Comparaison NL / FR

| Word Word (citation)

Nederlands (NL)

Français (FR)

Titre
31 AUGUSTUS 2000. - Besluit van de Regering tot aanpassing van bepaalde bepalingen van de onderwijswetgeving wat de oprichting van een ambt van leraar oude talen en de wijziging van bepaalde weddeschalen betreft (VERTALING).
Titre
31 AOUT 2000. - Arrêté du Gouvernement adaptant certaines dispositions relatives à la législation sur l'enseignement en rapport avec la création d'une fonction de professeur de langues anciennes et avec la modification de certaines échelles de traitement (TRADUCTION).
Informations sur le document
Info du document
Tekst (21)
Texte (21)
HOOFDSTUK I. - Wijzigingsbepalingen met betrekking tot de oprichting van het ambt van leraar oude talen.
CHAPITRE I. - Dispositions modificatives en rapport avec la création de la fonction de professeur de langues anciennes.
Artikel 1. In artikel 3 van het koninklijk besluit van 2 oktober 1968 tot vaststelling en rangschikking van de ambten der leden van het bestuurs- en onderwijzend personeel, van het opvoedend hulppersoneel, van het paramedisch personeel der inrichtingen voor kleuter-, lager-, buitengewoon, middelbaar, technisch, kunst- en normaalonderwijs van de Staat alsmede der internaten die van deze inrichtingen afhangen, en van de ambten der leden van de Inspectiedienst die belast is met het toezicht op deze inrichtingen, wordt het tweede lid door de volgende bepaling vervangen :
  " Het lager onderwijs bestaat uit hoogstens drie graden : de eerste, de tweede en de derde. ".
Article 1. A l'article 3 de l'arrêté royal du 2 octobre 1968 déterminant et classant les fonctions des membres du personnel directeur et enseignant, du personnel auxiliaire d'éducation, du personnel paramédical des établissements d'enseignement gardien, primaire, spécial, moyen, technique, artistique et normal de l'Etat et les fonctions des membres du personnel du Service d'Inspection chargé de la surveillance de ces établissements, l'alinéa 2 est remplacé par la disposition suivante :
  " L'enseignement primaire comporte trois degrés au maximum : le premier, le deuxième et le troisième. ".
Art.2. In artikel 6 van hetzelfde koninklijk besluit van 2 oktober 1968, wordt, onder de rubriek C, a), de punt 2 geschrapt.
  In artikel 6 van hetzelfde koninklijk besluit van 2 oktober 1968, wordt een rubriek Dbis ingevoegd, luidend als volgt :
  " Dbis. In het secundair onderwijs :
  a) wervingsambten :
  1. leraar oude talen. ".
Art.2. A l'article 6 du même arrêté royal du 2 octobre 1968, le point 2 de la rubrique C, a) est abrogé.
  A l'article 6 du même arrêté royal du 2 octobre 1968, est insérée une rubrique Dbis, rédigée comme suit :
  " Dbis. Dans l'enseignement secondaire :
  a. fonctions de recrutement :
  1. professeur de langues anciennes. ".
Art.3. In artikel 1 van het ministerieel besluit van 30 april 1969 tot vaststelling van de algemene vakken, bijzondere vakken, technische vakken en beroepspraktijk in de hogere graad van de koninklijke athenea en lycea waarvan de onderwijstaal de Franse taal of de Duitse taal is, worden de woorden " Latijn, Grieks " geschrapt.
Art.3. A l'article 1er de l'arrêté ministériel du 30 avril 1969 déterminant les cours généraux, cours spéciaux, cours techniques et de pratique professionnelle au degré supérieur des lycées et athénées royaux, dont la langue de l'enseignement est la langue française ou la langue allemande, les mots " latin, grec " sont supprimés.
Art.4. In artikel 1 van het ministerieel besluit van 30 april 1969 tot vaststelling van de algemene vakken, bijzondere vakken, technische vakken, beroepspraktijk en van de technische vakken en beroepspraktijk in het secundair onderwijs georganiseerd in de technische instituten van de Staat, waar de onderwijstaal de Franse taal of de Duitse taal is, worden de woorden " Latijn, Grieks " geschrapt.
Art.4. A l'article 1er de l'arrêté ministériel du 30 avril 1969 déterminant les cours généraux, cours spéciaux, cours techniques, la pratique professionnelle et les cours techniques et de pratique professionnelle dans les écoles techniques secondaires supérieures, dans l'enseignement secondaire supérieur, dispensé dans les instituts techniques de l'Etat, dont la langue de l'enseignement est la langue française ou la langue allemande, les mots " latin, grec " sont supprimés.
Art.5. In artikel 1 van het ministerieel besluit van 31 maart 1971 waarbij de bekwaamheidsbewijzen gespecificeerd worden die vereist zijn om het ambt uit te oefenen van leraar algemene vakken, in de hogere graad van de koninklijke lycea en athenea, waar de Duitse taal de onderwijstaal is, wordt 9° opgeheven.
Art.5. Le point 9° de l'article 1er de l'arrêté ministériel du 31 mars 1971 précisant la spécificité des titres requis pour la fonction de professeur de cours généraux au degré supérieur des lycées et athénées royaux, dont la langue de l'enseignement est la langue allemande, est abrogé.
Art.6. In de tabel van artikel 1, D, tweede kolom, van het koninklijk besluit van 22 juli 1969 tot vaststelling van de wervingsambten waarvan de leden van het bestuurs- en onderwijzend personeel, het opvoedend hulppersoneel en het paramedisch personeel van de Rijksonderwijsinrichtingen titularis moeten zijn om in een selectieambt te kunnen worden benoemd, worden de woorden " leraar oude talen (Latijn, Grieks) in het secundair onderwijs " toegevoegd tegenover de woorden :
  1. provisor aan een koninklijk atheneum of lyceum;
  2. onderdirecteur.
Art.6. Dans le tableau de l'article 1er, D, deuxième colonne, de l'arrêté royal du 22 juillet 1969 déterminant les fonctions de recrutement dont doivent être titulaires les membres du personnel directeur et enseignant, du personnel auxiliaire d'éducation et du personnel paramédical des établissements d'enseignement de l'Etat, pour pouvoir être nommés aux fonctions de sélection, les mots " professeur de langues anciennes (latin, grec) dans l'enseignement secondaire " sont ajoutés en regard des mots suivants :
  1. proviseur d'athénée ou de lycée royal;
  2. sous-directeur.
Art.7. In de tabel van artikel 1, D, tweede kolom, van het koninklijk besluit van 31 juli 1969 tot vaststelling van de wervings- en selectieambten waarvan de personeelsleden van het Rijksonderwijs titularis moeten zijn om benoemd te kunnen worden in een bevorderingsambt in de categorie van het bestuurs- en onderwijzend personeel der Rijksonderwijsinrichtingen, worden de woorden " leraar oude talen (Latijn, Grieks) in het secundair onderwijs " toegevoegd.
Art.7. Dans le tableau de l'article 1er, D, deuxième colonne, de l'arrêté royal du 31 juillet 1969 déterminant les fonctions de recrutement et les fonctions de sélection dont doivent être titulaires les membres du personnel de l'enseignement de l'Etat, pour pouvoir être nommés aux fonctions de promotion de la catégorie du personnel directeur et enseignant, sont ajoutés les mots " professeur de langues anciennes (latin, grec) dans l'enseignement secondaire ".
Art.8. Artikel 11 van het koninklijk besluit van 30 juli 1975 betreffende de voldoende geachte bekwaamheidsbewijzen in het secundair onderwijs dat verstrekt wordt in de gesubsidieerde vrije inrichtingen voor middelbaar onderwijs of voor normaalonderwijs, met inbegrip van het post-secundair psycho-pedagogisch jaar, wordt gewijzigd als volgt :
  1° in de rubriek B, worden de punten 1, 2° (leraar klassieke talen) en 2, 2° (leraar klassieke talen) opgeheven;
  2° er wordt een rubriek Bbis ingevoegd, luidend als volgt :
  " Bbis. Secundair onderwijs :
  leraar oude talen (Latijn, Grieks) :
  groep A :
  a) geaggregeerde voor het hoger secundair onderwijs (filosofie en wijsbegeerte en letteren - alle groepen behalve Germaanse filologie) : weddeschaal van de geaggregeerde voor het hoger secundair onderwijs (vereist bekwaamheidsbewijs);
  groep B :
  b) licentiaat (klassieke filologie, Romaanse filologie of geschiedenis) : weddeschaal van de geaggregeerde voor het hoger secundair onderwijs (vereist bekwaamheidsbewijs) - tweejaarlijkse verhoging;
  c) slechts in de eerste twee jaren van het secundair onderwijs : geaggregeerde voor het lager secundair onderwijs (afdeling moedertaal en geschiedenis) : weddeschaal van de geaggregeerde voor het lager secundair onderwijs (algemene vakken). ".
  In artikel 12, § 1, 3°, d), van hetzelfde koninklijk besluit van 30 juli 1975, worden de woorden " - leraar oude talen (Latijn, Grieks) " onder de woorden " - leraar bijzondere vakken " toegevoegd.
Art.8. L'article 11 de l'arrêté royal du 30 juillet 1975 relatif aux titres jugés suffisants dans l'enseignement secondaire dispensé dans les établissements libres d'enseignement moyen ou d'enseignement normal subventionnés, y compris l'année post-secondaire psychopédagogique est modifié comme suit :
  1. dans la rubrique B, les points 1, 2° (professeur de langues anciennes) et 2, 2° (professeur de langues anciennes) sont supprimés;
  2. une rubrique Bbis est insérée, rédigée comme suit :
  " Bbis. Enseignement secondaire :
  professeur de langues anciennes (latin, grec) :
  groupe A :
  a) agrégé de l'enseignement secondaire supérieur (philosophie et lettres - tous les groupes, sauf la philologie germanique) : échelle de traitement de l'agrégé de l'enseignement secondaire supérieur (titre requis);
  groupe B :
  b) licencié (philologie classique, philologie romane ou histoire) : échelle de traitement de l'agrégé de l'enseignement secondaire supérieur (titre requis) - biennale;
  c) dans les deux premières années de l'enseignement secondaire uniquement : agrégé de l'enseignement secondaire inférieur (section langue maternelle et histoire) : échelle de traitement de l'agrégé de l'enseignement secondaire inférieur (cours généraux). ".
  A l'article 12, § 1er, 3°, a), du même arrêté royal du 30 juillet 1975, les mots " - professeur de langues anciennes (latin, grec) " sont insérés sous les mots " - professeur de cours spéciaux ".
Art.9. In artikel 11 van het koninklijk besluit van 30 juli 1975 betreffende de voldoende geachte bekwaamheidsbewijzen in het secundair onderwijs georganiseerd in de gesubsidieerde officiële inrichtingen voor middelbaar onderwijs en in de gesubsidieerde officiële inrichtingen voor normaalonderwijs, wordt een Bbis ingevoegd, luidend als volgt :
  " Bbis. Secundair onderwijs :
  leraar oude talen (Latijn, Grieks) :
  groep A :
  a) geaggregeerde voor het hoger secundair onderwijs (filosofie en wijsbegeerte en letteren - alle groepen behalve Germaanse filologie : weddeschaal van de geaggregeerde voor het hoger secundair onderwijs (vereist bekwaamheidsbewijs);
  groep B :
  b) licentiaat (klassieke filologie of Romaanse filologie of geschiedenis : weddeschaal van de geaggregeerde voor het hoger secundair onderwijs (vereist bekwaamheidsbewijs) - tweejaarlijkse verhoging;
  c) slechts in de eerste twee jaren van het secundair onderwijs : geaggregeerde voor het lager secundair onderwijs (afdeling moedertaal en geschiedenis) : weddeschaal van de geaggregeerde voor het lager secundair onderwijs (algemene vakken). ".
  In artikel 12, § 1, 3°, a), van hetzelfde koninklijk besluit van 30 juli 1975, worden de woorden " - leraar oude talen (Latijn, Grieks) " onder de woorden " - leraar bijzondere vakken " toegevoegd.
Art.9. A l'article 11 de l'arrêté royal du 30 juillet 1975 relatif aux titres jugés suffisants dans l'enseignement secondaire dispensé dans les établissements d'enseignement moyen ou d'enseignement normal officiels subventionnés, est insérée une rubrique Bbis, rédigée comme suit :
  " Bbis. Enseignement secondaire :
  professeur de langues anciennes (latin, grec) :
  groupe A :
  a) agrégé de l'enseignement secondaire supérieur (philosophie et lettres - tous les groupes, sauf la philologie germanique) : échelle de traitement de l'agrégé de l'enseignement secondaire supérieur (titre requis);
  groupe B :
  b) licencié (philologie classique, philologie romane ou histoire) : échelle de traitement de l'agrégé de l'enseignement secondaire supérieur (titre requis) - biennale;
  c) dans les deux premières années de l'enseignement secondaire uniquement : agrégé de l'enseignement secondaire inférieur (section langue maternelle et histoire) : échelle de traitement de l'agrégé de l'enseignement secondaire inférieur (cours généraux). ".
  A l'article 12, § 1er, 3°, d), du même arrêté royal du 30 juillet 1975, les mots " - professeur de langues anciennes (latin, grec) " sont insérés sous les mots " - professeur de cours spéciaux ".
Art.10. Artikel 11 van het koninklijk besluit van 30 juli 1975 betreffende de voldoende geachte bekwaamheidsbewijzen in de gesubsidieerde inrichtingen voor secundair technisch en beroepsonderwijs met volledig leerplan en voor sociale promotie wordt gewijzigd als volgt :
  1. in de rubriek A, wordt nummer 8° geschrapt;
  2. er wordt een Cbis toegevoegd, luidend als volgt :
  " Cbis. Secundair onderwijs :
  leraar oude talen (Latijn, Grieks) :
  groep A :
  a) geaggregeerde voor het hoger secundair onderwijs (filosofie en wijsbegeerte en letteren - alle groepen behalve Germaanse filologie) : weddeschaal van de geaggregeerde voor het hoger secundair onderwijs (vereist bekwaamheidsbewijs);
  groep B :
  b) licentiaat (klassieke filologie of Romaanse filologie of geschiedenis : weddeschaal van de geaggregeerde voor het hoger secundair onderwijs (vereist bekwaamheidsbewijs) - tweejaarlijkse verhoging;
  c) slechts in de eerste twee jaren van het secundair onderwijs : geaggregeerde voor het lager secundair onderwijs (afdeling moedertaal en geschiedenis) : weddeschaal van de geaggregeerde voor het lager secundair onderwijs (algemene vakken). ".
Art.10. L'article 11 de l'arrêté royal du 30 juillet 1975 relatif aux titres jugés suffisants dans les établissements subventionnés d'enseignement technique et d'enseignement professionnel secondaire de plein exercice et de promotion sociale est modifié comme suit :
  1. à la rubrique A, le point 8° est supprimé;
  2. une rubrique Cbis est insérée, rédigée comme suit :
  " Cbis. Enseignement secondaire :
  professeur de langues anciennes (latin, grec) :
  groupe A :
  a) agrégé de l'enseignement secondaire supérieur (philosophie et lettres - tous les groupes, sauf la philologie germanique) : échelle de traitement de l'agrégé de l'enseignement secondaire supérieur (titre requis);
  groupe B :
  b) licencié (philologie classique, philologie romane ou histoire) : échelle de traitement de l'agrégé de l'enseignement secondaire supérieur (titre requis) - biennale;
  c) dans les deux premières années de l'enseignement secondaire uniquement : agrégé de l'enseignement secondaire inférieur (section langue maternelle et histoire) : échelle de traitement de l'agrégé de l'enseignement secondaire inférieur (cours généraux). ".
HOOFDSTUK II. - Wijzigingen met betrekking tot de weddeschalen.
CHAPITRE II. - Modifications en rapport avec les échelles de traitement.
Art.11. In artikel 11 van het koninklijk besluit van 20 juni 1975 betreffende de voldoende geachte bekwaamheidsbewijzen in het kleuter- en lager onderwijs, wordt de weddeschaal " houder van het vereist bekwaamheidsbewijs in het staatsonderwijs verminderd met een tweejaarlijkse verhoging " vervangen door de weddeschaal " houder van dit vereist bekwaamheidsbewijs in het staatsonderwijs " in het :
  1. ambt van kleuteronderwijzeres - groep B;
  2. ambt van onderwijzer - groep B, punten e en f;
  3. ambt van leermeester zedenleer - groep B, punten e en f;
  4. ambt van leermeester katholieke godsdienst - groep A, punten b, c en d;
  5. ambt van leermeester protestantse godsdienst - groep A;
  6. ambt van leermeester Israëlitische godsdienst - groep A, punt c;
  7. ambt van leermeester bijzondere vakken (lichamelijke opvoeding) - groep A, punten j, k, l, m en n - en groep B, punten o, p en q;
  8. ambt van leermeester bijzondere vakken (handenarbeid) - groep A, punten b, c en d;
  9. ambt van leermeester bijzondere vakken (snit en naad) - groep B, punten d, e, f, g, h en i;
  10. leermeester bijzondere vakken (huishoudkunde) - groep B, punten d, e, f, g, h en i.
  In artikel 11 van hetzelfde koninklijk besluit van 20 juni 1975, wordt, in het ambt van studiemeester-opvoeder in een internaat van de tehuizen voor kinderen wier ouders geen vaste verblijfplaats hebben, punt g als volgt vervangen :
  " g) het gehomologeerd getuigschrift van hoger middelbaar onderwijs of het diploma van een hogere secundaire technische school, aangevuld met het getuigschrift van middelbare technische normaalleergangen of met het getuigschrift van pedagogische bekwaamheid - weddeschaal : houder van dit bekwaamheidsbewijs in het staatsonderwijs; ".
Art.11. A l'article 11 de l'arrêté royal du 20 juin 1975 relatif aux titres jugés suffisants dans l'enseignement gardien et primaire, l'échelle de traitement " porteur du titre requis dans l'enseignement de l'Etat - biennale " est remplacée par l'échelle de traitement " porteur de ce titre dans l'enseignement de l'Etat " dans :
  1. fonction d'institutrice gardienne - groupe B;
  2. fonction d'instituteur primaire - groupe B, points e et f;
  3. fonction de maître de morale non confessionnelle - groupe B, points e et f;
  4. fonction de maître de religion catholique - groupe A, points b, c et d;
  5. fonction de maître de religion protestante - groupe A;
  6. fonction de maître de religion israélite - groupe A, point c;
  7. fonction de maître spécial d'éducation physique - groupe A, points j, k, l, m et n - et groupe B, points o, p et q;
  8. fonction de maître spécial de travail manuel - groupe A, points b, c et d;
  9. fonction de maître spécial de coupe et couture - groupe B, points, d, e, f, g, h et i;
  10. fonction de maître spécial d'économie domestique - groupe B, points d, e, f, g, h et i.
  A l'article 11 du même arrêté royal du 20 juin 1975, dans la fonction de surveillant-éducateur d'internat dans les homes pour enfants, dont les parents n'ont pas de résidence fixe, le point g est remplacé comme suit :
  " g) certificat homologué d'études moyennes du degré supérieur ou diplôme d'école technique secondaire supérieure, complétés par le certificat de cours normaux techniques moyens ou le certificat d'aptitudes pédagogiques - échelle de traitement : porteur de ce titre dans l'enseignement de l'Etat; ".
Art.12. In artikel 11 van het koninklijk besluit van 30 juli 1975 betreffende de voldoende geachte bekwaamheidsbewijzen in het secundair onderwijs dat verstrekt wordt in de gesubsidieerde vrije inrichtingen voor middelbaar onderwijs of voor normaalonderwijs, met inbegrip van het post-secundair psycho-pedagogisch jaar, wordt, in de rubriek C " Opvoedend hulppersoneel ", punt e) als volgt gewijzigd :
  " e) het gehomologeerd getuigschrift van middelbare studiën van de hogere graad of diploma van een hogere secundaire technische school, aangevuld met het getuigschrift van middelbare technische normaalleergangen of met het getuigschrift van pedagogische bekwaamheid - weddeschaal : houder van dit bekwaamheidsbewijs in het staatsonderwijs; ".
Art.12. A l'article 11 de l'arrêté royal du 30 juillet 1975 relatif aux titres jugés suffisants dans l'enseignement secondaire dispensé dans les établissements libres d'enseignement moyen ou d'enseignement normal subventionnés, y compris l'année post-secondaire psychopédagogique, le point e de la rubrique C " Personnel auxiliaire d'éducation " est remplacé comme suit :
  " e) certificat homologué d'études moyennes du degré supérieur ou diplôme d'école technique secondaire supérieure, complétés par le certificat de cours normaux techniques moyens ou le certificat d'aptitudes pédagogiques - échelle de traitement : porteur de ce titre dans l'enseignement de l'Etat; ".
Art.13. In artikel 11 van het koninklijk besluit van 30 juli 1975 betreffende de voldoende geachte bekwaamheidsbewijzen in het secundair onderwijs georganiseerd in de gesubsidieerde officiële inrichtingen voor middelbaar onderwijs en in de gesubsidieerde officiële inrichtingen voor normaalonderwijs, wordt, in de rubriek C " Opvoedend hulppersoneel ", punt e) als volgt gewijzigd :
  " e) gehomologeerd getuigschrift van middelbare studiën van de hogere graad of diploma van een hogere secundaire technische school, aangevuld met het getuigschrift van middelbare technische normaalleergangen of met het getuigschrift van pedagogische bekwaamheid - weddeschaal : houder van dit getuigschrift in het staatsonderwijs; ".
Art.13. A l'article 11 de l'arrêté royal du 30 juillet 1975 relatif aux titres jugés suffisants dans l'enseignement secondaire dispensé dans les établissements d'enseignement moyen ou d'enseignement normal officiels subventionnés, le point e de la rubrique C " Personnel auxiliaire d'éducation " est remplacé comme suit :
  " e) certificat homologué d'études moyennes du degré supérieur ou diplôme d'école technique secondaire supérieure, complétés par le certificat de cours normaux techniques moyens ou le certificat d'aptitudes pédagogiques - échelle de traitement : porteur de ce titre dans l'enseignement de l'Etat; ".
Art.14. In artikel 11 van het koninklijk besluit van 30 juli 1975 betreffende de voldoende geachte bekwaamheidsbewijzen in de gesubsidieerde inrichtingen voor secundair technisch en beroepsonderwijs met volledig leerplan en voor sociale promotie, wordt, in de rubriek G " Opvoedend hulppersoneel ", punt f) vervangen als volgt :
  " f) het gehomologeerd getuigschrift van middelbare studiën van de hogere graad of diploma van een hogere secundaire technische school, aangevuld met het getuigschrift van middelbare technische normaalleergangen of met het getuigschrift van pedagogische bekwaamheid - weddeschaal : houder van dit bekwaamheidsbewijs in het staatsonderwijs; ".
Art.14. A l'article 11 de l'arrêté royal du 30 juillet 1975 relatif aux titres jugés suffisants dans les établissements subventionnés d'enseignement technique et d'enseignement professionnel secondaire de plein exercice et de promotion sociale, le point f de la rubrique G " Personnel auxiliaire d'éducation " est remplacé comme suit :
  " f) certificat homologué d'études moyennes du degré supérieur ou diplôme d'école technique secondaire supérieure, complétés par le certificat de cours normaux techniques moyens ou le certificat d'aptitudes pédagogiques - échelle de traitement : porteur de ce titre dans l'enseignement de l'Etat; ".
HOOFDSTUK III. - Overgangs- en slotbepalingen.
CHAPITRE III. - Dispositions transitoires et finales.
Art.15. De personeelsleden, die in vast verband benoemd of aangesteld zijn in het ambt van " leraar oude talen in het lager secundair onderwijs " of in het ambt van " leraar algemene vakken (Latijn, Grieks) in het hoger secundair onderwijs ", worden geacht in het ambt van " leraar oude talen (Latijn, Grieks) in het secundair onderwijs " in vast verband benoemd of aangesteld te zijn.
Art.15. Les membres du personnel, nommés ou engagés à titre définitif à la fonction de " professeur de langues anciennes dans l'enseignement secondaire inférieur " ou à la fonction de " professeur de cours généraux (latin, grec) dans l'enseignement secondaire supérieur ", sont réputés nommés ou engagés à titre définitif à la fonction de " professeur de langues anciennes (latin, grec) dans l'enseignement secondaire ".
Art.16. De personeelsleden die op grond van de, in artikel 11, lid 2 en artikel 12 tot 14 aangebrachte wijzigingen recht hebben op, een loon dat lager ligt dan het loon dat zij voor de inwerkingtreding van dit besluit hebben ontvangen, blijven dit loon ontvangen tot op het ogenblik dat ze op grond van de voorgeschreven aanpassingen hetzelfde of een hoger loon ontvangen met toepassing van de bepalingen van de bedoelde besluiten.
Art.16. Les membres du personnel, auxquels revient, en vertu des modifications apportées à l'article 11, alinéa 2 et aux articles 12 à 14, une rémunération inférieure à celle qu'ils ont obtenue avant l'entrée en vigueur du présent arrêté, continuent à percevoir cette rémunération jusqu'au moment où ils recevront la même rémunération sur la base des adaptations prévues ou une rémunération supérieure en application des dispositions énoncées dans les articles visés.
Art.17. Dit besluit treedt in werking op 1 september 2000.
Art.17. Le présent arrêté entre en vigueur le 1er septembre 2000.
Art. 18. De Minister, bevoegd inzake Onderwijs, is belast met de uitvoering van dit besluit.
  Eupen, 31 augustus 2000.
  De Minister-President, Minister van Werkgelegenheid, Gehandicaptenbeleid, Media en Sport,
  K.-H. LAMBERTZ
  De Minister van Onderwijs en Vorming, Cultuur en Toerisme,
  B. GENTGES
Art. 18. Le Ministre compétent en matière d'Enseignement est chargé de l'exécution du présent arrêté.
  Eupen, le 31 août 2000.
  Le Ministre-Président, Ministre de l'Emploi, de la Politique des handicapés, des Médias et du Sport,
  K.-H. LAMBERTZ
  Le Ministre de l'Enseignement et de la Formation, du Tourisme et de la Culture,
  B. GENTGES