Comparaison NL / FR

| Word Word (citation)

Nederlands (NL)

Français (FR)

Titre
4 JULI 2004. - Koninklijk besluit tot wijziging van het koninklijk besluit van 28 mei 2003 betreffende het gezondheidstoezicht op de werknemers.
Titre
4 JUILLET 2004. - Arrêté royal modifiant l'arrêté royal du 28 mai 2003 relatif à la surveillance de la santé des travailleurs.
Informations sur le document
Info du document
Tekst (4)
Texte (4)
Artikel 1. Artikel 5 van het koninklijk besluit van 28 mei 2003 betreffende het gezondheidstoezicht op de werknemers wordt aangevuld met een § 3, luidende :
  " § 3. De werkgever neemt de nodige maatregelen om de preventieadviseur-arbeidsgeneesheer in kennis te stellen van elke arbeidsongeschiktheid van vier weken of meer, vastgesteld voor een werknemer die onderworpen is aan het verplicht gezondheidstoezicht. "
Article 1. L'article 5 de l'arrêté royal du 28 mai 2003 relatif à la surveillance de la santé des travailleurs est complété par une § 3, rédigé comme suit :
  " § 3. L'employeur prend les mesures nécessaires pour informer le conseiller en prévention-médecin du travail de toute incapacité de travail de quatre semaines ou plus, constatée pour un travailleur soumis à la surveillance de santé obligatoire. "
Art.2. Artikel 12, § 3, van hetzelfde besluit wordt vervangen als volgt :
  " § 3. Onder voorbehoud van de bepalingen betreffende de voorafgaande gezondheidsbeoordeling, de gezondheidsbeoordeling van een definitief arbeidsongeschikte werknemer met het oog op zijn reïntegratie en het bezoek voorafgaand aan de werkhervatting, is elk verzoek om gezondheidstoezicht of elke oproeping van een werknemer om te verschijnen voor een afdeling of een departement belast met het medisch toezicht, hetzij buiten zijn gewone werkuren, hetzij tijdens de schorsing van de uitvoering van de arbeidsovereenkomst, hetzij in de loop van de periode van vrijstelling van arbeid, absoluut nietig en heeft zij de absolute nietigheid van de beslissing van de preventieadviseur-arbeidsgeneesheer tot gevolg. "
Art.2. L'article 12, § 3, du même arrêté est remplacé par la disposition suivante :
  " § 3. Sous réserve des dispositions concernant l'évaluation de santé préalable, l'évaluation de santé d'un travailleur en incapacité de travail définitive en vue de son reclassement, et la visite de pré-reprise du travail, toute demande de surveillance de santé ou toute convocation adressée à un travailleur l'invitant à se présenter devant une section ou un département de surveillance médicale, soit en dehors des horaires de travail, soit pendant la suspension de l'exécution du contrat de travail, soit au cours de la période de dispense de travail, est entachée de nullité absolue et a comme conséquence la nullité absolue de la décision du conseiller en prévention-médecin du travail. "
Art.3. In hetzelfde besluit wordt een artikel 36bis ingevoegd, luidende :
  Art. 36bis. § 1. De werkgever informeert alle werknemers die onderworpen zijn aan het verplicht gezondheidstoezicht, over hun recht om te genieten van een bezoek voorafgaand aan de werkhervatting in geval van arbeidsongeschiktheid van vier weken of meer, met het oog op een eventuele aanpassing van hun werkpost, alsook over de te vervullen voorwaarden die opgesomd zijn in § 2, 1° en 2°.
  § 2. In geval van arbeidsongeschiktheid van vier weken of meer, kan de werknemer die onderworpen is aan het verplicht gezondheidstoezicht, een bezoek voorafgaand aan de werkhervatting vragen wanneer de volgende voorwaarden vervuld zijn :
  1° de werknemer neemt zelf het initiatief om voor deze mogelijkheid in aanmerking te komen door een geschreven aanvraag aan de werkgever te richten;
  2° de werknemer geeft zijn akkoord opdat de preventieadviseur-arbeidsgeneesheer, die werd verwittigd door de werkgever, het medisch dossier van de werknemer bij de behandelende geneesheer kan raadplegen en kan overleggen met deze laatste.
  § 3. Vanaf het ogenblik dat de werkgever een aanvraag van een werknemer ontvangt zoals bedoeld in § 2, 1°, verwittigt hij de preventieadviseur-arbeidsgeneesheer opdat de werknemer uitgenodigd wordt op het bezoek voorafgaand aan de werkhervatting dat moet plaatsvinden binnen een termijn van acht dagen volgend op de ontvangst van de aanvraag.
  § 4. Het bezoek voorafgaand aan de werkhervatting zoals bedoeld in § 1 moet de preventieadviseur-arbeidsgeneesheer in staat stellen om, op basis van de gezondheidstoestand van de werknemer en het onderzoek van zijn werkpost, aan de werkgever aangepaste maatregelen voor te stellen die inzonderheid bestaan uit een aanpassing van de post of de arbeidsomstandigheden teneinde de belasting verbonden aan deze post te verminderen zodat de werkgever een aangepast werk kan geven aan de werknemer vanaf de werkhervatting.
  § 5. De preventieadviseur-arbeidsgeneesheer onderzoekt de werkpost van de werknemer zo spoedig mogelijk met het oog op het onderzoek van de mogelijkheden tot aanpassing van deze post.
  § 6. In afwijking van de bepalingen betreffende het formulier voor de gezondheidsbeoordeling, formuleert de preventieadviseur-arbeidsgeneesheer zijn voorstellen betreffende de aanpassingen van de werkpost of van de arbeidsomstandigheden, door enkel rubriek F van het formulier voor de gezondheidsbeoordeling te vervolledigen.
  § 7. De werkgever neemt de verplaatsingskosten van de werknemer voor het bezoek voorafgaand aan de werkhervatting voor zijn rekening. "
Art.3. Un article 36bis rédigé comme suit, est inséré dans le même arrêté :
  Art. 36bis. § 1er. L'employeur informe tous les travailleurs soumis à la surveillance de santé obligatoire de leur droit à bénéficier d'une visite de pré-reprise du travail, en cas d'incapacité de travail de quatre semaines ou plus, en vue d'un aménagement éventuel de leur poste de travail, ainsi que des conditions à remplir visées au § 2, 1°et 2°.
  § 2. Le travailleur soumis à la surveillance de santé obligatoire, en situation d'incapacité de travail de quatre semaines ou plus peut demander une visite de pré-reprise du travail pendant la période d'incapacité de travail, si les conditions suivantes sont remplies :
  1° le travailleur lui-même prend l'initiative de bénéficier de cette possibilité, en adressant une demande écrite à l'employeur;
  2° le travailleur donne son accord pour que le conseiller en prévention-médecin du travail, qui a été averti par l'employeur, puisse consulter le dossier médical du travailleur auprès du médecin traitant et se concerter avec ce dernier.
  § 3. Dès que l'employeur reçoit une demande d'un travailleur telle que visée au § 2, 1°, il avertit le conseiller en prévention-médecin du travail afin que le travailleur soit convoqué à la visite de pré-reprise du travail, qui doit être effectuée dans un délai de huit jours suivant la réception de la demande.
  § 4. La visite de pré-reprise du travail telle que visée au § 1er doit permettre au conseiller en prévention-médecin du travail de proposer à l'employeur, sur base de l'état de santé du travailleur et de l'examen de son poste de travail, des mesures appropriées consistant notamment en un aménagement du poste ou des conditions de travail de manière à réduire les contraintes liées à ce poste, afin que l'employeur puisse fournir un travail adapté au travailleur dès la reprise du travail.
  § 5. Le conseiller en prévention-médecin du travail examine ensuite le poste de travail du travailleur dans les meilleurs délais afin de pouvoir envisager les possibilités d'aménagement de ce poste.
  § 6. Par dérogation aux dispositions concernant le formulaire d'évaluation de santé, le conseiller en prévention-médecin du travail formule ses propositions relatives aux adaptations du poste ou des conditions de travail, en complétant uniquement la rubrique F du formulaire d'évaluation de santé.
  § 7. L'employeur assume les frais de déplacement du travailleur pour la visite de pré-reprise du travail. "
Art. 4. Onze Minister van Werk en Onze Staatssecretaris voor Arbeidsorganisatie en Welzijn op het werk zijn, ieder wat hem betreft, belast met de uitvoering van dit besluit.
  Gegeven te Brussel, 4 juli 2004.
  ALBERT
  Van Koningswege :
  De Minister van Werk,
  F. VANDENBROUCKE
  De Staatssecretaris voor Arbeidsorganisatie en Welzijn op het Werk,
  Mevr. K. VAN BREMPT.
Art. 4. Notre Ministre de l'Emploi et Notre Secrétaire d'Etat à l'Organisation du travail et au Bien-être au travail sont chargés, chacun en ce qui le concerne, de l'exécution du présent arrêté.
  Donné à Bruxelles, le 4 juillet 2004.
  ALBERT
  Par le Roi :
  Le Ministre de l'Emploi,
  F. VANDENBROUCKE
  La Secrétaire d'Etat à l'Organisation du travail et au Bien-être au travail,
  Mme K. VAN BREMPT.