Artikel 1. De bijlage 1 van het koninklijk besluit van 29 juni 1973 houdende bezoldigingsregeling van het personeel der ministeries, gewijzigd bij de koninklijke besluiten van 4 januari 1974, 5 december 1978, 27 juli 1981, 4 november 1987, 3 december 1987, 16 augustus 1988, 13 december 1989, 21 maart 1990, 7 augustus 1991, 20 oktober 1992, 9 juli 1993, 14 september 1994, 10 april 1995, 4 oktober 1996, 20 juli 1998 en 20 juli 2000, wordt vervangen :
1° vanaf 1 januari 2002 door de bijlage A, die bij dit besluit gaat;
2° vanaf 1 juni 2002 door de bijlage B, die bij dit besluit gaat;
3° vanaf 1 oktober 2002 door de bijlage C, die bij dit besluit gaat.
Nederlands (NL)
Français (FR)
Titre
9 JANUARI 2002. - Koninklijk besluit tot wijziging van het koninklijk besluit van 29 juni 1973 houdende bezoldigingsregeling van het personeel der ministeries.
Titre
9 JANVIER 2002. - Arrêté royal modifiant l'arrêté royal du 29 juin 1973 portant statut pécuniaire du personnel des ministères.
Informations sur le document
Numac: 2001002205
Datum: 2002-01-09
Info du document
Numac: 2001002205
Date: 2002-01-09
Tekst (7)
Texte (7)
Article 1. L'annexe 1 de l'arrêté royal du 29 juin 1973 portant statut pécuniaire du personnel des ministères, modifié par les arrêtés royaux des 4 janvier 1974, 5 décembre 1978, 27 juillet 1981, 4 novembre 1987, 3 décembre 1987, 16 août 1988, 13 décembre 1989, 21 mars 1990, 7 août 1991, 20 octobre 1992, 9 juillet 1993, 14 septembre 1994, 10 avril 1995, 4 octobre 1996, 20 juillet 1998 et 20 juillet 2000, est remplacée :
1° à partir du 1er janvier 2002 par l'annexe A jointe au présent arrêté;
2° à partir du 1er juin 2002 par l'annexe B jointe au présent arrêté;
3° à partir du 1er octobre 2002 par l'annexe C jointe au présent arrêté.
1° à partir du 1er janvier 2002 par l'annexe A jointe au présent arrêté;
2° à partir du 1er juin 2002 par l'annexe B jointe au présent arrêté;
3° à partir du 1er octobre 2002 par l'annexe C jointe au présent arrêté.
Art.2. Dit besluit heeft uitwerking met ingang van 1 januari 2002.
Art.2. Le présent arrêté produit des effets le 1er janvier 2002.
Art.3. Onze Ministers en Onze Staatssecretarissen zijn, ieder wat hem betreft, belast met de uitvoering van dit besluit.
Gegeven te Brussel, 9 januari 2002.
ALBERT
Van Koningswege :
De Minister van Begroting,
J. VANDE LANOTTE
De Minister van Ambtenarenzaken en Modernisering van de openbare besturen,
L. VAN DEN BOSSCHE
Gegeven te Brussel, 9 januari 2002.
ALBERT
Van Koningswege :
De Minister van Begroting,
J. VANDE LANOTTE
De Minister van Ambtenarenzaken en Modernisering van de openbare besturen,
L. VAN DEN BOSSCHE
Art.3. Nos Ministres et Nos Secrétaires d'Etat sont chargés, chacun en ce qui le concerne, de l'exécution du présent arrêté.
Donné à Bruxelles, le 9 janvier 2002.
ALBERT
Par le Roi :
Le Ministre du Budget,
J. VANDE LANOTTE
Le Ministre de la Fonction publique et de la Modernisation de l'administration,
L. VAN DEN BOSSCHE
Donné à Bruxelles, le 9 janvier 2002.
ALBERT
Par le Roi :
Le Ministre du Budget,
J. VANDE LANOTTE
Le Ministre de la Fonction publique et de la Modernisation de l'administration,
L. VAN DEN BOSSCHE
BIJLAGEN.
ANNEXES.
Art. N1. Bijlage A. (Tabellen niet opgenomen om technische redenen. Zie B.S. 18-01-2002, p. 1658-1669).
Gezien om te worden gevoegd bij Ons besluit van 9 januari 2002 tot wijziging van het koninklijk besluit van 29 juni 1973 houdende bezoldigingsregeling van het personeel der ministeries.
ALBERT
Van Koningswege :
De Minister van Begroting,
J. VANDE LANOTTE
De Minister van Ambtenarenzaken en Modernisering van de openbare besturen,
L. VAN DEN BOSSCHE
Gezien om te worden gevoegd bij Ons besluit van 9 januari 2002 tot wijziging van het koninklijk besluit van 29 juni 1973 houdende bezoldigingsregeling van het personeel der ministeries.
ALBERT
Van Koningswege :
De Minister van Begroting,
J. VANDE LANOTTE
De Minister van Ambtenarenzaken en Modernisering van de openbare besturen,
L. VAN DEN BOSSCHE
Art. N1. Annexe A. (Tableaux non repris pour motifs techniques. Voir M.B. 18-01-2002, p. 1658-1669).
Vu pour être annexé à Notre arrêté du 9 janvier 2002 modifiant l'arrêté royal du 29 juin 1973 portant statut pécuniaire du personnel des ministères.
ALBERT
Par le Roi :
Le Ministre du Budget,
J. VANDE LANOTTE
Le Ministre de la Fonction publique et de la Modernisation de l'administration,
L. VAN DEN BOSSCHE
Vu pour être annexé à Notre arrêté du 9 janvier 2002 modifiant l'arrêté royal du 29 juin 1973 portant statut pécuniaire du personnel des ministères.
ALBERT
Par le Roi :
Le Ministre du Budget,
J. VANDE LANOTTE
Le Ministre de la Fonction publique et de la Modernisation de l'administration,
L. VAN DEN BOSSCHE
Art. N2. Bijlage B. (Tabellen niet opgenomen om technische redenen. Zie B.S. 18-01-2002, p. 1669-1679).
Gezien om te worden gevoegd bij Ons besluit van 9 januari 2002 tot wijziging van het koninklijk besluit van 29 juni 1973 houdende bezoldigingsregeling van het personeel der ministeries.
ALBERT
Van Koningswege :
De Minister van Begroting,
J. VANDE LANOTTE
De Minister van Ambtenarenzaken en Modernisering van de openbare besturen,
L. VAN DEN BOSSCHE
Gezien om te worden gevoegd bij Ons besluit van 9 januari 2002 tot wijziging van het koninklijk besluit van 29 juni 1973 houdende bezoldigingsregeling van het personeel der ministeries.
ALBERT
Van Koningswege :
De Minister van Begroting,
J. VANDE LANOTTE
De Minister van Ambtenarenzaken en Modernisering van de openbare besturen,
L. VAN DEN BOSSCHE
Art. N2. Annexe B. (Tableaux non repris pour motifs techniques. Voir M.B. 18-01-2002, p. 1669-1679).
Vu pour être annexé à Notre arrêté du 9 janvier 2002 modifiant l'arrêté royal du 29 juin 1973 portant statut pécuniaire du personnel des ministères.
ALBERT
Par le Roi :
Le Ministre du Budget,
J. VANDE LANOTTE
Le Ministre de la Fonction publique et de la Modernisation de l'administration,
L. VAN DEN BOSSCHE
Vu pour être annexé à Notre arrêté du 9 janvier 2002 modifiant l'arrêté royal du 29 juin 1973 portant statut pécuniaire du personnel des ministères.
ALBERT
Par le Roi :
Le Ministre du Budget,
J. VANDE LANOTTE
Le Ministre de la Fonction publique et de la Modernisation de l'administration,
L. VAN DEN BOSSCHE
Art. N3. Bijlage C. (Tabellen niet opgenomen om technische redenen. Zie B.S. 18-01-2002, p. 1680-1690).
Gezien om te worden gevoegd bij Ons besluit van 9 januari 2002 tot wijziging van het koninklijk besluit van 29 juni 1973 houdende bezoldigingsregeling van het personeel der ministeries.
ALBERT
Van Koningswege :
De Minister van Begroting,
J. VANDE LANOTTE
De Minister van Ambtenarenzaken en Modernisering van de openbare besturen,
L. VAN DEN BOSSCHE.
Gezien om te worden gevoegd bij Ons besluit van 9 januari 2002 tot wijziging van het koninklijk besluit van 29 juni 1973 houdende bezoldigingsregeling van het personeel der ministeries.
ALBERT
Van Koningswege :
De Minister van Begroting,
J. VANDE LANOTTE
De Minister van Ambtenarenzaken en Modernisering van de openbare besturen,
L. VAN DEN BOSSCHE.
Art. N3. Annexe C. (Tableaux non repris pour motifs techniques. Voir M.B. 18-01-2002, p. 1680-1690).
Vu pour être annexé à Notre arrêté du 9 janvier 2002 modifiant l'arrêté royal du 29 juin 1973 portant statut pécuniaire du personnel des ministères.
ALBERT
Par le Roi :
Le Ministre du Budget,
J. VANDE LANOTTE
Le Ministre de la Fonction publique et de la Modernisation de l'administration,
L. VAN DEN BOSSCHE.
Vu pour être annexé à Notre arrêté du 9 janvier 2002 modifiant l'arrêté royal du 29 juin 1973 portant statut pécuniaire du personnel des ministères.
ALBERT
Par le Roi :
Le Ministre du Budget,
J. VANDE LANOTTE
Le Ministre de la Fonction publique et de la Modernisation de l'administration,
L. VAN DEN BOSSCHE.