Artikel 1. Voor de toepassing van de wet van 11 juli 1973 tot verbetering van de toestand van de bezoldigde (ouder) die tijdelijk ophoudt onderworpen te zijn aan de maatschappelijke zekerheid in sommige regelingen van de maatschappelijke zekerheid, moet worden verstaan onder : <KB 1997-08-08/53, art. 3, 002; Inwerkingtreding : 01-07-1997>
1° " gehandicapt kind " :
a) het kind dat rechtgevend is op de bijkomende bijslag voor minder-valide kinderen bij toepassing van artikel 47 van de samengeordende wetten betreffende de kinderbijslag voor werknemers of artikel 93 quater van het organiek koninklijk besluit van 22 december 1938 voorzien bij de wet van 10 juni 1937 houdende uitbreiding van de kindertoeslagen tot de werkgevers en tot de niet-loontrekkende arbeiders;
b) het kind dat kinderbijslag geniet bij toepassing van artikel 56septies van voornoemde samengeordende wetten.
Het bewijs dat de kinderbijslag toegekend wordt, wordt geleverd door het uitreiken van een attest door het kinderbijslagfonds, het sociaal verzekeringsfonds voor zelfstandigen, de overheid of de openbare instelling die deze kinderbijslag betaalt.
2° " langdurige ziekte " :een ziekte die sedert meer dan één jaar duurt.
De duur van deze ziekte wordt vastgesteld door een geneesheer van de Medico-sociale dienst van het Ministerie van Sociale Voorzorg of door een geneesheer van de Dienst voor geneeskundige controle van het Rijksinstituut voor ziekte- en invaliditeitsverzekering.
Het verzoek tot vaststelling van de ongeschiktheid moet bij de Medico-sociale dienst van het Ministerie van Sociale Voorzorg worden ingediend.
Nederlands (NL)
Français (FR)
Titre
7 MAART 1975. - Koninklijk besluit tot uitvoering van artikel I van de wet van 11 juli 1973 tot verbetering van de toestand van de bezoldigde [ouder] die tijdelijk ophoudt onderworpen te zijn aan de maatschappelijke zekerheid in sommige regelingen van de maatschappelijke zekerheid. (KB 1997-08-08/53, art. 2, 002; Inwerkingtreding : 01-07-1997) (NOTA : Raadpleging van vroegere versies vanaf 27-03-1975 en tekstbijwerking tot 04-09-1997)
Titre
7 MARS 1975. - Arrêté royal portant exécution de l'article 1er de la loi du 11 juillet 1973 améliorant dans certains régimes de sécurité sociale la situation [du parent salarié qui cesse temporairement d'être assujetti] à la sécurité sociale. (AR 1997-08-08/53, art. 2, 002; En vigueur : 01-07-1997) (NOTE : Consultation des versions antérieures à partir du 27-03-1975 et mise à jour au 04-09-1997)
Informations sur le document
Numac: 1975030704
Datum: 1975-03-07
Info du document
Numac: 1975030704
Date: 1975-03-07
Tekst (3)
Texte (3)
Article 1. Pour l'application de la loi du 11 juillet 1973 améliorant dans certains régimes de sécurité sociale la situation (du parent salarié qui cesse temporairement d'être assujetti) à la sécurité sociale, il faut entendre par: <AR 1997-08-08/53, art. 3, 002; En vigueur : 01-07-1997>
1° " enfant handicapé ":
a) l'enfant handicapé bénéficiaire de l'allocation supplémentaire pour enfants handicapés en application de l'article 47 des lois coordonnées relatives aux allocations familiales pour travailleurs salariés ou de l'article 93quater de l'arrêté royal organique du 22 décembre 1938 prévu par la loi du 10 juin 1937 qui étend les allocations familiales aux employeurs et aux travailleurs non salariés;
b) l'enfant bénéficiaire d'allocations familiales en application de l'article 56 septies des lois coordonnées précitées.
La preuve de l'octroi des allocations familiales est fournie par la délivrance d'une attestation par la caisse d'allocations familiales, la caiise d'assurances sociales pour travailleurs indépendants, l'autorité ou l'organisme public qui paie ces allocations familiales.
2° " maladie de longue durée ":
une maladie qui dure depuis plus d'un an.
La durée de cette maladie est constatée par un médecin du Service médico-social du Ministère de la Prévoyance sociale ou par un médecin du Service du contrôle médical de l'Institut national d'assurance maladie-invalidité.
La demande de constatation de l'incapacité doit être introduite auprès du Service médico-social du Ministère de la Prévoyance sociale.
1° " enfant handicapé ":
a) l'enfant handicapé bénéficiaire de l'allocation supplémentaire pour enfants handicapés en application de l'article 47 des lois coordonnées relatives aux allocations familiales pour travailleurs salariés ou de l'article 93quater de l'arrêté royal organique du 22 décembre 1938 prévu par la loi du 10 juin 1937 qui étend les allocations familiales aux employeurs et aux travailleurs non salariés;
b) l'enfant bénéficiaire d'allocations familiales en application de l'article 56 septies des lois coordonnées précitées.
La preuve de l'octroi des allocations familiales est fournie par la délivrance d'une attestation par la caisse d'allocations familiales, la caiise d'assurances sociales pour travailleurs indépendants, l'autorité ou l'organisme public qui paie ces allocations familiales.
2° " maladie de longue durée ":
une maladie qui dure depuis plus d'un an.
La durée de cette maladie est constatée par un médecin du Service médico-social du Ministère de la Prévoyance sociale ou par un médecin du Service du contrôle médical de l'Institut national d'assurance maladie-invalidité.
La demande de constatation de l'incapacité doit être introduite auprès du Service médico-social du Ministère de la Prévoyance sociale.
Art.2. Dit besluit heeft uitwerking met ingang van 3 december 1973.
Art.2. Le présent arrêté produit ses effets le 3 décembre 1973.
Art. 3. Onze Minister van Sociale Voorzorg is belast met de uitvoering van dit besluit.
Art. 3. Notre Ministre de la Prévoyance sociale est chargé de l'exécution du présent arrêté.