Nederlands (NL)
Français (FR)
Titre
17 APRIL 1835. - Wet op de onteigening ten algemene nutte. (VERTALING) (NOTA : opgeheven voor het Vlaams Gewest bij DVR2017-02-24/22, art. 122,1°, 002; Inwerkingtreding : 01-01-2018) (NOTA : opgeheven voor het Waalse Gewest bij DWG2018-11-22/12, art. 98, 003; Inwerkingtreding : 01-07-2019) (NOTA : Raadpleging van vroegere versies vanaf 25-04-2017 en tekstbijwerking tot 18-12-2018)
Titre
17 AVRIL 1835. - Loi sur l'expropriation pour cause d'utilité publique. (NOTE : abrogé pour la Région flamande par DCFL2017-02-24/22, art. 122,1°, 002; En vigueur : 01-01-2018) (NOTE : abrogé pour la Région wallonne par DRW2018-11-22/12, art. 98, 003; En vigueur : 01-07-2019) (NOTE : Consultation des versions antérieures à partir du 25-04-2017 et mise à jour au 18-12-2018)
Informations sur le document
Numac: 1835041750
Datum: 1835-04-17
Info du document
Numac: 1835041750
Date: 1835-04-17
Table des matières
Table des matières
Tekst (30)
Texte (30)
TITEL I. - Enige Titel. - Reglement inzake vergoeding en inbezitstelling.
TITRE I. - Titre unique. - Du règlement de l'indemnité et de l'entrée en possession.
Artikel 1. Bij gebreke van een overeenkomst tussen de partijen zullen het besluit en het aanwijzingsplan der werken en der te onteigenen percelen, alsmede de stukken van het bestuurlijk onderzoek worden neergelegd op de griffie van de rechtbank waar de goederen gelegen zijn, op welke griffie de betrokken partijen zonder kosten inzage ervan mogen nemen tot de vergoeding definitief geregeld is.
Article 1. A défaut de convention entre les parties, l'arrêté et le plan indicatif des travaux et des parcelles à exproprier, ainsi que les pièces de l'instruction administrative, seront déposés au greffe du tribunal de la situation des biens, où les parties intéressées pourront en prendre communication, sans frais, jusqu'au règlement définitif de l'indemnité.
Art.2. Van deze nederlegging zal aan de eigenaars en vruchtgebruikers kennis gegeven worden door een exploot houdende dagvaarding op een bepaalde dag, ten einde de vergoeding te kunnen regelen en de inbezitstelling te bevelen.
De termijn der dagvaarding zal vijftien dagen bedragen.
Een afschrift van het exploot zal uiterlijk binnen acht dagen worden aangeplakt op de hoofddeur van de kerk en van het gemeentehuis der plaats waar de goederen gelegen zijn. Een ander afschrift zal daarenboven binnen dezelfde termijn aan de burgemeester der gemeente overhandigd worden.
Een uittreksel van het exploot, dat de namen der partijen en de bondige opgave der goederen bevat zal in een der dagbladen van het arrondissement en van de provincie worden ingelast, indien er dagbladen zijn.
In geval van volstrekte noodzakelijkheid zal de termijn van dagvaarding kunnen verkort worden bij bevelschrift van de voorzitter, afgeleverd op verzoekschrift.
De termijn der dagvaarding zal vijftien dagen bedragen.
Een afschrift van het exploot zal uiterlijk binnen acht dagen worden aangeplakt op de hoofddeur van de kerk en van het gemeentehuis der plaats waar de goederen gelegen zijn. Een ander afschrift zal daarenboven binnen dezelfde termijn aan de burgemeester der gemeente overhandigd worden.
Een uittreksel van het exploot, dat de namen der partijen en de bondige opgave der goederen bevat zal in een der dagbladen van het arrondissement en van de provincie worden ingelast, indien er dagbladen zijn.
In geval van volstrekte noodzakelijkheid zal de termijn van dagvaarding kunnen verkort worden bij bevelschrift van de voorzitter, afgeleverd op verzoekschrift.
Art.2. Information de ce dépôt sera donnée aux propriétaires et usufruitiers par exploit contenant assignation, à jour fixe, aux fins de voir procéder au règlement des indemnités et ordonner l'envoi en possession.
Le délai de l'assignation sera de quinzaine.
Copie de l'exploit sera, dans la huitaine au plus tard, affichée à la principale porte de l'église et de la maison communale du lieu de la situation des biens. Une autre copie sera, en outre, dans le même délai, remise au bourgmestre de la commune.
Un extrait de l'exploit, contenant les noms des parties et l'indication sommaire des biens, sera inséré dans l'un des journaux de l'arrondissement et de la province, s'il y en a.
En cas d'absolue nécessité, le délai de l'assignation pourra être abrégé par ordonnance du président rendue sur requête.
Le délai de l'assignation sera de quinzaine.
Copie de l'exploit sera, dans la huitaine au plus tard, affichée à la principale porte de l'église et de la maison communale du lieu de la situation des biens. Une autre copie sera, en outre, dans le même délai, remise au bourgmestre de la commune.
Un extrait de l'exploit, contenant les noms des parties et l'indication sommaire des biens, sera inséré dans l'un des journaux de l'arrondissement et de la province, s'il y en a.
En cas d'absolue nécessité, le délai de l'assignation pourra être abrégé par ordonnance du président rendue sur requête.
Art.3. De zaak zal op de door de dagvaarding aangeduide zitting worden opgeroepen. Indien de gedagvaarde partij een pleitbezorger aangesteld heeft of aanstelt, wordt er met opschorting van alle andere zaken gehandeld zoals gezegd zal worden in het volgend artikel; indien er geen pleitbezorger aangesteld werd, wordt de niet verschenen gedaagde door een aangestelde (gerechtsdeurwaarder) opnieuw gedagvaard voor de door de rechtbank vastgestelde dag zonder dat het nodig zij het vonnis te lichten. De termijn voor het verschijnen zal vijftien dagen niet mogen overschrijden. <W 1963-07-05/32, art. 48, §4>
Art.3. La cause sera appelée à l'audience indiquée par l'ajournement. Si la partie assignée a constitué ou constitue avoué, il sera procédé, toute affaire cessante, comme il est dit à l'article suivant; s'il n'y a pas eu constitution d'avoué, le défaillant sera réassigné par un (huissier de justice) commis, au jour fixé par le tribunal sans qu'il soit besoin de lever le jugement. Le délai pour la comparution ne pourra dépasser la quinzaine. <L 1963-07-05/32, art. 48, §4>
Art.4. Op de bij het vorig artikel bedoelde zitting zal de rechtbank oordelen of de bij de wet voorgeschreven formaliteiten, om tot onteigening te geraken, werden in acht genomen. Indien de gedaagde verschijnt, zal hij vooraf geboord worden en gehouden zijn tegelijk, op straf van vervallenverklaring, al de excepties voor te dragen die bij zou menen te moeten tegenstellen. De rechtbank zal, op staande voet of uiterlijk op de volgende zitting, over het geheel met een enkel vonnis uitspraak doen.
Art.4. A l'audience indiquée par l'article précédent, le tribunal jugera si les formalités prescrites par la loi, pour parvenir à l'expropriation, ont été remplies. Si le défendeur comparait, il sera entendu au préalable et sera tenu de proposer en même temps, à peine de déchéance, toutes les exceptions qu'il croirait pouvoir opposer. Le tribunal statuera sur le tout par un seul jugement, séance tenante, ou au plus tard à l'audience suivante.
Art.5. Indien de rechtbank beslist dat de rechtsvordering niet regelmatig werd ingesteld, dat de door de wet voorgeschreven vormen niet werden nageleefd, ofwel dat het plan der werken niet toepasselijk is op het eigendom waarvan de onteigening vervolgd wordt, zal zij verklaren dat er geen verdere rechtspleging moet geschieden.
Art.5. Si le tribunal décide que l'action n'a pas été régulièrement intentée, que les formes prescrites par la loi n'ont pas été observées, ou bien que le plan des travaux n'est pas applicable à la propriété dont l'expropriation est poursuivie, il déclarera qu'il n'y a pas lieu de procéder ultérieurement.
Art.6. Het hoger beroep tegen dit vonnis, evenals tegen datgene waarbij zal besloten zijn dat er dient overgegaan tot de regeling der vergoeding, zal binnen vijftien dagen na de uitspraak ervan ingesteld worden.
Het beroep zal een dagvaarding tot verschijning binnen de 8 dagen bevatten alsmede de bezwaren tegen het vonnis, dit alles op straf van nietigheid; geen andere bezwaren buiten die welke in de akte van beroep vermeld zijn, zullen op de zitting of schriftelijk mogen besproken worden.
Over het beroep zal zonder uitstel uitspraak worden gedaan op de bij bevelschrift van de voorzitter op verzoekschrift vastgestelde dag.
Het beroep zal een dagvaarding tot verschijning binnen de 8 dagen bevatten alsmede de bezwaren tegen het vonnis, dit alles op straf van nietigheid; geen andere bezwaren buiten die welke in de akte van beroep vermeld zijn, zullen op de zitting of schriftelijk mogen besproken worden.
Over het beroep zal zonder uitstel uitspraak worden gedaan op de bij bevelschrift van de voorzitter op verzoekschrift vastgestelde dag.
Art.6. L'appel de ce jugement, comme de celui qui aura décidé qu'il y a lieu de passer outre au règlement de l'indemnité, sera interjeté dans la quinzaine de sa prononciation.
L'appel contiendra assignation à comparaître dans la huitaine, ainsi que les griefs contre le jugement, le tout à peine de nullité. Aucuns griefs autres que ceux énoncés dans l'acte d'appel ne pourront être discutés à l'audience ni par écrit.
Il sera statué sur l'appel, sans remise, aujourd'hui fixé par ordonnance du président rendue sur requête.
L'appel contiendra assignation à comparaître dans la huitaine, ainsi que les griefs contre le jugement, le tout à peine de nullité. Aucuns griefs autres que ceux énoncés dans l'acte d'appel ne pourront être discutés à l'audience ni par écrit.
Il sera statué sur l'appel, sans remise, aujourd'hui fixé par ordonnance du président rendue sur requête.
Art.7. Zo de rechtbank beslist dat de bij de wet voorgeschreven vormen werden in acht genomen en dat er geen geschikte stukken tot vaststelling van het bedrag der vergoeding werden voorgelegd, zal zij bij hetzelfde vonnis verklaren dat de gronden of gebouwen binnen de kortste tijd bezichtigd en geraamd zullen worden door drie experts die op staande voet en in gemeenschappelijk overleg door de partijen aangesteld worden, zoniet van ambtswege benoemd worden. Zij zal een der rechters gelasten zich met ben en de griffier ter plaatse te begeven op dag en uur en plaats die bij hetzelfde vonnis aangeduid worden.
Art.7. Si le tribunal décide que les formes prescrites par la loi ont été observées, et qu'il n'a pas été produit de documents propres à déterminer le montant de l'indemnité, il déclarera, par le même jugement, qu'il sera procédé, dans le plus bref délai, à la visite et à l'évaluation des terrains ou édifices par trois experts qui seront désignés sur-le-champ et de commun accord par les parties, sinon nommés d'office. Il commettra un des juges qui se rendra avec eux et le greffier sur les lieux aux jour, heure et lieu qui seront indiqués par le même jugement.
Art.8. De uitspraak van dat vonnis geldt als betekening zowel aan pleitbezorger als aan partij; binnen drie dagen van die uitspraak is de griffier gehouden aan de vervolger een uittreksel uit het vonnis uit te reiken, dat de conclusies, de gronden en de beslissing bevat, (...)
Binnen de drie volgende dagen wordt dit uittreksel aan de experts betekend met aanmaning zich op dag, uur en plaats bepaald bij het vonnis, ter plaatse te begeven.
Binnen de drie volgende dagen wordt dit uittreksel aan de experts betekend met aanmaning zich op dag, uur en plaats bepaald bij het vonnis, ter plaatse te begeven.
Art.8. La prononciation de ce jugement vaudra signification tant à avoué qu'à partie; dans les trois jours de cette prononciation, le greffier sera tenu de délivrer au poursuivant un extrait du jugement, contenant les conclusions, les motifs et le dispositif, (...)
Dans les trois jours suivants, cet extrait sera signifié aux experts, avec sommation de se rendre sur les lieux aux jour, heure et lieu indiqués par le jugement.
Dans les trois jours suivants, cet extrait sera signifié aux experts, avec sommation de se rendre sur les lieux aux jour, heure et lieu indiqués par le jugement.
Art.9. <W 09-09-1907, art. 1, BS 21-09-1907> De deskundigen leggen den eed af op de plaats des onderzoeks, in handen van den rechter-commissaris. Zij wijzen dengene hunner aan die gelast is de mededeelingen van partijen te ontvangen. De rechter-commissaris benoemt andere deskundigen ter vervanging van ben die niet zijn opgekomen of tegen welke bij redenen van wraking aanneemt.
Partijen overhandigen hem de bescheiden die zij tot waardeering der schadeloosstelling nuttig achten; daarbij mag de rechter al de inlichtingen inwinnen die van aard zijn om de deskundigen voor te lichten; ook kan hij, hetzij ambtshalve, hetzij op verzoek van eene der partijen, eene informatie instellen. In dit geval worden zij, die hij meent te moeten hooren, in aanwezigheid van deskundigen en partijen ondervraagd, na eerst den eed voorzien bij artikel 262 van het Wetboek van Burgerlijke Rechtspleging, te hebben afgelegd.
Partijen overhandigen hem de bescheiden die zij tot waardeering der schadeloosstelling nuttig achten; daarbij mag de rechter al de inlichtingen inwinnen die van aard zijn om de deskundigen voor te lichten; ook kan hij, hetzij ambtshalve, hetzij op verzoek van eene der partijen, eene informatie instellen. In dit geval worden zij, die hij meent te moeten hooren, in aanwezigheid van deskundigen en partijen ondervraagd, na eerst den eed voorzien bij artikel 262 van het Wetboek van Burgerlijke Rechtspleging, te hebben afgelegd.
Art.9. <L 09-09-1907, art. 1, MB 21-09-1907> Les experts prêteront serment sur les lieux contentieux, en mains du juge-commissaire. Ils désigneront celui d'entre eux qui sera chargé de recevoir les communications des parties. Le juge-commissaire remplacera les experts qui feront défaut ou contre lesquels il admettra des causes de récusation.
Les parties lui remettront les documents qu'elles croiront utiles à l'appréciation de l'indemnité; le juge pourra, au surplus, s'entourer de tous renseignements propres à éclairer les experts, et même, soit d'office, soit à la demande de l'une des parties, procéder à une information. Dans ce cas, les personnes qu'il trouvera convenable d'entendre seront interrogées en présence des experts et des parties, sous le serment prévu à l'article 262 du Code de procédure civile.
Les parties lui remettront les documents qu'elles croiront utiles à l'appréciation de l'indemnité; le juge pourra, au surplus, s'entourer de tous renseignements propres à éclairer les experts, et même, soit d'office, soit à la demande de l'une des parties, procéder à une information. Dans ce cas, les personnes qu'il trouvera convenable d'entendre seront interrogées en présence des experts et des parties, sous le serment prévu à l'article 262 du Code de procédure civile.
Art. 9bis. <INGEVOEGD bij W 09-09-1907, art. 1, BS 21-09-1907> De onteigenende is, bij die eerste bijeenkomst, gehouden de nota's en bescheiden over te leggen waarvan hij gebruik wil maken; zij worden door den rechter-commissaris ter griffie nedergelegd. Een afschrift van de nota's wordt, staande de vergadering, door den onteigenende ter hand gesteld aan den onteigende of aan zijn pleitbezorger, indien bij er een heeft aangesteld.
Wil de onteigende gebruik maken van nota's en bescheiden, dan moet bij ze overleggen binnen dertig dagen na de eerste plaatsopneming.
De onteigenende beschikt over vijftien dagen om daarop te antwoorden en de onteigende over een gelijken termijn tot beantwoording zijnerzijds. De partij die dezen termijn laat voorbijgaan zonder te antwoorden, wordt vervallenverklaard van het recht zulks te doen.
Nota's en bescheiden worden door de partijen ter griffie nedergelegd. Hij die ze neerlegt, moet denzelfden dag, bij ter post aangeteekenden brief, van deze nederlegging bericht geven aan de tegenpartij, of aan haren pleitbezorger met een afschrift van de nota's, De deskundigen krijgen insgelijks bericht langs denzelfden weg.
De termijn tot antwoorden vangt aan te rekenen van den tweeden dag na de nederlegging van den aangeteekenden brief op de post.
Door den rechter-commissaris wordt een proces-verbaal opgemaakt, vermeldende de verklaringen van de bij de informatie gehoorde personen.
Wil de onteigende gebruik maken van nota's en bescheiden, dan moet bij ze overleggen binnen dertig dagen na de eerste plaatsopneming.
De onteigenende beschikt over vijftien dagen om daarop te antwoorden en de onteigende over een gelijken termijn tot beantwoording zijnerzijds. De partij die dezen termijn laat voorbijgaan zonder te antwoorden, wordt vervallenverklaard van het recht zulks te doen.
Nota's en bescheiden worden door de partijen ter griffie nedergelegd. Hij die ze neerlegt, moet denzelfden dag, bij ter post aangeteekenden brief, van deze nederlegging bericht geven aan de tegenpartij, of aan haren pleitbezorger met een afschrift van de nota's, De deskundigen krijgen insgelijks bericht langs denzelfden weg.
De termijn tot antwoorden vangt aan te rekenen van den tweeden dag na de nederlegging van den aangeteekenden brief op de post.
Door den rechter-commissaris wordt een proces-verbaal opgemaakt, vermeldende de verklaringen van de bij de informatie gehoorde personen.
Art. 9bis. L'expropriant sera tenu de produire à cette première réunion les notes et documents dont il entendra faire usage; ils seront déposés au greffe par le juge-commissaire. Une copie des notes sera remise, séance tenante, par l'expropriant à l'exproprié ou à son avoué, s'il a constitué.
Si l'exproprié entend faire usage de notes et documents, il devra en faire la production dans les trente jours qui suivront la première visite des lieux.
L'expropriant aura quinze jours pour répondre et l'exproprié le même délai pour répliquer. La partie qui aura laissé passer ce délai sans répondre sera déchue du droit de le faire.
Les notes et documents seront déposés par les parties au greffe. Le déposant devra adresser le même jour avis de ce dépôt, avec une copie des notes à la partie adverse ou à son avoué, par lettre recommandée à la poste. Les experts en seront également avisés par la même voie.
Le délai pour répondre prendra cours à partir du surlendemain du dépôt à la poste de la lettre recommandée.
Il sera dressé procès-verbal par le juge-commissaire; il y sera fait mention des déclarations des personnes qui auront concouru à l'information.
Si l'exproprié entend faire usage de notes et documents, il devra en faire la production dans les trente jours qui suivront la première visite des lieux.
L'expropriant aura quinze jours pour répondre et l'exproprié le même délai pour répliquer. La partie qui aura laissé passer ce délai sans répondre sera déchue du droit de le faire.
Les notes et documents seront déposés par les parties au greffe. Le déposant devra adresser le même jour avis de ce dépôt, avec une copie des notes à la partie adverse ou à son avoué, par lettre recommandée à la poste. Les experts en seront également avisés par la même voie.
Le délai pour répondre prendra cours à partir du surlendemain du dépôt à la poste de la lettre recommandée.
Il sera dressé procès-verbal par le juge-commissaire; il y sera fait mention des déclarations des personnes qui auront concouru à l'information.
Art. 9ter. <INGEVOEGD bij W 09-09-1907, art. 1, BS 21-09-1907> De deskundigen zijn gehouden hun verslag neer te leggen binnen veertig dagen, hetzij na het eindigen van den termijn waarover partij beschikt om te antwoorden op de laatste nota door hare tegenpartij ingeleverd, hetzij na het ter hand stellen aan de deskundigen, door deze partij, van een geschreven verklaring waaruit blijkt dat zij van het antwoord afziet. De afgifte van deze verklaring geschiedt bij aangeteekenden brief en geldt als kennisgeving te rekenen van den tweeden dag na de nederlegging daarvan op de post.
De termijn van veertig dagen, in de voorgaande alinea bepaald, kan met een nieuwen termijn van niet langer dan veertig dagen verlengd worden krachtens eene met redenen omkleede en onherroepelijke beslissing van den rechter-commissaris, genomen op verzoek, door de partijen of door de deskundigen ingediend bij de eerste plaatsopneming. De rechter doet uitspraak binnen vijftien dagen na de eerste plaatsopneming.
Leggen zij hun verslag niet neder binnen de hierboven bepaalde termijnen dan wordt aan ieder der deskundigen, voor elken dag uitstel, van rechtswege 20 frank van hun loon afgehouden, tenzij ze bewijzen voor den taxeerenden rechter, die daarover uitspraak doet zonder beroep, dat de vertraging hun niet te wijten is.
Het advies van de deskundigen wordt aan het door den rechter-commissaris opgemaakte proces-verbaal toegevoegd en een en ander wordt op de griffie nedergelegd ter kostelooze inzage van partijen. Van deze nederlegging wordt, denzelfden dag, bij ter post aangeteekenden brief, door de deskundigen kennis gegeven aan partijen of aan hare pleitbezorgers.
Deskundigen zenden terzelfder tijd aan partijen, onder aangeteekenden omslag, een afschrift van hun verslag.
Het verslag der deskundigen is voor de rechtbank niet verbindend.
De termijn van veertig dagen, in de voorgaande alinea bepaald, kan met een nieuwen termijn van niet langer dan veertig dagen verlengd worden krachtens eene met redenen omkleede en onherroepelijke beslissing van den rechter-commissaris, genomen op verzoek, door de partijen of door de deskundigen ingediend bij de eerste plaatsopneming. De rechter doet uitspraak binnen vijftien dagen na de eerste plaatsopneming.
Leggen zij hun verslag niet neder binnen de hierboven bepaalde termijnen dan wordt aan ieder der deskundigen, voor elken dag uitstel, van rechtswege 20 frank van hun loon afgehouden, tenzij ze bewijzen voor den taxeerenden rechter, die daarover uitspraak doet zonder beroep, dat de vertraging hun niet te wijten is.
Het advies van de deskundigen wordt aan het door den rechter-commissaris opgemaakte proces-verbaal toegevoegd en een en ander wordt op de griffie nedergelegd ter kostelooze inzage van partijen. Van deze nederlegging wordt, denzelfden dag, bij ter post aangeteekenden brief, door de deskundigen kennis gegeven aan partijen of aan hare pleitbezorgers.
Deskundigen zenden terzelfder tijd aan partijen, onder aangeteekenden omslag, een afschrift van hun verslag.
Het verslag der deskundigen is voor de rechtbank niet verbindend.
Art. 9ter. Les experts seront tenus de déposer leur rapport dans les quarante jours qui suivent, soit l'expiration du délai accordé à la partie pour répondre à la dernière note présentée par son adversaire, soit la remise par cette partie aux experts d'une déclaration écrite constatant qu'elle renonce à répondre. La remise de cette déclaration se fera par lettre recommandée et vaudra information à compter du surlendemain de son dépôt à la poste.
Le délai de quarante jours fixé à l'alinéa qui précède pourra être augmenté d'une nouvelle période qui ne sera pas supérieure à quarante jours, en vertu d'une décision motivée et sans recours du juge-commissaire, rendue sur requête présentée par les parties ou par les experts lors de la première visite des lieux. Le juge statuera dans la quinzaine de la première visite des lieux.
A défaut de déposer leurs rapports dans les délais prévus ci-dessus, les experts encourront chacun, de plein droit, par jour de retard, une retenue de 20 francs sur leurs honoraires, à moins qu'ils n'établissent devant le juge taxateur, qui statuera souverainement à cet égard, que le retard ne leur est pas imputable.
L'avis des experts sera annexé au procès-verbal dressé par le juge-commissaire, et le tout sera déposé au greffe, à l'inspection des parties, sans frais. Avis de ce dépôt sera donné, le jour même, par les experts aux parties ou à leurs avoués, par lettre recommandée à la poste.
Les experts enverront en même temps aux parties une copie de leur rapport sous pli recommandé.
Le rapport des experts ne lie pas le tribunal.
Le délai de quarante jours fixé à l'alinéa qui précède pourra être augmenté d'une nouvelle période qui ne sera pas supérieure à quarante jours, en vertu d'une décision motivée et sans recours du juge-commissaire, rendue sur requête présentée par les parties ou par les experts lors de la première visite des lieux. Le juge statuera dans la quinzaine de la première visite des lieux.
A défaut de déposer leurs rapports dans les délais prévus ci-dessus, les experts encourront chacun, de plein droit, par jour de retard, une retenue de 20 francs sur leurs honoraires, à moins qu'ils n'établissent devant le juge taxateur, qui statuera souverainement à cet égard, que le retard ne leur est pas imputable.
L'avis des experts sera annexé au procès-verbal dressé par le juge-commissaire, et le tout sera déposé au greffe, à l'inspection des parties, sans frais. Avis de ce dépôt sera donné, le jour même, par les experts aux parties ou à leurs avoués, par lettre recommandée à la poste.
Les experts enverront en même temps aux parties une copie de leur rapport sous pli recommandé.
Le rapport des experts ne lie pas le tribunal.
Art.10. <W 09-09-1907, art. 1, BS 21-09-1907> De formaliteiten, door het Wetboek van Rechtspleging voorgeschreven voor het verslag van de deskundigen en het onderzoek, zijn niet van toepassing op de werkzaamheden en de informatiën waarover de twee voorgaande artikelen handelen.
Art.10. <L 09-09-1907, art. 1, MB 21-09-1907> Les formalités prescrites par le Code de procédure pour le rapport des experts et les enquêtes ne seront pas applicables aux opérations et informations dont il s'agit aux deux articles qui précèdent.
Art. 10bis. <W 09-09-1907, art. 1, BS 21-09-1907> De rechtbank mag niet bevelen een onderzoek gedaan volgens de voorschriften van het Wetboek van Burgerlijke Rechtspleging, doch het staat haar vrij een informatie door den rechter commissaris te doen instellen overeenkomstig de regelen in artikel 9 aangeduid en voor welke zij dag en uur bepaalt. Deze informatie geschiedt in tegenwoordigheid van partijen. Door bemoeiing van den griffier, wordt hun daarvan, ten minste vijf dagen te voren, bericht gegeven bij ter post aangetekenden brief.
Art. 10bis. <L 09-09-1907, art. 1, MB 21-09-1907> Le tribunal ne pourra ordonner une enquête dans les formes tracées par le Code de procédure civile, mais il aura la faculté de prescrire une information par le juge-commissaire, suivant les règles indiquées à l'article 9 et pour laquelle il fixe jour et heure. Cette information aura lieu en présence des parties. Avis leur en sera donné, par les soins du greffier, au moins cinq jours auparavant, par lettre recommandée à la poste.
Art.11. <W 09-09-1907, art. 1, BS 21-09-1907> De zaak wordt ter terechtzitting opgeroepen, vijftien volle dagen na nederlegging van het verslag en op dagstelling, indien een pleitbezorger is aangesteld, zonder dat het noodig is het proces-verbaal of het advies der deskundigen vooraf te doen beteekenen.
Partijen worden gehoord, het openbaar ministerie brengt advies uit uiterlijk binnen acht dagen, en het vonnis tot bepaling van de schadeloosstelling wordt uitgesproken binnen de acht eerstvolgende dagen.
Dat vonnis kan echter niet worden geveld, zoolang er niet is uitgesproken over het beroep tegen het vonnis waarbij wordt beslist over te gaan tot de regeling van de schadeloosstelling.
Partijen worden gehoord, het openbaar ministerie brengt advies uit uiterlijk binnen acht dagen, en het vonnis tot bepaling van de schadeloosstelling wordt uitgesproken binnen de acht eerstvolgende dagen.
Dat vonnis kan echter niet worden geveld, zoolang er niet is uitgesproken over het beroep tegen het vonnis waarbij wordt beslist over te gaan tot de regeling van de schadeloosstelling.
Art.11. <L 09-09-1907, art. 1, MB 21-09-1907> La cause sera appelée à l'audience, quinze jours francs après le dépôt du rapport et sur avenir, s'il y a avoué constitué sans qu'il soit besoin de faire signifier au préalable le procès-verbal non plus que l'avis des experts.
Les parties seront entendues, le ministère public donnera son avis au plus tard dans les huit jours, et le jugement qui détermine l'indemnité sera prononcé dans la huitaine qui suivra.
Toutefois, ce jugement ne pourra être rendu avant qu'il ait été statué sur l'appel du jugement qui aura décidé de passer outre au règlement de l'indemnité.
Les parties seront entendues, le ministère public donnera son avis au plus tard dans les huit jours, et le jugement qui détermine l'indemnité sera prononcé dans la huitaine qui suivra.
Toutefois, ce jugement ne pourra être rendu avant qu'il ait été statué sur l'appel du jugement qui aura décidé de passer outre au règlement de l'indemnité.
Art.12. Krachtens dat vonnis en zonder dat het vooraf dient betekend te worden, wordt het bedrag der toegekende vergoeding in de Consignatiekas gedeponeerd, en op vertoon van de betekening aan pleitbezorger of aan partij, van het bewijs van deponering wordt het bestuur of de commissaris in het bezit gesteld bij een door de voorzitter op verzoekschrift uitgevaardigd bevelschrift. Dit bevelschrift van de voorzitter zal voorlopig uitvoerbaar zijn, niettegenstaande verzet of beroep en zonder borgstelling.
Art.12. En vertu de ce jugement et sans qu'il soit besoin de le faire signifier au préalable, le montant de l'indemnité adjugée sera déposé dans la caisse des consignations; et, sur le vu de la signification faite à avoué ou à partie, du certificat du dépôt, l'administration, ou le concessionnaire sera envoyé en possession, par ordonnance du président rendue sur requête. Cette ordonnance sera exécutoire provisoirement, nonobstant opposition, appel et sans caution.
Art.13. De gedaagde partijen, die niet woonachtig zijn in de plaats waar de rechtbank haar zetel heeft, zijn gehouden er woonplaats te kiezen; bij gebrek van deze domiciliekeuze worden alle betekeningen zelfs die van het definitief vonnis alsmede van de aanbiedingen tot gerede betaling en van beroep, geldig ter griffie gedaan.
Art.13. Les parties assignées, non domiciliées dans le lieu où siège le tribunal, seront tenues d'y faire élection de domicile; à défaut de cette élection, toutes significations, même celles du jugement définitif, ainsi que d'offres réelles et d'appel seront valablement faites au greffe.
Art.14. De bij onderhavige wet vastgestelde termijnen voor de verdagingen of andere akten van rechtspleging zijn van toepassing op de vreemdelingen zoals op de inlanders.
Art.14. Les délais fixés par la présente loi pour les ajournements, ou autres actes de procédure, sont applicables aux étrangers comme aux régnicoles.
Art.15. Het onderzoek zal als onderzoek op tegenspraak aangezien worden wat de partijen betreft die geen pleitbezorger zouden gesteld hebben ingevolge de dagvaardingen waarvan sprake in de artikels 2 en 3, of die, na een pleitbezorger gesteld te hebben op de terechtzittingen of latere akten van rechtspleging niet vertegenwoordigd zouden zijn.
Art.15. L'instruction sera réputée contradictoire à l'égard des parties qui n'auraient pas constitué avoué sur les assignations dont il s'agit aux articles 2 et 3 ou qui, après avoir constitué avoué, ne se trouveraient pas représentées aux audiences ou actes de procédure ultérieurs.
Art.16. Elk bij de voorgaande bepalingen niet voorzien tussengeschil zal dadelijk berecht worden of uiterlijk tijdens de zitting die volgt op de pleidooien.
Art.16. Tout incident non prévu par les dispositions qui précèdent sera jugé sans désemparer, ou au plus tard à l'audience qui suivra les plaidoiries.
Art.17. De vonnissen die gewezen worden in het onderzoek der rechtspleging, zoals het geregeld is bij de vorige artikels, worden eerst geveld nadat het openbaar ministerie gehoord werd; zij zijn uitvoerbaar niettegenstaande verzet of beroep en zonder borgstelling.
Het Hof van Beroep mag in geen geval verweer verlenen dat ertoe strekt de uitvoering der vonnissen rechtstreeks of onrechtstreeks te stuiten.
Het Hof van Beroep mag in geen geval verweer verlenen dat ertoe strekt de uitvoering der vonnissen rechtstreeks of onrechtstreeks te stuiten.
Art.17. Les jugements qui interviendront dans l'instruction de la procédure, telle qu'elle est réglée par les articles précédents, ne seront rendus qu'après avoir entendu le ministère public; ils seront exécutoires provisoirement nonobstant opposition, appel et sans caution.
La cour d'appel ne pourra en aucun cas accorder des défenses tendant à arrêter directement ou indirectement l'exécution de ces jugements.
La cour d'appel ne pourra en aucun cas accorder des défenses tendant à arrêter directement ou indirectement l'exécution de ces jugements.
Art.18. Indien het vonnis dat de vergoeding heeft vastgesteld, veranderd wordt en het arrest het cijfer er van verhoogd heeft, is het bestuur of de concessiehouder gehouden de aanvullende vergoeding binnen de acht dagen na de betekening van het arrest in consignatie te geven, zoniet mag de eigenaar krachtens hetzelfde arrest de werken doen schorsen.
(Indien het vonnis dat de vergoeding heelt vastgesteld, wordt veranderd en het arrest het bedrag ervan heeft verminderd en de onteigende dan ook, heeft veroordeeld tot de terugbetaling van het bedrag dat hij teveel heeft ontvangen, is hij op, dit bedrag de burgerlijke vruchten verschuldigd die hij heeft gewonnen of vermocht te winnen tot op de datum van de veroordeling tot terugbetaling. Deze vruchten zijn steeds gelijk aan de interestvoet van de Deposito- en Consignatiekas voor de periode dat de gelden aldaar geconsigneerd bleven en aan de interestvoet voor de basisherfinancieringstransacties van de Europese Centrale Bank vanaf de afhaling ervan.
Voor de periode voorafgaand aan 1 januari 1999 bedragen de vruchten, voor de periode vanaf de afhaling van de Deposito- en Consignatiekas, 3 pct.) <W 2000-04-06/38, art. 2, Inwerkingtreding : 01-06-2000>
(Indien het vonnis dat de vergoeding heelt vastgesteld, wordt veranderd en het arrest het bedrag ervan heeft verminderd en de onteigende dan ook, heeft veroordeeld tot de terugbetaling van het bedrag dat hij teveel heeft ontvangen, is hij op, dit bedrag de burgerlijke vruchten verschuldigd die hij heeft gewonnen of vermocht te winnen tot op de datum van de veroordeling tot terugbetaling. Deze vruchten zijn steeds gelijk aan de interestvoet van de Deposito- en Consignatiekas voor de periode dat de gelden aldaar geconsigneerd bleven en aan de interestvoet voor de basisherfinancieringstransacties van de Europese Centrale Bank vanaf de afhaling ervan.
Voor de periode voorafgaand aan 1 januari 1999 bedragen de vruchten, voor de periode vanaf de afhaling van de Deposito- en Consignatiekas, 3 pct.) <W 2000-04-06/38, art. 2, Inwerkingtreding : 01-06-2000>
Art.18. Si le jugement qui a fixé l'indemnité est réformé et que l'arrêt en ait augmenté le chiffre, l'administration ou le concessionnaire sera tenu de consigner le supplément d'indemnité dans la huitaine de la signification de l'arrêt; sinon le propriétaire pourra, en vertu du même arrêt, faire suspendre les travaux.
(Si le jugement qui a fixé l'indemnité est réformé et si l'arrêt en a diminué le montant et a dès lors condamné l'exproprié au remboursement du trop-perçu, celui-ci est redevable des fruits civils qu'il a perçus ou aurait pu percevoir sur ce montant jusqu'au jour de la condamnation au remboursement. Ces fruits sont toujours égaux au taux de l'intérêt de la Caisse des dépôts et consignations pour la période où les sommes y sont restées consignées, et au taux de refinancement de la Banque centrale européenne à partir du retrait de celles-ci.
Pour la période antérieure au 1er janvier 1999, les fruits s'élèvent à 3 % à partir du retrait des sommes de la Caisse des dépôts et consignations.) <L 2000-04-06/38, art. 2, En vigueur : 01-06-2000>
(Si le jugement qui a fixé l'indemnité est réformé et si l'arrêt en a diminué le montant et a dès lors condamné l'exproprié au remboursement du trop-perçu, celui-ci est redevable des fruits civils qu'il a perçus ou aurait pu percevoir sur ce montant jusqu'au jour de la condamnation au remboursement. Ces fruits sont toujours égaux au taux de l'intérêt de la Caisse des dépôts et consignations pour la période où les sommes y sont restées consignées, et au taux de refinancement de la Banque centrale européenne à partir du retrait de celles-ci.
Pour la période antérieure au 1er janvier 1999, les fruits s'élèvent à 3 % à partir du retrait des sommes de la Caisse des dépôts et consignations.) <L 2000-04-06/38, art. 2, En vigueur : 01-06-2000>
Art.19. Ingeval er derde betrokkenen zouden zijn op grond van huur, genotspand, gebruik of bewoning is de eigenaar gehouden hen vóór het vaststellen van de vergoeding op te roepen, om indien zij het goedvinden, wat hen betreft aan de werkzaamheden van de schattingen mede te werken, zoniet blijft hij alleen tegenover hen belast met de vergoedingen welke deze laatsten zouden eisen. De vergoedingen van derde-betrokkenen die aldus opgeroepen worden of tussenbeide komen in dezelfde vorm geregeld als die welke verschuldigd zijn aan de eigenaar.
Art.19. Dans le cas où il y aurait des tiers intéressés à titre de bail, d'antichrèse, d'usage ou d'habitation, le propriétaire sera tenu de les appeler avant la fixation de l'indemnité pour concourir, s'ils le trouvent bon, en ce qui les concerne, aux opérations des évaluations; sinon il restera seul chargé, envers eux, des indemnités que ces derniers pourraient réclamer. Les indemnités des tiers intéressés, ainsi appelés ou intervenants, seront réglées en la même forme que celles dues au propriétaire.
Art.20. <W 27-05-1870, art. 11, BS 29-05-1870> Het vonnis, waarbij besloten werd dat de bij de wet voorgeschreven formaliteiten tot vaststelling van het openbaar nut werden in acht genomen, zal onmiddellijk op het kantoor der hypotheekbewaring worden overgeschreven.
Deze overschrijving heeft ten opzichte van derden dezelfde gevolgen als de overschrijving van een akte van afstand.
Deze overschrijving heeft ten opzichte van derden dezelfde gevolgen als de overschrijving van een akte van afstand.
Art.20. <L 27-05-1870, art. 11, MB 29-05-1870> Le jugement par lequel il a été décidé que les formalités prescrites par la loi, pour constater l'utilité publique ont été remplies sera immédiatement transcrit au bureau de la conservation des hypothèques.
Cette transcription produit, à l'égard des tiers, les mêmes effets que la transcription d'un acte de cession.
Cette transcription produit, à l'égard des tiers, les mêmes effets que la transcription d'un acte de cession.
Art.21. De akten tot ontbinding, tot opvordering of alle zakelijke rechtsvorderingen kunnen de onteigeningen niet stuiten noch er de uitwerking van verhinderen. Het recht der eisers wordt overgebracht op de prijs en het onroerend goed blijft er van bevrijd.
Art.21. Les actions en résolution, en revendication ou toutes autres actions réelles ne pourront arrêter l'expropriation ni en empêcher l'effet. Le droit des réclamants sera transporté sur les prix, et l'immeuble en demeurera affranchi.
Art.22. Op vertoon van het vonnis en van het getuigschrift, waaruit blijkt dat het onteigend onroerend goed vrij is van hypotheek, is de aangestelde der Consignatiekas gehouden aan de rechthebbenden het bedrag der toegekende vergoeding te overhandigen, indien er geen enkel beslaglegging of verzet op de in consignatie gegeven gelden is.
Indien dit getuigschrift niet voorgelegd of de opheffing der beslagleggingen of verzetaantekeningen niet bij gebracht kan worden mag de aangestelde der Consignatiekas de gelden slechte op bevelschrift van het gerecht uit handen geven. Hetzelfde geldt in de gevallen waarin de rechten van de eigenaar of de vruchtgebruiker niet geregeld zouden zijn door het vonnis waarbij de consignatie werd bevolen.
De schuldeiser die tengevolge van de voor de verdeling der vergoedingen bepaalde rangregeling geen nuttige plaats voor gehele schuldvordering zou bekomen, mag wegens splitsing van zijn hypotheek of verdeling van zijn kapitaal, niet de terugbetaling van het overschot van zijn schuldvordering eisen indien zij overigens niet eisbaar is krachtens zijn titel of om enige ander reden.
Indien dit getuigschrift niet voorgelegd of de opheffing der beslagleggingen of verzetaantekeningen niet bij gebracht kan worden mag de aangestelde der Consignatiekas de gelden slechte op bevelschrift van het gerecht uit handen geven. Hetzelfde geldt in de gevallen waarin de rechten van de eigenaar of de vruchtgebruiker niet geregeld zouden zijn door het vonnis waarbij de consignatie werd bevolen.
De schuldeiser die tengevolge van de voor de verdeling der vergoedingen bepaalde rangregeling geen nuttige plaats voor gehele schuldvordering zou bekomen, mag wegens splitsing van zijn hypotheek of verdeling van zijn kapitaal, niet de terugbetaling van het overschot van zijn schuldvordering eisen indien zij overigens niet eisbaar is krachtens zijn titel of om enige ander reden.
Art.22. Sur le vu du jugement et du certificat délivré après le délai fixé en l'article 20, constatant que l'immeuble exproprié est libre d'hypothèques, le préposé à la caisse des consignations sera tenu de remettre aux ayants droit le montant de l'indemnité adjugée, s'il n'existe aucune saisie-arrêt ou opposition sur les derniers consignés.
A défaut de produire ce certificat ou de rapporter mainlevée des saisies-arrêts ou oppositions, le préposé à la caisse des consignations ne pourra vider ses mains que sur ordonnance de justice. Il en sera de même dans les cas où les droits du propriétaire et de l'usufruitier ne se trouveraient pas réglés par le jugement qui a ordonné la consignation.
Le créancier qui, par le résultat d'un ordre ouvert pour la distribution de l'indemnité, n'obtiendrait pas collocation utile pour la totalité de sa créance, ne pourra, pour cause de morcellement de son hypothèque, ou de la division de son capital, exiger le remboursement du surplus de sa créance, si elle n'est d'ailleurs exigible en vertu de son titre, ou pour tout autre motif.
A défaut de produire ce certificat ou de rapporter mainlevée des saisies-arrêts ou oppositions, le préposé à la caisse des consignations ne pourra vider ses mains que sur ordonnance de justice. Il en sera de même dans les cas où les droits du propriétaire et de l'usufruitier ne se trouveraient pas réglés par le jugement qui a ordonné la consignation.
Le créancier qui, par le résultat d'un ordre ouvert pour la distribution de l'indemnité, n'obtiendrait pas collocation utile pour la totalité de sa créance, ne pourra, pour cause de morcellement de son hypothèque, ou de la division de son capital, exiger le remboursement du surplus de sa créance, si elle n'est d'ailleurs exigible en vertu de son titre, ou pour tout autre motif.
Art.23. Indien de voor werken van algemeen nut aangekochte gronden die bestemming niet krijgen, zal een volgens in artikel 6, titel II van de wet van 8 maart 1810 aangeduide wijze afgekondigd bericht de gronden doen kennen die het bestuur kan weerverkopen. Binnen drie maanden na die bekendmaking zijn de oude eigenaars, die de eigendom van bedoelde gronden willen terugkopen, op straf van vervallenverklaring gehouden zulks te verklaren.
Ingeval het bestuur dat bericht niet afkondigt, kunnen de oude eigenaars of hun rechthebbenden de teruggave van die gronden vragen; en die teruggave zal in rechte worden bevolen op de verklaring van het bestuur dat ze niet meer bestemd zijn om te dienen voor de werken waarvoor ze werden aangekocht.
De prijs van de terug te bezorgen gronden wordt vastgesteld door de rechtbank van het gebied waar ze liggen, tenzij de eigenaar verkiest het bedrag van de vergoeding die hij ontvangen heeft terug te geven. De gerechtelijke vaststelling van de prijs kan in geen geval het bedrag van de schadevergoeding overschrijden.
(In afwijking van het eerste lid, is het bestuur verplicht voorafgaandelijk de Nationale Landmaatschappij de mogelijkheid te geven zich in de plaats te stellen van de vroegere eigenaars, wanneer de gronden verworven ten algemenen nutte die deze bestemming niet krijgen, gelegen zijn :
1° hetzij in de gemeenten bedoeld in artikel 76 van de wet van 12 juli 1976 houdende bijzondere maatregelen inzake ruilverkaveling van landeigendommen uit kracht van de wet bij de uitvoering van grote infrastructuurwerken;
2° hetzij in de gemeenten bedoeld in een ministerieel besluit genomen in uitvoering van artikel 56, § 1, van de wet van 22 juli 1970 op de ruilverkaveling van landeigendommen uit kracht van de wet.
De prijs van de gronden wordt vastgesteld na overeenkomst tussen het bestuur en de Nationale Landmaatschappij. Hij mag in geen geval het bedrag van de vergoeding die de vroegere eigenaar heeft ontvangen overschrijden.
Te dien einde moet het bestuur kennis geven van de prijs en van de voorwaarden waartegen het bereid is het goed te verkopen. Deze kennisgeving geldt als aanbod van verkoop. Zij moet op straffe van niet-bestaan, bij ter post aangetekende brief geschieden.
Aanvaardt de Nationale Landmaatschappij het aanbod, dan moet zij daarvan aan het bestuur kennis geven binnen drie maand na de kennisgeving bedoeld in het vorig lid, in welk geval de verkoop tussen partijen voltrokken is, zodra de aanvaarding van de Nationale Landmaatschappij ter kennis is gekomen van het bestuur.
Indien binnen die termijn het aanbod niet aanvaard is of er geen overeenkomst over de prijs is bereikt, zijn de leden één, twee en drie van dit artikel van toepassing.) <W 1976-07-12/32 art. 77, BS : 15-10-1976>
Ingeval het bestuur dat bericht niet afkondigt, kunnen de oude eigenaars of hun rechthebbenden de teruggave van die gronden vragen; en die teruggave zal in rechte worden bevolen op de verklaring van het bestuur dat ze niet meer bestemd zijn om te dienen voor de werken waarvoor ze werden aangekocht.
De prijs van de terug te bezorgen gronden wordt vastgesteld door de rechtbank van het gebied waar ze liggen, tenzij de eigenaar verkiest het bedrag van de vergoeding die hij ontvangen heeft terug te geven. De gerechtelijke vaststelling van de prijs kan in geen geval het bedrag van de schadevergoeding overschrijden.
(In afwijking van het eerste lid, is het bestuur verplicht voorafgaandelijk de Nationale Landmaatschappij de mogelijkheid te geven zich in de plaats te stellen van de vroegere eigenaars, wanneer de gronden verworven ten algemenen nutte die deze bestemming niet krijgen, gelegen zijn :
1° hetzij in de gemeenten bedoeld in artikel 76 van de wet van 12 juli 1976 houdende bijzondere maatregelen inzake ruilverkaveling van landeigendommen uit kracht van de wet bij de uitvoering van grote infrastructuurwerken;
2° hetzij in de gemeenten bedoeld in een ministerieel besluit genomen in uitvoering van artikel 56, § 1, van de wet van 22 juli 1970 op de ruilverkaveling van landeigendommen uit kracht van de wet.
De prijs van de gronden wordt vastgesteld na overeenkomst tussen het bestuur en de Nationale Landmaatschappij. Hij mag in geen geval het bedrag van de vergoeding die de vroegere eigenaar heeft ontvangen overschrijden.
Te dien einde moet het bestuur kennis geven van de prijs en van de voorwaarden waartegen het bereid is het goed te verkopen. Deze kennisgeving geldt als aanbod van verkoop. Zij moet op straffe van niet-bestaan, bij ter post aangetekende brief geschieden.
Aanvaardt de Nationale Landmaatschappij het aanbod, dan moet zij daarvan aan het bestuur kennis geven binnen drie maand na de kennisgeving bedoeld in het vorig lid, in welk geval de verkoop tussen partijen voltrokken is, zodra de aanvaarding van de Nationale Landmaatschappij ter kennis is gekomen van het bestuur.
Indien binnen die termijn het aanbod niet aanvaard is of er geen overeenkomst over de prijs is bereikt, zijn de leden één, twee en drie van dit artikel van toepassing.) <W 1976-07-12/32 art. 77, BS : 15-10-1976>
Art.23. Si les terrains acquis pour travaux d'utilité publique ne reçoivent pas cette destination, un avis publié de la manière indiquée à l'article 6, titre II, de la loi du 8 mars 1810, fait connaître les terrains que l'administration est dans le cas de revendre. Dans les trois mois de cette publication, les anciens propriétaires qui veulent réacquérir la propriété des dits terrains sont tenus de le déclarer, à peine de déchéance.
A défaut par l'administration de publier cet avis, les anciens propriétaires, ou leurs ayants droit, peuvent demander la remise des dits terrains, et cette remise sera ordonnée en justice sur la déclaration de l'administration qu'ils ne sont plus destinés à servir aux travaux pour lesquels lis avaient été acquis.
Le prix des terrains à rétrocéder sera fixé par le tribunal de la situation, si mieux n'aime le propriétaire restituer le montant de l'indemnité qu'il a reçue. La fixation judiciaire du prix ne pourra, en aucun cas, excéder le montant de l'indemnité.
(Par dérogation à l'alinéa 1, l'administration doit mettre préalablement la Société nationale terrienne en mesure de se substituer aux anciens propriétaires, lorsque les terrains acquis pour cause d'utilité publique, qui ne reçoivent pas cette destination, sont :
1° soit compris dans les communes visées à l'article 76 de la loi du 12 juillet 1976 portant des mesures particulières en matière de remembrement légal de biens ruraux lors de l'exécution de grands travaux d'infrastructure;
2° soit compris dans les communes visées dans un arrêté ministériel pris en exécution de l'article 56, § 1, de la loi du 22 juillet 1970 sur le remembrement légal de biens ruraux.
Le prix des terrains est fixé d'un commun accord entre l'administration et la Société nationale terrienne. Il ne peut en aucun cas excéder le montant de l'indemnité reçue par l'ancien propriétaire.
A cet effet, l'administration doit notifier le prix et les conditions auxquelles elle est disposée à vendre le bien. Cette notification vaut offre de vente. Elle a lieu, à peine d'inexistence, par lettre recommandée à la poste.
Si la Société nationale terrienne accepte l'offre, elle doit notifier son acceptation à l'administration dans les trois mois de la notification visée à l'alinéa précédent, auquel cas la vente est parfaite entre parties dès que l'acceptation de la Société nationale terrienne est arrivée à la connaissance de l'administration.
Si l'offre n'est pas acceptée ou si un accord sur le prix n'est pas réalisé dans le susdit délai, les alinéas premier, deux et trois du présent article s'appliquent.) <L 1976-07-12/32, art. 77, MB : 15-10-1976>
A défaut par l'administration de publier cet avis, les anciens propriétaires, ou leurs ayants droit, peuvent demander la remise des dits terrains, et cette remise sera ordonnée en justice sur la déclaration de l'administration qu'ils ne sont plus destinés à servir aux travaux pour lesquels lis avaient été acquis.
Le prix des terrains à rétrocéder sera fixé par le tribunal de la situation, si mieux n'aime le propriétaire restituer le montant de l'indemnité qu'il a reçue. La fixation judiciaire du prix ne pourra, en aucun cas, excéder le montant de l'indemnité.
(Par dérogation à l'alinéa 1, l'administration doit mettre préalablement la Société nationale terrienne en mesure de se substituer aux anciens propriétaires, lorsque les terrains acquis pour cause d'utilité publique, qui ne reçoivent pas cette destination, sont :
1° soit compris dans les communes visées à l'article 76 de la loi du 12 juillet 1976 portant des mesures particulières en matière de remembrement légal de biens ruraux lors de l'exécution de grands travaux d'infrastructure;
2° soit compris dans les communes visées dans un arrêté ministériel pris en exécution de l'article 56, § 1, de la loi du 22 juillet 1970 sur le remembrement légal de biens ruraux.
Le prix des terrains est fixé d'un commun accord entre l'administration et la Société nationale terrienne. Il ne peut en aucun cas excéder le montant de l'indemnité reçue par l'ancien propriétaire.
A cet effet, l'administration doit notifier le prix et les conditions auxquelles elle est disposée à vendre le bien. Cette notification vaut offre de vente. Elle a lieu, à peine d'inexistence, par lettre recommandée à la poste.
Si la Société nationale terrienne accepte l'offre, elle doit notifier son acceptation à l'administration dans les trois mois de la notification visée à l'alinéa précédent, auquel cas la vente est parfaite entre parties dès que l'acceptation de la Société nationale terrienne est arrivée à la connaissance de l'administration.
Si l'offre n'est pas acceptée ou si un accord sur le prix n'est pas réalisé dans le susdit délai, les alinéas premier, deux et trois du présent article s'appliquent.) <L 1976-07-12/32, art. 77, MB : 15-10-1976>
Art.24. (...) Opgeheven bij art. 290 Wetboek van registratierechten
Art.25.
Art.25.
Art. 26. De titels III en IV van de wet van 8 maart 1810 zijn opgeheven. De bepalingen van de wet van 16 september 1807 of van alle andere wetten die met de onderhavige wet strijdend zouden zijn, worden opgeheven.
Art. 26. Les titres III et IV de la loi du 8 mars 1810 sont abrogés. Les dispositions de la loi du 16 septembre 1807, ou de toutes autres lois qui se trouveraient contraires à la présente, sont rapportées.