Artikel 1. Voor de toepassing van dit besluit dient te worden verstaan onder :
1° decreet : het decreet van 6 mei 1999 betreffende de vestiging, de invordering en de geschillen inzake de [1 Waalse]1 gewestelijke belastingen;
2° Minister : de Minister van het Waalse Gewest die bevoegd is voor financiën;
3° [2 ontvanger : de ambtenaar van de Waalse Overheidsdienst Financiën die belast is met de invordering van belastingvorderingen ten gunste van het Waalse Gewest, of de ambtenaar die deze functie uitoefent.]2
Nederlands (NL)
Français (FR)
Titre
16 NOVEMBER 2000. - [Besluit van de Waalse Regering van 16 november 2000 tot uitvoering van het decreet van 6 mei 1999 betreffende de vestiging, de invordering en de geschillen inzake Waalse gewestelijke belastingen] (VERTALING)<BWG2009-05-27/18, art. 4, 006; Inwerkingtreding : 01-01-2008> (NOTA : Raadpleging van vroegere versies vanaf 14-12-2000 en tekstbijwerking tot 18-02-2025)
Titre
16 NOVEMBRE 2000. - [Arrêté du Gouvernement wallon du 16 novembre 2000 portant exécution du décret du 6 mai 1999 relatif à l'établissement, au recouvrement et au contentieux en matière de taxes régionales wallonnes] <ARW2009-05-27/18, art. 4; En vigueur : 01-01-2008> (NOTE : Consultation des versions antérieures à partir du 14-12-2000 et mise à jour au 18-02-2025)
Informations sur le document
Numac: 2000027570
Datum: 2000-11-16
Info du document
Numac: 2000027570
Date: 2000-11-16
Table des matières
HOOFDSTUK I. - Begripsbepalingen.
HOOFDSTUK II. - Aangifte van belasting.
HOOFDSTUK III. - Kohieren.
HOOFDSTUK IV. - Rechtsmiddelen.
HOOFDSTUK V. - Interest.
HOOFDSTUK VI. - Betalingen en kwijtingen.
HOOFDSTUK VII. - [1 Vervolgingen]1.
Afdeling 1. - Vervolgingskosten.
Afdeling 2. - Gevolg van het beroep voor de inv...
Afdeling 3. [1 Bepaling betreffende de oni...
HOOFDSTUK VIII. - Administratieve straffen.
HOOFDSTUK IX. - Wijzigings- en opheffingsbepali...
HOOFDSTUK X. - Slotbepaling.
BIJLAGE.
Table des matières
CHAPITRE I. - Définitions.
CHAPITRE II. - Déclaration.
CHAPITRE III. - Rôles.
CHAPITRE IV. - Voies de recours.
CHAPITRE V. - Intérêts.
CHAPITRE VI. - Paiements et quittances.
CHAPITRE VII. - [1 Poursuites.]1
Section 1. - Frais de poursuites.
Section 2. - Effet du recours sur le recouvrement.
Section 3. [1 Dispositions relatives à l'irréco...
CHAPITRE VIII. - Sanctions administratives.
CHAPITRE IX. - Dispositions modificatives et ab...
CHAPITRE X. - Disposition finale.
ANNEXE.
Tekst (53)
Texte (53)
HOOFDSTUK I. - Begripsbepalingen.
CHAPITRE I. - Définitions.
Article 1. Pour l'application du présent arrêté, il y a lieu d'entendre par :
1° décret : le décret du 6 mai 1999 relatif à l'établissement, au recouvrement et au contentieux en matière de taxes régionales [1 wallonnes]1;
2° Ministre : le Ministre de la Région wallonne ayant les finances dans ses attributions;
3° [2 receveur : le fonctionnaire du Service public de Wallonie Finances qui est chargé du recouvrement des créances fiscales au bénéfice de la Région wallonne, ou le fonctionnaire qui exerce cette fonction.]2
1° décret : le décret du 6 mai 1999 relatif à l'établissement, au recouvrement et au contentieux en matière de taxes régionales [1 wallonnes]1;
2° Ministre : le Ministre de la Région wallonne ayant les finances dans ses attributions;
3° [2 receveur : le fonctionnaire du Service public de Wallonie Finances qui est chargé du recouvrement des créances fiscales au bénéfice de la Région wallonne, ou le fonctionnaire qui exerce cette fonction.]2
HOOFDSTUK II. - Aangifte van belasting.
CHAPITRE II. - Déclaration.
Art.3. [1 De ambtenaren bedoeld in artikel 2 van het decreet belast met de inontvangstname en het nazicht van de aangiften zijn :
1° voor de toepassing van de verkeersbelasting, de inverkeersstellingsbelasting, de belasting op de spelen en weddenschappen, de belasting op automatische ontspanningstoestellen, de belasting op de automaten, de belasting op de opening van slijterijen van gegiste dranken, de ambtenaren van het Departement Vestiging en Controle van de Waalse Overheidsdienst Financiën;
voor de toepassing van de belastingen op de afvalstoffen en de belastingen en retributies inzake de financiering van het waterbeleid, de ambtenaren van het Departement Bodem en Afvalstoffen van de Waalse Overheidsdienst Landbouw, Natuurlijke Hulpbronnen en Leefmilieu.]1
1° voor de toepassing van de verkeersbelasting, de inverkeersstellingsbelasting, de belasting op de spelen en weddenschappen, de belasting op automatische ontspanningstoestellen, de belasting op de automaten, de belasting op de opening van slijterijen van gegiste dranken, de ambtenaren van het Departement Vestiging en Controle van de Waalse Overheidsdienst Financiën;
voor de toepassing van de belastingen op de afvalstoffen en de belastingen en retributies inzake de financiering van het waterbeleid, de ambtenaren van het Departement Bodem en Afvalstoffen van de Waalse Overheidsdienst Landbouw, Natuurlijke Hulpbronnen en Leefmilieu.]1
Modifications
Art.3. [1 Les fonctionnaires visés à l'article 2 du décret, chargés de recevoir et de vérifier les déclarations, sont :
1° pour l'application de la taxe de circulation, de la taxe de mise en circulation, de la taxe sur les jeux et paris, de la taxe sur les appareils automatiques de divertissement, de la taxe sur les automates, et de la taxe d'ouverture des débits de boissons fermentées, les fonctionnaires du Département de l'Etablissement et du Contrôle du Service public de Wallonie Finances;
2° pour l'application des taxes sur les déchets et des taxes et contributions relatives au financement de la politique de l'eau, les fonctionnaires du Département du Sol et des Déchets du Service public de Wallonie Agriculture, Ressources naturelles et Environnement.]1
1° pour l'application de la taxe de circulation, de la taxe de mise en circulation, de la taxe sur les jeux et paris, de la taxe sur les appareils automatiques de divertissement, de la taxe sur les automates, et de la taxe d'ouverture des débits de boissons fermentées, les fonctionnaires du Département de l'Etablissement et du Contrôle du Service public de Wallonie Finances;
2° pour l'application des taxes sur les déchets et des taxes et contributions relatives au financement de la politique de l'eau, les fonctionnaires du Département du Sol et des Déchets du Service public de Wallonie Agriculture, Ressources naturelles et Environnement.]1
Modifications
Art.3bis. [1 In het geval van aangiften betreffende de belasting op de afvalstoffen bevestigt de in artikel 3 bedoelde dienst die belast is met de inontvangstname en het nazicht van de aangiften, de ontvangst van de aangifte binnen tien werkdagen na ontvangst van de aangifte.]1
Art. 3bis. [1 Pour ce qui concerne les déclarations déposées relativement aux taxes sur les déchets, le service mentionné à l'article 3 chargé de recevoir et de vérifier les déclarations accuse réception de la déclaration, dans un délai de dix jours ouvrables à dater de la réception de ladite déclaration.]1
Modifications
Art.4. § 1. [1 De modelaangifte bedoeld in artikel 6 van het decreet, betreffende de belasting op de automaten, wordt gevoegd bij het besluit van de [7 ...]7 Regering van 16 november 2000 betreffende de belasting op de automaten in het Waalse Gewest.
De Minister van Begroting en Financiën wordt door de [7 ...]7 Regering gemachtigd om dit model bij ministerieel besluit te wijzigen.]1
§ 2. De modellen van aangiften bedoeld in artikel 6 van het decreet en betreffende de belastingen op de afvalstoffen worden vastgesteld door de Ministers bevoegd voor Afvalstoffen en Financiën.
De Ministers bevoegd voor Afvalstoffen en Financiën kunnen tegen de door hen gestelde voorwaarden toelaten of eisen dat die aangiften of de stukken of inlichtingen waarvan de overmaking in het model is bepaald, geheel of gedeeltelijk ingediend worden via een procedure die gebruik maakt van informatica- of telematicatechnieken. In dat opzicht maken de personen die die aangiften moeten indienen gebruik van de formulieren bestaande uit een elektronisch bericht waarvan de inhoud vastgesteld wordt door de Ministers bevoegd voor Afvalstoffen en Financiën; die personen moeten hem versturen naar het elektronisch adres dat daartoe opgesteld is door de Minister bevoegd voor Leefmilieu.
Met het oog op de indiening van die aangiften kunnen de Ministers bevoegd voor Afvalstoffen en Financiën tegen de door hen gestelde voorwaarden toelaten of eisen dat geheel of gedeeltelijk gebruik wordt gemaakt van formulieren die speciaal zijn opgesteld om ingevuld te worden via een procedure berustend op informatica of mechanografie en waarvan de modellen door hen zijn vastgesteld.
[2 § 3. De model-aangifte bedoeld in artikel 6 van het decreet en betreffende de verkeersbelasting[5 en de inverkeersstellingsbelasting]5 wordt vastgesteld door de Minister van Financiën.]2
§ 4. [6 ...]6
[4 § 5. De aangiftemodellen bedoeld in artikel D.278 van Boek II van het Milieuwetboek, dat het Waterwetboek inhoudt, worden vastgelegd door de Minister die voor het waterbeleid bevoegd is.]4
De Minister van Begroting en Financiën wordt door de [7 ...]7 Regering gemachtigd om dit model bij ministerieel besluit te wijzigen.]1
§ 2. De modellen van aangiften bedoeld in artikel 6 van het decreet en betreffende de belastingen op de afvalstoffen worden vastgesteld door de Ministers bevoegd voor Afvalstoffen en Financiën.
De Ministers bevoegd voor Afvalstoffen en Financiën kunnen tegen de door hen gestelde voorwaarden toelaten of eisen dat die aangiften of de stukken of inlichtingen waarvan de overmaking in het model is bepaald, geheel of gedeeltelijk ingediend worden via een procedure die gebruik maakt van informatica- of telematicatechnieken. In dat opzicht maken de personen die die aangiften moeten indienen gebruik van de formulieren bestaande uit een elektronisch bericht waarvan de inhoud vastgesteld wordt door de Ministers bevoegd voor Afvalstoffen en Financiën; die personen moeten hem versturen naar het elektronisch adres dat daartoe opgesteld is door de Minister bevoegd voor Leefmilieu.
Met het oog op de indiening van die aangiften kunnen de Ministers bevoegd voor Afvalstoffen en Financiën tegen de door hen gestelde voorwaarden toelaten of eisen dat geheel of gedeeltelijk gebruik wordt gemaakt van formulieren die speciaal zijn opgesteld om ingevuld te worden via een procedure berustend op informatica of mechanografie en waarvan de modellen door hen zijn vastgesteld.
[2 § 3. De model-aangifte bedoeld in artikel 6 van het decreet en betreffende de verkeersbelasting[5 en de inverkeersstellingsbelasting]5 wordt vastgesteld door de Minister van Financiën.]2
§ 4. [6 ...]6
[4 § 5. De aangiftemodellen bedoeld in artikel D.278 van Boek II van het Milieuwetboek, dat het Waterwetboek inhoudt, worden vastgelegd door de Minister die voor het waterbeleid bevoegd is.]4
Modifications
Art.4. § 1er. [1 Le modèle de déclaration visé à l'article 6 du décret et relatif à la taxe sur les automates est annexé à l'arrêté du Gouvernement [7 ...]7 du 16 novembre 2000 relatif à la taxe sur les automates en Région wallonne.
Le Ministre du Budget et des Finances est habilité par le Gouvernement [7 ...]7 à modifier ce modèle par arrêté ministériel.]1
§ 2. Les modèles de déclaration visés à l'article 6 du décret et relatifs aux taxes sur les déchets, sont fixés par les Ministres qui ont l'Environnement et les Finances dans leurs attributions.
Les Ministres qui ont l'Environnement et les Finances dans leurs attributions, peuvent autoriser ou exiger, aux conditions qu'ils fixent, le dépôt en tout ou en partie de ces déclarations et des documents ou renseignements dont la production est prévue par le modèle, par une procédure utilisant les techniques de l'informatique et de la télématique. Dans cette mesure, les personnes tenues au dépôt des déclarations utilisent des formules qui consistent en un message électronique dont le contenu est fixé par les Ministres qui ont l'Environnement et les Finances dans leurs attributions; ces personnes doivent l'envoyer à l'adresse électronique créée à cet effet par le Ministre qui a l'Environnement dans ses attributions.
En vue du dépôt de ces déclarations, les Ministres qui ont l'Environnement et les Finances dans leurs attributions, peuvent également autoriser ou exiger, aux conditions qu'ils fixent, l'utilisation en tout ou en partie de formules qui sont spécialement conçues pour être complétées par une procédure utilisant la technique de l'informatique ou de la mécanographie et dont les modèles sont arrêtés par eux.
[2 § 3. Le modèle de déclaration visé à l'article 6 du décret et relatif à la taxe de circulation [5 et à la taxe de mise en circulation]5 est fixé par le Ministre des Finances.]2
§ 4. [6 ...]6
[4 § 5. Les modèles de déclaration visés à l'article D.278 du Livre II du Code de l'Environnement constituant le Code de l'Eau sont fixés par le Ministre qui a la Politique de l'Eau dans ses attributions.]4
Le Ministre du Budget et des Finances est habilité par le Gouvernement [7 ...]7 à modifier ce modèle par arrêté ministériel.]1
§ 2. Les modèles de déclaration visés à l'article 6 du décret et relatifs aux taxes sur les déchets, sont fixés par les Ministres qui ont l'Environnement et les Finances dans leurs attributions.
Les Ministres qui ont l'Environnement et les Finances dans leurs attributions, peuvent autoriser ou exiger, aux conditions qu'ils fixent, le dépôt en tout ou en partie de ces déclarations et des documents ou renseignements dont la production est prévue par le modèle, par une procédure utilisant les techniques de l'informatique et de la télématique. Dans cette mesure, les personnes tenues au dépôt des déclarations utilisent des formules qui consistent en un message électronique dont le contenu est fixé par les Ministres qui ont l'Environnement et les Finances dans leurs attributions; ces personnes doivent l'envoyer à l'adresse électronique créée à cet effet par le Ministre qui a l'Environnement dans ses attributions.
En vue du dépôt de ces déclarations, les Ministres qui ont l'Environnement et les Finances dans leurs attributions, peuvent également autoriser ou exiger, aux conditions qu'ils fixent, l'utilisation en tout ou en partie de formules qui sont spécialement conçues pour être complétées par une procédure utilisant la technique de l'informatique ou de la mécanographie et dont les modèles sont arrêtés par eux.
[2 § 3. Le modèle de déclaration visé à l'article 6 du décret et relatif à la taxe de circulation [5 et à la taxe de mise en circulation]5 est fixé par le Ministre des Finances.]2
§ 4. [6 ...]6
[4 § 5. Les modèles de déclaration visés à l'article D.278 du Livre II du Code de l'Environnement constituant le Code de l'Eau sont fixés par le Ministre qui a la Politique de l'Eau dans ses attributions.]4
Modifications
Art.5. [1 De in artikel 6 van het decreet bedoelde dienst die belast is met de aflevering van het aangifteformulier, bestaat uit :
1° voor de toepassing van de onroerende voorheffing, de verkeersbelasting, de inverkeersstellingsbelasting, de belasting op de spelen en weddenschappen, de belasting op automatische ontspanningstoestellen, de belasting op de automaten, de belasting op de opening van slijterijen van gegiste dranken, het Departement Vestiging en Controle van de Waalse Overheidsdienst Financiën;
2° voor de toepassing van de belastingen op de afvalstoffen en de belastingen en retributies inzake de financiering van het waterbeleid, het Departement Bodem en Afvalstoffen van de Waalse Overheidsdienst Landbouw, Natuurlijke Hulpbronnen en Leefmilieu.]1
1° voor de toepassing van de onroerende voorheffing, de verkeersbelasting, de inverkeersstellingsbelasting, de belasting op de spelen en weddenschappen, de belasting op automatische ontspanningstoestellen, de belasting op de automaten, de belasting op de opening van slijterijen van gegiste dranken, het Departement Vestiging en Controle van de Waalse Overheidsdienst Financiën;
2° voor de toepassing van de belastingen op de afvalstoffen en de belastingen en retributies inzake de financiering van het waterbeleid, het Departement Bodem en Afvalstoffen van de Waalse Overheidsdienst Landbouw, Natuurlijke Hulpbronnen en Leefmilieu.]1
Modifications
Art.5. [1 Le service visé à l'article 6 du décret et chargé de délivrer la formule de déclaration est :
1° pour l'application du précompte immobilier, de la taxe de circulation, de la taxe de mise en circulation, de la taxe sur les jeux et paris, de la taxe sur les appareils automatiques de divertissement, de la taxe sur les automates, et de la taxe d'ouverture des débits de boissons fermentées, le Département de l'Etablissement et du Contrôle du Service public de Wallonie Finances;
2° pour l'application des taxes sur les déchets et des taxes et contributions relatives au financement de la politique de l'eau, le Département du Sol et des Déchets du Service public de Wallonie Agriculture, Ressources naturelles et Environnement.]1
1° pour l'application du précompte immobilier, de la taxe de circulation, de la taxe de mise en circulation, de la taxe sur les jeux et paris, de la taxe sur les appareils automatiques de divertissement, de la taxe sur les automates, et de la taxe d'ouverture des débits de boissons fermentées, le Département de l'Etablissement et du Contrôle du Service public de Wallonie Finances;
2° pour l'application des taxes sur les déchets et des taxes et contributions relatives au financement de la politique de l'eau, le Département du Sol et des Déchets du Service public de Wallonie Agriculture, Ressources naturelles et Environnement.]1
Modifications
Art.6. [1 De in de artikelen 10 tot 16 van het decreet bedoelde dienst bestaat uit :
1° voor de toepassing van de onroerende voorheffing, de verkeersbelasting, de inverkeersstellingsbelasting, de kilometerheffing, de belasting op de spelen en weddenschappen, de belasting op automatische ontspanningstoestellen, de belasting op de automaten, de belasting op afgedankte bedrijfsruimtes en de belasting op de opening van slijterijen van gegiste dranken, het Departement Vestiging en Controle van de Waalse Overheidsdienst Financiën;
2° voor de toepassing van de belastingen op de afvalstoffen en de belastingen en retributies inzake de financiering van het waterbeleid, het Departement Bodem en Afvalstoffen van de Waalse Overheidsdienst Landbouw, Natuurlijke Hulpbronnen en Leefmilieu.]1
1° voor de toepassing van de onroerende voorheffing, de verkeersbelasting, de inverkeersstellingsbelasting, de kilometerheffing, de belasting op de spelen en weddenschappen, de belasting op automatische ontspanningstoestellen, de belasting op de automaten, de belasting op afgedankte bedrijfsruimtes en de belasting op de opening van slijterijen van gegiste dranken, het Departement Vestiging en Controle van de Waalse Overheidsdienst Financiën;
2° voor de toepassing van de belastingen op de afvalstoffen en de belastingen en retributies inzake de financiering van het waterbeleid, het Departement Bodem en Afvalstoffen van de Waalse Overheidsdienst Landbouw, Natuurlijke Hulpbronnen en Leefmilieu.]1
Modifications
Art.6. [1 Le service visé aux articles 10 à 16 du décret est :
1° pour l'application du précompte immobilier, de la taxe de circulation, de la taxe de mise en circulation, du prélèvement kilométrique, de la taxe sur les jeux et paris, de la taxe sur les appareils automatiques de divertissement, de la taxe sur les automates, de la taxe sur les sites d'activité économique désaffectés, et de la taxe d'ouverture des débits de boissons fermentées, le Département de l'Etablissement et du Contrôle du Service public de Wallonie Finances;
2° pour l'application des taxes sur les déchets et des taxes et contributions relatives au financement de la politique de l'eau, le Département du Sol et des Déchets du Service public de Wallonie Agriculture, Ressources naturelles et Environnement.]1
1° pour l'application du précompte immobilier, de la taxe de circulation, de la taxe de mise en circulation, du prélèvement kilométrique, de la taxe sur les jeux et paris, de la taxe sur les appareils automatiques de divertissement, de la taxe sur les automates, de la taxe sur les sites d'activité économique désaffectés, et de la taxe d'ouverture des débits de boissons fermentées, le Département de l'Etablissement et du Contrôle du Service public de Wallonie Finances;
2° pour l'application des taxes sur les déchets et des taxes et contributions relatives au financement de la politique de l'eau, le Département du Sol et des Déchets du Service public de Wallonie Agriculture, Ressources naturelles et Environnement.]1
Modifications
Art. 6bis. [1 De in artikel 12bis van het decreet bedoelde ambtenaar is de Directeur-generaal [3 van de Waalse Overheidsdienst Financiën, of de ambtenaar die deze functie uitoefent, of de door hem afgevaardigde ambtenaar]3.]1
[2 In afwijking van het eerste lid, voor de overtredingen bedoeld in artikel D.406 van Boek II van het Leefmilieuwetboek, dat het Waterwetboek vormt, is de in artikel D.12bis van hetzelfde decreet bedoelde ambtenaar de sanctionerend ambtenaar aangewezen krachtens Boek I van het Leefmilieuwetboek.]2
[2 In afwijking van het eerste lid, voor de overtredingen bedoeld in artikel D.406 van Boek II van het Leefmilieuwetboek, dat het Waterwetboek vormt, is de in artikel D.12bis van hetzelfde decreet bedoelde ambtenaar de sanctionerend ambtenaar aangewezen krachtens Boek I van het Leefmilieuwetboek.]2
Art. 6bis. [1 Le fonctionnaire visé à l'article 12bis du décret est le Directeur général [3 du Service public de Wallonie Finances, ou le fonctionnaire qui exerce cette fonction, ou le fonctionnaire délégué par lui]3.]1
[2 Par dérogation à l'alinéa 1er, pour les infractions visées à l'article D.406 du Livre II du Code de l'Environnement constituant le Code de l'Eau, le fonctionnaire visé à l'article D.12bis de ce même décret est le fonctionnaire sanctionnateur désigné en vertu du Livre Ier du Code de l'Environnement.]2
[2 Par dérogation à l'alinéa 1er, pour les infractions visées à l'article D.406 du Livre II du Code de l'Environnement constituant le Code de l'Eau, le fonctionnaire visé à l'article D.12bis de ce même décret est le fonctionnaire sanctionnateur désigné en vertu du Livre Ier du Code de l'Environnement.]2
HOOFDSTUK III. - Kohieren.
CHAPITRE III. - Rôles.
Art.7. [1 De in artikel 18 van het decreet bedoelde ambtenaar is de inspecteur-generaal van de dienst Vestiging en Controle van de Waalse Overheidsdienst Financiën, of de ambtenaar die deze functie uitoefent, of de door hem afgevaardigde ambtenaar.
In afwijking van de eerste alinea en in toepassing van artikel D.282 van Boek II van het Milieuwetboek, dat het Waterwetboek inhoudt, voor wat betreft de belastingen en retributies inzake de financiering van het waterbeleid en de belastingen op de afvalstoffen, worden de kohieren opgesteld door de directeur-generaal van de Waalse Overheidsdienst Landbouw, Natuurlijke Hulpbronnen en Leefmilieu, of de ambtenaar die deze functie uitoefent, of de door hem gedelegeerde ambtenaar, en uitvoerbaar verklaard door de directeur-generaal van de Waalse Overheidsdienst Financiën, of de ambtenaar die deze functie uitoefent, of de door hem afgevaardigde ambtenaar.]1
In afwijking van de eerste alinea en in toepassing van artikel D.282 van Boek II van het Milieuwetboek, dat het Waterwetboek inhoudt, voor wat betreft de belastingen en retributies inzake de financiering van het waterbeleid en de belastingen op de afvalstoffen, worden de kohieren opgesteld door de directeur-generaal van de Waalse Overheidsdienst Landbouw, Natuurlijke Hulpbronnen en Leefmilieu, of de ambtenaar die deze functie uitoefent, of de door hem gedelegeerde ambtenaar, en uitvoerbaar verklaard door de directeur-generaal van de Waalse Overheidsdienst Financiën, of de ambtenaar die deze functie uitoefent, of de door hem afgevaardigde ambtenaar.]1
Modifications
Art.7. [1 Le fonctionnaire visé à l'article 18 du décret, est l'inspecteur général du Département de l'Etablissement et du Contrôle du Service public de Wallonie Finances, ou le fonctionnaire qui exerce cette fonction, ou le fonctionnaire délégué par lui.
Par dérogation à l'alinéa 1er et en application de l'article D.282 du livre II du Code de l'Environnement constituant le Code de l'Eau, en ce qui concerne les taxes et contributions relatives au financement de la politique de l'eau et les taxes sur les déchets, les rôles sont formés par le Directeur général du Service public de Wallonie Agriculture, Ressources naturelles et Environnement, ou le fonctionnaire qui exerce cette fonction, ou le fonctionnaire délégué par lui, et rendus exécutoires par le Directeur général du Service public de Wallonie Finances, ou le fonctionnaire qui exerce cette fonction, ou le fonctionnaire délégué par lui.]1
Par dérogation à l'alinéa 1er et en application de l'article D.282 du livre II du Code de l'Environnement constituant le Code de l'Eau, en ce qui concerne les taxes et contributions relatives au financement de la politique de l'eau et les taxes sur les déchets, les rôles sont formés par le Directeur général du Service public de Wallonie Agriculture, Ressources naturelles et Environnement, ou le fonctionnaire qui exerce cette fonction, ou le fonctionnaire délégué par lui, et rendus exécutoires par le Directeur général du Service public de Wallonie Finances, ou le fonctionnaire qui exerce cette fonction, ou le fonctionnaire délégué par lui.]1
Modifications
Art.8. [1 De in de artikelen 17bis, 18bis, 19 en 20bis van het decreet bedoelde dienst bestaat uit :
1° voor de toepassing van de onroerende voorheffing, de verkeersbelasting, de inverkeersstellingsbelasting, de kilometerheffing, de belasting op de spelen en weddenschappen, de belasting op automatische ontspanningstoestellen, de belasting op de automaten, de belasting op afgedankte bedrijfsruimtes en de belasting op de opening van slijterijen van gegiste dranken, het Departement Vestiging en Controle van de Waalse Overheidsdienst Financiën;
2° voor de toepassing van de belastingen op de afvalstoffen en de belastingen en retributies inzake de financiering van het waterbeleid, het Departement Bodem en Afvalstoffen van de Waalse Overheidsdienst Landbouw, Natuurlijke Hulpbronnen en Leefmilieu.]1
1° voor de toepassing van de onroerende voorheffing, de verkeersbelasting, de inverkeersstellingsbelasting, de kilometerheffing, de belasting op de spelen en weddenschappen, de belasting op automatische ontspanningstoestellen, de belasting op de automaten, de belasting op afgedankte bedrijfsruimtes en de belasting op de opening van slijterijen van gegiste dranken, het Departement Vestiging en Controle van de Waalse Overheidsdienst Financiën;
2° voor de toepassing van de belastingen op de afvalstoffen en de belastingen en retributies inzake de financiering van het waterbeleid, het Departement Bodem en Afvalstoffen van de Waalse Overheidsdienst Landbouw, Natuurlijke Hulpbronnen en Leefmilieu.]1
Modifications
Art.8. [1 Le service visé aux articles 17bis, 18bis, 19 et 20bis du décret est :
1° pour l'application du précompte immobilier, de la taxe de circulation, de la taxe de mise en circulation, du prélèvement kilométrique, de la taxe sur les jeux et paris, de la taxe sur les appareils automatiques de divertissement, de la taxe sur les automates, de la taxe sur les sites d'activité économique désaffectés, et de la taxe d'ouverture des débits de boissons fermentées, le Département de l'Etablissement et du Contrôle du Service public de Wallonie Finances;
2° pour l'application des taxes sur les déchets et des taxes et contributions relatives au financement de la politique de l'eau, le Département du Sol et des Déchets du Service public de Wallonie Agriculture, Ressources naturelles et Environnement.]1
1° pour l'application du précompte immobilier, de la taxe de circulation, de la taxe de mise en circulation, du prélèvement kilométrique, de la taxe sur les jeux et paris, de la taxe sur les appareils automatiques de divertissement, de la taxe sur les automates, de la taxe sur les sites d'activité économique désaffectés, et de la taxe d'ouverture des débits de boissons fermentées, le Département de l'Etablissement et du Contrôle du Service public de Wallonie Finances;
2° pour l'application des taxes sur les déchets et des taxes et contributions relatives au financement de la politique de l'eau, le Département du Sol et des Déchets du Service public de Wallonie Agriculture, Ressources naturelles et Environnement.]1
Modifications
Art.8bis. [1 De in artikel 20quater van het decreet bedoelde ambtenaar is :
1° voor de toepassing van de onroerende voorheffing, de belasting op de spelen en weddenschappen, de belasting op automatische ontspanningstoestellen, de belasting op de automaten, de belasting op afgedankte bedrijfsruimtes en de belasting op de opening van slijterijen van gegiste dranken, de directeur van de Directie van de vestiging van de onroerende voorheffing en van de specifieke belastingen van het Departement Vestiging en Controle van de Waalse Overheidsdienst Financiën, of de ambtenaar die deze functie uitoefent, of de door hem afgevaardigde ambtenaar;
2° voor de toepassing van de verkeersbelasting, de inverkeersstellingsbelasting, de directeur van de Directie van de vestiging van de voertuigenfiscaliteit van het Departement Vestiging en Controle van de Waalse Overheidsdienst Financiën, of de ambtenaar die deze functie uitoefent, of de door hem afgevaardigde ambtenaar.]1
1° voor de toepassing van de onroerende voorheffing, de belasting op de spelen en weddenschappen, de belasting op automatische ontspanningstoestellen, de belasting op de automaten, de belasting op afgedankte bedrijfsruimtes en de belasting op de opening van slijterijen van gegiste dranken, de directeur van de Directie van de vestiging van de onroerende voorheffing en van de specifieke belastingen van het Departement Vestiging en Controle van de Waalse Overheidsdienst Financiën, of de ambtenaar die deze functie uitoefent, of de door hem afgevaardigde ambtenaar;
2° voor de toepassing van de verkeersbelasting, de inverkeersstellingsbelasting, de directeur van de Directie van de vestiging van de voertuigenfiscaliteit van het Departement Vestiging en Controle van de Waalse Overheidsdienst Financiën, of de ambtenaar die deze functie uitoefent, of de door hem afgevaardigde ambtenaar.]1
Art. 8bis. [1 Le fonctionnaire visé à l'article 20quater du décret est :
1° pour l'application du précompte immobilier, de la taxe sur les jeux et paris, de la taxe sur les appareils automatiques de divertissement, de la taxe sur les automates, de la taxe sur les sites d'activité économique désaffectés, et de la taxe d'ouverture des débits de boissons fermentées, le directeur de la Direction de l'établissement du précompte immobilier et des taxes spécifiques du Département de l'Etablissement et du Contrôle du Service public de Wallonie Finances, ou le fonctionnaire qui exerce cette fonction, ou le fonctionnaire délégué par lui;
2° pour l'application de la taxe de circulation et de la taxe de mise en circulation, le directeur de la Direction de l'établissement de la fiscalité des véhicules du Département de l'Etablissement et du Contrôle du Service Public de Wallonie Finances, ou le fonctionnaire qui exerce cette fonction, ou le fonctionnaire délégué par lui.]1
1° pour l'application du précompte immobilier, de la taxe sur les jeux et paris, de la taxe sur les appareils automatiques de divertissement, de la taxe sur les automates, de la taxe sur les sites d'activité économique désaffectés, et de la taxe d'ouverture des débits de boissons fermentées, le directeur de la Direction de l'établissement du précompte immobilier et des taxes spécifiques du Département de l'Etablissement et du Contrôle du Service public de Wallonie Finances, ou le fonctionnaire qui exerce cette fonction, ou le fonctionnaire délégué par lui;
2° pour l'application de la taxe de circulation et de la taxe de mise en circulation, le directeur de la Direction de l'établissement de la fiscalité des véhicules du Département de l'Etablissement et du Contrôle du Service Public de Wallonie Finances, ou le fonctionnaire qui exerce cette fonction, ou le fonctionnaire délégué par lui.]1
HOOFDSTUK IV. - Rechtsmiddelen.
CHAPITRE IV. - Voies de recours.
Art.9. [1 § 1. De ambtenaar die moet beslissen over de in [2 artikelen 25 tot 26]2 van het decreet bedoelde beroepen bestaat uit :
1° voor de toepassing van de onroerende voorheffing, de verkeersbelasting, de inverkeersstellingsbelasting, de kilometerheffing, de belasting op de spelen en weddenschappen, de belasting op automatische ontspanningstoestellen, de belasting op de automaten, de belasting op afgedankte bedrijfsruimtes en de belasting op de opening van slijterijen van gegiste dranken, de directeur van de Directie Administratieve Geschillen van het Departement Geschillen en Juridische Ondersteuning van de Waalse Overheidsdienst Financiën, of de ambtenaar die deze functie uitoefent, of de door hem afgevaardigde ambtenaar;
2° voor de toepassing van de belastingen op de afvalstoffen en de belastingen en retributies inzake de financiering van het waterbeleid, de directeur van de Directie Economische en Financiële Instrumenten van het Departement Bodem en Afvalstoffen van de Waalse Overheidsdienst Landbouw, Natuurlijke Hulpbronnen en Leefmilieu, of de ambtenaar die deze functie uitoefent, of de door hem afgevaardigde ambtenaar.
§ 2. De ambtenaar die moet beslissen over de in artikel 27 van het decreet bedoelde beroepen[2 en, wat betreft de belastingen bedoeld in 1° en 2°, over de beroepen bedoeld in de artikelen 25 tot 26 van het decreet die door de Waalse Overheidsdienst Financiën worden behandeld zoals de beroepen bedoeld in artikel 27, § 1, van het decreet, ]2 bestaat uit :
1° voor de toepassing van de onroerende voorheffing, de belasting op de spelen en weddenschappen, de belasting op automatische ontspanningstoestellen, de belasting op de automaten, de belasting op afgedankte bedrijfsruimtes en de belasting op de opening van slijterijen van gegiste dranken, de directeur van de Directie van de vestiging van de onroerende voorheffing en van de specifieke belastingen van het Departement Vestiging en Controle van de Waalse Overheidsdienst Financiën, of de ambtenaar die deze functie uitoefent, of de door hem gedelegeerde ambtenaar;
2° voor de toepassing van de verkeersbelasting, de inverkeersstellingsbelasting, de directeur van de Directie van de vestiging van de voertuigenfiscaliteit van het Departement Vestiging en Controle van de Waalse Overheidsdienst Financiën, of de ambtenaar die deze functie uitoefent, of de door hem afgevaardigde ambtenaar;
3° voor de toepassing van de belastingen op de afvalstoffen en de belastingen en retributies inzake de financiering van het waterbeleid, de directeur van de Directie Economische en Financiële Instrumenten van het Departement Bodem en Afvalstoffen van de Waalse Overheidsdienst Landbouw, Natuurlijke Hulpbronnen en Leefmilieu, of de ambtenaar die deze functie uitoefent, of de door hem afgevaardigde ambtenaar.]1
[2 § 3. De ambtenaar die ermee belast is over de beroepen te beslissen met inbegrip van het gezamenlijk beroep, bedoeld in paragraaf 1, 1°, en één of meerdere beroepen bedoeld in paragraaf 2, 1° of 2°, die verband houden met het beroep bedoeld in paragraaf 1, 1°, is de directeur van de Directie Bestuursrechtspraak van het Departement Geschillen en Juridische Ondersteuning van de Waalse Overheidsdienst Financiën, of de ambtenaar die deze functie uitoefent, of de door hem afgevaardigde ambtenaar.]2
1° voor de toepassing van de onroerende voorheffing, de verkeersbelasting, de inverkeersstellingsbelasting, de kilometerheffing, de belasting op de spelen en weddenschappen, de belasting op automatische ontspanningstoestellen, de belasting op de automaten, de belasting op afgedankte bedrijfsruimtes en de belasting op de opening van slijterijen van gegiste dranken, de directeur van de Directie Administratieve Geschillen van het Departement Geschillen en Juridische Ondersteuning van de Waalse Overheidsdienst Financiën, of de ambtenaar die deze functie uitoefent, of de door hem afgevaardigde ambtenaar;
2° voor de toepassing van de belastingen op de afvalstoffen en de belastingen en retributies inzake de financiering van het waterbeleid, de directeur van de Directie Economische en Financiële Instrumenten van het Departement Bodem en Afvalstoffen van de Waalse Overheidsdienst Landbouw, Natuurlijke Hulpbronnen en Leefmilieu, of de ambtenaar die deze functie uitoefent, of de door hem afgevaardigde ambtenaar.
§ 2. De ambtenaar die moet beslissen over de in artikel 27 van het decreet bedoelde beroepen[2 en, wat betreft de belastingen bedoeld in 1° en 2°, over de beroepen bedoeld in de artikelen 25 tot 26 van het decreet die door de Waalse Overheidsdienst Financiën worden behandeld zoals de beroepen bedoeld in artikel 27, § 1, van het decreet, ]2 bestaat uit :
1° voor de toepassing van de onroerende voorheffing, de belasting op de spelen en weddenschappen, de belasting op automatische ontspanningstoestellen, de belasting op de automaten, de belasting op afgedankte bedrijfsruimtes en de belasting op de opening van slijterijen van gegiste dranken, de directeur van de Directie van de vestiging van de onroerende voorheffing en van de specifieke belastingen van het Departement Vestiging en Controle van de Waalse Overheidsdienst Financiën, of de ambtenaar die deze functie uitoefent, of de door hem gedelegeerde ambtenaar;
2° voor de toepassing van de verkeersbelasting, de inverkeersstellingsbelasting, de directeur van de Directie van de vestiging van de voertuigenfiscaliteit van het Departement Vestiging en Controle van de Waalse Overheidsdienst Financiën, of de ambtenaar die deze functie uitoefent, of de door hem afgevaardigde ambtenaar;
3° voor de toepassing van de belastingen op de afvalstoffen en de belastingen en retributies inzake de financiering van het waterbeleid, de directeur van de Directie Economische en Financiële Instrumenten van het Departement Bodem en Afvalstoffen van de Waalse Overheidsdienst Landbouw, Natuurlijke Hulpbronnen en Leefmilieu, of de ambtenaar die deze functie uitoefent, of de door hem afgevaardigde ambtenaar.]1
[2 § 3. De ambtenaar die ermee belast is over de beroepen te beslissen met inbegrip van het gezamenlijk beroep, bedoeld in paragraaf 1, 1°, en één of meerdere beroepen bedoeld in paragraaf 2, 1° of 2°, die verband houden met het beroep bedoeld in paragraaf 1, 1°, is de directeur van de Directie Bestuursrechtspraak van het Departement Geschillen en Juridische Ondersteuning van de Waalse Overheidsdienst Financiën, of de ambtenaar die deze functie uitoefent, of de door hem afgevaardigde ambtenaar.]2
Art.9. [1 § 1er. Le fonctionnaire chargé de statuer sur les recours visés aux [2 articles 25 à 26 ]2 du décret est :
1° pour l'application du précompte immobilier, de la taxe de circulation, de la taxe de mise en circulation, du prélèvement kilométrique, de la taxe sur les jeux et paris, de la taxe sur les appareils automatiques de divertissement, de la taxe sur les automates, de la taxe sur les sites d'activité économique désaffectés, et de la taxe d'ouverture des débits de boissons fermentées, le directeur de la Direction du Contentieux administratif du Département du Contentieux et du Support juridique du Service public de Wallonie Finances, ou le fonctionnaire qui exerce cette fonction, ou le fonctionnaire délégué par lui;
2° pour l'application des taxes sur les déchets et des taxes et contributions relatives au financement de la politique de l'eau, le directeur de la Direction des Instruments économiques et des Outils financiers du Département du Sol et des Déchets du Service public de Wallonie Agriculture, Ressources naturelles et Environnement, ou le fonctionnaire qui exerce cette fonction, ou le fonctionnaire délégué par lui.
§ 2. Le fonctionnaire chargé de statuer sur les recours visés à l'article 27 du décret [2 et, pour ce qui concerne les taxes visées aux 1° et 2°, sur les recours visés aux articles 25 à 26 du décret que le Service public de Wallonie Finances traite comme les recours visés à l'article 27, § 1er, du décret,]2 est :
1° pour l'application du précompte immobilier, de la taxe sur les jeux et paris, de la taxe sur les appareils automatiques de divertissement, de la taxe sur les automates, de la taxe sur les sites d'activité économique désaffectés, et de la taxe d'ouverture des débits de boissons fermentées, le directeur de la Direction de l'établissement du précompte immobilier et des taxes spécifiques du Département de l'Etablissement et du Contrôle du Service public de Wallonie Finances, ou le fonctionnaire qui exerce cette fonction, ou le fonctionnaire délégué par lui;
2° pour l'application de la taxe de circulation et de la taxe de mise en circulation, le directeur de la Direction de l'établissement de la fiscalité des véhicules du Département de l'Etablissement et du Contrôle du Service Public de Wallonie Finances, ou le fonctionnaire qui exerce cette fonction, ou le fonctionnaire délégué par lui;
3° pour l'application des taxes sur les déchets et des taxes et contributions relatives au financement de la politique de l'eau, le directeur de la Direction des Instruments économiques et des Outils financiers du Département du Sol et des Déchets du Service public de Wallonie Agriculture, Ressources naturelles et Environnement, ou le fonctionnaire qui exerce cette fonction, ou le fonctionnaire délégué par lui.]1
[2 § 3. Le fonctionnaire chargé de statuer sur les recours incluant conjointement un recours, visé au paragraphe 1er, 1°, et un ou plusieurs recours visés au paragraphe 2, 1° ou 2°, qui sont liés au recours visé au paragraphe 1er, 1°, est le directeur de la Direction du Contentieux administratif du Département du Contentieux et du Support juridique du Service public de Wallonie Finances, ou le fonctionnaire qui exerce cette fonction, ou le fonctionnaire délégué par lui.]2
1° pour l'application du précompte immobilier, de la taxe de circulation, de la taxe de mise en circulation, du prélèvement kilométrique, de la taxe sur les jeux et paris, de la taxe sur les appareils automatiques de divertissement, de la taxe sur les automates, de la taxe sur les sites d'activité économique désaffectés, et de la taxe d'ouverture des débits de boissons fermentées, le directeur de la Direction du Contentieux administratif du Département du Contentieux et du Support juridique du Service public de Wallonie Finances, ou le fonctionnaire qui exerce cette fonction, ou le fonctionnaire délégué par lui;
2° pour l'application des taxes sur les déchets et des taxes et contributions relatives au financement de la politique de l'eau, le directeur de la Direction des Instruments économiques et des Outils financiers du Département du Sol et des Déchets du Service public de Wallonie Agriculture, Ressources naturelles et Environnement, ou le fonctionnaire qui exerce cette fonction, ou le fonctionnaire délégué par lui.
§ 2. Le fonctionnaire chargé de statuer sur les recours visés à l'article 27 du décret [2 et, pour ce qui concerne les taxes visées aux 1° et 2°, sur les recours visés aux articles 25 à 26 du décret que le Service public de Wallonie Finances traite comme les recours visés à l'article 27, § 1er, du décret,]2 est :
1° pour l'application du précompte immobilier, de la taxe sur les jeux et paris, de la taxe sur les appareils automatiques de divertissement, de la taxe sur les automates, de la taxe sur les sites d'activité économique désaffectés, et de la taxe d'ouverture des débits de boissons fermentées, le directeur de la Direction de l'établissement du précompte immobilier et des taxes spécifiques du Département de l'Etablissement et du Contrôle du Service public de Wallonie Finances, ou le fonctionnaire qui exerce cette fonction, ou le fonctionnaire délégué par lui;
2° pour l'application de la taxe de circulation et de la taxe de mise en circulation, le directeur de la Direction de l'établissement de la fiscalité des véhicules du Département de l'Etablissement et du Contrôle du Service Public de Wallonie Finances, ou le fonctionnaire qui exerce cette fonction, ou le fonctionnaire délégué par lui;
3° pour l'application des taxes sur les déchets et des taxes et contributions relatives au financement de la politique de l'eau, le directeur de la Direction des Instruments économiques et des Outils financiers du Département du Sol et des Déchets du Service public de Wallonie Agriculture, Ressources naturelles et Environnement, ou le fonctionnaire qui exerce cette fonction, ou le fonctionnaire délégué par lui.]1
[2 § 3. Le fonctionnaire chargé de statuer sur les recours incluant conjointement un recours, visé au paragraphe 1er, 1°, et un ou plusieurs recours visés au paragraphe 2, 1° ou 2°, qui sont liés au recours visé au paragraphe 1er, 1°, est le directeur de la Direction du Contentieux administratif du Département du Contentieux et du Support juridique du Service public de Wallonie Finances, ou le fonctionnaire qui exerce cette fonction, ou le fonctionnaire délégué par lui.]2
HOOFDSTUK V. - Interest.
CHAPITRE V. - Intérêts.
Art.10. [1 De in artikel 31 van het decreet bedoelde ambtenaar is de inspecteur-generaal van het Departement Inning en Invordering van de Waalse Overheidsdienst Financiën, of de ambtenaar die deze functie uitoefent, of de door hem afgevaardigde ambtenaar.]1
Modifications
Art.10. [1 Le fonctionnaire visé à l'article 31 du décret, est l'inspecteur général du Département de la Perception et du Recouvrement du Service public de Wallonie Finances, ou le fonctionnaire qui exerce cette fonction, ou le fonctionnaire délégué par lui.]1
Modifications
HOOFDSTUK VI. - Betalingen en kwijtingen.
CHAPITRE VI. - Paiements et quittances.
Art.11. [1 De belasting moet aan de ontvanger worden betaald.]1
Modifications
Art.11. [1 La taxe est payable au receveur.]1
Modifications
Art.12. § 1. De belasting moet aan de ontvanger worden betaald d.m.v. :
1° hetzij een storting of een overschrijving op de rekening-courant van de ontvanger;
2° hetzij een postwissel ten gunste van de ontvanger;
3° hetzij een gecertificeerde of betaalcheque, vooraf gekruist, getrokken ten gunste van een financiële instelling die aangesloten of vertegenwoordigd is bij een clearinginstelling van het land.
§ 2. De belastingplichtige moet de aard van de op grond van het kohierartikel betaalde belasting vermelden op het betalingsformulier.
§ 3. Behoudens tegenbewijs wordt bewijs van de betaling opgeleverd door de volgende stukken :
1° wat betreft de stortingen of postwissels, de door de Post gedateerde ontvangbewijzen;
2° wat betreft de overschrijvingen en cheques, de rekeningafschriften en de desbetreffende bijlagen.
Wanneer de Minister een andere betalingswijze toestaat, stelt hij de bewijskrachtige elementen daarvan vast.
1° hetzij een storting of een overschrijving op de rekening-courant van de ontvanger;
2° hetzij een postwissel ten gunste van de ontvanger;
3° hetzij een gecertificeerde of betaalcheque, vooraf gekruist, getrokken ten gunste van een financiële instelling die aangesloten of vertegenwoordigd is bij een clearinginstelling van het land.
§ 2. De belastingplichtige moet de aard van de op grond van het kohierartikel betaalde belasting vermelden op het betalingsformulier.
§ 3. Behoudens tegenbewijs wordt bewijs van de betaling opgeleverd door de volgende stukken :
1° wat betreft de stortingen of postwissels, de door de Post gedateerde ontvangbewijzen;
2° wat betreft de overschrijvingen en cheques, de rekeningafschriften en de desbetreffende bijlagen.
Wanneer de Minister een andere betalingswijze toestaat, stelt hij de bewijskrachtige elementen daarvan vast.
Art.12. § 1er. La taxe doit être payée au receveur au moyen :
1° soit d'un versement ou d'un virement effectué sur le compte courant du receveur;
2° soit d'un mandat de poste au profit du receveur;
3° soit d'un chèque certifié ou garanti, préalablement barré, tiré au profit du receveur sur une institution financière affiliée ou représentée à une chambre de compensation du pays.
§ 2. Le redevable doit indiquer sur la formule de paiement la nature de la taxe payée sur base de l'article de rôle.
§ 3. Font foi du paiement, sauf preuve contraire :
1° en ce qui concerne les versements ou les mandats de poste, les accusés de réception datés par la Poste;
2° en ce qui concerne les virements et les chèques, les extraits de compte et les annexes y relatives.
Lorsque le Ministre autorise un autre mode de paiement, il en détermine les éléments probants.
1° soit d'un versement ou d'un virement effectué sur le compte courant du receveur;
2° soit d'un mandat de poste au profit du receveur;
3° soit d'un chèque certifié ou garanti, préalablement barré, tiré au profit du receveur sur une institution financière affiliée ou représentée à une chambre de compensation du pays.
§ 2. Le redevable doit indiquer sur la formule de paiement la nature de la taxe payée sur base de l'article de rôle.
§ 3. Font foi du paiement, sauf preuve contraire :
1° en ce qui concerne les versements ou les mandats de poste, les accusés de réception datés par la Poste;
2° en ce qui concerne les virements et les chèques, les extraits de compte et les annexes y relatives.
Lorsque le Ministre autorise un autre mode de paiement, il en détermine les éléments probants.
Art. 12bis. <INGEVOEGD bij BWG 2007-12-06/44, art. 9; Inwerkingtreding : 01-01-2008> § 1. In afwijking van artikel 12, voor wat betreft de belastingen op de afvalstoffen waarvan de eisbaarheid voortvloeit uit de indiening van een aangifte zoals bedoeld in artikel 49 van het fiscaal decreet van 22 maart 2007 tot bevordering van afvalpreventie en -valorisatie in het Waalse Gewest en tot wijziging van het decreet van 6 mei 1999 betreffende de vestiging, de invordering en de geschillen inzake de directe gewestelijke belastingen wordt de betaling van de belastingen betreffende een aangifte verricht bij storting of overschrijving op de lopende rekening van de ontvanger.
§ 2. Voor die betaling moet de belastingplichtige de overschrijvingsformulieren gebruiken die hem door de dienst aangewezen in artikel 3, 2°, van dit besluit worden verstrekt ofwel, indien daar geen gebruik van wordt gemaakt, de gestructureerde mededeling vermelden waarvan hem kennis is gegeven door de dienst aangewezen in artikel 3, 2°, van dit besluit.
§ 3. De overschrijvingsformulieren die verstrekt worden door de dienst aangewezen in artikel 3, 2°, van dit besluit zijn geïndividualiseerd door de opgave op elk ervan van de identiteit van de belastingplichtige en van de gestructureerde mededeling bedoeld in § 2.
Die overschrijvingsformulieren mogen enkel gebruikt worden voor de betaling van de sommen bedoeld in § 1, verschuldigd door de belastingplichtige.
§ 2. Voor die betaling moet de belastingplichtige de overschrijvingsformulieren gebruiken die hem door de dienst aangewezen in artikel 3, 2°, van dit besluit worden verstrekt ofwel, indien daar geen gebruik van wordt gemaakt, de gestructureerde mededeling vermelden waarvan hem kennis is gegeven door de dienst aangewezen in artikel 3, 2°, van dit besluit.
§ 3. De overschrijvingsformulieren die verstrekt worden door de dienst aangewezen in artikel 3, 2°, van dit besluit zijn geïndividualiseerd door de opgave op elk ervan van de identiteit van de belastingplichtige en van de gestructureerde mededeling bedoeld in § 2.
Die overschrijvingsformulieren mogen enkel gebruikt worden voor de betaling van de sommen bedoeld in § 1, verschuldigd door de belastingplichtige.
Art. 12bis. § 1er. Par dérogation à l'article 12, pour ce qui concerne les taxes sur les déchets dont l'exigibilité résulte du dépôt d'une déclaration visée à l'article 49 du décret fiscal du 22 mars 2007 favorisant la prévention et la valorisation des déchets en Région wallonne et portant modification du décret du 6 mai 1999 relatif à l'établissement, au recouvrement et au contentieux en matière de taxes régionales directes, le paiement des taxes relatives à une déclaration est effectué par versement ou par virement effectué sur le compte courant du receveur.
§ 2. Pour ce paiement, le redevable de la taxe est tenu d'utiliser des formules de virement qui lui sont procurées par le service désigné à l'article 3, 2°, du présent arrêté, soit, à défaut d'une telle utilisation, de mentionner la communication structurée que lui a notifiée le service désigné à l'article 3, 2°, du présent arrêté.
§ 3. Les formules de virement procurées par le service désigné à l'article 3, 2°, du présent arrêté, sont individualisées par l'indication sur chacun d'eux de l'identité du redevable de la taxe et de la communication structurée visée au § 2.
Ces formules de virement ne peuvent être utilisées que pour le paiement des sommes visées au § 1er, dues par ce redevable.
§ 2. Pour ce paiement, le redevable de la taxe est tenu d'utiliser des formules de virement qui lui sont procurées par le service désigné à l'article 3, 2°, du présent arrêté, soit, à défaut d'une telle utilisation, de mentionner la communication structurée que lui a notifiée le service désigné à l'article 3, 2°, du présent arrêté.
§ 3. Les formules de virement procurées par le service désigné à l'article 3, 2°, du présent arrêté, sont individualisées par l'indication sur chacun d'eux de l'identité du redevable de la taxe et de la communication structurée visée au § 2.
Ces formules de virement ne peuvent être utilisées que pour le paiement des sommes visées au § 1er, dues par ce redevable.
Art. 12ter. [1 § 1. In afwijking van artikel 12 zijn de verkeersbelasting op de autovoertuigen betreffende de voertuigen vermeld in artikel 36bis van het Wetboek van de met de inkomstenbelastingen gelijkgestelde belastingen en de inverkeersstelling betreffende de voertuigen vermeld in artikel 94, 1°, van het Wetboek betaalbaar op initiatief van de belastingplichtige op bankrekening IBAN BE82 0912 1503 3568 [2 van de Waalse Overheidsdienst Financiën]2.
§ 2. Als de belastingplichtige een verzoek om de belastingen bedoeld in de artikelen 3 en 94 van het Wetboek van de met voormelde belastingen gelijkgestelde belastingen of enkel één daarvan krijgt, moet hij het overschrijvingsformulier in bijlage gebruiken overeenkomstig de begeleidende richtlijnen. Mocht hij een dergelijk verzoek niet gekregen hebben, moet hij op het gebruikte betalingsformulier het volgende vermelden :
a) als het een wegvoertuig betreft, de nummerplaat van betrokken voertuig, evenals zijn volledige identiteit zoals vermeld in het inschrijvingsbewijs van dat voertuig;
b) als het een luchtvaartuig betreft, kenteken en bouwjaar van betrokken luchtvaartuig, zijn eventuele thuisvliegveld evenals zijn volledige identiteit zoals vermeld in het inschrijvingsbewijs van dat luchtvaartuig;
c) als het een pleziervaartuig betreft, het nummer van de vlaggenbrief, de naam, de thuishaven, het registratienummer, het bouwjaar voor de betrokken boot, evenals zijn volledige identiteit zoals vermeld in de vlaggenbrief van die boot.
De verschuldigde verkeersbelasting is verschuldigd bij gebreke van het verzoek om te betalen bedoeld in § 2, drie maanden na de inschrijving van het voertuig of de ingebruikname ervan op de openbare weg.]1
§ 2. Als de belastingplichtige een verzoek om de belastingen bedoeld in de artikelen 3 en 94 van het Wetboek van de met voormelde belastingen gelijkgestelde belastingen of enkel één daarvan krijgt, moet hij het overschrijvingsformulier in bijlage gebruiken overeenkomstig de begeleidende richtlijnen. Mocht hij een dergelijk verzoek niet gekregen hebben, moet hij op het gebruikte betalingsformulier het volgende vermelden :
a) als het een wegvoertuig betreft, de nummerplaat van betrokken voertuig, evenals zijn volledige identiteit zoals vermeld in het inschrijvingsbewijs van dat voertuig;
b) als het een luchtvaartuig betreft, kenteken en bouwjaar van betrokken luchtvaartuig, zijn eventuele thuisvliegveld evenals zijn volledige identiteit zoals vermeld in het inschrijvingsbewijs van dat luchtvaartuig;
c) als het een pleziervaartuig betreft, het nummer van de vlaggenbrief, de naam, de thuishaven, het registratienummer, het bouwjaar voor de betrokken boot, evenals zijn volledige identiteit zoals vermeld in de vlaggenbrief van die boot.
De verschuldigde verkeersbelasting is verschuldigd bij gebreke van het verzoek om te betalen bedoeld in § 2, drie maanden na de inschrijving van het voertuig of de ingebruikname ervan op de openbare weg.]1
Art. 12ter. [1 § 1er. Par dérogation à l'article 12, la taxe de circulation sur les véhicules automobiles concernant les véhicules mentionnés à l'article 36bis du Code des taxes assimilées aux impôts sur les revenus et la taxe de mise en circulation concernant les véhicules mentionnés à l'article 94, 1°, du même Code sont payables d'initiative par le redevable sur le compte bancaire IBAN BE82 0912 1503 3568 [2 du Service public de Wallonie Finances]2.
§ 2. Si le redevable reçoit une invitation à payer les taxes visées aux articles 3 et 94 du Code des taxes assimilées aux impôts sur les revenus précités, ou l'une d'entre elles seulement, il doit utiliser la formule de virement/versement qui y est annexée, en se conformant aux directives qui l'accompagnent. S'il n'a pas reçu une telle invitation, il est tenu de mentionner sur la formule de paiement utilisée :
a) s'il s'agit d'un véhicule routier, le numéro de la plaque d'immatriculation du véhicule concerné ainsi que son identité complète telle que celle-ci figure au certificat d'immatriculation de ce véhicule;
b) s'il s'agit d'un aéronef, la marque d'immatriculation et l'année de construction de l'aéronef concerné, son aérodrome d'attache éventuel ainsi que son identité complète telle que celle-ci figure au certificat d'immatriculation de cet aéronef;
c) s'il s'agit d'un bateau de plaisance, le numéro de la lettre de pavillon, le nom, le port d'attache, le numéro d'enregistrement, l'année de construction du bateau concerné ainsi que son identité complète telle que celle-ci figure à la lettre de pavillon de ce bateau.
La taxe de circulation est due, à défaut de l'invitation à payer visée au § 2, trois mois après l'immatriculation du véhicule ou la mise en usage sur la voie publique de ce dernier.]1
§ 2. Si le redevable reçoit une invitation à payer les taxes visées aux articles 3 et 94 du Code des taxes assimilées aux impôts sur les revenus précités, ou l'une d'entre elles seulement, il doit utiliser la formule de virement/versement qui y est annexée, en se conformant aux directives qui l'accompagnent. S'il n'a pas reçu une telle invitation, il est tenu de mentionner sur la formule de paiement utilisée :
a) s'il s'agit d'un véhicule routier, le numéro de la plaque d'immatriculation du véhicule concerné ainsi que son identité complète telle que celle-ci figure au certificat d'immatriculation de ce véhicule;
b) s'il s'agit d'un aéronef, la marque d'immatriculation et l'année de construction de l'aéronef concerné, son aérodrome d'attache éventuel ainsi que son identité complète telle que celle-ci figure au certificat d'immatriculation de cet aéronef;
c) s'il s'agit d'un bateau de plaisance, le numéro de la lettre de pavillon, le nom, le port d'attache, le numéro d'enregistrement, l'année de construction du bateau concerné ainsi que son identité complète telle que celle-ci figure à la lettre de pavillon de ce bateau.
La taxe de circulation est due, à défaut de l'invitation à payer visée au § 2, trois mois après l'immatriculation du véhicule ou la mise en usage sur la voie publique de ce dernier.]1
Art.13. De belasting waarvan de betaling, op verzoek van de ontvanger, vervolgd wordt door een gerechtsdeurwaarder, mag, (in afwijking van de artikelen 11, 12 en 12bis), betaald worden in handen van die gerechtsdeurwaarder.
Art.13. La taxe dont le paiement est poursuivi, à la requête du receveur, par un huissier de justice, peut, (par dérogation aux articles 11, 12 et 12bis), être payée entre les mains de cet huissier de justice.
Art.14. De betaling van de belasting heeft uitwerking met ingang van :
1° de door de Post vermelde datum voor de betalingen die uitgevoerd worden d.m.v. een storting of een mandaat;
2° de datum waarop de cheque werd gekregen door de ontvanger, voor de betalingen die uitgevoerd worden d.m.v. een gecertificeerde of gewaarborgde cheque;
3° de datum waarop de gelden afgegeven werden in handen van de gerechtsdeurwaarder, voor de in artikel 13 bedoelde betalingen en de beslagprodukten;
4° de datum van het rekeningafschrift van de ontvanger waarbij een betalingskrediet wordt verleend, voor de overschrijvingen.
Wanneer de Minister een andere betalingswijze toestaat, stelt hij de datum vast waarop de betaling uitwerking heeft.
1° de door de Post vermelde datum voor de betalingen die uitgevoerd worden d.m.v. een storting of een mandaat;
2° de datum waarop de cheque werd gekregen door de ontvanger, voor de betalingen die uitgevoerd worden d.m.v. een gecertificeerde of gewaarborgde cheque;
3° de datum waarop de gelden afgegeven werden in handen van de gerechtsdeurwaarder, voor de in artikel 13 bedoelde betalingen en de beslagprodukten;
4° de datum van het rekeningafschrift van de ontvanger waarbij een betalingskrediet wordt verleend, voor de overschrijvingen.
Wanneer de Minister een andere betalingswijze toestaat, stelt hij de datum vast waarop de betaling uitwerking heeft.
Art.14. Le paiement de la taxe produit ses effets :
1° pour les paiements effectués dans un bureau de poste, soit par versement, soit par mandat, à la date indiquée par la Poste;
2° pour les paiements effectués au moyen d'un chèque certifié ou garanti, à la date à laquelle le chèque a été reçu par le receveur;
3° pour les paiements visés à l'article 13 et les produits de saisie, à la date de remise des fonds entre les mains de l'huissier de justice;
4° pour les virements, à la date de l'extrait de compte du receveur portant crédit de paiement.
Le Ministre détermine la date à laquelle le paiement sort ses effets lorsqu'il autorise un autre mode de paiement.
1° pour les paiements effectués dans un bureau de poste, soit par versement, soit par mandat, à la date indiquée par la Poste;
2° pour les paiements effectués au moyen d'un chèque certifié ou garanti, à la date à laquelle le chèque a été reçu par le receveur;
3° pour les paiements visés à l'article 13 et les produits de saisie, à la date de remise des fonds entre les mains de l'huissier de justice;
4° pour les virements, à la date de l'extrait de compte du receveur portant crédit de paiement.
Le Ministre détermine la date à laquelle le paiement sort ses effets lorsqu'il autorise un autre mode de paiement.
Art.15. (§ 1.) De persoon die verschillende belastingen verschuldigd is, mag, bij elke betaling, vermelden welke belasting hij wenst te betalen.
Bij gebrek aan die vermelding worden de betalingen toegerekend naar keuze van de ontvanger, onverminderd de toepassing van artikel 16.
Hetzelfde geldt als het toe te rekenen bedrag voortkomt hetzij uit een terugbetaling van de belasting, interest en kosten, hetzij uit een toekenning van moratoriumsinteresten.
(§ 2. In afwijking van § 1 wordt elke betaling op de lopende rekening van de ontvanger met opgave van de gestructureerde mededeling bedoeld in artikel 12bis, niettegenstaande elke andersluidende verklaring, geacht verricht te zijn voor de aanzuivering van belastingen op afvalstoffen.)
[1 § 3. In afwijking van paragraaf 1, wordt elke betaling op de lopende rekening van de ontvanger met melding van de aard van de belasting of bijdrage ter financiering van het waterbeleid, van het specifieke kohierartikel of van de [2 dienst bedoeld in artikel 3, 2°,]2 niettegenstaande elke andersluidende aangifte, geacht te zijn verricht voor de aanzuivering van de belastingen en bijdragen ter financiering van het waterbeleid.]1
Bij gebrek aan die vermelding worden de betalingen toegerekend naar keuze van de ontvanger, onverminderd de toepassing van artikel 16.
Hetzelfde geldt als het toe te rekenen bedrag voortkomt hetzij uit een terugbetaling van de belasting, interest en kosten, hetzij uit een toekenning van moratoriumsinteresten.
(§ 2. In afwijking van § 1 wordt elke betaling op de lopende rekening van de ontvanger met opgave van de gestructureerde mededeling bedoeld in artikel 12bis, niettegenstaande elke andersluidende verklaring, geacht verricht te zijn voor de aanzuivering van belastingen op afvalstoffen.)
[1 § 3. In afwijking van paragraaf 1, wordt elke betaling op de lopende rekening van de ontvanger met melding van de aard van de belasting of bijdrage ter financiering van het waterbeleid, van het specifieke kohierartikel of van de [2 dienst bedoeld in artikel 3, 2°,]2 niettegenstaande elke andersluidende aangifte, geacht te zijn verricht voor de aanzuivering van de belastingen en bijdragen ter financiering van het waterbeleid.]1
Art.15. (§ 1er.) Le redevable de différentes taxes peut, lors de chaque paiement, indiquer quelle taxe il entend acquitter.
A défaut de cette indication, les paiements sont imputés au choix du receveur, sans préjudice de l'application de l'article 16.
Il en est de même lorsque la somme à imputer provient soit d'un remboursement de taxe, d'intérêts et de frais, soit d'une attribution d'intérêts moratoires.
(§ 2. Par dérogation au § 1er, tout paiement au compte courant du receveur avec l'indication de la communication structurée visée à l'article 12bis, est, nonobstant toute déclaration contraire, réputé effectué pour l'apurement de taxes sur les déchets.)
[1 § 3. Par dérogation au paragraphe 1er, tout paiement au compte courant du receveur mentionnant la nature de la taxe ou de la contribution relative au financement de la politique de l'eau, l'article de rôle spécifique ou le [2 service visé à l'article 3, 2°]2, est, nonobstant toute déclaration contraire, réputé effectué pour l'apurement de taxes et contributions relatives au financement de la politique de l'eau.]1
A défaut de cette indication, les paiements sont imputés au choix du receveur, sans préjudice de l'application de l'article 16.
Il en est de même lorsque la somme à imputer provient soit d'un remboursement de taxe, d'intérêts et de frais, soit d'une attribution d'intérêts moratoires.
(§ 2. Par dérogation au § 1er, tout paiement au compte courant du receveur avec l'indication de la communication structurée visée à l'article 12bis, est, nonobstant toute déclaration contraire, réputé effectué pour l'apurement de taxes sur les déchets.)
[1 § 3. Par dérogation au paragraphe 1er, tout paiement au compte courant du receveur mentionnant la nature de la taxe ou de la contribution relative au financement de la politique de l'eau, l'article de rôle spécifique ou le [2 service visé à l'article 3, 2°]2, est, nonobstant toute déclaration contraire, réputé effectué pour l'apurement de taxes et contributions relatives au financement de la politique de l'eau.]1
Art.16. [1 De in artikel 15, § 1, bedoelde betalingen, terugbetalingen en moratoriumsinteresten worden bij voorkeur toegerekend :
1° op alle kosten, ongeacht de belastingen en geldboetes waarop ze betrekking hebben;
2° op de nalatigheidsinteresten betreffende de belastingen die de belastingplichtige verklaart te betalen of die de ontvanger wil aanzuiveren;
3° op de fiscale geldboetes]1.
1° op alle kosten, ongeacht de belastingen en geldboetes waarop ze betrekking hebben;
2° op de nalatigheidsinteresten betreffende de belastingen die de belastingplichtige verklaart te betalen of die de ontvanger wil aanzuiveren;
3° op de fiscale geldboetes]1.
Modifications
Art.16. [1 Les paiements, les remboursements et les intérêts moratoires visés à l'article 15, § 1er, sont imputés par priorité :
1° sur les frais de toute nature quelles que soient les taxes ou amendes auxquelles ils se rapportent;
2° sur les intérêts de retard afférents aux taxes que le redevable déclare acquitter ou que le receveur entend apurer;
3° sur les amendes fiscales. ]1
1° sur les frais de toute nature quelles que soient les taxes ou amendes auxquelles ils se rapportent;
2° sur les intérêts de retard afférents aux taxes que le redevable déclare acquitter ou que le receveur entend apurer;
3° sur les amendes fiscales. ]1
Modifications
Art.17. [1 De ambtenaren bedoeld in artikel 35, § 3, van het decreet, zijn de ambtenaren van de Directie Administratieve Invordering en Coördinatie van de Ontvangers van de Waalse Overheidsdienst Financiën.]1
Modifications
Art.17. [1 Les fonctionnaires visés à l'article 35, § 3, du décret, sont ceux de la Direction du Recouvrement administratif et de la coordination des receveurs du Service public de Wallonie Finances.]1
Modifications
Art.19. De ontvangkantoren der belastingen en retributies zijn toegankelijk voor het publiek op de eerste vijf weekdagen [1 van 9 tot 12 uur 30 en van 13 uur 30 tot 16 uur]1, met uitzondering van de officiële verlofdagen in de gewestelijke Besturen.
Modifications
Art.19. Les bureaux de recettes des taxes et des redevances sont accessibles au public les cinq premiers jours ouvrables de la semaine [1 de 9 h 00 à 12 h 30 et de 13 h 30 à 16 h 00]1, sauf les jours de congé officiels dans les Administrations régionales.
Modifications
HOOFDSTUK VII. - [1 Vervolgingen]1.
CHAPITRE VII. - [1 Poursuites.]1
Afdeling 1. - Vervolgingskosten.
Section 1. - Frais de poursuites.
Art.20. [1 De ambtenaar bedoeld in artikel 44, tweede lid, van het decreet, is de Directeur-generaal van de Waalse Overheidsdienst Financiën, of de ambtenaar die deze functie uitoefent, of de door hem afgevaardigde ambtenaar.]1
Modifications
Art.20. [1 Le fonctionnaire visé à l'article 44, alinéa 2, du décret, est le Directeur général du Service public de Wallonie Finances, ou le fonctionnaire qui exerce cette fonction, ou le fonctionnaire délégué par lui.]1
Modifications
Art.21. De vervolgingskosten zijn ten laste van de belastingplichtigen met betaalachterstand.
Art.21. Les frais de poursuites sont à charge des redevables retardataires.
Afdeling 2. - Gevolg van het beroep voor de invordering.
Section 2. - Effet du recours sur le recouvrement.
Art.22. De in artikel 55 van het decreet bedoelde ambtenaar is [1 [3 de inspecteur-generaal van het Departement Inning en Invordering]3 [4 van de Waalse Overheidsdienst Financiën]4 of de ambtenaar die dat ambt uitoefent of de door hem gemachtigd ambtenaar]1.
[2 ...]2
[2 ...]2
Art.22. Le fonctionnaire visé à l'article 55 du décret est [1 [3 l'inspecteur général du Département de la Perception et du Recouvrement]3 [4 du Service public de Wallonie Finances]4 ou le fonctionnaire qui exerce cette fonction, ou le fonctionnaire délégué par lui]1.
[2 ...]2
[2 ...]2
Afdeling 3. [1 Bepaling betreffende de oninbaarheid van bepaalde schuldvorderingen]1
Section 3. [1 Dispositions relatives à l'irrécouvrabilité de certaines créances ]1
Art.22ter. [1 De dienst bedoeld in artikel 57bis van het decreet is het Departement Inning en Invordering van de Waalse Overheidsdienst Financiën.]1
Modifications
Art. 22ter. [1 Le service visé à l'article 57bis du décret est le Département de la Perception et du Recouvrement du Service public de Wallonie Finances.]1
Modifications
Art.22quater. [1 Het rapport bedoeld in artikel 57bis van het decreet moet met redenen worden omkleed om de juridische en feitelijke overwegingen duidelijk te laten blijken waaruit kan worden afgeleid dat het onmogelijk is om een schuldvordering te innen.
Dit rapport moet alle elementen bevatten die de dienst bedoeld in artikel 22ter de mogelijkheid geven om te controleren of de ontvanger de nodige maatregelen heeft getroffen en de nodige vervolgingen heeft ingesteld.]1
Dit rapport moet alle elementen bevatten die de dienst bedoeld in artikel 22ter de mogelijkheid geven om te controleren of de ontvanger de nodige maatregelen heeft getroffen en de nodige vervolgingen heeft ingesteld.]1
Art. 22quater. [1 Le rapport visé à l'article 57bis du décret doit être motivé de manière à faire apparaître les considérations de droit et de fait permettant de conclure à l'impossibilité de recouvrer une créance.
Ce rapport doit contenir tout élément permettant au service visé à l'article 22ter de vérifier si les diligences et poursuites nécessaires ont été accomplies par le receveur. ]1
Ce rapport doit contenir tout élément permettant au service visé à l'article 22ter de vérifier si les diligences et poursuites nécessaires ont été accomplies par le receveur. ]1
Modifications
HOOFDSTUK VIII. - Administratieve straffen.
CHAPITRE VIII. - Sanctions administratives.
Art. 22bis. [1 § 1. Overeenkomstig artikel 63, § 1, derde lid, van voornoemd decreet van 6 mei 1999 wordt de schaal van de fiscale geldboetes die van toepassing zijn op overtredingen van de bepalingen van het decreet of van andere wetgeving waarop het decreet van toepassing is, als volgt vastgesteld:
Art. 22bis. [1 § 1er. Conformément à l'article 63, § 1er, alinéa 3, du décret du 6 mai 1999 précité, l'échelle des amendes fiscales applicable aux infractions commises à l'encontre des dispositions du décret ou d'une autre législation à laquelle le décret s'applique, est fixée comme suit:
| Type overtreding | Bedrag van de fiscale boete |
| A. Uitblijven van aangifte | Bij de eerste overtreding 25% van het bedrag van de belasting met een minimum van 50 euro. Bij de tweede overtreding 50% van het bedrag van de belasting met een minimum van 125 euro. Op de derde overtreding 75% van het bedrag van de belasting met een minimum van 250 euro. Na de derde overtreding 100% van de belasting met een minimum van 500 euro. |
| B. Laattijdige aangifte | Bij de eerste overtreding 50 euro. Voor de tweede overtreding 125 euro. Bij de derde overtreding 250 euro. Na de derde overtreding 500 euro. |
| C. Onjuiste of onnauwkeurige aangifte die leidt tot ontoereikende belasting | Bij de eerste overtreding 25% van het bedrag van het berekende belastingtekort met een minimum van 50 euro. Bij de tweede overtreding 50% van het bedrag van het berekende belastingtekort met een minimum van 125 euro. Bij de derde overtreding 75% van het bedrag van het berekende belastingschuld met een minimum van 250 euro.. Na de derde overtreding 100% van het bedrag van de berekende belastingachterstand met een minimum van 500 euro. |
| D. Overtreding van de voorwaarden voor vrijstelling, ontheffing of vermindering van belasting, waardoor te weinig belasting wordt geheven, wanneer de belastingplichtige geen aangifte behoeft te doen | Bij de eerste overtreding 25% van het bedrag van de belasting of het berekende tekort van de belasting met een minimum van 50 euro. Bij de tweede overtreding 50% van het bedrag van de belasting of het berekende tekort van de belasting met een minimum van 125 euro. Bij de derde overtreding 75% van het bedrag van de belasting of het berekende tekort van de belasting met een minimum van 250 euro. Na de derde overtreding 100% van het bedrag van de belasting of het berekende tekort van de belasting met een minimum van 500 euro. |
| E. Overtreding van de regels bedoeld in de artikelen 10 tot en met 11 ter van voornoemd decreet van 6 mei 1999 | Bij de eerste overtreding 50 euro. Voor de tweede overtreding 125 euro. Bij de derde overtreding 250 euro. Na de derde overtreding 500 euro. |
| F. Overtreding als bedoeld onder A., C. of D., begaan met bedrieglijk opzet of oogmerk om schade toe te brengen | Bij de eerste overtreding 100% van het bedrag van de belasting of het berekende tekort van de belasting met een minimum van 500 euro. Bij de tweede overtreding 150% van het bedrag van de belasting of het berekende tekort van de belasting met een minimum van 1.000 euro. Bij de derde overtreding 200% van het bedrag van de belasting of het berekende tekort van de belasting met een minimum van 2.000 euro. Na de derde overtreding 250% van het bedrag van de belasting of het berekende tekort van de belasting met een minimum van 5.000 euro. |
Voor de vaststelling van het bedrag van de fiscale boetes wordt een tweede of volgende overtreding geacht aanwezig te zijn indien aan de volgende drie cumulatieve voorwaarden is voldaan:
1° de vorige overtreding is reeds aan de belastingplichtige meegedeeld op het tijdstip waarop de overtreding wordt begaan;
2° de overtredingen zijn van dezelfde aard;
3° de overtredingen hebben betrekking op belastingen met hetzelfde belastbare feit.
In afwijking van het voorgaande lid wordt geen rekening gehouden met eerdere overtredingen indien geen van die overtredingen is begaan in de vijf belastingjaren die aan het strafbare feit voorafgaan.
Type A. en type B. overtredingen kunnen niet worden gecumuleerd voor dezelfde belasting.
De onder A., B., C., D. of E. vermelde fiscale boete wordt kwijtgescholden voor de eerste overtreding indien de belastingplichtige te goeder trouw is.
Bij niet tijdige betaling van de verkeersbelasting of de inverkeersstellingsbelasting kan een fiscale boete van 50 euro worden opgelegd vanaf het tijdstip van afgifte van het aanslagbiljet.
§ 1. Overeenkomstig artikel 63, § 1, derde lid, van het voornoemde decreet van 6 mei 1999 wordt het tarief van de fiscale geldboetes die van toepassing zijn op overtredingen van de bepalingen inzake belastingen en bijdragen ter financiering van het waterbeleid, als volgt vastgesteld:
| Type d'infraction | Montant de l'amende fiscale |
| A. Absence de déclaration | A la première infraction 25% du montant de la taxe avec un minimum de 50 euros. A la deuxième infraction 50% du montant de la taxe avec un minimum de 125 euros. A la troisième infraction 75% du montant de la taxe avec un minimum de 250 euros. Au-delà de la troisième infraction 100% de la taxe avec un minimum de 500 euros. |
| B. Déclaration tardive | A la première infraction 50 euros. A la deuxième infraction 125 euros. A la troisième infraction 250 euros. Au-delà de la troisième infraction 500 euros. |
| C. Déclaration incorrecte ou inexacte donnant lieu à une taxation insuffisante | A la première infraction 25% du montant de l'insuffisance calculée de la taxe avec un minimum de 50 euros. A la deuxième infraction 50% du montant de l'insuffisance calculée de la taxe avec un minimum de 125 euros. A la troisième infraction 75% du montant de l'insuffisance calculée de la taxe avec un minimum de 250 euros. Au-delà de la troisième infraction 100% du montant de l'insuffisance calculée de la taxe avec un minimum de 500 euros. |
| D. Infraction aux conditions d'exonération, d'exemption ou de réduction de la taxe donnant lieu à une taxation insuffisante, lorsque le redevable n'est pas tenu de faire une déclaration | A la première infraction 25% du montant de la taxe ou de l'insuffisance calculée de la taxe avec un minimum de 50 euros. A la deuxième infraction 50% du montant de la taxe ou de l'insuffisance calculée de la taxe avec un minimum de 125 euros. A la troisième infraction 75% du montant de la taxe ou de l'insuffisance calculée de la taxe avec un minimum de 250 euros. Au-delà de la troisième infraction 100% du montant de la taxe ou de l'insuffisance calculée de la taxe avec un minimum de 500 euros. |
| E. Infraction aux règles visées aux articles 10 à 11ter du décret du 6 mai 1999 précité | A la première infraction 50 euros. A la deuxième infraction 125 euros. A la troisième infraction 250 euros. Au-delà de la troisième infraction 500 euros. |
| F. Infraction reprise sous A., C. ou D., commise avec intention frauduleuse ou dessin de nuire | A la première infraction 100% du montant de la taxe ou de l'insuffisance calculée de la taxe avec un minimum de 500 euros. A la deuxième infraction 150% du montant de la taxe ou de l'insuffisance calculée de la taxe avec un minimum de 1.000 euros. A la troisième infraction 200% du montant de la taxe ou de l'insuffisance calculée de la taxe avec un minimum de 2.000 euros. Au-delà de la troisième infraction 250% du montant de la taxe ou de l'insuffisance calculée de la taxe avec un minimum de 5.000 euros. |
Pour la détermination du montant des amendes fiscales, il y a deuxième infraction ou infraction subséquente aux trois conditions cumulatives suivantes :
1° l'infraction antérieure a déjà été notifiée au redevable au moment où l'infraction est commise ;
2° les infractions sont d'un même type ;
3° les infractions sont relatives à des taxes ayant un même fait générateur.
Par dérogation à l'alinéa précédent, il n'est pas tenu compte des infractions commises antérieurement si aucune d'entre elles n'a été commise lors des cinq exercices d'imposition qui précèdent l'infraction.
Les infractions de type A. et B. ne peuvent être cumulées pour une même imposition.
Il est renoncé à l'amende fiscale reprise sous A., B., C., D. ou E. pour la première infraction si le redevable est de bonne foi.
En cas de non-paiement dans les délais des taxes de circulation et de mise en circulation, une amende fiscale de 50 euros peut être appliquée à partir de la délivrance de l'avertissement-extrait de rôle.
§ 2. Conformément à l'article 63, § 1er, alinéa 3, du décret du 6 mai 1999 précité, l'échelle des amendes fiscales applicable aux infractions commises à l'encontre des dispositions visant les taxes et contributions relatives au financement de la politique de l'eau, est fixée comme suit :
| Type overtreding | Bedrag van de fiscale boete |
| De belastingplichtigen gebruiken niet het voor de aangifte verstrekte formulier | 125 euro |
| De belastingplichtige die het aangifteformulier niet heeft ontvangen heeft het niet opgeëist bij de dienst die de Regering heeft aangewezen. | 125 euro |
| Een onvolledige aangifte, niet voor eensluidend verklaard, niet gedagtekend of niet ondertekend | 125 euro |
| De belastingplichtige heeft enige wijziging in één van de gegevens van zijn aangifte niet aangegeven. | 125 euro |
| Bij gebrek aan taxatie ambtshalve, het niet verzenden of niet overmaken van de aangifte aan de door de Regering aangewezen dienst, op papieren drager of in elektronische vorm, binnen de wettelijke termijn | 250 euro |
De fiscale boete wordt kwijtgescholden voor de eerste overtreding indien de belastingplichtige te goeder trouw is.
§ 3. Overeenkomstig artikel 63, § 1, derde lid, van voormeld decreet van 6 mei 1999 wordt het tarief van de fiscale geldboetes van toepassing op de overtredingen van de bepalingen inzake de belastingen georganiseerd door het fiscaal decreet van 22 maart 2007 tot bevordering van afvalpreventie en -valorisatie in het Waalse Gewest en tot wijziging van het decreet van 6 mei 1999 betreffende de vestiging, de invordering en de geschillen inzake de directe gewestelijke belastingen, als volgt vastgesteld:
| Type d'infraction | Montant de l'amende fiscale |
| Les redevables n'utilisent pas le formulaire arrêté en vue de la déclaration | 125 euros |
| Le redevable qui, à défaut de réception du formulaire de déclaration, s'est abstenu de le réclamer au service désigné par le Gouvernement | 125 euros |
| Une déclaration incomplète, non certifiée exacte, non datée ou non signée | 125 euros |
| Le redevable s'est abstenu de déclarer toute modification d'un des éléments de la déclaration | 125 euros |
| A défaut de taxation d'office, le défaut d'envoi ou de remise de la déclaration au service désigné par le Gouvernement, sur support papier ou sous forme dématérialisée, dans le délai légal. | 250 euros |
Il est renoncé à l'amende fiscale pour la première infraction si le redevable est de bonne foi.
§ 3. Conformément à l'article 63, § 1er, alinéa 3, du décret du 6 mai 1999 précité, l'échelle des amendes fiscales applicable aux infractions commises à l'encontre des dispositions visant les taxes organisées par le décret fiscal du 22 mars 2007 favorisant la prévention et la valorisation des déchets en Région wallonne et portant modification du décret du 6 mai 1999 relatif à l'établissement, au recouvrement et au contentieux en matière de taxes régionales directes, est fixée comme suit :
| Type overtreding | Bedrag van de fiscale boete |
| De belastingplichtige maakt geen gebruik van het type aangifteformulier dat door de Regering is vastgesteld | 125 euro |
| De belastingplichtige die het formulier niet heeft ontvangen heeft het niet opgeëist bij de dienst die de Regering heeft aangewezen om het aangifteformulier af te leveren. | 125 euro |
| Het aangifteformulier is niet ingevuld overeenkomstig de erop vermelde aanwijzingen, is onvolledig, niet voor waar verklaard, gedagtekend of ondertekend. | 125 euro |
| De documenten of inlichtingen die zoals voorzien bij het aangifteformulier voorgelegd moeten worden, zijn niet bijgevoegd. | 125 euro |
| De belastingplichtige heeft enige wijziging in één van de gegevens van zijn aangifte niet aangegeven. | 125 euro |
| De aangifte is niet verstuurd of bij betrokken dienst ingediend op een papieren informatiedrager of in een gedematerialiseerde vorm, binnen de wettelijke termijn of bij gebreke van belasting van ambtswege. | 250 euro |
| Type d'infraction | Montant de l'amende fiscale |
| Le redevable n'utilise pas le formulaire de déclaration dont le modèle est établi par le Gouvernement | 125 euros |
| Le redevable n'ayant pas reçu le formulaire de déclaration s'est abstenu de le réclamer au service désigné par le Gouvernement pour le délivrer | 125 euros |
| Le formulaire de déclaration n'est pas rempli conformément aux indications qui y figurent, n'est pas complet, certifié exact, daté ou signé | 125 euros |
| Les documents ou renseignements dont la production est prévue par le formulaire de déclaration ne sont pas joints | 125 euros |
| Le redevable s'est abstenu de déclarer toute modification d'un des éléments de la déclaration | 125 euros |
| La déclaration n'est pas envoyée ou remise au service intéressé, sur support papier ou sous forme dématérialisée, dans le délai légal et à défaut de taxation d'office | 250 euros |
Il est renoncé à l'amende fiscale pour la première infraction si le redevable est de bonne foi.
§ 4. [2 Conformément à l'article 63, § 2, 6°, du décret, l'échelle des amendes fiscales applicable aux infractions qui y sont visées, est fixée comme suit :
§ 4. [2 Overeenkomstig artikel 63, § 2, 6°, van het decreet, wordt de schaal van de fiscale geldboetes die van toepassing zijn op de in dat artikel bedoelde overtredingen als volgt vastgesteld:
| Type d'infraction | Montant de l'amende fiscale | |
| A. | Infraction sans intention frauduleuse ni à dessein | Montant de l'amende fiscale de nuire : |
| - 1re infraction | 2.500 € | |
| - 2ième infraction | 7.500 € | |
| - 3ième infraction | 15.000 € | |
| - Au-delà de la 3ème infraction | 25.000 € | |
| B. | Infraction avec intention frauduleuse ou à dessein de nuire : | |
| - 1re infraction | 5.000 € | |
| - 2ième infraction | 15.000 € | |
| - 3ième infraction | 30.000 € | |
| - Au-delà de la 3ème infraction | 50.000 € | |
Montant de l'amende fiscale A. Infraction sans intention frauduleuse ni à desseinMontant de l'amende fiscale de nuire :- 1re infraction 2.500 € - 2ième infraction 7.500 € - 3ième infraction 15.000 € - Au-delà de la 3ème infraction 25.000 € B. Infraction avec intention frauduleuse ou à dessein de nuire : - 1re infraction 5.000 € - 2ième infraction 15.000 € - 3ième infraction 30.000 € - Au-delà de la 3ème infraction 50.000 €
]2
§ 5. Le service visé à l'article 63, § 2, 1°, du décret est la Direction des Instruments économiques et des Outils financiers du Département du Sol et des Déchets du Service public de Wallonie Agriculture, Ressources naturelles et Environnement.]1
| Type overtreding | Bedrag van de fiscale boete | |
| A. | Overtreding zonder bedrieglijk opzet of zonder het oogmerk om te schaden | |
| - 1e overtreding | 2.500 € | |
| - 2e overtreding | 7.500 € | |
| - 3e overtreding | 15.000 € | |
| - Na de 3e overtreding | 25.000 € | |
| B. | Overtreding met bedrieglijk opzet of met het oogmerk om te schaden | |
| - 1e overtreding | 5.000 € | |
| - 2e overtreding | 15.000 € | |
| - 3e overtreding | 30.000 € | |
| - Na de 3e overtreding | 50.000 € | |
]2
§ 5. De dienst bedoeld in artikel 63, § 2, 1°, van het decreet is de Directie Financiële en Economische Instrumenten van het Departement Bodems en Afvalstoffen van de Waalse Overheidsdienst Landbouw, Natuurlijke Hulpmiddelen en Leefmilieu.]1
-
Art.23. [1 De dienst bedoeld in artikel 64 van het decreet is de Waalse Overheidsdienst Financiën.
In afwijking van het eerste lid is de dienst bedoeld in artikel 64 van het decreet, voor de toepassing van de belastingen op de afvalstoffen en de belastingen en retributies inzake de financiering van het waterbeleid, het Departement Bodem en Afvalstoffen van de Waalse Overheidsdienst Landbouw, Natuurlijke Hulpbronnen en Leefmilieu.]1
In afwijking van het eerste lid is de dienst bedoeld in artikel 64 van het decreet, voor de toepassing van de belastingen op de afvalstoffen en de belastingen en retributies inzake de financiering van het waterbeleid, het Departement Bodem en Afvalstoffen van de Waalse Overheidsdienst Landbouw, Natuurlijke Hulpbronnen en Leefmilieu.]1
Modifications
Art.23. [1 Le service visé à l'article 64 du décret est le Service public de Wallonie Finances.
Par dérogation à l'alinéa 1er, le service visé à l'article 64 du décret, pour l'application des taxes sur les déchets et des taxes et contributions relatives au financement de la politique de l'eau est le Département du Sol et des Déchets du Service public de Wallonie Agriculture, Ressources naturelles et Environnement.]1
Par dérogation à l'alinéa 1er, le service visé à l'article 64 du décret, pour l'application des taxes sur les déchets et des taxes et contributions relatives au financement de la politique de l'eau est le Département du Sol et des Déchets du Service public de Wallonie Agriculture, Ressources naturelles et Environnement.]1
Modifications
HOOFDSTUK IX. - Wijzigings- en opheffingsbepalingen.
CHAPITRE IX. - Dispositions modificatives et abrogatoires.
Art.24. Artikel 3 van het besluit van de Waalse Regering van 19 november 1993 betreffende de betaling bij maandelijkse voorschotten van de belasting op niet-huishoudelijke afvalstoffen ten laste van de gemachtigde exploitant, wordt opgeheven.
Art.24. L'article 3 de l'arrêté du Gouvernement wallon du 19 novembre 1993 relatif au paiement par acomptes mensuels de la taxe sur les déchets non ménagers à charge de l'exploitant autorisé est abrogé.
Art.25. Het besluit van de Waalse Gewestexecutieve van 14 november 1991 tot vaststelling, voor het jaar 1992, van de interest bedoeld in artikel 34 van het decreet van 25 juli 1991 met betrekking tot de belasting op de afvalstoffen in het Waalse Gewest, wordt opgeheven.
Art.25. L'arrêté de l'Exécutif régional wallon du 14 novembre 1991 fixant pour l'année 1992 le taux d'intérêt visé à l'article 34 du décret du 25 juillet 1991 relatif à la taxation des déchets en Région wallonne est abrogé.
Art.26. Opgeheven worden in het besluit van de Waalse Gewestexecutieve van 14 november 1991 betreffende de inning van de belasting op de afvalstoffen in het Waalse Gewest, gewijzigd bij het besluit van de Waalse Gewestexecutieve van 23 december 1998 :
1° artikel 1;
2° artikel 2, §§ 1, 2 en 3.
1° artikel 1;
2° artikel 2, §§ 1, 2 en 3.
Art.26. Sont abrogés dans l'arrêté de l'Exécutif régional wallon du 14 novembre 1991 relatif à la perception de la taxe sur les déchets en Région wallonne, modifié par l'arrêté de l'Exécutif régional wallon du 23 décembre 1998 :
1° l'article 1er;
2° l'article 2, §§ 1er, 2 et 3.
1° l'article 1er;
2° l'article 2, §§ 1er, 2 et 3.
HOOFDSTUK X. - Slotbepaling.
CHAPITRE X. - Disposition finale.
Art.27. De Minister van Begroting is belast met de uitvoering van dit besluit.
Art.27. Le Ministre du Budget est chargé de l'exécution du présent arrêté.
BIJLAGE.
ANNEXE.