Artikel 1. Aan het artikel 4 van het besluit van de Vlaamse regering van 3 maart 2000 tot uitvoering van de artikelen 11, § 1, 13° en § 7, 33 en 33bis van het decreet van 23 januari 1991 inzake de bescherming van het leefmilieu tegen de verontreiniging door meststoffen wordt een § 3 toegevoegd, die luidt als volgt :
" § 3. Ingeval er gelijktijdig meerdere producenten zijn op éénzelfde landbouw- of veeteeltinrichting, dan maakt de Mestbank aan alle betrokken producenten de voor de gehele landbouw- of veeteeltinrichting berekende nutriëntenhalte NHp en NHn bekend. De betrokken producenten moeten vervolgens in onderling akkoord de totaal berekende nutriëntenhalte verdelen over de delen van de inrichting waarvoor ze respectievelijk verantwoordelijk zijn. Indien zij binnen de 30 kalenderdagen na ontvangst van de in § 2 vermelde bekendmaking geen akkoord hebben overgemaakt aan de Mestbank, dan wordt de nutriëntenhalte volledig toegewezen aan de producent die tevens gekend is als de houder van de milieuvergunning. Indien evenwel geen enkele van de betrokken producenten gekend is als de houder van de milieuvergunning, dan wordt de nutriëntenhalte pas toegewezen na volledige of gedeeltelijke overname van de milieuvergunning door één of meerdere van de betrokken producenten.
Ingeval een van de betrokken producenten een vraag tot herberekening bij de Mestbank heeft ingediend, dan wordt de termijn waarbinnen zij het akkoord moeten overmaken, automatisch gestuit. In dit geval vangt de termijn van 30 kalenderdagen aan op de dag van ontvangst van het antwoord van de Mestbank als bedoeld in het artikel 5, § 9. Deze termijn wordt op zijn beurt gestuit ingeval één van de betrokken producenten een vraag tot herziening heeft ingediend bij de minister, bevoegd voor het leefmilieu. In dit geval vangt de termijn van 30 kalenderdagen aan op de dag van ontvangst van het antwoord van de minister, bevoegd voor het leefmilieu, als bedoeld in het artikel 9, § 3.
Ingeval de totale nutriëntenhalte NHp en NHn voor de landbouw- of veeteeltinrichting ingevolge een herberekeningsvraag bij de Mestbank, een herzieningsvraag bij de minister, bevoegd voor het leefmilieu, of een ambtshalve herziening wijzigt, dan wordt deze opnieuw bekendgemaakt aan de betrokken producenten en toegewezen zoals bepaald in het eerste lid. ".
Nederlands (NL)
Français (FR)
Titre
16 MAART 2001. - Besluit van de Vlaamse regering tot wijziging van het besluit van de Vlaamse regering van 3 maart 2000 tot uitvoering van de artikelen 11, § 1, 13° en § 7, 33 en 33bis van het decreet van 23 januari 1991 inzake de bescherming van het leefmilieu tegen de verontreiniging door meststoffen.
Titre
16 MARS 2001. - Arrêté du Gouvernement flamand modifiant l'arrêté du Gouvernement flamand du 3 mars 2000 portant exécution des articles 11, § 1er, 13° et § 7, 33 et 33bis du décret du 23 janvier 1991 relatif à la protection de l'environnement contre la pollution due aux engrais (TRADUCTION).
Informations sur le document
Numac: 2001035316
Datum: 2001-03-16
Info du document
Numac: 2001035316
Date: 2001-03-16
Tekst (14)
Texte (14)
Article 1. A l'article 4 de l'arrêté du Gouvernement flamand du 3 mars 2000 portant exécution des articles 11, § 1er, 13° et § 7, 33 et 33bis du décret du 23 janvier 1991 relatif à la protection de l'environnement contre la pollution due aux engrais, il est ajouté un § 3 rédigé comme suit :
" § 3. Au cas où plusieurs producteurs seraient établis simultanément sur la même exploitation agricole ou élevage de bétail, la "Mestbank" notifie à tous les producteurs intéressés la teneur en éléments nutritionnels NHp et NHn qui s'applique à l'exploitation agricole ou élevage de bétail dans son ensemble. Les producteurs intéressés doivent alors, d'un commun accord, répartir la teneur globale en éléments nutritionnels sur les parties de l'exploitation dont ils ont respectivement la responsabilité. Si dans les 30 jours calendaires de la réception de la notification citée au § 2, les producteurs n'ont transmis aucun accord à la "Mestbank", la teneur en éléments nutritionnels est attribuée dans son ensemble au producteur qui est également connu en tant que titulaire de l'autorisation écologique. Si aucun des producteurs intéressés n'est connu comme titulaire de l'autorisation écologique, la teneur en éléments nutritionnels n'est attribuée qu'après reprise complète ou partielle de l'autorisation écologique par un ou plusieurs des producteurs intéressés.
Si un des producteurs intéressés a introduit une demande de recalcul à la "Mestbank", le délai dans lequel ils devraient transmettre l'accord, est suspendu automatiquement. Dans ce cas, le délai de 30 jours calendaires prend effet le jour de réception de la réponse de la "Mestbank", comme prévue à l'article 5, § 9. Ce délai est interrompu à son tour lorsqu'un des producteurs intéressés a adressé une demande en révision au Ministre chargé de l'environnement. Dans ce cas, le délai de 30 jours calendaires prend effet le jour de réception de la réponse du Ministre, comme prévue à l'article 9, § 3.
Si la teneur globale en éléments nutritionnels NHp et NHn pour l'exploitation agricole ou élevage de bétail, suite à une demande de recalcul auprès de la "Mestbank", modifie une demande en révision adressée au Ministre chargé de l'environnement ou une révision d'office, elle est notifiée à nouveau aux producteurs intéressés et attribuée comme prévu au premier alinéa. ".
" § 3. Au cas où plusieurs producteurs seraient établis simultanément sur la même exploitation agricole ou élevage de bétail, la "Mestbank" notifie à tous les producteurs intéressés la teneur en éléments nutritionnels NHp et NHn qui s'applique à l'exploitation agricole ou élevage de bétail dans son ensemble. Les producteurs intéressés doivent alors, d'un commun accord, répartir la teneur globale en éléments nutritionnels sur les parties de l'exploitation dont ils ont respectivement la responsabilité. Si dans les 30 jours calendaires de la réception de la notification citée au § 2, les producteurs n'ont transmis aucun accord à la "Mestbank", la teneur en éléments nutritionnels est attribuée dans son ensemble au producteur qui est également connu en tant que titulaire de l'autorisation écologique. Si aucun des producteurs intéressés n'est connu comme titulaire de l'autorisation écologique, la teneur en éléments nutritionnels n'est attribuée qu'après reprise complète ou partielle de l'autorisation écologique par un ou plusieurs des producteurs intéressés.
Si un des producteurs intéressés a introduit une demande de recalcul à la "Mestbank", le délai dans lequel ils devraient transmettre l'accord, est suspendu automatiquement. Dans ce cas, le délai de 30 jours calendaires prend effet le jour de réception de la réponse de la "Mestbank", comme prévue à l'article 5, § 9. Ce délai est interrompu à son tour lorsqu'un des producteurs intéressés a adressé une demande en révision au Ministre chargé de l'environnement. Dans ce cas, le délai de 30 jours calendaires prend effet le jour de réception de la réponse du Ministre, comme prévue à l'article 9, § 3.
Si la teneur globale en éléments nutritionnels NHp et NHn pour l'exploitation agricole ou élevage de bétail, suite à une demande de recalcul auprès de la "Mestbank", modifie une demande en révision adressée au Ministre chargé de l'environnement ou une révision d'office, elle est notifiée à nouveau aux producteurs intéressés et attribuée comme prévu au premier alinéa. ".
Art.2. In het artikel 5, § 1, van hetzelfde besluit worden de woorden "artikel 4, § 3" vervangen door de woorden "het artikel 4, §2".
Art.2. Dans l'article 5, § 1er du même arrêté, les mots "l'article 4, § 3" sont remplacés par les mots "l'article 4, § 2".
Art.3. In het artikel 5 van hetzelfde besluit wordt een § 1bis ingevoegd, die luidt als volgt :
" § 1bis. De producent kan ingeval de procedure van toekenning van de nutriëntenhalte voor hem afgesloten is, een herberekening vragen of kan ingeval de procedure van toekenning van nutriëntenhalte nog lopende is, de bij Mestbank in behandeling zijnde vraag tot herberekening als bedoeld in § 1 of de bij de minister, bevoegd voor het leefmilieu, in behandeling zijnde vraag tot herziening als bedoeld in het artikel 9, § 1, aanvullen met bijkomende stukken voorzover hij in aanmerking komt voor één van of een combinatie van de volgende gevallen:
1° De producent aan wie overeenkomstig de procedure van artikel 4, § 2, artikel 5, § 9 of artikel 9, § 3 kennis is gegeven dat hem geen nutriëntenhalte NHp en NHn werd toegekend omdat de inrichting op het moment van de kennisgeving niet als bestaande veeteeltinrichting kon beschouwd worden, en die een inrichting of een deel van een inrichting exploiteert die overeenkomstig het artikel 2, 7° van het decreet beschouwd kan worden als een bestaande veeteeltinrichting omdat :
a) ofwel de definitieve bouwvergunning werd verleend voor 1 september 1991 en waarvan voor het aanslagjaar 1992 voor 29 september 1993 aangifte gedaan werd bij de Mestbank;
b) ofwel de definitieve bouw- en milieuvergunning werd verkregen tussen 1 januari 1991 en 1 januari 1997 en tijdig aan de aangifteplicht werd voldaan.
Ingeval de inrichting beschouwd kan worden als een bestaande inrichting omdat de bouw- en milieuvergunning verkregen is tussen 1 januari 1991 en 1 januari 1997 dan moet in het gemotiveerd verzoekschrift een afschrift van deze vergunningen met inbegrip van de plannen bijgevoegd worden.
2° De producent exploiteert een inrichting of een deel van een inrichting die beschouwd kan worden als een landbouwinrichting of waarvan minstens sinds aanslagjaar 1995 tijdig en regelmatig jaarlijks aangifte gedaan werd bij de Mestbank doch die noch als een bestaande landbouwinrichting, noch als een bestaande veeteeltinrichting beschouwd kan worden.
3° De producent wenst op grond van het artikel 33bis, § 2, voetnoot (5) van het decreet de diersoorten die bij de aangifte van het aanslagjaar 1996, 1997 of 1998 aangegeven werden onder " III. Pluimvee " (leghennen, opfokpoeljen of ander pluimvee) te specificeren naar de diersoorten zoals bedoeld in het artikel 5, § 1 van het decreet onder III. pluimvee. In het gemotiveerd verzoekschrift of ingeval van aanvulling van de in behandeling zijnde vraag tot herberekening of herziening, moeten minstens een afschrift van de nog geldende milieuvergunningen evenals een afschrift van de aankoop- en/of verkoopbewijzen van de dieren of evenwaardige bewijzen voor de aanslagjaren 1996, 1997 of 1998 gevoegd worden ter specificering van de voor deze aanslagjaren op de jaarlijkse aangifte aangegeven dieren onder de diercategorieën van " III. Pluimvee ". Indien deze documenten reeds bij een vorige aanvraag werden ingediend, volstaat een eenvoudige verwijzing naar deze documenten. Er kan hiervoor echter geen nieuw verzoekschrift worden ingediend indien de producent reeds een verzoekschrift heeft ingediend op grond van het artikel 5, § 1, 2°.
4° De producent wenst op grond van het artikel 33bis, § 3, 4° van het decreet een andere berekening van de nutriëntenhalte. In het gemotiveerd verzoekschrift of ingeval van aanvulling van de in behandeling zijnde vraag tot herberekening of herziening, moeten minstens volgende stukken overgemaakt worden :
a) een afschrift van de nog geldende milieuvergunningen;
b) een bewijs van landbouwer in hoofdberoep;
c) het bewijs van eerste installatie afgeleverd door de sociale kas waarbij hij aangesloten is;
d) de bewijzen dat de nodige investeringen gedaan werden met het oog op een eerste installatie;
e) een afschrift van het register voor het productiejaar 1999;
f) de onderbouwing van de gemiddelde veebezetting vanaf het productiejaar 2000.
Indien bepaalde van deze documenten reeds bij een vorige aanvraag werden ingediend, volstaat een eenvoudige verwijzing naar deze documenten.
5° De producent wenst naar aanleiding van het verlenen van een milieuvergunning na 1 januari 1996 op grond van artikel 33bis, § 3, 2° van het decreet een andere berekening van de nutriëntenhalte. In het gemotiveerd verzoekschrift of ingeval van aanvulling van de in behandeling zijnde vraag tot herberekening of herziening, moeten minstens volgende stukken bijgevoegd worden:
a) een afschrift van de door de bevoegde overheid afgeleverde bouwvergunning(en) die gekoppeld is(zijn) aan de milieuvergunning met inbegrip van het bouwplan;
b) een afschrift van de door de bevoegde overheid afgeleverde milieuvergunning(en);
c) het bewijs dat de milieuvergunning op 30 maart 2000 is ingevuld door de producent aan de hand van facturen betreffende bouw- of verbouwingswerken, leningen, investeringen of andere bewijsstukken.
Indien bepaalde van deze documenten reeds bij een vorige aanvraag werden ingediend, volstaat een eenvoudige verwijzing naar deze documenten. ".
" § 1bis. De producent kan ingeval de procedure van toekenning van de nutriëntenhalte voor hem afgesloten is, een herberekening vragen of kan ingeval de procedure van toekenning van nutriëntenhalte nog lopende is, de bij Mestbank in behandeling zijnde vraag tot herberekening als bedoeld in § 1 of de bij de minister, bevoegd voor het leefmilieu, in behandeling zijnde vraag tot herziening als bedoeld in het artikel 9, § 1, aanvullen met bijkomende stukken voorzover hij in aanmerking komt voor één van of een combinatie van de volgende gevallen:
1° De producent aan wie overeenkomstig de procedure van artikel 4, § 2, artikel 5, § 9 of artikel 9, § 3 kennis is gegeven dat hem geen nutriëntenhalte NHp en NHn werd toegekend omdat de inrichting op het moment van de kennisgeving niet als bestaande veeteeltinrichting kon beschouwd worden, en die een inrichting of een deel van een inrichting exploiteert die overeenkomstig het artikel 2, 7° van het decreet beschouwd kan worden als een bestaande veeteeltinrichting omdat :
a) ofwel de definitieve bouwvergunning werd verleend voor 1 september 1991 en waarvan voor het aanslagjaar 1992 voor 29 september 1993 aangifte gedaan werd bij de Mestbank;
b) ofwel de definitieve bouw- en milieuvergunning werd verkregen tussen 1 januari 1991 en 1 januari 1997 en tijdig aan de aangifteplicht werd voldaan.
Ingeval de inrichting beschouwd kan worden als een bestaande inrichting omdat de bouw- en milieuvergunning verkregen is tussen 1 januari 1991 en 1 januari 1997 dan moet in het gemotiveerd verzoekschrift een afschrift van deze vergunningen met inbegrip van de plannen bijgevoegd worden.
2° De producent exploiteert een inrichting of een deel van een inrichting die beschouwd kan worden als een landbouwinrichting of waarvan minstens sinds aanslagjaar 1995 tijdig en regelmatig jaarlijks aangifte gedaan werd bij de Mestbank doch die noch als een bestaande landbouwinrichting, noch als een bestaande veeteeltinrichting beschouwd kan worden.
3° De producent wenst op grond van het artikel 33bis, § 2, voetnoot (5) van het decreet de diersoorten die bij de aangifte van het aanslagjaar 1996, 1997 of 1998 aangegeven werden onder " III. Pluimvee " (leghennen, opfokpoeljen of ander pluimvee) te specificeren naar de diersoorten zoals bedoeld in het artikel 5, § 1 van het decreet onder III. pluimvee. In het gemotiveerd verzoekschrift of ingeval van aanvulling van de in behandeling zijnde vraag tot herberekening of herziening, moeten minstens een afschrift van de nog geldende milieuvergunningen evenals een afschrift van de aankoop- en/of verkoopbewijzen van de dieren of evenwaardige bewijzen voor de aanslagjaren 1996, 1997 of 1998 gevoegd worden ter specificering van de voor deze aanslagjaren op de jaarlijkse aangifte aangegeven dieren onder de diercategorieën van " III. Pluimvee ". Indien deze documenten reeds bij een vorige aanvraag werden ingediend, volstaat een eenvoudige verwijzing naar deze documenten. Er kan hiervoor echter geen nieuw verzoekschrift worden ingediend indien de producent reeds een verzoekschrift heeft ingediend op grond van het artikel 5, § 1, 2°.
4° De producent wenst op grond van het artikel 33bis, § 3, 4° van het decreet een andere berekening van de nutriëntenhalte. In het gemotiveerd verzoekschrift of ingeval van aanvulling van de in behandeling zijnde vraag tot herberekening of herziening, moeten minstens volgende stukken overgemaakt worden :
a) een afschrift van de nog geldende milieuvergunningen;
b) een bewijs van landbouwer in hoofdberoep;
c) het bewijs van eerste installatie afgeleverd door de sociale kas waarbij hij aangesloten is;
d) de bewijzen dat de nodige investeringen gedaan werden met het oog op een eerste installatie;
e) een afschrift van het register voor het productiejaar 1999;
f) de onderbouwing van de gemiddelde veebezetting vanaf het productiejaar 2000.
Indien bepaalde van deze documenten reeds bij een vorige aanvraag werden ingediend, volstaat een eenvoudige verwijzing naar deze documenten.
5° De producent wenst naar aanleiding van het verlenen van een milieuvergunning na 1 januari 1996 op grond van artikel 33bis, § 3, 2° van het decreet een andere berekening van de nutriëntenhalte. In het gemotiveerd verzoekschrift of ingeval van aanvulling van de in behandeling zijnde vraag tot herberekening of herziening, moeten minstens volgende stukken bijgevoegd worden:
a) een afschrift van de door de bevoegde overheid afgeleverde bouwvergunning(en) die gekoppeld is(zijn) aan de milieuvergunning met inbegrip van het bouwplan;
b) een afschrift van de door de bevoegde overheid afgeleverde milieuvergunning(en);
c) het bewijs dat de milieuvergunning op 30 maart 2000 is ingevuld door de producent aan de hand van facturen betreffende bouw- of verbouwingswerken, leningen, investeringen of andere bewijsstukken.
Indien bepaalde van deze documenten reeds bij een vorige aanvraag werden ingediend, volstaat een eenvoudige verwijzing naar deze documenten. ".
Art.3. Dans l'article 5 du même arrêté, il est inséré un § 1er, rédigé comme suit :
" § 1bis. Si la procédure d'attribution de la teneur en éléments nutritionnels est clôturée pour lui, le producteur peut demander un recalcul ou, si la procédure d'attribution est en cours, il peut compléter la demande de recalcul, telle que visée au § 1er, à l'examen par la "Mestbank" ou la demande en révision, telle que visée à l'article 9, § 1er, à l'examen par le Ministre chargé de l'environnement, par des pièces additionnelles dans la mesure où il répond à un ou une combinaison des cas suivants :
1° le producteur auquel a été notifié qu'aucune teneur en éléments nutritionnels NHp et NHn ne lui a été attribuée, conformément à la procédure prévue à l'article 4, § 2, l'article 5, § 9 ou l'article 9, § 3, du fait que l'exploitation ne pouvait être considérée comme un élevage de bétail existant au moment de la notification, et qui exploite une exploitation ou une partie d'une exploitation qui peut être considérée, conformément à l'article 2, 7° du décret, comme un élevage de bétail existant parce que :
a) soit le permis de bâtir définitif a été délivré avant le 1er septembre 1991 et dont il a été fait déclaration à la "Mestbank" avant le 29 septembre 1993 pour l'exercice d'imposition 1992;
b) soit le permis de bâtir et l'autorisation écologique définitifs ont été obtenus entre le 1er janvier 1991 et le 1er janvier 1997 et qu'il a été satisfait à l'obligation de déclaration dans les délais impartis.
Si l'exploitation peut être considérée comme une exploitation existante parce que le permis de bâtir et l'autorisation écologique ont été obtenus entre le 1er janvier 1991 et le 1er janvier 1997, la requête motivée doit être accompagnée d'une copie de ces pièces, y compris les plans.
2° Le producteur exploite une exploitation ou une partie d'une exploitation qui peut être considérée comme une exploitation agricole ou qui a été déclarée chaque année, au moins depuis l'exercice d'imposition 1995, dans les délais et régulièrement, à la "Mestbank" mais qui ne peut être considérée ni comme une exploitation agricole existante, ni comme un élevage de bétail existant.
3° Le producteur désire, au titre de l'article 33bis, § 2, note (5) du décret, spécifier les espèces animales notifiées sous "III Volaille (poules pondeuses, poules de chair ou autre volaille) lors de la déclaration pour les exercices d'imposition 1996, 1997 ou 1998, suivant les espèces animales, telles que visées à l'article 5, § 1er du décret sous III. volaille. Dans la requête motivée ou en cas d'un complément d'informations concernant la demande de recalcul ou de révision en cours de traitement, il y a lieu d'ajouter une copie des autorisations écologiques valables ainsi qu'une copie des factures d'achat et/ou de vente des animaux ou des preuves équivalentes pour les années d'imposition 1996, 1997 ou 1995 en vue de spécifier, pour les années susdites, les animaux déclarés sur la déclaration annuelle sous les catégories animales "III Volaille". Si ces documents ont déjà été introduits lors d'une demande précédente, une simple référence à ces documents suffit. Il n'y a pas lieu d'introduire une nouvelle requête, si le producteur a déjà présenté une requête en vertu de l'article 5, § 1er, 2°.
4° Le producteur souhaite que la teneur en éléments nutritionnels soit recalculée sur la base de l'article 33bis, § 3, 4° du décret. Dans la requête motivée ou en cas d'un complément d'informations concernant la demande de recalcul ou de révision en cours de traitement, il y a lieu de transmettre au moins les pièces suivantes :
a) une copie des autorisations écologiques valables;
b) une attestation d'agriculteur à titre principal;
c) l'attestation de première installation délivrée par une caisse sociale à laquelle il est affilié;
d) les certificats attestant que les investissements nécessaires ont été consentis en vue de la première installation;
e) une copie du registre pour l'année de production 1999;
f) la justification du densité du bétail moyenne à partir de l'année de production 2000.
Si certains de ces documents ont déjà été joints à une demande précédente, une simple référence à ces documents suffit.
5° Le producteur souhaite que la teneur en éléments nutritionnels soit recalculée sur la base de l'article 33bis, § 3, 2° du décret, suite à la délivrance d'une autorisation écologique après le 1er janvier 1996. Dans la requête motivée ou en cas d'un complément d'informations concernant la demande de recalcul ou de révision en cours de traitement, il y a lieu de joindre au moins les pièces suivantes :
a) une copie du ou des permis de bâtir délivrés par l'autorité compétente qui sont liés à l'autorisation écologique, y compris le plan de construction;
b) une copie de la ou des autorisations écologiques délivrées par l'autorité compétente;
c) la preuve que l'autorisation écologique a été remplie le 30 mars 2000 par le producteur sur la base des factures de travaux de construction ou de transformation, prêts, investissements ou autres pièces justificatives.
Si certains de ces documents ont déjà été joints à une demande précédente, une simple référence à ces documents suffit.
" § 1bis. Si la procédure d'attribution de la teneur en éléments nutritionnels est clôturée pour lui, le producteur peut demander un recalcul ou, si la procédure d'attribution est en cours, il peut compléter la demande de recalcul, telle que visée au § 1er, à l'examen par la "Mestbank" ou la demande en révision, telle que visée à l'article 9, § 1er, à l'examen par le Ministre chargé de l'environnement, par des pièces additionnelles dans la mesure où il répond à un ou une combinaison des cas suivants :
1° le producteur auquel a été notifié qu'aucune teneur en éléments nutritionnels NHp et NHn ne lui a été attribuée, conformément à la procédure prévue à l'article 4, § 2, l'article 5, § 9 ou l'article 9, § 3, du fait que l'exploitation ne pouvait être considérée comme un élevage de bétail existant au moment de la notification, et qui exploite une exploitation ou une partie d'une exploitation qui peut être considérée, conformément à l'article 2, 7° du décret, comme un élevage de bétail existant parce que :
a) soit le permis de bâtir définitif a été délivré avant le 1er septembre 1991 et dont il a été fait déclaration à la "Mestbank" avant le 29 septembre 1993 pour l'exercice d'imposition 1992;
b) soit le permis de bâtir et l'autorisation écologique définitifs ont été obtenus entre le 1er janvier 1991 et le 1er janvier 1997 et qu'il a été satisfait à l'obligation de déclaration dans les délais impartis.
Si l'exploitation peut être considérée comme une exploitation existante parce que le permis de bâtir et l'autorisation écologique ont été obtenus entre le 1er janvier 1991 et le 1er janvier 1997, la requête motivée doit être accompagnée d'une copie de ces pièces, y compris les plans.
2° Le producteur exploite une exploitation ou une partie d'une exploitation qui peut être considérée comme une exploitation agricole ou qui a été déclarée chaque année, au moins depuis l'exercice d'imposition 1995, dans les délais et régulièrement, à la "Mestbank" mais qui ne peut être considérée ni comme une exploitation agricole existante, ni comme un élevage de bétail existant.
3° Le producteur désire, au titre de l'article 33bis, § 2, note (5) du décret, spécifier les espèces animales notifiées sous "III Volaille (poules pondeuses, poules de chair ou autre volaille) lors de la déclaration pour les exercices d'imposition 1996, 1997 ou 1998, suivant les espèces animales, telles que visées à l'article 5, § 1er du décret sous III. volaille. Dans la requête motivée ou en cas d'un complément d'informations concernant la demande de recalcul ou de révision en cours de traitement, il y a lieu d'ajouter une copie des autorisations écologiques valables ainsi qu'une copie des factures d'achat et/ou de vente des animaux ou des preuves équivalentes pour les années d'imposition 1996, 1997 ou 1995 en vue de spécifier, pour les années susdites, les animaux déclarés sur la déclaration annuelle sous les catégories animales "III Volaille". Si ces documents ont déjà été introduits lors d'une demande précédente, une simple référence à ces documents suffit. Il n'y a pas lieu d'introduire une nouvelle requête, si le producteur a déjà présenté une requête en vertu de l'article 5, § 1er, 2°.
4° Le producteur souhaite que la teneur en éléments nutritionnels soit recalculée sur la base de l'article 33bis, § 3, 4° du décret. Dans la requête motivée ou en cas d'un complément d'informations concernant la demande de recalcul ou de révision en cours de traitement, il y a lieu de transmettre au moins les pièces suivantes :
a) une copie des autorisations écologiques valables;
b) une attestation d'agriculteur à titre principal;
c) l'attestation de première installation délivrée par une caisse sociale à laquelle il est affilié;
d) les certificats attestant que les investissements nécessaires ont été consentis en vue de la première installation;
e) une copie du registre pour l'année de production 1999;
f) la justification du densité du bétail moyenne à partir de l'année de production 2000.
Si certains de ces documents ont déjà été joints à une demande précédente, une simple référence à ces documents suffit.
5° Le producteur souhaite que la teneur en éléments nutritionnels soit recalculée sur la base de l'article 33bis, § 3, 2° du décret, suite à la délivrance d'une autorisation écologique après le 1er janvier 1996. Dans la requête motivée ou en cas d'un complément d'informations concernant la demande de recalcul ou de révision en cours de traitement, il y a lieu de joindre au moins les pièces suivantes :
a) une copie du ou des permis de bâtir délivrés par l'autorité compétente qui sont liés à l'autorisation écologique, y compris le plan de construction;
b) une copie de la ou des autorisations écologiques délivrées par l'autorité compétente;
c) la preuve que l'autorisation écologique a été remplie le 30 mars 2000 par le producteur sur la base des factures de travaux de construction ou de transformation, prêts, investissements ou autres pièces justificatives.
Si certains de ces documents ont déjà été joints à une demande précédente, une simple référence à ces documents suffit.
Art.4. In het artikel 5 van hetzelfde besluit wordt een § 1ter ingevoegd, die luidt als volgt :
" § 1ter. De herberekening of aanvulling zoals bedoeld in § 1bis kan uiterlijk tot 20 kalenderdagen na het in werking treden van § 1bis per aangetekende brief ingediend worden bij de Mestbank.
Herzieningen op grond van het artikel 9, § 1 ingediend bij de minister, bevoegd voor het leefmilieu, worden ingeval zij in aanmerking komen voor de in § 1bis vermelde gevallen, opnieuw door de Mestbank behandeld. ".
" § 1ter. De herberekening of aanvulling zoals bedoeld in § 1bis kan uiterlijk tot 20 kalenderdagen na het in werking treden van § 1bis per aangetekende brief ingediend worden bij de Mestbank.
Herzieningen op grond van het artikel 9, § 1 ingediend bij de minister, bevoegd voor het leefmilieu, worden ingeval zij in aanmerking komen voor de in § 1bis vermelde gevallen, opnieuw door de Mestbank behandeld. ".
Art.4. Dans l'article 5 du même arrêté, il est inséré un § 1erter, rédigé comme suit :
" § 1erter. Le recalcul ou le complément, visé au § 1bis, peut être présenté à la "Mestbank" par lettre recommandée, au plus tard 20 jours calendaires suivant l'entrée en vigueur du § 1erbis.
Les révisions adressées au Ministre chargé de l'environnement, sur la base de l'article 9, § 1er, sont à nouveau examinées par la "Mestbank" si elles sont éligibles aux cas cités au § 1erbis. ".
" § 1erter. Le recalcul ou le complément, visé au § 1bis, peut être présenté à la "Mestbank" par lettre recommandée, au plus tard 20 jours calendaires suivant l'entrée en vigueur du § 1erbis.
Les révisions adressées au Ministre chargé de l'environnement, sur la base de l'article 9, § 1er, sont à nouveau examinées par la "Mestbank" si elles sont éligibles aux cas cités au § 1erbis. ".
Art.5. In het artikel 5, § 1, 6° van hetzelfde besluit wordt tussen de woorden " wenst geen " en de woorden " gebruik te maken " de woorden " of slechts gedeeltelijk " ingevoegd.
Art.5. Dans l'article 5, § 1er, 6° du même arrêté, les mots "ou qu'en partie" sont insérés entre les mots " ne souhaite pas" et les mots "faire usage".
Art.6. In het artikel 5 van hetzelfde besluit worden na § 6 de §§ 6bis tot 6quinquies ingevoegd, die luiden als volgt :
" § 6bis. Ingeval de vraag tot herberekening of de aanvulling van de in behandeling zijnde vraag tot herberekening of herziening betrekking heeft op de gevallen bedoeld in § 1bis, 1° of 2°, en de producent recht heeft op een nutriëntenhalte, dan wordt de nutriëntenhalte NHn en NHp berekend en toegekend overeenkomstig de bepalingen van het artikel 33bis van het decreet. Indien de producent geen recht heeft op een nutriëntenhalte dan wordt het verzoek afgewezen.
§ 6ter. Ingeval de vraag tot herberekening of de aanvulling van de in behandeling zijnde vraag tot herberekening of herziening betrekking heeft op § 1bis, 3°, dan wordt de nutriëntenhalte NHn en NHp berekend op basis van de forfaitaire uitscheidingsnorm bepaald in het artikel 5, § 1 van het decreet voor de desbetreffende diercategorie. Bij het ontbreken van de in § 1bis, 3° bedoelde gegevens of bij onvoldoende staving wordt de nutriëntenhalte berekend conform de uitscheidingsnorm vermeld in het artikel 33bis, § 2 van het decreet.
§ 6quater. Ingeval de vraag tot herberekening of de aanvulling van de in behandeling zijnde vraag tot herberekening of herziening betrekking heeft op § 1bis, 4°, kan een herberekening van de nutriëntenhalte slechts toegekend worden indien, overeenkomstig artikel 33bis, § 3, 4°, van het decreet, voldaan is aan elk van de volgende voorwaarden :
1° de producent heeft zich in de periode tussen 1 januari 1995 en 1 januari 2000 voor de eerste maal als landbouwer in hoofdberoep gevestigd;
2° hij moet op het moment van de eerste installatie jonger zijn 40 jaar;
3° hij moet de nodige investeringen gedaan hebben met het oog op de eerste installatie;
Indien voldaan wordt aan voormelde voorwaarden en bij voldoende staving dat de nodige investeringen gebeurd zijn voor de datum van het in voege treden van § 1bis van dit artikel, dan wordt de nutriëntenhalte NHn en NHp berekend op basis van de door de aanvrager onderbouwde gemiddelde veebezetting van het productiejaar 2000. Deze nutriëntenhalte kan evenwel niet hoger zijn dan de nutriëntenhalte berekend aan de hand van de vergunde productie van de inrichting vermenigvuldigd met een factor 0,85 tenzij het register van het productiejaar 1999 een hogere veebezetting aantoont.
§ 6quinquies. In geval de vraag tot herberekening of de aanvulling van de in behandeling zijnde vraag tot herberekening of herziening betrekking heeft op § 1bis, 5° kan de nutriëntenhalte NHn en NHp als volgt berekend worden :
1° Ingeval ten gevolge van het verlenen van de milieuvergunning de gemiddelde veebezetting tijdens de aanslagjaren 1996, 1997 en 1998 lager was dan deze voor het aanslagjaar 1995, kan de nutriëntenhalte NHn en NHp op verzoek van de producent berekend worden als de som van de producten van de gemiddelde veebezetting van de veeteeltinrichting zoals aangegeven in de Mestbankaangifte van het aanslagjaar 1995, met de overeenkomstige P2O5-productie per diersoort, berekend volgens de uitscheidingsnormen, zoals vastgelegd in artikel 33bis, § 2 van het decreet;
2° Ingeval de afgeleverde milieuvergunning een gehele of gedeeltelijke omvorming naar een andere diersoort bevatte, dan kan uitgaande van de toegekende nutriëntenhalte NHp, de nutriëntenhalte NHn berekend worden op basis van de stikstof/difosforpentoxideverhouding in de vergunde productie volgens de afgeleverde vergunning.
Een combinatie van beide gevallen is mogelijk. De herberekening is evenwel slechts mogelijk voorzover het voorwerp van de milieuvergunning betrekking heeft op de rubrieken 9.3 tot 9.8 van de indelingslijst. ".
" § 6bis. Ingeval de vraag tot herberekening of de aanvulling van de in behandeling zijnde vraag tot herberekening of herziening betrekking heeft op de gevallen bedoeld in § 1bis, 1° of 2°, en de producent recht heeft op een nutriëntenhalte, dan wordt de nutriëntenhalte NHn en NHp berekend en toegekend overeenkomstig de bepalingen van het artikel 33bis van het decreet. Indien de producent geen recht heeft op een nutriëntenhalte dan wordt het verzoek afgewezen.
§ 6ter. Ingeval de vraag tot herberekening of de aanvulling van de in behandeling zijnde vraag tot herberekening of herziening betrekking heeft op § 1bis, 3°, dan wordt de nutriëntenhalte NHn en NHp berekend op basis van de forfaitaire uitscheidingsnorm bepaald in het artikel 5, § 1 van het decreet voor de desbetreffende diercategorie. Bij het ontbreken van de in § 1bis, 3° bedoelde gegevens of bij onvoldoende staving wordt de nutriëntenhalte berekend conform de uitscheidingsnorm vermeld in het artikel 33bis, § 2 van het decreet.
§ 6quater. Ingeval de vraag tot herberekening of de aanvulling van de in behandeling zijnde vraag tot herberekening of herziening betrekking heeft op § 1bis, 4°, kan een herberekening van de nutriëntenhalte slechts toegekend worden indien, overeenkomstig artikel 33bis, § 3, 4°, van het decreet, voldaan is aan elk van de volgende voorwaarden :
1° de producent heeft zich in de periode tussen 1 januari 1995 en 1 januari 2000 voor de eerste maal als landbouwer in hoofdberoep gevestigd;
2° hij moet op het moment van de eerste installatie jonger zijn 40 jaar;
3° hij moet de nodige investeringen gedaan hebben met het oog op de eerste installatie;
Indien voldaan wordt aan voormelde voorwaarden en bij voldoende staving dat de nodige investeringen gebeurd zijn voor de datum van het in voege treden van § 1bis van dit artikel, dan wordt de nutriëntenhalte NHn en NHp berekend op basis van de door de aanvrager onderbouwde gemiddelde veebezetting van het productiejaar 2000. Deze nutriëntenhalte kan evenwel niet hoger zijn dan de nutriëntenhalte berekend aan de hand van de vergunde productie van de inrichting vermenigvuldigd met een factor 0,85 tenzij het register van het productiejaar 1999 een hogere veebezetting aantoont.
§ 6quinquies. In geval de vraag tot herberekening of de aanvulling van de in behandeling zijnde vraag tot herberekening of herziening betrekking heeft op § 1bis, 5° kan de nutriëntenhalte NHn en NHp als volgt berekend worden :
1° Ingeval ten gevolge van het verlenen van de milieuvergunning de gemiddelde veebezetting tijdens de aanslagjaren 1996, 1997 en 1998 lager was dan deze voor het aanslagjaar 1995, kan de nutriëntenhalte NHn en NHp op verzoek van de producent berekend worden als de som van de producten van de gemiddelde veebezetting van de veeteeltinrichting zoals aangegeven in de Mestbankaangifte van het aanslagjaar 1995, met de overeenkomstige P2O5-productie per diersoort, berekend volgens de uitscheidingsnormen, zoals vastgelegd in artikel 33bis, § 2 van het decreet;
2° Ingeval de afgeleverde milieuvergunning een gehele of gedeeltelijke omvorming naar een andere diersoort bevatte, dan kan uitgaande van de toegekende nutriëntenhalte NHp, de nutriëntenhalte NHn berekend worden op basis van de stikstof/difosforpentoxideverhouding in de vergunde productie volgens de afgeleverde vergunning.
Een combinatie van beide gevallen is mogelijk. De herberekening is evenwel slechts mogelijk voorzover het voorwerp van de milieuvergunning betrekking heeft op de rubrieken 9.3 tot 9.8 van de indelingslijst. ".
Art.6. Dans l'article 5 du même arrêté, il est inséré après le § 6 les §§ 6bis à 6quinquies, rédigés comme suit :
" § 6bis. Au cas où la demande de recalcul ou le complément d'informations concernant la demande de recalcul ou de révision en cours de traitement, porterait sur les cas visés au § 1erbis, 1° ou 2°, et le producteur a droit à une teneur en éléments nutritionnels, la teneur en éléments nutritionnels NHn et NHp est calculée et attribuée conformément aux dispositions de l'article 33bis du décret. Si le producteur n'a pas droit à une teneur en éléments nutritionnels, la demande est refusée.
§ 6ter. Au cas où la demande de recalcul ou le complément d'informations concernant la demande de recalcul ou de révision en cours de traitement, porterait sur le § 1erbis, 3°, la teneur en éléments nutritionnels NHn et NHp est calculée sur la base des normes d'excrétion forfaitaires prescrites à l'article 5, § 1er du décret pour les catégories animales concernées. En l'absence des données citées au § 1erbis, 3° ou en cas de justification insuffisante, la teneur en éléments nutritionnels est calculée conformément à la norme d'excrétion citée à l'article 33bis, § 2 du décret.
§ 6quater. Au cas où la demande de recalcul ou le complément d'informations concernant la demande de recalcul ou de révision en cours de traitement, porterait sur le § 1erbis, 4°, seul un recalcul de la teneur en éléments nutritionnels peut être accordé s'il est satisfait à chacune des conditions suivantes :
1° le producteur s'est installé pour la première fois comme agriculteur à titre principal dans la période du 1er janvier 1995 au 1er janvier 2000;
2° il doit avoir moins de 40 ans au moment de première installation;
3° il doit avoir fait les investissements nécessaires en vue de la première installation;
S'il est satisfait aux conditions précitées et en cas de justification suffisante que les investissements ont été faits avant la date d'entrée en vigueur du § 1bis du présent article, la teneur en éléments nutritionnels NHn et NHp est calculée sur la base de la densité du bétail moyenne de l'année de production 2000 qui a été justifiée par le demandeur. Cette teneur ne peut toutefois être supérieure à celle calculée sur la base de la production autorisée de l'exploitation, multipliée par un facteur 0,85, à moins que le registre de l'année de production 1999 ne fasse apparaître une densité plus élevée.
§ 6quinquies. Au cas où la demande de recalcul ou le complément d'informations concernant la demande de calcul ou de révision en cours de traitement, porterait sur le § 1bis, 5°, la teneur en éléments nutritionnels NHn et NHp peut être calculée comme suit :
1° si, par suite de la délivrance de l'autorisation écologique, la densité moyenne du bétail au cours des années d'imposition 1996, 1997 et 1998 était inférieure à celle de l'année d'imposition 1995, la teneur en éléments nutritionnels NHn et NHp peut être calculée, à la demande du producteur, comme la somme des produits de la densité moyenne du bétail de l'élevage de bétail, telle qu'elle figure dans la déclaration à la "Mestbank" pour l'année d'imposition 1995, et la production P2O5 correspondante par espèce animale, calculée suivant les normes d'excrétion, telles que fixées à l'article 33bis, § 2 du décret;
2° au cas où l'autorisation écologique porterait sur une conversion totale ou partielle en une autre espèce animale, la teneur en éléments nutritionnels NHn peut être calculée, à partir de la teneur NHp attribuée, sur la base de la proportion azote/anhydride phosphorique de la production autorisée suivant l'autorisation délivrée.
Une combinaison des deux cas est possible. Le recalcul n'est toutefois que possible dans la mesure où l'objet de l'autorisation écologique porte sur les rubriques 9.3 à 9.8 de la claissification. ".
" § 6bis. Au cas où la demande de recalcul ou le complément d'informations concernant la demande de recalcul ou de révision en cours de traitement, porterait sur les cas visés au § 1erbis, 1° ou 2°, et le producteur a droit à une teneur en éléments nutritionnels, la teneur en éléments nutritionnels NHn et NHp est calculée et attribuée conformément aux dispositions de l'article 33bis du décret. Si le producteur n'a pas droit à une teneur en éléments nutritionnels, la demande est refusée.
§ 6ter. Au cas où la demande de recalcul ou le complément d'informations concernant la demande de recalcul ou de révision en cours de traitement, porterait sur le § 1erbis, 3°, la teneur en éléments nutritionnels NHn et NHp est calculée sur la base des normes d'excrétion forfaitaires prescrites à l'article 5, § 1er du décret pour les catégories animales concernées. En l'absence des données citées au § 1erbis, 3° ou en cas de justification insuffisante, la teneur en éléments nutritionnels est calculée conformément à la norme d'excrétion citée à l'article 33bis, § 2 du décret.
§ 6quater. Au cas où la demande de recalcul ou le complément d'informations concernant la demande de recalcul ou de révision en cours de traitement, porterait sur le § 1erbis, 4°, seul un recalcul de la teneur en éléments nutritionnels peut être accordé s'il est satisfait à chacune des conditions suivantes :
1° le producteur s'est installé pour la première fois comme agriculteur à titre principal dans la période du 1er janvier 1995 au 1er janvier 2000;
2° il doit avoir moins de 40 ans au moment de première installation;
3° il doit avoir fait les investissements nécessaires en vue de la première installation;
S'il est satisfait aux conditions précitées et en cas de justification suffisante que les investissements ont été faits avant la date d'entrée en vigueur du § 1bis du présent article, la teneur en éléments nutritionnels NHn et NHp est calculée sur la base de la densité du bétail moyenne de l'année de production 2000 qui a été justifiée par le demandeur. Cette teneur ne peut toutefois être supérieure à celle calculée sur la base de la production autorisée de l'exploitation, multipliée par un facteur 0,85, à moins que le registre de l'année de production 1999 ne fasse apparaître une densité plus élevée.
§ 6quinquies. Au cas où la demande de recalcul ou le complément d'informations concernant la demande de calcul ou de révision en cours de traitement, porterait sur le § 1bis, 5°, la teneur en éléments nutritionnels NHn et NHp peut être calculée comme suit :
1° si, par suite de la délivrance de l'autorisation écologique, la densité moyenne du bétail au cours des années d'imposition 1996, 1997 et 1998 était inférieure à celle de l'année d'imposition 1995, la teneur en éléments nutritionnels NHn et NHp peut être calculée, à la demande du producteur, comme la somme des produits de la densité moyenne du bétail de l'élevage de bétail, telle qu'elle figure dans la déclaration à la "Mestbank" pour l'année d'imposition 1995, et la production P2O5 correspondante par espèce animale, calculée suivant les normes d'excrétion, telles que fixées à l'article 33bis, § 2 du décret;
2° au cas où l'autorisation écologique porterait sur une conversion totale ou partielle en une autre espèce animale, la teneur en éléments nutritionnels NHn peut être calculée, à partir de la teneur NHp attribuée, sur la base de la proportion azote/anhydride phosphorique de la production autorisée suivant l'autorisation délivrée.
Une combinaison des deux cas est possible. Le recalcul n'est toutefois que possible dans la mesure où l'objet de l'autorisation écologique porte sur les rubriques 9.3 à 9.8 de la claissification. ".
Art.7. Aan het artikel 5 wordt een § 9bis toegevoegd, die luidt als volgt :
" § 9bis. In afwijking van § 9, eerste lid, kan de Mestbank voor verzoekschriften die bij de Mestbank ontvangen zijn na 15 september 2000 en voor het in werking treden van § 1bis, de producent per aangetekend schrijven op de hoogte stellen van het gevolg dat aan het verzoekschrift is gegeven, tot 60 kalenderdagen na ontvangst van de in § 1bis bedoelde aanvulling of in geval de producent geen aanvullende stukken heeft overgemaakt tot 80 kalenderdagen na de datum van in werking treden van § 1bis. ".
" § 9bis. In afwijking van § 9, eerste lid, kan de Mestbank voor verzoekschriften die bij de Mestbank ontvangen zijn na 15 september 2000 en voor het in werking treden van § 1bis, de producent per aangetekend schrijven op de hoogte stellen van het gevolg dat aan het verzoekschrift is gegeven, tot 60 kalenderdagen na ontvangst van de in § 1bis bedoelde aanvulling of in geval de producent geen aanvullende stukken heeft overgemaakt tot 80 kalenderdagen na de datum van in werking treden van § 1bis. ".
Art.7. A l'article 5 il est ajouté un § 9, rédigé comme suit :
" § 9bis. Par dérogation au § 9, premier alinéa, la "Mestbank" peut, pour les requêtes parvenues à la "Mestbank" après le 15 septembre 2000 et avant l'entrée en vigueur du § 1erbis, faire part au producteur par lettre recommandée de la suite qui a été donnée à la requête, jusqu'à 60 jours calendaires de la réception du complément d'informations, visé au § 1erbis, ou, si le producteur n'a pas transmis de pièces complémentaires, jusqu'à 80 jours calendaires de la date d'entrée en vigueur du § 1bis. ".
" § 9bis. Par dérogation au § 9, premier alinéa, la "Mestbank" peut, pour les requêtes parvenues à la "Mestbank" après le 15 septembre 2000 et avant l'entrée en vigueur du § 1erbis, faire part au producteur par lettre recommandée de la suite qui a été donnée à la requête, jusqu'à 60 jours calendaires de la réception du complément d'informations, visé au § 1erbis, ou, si le producteur n'a pas transmis de pièces complémentaires, jusqu'à 80 jours calendaires de la date d'entrée en vigueur du § 1bis. ".
Art.8. In het artikel 6 van hetzelfde besluit wordt een § 2bis ingevoegd, die luidt als volgt :
" § 2bis. Indien een vergunde veeteeltinrichting het voorwerp is van een volledige overname dan wordt de nutriëntenhalte NHp en NHn door de Mestbank op vraag van de overnemer volledig overgedragen aan de overnemer. De overnemer moet bij zijn vraag een afschrift van de ontvangstmelding als bedoeld in het artikel 42, § 4 van VLAREM die door de bevoegde vergunningverlenende overheid is afgeleverd, toevoegen. De nutriëntenhalte verbonden aan een veeteeltinrichting kan slechts overgedragen worden aan een andere exploitant voor zover deze tevens de milieuvergunning overneemt.
Ingeval de overname in de loop van een kalenderjaar plaatsvindt dan wordt de nutriëntenhalte NHp en NHn voor het desbetreffende kalenderjaar tijdelijk verdeeld over de overlater en overnemer pro rata de periode (uitgedrukt in X/12den) gedurende dewelke zij de inrichting in dat jaar geëxploiteerd hebben. ".
" § 2bis. Indien een vergunde veeteeltinrichting het voorwerp is van een volledige overname dan wordt de nutriëntenhalte NHp en NHn door de Mestbank op vraag van de overnemer volledig overgedragen aan de overnemer. De overnemer moet bij zijn vraag een afschrift van de ontvangstmelding als bedoeld in het artikel 42, § 4 van VLAREM die door de bevoegde vergunningverlenende overheid is afgeleverd, toevoegen. De nutriëntenhalte verbonden aan een veeteeltinrichting kan slechts overgedragen worden aan een andere exploitant voor zover deze tevens de milieuvergunning overneemt.
Ingeval de overname in de loop van een kalenderjaar plaatsvindt dan wordt de nutriëntenhalte NHp en NHn voor het desbetreffende kalenderjaar tijdelijk verdeeld over de overlater en overnemer pro rata de periode (uitgedrukt in X/12den) gedurende dewelke zij de inrichting in dat jaar geëxploiteerd hebben. ".
Art.8. Dans l'article 6 du même arrêté, il est inséré un § 2bis, rédigé comme suit :
" § 2bis. Si un élevage de bétail autorisé fait l'objet d'une reprise totale, la teneur en éléments nutritionnels NHp et NHn est transférée intégralement au repreneur a la demande de ce dernier. Le repreneur doit joindre à sa demande une copie de l'accusé de réception, visé à l'article 42, § 4 du VLAREM qui est délivré par l'autorité délivrante. La teneur en éléments nutritionnels qui est liée à un élevage de bétail ne peut être transférée à un autre exploitant que si ce dernier reprend également l'autorisation écologique.
Si la reprise a lieu au cours de l'année calendaire, la teneur en éléments nutritionnels NHp et NHn pour l'année calendaire en question est répartie temporairement sur le cédant et le repreneur au pro rata de la période (exprimée en x/12e) au cours de laquelle ils ont exploité l'exploitation au cours de cette année. ".
" § 2bis. Si un élevage de bétail autorisé fait l'objet d'une reprise totale, la teneur en éléments nutritionnels NHp et NHn est transférée intégralement au repreneur a la demande de ce dernier. Le repreneur doit joindre à sa demande une copie de l'accusé de réception, visé à l'article 42, § 4 du VLAREM qui est délivré par l'autorité délivrante. La teneur en éléments nutritionnels qui est liée à un élevage de bétail ne peut être transférée à un autre exploitant que si ce dernier reprend également l'autorisation écologique.
Si la reprise a lieu au cours de l'année calendaire, la teneur en éléments nutritionnels NHp et NHn pour l'année calendaire en question est répartie temporairement sur le cédant et le repreneur au pro rata de la période (exprimée en x/12e) au cours de laquelle ils ont exploité l'exploitation au cours de cette année. ".
Art.9. In het artikel 6 van hetzelfde besluit wordt een § 3bis ingevoegd, die luidt als volgt :
" § 3bis. Ingeval een bestaande veeteeltinrichting na 1 januari 1996 een milieuvergunning heeft gekregen voor de gehele of gedeeltelijke omvorming naar een andere diersoort, kan op verzoek van de producent de wijze waarop de nutriëntenhalte berekend is, herzien worden in functie van de gewijzigde aantallen dieren volgens de toegekende milieuvergunning of kan een afwijking van de randvoorwaarden zoals bepaald in voetnoot (2), (3) en (5) van het artikel 33bis, § 2 van het decreet toegestaan worden door de Mestbank. In het gemotiveerd verzoekschrift moeten minstens volgende stukken bijgevoegd zijn :
1° een afschrift van de door de bevoegde overheid afgeleverde bouwvergunning(en) die gekoppeld is(zijn) aan de milieuvergunning met inbegrip van het bouwplan;
2° een afschrift van de door de bevoegde overheid afgeleverde milieuvergunning(en);
Op basis van dit verzoek kan hoogstens dezelfde nutriëntenhalte NHn en NHp toegekend worden als deze die vastgesteld werd door de Mestbank of door de minister, bevoegd voor het leefmilieu. ".
" § 3bis. Ingeval een bestaande veeteeltinrichting na 1 januari 1996 een milieuvergunning heeft gekregen voor de gehele of gedeeltelijke omvorming naar een andere diersoort, kan op verzoek van de producent de wijze waarop de nutriëntenhalte berekend is, herzien worden in functie van de gewijzigde aantallen dieren volgens de toegekende milieuvergunning of kan een afwijking van de randvoorwaarden zoals bepaald in voetnoot (2), (3) en (5) van het artikel 33bis, § 2 van het decreet toegestaan worden door de Mestbank. In het gemotiveerd verzoekschrift moeten minstens volgende stukken bijgevoegd zijn :
1° een afschrift van de door de bevoegde overheid afgeleverde bouwvergunning(en) die gekoppeld is(zijn) aan de milieuvergunning met inbegrip van het bouwplan;
2° een afschrift van de door de bevoegde overheid afgeleverde milieuvergunning(en);
Op basis van dit verzoek kan hoogstens dezelfde nutriëntenhalte NHn en NHp toegekend worden als deze die vastgesteld werd door de Mestbank of door de minister, bevoegd voor het leefmilieu. ".
Art.9. Dans l'article 6 du même arrêté, il est inséré un § 3bis, rédigé comme suit :
" § 3bis. Si un élevage de bétail existant a obtenu une autorisation écologique après le 1er janvier 1996 pour la reconversion totale ou partielle en une autre espèce animale, le mode de calcul de la teneur en éléments nutritionnels peut être revu, à la demande du producteur, en fonction des nombres d'animaux modifiés sur la base de l'autorisation écologique accordée ou une dérogation des conditions prévue aux notes (2), (3) et (5) de l'article 33bis, § 2 du décret peut être accordée par la "Mestbank". La requête motivée doit être accompagnée au moins des pièces suivantes :
1° une copie du ou des permis de bâtir délivrés par l'autorité compétente qui sont liés à l'autorisation écologique, y compris le plan de construction;
2° une copie de la ou des autorisations écologiques délivrées par l'autorité compétente;
Sur la base de cette demande, au maximum la même teneur en éléments nutritionnels NHn et NHp que celle déterminée par la "Mestbank" ou le Ministre chargé de l'environnement, peut être accordée.
" § 3bis. Si un élevage de bétail existant a obtenu une autorisation écologique après le 1er janvier 1996 pour la reconversion totale ou partielle en une autre espèce animale, le mode de calcul de la teneur en éléments nutritionnels peut être revu, à la demande du producteur, en fonction des nombres d'animaux modifiés sur la base de l'autorisation écologique accordée ou une dérogation des conditions prévue aux notes (2), (3) et (5) de l'article 33bis, § 2 du décret peut être accordée par la "Mestbank". La requête motivée doit être accompagnée au moins des pièces suivantes :
1° une copie du ou des permis de bâtir délivrés par l'autorité compétente qui sont liés à l'autorisation écologique, y compris le plan de construction;
2° une copie de la ou des autorisations écologiques délivrées par l'autorité compétente;
Sur la base de cette demande, au maximum la même teneur en éléments nutritionnels NHn et NHp que celle déterminée par la "Mestbank" ou le Ministre chargé de l'environnement, peut être accordée.
Art.10. In het artikel 6 van hetzelfde besluit wordt een § 3ter ingevoegd, die luidt als volgt :
" § 3ter. In uitvoering van het artikel 33ter, § 4 van het decreet en in afwijking van het artikel 4, § 1 kan voor veeteeltinrichtingen onlosmakelijk verbonden aan een kinderboerderij, een onderwijs- of opvoedingsinstelling evenals voor veeteeltinrichtingen waar uitsluitend paarden en/of pony's gehouden worden, de nutriëntenhalte NHn en NHp bepaald worden op 85 % van de vergunde productie. Deze nutriëntenhalte wordt toegekend door de Mestbank op vraag van de producent en mits voorlegging van de afgeleverde milieu- en bouwvergunning(en). ".
" § 3ter. In uitvoering van het artikel 33ter, § 4 van het decreet en in afwijking van het artikel 4, § 1 kan voor veeteeltinrichtingen onlosmakelijk verbonden aan een kinderboerderij, een onderwijs- of opvoedingsinstelling evenals voor veeteeltinrichtingen waar uitsluitend paarden en/of pony's gehouden worden, de nutriëntenhalte NHn en NHp bepaald worden op 85 % van de vergunde productie. Deze nutriëntenhalte wordt toegekend door de Mestbank op vraag van de producent en mits voorlegging van de afgeleverde milieu- en bouwvergunning(en). ".
Art.10. Dans l'article 6 du même arrêté, il est inséré un § 3ter, rédigé comme suit :
" § 3ter. En exécution de l'article 33ter, § 4 du décret et par dérogation à l'article 4, § 1er, la teneur en éléments nutritionnels NHn et NHp pour les élevages de bétail intimement liés à une ferme pour enfants, un établissement d'enseignement ou d'éducation ainsi que pour les élevages de bétail exclusivement destinés aux chevaux et poneys, peut être fixée à 85 % de la production autorisée. Cette teneur est accordée par la "Mestbank" sur la demande du producteur et moyennant remise du ou des permis de bâtir et autorisations écologiques délivrés. ".
" § 3ter. En exécution de l'article 33ter, § 4 du décret et par dérogation à l'article 4, § 1er, la teneur en éléments nutritionnels NHn et NHp pour les élevages de bétail intimement liés à une ferme pour enfants, un établissement d'enseignement ou d'éducation ainsi que pour les élevages de bétail exclusivement destinés aux chevaux et poneys, peut être fixée à 85 % de la production autorisée. Cette teneur est accordée par la "Mestbank" sur la demande du producteur et moyennant remise du ou des permis de bâtir et autorisations écologiques délivrés. ".
Art.11. In het artikel 6, § 4 worden de woorden " § 2 of § 3 " vervangen door de woorden " § 2, § 2bis, § 3, § 3bis of § 3ter ".
Art.11. A l'article 6, § 4, les mots "§ 2 ou § 3" sont remplacés par les mots § 2, § 2bis, § 3, § 3bis ou § 3ter".
Art.12. Aan het artikel 9 wordt een § 4 toegevoegd, die luidt als volgt :
" § 4. In afwijking van § 3 kan de minister voor herzieningsaanvragen die bij de minister bevoegd voor het leefmilieu, ontvangen zijn na 15 september 2000 en voor het in werking treden van artikel 5, § 1bis, de producent per aangetekend schrijven tot 80 kalenderdagen na het in werking treden van artikel 5 § 1bis, op de hoogte stellen van het gevolg dat aan de herzieningsaanvraag is gegeven. ".
" § 4. In afwijking van § 3 kan de minister voor herzieningsaanvragen die bij de minister bevoegd voor het leefmilieu, ontvangen zijn na 15 september 2000 en voor het in werking treden van artikel 5, § 1bis, de producent per aangetekend schrijven tot 80 kalenderdagen na het in werking treden van artikel 5 § 1bis, op de hoogte stellen van het gevolg dat aan de herzieningsaanvraag is gegeven. ".
Art.12. A l'article 9 il est ajouté un § 4, rédigé comme suit :
§ 4. Par dérogation au § 3, le Ministre peut, pour les demandes en révision parvenues au Ministre chargé de l'environnement après le 15 septembre 2000 et avant l'entrée en vigueur de l'article 5, § 1erbis, faire part au producteur, par lettre recommandée, jusqu'à 80 jours calendaires suivant l'entrée en vigueur de l'article 5 § 1erbis, des suites données à la demande en révision. ".
§ 4. Par dérogation au § 3, le Ministre peut, pour les demandes en révision parvenues au Ministre chargé de l'environnement après le 15 septembre 2000 et avant l'entrée en vigueur de l'article 5, § 1erbis, faire part au producteur, par lettre recommandée, jusqu'à 80 jours calendaires suivant l'entrée en vigueur de l'article 5 § 1erbis, des suites données à la demande en révision. ".
Art.13. Dit besluit treedt in werking op de dag van publicatie in het Belgisch Staatsblad.
Art.13. Le présent arrêté entre en vigueur le jour de sa publication au Moniteur belge.
Art. 14. De Vlaamse minister, bevoegd voor het Leefmilieu, is belast met de uitvoering van dit besluit.
Brussel, 16 maart 2001.
De minister-president van de Vlaamse regering,
P. DEWAEL
De Vlaamse minister van Leefmilieu en Landbouw,
Mevr. V. DUA.
Brussel, 16 maart 2001.
De minister-president van de Vlaamse regering,
P. DEWAEL
De Vlaamse minister van Leefmilieu en Landbouw,
Mevr. V. DUA.
Art. 14. Le Ministre flamand qui a l'Environnement dans ses attributions, est chargé de l'exécution du présent arrêté.
Bruxelles, le 16 mars 2001.
Le Ministre-Président du Gouvernement flamand,
P. DEWAEL
Le Ministre flamand de l'Environnement et de l'Agriculture,
Mme V. DUA.
Bruxelles, le 16 mars 2001.
Le Ministre-Président du Gouvernement flamand,
P. DEWAEL
Le Ministre flamand de l'Environnement et de l'Agriculture,
Mme V. DUA.