Vergelijken - 1978060911

Artikel 1. In afwijking van artikel 52.8.4. van het algemeen reglement voor de arbeidsbescherming wordt het gebruik van glazen recipiënten, waarin ontvlambare vloeistoffen zijn opgeslagen en die een waterinhoudsvermogen hebben van ten hoogste drie liter, eveneens toegelaten in ziekenhuizen, apotheken en lokalen voor medische hulp.

Article 1. Par dérogation à l'article 52.8.4. du règlement général pour la protection du travail, l'utilisation de récipients en verre contenant des liquides inflammables et d'une capacité en eau de trois litres maximum est également autorisée dans les hôpitaux, pharmacies et infirmeries.

Art.2. In afwijking van artikel 582 van het algemeen reglement voor de arbeidsbescherming mogen ontvlambare vloeistoffen eveneens vervat worden in recipiënten uit glas of uit kunststof.

Art.2. Par dérogation à l'article 582 du règlement général pour la protection du travail, les liquides inflammables peuvent également être contenus dans des récipients en verre ou en matières plastiques.

Art. 3. De afwijking bedoeld in artikel 2 is onderworpen aan de naleving van de volgende voorwaarden :1. Voor de glazen recipiënten :a) Het gebruik van glazen recipiënten om ontvlambare vloeistoffen te verpakken is slechts toegelaten indien de zuiverheid van deze vloeistoffen om technische of medische redenen moet verzekerd worden.b) De inhoud van de glazen recipiënten mag hoogstens 3 liter bedragen.2. Voor de recipiënten uit kunststof :a) De gebruikte kunststoffen zijn inert ten opzichte van de vloeistoffen die de recipiënten bevatten.b) (De inhoud van recipiënten uit kunststof mag, al naargelang de klasse waartoe de ontvlambare vloeistof behoort, zoals bepaald door het ADR, 60 of 450 liter niet overschrijden.
  Daarenboven :
  - moet de ontvlambare vloeistof behouden blijven in het recipiënt dat gediend heeft voor het transport en dit recipiënt moet beantwoorden aan de voorschriften betreffende de constructie en het gebruik van het ADR;
  - mag het recipiënt niet opgeslagen worden in de werkplaatsen.) 3. Voor de recipiënten uit glas en uit kunststof :a) De recipiënten worden zodanig gestapeld dat er geen gevaar bestaat voor breken of scheuren.b) De recipiënten die ontvlambare vloeistoffen bevatten moeten hermetisch gesloten zijn.c) De temperatuur in de opslagplaatsen dient voldoende laag gehouden om te verhinderen dat de recipiënten zouden scheuren of breken door een verhoging van de dampspanning van de opgeslagen vloeistoffen.

Art. 3. La dérogation visée à l'article 2 est subordonnée à l'observation des conditions suivantes :1. Pour les récipients en verre :a) L'utilisation de récipients en verre pour le conditionnement de liquides inflammables n'est admise que si pour des raisons techniques ou médicales, la pureté de ces liquides doit être garantie.b) La capacité des récipients en verre ne peut dépasser 3 l.2. Pour les récipients en matières plastiques :a) Les matières plastiques utilisées sont inertes vis-à-vis des liquides que les récipients contiennent.b) (La capacité des récipients en matière plastique ne peut dépasser, selon la classe à laquelle appartient le liquide inflammable tel que défini dans l'ADR, 60 ou 450 litres.
  En outre :
  - le liquide inflammable doit rester contenu dans le récipient ayant servi au transport et celui-ci doit répondre aux prescriptions de construction et d'utilisation de l'ADR;
  - le récipient ne peut être stocké dans des locaux de travail.) 3. Pour les récipients en verre ou en matières plastiques :a) Les récipients sont entreposés de telle manière qu'il n'existe aucun danger de rupture ou de déchirure.b) Les récipients contenant des liquides inflammables sont fermés hermétiquement.c) La température dans les dépôts est maintenue suffisamment basse pour éviter que les récipients ne se déchirent ou ne se rompent sous une augmentation de la tension de vapeur des liquides entreposés.

Comparaison NL / FR

Nederlands (NL)

Français (FR)