Artikel 1. Aan artikel 1 van het besluit van de Vlaamse regering van 23 juli 1992 tot uitvoering van artikel 49 van het decreet van 25 juni 1992 houdende diverse bepalingen tot begeleiding van de begroting 1992 wordt een 16° toegevoegd, die luidt als volgt :
" 16° : projectinkomenscoëfficiënt: het naar het lagere tienduizendste afgerond rekenkundig gemiddelde van de volgens de reglementering van het sociale huurstelsel met toepassing van artikel 80ter van de Huisvestingscode verkregen inkomenscoëfficiënten van alle verhuurde woningen van een project, gerealiseerd in het kader van het urgentieprogramma. Deze inkomenscoëfficiënten worden jaarlijks berekend op basis van de huurgegevens van toepassing op 1 december van het jaar waarop de subsidie betrekking heeft. "
Nederlands (NL)
Français (FR)
Titre
10 DECEMBER 1996. - Besluit van de Vlaamse regering houdende wijziging van het besluit van de Vlaamse regering van 23 juli 1992 tot uitvoering van artikel 49 van het decreet van 25 juni 1992 houdende diverse bepalingen tot begeleiding van de begroting 1992.
Titre
10 DECEMBRE 1996. - Arrêté du Gouvernement flamand modifiant l'arrêté du Gouvernement flamand du 23 juillet 1992 portant exécution de l'article 49 du décret du 25 juin 1992 contenant diverses mesures d'accompagnement du budget 1992 (TRADUCTION).
Informations sur le document
Numac: 1997036583
Datum: 1996-12-10
Info du document
Numac: 1997036583
Date: 1996-12-10
Tekst (10)
Texte (10)
Article 1. A l'article 1er de l'arrêté du Gouvernement flamand du 23 juillet 1992 portant exécution de l'article 49 du décret du 25 juin 1992 contenant diverses mesures d'accompagnement du budget 1992, est ajouté un 16° libellé comme suit :
" 16° : coefficient de revenu du projet : la moyenne arithmétique arrondie au dix millième inférieur des coefficients de revenu obtenus suivant la réglementation du régime de location sociale, en application de l'article 80ter du Code des logements, des logements donnés en location faisant partie d'un projet réalisé dans le cadre d'un programme d'urgence.
Ces coefficients de revenu sont calculés chaque année sur la base des données locatives en vigueur le 1er décembre de l'année à laquelle la subvention se rapporte. "
" 16° : coefficient de revenu du projet : la moyenne arithmétique arrondie au dix millième inférieur des coefficients de revenu obtenus suivant la réglementation du régime de location sociale, en application de l'article 80ter du Code des logements, des logements donnés en location faisant partie d'un projet réalisé dans le cadre d'un programme d'urgence.
Ces coefficients de revenu sont calculés chaque année sur la base des données locatives en vigueur le 1er décembre de l'année à laquelle la subvention se rapporte. "
Art.2. In artikel 4 van hetzelfde besluit wordt tussen het tweede en derde lid de volgende zin ingevoegd : " Deze dag wordt "verrekeningsdag" genoemd. "
Art.2. A l'article 4 du même arrêté la phrase suivante est insérée entre le deuxième et le troisième alinéa : " Ce jour est appelé "jour de compensation. "
Art.3. Artikel 6 van hetzelfde besluit wordt vervangen door wat volgt : " Art. 6. Het met toepassing van artikel 5 verkregen bedrag, hierna basisbedrag te noemen, wordt vanaf de eerste verjaardag van de verrekeningsdag in aanmerking genomen naar verhouding van twintig constante opeenvolgende annuïteiten die overeenkomen met de aflossing van het basisbedrag en met de interest, berekend volgens de rentevoet op lange termijn, verhoogd met 100 basispunten. De minister stelt deze rentevoet alsmede de berekeningswijze vast.
Hij kan hierbij tevens rekening houden met de effectieve rentevoet van de door de naamloze vennootschap aangegane leningen en/of met de aard van de betrokken leningsovereenkomsten. "
Hij kan hierbij tevens rekening houden met de effectieve rentevoet van de door de naamloze vennootschap aangegane leningen en/of met de aard van de betrokken leningsovereenkomsten. "
Art.3. L'article 6 du même arrêté est remplacé par ce qui suit : " Art. 6. Le montant obtenu en application de l'article 5, ci-après dénommé montant de base, est pris en compte à partir de la première échéance du jour de compensation au prorata de vingt annuités constantes successives correspondant au remboursement du montant de base et des intérêts, calculés sur la base du taux d'intérêt à long terme, majoré de 100 points de base. Le Ministre fixe ce taux d'intérêt ainsi que le mode de calcul. A cet effet, il peut tenir compte du taux d'intérêt effectif des prêts contractés par la société anonyme et/ou de la nature des contrats d'emprunt concernés. "
Art.4. In artikel 12 van hetzelfde besluit wordt het laatste lid vervangen door wat volgt : " Ten vroegste vanaf de verrekeningsdag neemt de huursubsidieperiode steeds een aanvang de eerste dag van de maand waarin de particuliere huurder de woning in huur neemt. De voornoemde periode beloopt maximaal twintig jaar, in voorkomend geval te verlengen met het aantal niet-verhuurde maanden. In elk geval eindigt de periode op de tweeëntwintigste verjaardag van de laatste dag van de maand waarin de eerste geldopname van de in artikel 2, § 1, bedoelde lening plaatsgevonden heeft. "
Art.4. A l'article 12 du même arrêté, le dernier alinéa est remplacé par ce qui suit : " Au plus tôt à compter du jour de compensation, la période de la subvention de location prend toujours cours le premier jour du mois au cours duquel le locataire privé prend le logement en location. Ladite période dure au maximum vingt ans, à prolonger le cas échéant par le nombre de mois non loués. En tout cas, la période prend fin à la vingt-deuxième échéance du dernier jour du mois au cours duquel le premier retrait de fonds sur l'emprunt visé à l'article 2, § 1er a été effectué. "
Art. 5. Artikel 13 van hetzelfde besluit wordt vervangen door wat volgt : " Art. 13. Per verhuurde woning en per kalenderjaar wordt het jaarlijks verschuldigde bedrag van de huursubsidie, in voorkomend geval te verminderen a rato van het aantal niet-verhuurde maanden, als volgt vastgesteld :
Art. 5. L'article 13 du même arrêté est remplacé par ce qui suit : " Art. 13. Le montant de la subvention de location annuellement dû par logement donné en location et par année calendrier, à réduire le cas échéant au prorata du nombre des mois non loués, est fixé comme suit :
1° projectinkomenscoefficient < 0,75 : 82 000 frank.,
2° 0,75 =< projectinkomenscoefficient < 0,85 : 77 076 frank.
3° 0,85 =< projectinkomenscoefficient < 0,95 : 68 724 frank.
4° 0,95 =< projectinkomenscoefficient < 1,05 : 60 372 frank.
5° 1,05 =< projectinkomenscoefficient < 1,15 : 52 008 frank.
6° 1,15 =< projectinkomenscoefficient < 1,25 : 43 656 frank.
7° 1,25 =< projectinkomenscoefficient < 1,35 : 35 304 frank.
8° 1,35 =< projectinkomenscoefficient < 1,45 : 26 952 frank.
9° 1,45 =< projectinkomenscoefficient < 1,55 : 18 588 frank.
10° 1,55 =< projectinkomenscoefficient < 1,65 : 10 236 frank.
11° 1,65 =< projectinkomenscoefficient : 1 872 frank.
2° 0,75 =< projectinkomenscoefficient < 0,85 : 77 076 frank.
3° 0,85 =< projectinkomenscoefficient < 0,95 : 68 724 frank.
4° 0,95 =< projectinkomenscoefficient < 1,05 : 60 372 frank.
5° 1,05 =< projectinkomenscoefficient < 1,15 : 52 008 frank.
6° 1,15 =< projectinkomenscoefficient < 1,25 : 43 656 frank.
7° 1,25 =< projectinkomenscoefficient < 1,35 : 35 304 frank.
8° 1,35 =< projectinkomenscoefficient < 1,45 : 26 952 frank.
9° 1,45 =< projectinkomenscoefficient < 1,55 : 18 588 frank.
10° 1,55 =< projectinkomenscoefficient < 1,65 : 10 236 frank.
11° 1,65 =< projectinkomenscoefficient : 1 872 frank.
1° coefficient de revenu du projet < 0,75 : 82.000 francs.
2° 0,75 3° 0,85 4° 0,95 5° 1,05 6° 1,15 7° 1,25 8° 1,35 9° 1,45 10° 1,55 11° 1,65
2° 0,75 3° 0,85 4° 0,95 5° 1,05 6° 1,15 7° 1,25 8° 1,35 9° 1,45 10° 1,55 11° 1,65
De huursubsidie voor de periode die voorafgaat aan 1 januari 1997 wordt overeenkomstig het eerste lid berekend, met dien verstande dat voor de bedoelde periode de projectinkomenscoëfficiënt van toepassing voor de huursubsidie met betrekking tot het jaar 1996, in aanmerking dient te worden genomen.
De minister kan de bedragen, vermeld in het eerste lid van dit artikel, aanpassen aan de evolutie van het indexcijfer der kleinhandelsprijzen. "
De minister kan de bedragen, vermeld in het eerste lid van dit artikel, aanpassen aan de evolutie van het indexcijfer der kleinhandelsprijzen. "
La subvention de location pour la période antérieure au 1er janvier 1997 est calculée conformément au premier alinéa, étant entendu que soit pris en compte pour ladite période, le coefficient de revenu du projet applicable à la subvention de location se rapportant à l'année 1996.
Le Ministre peut adapter les montants énumérés au premier alinéa du présent article, à l'évolution de l'indice des prix à la consommation. "
Le Ministre peut adapter les montants énumérés au premier alinéa du présent article, à l'évolution de l'indice des prix à la consommation. "
Art. 6. Artikel 14 van hetzelfde besluit wordt vervangen door wat volgt : " Art. 14. § 1. Het jaarlijks verschuldigde bedrag van de huursubsidie wordt betaalbaar gesteld in de vorm van maandelijkse voorschotten van 4 500 frank per woning. Deze voorschotten kunnen aan de publiekrechtelijke persoon worden gestort om te gelden als betaling van de door de particuliere huurder aan deze persoon verschuldigde huurprijs. De minister kan het bedrag van de maandelijkse voorschotten aanpassen volgens de evolutie van de verstrekte huursubsidie.
§ 2. Jaarlijks, vóór het einde van het eerste kwartaal, worden de in het voorgaande jaar verleende voorschotten verrekend overeenkomstig het bepaalde in artikel 13, 1° lid. De bedragen, verleend vóór 1 januari 1997, worden in voorkomend geval vóór het einde van het tweede kwartaal verrekend overeenkomstig het bepaalde in artikel 13, 2° lid.
§ 3. Indien zes weken vóór het einde van het eerste of tweede kwartaal, naargelang van het geval, de verantwoordingsstukken met betrekking tot de verrekening niet aan de afdeling Financiering Huisvestingsbeleid verstrekt zijn, kan de betaling van de voorschotten opgeschort worden. "
§ 2. Jaarlijks, vóór het einde van het eerste kwartaal, worden de in het voorgaande jaar verleende voorschotten verrekend overeenkomstig het bepaalde in artikel 13, 1° lid. De bedragen, verleend vóór 1 januari 1997, worden in voorkomend geval vóór het einde van het tweede kwartaal verrekend overeenkomstig het bepaalde in artikel 13, 2° lid.
§ 3. Indien zes weken vóór het einde van het eerste of tweede kwartaal, naargelang van het geval, de verantwoordingsstukken met betrekking tot de verrekening niet aan de afdeling Financiering Huisvestingsbeleid verstrekt zijn, kan de betaling van de voorschotten opgeschort worden. "
Art. 6. L'article 14 du même arrêté est remplacé par ce qui suit : " Art. 14. § 1. Le montant annuellement dû de la subvention de location est mis en paiement sous la forme d'avances mensuelles de 4 500 francs par logement. Ces avances peuvent être versées à la personne de droit public pour valoir comme paiement du loyer dû par le locataire privé à cette personne. Le Ministre peut adapter le montant des avances mensuelles à l'évolution de la subvention de location allouée.
§ 2. Chaque année, avant la fin du premier trimestre, les avances octroyées au cours de l'année précédente, sont liquidées conformément aux dispositions de l'article 13, 1er alinéa. Les montants alloués avant le 1er janvier 1997, sont liquidés le cas échéant avant la fin du deuxième trimestre conformément aux dispositions de l'article 13, 2e alinéa.
§ 3. Si, selon le cas, six semaines avant la fin du premier ou du deuxième trimestre, les pièces justificatives relatives à la liquidation n'ont pas été transmises à la Division du Financement de la Politique du Logement, le paiement des avances peut être suspendu. "
§ 2. Chaque année, avant la fin du premier trimestre, les avances octroyées au cours de l'année précédente, sont liquidées conformément aux dispositions de l'article 13, 1er alinéa. Les montants alloués avant le 1er janvier 1997, sont liquidés le cas échéant avant la fin du deuxième trimestre conformément aux dispositions de l'article 13, 2e alinéa.
§ 3. Si, selon le cas, six semaines avant la fin du premier ou du deuxième trimestre, les pièces justificatives relatives à la liquidation n'ont pas été transmises à la Division du Financement de la Politique du Logement, le paiement des avances peut être suspendu. "
Art.6. Artikel 14 van hetzelfde besluit wordt vervangen door wat volgt : " Art. 14. § 1. Het jaarlijks verschuldigde bedrag van de huursubsidie wordt betaalbaar gesteld in de vorm van maandelijkse voorschotten van 4 500 frank per woning. Deze voorschotten kunnen aan de publiekrechtelijke persoon worden gestort om te gelden als betaling van de door de particuliere huurder aan deze persoon verschuldigde huurprijs. De minister kan het bedrag van de maandelijkse voorschotten aanpassen volgens de evolutie van de verstrekte huursubsidie.
§ 2. Jaarlijks, vóór het einde van het eerste kwartaal, worden de in het voorgaande jaar verleende voorschotten verrekend overeenkomstig het bepaalde in artikel 13, 1° lid. De bedragen, verleend vóór 1 januari 1997, worden in voorkomend geval vóór het einde van het tweede kwartaal verrekend overeenkomstig het bepaalde in artikel 13, 2° lid.
§ 3. Indien zes weken vóór het einde van het eerste of tweede kwartaal, naargelang van het geval, de verantwoordingsstukken met betrekking tot de verrekening niet aan de afdeling Financiering Huisvestingsbeleid verstrekt zijn, kan de betaling van de voorschotten opgeschort worden. "
§ 2. Jaarlijks, vóór het einde van het eerste kwartaal, worden de in het voorgaande jaar verleende voorschotten verrekend overeenkomstig het bepaalde in artikel 13, 1° lid. De bedragen, verleend vóór 1 januari 1997, worden in voorkomend geval vóór het einde van het tweede kwartaal verrekend overeenkomstig het bepaalde in artikel 13, 2° lid.
§ 3. Indien zes weken vóór het einde van het eerste of tweede kwartaal, naargelang van het geval, de verantwoordingsstukken met betrekking tot de verrekening niet aan de afdeling Financiering Huisvestingsbeleid verstrekt zijn, kan de betaling van de voorschotten opgeschort worden. "
Art.6. L'article 14 du même arrêté est remplacé par ce qui suit : " Art. 14. § 1. Le montant annuellement dû de la subvention de location est mis en paiement sous la forme d'avances mensuelles de 4 500 francs par logement. Ces avances peuvent être versées à la personne de droit public pour valoir comme paiement du loyer dû par le locataire privé à cette personne. Le Ministre peut adapter le montant des avances mensuelles à l'évolution de la subvention de location allouée.
§ 2. Chaque année, avant la fin du premier trimestre, les avances octroyées au cours de l'année précédente, sont liquidées conformément aux dispositions de l'article 13, 1er alinéa. Les montants alloués avant le 1er janvier 1997, sont liquidés le cas échéant avant la fin du deuxième trimestre conformément aux dispositions de l'article 13, 2e alinéa.
§ 3. Si, selon le cas, six semaines avant la fin du premier ou du deuxième trimestre, les pièces justificatives relatives à la liquidation n'ont pas été transmises à la Division du Financement de la Politique du Logement, le paiement des avances peut être suspendu. "
§ 2. Chaque année, avant la fin du premier trimestre, les avances octroyées au cours de l'année précédente, sont liquidées conformément aux dispositions de l'article 13, 1er alinéa. Les montants alloués avant le 1er janvier 1997, sont liquidés le cas échéant avant la fin du deuxième trimestre conformément aux dispositions de l'article 13, 2e alinéa.
§ 3. Si, selon le cas, six semaines avant la fin du premier ou du deuxième trimestre, les pièces justificatives relatives à la liquidation n'ont pas été transmises à la Division du Financement de la Politique du Logement, le paiement des avances peut être suspendu. "
Art.7. Artikel 32 van hetzelfde besluit wordt aangevuld als volgt : " , met dien verstande dat de Vlaamse Huisvestingsmaatschappij de voorwaarden met betrekking tot de huursubsidie die aan de erkende vennootschappen moet worden toegekend, controleert, onverminderd het recht van voornoemde afdeling om controles aan of op te vragen bij de Vlaamse Huisvestingsmaatschappij. "
Art.7. L'article 32 du même arrêté est complété comme suit : " , étant entendu que la "Vlaamse Huisvestingsmaatschappij" contrôle les conditions relatives à la subvention de location devant être allouée aux sociétés agréées, sans préjudice du droit de la division précitée de demander ou de se faire communiquer des contrôles auprès de la "Vlaamse Huisvestingsmaatschappij. "
Art. 9. § 1. Dit besluit heeft uitwerking met ingang van 1 augustus 1992, met uitzondering van het artikel 6, dat uitwerking heeft vanaf de goedkeuring van dit besluit.
§ 2. De interesten die Domus Flandria NV heeft verkregen met toepassing van artikel 99, vijfde lid, van het decreet van 22 december 1995 houdende de algemene uitgavenbegroting van de Vlaamse Gemeenschap voor het begrotingsjaar 1996, die betrekking hebben op de prefinanciering van huursubsidies overeenkomstig de reglementaire bepalingen die van toepassing waren voor de goedkeuring van dit besluit, blijven evenwel ten laste van het Fonds voor de financiering van het urgentieplan voor de Sociale Huisvesting.
§ 2. De interesten die Domus Flandria NV heeft verkregen met toepassing van artikel 99, vijfde lid, van het decreet van 22 december 1995 houdende de algemene uitgavenbegroting van de Vlaamse Gemeenschap voor het begrotingsjaar 1996, die betrekking hebben op de prefinanciering van huursubsidies overeenkomstig de reglementaire bepalingen die van toepassing waren voor de goedkeuring van dit besluit, blijven evenwel ten laste van het Fonds voor de financiering van het urgentieplan voor de Sociale Huisvesting.
Art. 9. § 1. Le présent arrêté produit ses effets le 1er août 1992, à l'exception de l'article 6 qui produit ses effets à compter de l'adoption du présent arrêté.
§ 2. Les intérêts obtenus par "Domus Flandria NV" en application de l'article 99, cinquième alinéa du décret du 22 décembre 1995 contenant le budget général des dépenses de la Communauté flamande pour l'année budgétaire 1996, et qui portent sur le préfinancement des subventions de location conformément aux dispositions réglementaires applicables antérieurement à l'adoption du présent arrêté, demeurent à charge du Fonds pour le financement du plan d'urgence du logement social.
§ 2. Les intérêts obtenus par "Domus Flandria NV" en application de l'article 99, cinquième alinéa du décret du 22 décembre 1995 contenant le budget général des dépenses de la Communauté flamande pour l'année budgétaire 1996, et qui portent sur le préfinancement des subventions de location conformément aux dispositions réglementaires applicables antérieurement à l'adoption du présent arrêté, demeurent à charge du Fonds pour le financement du plan d'urgence du logement social.
Art.9. § 1. Dit besluit heeft uitwerking met ingang van 1 augustus 1992, met uitzondering van het artikel 6, dat uitwerking heeft vanaf de goedkeuring van dit besluit.
§ 2. De interesten die Domus Flandria NV heeft verkregen met toepassing van artikel 99, vijfde lid, van het decreet van 22 december 1995 houdende de algemene uitgavenbegroting van de Vlaamse Gemeenschap voor het begrotingsjaar 1996, die betrekking hebben op de prefinanciering van huursubsidies overeenkomstig de reglementaire bepalingen die van toepassing waren voor de goedkeuring van dit besluit, blijven evenwel ten laste van het Fonds voor de financiering van het urgentieplan voor de Sociale Huisvesting.
§ 2. De interesten die Domus Flandria NV heeft verkregen met toepassing van artikel 99, vijfde lid, van het decreet van 22 december 1995 houdende de algemene uitgavenbegroting van de Vlaamse Gemeenschap voor het begrotingsjaar 1996, die betrekking hebben op de prefinanciering van huursubsidies overeenkomstig de reglementaire bepalingen die van toepassing waren voor de goedkeuring van dit besluit, blijven evenwel ten laste van het Fonds voor de financiering van het urgentieplan voor de Sociale Huisvesting.
Art.9. § 1. Le présent arrêté produit ses effets le 1er août 1992, à l'exception de l'article 6 qui produit ses effets à compter de l'adoption du présent arrêté.
§ 2. Les intérêts obtenus par "Domus Flandria NV" en application de l'article 99, cinquième alinéa du décret du 22 décembre 1995 contenant le budget général des dépenses de la Communauté flamande pour l'année budgétaire 1996, et qui portent sur le préfinancement des subventions de location conformément aux dispositions réglementaires applicables antérieurement à l'adoption du présent arrêté, demeurent à charge du Fonds pour le financement du plan d'urgence du logement social.
§ 2. Les intérêts obtenus par "Domus Flandria NV" en application de l'article 99, cinquième alinéa du décret du 22 décembre 1995 contenant le budget général des dépenses de la Communauté flamande pour l'année budgétaire 1996, et qui portent sur le préfinancement des subventions de location conformément aux dispositions réglementaires applicables antérieurement à l'adoption du présent arrêté, demeurent à charge du Fonds pour le financement du plan d'urgence du logement social.