Artikel 1. Voor de werknemers bedoeld in artikel 106, § 1, van de wet van 30 maart 1994 houdende sociale bepalingen, moet de werkgever bij de laatste loonbetaling met betrekking tot iedere maand, indien het totale loon van de werknemer voor die maand één derde bereikt van de ondergrens van één der schijven vastgesteld in artikel 109, § 1, van deze wet, het voor die schijf toepasselijke maandbedrag inhouden.
§ 2. Bij de laatste loonbetaling van het kwartaal bedraagt de inhouding het verschil tussen drie maal het maandbedrag, rekening houdend met de grenzen vastgesteld bij artikel 109, § 1, van de voornoemde wet van 30 maart 1994, verminderd met het bedrag van de inhoudingen die voor dat kwartaal reeds werden verricht. In voorkomend geval, betaalt de werkgever bij die gelegenheid aan de werknemer het bedrag terug dat te veel werd ingehouden.
Nederlands (NL)
Français (FR)
Titre
31 MAART 1994. - Koninklijk besluit tot uitvoering van artikel 109, § 5, van de wet van 30 maart 1994 houdende sociale bepalingen.
Titre
31 MARS 1994. - Arrêté royal pris en exécution de l'article 109, § 5, de la loi du 30 mars 1994 portant des dispositions sociales.
Informations sur le document
Numac: 1994022118
Datum: 1994-03-31
Info du document
Numac: 1994022118
Date: 1994-03-31
Tekst (5)
Texte (5)
Article 1. § 1. Pour les travailleurs visés à l'article 106, § 1er, de la loi du 30 mars 1994 portant des dispositions sociales, l'employeur doit, si la rémunération totale du travailleur atteint pour ce mois un tiers du plafond inférieur d'une des tranches fixées à l'article 109, § 1er, de cette loi, retenir le montant mensuel applicable pour cette tranche lors du dernier paiement de la rémunération se rapportant à chacun des mois.
§ 2. Lors du dernier paiement de la rémunération du trimestre, la retenue s'élève à la différence entre trois fois le montant mensuel, compte tenu des tranches fixées à l'article 109, § 1er, de la loi précitée du 30 mars 1994, diminué du montant des retenues qui ont déjà été effectuées ce trimestre. Le cas échéant, l'employeur rembourse au travailleur, à cette occasion, l'excédent de retenues.
§ 2. Lors du dernier paiement de la rémunération du trimestre, la retenue s'élève à la différence entre trois fois le montant mensuel, compte tenu des tranches fixées à l'article 109, § 1er, de la loi précitée du 30 mars 1994, diminué du montant des retenues qui ont déjà été effectuées ce trimestre. Le cas échéant, l'employeur rembourse au travailleur, à cette occasion, l'excédent de retenues.
Art.2. Voor de werknemers bedoeld in artikel 106, § 1, van de voornoemde wet van 30 maart 1994, die tegelijkertijd worden tewerkgesteld bij meerdere werkgevers, wordt de inhouding bepaald bij artikel 109, § 1, van deze wet, door iedere werkgever afzonderlijk verricht, zonder rekening te houden met het loon ten laste van de andere werkgever(s).
Art.2. Pour les travailleurs visés à l'article 106, § 1er, de la loi précitée du 30 mars 1994, qui sont occupés simultanément chez plusieurs employeurs, la retenue visée à l'article 109, § 1er, de cette loi doit être effectuée séparément par chaque employeur sans tenir compte du montant de la rémunération à charge de(s) l'autre(s) employeur(s).
Art. 2bis. <INGEVOEGD bij KB 1994-08-12/72, art. 1, Inwerkingtreding : 01-04-1994> Voor de werknemers bedoeld in artikel 106, § 1, van de voornoemde wet van 30 maart 1994, wordt voor de vaststelling van de loonschijven bedoeld in artikel 109, § 1, van diezelfde wet, geen rekening gehouden met de loongedeelten van het kwartaal waarop sociale zekerheidsbijdragen moeten berekend worden maar waarvan de werkgever niet in staat is geweest het bedrag te bepalen op het ogenblik dat hij voor dat kwartaal zijn aangifte heeft verricht bij de Rijksdienst voor Sociale Zekerheid.
Art. 2bis. Pour les travailleurs visés à l'article 106, § 1er, de la loi précitée du 30 mars 1994, lors de la détermination des tranches visées à l'article 109, § 1er, de cette loi, il ne doit pas être tenu compte de la partie de la rémunération du trimestre passible du calcul des cotisations de sécurité sociale dont l'employeur n'était pas en mesure de fixer le montant au moment où il a établi sa déclaration destinée à l'Office national de Sécurité sociale relative à ce trimestre.
Art.3. Dit besluit treedt in werking op 1 april 1994.
Art.3. Le présent arrêté entre en vigueur le 1er avril 1994.
Art. 4. Onze Minister van Sociale Zaken is belast met de uitvoering van dit besluit.
Art. 4. Notre Ministre des Affaires sociales est chargé de l'exécution du présent arrêté.