Nederlands (NL)
Français (FR)
Titre
23 MAART 1993. - Paritair Comité voor de bedienden van het kleding- en confectiebedrijf. Collectieve arbeidsovereenkomst van 23 maart 1993. - Wijziging van de collectieve arbeidsovereenkomst van 19 april 1979 houdende coördinatie van de statuten van het Sociaal Waarborgfonds voor de bedienden van het kleding- en confectiebedrijf (Overeenkomst geregistreerd op 24 mei 1993 onder het nummer 32.599/CO/215).
Titre
23 MARS 1993. - Commission paritaire pour employés de l'industrie de l'habillement et de la confection. Convention collective de travail du 23 mars 1993. - Modification de la convention collective de travail du 19 avril 1979 coordonnant les statuts du Fonds social de garantie pour employés de l'industrie de l'habillement et de la confection (Convention enregistrée le 24 mai 1993 sous le numéro 32.599/CO/215).
Informations sur le document
Info du document
Tekst (4)
Texte (4)
Artikel 1. Deze collectieve arbeidsovereenkomst is van toepassing op de werkgevers en op de bedienden van de ondernemingen die ressorteren onder het Paritair Comité voor de bedienden van het kleding- en confectiebedrijf.
Article 1. La présente convention collective de travail s'applique aux employeurs et aux employé(e)s des entreprises ressortissant à la Commission paritaire pour employés de l'industrie de l'habillement et de la confection.
Art.2. Artikel 13, §§ 3 en 4 van de statuten, vastgesteld bij de collectieve arbeidsovereenkomst van 19 april 1979, gesloten in het Paritair Comité voor de bedienden van het kleding- en confectiebedrijf, houdende coördinatie van de statuten van het " Sociaal Waarborgfonds voor de bedienden van het kleding- en confectiebedrijf ", algemeen verbindend verklaard bij koninklijk besluit van 11 december 1979, gewijzigd bij de collectieve arbeidsovereenkomst van 22 mei 1991, algemeen verbindend verklaard bij koninklijk besluit van 10 april 1992, wordt vervangen door de volgende bepalingen :
" § 3. Ter uitvoering van artikel 3, 4° van deze statuten maakt het fonds, onmiddellijk na ontvangst van de in § 1 van dit artikel bedoelde bijdragen, aan het " Fonds voor bestaanszekerheid voor de bedienden van het kleding- en confectiebedrijf " een als volgt vastgesteld bedrag over :
- van 1 juli 1991 tot 30 juni 1993 : 1,28 pct. van de in § 1 van dit artikel bedoelde bijdragen;
- van 1 juli 1993 tot 30 juni 1995 : 1,47 pct. van de in § 1 van dit artikel bedoelde bijdragen;
§ 4. Ter uitvoering van artikel 3, 8° van deze statuten maakt het fonds, onmiddellijk na ontvangst van de in § 1 van dit artikel bedoelde bijdragen, aan het " Instituut voor Vorming en Onderzoek in de Confectie " (IVOC) een als volgt vastgesteld bedrag over :
- van 1 juli 1991 tot 30 juni 1993 : 32,05 pct. van de in § 1 van dit artikel bedoelde bijdragen;
- van 1 juli 1993 tot 30 juni 1995 : 22,06 pct. van de in § 1 van dit artikel bedoelde bijdragen. ".
" § 3. Ter uitvoering van artikel 3, 4° van deze statuten maakt het fonds, onmiddellijk na ontvangst van de in § 1 van dit artikel bedoelde bijdragen, aan het " Fonds voor bestaanszekerheid voor de bedienden van het kleding- en confectiebedrijf " een als volgt vastgesteld bedrag over :
- van 1 juli 1991 tot 30 juni 1993 : 1,28 pct. van de in § 1 van dit artikel bedoelde bijdragen;
- van 1 juli 1993 tot 30 juni 1995 : 1,47 pct. van de in § 1 van dit artikel bedoelde bijdragen;
§ 4. Ter uitvoering van artikel 3, 8° van deze statuten maakt het fonds, onmiddellijk na ontvangst van de in § 1 van dit artikel bedoelde bijdragen, aan het " Instituut voor Vorming en Onderzoek in de Confectie " (IVOC) een als volgt vastgesteld bedrag over :
- van 1 juli 1991 tot 30 juni 1993 : 32,05 pct. van de in § 1 van dit artikel bedoelde bijdragen;
- van 1 juli 1993 tot 30 juni 1995 : 22,06 pct. van de in § 1 van dit artikel bedoelde bijdragen. ".
Art.2. L'article 13, §§ 3 et 4 des statuts, fixés par la convention collective de travail du 19 avril 1979, conclue au sein de la Commission paritaire pour employés de l'industrie de l'habillement et de la confection, portant coordination des statuts du " Fonds social de garantie pour employés de l'industrie de l'habillement et de la confection " rendue obligatoire par arrêté royal du 11 décembre 1979, modifié par la convention collective de travail du 22 mai 1991, rendue obligatoire par arrêté royal du 10 avril 1992, est remplacé par les dispositions suivantes :
" § 3. En exécution de l'article 3, 4° des présents statuts, le fonds verse au " Fonds de sécurité d'existence pour employés de l'industrie de l'habillement et de la confection ", immédiatement après la réception des cotisations visées au § 1 du présent article, un montant fixé comme suit :
- du 1er juillet 1991 au 30 juin 1993 : 1,28 pc des cotisations visées au § 1 du présent article;
- du 1er juillet 1993 au 30 juin 1995 : 1,47 pc des cotisations visées au § 1 du présent article;
§ 4. En exécution de l'article 3, 8° des présents statuts, le fonds verse à " l'Institut pour la Recherche et l'Enseignement dans la Confection " (IREC), immédiatement après la réception des cotisations visées au § 1 du présent article, un montant fixé comme suit :
- du 1er juillet 1991 au 30 juin 1993 : 32,05 pc des cotisations visées au § 1 du présent article;
- du 1er juillet 1993 au 30 juin 1995 : 22,06 pc des cotisations visées au § 1 du présent article. ".
" § 3. En exécution de l'article 3, 4° des présents statuts, le fonds verse au " Fonds de sécurité d'existence pour employés de l'industrie de l'habillement et de la confection ", immédiatement après la réception des cotisations visées au § 1 du présent article, un montant fixé comme suit :
- du 1er juillet 1991 au 30 juin 1993 : 1,28 pc des cotisations visées au § 1 du présent article;
- du 1er juillet 1993 au 30 juin 1995 : 1,47 pc des cotisations visées au § 1 du présent article;
§ 4. En exécution de l'article 3, 8° des présents statuts, le fonds verse à " l'Institut pour la Recherche et l'Enseignement dans la Confection " (IREC), immédiatement après la réception des cotisations visées au § 1 du présent article, un montant fixé comme suit :
- du 1er juillet 1991 au 30 juin 1993 : 32,05 pc des cotisations visées au § 1 du présent article;
- du 1er juillet 1993 au 30 juin 1995 : 22,06 pc des cotisations visées au § 1 du présent article. ".
Art.3. Artikel 14 van dezelfde statuten wordt vervangen door de volgende bepalingen :
" Art. 14. § 1. Van 1 juli 1991 tot 30 juni 1993 worden de werkgeversbijdragen bepaald op 0,78 pct. van de brutolonen van de bedienden.
§ 2. Van 1 juli 1993 tot 30 juni 1995 worden de werkgeversbijdragen bepaald op 0,68 pct. van de brutolonen van de bedienden.
§ 3. Het bedrag van de bijdrage kan alleen worden gewijzigd bij collectieve arbeidsovereenkomst afgesloten in het Paritair Comité voor de bedienden van het kleding- en confectiebedrijf en algemeen verbindend verklaard bij koninklijk besluit. ".
" Art. 14. § 1. Van 1 juli 1991 tot 30 juni 1993 worden de werkgeversbijdragen bepaald op 0,78 pct. van de brutolonen van de bedienden.
§ 2. Van 1 juli 1993 tot 30 juni 1995 worden de werkgeversbijdragen bepaald op 0,68 pct. van de brutolonen van de bedienden.
§ 3. Het bedrag van de bijdrage kan alleen worden gewijzigd bij collectieve arbeidsovereenkomst afgesloten in het Paritair Comité voor de bedienden van het kleding- en confectiebedrijf en algemeen verbindend verklaard bij koninklijk besluit. ".
Art.3. L'article 14 des mêmes statuts est remplacé par les dispositions suivantes :
" Art. 14. § 1. Du 1er juillet 1991 au 30 juin 1993, les cotisations patronales sont fixées à 0,78 pc des salaires bruts des employé(e)s.
§ 2. Du 1er juillet 1993 au 30 juin 1995, les cotisations patronales sont fixées à 0,68 pc des salaires bruts des employé(e)s.
§ 3. Le montant de la cotisation ne peut être modifié que par convention collective de travail conclue au sein de la Commission paritaire pour employés de l'industrie de l'habillement et de la confection et rendue obligatoire par arrêté royal. ".
" Art. 14. § 1. Du 1er juillet 1991 au 30 juin 1993, les cotisations patronales sont fixées à 0,78 pc des salaires bruts des employé(e)s.
§ 2. Du 1er juillet 1993 au 30 juin 1995, les cotisations patronales sont fixées à 0,68 pc des salaires bruts des employé(e)s.
§ 3. Le montant de la cotisation ne peut être modifié que par convention collective de travail conclue au sein de la Commission paritaire pour employés de l'industrie de l'habillement et de la confection et rendue obligatoire par arrêté royal. ".
Art. 4. Deze collectieve arbeidsovereenkomst heeft uitwerking met ingang van 1 januari 1993 en houdt op van kracht te zijn op 30 juni 1995.
Gezien om te worden gevoegd bij het koninklijk besluit van 15 september 1994.
(Voor het KB, zie %%1994-09-15/85%%)
De Minister van Tewerkstelling en Arbeid,
Mevr. M. SMET
Gezien om te worden gevoegd bij het koninklijk besluit van 15 september 1994.
(Voor het KB, zie %%1994-09-15/85%%)
De Minister van Tewerkstelling en Arbeid,
Mevr. M. SMET
Art. 4. La présente convention collective de travail produit ses effets le 1er janvier 1993 et cesse d'être en vigueur le 30 juin 1995.
Vu pour être annexé à l'arrêté royal du 15 septembre 1994.
(Pour l'AR, voir %%1994-09-15/85%%)
La Ministre de l'Emploi et du Travail,
Mme M. SMET
Vu pour être annexé à l'arrêté royal du 15 septembre 1994.
(Pour l'AR, voir %%1994-09-15/85%%)
La Ministre de l'Emploi et du Travail,
Mme M. SMET