfert peut se conclure par une proposition sous forme de classement des candidats. "]
L'article 39 n'est pas applicable aux fonctionnaires généraux.
L'alinéa 2 du même article n'est pas applicable.
L'alinéa 5 du même article doit se lire comme suit :
" L'avis motivé du Conseil de direction ou de la Commission en matière de transfert peut se conclure par une proposition sous forme de classement des candidats. "]
L'article 39 n'est pas applicable aux fonctionnaires généraux.
Modifications
Art. 19bis. <INGEVOEGD bij BFG 2005-06-10/34, art. 53; Inwerkingtreding : 01-08-2005> Artikel 40 dient te worden gelezen als volgt :
" Van de met redenen omklede adviezen die werden opgesteld overeenkomstig artikel 39 betreffende alle kandidaten voor een bepaalde betrekking wordt kennis gegeven aan elk van hen tegen een ontvangstbewijs of bij een ter post aangetekend schrijven.
De kandidaat die zich als benadeeld acht, kan, binnen de tien dagen na de kennisgeving bepaald in het vorige lid, een bezwaar indienen voor de Directieraad of, naar gelang van het geval, voor de Commissie inzake overdrachtregeling.
Op zijn verzoek kan hij worden gehoord. Hij kan zich laten bijstaan door iedere persoon van zijn keuze, met uitzondering van een lid van de Directieraad of, naar gelang van het geval, van de Commissie inzake overdrachtregeling. "
" Van de met redenen omklede adviezen die werden opgesteld overeenkomstig artikel 39 betreffende alle kandidaten voor een bepaalde betrekking wordt kennis gegeven aan elk van hen tegen een ontvangstbewijs of bij een ter post aangetekend schrijven.
De kandidaat die zich als benadeeld acht, kan, binnen de tien dagen na de kennisgeving bepaald in het vorige lid, een bezwaar indienen voor de Directieraad of, naar gelang van het geval, voor de Commissie inzake overdrachtregeling.
Op zijn verzoek kan hij worden gehoord. Hij kan zich laten bijstaan door iedere persoon van zijn keuze, met uitzondering van een lid van de Directieraad of, naar gelang van het geval, van de Commissie inzake overdrachtregeling. "
Art. 19bis. L'article 40 doit se lire comme suit :
" Les avis motivés établis conformément à l'article 39 concernant l'ensemble des candidats à un emploi déterminé sont notifiés à chacun d'eux contre récépissé ou par lettre recommandée à la poste.
Le candidat qui s'estime lésé peut, dans les dix jours de la notification prévue à l'alinéa précédent, introduire une réclamation devant le Conseil de direction ou, selon le cas, devant la Commission en matière de transfert.
Il est entendu à sa demande. Il peut se faire assister par toute personne de son choix à l'exception d'un membre du Conseil de direction ou, selon le cas, de la Commission en matière de transfert. "
" Les avis motivés établis conformément à l'article 39 concernant l'ensemble des candidats à un emploi déterminé sont notifiés à chacun d'eux contre récépissé ou par lettre recommandée à la poste.
Le candidat qui s'estime lésé peut, dans les dix jours de la notification prévue à l'alinéa précédent, introduire une réclamation devant le Conseil de direction ou, selon le cas, devant la Commission en matière de transfert.
Il est entendu à sa demande. Il peut se faire assister par toute personne de son choix à l'exception d'un membre du Conseil de direction ou, selon le cas, de la Commission en matière de transfert. "
Art. 19/1. [1 Het Bureau kan elke deskundigengraad die definitief onbezet staat of elke deskundigengraad die definitief onbezet zal staan, vacant verklaren binnen de komende twaalf maanden om erin te voorzien door bevordering door verhoging in graad of, naargelang het geval, door overgang naar het hogere niveau.]1
Art. 19/1. [1 Le Bureau peut déclarer vacant tout grade d'expert définitivement dépourvu de titulaire ou tout grade d'expert qui sera définitivement dépourvu de titulaire dans les douze mois à venir en vue d'y pourvoir par promotion par avancement de grade ou, selon le cas, par accession au niveau supérieur.]1
Art. 19/2. [1 In de artikelen 40/3, 40/4 en 40/6 dient het woord " Directiecomité " als volgt te worden gelezen : " Directieraad "]1
Art. 19/2. [1 Aux articles 40/3, 40/4 et 40/6, les mots " Comité de direction " doivent se lire comme suit : " Conseil de direction "]1
Art.20. Artikel 70 dient te worden gelezen als volgt :
"Jaarlijks wordt een naamlijst van de ambtenaren van het Instituut bekendgemaakt met vermelding van hun niveau, hun administratieve anciënniteit, hun categorie, hun geboortedatum alsook de weddeschaal die hun wordt toegekend."
"Jaarlijks wordt een naamlijst van de ambtenaren van het Instituut bekendgemaakt met vermelding van hun niveau, hun administratieve anciënniteit, hun categorie, hun geboortedatum alsook de weddeschaal die hun wordt toegekend."
Art.20. L'article 70 doit se lire comme suit :
"Il est publié annuellement une liste nominative des agents de l'Institut mentionnant leur niveau, leurs anciennetés administratives, leur catégorie, leur date de naissance ainsi que l'échelle de traitement qui leur est attribuée."
"Il est publié annuellement une liste nominative des agents de l'Institut mentionnant leur niveau, leurs anciennetés administratives, leur catégorie, leur date de naissance ainsi que l'échelle de traitement qui leur est attribuée."
Art.21. Artikel 71 dient te worden gelezen als volgt :
"Art. 71. Er wordt een organogram van het Instituut bekendgemaakt waarin de structuur wordt opgenomen met vermelding van de verantwoordelijke ambtenaren.
Bij elke wijziging van de structuur van het Instituut wordt een nieuw organogram bekendgemaakt.
"Art. 71. Er wordt een organogram van het Instituut bekendgemaakt waarin de structuur wordt opgenomen met vermelding van de verantwoordelijke ambtenaren.
Bij elke wijziging van de structuur van het Instituut wordt een nieuw organogram bekendgemaakt.
Art.21. L'article 71 doit se lire comme suit :
"Art. 71. Il est publié un organigramme de l'Institut reprenant sa structure, avec indication des responsables.
Il est procédé à une nouvelle publication à chaque modification de la structure de l'Institut."
"Art. 71. Il est publié un organigramme de l'Institut reprenant sa structure, avec indication des responsables.
Il est procédé à une nouvelle publication à chaque modification de la structure de l'Institut."
Art.22. Artikel 72 is niet van toepassing.
Art.22. L'article 72 n'est pas applicable.
Art.23. De artikelen 94 tot 98 zijn niet van toepassing.
Art.23. Les articles 94 à 98 ne sont pas applicables.
Art. 23bis. <INGEVOEGD bij BFG 2005-06-10/34, art. 55; Inwerkingtreding : 01-08-2005> In artikel 103 dienen de woorden " [1 Directiecomité]1 " en " College van ambtenaren-generaal zoals bepaald in § 1 " te worden gelezen als volgt : " Directieraad ".
Het derde lid van § 1 van hetzelfde besluit is niet toepasselijk.
Het derde lid van § 1 van hetzelfde besluit is niet toepasselijk.
Modifications
Art. 23bis. A l'article 103, les mots " [1 Comité de direction]1 " et " [1 Comité de direction]1 tel que défini au § 1er " doivent se lire comme suit : " Conseil de direction ".
L'alinéa 3 du § 1er du même article n'est pas applicable.
L'alinéa 3 du § 1er du même article n'est pas applicable.
Modifications
Art.24. Artikel 106 dient te worden gelezen als volgt :
"Art. 106. Er wordt een Raad van Beroep voor het Instituut ingesteld, die bevoegd is voor de ambtenaren van bedoeld Instituut, behalve de ambtenaren-generaal."
"Art. 106. Er wordt een Raad van Beroep voor het Instituut ingesteld, die bevoegd is voor de ambtenaren van bedoeld Instituut, behalve de ambtenaren-generaal."
Art.24. L'article 106 doit se lire comme suit :
"Art. 106. Il est institué une Chambre de recours de l'Institut, compétente pour les agents de l'Institut, à l'exception des fonctionnaires généraux."
"Art. 106. Il est institué une Chambre de recours de l'Institut, compétente pour les agents de l'Institut, à l'exception des fonctionnaires généraux."
Art.25. Artikel 107, § 4, dient te worden gelezen als volgt :
"§ 4. De voorzitter en de plaatsvervangend voorzitter waaruit de Raad van beroep bevoegd voor de ambtenaren van de Diensten van de Regering samengesteld is, oefenen dezelfde functies uit binnen de Raad van beroep bedoeld in artikel 106."
In hetzelfde artikel dient § 5 te worden gelezen als volgt :
"§ 5. De assessoren en de plaatsvervangende assessoren worden voor de helft aangewezen door de vakorganisaties die in het Onderhandelingscomité van Sector XVII zijn vertegenwoordigd naar rato van één assessor en twee plaatsvervangende assessoren per vakorganisatie. Voor de andere helft worden zij door de Regering aangewezen.
De assessoren worden gekozen onder de ambtenaren van het Instituut of het Algemeen Bestuur Onderwijs en Wetenschappelijk Onderzoek van het Ministerie van de Franse Gemeenschap, die ten minste 35 jaar oud zijn en vijf jaar dienstanciënniteit tellen. Bij gebrek aan ambtenaren die aan deze voorwaarde voldoen, kan ervan afgeweken worden. Zij mogen geen vermelding van ongunstige evaluatie noch een vermelding van evaluatie "met voorbehoud" hebben gekregen."
"§ 4. De voorzitter en de plaatsvervangend voorzitter waaruit de Raad van beroep bevoegd voor de ambtenaren van de Diensten van de Regering samengesteld is, oefenen dezelfde functies uit binnen de Raad van beroep bedoeld in artikel 106."
In hetzelfde artikel dient § 5 te worden gelezen als volgt :
"§ 5. De assessoren en de plaatsvervangende assessoren worden voor de helft aangewezen door de vakorganisaties die in het Onderhandelingscomité van Sector XVII zijn vertegenwoordigd naar rato van één assessor en twee plaatsvervangende assessoren per vakorganisatie. Voor de andere helft worden zij door de Regering aangewezen.
De assessoren worden gekozen onder de ambtenaren van het Instituut of het Algemeen Bestuur Onderwijs en Wetenschappelijk Onderzoek van het Ministerie van de Franse Gemeenschap, die ten minste 35 jaar oud zijn en vijf jaar dienstanciënniteit tellen. Bij gebrek aan ambtenaren die aan deze voorwaarde voldoen, kan ervan afgeweken worden. Zij mogen geen vermelding van ongunstige evaluatie noch een vermelding van evaluatie "met voorbehoud" hebben gekregen."
Art.25. L'article 107, § 4, doit se lire comme suit :
"§ 4. Les président et président suppléant composant la Chambre de recours compétente pour les agents des Services du Gouvernement de la Communauté française assument les mêmes fonctions au sein de la Chambre de recours visée à l'article 106."
Dans le même article, le § 5 doit se lire comme suit :
"§ 5. - Les assesseurs et assesseurs suppléants sont désignés pour moitié par les organisations syndicales représentatives au Comité de négociation du Secteur XVII, à raison d'un assesseur et de deux assesseurs suppléants par organisation syndicale. Pour l'autre moitié, ils sont désignés par le Gouvernement.
Les assesseurs sont choisis parmi les membres du personnel statutaire de l'Institut ou de l'Administration générale de l'Enseignement et de la Recherche scientifique du Ministère de la Communauté française, âgés de 35 ans au moins et comptant une ancienneté de service de cinq ans. A défaut de membre du personnel statutaire remplissant cette condition, il peut y être dérogé. Ils ne peuvent faire l'objet d'une mention d'évaluation défavorable ou d'une mention d'évaluation réservée. "
"§ 4. Les président et président suppléant composant la Chambre de recours compétente pour les agents des Services du Gouvernement de la Communauté française assument les mêmes fonctions au sein de la Chambre de recours visée à l'article 106."
Dans le même article, le § 5 doit se lire comme suit :
"§ 5. - Les assesseurs et assesseurs suppléants sont désignés pour moitié par les organisations syndicales représentatives au Comité de négociation du Secteur XVII, à raison d'un assesseur et de deux assesseurs suppléants par organisation syndicale. Pour l'autre moitié, ils sont désignés par le Gouvernement.
Les assesseurs sont choisis parmi les membres du personnel statutaire de l'Institut ou de l'Administration générale de l'Enseignement et de la Recherche scientifique du Ministère de la Communauté française, âgés de 35 ans au moins et comptant une ancienneté de service de cinq ans. A défaut de membre du personnel statutaire remplissant cette condition, il peut y être dérogé. Ils ne peuvent faire l'objet d'une mention d'évaluation défavorable ou d'une mention d'évaluation réservée. "
Art.26. Artikel 119 is niet van toepassing.
Art.26. L'article 119 n'est pas applicable.
Art.27. [1 Artikel 120 dient als volgt te worden gelezen :
" Artikel 120. De betrekkingen van de personeelsformatie van het " Instituut " worden in het geheel bekeken.
De deskundigengraden worden niet in de personeelsformatie opgenomen.
Voor elk niveau bedraagt het aantal deskundigengraden 15 % van het aantal titularissen van een betrekking die toegang geeft tot de loopbaan van deskundige waaronder, voor het niveau 1, tussen 9 tot 11 % van de deskundigengraden van de 1ste rang en, voor de andere niveaus, tussen 8 tot 10% van de deskundigengraden van de 1ste rang en een maximum van 2% van de deskundigengraden die toegankelijk zijn door bevordering door overgang naar het hogere niveau. Een hogere programmeringsnorm kan vastgesteld worden door de beheersovereenkomst waarin het beginsel van een jaarlijkse evaluatie kan worden opgenomen.
Bij het vertrek van hun titularis worden de deskundigengraden van ambtswege geacht definitief onbezet te zijn voor zover hun bestaan niet leidt tot de overschrijding van de programmeringsnorm die vastgesteld wordt met toepassing van het vorige lid.
De titularissen van de betrekkingen van de personeelsformatie die in aanmerking komen voor één van deze deskundigengraden worden, voor de betrekkingen van de personeelsformatie en de regels van mobiliteit tussen deze betrekkingen, geacht titularis te zijn van de graad die overeenstemt met de betrekking van de personeelsformatie waarin ze aangesteld zijn. De titularissen van een deskundigengraad van een hoger niveau kunnen nochtans aangesteld worden in een vacante wervingsbetrekking van dat niveau.
Het aantal omkaderingsbetrekkingen van rang 11 wordt in de beheersovereenkomst vastgesteld. "]1
" Artikel 120. De betrekkingen van de personeelsformatie van het " Instituut " worden in het geheel bekeken.
De deskundigengraden worden niet in de personeelsformatie opgenomen.
Voor elk niveau bedraagt het aantal deskundigengraden 15 % van het aantal titularissen van een betrekking die toegang geeft tot de loopbaan van deskundige waaronder, voor het niveau 1, tussen 9 tot 11 % van de deskundigengraden van de 1ste rang en, voor de andere niveaus, tussen 8 tot 10% van de deskundigengraden van de 1ste rang en een maximum van 2% van de deskundigengraden die toegankelijk zijn door bevordering door overgang naar het hogere niveau. Een hogere programmeringsnorm kan vastgesteld worden door de beheersovereenkomst waarin het beginsel van een jaarlijkse evaluatie kan worden opgenomen.
Bij het vertrek van hun titularis worden de deskundigengraden van ambtswege geacht definitief onbezet te zijn voor zover hun bestaan niet leidt tot de overschrijding van de programmeringsnorm die vastgesteld wordt met toepassing van het vorige lid.
De titularissen van de betrekkingen van de personeelsformatie die in aanmerking komen voor één van deze deskundigengraden worden, voor de betrekkingen van de personeelsformatie en de regels van mobiliteit tussen deze betrekkingen, geacht titularis te zijn van de graad die overeenstemt met de betrekking van de personeelsformatie waarin ze aangesteld zijn. De titularissen van een deskundigengraad van een hoger niveau kunnen nochtans aangesteld worden in een vacante wervingsbetrekking van dat niveau.
Het aantal omkaderingsbetrekkingen van rang 11 wordt in de beheersovereenkomst vastgesteld. "]1
Modifications
Art.27. [1 L'article 120 doit se lire comme suit :
" Article 120. Les emplois du cadre de l'Institut sont globalisés.
Les grades d'expert ne sont pas repris au cadre.
Pour chaque niveau, le nombre de grades d'expert est de 15 % du nombre de titulaires d'un emploi qui donne accès à la carrière d'expert dont, pour le niveau 1, entre 9 à 11 % de grades d'expert du 1er rang et, pour les autres niveaux, entre 8 à 10% de grades d'expert du 1er rang et un maximum de 2% de grades d'expert accessibles par promotion par accession au niveau supérieur. Une norme de programmation supérieure peut être fixée par le contrat de gestion, lequel peut retenir le principe d'une évaluation annuelle.
Au départ de leur titulaire, les grades d'expert sont d'office réputés définitivement dépourvus de titulaire pour autant que leur subsistance n'amène pas à dépasser la norme de programmation fixée en application de l'alinéa précédent.
Les titulaires des emplois du cadre bénéficiant d'un de ces grades d'expert sont, pour les emplois du cadre et les règles de mobilité entre ces emplois, réputés titulaires du grade correspondant à l'emploi du cadre dans lequel ils sont affectés. Les titulaires d'un grade d'expert d'un niveau supérieur peuvent toutefois être affectés dans un emploi de recrutement vacant de ce niveau.
Le nombre d'emplois d'encadrement de rang 11 est fixé par le contrat de gestion. "]1
" Article 120. Les emplois du cadre de l'Institut sont globalisés.
Les grades d'expert ne sont pas repris au cadre.
Pour chaque niveau, le nombre de grades d'expert est de 15 % du nombre de titulaires d'un emploi qui donne accès à la carrière d'expert dont, pour le niveau 1, entre 9 à 11 % de grades d'expert du 1er rang et, pour les autres niveaux, entre 8 à 10% de grades d'expert du 1er rang et un maximum de 2% de grades d'expert accessibles par promotion par accession au niveau supérieur. Une norme de programmation supérieure peut être fixée par le contrat de gestion, lequel peut retenir le principe d'une évaluation annuelle.
Au départ de leur titulaire, les grades d'expert sont d'office réputés définitivement dépourvus de titulaire pour autant que leur subsistance n'amène pas à dépasser la norme de programmation fixée en application de l'alinéa précédent.
Les titulaires des emplois du cadre bénéficiant d'un de ces grades d'expert sont, pour les emplois du cadre et les règles de mobilité entre ces emplois, réputés titulaires du grade correspondant à l'emploi du cadre dans lequel ils sont affectés. Les titulaires d'un grade d'expert d'un niveau supérieur peuvent toutefois être affectés dans un emploi de recrutement vacant de ce niveau.
Le nombre d'emplois d'encadrement de rang 11 est fixé par le contrat de gestion. "]1
Modifications
Art.28. Artikel 133 is niet van toepassing.
Art.28. L'article 133 n'est pas applicable.
Art.29. In bijlage I wordt letter "A. Ambtenaren-generaal" vervangen door de volgende letter :
"A. Ambtenaren-generaal :
15 Leidend ambtenaren".
"A. Ambtenaren-generaal :
15 Leidend ambtenaren".
Art.29. A l'annexe I, le litera "A. Fonctionnaires généraux ou fonctionnaires générales" est remplacé par le litera suivant :
"A. Fonctionnaires généraux ou fonctionnaires générales :
15 Fonctionnaire dirigeant ou dirigeante"
"A. Fonctionnaires généraux ou fonctionnaires générales :
15 Fonctionnaire dirigeant ou dirigeante"
Art.30. In artikel 30 ter van het besluit van de Regering van de Franse Gemeenschap van 22 juli 1996 houdende het geldelijk statuut van de ambtenaren van de Diensten van de Regering van de Franse Gemeenschap dienen de woorden "het Bureau" in plaats van de woorden "de Regering" te worden gelezen". [In plaats van de woorden " [1 Directiecomité]1 ", dienen de woorden " Directieraad " te worden gelezen.]
Modifications
Art.30. A l'article 30ter de l'arrêté du Gouvernement de la Communauté française du 22 juillet 1996 portant statut pécuniaire des agents des Services du Gouvernement de la Communauté française, il y a lieu de lire à la place des termes "le Gouvernement", les termes "le Bureau". [A la place des termes " [1 Comité de direction]1 ", il y a lieu de lire les termes " Conseil de direction ".]
Modifications
Art. 30bis. <INGEVOEGD bij BFG 2005-06-10/34, art. 57; Inwerkingtreding : 01-08-2005> In artikel 89 dienen de woorden " [1 Directiecomité]1 " te worden gelezen als volgt : " Directieraad ".
Modifications
Art. 30bis. Aux articles 30quater et 30quinquies, les mots " [1 Comité de direction]1 " doivent se lire comme suit : " Conseil de direction ".
Modifications
HOOFDSTUK III. - Slotbepalingen.
CHAPITRE III. - Dispositions finales.
Art.31. Dit besluit treedt in werking de dag waarop het in het Belgisch Staatsblad wordt bekendgemaakt.
Art.31. Le présent arrêté entre en vigueur au jour de sa publication au Moniteur belge.
Art. 32. De Minister van Ambtenarenzaken, de Minister van Kinderwelzijn, belast met het Basisonderwijs, de Opvang en de Opdrachten toegewezen aan de "O.N.E." en de Minister van Secundair Onderwijs en Buitengewoon Onderwijs worden, ieder wat hem betreft, belast met de uitvoering van dit besluit.
Art. 32. Le Ministre de la Fonction publique, le Ministre de l'Enfance, chargé de l'Enseignement fondamental, de l'Accueil et des Missions confiées à l'O.N.E. et le Ministre de l'Enseignement secondaire et de l'Enseignement spécial sont chargés, chacun en ce qui le concerne, de l'exécution du présent arrêté.