Artikel 1. De rechtbank van eerste aanleg te Verviers bestaat uit dertien kamers, waarvan zeven burgerlijke kamers, vijf correctionele kamers en een jeugdkamer.
De eerste, de tweede, de derde, de vierde, de vijfde, de zesde en de zevende kamer vormen de burgerlijke rechtbank. De achtste, de negende, de tiende, de elfde en de twaalfde kamer vormen de correctionele rechtbank. De dertiende kamer is de jeugdrechtbank.
Nederlands (NL)
Français (FR)
Titre
27 APRIL 2000. - Koninklijk besluit tot vaststelling van het bijzonder reglement voor de rechtbank van eerste aanleg te Verviers.(NOTA : opgeheven met ingang op een onbepaalde datum bij KB2016-06-12/04, art. 1, Inwerkingtreding : onbepaald )
Titre
27 AVRIL 2000. - Arrêté royal fixant le règlement particulier du tribunal de première instance de Verviers.(NOTE : abrogé avec effet à une date indéterminée par AR2016-06-12/04, art. 1, En vigueur : indéterminée )
Informations sur le document
Numac: 2000009429
Datum: 2000-04-27
Info du document
Numac: 2000009429
Date: 2000-04-27
Tekst (14)
Texte (14)
Article 1. Le tribunal de première instance de Verviers se compose de treize chambres, dont sept chambres civiles, cinq chambres correctionnelles et une chambre de la jeunesse.
Les première, deuxième, troisième, quatrième, cinquième, sixième et septième chambres constituent le tribunal civil. Les huitième, neuvième, dixième, onzième et douzième chambres constituent le tribunal correctionnel. La treizième chambre constitue le tribunal de la jeunesse.
Les première, deuxième, troisième, quatrième, cinquième, sixième et septième chambres constituent le tribunal civil. Les huitième, neuvième, dixième, onzième et douzième chambres constituent le tribunal correctionnel. La treizième chambre constitue le tribunal de la jeunesse.
Art.2. Bij de burgerlijke rechtbank bestaat de zevende kamer uit drie rechters. Dit is ook het geval voor de derde kamer op de derde maandag van de maand.
Bij de correctionele rechtbank bestaan de elfde en de twaalfde kamer uit drie rechters.
Onverminderd de toepassing van de artikelen 91 en 92 van het Gerechtelijk Wetboek, bestaan de andere kamers en het bureau voor rechtsbijstand uit één rechter; voor de toepassing van de artikelen 91 en 92 van het Gerechtelijk Wetboek, kan elke kamer, op initiatief van de magistraat die haar voorzit en met instemming van de voorzitter van de rechtbank, zitting houden met drie rechters.
Bij de correctionele rechtbank bestaan de elfde en de twaalfde kamer uit drie rechters.
Onverminderd de toepassing van de artikelen 91 en 92 van het Gerechtelijk Wetboek, bestaan de andere kamers en het bureau voor rechtsbijstand uit één rechter; voor de toepassing van de artikelen 91 en 92 van het Gerechtelijk Wetboek, kan elke kamer, op initiatief van de magistraat die haar voorzit en met instemming van de voorzitter van de rechtbank, zitting houden met drie rechters.
Art.2. Au tribunal civil, la septième chambre est composée de trois juges. Il en est de même de la troisième chambre, le troisième lundi du mois.
Au tribunal correctionnel, les onzième et douzième chambres sont composées de trois juges.
Sans préjudice de l'application des articles 91 et 92 du Code judiciaire, les autres chambres et le bureau d'assistance judiciaire ne comprennent qu'un seul juge; pour l'application des articles 91 et 92 du Code judiciaire, chaque chambre pourra, à l'initiative du magistrat qui la préside et de l'accord du président du tribunal, siéger au nombre de trois juges.
Au tribunal correctionnel, les onzième et douzième chambres sont composées de trois juges.
Sans préjudice de l'application des articles 91 et 92 du Code judiciaire, les autres chambres et le bureau d'assistance judiciaire ne comprennent qu'un seul juge; pour l'application des articles 91 et 92 du Code judiciaire, chaque chambre pourra, à l'initiative du magistrat qui la préside et de l'accord du président du tribunal, siéger au nombre de trois juges.
Art.3. De kamers houden zitting als volgt :
- de eerste kamer : op maandag;
- de tweede kamer : op maandag;
- de derde kamer : op maandag;
- de vierde kamer : op de derde maandag en de eerste dinsdag van de maand;
- de vijfde kamer : op maandag;
- de zesde kamer : op dinsdag;
- de zevende kamer : op woensdag;
- de achtste kamer : op maandag;
- de negende kamer : op dinsdag;
- de tiende kamer : op woensdag;
- de elfde kamer : op donderdag;
- de twaalfde kamer : op vrijdag;
- de dertiende kamer : op dinsdag en op woensdag.
De raadkamer in strafzaken houdt zitting op dinsdag en vrijdag. Wanneer een van deze dagen een feestdag is, houdt de kamer zitting op de voorgaande dag.
De voorzitter van de rechtbank, of de rechter die hem vervangt, houdt zitting in kort geding op donderdag.
De voorzitter van de rechtbank, of de rechter die hem vervangt, ontvangt de verzoekschriften tot echtscheiding of scheiding van tafel en bed door onderlinge toestemming, de eerste en de derde vrijdag van de maand. De verschijningen ingevolge deze verzoekschriften hebben plaats op dezelfde zitting.
De beslagrechter houdt zitting op vrijdag.
Het bureau voor rechtsbijstand houdt zitting op de tweede en de vierde vrijdag van de maand.
De getuigenverhoren hebben plaats op de werkdagen.
- de eerste kamer : op maandag;
- de tweede kamer : op maandag;
- de derde kamer : op maandag;
- de vierde kamer : op de derde maandag en de eerste dinsdag van de maand;
- de vijfde kamer : op maandag;
- de zesde kamer : op dinsdag;
- de zevende kamer : op woensdag;
- de achtste kamer : op maandag;
- de negende kamer : op dinsdag;
- de tiende kamer : op woensdag;
- de elfde kamer : op donderdag;
- de twaalfde kamer : op vrijdag;
- de dertiende kamer : op dinsdag en op woensdag.
De raadkamer in strafzaken houdt zitting op dinsdag en vrijdag. Wanneer een van deze dagen een feestdag is, houdt de kamer zitting op de voorgaande dag.
De voorzitter van de rechtbank, of de rechter die hem vervangt, houdt zitting in kort geding op donderdag.
De voorzitter van de rechtbank, of de rechter die hem vervangt, ontvangt de verzoekschriften tot echtscheiding of scheiding van tafel en bed door onderlinge toestemming, de eerste en de derde vrijdag van de maand. De verschijningen ingevolge deze verzoekschriften hebben plaats op dezelfde zitting.
De beslagrechter houdt zitting op vrijdag.
Het bureau voor rechtsbijstand houdt zitting op de tweede en de vierde vrijdag van de maand.
De getuigenverhoren hebben plaats op de werkdagen.
Art.3. Les chambres tiennent audience comme suit :
- la première chambre : le lundi;
- la deuxième chambre : le lundi;
- la troisième chambre : le lundi;
- la quatrième chambre : les troisième lundi et premier mardi de chaque mois;
- la cinquième chambre : le lundi;
- la sixième chambre : le mardi;
- la septième chambre : le mercredi;
- la huitième chambre : le lundi;
- la neuvième chambre : le mardi;
- la dixième chambre : le mercredi;
- la onzième chambre : le jeudi;
- la douzième chambre : le vendredi;
- la treizième chambre : les mardi et mercredi.
La chambre du conseil en matière répressive siège le mardi et le vendredi. Lorsqu'un de ces jours est férié, elle siège la veille.
Le président du tribunal, ou le juge qui le remplace, tient son audience des référés le jeudi.
Le président du tribunal, ou le juge qui le remplace, reçoit les requêtes en divorce ou en séparation de corps par consentement mutuel les premier et troisième vendredis du mois. Les comparutions résultant de ces requêtes ont lieu à la même audience.
Le juge des saisies tient audience le vendredi.
Le bureau d'assistance judiciaire tient audience les deuxième et quatrième vendredis du mois.
Les enquêtes ont lieu les jours ouvrables.
- la première chambre : le lundi;
- la deuxième chambre : le lundi;
- la troisième chambre : le lundi;
- la quatrième chambre : les troisième lundi et premier mardi de chaque mois;
- la cinquième chambre : le lundi;
- la sixième chambre : le mardi;
- la septième chambre : le mercredi;
- la huitième chambre : le lundi;
- la neuvième chambre : le mardi;
- la dixième chambre : le mercredi;
- la onzième chambre : le jeudi;
- la douzième chambre : le vendredi;
- la treizième chambre : les mardi et mercredi.
La chambre du conseil en matière répressive siège le mardi et le vendredi. Lorsqu'un de ces jours est férié, elle siège la veille.
Le président du tribunal, ou le juge qui le remplace, tient son audience des référés le jeudi.
Le président du tribunal, ou le juge qui le remplace, reçoit les requêtes en divorce ou en séparation de corps par consentement mutuel les premier et troisième vendredis du mois. Les comparutions résultant de ces requêtes ont lieu à la même audience.
Le juge des saisies tient audience le vendredi.
Le bureau d'assistance judiciaire tient audience les deuxième et quatrième vendredis du mois.
Les enquêtes ont lieu les jours ouvrables.
Art.4. De kamers kunnen, naar gelang van de behoeften van de dienst, buitengewone zittingen houden, waarvan zij zelf de dagen en uren bepalen, met instemming van de voorzitter van de rechtbank.
Art.4. Les chambres peuvent, selon les besoins du service, tenir des audiences extraordinaires, dont elles fixent elles-mêmes les jours et heures, avec l'accord du président du tribunal.
Art.5. De voorzitter van de rechtbank kan, zo de behoeften van de dienst het vereisen en na het advies van de procureur des Konings en van de hoofdgriffier te hebben ingewonnen, beslissen dat één of meer kamers bijkomende zittingen houden, waarvoor hij de dagen en uren bepaalt.
Art.5. Le président du tribunal peut, lorsque les nécessités du service l'exigent et après avoir pris l'avis du procureur du Roi et du greffier en chef, décider de faire tenir, par une ou plusieurs chambres, des audiences supplémentaires dont il fixe les jours et heures.
Art.6. De voorzitter van de rechtbank kan, na het advies van de procureur des Konings en van de hoofdgriffier te hebben ingewonnen, het aantal en de bevoegdheden van de kamers tijdelijk wijzigen.
Art.6. Le président du tribunal peut, après avoir pris l'avis du procureur du Roi et du greffier en chef, modifier temporairement le nombre et les attributions des chambres.
Art.7. De gewone zittingen beginnen om negen uur. De burgerlijke en correctionele zittingen duren ten minste drie uur of tot uitputting van de rol, rolregeling en uitspraak van de vonnissen niet inbegrepen.
Art.7. Les audiences ordinaires commencent à neuf heures. La durée des audiences civiles et correctionnelles est de trois heures au moins ou jusqu'à l'épuisement du rôle, non compris le règlement de celui-ci et la prononciation des jugements.
Art.8. De inleidingen hebben plaats om negen uur :
- voor de burgerlijke rechtbank, op de zitting van de eerste kamer op maandag, behalve de zaken betreft waarvan de burgerlijke raadkamer kennis neemt, welke voor de derde kamer worden ingeleid, alsook wat de hogere beroepen betreft die tegen de beslissingen van de vrederechters en de politierechters zitting houdend in burgerlijke zaken worden ingesteld, welke voor de zevende kamer worden ingeleid;
- voor de voorzitter van de rechtbank zetelend in kort geding, op de zitting van de donderdag;
- voor de jeugdrechtbank, op de zitting van de eerste dinsdag van elke maand;
- voor de beslagrechter, op de zitting van vrijdag;
- voor het bureau voor rechtsbijstand, op de zitting van de tweede en de vierde vrijdag van de maand.
In zaken met rechtstreekse dagvaarding, wordt het openbaar ministerie door de dagvaardende partij verwittigd en krijgt het inzage van de stukken, ten minste drie dagen voor de oproeping van de zaak.
- voor de burgerlijke rechtbank, op de zitting van de eerste kamer op maandag, behalve de zaken betreft waarvan de burgerlijke raadkamer kennis neemt, welke voor de derde kamer worden ingeleid, alsook wat de hogere beroepen betreft die tegen de beslissingen van de vrederechters en de politierechters zitting houdend in burgerlijke zaken worden ingesteld, welke voor de zevende kamer worden ingeleid;
- voor de voorzitter van de rechtbank zetelend in kort geding, op de zitting van de donderdag;
- voor de jeugdrechtbank, op de zitting van de eerste dinsdag van elke maand;
- voor de beslagrechter, op de zitting van vrijdag;
- voor het bureau voor rechtsbijstand, op de zitting van de tweede en de vierde vrijdag van de maand.
In zaken met rechtstreekse dagvaarding, wordt het openbaar ministerie door de dagvaardende partij verwittigd en krijgt het inzage van de stukken, ten minste drie dagen voor de oproeping van de zaak.
Art.8. Les introductions ont lieu à neuf heures :
- devant le tribunal civil, à l'audience du lundi de la première chambre sauf en ce qui concerne les affaires qui sont de la compétence de la chambre du conseil civile, lesquelles sont introduites devant la troisième chambre, et les appels des décisions rendues par les juges de paix et les juges de police siégeant en matière civile, lesquels sont introduits devant la septième chambre;
- devant le président du tribunal siégeant en référé, à l'audience du jeudi;
- devant le tribunal de la jeunesse, à l'audience du premier mardi de chaque mois;
- devant le juge des saisies, à l'audience du vendredi;
- devant le bureau d'assistance judiciaire, à l'audience des deuxième et quatrième vendredis du mois.
En matière de citation directe, le ministère public est avisé par la partie citante et reçoit communication des pièces trois jours au moins avant l'appel de la cause.
- devant le tribunal civil, à l'audience du lundi de la première chambre sauf en ce qui concerne les affaires qui sont de la compétence de la chambre du conseil civile, lesquelles sont introduites devant la troisième chambre, et les appels des décisions rendues par les juges de paix et les juges de police siégeant en matière civile, lesquels sont introduits devant la septième chambre;
- devant le président du tribunal siégeant en référé, à l'audience du jeudi;
- devant le tribunal de la jeunesse, à l'audience du premier mardi de chaque mois;
- devant le juge des saisies, à l'audience du vendredi;
- devant le bureau d'assistance judiciaire, à l'audience des deuxième et quatrième vendredis du mois.
En matière de citation directe, le ministère public est avisé par la partie citante et reçoit communication des pièces trois jours au moins avant l'appel de la cause.
Art.9. De strafzaken worden, op voorstel van de procureur des Konings, door de voorzitter van de rechtbank toebedeeld.
Art.9. Les affaires pénales sont distribuées par le président du tribunal sur proposition du procureur du Roi.
Art.10. De voorzitter van de rechtbank bepaalt de dienstregeling van de onderzoeksrechters en de verdeling van de zaken onder hen.
De zaken worden toebedeeld aan de onderzoeksrechter die met dienst is op de datum van de vordering van de procureur des Konings of van de burgerlijke partijstelling bij de onderzoeksrechter.
Wanneer de behoeften van de dienst of een goede rechtsbedeling dit vergen, kan de voorzitter van de rechtbank afwijken van de dienstregeling en van de verdeling van de zaken of aan een onderzoeksrechter een zaak toebedelen die voor een andere onderzoeksrechter aanhangig is.
De zaken worden toebedeeld aan de onderzoeksrechter die met dienst is op de datum van de vordering van de procureur des Konings of van de burgerlijke partijstelling bij de onderzoeksrechter.
Wanneer de behoeften van de dienst of een goede rechtsbedeling dit vergen, kan de voorzitter van de rechtbank afwijken van de dienstregeling en van de verdeling van de zaken of aan een onderzoeksrechter een zaak toebedelen die voor een andere onderzoeksrechter aanhangig is.
Art.10. Le président du tribunal arrête le service des juges d'instruction et la répartition des affaires entre eux.
Les affaires sont distribuées au juge d'instruction qui est de service à la date du réquisitoire du procureur du Roi ou de la constitution de partie civile en mains du juge d'instruction.
Si les besoins du service ou la bonne administration de la justice l'exigent, le président du tribunal peut déroger au tableau de service et de répartition des affaires ou distribuer à un juge d'instruction une affaire dont un autre juge d'instruction est saisi.
Les affaires sont distribuées au juge d'instruction qui est de service à la date du réquisitoire du procureur du Roi ou de la constitution de partie civile en mains du juge d'instruction.
Si les besoins du service ou la bonne administration de la justice l'exigent, le président du tribunal peut déroger au tableau de service et de répartition des affaires ou distribuer à un juge d'instruction une affaire dont un autre juge d'instruction est saisi.
Art.11. De voorzitter van de rechtbank bepaalt, na het advies van de procureur des Konings te hebben ingewonnen, de dagen en uren van de vakantiezittingen in overeenstemming met de artikelen 334 tot 339 van het Gerechtelijk Wetboek.
Hij maakt de lijst op van de magistraten die er zitting zullen houden.
De voorzitter van de rechtbank kan te allen tijde die lijst wijzigen, met het oog op de behoeften van de dienst.
Hij maakt de lijst op van de magistraten die er zitting zullen houden.
De voorzitter van de rechtbank kan te allen tijde die lijst wijzigen, met het oog op de behoeften van de dienst.
Art.11. Le président du tribunal établit, après avoir pris l'avis du procureur du Roi, les jours et heures des audiences de vacation en se conformant aux articles 334 à 339 du Code judiciaire.
Il détermine la liste des magistrats qui y siégeront.
Le président peut, en tout temps, modifier cette liste en raison des nécessités du service.
Il détermine la liste des magistrats qui y siégeront.
Le président peut, en tout temps, modifier cette liste en raison des nécessités du service.
Art.12. De beschikkingen die de voorzitter van de rechtbank neemt op grond van de artikelen 80 en 89 van het Gerechtelijk Wetboek of op grond van dit reglement, worden ter griffie van de rechtbank aangeplakt. Deze beschikkingen worden ter kennis gebracht van de eerste voorzitter van het Hof van beroep en van de procureur des Konings.
Art.12. Les ordonnances prises par le président du tribunal sur la base des articles 80 et 89 du Code judiciaire ou du présent règlement, sont affichées au greffe du tribunal. Le premier président de la Cour d'appel et le procureur du Roi en sont informés.
Art.13. Het koninklijk besluit van 19 juli 1988 tot vaststelling van het bijzonder reglement voor de rechtbank van eerste aanleg te Verviers wordt opgeheven.
Art.13. L'arrêté royal du 19 juillet 1988 fixant le règlement particulier du tribunal de première instance de Verviers est abrogé.
Art. 14. Onze Minister van Justitie is belast met de uitvoering van dit besluit.
Gegeven te Brussel, 27 april 2000.
ALBERT
Van Koningswege :
De Minister van Justitie,
M. VERWILGHEN
Gegeven te Brussel, 27 april 2000.
ALBERT
Van Koningswege :
De Minister van Justitie,
M. VERWILGHEN
Art. 14. Notre Ministre de la Justice est chargé de l'exécution du présent arrêté.
Donné à Bruxelles, le 27 avril 2000.
ALBERT
Par le Roi :
Le Ministre de la Justice,
M. VERWILGHEN
Donné à Bruxelles, le 27 avril 2000.
ALBERT
Par le Roi :
Le Ministre de la Justice,
M. VERWILGHEN