Artikel 1. Er worden aan de politiezones voorschotten op de federale basistoelage 2002 toegekend, vastgesteld op telkens 35 % van de in bijlage II bij dit besluit vermelde bedragen :
1° in de maand januari 2002;
2° in de maand maart 2002.
Nederlands (NL)
Français (FR)
Titre
24 DECEMBER 2001. - Koninklijk besluit houdende de toekenning van een voorschot op de federale basistoelage voor het jaar 2002 aan de politiezones en van een toelage aan sommige gemeenten. (NOTA : Raadpleging van vroegere versies vanaf 29-12-2001 en tekstbijwerking tot 13-08-2002).
Titre
24 DECEMBRE 2001. - Arrêté royal relatif à l'octroi d'une avance sur la subvention fédérale de base pour l'année 2002 aux zones de police et d'une allocation à certaines communes. (NOTE : Consultation des versions antérieures à partir du 29-12-2001 et mise à jour au 13-08-2002).
Informations sur le document
Numac: 2001001344
Datum: 2001-12-24
Info du document
Numac: 2001001344
Date: 2001-12-24
Tekst (10)
Texte (10)
Article 1. Des avances sur la subvention fédérale de base sont attribuées aux zones de police, établies chaque fois à 35 % des montants mentionnés à l'annexe II du présent arrêté :
1° au mois de janvier 2002;
2° au mois de mars 2002.
1° au mois de janvier 2002;
2° au mois de mars 2002.
Art.2. Na vaststelling van de definitieve federale basistoelage voor het jaar 2002 met inachtneming van de reële aanvaardbare meerkost vastgelegd na overleg met de korpschefs, wordt het saldo, (berekend aan de indexatie-liquidatiecoëfficiënt van december 2001, zijnde 1,2682), door de federale Staat aan de desbetreffende politiezones uitbetaald ten laatste in de maand juli 2002. <KB 2002-08-02/35, art. 8, 002; Inwerkingtreding : 13-08-2002>
Art.2. Après établissement de la subvention fédérale de base pour l'année 2002 intégrant les surcoûts réels admissibles déterminés après concertation avec les chefs de corps et (calculés au coefficient de liquidation et d'indexation de décembre 2001, à savoir 1,2862), le solde sera versé par l'Etat fédéral aux zones de police concernées au plus tard au mois de juillet 2002. <AR 2002-08-02/35, art. 8, 002; En vigueur : 13-08-2002>
Art.3. Aan de gemeenten die een veiligheids- en samenlevingscontract hadden gesloten in toepassing van het koninklijk besluit van 10 juni 1994 tot vaststelling van de voorwaarden waaronder de gemeenten een veiligheidscontract kunnen sluiten of financiële hulp genieten voor de aanwerving van bijkomend personeel in het kader van hun politiedienst, vermeld in de bijlage III bij dit besluit, wordt een toelage toegekend waarvan het bedrag vermeld wordt in dezelfde bijlage.
Deze toelage wordt uitbetaald in de maand januari 2002.
Deze toelage wordt uitbetaald in de maand januari 2002.
Art.3. Il est attribué, aux communes qui ont conclu un contrat de sécurité et de société en application de l'arrêté royal du 10 juin 1994 déterminant les conditions auxquelles les communes peuvent conclure un contrat de sécurité ou bénéficier d'une aide financière pour le recrutement de personnel supplémentaire dans le cadre de leur service de police, mentionnées à l'annexe III du présent arrêté, une allocation dont le montant figure à cette même annexe.
Cette subvention est payée au mois de janvier 2002.
Cette subvention est payée au mois de janvier 2002.
Art.4. De uitgaven bedoeld in dit besluit worden aangerekend op sectie 17 " Federale Politie en Geïntegreerde Werking " van de algemene uitgavenbegroting voor het jaar 2002, programma 90.1.
Art.4. Les dépenses visées au présent arrêté sont imputées à la section 17 " Police fédérale et Fonctionnement intégré " du budget général des dépenses pour l'année 2002, programme 90.1.
Art.5. Dit besluit treedt in werking op 1 januari 2002.
Art.5. Le présent arrêté entre en vigueur le 1er janvier 2002.
Art.6. Onze Minister van Binnenlandse Zaken is belast met de uitvoering van dit besluit.
Gegeven te Brussel, 24 december 2001.
ALBERT
Van Koningswege :
De Minister van Binnenlandse Zaken,
A. DUQUESNE
Gegeven te Brussel, 24 december 2001.
ALBERT
Van Koningswege :
De Minister van Binnenlandse Zaken,
A. DUQUESNE
Art.6. Notre Ministre de l'Intérieur est chargé de l'exécution du présent arrêté.
Donné à Bruxelles, le 24 décembre 2001.
ALBERT
Par le Roi :
Le Ministre de l'Intérieur,
A. DUQUESNE
Donné à Bruxelles, le 24 décembre 2001.
ALBERT
Par le Roi :
Le Ministre de l'Intérieur,
A. DUQUESNE
BIJLAGEN.
ANNEXES.
Art. N1. Bijlage I.
I. De federale toelage 2002 is samengesteld uit twee onderdelen :
1° de federale basistoelage;
2° de sociale toelage.
Daarnaast wordt er voor 2002 een specifieke toelage toegekend aan de 29 gemeenten die een veiligheidscontract hebben afgesloten Zij maakt het voorwerp uit van bijlage III aan dit besluit.
De sociale toelage maakt het voorwerp uit van een afzonderlijk koninklijk besluit.
II. De vaststelling van de federale basistoelage en de verdeling ervan over de politiezones berusten op volgende principes :
1. de bepaling van de globale geldmassa ter beschikking van de lokale entiteiten;
2. een proportionele verdeling van deze globale geldmassa over de diverse zones van ons land;
3. het gebruiken van een wetenschappelijk uitgewerkte verdeelsleutel bekomen met een regressie analyse. Deze verdeelsleutel, gewoonlijk " KUL-norm " genoemd is dus een objectieve geldelijke verdeelsleutel, wetenschappelijk bepaald.
III. Voor het vaststellen van de federale basistoelage werd rekening gehouden met de volgende basisgegevens :
1. Het totaal aantal ex-rijkswachters van de territoriale brigades dat wordt overgeheveld naar de lokale politiezones wordt vastgesteld op 7 539. Het betreft hier de leden van het operationeel kader van de federale politie in dienst bij de territoriale brigades, die met toepassing van artikel 235, eerste lid, van de wet van 7 december 1998 tot organisatie van een geïntegreerde politiedienst, gestructureerd op twee niveaus, overgaan naar het operationeel kader van de lokale politie.
2. Het totaal aantal leden van het administratief en logistiek kader van die brigades dat wordt overgeheveld naar de zones van de lokale politie wordt vastgesteld op 921.
3. De kostprijs verbonden aan dit over te hevelen personeel (personeels- en werkingskosten) werd aan het budget van de federale politie onttrokken.
4. De financiële weerslag van het nieuwe statuut bedraagt afgerond 198 miljoen euro (8 miljard BEF) voor het geheel van de geïntegreerde politie. Ook hier werd de proportionaliteitsregel in acht genomen en werd het gedeelte van die 198 miljoen euro dat betrekking heeft op de ongeveer 20 000 leden van de gemeentepolitie (meerkost) en op de 7539 over te hevelen leden van de territoriale brigades, ter beschikking gesteld van de lokale politie (totale kost).
Voor de federale basistoelage werd door de regering een geldsom ter beschikking gesteld van 454.066.569 euro (18 317 miljard BEF). Dit komt neer op een bedrag van 16.619 euro (670 412 BEF) per personeelslid van het operationeel kader van de lokale politie. Het totaal aantal effectieven op lokaal niveau bedraagt immers 27 322, met inbegrip van de leden van de territoriale brigades van de federale politie.
Dit bedrag wordt over de zones verdeeld volgens de voormelde financiële verdeelsleutel, de zgn. KUL-norm, waarvan de berekening werd uitgevoerd door de voormalige Algemene Politiesteundienst, in samenwerking met o.a. experten van de KULeuven (Instituut van sociale en economische geografie).
IV. Uitwerking van de " KUL-norm ".
Het totaal effectief van de politie kan verdeeld worden volgens objectieve parameters over de gemeenten en de zones.
Het is zonder meer duidelijk dat elke zone beschikt over zijn bepaalde specificiteit en diversiteit. Alle relevante parameters die een invloed hebben op de aanwezigheid van het personeel zijn in kaart gebracht. Indien een bepaalde specificiteit geen verklarende invloed heeft op de aanwezigheid van politiepersoneel, en er dus geen oorzakelijk verband werd gedetecteerd, dan werd deze specificiteit niet weerhouden als parameter.
De " KUL-norm " leidt dus tot het toewijzen aan elke gemeente van het Koninkrijk of aan elke zone, van een aantal politiepersoneel dat wetenschappelijk werd bepaald, rekening houdende met die objectieve parameters. Deze " norm " zal alleen maar gebruikt worden als verdeelsleutel voor de financiële middelen en mag dus niet verward worden met de werkingsnorm van een lokaal politiekorps.
Om de daadwerkelijke federale basistoelage per zone vast te stellen, wordt de voormelde KUL-norm vermenigvuldigd met 16.519 euro (670 412 BEF), zijnde het bedrag van de federale basistoelage uitgedrukt per personeelseenheid.
De federale basistoelage is recurrent en dus in se ad infinitum.
V. Aanpassingen aan de federale basistoelage
Van zodra de federale basistoelage werd vastgesteld moet er worden nagegaan in welke mate zij toelaat de lonen uit te betalen van een zeker aantal politiemensen en ex-rijkswachters. Als referentie ter zake kan het vertrekeffectief van de zone genomen worden. Om dat effectief vast te stellen en voor de navolgende berekeningen, werd rekening gehouden met de effectieven van de ex-rijkswachtbrigades, die er op datum van 23 mei 1998 de basispolitiezorg vervulden. Voor wat betreft de gemeentepolitie, werden de aanwezige effectieven op datum van 31 december 1999 in aanmerking genomen.
Aangezien de verschillende gemeenten uit de politiezones hun gemeentepolitie ook reeds betaalden vóór de politiehervorming, dient men nu na te gaan of de zones de statutaire meerkost van die gemeentelijke politieleden en de kost van de overgenomen rijkswachters kunnen dragen. Om deze last te bepalen werden de volgende gegevens in aanmerking genomen :
- de kosten van een overgedragen ex-rijkswachter werden bepaald op 43.381 euro (1 750 000 BEF);
- de statutaire meerkost van de gemeentelijke politieleden, ingeschat op basis van niet volledig representatieve gegevens, werd geraamd op 3.471 euro (140 000 BEF) voor het Waals gewest, 5.206 euro (210 000 BEF) voor het Brussels hoofdstedelijk gewest en 4.710 euro (190 000 BEF) voor het Vlaams gewest.
Na het vaststellen van deze last, werd nagegaan of de zones in staat zijn om met de basistoelage (KUL-norm vermenigvuldigd met 16.619 euro (670 412 BEF) deze meerkost ook effectief te betalen. Op die wijze kon worden vastgesteld welke zones een positief, dan wel een negatief budgetsaldo uitkomen. Uit de resultaten bleek dat de zones met gemeenten die in het verleden steeds een goede inspanning hebben geleverd inzake politiezorg (m.a.w. die ten opzichte van de KUL-norm reeds een behoorlijk groot aandeel aan gemeentepolitie hadden) na de federale toelage meestal een positief budgetsaldo hebben. Diegenen die in het verleden een relatief kleine gemeentepolitie hebben uitgebouwd en die ten opzichte van hun norm nu plots met een grote kost worden geconfronteerd, komen aan de negatieve kant van de balans uit.
Aldus ontstaan zes mogelijke situaties :
Situatie 1. Het betreft een situatie met een positief eindsaldo, ten opzichte van de norm. De startcijfers zijn ofwel gelijk aan de norm, ofwel kleiner dan de norm. De norm kan gehaald worden met " overschot " (bonus).
Situatie 2. Het eindsaldo is negatief ten opzichte van de norm. Het initiële startcijfer is gelijk aan de norm of groter dan de norm.
Situatie 3. Het eindsaldo is positief ten opzichte van de norm, en zelfs genoeg om het initiële startcijfer (dat groter is dan de norm) te bekostigen.
Situatie 4. Het eindsaldo is positief ten opzichte van de norm, maar niet genoeg om het initiële startcijfer (dat groter is dan de norm) te bekostigen.
Situatie 5. Het eindsaldo is negatief ten opzichte van de norm, maar ligt toch al hoger dan het initiële startcijfer (dat kleiner is dan de norm).
Situatie 6. Het eindsaldo is negatief ten opzichte van de norm, en zelfs niet genoeg om het initiële startcijfer (dat kleiner is dan de norm) te bekostigen
De steun aan de probleemzones
Er werd voor geopteerd om bijkomende steun toe te kennen aan de zones die zich bevinden in situatie 2, maar dan slechts tot de norm wordt bereikt, en aan de zones in situatie 6, maar dan slechts tot het startbedrag, dat lager ligt dan de norm.
Het globale tekort voor de voormelde zones bedraagt 40.626.268 euro (1 638 miljard BEF).
Om te bepalen in welke mate een bijkomende steun moet geleverd worden aan die zones, dienen twee parameters in acht genomen : enerzijds de budgettaire capaciteit van die zones en anderzijds de min of meer grote inspanningen die geleverd werden met betrekking tot de politie.
De financiële mogelijkheden van elke zone, uitgedrukt via het belastbaar inkomen per inwoner, werden gebruikt als eerste parameter. De zones werden onderverdeeld in 4 kwartielen : van de " armsten " (kwartiel Q1) tot de " rijksten " (kwartiel 4). De zones die deel uitmaken van de kwartielen Q1 en Q2 komen automatisch in aanmerking voor een volledige bijkomende steun. Dat is eveneens het geval voor de zones van kwartiel 3 van het grensgebied. De zones die deel uitmaken van kwartiel Q4 bekomen alleen een bijkomende steun wanneer zij in het verleden een voldoende budgettaire inspanning hebben geleverd met betrekking tot politie. Om deze inspanning te evalueren houdt men rekening met de parameter " politiebudget per inwoner ". Er werd rekening gehouden met de graad van urbanisatie waar, voor elke van de 5 urbanisatietypes, het gebruikte criterium deze werd van de mediaan budget politielid/inwoner. Vanaf wanneer deze eigen inspanning zal geleverd zijn, zal men nagaan of de middelen die zodoende werden verkregen wel voldoende zijn. Is dat niet het geval dan zal de steun worden toegekend. Zo zal het ook verlopen voor de zones van kwartiel Q3 (met uitzondering van de grenszones). Zij zullen eventueel eerst een eigen inspanning moeten leveren alvorens te zien of zij nog steun nodig hebben. Gezien hun geringe financiële capaciteit t.o.v. van de zones van kwartiel Q4, zal de helft van hun eigen inspanning overgenomen worden door de federale staat.
Overigens wordt een bedrag van 1.660 miljoen euro (67 miljoen BEF) verdeeld, rekening houdend met de KUL-norm, over de zones met een zeehaven en de zones van het Brussels hoofdstedelijk gewest. In de eersten zijn de lokale politiediensten die instaan voor de basispolitiezorg in die specifieke streken, belast met bijkomende opdrachten. In het Brussels hoofdstedelijk gewest is de densiteit, de frequentie en de complexiteit van de sociale problemen niet te vergelijken met anderen, vereist dit dus bijzondere aandacht.
Ten slotte, houdt de overheid zich aan haar engagement om het burgerpersoneel (bij de politiediensten) te betalen, van de gemeenten die een maatschappelijk en veiligheidscontract hebben afgesloten, door middel van een specifieke toelage. Het gaat hier over een bijkomende enveloppe van ongeveer 11.900.000 euro (480 miljoen BEF) voor het financieren van het burgerpersoneel aangenomen in het kader van de veiligheidscontracten (luik politie). Deze tussenkomst wordt aan de gemeenten gestort en niet aan de zones. Dit weerhoudt echter niet dat het burgerpersoneel mag werken voor de zone als de gemeenteraad dit beslist. In dat geval zal er natuurlijk moeten mee rekening gehouden worden voor de intrazonale verdeling. Na de tenlasteneming van voornoemde kosten (hetzij 11.900.000 euro (480 miljoen BEF)) door de federale overheid, blijven er nog 4 zones over met een veiligheidscontract maar met een negatief saldo, namelijk Hasselt, Mechelen, Seraing en Verviers. Teneinde te waarborgen dat geen enkele zone met een veiligheidscontract deficitair zou zijn, zullen deze 4 gemeenten genieten van een bijstand voor een bedrag van ongeveer 867.627 euro (35 miljoen BEF). Daarnaast behoort de zone Seraing-Neupré tot de situatie 4 en ontvangt geen interzonale solidariteit. Zij moet een aanvullende hulp ontvangen derwijze dat de volledige operatie neutraal is gelet op het verlies van een deel van de bijdrage van het veiligheidscontract.
De interzonale solidariteit
Eens deze aanpassingen verwezenlijkt zijn, vertonen de zones in situatie 2 en 6 nog een tekort van 26.865.548 euro (1 083,7 miljoen BEF). Dat tekort zal opgevuld worden door een solidariteitsmechanisme. Inderdaad, de zones in situatie 1 en 3, vertonen een gunstig saldo na vergelijking met, enerzijds de kosten volgens de KUL-norm en het vertrekcijfer en, anderzijds, de federale basistoelage die hun werd toegekend. Wat betreft deze zones, werd er beslist een korting toe te passen, in verband met hun uitgerekende " winst ".
De totale winst van de zones in situatie 1 en 3 bedraagt 70.600.000 euro (2 8482 miljard BEF). In de loop van het eerste jaar (federale basistoelage 2002), zal hun federale toelage verminderd worden met 40 % van de winstmarge. Er zal echter progressief een einde gesteld worden aan deze solidariteit (lopende over 12 jaar).
Het bedrag dat door de solidariteit bekomen wordt is echter geen 100 % voor elke zone in situatie 1 en 3. Er werd een correctie ingevoerd, rekening houdende met de mogelijkheid van participatie van elke zone, en rekening houdende met het belastbaar inkomen per inwoner.
De zones met een gemiddeld belastbaar inkomen onder de 8 180 euro (330 000 BEF) per inwoner, hoeven maar 80 % van de berekende solidariteit te betalen. Als het gemiddeld belastbaar inkomen hoger ligt dan 11.899 euro (480 000 BEF), wordt de solidariteitsbijdrage vastgesteld op 110 %. De andere zones betalen 100 %. Na deze correcties stelt men een vermindering vast van de solidariteit ten belope van 1.830 miljoen euro (73,8 miljoen BEF). Dat tekort komt ten laste van de federale overheden.
De overschotten
Blijft uiteindelijk nog over, het ontbreken van financiële middelen :
1. voor de zones in situatie 2 : voor het deel van het vertrekcijfer boven de KUL-norm (gezien de overheid alleen tussenkomt ten belope van de KUL-norm);
2. voor de zones in situatie 4, waar het eindsaldo positief is tegenover de norm, maar waar niet genoeg budget is voor het deel tot aan het vertrekcijfer (dat hoger ligt dan de norm)
Voor deze problematische situaties, die het gevolg zijn van een overtal aan ex-rijkswachters, wordt geen enkele rechtstreekse financiering voorzien, maar de leden die in overtal zijn worden aangezet tot mobiliteit door het toekennen van een premie. Om deze mobiliteit aan te moedigen wordt een bijkomende enveloppe van 7.440.000 euro (300 miljoen BEF) uitgetrokken. Deze enveloppe maakt niet het voorwerp uit van huidig koninklijk besluit.
V. De berekening van de definitieve federale toelage.
De totale kost van de inplaatsstelling van de lokale politiekorpsen zal pas kunnen vastgesteld worden na verfijnde metingen te hebben gedaan van hun werking in de loop van het jaar 2002. De basistoelage, in voorkomend geval vermeerderd met de intrazonale solidariteit, hetzij met een tegemoetkoming van de federale overheden, aan de eigen inspanningen van sommige zones zou ontoereikend kunnen zijn om de adequate werking voor het volledige jaar te waarborgen. De definitieve federale toelage zal dus pas kunnen vastgesteld worden in de loop van het jaar 2002. In januari en in maart 2002 zal een voorschot van telkens 35 %, van de bedragen in bijlage II van huidig besluit, toegekend worden.
De definitieve federale toelage en dus het saldo dat aan de zones moet worden gestort zal worden bepaald na evaluatie van de reële aanvaardbare meerkost. Die evaluatie zal gebeuren in overleg met deskundigen van het ministerie van Binnenlandse Zaken en met Korpschefs van de lokale politie, rekening houdende met de vastgestelde parameters per categorie van zone. De meerkost die zal in aanmerking worden genomen betreft niet alleen diegene die voortspruit uit de toepassing van het nieuw statuut maar eveneens deze die uit de normale werking van het lokaal politiekorps, t.t.z. rechtstreeks voortvloeiend uit de inplaatsstelling van de politiehervorming.
- de exacte statutaire meerkost van de ex-rijkswachters en het (oude) administratief en logistiek personeel van de ex-brigades van de rijkswacht;
- de statutaire meerkost van de gemeentepolitie
- bepaalde werkings- en functioneringskosten. Deze laatstgenoemde kunnen betrekking hebben op nieuwe taken gelinkt aan de nieuwe opdrachten (maar rekening houdende met het overgedragen personeel en van eventuele taken waarvan de politie in de toekomst zal vrijgesteld worden) en andere kosten als rechtstreeks gevolg van de politiehervorming. De items reeds gedekt door de federale toelage komen uiteraard niet in aanmerking.
De posten die reeds gedekt worden door de globale basisenveloppe van de federale toelage komen niet in aanmerking.
Op het einde van het jaar 2002, rijk aan opgelopen ervaring na een jaar werking van de lokale politiekorpsen, zullen aanpassingen van het verdeelmechanisme van de federale toelage kunnen verricht worden, zonder het basisprincipe van het eigenlijke mechanisme in twijfel te trekken.
Gezien om gevoegd te worden bij Ons besluit van 24 december 2001.
ALBERT
Van Koningswege :
De Minister van Binnenlandse Zaken,
A. DUQUESNE
I. De federale toelage 2002 is samengesteld uit twee onderdelen :
1° de federale basistoelage;
2° de sociale toelage.
Daarnaast wordt er voor 2002 een specifieke toelage toegekend aan de 29 gemeenten die een veiligheidscontract hebben afgesloten Zij maakt het voorwerp uit van bijlage III aan dit besluit.
De sociale toelage maakt het voorwerp uit van een afzonderlijk koninklijk besluit.
II. De vaststelling van de federale basistoelage en de verdeling ervan over de politiezones berusten op volgende principes :
1. de bepaling van de globale geldmassa ter beschikking van de lokale entiteiten;
2. een proportionele verdeling van deze globale geldmassa over de diverse zones van ons land;
3. het gebruiken van een wetenschappelijk uitgewerkte verdeelsleutel bekomen met een regressie analyse. Deze verdeelsleutel, gewoonlijk " KUL-norm " genoemd is dus een objectieve geldelijke verdeelsleutel, wetenschappelijk bepaald.
III. Voor het vaststellen van de federale basistoelage werd rekening gehouden met de volgende basisgegevens :
1. Het totaal aantal ex-rijkswachters van de territoriale brigades dat wordt overgeheveld naar de lokale politiezones wordt vastgesteld op 7 539. Het betreft hier de leden van het operationeel kader van de federale politie in dienst bij de territoriale brigades, die met toepassing van artikel 235, eerste lid, van de wet van 7 december 1998 tot organisatie van een geïntegreerde politiedienst, gestructureerd op twee niveaus, overgaan naar het operationeel kader van de lokale politie.
2. Het totaal aantal leden van het administratief en logistiek kader van die brigades dat wordt overgeheveld naar de zones van de lokale politie wordt vastgesteld op 921.
3. De kostprijs verbonden aan dit over te hevelen personeel (personeels- en werkingskosten) werd aan het budget van de federale politie onttrokken.
4. De financiële weerslag van het nieuwe statuut bedraagt afgerond 198 miljoen euro (8 miljard BEF) voor het geheel van de geïntegreerde politie. Ook hier werd de proportionaliteitsregel in acht genomen en werd het gedeelte van die 198 miljoen euro dat betrekking heeft op de ongeveer 20 000 leden van de gemeentepolitie (meerkost) en op de 7539 over te hevelen leden van de territoriale brigades, ter beschikking gesteld van de lokale politie (totale kost).
Voor de federale basistoelage werd door de regering een geldsom ter beschikking gesteld van 454.066.569 euro (18 317 miljard BEF). Dit komt neer op een bedrag van 16.619 euro (670 412 BEF) per personeelslid van het operationeel kader van de lokale politie. Het totaal aantal effectieven op lokaal niveau bedraagt immers 27 322, met inbegrip van de leden van de territoriale brigades van de federale politie.
Dit bedrag wordt over de zones verdeeld volgens de voormelde financiële verdeelsleutel, de zgn. KUL-norm, waarvan de berekening werd uitgevoerd door de voormalige Algemene Politiesteundienst, in samenwerking met o.a. experten van de KULeuven (Instituut van sociale en economische geografie).
IV. Uitwerking van de " KUL-norm ".
Het totaal effectief van de politie kan verdeeld worden volgens objectieve parameters over de gemeenten en de zones.
Het is zonder meer duidelijk dat elke zone beschikt over zijn bepaalde specificiteit en diversiteit. Alle relevante parameters die een invloed hebben op de aanwezigheid van het personeel zijn in kaart gebracht. Indien een bepaalde specificiteit geen verklarende invloed heeft op de aanwezigheid van politiepersoneel, en er dus geen oorzakelijk verband werd gedetecteerd, dan werd deze specificiteit niet weerhouden als parameter.
De " KUL-norm " leidt dus tot het toewijzen aan elke gemeente van het Koninkrijk of aan elke zone, van een aantal politiepersoneel dat wetenschappelijk werd bepaald, rekening houdende met die objectieve parameters. Deze " norm " zal alleen maar gebruikt worden als verdeelsleutel voor de financiële middelen en mag dus niet verward worden met de werkingsnorm van een lokaal politiekorps.
Om de daadwerkelijke federale basistoelage per zone vast te stellen, wordt de voormelde KUL-norm vermenigvuldigd met 16.519 euro (670 412 BEF), zijnde het bedrag van de federale basistoelage uitgedrukt per personeelseenheid.
De federale basistoelage is recurrent en dus in se ad infinitum.
V. Aanpassingen aan de federale basistoelage
Van zodra de federale basistoelage werd vastgesteld moet er worden nagegaan in welke mate zij toelaat de lonen uit te betalen van een zeker aantal politiemensen en ex-rijkswachters. Als referentie ter zake kan het vertrekeffectief van de zone genomen worden. Om dat effectief vast te stellen en voor de navolgende berekeningen, werd rekening gehouden met de effectieven van de ex-rijkswachtbrigades, die er op datum van 23 mei 1998 de basispolitiezorg vervulden. Voor wat betreft de gemeentepolitie, werden de aanwezige effectieven op datum van 31 december 1999 in aanmerking genomen.
Aangezien de verschillende gemeenten uit de politiezones hun gemeentepolitie ook reeds betaalden vóór de politiehervorming, dient men nu na te gaan of de zones de statutaire meerkost van die gemeentelijke politieleden en de kost van de overgenomen rijkswachters kunnen dragen. Om deze last te bepalen werden de volgende gegevens in aanmerking genomen :
- de kosten van een overgedragen ex-rijkswachter werden bepaald op 43.381 euro (1 750 000 BEF);
- de statutaire meerkost van de gemeentelijke politieleden, ingeschat op basis van niet volledig representatieve gegevens, werd geraamd op 3.471 euro (140 000 BEF) voor het Waals gewest, 5.206 euro (210 000 BEF) voor het Brussels hoofdstedelijk gewest en 4.710 euro (190 000 BEF) voor het Vlaams gewest.
Na het vaststellen van deze last, werd nagegaan of de zones in staat zijn om met de basistoelage (KUL-norm vermenigvuldigd met 16.619 euro (670 412 BEF) deze meerkost ook effectief te betalen. Op die wijze kon worden vastgesteld welke zones een positief, dan wel een negatief budgetsaldo uitkomen. Uit de resultaten bleek dat de zones met gemeenten die in het verleden steeds een goede inspanning hebben geleverd inzake politiezorg (m.a.w. die ten opzichte van de KUL-norm reeds een behoorlijk groot aandeel aan gemeentepolitie hadden) na de federale toelage meestal een positief budgetsaldo hebben. Diegenen die in het verleden een relatief kleine gemeentepolitie hebben uitgebouwd en die ten opzichte van hun norm nu plots met een grote kost worden geconfronteerd, komen aan de negatieve kant van de balans uit.
Aldus ontstaan zes mogelijke situaties :
Situatie 1. Het betreft een situatie met een positief eindsaldo, ten opzichte van de norm. De startcijfers zijn ofwel gelijk aan de norm, ofwel kleiner dan de norm. De norm kan gehaald worden met " overschot " (bonus).
Situatie 2. Het eindsaldo is negatief ten opzichte van de norm. Het initiële startcijfer is gelijk aan de norm of groter dan de norm.
Situatie 3. Het eindsaldo is positief ten opzichte van de norm, en zelfs genoeg om het initiële startcijfer (dat groter is dan de norm) te bekostigen.
Situatie 4. Het eindsaldo is positief ten opzichte van de norm, maar niet genoeg om het initiële startcijfer (dat groter is dan de norm) te bekostigen.
Situatie 5. Het eindsaldo is negatief ten opzichte van de norm, maar ligt toch al hoger dan het initiële startcijfer (dat kleiner is dan de norm).
Situatie 6. Het eindsaldo is negatief ten opzichte van de norm, en zelfs niet genoeg om het initiële startcijfer (dat kleiner is dan de norm) te bekostigen
De steun aan de probleemzones
Er werd voor geopteerd om bijkomende steun toe te kennen aan de zones die zich bevinden in situatie 2, maar dan slechts tot de norm wordt bereikt, en aan de zones in situatie 6, maar dan slechts tot het startbedrag, dat lager ligt dan de norm.
Het globale tekort voor de voormelde zones bedraagt 40.626.268 euro (1 638 miljard BEF).
Om te bepalen in welke mate een bijkomende steun moet geleverd worden aan die zones, dienen twee parameters in acht genomen : enerzijds de budgettaire capaciteit van die zones en anderzijds de min of meer grote inspanningen die geleverd werden met betrekking tot de politie.
De financiële mogelijkheden van elke zone, uitgedrukt via het belastbaar inkomen per inwoner, werden gebruikt als eerste parameter. De zones werden onderverdeeld in 4 kwartielen : van de " armsten " (kwartiel Q1) tot de " rijksten " (kwartiel 4). De zones die deel uitmaken van de kwartielen Q1 en Q2 komen automatisch in aanmerking voor een volledige bijkomende steun. Dat is eveneens het geval voor de zones van kwartiel 3 van het grensgebied. De zones die deel uitmaken van kwartiel Q4 bekomen alleen een bijkomende steun wanneer zij in het verleden een voldoende budgettaire inspanning hebben geleverd met betrekking tot politie. Om deze inspanning te evalueren houdt men rekening met de parameter " politiebudget per inwoner ". Er werd rekening gehouden met de graad van urbanisatie waar, voor elke van de 5 urbanisatietypes, het gebruikte criterium deze werd van de mediaan budget politielid/inwoner. Vanaf wanneer deze eigen inspanning zal geleverd zijn, zal men nagaan of de middelen die zodoende werden verkregen wel voldoende zijn. Is dat niet het geval dan zal de steun worden toegekend. Zo zal het ook verlopen voor de zones van kwartiel Q3 (met uitzondering van de grenszones). Zij zullen eventueel eerst een eigen inspanning moeten leveren alvorens te zien of zij nog steun nodig hebben. Gezien hun geringe financiële capaciteit t.o.v. van de zones van kwartiel Q4, zal de helft van hun eigen inspanning overgenomen worden door de federale staat.
Overigens wordt een bedrag van 1.660 miljoen euro (67 miljoen BEF) verdeeld, rekening houdend met de KUL-norm, over de zones met een zeehaven en de zones van het Brussels hoofdstedelijk gewest. In de eersten zijn de lokale politiediensten die instaan voor de basispolitiezorg in die specifieke streken, belast met bijkomende opdrachten. In het Brussels hoofdstedelijk gewest is de densiteit, de frequentie en de complexiteit van de sociale problemen niet te vergelijken met anderen, vereist dit dus bijzondere aandacht.
Ten slotte, houdt de overheid zich aan haar engagement om het burgerpersoneel (bij de politiediensten) te betalen, van de gemeenten die een maatschappelijk en veiligheidscontract hebben afgesloten, door middel van een specifieke toelage. Het gaat hier over een bijkomende enveloppe van ongeveer 11.900.000 euro (480 miljoen BEF) voor het financieren van het burgerpersoneel aangenomen in het kader van de veiligheidscontracten (luik politie). Deze tussenkomst wordt aan de gemeenten gestort en niet aan de zones. Dit weerhoudt echter niet dat het burgerpersoneel mag werken voor de zone als de gemeenteraad dit beslist. In dat geval zal er natuurlijk moeten mee rekening gehouden worden voor de intrazonale verdeling. Na de tenlasteneming van voornoemde kosten (hetzij 11.900.000 euro (480 miljoen BEF)) door de federale overheid, blijven er nog 4 zones over met een veiligheidscontract maar met een negatief saldo, namelijk Hasselt, Mechelen, Seraing en Verviers. Teneinde te waarborgen dat geen enkele zone met een veiligheidscontract deficitair zou zijn, zullen deze 4 gemeenten genieten van een bijstand voor een bedrag van ongeveer 867.627 euro (35 miljoen BEF). Daarnaast behoort de zone Seraing-Neupré tot de situatie 4 en ontvangt geen interzonale solidariteit. Zij moet een aanvullende hulp ontvangen derwijze dat de volledige operatie neutraal is gelet op het verlies van een deel van de bijdrage van het veiligheidscontract.
De interzonale solidariteit
Eens deze aanpassingen verwezenlijkt zijn, vertonen de zones in situatie 2 en 6 nog een tekort van 26.865.548 euro (1 083,7 miljoen BEF). Dat tekort zal opgevuld worden door een solidariteitsmechanisme. Inderdaad, de zones in situatie 1 en 3, vertonen een gunstig saldo na vergelijking met, enerzijds de kosten volgens de KUL-norm en het vertrekcijfer en, anderzijds, de federale basistoelage die hun werd toegekend. Wat betreft deze zones, werd er beslist een korting toe te passen, in verband met hun uitgerekende " winst ".
De totale winst van de zones in situatie 1 en 3 bedraagt 70.600.000 euro (2 8482 miljard BEF). In de loop van het eerste jaar (federale basistoelage 2002), zal hun federale toelage verminderd worden met 40 % van de winstmarge. Er zal echter progressief een einde gesteld worden aan deze solidariteit (lopende over 12 jaar).
Het bedrag dat door de solidariteit bekomen wordt is echter geen 100 % voor elke zone in situatie 1 en 3. Er werd een correctie ingevoerd, rekening houdende met de mogelijkheid van participatie van elke zone, en rekening houdende met het belastbaar inkomen per inwoner.
De zones met een gemiddeld belastbaar inkomen onder de 8 180 euro (330 000 BEF) per inwoner, hoeven maar 80 % van de berekende solidariteit te betalen. Als het gemiddeld belastbaar inkomen hoger ligt dan 11.899 euro (480 000 BEF), wordt de solidariteitsbijdrage vastgesteld op 110 %. De andere zones betalen 100 %. Na deze correcties stelt men een vermindering vast van de solidariteit ten belope van 1.830 miljoen euro (73,8 miljoen BEF). Dat tekort komt ten laste van de federale overheden.
De overschotten
Blijft uiteindelijk nog over, het ontbreken van financiële middelen :
1. voor de zones in situatie 2 : voor het deel van het vertrekcijfer boven de KUL-norm (gezien de overheid alleen tussenkomt ten belope van de KUL-norm);
2. voor de zones in situatie 4, waar het eindsaldo positief is tegenover de norm, maar waar niet genoeg budget is voor het deel tot aan het vertrekcijfer (dat hoger ligt dan de norm)
Voor deze problematische situaties, die het gevolg zijn van een overtal aan ex-rijkswachters, wordt geen enkele rechtstreekse financiering voorzien, maar de leden die in overtal zijn worden aangezet tot mobiliteit door het toekennen van een premie. Om deze mobiliteit aan te moedigen wordt een bijkomende enveloppe van 7.440.000 euro (300 miljoen BEF) uitgetrokken. Deze enveloppe maakt niet het voorwerp uit van huidig koninklijk besluit.
V. De berekening van de definitieve federale toelage.
De totale kost van de inplaatsstelling van de lokale politiekorpsen zal pas kunnen vastgesteld worden na verfijnde metingen te hebben gedaan van hun werking in de loop van het jaar 2002. De basistoelage, in voorkomend geval vermeerderd met de intrazonale solidariteit, hetzij met een tegemoetkoming van de federale overheden, aan de eigen inspanningen van sommige zones zou ontoereikend kunnen zijn om de adequate werking voor het volledige jaar te waarborgen. De definitieve federale toelage zal dus pas kunnen vastgesteld worden in de loop van het jaar 2002. In januari en in maart 2002 zal een voorschot van telkens 35 %, van de bedragen in bijlage II van huidig besluit, toegekend worden.
De definitieve federale toelage en dus het saldo dat aan de zones moet worden gestort zal worden bepaald na evaluatie van de reële aanvaardbare meerkost. Die evaluatie zal gebeuren in overleg met deskundigen van het ministerie van Binnenlandse Zaken en met Korpschefs van de lokale politie, rekening houdende met de vastgestelde parameters per categorie van zone. De meerkost die zal in aanmerking worden genomen betreft niet alleen diegene die voortspruit uit de toepassing van het nieuw statuut maar eveneens deze die uit de normale werking van het lokaal politiekorps, t.t.z. rechtstreeks voortvloeiend uit de inplaatsstelling van de politiehervorming.
- de exacte statutaire meerkost van de ex-rijkswachters en het (oude) administratief en logistiek personeel van de ex-brigades van de rijkswacht;
- de statutaire meerkost van de gemeentepolitie
- bepaalde werkings- en functioneringskosten. Deze laatstgenoemde kunnen betrekking hebben op nieuwe taken gelinkt aan de nieuwe opdrachten (maar rekening houdende met het overgedragen personeel en van eventuele taken waarvan de politie in de toekomst zal vrijgesteld worden) en andere kosten als rechtstreeks gevolg van de politiehervorming. De items reeds gedekt door de federale toelage komen uiteraard niet in aanmerking.
De posten die reeds gedekt worden door de globale basisenveloppe van de federale toelage komen niet in aanmerking.
Op het einde van het jaar 2002, rijk aan opgelopen ervaring na een jaar werking van de lokale politiekorpsen, zullen aanpassingen van het verdeelmechanisme van de federale toelage kunnen verricht worden, zonder het basisprincipe van het eigenlijke mechanisme in twijfel te trekken.
Gezien om gevoegd te worden bij Ons besluit van 24 december 2001.
ALBERT
Van Koningswege :
De Minister van Binnenlandse Zaken,
A. DUQUESNE
Art. N1. Annexe I.
I. La subvention fédérale 2002 est constituée de deux éléments :
1° la subvention fédérale de base;
2° la subvention sociale.
En outre, une allocation spécifique sera attribuée en 2002 aux 29 communes qui ont conclu un contrat de sécurité. Elle fait l'objet de l'annexe III au présent arrêté.
La subvention sociale fait l'objet d'un arrêté royal séparé.
II. L'établissement de la subvention fédérale de base et sa répartition entre les zones de police reposent sur les principes suivants :
1. la détermination de la masse financière totale mise à la disposition des entités locales;
2. une répartition proportionnelle de cette masse financière globale entre les diverses zones de notre pays;
3. en utilisant une clé de répartition élaborée scientifiquement à partir d'un calcul de régression. Cette clé communément appelée "norme KUL" est donc une clé de répartition financière objective, scientifiquement établie.
III. Pour l'établissement de la subvention fédérale de base, il a été tenu compte des données de base suivantes :
1. Le nombre total d'ex-gendarmes des brigades territoriales qui sont transférés vers les zones de police locale , est fixé à 7 539. Il s'agit des membres du cadre opérationnel de la police fédérale en service dans les brigades territoriales et qui, en application de l'article 235, alinéa 1er, de la loi du 7 décembre 1998 organisant un service de police intégré, structuré à deux niveaux, passent au cadre opérationnel de la police locale.
2. Le nombre total du personnel administratif et logistique de ces brigades qui sont transférés vers les zones de police locale, fixé à 921.
3. Le coût inhérent à ce personnel à transférer (frais de personnel et de fonctionnement) a été soustrait du budget de la police fédérale
4. Les répercussions financières du nouveau statut se montent, en chiffre arrondi, à 198 millions d'euros (8 milliards de BEF) pour l'ensemble du service de police intégré. Dans ce cas également, la règle de proportionnalité a été observée et la partie de ces 198 millions d'euros portant sur les quelque 20 000 membres de la police communale (surcoût) et sur les 7.539 membres des brigades territoriales à transférer est mise à la disposition des zones de polices locales (coût total).
Pour la subvention fédérale de base, une somme de 454.066.569 euros (18 317 milliards de BEF) a été mise à disposition par le gouvernement. Cela revient à un montant de 16.619 euros (670 412 BEF) par membre du personnel du cadre opérationnel de la police locale. L'effectif total au niveau local se monte en effet à 27 322, les membres des brigades territoriales de la police fédérale inclus.
Ce montant est redistribué, par zone, selon la clé de répartition financière précitée, la norme dite KUL, dont le calcul a été réalisé par l'ancien Service général d'Appui policier, en collaboration notamment avec des experts de la KULeuven (Institut de géographie sociale et économique).
IV. Elaboration de la " norme KUL ".
L'effectif policier total peut être distribué selon des paramètres objectifs entre les communes et les zones.
Il est évident que chaque zone possède ses spécificités et sa diversité propres. Il est tenu compte de tous les paramètres pertinents qui peuvent justifier une plus ou moins grande présence du personnel policier. Si une certaine spécificité n'a par contre aucune influence décisive sur la présence du personnel policier, et qu'aucun lien de causalité n'est dès lors détecté, cette spécificité n'est pas retenue à titre de paramètre.
La " norme KUL " aboutit donc à attribuer à chaque commune du Royaume ou à chaque zone, un nombre de policiers scientifiquement déterminé eu égard à ces paramètres objectifs. Cette " norme " ne sera utilisée que comme clé de répartition des moyens financiers et ne peut donc pas être confondue avec une norme de fonctionnement d'un corps de police locale.
Pour établir la subvention fédérale initiale par zone, la norme KUL précitée est multipliée par 16.619 euros (670 412 BEF), soit le montant de la subvention fédérale de base exprimé par unité de personnel.
La subvention fédérale initiale est récurrente et, en soi, octroyée ad infinitum.
V. Ajustements de la subvention fédérale initiale
Une fois la subvention fédérale initiale fixée, il convient de vérifier dans quelles mesures elle permet de rémunérer un certain nombre de policiers et ex-gendarmes. Une donnée de référence en la matière est constituée par l'effectif de départ présent dans la zone. Pour la détermination de cet effectif et pour les calculs subséquents, il a été tenu compte des effectifs de brigade de l'ex-gendarmerie à la date du 23 mai 1998 qui y remplissaient des missions de police de base. Pour ce qui concerne la police communale, se sont les effectifs présents à la date du 31 décembre 1999 qui ont été pris en considération.
Comme les différentes communes des zones de police rémunéraient déjà leurs policiers communaux avant la réforme des polices, il convient d'examiner maintenant si les zones sont à même de supporter le surcoût statutaire de ces policiers communaux ainsi que le coût des gendarmes transférés. Pour déterminer cette charge, les données suivantes ont été prises en compte :
- le coût d'un ex-gendarme transféré a été fixé à 43.381 euros (1 750 000 BEF);
- le surcoût représentatives a été estimé à 3.471 euros (140 000 BEF) en Région wallonne, 5.206 euros (210 000 BEF) en Région de Bruxelles-Capitale et 4.710 euros (190 000 BEF) en Région flamande.
Après avoir déterminé cette charge, il y a lieu de vérifier si, avec la subvention initiale (norme KUL multipliée par 16.619 euros (670 412 BEF), les zones étaient en mesure d'effectivement payer ce surcoût. Il a ainsi pu être déterminé quelles zones présentaient un solde budgétaire positif ou négatif. Les résultats ont fait apparaître que les zones comportant des communes qui, dans le passé, avaient accompli des efforts considérables en matière de fonction de police (c'est-à-dire celles qui, par rapport à la norme KUL, disposaient déjà d'une police communale considérable) présenteraient un solde budgétaire positif après octroi de la subvention fédérale. Celles qui, dans le passé, n'ont développé qu'une police communale relativement limitée, se retrouvent à présent subitement confrontées à des coûts importants et se retrouvent du côté négatif du bilan.
Six situations possibles peuvent donc exister :
Situation 1. Il s'agit d'une situation dans laquelle, par rapport à la norme, le solde final est positif. Les chiffres de départ sont soit équivalents à la norme, soit inférieurs à celle-ci. La norme peut être atteinte avec un "excédent" (bonus).
Situation 2. Le solde final est négatif par rapport à la norme. Le chiffre initial de départ est égal à la norme ou supérieur à celle-ci.
Situation 3. Le solde final est positif par rapport à la norme, et même suffisant pour couvrir le chiffre initial de départ (qui est supérieur à la norme).
Situation 4. Le solde final est positif par rapport à la norme, mais il est insuffisant pour couvrir le chiffre initial de départ (qui est supérieur à la norme).
Situation 5. Le solde final est négatif par rapport à la norme mais est quand même supérieur au chiffre initial de départ (qui est inférieur à la norme).
Situation 6. Le solde final est négatif par rapport à la norme et n'est pas suffisant pour couvrir le chiffre initial de départ (qui est inférieur à la norme).
L'appui aux zones à problèmes
Un appui complémentaire est attribué aux zones qui se trouvent dans la situation 2, mais uniquement jusqu'à ce que la norme soit atteinte, ainsi qu'aux zones en situation 6 mais uniquement jusqu'au chiffre de départ, qui est inférieur à la norme.
Le déficit global pour les zones précitées s'élève à 40.626.268 euros (1 638 milliards de BEF).
Pour déterminer la mesure dans laquelle un appui complémentaire doit être fourni à ces zones, il y a lieu de s'attacher à deux paramètres : la capacité budgétaire des zones d'une part et les efforts plus ou moins grands qu'elles ont déployés en matière de police.
Les possibilités fiscales de chaque zone, exprimées via le revenu imposable par habitant, ont constitué un premier paramètre qui a été pris en compte. Les zones ont été réparties en 4 quartiles : " des plus pauvres " (quartile Q1) aux " plus riches " (quartile Q4). Les zones qui font partie des quartiles Q1 et Q2 entrent automatiquement en ligne de compte pour un soutien complémentaire entier. Il en va de même pour les zones du quartile 3 qui sont frontalières. Les zones appartenant au quartile Q4 ne recevront un soutien complémentaire que si elles ont fait par le passé des efforts budgétaires suffisant en matière de police. Pour évaluer cet effort, on s'attachera au paramètre "budget policier par habitant". Il a été tenu compte du degré d'urbanisation où, pour chacun des 5 types de degré d'urbanisation, le critère utilisé a été celui de la médiane budget police/habitant. Une fois que cet effort propre aura été fait, on examinera si les moyens ainsi constitués sont suffisants. Si ce n'est pas le cas, un soutien sera octroyé. Il en ira pratiquement de même pour les zones se situant dans le quartile Q3 (hormis les zones frontalières). Elles auront d'abord un éventuel effort propre à faire avant de constater si un appui doit encore leur être apporté. Compte tenu de leur capacité financière plus réduite que les zones du quartile Q4, la moitié de leur effort propre sera prise en charge par l'Etat fédéral.
Par ailleurs, un montant de 1.660 millions d'euros (67 millions BEF) est réparti, en fonction de leur norme KUL entre les zones qui comportent un port maritime et les zones de la Région de Bruxelles-Capitale. Dans les premières citées des missions supplémentaires échoient à la police locale qui devra assurer la police de base dans ces secteurs spécifiques. Dans la Région de Bruxelles-Capitale la densité, la fréquence et la complexité des problèmes sociaux n'ont pas de comparaison et méritent donc une attention particulière.
Enfin, par le biais d'une allocation spécifique, l'autorité respecte son engagement à payer le personnel civil (du volet police) des communes ayant conclu un contrat de société et de sécurité. Il s'agit ici d'une enveloppe complémentaire d'environ 11.900.000 euros (480 millions de BEF) pour le financement du personnel civil travaillant dans le cadre des contrats de sécurité (volet police). Cette intervention est attribuée aux communes et non aux zones. Cela n'empêche toutefois pas que ce personnel civil puisse travailler au profit de la zone si le conseil communal le décide. Dans ce cas, il devra naturellement en être tenu compte dans la répartition intrazonale. Néanmoins, même après la prise en charge des frais précités (en l'occurrence 11.900.000 euros (480 millions de BEF)) par l'autorité fédérale, il reste encore 4 zones comportant des communes avec un contrat de sécurité mais présentant un solde négatif, à savoir Hasselt, Malines, Seraing et Verviers. Pour garantir qu'aucune zone possédant un contrat de sécurité ne sera déficitaire, ces 4 communes bénéficieront d'une assistance pour un montant d'environ 867.627 euros (35 millions de BEF). Par ailleurs, la zone de Seraing-Neupré appartenant à la situation 4, ne bénéficie pas de solidarité interzonale et doit recevoir une aide complémentaire de façon à ce que l'opération soit finalement neutre eu égard à la perte d'une partie de l'apport du contrat de sécurité.
La solidarité interzonale
Une fois ces ajustements réalisés, les zones des situations 2 et 6 présentent encore un déficit de 26.865.548 euros (1 083,7 millions de BEF). Il sera comblé via un mécanisme de solidarité interzonale. Les zones en situation 1 et 3 présentent en effet, après comparaison entre, d'une part, les coûts par rapport à la norme KUL et le chiffre de départ et, d'autre part, la subvention fédérale de base qui leur est attribuée, un solde final favorable. Pour ces zones, il a été décidé de procéder à une réduction, par rapport à leur "gain" calculé.
Le gain total des zones en situation 1 et 3 est de 70.600.000 euros (2 8482 milliards de BEF). Au cours de la première année (subvention fédérale de base 2002), leur subvention fédérale sera réduite de quelque 40 % de leur marge bénéficiaire. Toutefois, il sera progressivement mis entièrement fin à cette solidarité (sur 12 ans).
Le montant qui est apporté par solidarité n'est toutefois pas de 100 % pour chacune des zones en situation 1 et 3. Il a été procédé à une correction compte tenu de la possibilité de chacun de contribuer, eu égard au revenu imposable par habitant.
Les zones présentant un revenu imposable moyen inférieur à 8.180 euros (330 000 BEF) par habitant ne doivent payer que 80 % de la solidarité calculée. Si le revenu imposable moyen est supérieur à 11.899 euros (480 000 BEF), la contribution de solidarité est alors fixée à 110 %. Les autres zones payent 100 %. A l'issue de ces corrections on constate une diminution de la solidarité qui s'élève à 1.830 millions euros (73,8 millions BEF) ce déficit est pris en charge par l'autorité fédérale.
Les excédents.
Subsiste enfin le problème du manque de moyens financiers :
1. pour les zones en situation 2 : pour la partie du chiffre de départ qui se situe au-dessus de la norme KUL (vu que l'autorité n'intervient que jusque la norme KUL);
2. pour les zones en situation 4, où le solde final est positif par rapport à la norme, mais où il n'y a pas assez de budget pour la partie allant jusqu'au chiffre de départ (qui est supérieur à la norme).
Pour ces situations problématiques qui sont la conséquence d'un nombre excédentaire d'ex-gendarmes, aucun financement direct n'est institué pour les zones, mais les membres du personnel qui seraient en surnombre seront avant tout incités à la mobilité, notamment par le biais d'une prime. Pour encourager cette mobilité, une enveloppe supplémentaire d'un montant de 7.440.000 euros (300 millions de BEF) a été dégagée. Cette enveloppe ne fait pas l'objet du présent arrêté royal.
V. Le calcul de la subvention fédérale définitive
Le coût exact de la mise en place des corps de police locale ne pourra être déterminé qu'après avoir procédé à des mesures fines de leur fonctionnement au cours de l'année 2002. La subvention initiale augmentée s'il échet d'une solidarité interzonale voire d'une participation de l'Etat fédéral à l'effort propre de certaines zones pourrait se révéler insuffisante pour financer adéquatement ce fonctionnement en année pleine. La subvention fédérale définitive ne pourra donc être fixée que dans le courant de cette année 2002. En janvier et en mars 2002, sera octroyée une avance de chaque fois 35 % des montants mentionnés à l'annexe II du présent arrêté.
La subvention fédérale définitive et donc le solde à verser aux zones de police seront déterminés après l'évaluation des surcoûts réels admissibles. Cette évaluation se fera de concert entre les experts du Ministère de l'Intérieur et des Chefs de corps de la Police locale en tenant compte de paramètres stricts fixés par catégorie de zone. Le surcoût qui sera pris en compte sera non seulement celui qui découle de l'application du nouveau statut mais également celui qui découlera du fonctionnement normal d'un corps de police locale, c'est-à-dire directement de la mise en place de la réforme des polices. Ainsi on entend par surcoût réel admissible :
- le surcoût exact des ex-gendarmes et du personnel administratif et logistique issu des anciennes brigades de gendarmerie;
- le surcoût statutaire des ex-policiers communaux;
- certains coûts de fonctionnement. Ceux-ci pourront comporter des charges nouvelles liées aux nouvelles missions (mais en tenant compte du personnel transféré et d'éventuelles missions dont les polices locales seraient libérées à l'avenir) et d'autres frais liés directement à la réforme des polices.
Les postes déjà couverts par l'enveloppe globale initiale de la subvention fédérale n'entreront pas en ligne de compte.
A la fin de l'année 2002, et fort de l'expérience acquise après une année de fonctionnement des corps de police locale, des ajustements du mécanisme de répartition de la subvention fédérale pourront être effectués sans remettre en cause le principe de base du mécanisme lui-même.
Vu pour être annexé à Notre arrêté du 24 décembre 2001.
ALBERT
Par le Roi :
Le Ministre de l'Intérieur,
A. DUQUESNE
I. La subvention fédérale 2002 est constituée de deux éléments :
1° la subvention fédérale de base;
2° la subvention sociale.
En outre, une allocation spécifique sera attribuée en 2002 aux 29 communes qui ont conclu un contrat de sécurité. Elle fait l'objet de l'annexe III au présent arrêté.
La subvention sociale fait l'objet d'un arrêté royal séparé.
II. L'établissement de la subvention fédérale de base et sa répartition entre les zones de police reposent sur les principes suivants :
1. la détermination de la masse financière totale mise à la disposition des entités locales;
2. une répartition proportionnelle de cette masse financière globale entre les diverses zones de notre pays;
3. en utilisant une clé de répartition élaborée scientifiquement à partir d'un calcul de régression. Cette clé communément appelée "norme KUL" est donc une clé de répartition financière objective, scientifiquement établie.
III. Pour l'établissement de la subvention fédérale de base, il a été tenu compte des données de base suivantes :
1. Le nombre total d'ex-gendarmes des brigades territoriales qui sont transférés vers les zones de police locale , est fixé à 7 539. Il s'agit des membres du cadre opérationnel de la police fédérale en service dans les brigades territoriales et qui, en application de l'article 235, alinéa 1er, de la loi du 7 décembre 1998 organisant un service de police intégré, structuré à deux niveaux, passent au cadre opérationnel de la police locale.
2. Le nombre total du personnel administratif et logistique de ces brigades qui sont transférés vers les zones de police locale, fixé à 921.
3. Le coût inhérent à ce personnel à transférer (frais de personnel et de fonctionnement) a été soustrait du budget de la police fédérale
4. Les répercussions financières du nouveau statut se montent, en chiffre arrondi, à 198 millions d'euros (8 milliards de BEF) pour l'ensemble du service de police intégré. Dans ce cas également, la règle de proportionnalité a été observée et la partie de ces 198 millions d'euros portant sur les quelque 20 000 membres de la police communale (surcoût) et sur les 7.539 membres des brigades territoriales à transférer est mise à la disposition des zones de polices locales (coût total).
Pour la subvention fédérale de base, une somme de 454.066.569 euros (18 317 milliards de BEF) a été mise à disposition par le gouvernement. Cela revient à un montant de 16.619 euros (670 412 BEF) par membre du personnel du cadre opérationnel de la police locale. L'effectif total au niveau local se monte en effet à 27 322, les membres des brigades territoriales de la police fédérale inclus.
Ce montant est redistribué, par zone, selon la clé de répartition financière précitée, la norme dite KUL, dont le calcul a été réalisé par l'ancien Service général d'Appui policier, en collaboration notamment avec des experts de la KULeuven (Institut de géographie sociale et économique).
IV. Elaboration de la " norme KUL ".
L'effectif policier total peut être distribué selon des paramètres objectifs entre les communes et les zones.
Il est évident que chaque zone possède ses spécificités et sa diversité propres. Il est tenu compte de tous les paramètres pertinents qui peuvent justifier une plus ou moins grande présence du personnel policier. Si une certaine spécificité n'a par contre aucune influence décisive sur la présence du personnel policier, et qu'aucun lien de causalité n'est dès lors détecté, cette spécificité n'est pas retenue à titre de paramètre.
La " norme KUL " aboutit donc à attribuer à chaque commune du Royaume ou à chaque zone, un nombre de policiers scientifiquement déterminé eu égard à ces paramètres objectifs. Cette " norme " ne sera utilisée que comme clé de répartition des moyens financiers et ne peut donc pas être confondue avec une norme de fonctionnement d'un corps de police locale.
Pour établir la subvention fédérale initiale par zone, la norme KUL précitée est multipliée par 16.619 euros (670 412 BEF), soit le montant de la subvention fédérale de base exprimé par unité de personnel.
La subvention fédérale initiale est récurrente et, en soi, octroyée ad infinitum.
V. Ajustements de la subvention fédérale initiale
Une fois la subvention fédérale initiale fixée, il convient de vérifier dans quelles mesures elle permet de rémunérer un certain nombre de policiers et ex-gendarmes. Une donnée de référence en la matière est constituée par l'effectif de départ présent dans la zone. Pour la détermination de cet effectif et pour les calculs subséquents, il a été tenu compte des effectifs de brigade de l'ex-gendarmerie à la date du 23 mai 1998 qui y remplissaient des missions de police de base. Pour ce qui concerne la police communale, se sont les effectifs présents à la date du 31 décembre 1999 qui ont été pris en considération.
Comme les différentes communes des zones de police rémunéraient déjà leurs policiers communaux avant la réforme des polices, il convient d'examiner maintenant si les zones sont à même de supporter le surcoût statutaire de ces policiers communaux ainsi que le coût des gendarmes transférés. Pour déterminer cette charge, les données suivantes ont été prises en compte :
- le coût d'un ex-gendarme transféré a été fixé à 43.381 euros (1 750 000 BEF);
- le surcoût représentatives a été estimé à 3.471 euros (140 000 BEF) en Région wallonne, 5.206 euros (210 000 BEF) en Région de Bruxelles-Capitale et 4.710 euros (190 000 BEF) en Région flamande.
Après avoir déterminé cette charge, il y a lieu de vérifier si, avec la subvention initiale (norme KUL multipliée par 16.619 euros (670 412 BEF), les zones étaient en mesure d'effectivement payer ce surcoût. Il a ainsi pu être déterminé quelles zones présentaient un solde budgétaire positif ou négatif. Les résultats ont fait apparaître que les zones comportant des communes qui, dans le passé, avaient accompli des efforts considérables en matière de fonction de police (c'est-à-dire celles qui, par rapport à la norme KUL, disposaient déjà d'une police communale considérable) présenteraient un solde budgétaire positif après octroi de la subvention fédérale. Celles qui, dans le passé, n'ont développé qu'une police communale relativement limitée, se retrouvent à présent subitement confrontées à des coûts importants et se retrouvent du côté négatif du bilan.
Six situations possibles peuvent donc exister :
Situation 1. Il s'agit d'une situation dans laquelle, par rapport à la norme, le solde final est positif. Les chiffres de départ sont soit équivalents à la norme, soit inférieurs à celle-ci. La norme peut être atteinte avec un "excédent" (bonus).
Situation 2. Le solde final est négatif par rapport à la norme. Le chiffre initial de départ est égal à la norme ou supérieur à celle-ci.
Situation 3. Le solde final est positif par rapport à la norme, et même suffisant pour couvrir le chiffre initial de départ (qui est supérieur à la norme).
Situation 4. Le solde final est positif par rapport à la norme, mais il est insuffisant pour couvrir le chiffre initial de départ (qui est supérieur à la norme).
Situation 5. Le solde final est négatif par rapport à la norme mais est quand même supérieur au chiffre initial de départ (qui est inférieur à la norme).
Situation 6. Le solde final est négatif par rapport à la norme et n'est pas suffisant pour couvrir le chiffre initial de départ (qui est inférieur à la norme).
L'appui aux zones à problèmes
Un appui complémentaire est attribué aux zones qui se trouvent dans la situation 2, mais uniquement jusqu'à ce que la norme soit atteinte, ainsi qu'aux zones en situation 6 mais uniquement jusqu'au chiffre de départ, qui est inférieur à la norme.
Le déficit global pour les zones précitées s'élève à 40.626.268 euros (1 638 milliards de BEF).
Pour déterminer la mesure dans laquelle un appui complémentaire doit être fourni à ces zones, il y a lieu de s'attacher à deux paramètres : la capacité budgétaire des zones d'une part et les efforts plus ou moins grands qu'elles ont déployés en matière de police.
Les possibilités fiscales de chaque zone, exprimées via le revenu imposable par habitant, ont constitué un premier paramètre qui a été pris en compte. Les zones ont été réparties en 4 quartiles : " des plus pauvres " (quartile Q1) aux " plus riches " (quartile Q4). Les zones qui font partie des quartiles Q1 et Q2 entrent automatiquement en ligne de compte pour un soutien complémentaire entier. Il en va de même pour les zones du quartile 3 qui sont frontalières. Les zones appartenant au quartile Q4 ne recevront un soutien complémentaire que si elles ont fait par le passé des efforts budgétaires suffisant en matière de police. Pour évaluer cet effort, on s'attachera au paramètre "budget policier par habitant". Il a été tenu compte du degré d'urbanisation où, pour chacun des 5 types de degré d'urbanisation, le critère utilisé a été celui de la médiane budget police/habitant. Une fois que cet effort propre aura été fait, on examinera si les moyens ainsi constitués sont suffisants. Si ce n'est pas le cas, un soutien sera octroyé. Il en ira pratiquement de même pour les zones se situant dans le quartile Q3 (hormis les zones frontalières). Elles auront d'abord un éventuel effort propre à faire avant de constater si un appui doit encore leur être apporté. Compte tenu de leur capacité financière plus réduite que les zones du quartile Q4, la moitié de leur effort propre sera prise en charge par l'Etat fédéral.
Par ailleurs, un montant de 1.660 millions d'euros (67 millions BEF) est réparti, en fonction de leur norme KUL entre les zones qui comportent un port maritime et les zones de la Région de Bruxelles-Capitale. Dans les premières citées des missions supplémentaires échoient à la police locale qui devra assurer la police de base dans ces secteurs spécifiques. Dans la Région de Bruxelles-Capitale la densité, la fréquence et la complexité des problèmes sociaux n'ont pas de comparaison et méritent donc une attention particulière.
Enfin, par le biais d'une allocation spécifique, l'autorité respecte son engagement à payer le personnel civil (du volet police) des communes ayant conclu un contrat de société et de sécurité. Il s'agit ici d'une enveloppe complémentaire d'environ 11.900.000 euros (480 millions de BEF) pour le financement du personnel civil travaillant dans le cadre des contrats de sécurité (volet police). Cette intervention est attribuée aux communes et non aux zones. Cela n'empêche toutefois pas que ce personnel civil puisse travailler au profit de la zone si le conseil communal le décide. Dans ce cas, il devra naturellement en être tenu compte dans la répartition intrazonale. Néanmoins, même après la prise en charge des frais précités (en l'occurrence 11.900.000 euros (480 millions de BEF)) par l'autorité fédérale, il reste encore 4 zones comportant des communes avec un contrat de sécurité mais présentant un solde négatif, à savoir Hasselt, Malines, Seraing et Verviers. Pour garantir qu'aucune zone possédant un contrat de sécurité ne sera déficitaire, ces 4 communes bénéficieront d'une assistance pour un montant d'environ 867.627 euros (35 millions de BEF). Par ailleurs, la zone de Seraing-Neupré appartenant à la situation 4, ne bénéficie pas de solidarité interzonale et doit recevoir une aide complémentaire de façon à ce que l'opération soit finalement neutre eu égard à la perte d'une partie de l'apport du contrat de sécurité.
La solidarité interzonale
Une fois ces ajustements réalisés, les zones des situations 2 et 6 présentent encore un déficit de 26.865.548 euros (1 083,7 millions de BEF). Il sera comblé via un mécanisme de solidarité interzonale. Les zones en situation 1 et 3 présentent en effet, après comparaison entre, d'une part, les coûts par rapport à la norme KUL et le chiffre de départ et, d'autre part, la subvention fédérale de base qui leur est attribuée, un solde final favorable. Pour ces zones, il a été décidé de procéder à une réduction, par rapport à leur "gain" calculé.
Le gain total des zones en situation 1 et 3 est de 70.600.000 euros (2 8482 milliards de BEF). Au cours de la première année (subvention fédérale de base 2002), leur subvention fédérale sera réduite de quelque 40 % de leur marge bénéficiaire. Toutefois, il sera progressivement mis entièrement fin à cette solidarité (sur 12 ans).
Le montant qui est apporté par solidarité n'est toutefois pas de 100 % pour chacune des zones en situation 1 et 3. Il a été procédé à une correction compte tenu de la possibilité de chacun de contribuer, eu égard au revenu imposable par habitant.
Les zones présentant un revenu imposable moyen inférieur à 8.180 euros (330 000 BEF) par habitant ne doivent payer que 80 % de la solidarité calculée. Si le revenu imposable moyen est supérieur à 11.899 euros (480 000 BEF), la contribution de solidarité est alors fixée à 110 %. Les autres zones payent 100 %. A l'issue de ces corrections on constate une diminution de la solidarité qui s'élève à 1.830 millions euros (73,8 millions BEF) ce déficit est pris en charge par l'autorité fédérale.
Les excédents.
Subsiste enfin le problème du manque de moyens financiers :
1. pour les zones en situation 2 : pour la partie du chiffre de départ qui se situe au-dessus de la norme KUL (vu que l'autorité n'intervient que jusque la norme KUL);
2. pour les zones en situation 4, où le solde final est positif par rapport à la norme, mais où il n'y a pas assez de budget pour la partie allant jusqu'au chiffre de départ (qui est supérieur à la norme).
Pour ces situations problématiques qui sont la conséquence d'un nombre excédentaire d'ex-gendarmes, aucun financement direct n'est institué pour les zones, mais les membres du personnel qui seraient en surnombre seront avant tout incités à la mobilité, notamment par le biais d'une prime. Pour encourager cette mobilité, une enveloppe supplémentaire d'un montant de 7.440.000 euros (300 millions de BEF) a été dégagée. Cette enveloppe ne fait pas l'objet du présent arrêté royal.
V. Le calcul de la subvention fédérale définitive
Le coût exact de la mise en place des corps de police locale ne pourra être déterminé qu'après avoir procédé à des mesures fines de leur fonctionnement au cours de l'année 2002. La subvention initiale augmentée s'il échet d'une solidarité interzonale voire d'une participation de l'Etat fédéral à l'effort propre de certaines zones pourrait se révéler insuffisante pour financer adéquatement ce fonctionnement en année pleine. La subvention fédérale définitive ne pourra donc être fixée que dans le courant de cette année 2002. En janvier et en mars 2002, sera octroyée une avance de chaque fois 35 % des montants mentionnés à l'annexe II du présent arrêté.
La subvention fédérale définitive et donc le solde à verser aux zones de police seront déterminés après l'évaluation des surcoûts réels admissibles. Cette évaluation se fera de concert entre les experts du Ministère de l'Intérieur et des Chefs de corps de la Police locale en tenant compte de paramètres stricts fixés par catégorie de zone. Le surcoût qui sera pris en compte sera non seulement celui qui découle de l'application du nouveau statut mais également celui qui découlera du fonctionnement normal d'un corps de police locale, c'est-à-dire directement de la mise en place de la réforme des polices. Ainsi on entend par surcoût réel admissible :
- le surcoût exact des ex-gendarmes et du personnel administratif et logistique issu des anciennes brigades de gendarmerie;
- le surcoût statutaire des ex-policiers communaux;
- certains coûts de fonctionnement. Ceux-ci pourront comporter des charges nouvelles liées aux nouvelles missions (mais en tenant compte du personnel transféré et d'éventuelles missions dont les polices locales seraient libérées à l'avenir) et d'autres frais liés directement à la réforme des polices.
Les postes déjà couverts par l'enveloppe globale initiale de la subvention fédérale n'entreront pas en ligne de compte.
A la fin de l'année 2002, et fort de l'expérience acquise après une année de fonctionnement des corps de police locale, des ajustements du mécanisme de répartition de la subvention fédérale pourront être effectués sans remettre en cause le principe de base du mécanisme lui-même.
Vu pour être annexé à Notre arrêté du 24 décembre 2001.
ALBERT
Par le Roi :
Le Ministre de l'Intérieur,
A. DUQUESNE
Art. N2. Bijlage II.
Art. N2. Annexe II.
Federale Federale
Toelage 2002 Toelage 2002
PZ (in BEF) (in euro)
BRUSSEL /ELSENE 1 286 990 404 31.903.658,77
ANDERLECHT /SINT-GILLIS/VORST 441 810 271 10.952.190,54
OUDERGEM/UKKEL/WATERMAAL-BOSVOORDE 250 019 266 6.197.815,71
ETTERBEEK/SINT-LAMBRECHTS-WOLUWE/ 257 274 685 6.377.672,85
SINT-PIETERS-WOLUWE
EVERE /SCHAARBEEK/SINT-JOOST-TEN-NODE 389 573 102 9.657.264,95
GANSHOREN/JETTE/KOEKELBERG/ 318 069 339 7.884.732,95
SINT-AGATHA-BERCHEM/SINT-JAN
KAPELLEN /STABROEK 42 787 408 1.060.672,14
AARTSELAAR /EDEGEM/HOVE/KONTICH/LINT 73 913 294 1.832.262,70
ESSEN /KALMTHOUT/WUUSTWEZEL 61 396 115 1.521.969,94
BOECHOUT/BORSBEEK/MORTSEL/ 91 965 408 2.279.762,91
WIJNEGEM/WOMMELGEM
BRASSCHAAT 46 183 920 1.144.869,47
SCHOTEN 41 378 775 1.025.753,04
RANST /ZANDHOVEN 30 042 044 744.722,82
BRECHT /MALLE/SCHILDE/ZOERSEL 77 425 977 1.919.339,83
ANTWERPEN 1 194 738 885 29.616.803,35
ZWIJNDRECHT 23 712 527 587.818,19
BOOM /HEMIKSEM/NIEL/RUMST/SCHELLE 72 632 296 1.800.507,59
BORNEM /PUURS/SINT-AMANDS 46 797 669 1.160.083,91
WILLEBROEK 31 155 043 772.313,34
MECHELEN 142 058 546 3.521.539,37
BONHEIDEN/DUFFEL/PUTTE/ 70 073 644 1.737.080,26
SINT-KATELIJNE-WAVER
LIER 54 835 889 1.359.346,18
BERLAAR /NIJLEN 38 460 557 953.412,30
HEIST-OP-DEN-BERG 45 872 456 1.137.148,48
HOOGSTRATEN /MERKSPLAS/RIJKEVORSEL 50 971 943 1.263.561,46
HERSELT /HULSHOUT/WESTERLO 49 909 397 1.237.221,63
GEEL /LAAKDAL/MEERHOUT 76 494 636 1.896.252,49
ARENDONK /RAVELS/RETIE 44 259 757 1.097.170,72
BALEN /DESSEL/MOL 75 972 556 1.883.310,47
GROBBENDONK/HERENTALS/HERENTHOUT/ 74 647 923 1.850.473,66
OLEN/VORSELAAR
BAARLE-HERTOG/BEERSE/KASTERLEE/LILLE/ 138 250 817 3.427.148,23
OUD-TURNHOUT/TURNHOUT/VOSSELAAR
BRUGGE 235 550 330 5.839.140,16
BLANKENBERGE /ZUIENKERKE 44 210 944 1.095.960,67
DAMME /KNOKKE-HEIST 82 423 875 2.043.234,49
BEERNEM /OOSTKAMP/ZEDELGEM 75 965 670 1.883.139,77
OOSTENDE 147 468 119 3.655.639,18
BREDENE /DE HAAN 44 366 727 1.099.822,43
MIDDELKERKE 36 416 739 902.747,38
ARDOOIE/LICHTERVELDE/PITTEM/RUISELED/ 92 850 937 2.301.714,61
TIELT/WINGENE
GISTEL/ICHTEGEM/JABBEKE/OUDENBUR/TORHOUT 91 006 382 2.255.989,28
HEUVELLAND/IEPER/LANGEMARK-POELKAPELLE/ 200 437 753 4.968.722,11
MESEN/MOORSLEDE/POPERING/STADEN/
VLETEREN/WERVIK/ZONNEBEK
DENTERGEM/INGELMUNSTER/MEULEBEKE/ 46 948 308 1.163.818,16
OOSTROZE/WIELSBEKE
KORTRIJK/KUURNE/LENDELEDE 158 167 169 3.920.861,70
LEDEGEM/MENEN/WEVELGEM 88 506 107 2.194.009,08
DEERLIJK/HARELBEKE 37 386 784 926.794,17
ANZEGEM/AVELGEM/SPIERE-HELKIJN/WAREGEM/ 94 494 758 2.342.463,86
ZWEVEGEM
HOOGLEDE/IZEGEM/ROESELARE 119 350 431 2.958.619,90
ALVERINGEM/LO-RENINGE/VEURNE 44 958 489 1.114.491,83
DIKSMUIDE/HOUTHULST/KOEKELARE/KORTEMARK 75 302 248 1.866.693,97
DE PANNE/KOKSIJDE/NIEUWPOORT 90 928 764 2.254.065,18
BEVEREN 64 441 489 1.597.462,78
KRUIBEKE /TEMSE 54 567 978 1.352.704,84
LOKEREN 52 849 719 1.310.110,31
HAMME /WAASMUNSTER 36 867 444 913.920,06
BERLARE /ZELE 48 716 673 1.207.654,78
BUGGENHOUT /LEBBEKE 34 641 132 858.731,23
LAARNE /WETTEREN/WICHELEN 57 069 914 1.414.726,21
DENDERLEEUW /HAALTERT 42 935 280 1.064.337,78
NINOVE 47 214 103 1.170.407,04
DENDERMONDE 67 727 856 1.678.929,69
SINT-GILLIS-WAAS /STEKENE 40 348 258 1.000.207,19
SINT-NIKLAAS 110 617 149 2.742.127,50
AALST 133 045 167 3.298.103,54
ERPE-MERE /LEDE 48 268 868 1.196.553,97
EEKLO /KAPRIJKE/SINT-LAUREINS 67 530 480 1.674.036,87
DESTELBERGEN /MELLE/MERELBEKE/OOSTERZE 67 801 027 1.680.743,56
DE PINTE/GAVERE/NAZARETH/SINT-MAR 41 116 700 1.019.256,37
DEINZE /ZULTE 57 675 626 1.429.741,42
ASSENEDE /EVERGEM 53 725 603 1.331.822,90
LOVENDEGEM /NEVELE/WAARSCHOOT/ZOMERGEM 39 819 156 987.091,09
AALTER /KNESSELARE 34 073 258 844.654,00
MALDEGEM 38 722 951 959.916,88
GENT 565 451 564 14.017.178,14
LOCHRISTI /MOERBEKE/WACHTEBEKE/ZELZATE 73 457 751 1.820.970,08
KLUISBERGEN/KRUISHOUTEM/OUDENAARDE/ 80 137 762 1.986.563,23
WORTEGEM/ZINGEM
BRAKEL /HOREBEKE/MAARKEDAL/ZWALM 42 917 565 1.063.898,65
RONSE 38 850 372 963.075,57
GERAARDSBERGEN /LIERDE 51 106 114 1.266.887,47
HERZELE/SINT-LIEVENS-HOUTEM/ZOTTEGEM 59 219 097 1.468.003,07
DIEPENBEEK /HASSELT/ZONHOVEN 170 807 823 4.234.215,33
LOMMEL 44 139 278 1.094.184,12
HAMONT-ACHEL /NEERPELT/OVERPELT 50 624 088 1.254.938,36
BERINGEN /HAM/TESSENDERLO 71 545 291 1.773.561,44
HALEN /HERK-DE-STAD/LUMMEN 33 913 741 840.699,68
GINGELOM /NIEUWERKERKEN/SINT-TRUIDEN 72 371 372 1.794.039,45
HECHTEL-EKSEL /LEOPOLDSBURG/PEER 91 581 330 2.270.241,87
HEUSDEN-ZOLDER 36 683 797 909.367,57
HOUTHALEN-HELCHTEREN 36 817 481 912.681,51
DILSEN-STOKKEM /MAASEIK 58 736 225 1.456.032,98
ALKEN /BORGLOON/HEERS/KORTESSEM/WELLEN 55 118 091 1.366.341,79
BILZEN /HOESELT/RIEMST 79 666 666 1.974.885,06
LANAKEN 36 534 903 905.676,59
MAASMECHELEN 46 967 205 1.164.286,60
HERSTAPPE/TONGEREN 46 273 128 1.147.080,88
VOEREN 16 055 911 398.015,64
AS/GENK/OPGLABBEEK/ZUTENDAAL 124 512 599 3.086.586,70
BOCHOLT /BREE/KINROOI/MEEUWEN-GRUITRODE 68 640 780 1.701.560,49
ZAVENTEM 51 820 829 1.284.604,80
KRAAINEM /WEZEMBEEK-OPPEM 31 511 521 781.150,20
HOEILAART /OVERIJSE 38 914 820 964.673,19
DROGENBOS /LINKEBEEK/SINT-GENESIUS-RODE 34 127 061 845.987,74
BEERSEL 29 919 614 741.687,86
BEVER/GALMAARDEN/GOOIK/HERNE/LENNIK/ 36 865 048 913.860,67
PEPINGEN
DILBEEK 47 843 849 1.186.018,04
AFFLIGEM /LIEDEKERKE/ROOSDAAL/TERNAT 49 758 853 1.233.489,75
KAPELLE-OP-DEN-BOS /LONDERZEEL/MEISE 42 782 023 1.060.538,65
GRIMBERGEN 42 919 406 1.063.944,28
MACHELEN /VILVOORDE 76 647 395 1.900.039,29
KAMPENHOUT /STEENOKKERZEEL/ZEMST 40 665 410 1.008.069,18
HALLE 55 655 934 1.379.674,57
SINT-PIETERS-LEEUW 39 809 358 986.848,21
ASSE /MERCHTEM/OPWIJK/WEMMEL 83 751 945 2.076.156,49
LEUVEN 185 604 417 4.601.013,31
BEKKEVOORT/GEETBETS/GLABBEEK/KORTENAKEN/ 44 931 347 1.113.819,00
TIELT-WIGNE
LANDEN /LINTER/ZOUTLEEUW 38 072 342 943.788,71
BIERBEEK /BOUTERSEM/HOLSBEEK/LUBBEEK 35 829 328 888.185,84
HOEGAARDEN /TIENEN 60 707 243 1.504.893,24
HERENT /KORTENBERG 34 184 721 847.417,10
AARSCHOT 38 204 551 947.066,08
BOORTMEERBEEK /HAACHT/KEERBERGEN 31 818 992 788.772,21
BERTEM/HULDENBERG/OUD-HEVERLEE 27 872 294 690.936,12
BEGIJNENDIJK /ROTSELAAR/TREMELO 31 090 844 770.721,89
TERVUREN 23 666 213 586.670,10
DIEST /SCHERPENHEUVEL-ZICHEM 64 123 188 1.589.572,30
CHARLEROI 538 333 409 13.344.936,63
BEAUMONT/CHIMAY/FROIDCHAPELLE/MOMIGNIE/ 65 952 361 1.634.916,32
SIVRY-RANCE
CHAPELLE-LEZ-HERLAIMONT/MANAGE/ 97 593 102 2.419.269,80
MORLANWELZ/SENEFFE
FLEURUS /LES BONS VILLERS/PONT-A-CELLES 66 609 910 1.651.216,54
AISEAU-PRESLES /CHATELET/FARCIENNES 89 265 087 2.212.823,71
ERQUELINNES/ESTINNES/LOBBES/ 51 749 848 1.282.845,22
MERBES-LE-CHATEAU
GERPINNES/HAM-SUR-HEURE-NALINNES/ 64 625 325 1.602.019,96
MONTIGNY-LE-TILLEUL/THUIN
COURCELLES /FONTAINE-L'EVEQUE 76 997 576 1.908.720,05
ANDERLUES /BINCHE 72 593 508 1.799.546,06
MONS/QUEVY 238 081 213 5.901.879,11
LA LOUVIERE 150 976 307 3.742.604,89
BRUGELETTE/CHIEVRES/ENGHIEN/JURBISE/ 66 283 094 1.643.114,98
LENS/SILLY
BOUSSU/COLFONTAINE/FRAMERIES/QUAREGNON/ 164 739 043 4.083.774,20
SAINT-GHISLAIN
DOUR /HENSIES/HONNELLES/QUIEVRAIN 67 542 680 1.674.339,30
BRAINE-LE-COMTE /ECAUSSINNES/LEROEULX/ 107 421 005 2.662.897,16
SOIGNIES
MOUSCRON 88 277 721 2.188.347,54
COMINES-WARNETON 42 702 723 1.058.572,85
BELOEIL/LEUZE-EN-HAINAUT 51 109 014 1.266.959,36
CELLES/ESTAIMPUIS/MONT-DE-L'ENCLUS/PECQ 43 677 755 1.082.743,26
BERNISSART /PERUWELZ 55 522 535 1.376.367,69
ATH 45 677 158 1.132.307,17
ANTOING /BRUNEHAUT/RUMES/TOURNAI 165 359 550 4.099.156,17
ELLEZELLES/FLOBECQ/FRASNES-LEZ-ANVAING/ 64 167 339 1.590.666,78
LESSINES
AMEL/BUELLINGEN/BUETGENBACH/BURG-REU/ 65 051 975 1.612.596,34
SANKT VITH
EUPEN /KELMIS/LONTZEN/RAEREN 93 428 385 2.316.029,17
BRAIVES/BURDINNE/HANNUT/HERON/LINCENT/ 40 783 329 1.010.992,32
WASSEIGE
AMAY/ENGIS/SAINT-GEORGES-SUR-MEUSE/ 76 498 824 1.896.356,31
VERLAINE/VILLERS-/WANZE
HUY 48 298 986 1.197.300,59
ANTHISNES/CLAVIER/COMBLAIN-AU-PONT/ 77 647 262 1.924.825,35
FERRIERE/HAMOIR/MARCHIN/MODAVE/NANDRIN/
OUFFET/TINLOT
LIEGE 670 976 291 16.633.067,78
HERSTAL 63 409 344 1.571.876,58
BEYNE-HEUSAY /FLERON/SOUMAGNE 54 664 217 1.355.090,54
FLEMALLE 39 941 461 990.122,96
ANS/SAINT-NICOLAS 78 858 561 1.954.852,66
AWANS /GRACE-HOLLOGNE 49 366 145 1.223.754,77
BERLOZ/CRISNEE/DONCEEL/FAIMES/ 49 542 005 1.228.114,22
FEXHE-LE-HAUT-CLOCHER/GEER/OREYE/
REMICOUR/WAREMME
NEUPRE /SERAING 135 200 592 3.351.535,13
BASSENGE/BLEGNY/DALHEM/JUPRELLE/OUPEYE/VISE 96 422 872 2.390.260,56
AYWAILLE/CHAUDFONTAINE/ESNEUX/SPRIMONT/ 87 252 916 2.162.943,29
TROOZ
JALHAY /SPA/THEUX 60 087 429 1.489.528,46
DISON /PEPINSTER/VERVIERS 144 458 639 3.581.036,12
LIERNEUX/MALMEDY/STAVELOT/STOUMONT/ 65 710 658 1.628.924,66
TROIS-PONTS/WAIMES
AUBEL/BAELEN/HERVE/LIMBOURG/OLNE/PLOMBIER/ 92 557 708 2.294.445,65
THIMISTER/WELKENRAAD
ARLON /ATTERT/HABAY/MARTELAN 88 901 057 2.203.799,64
AUBANGE /MESSANCY/MUSSON/SAINT-LE 48 565 757 1.203.913,67
CHINY/ETALLE/FLORENVILLE/MEIX-DEV/ROUVROY/ 88 541 390 2.194.883,73
TINTIGNY/VIRTON
DURBUY/EREZEE/GOUVY/HOTTON/HOUFFALIZE/ 184 345 705 4.569.810,66
LA ROCHE/MANHAY/MARCHE-E/NASSOGNE/RENDEUX/
TENNEVIL/VIELSALM
BASTOGNE/BERTOGNE/FAUVILLERS/LEGLISE/ 134 421 692 3.332.226,70
LIBRAMONT/NEUFCHAT/SAINTE-O/VAUX-SUR
BERTRIX/BOUILLON/DAVERDISSE/HERBEUMO/ 108 256 871 2.683.617,73
LIBIN/PALISEUL/SAINT-HU/TELLIN/WELLIN
FLORENNES /WALCOURT 44 329 353 1.098.895,96
BEAURAING /BIEVRE/GEDINNE/VRESSE-S 52 299 385 1.296.467,89
COUVIN /VIROINVAL 50 618 031 1.254.788,21
HOUYET /ROCHEFORT 44 589 039 1.105.333,40
CINEY /HAMOIS/HAVELANGE/SOMME-LEUZE 68 848 130 1.706.700,56
CERFONTAINE /DOISCHE/PHILIPPEVILLE 45 238 547 1.121.434,29
ANHEE /DINANT/HASTIERE/ONHAYE/YVOIR 102 340 769 2.536.961,40
NAMUR 221 188 888 5.483.129,31
EGHEZEE /GEMBLOUX/LA BRUYERE 53 191 299 1.318.577,86
ANDENNE /ASSESSE/FERNELMONT/GESVES/OHEY 76 036 384 1.884.892,72
FLOREFFE/FOSSES-LA-VILLE/METTET/PROFONDE 62 950 423 1.560.500,22
SAMBREVILLE /SOMBREFFE 52 788 977 1.308.604,56
JEMEPPE-SUR-SAMBRE 24 209 828 600.145,96
BRAINE-LE-CHATEAU /ITTRE/REBECQ/TUBIZE 64 145 365 1.590.122,06
LA HULPE /LASNE/RIXENSART 52 423 942 1.299.555,58
WAVRE 55 962 188 1.387.266,40
BRAINE-L'ALLEUD 44 281 752 1.097.715,96
WATERLOO 43 391 731 1.075.652,91
OTTIGNIES-LOUVAIN-LA-NEUV 44 883 793 1.112.640,17
GENAPPE /NIVELLES 79 308 760 1.966.012,81
CHASTRE/COURT-SAINT-ETIENNE/ 45 223 425 1.121.059,41
MONT-SAINT-GUIBERT/VILLERS-/WALHAIN
HELECINE/JODOIGNE/ORP-JAUCHE/PERWEZ/ 55 719 724 1.381.255,87
RAMILLIE
BEAUVECHAIN/CHAUMONT-GISTOUX/GREZ-DOICEAU/ 36 334 887 900.718,32
INCOURT
Toelage 2002 Toelage 2002
PZ (in BEF) (in euro)
BRUSSEL /ELSENE 1 286 990 404 31.903.658,77
ANDERLECHT /SINT-GILLIS/VORST 441 810 271 10.952.190,54
OUDERGEM/UKKEL/WATERMAAL-BOSVOORDE 250 019 266 6.197.815,71
ETTERBEEK/SINT-LAMBRECHTS-WOLUWE/ 257 274 685 6.377.672,85
SINT-PIETERS-WOLUWE
EVERE /SCHAARBEEK/SINT-JOOST-TEN-NODE 389 573 102 9.657.264,95
GANSHOREN/JETTE/KOEKELBERG/ 318 069 339 7.884.732,95
SINT-AGATHA-BERCHEM/SINT-JAN
KAPELLEN /STABROEK 42 787 408 1.060.672,14
AARTSELAAR /EDEGEM/HOVE/KONTICH/LINT 73 913 294 1.832.262,70
ESSEN /KALMTHOUT/WUUSTWEZEL 61 396 115 1.521.969,94
BOECHOUT/BORSBEEK/MORTSEL/ 91 965 408 2.279.762,91
WIJNEGEM/WOMMELGEM
BRASSCHAAT 46 183 920 1.144.869,47
SCHOTEN 41 378 775 1.025.753,04
RANST /ZANDHOVEN 30 042 044 744.722,82
BRECHT /MALLE/SCHILDE/ZOERSEL 77 425 977 1.919.339,83
ANTWERPEN 1 194 738 885 29.616.803,35
ZWIJNDRECHT 23 712 527 587.818,19
BOOM /HEMIKSEM/NIEL/RUMST/SCHELLE 72 632 296 1.800.507,59
BORNEM /PUURS/SINT-AMANDS 46 797 669 1.160.083,91
WILLEBROEK 31 155 043 772.313,34
MECHELEN 142 058 546 3.521.539,37
BONHEIDEN/DUFFEL/PUTTE/ 70 073 644 1.737.080,26
SINT-KATELIJNE-WAVER
LIER 54 835 889 1.359.346,18
BERLAAR /NIJLEN 38 460 557 953.412,30
HEIST-OP-DEN-BERG 45 872 456 1.137.148,48
HOOGSTRATEN /MERKSPLAS/RIJKEVORSEL 50 971 943 1.263.561,46
HERSELT /HULSHOUT/WESTERLO 49 909 397 1.237.221,63
GEEL /LAAKDAL/MEERHOUT 76 494 636 1.896.252,49
ARENDONK /RAVELS/RETIE 44 259 757 1.097.170,72
BALEN /DESSEL/MOL 75 972 556 1.883.310,47
GROBBENDONK/HERENTALS/HERENTHOUT/ 74 647 923 1.850.473,66
OLEN/VORSELAAR
BAARLE-HERTOG/BEERSE/KASTERLEE/LILLE/ 138 250 817 3.427.148,23
OUD-TURNHOUT/TURNHOUT/VOSSELAAR
BRUGGE 235 550 330 5.839.140,16
BLANKENBERGE /ZUIENKERKE 44 210 944 1.095.960,67
DAMME /KNOKKE-HEIST 82 423 875 2.043.234,49
BEERNEM /OOSTKAMP/ZEDELGEM 75 965 670 1.883.139,77
OOSTENDE 147 468 119 3.655.639,18
BREDENE /DE HAAN 44 366 727 1.099.822,43
MIDDELKERKE 36 416 739 902.747,38
ARDOOIE/LICHTERVELDE/PITTEM/RUISELED/ 92 850 937 2.301.714,61
TIELT/WINGENE
GISTEL/ICHTEGEM/JABBEKE/OUDENBUR/TORHOUT 91 006 382 2.255.989,28
HEUVELLAND/IEPER/LANGEMARK-POELKAPELLE/ 200 437 753 4.968.722,11
MESEN/MOORSLEDE/POPERING/STADEN/
VLETEREN/WERVIK/ZONNEBEK
DENTERGEM/INGELMUNSTER/MEULEBEKE/ 46 948 308 1.163.818,16
OOSTROZE/WIELSBEKE
KORTRIJK/KUURNE/LENDELEDE 158 167 169 3.920.861,70
LEDEGEM/MENEN/WEVELGEM 88 506 107 2.194.009,08
DEERLIJK/HARELBEKE 37 386 784 926.794,17
ANZEGEM/AVELGEM/SPIERE-HELKIJN/WAREGEM/ 94 494 758 2.342.463,86
ZWEVEGEM
HOOGLEDE/IZEGEM/ROESELARE 119 350 431 2.958.619,90
ALVERINGEM/LO-RENINGE/VEURNE 44 958 489 1.114.491,83
DIKSMUIDE/HOUTHULST/KOEKELARE/KORTEMARK 75 302 248 1.866.693,97
DE PANNE/KOKSIJDE/NIEUWPOORT 90 928 764 2.254.065,18
BEVEREN 64 441 489 1.597.462,78
KRUIBEKE /TEMSE 54 567 978 1.352.704,84
LOKEREN 52 849 719 1.310.110,31
HAMME /WAASMUNSTER 36 867 444 913.920,06
BERLARE /ZELE 48 716 673 1.207.654,78
BUGGENHOUT /LEBBEKE 34 641 132 858.731,23
LAARNE /WETTEREN/WICHELEN 57 069 914 1.414.726,21
DENDERLEEUW /HAALTERT 42 935 280 1.064.337,78
NINOVE 47 214 103 1.170.407,04
DENDERMONDE 67 727 856 1.678.929,69
SINT-GILLIS-WAAS /STEKENE 40 348 258 1.000.207,19
SINT-NIKLAAS 110 617 149 2.742.127,50
AALST 133 045 167 3.298.103,54
ERPE-MERE /LEDE 48 268 868 1.196.553,97
EEKLO /KAPRIJKE/SINT-LAUREINS 67 530 480 1.674.036,87
DESTELBERGEN /MELLE/MERELBEKE/OOSTERZE 67 801 027 1.680.743,56
DE PINTE/GAVERE/NAZARETH/SINT-MAR 41 116 700 1.019.256,37
DEINZE /ZULTE 57 675 626 1.429.741,42
ASSENEDE /EVERGEM 53 725 603 1.331.822,90
LOVENDEGEM /NEVELE/WAARSCHOOT/ZOMERGEM 39 819 156 987.091,09
AALTER /KNESSELARE 34 073 258 844.654,00
MALDEGEM 38 722 951 959.916,88
GENT 565 451 564 14.017.178,14
LOCHRISTI /MOERBEKE/WACHTEBEKE/ZELZATE 73 457 751 1.820.970,08
KLUISBERGEN/KRUISHOUTEM/OUDENAARDE/ 80 137 762 1.986.563,23
WORTEGEM/ZINGEM
BRAKEL /HOREBEKE/MAARKEDAL/ZWALM 42 917 565 1.063.898,65
RONSE 38 850 372 963.075,57
GERAARDSBERGEN /LIERDE 51 106 114 1.266.887,47
HERZELE/SINT-LIEVENS-HOUTEM/ZOTTEGEM 59 219 097 1.468.003,07
DIEPENBEEK /HASSELT/ZONHOVEN 170 807 823 4.234.215,33
LOMMEL 44 139 278 1.094.184,12
HAMONT-ACHEL /NEERPELT/OVERPELT 50 624 088 1.254.938,36
BERINGEN /HAM/TESSENDERLO 71 545 291 1.773.561,44
HALEN /HERK-DE-STAD/LUMMEN 33 913 741 840.699,68
GINGELOM /NIEUWERKERKEN/SINT-TRUIDEN 72 371 372 1.794.039,45
HECHTEL-EKSEL /LEOPOLDSBURG/PEER 91 581 330 2.270.241,87
HEUSDEN-ZOLDER 36 683 797 909.367,57
HOUTHALEN-HELCHTEREN 36 817 481 912.681,51
DILSEN-STOKKEM /MAASEIK 58 736 225 1.456.032,98
ALKEN /BORGLOON/HEERS/KORTESSEM/WELLEN 55 118 091 1.366.341,79
BILZEN /HOESELT/RIEMST 79 666 666 1.974.885,06
LANAKEN 36 534 903 905.676,59
MAASMECHELEN 46 967 205 1.164.286,60
HERSTAPPE/TONGEREN 46 273 128 1.147.080,88
VOEREN 16 055 911 398.015,64
AS/GENK/OPGLABBEEK/ZUTENDAAL 124 512 599 3.086.586,70
BOCHOLT /BREE/KINROOI/MEEUWEN-GRUITRODE 68 640 780 1.701.560,49
ZAVENTEM 51 820 829 1.284.604,80
KRAAINEM /WEZEMBEEK-OPPEM 31 511 521 781.150,20
HOEILAART /OVERIJSE 38 914 820 964.673,19
DROGENBOS /LINKEBEEK/SINT-GENESIUS-RODE 34 127 061 845.987,74
BEERSEL 29 919 614 741.687,86
BEVER/GALMAARDEN/GOOIK/HERNE/LENNIK/ 36 865 048 913.860,67
PEPINGEN
DILBEEK 47 843 849 1.186.018,04
AFFLIGEM /LIEDEKERKE/ROOSDAAL/TERNAT 49 758 853 1.233.489,75
KAPELLE-OP-DEN-BOS /LONDERZEEL/MEISE 42 782 023 1.060.538,65
GRIMBERGEN 42 919 406 1.063.944,28
MACHELEN /VILVOORDE 76 647 395 1.900.039,29
KAMPENHOUT /STEENOKKERZEEL/ZEMST 40 665 410 1.008.069,18
HALLE 55 655 934 1.379.674,57
SINT-PIETERS-LEEUW 39 809 358 986.848,21
ASSE /MERCHTEM/OPWIJK/WEMMEL 83 751 945 2.076.156,49
LEUVEN 185 604 417 4.601.013,31
BEKKEVOORT/GEETBETS/GLABBEEK/KORTENAKEN/ 44 931 347 1.113.819,00
TIELT-WIGNE
LANDEN /LINTER/ZOUTLEEUW 38 072 342 943.788,71
BIERBEEK /BOUTERSEM/HOLSBEEK/LUBBEEK 35 829 328 888.185,84
HOEGAARDEN /TIENEN 60 707 243 1.504.893,24
HERENT /KORTENBERG 34 184 721 847.417,10
AARSCHOT 38 204 551 947.066,08
BOORTMEERBEEK /HAACHT/KEERBERGEN 31 818 992 788.772,21
BERTEM/HULDENBERG/OUD-HEVERLEE 27 872 294 690.936,12
BEGIJNENDIJK /ROTSELAAR/TREMELO 31 090 844 770.721,89
TERVUREN 23 666 213 586.670,10
DIEST /SCHERPENHEUVEL-ZICHEM 64 123 188 1.589.572,30
CHARLEROI 538 333 409 13.344.936,63
BEAUMONT/CHIMAY/FROIDCHAPELLE/MOMIGNIE/ 65 952 361 1.634.916,32
SIVRY-RANCE
CHAPELLE-LEZ-HERLAIMONT/MANAGE/ 97 593 102 2.419.269,80
MORLANWELZ/SENEFFE
FLEURUS /LES BONS VILLERS/PONT-A-CELLES 66 609 910 1.651.216,54
AISEAU-PRESLES /CHATELET/FARCIENNES 89 265 087 2.212.823,71
ERQUELINNES/ESTINNES/LOBBES/ 51 749 848 1.282.845,22
MERBES-LE-CHATEAU
GERPINNES/HAM-SUR-HEURE-NALINNES/ 64 625 325 1.602.019,96
MONTIGNY-LE-TILLEUL/THUIN
COURCELLES /FONTAINE-L'EVEQUE 76 997 576 1.908.720,05
ANDERLUES /BINCHE 72 593 508 1.799.546,06
MONS/QUEVY 238 081 213 5.901.879,11
LA LOUVIERE 150 976 307 3.742.604,89
BRUGELETTE/CHIEVRES/ENGHIEN/JURBISE/ 66 283 094 1.643.114,98
LENS/SILLY
BOUSSU/COLFONTAINE/FRAMERIES/QUAREGNON/ 164 739 043 4.083.774,20
SAINT-GHISLAIN
DOUR /HENSIES/HONNELLES/QUIEVRAIN 67 542 680 1.674.339,30
BRAINE-LE-COMTE /ECAUSSINNES/LEROEULX/ 107 421 005 2.662.897,16
SOIGNIES
MOUSCRON 88 277 721 2.188.347,54
COMINES-WARNETON 42 702 723 1.058.572,85
BELOEIL/LEUZE-EN-HAINAUT 51 109 014 1.266.959,36
CELLES/ESTAIMPUIS/MONT-DE-L'ENCLUS/PECQ 43 677 755 1.082.743,26
BERNISSART /PERUWELZ 55 522 535 1.376.367,69
ATH 45 677 158 1.132.307,17
ANTOING /BRUNEHAUT/RUMES/TOURNAI 165 359 550 4.099.156,17
ELLEZELLES/FLOBECQ/FRASNES-LEZ-ANVAING/ 64 167 339 1.590.666,78
LESSINES
AMEL/BUELLINGEN/BUETGENBACH/BURG-REU/ 65 051 975 1.612.596,34
SANKT VITH
EUPEN /KELMIS/LONTZEN/RAEREN 93 428 385 2.316.029,17
BRAIVES/BURDINNE/HANNUT/HERON/LINCENT/ 40 783 329 1.010.992,32
WASSEIGE
AMAY/ENGIS/SAINT-GEORGES-SUR-MEUSE/ 76 498 824 1.896.356,31
VERLAINE/VILLERS-/WANZE
HUY 48 298 986 1.197.300,59
ANTHISNES/CLAVIER/COMBLAIN-AU-PONT/ 77 647 262 1.924.825,35
FERRIERE/HAMOIR/MARCHIN/MODAVE/NANDRIN/
OUFFET/TINLOT
LIEGE 670 976 291 16.633.067,78
HERSTAL 63 409 344 1.571.876,58
BEYNE-HEUSAY /FLERON/SOUMAGNE 54 664 217 1.355.090,54
FLEMALLE 39 941 461 990.122,96
ANS/SAINT-NICOLAS 78 858 561 1.954.852,66
AWANS /GRACE-HOLLOGNE 49 366 145 1.223.754,77
BERLOZ/CRISNEE/DONCEEL/FAIMES/ 49 542 005 1.228.114,22
FEXHE-LE-HAUT-CLOCHER/GEER/OREYE/
REMICOUR/WAREMME
NEUPRE /SERAING 135 200 592 3.351.535,13
BASSENGE/BLEGNY/DALHEM/JUPRELLE/OUPEYE/VISE 96 422 872 2.390.260,56
AYWAILLE/CHAUDFONTAINE/ESNEUX/SPRIMONT/ 87 252 916 2.162.943,29
TROOZ
JALHAY /SPA/THEUX 60 087 429 1.489.528,46
DISON /PEPINSTER/VERVIERS 144 458 639 3.581.036,12
LIERNEUX/MALMEDY/STAVELOT/STOUMONT/ 65 710 658 1.628.924,66
TROIS-PONTS/WAIMES
AUBEL/BAELEN/HERVE/LIMBOURG/OLNE/PLOMBIER/ 92 557 708 2.294.445,65
THIMISTER/WELKENRAAD
ARLON /ATTERT/HABAY/MARTELAN 88 901 057 2.203.799,64
AUBANGE /MESSANCY/MUSSON/SAINT-LE 48 565 757 1.203.913,67
CHINY/ETALLE/FLORENVILLE/MEIX-DEV/ROUVROY/ 88 541 390 2.194.883,73
TINTIGNY/VIRTON
DURBUY/EREZEE/GOUVY/HOTTON/HOUFFALIZE/ 184 345 705 4.569.810,66
LA ROCHE/MANHAY/MARCHE-E/NASSOGNE/RENDEUX/
TENNEVIL/VIELSALM
BASTOGNE/BERTOGNE/FAUVILLERS/LEGLISE/ 134 421 692 3.332.226,70
LIBRAMONT/NEUFCHAT/SAINTE-O/VAUX-SUR
BERTRIX/BOUILLON/DAVERDISSE/HERBEUMO/ 108 256 871 2.683.617,73
LIBIN/PALISEUL/SAINT-HU/TELLIN/WELLIN
FLORENNES /WALCOURT 44 329 353 1.098.895,96
BEAURAING /BIEVRE/GEDINNE/VRESSE-S 52 299 385 1.296.467,89
COUVIN /VIROINVAL 50 618 031 1.254.788,21
HOUYET /ROCHEFORT 44 589 039 1.105.333,40
CINEY /HAMOIS/HAVELANGE/SOMME-LEUZE 68 848 130 1.706.700,56
CERFONTAINE /DOISCHE/PHILIPPEVILLE 45 238 547 1.121.434,29
ANHEE /DINANT/HASTIERE/ONHAYE/YVOIR 102 340 769 2.536.961,40
NAMUR 221 188 888 5.483.129,31
EGHEZEE /GEMBLOUX/LA BRUYERE 53 191 299 1.318.577,86
ANDENNE /ASSESSE/FERNELMONT/GESVES/OHEY 76 036 384 1.884.892,72
FLOREFFE/FOSSES-LA-VILLE/METTET/PROFONDE 62 950 423 1.560.500,22
SAMBREVILLE /SOMBREFFE 52 788 977 1.308.604,56
JEMEPPE-SUR-SAMBRE 24 209 828 600.145,96
BRAINE-LE-CHATEAU /ITTRE/REBECQ/TUBIZE 64 145 365 1.590.122,06
LA HULPE /LASNE/RIXENSART 52 423 942 1.299.555,58
WAVRE 55 962 188 1.387.266,40
BRAINE-L'ALLEUD 44 281 752 1.097.715,96
WATERLOO 43 391 731 1.075.652,91
OTTIGNIES-LOUVAIN-LA-NEUV 44 883 793 1.112.640,17
GENAPPE /NIVELLES 79 308 760 1.966.012,81
CHASTRE/COURT-SAINT-ETIENNE/ 45 223 425 1.121.059,41
MONT-SAINT-GUIBERT/VILLERS-/WALHAIN
HELECINE/JODOIGNE/ORP-JAUCHE/PERWEZ/ 55 719 724 1.381.255,87
RAMILLIE
BEAUVECHAIN/CHAUMONT-GISTOUX/GREZ-DOICEAU/ 36 334 887 900.718,32
INCOURT
Subvention Subvention
federale federale
2002 2002
ZP (en BEF) (en Euro)
BRUSSEL /ELSENE 1 286 990 404 31.903.658,77
ANDERLECHT /SINT-GILLIS/VORST 441 810 271 10.952.190,54
OUDERGEM/UKKEL/WATERMAAL-BOSVOORDE 250 019 266 6.197.815,71
ETTERBEEK/SINT-LAMBRECHTS-WOLUWE/ 257 274 685 6.377.672,85
SINT-PIETERS-WOLUWE
EVERE /SCHAARBEEK/SINT-JOOST-TEN-NODE 389 573 102 9.657.264,95
GANSHOREN/JETTE/KOEKELBERG/ 318 069 339 7.884.732,95
SINT-AGATHA-BERCHEM/SINT-JAN
KAPELLEN /STABROEK 42 787 408 1.060.672,14
AARTSELAAR /EDEGEM/HOVE/KONTICH/LINT 73 913 294 1.832.262,70
ESSEN /KALMTHOUT/WUUSTWEZEL 61 396 115 1.521.969,94
BOECHOUT/BORSBEEK/MORTSEL/ 91 965 408 2.279.762,91
WIJNEGEM/WOMMELGEM
BRASSCHAAT 46 183 920 1.144.869,47
SCHOTEN 41 378 775 1.025.753,04
RANST /ZANDHOVEN 30 042 044 744.722,82
BRECHT /MALLE/SCHILDE/ZOERSEL 77 425 977 1.919.339,83
ANTWERPEN 1 194 738 885 29.616.803,35
ZWIJNDRECHT 23 712 527 587.818,19
BOOM /HEMIKSEM/NIEL/RUMST/SCHELLE 72 632 296 1.800.507,59
BORNEM /PUURS/SINT-AMANDS 46 797 669 1.160.083,91
WILLEBROEK 31 155 043 772.313,34
MECHELEN 142 058 546 3.521.539,37
BONHEIDEN/DUFFEL/PUTTE/ 70 073 644 1.737.080,26
SINT-KATELIJNE-WAVER
LIER 54 835 889 1.359.346,18
BERLAAR /NIJLEN 38 460 557 953.412,30
HEIST-OP-DEN-BERG 45 872 456 1.137.148,48
HOOGSTRATEN /MERKSPLAS/RIJKEVORSEL 50 971 943 1.263.561,46
HERSELT /HULSHOUT/WESTERLO 49 909 397 1.237.221,63
GEEL /LAAKDAL/MEERHOUT 76 494 636 1.896.252,49
ARENDONK /RAVELS/RETIE 44 259 757 1.097.170,72
BALEN /DESSEL/MOL 75 972 556 1.883.310,47
GROBBENDONK/HERENTALS/HERENTHOUT/ 74 647 923 1.850.473,66
OLEN/VORSELAAR
BAARLE-HERTOG/BEERSE/KASTERLEE/LILLE/ 138 250 817 3.427.148,23
OUD-TURNHOUT/TURNHOUT/VOSSELAAR
BRUGGE 235 550 330 5.839.140,16
BLANKENBERGE /ZUIENKERKE 44 210 944 1.095.960,67
DAMME /KNOKKE-HEIST 82 423 875 2.043.234,49
BEERNEM /OOSTKAMP/ZEDELGEM 75 965 670 1.883.139,77
OOSTENDE 147 468 119 3.655.639,18
BREDENE /DE HAAN 44 366 727 1.099.822,43
MIDDELKERKE 36 416 739 902.747,38
ARDOOIE/LICHTERVELDE/PITTEM/RUISELED/ 92 850 937 2.301.714,61
TIELT/WINGENE
GISTEL/ICHTEGEM/JABBEKE/OUDENBUR/TORHOUT 91 006 382 2.255.989,28
HEUVELLAND/IEPER/LANGEMARK-POELKAPELLE/ 200 437 753 4.968.722,11
MESEN/MOORSLEDE/POPERING/STADEN/
VLETEREN/WERVIK/ZONNEBEK
DENTERGEM/INGELMUNSTER/MEULEBEKE/ 46 948 308 1.163.818,16
OOSTROZE/WIELSBEKE
KORTRIJK/KUURNE/LENDELEDE 158 167 169 3.920.861,70
LEDEGEM/MENEN/WEVELGEM 88 506 107 2.194.009,08
DEERLIJK/HARELBEKE 37 386 784 926.794,17
ANZEGEM/AVELGEM/SPIERE-HELKIJN/WAREGEM/ 94 494 758 2.342.463,86
ZWEVEGEM
HOOGLEDE/IZEGEM/ROESELARE 119 350 431 2.958.619,90
ALVERINGEM/LO-RENINGE/VEURNE 44 958 489 1.114.491,83
DIKSMUIDE/HOUTHULST/KOEKELARE/KORTEMARK 75 302 248 1.866.693,97
DE PANNE/KOKSIJDE/NIEUWPOORT 90 928 764 2.254.065,18
BEVEREN 64 441 489 1.597.462,78
KRUIBEKE /TEMSE 54 567 978 1.352.704,84
LOKEREN 52 849 719 1.310.110,31
HAMME /WAASMUNSTER 36 867 444 913.920,06
BERLARE /ZELE 48 716 673 1.207.654,78
BUGGENHOUT /LEBBEKE 34 641 132 858.731,23
LAARNE /WETTEREN/WICHELEN 57 069 914 1.414.726,21
DENDERLEEUW /HAALTERT 42 935 280 1.064.337,78
NINOVE 47 214 103 1.170.407,04
DENDERMONDE 67 727 856 1.678.929,69
SINT-GILLIS-WAAS /STEKENE 40 348 258 1.000.207,19
SINT-NIKLAAS 110 617 149 2.742.127,50
AALST 133 045 167 3.298.103,54
ERPE-MERE /LEDE 48 268 868 1.196.553,97
EEKLO /KAPRIJKE/SINT-LAUREINS 67 530 480 1.674.036,87
DESTELBERGEN /MELLE/MERELBEKE/OOSTERZE 67 801 027 1.680.743,56
DE PINTE/GAVERE/NAZARETH/SINT-MAR 41 116 700 1.019.256,37
DEINZE /ZULTE 57 675 626 1.429.741,42
ASSENEDE /EVERGEM 53 725 603 1.331.822,90
LOVENDEGEM /NEVELE/WAARSCHOOT/ZOMERGEM 39 819 156 987.091,09
AALTER /KNESSELARE 34 073 258 844.654,00
MALDEGEM 38 722 951 959.916,88
GENT 565 451 564 14.017.178,14
LOCHRISTI /MOERBEKE/WACHTEBEKE/ZELZATE 73 457 751 1.820.970,08
KLUISBERGEN/KRUISHOUTEM/OUDENAARDE/ 80 137 762 1.986.563,23
WORTEGEM/ZINGEM
BRAKEL /HOREBEKE/MAARKEDAL/ZWALM 42 917 565 1.063.898,65
RONSE 38 850 372 963.075,57
GERAARDSBERGEN /LIERDE 51 106 114 1.266.887,47
HERZELE/SINT-LIEVENS-HOUTEM/ZOTTEGEM 59 219 097 1.468.003,07
DIEPENBEEK /HASSELT/ZONHOVEN 170 807 823 4.234.215,33
LOMMEL 44 139 278 1.094.184,12
HAMONT-ACHEL /NEERPELT/OVERPELT 50 624 088 1.254.938,36
BERINGEN /HAM/TESSENDERLO 71 545 291 1.773.561,44
HALEN /HERK-DE-STAD/LUMMEN 33 913 741 840.699,68
GINGELOM /NIEUWERKERKEN/SINT-TRUIDEN 72 371 372 1.794.039,45
HECHTEL-EKSEL /LEOPOLDSBURG/PEER 91 581 330 2.270.241,87
HEUSDEN-ZOLDER 36 683 797 909.367,57
HOUTHALEN-HELCHTEREN 36 817 481 912.681,51
DILSEN-STOKKEM /MAASEIK 58 736 225 1.456.032,98
ALKEN /BORGLOON/HEERS/KORTESSEM/WELLEN 55 118 091 1.366.341,79
BILZEN /HOESELT/RIEMST 79 666 666 1.974.885,06
LANAKEN 36 534 903 905.676,59
MAASMECHELEN 46 967 205 1.164.286,60
HERSTAPPE/TONGEREN 46 273 128 1.147.080,88
VOEREN 16 055 911 398.015,64
AS/GENK/OPGLABBEEK/ZUTENDAAL 124 512 599 3.086.586,70
BOCHOLT /BREE/KINROOI/MEEUWEN-GRUITRODE 68 640 780 1.701.560,49
ZAVENTEM 51 820 829 1.284.604,80
KRAAINEM /WEZEMBEEK-OPPEM 31 511 521 781.150,20
HOEILAART /OVERIJSE 38 914 820 964.673,19
DROGENBOS /LINKEBEEK/SINT-GENESIUS-RODE 34 127 061 845.987,74
BEERSEL 29 919 614 741.687,86
BEVER/GALMAARDEN/GOOIK/HERNE/LENNIK/ 36 865 048 913.860,67
PEPINGEN
DILBEEK 47 843 849 1.186.018,04
AFFLIGEM /LIEDEKERKE/ROOSDAAL/TERNAT 49 758 853 1.233.489,75
KAPELLE-OP-DEN-BOS /LONDERZEEL/MEISE 42 782 023 1.060.538,65
GRIMBERGEN 42 919 406 1.063.944,28
MACHELEN /VILVOORDE 76 647 395 1.900.039,29
KAMPENHOUT /STEENOKKERZEEL/ZEMST 40 665 410 1.008.069,18
HALLE 55 655 934 1.379.674,57
SINT-PIETERS-LEEUW 39 809 358 986.848,21
ASSE /MERCHTEM/OPWIJK/WEMMEL 83 751 945 2.076.156,49
LEUVEN 185 604 417 4.601.013,31
BEKKEVOORT/GEETBETS/GLABBEEK/KORTENAKEN/ 44 931 347 1.113.819,00
TIELT-WIGNE
LANDEN /LINTER/ZOUTLEEUW 38 072 342 943.788,71
BIERBEEK /BOUTERSEM/HOLSBEEK/LUBBEEK 35 829 328 888.185,84
HOEGAARDEN /TIENEN 60 707 243 1.504.893,24
HERENT /KORTENBERG 34 184 721 847.417,10
AARSCHOT 38 204 551 947.066,08
BOORTMEERBEEK /HAACHT/KEERBERGEN 31 818 992 788.772,21
BERTEM/HULDENBERG/OUD-HEVERLEE 27 872 294 690.936,12
BEGIJNENDIJK /ROTSELAAR/TREMELO 31 090 844 770.721,89
TERVUREN 23 666 213 586.670,10
DIEST /SCHERPENHEUVEL-ZICHEM 64 123 188 1.589.572,30
CHARLEROI 538 333 409 13.344.936,63
BEAUMONT/CHIMAY/FROIDCHAPELLE/MOMIGNIE/ 65 952 361 1.634.916,32
SIVRY-RANCE
CHAPELLE-LEZ-HERLAIMONT/MANAGE/ 97 593 102 2.419.269,80
MORLANWELZ/SENEFFE
FLEURUS /LES BONS VILLERS/PONT-A-CELLES 66 609 910 1.651.216,54
AISEAU-PRESLES /CHATELET/FARCIENNES 89 265 087 2.212.823,71
ERQUELINNES/ESTINNES/LOBBES/ 51 749 848 1.282.845,22
MERBES-LE-CHATEAU
GERPINNES/HAM-SUR-HEURE-NALINNES/ 64 625 325 1.602.019,96
MONTIGNY-LE-TILLEUL/THUIN
COURCELLES /FONTAINE-L'EVEQUE 76 997 576 1.908.720,05
ANDERLUES /BINCHE 72 593 508 1.799.546,06
MONS/QUEVY 238 081 213 5.901.879,11
LA LOUVIERE 150 976 307 3.742.604,89
BRUGELETTE/CHIEVRES/ENGHIEN/JURBISE/ 66 283 094 1.643.114,98
LENS/SILLY
BOUSSU/COLFONTAINE/FRAMERIES/QUAREGNON/ 164 739 043 4.083.774,20
SAINT-GHISLAIN
DOUR /HENSIES/HONNELLES/QUIEVRAIN 67 542 680 1.674.339,30
BRAINE-LE-COMTE /ECAUSSINNES/LEROEULX/ 107 421 005 2.662.897,16
SOIGNIES
MOUSCRON 88 277 721 2.188.347,54
COMINES-WARNETON 42 702 723 1.058.572,85
BELOEIL/LEUZE-EN-HAINAUT 51 109 014 1.266.959,36
CELLES/ESTAIMPUIS/MONT-DE-L'ENCLUS/PECQ 43 677 755 1.082.743,26
BERNISSART /PERUWELZ 55 522 535 1.376.367,69
ATH 45 677 158 1.132.307,17
ANTOING /BRUNEHAUT/RUMES/TOURNAI 165 359 550 4.099.156,17
ELLEZELLES/FLOBECQ/FRASNES-LEZ-ANVAING/ 64 167 339 1.590.666,78
LESSINES
AMEL/BUELLINGEN/BUETGENBACH/BURG-REU/ 65 051 975 1.612.596,34
SANKT VITH
EUPEN /KELMIS/LONTZEN/RAEREN 93 428 385 2.316.029,17
BRAIVES/BURDINNE/HANNUT/HERON/LINCENT/ 40 783 329 1.010.992,32
WASSEIGE
AMAY/ENGIS/SAINT-GEORGES-SUR-MEUSE/ 76 498 824 1.896.356,31
VERLAINE/VILLERS-/WANZE
HUY 48 298 986 1.197.300,59
ANTHISNES/CLAVIER/COMBLAIN-AU-PONT/ 77 647 262 1.924.825,35
FERRIERE/HAMOIR/MARCHIN/MODAVE/NANDRIN/
OUFFET/TINLOT
LIEGE 670 976 291 16.633.067,78
HERSTAL 63 409 344 1.571.876,58
BEYNE-HEUSAY /FLERON/SOUMAGNE 54 664 217 1.355.090,54
FLEMALLE 39 941 461 990.122,96
ANS/SAINT-NICOLAS 78 858 561 1.954.852,66
AWANS /GRACE-HOLLOGNE 49 366 145 1.223.754,77
BERLOZ/CRISNEE/DONCEEL/FAIMES/ 49 542 005 1.228.114,22
FEXHE-LE-HAUT-CLOCHER/GEER/OREYE/
REMICOUR/WAREMME
NEUPRE /SERAING 135 200 592 3.351.535,13
BASSENGE/BLEGNY/DALHEM/JUPRELLE/OUPEYE/VISE 96 422 872 2.390.260,56
AYWAILLE/CHAUDFONTAINE/ESNEUX/SPRIMONT/ 87 252 916 2.162.943,29
TROOZ
JALHAY /SPA/THEUX 60 087 429 1.489.528,46
DISON /PEPINSTER/VERVIERS 144 458 639 3.581.036,12
LIERNEUX/MALMEDY/STAVELOT/STOUMONT/ 65 710 658 1.628.924,66
TROIS-PONTS/WAIMES
AUBEL/BAELEN/HERVE/LIMBOURG/OLNE/PLOMBIER/ 92 557 708 2.294.445,65
THIMISTER/WELKENRAAD
ARLON /ATTERT/HABAY/MARTELAN 88 901 057 2.203.799,64
AUBANGE /MESSANCY/MUSSON/SAINT-LE 48 565 757 1.203.913,67
CHINY/ETALLE/FLORENVILLE/MEIX-DEV/ROUVROY/ 88 541 390 2.194.883,73
TINTIGNY/VIRTON
DURBUY/EREZEE/GOUVY/HOTTON/HOUFFALIZE/ 184 345 705 4.569.810,66
LA ROCHE/MANHAY/MARCHE-E/NASSOGNE/RENDEUX/
TENNEVIL/VIELSALM
BASTOGNE/BERTOGNE/FAUVILLERS/LEGLISE/ 134 421 692 3.332.226,70
LIBRAMONT/NEUFCHAT/SAINTE-O/VAUX-SUR
BERTRIX/BOUILLON/DAVERDISSE/HERBEUMO/ 108 256 871 2.683.617,73
LIBIN/PALISEUL/SAINT-HU/TELLIN/WELLIN
FLORENNES /WALCOURT 44 329 353 1.098.895,96
BEAURAING /BIEVRE/GEDINNE/VRESSE-S 52 299 385 1.296.467,89
COUVIN /VIROINVAL 50 618 031 1.254.788,21
HOUYET /ROCHEFORT 44 589 039 1.105.333,40
CINEY /HAMOIS/HAVELANGE/SOMME-LEUZE 68 848 130 1.706.700,56
CERFONTAINE /DOISCHE/PHILIPPEVILLE 45 238 547 1.121.434,29
ANHEE /DINANT/HASTIERE/ONHAYE/YVOIR 102 340 769 2.536.961,40
NAMUR 221 188 888 5.483.129,31
EGHEZEE /GEMBLOUX/LA BRUYERE 53 191 299 1.318.577,86
ANDENNE /ASSESSE/FERNELMONT/GESVES/OHEY 76 036 384 1.884.892,72
FLOREFFE/FOSSES-LA-VILLE/METTET/PROFONDE 62 950 423 1.560.500,22
SAMBREVILLE /SOMBREFFE 52 788 977 1.308.604,56
JEMEPPE-SUR-SAMBRE 24 209 828 600.145,96
BRAINE-LE-CHATEAU /ITTRE/REBECQ/TUBIZE 64 145 365 1.590.122,06
LA HULPE /LASNE/RIXENSART 52 423 942 1.299.555,58
WAVRE 55 962 188 1.387.266,40
BRAINE-L'ALLEUD 44 281 752 1.097.715,96
WATERLOO 43 391 731 1.075.652,91
OTTIGNIES-LOUVAIN-LA-NEUV 44 883 793 1.112.640,17
GENAPPE /NIVELLES 79 308 760 1.966.012,81
CHASTRE/COURT-SAINT-ETIENNE/ 45 223 425 1.121.059,41
MONT-SAINT-GUIBERT/VILLERS-/WALHAIN
HELECINE/JODOIGNE/ORP-JAUCHE/PERWEZ/ 55 719 724 1.381.255,87
RAMILLIE
BEAUVECHAIN/CHAUMONT-GISTOUX/GREZ-DOICEAU/ 36 334 887 900.718,32
INCOURT
federale federale
2002 2002
ZP (en BEF) (en Euro)
BRUSSEL /ELSENE 1 286 990 404 31.903.658,77
ANDERLECHT /SINT-GILLIS/VORST 441 810 271 10.952.190,54
OUDERGEM/UKKEL/WATERMAAL-BOSVOORDE 250 019 266 6.197.815,71
ETTERBEEK/SINT-LAMBRECHTS-WOLUWE/ 257 274 685 6.377.672,85
SINT-PIETERS-WOLUWE
EVERE /SCHAARBEEK/SINT-JOOST-TEN-NODE 389 573 102 9.657.264,95
GANSHOREN/JETTE/KOEKELBERG/ 318 069 339 7.884.732,95
SINT-AGATHA-BERCHEM/SINT-JAN
KAPELLEN /STABROEK 42 787 408 1.060.672,14
AARTSELAAR /EDEGEM/HOVE/KONTICH/LINT 73 913 294 1.832.262,70
ESSEN /KALMTHOUT/WUUSTWEZEL 61 396 115 1.521.969,94
BOECHOUT/BORSBEEK/MORTSEL/ 91 965 408 2.279.762,91
WIJNEGEM/WOMMELGEM
BRASSCHAAT 46 183 920 1.144.869,47
SCHOTEN 41 378 775 1.025.753,04
RANST /ZANDHOVEN 30 042 044 744.722,82
BRECHT /MALLE/SCHILDE/ZOERSEL 77 425 977 1.919.339,83
ANTWERPEN 1 194 738 885 29.616.803,35
ZWIJNDRECHT 23 712 527 587.818,19
BOOM /HEMIKSEM/NIEL/RUMST/SCHELLE 72 632 296 1.800.507,59
BORNEM /PUURS/SINT-AMANDS 46 797 669 1.160.083,91
WILLEBROEK 31 155 043 772.313,34
MECHELEN 142 058 546 3.521.539,37
BONHEIDEN/DUFFEL/PUTTE/ 70 073 644 1.737.080,26
SINT-KATELIJNE-WAVER
LIER 54 835 889 1.359.346,18
BERLAAR /NIJLEN 38 460 557 953.412,30
HEIST-OP-DEN-BERG 45 872 456 1.137.148,48
HOOGSTRATEN /MERKSPLAS/RIJKEVORSEL 50 971 943 1.263.561,46
HERSELT /HULSHOUT/WESTERLO 49 909 397 1.237.221,63
GEEL /LAAKDAL/MEERHOUT 76 494 636 1.896.252,49
ARENDONK /RAVELS/RETIE 44 259 757 1.097.170,72
BALEN /DESSEL/MOL 75 972 556 1.883.310,47
GROBBENDONK/HERENTALS/HERENTHOUT/ 74 647 923 1.850.473,66
OLEN/VORSELAAR
BAARLE-HERTOG/BEERSE/KASTERLEE/LILLE/ 138 250 817 3.427.148,23
OUD-TURNHOUT/TURNHOUT/VOSSELAAR
BRUGGE 235 550 330 5.839.140,16
BLANKENBERGE /ZUIENKERKE 44 210 944 1.095.960,67
DAMME /KNOKKE-HEIST 82 423 875 2.043.234,49
BEERNEM /OOSTKAMP/ZEDELGEM 75 965 670 1.883.139,77
OOSTENDE 147 468 119 3.655.639,18
BREDENE /DE HAAN 44 366 727 1.099.822,43
MIDDELKERKE 36 416 739 902.747,38
ARDOOIE/LICHTERVELDE/PITTEM/RUISELED/ 92 850 937 2.301.714,61
TIELT/WINGENE
GISTEL/ICHTEGEM/JABBEKE/OUDENBUR/TORHOUT 91 006 382 2.255.989,28
HEUVELLAND/IEPER/LANGEMARK-POELKAPELLE/ 200 437 753 4.968.722,11
MESEN/MOORSLEDE/POPERING/STADEN/
VLETEREN/WERVIK/ZONNEBEK
DENTERGEM/INGELMUNSTER/MEULEBEKE/ 46 948 308 1.163.818,16
OOSTROZE/WIELSBEKE
KORTRIJK/KUURNE/LENDELEDE 158 167 169 3.920.861,70
LEDEGEM/MENEN/WEVELGEM 88 506 107 2.194.009,08
DEERLIJK/HARELBEKE 37 386 784 926.794,17
ANZEGEM/AVELGEM/SPIERE-HELKIJN/WAREGEM/ 94 494 758 2.342.463,86
ZWEVEGEM
HOOGLEDE/IZEGEM/ROESELARE 119 350 431 2.958.619,90
ALVERINGEM/LO-RENINGE/VEURNE 44 958 489 1.114.491,83
DIKSMUIDE/HOUTHULST/KOEKELARE/KORTEMARK 75 302 248 1.866.693,97
DE PANNE/KOKSIJDE/NIEUWPOORT 90 928 764 2.254.065,18
BEVEREN 64 441 489 1.597.462,78
KRUIBEKE /TEMSE 54 567 978 1.352.704,84
LOKEREN 52 849 719 1.310.110,31
HAMME /WAASMUNSTER 36 867 444 913.920,06
BERLARE /ZELE 48 716 673 1.207.654,78
BUGGENHOUT /LEBBEKE 34 641 132 858.731,23
LAARNE /WETTEREN/WICHELEN 57 069 914 1.414.726,21
DENDERLEEUW /HAALTERT 42 935 280 1.064.337,78
NINOVE 47 214 103 1.170.407,04
DENDERMONDE 67 727 856 1.678.929,69
SINT-GILLIS-WAAS /STEKENE 40 348 258 1.000.207,19
SINT-NIKLAAS 110 617 149 2.742.127,50
AALST 133 045 167 3.298.103,54
ERPE-MERE /LEDE 48 268 868 1.196.553,97
EEKLO /KAPRIJKE/SINT-LAUREINS 67 530 480 1.674.036,87
DESTELBERGEN /MELLE/MERELBEKE/OOSTERZE 67 801 027 1.680.743,56
DE PINTE/GAVERE/NAZARETH/SINT-MAR 41 116 700 1.019.256,37
DEINZE /ZULTE 57 675 626 1.429.741,42
ASSENEDE /EVERGEM 53 725 603 1.331.822,90
LOVENDEGEM /NEVELE/WAARSCHOOT/ZOMERGEM 39 819 156 987.091,09
AALTER /KNESSELARE 34 073 258 844.654,00
MALDEGEM 38 722 951 959.916,88
GENT 565 451 564 14.017.178,14
LOCHRISTI /MOERBEKE/WACHTEBEKE/ZELZATE 73 457 751 1.820.970,08
KLUISBERGEN/KRUISHOUTEM/OUDENAARDE/ 80 137 762 1.986.563,23
WORTEGEM/ZINGEM
BRAKEL /HOREBEKE/MAARKEDAL/ZWALM 42 917 565 1.063.898,65
RONSE 38 850 372 963.075,57
GERAARDSBERGEN /LIERDE 51 106 114 1.266.887,47
HERZELE/SINT-LIEVENS-HOUTEM/ZOTTEGEM 59 219 097 1.468.003,07
DIEPENBEEK /HASSELT/ZONHOVEN 170 807 823 4.234.215,33
LOMMEL 44 139 278 1.094.184,12
HAMONT-ACHEL /NEERPELT/OVERPELT 50 624 088 1.254.938,36
BERINGEN /HAM/TESSENDERLO 71 545 291 1.773.561,44
HALEN /HERK-DE-STAD/LUMMEN 33 913 741 840.699,68
GINGELOM /NIEUWERKERKEN/SINT-TRUIDEN 72 371 372 1.794.039,45
HECHTEL-EKSEL /LEOPOLDSBURG/PEER 91 581 330 2.270.241,87
HEUSDEN-ZOLDER 36 683 797 909.367,57
HOUTHALEN-HELCHTEREN 36 817 481 912.681,51
DILSEN-STOKKEM /MAASEIK 58 736 225 1.456.032,98
ALKEN /BORGLOON/HEERS/KORTESSEM/WELLEN 55 118 091 1.366.341,79
BILZEN /HOESELT/RIEMST 79 666 666 1.974.885,06
LANAKEN 36 534 903 905.676,59
MAASMECHELEN 46 967 205 1.164.286,60
HERSTAPPE/TONGEREN 46 273 128 1.147.080,88
VOEREN 16 055 911 398.015,64
AS/GENK/OPGLABBEEK/ZUTENDAAL 124 512 599 3.086.586,70
BOCHOLT /BREE/KINROOI/MEEUWEN-GRUITRODE 68 640 780 1.701.560,49
ZAVENTEM 51 820 829 1.284.604,80
KRAAINEM /WEZEMBEEK-OPPEM 31 511 521 781.150,20
HOEILAART /OVERIJSE 38 914 820 964.673,19
DROGENBOS /LINKEBEEK/SINT-GENESIUS-RODE 34 127 061 845.987,74
BEERSEL 29 919 614 741.687,86
BEVER/GALMAARDEN/GOOIK/HERNE/LENNIK/ 36 865 048 913.860,67
PEPINGEN
DILBEEK 47 843 849 1.186.018,04
AFFLIGEM /LIEDEKERKE/ROOSDAAL/TERNAT 49 758 853 1.233.489,75
KAPELLE-OP-DEN-BOS /LONDERZEEL/MEISE 42 782 023 1.060.538,65
GRIMBERGEN 42 919 406 1.063.944,28
MACHELEN /VILVOORDE 76 647 395 1.900.039,29
KAMPENHOUT /STEENOKKERZEEL/ZEMST 40 665 410 1.008.069,18
HALLE 55 655 934 1.379.674,57
SINT-PIETERS-LEEUW 39 809 358 986.848,21
ASSE /MERCHTEM/OPWIJK/WEMMEL 83 751 945 2.076.156,49
LEUVEN 185 604 417 4.601.013,31
BEKKEVOORT/GEETBETS/GLABBEEK/KORTENAKEN/ 44 931 347 1.113.819,00
TIELT-WIGNE
LANDEN /LINTER/ZOUTLEEUW 38 072 342 943.788,71
BIERBEEK /BOUTERSEM/HOLSBEEK/LUBBEEK 35 829 328 888.185,84
HOEGAARDEN /TIENEN 60 707 243 1.504.893,24
HERENT /KORTENBERG 34 184 721 847.417,10
AARSCHOT 38 204 551 947.066,08
BOORTMEERBEEK /HAACHT/KEERBERGEN 31 818 992 788.772,21
BERTEM/HULDENBERG/OUD-HEVERLEE 27 872 294 690.936,12
BEGIJNENDIJK /ROTSELAAR/TREMELO 31 090 844 770.721,89
TERVUREN 23 666 213 586.670,10
DIEST /SCHERPENHEUVEL-ZICHEM 64 123 188 1.589.572,30
CHARLEROI 538 333 409 13.344.936,63
BEAUMONT/CHIMAY/FROIDCHAPELLE/MOMIGNIE/ 65 952 361 1.634.916,32
SIVRY-RANCE
CHAPELLE-LEZ-HERLAIMONT/MANAGE/ 97 593 102 2.419.269,80
MORLANWELZ/SENEFFE
FLEURUS /LES BONS VILLERS/PONT-A-CELLES 66 609 910 1.651.216,54
AISEAU-PRESLES /CHATELET/FARCIENNES 89 265 087 2.212.823,71
ERQUELINNES/ESTINNES/LOBBES/ 51 749 848 1.282.845,22
MERBES-LE-CHATEAU
GERPINNES/HAM-SUR-HEURE-NALINNES/ 64 625 325 1.602.019,96
MONTIGNY-LE-TILLEUL/THUIN
COURCELLES /FONTAINE-L'EVEQUE 76 997 576 1.908.720,05
ANDERLUES /BINCHE 72 593 508 1.799.546,06
MONS/QUEVY 238 081 213 5.901.879,11
LA LOUVIERE 150 976 307 3.742.604,89
BRUGELETTE/CHIEVRES/ENGHIEN/JURBISE/ 66 283 094 1.643.114,98
LENS/SILLY
BOUSSU/COLFONTAINE/FRAMERIES/QUAREGNON/ 164 739 043 4.083.774,20
SAINT-GHISLAIN
DOUR /HENSIES/HONNELLES/QUIEVRAIN 67 542 680 1.674.339,30
BRAINE-LE-COMTE /ECAUSSINNES/LEROEULX/ 107 421 005 2.662.897,16
SOIGNIES
MOUSCRON 88 277 721 2.188.347,54
COMINES-WARNETON 42 702 723 1.058.572,85
BELOEIL/LEUZE-EN-HAINAUT 51 109 014 1.266.959,36
CELLES/ESTAIMPUIS/MONT-DE-L'ENCLUS/PECQ 43 677 755 1.082.743,26
BERNISSART /PERUWELZ 55 522 535 1.376.367,69
ATH 45 677 158 1.132.307,17
ANTOING /BRUNEHAUT/RUMES/TOURNAI 165 359 550 4.099.156,17
ELLEZELLES/FLOBECQ/FRASNES-LEZ-ANVAING/ 64 167 339 1.590.666,78
LESSINES
AMEL/BUELLINGEN/BUETGENBACH/BURG-REU/ 65 051 975 1.612.596,34
SANKT VITH
EUPEN /KELMIS/LONTZEN/RAEREN 93 428 385 2.316.029,17
BRAIVES/BURDINNE/HANNUT/HERON/LINCENT/ 40 783 329 1.010.992,32
WASSEIGE
AMAY/ENGIS/SAINT-GEORGES-SUR-MEUSE/ 76 498 824 1.896.356,31
VERLAINE/VILLERS-/WANZE
HUY 48 298 986 1.197.300,59
ANTHISNES/CLAVIER/COMBLAIN-AU-PONT/ 77 647 262 1.924.825,35
FERRIERE/HAMOIR/MARCHIN/MODAVE/NANDRIN/
OUFFET/TINLOT
LIEGE 670 976 291 16.633.067,78
HERSTAL 63 409 344 1.571.876,58
BEYNE-HEUSAY /FLERON/SOUMAGNE 54 664 217 1.355.090,54
FLEMALLE 39 941 461 990.122,96
ANS/SAINT-NICOLAS 78 858 561 1.954.852,66
AWANS /GRACE-HOLLOGNE 49 366 145 1.223.754,77
BERLOZ/CRISNEE/DONCEEL/FAIMES/ 49 542 005 1.228.114,22
FEXHE-LE-HAUT-CLOCHER/GEER/OREYE/
REMICOUR/WAREMME
NEUPRE /SERAING 135 200 592 3.351.535,13
BASSENGE/BLEGNY/DALHEM/JUPRELLE/OUPEYE/VISE 96 422 872 2.390.260,56
AYWAILLE/CHAUDFONTAINE/ESNEUX/SPRIMONT/ 87 252 916 2.162.943,29
TROOZ
JALHAY /SPA/THEUX 60 087 429 1.489.528,46
DISON /PEPINSTER/VERVIERS 144 458 639 3.581.036,12
LIERNEUX/MALMEDY/STAVELOT/STOUMONT/ 65 710 658 1.628.924,66
TROIS-PONTS/WAIMES
AUBEL/BAELEN/HERVE/LIMBOURG/OLNE/PLOMBIER/ 92 557 708 2.294.445,65
THIMISTER/WELKENRAAD
ARLON /ATTERT/HABAY/MARTELAN 88 901 057 2.203.799,64
AUBANGE /MESSANCY/MUSSON/SAINT-LE 48 565 757 1.203.913,67
CHINY/ETALLE/FLORENVILLE/MEIX-DEV/ROUVROY/ 88 541 390 2.194.883,73
TINTIGNY/VIRTON
DURBUY/EREZEE/GOUVY/HOTTON/HOUFFALIZE/ 184 345 705 4.569.810,66
LA ROCHE/MANHAY/MARCHE-E/NASSOGNE/RENDEUX/
TENNEVIL/VIELSALM
BASTOGNE/BERTOGNE/FAUVILLERS/LEGLISE/ 134 421 692 3.332.226,70
LIBRAMONT/NEUFCHAT/SAINTE-O/VAUX-SUR
BERTRIX/BOUILLON/DAVERDISSE/HERBEUMO/ 108 256 871 2.683.617,73
LIBIN/PALISEUL/SAINT-HU/TELLIN/WELLIN
FLORENNES /WALCOURT 44 329 353 1.098.895,96
BEAURAING /BIEVRE/GEDINNE/VRESSE-S 52 299 385 1.296.467,89
COUVIN /VIROINVAL 50 618 031 1.254.788,21
HOUYET /ROCHEFORT 44 589 039 1.105.333,40
CINEY /HAMOIS/HAVELANGE/SOMME-LEUZE 68 848 130 1.706.700,56
CERFONTAINE /DOISCHE/PHILIPPEVILLE 45 238 547 1.121.434,29
ANHEE /DINANT/HASTIERE/ONHAYE/YVOIR 102 340 769 2.536.961,40
NAMUR 221 188 888 5.483.129,31
EGHEZEE /GEMBLOUX/LA BRUYERE 53 191 299 1.318.577,86
ANDENNE /ASSESSE/FERNELMONT/GESVES/OHEY 76 036 384 1.884.892,72
FLOREFFE/FOSSES-LA-VILLE/METTET/PROFONDE 62 950 423 1.560.500,22
SAMBREVILLE /SOMBREFFE 52 788 977 1.308.604,56
JEMEPPE-SUR-SAMBRE 24 209 828 600.145,96
BRAINE-LE-CHATEAU /ITTRE/REBECQ/TUBIZE 64 145 365 1.590.122,06
LA HULPE /LASNE/RIXENSART 52 423 942 1.299.555,58
WAVRE 55 962 188 1.387.266,40
BRAINE-L'ALLEUD 44 281 752 1.097.715,96
WATERLOO 43 391 731 1.075.652,91
OTTIGNIES-LOUVAIN-LA-NEUV 44 883 793 1.112.640,17
GENAPPE /NIVELLES 79 308 760 1.966.012,81
CHASTRE/COURT-SAINT-ETIENNE/ 45 223 425 1.121.059,41
MONT-SAINT-GUIBERT/VILLERS-/WALHAIN
HELECINE/JODOIGNE/ORP-JAUCHE/PERWEZ/ 55 719 724 1.381.255,87
RAMILLIE
BEAUVECHAIN/CHAUMONT-GISTOUX/GREZ-DOICEAU/ 36 334 887 900.718,32
INCOURT
Gezien om gevoegd te worden bij Ons besluit van 24 december 2001.
ALBERT
Van Koningswege :
De Minister van Binnenlandse Zaken,
A. DUQUESNE
ALBERT
Van Koningswege :
De Minister van Binnenlandse Zaken,
A. DUQUESNE
Vu pour être annexé à Notre arrêté du 24 décembre 2001.
ALBERT
Par le Roi :
Le Ministre de l'Intérieur,
A. DUQUESNE
ALBERT
Par le Roi :
Le Ministre de l'Intérieur,
A. DUQUESNE
Art. N. Bijlage III. - Lijst van de bedragen van een toelage aan de gemeenten met een veiligheids - en samenlevingscontract.
Art. N3. Annexe III. - Liste des montants d'une allocation aux communes avec un contrat de sécurité et de société.
GEMEENTE BEDRAG IN EURO
AALST (ALOST) 244.175
ANDERLECHT 456.124
ANTWERPEN (ANVERS) 1.303.920
BRUGGE (BRUGES) 110.313
BRUXELLES/BRUSSEL 1.704.268
CHARLEROI 329.698
ETTERBEEK 200.794
FOREST/VORST 421.419
GENK 451.166
GENT (GAND) 904.811
HASSELT 114.437
IXELLES/ELSENE 608.579
KOEKELBERG 151.215
KORTRIJK (COURTRAI) 186.788
LA LOUVIERE 237.978
LEUVEN (LOUVAIN) 272.683
LIEGE (LUIK) 1.313.836
MECHELEN (MALINES) 240.998
MOLENBEEK-SAINT-JEAN/SINT-JANS-MOLENBEEK 360.685
MONS (BERGEN) 123.947
NAMUR (NAMEN) 126.178
OOSTENDE (OSTENDE) 301.191
SAINT-GILLES/SINT-GILLIS 643.284
SAINT-JOSSE-TEN-NOODE/SINT-JOOST-TEN-NODE 178.483
SCHAERBEEK/SCHAARBEEK 462.321
SERAING 626.426
SINT-NIKLAAS (SAINT-NICOLAS) 249.133
TOURNAI (DOORNIK) 159.891
VERVIERS 154.187
TOTAAL BEDRAG 12.638.928
AALST (ALOST) 244.175
ANDERLECHT 456.124
ANTWERPEN (ANVERS) 1.303.920
BRUGGE (BRUGES) 110.313
BRUXELLES/BRUSSEL 1.704.268
CHARLEROI 329.698
ETTERBEEK 200.794
FOREST/VORST 421.419
GENK 451.166
GENT (GAND) 904.811
HASSELT 114.437
IXELLES/ELSENE 608.579
KOEKELBERG 151.215
KORTRIJK (COURTRAI) 186.788
LA LOUVIERE 237.978
LEUVEN (LOUVAIN) 272.683
LIEGE (LUIK) 1.313.836
MECHELEN (MALINES) 240.998
MOLENBEEK-SAINT-JEAN/SINT-JANS-MOLENBEEK 360.685
MONS (BERGEN) 123.947
NAMUR (NAMEN) 126.178
OOSTENDE (OSTENDE) 301.191
SAINT-GILLES/SINT-GILLIS 643.284
SAINT-JOSSE-TEN-NOODE/SINT-JOOST-TEN-NODE 178.483
SCHAERBEEK/SCHAARBEEK 462.321
SERAING 626.426
SINT-NIKLAAS (SAINT-NICOLAS) 249.133
TOURNAI (DOORNIK) 159.891
VERVIERS 154.187
TOTAAL BEDRAG 12.638.928
COMMUNE MONTANT EN EURO
AALST (ALOST) 244.175
ANDERLECHT 456.124
ANTWERPEN (ANVERS) 1.303.920
BRUGGE (BRUGES) 110.313
BRUXELLES/BRUSSEL 1.704.268
CHARLEROI 329.698
ETTERBEEK 200.794
FOREST/VORST 421.419
GENK 451.166
GENT (GAND) 904.811
HASSELT 114.437
IXELLES/ELSENE 608.579
KOEKELBERG 151.215
KORTRIJK (COURTRAI) 186.788
LA LOUVIERE 237.978
LEUVEN (LOUVAIN) 272.683
LIEGE (LUIK) 1.313.836
MECHELEN (MALINES) 240.998
MOLENBEEK-SAINT-JEAN/SINT-JANS-MOLENBEEK 360.685
MONS (BERGEN) 123.947
NAMUR (NAMEN) 126.178
OOSTENDE (OSTENDE) 301.191
SAINT-GILLES/SINT-GILLIS 643.284
SAINT-JOSSE-TEN-NOODE/SINT-JOOST-TEN-NODE 178.483
SCHAERBEEK/SCHAARBEEK 462.321
SERAING 626.426
SINT-NIKLAAS (SAINT-NICOLAS) 249.133
TOURNAI (DOORNIK) 159.891
VERVIERS 154.187
MONTANT TOTAL 12.638.928
AALST (ALOST) 244.175
ANDERLECHT 456.124
ANTWERPEN (ANVERS) 1.303.920
BRUGGE (BRUGES) 110.313
BRUXELLES/BRUSSEL 1.704.268
CHARLEROI 329.698
ETTERBEEK 200.794
FOREST/VORST 421.419
GENK 451.166
GENT (GAND) 904.811
HASSELT 114.437
IXELLES/ELSENE 608.579
KOEKELBERG 151.215
KORTRIJK (COURTRAI) 186.788
LA LOUVIERE 237.978
LEUVEN (LOUVAIN) 272.683
LIEGE (LUIK) 1.313.836
MECHELEN (MALINES) 240.998
MOLENBEEK-SAINT-JEAN/SINT-JANS-MOLENBEEK 360.685
MONS (BERGEN) 123.947
NAMUR (NAMEN) 126.178
OOSTENDE (OSTENDE) 301.191
SAINT-GILLES/SINT-GILLIS 643.284
SAINT-JOSSE-TEN-NOODE/SINT-JOOST-TEN-NODE 178.483
SCHAERBEEK/SCHAARBEEK 462.321
SERAING 626.426
SINT-NIKLAAS (SAINT-NICOLAS) 249.133
TOURNAI (DOORNIK) 159.891
VERVIERS 154.187
MONTANT TOTAL 12.638.928
Gezien om gevoegd te worden bij Ons besluit van 24 december 2001.
ALBERT
Van Koningswege :
De Minister van Binnenlandse Zaken,
A. DUQUESNE.
ALBERT
Van Koningswege :
De Minister van Binnenlandse Zaken,
A. DUQUESNE.
Vu pour être annexé à Notre arrêté du 24 décembre 2001.
ALBERT
Par le Roi :
Le Ministre de l'Intérieur,
A. DUQUESNE.
ALBERT
Par le Roi :
Le Ministre de l'Intérieur,
A. DUQUESNE.