Comparaison NL / FR

| Word Word (citation)

Nederlands (NL)

Français (FR)

Titre
18 JANUARI 2002. - Besluit van de Vlaamse regering tot wijziging van het besluit van de Vlaamse regering van 17 juli 2000 tot uitvoering van het decreet van 26 juni 1991 houdende erkenning en subsidiëring van het maatschappelijk opbouwwerk.
Titre
18 JANVIER 2002. - Arrêté du Gouvernement flamand du 17 juillet 2000 portant exécution du décret du 26 juin 1991 relatif à l'agrément des initiatives d'animation sociale et à l'octroi de subventions à ces initiatives (TRADUCTION).
Informations sur le document
Info du document
Table des matières
Table des matières
Tekst (11)
Texte (10)
Artikel 1. In het besluit van de Vlaamse regering van 17 juli 2000 tot uitvoering van het decreet van 26 juni 1991 houdende erkenning en subsidiëring van het maatschappelijk opbouwwerk wordt § 2 van artikel 19 vervangen door volgende tekst :
  " § 2. De werkingskosten worden als volgt gesubsidieerd :
  1) per personeelslid toegekend in de subsidiabele personeelsformatie wordt een werkingssubsidie toegekend die maximaal bedraagt :
  a) voor het Vlaams instituut ter bevordering en ondersteuning van het maatschappelijk opbouwwerk : 300 000 frank (7.436,81 euro);
  b) voor de regionale instituten en voor de instellingen voor maatschappelijk opbouwwerk : 175 000 frank (4.338,14 euro);
  2) deze werkingssubsidies worden vanaf 1 januari 2002 verhoogd met 4 645 frank (115,14 euro); deze bijkomende middelen worden aangewend voor vorming, opleiding en bijscholing, wat in het jaarverslag van de organisaties moet worden aangetoond;
  3) voor deeltijdse plaatsen op de personeelsformatie worden de bedragen overeenkomstig aangepast.
  Deze bedragen worden geïndexeerd overeenkomstig de wet van 1 maart 1977 houdende inrichting van een stelsel waarbij sommige uitgaven in de overheidssector aan het indexcijfer van de consumptieprijzen worden gekoppeld. Die koppeling aan het indexcijfer wordt berekend en toegepast overeenkomstig artikel 2 van het koninklijk besluit van 24 december 1993 ter uitvoering van de wet van 6 januari 1989 tot vrijwaring van het concurrentievermogen.
  De minister kan in het kader van bijkomende opdrachten die aan organisaties voor maatschappelijk opbouwwerk worden toegewezen, het bedrag van de werkingskosten aanpassen. ".
Article 1. Dans l'arrêté du Gouvernement flamand du 17 juillet 2000 portant exécution du décret du 26 juin 1991 relatif à l'agrément des initiatives d'animation sociale et à l'octroi de subventions à ces initiatives, le § 2 de l'article 19 est remplacé par le texte suivant :
  " § 2. Les frais de fonctionnement sont subventionnés comme suit :
  1° pour chaque membre du personnel faisant partie du cadre du personnel admissible aux subventions, il est octroyé une subvention de fonctionnement plafonnée à :
  - pour l'institut flamand de promotion et d'appui de l'animation sociale : 300 000 francs (7.436,81 euros);
  - pour les instituts régionaux et les organismes d'animation sociale : 175 000 francs (4.338,14 euros).
  2° ces subventions de fonctionnement sont majorées, à partir du 1er janvier 2002, de 4 645 francs (115,14 euros) ; ces moyens supplémentaires sont affectés à la formation, à l'éducation et au recyclage, ce qui devra être justifié dans le rapport annuel;
  3° pour les postes à temps partiel, les montants sont adaptés au prorata.
  Ces montants sont indexés conformément à la loi du 1er mars 1977 organisant un régime de liaison à l'indice des prix à la consommation du Royaume de certaines dépenses dans le secteur public. Le rattachement précité à l'indice est toutefois calculé et appliqué conformément à l'article 2 de l'arrêté royal du 24 décembre 1993 portant exécution de la loi du 6 janvier 1989 de sauvegarde de la compétitivité du pays.
  Le Ministre peut ajuster le montant des frais de fonctionnement dans le cadre de missions complémentaires confiées aux organisations d'animation sociale. ".
Art.2. Er wordt in het genoemde besluit een artikel 20bis ingevoegd, dat luidt als volgt :
  " § 1. De middelen die in uitvoering van het Vlaams Intersectoraal Akkoord voor de Social Profitsector bestemd zijn voor de verbetering van het management in het maatschappelijk opbouwwerk, worden toegekend aan het Vlaams instituut ter bevordering en ondersteuning van het maatschappelijk opbouwwerk v.z.w. VIBOSO, Vooruitgangstraat 323, te 1030 Brussel. Deze middelen bedragen :
  - 4.055,95 euro (163 627 frank) voor het jaar 2001;
  - 8.111,92 euro frank voor het jaar 2002;
  - 11.061,72 euro voor het jaar 2003;
  - 14.748,97 euro voor het jaar 2004 en volgende.
  § 2. Het Vlaams instituut zal deze middelen gebruiken voor de ondersteuning van de sector, in het bijzonder bij de invoering van de regelingen van het Vlaams Intersectoraal Akkoord voor de Social Profitsector.
  § 3. Deze middelen zullen hoofdzakelijk worden besteed aan lonen, en ze worden door het Vlaams instituut verantwoord in zijn jaarverslag zoals bedoeld in artikel 15 en 16 van het besluit van de Vlaamse regering van 17 juli 2000 tot uitvoering van het decreet van 26 juni 1991 houdende erkenning en subsidiëring van het maatschappelijk opbouwwerk, gewijzigd bij het besluit van de Vlaamse regering van 10 juli 2001. ".
Art.2. Il est inséré, dans l'arrêté susvisé, un article 20bis rédigé comme suit :
  " § 1er. Les fonds affectés à l'optimisation de la gestion dans le secteur de l'animation sociale, en exécution de l'Accord intersectoriel flamand pour le secteur non marchand, sont attribués au "Vlaams Instituut ter bevordering en ondersteuning van het maatschappelijk opbouwwerk" (Institut flamand de Promotion et d'Appui de l'animation sociale), a.s.b.l. VIBOSO, rue du Progrès 323, à 1030 Bruxelles. Ces fonds s'élèvent à :
  - 4.055,95 euros (163 627 francs) pour l'année 2001;
  - 8.111,92 euros pour l'année 2002;
  - 11.061,72 euros pour l'année 2003;
  - 14.748,97 euros pour l'année 2004 et suivants.
  § 2. L'Institut flamand affectera ces fonds à l'appui du secteur, notamment dans le cadre de l'exécution de l'Accord intersectoriel flamand pour le secteur non marchand.
  § 3. Ces fonds seront principalement affectés aux traitements et ils seront justifiés par l'Institut flamand dans son rapport annuel, visé à l'article 15 et 16 de l'arrêté du Gouvernement flamand du 17 juillet 2000 portant exécution du décret du 26 juin 1991 relatif à l'agrément des initiatives d'animation sociale et à l'octroi de subventions à ces initiatives, modifié par l'arrêté du Gouvernement flamand du 10 juillet 2001. ".
Art.3. In artikel 22 wordt een 6° bijgevoegd, dat luidt :
  " 6° bij overgang van schaal C naar schaal D en van schaal D naar schaal E ten gevolge van het behalen van een hoger diploma, wordt de anciënniteit verworven in de vroegere schaal overgenomen in de nieuwe schaal, waarbij wordt rekening gehouden met de aanvangsleeftijd in die schaal. ".
Art.3. Il est ajouté à l'article 22 un 6° rédigé comme suit :
  " 6° Lors du passage de l'échelle C à l'échelle D, et de l'échelle D à l'échelle E à la suite de l'obtention d'un diplôme supérieur, l'ancienneté acquise dans la précédente échelle est reprise dans la nouvelle échelle, compte tenu de l'âge initial de cette échelle. ".
Art.4. De bijlage I bij het genoemde besluit wordt vervangen door de bijlage I bij dit besluit.
Art.4. L'annexe I de l'arrêté susvisé est remplacée par l'annexe I du présent arrêté.
Art.5. Er wordt een bijlage III bij ditzelfde besluit gevoegd, overeenkomstig de bijlage II bij dit besluit.
Art.5. Il est ajouté une annexe II à l'arrêté susvisé, conformément à l'annexe II du présent arrêté.
Art.6. De besluiten van de Vlaamse Regering van 10 juli 2001 en van 24 september 2001 tot wijziging van het besluit van de Vlaamse Regering van 17 juli 2000 tot uitvoering van het decreet van 26 juni 1991 houdende erkenning en subsidiëring van het maatschappelijk opbouwwerk, worden opgeheven.
Art.6. Les arrêtés du Gouvernement flamand des 10 juillets 2001 et 24 septembre 2001 modifiant l'arrêté du Gouvernement flamand du 17 juillet 2000 portant exécution du décret du 26 juin 1991 relatif à l'agrément des initiatives d'animation sociale et à l'octroi de subventions à ces initiatives, sont abrogés.
Art.7. Dit besluit heeft uitwerking met ingang van 1 januari 2001.
Art.7. Le présent arrêté produit ses effets le 1er janvier 2001.
Art.8. De Vlaamse minister, bevoegd voor de Bijstand aan Personen, is belast met de uitvoering van dit besluit.
  Brussel, 18 januari 2002.
  De minister-president van de Vlaamse regering,
  P. DEWAEL
  De Vlaamse minister van Welzijn, Gezondheid en Gelijke Kansen,
  M. VOGELS
Art.8. Le Ministre flamand qui a l'Assistance aux personnes dans ses attributions, est chargé de l'exécution du présent arrêté.
  Bruxelles, le 18 janvier 2002.
  Le Ministre-Président du Gouvernement flamand,
  P. DEWAEL
  La Ministre flamande de l'Aide sociale, de la Santé et de l'Egalité des Chances,
  M. VOGELS.
BIJLAGEN.
ANNEXES.
Art. N1. Bijlage I. SUBSIDIEERBARE SALARISSCHALEN IN HET MAATSCHAPPELIJK OPBOUWWERK.
Art. N. Annexes non traduites. Voir version néerlandaise.
  Ancien-
  niteit       SCHAAL A2              SCHAAL A1                SCHAAL C
           frank       euro       frank        euro       frank        euro
     0    541 907   13.433,52     635 544   15.754,72     648 463   16.074,98
     1    564 138   13.984,62     647 650   16.054,82     669 995   16.608,74
     2    586 370   14.535,73     666 239   16.515,63     691 538   17.142,78
     3    608 601   15.086,82     691 592   17.144,12     713 070   17.676,54
     4    630 832   15.637,92     716 855   17.770,37     713 070   17.676,54
     5    630 832   15.637,92     716 855   17.770,37     742 686   18.410,71
     6    662 519   16.423,42     752 862   18.662,96     742 686   18.410,71
     7    662 519   16.423,42     792 877   19.654,91     772 302   19.144,87
     8    694 205   17.208,89     792 877   19.654,91     772 302   19.144,87
     9    694 205   17.208,89     813 636   20.169,51     801 930   19.879,33
    10    725 891   17.994,37     824 876   20.448,14     801 930   19.879,33
    11    725 891   17.994,37     834 383   20.683,81     831 546   20.613,49
    12    757 577   18.779,84     860 883   21.340,73     831 546   20.613,49
    13    757 577   18.779,84     860 883   21.340,73     861 162   21.347,65
    14    789 263   19.565,32     896 890   22.233,32     861 162   21.347,65
    15    789 263   19.565,32     896 890   22.233,32     890 778   22.081,81
    16    820 949   20.350,79     947 346   23.484,09     890 778   22.081,81
    17    820 949   20.350,79     968 093   23.998,40     920 394   22.815,97
    18    852 636   21.136,29     997 799   24.734,79     920 394   22.815,97
    19    852 636   21.136,29   1 018 546   25.249,10     950 010   23.550,13
    20    884 322   21.921,77   1 018 546   25.249,10     950 010   23.550,13
    21    884 322   21.921,77   1 039 293   25.763,40     979 626   24.284,29
    22    916 008   22.707,25   1 040 918   25.803,68     979 626   24.284,29
    23    947 694   23.492,72   1 076 925   26.696,27   1 009 242   25.018,46
    24    979 380   24.278,20   1 112 932   27.588,86   1 009 242   25.018,46
    25    979 380   24.278,20   1 112 932   27.588,86   1 038 858   25.752,62
    26    979 380   24.278,20   1 112 932   27.588,86   1 038 858   25.752,62
    27    979 380   24.278,20   1 112 932   27.588,86   1 068 474   26.486,78
  Ancien-
  niteit       SCHAAL D                SCHAAL E                SCHAAL F
          frank        euro       frank        euro       frank        euro
     0    664 610   16.475,25     785 772   19.478,78     837 816   20.768,92
     1    687 048   17.031,48     813 586   20.168,27     865 641   21.458,68
     2    709 487   17.587,72     841 410   20.858,01     893 465   22.148,42
     3    731 926   18.143,97     869 235   21.547,77     921 279   22.837,91
     4    731 926   18.143,97     869 235   21.547,77     921 279   22.837,91
     5    768 719   19.056,05     921 279   22.837,91     973 333   24.128,29
     6    768 719   19.056,05     921 279   22.837,91     973 333   24.128,29
     7    805 513   19.968,15     973 333   24.128,29   1 025 388   25.418,70
     8    805 513   19.968,15     973 333   24.128,29   1 025 388   25.418,70
     9    842 306   20.880,22   1 025 388   25.418,70   1 077 443   26.709,11
    10    842 306   20.880,22   1 025 388   25.418,70   1 077 443   26.709,11
    11    879 099   21.792,29   1 077 443   26.709,11   1 129 498   27.999,52
    12    879 099   21.792,29   1 077 443   26.709,11   1 129 498   27.999,52
    13    915 904   22.704,67   1 129 498   27.999,52   1 181 542   29.289,66
    14    915 904   22.704,67   1 129 498   27.999,52   1 181 542   29.289,66
    15    952 697   23.616,74   1 181 542   29.289,66   1 233 597   30.580,07
    16    952 697   23.616,74   1 181 542   29.289,66   1 233 597   30.580,07
    17    989 491   24.528,84   1 233 597   30.580,07   1 285 651   31.870,46
    18    989 491   24.528,84   1 233 597   30.580,07   1 285 651   31.870,46
    19  1 026 284   25.440,92   1 285 651   31.870,46   1 337 706   33.160,87
    20  1 026 284   25.440,92   1 285 651   31.870,46   1 337 706   33.160,87
    21  1 063 077   26.352,99   1 337 706   33.160,87   1 389 761   34.451,28
    22  1 063 077   26.352,99   1 337 706   33.160,87   1 389 761   34.451,28
    23  1 099 882   27.265,36   1 389 761   34.451,28   1 441 816   35.741,69
    24  1 099 882   27.265,36   1 389 761   34.451,28   1 441 816   35.741,69
    25  1 136 675   28.177,44   1 441 816   35.741,69   1 493 860   37.031,82
    26  1 136 675   28.177,44   1 441 816   35.741,69   1 493 860   37.031,82
    27  1 173 469   29.089,54   1 441 816   35.741,69   1 493 860   37.031,82
-
  Gezien om te worden gevoegd bij het besluit van de Vlaamse regering van 18 januari 2002 tot wijziging van het besluit van de Vlaamse regering van 17 juli 2000 tot uitvoering van het decreet van 26 juni 1991 houdende erkenning en subsidiëring van het maatschappelijk opbouwwerk.
  Brussel, 18 januari 2002.
  De minister-president van de Vlaamse regering,
  P. DEWAEL
  De Vlaamse minister van Welzijn, Gezondheid en Gelijke Kansen,
  M. VOGELS
-
Art. N2. Bijlage II. - De berekening van de haard- en standplaatstoelage.
  (bedragen op 1 januari 2001)
  Artikel 1. Ter uitvoering van artikel 19, § 1, 2°, wordt het jaarlijkse bedrag van de haard- en standplaatstoelage, afhankelijk van het brutojaarloon, vastgesteld volgens onderstaande tabel :
-
    Brutojaarloon          Haardtoelage      Standplaatstoelage
  tot 789 701 frank        36 108 frank         18 054 frank
  (19.576,18 euro)         (895,09 euro)        (447,55 euro)
  tot 896 141 frank        18 054 frank         9 027 frank
  (22.214,76 euro)         (447,55 euro)        (223,77 euro)
-
  Indien het brutojaarloon van een personeelslid het grensbedrag van 789 701 frank (19.576,18 euro) respectievelijk 896 141 frank (22.214,76 euro) overschrijdt, kan zijn brutoloon, in voorkomend geval vermeerderd met de overeenstemmende haard- of standplaatstoelage, niet minder bedragen dan het grensbedrag, vermeerderd met het bedrag van de overeenstemmende haard- of standplaatstoelage. Ten belope van het verschil wordt de hem toegekende toelage vermeerderd of wordt hem een gedeeltelijke toelage toegekend.
  De toelage wordt berekend op het baremiek bedrag van de loonschalen, zonder rekening te houden met premies, toeslagen, vergoedingen of andere loonsupplementen.
  Art. 2. § 1. Een haardtoelage wordt toegekend aan :
  1° het gehuwde personeelslid of het personeelslid dat wettelijk samenwoont, behalve wanneer de toelage aan hun echtgenoot of echtgenote of partner wordt toegekend;
  2° het alleenstaande personeelslid van wie één of meer kinderen, die recht geven op kinderbijslag, deel uitmaken van het gezin.
  Onder 'samenwonen' wordt verstaan : het samenleven onder hetzelfde dak van twee of meerdere personen die hun huishoudelijke aangelegenheden hoofdzakelijk gemeenschappelijk regelen, zonder graad van bloedverwantschap. Het bewijs wordt geleverd via attestering door de gemeentelijke overheid.
  § 2. Een standplaatstoelage wordt toegekend aan de personeelsleden die geen recht hebben op een haardtoelage. In het geval dat de twee echtgenoten of de twee of meerdere personen die samenwonen elk beantwoorden aan de voorwaarden om de haardtoelage of de standplaatstoelage te verkrijgen, wijzen ze in onderling akkoord diegene aan wie respectievelijk de haardtoelage of de standplaatstoelage zal uitbetaald worden.
  Art. 3. § 1. De haard- of standplaatstoelage wordt aan personeelsleden met onvolledige dienstprestaties toegekend, in evenredigheid met deze prestaties.
  § 2. De haard- of standplaatstoelage wordt maandelijks betaald, samen met het loon van de maand waarvoor zij verschuldigd is.
  Wanneer zich in de loop van een maand een feit voordoet, dat het recht op de toelage wijzigt, wordt het voordeligste stelsel voor de volledige maand toegepast.
  Wanneer voor de maand geen volledig maandloon verschuldigd is, wordt de toelage betaald volgens dezelfde voorwaarden als het loon.
  § 3. Het in aanmerking te nemen loon is dat wat zou worden toegekend indien de deeltijdse betrekking van de werknemer een voltijdse betrekking zou zijn.
  § 4. In toepassing van voormelde beginselen, dient de haard- of standplaatsvergoeding voor de werknemers die verschillende deeltijdse functies uitoefenen berekend te worden op het loon voor elke functie afzonderlijk, telkens om te zetten in een voltijdse functie, om het bedrag ervan te kennen.
  § 5. De haardtoelage wordt slechts gesubsidieerd na voorlegging van een door het betrokken personeelslid ondertekende verklaring, volgens een model dat door de administratie wordt aangereikt. Aan de overige personeelsleden wordt de standplaatstoelage toegekend.
  Gezien om te worden gevoegd bij het besluit van de Vlaamse regering van 18 januari 2002 tot wijziging van het besluit van de Vlaamse regering van 17 juli 2000 tot uitvoering van het decreet van 26 juni 1991 houdende erkenning en subsidiëring van het maatschappelijk opbouwwerk.
  Brussel, 18 januari 2002.
  De minister-president van de Vlaamse regering,
  P. DEWAEL
  De Vlaamse minister van Welzijn, Gezondheid en Gelijke Kansen,
  M. VOGELS.
-