Artikel 1. Voor de toepassing van dit besluit wordt verstaan onder :
1° De Minister : de Minister die de Landbouw onder zijn bevoegdheid heeft.
2° De melkproduktieëenheid : het ruimtelijk gebonden geheel van de produktiemiddelen voor de produktie van melk, uitgebaat door de producent en bestaande uit, voor zijn autonoom gebruik, de melkveestal, de voor de melkproduktie gebruikte gronden en de melkinstallatie, alsook voor zijn uitsluitend gebruik, de melkkoeien, de melkkoeltank of de melkkruiken.
3° Melk : het produkt voortkomend van het melken van één of meer koeien en waarvan het natuurlijk vetgehalte al dan niet werd gewijzigd, de room inbegrepen.
4° (Koper : een koper erkend in toepassing van het koninklijk besluit van 7 maart 1994 betreffende de erkenning van melkinrichtingen en kopers.) <KB 2000-09-03/52, art. 1, 003; Inwerkingtreding : 04-10-2000>
5° Producent : de natuurlijke persoon of rechtspersoon die alleen, of de groepering van natuurlijke personen of rechtspersonen die gezamenlijk, een melkproduktieëenheid uitbaat.
6° Handelsverkeer : handelsverkeer in goederen tussen Lid-Staten van de Europese Gemeenschap.
Nederlands (NL)
Français (FR)
Titre
17 MAART 1994. - Koninklijk besluit betreffende de produktie van melk en tot instelling van een officiële kontrole van melk geleverd aan kopers. (NOTA : Opgeheven voor de Vlaamse Overheid bij BVR2007-09-07/59, art. 10, 3°; Inwerkingtreding : 31-12-2007) (NOTA : opgeheven voor het Waalse Gewest bij2009-01-29/43, art. 24, 006; Inwerkingtreding : 01-05-2009) (NOTA : Raadpleging van vroegere versies vanaf 20-08-1996 en tekstbijwerking tot 30-03-2009)
Titre
17 MARS 1994. - Arrêté royal relatif à la production du lait et instituant un contrôle officiel du lait fourni aux acheteurs. (NOTE : Abrogé pour l'Autorité flamande par AGF2007-09-07/59, art. 10, 3°; En vigueur : 31-12-2007) (NOTE : abrogé pour la Région wallonne par ARW2009-01-29/43, art. 24, 006; En vigueur : 01-05-2009) (NOTE : Consultation des versions antérieures à partir du 20-08-1996 et mise à jour au 30-03-2009)
Informations sur le document
Numac: 1994016059
Datum: 1994-03-17
Info du document
Numac: 1994016059
Date: 1994-03-17
Table des matières
Tekst (31)
Texte (31)
HOOFDSTUK I. - Algemene bepalingen.
CHAPITRE I. - Dispositions générales.
Article 1. Pour l'application du présent arrêté on entend par :
1° Le Ministre : le Ministre qui a l'Agriculture dans ses attributions.
2° L'unité de production laitière : l'ensemble lié dans l'espace des moyens de production pour la production de lait, exploité par le producteur et comprenant à son usage autonome, l'étable pour les vaches laitières, les terres servant à la production laitière et l'installation laitière, ainsi qu'à son usage exclusif, les vaches laitières, le refroidisseur de lait ou les cruches de lait.
3° Lait : le produit provenant de la traite d'une ou plusieurs vaches et dont la teneur naturelle en matière grasse a été ou non modifiée, y compris la crème.
4° (Acheteur : un acheteur agréé en vertu de l'arrêté royal du 7 mars 1994 relatif à l'agrément des établissements laitiers et des acheteurs.) <AR 2000-09-03/52, art. 1, 003; En vigueur : 04-10-2000>
5° Producteur : la personne physique ou morale exploitant seule, ou le groupement de personnes physiques ou morales exploitant en commun une unité de production laitière.
6° Echanges : les échanges de marchandises entre Etats membres des Communautés européennes.
1° Le Ministre : le Ministre qui a l'Agriculture dans ses attributions.
2° L'unité de production laitière : l'ensemble lié dans l'espace des moyens de production pour la production de lait, exploité par le producteur et comprenant à son usage autonome, l'étable pour les vaches laitières, les terres servant à la production laitière et l'installation laitière, ainsi qu'à son usage exclusif, les vaches laitières, le refroidisseur de lait ou les cruches de lait.
3° Lait : le produit provenant de la traite d'une ou plusieurs vaches et dont la teneur naturelle en matière grasse a été ou non modifiée, y compris la crème.
4° (Acheteur : un acheteur agréé en vertu de l'arrêté royal du 7 mars 1994 relatif à l'agrément des établissements laitiers et des acheteurs.) <AR 2000-09-03/52, art. 1, 003; En vigueur : 04-10-2000>
5° Producteur : la personne physique ou morale exploitant seule, ou le groupement de personnes physiques ou morales exploitant en commun une unité de production laitière.
6° Echanges : les échanges de marchandises entre Etats membres des Communautés européennes.
HOOFDSTUK II. - Voorwaarden betreffende de produktie van melk op de melkproduktieëenheid.
CHAPITRE II. - Conditions relatives à la production de lait dans l'unité de production laitière.
Art.2. (Opgeheven) <KB 2006-12-21/64, art. 16, 1°, 005; Inwerkingtreding : 01-01-2007>
Art.2. (Abrogé) <AR 2006-12-21/64, art. 16, 1°, 005; En vigueur : 01-01-2007>
HOOFDSTUK III. - Melk geleverd aan kopers.
CHAPITRE III. - Lait livré aux acheteurs.
Art.3. § 1. Er wordt een officiële kontrole ingesteld op de kwaliteit en de samenstelling van de melk geleverd aan kopers.
§ 2. De Minister stelt de kriteria vast die in aanmerking komen voor de officiële bepaling van de kwaliteit en de samenstelling van de melk (...). <KB 2006-12-21/64, art. 12, 1°, 005; Inwerkingtreding : 01-01-2007>
(...) <KB 2006-12-21/64, art. 12, 1°, 005; Inwerkingtreding : 01-01-2007>
§ 3. (...) <KB 2006-12-21/64, art. 16, 3°, 005; Inwerkingtreding : 01-01-2007>
(§ 4. Er mag geen melk geleverd worden van een melkproductie-eenheid aan een koper die niet erkend is.) <KB 2000-09-03/52, art. 2, 003; Inwerkingtreding : 04-10-2000>
§ 2. De Minister stelt de kriteria vast die in aanmerking komen voor de officiële bepaling van de kwaliteit en de samenstelling van de melk (...). <KB 2006-12-21/64, art. 12, 1°, 005; Inwerkingtreding : 01-01-2007>
(...) <KB 2006-12-21/64, art. 12, 1°, 005; Inwerkingtreding : 01-01-2007>
§ 3. (...) <KB 2006-12-21/64, art. 16, 3°, 005; Inwerkingtreding : 01-01-2007>
(§ 4. Er mag geen melk geleverd worden van een melkproductie-eenheid aan een koper die niet erkend is.) <KB 2000-09-03/52, art. 2, 003; Inwerkingtreding : 04-10-2000>
Art.3. § 1. Il est institué un contrôle officiel de la qualité et de la composition du lait, fourni aux acheteurs.
§ 2. Le Ministre fixe les critères qui seront retenus pour la détermination officielle de la qualité et de la composition du lait (...). <AR 2006-12-21/64, art. 12, 1°, 005; En vigueur : 01-01-2007>
(...) <AR 2006-12-21/64, art. 12, 1°, 005; En vigueur : 01-01-2007>
§ 3. (...) <AR 2006-12-21/64, art. 16, 2°, 005; En vigueur : 01-01-2007>
(§ 4. Il est interdit de livrer le lait d'une unité de production laitière à un acheteur qui n'est pas agréé.) <AR 2000-09-03/52, art. 2, 003; En vigueur : 04-10-2000>
§ 2. Le Ministre fixe les critères qui seront retenus pour la détermination officielle de la qualité et de la composition du lait (...). <AR 2006-12-21/64, art. 12, 1°, 005; En vigueur : 01-01-2007>
(...) <AR 2006-12-21/64, art. 12, 1°, 005; En vigueur : 01-01-2007>
§ 3. (...) <AR 2006-12-21/64, art. 16, 2°, 005; En vigueur : 01-01-2007>
(§ 4. Il est interdit de livrer le lait d'une unité de production laitière à un acheteur qui n'est pas agréé.) <AR 2000-09-03/52, art. 2, 003; En vigueur : 04-10-2000>
Art.4. Iedere producent die melk levert aan een of meerdere kopers is verplicht deze melk te leveren volgens de types bepaald door de Minister. Voor ieder type melklevering is hij verplicht de officiële bepaling van (...) de samenstelling ervan te laten uitvoeren door het interprofessioneel organisme dat hiertoe door de Minister is erkend voor de omschrijving waarin de zetel van zijn melkproduktieëenheid is gelegen. <KB 2006-12-21/64, art. 12, 2°, 005; Inwerkingtreding : 01-01-2007>
Art.4. Tout producteur qui fournit du lait à un ou plusieurs acheteurs est tenu de livrer ce lait selon les types fixés par le Ministre. Pour chaque type de fourniture du lait il est tenu de faire procéder à la détermination officielle (...) de sa composition auprès de l'organisme interprofessionnel agréé à cette fin par le Ministre pour le territoire où est situé le siège de son unité de production laitière. <AR 2006-12-21/64, art. 12, 2°, 005; En vigueur : 01-01-2007>
Art.5. (Opgeheven) <KB 2006-12-21/64, art. 16, 3°, 005; Inwerkingtreding : 01-01-2007>
Art.5. (Abrogé) <AR 2006-12-21/64, art. 16, 3°, 005; En vigueur : 01-01-2007>
Art.6. De melk mag slechts opgehaald worden door een persoon die houder is van een vergunning die afgegeven wordt door de Minister, volgens de bepalingen van hoofdstuk IV.
Art.6. Le lait ne peut être collecté que par une personne titulaire d'une licence délivrée par le Ministre conformément aux dispositions du chapitre IV.
Art.7. (...) <KB 2006-12-21/64, art. 12, 3°, 005; Inwerkingtreding : 01-01-2007>
De tankwagens voor het ophalen van melk moeten door de Minister worden goedgekeurd.
De tankwagens voor het ophalen van melk moeten door de Minister worden goedgekeurd.
Art.7. (...) <AR 2006-12-21/64, art. 12, 3°, 005; En vigueur : 01-01-2007>
Les camions-citernes pour la collecte de lait doivent être homologués par le Ministre.
Les camions-citernes pour la collecte de lait doivent être homologués par le Ministre.
Art.8. De Minister bepaalt de manier waarop de monsters moeten genomen worden, de frekwentie van de monsternemingen, de minimale frekwentie van de analyse van de monsters, de analysemethoden en de manier waarop de gegevens en de resultaten aan de producenten, aan de kopers en aan de kontroleorganismen worden medegedeeld.
Art.8. Le Ministre fixe les modalités de l'échantillonnage, la fréquence de l'échantillonnage, la fréquence minimale de l'analyse des échantillons, les méthodes d'analyse et les modalités de communication des données et des résultats aux producteurs, aux acheteurs et aux organismes de contrôle.
Art.9. De Minister stelt de prijsverschillen vast die gebonden zijn aan de in artikel 3, § 1 voorziene officiële kwaliteitsbepaling en die de kopers moeten respekteren bij de betaling van de melk aan de producent.
Art.9. Le Ministre fixe les écarts de prix liés à la détermination officielle de la qualité visée à l'article 3, § 1er, et que doivent respecter les acheteurs lors du paiement du lait au producteur.
HOOFDSTUK IV. - Vergunning voor de ophaling van melk.
CHAPITRE IV. - Licence pour la collecte du lait.
Art.10. De aanvraag voor de bij artikel 6 bedoelde vergunning moet gericht worden aan (het Ministerie van Middenstand en Landbouw, Bestuur voor de Dierengezondheid en de Kwaliteit van de Dierlijke produkten (DG 5)), en moet vergezeld zijn van een getuigschrift van goed zedelijk gedrag. <KB 1996-07-11/44, art. 3, 002; Inwerkingtreding : 01-10-1996>
Art.10. La demande de licence visée à l'article 6 doit être adressée au (Ministère des Classes moyennes et de l'Agriculture, Administration de la Santé animale et de la Qualité des Produits animaux (DG 5)), et être accompagnée d'un certificat de bonnes vie et moeurs. <AR 1996-07-11/44, art. 3, 002; En vigueur : 01-10-1996>
Art.11. De Minister kent de vergunning enkel toe aan natuurlijke personen die :
1° de vorming gevolgd hebben over behandeling en monsterneming van melk. Deze vorming, waarvan het programma bepaald wordt door de Minister, wordt verzekerd door (het Bestuur voor de Dierengezondheid en de Kwaliteit van de Dierlijke produkten (DG 5) van het Ministerie van Middenstand en Landbouw); <KB 1996-07-11/44, art. 4, 002; Inwerkingtreding : 01-10-1996>
2° de bijdrage, bepaald door de Minister, betaald hebben.
1° de vorming gevolgd hebben over behandeling en monsterneming van melk. Deze vorming, waarvan het programma bepaald wordt door de Minister, wordt verzekerd door (het Bestuur voor de Dierengezondheid en de Kwaliteit van de Dierlijke produkten (DG 5) van het Ministerie van Middenstand en Landbouw); <KB 1996-07-11/44, art. 4, 002; Inwerkingtreding : 01-10-1996>
2° de bijdrage, bepaald door de Minister, betaald hebben.
Art.11. Le Ministre accorde la licence aux seules personnes physiques ayant :
1° suivi la formation relative à la manipulation et à l'échantillonnage du lait. Cette formation dont le programme est fixé par le Ministre est assurée par (l'Administration de la Santé animale et de la Qualité des Produits animaux (DG 5) du Ministère des Classes moyennes et de l'Agriculture;) <AR 1996-07-11/44, art. 4, 002; En vigueur : 01-10-1996>
2° versé la redevance fixée par le Ministre.
1° suivi la formation relative à la manipulation et à l'échantillonnage du lait. Cette formation dont le programme est fixé par le Ministre est assurée par (l'Administration de la Santé animale et de la Qualité des Produits animaux (DG 5) du Ministère des Classes moyennes et de l'Agriculture;) <AR 1996-07-11/44, art. 4, 002; En vigueur : 01-10-1996>
2° versé la redevance fixée par le Ministre.
Art.12. De vergunning is persoonlijk en niet overdraagbaar. Zij vermeldt onder meer de titularis, het vergunningsnummer en de geldigheidsduur.
De geldigheidsduur is maximum 3 jaar. Na verloop van de geldigheidsduur moet de verlenging van de vergunning aangevraagd worden volgens de voorschriften in artikel 10.
De geldigheidsduur is maximum 3 jaar. Na verloop van de geldigheidsduur moet de verlenging van de vergunning aangevraagd worden volgens de voorschriften in artikel 10.
Art.12. La licence est personnelle et incessible. Elle comporte notamment l'indication de son titulaire, le numéro de la licence et la durée de validité.
La durée de validité est de 3 ans au maximum. Après l'échéance de la durée de validité, la prolongation de la licence doit être demandée selon les prescriptions de l'article 10.
La durée de validité est de 3 ans au maximum. Après l'échéance de la durée de validité, la prolongation de la licence doit être demandée selon les prescriptions de l'article 10.
Art.13. Het behoud van de vergunning is onderworpen aan volgende voorwaarden :
1° de reglementaire bepalingen met betrekking tot de ophaling, de monsterneming en het vervoer van melk respecteren alsook deze die vastgesteld werden in het protocol van het betrokken interprofessioneel organisme;
2° zich onderwerpen aan de kontrole door de Minister of zijn vertegenwoordigers en hun instructies opvolgen.
1° de reglementaire bepalingen met betrekking tot de ophaling, de monsterneming en het vervoer van melk respecteren alsook deze die vastgesteld werden in het protocol van het betrokken interprofessioneel organisme;
2° zich onderwerpen aan de kontrole door de Minister of zijn vertegenwoordigers en hun instructies opvolgen.
Art.13. La conservation de la licence est subordonnée aux conditions suivantes :
1° respecter les dispositions réglementaires relatives à la collecte, à l'échantillonnage et au transport du lait, ainsi que celles fixées dans le protocole de l'organisme interprofessionnel concerné;
2° se soumettre au contrôle du Ministre ou de ses représentants et suivre leurs instructions.
1° respecter les dispositions réglementaires relatives à la collecte, à l'échantillonnage et au transport du lait, ainsi que celles fixées dans le protocole de l'organisme interprofessionnel concerné;
2° se soumettre au contrôle du Ministre ou de ses représentants et suivre leurs instructions.
Art.14. § 1. De Minister trekt de vergunning in wanneer de voorwaarden bedoeld in artikel 13 niet meer voldaan zijn.
Ingeval van kleine tekortkomingen of wijzigingen in de voorgeschreven voorwaarden kan een vergunning voor beperkte duur toegekend worden.
Ingeval van definitieve veroordeling wegens een van de overtredingen bedoeld bij artikel 6, § 1, van de wet van 28 maart 1975 betreffende de handel in landbouw-, tuinbouw- en zeevisserijprodukten, kan de Minister aan de veroordeelde een vergunning weigeren of intrekken, voor de tijd die hij bepaalt.
§ 2. De Minister deelt de redenen, samen met de voorgenomen maatregel, mee aan de betrokkene.
Deze laatste beschikt, bij straffe van verval, over tien werkdagen om bij aangetekende brief zijn bezwaren kenbaar te maken.
Daarna beschikt de Minister over dertig werkdagen om een beslissing te nemen.
De beslissing van de Minister wordt bij aangetekende brief aan de betrokkene medegedeeld.
Ingeval van kleine tekortkomingen of wijzigingen in de voorgeschreven voorwaarden kan een vergunning voor beperkte duur toegekend worden.
Ingeval van definitieve veroordeling wegens een van de overtredingen bedoeld bij artikel 6, § 1, van de wet van 28 maart 1975 betreffende de handel in landbouw-, tuinbouw- en zeevisserijprodukten, kan de Minister aan de veroordeelde een vergunning weigeren of intrekken, voor de tijd die hij bepaalt.
§ 2. De Minister deelt de redenen, samen met de voorgenomen maatregel, mee aan de betrokkene.
Deze laatste beschikt, bij straffe van verval, over tien werkdagen om bij aangetekende brief zijn bezwaren kenbaar te maken.
Daarna beschikt de Minister over dertig werkdagen om een beslissing te nemen.
De beslissing van de Minister wordt bij aangetekende brief aan de betrokkene medegedeeld.
Art.14. § 1. Le Ministre retire la licence au cas où les conditions visées à l'article 13 ne sont plus remplies.
Toutefois, en cas de manquements mineurs ou de modifications aux conditions prescrites, une licence de durée limitée peut être accordée.
En cas de condamnation définitive du chef d'une des infractions prévues à l'article 6, § 1er, de la loi du 28 mars 1975 relative au commerce des produits de l'agriculture, de l'horticulture et de la pêche maritime, le Ministre peut, pour la durée qu'il détermine, refuser ou retirer le bénéfice de la licence au condamné.
§ 2. Le Ministre fait connaître à l'intéressé les motifs invoqués et la mesure envisagée.
Sous peine de déchéance, l'intéressé dispose de dix jours ouvrables pour faire connaître, par lettre recommandée, ses objections.
Le Ministre dispose ensuite de trente jours ouvrables pour prendre une décision.
La décision du Ministre est communiquée à l'intéressé par lettre recommandée.
Toutefois, en cas de manquements mineurs ou de modifications aux conditions prescrites, une licence de durée limitée peut être accordée.
En cas de condamnation définitive du chef d'une des infractions prévues à l'article 6, § 1er, de la loi du 28 mars 1975 relative au commerce des produits de l'agriculture, de l'horticulture et de la pêche maritime, le Ministre peut, pour la durée qu'il détermine, refuser ou retirer le bénéfice de la licence au condamné.
§ 2. Le Ministre fait connaître à l'intéressé les motifs invoqués et la mesure envisagée.
Sous peine de déchéance, l'intéressé dispose de dix jours ouvrables pour faire connaître, par lettre recommandée, ses objections.
Le Ministre dispose ensuite de trente jours ouvrables pour prendre une décision.
La décision du Ministre est communiquée à l'intéressé par lettre recommandée.
HOOFDSTUK V. - Slotbepalingen.
CHAPITRE V. - Dispositions finales.
Art.15. Het is aan de kopers verboden melk of zuivelprodukten, die voortkomen van melk die niet aan de bij artikel 3, § 1 vastgestelde bepaling van (...) samenstelling werd onderworpen of die niet opgehaald werd in de voorwaarden vastgesteld door dit besluit, in de handel te brengen, aan te bieden, tentoon of te koop te stellen, voor de verkoop te vervoeren, te verkopen of te leveren. <KB 2006-12-21/64, art. 12, 4°, 005; Inwerkingtreding : 01-01-2007>
Art.15. Il est interdit aux acheteurs de mettre dans le commerce, d'offrir, d'exposer ou de mettre en vente, de transporter pour la vente, de vendre ou de livrer du lait, ou des produits laitiers dérivés de lait n'ayant pas été soumis à la détermination (...) de la composition fixée par l'article 3, § 1er, ou n'ayant pas été collecté dans les conditions fixées par le présent arrêté. <AR 2006-12-21/64, art. 12, 4°, 005; En vigueur : 01-01-2007>
Art.16. In afwijking op artikel 11 kan elke natuurlijke persoon die, op de dag dat dit besluit in werking treedt, gewoonlijk melk ophaalt een vergunning bekomen op voorwaarde dat de aanvraag, overeenkomstig de modaliteiten bepaald in artikel 10, ingediend wordt binnen de 2 maanden na de inwerkingtreding van dit besluit.
Art.16. Par dérogation à l'article 11, toute personne physique qui, à la date d'entrée en vigueur du présent arrêté, assure de manière habituelle la collecte du lait peut bénéficier de la licence à condition qu'une demande soit introduite, conformément aux modalités fixées à l'article 10, dans les 2 mois qui suivent l'entrée en vigueur du présent arrêté.
Art. 16bis. (Opgeheven) <KB 2006-12-21/64, art. 16, 4°, 005; Inwerkingtreding : 01-01-2007>e produkten op basis van melk, kan de Minister afwijkingen van de temperaturen als bepaald in bijlage C, A, 2 en in bijlage D, 1 toestaan op voorwaarde dat het eindprodukt voldoet aan de normen vastgesteld in bijlagen A en D van het koninklijk besluit van 15 december 1994 betreffende de produktie en het in de handel brengen van konsumptiemelk en produkten op basis van melk.
Art. 16bis. (Abrogé) <AR 2006-12-21/64, art. 16, 4°, 005; En vigueur : 01-01-2007>
Art.17. Overtredingen van de bepalingen van dit besluit worden opgesprd, vastgesteld en gestraft overeenkomstig de bepalingen van de wet van 28 maart 1975 betreffende de handel in landbouw-, tuinbouw- en zeevisserijprodukten.
Art.17. Les infractions aux dispositions du présent arrêté sont recherchées, constatées et punies conformément à la loi du 28 mars 1975 relative au commerce des produits de l'agriculture, de l'horticulture et de la pêche maritime.
Art.18. Het koninklijk besluit van 14 augustus 1989, betreffende melk en tot instelling van een officiële kwaliteitskontrole van melk geleverd aan kopers, gewijzigd bij de koninklijke besluiten van 27 november 1990 en 18 februari 1993 wordt opgeheven.
Art.18. L'arrêté royal du 14 août 1989 relatif au lait et instituant un contrôle officiel de la qualité du lait fourni aux acheteurs, modifié par les arrêtés royaux du 27 novembre 1990 et 18 février 1993 est abrogé.
Art.19. Dit besluit treedt in werking op 1 juli 1994.
Art.19. Le présent arrêté entre en vigueur le 1er juillet 1994.
Art.20. Onze Minister van Landbouw is belast met de uitvoering van dit besluit.
Art.20. Notre Ministre de l'Agriculture est chargé de l'exécution du présent arrêté.
Bijlagen.
ANNEXES.
Art. N1. Bijlage A. Gezondheidsvoorwaarden waaraan het veebeslag moet voldoen krachtens artikel 2, § 1, 1°, van het koninklijk besluit.
(Opgeheven) <KB 2006-12-21/64, art. 16, 5°, 005; Inwerkingtreding : 01-01-2007>
(Opgeheven) <KB 2006-12-21/64, art. 16, 5°, 005; Inwerkingtreding : 01-01-2007>
Art. N1. Annexe A. Conditions sanitaires auxquelles le troupeau doit satisfaire en vertu de l'article 2, § 1er, 1° de l'arrêté royal.
(Abrogé) <AR 2006-12-21/64, art. 16, 5°, 005; En vigueur : 01-01-2007>
(Abrogé) <AR 2006-12-21/64, art. 16, 5°, 005; En vigueur : 01-01-2007>
Art. N2. Bijlage B. Hygiënevoorschriften waaraan de melkproduktieëenheid moet voldoen krachtens artikel 2, § 1, 3° van het koninklijk besluit.
(Opgeheven) <KB 2006-12-21/64, art. 16, 5°, 005; Inwerkingtreding : 01-01-2007>
(Opgeheven) <KB 2006-12-21/64, art. 16, 5°, 005; Inwerkingtreding : 01-01-2007>
Art. N2. Annexe B. Conditions d'hygiène auxquelles l'unité de production laitière doit satisfaire en vertu de l'article 2, § 1er, 3° de l'arrêté royal.
(Abrogé) <AR 2006-12-21/64, art. 16, 5°, 005; En vigueur : 01-01-2007>
(Abrogé) <AR 2006-12-21/64, art. 16, 5°, 005; En vigueur : 01-01-2007>
Art. N3. Bijlage C. Hygiënevoorschriften die moeten nageleefd worden bij het winnen, het koelen en het opslaan van de melk krachtens artikel 2, § 2, van het koninklijk besluit.
(Opgeheven) <KB 2006-12-21/64, art. 16, 5°, 005; Inwerkingtreding : 01-01-2007>
(Opgeheven) <KB 2006-12-21/64, art. 16, 5°, 005; Inwerkingtreding : 01-01-2007>
Art. N3. Annexe C. Exigences hygiéniques qui doivent être respectées lors de la récolte, du refroidissement et du stockage du lait en vertu de l'article 2, § 2 de l'arrêté royal.
(Abrogé) <AR 2006-12-21/64, art. 16, 5°, 005; En vigueur : 01-01-2007>
(Abrogé) <AR 2006-12-21/64, art. 16, 5°, 005; En vigueur : 01-01-2007>
Art. N4. Bijlage D. Hygiënische voorwaarden waaraan moet voldaan worden bij het vervoer van de melk krachtens artikel 7 van het koninklijk besluit.
(Opgeheven) <KB 2006-12-21/64, art. 16, 5°, 005; Inwerkingtreding : 01-01-2007>
(Opgeheven) <KB 2006-12-21/64, art. 16, 5°, 005; Inwerkingtreding : 01-01-2007>
Art. N4. Annexe D. Conditions hygièniques qui doivent être satisfaites lors du transport du lait en vertu de l'article 7 de l'arrêté royal.
(Abrogé) <AR 2006-12-21/64, art. 16, 5°, 005; En vigueur : 01-01-2007>
(Abrogé) <AR 2006-12-21/64, art. 16, 5°, 005; En vigueur : 01-01-2007>