Artikel 1. Deze collectieve arbeidsovereenkomst is van toepassing op de werkgevers, werklieden en werksters van de ondernemingen die ressorteren onder het Paritair Subcomité voor de metaalhandel.
Voor de toepassing van deze collectieve arbeidsovereenkomst wordt onder "werklieden" verstaan : de werklieden of werksters.
Nederlands (NL)
Français (FR)
Titre
22 MEI 1995. Paritair Subcomité voor de metaalhandel. - Collectieve arbeidsovereenkomst van 22 mei 1995. - Brugpensioen na ontslag.
Titre
22 MAI 1995. - Sous-commission paritaire pour le commerce du métal. Convention collective de travail du 22 mai 1995. Prépension après licenciement. (Convention enregistrée le 13 juillet 1995 sous le numéro 38433/CO/149.04).
Informations sur le document
Info du document
Table des matières
Tekst (11)
Texte (11)
HOOFDSTUK I. - Toepassingsgebied.
CHAPITRE I. - Champ d'application.
Article 1. La présente convention collective de travail s'applique aux employeurs, ouvriers et ouvrières des entreprises qui ressortissent à la Sous-commission paritaire pour le commerce du métal.
Pour l'application de la présente convention collective de travail, on entend par "ouvriers" les ouvriers ou les ouvrières.
Pour l'application de la présente convention collective de travail, on entend par "ouvriers" les ouvriers ou les ouvrières.
HOOFDSTUK II. - Algemene beschikkingen.
CHAPITRE II. - Dispositions générales.
Art.2. Deze collectieve arbeidsovereenkomst coördineert en verlengt de collectieve arbeidsovereenkomst van 15 juli 1993 gesloten in het Paritair Subcomité voor de metaalhandel betreffende het brugpensioen na ontslag.
Deze collectieve arbeidsovereenkomst brengt geen wijziging aan de leeftijdsvoorwaarden vermeld in bovengenoemde collectieve arbeidsovereenkomst.
Deze collectieve arbeidsovereenkomst brengt geen wijziging aan de leeftijdsvoorwaarden vermeld in bovengenoemde collectieve arbeidsovereenkomst.
Art.2. La présente convention collective de travail coordonne et proroge la convention collective de travail du 15 juillet 1993 conclue au sein de la Sous-commission paritaire pour le commerce du métal, concernant la prépension après licenciement.
La présente convention collective de travail n'apporte pas de modification aux conditions d'âge prévues par la convention collective de travail susmentionnée.
La présente convention collective de travail n'apporte pas de modification aux conditions d'âge prévues par la convention collective de travail susmentionnée.
HOOFDSTUK III. - Toepassingsmodaliteiten.
CHAPITRE III. - Modalités d'application.
Art.3. Onverminderd de in de ondernemingen bestaande voordeliger toestanden en conform de criteria vastgelegd in het koninklijk besluit van 7 december 1992 betreffende de toekenning van werkloosheidsuitkeringen in geval van conventioneel brugpensioen wordt de bestaande collectieve arbeidsovereenkomst ongewijzigd verlengd voor de periode van 31 december 1996 tot en met 31 december 1997.
De leeftijd voor de werksters is behouden op 55 jaar op voorwaarde dat zij minstens 38 jaar loondienst of gelijkgestelde dagen kunnen bewijzen.
De werknemers kunnen volgens onderhavige overeenkomst slechts in brugpensioen gaan voor zover ze voldoen aan de voorwaarden betreffende de toekenning van de werkloosheidsuitkeringen in geval van conventioneel brugpensioen.
De leeftijd voor de werksters is behouden op 55 jaar op voorwaarde dat zij minstens 38 jaar loondienst of gelijkgestelde dagen kunnen bewijzen.
De werknemers kunnen volgens onderhavige overeenkomst slechts in brugpensioen gaan voor zover ze voldoen aan de voorwaarden betreffende de toekenning van de werkloosheidsuitkeringen in geval van conventioneel brugpensioen.
Art.3. Sans préjudice de situations plus favorables existant dans les entreprises et conformément aux critères fixés par l'arrêté royal du 7 décembre 1992 relatif à l'octroi d'allocations de chômage en cas de prépension conventionnelle, la convention collective de travail existante est prorogée pour la période du 31 décembre 1996 jusqu'au 31 décembre 1997.
L'âge de 55 ans est maintenu pour les ouvrières à condition de pouvoir prouver au moins 38 années de travail salarié ou journées assimilées.
Conformément à la présente convention, les travailleurs ne peuvent partir en prépension que s'ils remplissent les conditions relatives à l'octroi d'allocations de chômage en cas de prépension conventionnelle.
L'âge de 55 ans est maintenu pour les ouvrières à condition de pouvoir prouver au moins 38 années de travail salarié ou journées assimilées.
Conformément à la présente convention, les travailleurs ne peuvent partir en prépension que s'ils remplissent les conditions relatives à l'octroi d'allocations de chômage en cas de prépension conventionnelle.
Art.4. De leeftijd bedoeld in artikel 3 moet ten laatste bereikt zij bij het effectief verstrijken van de opzeggingstermijn of op de datum waarop de verbrekingsvergoeding wordt toegekend.
Art.4. L'âge visé à l'article 3 doit être atteint au plus tard à la fin effective du délai de préavis ou à la date à laquelle l'indemnité de rupture est attribuée.
HOOFDSTUK IV. - Hoofdelijke bijdrage van de werkgever per bruggepensioneerde en per maand.
CHAPITRE IV. - Cotisation capitative de l'employeur par prépensionné et par mois.
Art.5. Het "Sociaal fonds voor de metaalhandel" neemt de betaling van de bijkomende hoofdelijke bijdrage, ten laste van de werkgever, op zich volgens door het fonds bepaalde modaliteiten.
Art.5. Le "Fonds social pour le commerce du métal" assure le paiement de la cotisation capitative supplémentaire à charge de l'employeur et ce selon les modalités qu'il détermine.
HOOFDSTUK V. - Geldigheid.
CHAPITRE V. - Validité.
Art. 6. Deze collectieve arbeidsovereenkomst is geldig vanaf 31 december 1996 tot en met 31 december 1997.
Gezien om te worden gevoegd bij het koninklijk besluit van 24 april 1996.
(Voor het KB, zie %%1996-04-24/30%%).
De Minister van Tewerkstelling en Arbeid,
Mevr. M. SMET
Gezien om te worden gevoegd bij het koninklijk besluit van 24 april 1996.
(Voor het KB, zie %%1996-04-24/30%%).
De Minister van Tewerkstelling en Arbeid,
Mevr. M. SMET
Art. 6. La présente convention collective de travail est valable du 31 décembre 1996 au 31 décembre 1997.
Vu pour être annexé à l'arrêté royal du 24 avril 1996.
(Pour l'AR, voir %%1996-04-24/30%%).
La Ministre de l'Emploi et du Travail,
Mme M. SMET
Vu pour être annexé à l'arrêté royal du 24 avril 1996.
(Pour l'AR, voir %%1996-04-24/30%%).
La Ministre de l'Emploi et du Travail,
Mme M. SMET