Artikel 1. Voor de toepassing van dit besluit wordt verstaan onder :
1° Minister : de Minister bevoegd voor het contractueel onderzoek inzake voedselveiligheid, plantengezondheid en dierengezondheid;
2° Beoordelingscomité : comité, voorzien in artikel 6, dat advies verstrekt aan de Minister;
3° activiteitsdomeinen : voedselveiligheid en sanitair beleid van dieren en planten;
4° cel Contractueel Onderzoek : de administratieve eenheid van de Federale Overheidsdienst Volksgezondheid, Veiligheid van de Voedselketen en Leefmilieu die belast is met de organisatie en het beheer van de jaarlijkse selectieprocedure van wetenschappelijke onderzoeksprojecten binnen de activiteitsdomeinen vermeld onder 3°, evenals de administratieve, financiële en wetenschappelijke opvolging van de projecten die geselecteerd worden voor financiering;
5° thematische oproep (RT) : oproep tot indiening van projectvoorstellen waarbij de onderzoeksthema's voorafgaandelijk zijn vastgelegd door de Minister;
6° vrije oproep (RF) : oproep tot indiening van projectintentieverklaringen waarbij de promotoren het onderzoeksonderwerp bepalen, voor zover dit binnen de activiteitsdomeinen valt;
7° transnationale oproep (RI) : internationale oproep tot indiening van projectvoorstellen in samenwerking met partners uit verschillende landen waarvan de onderzoeksthema's binnen de activiteitsdomeinen vallen en waarvoor de Minister een budget ter beschikking stelt.
Nederlands (NL)
Français (FR)
Titre
18 NOVEMBER 2015. - Koninklijk besluit tot vaststelling van de voorwaarden van toekenning van toelagen voor wetenschappelijk onderzoek inzake voedselveiligheid en sanitair beleid van dieren en planten
Titre
18 NOVEMBRE 2015. - Arrêté royal fixant les conditions d'octroi de subsides à la recherche scientifique en matière de sécurité des aliments et de politique sanitaire des animaux et végétaux
Informations sur le document
Numac: 2015024288
Datum: 2015-11-18
Info du document
Numac: 2015024288
Date: 2015-11-18
Tekst (14)
Texte (14)
Article 1er. Pour l'application du présent arrêté, on entend par :
1° Ministre : le Ministre qui a la recherche contractuelle en matière de sécurité des aliments, de santé des plantes et de santé animale dans ses attributions;
2° Comité d'évaluation : comité tel que visé à l'article 6, chargé de rendre des avis au Ministre;
3° domaines d'activité : sécurité des aliments et politique sanitaire des animaux et végétaux;
4° cellule Recherche contractuelle : l'entité administrative du Service public fédéral Santé publique, Sécurité de la Chaîne alimentaire et Environnement chargée de l'organisation et de la gestion de la procédure annuelle de sélection de projets de recherche scientifique, dans les domaines d'activité visés au 3°, ainsi que du suivi administratif, financier et scientifique des projets sélectionnés pour un financement;
5° appel à projets thématiques (RT) : appel à l'introduction de propositions de projets où les thèmes de recherche sont préalablement fixés par le Ministre;
6° appel à projets libres (RF) : appel à l'introduction de déclarations d'intention de projets où les promoteurs déterminent le sujet de recherche, pour autant que cela tombe sous les domaines d'activité;
7° appel à projets transnationaux (RI) : appel international à l'introduction de propositions de projets en collaboration avec des partenaires de différents pays pour lesquels les thèmes de recherche tombent sous les domaines d'activité et pour lesquels le Ministre met un budget à disposition.
1° Ministre : le Ministre qui a la recherche contractuelle en matière de sécurité des aliments, de santé des plantes et de santé animale dans ses attributions;
2° Comité d'évaluation : comité tel que visé à l'article 6, chargé de rendre des avis au Ministre;
3° domaines d'activité : sécurité des aliments et politique sanitaire des animaux et végétaux;
4° cellule Recherche contractuelle : l'entité administrative du Service public fédéral Santé publique, Sécurité de la Chaîne alimentaire et Environnement chargée de l'organisation et de la gestion de la procédure annuelle de sélection de projets de recherche scientifique, dans les domaines d'activité visés au 3°, ainsi que du suivi administratif, financier et scientifique des projets sélectionnés pour un financement;
5° appel à projets thématiques (RT) : appel à l'introduction de propositions de projets où les thèmes de recherche sont préalablement fixés par le Ministre;
6° appel à projets libres (RF) : appel à l'introduction de déclarations d'intention de projets où les promoteurs déterminent le sujet de recherche, pour autant que cela tombe sous les domaines d'activité;
7° appel à projets transnationaux (RI) : appel international à l'introduction de propositions de projets en collaboration avec des partenaires de différents pays pour lesquels les thèmes de recherche tombent sous les domaines d'activité et pour lesquels le Ministre met un budget à disposition.
Art.2. Overeenkomstig de artikelen 43 en 44 van de wet van 27 december 2012 houdende diverse bepalingen inzake dierenwelzijn, CITES, dierengezondheid en bescherming van de gezondheid van de gebruikers, kan de Minister binnen de perken van de beschikbare begrotingskredieten toelagen toekennen aan natuurlijke of rechtspersonen voor beleidsondersteunend wetenschappelijk onderzoek inzake voedselveiligheid en sanitair beleid van dieren en planten, in uitvoering van een contract dat de wederzijdse rechten en verplichtingen van de begunstigde en de Staat bepaalt.
Art.2. Conformément aux articles 43 et 44 de la loi du 27 décembre 2012 portant des dispositions diverses en matière de bien-être animal, Cites, santé des animaux et protection de la santé des consommateurs, dans les limites des crédits budgétaires disponibles, le Ministre peut octroyer à des personnes physiques ou morales, des subsides pour des recherches scientifiques en soutien à la politique en matière de sécurité des aliments et de politique sanitaire des animaux et végétaux, en exécution d'un contrat stipulant les droits et obligations réciproques du bénéficiaire et de l'Etat.
Art.3. Minstens één keer per jaar lanceert de Minister een oproep tot het indienen van projectvoorstellen. Dit kan een thematische, een vrije of een transnationale oproep zijn of een combinatie van deze. De Minister baseert deze beslissing op het advies van het Beoordelingscomité, bedoeld in artikel 6. De modaliteiten van de oproep zijn raadpleegbaar op de website van de Federale Overheidsdienst Volksgezondheid, Veiligheid van de Voedselketen en Leefmilieu, en in het Belgisch Staatsblad.
Art.3. Au moins une fois par an, le Ministre lance un appel à l'introduction de propositions de projets. Ceci peut être un appel à projets thématiques, libres ou transnationaux ou une combinaison de ceux-ci. Le Ministre base sa décision sur l'avis du Comité d'évaluation, visé à l'article 6. Les modalités de l'appel sont consultables sur le site web du Service public fédéral Santé publique, Sécurité de la Chaîne alimentaire et Environnement, et dans le Moniteur belge.
Art.4. § 1. De RT- en RF-projectvoorstellen worden gericht aan de Voorzitter van de Federale Overheidsdienst Volksgezondheid, Veiligheid van de Voedselketen en Leefmilieu binnen de tijdslimiet voorzien in de oproepen.
§ 2. De RI-projectvoorstellen worden gericht aan de organisatoren van de transnationale oproep binnen de tijdslimiet voorzien in de oproep, met een kopie voor de cel Contractueel Onderzoek.
§ 2. De RI-projectvoorstellen worden gericht aan de organisatoren van de transnationale oproep binnen de tijdslimiet voorzien in de oproep, met een kopie voor de cel Contractueel Onderzoek.
Art.4. § 1er. Les propositions de projets RT et RF sont adressées au Président du Service public fédéral Santé publique, Sécurité de la Chaîne alimentaire et Environnement dans les délais fixés par les appels à projets.
§ 2. Les propositions de projets RI sont adressées aux organisateurs de l'appel à projets transnationaux dans les limites de temps prévues par l'appel à projets, avec copie pour la cellule Recherche contractuelle.
§ 2. Les propositions de projets RI sont adressées aux organisateurs de l'appel à projets transnationaux dans les limites de temps prévues par l'appel à projets, avec copie pour la cellule Recherche contractuelle.
Art.5. § 1. De RT- en RF- projectvoorstellen voldoen aan de vereisten beschreven in de thematische of vrije oproep, met minimum :
1° een gedetailleerd onderzoeksprogramma;
2° de vermelding van de organisatie en de middelen;
3° een tijdsplanning van het werk;
4° de valorisatieperspectieven voor de resultaten;
5° een gedetailleerd budget (personeelskosten, werkingskosten en algemene kosten) dat noodzakelijk is om de nagestreefde doelstelling(en) te bereiken.
§ 2. De RI-projectvoorstellen voldoen aan de vereisten beschreven in de transnationale oproep en aan de formele modaliteiten betreffende de wijze van indiening goedgekeurd door de Minister.
1° een gedetailleerd onderzoeksprogramma;
2° de vermelding van de organisatie en de middelen;
3° een tijdsplanning van het werk;
4° de valorisatieperspectieven voor de resultaten;
5° een gedetailleerd budget (personeelskosten, werkingskosten en algemene kosten) dat noodzakelijk is om de nagestreefde doelstelling(en) te bereiken.
§ 2. De RI-projectvoorstellen voldoen aan de vereisten beschreven in de transnationale oproep en aan de formele modaliteiten betreffende de wijze van indiening goedgekeurd door de Minister.
Art.5. § 1er. Les propositions de projets RT et RF satisfont aux exigences décrites dans l'appel à projets thématiques ou libres, avec au minimum :
1° un programme détaillé de recherche;
2° l'énoncé de l'organisation et des moyens à mettre en oeuvre;
3° un échéancier de travail;
4° les perspectives de valorisation des résultats;
5° un budget détaillé (frais de personnel, frais de fonctionnement et frais généraux) indispensable pour atteindre le(s) objectif(s) poursuivi(s).
§ 2. Les propositions de projets RI satisfont aux exigences décrites dans l'appel à projet transnational et aux modalités formelles relatives à la méthode de soumission approuvées par le Ministre.
1° un programme détaillé de recherche;
2° l'énoncé de l'organisation et des moyens à mettre en oeuvre;
3° un échéancier de travail;
4° les perspectives de valorisation des résultats;
5° un budget détaillé (frais de personnel, frais de fonctionnement et frais généraux) indispensable pour atteindre le(s) objectif(s) poursuivi(s).
§ 2. Les propositions de projets RI satisfont aux exigences décrites dans l'appel à projet transnational et aux modalités formelles relatives à la méthode de soumission approuvées par le Ministre.
Art.6. § 1. De Minister richt een Beoordelingscomité op, benoemt de leden en keurt zijn huishoudelijk reglement goed.
§ 2. Het Beoordelingscomité is samengesteld uit vertegenwoordigers van de Federale Overheidsdienst Volksgezondheid, Veiligheid van de Voedselketen en Leefmilieu, van het Federaal Agentschap voor de Veiligheid van de Voedselketen en uit deskundigen die deel uitmaken van de universitaire instellingen van de gemeenschappen.
§ 3. De Minister bepaalt de nadere regels met betrekking tot de werkwijze, de samenstelling en de vergoeding van de leden van het Beoordelingscomité, en de vergoeding van de externe deskundigen en leden-deskundigen die belast worden met de evaluatie van de projectvoorstellen in uitvoering van artikel 7.
§ 4. Het Beoordelingscomité geeft de Minister advies over de modaliteiten van de oproep, het toekennen en de controle van de toelagen en de procedures betreffende de selectie, de opvolging en de evaluatie van de projecten. Het geeft de Minister een advies over elke andere vraag die hem betreffende het contractuele onderzoek wordt gesteld, en kan ook op eigen initiatief een advies aan de Minister verstrekken.
§ 2. Het Beoordelingscomité is samengesteld uit vertegenwoordigers van de Federale Overheidsdienst Volksgezondheid, Veiligheid van de Voedselketen en Leefmilieu, van het Federaal Agentschap voor de Veiligheid van de Voedselketen en uit deskundigen die deel uitmaken van de universitaire instellingen van de gemeenschappen.
§ 3. De Minister bepaalt de nadere regels met betrekking tot de werkwijze, de samenstelling en de vergoeding van de leden van het Beoordelingscomité, en de vergoeding van de externe deskundigen en leden-deskundigen die belast worden met de evaluatie van de projectvoorstellen in uitvoering van artikel 7.
§ 4. Het Beoordelingscomité geeft de Minister advies over de modaliteiten van de oproep, het toekennen en de controle van de toelagen en de procedures betreffende de selectie, de opvolging en de evaluatie van de projecten. Het geeft de Minister een advies over elke andere vraag die hem betreffende het contractuele onderzoek wordt gesteld, en kan ook op eigen initiatief een advies aan de Minister verstrekken.
Art.6. § 1er. Le Ministre institue un Comité d'évaluation, nomme les membres et approuve le règlement d'ordre intérieur.
§ 2. Le Comité d'évaluation est composé de représentants du Service public fédéral Santé publique, Sécurité de la Chaîne alimentaire et Environnement, de l'Agence fédérale de la Sécurité de la Chaîne alimentaire et d'experts appartenant aux établissements universitaires des communautés.
§ 3. Le Ministre détermine les règles plus précises relatives au fonctionnement, la composition et la rémunération des membres du Comité d'évaluation, et la rémunération des experts externes et des membres-experts qui sont chargés de l'évaluation des propositions de projet en exécution de l'article 7.
§ 4. Le Comité d'évaluation rend des avis au Ministre concernant les modalités de l'appel, de l'octroi et du contrôle des subsides et des procédures de sélection, de suivi et d'évaluation des projets. Il rend un avis au Ministre sur toute autre question se rapportant à des recherches contractuelles, qui lui serait adressée. Il peut également rendre un avis au Ministre sur sa propre initiative.
§ 2. Le Comité d'évaluation est composé de représentants du Service public fédéral Santé publique, Sécurité de la Chaîne alimentaire et Environnement, de l'Agence fédérale de la Sécurité de la Chaîne alimentaire et d'experts appartenant aux établissements universitaires des communautés.
§ 3. Le Ministre détermine les règles plus précises relatives au fonctionnement, la composition et la rémunération des membres du Comité d'évaluation, et la rémunération des experts externes et des membres-experts qui sont chargés de l'évaluation des propositions de projet en exécution de l'article 7.
§ 4. Le Comité d'évaluation rend des avis au Ministre concernant les modalités de l'appel, de l'octroi et du contrôle des subsides et des procédures de sélection, de suivi et d'évaluation des projets. Il rend un avis au Ministre sur toute autre question se rapportant à des recherches contractuelles, qui lui serait adressée. Il peut également rendre un avis au Ministre sur sa propre initiative.
Art.7. § 1. De voorstellen tot toekenning van toelagen voor RT- en RF-projecten worden voorgelegd aan de Minister door de Voorzitter van de Federale Overheidsdienst Volksgezondheid, Veiligheid van de Voedselketen en Leefmilieu op basis van een gunstig advies vanwege het Beoordelingscomité.
§ 2. Ter voorbereiding van zijn advies, wijst het Beoordelingscomité externe deskundigen aan met passende wetenschappelijke of beleidsmatige expertise, die belast worden met de evaluatie van de ingediende RT- en RF-projectvoorstellen. Desgevallend kunnen ook leden van het Beoordelingscomité hiertoe aangewezen worden, in de hoedanigheid van "leden-deskundigen".
§ 3. Ingeval er geen internationale evaluatie van de RI-projectvoorstellen wordt georganiseerd, wijst het Beoordelingscomité externe deskundigen aan met passende wetenschappelijke of beleidsmatige expertise, die belast worden met de evaluatie van het Belgische luik van de ingediende RI-projectvoorstellen. Desgevallend kunnen ook leden-deskundigen hiertoe aangewezen worden.
§ 4. De voorstellen tot toekenning van toelagen voor RI-projecten worden voorgelegd aan de Minister door de Voorzitter van de Federale Overheidsdienst Volksgezondheid, Veiligheid van de Voedselketen en Leefmilieu na consultatie van het Beoordelingscomité.
§ 5. De beslissing voor de toekenning van toelagen wordt bij ministerieel besluit genomen.
§ 2. Ter voorbereiding van zijn advies, wijst het Beoordelingscomité externe deskundigen aan met passende wetenschappelijke of beleidsmatige expertise, die belast worden met de evaluatie van de ingediende RT- en RF-projectvoorstellen. Desgevallend kunnen ook leden van het Beoordelingscomité hiertoe aangewezen worden, in de hoedanigheid van "leden-deskundigen".
§ 3. Ingeval er geen internationale evaluatie van de RI-projectvoorstellen wordt georganiseerd, wijst het Beoordelingscomité externe deskundigen aan met passende wetenschappelijke of beleidsmatige expertise, die belast worden met de evaluatie van het Belgische luik van de ingediende RI-projectvoorstellen. Desgevallend kunnen ook leden-deskundigen hiertoe aangewezen worden.
§ 4. De voorstellen tot toekenning van toelagen voor RI-projecten worden voorgelegd aan de Minister door de Voorzitter van de Federale Overheidsdienst Volksgezondheid, Veiligheid van de Voedselketen en Leefmilieu na consultatie van het Beoordelingscomité.
§ 5. De beslissing voor de toekenning van toelagen wordt bij ministerieel besluit genomen.
Art.7. § 1er. Les propositions d'octroi de subsides pour les projets RT et RF sont soumises au Ministre par le Président du Service public fédéral Santé publique, Sécurité de la Chaîne alimentaire et Environnement, sur avis favorable du Comité d'évaluation.
§ 2. En préparation de son avis, le Comité d'évaluation désigne des experts externes ayant une expertise scientifique ou politique appropriée, qui sont chargés de l'évaluation des propositions de projet RT et RF soumises. Le cas échéant, les membres du Comité d'évaluation peuvent également y être désignés, en qualité de " membres-experts ".
§ 3. Dans le cas où aucune évaluation internationale des propositions de projet RI n'est organisée, le Comité d'évaluation désigne des experts externes ayant une expertise scientifique ou politique appropriée, qui sont chargés de l'évaluation du volet belge des propositions de projet RI soumises. Le cas échéant, des membres-experts peuvent également y être désignés.
§ 4. Les propositions d'octroi de subsides pour les projets RI sont soumises au Ministre par le Président du Service public fédéral Santé publique, Sécurité de la Chaîne alimentaire et Environnement après consultation du Comité d'évaluation.
§ 5. La décision d'octroi de subsides fait l'objet d'un arrêté ministériel.
§ 2. En préparation de son avis, le Comité d'évaluation désigne des experts externes ayant une expertise scientifique ou politique appropriée, qui sont chargés de l'évaluation des propositions de projet RT et RF soumises. Le cas échéant, les membres du Comité d'évaluation peuvent également y être désignés, en qualité de " membres-experts ".
§ 3. Dans le cas où aucune évaluation internationale des propositions de projet RI n'est organisée, le Comité d'évaluation désigne des experts externes ayant une expertise scientifique ou politique appropriée, qui sont chargés de l'évaluation du volet belge des propositions de projet RI soumises. Le cas échéant, des membres-experts peuvent également y être désignés.
§ 4. Les propositions d'octroi de subsides pour les projets RI sont soumises au Ministre par le Président du Service public fédéral Santé publique, Sécurité de la Chaîne alimentaire et Environnement après consultation du Comité d'évaluation.
§ 5. La décision d'octroi de subsides fait l'objet d'un arrêté ministériel.
Art.8. De tussenkomst van de Staat kan honderd procent van de aanvaardbare uitgaven voor de realisatie van een project dekken.
Art.8. L'intervention de l'Etat peut atteindre cent pourcent des dépenses admissibles liées à l'exécution d'un projet.
Art.9. § 1. Het toekennen van een toelage geeft aanleiding tot het opstellen van een contract tussen de Staat vertegenwoordigd door de Voorzitter van de FOD Volksgezondheid, Veiligheid van de Voedselketen en Leefmilieu en de begunstigde(n).
§ 2. Het contract bepaalt de voorwaarden voor het gebruik van de resultaten met het oog op het goede verloop van het project evenals de valorisatie en verspreiding van de resultaten.
In het geval dat het goede verloop van het project of de valorisatie en verspreiding van de resultaten dit vereisen, worden de toegangsrechten van de onderzoekers en van de Staat gewaarborgd. De Staat geniet steeds van toegangsrechten op de resultaten opdat zij deze zou kunnen valoriseren in het kader van haar beleidstaken. In voorkomend geval regelen de onderzoekers de onderlinge toegangsrechten op de resultaten via een interne overeenkomst.
De resultaten worden zo spoedig mogelijk vrijgegeven. Bij de verspreiding wordt rekening gehouden met de bescherming van de intellectuele eigendomsrechten.
De Staat wordt onmiddellijk op de hoogte gesteld indien resultaten beschermd kunnen worden via een octrooi.
In de octrooiaanvraag en bij elke verspreiding van de resultaten wordt vermeld dat de resultaten gerealiseerd werden met de financiële steun van de Belgische Staat.
§ 3. De Minister legt het model van het contract vast.
§ 2. Het contract bepaalt de voorwaarden voor het gebruik van de resultaten met het oog op het goede verloop van het project evenals de valorisatie en verspreiding van de resultaten.
In het geval dat het goede verloop van het project of de valorisatie en verspreiding van de resultaten dit vereisen, worden de toegangsrechten van de onderzoekers en van de Staat gewaarborgd. De Staat geniet steeds van toegangsrechten op de resultaten opdat zij deze zou kunnen valoriseren in het kader van haar beleidstaken. In voorkomend geval regelen de onderzoekers de onderlinge toegangsrechten op de resultaten via een interne overeenkomst.
De resultaten worden zo spoedig mogelijk vrijgegeven. Bij de verspreiding wordt rekening gehouden met de bescherming van de intellectuele eigendomsrechten.
De Staat wordt onmiddellijk op de hoogte gesteld indien resultaten beschermd kunnen worden via een octrooi.
In de octrooiaanvraag en bij elke verspreiding van de resultaten wordt vermeld dat de resultaten gerealiseerd werden met de financiële steun van de Belgische Staat.
§ 3. De Minister legt het model van het contract vast.
Art.9. § 1er. L'octroi d'un subside donne lieu à l'établissement d'un contrat entre l'Etat, représenté par le Président du SPF Santé publique, Sécurité de la Chaîne alimentaire et Environnement, et le(s) bénéficiaire(s).
§ 2. Le contrat stipule les conditions pour l'usage des résultats en vue du bon déroulement du projet ainsi que la valorisation et la diffusion des résultats.
Au cas où le bon déroulement du projet ou la valorisation et la diffusion des résultats l'exigent, les droits d'accès des chercheurs et de l'Etat sont garantis. L'Etat bénéficie en tous cas de droits d'accès aux résultats pour qu'il puisse les valoriser dans le cadre de la préparation des politiques à mettre en oeuvre. Le cas échéant, les chercheurs règlent les droits d'accès mutuels aux résultats par une convention interne.
Les résultats seront diffusés aussi rapidement que possible. Les activités de diffusion seront compatibles avec la protection des droits de propriété intellectuelle.
L'Etat est informé immédiatement du fait que les résultats pourraient faire l'objet d'un brevet.
Chaque demande de brevet et chaque diffusion des résultats mentionnent que les résultats ont été obtenus avec le soutien financier de l'Etat belge.
§ 3. Le Ministre fixe le modèle du contrat.
§ 2. Le contrat stipule les conditions pour l'usage des résultats en vue du bon déroulement du projet ainsi que la valorisation et la diffusion des résultats.
Au cas où le bon déroulement du projet ou la valorisation et la diffusion des résultats l'exigent, les droits d'accès des chercheurs et de l'Etat sont garantis. L'Etat bénéficie en tous cas de droits d'accès aux résultats pour qu'il puisse les valoriser dans le cadre de la préparation des politiques à mettre en oeuvre. Le cas échéant, les chercheurs règlent les droits d'accès mutuels aux résultats par une convention interne.
Les résultats seront diffusés aussi rapidement que possible. Les activités de diffusion seront compatibles avec la protection des droits de propriété intellectuelle.
L'Etat est informé immédiatement du fait que les résultats pourraient faire l'objet d'un brevet.
Chaque demande de brevet et chaque diffusion des résultats mentionnent que les résultats ont été obtenus avec le soutien financier de l'Etat belge.
§ 3. Le Ministre fixe le modèle du contrat.
Art.10. De Minister kan voorschotten op de toelagen toekennen. Het saldo, zijnde vijfentwintig procent van de toelagen, wordt pas uitbetaald na de verantwoording van het gebruik van het geheel van deze toelagen.
Art.10. Le Ministre peut accorder des avances sur les subsides. Le solde, soit vingt-cinq pourcent des subsides, n'est mis en liquidation qu'après justification de l'emploi de l'entièreté de ces subsides.
Art.11. In geval van vervroegde stopzetting van een project of wanneer de totaliteit van de voorschotten niet gebruikt werd, moet het niet verantwoorde deel van de voorschotten teruggestort worden naar de cel Contractueel Onderzoek.
Art.11. En cas d'arrêt anticipé du projet ou lorsque la totalité des avances n'est pas utilisée, la partie non justifiée des avances doit être remboursée à la cellule Recherche Contractuelle.
Art.12. Het koninklijk besluit van 21 december 2013 tot vaststelling van de voorwaarden van toekenning van toelagen voor wetenschappelijk onderzoek inzake voedselveiligheid, sanitair beleid van dieren en planten en dierenwelzijn wordt opgeheven.
Art.12. L'arrêté royal du 21 décembre 2013 fixant les conditions d'octroi de subsides à la recherche scientifique en matière de sécurité des aliments, de politique sanitaire des animaux et végétaux et de bien-être animal est abrogé.
Art.13. § 1. Bij wijze van overgangsmaatregel blijft het koninklijk besluit van 30 november 2003 tot vaststelling van de voorwaarden van toekenning van toelagen voor wetenschappelijk onderzoek inzake voedselveiligheid, sanitair beleid en dierenwelzijn van toepassing op contracten die gesloten zijn voor de inwerkingtreding van het koninklijk besluit van 21 december 2013.
§ 2. Bij wijze van overgangsmaatregel blijft het koninklijk besluit van 21 december 2013 tot vaststelling van de voorwaarden van toekenning van toelagen voor wetenschappelijk onderzoek inzake voedselveiligheid, sanitair beleid van dieren en planten en dierenwelzijn van toepassing op de contracten gesloten vóór de inwerkingtreding van dit besluit.
§ 2. Bij wijze van overgangsmaatregel blijft het koninklijk besluit van 21 december 2013 tot vaststelling van de voorwaarden van toekenning van toelagen voor wetenschappelijk onderzoek inzake voedselveiligheid, sanitair beleid van dieren en planten en dierenwelzijn van toepassing op de contracten gesloten vóór de inwerkingtreding van dit besluit.
Art.13. § 1er. En guise de mesure transitoire, l'arrêté royal du 30 novembre 2003 fixant les conditions d'octroi de subsides à la recherche scientifique en matière de sécurité alimentaire, de politique sanitaire et de bien-être animal reste applicable aux contrats passés avant l'entrée en vigueur de l'arrêté royal du 21 décembre 2013.
§ 2. En guise de mesure transitoire, l'arrêté royal du 21 décembre 2013 fixant les conditions d'octroi de subsides à la recherche scientifique en matière de sécurité des aliments, de politique sanitaire des animaux et végétaux et de bien-être animal reste applicable aux contrats passés avant l'entrée en vigueur du présent arrêté.
§ 2. En guise de mesure transitoire, l'arrêté royal du 21 décembre 2013 fixant les conditions d'octroi de subsides à la recherche scientifique en matière de sécurité des aliments, de politique sanitaire des animaux et végétaux et de bien-être animal reste applicable aux contrats passés avant l'entrée en vigueur du présent arrêté.
Art. 14. De minister bevoegd voor het contractueel onderzoek inzake voedselveiligheid, plantengezondheid en dierengezondheid is belast met de uitvoering van dit besluit.
Art. 14. Le ministre qui a la recherche contractuelle en matière de sécurité des aliments, de santé des plantes et de santé animale dans ses attributions est chargé de l'exécution du présent arrêté.