Artikel 1. Voor dit huishoudelijk reglement wordt verstaan onder :
Decreet van 25 mei 1983 : het decreet van 25 mei 1983 tot wijziging van de kaderwet van 15 juli 1970, houdende organisatie van de planning en economische decentralisatie en tot oprichting van een Economische en Sociale Raad van het Waalse Gewest.
Decreet van 7 oktober 1985 : het decreet van 7 oktober 1985 inzake de bescherming van het oppervlaktewater tegen vervuiling, gewijzigd bij het decreet van 23 juni 1994.
Decreet van 30 april 1990 : het decreet van 30 april 1990 over de bescherming en de exploitatie van het grondwater en het tot drinkwater verwerkbaar water, gewijzigd bij de decreten van 23 december 1993 en 27 februari 1996.
Besluit : het besluit van de Waalse Gewestexecutieve van 27 juni 1991 tot vaststelling van de samenstelling en de werking van de Adviescommissie voor de bescherming van het water tegen de verontreiniging.
Commissie : de "Commission consultative pour la protection des eaux contre la pollution" die, voor het geheel van haar activiteiten, ressorteert onder artikel 16 van het decreet van 30 april 1990.
Leden : de gewone leden of, bij ontstentenis, hun plaatsvervangers, benoemd bij ministerieel besluit.
Groep : elk van de drie groepen bedoeld in artikel 2 van het besluit.
Bestuur : de Inspectie-generaal Water van het Waals Gewestelijk Bestuur of de daardoor aangewezen afgevaardigden.
Minister : de Minister(s) van de Regering die bevoegd is (zijn) voor het water.
Nederlands (NL)
Français (FR)
Titre
30 NOVEMBER 2000. - Huishoudelijk reglement van de " Comission consultative des Eaux " (Adviescommissie voor de bescherming van het water tegen de verontreiniging). - Ontwerp goedgekeurd door de plenaire vergadering van 30 november 2000. (NOTA : Raadpleging van vroegere versies vanaf 13-06-2002 en tekstbijwerking tot 13-06-2002).
Titre
30 NOVEMBRE 2000. - Règlement d'ordre intérieur de la Commission consultative des Eaux. - Projet approuvé par l'assemblée plénière du 30 novembre 2000. (NOTE : Consultation des versions antérieures à partir du 13-06-2002 et mise à jour au 13-06-2002).
Informations sur le document
Info du document
Table des matières
Table des matières
Tekst (35)
Texte (35)
Article 1. Pour l'ensemble de ce règlement d'ordre intérieur, il faut entendre par :
Décret du 25 mai 1983 : le décret du 25 mai 1983 modifiant la loi-cadre du 15 juillet 1970 portant organisation de la planification et de la décentralisation économique et instituant un Conseil économique et social de la Région wallonne.
Décret du 7 octobre 1985 : le décret du 7 octobre 1985 sur la protection des eaux de surface contre la pollution, modifié par le décret du 23 juin 1994.
Décret du 30 avril 1990 : le décret du 30 avril 1990 sur la protection et l'exploitation des eaux potabilisables, modifié par les décrets du 23 décembre 1993 et du 27 février 1996.
Arrêté : l'arrêté de l'Exécutif régional wallon du 27juin 1991 fixant la composition et le fonctionnement de la Commission consultative pour la protection des eaux contre la pollution.
Commission : la Commission consultative pour la protection des eaux contre la pollution dans l'ensemble de ses activités, fonctionnant dans le cadre de l'article 48 du décret du 7 octobre 1985 et de l'article 16 du décret du 30 avril 1990.
Membres : les membres effectifs, ou à défaut leur suppléant, nommés par arrêté ministériel.
Groupe : chacun des trois groupes tels que désignés à l'article 2 de l'arrêté.
Administration : l'Inspection générale de l'Eau de l'Administration régionale wallonne, ou les délégués qu'elle désigne.
Ministre : le (ou les) Ministre(s) du Gouvernement qui a (ont) l'eau dans ses (leurs) attributions.
Décret du 25 mai 1983 : le décret du 25 mai 1983 modifiant la loi-cadre du 15 juillet 1970 portant organisation de la planification et de la décentralisation économique et instituant un Conseil économique et social de la Région wallonne.
Décret du 7 octobre 1985 : le décret du 7 octobre 1985 sur la protection des eaux de surface contre la pollution, modifié par le décret du 23 juin 1994.
Décret du 30 avril 1990 : le décret du 30 avril 1990 sur la protection et l'exploitation des eaux potabilisables, modifié par les décrets du 23 décembre 1993 et du 27 février 1996.
Arrêté : l'arrêté de l'Exécutif régional wallon du 27juin 1991 fixant la composition et le fonctionnement de la Commission consultative pour la protection des eaux contre la pollution.
Commission : la Commission consultative pour la protection des eaux contre la pollution dans l'ensemble de ses activités, fonctionnant dans le cadre de l'article 48 du décret du 7 octobre 1985 et de l'article 16 du décret du 30 avril 1990.
Membres : les membres effectifs, ou à défaut leur suppléant, nommés par arrêté ministériel.
Groupe : chacun des trois groupes tels que désignés à l'article 2 de l'arrêté.
Administration : l'Inspection générale de l'Eau de l'Administration régionale wallonne, ou les délégués qu'elle désigne.
Ministre : le (ou les) Ministre(s) du Gouvernement qui a (ont) l'eau dans ses (leurs) attributions.
Art.2. Voor het geheel van haar activiteiten ressorteert de Commissie onder haar voorzitter en, bij ontstentenis, onder haar ondervoorzitter.
Art.2. Pour l'ensemble de ses activités, la Commission fonctionne sous l'autorité de son président, et à défaut de son vice-président.
Art.3. De zetels van de Commissie en van haar secretariaat zijn gelegen in de lokalen van de "CESRW" (Sociaal-economische Raad van het Waalse Gewest), rue du Vertbois 13c, te 4000 Luik. Bij beslissing van de Commissie mogen de vergaderingen echter plaatsvinden op elke andere plaats.
Art.3. Les sièges de la Commission et de son secrétariat sont fixés dans les locaux du CESRW, rue du Vertbois 13c, à 4000 Liège. La Commission peut cependant décider de tenir ses réunions en tout autre endroit.
BUREAU.
BUREAU.
Art.4. Het Bureau van de Commissie is samengesteld uit de voorzitter, de ondervoorzitter, een (gewoon of plaatsvervangend) vertegenwoordiger van elke groep aangewezen krachtens artikel 10 van dit huishoudelijk reglement, en het secretariaat. De vertegenwoordigers van het Bestuur en van de Minister mogen de vergaderingen van het Bureau bijwonen.
Art.4. Le Bureau de la Commission est composé du président, du vice-président, d'un représentant (effectif ou suppléant) de chaque groupe désigné en vertu de l'article 10 du présent règlement d'ordre d'intérieur, et du secrétariat. Les représentants de l'Administration et du Ministre peuvent y assister.
Art.5. Het Bureau komt bijeen op uitnodiging van de voorzitter, telkens als die het noodzakelijk acht, of op aanvraag van de ondervoorzitter of van twee gewone vertegenwoordigers van een groep in het Bureau.
Art.5. Le Bureau se réunit sur convocation du président toutes les fois que celui-ci le juge nécessaire, ou à la demande du vice-président ou de deux représentants effectifs de groupe au Bureau.
Art.6. De beslissingen van het Bureau worden genomen met eenparigheid van stemmen. De voorzitter, de ondervoorzitter en de vertegenwoordiger van elke groep beschikken over het stemrecht.
Art.6. Les décisions du Bureau se prennent à l'unanimité. Ont le droit de vote le président, le vice-président et le représentant de chacun des groupes.
Art.7. Het Bureau organiseert de werken van de Commissie, zorgt voor het secretariaat en beheert de jaarlijkse begroting toegekend voor de werking van de Commissie.
Art.7. Le Bureau organise les travaux de la Commission, assure la conduite du secrétariat, et gère le budget annuel alloué au fonctionnement de la Commission.
WERKGROEPEN.
GROUPES DE TRAVAIL.
Art.8. De Commissie in plenaire vergadering of het Bureau kunnen beslissen om een werkgroep, waarvan de voorzitter en de deelnemers door deze organen worden gekozen, te belasten met het onderzoek van een bijzondere vraag. De werkgroep brengt verslag uit over de resultaten van zijn werken voor de vergadering die hem opgericht heeft, en moet zodoende de verschillende standpunten weergeven. Het bestaan van de werkgroep wordt beperkt tot het onderzoek van de vraag waarvoor hij werd opgericht.
Art.8. La Commission réunie en séance plénière ou le Bureau peut décider de soumettre l'examen d'une question particulière à un groupe de travail, dont elle choisit le président et les participants. Le groupe de travail rend compte des résultats de ses travaux devant l'assemblée qui l'a créé, en exprimant les différents points de vue émis. L'existence du groupe de travail est limitée à l'examen de la question pour laquelle il a été créé.
GROEPEN.
GROUPES.
Art.9. De Commissie is samengesteld uit drie groepen van 12 gewone leden en 12 plaatsvervangende leden, die bedoeld zijn in artikel 2 van het besluit.
Art.9. La Commission se compose de trois groupes de 12 membres effectifs et de 12 membres suppléants, définis à l'article 2 de l'arrêté.
Art.10. De groepen mogen bijeenkomen volgens hun eigen modaliteiten. Elke groep wijst, volgens modaliteiten en voor een termijn die hij moet vaststellen, zijn (gewone en plaatsvervangende) vertegenwoordigers aan binnen het Bureau, waar ze als woordvoerder van die groepen zullen optreden. De vertegenwoordigers van de groepen binnen het Bureau worden gekozen onder de gewone leden van de Commissie.
Art.10. Les groupes peuvent se réunir selon des modalités qui leur sont propres. Chaque groupe désigne, selon des modalités et pour une période qu'il lui appartient de préciser, ses représentants (effectif et suppléant) au Bureau, où ils en seront les porte-parole. Les représentants des groupes au Bureau sont choisis parmi les membres effectifs de la Commission.
WERKING.
FONCTIONNEMENT.
Art.11. De Commissie komt in plenaire vergadering bijeen ten minste één keer per jaar na bijeenroeping door haar voorzitter voor de goedkeuring van het activiteitenverslag.
Art.11. La Commission se réunit en séance plénière au moins une fois l'an sur convocation de son président pour l'approbation du rapport d'activité.
Art.12. Het Bestuur mag de plenaire vergaderingen van de Commissie bijwonen. De Minister mag waarnemers toesturen naar de plenaire vergaderingen van de Commissie.
Art.12. L'Administration peut participer aux séances plénières de la Commission. Le Ministre peut envoyer des observateurs aux séances plénières de la Commission.
Art.13. Voor het geheel van haar activiteiten komt de Commissie bijeen na bijeenroeping door de Voorzitter die de agenda vaststelt. De bijeenroeping vermeldt de verschillende punten die op de agenda staan en bevat de desbetreffende stukken in bijlage.
Art.13. Pour l'ensemble de ses activités, la Commission se réunit sur convocation du Président qui fixe l'ordre du jour. La convocation énonce les différents points à l'ordre du jour et comporte en annexe les documents relatifs à ceux-ci.
Art.14. Elk voorstel van beslissing, geschreven en ondertekend door ten minste één derde van de leden, en ontvangen door de voorzitter uiterlijk 20 dagen vóór een vergadering van de Commissie, moet op haar agenda worden geplaatst. Indien het voorstel later wordt ontvangen, wordt het van ambtswege op de agenda van de volgende vergadering geplaatst.
Art.14. Toute proposition de délibération écrite et signée par un tiers des membres au moins, parvenue au président vingt jours avant une réunion de la Commission, doit être inscrite à l'ordre du jour de celle-ci. Si elle parvient plus tard, elle sera inscrite d'office à l'ordre du jour de la séance suivante.
Art.15. Indien een punt niet op de agenda staat, wordt het niet besproken, behalve op vraag van de Minister of op initiatief van het Bureau.
Art.15. Aucun sujet étranger à l'ordre du jour ne peut être discuté, à moins qu'il ne résulte d'une demande du Ministre ou d'une initiative du Bureau.
Art.16. De agenda van een plenaire vergadering mag een punt "VARIA" bevatten waarin korte mededelingen mogen worden gedaan zonder voorafgaande aanvraag.
Art.16. L'ordre du jour d'une séance plénière peut comporter un point " DIVERS " dans lequel de brèves communications peuvent être faites sans que la demande n'ait été formulée préalablement.
Art.17. De bijeenroeping voor een plenaire vergadering wordt gestuurd aan alle gewone en plaatsvervangende leden, aan de voorzitter en ondervoorzitter van de Commissie, aan de Minister en aan het Bestuur, ten minste 10 dagen vóór de vergadering.
De bijeenroeping voor de vergadering van een werkgroep wordt gestuurd aan de voorzitter en ondervoorzitter van de Commissie, aan de voorzitter van de werkgroep, aan de leden die deze samenstellen, aan de Minister en aan het Bestuur ten minste 10 dagen vóór de vergadering.
De bijeenroeping voor een vergadering van het Bureau wordt gestuurd aan de voorzitter, aan de ondervoorzitter, aan drie gewone leden aangewezen door de groepen, aan de Minister en aan het Bestuur, ten minste 5 dagen vóór de vergadering.
Voor het geheel van de activiteiten van de Commissie mogen de stukken betreffende de agenda in geval van dringende noodzakelijkheid binnen kortere termijnen worden gestuurd, of eventueel worden uitgedeeld tijdens de vergadering. De bijeenroeping wordt ondertekend door de secretaris en voorzover mogelijk door de voorzitter.
De bijeenroeping voor de vergadering van een werkgroep wordt gestuurd aan de voorzitter en ondervoorzitter van de Commissie, aan de voorzitter van de werkgroep, aan de leden die deze samenstellen, aan de Minister en aan het Bestuur ten minste 10 dagen vóór de vergadering.
De bijeenroeping voor een vergadering van het Bureau wordt gestuurd aan de voorzitter, aan de ondervoorzitter, aan drie gewone leden aangewezen door de groepen, aan de Minister en aan het Bestuur, ten minste 5 dagen vóór de vergadering.
Voor het geheel van de activiteiten van de Commissie mogen de stukken betreffende de agenda in geval van dringende noodzakelijkheid binnen kortere termijnen worden gestuurd, of eventueel worden uitgedeeld tijdens de vergadering. De bijeenroeping wordt ondertekend door de secretaris en voorzover mogelijk door de voorzitter.
Art.17. La convocation à une séance plénière est envoyée à tous les membres, effectifs et suppléants, aux président et vice-président de la Commission, au Ministre et à l'Administration, au moins dix jours avant la séance.
La convocation à un groupe de travail est envoyée aux président et vice-président de la Commission, au président du groupe de travail, aux membres qui le compose, au Ministre et à l'Administration au moins dix jours avant la séance.
La convocation à une réunion du Bureau est envoyée au président, au vice-président, aux trois membres effectifs désignés par les groupes, au Ministre et à l'Administration au moins cinq jours avant la séance.
En cas d'urgence, pour l'ensemble des activités de la Commission, les documents relatifs à l'ordre du jour peuvent être envoyés dans des délais plus courts, voire être distribués en séance. La convocation est signée par le secrétaire et dans la mesure du possible par le président.
La convocation à un groupe de travail est envoyée aux président et vice-président de la Commission, au président du groupe de travail, aux membres qui le compose, au Ministre et à l'Administration au moins dix jours avant la séance.
La convocation à une réunion du Bureau est envoyée au président, au vice-président, aux trois membres effectifs désignés par les groupes, au Ministre et à l'Administration au moins cinq jours avant la séance.
En cas d'urgence, pour l'ensemble des activités de la Commission, les documents relatifs à l'ordre du jour peuvent être envoyés dans des délais plus courts, voire être distribués en séance. La convocation est signée par le secrétaire et dans la mesure du possible par le président.
Art.18. Het voorzitterschap van de Commissie in plenaire vergadering en van het Bureau wordt waargenomen door de voorzitter van de Commissie of, indien hij afwezig is, door de ondervoorzitter. Bij gelijktijdige afwezigheid van bovenbedoelde personen wordt de voorzitter van de vergadering aangewezen door de aanwezige leden. Bij onenigheid wordt het voorzitterschap van de vergadering waargenomen door het oudste aanwezige lid van het Bureau of, bij ontstentenis, door het oudste aanwezige lid.
Art.18. La réunion de la Commission en séance plénière et du Bureau est présidée par le président de la Commission, ou en son absence par le vice-président. En cas d'absence conjuguée des personnes visées ci-dessus, les membres présents désignent le président de séance. En cas de désaccord, la présidence de séance sera assurée par le membre du Bureau le plus âgé présent, ou à défaut par le membre le plus âgé présent.
Art.19. De Commissie in plenaire vergadering kan enkel rechtsgeldig beraadslagen als de helft van de leden aanwezig of vertegenwoordigd zijn.
Een gewoon lid mag volmacht geven, bij afwezigheid van zijn plaatsvervanger, aan een ander gewoon lid. Een gewoon lid mag slechts houder zijn van één enkele volmacht.
De volmachten moeten per brief of per fax meegedeeld worden aan degene voor wie ze bestemd zijn en aan het secretariaat ten minste 24 uur vóór de vergadering, of overhandigd worden in de loop van de vergadering. In beide gevallen moet het bij de bijeenroeping gevoegde formulier worden ingevuld.
Voor het begin van elke vergadering moet de Commissie het aantal aanwezigheden en aanvaardbare volmachten vaststellen.
Indien niet wordt voldaan aan de in § 1 bedoelde voorwaarde, wordt de Commissie binnen acht dagen opnieuw bijeengeroepen met dezelfde agenda en kan ze rechtsgeldig stemmen ongeacht het aantal afwezige of vertegenwoordigde leden.
Het behoorlijk bijeengeroepen Bureau komt rechtsgeldig bijeen ongeacht het aantal afwezige leden.
Een gewoon lid mag volmacht geven, bij afwezigheid van zijn plaatsvervanger, aan een ander gewoon lid. Een gewoon lid mag slechts houder zijn van één enkele volmacht.
De volmachten moeten per brief of per fax meegedeeld worden aan degene voor wie ze bestemd zijn en aan het secretariaat ten minste 24 uur vóór de vergadering, of overhandigd worden in de loop van de vergadering. In beide gevallen moet het bij de bijeenroeping gevoegde formulier worden ingevuld.
Voor het begin van elke vergadering moet de Commissie het aantal aanwezigheden en aanvaardbare volmachten vaststellen.
Indien niet wordt voldaan aan de in § 1 bedoelde voorwaarde, wordt de Commissie binnen acht dagen opnieuw bijeengeroepen met dezelfde agenda en kan ze rechtsgeldig stemmen ongeacht het aantal afwezige of vertegenwoordigde leden.
Het behoorlijk bijeengeroepen Bureau komt rechtsgeldig bijeen ongeacht het aantal afwezige leden.
Art.19. La Commission réunie en séance plénière ne délibère valablement que si la moitié de ses membres sont présents ou représentés.
Un membre effectif peut donner une procuration, en l'absence de son suppléant, à un autre membre effectif. Un membre effectif ne peut détenir qu'une seule procuration.
Les procurations doivent soit être communiquées à leur destinataire et au secrétariat par courrier ou par fax au moins 24 heures avant la réunion, soit être remises en séance. Dans les deux cas, elles doivent être établies au moyen du formulaire annexé à la convocation.
Avant le début de chaque réunion, la Commission fait le point sur le nombre de présences et de procurations admissibles.
Si la condition prévue au § 1er n'est pas remplie, la Commission est reconvoquée dans les huit jours avec le même ordre du jour et elle vote valablement quel que soit le nombre de membres présents ou représentés.
Le Bureau dûment convoqué se réunit valablement quel que soit le nombre de membres présents.
Un membre effectif peut donner une procuration, en l'absence de son suppléant, à un autre membre effectif. Un membre effectif ne peut détenir qu'une seule procuration.
Les procurations doivent soit être communiquées à leur destinataire et au secrétariat par courrier ou par fax au moins 24 heures avant la réunion, soit être remises en séance. Dans les deux cas, elles doivent être établies au moyen du formulaire annexé à la convocation.
Avant le début de chaque réunion, la Commission fait le point sur le nombre de présences et de procurations admissibles.
Si la condition prévue au § 1er n'est pas remplie, la Commission est reconvoquée dans les huit jours avec le même ordre du jour et elle vote valablement quel que soit le nombre de membres présents ou représentés.
Le Bureau dûment convoqué se réunit valablement quel que soit le nombre de membres présents.
Art.20. Op een plenaire vergadering van de Commissie of op een vergadering van het Bureau wordt een gewoon lid, indien hij afwezig is, rechtsgeldig vervangen door het plaatsvervangende lid. Het plaatsvervangende lid geniet dan dezelfde prerogatieven als het gewone lid. Op een plenaire vergadering van de Commissie mag het plaatsvervangende lid als waarnemer deelnemen aan de vergaderingen waarop het gewone lid aanwezig is. Op een vergadering van het Bureau mag het plaatsvervangende lid enkel bij afwezigheid van het gewoon lid deelnemen aan de vergaderingen.
Art.20. Que ce soit en séance plénière de la Commission ou en Bureau, un membre suppléant remplace valablement son effectif en l'absence de ce dernier. Il jouit alors des mêmes prérogatives que le membre effectif. En séance plénière de la Commission, le membre suppléant peut participer à titre d'observateur aux réunions auxquelles son effectif est présent. En Bureau, le membre suppléant ne peut participer aux réunions qu'en l'absence de son effectif.
Art.21. Indien een gewoon lid ten minste drie opeenvolgende keren afwezig is op vergaderingen van de Commissie waarvoor hij behoorlijk werd opgeroepen zonder verontschuldigd te zijn of zich te laten vervangen door zijn eventuele plaatsvervanger, mag het Bureau de Minister vragen om stappen te ondernemen met het oog op zijn vervanging overeenkomstig de bepalingen van het besluit.
Indien een gewone vertegenwoordiger van de groepen op het Bureau ten minste drie opeenvolgende keren afwezig is van vergaderingen van het Bureau waarvoor hij behoorlijk werd opgeroepen zonder verontschuldigd te zijn of zich te laten vervangen door zijn eventuele plaatsvervanger, mag het Bureau de groep waartoe hij behoort vragen om stappen te ondernemen met het oog op zijn vervanging overeenkomstig artikel 10.
Indien een gewone vertegenwoordiger van de groepen op het Bureau ten minste drie opeenvolgende keren afwezig is van vergaderingen van het Bureau waarvoor hij behoorlijk werd opgeroepen zonder verontschuldigd te zijn of zich te laten vervangen door zijn eventuele plaatsvervanger, mag het Bureau de groep waartoe hij behoort vragen om stappen te ondernemen met het oog op zijn vervanging overeenkomstig artikel 10.
Art.21. Si un membre effectif compte au moins trois absences successives à des réunions de Commission auxquelles il a été dûment convoqué, sans s'être excusé ou fait remplacer par son suppléant éventuel, le Bureau peut demander au Ministre d'entreprendre les démarches en vue de pourvoir à son remplacement conformément aux dispositions de l'arrêté.
Si un représentant effectif des groupes au Bureau compte au moins trois absences successives à des réunions du Bureau auxquelles il a été dûment convoqué sans s'être excusé ou fait remplacer par son suppléant éventuel, le Bureau peut demander au groupe auquel il appartient d'entreprendre des démarches en vue de pourvoir à son remplacement conformément à l'article 10.
Si un représentant effectif des groupes au Bureau compte au moins trois absences successives à des réunions du Bureau auxquelles il a été dûment convoqué sans s'être excusé ou fait remplacer par son suppléant éventuel, le Bureau peut demander au groupe auquel il appartient d'entreprendre des démarches en vue de pourvoir à son remplacement conformément à l'article 10.
Art.22. Het Bureau mag, op eigen initiatief of op verzoek van minstens één lid van de Commissie, de aanwezigheid vragen van een deskundige op geheel of gedeelte van een vergadering van de Commissie in plenaire vergadering of van een werkgroep. Bij dringende noodzakelijkheid mag de beslissing worden genomen door de voorzitter of, bij ontstentenis, door de ondervoorzitter.
Art.22. Le Bureau peut, soit d'initiative, soit à la demande d'un membre au moins de la Commission, solliciter la présence d'un expert à tout ou partie d'une réunion de la Commission en séance plénière ou d'un groupe de travail. En cas d'urgence, la décision peut être prise par le président, ou à défaut par le vice-président.
Art.23. De adviezen worden gegeven bij gewone meerderheid van stemmen. Op aanvraag van een lid van de Commissie kan een nota die het advies van de minderheden bevat, worden gevoegd bij het advies.
Art.23. Les avis sont pris à la majorité simple des voix émises. A la demande d'un membre de la Commission, une note reprenant l'avis des minorités peut être jointe à l'avis.
Art.24. Alle stemmen zijn naamstemmen. De geheime stemming is van toepassing wanneer ze personen betreft. Bij staking van stemmen wordt het voorstel afgewezen bij geheime stemming en in andere gevallen is de stem van de voorzitter van de vergadering beslissend.
Art.24. Les votes sont nominatifs. Le scrutin secret est d'application d'office lorsqu'il porte sur des questions de personnes. En cas d'égalité de voix, la proposition est rejetée lors d'un scrutin secret, et dans les autres cas, le vote du président de séance est prépondérant.
Art.25. De adviezen, aanbevelingen en voorstellen uitgebracht door de Commissie in plenaire vergadering worden doorgestuurd door de voorzitter aan de Minister.
Art.25. Les avis, recommandations et propositions émis par la Commission en séance plénière sont transmis au Ministre par le président.
Art.26. De Commissie maakt een jaarlijks activiteitenverslag op en onderwerpt het aan de Minister en aan de "CESRW", overeenkomstig het decreet van 25 mei 1983.
Art.26. La Commission établit un rapport d'activité annuel qu'elle soumet au Ministre et au président du CESRW conformément au décret du 25 mai 1983.
Art.27. Het Secretariaat neemt deel aan de plenaire vergaderingen van de Commissie, aan de vergaderingen van het Bureau en, als verslaggever, aan de werkgroepen. Het kan ook die opdracht vervullen ten aanzien van de groepen indien die daarom verzoeken. De secretaris, in samenwerking met het Bestuur, verzamelt de documentatie die noodzakelijk is voor de werkzaamheden van de Commissie en vervult alle opdrachten die nodig zijn voor de goede werking daarvan.
Art.27. Le Secrétariat assiste aux séances plénières de la Commission, aux réunions du Bureau, et des groupes de travail auprès desquels il assume la fonction de rapporteur. Il peut également jouer ce rôle à l'égard des groupes, si ceux-ci en font la demande. Le secrétaire, en collaboration avec l'Administration, réunit la documentation utile aux travaux de la Commission et remplit toutes les missions nécessaires au bon fonctionnement de celle-ci.
Art.28. Elke correspondentie betreffende de Commissie en haar activiteiten moet worden gestuurd aan de voorzitter op het adres van de zetel van het Secretariaat. De archieven van de Commissie worden bewaard in het Secretariaat.
Art.28. Toute correspondance relative à la Commission et à ses activités doit être adressée au président à l'adresse du siège du Secrétariat. Les archives de la Commission sont conservées au Secrétariat.
Art.29. Geen stuk betreffende de werken van de Commissie, met uitzondering van adviezen, mag worden bekendgemaakt zonder voorafgaande overeenstemming van het Bureau. De gewone, plaatsvervangende of uitgenodigde leden, de deskundigen alsook de organisaties die ze vertegenwoordigen, zijn verplicht tot uiterste geheimhouding.
Art.29. Aucun document relatif aux travaux de la Commission, à l'exception des avis, ne peut être divulgué sauf décision du Bureau. Un devoir d'extrême réserve s'impose aux membres effectifs, suppléants, experts ou invités, ainsi qu'aux organisations qu'ils représentent.
Art.30. Elke deelnemer aan de plenaire vergaderingen van de Commissie en aan de vergaderingen van de groepen, van het Bureau en van de werkgroepen komt in aanmerking voor de terugbetaling van de reiskosten volgens de modaliteiten bedoeld in artikel 14 van het besluit.
Art.30. Tout participant aux séances plénières de la Commission et aux réunions des groupes, du Bureau et des groupes de travail bénéficie du remboursement des frais de déplacement suivant les modalités prévues à l'article 14 de l'arrêté.
Art. 31. Dit huishoudelijk reglement, alsook elke latere wijziging moeten worden goedgekeurd door de Commissie in plenaire vergadering en onderworpen worden aan de goedkeuring van de Minister door de voorzitter.
Gezien om te worden gevoegd bij het ministerieel besluit van 31 juli 2001 houdende goedkeuring van het huishoudelijk reglement van de "Commission consultative pour la protection des eaux contre la pollution".
Namen, 31 juli 2001.
De Minister van Ruimtelijke Ordening, Stedenbouw en Leefmilieu,
M. FORET.
Gezien om te worden gevoegd bij het ministerieel besluit van 31 juli 2001 houdende goedkeuring van het huishoudelijk reglement van de "Commission consultative pour la protection des eaux contre la pollution".
Namen, 31 juli 2001.
De Minister van Ruimtelijke Ordening, Stedenbouw en Leefmilieu,
M. FORET.
Art. 31. Le présent règlement d'ordre intérieur, ainsi que toute modification ultérieure doit être approuvé par la Commission en séance plénière, puis envoyé au Ministre par le président pour approbation.
Vu pour être annexé à l'arrêté ministériel du 31 juillet 2001 portant approbation du règlement d'ordre intérieur de la Commission consultative pour la protection des eaux contre la pollution.
Namur, le 31 juillet 2001.
Le Ministre de l'Aménagement du Territoire, de l'Urbanisme et de l'Environnement,
M. FORET.
Vu pour être annexé à l'arrêté ministériel du 31 juillet 2001 portant approbation du règlement d'ordre intérieur de la Commission consultative pour la protection des eaux contre la pollution.
Namur, le 31 juillet 2001.
Le Ministre de l'Aménagement du Territoire, de l'Urbanisme et de l'Environnement,
M. FORET.